Schoolplan 2012-2016 “Samen leren en werken op weg naar zelfstandigheid”
Schoolplan 2012 – 2016
Woord vooraf Dit is het schoolplan voor de Alphons Laudy SO en VSO, speciaal onderwijs voor zeer moeilijk lerende leerlingen. Met de missie “samen leren en werken op weg naar zelfstandigheid” maken we duidelijk dat het doel van ons onderwijs is om de leerlingen zo zelfstandig en onafhankelijk mogelijk de maatschappij in te laten gaan. Daarbij hebben ze elkaar, ouders, leerkrachten en begeleiders nodig. Alleen samen kunnen de leerlingen verder groeien en dat geldt ook voor de leerkrachten en (onderwijskundig) personeel. Door voortdurend in ontwikkeling te blijven en met elkaar te zoeken naar verbetering kunnen we kwalitatief hoog onderwijs leveren. Het vraagt om reflectie, bijstelling, scholing en telkens weer zoeken naar wat mogelijk is en wat beter moet. De afgelopen 4 jaar heeft de school heel veel bereikt in het vernieuwend onderwijs. Op het punt van opbrengstgericht onderwijs is heel veel scholing geweest en zijn voor alle vakken leerlijnen gemaakt en de niveaus bepaald. Dat betekent dat voor een leerling die op de Alphons Laudy naar school gaat voor ieder jaar duidelijk is naar welk niveau toe gewerkt wordt. Deze resultaten worden 2 keer per jaar getoetst en waar nodig een verbeterplan voor gemaakt. In de komende 4 jaar wordt dit onderwijskundig beleid doorgezet en blijven leerkrachten zich scholen in het opbrengstgericht onderwijs. Naast het opbrengstgericht onderwijs onderscheidt de school zich door een uitgebreid aanbod aan cultuureducatie en expressie vakken. Voor de ZML-leerlingen is het extra belangrijk dat zij verschillende manieren hebben om zich te uiten en dus ook veel verschillende mogelijkheden krijgen aangereikt. Een leerling kan alle talenten die hij/zij heeft, benutten en verder ontwikkelen. Het VSO heeft het voornemen om de erkenning voor “cultuurprofielschool” aan te vragen. Het zou de eerste keer zijn dat de erkenning van “cultuurprofielschool” wordt afgegeven aan een VSO. Bij het opbrengstgericht onderwijs hoort ook opbrengstgericht leiderschap. Dit schoolplan is tot stand gekomen met medewerking van alle betrokkenen. In een studiedag heeft iedereen zich onder leiding van een deskundige gericht op één thema, dat later uitgewerkt is door de mensen die er deskundig in zijn. Alle onderwerpen zijn vertaald in doelen en te verwachte resultaten. Het schoolplan bepaalt de beleidvoornemens voor de komende 4 jaren met als centrale uitgangspunt de visie en de missie. Het is om die reden dat alle teamleden betrokken zijn, zodat het een schoolplan is geworden waar iedereen zich in kan herkennen en het daarmee daadwerkelijk de leidraad vormt voor de komende 4 jaar. Wij wensen u veel plezier bij het lezen van dit schoolplan en hopen u hiermee veel informatie te geven over de Alphons Laudy. Francesca Knol, directeur Dick Peereboom, locatiedirecteur SO Bob Vloedbeld, locatiedirecteur VSO N.B. Waar in het schoolplan wordt gesproken over ouders wordt altijd ouder(s)/ verzorger(s) bedoeld. Er is gekozen voor de term “ouders” om de leesbaarheid van het document te vergroten. 2
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Inhoudsopgave Woord vooraf ............................................................................................................ 2 Inhoudsopgave ......................................................................................................... 3 Hoofdstuk 1 1.1 1.2 1.3 1.4
Doelen en functies van het schoolplan ............................................................ 6 Totstandkoming van het schoolplan................................................................. 6 Status evaluatie van het schoolplan................................................................. 6 Verwijzingen en bronnen ................................................................................. 6
Hoofdstuk 2 2.1
2.2
2.3
2.4
2.5 2.6 2.7 2.8 2.9
Gegevens van onze school ........................................................... 7
Zakelijke gegevens .......................................................................................... 7 2.1.1 Naam van de school ............................................................................ 7 2.1.2 Adresgegevens, schoolgebouw, faciliteiten en omgeving .................... 7 2.1.3 Type onderwijs .................................................................................... 7 2.1.4 Identiteit ............................................................................................... 8 2.1.5 Actief burgerschap ............................................................................... 8 2.1.6 Bestuur ................................................................................................ 9 Opdracht aan de school ................................................................................... 9 2.2.1 Doel ..................................................................................................... 9 2.2.2 Visie ..................................................................................................... 9 2.2.3 Missie ................................................................................................ 10 De leerlingen ...................................................................................................10 2.3.1 Omschrijving van de populatie ........................................................... 10 2.3.2 Leerlingenaantal ................................................................................ 11 Schoolorganisatie ...........................................................................................12 2.4.1 Organisatiestructuur .......................................................................... 14 2.4.2 Besluitvormingsstructuur ................................................................... 14 2.4.3 Teamsamenstelling............................................................................ 14 MR ..................................................................................................................14 Interne communicatie......................................................................................15 SWOT-analyse ...............................................................................................15 Confrontatiematrix...........................................................................................15 Conclusies en aanbevelingen .........................................................................16 2.9.1 Sterktes en kansen ............................................................................ 17 2.9.2 Zwaktes en bedreigingen................................................................... 17 2.9.3 Kansen en zwaktes............................................................................ 17 2.9.4 Sterktes en bedreigingen ................................................................... 17
Hoofdstuk 3 3.1
Inleiding........................................................................................... 6
Onderwijskundig beleid ............................................................... 18
Onderwijsorganisatie ......................................................................................18 3.1.1 Doelgroepbeschrijving ....................................................................... 18 3.1.2 Ontwikkelingsperspectief ................................................................... 18 3.1.3 Uitstroomprofiel ................................................................................. 19 3.1.4 Uitstroomniveaus ............................................................................... 21 3.1.5 Leerlijnen en kerndoelen ................................................................... 23 3.1.6 Toetsen.............................................................................................. 24 3.1.7 Leermiddelen ..................................................................................... 24 3.1.8 Stage ................................................................................................. 24 3
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
3.2
3.3 3.4
3.1.9 Pedagogisch en didactisch handelen ................................................ 25 3.1.10 Totale communicatie en logopedie ................................................. 26 Zorgstructuur ..................................................................................................26 3.2.1 Zorgplan ............................................................................................ 26 3.2.2 Ondersteuningsprofiel........................................................................ 27 Cultuurbeleid ...................................................................................................27 Doelstellingen .................................................................................................27
Hoofdstuk 4 4.1 4.2
4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
Integraal personeelsbeleid ..............................................................................29 Begeleiding startende leerkrachten en/of klassenassistenten ........................29 4.2.1 Begeleiding personeel ....................................................................... 29 4.2.2 Bekwaamheidsdossier ....................................................................... 29 Taakbeleid ......................................................................................................29 Scholing ..........................................................................................................30 Ziekteverzuimbeleid ........................................................................................30 Arbeidsmobiliteit binnen de Kolom ..................................................................30 Doelstellingen .................................................................................................31
Hoofdstuk 5 5.1 5.2 5.3
5.4
6.3 6.4
6.5 6.6
7.7
Kwaliteit......................................................................................... 34
Inleiding ..........................................................................................................34 Kwaliteitszorg op bestuursniveau ...................................................................34 6.2.1 Veiligheidsenquêtes........................................................................... 34 Kwaliteitsdocumenten op schoolniveau ..........................................................34 6.3.1 Schoolplan ......................................................................................... 34 Kwaliteitsdocumenten op locatieniveau ..........................................................35 6.4.1 Schoolgids ......................................................................................... 35 6.4.2 Jaarplan locatie ................................................................................. 35 6.4.3 Schoolverslag .................................................................................... 35 Leeropbrengsten .............................................................................................35 Klanttevredenheid ...........................................................................................35 6.6.1 Locatiegebonden evaluatie ................................................................ 35 6.6.2 Tevredenheid ouders ......................................................................... 35 6.6.3 Tevredenheid leerlingen .................................................................... 36 Doelstellingen .................................................................................................36
Hoofdstuk 7 7.1
Ouders ........................................................................................... 32
Ouderparticipatie ............................................................................................32 OR ..................................................................................................................32 Communicatie met ouders ..............................................................................32 5.3.1 Formele oudercontacten .................................................................... 32 5.3.2 Informele oudercontacten .................................................................. 33 Doelstellingen .................................................................................................33
Hoofdstuk 6 6.1 6.2
Personeelsbeleid .......................................................................... 29
Financieel en materieel beleid ..................................................... 37
Meerjarenbegroting .........................................................................................37 7.1.1 Vergoedingen .................................................................................... 37 7.1.2 Inhoudingen ....................................................................................... 37 7.1.3 Berekeningsmethode van de schoolformatie ..................................... 37 7.1.4 Veiligheidsmarge ............................................................................... 38 7.1.5 Stand van zaken ................................................................................ 38 4
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
7.2 7.3 7.4
Ouderbijdrage .................................................................................................38 Sponsoring en subsidies .................................................................................38 Doelstellingen .................................................................................................39
Hoofdstuk 8 8.1 8.2
Meerjarenbeleid ............................................................................ 40
Inleiding ..........................................................................................................40 Overzicht doelstellingen en prioriteitstelling ....................................................40
Bijlage I Bijlage II Bijlage III Bijlage IV
Individueel ontwikkelingsprofiel SO Individueel ontwikkelingsprofiel VSO Kijkwijzer tot 12 jaar Kijkwijzer tot 20 jaar
5
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1
Doelen en functies van het schoolplan
Dit schoolplan is bedoeld om inzicht te geven in onze huidige schoolorganisatie en het onderwijsaanbod en om het beleid voor de komende vier jaren vast te stellen. Het schoolplan is daarom uitgangspunt voor de planning per schooljaar. Door tussentijdse evaluaties kunnen er wel onderdelen wijzigen. Met dit plan voldoen we tevens aan de wettelijke verplichting te beschikken over een schoolplan. Het schoolplan (inclusief de beleidsvoornemens) moet door de school gedragen worden. Alle nieuwe leerkrachten moeten ook affiniteit hebben met de inhoud van het schoolplan en zich willen inzetten voor wat daarin beschreven staat.
