Sociale media in het gezin Inleiding Beste vrienden, vandaag zijn wij hier bijeen om na te denken over ontwikkelingen op het gebied van media, en de weerslag hiervan op ons leven als christenen. Het is niet voor het eerst dat een dergelijke bijeenkomst gorganiseerd wordt, en het zal vermoedelijk – en hopelijk – ook wel niet voor het laatst zijn. De ontwikkelingen op het gebied van nieuwe media en technologie vragen om voortdurende reflectie. Het gaat vandaag vooral over ‘sociale’ media. Misschien is het wel dienstig om eerst vast te stellen wat we daarmee precies bedoelen. De definitie die ik vandaag wil voorstellen is eenvoudigweg deze: ‘het gebruik van internet voor interactie tussen mensen’. Het woord ‘interactie’ is hier cruciaal. Het gaat om processen van actie en reactie tussen tenminste twee personen. Ik vermijd bewust gebruik van het woord ‘communicatie’. Immers, men kan interacteren zonder werkelijk te communiceren in de zin dat men elkaar werkelijk verstaat. Dat gebeurt zelfs erg vaak bij interactie via internet. Het feit dat gebruik gemaakt wordt van internet - al dan niet in mobiele vorm - voegt een aantal mogelijkheden toe die er voorheen niet waren. Het maakt het bijvoorbeeld mogelijk dat groepen mensen met elkaar kunnen interacteren hoewel zij van elkaar gescheiden zijn in tijd en plaats. Bovendien kunnen eenvoudig aspecten aan de interactie toegevoegd worden, zoals het delen van beelden. Typische voorbeelden van sociale media zijn Skype, Facebook, LinkedIn en Twitter. Je zou kunnen beargumenteren dat email er net zo goed onder valt, en daar is veel voor te zeggen, temeer omdat er omdat er een grote mate van versmelting plaatsvindt tussen allerlei vormen van interactie middels internet. Met Facebook kun je ook video’s delen, met LinkedIn kun je ook mailtjes versturen, met Skype kun je ook chatten en op YouTube kun je ook reacties geven op filmpjes. Laten we het er dus maar op houden dat we met sociale media doelen op alle vormen van interactie tussen mensen voorzover die plaatsvindt met behulp van internet. Email en digitaal bellen horen er dus bij. Daarmee is dan ook gelijk al wel duidelijk gemaakt dat niemand van ons om het fenomeen ‘sociale media’ heen kan. Sociale media zijn pervasief. Ze zijn alom aanwezig en dringen door tot in de kleinste haarvaten van onze maatschappij. Het is zoiets als de lucht die we inademen. Die kan vervuild zijn of niet, maar er is geen ontkomen aan, je moet het inademen. Sociale media zijn er altijd. We staan ermee op en gaan ermee naar bed. Voor veel mensen zijn de uren van slapen de enige momenten dat zij niet on-line zijn, hoewel zelfs dan vaak het mobieltje op het nachtkastje ligt, en niet eens in ‘sleeping mode’. Het breed beschikbaar komen van mobiel snel internet op smartphones heeft een belangrijke rol gespeeld bij de opmars van sociale media en veel bijgedragen aan het pervasieve karakter. En die ontwikkeling zal ook doorzetten. Google Glass en de smartwatches van Microsoft en Sony laten zien wat volgende stapjes kunnen zijn in deze ontwikkeling. Overal en altijd on-line, dat is het idee.
