tekst en beeld: Ton Hendriks
SOJA: DE GROENE DIAMANT Geronimo Arevalo temidden van de uitgestrekte sojavelden rondom zijn kolonie Minga Porá
Wie van de hoofdstad Asunción naar het oosten van Paraguay rijdt in de richting van Ciudad del Este, ziet gaandeweg steeds minder bos. Halverwege de ruim 300 km lange tocht worden de bomen schaarser en maken plaats voor een oneindig uitgestrekt boomloos landschap waar slechts één laag gewas groeit: de sojaplant. Vrijwel het hele oosten van
Paraguay is in enkele decennia volledig ontbost om plaats te maken voor een van de meest lucratieve gewassen in de landbouw. Dit is veelal op illegale wijze gebeurd, onder toeziend oog van de corrupte regering van de Zuid-Amerikaanse bananenrepubliek. De Nederlander, die bij zijn maaltijd een varkenskarbonade eet, is hieraan indirect medeplichtig.
Soja: de groene diamant 1
Te midden van de uitgestrekt sojavelden kijkt campesino (kleine boer) Geronimo Arevalo (53) om zich heen. “Vroeger was hier uitsluitend bos. In 30 jaar tijd is alles verdwenen. De eeuwenoude biodiversiteit is verdwenen en er is maar één gewas voor in de plaats gekomen: de sojaplant.” De familie Arevalo woont samen met zestig andere gezinnen in het laatste stukje bos dat zij hebben weten te behouden. De kolonie Minga Porá, in 1989 door Arevalo gesticht samen met een groep actievoerende campesinos, ligt midden in het sojagebied en wordt dagelijks bedreigd in haar bestaan. Terwijl hij voortdurend lurkt aan een metalen pijpje waarmee hij zijn mate (lokale thee) drinkt, vertelt Geronimo over de strijd van de campesinos om het behoud van hun stuk land. “Wij hebben Minga Porá opgezet omdat wij boeren geen land meer hadden. Alles werd opgekocht door Braziliaanse sojaboeren. De regering wilde onze claim op een stukje grond niet erkennen. Pas na een jarenlange strijd op drie fronten, politiek, juridisch en fysiek, kregen we het recht om hier te blijven. Maar sinds de stichting van onze kolonie is al meer dan de helft verdwenen, alsnog verkocht aan de sojeros (sojaboeren).” Ondanks de strijdlust van de kleine boeren is Geronimo niet gerust op de toekomst. “Onze toekomst is negro, zwart. Omdat de politiek grote baat heeft bij de sojaproductie, zullen we de strijd uiteindelijk verliezen. De huidige regering van de Colorado Partij en de sojeros denken alleen maar aan geld. Het is de mentaliteit van het kapitalisme. Aan de gevolgen voor ons mensen wordt niet gedacht en wij zijn het slachtoffer. Ze kopen ons, kleine boeren, uit omdat zij alleen maar denken aan hun eigen omzet. Straks moeten wij hun vervuilde producten kopen in de supermarkt. Dan koop je alleen maar een tas vol gif.” WERKEN BIJ DE VIJAND Doordat de boeren van Minga Porá te weinig land hebben, gemiddeld 5 hectare, verdienen zij te weinig om van te leven. Uit noodzaak doen zij waar zij zo fel tegen zijn: ze verhuren hun laatste stukjes grond aan de sojeros. Ook Gabriel Giminez (32) verhuurt 3,5 hectare van zijn grond voor een bedrag van 2 miljoen Paraguayaanse Guaraní per hectare, hetgeen hem ruim € 1200 per jaar oplevert. Zijn eigen producten zoals maniok leveren slechts een luttele € 100 per jaar op. Zo tekenen de boeren noodgedwongen hun eigen ondergang. Andere boeren, zoals Antonio Zacaria (45), zien zich genoodzaakt bij de ‘vijand’ te gaan werken. Omdat hij niet genoeg produceert om zijn grote gezin van 10 kinderen te eten te geven,
Antonio Zacaria heeft 10 kinderen en moet bij een sojaboer de silo schoonmaken om bij te verdienen.