1.2
Totstandkoming van het schoolplan
Vanaf augustus 2011 is de directiestructuur van de Alphons Laudy veranderd. Er is één directeur gekomen voor zowel SO als VSO met op elke locatie een locatiedirecteur. Het huidige schoolplan loopt tot medio 2012. Voor het nieuwe schoolplan is vanwege de nieuwe directiestructuur gekozen voor een gemeenschappelijk document. Omdat het schoolplan een document is waar de school het beleid voor de komende 4 schooljaren in beschrijft is het belangrijk dat er sprake is van een, door de teamleden, gedragen document. Het uitgangspunt voor de inhoud van het schoolplan was dan ook de input van de teamleden. Hiervoor is in het begin van dit schooljaar een studiedag georganiseerd. De teamleden hebben in kleine groepjes aan de hand van verschillende onderwerpen een voorzet gegeven voor de speerpunten voor de komende 4 jaar. Deze speerpunten vormden de basis voor de inhoud van dit schoolplan.
1.3
Status evaluatie van het schoolplan
Het schoolplan bepaalt, zoals gezegd, het beleid voor de komende 4 jaren van de Alphons Laudy met de meerjarendoelen. Aan de MR en het College van bestuur is instemming gevraagd voor dit schoolplan. Per schooljaar worden de jaardoelen vastgesteld en geconcretiseerd. Aan de hand van de evaluaties kunnen de meerjarendoelen worden bijgesteld.
1.4
Verwijzingen en bronnen
Ondanks het voornemen om een kort en krachtig schoolplan te maken is het toch een lijvig stuk geworden. Gestreefd is om zoveel mogelijk te verwijzen naar bestaande beleidsstukken, afspraken en protocollen.
6
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 2 Gegevens van onze school 2.1
Zakelijke gegevens
2.1.1 Naam van de school Alphons Laudy was de eerste voorzitter van het schoolbestuur van de Sint Vincentiusvereniging. Hij werd geboren op 30 april 1875 te Pey (bij Echt) in Limburg en studeerde wijsbegeerte. Vanaf 1898 was hij verbonden aan dagblad "de Tijd" als journalist en sinds 1913 als hoofdredacteur (tot 1938). Verder trad hij op als redenaar en voordrachtskunstenaar en schreef hij diverse toneelstukken. Op 94-jarige leeftijd overleed Alphons Laudy (1970), na meer dan 30 jaar in het bestuur te hebben gezeten. Hij was een groot ijveraar voor de vernieuwing van het katholiek onderwijs. Onze school viel toen onder dit bestuur. Later is het opgegaan in het bestuur van Stichting Kolom. Om zijn grote verdiensten, vooral voor het Speciaal Onderwijs, is de school naar hem vernoemd. 2.1.2 Adresgegevens, schoolgebouw, faciliteiten en omgeving SO-locatie: Meer en Vaart 9 1068 KV Amsterdam 020-4106622
[email protected] VSO-locatie: Zuidelijke Wandelweg 30. 1079 RK Amsterdam 020-6445684
[email protected] Vanaf zomer 2013: van Nijenrode weg 648 1082 HZ Amsterdam De SO-locatie ligt in het stadsdeel Osdorp. Het gebouw is in 2001 opgeleverd. Deze locatie beschikt over 12 groepslokalen, diverse kantoorruimtes, een personeelskamer, een gymzaal, een speel-leerlokaal, een lift, magazijnen en een watergewenningsbad. De Sloterplas en het Sloterpark liggen op loopafstand van de school. Voor veel buitenactiviteiten wordt gebruik gemaakt van dit park. De tijdelijke VSO locatie is gelegen in het stadsdeel Zuider Amstel / Buitenveldert. Voorheen was de school gelegen aan de van Nijenrodeweg. Daar wordt nu een nieuw schoolgebouw gerealiseerd. Totdat het nieuwe schoolgebouw klaar is, is de school gehuisvest in een gebouw aan de Zuidelijke Wandelweg. Deze locatie beschikt over verschillende klaslokalen, kantoorruimtes, een personeelsruimte, een gymzaal en een binnentuin. 2.1.3 Type onderwijs De Alphons Laudy verzorgt onderwijs aan leerlingen van 4 t/m 20 jaar die vallen binnen de vastgestelde doelgroep REC Noord Holland, cluster 3. Onze school biedt 7
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
onderwijs aan zeer moeilijk lerende leerlingen. Dit zijn leerlingen met duidelijke ontwikkelingsproblemen en een zodanige onderwijsbeperking en leerbelemmering dat zij zijn aangewezen op deze vorm van speciaal onderwijs. 2.1.4 Identiteit De Alphons Laudy is van oorsprong een katholieke school. Door fusies met andere christelijke scholen heeft de Alphons Laudy nu een oecumenische identiteit. De oecumenische identiteit is kenmerkend voor onze school, omdat de christelijke waarden en normen richting gevend zijn en de school een open houding heeft ten aanzien van andere levensovertuigingen. Onze school is in alle opzichten een kleurrijke school. Deze veelkleurigheid is bijvoorbeeld terug te vinden in de verschillende mogelijkheden van leerlingen, in de culturele en levensbeschouwelijke achtergronden van de leerlingen, maar ook in de samenstelling van het team. De Alphons Laudy maakt optimaal gebruik van deze verschillen en ziet de veelkleurigheid als een verrijking voor de leerlingen, leerkrachten en ouders. De diversiteit maakt dat op school veel aandacht wordt besteed aan verdraagzaamheid en het accepteren van het anders-zijn van de ander. Een vertrouwde en veilige omgeving is hiervoor een belangrijke voorwaarde. Doordat de leerling centraal staat vinden we het belangrijk om ruimte te bieden aan de cultuur, etniciteit en levensbeschouwing die de leerlingen mee de school in nemen. Als school met een oecumenische identiteit worden met enige regelmaat christelijke feesten gevierd en besteedt de school eveneens aandacht aan diverse feesten en gedenkdagen uit andere levensbeschouwelijke tradities. Zo is er eenmaal per jaar een interculturele dag of maand waarin het onderwijs over verschillende culturen centraal staat. Ouders worden hiervoor ook uitgenodigd. De school is van mening dat ouders mede bepalend zijn voor de identiteit van de school en betrekt hen daarom graag in het gesprek rondom de identiteit en het vormgeven aan de identiteit. (Zie voor meer informatie het document “Identiteit en ouderparticipatie Alphons Laudy”, Jeroen van Waveren, maart 2012). 2.1.5 Actief burgerschap De Alphons Laudy besteedt op verschillende niveaus aandacht aan de bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, te weten: 1) in de klas en school; 2) in de buurt en in de gemeenschap; 3) Nederland en de wereld. Op school en in de klas wordt onder andere gewerkt met de methode STIP. Een methode voor sociale competenties voor leerlingen uit het (voortgezet) speciaal onderwijs. De methode helpt leerlingen in de klas met elkaar om te gaan en zorgt voor een veilig en vertrouwd klimaat. Daarnaast wordt bij alle leerlingen eens in de 2 jaar een huisbezoek afgelegd. Een huisbezoek zorgt ervoor dat de leerkrachten zich verdiepen in de leefwereld van de leerlingen. Dit bevordert sociale integratie in de klas omdat de leerkracht meer van de thuissituatie van de leerling weet en hierop kan inspelen. Op het niveau van de buurt en de gemeenschap wordt het actief burgerschap en de sociale integratie vooral bevorderd door de buitenschoolse activiteiten en verschillende stages (alleen op het VSO). De stages bereiden de leerlingen voor op een plek in de maatschappij. Daarnaast geven interculturele projecten de leerlingen inzicht in de diversiteit van de school, de stad Amsterdam en de wereld. Op het niveau van Nederland en de wereld krijgen de leerlingen het vak wereldoriëntatie aangeboden. Dit vak geeft de leerlingen een indruk van mensen in andere werelddelen en culturen. 8
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
2.1.6 Bestuur Kolom is een bijzonder bestuur met vijftien scholen uit vier verschillende schoolsoorten in regio Amsterdam: speciaal basisonderwijs (SBO), speciaal onderwijs cluster III (SO en VSO), speciaal onderwijs cluster IV (SO) en praktijkonderwijs (PrO). Dat biedt vele voordelen. Zo kan Kolom op een veelvoud aan hulp- en ondersteuningsvragen van diverse doelgroepen een antwoord geven. Kolom beschikt over uitgebreide en diverse expertises, wisselt deskundigheid uit en vergemakkelijkt doorstroom van leerlingen en personeel. De scholen leren van elkaar en werken samen: binnen een schoolsoort en als gevolg van passend onderwijs creëert Kolom ook steeds meer flexibiliteit tussen de schoolsoorten. De verschillende scholen en schoolsoorten van Kolom versterken elkaar, delen risico’s en creëren gezamenlijk nieuwe kansen voor speciaal onderwijs. Het College van Bestuur stuurt de stichting aan en is leidinggevende van de schooldirecteuren.
2.2
Opdracht aan de school
2.2.1 Doel De school moet een plek zijn waar leerlingen zich veilig en vertrouwd voelen. Alleen als de school hieraan voldoet, kunnen leerlingen zich naar hun beste vermogen ontwikkelen. Bij het jonge kind is het doel van spel en spelen te komen tot leren van en met elkaar. Later staat het leren in het teken van voorbereiden op deelname aan de maatschappij. Daarom is het belangrijk dat leerlingen vaardigheden en kennis ontwikkelen die ze in staat moet stellen deel daarvan uit te maken. Ieder kind verdient, rekening houdend met zijn mogelijkheden, een plaats in de maatschappij. De school richt zich met het onderwijs ook duidelijk naar buiten toe, richting de maatschappij. Er wordt intensief samengewerkt met externe organisaties om daar op de juiste manier vorm aan te geven. 2.2.2 Visie De visie van de school wordt in dit schoolplan voor de komende jaren vastgesteld en komt voort uit de onderstaande missie. -
De school biedt een doorgaande didactische ontwikkelingslijn vanaf 4½ tot en met 20 jaar. Elk kind volgt een eigen ontwikkelingslijn die de basis vormt voor zijn toekomst.