Sociale media in ons gezin Vandaag sta ik hier voor u, vermoedelijk omdat ik mij in het verleden een- en andermaal kritisch heb uitgelaten over deze ontwikkelingen, en gepleit heb voor terughoudendheid, matigheid en selectief gebruik. In artikelen en lezingen gedurende de afgelopen 15 jaar heb ik vooral geprobeerd te waarschuwen tegen de gevaren van nieuwe media. Wie hoopt vandaag een ander verhaal van mij te horen, moet ik teleurstellen. De bedreigingen zijn naar mijn mening veel groter dan de kansen. Begrijp mij goed. Ik wil en kan mijn hoofd niet in het zand steken, en nog minder wil ik u aanmoedigen om dit te doen. Gebruik van sociale media is in hoge mate onvermijdelijk geworden. Ik wil ook niet doen alsof sociale media geen goede mogelijkheden hebben. Als ondernemer in de IT sector zie ik mooie toepassingen van gebruik van nieuwe media. In het wereldje waarin ik zakelijk actief ben, de wereld van ‘digital healthcare’, zijn er talloze nuttige eHealth toepassingen, en als bedrijf ontwikkelen wij die zelf ook met enthousiasme. En ook in mijn eigen gezin spelen sociale media een tamelijk belangrijke rol. De Heere heeft het huwelijk van mijn vrouw en mijzelf gezegend met 9 gezonde kinderen, die nu in de leeftijd zijn van 6 tot 23 jaar. Zij wonen allemaal nog thuis. In ons gezin zijn er inmiddels 5 notebooks, 3 iPads, 4 smartphones, en 4 mp3 spelers. Er zijn 4 Facebook accounts, 3 GooglePlus accounts, minstens 20 email accounts, enkele van mijn kinderen zijn enthousiaste twitteraars, en veel familienieuws bereikt ons als eerste middels de Facebook accounts van de oudste kinderen. Ik heb zelf een actief zakelijk netwerk op LinkedIn met - toen ik de laatste keer keek - 1348 zakelijke contacten in zo’n 25 landen. Dat aantal groeit vrijwel dagelijks. Ik heb even geteld: de dag voordat ik aan deze lezing begon te werken verstuurde ik zelf 76 emailtjes, en ik zal er misschien zo’n 100 ontvangen hebben, naast talloze sms-jes en tweets, terwijl ik het niet ervoer als een extreem drukke dag, en een flink deel van de dag off-line was vanwege een begrafenis in Zeeland. Ik ben dus een tamelijk ‘heavy user’ van sociale media, en hetzelfde geldt voor in ieder geval de oudere kinderen in ons gezin. Het kost me geen moeite om tal van voorbeelden te noemen van gebruik van sociale media in ons gezin die aardig zijn. Ik zou het kunnen hebben over mijn zoon die voor weinig geld on-line bijles engels kreeg van een docent in India. Over een van mijn andere kinderen die momenteel een werkelijk prachtige kathedraal bouwt met een on-line ontwerpprogramma van Lego. Over debatten in de Tweede Kamer die in ons gezin soms met veel betrokkenheid gevolgd worden. Over een zoon die geconcentreerd naar een preek van Tim Keller keek en luisterde. Over een van de kinderen die kennis kreeg aan een meisje via Facebook en ik zou er dan bij vertellen dat we nog steeds blij zijn dat nu juist dit meisje op zijn pad is gebracht, hoewel ik u vanmiddag natuurlijk liever had kunnen vertellen dat ze elkaar voor het eerst in de kerk ontmoet hadden. Over de videogesprekken die ik momenteel via Skype voer met iemand in Zuid Korea waarbij we nagaan op welke wijze we met ons Deputaatschap Bijzondere Noden iets kunnen doen voor christenen in Noord Korea.
En toch, en toch, en toch …. Ik kan niet nalaten u vanmiddag opnieuw vooral in te gaan op de nadelen die ook aan dit alles kleven. De mooie en aardige kanten hoef ik u niet onder ogen te brengen. Die ondervindt u vanzelf, en anders vertellen uw kinderen u er wel van. Maar nieuwe media in het algemeen en sociale media in het bijzonder zijn niet neutraal. Verre van dat. Sociale media leggen vaak een groot beslag op ons zodanig dat wij ons er nauwelijks aan weten te onttrekken. De uitingen van mensen middels sociale media geven een sterk vertekend beeld van de werkelijkheid. Oppervlakkigheid, narcisme, exhibitionisme zijn woorden die mij in gedachten komen wanneer ik de kenmerken van sociale media zou proberen te benoemen. Veel interacties kenmerken zich door platheid, leegheid en ongeremdheid. Jawel, er is veel dat leuk en aardig en nuttig is. Maar het is allerminst neutraal terrein waarop wij ons als christenen begeven, en we doen er goed aan dat ten volle te beseffen. De lucht die wij dagelijks inademen door middel van sociale media is bovendien in alle opzichten doortrokken van de geest van een postmoderne seculiere samenleving. Of het willen of niet, ongemerkt beinvloedt ieder van ons veel meer dan wij zelf in de gaten hebben. En dan heb ik het nog niet eens over het feit dat bijv. Facebook op dit moment een geheel ongefilterde omgeving is, ook voor Kliksafe gebruikers, en dat ook Facebook sterk vervuild is door allerlei vormen van vuiligheid en verzoeking die op een of twee klikken afstand te vinden zijn. Bovendien, op vrijwel geen enkele smartphone worden filters gebruikt, terwijl inmiddels meer dan 50% van alle gebruik van internet plaatsvindt vanaf mobieltjes.