Soja: de groene diamant 2
Gabriel Giminez wandelt met zijn paard dat hij voor zijn plezier heeft. Hij moet 3,5 hectare van zijn land verhuren aan de sojaboeren om te overleven. Soja: de groene diamant 3
werkt Antonio nu bij een sojaboer en maakt de silo schoon. Terwijl de luidruchtige krekels tijdens het vallen van de avond hem bijna onverstaanbaar maken, legt Antonio in het Spaans uit wat zijn dilemma was: “De prijs van de maniok is zeer laag en levert dus niet genoeg op om kleren te kopen. Van onze landbouwproducten kunnen wij alleen maar zelf eten. We kunnen er niets mee verdienen.” Zijn dochters Mirian en Rosa begrijpen dat het boerenleven geen toekomst heeft. Zij willen beiden naar de grote stad om te studeren, maar hebben geen geld om dat plan uit te voeren. Zo blijven de campesinos zweven tussen wal en schip. BLIND DOOR PESTICIDE
Sylvio Peralta werd tien jaar geleden blind door de besproeiing met insecticiden.
Paraguay is na de Verenigde Staten, Argentinië en Brazilië de belangrijkste producent van soja. In de afgelopen 20 jaar is de productie meer dan verdubbeld. Paraguay exporteert ruim 7 miljoen ton soja per jaar. Er wordt 3 miljoen hectare grond voor gebruikt, waarmee de bonen vrijwel alle beschikbare landbouwgrond in beslag neemt. Van de opbrengst gaat het merendeel naar Europa waar het wordt gebruikt als veevoer. Nederland is in Europa de grootste importeur. Ons land importeert 7 miljoen ton aan sojaproducten, waarvan een deel na verwerking wordt doorverkocht aan andere Europese staten. Dat maakt Nederland een van de belangrijkste afnemers van de sojaproducten die bijdragen aan ontbossing, sociale ontwrichting, onevenwichtige landbouw en politieke spanningen in Zuid-Amerika. Vandaag neemt Geronimo Arevalo mij mee naar een boerderij aan de rand van Lote 8, zoals het gedeelte van Minga Porá heet waar de laatst overgebleven boerenfamilies wonen. We ontmoeten Sylvio Peralta (19) die ons bij het handen schudden niet kan zien. Tien jaar geleden, toen hij nog een jongetje van 9 was, ging hij op een dag zwemmen in een plas water achter de boerderij precies op het moment dat een vliegtuigje insecticiden sproeide op de nabij liggende sojavelden. Nietsvermoedend wreef Sylvio in zijn ogen en merkte daarna dat hij steeds slechter ging zien. Een dag later was hij blind. Hier in de kolonie is hij is het meest dramatische slachtoffer van de uitgebreide besproeiing met pesticiden en insecticiden, maar vrijwel alle bewoners van de kolonie ondervinden de gevolgen voor hun gezondheid. Ze hebben last van hoge bloeddruk, huidallergieën, pijn in hun ogen, hoofdpijn, maag- en darmproblemen resulterend in voortdurende diarree. De toxische stoffen komen niet alleen via de lucht. Ook via het grondwater komen de pesticiden bij de boerenbevolking terecht. Volgens diverse
Soja: de groene diamant 4
Geronimo Arevalo en zijn familie. Soja: de groene diamant 5
onderzoeken is er een toename van leukemie in Paraguay. Er komen ook miskramen voor en er worden kinderen geboren zonder armen of benen. Het gebruik van pesticide is officieel gereguleerd; er mag niet meer vanuit vliegtuigen gesproeid worden en er moet minimaal een afstand van 100 meter tot de boerderijen zijn. Maar er is niemand die daar op toeziet. Het veelvuldig, vaak meer dan vier maal per jaar spuiten, heeft ook vernietigende gevolgen voor de producten van de campesinos. Door genetische manipulatie is de soja resistent geworden voor veel pesticiden maar alle andere gewassen, die indirect ook bespoten worden, sterven erdoor af. Boer Rocke Villamajor (52): “Mijn tomaten groeien bijna niet meer, zij zijn het meest gevoelig voor de pesticiden. De oogst van andere gewassen is beduidende lager geworden de afgelopen jaren.” Het hoge gebruik van de pesticiden is een van de grootste oorzaken van het vertrek van de campesinos. Vele boeren van de kolonie Minga Porá zijn vertrokken omdat zij en hun dieren ziek werden en hun oogst mislukte. Volgens socioloog Tomas Palau wordt er per jaar vanwege de sojaproductie meer dan 20 miljoen liter pesticide op de sojavelden van Paraguay gespoten. 