-
Elk kind is uniek en wordt gelijkwaardig behandeld, ongeacht beperking, afkomst of geloofsovertuiging.
-
Een betrokken en geschoold team van medewerkers is in staat om te gaan met grote niveau- en gedragsverschillen.
-
In zijn schoolloopbaan moet ieder kind kennis maken met uitingen van kunst en cultuur.
-
Naast goed onderwijs biedt de school ook een basis voor extra zorg in overleg met ouders en zorgaanbieders.
9
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
-
School heeft een breed aanbod van stagemogelijkheden ter voorbereiding op een eigen plaats in de maatschappij.
2.2.3 Missie Ieder kind is uniek en verdient met respect behandeld te worden. Naast goed onderwijs is de zorg aan onze leerlingen ook belangrijk. Dit doen we in overleg met ouders en zorginstellingen. Deze samenwerking is nodig om onze leerlingen zelfstandiger te maken en ze hun eigen plek in de maatschappij te geven.
Samen leren en werken op weg naar zelfstandigheid 2.3
De leerlingen
2.3.1 Omschrijving van de populatie De populatie van onze school wordt in kaart gebracht aan de hand van een aantal kenmerken: 1) leeftijdsopbouw; 2) afkomst; 3) religie en 4) soort indicatie. Percentages zijn gebaseerd op het aantal leerlingen in juni 2012. Voor het SO zijn dat 106 leerlingen. Voor het VSO gaat het om 161 leerlingen. Leeftijdsopbouw SO 4 t/m 7 jaar 28 Tabel 1
VSO 8 t/m 12 jaar 78
17 t/m 20 jaar 57
Overzicht leeftijdsopbouw van de leerlingen in aantallen
Afkomst (%) Land Nederland Suriname/ Nederlandse Antillen Marokko Turkije Zuid-Afrika/ Ghana/ Nigeria/ Gambia/ Kongo/ Afghanistan Irak/ Egypte etc. Azië/Japan/India Polen/Italië/Bosnië Tabel 2
13 t/m 16 jaar 104
SO 24 8 29 10
VSO 39 16 15 13
20
15
9
2
Overzicht van de afkomst van de leerlingen in percentages
10
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Religie (%) Land Rooms-katholiek Christelijk Moslim/ islamitisch Evangelische Kerk/ Protestants/ Pinkstergemeente Geen religie Tabel 3
SO 12 5 43
VSO 5 2 31
3
5
37
57
Overzicht van de religie van de leerlingen in percentages
Indicatiesoorten SO ZML (IQ 35-70) 87 ZML-MG (IQ <35) 12 ZML- Syndroom van Down 7 Tabel 4
VSO 140 16 5
Overzicht van de indicatiesoorten volgens indeling REC Noord-Holland
2.3.2 Leerlingenaantal Het leerlingenaantal is de afgelopen schooljaren voor het SO gedaald. Dit heeft deels te maken met het opzetten van twee MG-groepen binnen het SO in het schooljaar 2008 – 2009. Deze leerlingen hebben een ZML-MG indicatie en kennen een kleinere groepsgrootte. Daarnaast kent het SO een grillige leeftijdsopbouw. Daardoor is de afgelopen schooljaren sprake geweest van een grote uitstroom van 12-jarigen. Deze uitstroom stond niet in verhouding met de instroom van nieuwe leerlingen. Ook heeft de invoering van Passend Onderwijs invloed op de instroom van leerlingen in het Speciaal Onderwijs. Het SBO neemt meer leerlingen aan met een ZML-indicatie. Het leerlingenaantal op het VSO is de afgelopen schooljaren daarentegen juist gestegen. Een overzicht van de exacte aantallen over de afgelopen schooljaren wordt gegeven in de volgende tabel. Teldatum 16-01-2007 * 01-10-2007 01-10-2008 16-01-2009 * 01-10-2009 01-10-2010 01-10-2011 Tabel 5
Regulier 144 140 120 116 105 91 85
AL SO MG 8 16 20 16 13
Totaal 144 140 128 132 125 107 98
Regulier 134 130 142 141 127 142 153
AL VSO MG 2 12 16 18
Totaal 134 130 142 143 139 158 171
Overzicht van het leerlingenaantal per schooljaar
De verwachting is dat het leerlingenaantal voor de totale Alphons Laudy de komende schooljaren gelijk zal blijven of licht zal stijgen.
11
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
2.4
Schoolorganisatie
Figuur 1
De management- en organisatiestructuur van het SO
(Centrale) MR
MT
(Deel) MR
Coördinator OB OB MB BB OOP
= = = =
Onderbouw Middenbouw Bovenbouw Onderwijs Ondersteunend Personeel NOP = Niet Onderwijzend Personeel CvB = Commissie van Begeleiding
Directeur
NOP 1
Locatiedirecteur
NOP 2
Coördinator BB
Coördinator O&Z
CvB
Werkgroepen Leerkrachten (OP) OOP
Leerkrachten (OP) OOP
OOP
= Aansturing = Communicatielijn
12
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Figuur 2
(Centrale) MR
De management- en organisatiestructuur van het VSO Management Team
NOP 1
Directeur
CvB Locatiedirecteur
NOP 2
(Deel) MR
Werkgroepen
Coördinator O&Z
Coördinator OB
Coördinator MB
Coördinator BB
Coördinator IBL/MG
OOP
Leraren OOP
Leraren OOP
Leraren OOP
Leraren OOP
OB MB BB OOP NOP CvB
= = = = = =
Onderbouw Middenbouw Bovenbouw Onderwijs Ondersteunend Personeel Niet Onderwijzend Personeel Commissie van Begeleiding
= =
Aansturing Communicatielijn
N.B. Coach en ICT’er: dit zijn leraren met een speciale taak binnen de school
13
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
2.4.1 Organisatiestructuur In januari 2009 heeft het bestuur van Stichting Kolom besloten de directiestructuur van de WEC-scholen te wijzigen. Met deze beslissing verviel de functie van clusterdirecteur WEC-scholen. De twee locaties van de Alphons Laudy functioneerden als twee afzonderlijke scholen, waarbij op elke locatie een directeur en een adjunct-directeur benoemd was. Met ingang van 1 januari 2011 maakt de adjunct-directeur van de so-locatie gebruik van de fpu-regeling. Met ingang van deze datum werd het mogelijk te kiezen voor het aanpassen van de directiestructuur. In overleg met de directies van beide locaties en de GMR is besloten om te komen tot een structuur van een directeur Alphons Laudy, een locatiedirecteur SO en een locatiedirecteur VSO. Deze vorm geeft een duidelijke verantwoordelijkheidsverdeling en kan budget neutraal uitgevoerd worden. Meer informatie over de (totstandkoming) van deze organisatiestructuur kan gevonden worden in het document “Naar een nieuwe organisatiestructuur” (Henk Arbon, Alphons Laudy SO/VSO, februari 2011). 2.4.2 Besluitvormingsstructuur Besluitvorming vindt plaats volgens een vast omschreven procedure. De directie neemt besluiten binnen het door het bevoegd gezag gegeven mandaat en beslist – al dan niet in overleg met de MT-leden – over welke zaken andere geledingen binnen de school moeten worden gepeild. (Zie voor een uitgebreide beschrijving het document “besluitvormingsstructuur op SO/VSO”). 2.4.3 Teamsamenstelling In juli 2012 bestond het totale team van de Alphons Laudy uit 85 personen. In tabel 6 de leeftijdsopbouw en het aantal mannen/ vrouwen beschreven. Leeftijdscategorie 25-34 jaar 35-44 jaar 45-54 jaar 55-64 jaar 65-99 jaar Tabel 6
Vrouw 17 19 18 13 0
Man 2 5 2 8 1
Totaal 19 24 20 21 1 85
Leeftijdsopbouw en sekseverdeling teamsamenstelling
Er wordt binnen de werving en selectie rekening gehouden met de aanvulling op het team. Daarbij wordt in eerste instantie gelet op competenties, kwaliteiten en vaardigheden. Bij gebleken geschiktheid wordt gekeken naar de verhouding van de in de tabel genoemde kenmerken. Daarnaast streeft de school naar een grotere culturele diversiteit in het team, zodat het een betere afspiegeling is van de leerlingenpopulatie.
2.5
MR
De Alphons Laudy heeft net als alle andere scholen in Nederland een Medezeggenschapsraad (MR). Dat het hebben van een MR wettelijk is geregeld, geeft aan hoe belangrijk het is dat ouders en personeel meedenken over het 14
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
onderwijs. In de MR zitten zowel vertegenwoordigers van de ouders, als van de teamleden die op de school werken. De MR denkt mee, adviseert en beslist over het beleid van de school. Belangrijke zaken waar de MR zich mee bezig houdt zijn bijvoorbeeld het personeelsbeleid, begroting, onderwijstijden, lesuren enz. De MR van de Alphons Laudy bestaat uit acht personen; vier ouders en vier personeelsleden. Beide scholen van de Alphons Laudy (SO en VSO) zijn daarin evenredig vertegenwoordigd. De MR komt gemiddeld zes keer per jaar bij elkaar in zowel de deel-MR van de beide locaties, als in een gemeenschappelijk overleg. Een deel van de vergadering wordt besteed aan overleg met de directie van de school. Daarnaast is er ook gelegenheid om als raad schoolzaken zelf te bespreken.
2.6
Interne communicatie
Beide locaties hebben hun interne communicatie in een eigen communicatieplan beschreven. In dit plan zijn de overlegsituaties per school in kaart gebracht. Wat betreft de mondelinge communicatie zijn per overlegvorm de volgende aspecten in het plan beschreven: - Naam van het overleg; - De deelnemers; - De status; - De inhoud en doelstelling; - De frequentie; - De wijze van besluitvorming; - De wijze van verslaglegging. Wat betreft de schriftelijke communicatievormen worden de volgende punten beschreven: - De uitgangspunten; - De voorwaarden; - De vormgeving. De communicatieplannen liggen ter inzage op beide locaties.