Verantwoord omgaan met sociale media Vandaag worden twee publicaties van Mediawijzer geintroduceerd, en ik ben Mediawijzer erkentelijk voor de energie die men hierin heeft gestoken. Met name de nieuwe brochure over gewetensvorming biedt een nuttige en vrij grondige handreiking aan opvoeders in het algemeen en ouders in het bijzonder. Wie de brochure leest komt bekende zaken tegen. Media spelen een grote rol in de levens van ons en onze kinderen. We moeten kritisch zijn in het gebruik ervan. We moeten werken aan gewetensvorming, en daar moeten we vroeg mee beginnen. De Bijbel en de Tien Geboden moeten het eerste, hoogste en laatste woord hebben. We moeten naast onze kinderen gaan staan en het gesprek niet uit de weg gaan. We moeten op de hoogte zijn van wat er gaande is. We moeten duidelijke regels afspreken. We moeten de nodige voorzorgsmaatregelen nemen zoals het gebruik van filters. We moeten zelf het goede voorbeeld geven. En uiteindelijk komt het vooral aan op genade in ons hart Het is allemaal even waar! En het belang van al die dingen kan niet vaak genoeg onderstreept worden. En ik hoop dat u het allemaal ter harte neemt, en dat de Heere u genade en kracht en wijsheid schenkt om het alles toe te passen, ook al
is het met vallen en opstaan. Ik hoop dat u erachter komt dat geen van die dingen in eigen kracht kans van slagen hebben. Dat het u dagelijks op de knieen brengt, om de Heere te smeken om u te helpen, want zonder Hem kunt u niets doen. Misschien zou ik daarmee deze lezing wel kunnen beeindigen, en het belangrijkste zou dan wel gezegd zijn. U en ik zouden dan in ieder geval vanmiddag een keer op tijd thuis zijn, en dat zou een concreet zeer positief resultaat van deze middag zijn. Maar daarmee zou ik de organisatoren en uzelf wellicht teleurstellen, en ik wil daarom toch een paar punten wat nader uitwerken. Ik zou vanmiddag een pleidooi willen houden voor drie zaken waarvan ik geloof dat ze van groot belang zijn in onze gezinnen: strijd, stilte en struktuur. Niet dat dit de enige drie zaken zijn die van belang zijn. In tegendeel, er zijn tal van andere punten die evenzeer om aandacht vragen, en misschien zijn zij nog veel belangrijker, maar ik moet mij beperken, en ik wil het daarom vandaag hebben over deze drie zaken die naar mijn mening zwaar moeten wegen in de keuzes die we maken. Strijd, stilte en struktuur dus. ‘Span u een weinig in’, om een bekende oudvader nog maar eens te citeren. Zijn naam begint trouwens ook met een S.