44 GRADEN In het noordoosten van Paraguay, 20 kilometer ten oosten van Curuguaty en vlakbij het laatste stukje regenwoud van Mbaracayú, is een relatief grote gemeenschap van boeren, Yvyrarovana. Ook zij hebben zich na een lange strijd weten staande te houden en leven omringd door uitgestrekte sojavelden. Zij zien hun oogst elk jaar teruglopen. Op een bankje in de schaduw voor zijn felgroen geschilderde houten huisje vertelt Victorino Gimenez Roa (57): ”De bomen geven schaduw en verkoeling en trekken regen aan. Nu de meeste bossen weg zijn, zitten wij met veel te hoge temperaturen en droogte, waardoor onze gewassen slechter groeien. Vroeger waren in de zomer temperaturen van rond de 32 graden normaal, nu hebben we uitschieters tot 44 graden.” De ontbossing in Paraguay is een van de meest rigoureuze ter wereld. Het land dat in 1950 vrijwel volledig bestond uit oerwoud heeft nu een van de meeste kale landschappen in Zuid-Amerika. De ontbossing is volgens veel rapporten de snelste ter wereld. Een van de effecten van de rigoureuze ontbossing en de aanleg van uitgestrekte sojaplantages is de snelle klimaatverandering. In de Zuid-Amerikaanse zomer, rond december en januari, kunnen de temperaturen makkelijk oplopen tot 40 graden, terwijl de
Reinaldo Silva zoekt lege plastic flessen van Fanta en Coca-Cola en verkoopt ze per kilo. Hij woont met zijn ouders langs de provinciale weg in een geïmproviseerde tent met een plastic dak.
Soja: de groene diamant 6
regenval steeds minder wordt. De ontbossing is nog niet ten einde. Nu de kaalslag van het oosten van Paraguay vrijwel voltooid is, zijn de sojatelers met hun volgende project begonnen: de ontginning van het uitgestrekte Chaco, een gebied in het noorden van Paraguay. Er wordt een speciale sojaplant ontwikkeld die goed tegen de hoge temperaturen en de droogte van de Chaco bestand is. GEEN BELASTING VOOR DE SOJEROS
Precentation Ortiz is de schoonmoeder van Geronimo Arevalo en woont bij zijn gezin. Zij maakt verse sap van vruchten en is dol op alle dieren van de boerderij, in het speciaal de witte kat.
Wie denkt dat de economie van Paraguay wel vaart bij de grootschalige sojateelt, zal verbaasd zijn te horen dat de Braziliaanse sojaboeren in het geheel geen belasting betalen over hun export. De huidige president van de volbloed bananenrepubliek Paraguay, Horacio Cartes, door velen omschreven als een narcopoliticus, probeerde dit in een interview in de Economist uit te leggen door te verwijzen naar het gunstige investeringsklimaat: “We moeten concurrerend zijn. Sommigen moeten belasting betalen maar ik wil dat mensen met geld gelukkig zijn, want anders verlaten ze het land.” Miguel Lovera, landbouwkundige en minister van Senave (kwaliteit van landbouwzaden) tijdens de enige socialistische regering die Paraguay gekend heeft, lacht dit argument weg. “Wat hij zegt over de belasting is slechts een excuus. Er is totaal geen rechtvaardiging om de belasting op nul te zetten. In de ons omringende landen betaalt men gemiddeld 30% belasting. Dus als je wilt concurreren, kun je ook 20% vragen. Maar het feit is dat de agribusiness een fysiek paradijs nodig heeft en geen inmenging wil van regeringen. De immense omzet van grote multinationals als Cargill en ADM staat in schril contrast met hun bijdrage aan de schatkist van Paraguay. In 2012 droeg de hele landbouwsector slechts $ 31 miljoen bij, dat is 2% van de nationale belastinginkomsten en 1% van de totale waarde van de landbouwexporten.” De goedlachse Lovera maakt zich kwaad om de zogenaamde democratische situatie in zijn land. “De sojabonen zijn voor Paraguay hetzelfde als de diamanten voor Sierra Leone! En de regering draagt hieraan bij. Zij ondersteunt de agribusiness ten nadele van de belangen van de meerderheid van de bevolking. Dit komt omdat zij corrupt is en is ingehuurd door een belangengroep van oligarchen en niet het mandaat heeft van het volk. De regering weet donders goed dat zij haar zetel te danken heeft aan het manipuleren van de verkiezingen en niet aan de stemmen van het volk. Daarom hoeft de regering ook geen verantwoording af te leggen aan het volk, alleen aan de schurken die de verkiezingen hebben gefinancierd.”