2.7
SWOT-analyse
Voor het SO is in het schooljaar 2011 – 2012 door een afvaardiging van het team onder begeleiding van een externe deskundige een SWOT-analyse gemaakt. Aan de hand van verschillende materialen en documenten is in kaart gebracht wat de bedreigingen zijn en welke kansen er liggen voor de komende jaren. Onder verwijzers en externe partners is een klein onderzoek gedaan naar hun beeld van de Alphons Laudy en is gevraagd wat verbeterd kan worden. Hieronder is de confrontatiematrix en de samenvatting van de conclusie te vinden. Voor het volledige rapport wordt verwezen naar de “Rapportage SWOT-analyse” (Sanne Hogenbirk & Ferdinand Holthuijsen, Alphons Laudy SO, juni 2012).
2.8
Confrontatiematrix
De confrontatiematrix is een middel om de sterke en zwakke punten, en de kansen en bedreigingen van een organisatie in kaart en met elkaar in verband te brengen. De achterliggende gedachte is dat de combinatie van sterke kanten en kansen moeten worden benut, waar de combinatie van zwakke kanten en bedreigingen moet worden vermeden of afgedekt. 15
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Dit resulteert in 4 strategische alternatieven: - sterke punten gebruiken voor het benutten van kansen - sterke punten gebruiken voor het tegen gaan van bedreigingen - kansen benutten door sterke kanten - kansen benutten door het ombuigen van zwakke punten Kansen
1
1
1
1
1 1
1
1
1
1
Marketingfunctie Honkvastheid personeel en hierdoor weinig flexibel
1 1
5
7
1 1
1
7
1
1
1
5
1
1 1
1
7
1
1 1
1
7
1
8
1
1
1
1 1
1
1
1
1
8
1
5
1 1
6
1
1 1
1
1
1
1
Totalen
1 1
1
Verandering indicatiestelling Negatieve vooroordelen ouders/maatschappij tegen zmlk/zichtbare beperkingen Concurrentie van de Hasselbraam Reguliere scholen krijgen grote invloed op het speciaal onderwijs
1
Afromen van de instroom door het SBO en mogelijk andere aanbieders
Prodileren met uitstroomprofielen en doorgaande lijn
1
Toenemende instroom vanuit ZMOK
2.9
1
Geen ondersteuningsprofiel Segregeren als leidend paradigma
Functioneren CvB Totalen Tabel 7
Vraag naar specifieke expertise neemt toe
Zwaktes
Ontwikkelen nieuwe onderwijsarrangementen/maatwerk
Ondernemerschap wordt vereist
Sterktes
Onderwijs aan verschillende doelgroepen zoals zmlk, autisme, gedragsproblematiek en mg Leerlijnen en niveaus zijn transparant Veel aandacht voor leeropbrengsten 1 Vakbekwaam personeel, ook voor mg en gedragsproblematiek Waardering voor onderwijsinhoudelijke ontwikkelingen
Bedreigingen
1
1
2 4
4
5
6
6
8 5
1 6
1 56
Confrontatiematrix
Conclusies en aanbevelingen
Door middel van de confrontatiematrix wordt inzichtelijk hoe de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen zich tot elkaar verhouden. De vier, in de vorige alinea beschreven, strategische alternatieven vormen het uitgangspunten voor het trekken van een aantal conclusies en het doen van een aantal aanbevelingen. Deze worden hieronder aan de hand van de vier strategische alternatieven beschreven.
16
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
2.9.1 Sterktes en kansen Door gebruik te maken van de sterke kanten van onze school kunnen de kansen benut worden. De school is onder andere zeer sterk in het bieden van onderwijs op maat aan verschillende en ingewikkelde doelgroepen. Door dit uit te breiden en ons hiermee te profileren, zorgt de school voor een stevige basis in de toekomst en een mogelijkheid om in te spelen op veranderende wetgeving en andere doelgroepen. Aanbevelingen: - Opzetten van een expertiseteam; - Profileren op het gebied van de kennis en expertise met autisme; - Publiciteit opzoeken: zichtbaarheid naar buiten toe vergroten; - Ouders en team informeren over de sterke kanten, bijvoorbeeld via de website, ouderkrant, nieuwsbrieven, enz.; - Binnen het SWV profileren op het gebied van onderwijsarrangementen op maat (opzetten van een observatiegroep). 2.9.2 Zwaktes en bedreigingen Verschillende bedreigingen komen op de school af. Door de marketingfunctie te vergroten (meer zichtbaarheid, betere PR en meer gebruik maken van de sterke kanten) kunnen deze bedreigingen worden omgezet in kansen. Aanbevelingen: - Een goede zorgstructuur vaststellen en formaliseren; - Opzetten van een expertiseteam en een observatiegroep: zorgen voor integratie, zonder daarbij het speciale karakter en de expertise van de school te verliezen. - Zorgen voor een betere marketingfunctie door het organiseren van open dagen, het meer betrekken van organisaties en instanties, organiseren van markten enz. 2.9.3 Kansen en zwaktes Op dit moment wordt er door het team vaak negatief gedacht over onder andere interne mobiliteit en over de invoering van Passend Onderwijs. Het is belangrijk om deze visie om te buigen naar een meer positieve benadering, omdat er dan door de school goed ingespeeld kan worden op huidige kansen. Daarnaast worden nieuwe kansen ook tijdig gezien en kunnen deze vervolgens ook benut worden. Aanbevelingen: - Het opstellen en vaststellen van een ondersteuningsprofiel; - Zorgen voor loopbaanbegeleiding in het kader van mobiliteit; - Duidelijker neerzetten en inbedden van de ontwikkelingsprofielen. 2.9.4 Sterktes en bedreigingen De sterke kanten kunnen worden ingezet om de bedreigingen om te zetten in kansen. De sterke leeropbrengsten van de school en de expertise van het personeel zijn daarbij belangrijke factoren. Door deze sterke kanten te vergroten en ons daar mee te profileren worden bedreigingen minder groot. Aanbevelingen: - Professionalisering van het personeel blijven stimuleren en vergroten; - Sterke kanten blijven benadrukken en blijven aanscherpen; - Voorlichting geven over het ZML-onderwijs en ons specifieke aanbod en daarmee meer naar buiten treden; - Meer opbrengstgericht werken en leeropbrengsten meer fysiek zichtbaar maken in de school.
17
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 3 Onderwijskundig beleid 3.1
Onderwijsorganisatie
3.1.1 Doelgroepbeschrijving De Alphons Laudy biedt onderwijs aan leerlingen van 4 tot 20 jaar met een gevarieerde verscheidenheid in ontwikkelingsmogelijkheden. Leerlingen met een ontwikkelingsachterstand, laag functionerende (kwetsbare) leerlingen en leerlingen die naast een verstandelijke beperking ook een stoornis binnen het autistisch spectrum hebben of waarbij sprake is van kenmerken binnen het autistische spectrum die het functioneren in sterke mate bepalen. Deze leerlingen hebben een cluster 3-zml indicatie. De Alphons Laudy biedt deze leerlingen onderwijs op maat. Hierin wil de school samenwerken met organisaties als o.a. Cordaan en Bascule, die rondom de leerling betrokken zijn. In het kort zijn de indicatiecriteria als volgt: - leerlingen met een IQ onder de 35 en een grote zorgbehoefte; - leerlingen met een IQ tussen de 25 en 55 en een geringe sociale redzaamheid; - leerlingen met een IQ tussen de 55 en 70 en een bijkomende stoornis. Door de aanscherping van de indicatiecriteria wordt steeds meer samenwerking gezocht met aanpalend onderwijs, zoals bijvoorbeeld de KDC’s, het Speciaal Basis Onderwijs, ZMOK en het Praktijkonderwijs. De school maakt beleid op het vergroten van de ontwikkelde expertise en gaat hiermee samenwerkingsverbanden aan zoals met SBO ‘de Hasselbraam’ (observatieklas etc.) en Praktijkcollege Kolom ‘de Atlant’ (POS: Praktijk Onderwijs Speciaal). In de toekomst zullen de leerlingen binnen het ZML-onderwijs op een andere manier geïndiceerd worden. Dit in het kader van de Wet op Passend Onderwijs. De indicering komt bij het SWV te liggen in plaats van bij een REC. Hoe dit in de toekomst eruit zal gaan zien is op dit moment nog onduidelijk. Gedurende het gehele schooljaar kunnen leerlingen geplaatst worden op de school. Op het SO wordt de aanmeldingsprocedure van het REC Noord Holland gevolgd. Op het VSO is de ELKK procedure vanuit de gemeente Amsterdam een leidraad wat betreft plaatsing. 3.1.2 Ontwikkelingsperspectief Volgens de Kwaliteitswet (V)SO moet de school voor elke leerling een individueel ontwikkelingsperspectief vaststellen. Dit is uitgangspunt om voor iedere leerling op zijn/haar niveau het optimale niveau te bereiken. Daarbij is de toekomstige (werk)plek van de leerling steeds richtinggevend. Dit geeft de structuur aan het onderwijs. In dit perspectief staan de volgende onderdelen beschreven: - Uitstroombestemming Loonvormende arbeid, arbeidsmatige dagbesteding, taak- of activiteitgerichte dagbesteding of belevingsgerichte dagbesteding. - Uitstroomprofiel Verzameling van alle uitstroomniveaus die leiden naar de uitstroombestemming. 18
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
- Uitstroomniveau Streefniveau op de leerlijnen, zowel eindniveau als tussentijds. - Leerroute De route die de leerling volgt om te komen tot de uitstroombestemming: A, B, C, D/MG. - Uitstroomgrafiek Grafische weergave van de ontwikkeling van de leerling. - Arrangementen Per vak is aangegeven welk arrangement (=leerstofaanbod) de leerling volgt (basis, verdiept, intensief of zeer intensief). Een leerling kan verschillende arrangementen volgen. - Handelingsplan Er wordt niet meer gewerkt met individuele handelingsplannen, maar enkel met groepsplannen. Het individuele handelingsplan is niet meer dan de aantekening van wat afwijkt van het groepsplan. Het ontwikkelingsperspectief van alle leerlingen wordt jaarlijks vastgesteld door de Commissie van Begeleiding. De school is erop gericht om overeenstemming met de ouders te bereiken. Ieder schooljaar zijn er drie verschillende momenten waarop de (onderwijs) voortgang van de leerling met de ouders wordt besproken. Het komende schooljaar wordt op beide locaties dit individueel ontwikkelingsperspectief verder geformuleerd en vastgesteld voor alle leerlingen. 3.1.3 Uitstroomprofiel De Alphons Laudy hanteert vier uitstroomprofielen binnen de school. Deze profielen geven de school houvast bij de vormgeving van het onderwijs, bij de communicatie naar de leerlingen, ouders en andere betrokkenen en bij het streven naar opbrengsten (aansluiting) van de (werk)plek waar de leerling in de toekomst naar toe gaat. Per uitstroomprofiel zijn kerndoelen geformuleerd, die zijn afgestemd op de verschillende doelgroepen binnen het profiel. De kerndoelen sluiten aan bij de kerndoelen van het primair onderwijs en leggen de grondslag voor een soepele doorstroming naar vervolgtrajecten in onderwijs, arbeid of dagbesteding. Op zowel het SO als op het VSO wordt gebruik gemaakt van een individueel uitstroomprofiel. Daarin wordt elk schooljaar bijgehouden welk niveau de leerling beheerst voor vijf hoofdvakken (rekenen, mondelinge taal, schriftelijke taal, sociaal emotioneel en leren leren). Het plaatsen van een leerling op een bepaald uitstroomprofiel gebeurt aan de hand van een “kijkwijzer”. Deze kijkwijzer geeft een overzicht van de vaardigheden die leerlingen nodig hebben voor de uitstroom op een bepaald uitstroomprofiel bij zowel 12 als 20 jaar. Zowel het individuele ontwikkelingsprofiel als de kijkwijzers bij 12 en 20 jaar, zijn toegevoegd als bijlage (bijlage I t/m bijlage IV). Om leerlingen meer inzicht te geven in en meer eigenaar te laten worden van hun eigen leerproces en leeropbrengsten is op het VSO in oktober 2012 door de directie aan de leerlingen een presentatie gegeven over de uitstroomprofielen, leerroutes en leeropbrengsten. Deze presentatie is vervolgens nogmaals in de klas door de leerkracht herhaald. De presentatie zal elk jaar opnieuw aan alle leerlingen gegeven worden.