Strijd Nieuwe media zijn niet neutraal. Sociale media zijn niet neutraal. Ik denk dat wij allen daar wel van overtuigd zijn, en het is ‘preaching to the choir’ om vanmiddag nog eens breed uit te meten waarom dat zo is. Wat ik vanmiddag echter in verband hiermee wil benadrukken is dat wij geroepen zijn om tegen de zonden in ons leven - en dus ook alles wat daar aanleiding toe kan geven - te strijden. Die roeping geldt in de eerste plaats de gelovigen, maar daarmee geldt ze natuurlijk toch tegelijk ook voor ieder mens. Onlangs las ik wat stukjes van Octavius Winslow (in ‘Het dagelijks wandelen met God’) die in dit verband naar mijn mening veelzeggend zijn. Hij schreef dit naar aanleiding van de tekst van Paulus ‘Maar die van Christus zijn, hebben het vlees gekruist met de bewegingen en begeerlijkheden’ (Gal. 5:24). Ik kan niet nalaten daar wat van aan te halen. Nadat hij eerst onderbouwt dat het doden van het vlees een werk van het ware geloof is, zegt hij ondermeer: ‘Het bestaat ook in een teniet doen van het verbond met de zonde. ‘Hebt geen gemeenschap met de onvruchtbare werken der duisternis’, sluit er geen wapenstilstand mee, maak er geen overeenkomst mee, verbind u er niet mee, maar bestraft ze ook veeleer. Efraim zal zeggen, wat heb ik meer met de afgoden te doen? De hulpmiddelen der zonde moeten afgesneden worden: Doet aan den Heere Jezus Christus, en verzorgt het vlees niet tot begeerlijkheden. Alles wat strekt naar, en eindigt in de zondige bevrediging van het vlees, moet opgegeven worden, dewijl dit het grote doel van Christus in de weg staat; namelijk, de werkingen des lichaams te
doden. Die doding wordt zeer gepast voorgesteld als een kruisiging. Die van Christus zijn, hebben het vlees gekruist…’ In een volgende overdenking gaat hij dan in op ‘Maar indien gij door den Geest de werkingen des lichaams doodt, zo zult gij leven’ (Rom. 8: 13b). En hij benadrukt dit dat een actieve houding van de gelovige vraagt. Hij besluit dan als volgt: ‘Moeten er dan geen eigen poging aangewend worden om te ontkomen aan de heerschappij van verkeerde metgezellen, wier invloed on voortzweept naar wanhoop en verderf? Moet er geen eigen poging gedaan worden om een slechte gewoonte te onttronen, een machtige verzoeking te weerstaan, de betovering te verbreken, die ons aan een gevaarlijke liefhebberij kluistert, de keten los te winden, die ons slaven doet zijn van verkeerde neigingen? O gewis! God handelt niet met ons gelijk wij met een machine, maar als een redelijke, zedelijke en verantwoordelijke wezens. ‘Ik trok ze met mensenzelen’. De doding van het vlees is alzo een werk dat de gelovige zelf ter hand moet nemen, en dat wel met biddende ernst en grote vastberadenheid.’ Of, om nog een laatste voorbeeld aan te halen - wellicht ten overvloede - de amerikaanse predikant Ds. A.N. Martin (1934) noemt in het boekje ‘leven als een christen’ enkele kenmerken van een bijbels streven naar praktische godvruchtigheid. Hij schrijft dan dat het in de eerste plaats vraagt om een heilige waakzaamheid en wantrouwen in jezelf. ‘Geloof ik werkelijk dat ik van nature zo verdorven ben dat God het initiatief moest nemen tot het werk? En geloof ik dat de overblijfselen van de verdorvenheid in mij zodanig zijn dat als God voor een ogenblik zijn hand zou terugtrekken, zelfs nadat ik wedergeboren ben en verbonden met Jezus Christus, dat ik terug zou vallen in elke vorm van slechtheid waar een schepsel toe in staat is? Zo’n geloof zal een heilige waakzaamheid teweegbrengen en een heilig wantrouwen in mijzelf. Als ik de gaten krijg dat het verderf dat in mij blijft is als een droge tondeldoos en dat elke verzoeking als een gloeiende kool is, dan zal ik niet durven te flirten met de zonde.’ Ik denk dat dit ons veel te zeggen moeten hebben. Sociale media hebben een plaats gekregen in ons leven en het gebruik ervan is vrijwel onvermijdelijk geworden, maar ze zijn tegelijk bepaald niet zonder gevaren. Tegen die gevaren hebben wij te strijden. Hier past geen passiviteit, naiviteit, gezapigheid of fatalisme. Het gaat niet alleen om het opwerpen om verdedigingswallen in de vorm van filters en geboden en verboden, of het bespreken van ach en wee. Wij moeten actief het kwade bestrijden, in de eerste plaats in ons eigen hart, maar ook oog hebben voor alle aanleidingen tot het kwaad, wetend dat wij zondige harten hebben die geneigd zijn tot alle kwaad. Daartoe moeten wij de wapenrustig Gods aantrekken, en wij moeten moedig strijden tegen de boosheden in de lucht, oog hebbend voor de listen van satan. Wat dat concreet betekent bij het gebruik van sociale media? Ieder zal daar zijn eigen antwoord op moeten vinden. Ik kan daar geen eenvoudig recept voor
uitschrijven, en Mediawijzer kan het ook niet. Klakkeloze acceptatie is het antwoord niet. Totale mijding evenmin. Maar u moet strijden, biddend strijden, en als u een hart heeft zoals ik zult u steeds weer ondervinden dat u in die strijd faalt. Maar dat maakt temeer dat u er wijs aan doet om aan de voorzichtige kant te blijven. De zielen van u en uw kinderen staan op het spel. De duivel gebruikt iedere list die hij weet te bedenken. Hij is slimmer dan u en ik, en tot de tanden bewapend. Wij zijn zondige zwakke mensjes, maar door genade mogen we weten een machtige strijd God te hebben. In en met Hem zijn wij meer dan overwinnaars. Het is dan uiteindelijk ook niet onze strijd. De strijd is dan des Heeren. Onze hulpe zij in de Naam des Heeren!
Stilte Maar hoe zullen wij ons voorbereiden op deze strijd? Dat brengt mij op het tweede punt: stilte. Hoe kunnen we strijdbaar zijn zonder voorbereiding? En hoe moet die voorbereiding anders gestalte krijgen dan in stilte op onze knieen? Als er een zaak is waar ik mij zorgen over maak wanneer we het hebben over sociale media, dan is het dat de momenten van stilte in ons leven aan het verdwijnen zijn. We laten ons leven steeds meer beheersen door intensieve online interacties van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat. We gaan met een onrustige volle hoofden naar bed, en staan zo ook weer op. We worden geleefd en laten ons leven. Dat geldt voor ons en onze kinderen. Toen de Heere Abraham vroeg om het hoofd op te heffen en te zien op de sterren, was dat in de stilte van de nacht. Jacob had zijn Pniels en Bethels in de stilte van de nacht. Jozef werd voorbereid op zijn werk tot onderkoning in de stilte van de gevangenis. God riep Mozes bij de brandende braambos in de stilte van de woestijn. Vermoedelijk begon de Heere te werken in het leven van David in de stilte van het veld bij het hoeden van de kudde. Samuel hoorde de Heere roepen in de stilte van de nacht. De Heere verscheen Elia in het suizen van een zachte stilte. Daniel kreeg zijn vision van de Man met linnen bekleed na 3 weken van treuren en vasten toen hij verbleef aan de stille oevers van de grote rivier Hiddekel. Er zouden talloze andere voorbeelden genoemd kunnen worden. De engelen verschenen aan de herders in de stilte van de nacht. De Heere Jezus trok Zich menigmaal terug in de stilte van de nacht om met Zijn Vader te verkeren. Hij riep zijn discipelen op om steeds de stilte van hun binnenkamer op te zoeken om te bidden. ‘Maar gij, ga in uw binnenkamer, en uw deuren gesloten hebbende, bid uw Vader Die in het verborgen is….’ (Matth 6:6). Johannes kreeg zijn visioenen in de stilte van de dag des Heeren op het eiland Patmos. Hoe kunnen we verwachten de stem des Heeren te horen als we ons oor nooit eens neigen om op Zijn inspraak te wachten? Daarom zijn de momenten van stilte zo kostbaar. We bidden dat onze gedachten gevangen genomen worden en worden opgeleid tot de gehoorzaamheid van Christus. We lezen de oproep ‘de goddeloze verlate zijn weg en de ongerechtige man zijn gedachten’. Verstaan we die woorden eigenlijk nog wel? Iedere dag moet voor iedere christen zijn vaste