Soja: de groene diamant 7
Boer Rocke Villamajor: “Mijn tomaten groeien bijna niet meer, zij zijn het meest gevoelig voor de pesticiden. De oogst van andere gewassen is beduidend lager geworden.” Soja: de groene diamant 8
Ik spreek de voormalige minister in zijn woning in de lommerrijke buitenwijk Asunción en vraag hem naar de gevolgen van de grootschalige sojaproductie voor de lokale bevolking. Volgens Lovera is minstens een kwart van de kleine boeren gedoemd een marginaal bestaan te leiden aan de rand van de steden. Velen lijden regelmatig honger. Er zijn een half miljoen landloze campesinos in Paraguay. “De expansie van de productie van sojabonen en de veehouderij in Paraguay zijn gebaseerd op de diefstal van boeren- en indianengemeenschappen. Deze mensen worden sojavluchtelingen genoemd en eindigen in de omgeving van grote steden als Asunción. Ze krijgen een klein bedrag van de sojaboeren om hun land af te staan, maar dat geld is snel op en hen wacht daarna niets dan een marginaal bestaan. De situatie van de boeren en de indianen is het gevolg van de politiek of beter gezegd van de absolute afwezigheid van de politiek. De minister van Landbouw weet precies hoe hij de situatie kan oplossen, maar hij heeft zich gespecialiseerd in het stelen van geld dat bestemd is voor de plattelandsontwikkeling. Er zijn al honderden beschuldigingen tegen hem maar door corruptie in het gerechtshof worden die niet in behandeling genomen.” De ongebreidelde expansie van de sojateelt kan alleen plaatsvinden in een land dat het niet nauw neemt met de gevolgen voor haar eigen bevolking. In Paraguay heeft de rechtse regering die bijna 60 jaar aan de macht is ervoor gezorgd dat de sojaboeren ongebreideld hun gang konden gaan. De dictator Alfredo Stroessner, die 35 jaar onafgebroken aan de macht was, heeft de landbouw geprivatiseerd zodat nu 85,5% van het land in bezit is van 2,6% van de bevolking. Dit maakt Paraguay economisch en sociaal een van de meest ongelijke landen ter wereld. Het resultaat is dat bijna de helft van de bevolking van ruim 6 miljoen inwoners onder de armoedegrens leeft. In 2008 kwam er tijdelijk verlichting. Voor het eerst kwam er een socialistische regering met Fernando Lugo, een voormalig bisschop, als president. Hij probeerde de sojateelt en vooral de genetische manipulatie een halt toe te roepen door te eisen dat de experimenten eerst getest zouden worden. Lugo werd in 2012 officieel afgezet na een juridische aanklacht tegen hem nadat het tot een bloedige confrontatie was gekomen tussen boeren en de politie in Curuguaty. Maar volgens waarnemers zaten de grootgrondbezitters achter zijn afzetting. Lugo kwam immers op voor de arme boeren en indianen en was de belichaming van het verzet tegen de invasie van grootgrondbezitters. Meteen na zijn afzetting werden alle beperkingen ten aanzien van de sojateelt opgeheven.
Victorino Gimenez woont in de gemeenschap Ybyrá-Pytá in het noordoosten. “Wij vechten niet alleen voor onszelf maar ook voor de hele mensheid.”