19
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Wanneer de leerling de school verlaat, krijgt hij of zij een getuigschrift dan wel een overgangsdocument mee. Op dit moment wordt gewerkt aan het opzetten van een ontwikkelingsportfolio waarin de leerlingcompetenties staan beschreven en de mate waarin de leerling deze beheerst. De uitstroomprofielen worden hieronder kort geschetst. Per uitstroomprofiel wordt ingegaan op de doelstelling en de doelgroep (leerlingen). De uitstroomprofielen gericht op doorstroom naar het vervolgonderwijs en naar de arbeidsmarkt Het onderwijs in dit uitstroomprofiel is gericht op het behalen van een regulier diploma vmbo (inclusief aangepaste trajecten zoals leerwerktrajecten) of terugstroom van de leerling naar het reguliere onderwijs. In de toekomst zal dit uitstroomprofiel in samenwerking met andere PRO scholen worden aangeboden. Het onderwijs in het arbeidsmarktgerichte uitstroomprofiel is enerzijds gericht op een brede persoonlijke vorming en participatie in de samenleving en anderzijds op duurzame toeleiding van leerlingen naar een passende plaats op de arbeidsmarkt. Deze leerlingen zullen (eenvoudige) werkzaamheden kunnen verrichten in loonvormende arbeid op de arbeidsmarkt, maar niet een volledig kwalificerend diploma kunnen behalen. Zij zijn echter ook vanwege specifieke beperkingen of stoornissen op ondersteuning aangewezen. -
A. Loonvormende arbeid
De uitstroomprofielen gericht op doorstroom naar dagbesteding Leerlingen in dit uitstroomprofiel worden geacht na het vso een plaats te krijgen in een instelling voor dagbesteding. De groep is zeer divers. Een deel van de leerlingen kan met ondersteuning en begeleiding werkzaamheden verrichten, bijvoorbeeld in een aangepaste omgeving en werksetting. Voor andere leerlingen zijn hun mogelijkheden en beperkingen dusdanig dat ze op andersoortige activiteiten aangewezen zijn. Het onderwijs binnen dit uitstroomprofiel richt zich op persoonlijke vorming en competentieontwikkeling rond werk- en dagactiviteiten, wonen, vrije tijdsbesteding en burgerschap. Bij dagbesteding is het volgende onderscheid te maken: arbeidsmatige activiteiten, dagbestedingsactiviteiten en belevingsgerichte activiteiten. -
B. Arbeidsmatige dagbesteding C. Taak- of activiteitgerichte dagbesteding MG. Belevings- en ervaringsgerichte dagbesteding
In het schooljaar 2010-2011 zien de percentages van de leerlingen die op een bepaald uitstroomprofiel zijn uitgestroomd er als volgt uit.
20
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Uitstroomprofiel Alphons Laudy A Loonvormende arbeid B Arbeidsmatige dagbesteding C Taak- of activiteitgerichte dagbesteding D/ MG Belevings- en ervaringsgerichte dagbesteding Tabel 8
% leerlingen schooljaar SO (2010-2011)
% leerlingen schooljaar VSO (2010-2011)
16
24
58
35
5
41
21
0
Overzicht uitstroom per profiel in percentages
In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van het soort vervolgplek waar de schoolverlaters van 18 t/m 20 jaar in het schooljaar 2010-2011 naar toe zijn gegaan. Uitstroom naar: Cordaan / Ago Leer- werktraject Zorginstelling Thuis/ onbekend Tabel 9
Aantal leerlingen 11 7 2 1
Overzicht vervolgplekken in aantallen
3.1.4 Uitstroomniveaus Voor elk uitstroomprofiel zijn conform de kwaliteitswet (V)SO eind- en tussentijdse uitstroomniveaus vastgesteld. Aan de hand van deze uitstroomniveaus, wordt gekeken of een leerling zich passend bij het profiel ontwikkelt. Voor het SO zijn voornamelijk de uitstroomniveaus t/m 12 jaar belangrijk. Bij het VSO wordt vooral gekeken naar de uitstroomniveaus van 13 t/m 20 jaar. Het uitstroomniveau op het SO (12 jaar) lijkt niet aan te sluiten bij het instroomniveau van het VSO (13 jaar). Dit heeft een aantal redenen: - Bij het vaststellen van de niveaus is rekening gehouden met de veranderingen voor leerlingen bij de overgang van het SO naar het VSO. Bij het SO is nog sprake van een vaste groep waar de leerling in zit, met een vaste leerkracht die het overgrote deel van de vakken geeft. Bij het VSO krijgen de leerlingen te maken met verschillende (vak)leerkrachten, verschillende groepsamenstellingen en verschillende vakken. Veel leerlingen hebben moeite met deze veranderingen. Door de niveaus niet te eisend vast te stellen, krijgen leerlingen de ruimte en de tijd om te leren omgaan met het “nieuwe” onderwijssysteem. - Het SO heeft naast het VSO ook te maken met andere uitstroombestemmingen (Praktijk onderwijs, SBO, KDC etc.). Dat betekent dat de uitstroomniveaus afgestemd moeten zijn op meerdere uitstroombestemmingen. - Voor het VSO geldt daarentegen dat leerlingen naast het SO instromen vanuit verschillende plekken (andere SO-scholen, regulier basisonderwijs etc.). Dat betekent voor de instroomniveaus dat deze breed vastgesteld moeten zijn, om aan te sluiten bij alle instromende leerlingen.