momenten van stilte en afzondering hebben, en iedere week moet zijn dag van stilte en afzondering hebben. Dat is moeilijker dan ooit te voren nu onze levens meer en meer beheerst worden door media die ons de hele dag bezighouden en afleiden. En dat vraagt daarom alle aandacht. Wij moeten in onze gezinnen strijden voor tijden van stilte! Wat dat dan concreet betekent? Opnieuw, er is geen eenduidig antwoord en simpel recept. Maar wat mij betreft betekent het dat de dag niet kan beginnen zonden zo’n tijd van stilte en ook niet kan eindigen zonder zo’n tijd van stilte, waarin er gelegenheid is voor gebed, meditatie en het lezen van de Bijbel. Dat we moeten oppassen om andere momenten van stilte, zoals wanneer wij fietsen of autorijden, ons te laten bezetten door media of telefoongesprekken, in plaats van onze zielen op te heffen tot God. En dat wij als leeuwen moeten waken voor de Zondag als een dag van stilte. Ook betekent het mijns inziens dat we er alles aan moeten doen om onze kinderen te leren lezen. Ik bedoel dat in de zin van een passie proberen bij te brengen voor het lezen van goede boeken, opdat ze ook de Bijbel zelf gaan lezen. Hoe we dat doen? Eenvoudig door er vroeg mee te beginnen, zelf graag voor te lezen, onze kinderen al jong goede boeken te geven, hen te stimuleren om die te lezen op jonge leeftijd, en gebruik van computers voor spelletjes en dergelijke heel stevig te begrenzen zodat ze er tijd voor hebben.
Struktuur En dat brengt mij dan op een natuurlijke wijze op mijn laatste punt. Een punt van een geheel andere orde dan de andere twee punten die ik noemde, maar ik wil het er toch graag nog aan toevoegen. Om strijdbaar te zijn, om regelmatige tijden van stilte te onderhouden, hebben wij struktuur nodig in onze levens. En ook dat is een hele opgave geworden in een wereld waarin sociale media een grote rol spelen. Ik denk dat ik dat nauwelijks hoef uit te leggen. Ik denk dat er tegelijk weinigen zijn in deze zaal vandaag die daar niet op een of andere wijze mee worstelen. Het voortdurend geleefd worden, het voortdurend afgeleid worden, het voortdurende gevoel van achter te lopen omdat de mailbox overloopt, de voortdurende drang om steeds datgene wat je meemaakt onmiddelijk te delen met anderen, het steeds anderen willen laten merken dat je alert bent, dat alles zorgt ervoor dat we dreigen meegezogen te worden in een voortdurende maalstroom waar we ons maar moeilijk aan weten te onttrekken. Dat maakt ‘time management’ steeds lastiger. En de dingen die vragen om rustig nadenken en tijd en toewijdig, komen steeds meer op de achtergrond, en worden steeds meer uitgesteld.
Daarom moeten wij besliste stappen zetten om struktuur in ons leven aan te brengen. Vaste ritmes. Een regelmatige dagindeling. Vaste gezamenlijke momenten in ons gezin waarop mobieltjes uit staan. Vaste momenten van offline zijn. Dat soort dingen. Wij moeten gebruikmaken van de macht der gewoonte. In onze tijd waarin alles verrassend en boeiend en dynamisch en moet zijn, is dat niet zo populair, maar u moet eens voor u zelf nagaan hoe groot die macht is in uw eigen leven – zowel voor wat betreft goede als slechte gewoontes – en daar op een positieve manier gebruik van proberen te maken. Wij moeten er werk van maken om struktuur en ritme aan te brengen in onze persoonljike levens, en wat nog belangrijker is, wij moeten onze kinderen dat leren. Daarbij gaat het ook om verwante zaken als discipline, orde en regel, en netheid.
Slot Strijd, stilte en struktuur. Het zijn enkele aandachtspunten die ik vanmiddag onder uw aandacht wilde brengen. Ik hoop dat ze u behulpzaam zijn. Ik hoop dat de Heere het u en uw gezinnen wil geven om stil te kunnen zijn, en bovenal dat Hij dan Zijn stem wil laten horen. Dat de bede ‘Spreek Heere, want Uw knecht hoort’ voor ons een dagelijkse levende werkelijkheid moge zijn!