Soja: de groene diamant 9
Teofil Cabral woont hier sinds 6 maanden met zijn vrouw Maria Britez en hun drie kinderen. Zij leven van het verzamelen van lege flessen in het centrum van Coronel Oviedo. Soja: de groene diamant 10
JURIDISCH LEGALE ONTEIGENING
Emiliano Boneto probeert al weken naar Asuncion te komen om zijn rechten op te eisen. Zijn land is hem op juridisch legale wijze afgepakt.
Een groep die nog veel meer te lijden heeft onder de soja-expansie zijn de inheemse Indianen. Zij zijn de meest tragische slachtoffers van de snelle ontbossing. De regering heeft geen enkel compensatieprogramma voor hen opgezet: niets om nieuwe banen te ontwikkelen, geen programma voor onderwijs en geen plannen om te vertrekken naar alternatieve woongebieden. De afgelopen 30 jaar zijn veel Indianen uit hun oorspronkelijk leefgebied in het oosten van Paraguay uit pure noodzaak vertrokken naar de schaarse gebieden waar nog wel bos is, vaak in het westen van het land. Op de hoofdweg van Asunción naar Ciudad del Este, ter hoogte van het plaatsje Coronel Oviedo, staat een klein tentenkamp bevolkt met indigenas zoals de indianen in Paraguay genoemd worden. Als ik een kijkje ga nemen, word ik bijna aangevallen door een dronken indiaan maar de andere bewoners van het tentenkamp brengen me in veiligheid. Ze nemen me mee naar de familie van Teofil Cabral (54). Hij woont hier sinds 6 maanden met zijn vrouw Maria Britez (38). Zij leven van het verzamelen van lege flessen in het centrum van Coronel Oviedo. Die flessen brengen ze naar een opkoper die een klein bedrag per kilo betaalt waarmee ze hooguit € 2 per dag verdienen. De familie komt van oorsprong uit San Joaquin, in het district Caaguazú. Ze zijn weggetrokken toen de bossen waar ze woonden voor hun ogen werden omgekapt, waardoor ze letterlijk hun bestaansgrond kwijtraakten. Nu wonen ze met drie kinderen in een schamele hut met een plastic dak. Als de zon schijnt is het veel te heet en als het regent is het oncomfortabel en ongezond. Zoals de familie Cabral zijn er veel gezinnen die als nomaden in eigen land een onderkomen zoeken. Zo ook Emiliano Barreto (53). Zijn vrouw is aan een hartaanval overleden. Sinds een half jaar woont hij met zijn vier kinderen in een hut eveneens met een dak van landbouwplastic. Hij laat een brief zien waarin hem in juridisch jargon wordt duidelijk gemaakt dat zijn stuk land een half jaar geleden door INDERT, het nationale instituut voor ontwikkeling van het platteland, legaal is onteigend. Emiliano doet al weken verwoede pogingen naar Asunción te gaan om een ander stuk land te krijgen, maar uit gebrek aan financiële middelen kan hij de bustocht niet regelen. Emiliano is niet het enige slachtoffer. INDERT doet niets anders dan stukken grond van boeren en indianen onder een ‘legale’, lees corrupte, vlag onteigenen en doorverkopen aan Braziliaanse grootgrondbezitters. INDERT wordt niet voor niets door velen de dekmantel van de Braziliaanse kolonisatie ge-
Soja: de groene diamant 11
Elvio Sosa en zijn familie komen uit Caaguazú dat in het sojagebied ligt. De sojaboeren vielen 12 jaar geleden zijn territorium binnen en lieten de hele gemeenschap onteigenen. Soja: de groene diamant 12