21
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Door bovengenoemde redenen kan de indruk gewekt worden dat er te weinig eisen worden gesteld en leerlingen in de eerste schooljaren na de overgang van SO naar VSO nauwelijks worden uitgedaagd om te leren. Het tegenovergestelde is waar. Leerlingen stromen door op het niveau waarop zij uitstromen. Ook het onderwijs dat zij volgen is een continu proces. In de tabellen 10 t/m 14 staan de uitstroomniveaus beschreven per hoofdvak, per uitstroombestemming en per leeftijd. Rekenen Leeftijd A B C D/ MG Tabel 10
4 1 1 1 P1
5 6 7 8 9 10 11 12 8 1 2 3 4 5 6 7 6 1 2 2 3 3 4 5 3 1 1 1 1 2 2 3 P1 P1 P1 P2 P3 P4 P5 P6 Overzicht uitstroomniveaus voor rekenen
13 8 5 3 -
14 8 6 3 -
15 9 6 4 -
16 9 7 4 -
17 10 7 5 -
18 10 8 5 -
19 10 8 5 -
20 10 8 6 -
4 1 1 1 P1
5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 8 1 2 3 4 5 6 7 8 8 6 1 2 2 3 3 4 5 5 6 3 1 1 1 1 2 2 3 3 4 P1 P1 P1 P2 P3 P4 P5 P6 Overzicht uitstroomniveaus voor mondelinge taal
15 9 6 4 -
16 9 7 4 -
17 10 7 5 -
18 10 8 5 -
19 10 8 5 -
20 10 8 6 -
4 1 1 1 P1
5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 8 1 2 3 4 5 6 7 8 8 6 1 2 2 3 3 4 5 6 6 3 1 1 1 1 2 2 3 3 4 P1 P1 P1 P2 P3 P4 P5 P6 Overzicht uitstroomniveaus voor schriftelijke taal
15 9 7 4 -
16 9 7 4 -
17 10 8 5 -
18 10 8 5 -
19 10 8 5 -
20 10 8 6 -
4 1 1 1 P1
5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 8 1 2 3 4 5 6 7 7 8 8 6 1 2 2 3 3 4 5 5 6 6 3 1 1 1 1 2 2 3 3 4 4 P1 P1 P1 P2 P3 P4 P5 P6 Overzicht uitstroomniveaus voor sociaal-emotioneel
16 8 7 5 -
17 9 7 5 -
18 9 8 5 -
19 10 8 6 -
20 10 8 6 -
4 1 1 1 P1
5 6 7 8 9 10 11 12 13 8 1 2 3 4 5 6 7 8 6 1 2 2 3 3 4 5 6 3 1 1 1 1 2 2 3 3 P1 P1 P1 P2 P3 P4 P5 P6 Overzicht uitstroomniveaus voor leren leren
16 8 7 4 -
17 9 7 5 -
18 9 7 5 -
19 10 8 5 -
20 10 8 6 -
Mondelinge taal Leeftijd A B C D/ MG Tabel 11
Schriftelijke taal Leeftijd A B C D/ MG Tabel 12
Sociaal-emotioneel Leeftijd A B C D/ MG Tabel 13
Leren leren Leeftijd A B C D/ MG Tabel 14
14 8 6 3 -
15 8 6 4 -
Elk jaar worden aan de hand van de uitstroomniveaus de leeropbrengsten bepaald. Dit gebeurt zowel op individueel als op schoolniveau. Op deze manier wordt meer inzicht verkregen in de kwaliteit van het onderwijs en kan het onderwijs eventueel worden aangepast, zodat het altijd aansluit bij de behoefte van de leerlingen. Twee keer per jaar worden de leeropbrengsten met het team besproken. Daarnaast hebben alle leerkrachten twee keer per jaar een opbrengstgesprek waarin de 22
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
opbrengsten van de groep en van de individuele leerlingen aan de orde komen. In paragraaf 6.5 wordt verder ingegaan op de leeropbrengsten. 3.1.5 Leerlijnen en kerndoelen Kerndoelen van het onderwijs zijn een aantal door het ministerie van onderwijs vastgestelde streefdoelen voor het onderwijs in Nederland. De kerndoelen geven richtlijnen en minimumeisen voor het onderwijsaanbod en het niveau van kennis en vaardigheden die leerlingen opdoen. De kerndoelen zijn opgedeeld in twee soorten. Leergebiedspecifieke doelen gaan over specifieke vakken als rekenen, taal en tekenen. Leergebied overstijgende doelen hebben betrekking op meer algemene vaardigheden, zoals sociaal emotionele ontwikkeling, werknemersvaardigheden (leren leren) en sociale redzaamheid. Leerlijnen Leerlijnen zijn een uitwerking van de kerndoelen. Samen met de CED schoolbegeleidingsdienst heeft de school (SO en VSO), de kerndoelen omgezet naar concrete doelen die omschrijven wat leerlingen moeten kennen en kunnen. Deze zijn onderverdeeld in doelen met streefkwaliteit per jaar, zodat iedereen goed zicht houdt of de leerling zich naar zijn/haar mogelijkheden ontwikkelt en het een goede aansluiting geeft bij de toekomstige (werk)plek. In totaal zijn er 15 reguliere leerlijnen waarmee gewerkt wordt en 5 MG-leerlijnen. Een overzicht van de leerlijnen: Algemeen vormende vakken 1. Rekenen; 2. Schriftelijke taal (lezen en schrijven); 3. Mondelinge taal; 4. Oriëntatie op tijd; 5. Oriëntatie op ruime; Vakoverstijgend 6. Leren leren; 7. Sociaal emotionele ontwikkeling; 8. Spelontwikkeling; 9. Wonen/vrije tijd/ werken; 10. Zintuiglijke en motorische ontwikkeling. Vakspecifiek 11. Beeldende vorming (textiel, keramiek, tekenen); 12. Bewegingsonderwijs; 13. Dramatische vorming; 14. Muziek en bewegen; 15. Natuur en techniek De MG/Plancius-leerlijnen 1. Communicatie; 2. Sensomotoriek; 3. Sociaal emotionele ontwikkeling; 4. Spelontwikkeling; 5. Zelfredzaamheid. 23
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
3.1.6 Toetsen De school legt op verschillende momenten de ontwikkeling van de leerling vast. De Alphons Laudy wil dit zoveel mogelijk doen door het gebruik van methodeonafhankelijke, genormeerde toetsen. Verschillende organisaties als CITO, de CED-groep en het KPC zijn bezig met de ontwikkeling van toetsen die aansluiten bij de kerndoelen en leerlijnen van het (voortgezet) speciaal onderwijs. Naast deze toetsen maken de leerkrachten ook gebruik van observaties en kijkwijzers, zodat objectief vastgesteld kan worden of de leerling de gestelde doelen bereikt heeft, maar daarnaast ook of de kwaliteit van onderwijs verder verbeterd kan worden. De verkregen gegevens worden ingevoerd in het leerlingvolgsysteem (LVS). De school maakt gebruik van het elektronische LVS2000 systeem. Zo krijgt het team zicht op de studievoortgang van de leerling, anticipeert (en stuurt) naar het gewenste niveau en kan hierop het onderwijs afstemmen. 3.1.7 Leermiddelen Om het onderwijs zo efficiënt mogelijk in te richten en goed te laten aansluiten bij de mogelijkheden en belevingswereld van de leerlingen, wordt op de school veel gebruik gemaakt van ontwikkelingsmaterialen en adaptief materiaal. Daarnaast worden er verschillende methoden binnen de school gebruikt, enerzijds als bronnenboek voor lessen en anderzijds als leidraad voor de lessen. Methoden die momenteel veel gebruikt worden zijn: - Rekenen Wis en Reken (SO) Maatwerk (VSO) Alles telt (VSO) - Lezen Veilig stap voor stap (SO) Leeslijn, Leesbegrip (VSO) Spelling in de lift (VSO) - Schrijven Mijn eigen handschrift (SO) - Sociale vaardigheden STIP (Sociale Training In Praktijk) (SO en VSO), Leefstijl (VSO) - Wonen en werken Promotie - Verschillende vakken Vox De verwachting is dat in de toekomst de hoeveelheid methoden zal toenemen. Hierin wil de school de aansluiting vinden met de uitstroomprofielen, kerndoelen en de mogelijkheden van de leerling en de school. 3.1.8 Stage De Alphons Laudy heeft als missie “Samen leren en werken op weg naar zelfstandigheid”. Vanaf het moment dat een leerling op school komt, wordt hier door de school, de leerling en de ouders aan gewerkt. Vanaf het 15e levensjaar kunnen de VSO leerlingen stage gaan lopen. Tijdens de verschillende stages wordt gewerkt aan een geleidelijke overstap naar de toekomstige (werk)plek. Met name de werknemersvaardigheden (leerlijn leren leren) zijn de basis voor de stages. De school werkt samen met verschillende partners zodat er een breed aanbod is voor stageplekken.
24
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Soorten stages Interne schooltaken: Dit zijn stages binnen de school, hierbij valt te denken aan de huishoudelijke taken, onder begeleiding van een onderwijsassistent. Oriëntatiestage: In de middenbouw van de VSO locatie lopen de leerlingen, onder begeleiding van de leerkracht, op verschillende terreinen stage, bijvoorbeeld facilitair, werken in de keuken, detailhandel en de kunststage. Op deze manier kan de leerling zich oriënteren en interesses verder onderzoeken op terreinen waar hij/zij na de school zijn ontwikkeling wil vervolgen. Aan het eind van de middenbouw wordt op basis van het leervolgsysteem, de wensen en mogelijkheden vanuit de leerling en ouders en een interesse-test (assessment) bepaald waar een leerling gaat uitstromen. Individuele stages: De leerlingen vanaf 18 jaar gaan normaliter 2 dagen per week individuele stage lopen via een zorgaanbieder. De school onderhoudt een nauw contact met de leerlingen, ouders en zorgaanbieder. KPC Leerlingen vanaf 16 jaar die de mogelijkheden daartoe hebben, kunnen deelnemen aan een KPC cursus. Tijdens deze arbeidsgerichte cursus van 1 schooljaar, creëren zij betere kansen voor de toekomstige werkplek of doorstroming naar het vervolgonderwijs. Het gaat om een branchegerichte cursus. Momenteel worden de volgende cursussen aangeboden: werken in de keuken werken in de facilitaire dienst werken in de natuur; kinderboerderij In samenwerking met andere scholen worden de cursussen “werken in de detailhandel” en “zorg en welzijn” aangeboden. Netwerkschool Alphons Laudy is in samenwerking met andere scholen en organisaties aan het onderzoeken in hoeverre het mogelijk is om een netwerkschool op te zetten. Dit om in de toekomst een nog betere aansluiting te kunnen maken tussen school en werkplek. 3.1.9 Pedagogisch en didactisch handelen De Alphons Laudy wil de leerlingen een pedagogisch klimaat bieden van veiligheid en vertrouwen, op basis daarvan krijgen de leerlingen de kans zich optimaal te ontwikkelen. Dit willen we vooral laten zien door middel van voorbeeld gedrag. De school heeft hiervoor een schoolstandaard ontwikkeld. Dit om de kwaliteit van het pedagogisch klimaat en niveau van instructie van de leerkrachten verder te vergroten. Leerkrachten worden hierin begeleid. De school vindt een positieve benadering van belang, ook bij ongewenst gedrag. De school maakt keuzes welk gedrag we willen veranderen en welk gedrag we accepteren. Van belang is dat we rekening houden met de situatie en met de 25
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
individuele leerling. Wat betreft het didactisch en pedagogisch handelen is goed klassenmanagement essentieel. Het klassenmanagement is gericht op begeleiden van verschillende doelgroepen en niveaus binnen de groep. De leerkracht is door goed klassenmanagement in staat om onderwijsaanbod op maat voor de leerling te realiseren. Op het SO wordt gewerkt met een “kijkwijzer klassenmanagement”. Hierin staat beschreven hoe het klassenmanagement wordt vormgegeven en welke afspraken er onderling zijn gemaakt. Op deze manier wordt in iedere klas in basis op dezelfde manier gewerkt. Dit draagt bij aan de herkenbaarheid voor de leerlingen en daarmee aan een goed didactisch en pedagogisch handelen in de school. 3.1.10 Totale communicatie en logopedie Communicatie en interactie zijn basisvoorwaarden om te leren. De school biedt daarom ‘Totale Communicatie’. Op school werken twee logopedisten, die zorg dragen voor het aanbod en de afstemming van de totale communicatie binnen de school. Een belangrijk onderdeel van ‘Totale Communicatie’ is dat de verbale taal op school (waar mogelijk) wordt ondersteund met visuele middelen, zodat ook steeds 'zichtbaar' is wat er wordt gezegd. Deze visuele middelen kunnen per leerling wisselen. Het kan bestaan uit concreet materiaal, zoals foto's, platen en picto's, of uit ondersteunende gebaren die tijdens het praten gebruikt worden. De logopedist kijkt samen met de leerkracht en intern begeleider naar de individuele behoeften van de leerlingen. Afhankelijk van de hulpvraag wordt gekeken of en hoe een leerling het beste geholpen kan worden. Op het SO begeleidt de logopedist de leerlingen in de klas. Op het VSO worden leerlingen die daarvoor in aanmerking komen individueel begeleid of krijgen begeleiding van de logopediste door het geven van groepslessen. Tevens geven de logopedisten adviezen aan de leerkrachten. De school wil dit de komende jaren verder uitbreiden en nog beter aansluiten bij de behoefte van de verschillende communicatieniveaus.
3.2
Zorgstructuur
3.2.1 Zorgplan Op school zijn de intern begeleiders, groepsleerkrachten en leden van de Commissie van Begeleiding verantwoordelijk voor uitvoering van het Zorgplan. Beide locaties kennen een eigen zorgplan dat uitgaat van vier fases die de kwaliteitscyclus van het handelingsgericht werken vormen (gebaseerd op de cyclus van Plan/Do/Check/Act). De volgende fases worden onderscheiden: Fase 1 waarnemen en signaleren Fase 2 begrijpen en analyseren Fase 3 plannen Fase 4 realiseren en uitvoeren In fase 1 worden de leerling-gegevens verzameld in een groepsoverzicht om de niveaugroepen in te delen en de leerlingen te signaleren die extra begeleiding nodig hebben. In fase 2 worden de onderwijsbehoeften van de leerlingen erkend en benoemd. In fase 3 worden leerlingen met dezelfde onderwijsbehoeften in niveaugroepen ingedeeld voor de hoofdvakken. Dit wordt in een groepsplan inzichtelijk gemaakt.
26
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
In fase 4 wordt het groepsplan uitgevoerd. De komende jaren wordt het handelingsgericht werken steeds meer ingevoerd ook met name op het gebied van de intake en plaatsing van leerlingen. 3.2.2 Ondersteuningsprofiel Iedere school is binnen de wet op Passend onderwijs verplicht om een ondersteuningsprofiel op te stellen. Beide locaties zijn op het moment van schrijven bezig met het invullen van dit ontwikkelingsprofiel. In dit profiel wordt de geboden basiszorg vermeld evenals de zorg die de Alphons Laudy specifiek te bieden heeft. Zodra de ondersteuningsprofielen gereed zijn, worden ze als bijlage aan het schoolplan toegevoegd.
3.3
Cultuurbeleid
Op de Alphons Laudy staat de voorbereiding op (toekomstig) werken, wonen, vrije tijdsbesteding en burgerschap centraal. Het leergebied 'culturele oriëntatie en creatieve expressie' draagt daaraan bij door het stimuleren van de persoonlijke, creatieve en kunstzinnige ontwikkeling. Stimuleren van de verbeeldingskracht en de ontwikkeling van competenties om de vrije tijd op een passende en bevredigende manier vorm te geven zijn voor de ZMLK leerlingen van extra belang. In het meerjaren cultuurbeleidsplan (zie cultuurbeleidsplan 2012) zijn de uitgangspunten voor de komende 4 jaar vastgelegd. Er is een cultuurcoördinator op school die verantwoordelijk is voor de uitvoering van het plan, die het beleid mede bepaalt en de externe contacten onderhoudt. Met de huidige diversiteit van de kunsten cultuurvakken (tekenen, textiel, muziek, drama, keramiek, handvaardigheid en cultureel erfgoed) heeft de school een krachtig middel om deze vaardigheden van de leerlingen verder te ontwikkelen. Daarnaast reiken wij de leerlingen handvatten aan om de eigen identiteit te ontwikkelen binnen deze multiculturele samenleving. De school hanteert de kerndoelen van culturele oriëntatie en creatieve expressie en ontwikkelt de komende periode samen met de CED hiervoor leerlijnen.
3.4
Doelstellingen
1. Zorgen voor afstemming tussen SO en VSO op het gebied van de inhoud en de terminologie van de uitstroomprofielen. 2. Kerndoelen aanpassen aan de wetgeving. 3. Onderzoek doen naar geschikt toetsmateriaal voor leerlijnen en het ZMLonderwijs en er zo mogelijk gebruik van gaan maken. 4. Gebruik maken van voor de leerlijnen geschikte methodes en/of materialen. 5. Er wordt geschikte educatieve software aangeschaft om de leeropbrengsten te verhogen. 6. Het opzetten en uitwerken van de netwerkschool (VSO). 7. Het verzorgen van arbeidstraining gericht op leren leren (VSO). 8. Het verder uitwerken en uitvoeren van een pedagogische en didactische schoolstandaard. 9. Het krijgen van de erkenning van een cultuurprofielschool (VSO). 10. Vormgeven aan het Papageno project (VSO). 11. Het niveau van de leerlingen vaststellen op het gebied van Totale Communicatie en daarop het aanbod en de ondersteuning afstemmen. 12. Op het SO vormgeven van de zorgstructuur in afstemming met het VSO.
27
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
13. Het ontwikkelen van een doorgaande lijn tussen SO en VSO op het gebied van culturele oriëntatie, wat betreft leerlijn, uitstroom en implementatie. 14. Op het SO wordt gestart met een observatiegroep. 15. Het onderzoeken van de behoeften en vragen die door de partners en scholen in het SWV aan onze school worden gesteld. De resultaten worden gebruikt om meer vraaggestuurd te kunnen werken. 16. Het formuleren en uitvoeren van het beleid m.b.t. MG-leerlingen (VSO). 17. Het uitbouwen van de KPC-trajecten in samenwerking met andere scholen (VSO). 18. Het opzetten en uitvoeren van beleid rondom leerlingen met autisme (VSO). 19. Optimaliseren van de cyclus van handelingsgericht werken. 20. Het opbrengstgericht werken vertalen naar het werken in de klassen. 21. Het opbrengstgericht werken versterken door het eigenaarschap van het team te vergroten.
28
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 4 Personeelsbeleid 4.1
Integraal personeelsbeleid
De professionaliteit en kwaliteit van het personeel zijn belangrijk voor het onderwijs en de ontwikkeling van de school. Stichting Kolom hanteert een bovenschools Integraal Personeels Beleid (IPB). Kern hiervan is een drie-jaarlijks gesprekkencyclus van een Persoonlijk Ontwikkelings Plan gesprek (P.O.P.) waarin de ontwikkeling en scholing van betrokken collega worden besproken en vastgelegd. Het jaar daarop volgt een functioneringsgesprek met als doel het eigen functioneren te bespreken. Een jaar later volgt een beoordeling door de directie. Voordeel is dat door deze gesprekkencyclus de ontwikkeling van personeelsleden wordt besproken en vastgelegd. Zie beleidsplan integraal personeelsbeleid Kolom. Naast de gesprekkencyclus nemen de groepsleerkrachten van SO en VSO ook deel aan intercollegiale consultatie.
4.2
Begeleiding startende leerkrachten en/of klassenassistenten
De school heeft een eigen inwerkprogramma voor nieuwe startende leerkrachten en/of klassenassistenten. Een ervaren leerkracht en/of klassenassistent wordt door de directie gevraagd aan de hand van het inwerkprogramma een nieuwe collega te begeleiden en in te werken op de school. Voor meer inhoudelijke/coachende vragen kunnen de intern begeleiders worden gevraagd die hiervoor de nodige scholing hebben gevolgd. Vanuit het Integraal Personeels Beleid van Kolom volgt de directie een nieuwe collega een aparte gesprekken- en bezoekcyclus: in het 1ste jaar twee functioneringsgesprekken, twee klassenbezoeken, een tussentijdse beoordeling en een eindbeoordeling die kan leiden tot een bestuursaanstelling bij Stichting Kolom. 4.2.1 Begeleiding personeel Een begeleidings- en/of coachingsvraag van een personeelslid wordt in eerste instantie neergelegd bij één van de intern begeleiders. Deze zijn opgeleid en ervaren in het coachen. School heeft ook een geschoold S.V.I.B.-er (School Video Interactie Begeleiding) die extra ingezet kan worden bij het coachen. In overleg met de directie kan ook, indien gewenst, een extern gekwalificeerde coach worden aangetrokken. 4.2.2 Bekwaamheidsdossier Tijdens de 3-jaarlijkse gesprekkencyclus van P.O.P.-, functionerings- en beoordelingsgesprek besteedt de directie ook aandacht aan de ontwikkeling van het eigen bekwaamheidsdossier van alle personeelsleden. Uitgangspunt is dat de collega zelf verantwoordelijk is voor zijn/haar ontwikkeling binnen de school. Dit kan een vorm van nascholing betekenen die individueel wordt gevolgd of het verrichten van specifieke taken binnen de school. Van de gevolgde nascholing en het uitvoeren van specifieke taken wordt verslag opgemaakt voor het bekwaamheidsdossier.
4.3
Taakbeleid
Stichting Kolom heeft een bovenschools kader neergezet voor het taakbeleid op onze school. Uitgangspunt is dat iedere medewerker beschikt over een eigen normjaartaak (N.J.T.) Deze normjaartaak gaat uit van wettelijke richtlijnen die onder andere in de CAO zijn vastgesteld: 1659 uren inzet bij een volledige aanstelling, 29
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
lesgebonden uren, niet-lesgebonden uren, taken, teamnascholing en individuele nascholing. Het doel van een normjaartaak is de werkzaamheden, individuele kwaliteiten onder het personeel en de beschikbare tijd van het totale personeel beter te verdelen zodat iedereen zijn bijdrage en inzet levert aan de school. Indien nodig worden met de directie individuele aanpassingen in de eigen normjaartaak besproken en opgenomen.