noemd. Voor Miguel Lovera is de overheidsinstantie een farce: “Het is het instrument van de regering om illegaal land door te sluizen naar de sojeros. Ze zijn gespecialiseerd in het bedonderen van boeren en indianen.” Veel Indianen zijn vertrokken naar de schaarse bosrijke gebieden rondom de hoofdstad. Pal tegenover het internationale vliegveld van Asunción ligt het gebied Zárate Isla waar een handjevol families woont. Ik tref er de leider van de groep Mbyá-Guaraní Indianen, Elvio Sosa (45). Hij komt uit Caaguazú dat in het sojagebied ligt. De sojaboeren vielen 12 jaar geleden zijn territorium binnen en lieten de hele gemeenschap onteigenen. Ze verdreven de indianen met grove middelen; het huis van Sosa werd in de brand gestoken. In korte tijd werd hun eeuwenoude traditionele leven in de natuur vernietigd en samen met andere families moest Sosa vluchten. De afgelopen 5 jaar woont hij hier onder de rook van optrekkende vliegtuigen en verbouwt hij weer maniok en maïs, een dieet dat hij aanvult met vis die hij zelf vangt en wilde zwijnen waarop hij jaagt. Gezien de omstandigheden is hij redelijk tevreden. “In Caaguazú hadden we nog maar een paar keer per week te eten, nu eten we drie keer per dag. Maar de regering helpt ons niet. Van mijn stukje land kan ik niet leven, daarom werk ik ook deels in de bouw. Ik schilder huizen. Het komt er op neer dat ik mijn verleden als Indiaan moet vergeten. Het oude leven bestaat niet meer.” DE AFVALVERWERKERS Niet veel indianenfamilies hebben het geluk dat ze in een bosrijk gebied nog iets kunnen verbouwen. Velen komen terecht in de afvalverwerking, zoals bij de lagune Cateura in de voorstad Lambaré. Hier wonen veel indianen- en boerenfamilies. Zij leven van het verzamelen van diverse soorten afval, ijzer, plastic en hout. Als ik kom aanrijden met mijn gids Juanke zie ik overal stapels vuil en afval. In het water van de rivier Arroyo Lambaré drijft overal vuil, maar desondanks wordt er gevist. De voorzitter van de indianengemeenschap Petrona Ruiz Dia (39) woont hier al 14 jaar en is afkomstig van de provincie Canindeyu. Zij vecht voor een opleiding voor de kinderen van de gemeenschap. Haar eigen dochter Aida Ruiz (22) gaat naar de universiteit en studeert voor lerares Guariní, de nationale taal. Maar zij is een uitzondering. Vrijwel niemand in hun gemeenschap heeft een vervolgopleiding. “Tot en met de middelbare scholen is het onderwijs gratis, maar al je door wilt leren, is het eenvoudigweg te duur.” Dat geldt ook voor Edgar Benizet (19).
Edgar Benizet werkt bij de vuilnisafval waar oude koelkasten staan naast grote zakken plastic en metaal. Hij zou graag naar school willen om automonteur te worden.
Soja: de groene diamant 13
Jose Primitivo Esquivel woont inmiddels een jaar in Lambaré. Zijn gezin met vijf kinderen komt uit de bossen van Canindeyu. Nu werkt hij als afvalverzamelaar. Soja: de groene diamant 14
Ik ontmoet hem op het terrein van de vuilnisafval waar oude koelkasten staan naast grote zakken plastic en metaal. Hij zou graag naar school willen om automonteur te worden maar zal voorlopig moeten blijven werken als vuilnisverzamelaar waarmee hij een relatief goed inkomen heeft van € 10 per dag. Jose Primitivo Esquivel (38) woont inmiddels ook al een jaar in Lambaré. Zijn gezin met vijf kinderen komt uit Canindeyu. Hij is lid van de Nativo Unido Urbano Sin Tierra, een lokale vereniging die opkomt voor indianen zonder land, waarvan een handvol families lid is. Hij vertelt dat van zijn land 300 hectare werd afgenomen door de soja- en tarweboeren. Ook hij is op deze plaats beland in de afvalindustrie waar hij € 5 per dag verdient. Ook al is hij best tevreden met zijn inkomsten, hij blijft de natuur missen. “Ik zou heel graag mijn oude leven terug willen in de bossen en in de natuur.” GENETISCHE MANIPULATIE Vrijwel alle geteelde soja in Paraguay is genetisch gemanipuleerd om de opbrengst te verhogen en de planten resistent te maken tegen diverse insecten. De genetische manipulatie maakt dat deze soja niet geschikt is voor menselijke consumptie. Dat is ook niet nodig want vanwege het hoge proteïnegehalte is de boon uiterst geschikt als veevoer. Vrijwel alle soja uit Paraguay komt in Europa terecht in de voerbakken van onze varkens. De reden dat de Europese varkensboeren de soja uit Zuid-Amerika kopen is de lage prijs. Dat dit ten koste gaat van het milieu en de lokale bevolking, speelt voor de Europese boeren geen rol. Milieudefensie is samen met zusterorganisatie Friends of the Earth al jaren actief om de effecten van de sojaproductie in kaart te brengen. Zij vindt dat Europa de soja niet meer uit gebieden als Paraguay moet halen vanwege de desastreuze gevolgen voor klimaat en bevolking. Soja zou op verantwoorde wijze in Europa geteeld moeten worden, of er zou alternatief voedsel gebruikt moeten worden zoals granen. Voor onze vleesconsumptie is nu ruim 2 miljoen ton genetisch gemanipuleerde soja per jaar nodig. Jacomijn Pluimers, campagneleider voedsel van Milieudefensie: “Import van soja uit Paraguay is een typisch voorbeeld van hoe verknipt onze voedselproductie is. Wij halen soja van heel ver om er onze varkens, kippen en koeien te voeren. Voor de teelt van soja worden oerbossen gekapt en worden boeren en indianen in Paraguay van hun land verdreven. In Europa hebben we voldoende landbouwgrond om ons eigen veevoer te telen.”
Aida Ruiz gaat naar de universiteit en studeert voor lerares Guariní, de nationale taal. Maar zij is een uitzondering.
Soja: de groene diamant 15
Niet alleen de bevolking van Zuid-Amerika heeft te kampen met de desastreuze gevolgen van de genetisch gemanipuleerde en met pesticide besproeide soja, ook voor de Europese consumenten zijn de bonen gevaarlijk. Landbouwkundige Miguel Lovera is heel stelling: “Er is voldoende bewijs dat deze soja schadelijke effecten heeft voor vleeseters. De Hongaarse voedingsdeskundige en biochemisch onderzoeker Árpád Pusztai luidde in de jaren 90 al de alarmklok en is sindsdien gedemoniseerd. De gezondheidsorganisaties hebben zijn werk genegeerd en de onderzoeksresultaten van de agribusiness overgenomen. Toch hebben de Nederlandse autoriteiten, net als die van andere EU-landen, recentelijk de glyfosaat (een veel gebruikte pesticide, door het bedrijf Monsanto gebruikt onder de naam Roundup) in de ban gedaan.” Als ik ’s avonds samen met Geronimo Arevalo, die internationale bekendheid geniet door zijn prominente rol in de documentaire Raising Resistance, maniok ga halen bij een campesino uit de kolonie, zie ik tot mijn schrik de grote lichten van een besproeiingstractor door het land trekken. Het gevaarte komt steeds dichterbij en vlak langs de onverharde weg van rode aarde, op nog geen 3 meter afstand van de boerderij, wordt het landbouwgif met grote kracht op de sojaplanten gespoten. We lopen snel naar de achterkant van de boerderij om beschutting te zoeken tegen de stoffen die door de warme lucht zweven. Geronimo maakt van het moment gebruik om uit te leggen hoe de voedselketen werkt. “Als we praten over de natuur bedoelen we de aarde, het water en de lucht. De natuur is de basis van ons menselijk leven en komt tot ons via ons voedsel. Hier wordt de soja geproduceerd die jullie in Europa gebruiken voor jullie vee. Uiteindelijk eten jullie het vlees van de koeien en varkens, dus dat gif komt allemaal bij jullie terecht. De productie van voedsel is één grote keten en de vervuiling is diezelfde keten. Als je de natuur vervuilt, vervuil je de mensheid.” januari 2015
Carina woont met haar famlie in Zarata Isla. Haar vader werkt in de bouw.
Soja: de groene diamant 16
Juan Romero woont met zijn vrouw langs de weg in Coronel Oviedo in een zelfgemaakte hut. Hij is een van de vele ontheemde Indianen. Soja: de groene diamant 17