4.4
Scholing
Stichting Kolom vindt scholing van haar personeel van groot belang om het niveau van het onderwijs op haar scholen te vergroten. Bovenschools wordt de scholing verzorgd voor: nieuwe medewerkers, bedrijfshulpverleners, contactpersonen, preventiemedewerkers en directies. De school heeft een eigen scholingsplan waarin de scholing wordt verantwoord van het team en individuele personeelsleden. Het scholingsplan is een onderdeel van het jaarplan van de school en wordt met instemming van managementteam, bestuur en medezeggenschapsraad uitgevoerd.
4.5
Ziekteverzuimbeleid
Stichting Kolom hanteert een bovenschools ziekteverzuimbeleidsplan. Hierin staat beschreven het geheel aan plannen, procedures, afspraken en maatregelen gericht op het voorkomen en verminderen van het ziekteverzuim op de school. De uitvoering van dit ziekteverzuimbeleidsplan ligt in handen van de directeur van de school en de medewerker zelf. Zij worden ondersteund door de verzuimmedewerker, de bedrijfsarts en de personeelsadviseur van Kolom. Regelmatig vindt er Sociaal Medische Overleg (S.M.O.) plaats waarbij het individuele ziekteverzuim wordt besproken. Verder worden jaarlijks de ziekteverzuimcijfers van de hele school besproken met de verzuimmedewerkers. Indien nodig vindt dit eerder of vaker plaats. Door actief verzuimbeleid is het gemiddelde ziekteverzuim van alle Kolomscholen van 9% in 2011 gezakt naar 6,89%. Onze school kwam in 2011 op een gemiddeld ziekteverzuimcijfer van 6,36%. Dit is hoger dan de jaren ervoor: 2009 5,32% en in 2010 3,74%. Deze verhoging wordt vooral veroorzaakt door meer langdurig zieke collega’s.
4.6
Arbeidsmobiliteit binnen de Kolom
Stichting Kolom bevordert de interne mobiliteit van personeelsleden binnen haar eigen scholen. De personeelsadviseurs spannen zich in voor personeelsleden die aangeven op een andere school (soort) ervaring op te willen doen. Jaarlijks wordt directeuren gevraagd of er personeelsleden zijn die een baan op een andere Kolomschool wensen. Het bovenschools mobiliteitsplan bevordert dat het personeel zich prettig en gewaardeerd blijft voelen en daarmee behouden blijft. Kolom heeft in het jaarplan 2012 als doel opgenomen, dat minimaal 50% van de medewerkers die langer dan 10 jaar in dienst zijn bij dezelfde school, een loopbaangesprek heeft gehad met personeelsadviseur van Kolom. Naast het bovenschoolse mobiliteitsplan bevordert de directie ook uitwisseling en vrijwillige overplaatsing binnen de eigen SO- en VSO locaties van de school. Een aantal collega’s is werkzaam op beide locaties of is gewisseld van locatie als werkplek. Dit bevordert de uitwisseling van expertise en ervaring binnen de eigen 30
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
school. Het uitgangspunt binnen de interne mobiliteit is dat zowel leerkrachten als assistenten aangemoedigd worden eens per 3 jaar te wisselen van groep of bouw.
4.7
Doelstellingen
1. Het ziekteverzuim valt voor de totale Alphons Laudy onder de 5,5%. 2. Het voor alle personeelsleden ontwikkelen van een bekwaamheidsdossier. 3. Over 2 jaar heeft 80% van het onderwijzend personeel een Master SEN opleiding of gelijkwaardig en over 4 jaar is dat 100%. 4. Het scholingsaanbod voor assistenten wordt vergroot. 5. 80% van de assistenten volgt ten minste eens per 3 jaar een geschikte scholing, die past bij de ontwikkeling van de school. 6. Met alle teamleden, worden de wensen en mogelijkheden voor mobiliteit tijdens het functioneringsgesprek besproken. 7. Alle groepsleerkrachten nemen deel aan intercollegiale consultatie.
31
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 5 Ouders 5.1
Ouderparticipatie
De identiteit van de school wordt mede bepaald door de leerlingen en ouders en door de leerkrachten en assistenten die er werken. Met elkaar worden de normen en waarden bepaald; ieder op zijn/haar eigen niveau en met zijn/haar eigen verantwoordelijkheid. Ook om die reden hecht de Alphons Laudy veel waarde aan de samenwerking met ouders. Zij worden naast de gesprekken over hun kind zoveel mogelijk betrokken bij activiteiten en hen wordt gevraagd mee te denken daar waar dat mogelijk is. Ieder jaar wordt door de schoolmaatschappelijk werkster, in samenwerking met MEE, een cursus “opvoeden van je ZML-kind” gegeven aan ouders van zowel het SO als het VSO. Daarnaast is er voor ouders een aanbod op het gebied van totale communicatie en zijn er verschillende creatieve workshops. De mate van ouderbetrokkenheid heeft een positief effect op de leeropbrengsten. Dit komt uit verschillende onderzoeken naar voren en is ook om die reden een belangrijk aandachtspunt.
5.2
OR
De Ouderraad wordt gevormd door een vijftal ouders aangevuld met enkele teamleden. De Ouderraad vergadert vier keer per schooljaar en bespreekt verschillende zaken die direct met de school en de leerlingen te maken hebben. Zo int en beheert de Ouderraad ook de ouderbijdrage. Zij legt daarvoor jaarlijks verantwoording af. Dit geld wordt o.a. gebruikt voor het Sinterklaas-, Kerst- en Paasfeest, schoolreisje en schoolkampen. Het SO en VSO hebben beiden een eigen OR.
5.3
Communicatie met ouders
5.3.1 Formele oudercontacten Goed onderwijs bieden kan niet zonder de betrokkenheid van ouders. De Alphons Laudy is daarom een open school. Open in die zin dat wij graag op een opbouwende manier met ouders praten over de mogelijkheden en wensen van hun kind en hun verwachtingen van de school. Ons doel is om samen te werken in onderwijs, opvoeding, ondersteuning en begeleiding. Regelmatig contact is daarin heel belangrijk. De vastgestelde momenten daarvoor zijn: -
Aan het begin van het schooljaar is er een informatieavond met een algemeen deel en een deel per groep. Het krijgen van informatie over het lesprogramma, de groep, de activiteiten etc. staat hierin centraal. Voor de herfstvakantie worden ouders uitgenodigd voor een bespreking van het plan van aanpak/ontwikkelingsperspectief. Aan de hand hiervan bespreekt de leerkracht of mentor waar de school het komende jaar met de leerling aan werkt. Wanneer ouders instemmen met deze voorgestelde werkwijze, wordt gevraagd het document te ondertekenen. Dit is een wettelijke verplichting. Twee keer per jaar is er een oudergesprek. Op het SO worden deze gesprekken gevoerd aan de hand van de tussenevaluatie van het plan/perspectief of het rapport. Op het VSO 32
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
-
wordt op basis van deze bespreking eventueel later het plan/perspectief bijgesteld. Daarnaast kan het wenselijk zijn dat ouders op een bepaald moment uitgenodigd worden door de school om te praten over de ontwikkeling van hun kind. Wanneer dit zo is, dan neemt de betreffende leerkracht contact op met de ouders. Ouders kunnen te allen tijde een gesprek met de schoolleiding, leden van de begeleidingscommissie of de leerkrachten krijgen. Ook kan er telefonisch overleg zijn. Van ouders vragen wij – behoudens in zeer dringende gevallen – voor of na schooltijd te bellen. Voor verschillende leerlingen gebruiken we het communicatieschrift of –agenda. In dit schrift worden (bijzondere) gebeurtenissen en/of mededelingen van school en thuis gemeld. Alle ouders en andere betrokkenen ontvangen de schoolgids en jaarlijks de informatiekalender. Ouders krijgen tevens informatie over belangrijke ontwikkelingen binnen de school. Door middel van een jaarlijkse nieuwsbrief of door de website worden ouders op de hoogte gebracht van de jaarlijkse leeropbrengsten van de gehele school.
5.3.2 Informele oudercontacten Op onze school vinden regelmatig activiteiten plaats waar ouders bij aanwezig kunnen zijn. Bijvoorbeeld; thema afsluitingen, uitstapjes, festiviteiten musicals enz. De school organiseert activiteiten speciaal voor ouders, zoals thema-afsluitingen, djembé-uitvoeringen, schoolverlatersmusical, kerstvoorstellingen, een workshop voor ouders en leerlingen tijdens het intercultureel project, een zomerse picknick ter afsluiting van het jaar, een voorjaarsmarkt enz. Vanaf schooljaar 2011-2012 is tijdens de avonddisco op het VSO een oudercafé. Deze wordt gerund door ouders en geeft ouders de gelegenheid om elkaar op een informele manier te ontmoeten. Als na evaluatie blijkt dat hier voldoende animo voor is dan wordt deze de komende jaren gecontinueerd.
5.4
Doelstellingen
1. Onderling contact tussen ouders bevorderen. 2. Het aanspreken van een bredere oudergroep die een afspiegeling vormt van de leerlingenpopulatie. 3. Ouderparticipatie bevorderen bij verschillende activiteiten. 4. Het up to date houden van de website. 5. Mogelijkheden verkennen voor meer digitale communicatie met ouders. 6. Competenties gericht op oudercontacten van de leerkrachten en assistenten vergroten. 7. Ouders worden jaarlijks geïnformeerd over de leeropbrengsten van de hele school.
33
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 6 Kwaliteit 6.1
Inleiding
Kwaliteitszorg is een breed begrip. Op verschillende niveaus worden activiteiten ondernomen om de kwaliteit in kaart te brengen: 1. Bestuursniveau; 2. Schoolniveau; 3. Locatieniveau. In dit hoofdstuk worden de verschillende activiteiten per niveau besproken.
6.2
Kwaliteitszorg op bestuursniveau
Niet alleen wij, ook de onderwijsinspectie en ons bestuur meten met enige regelmaat onze kwaliteit. Als de inspectie de school een lange tijd, zo ongeveer drie jaar, niet heeft bezocht en het ook niet binnen een jaar zal bezoeken, dan organiseert het bestuur een externe audit. De resultaten hiervan worden, evenals de uitkomsten van het inspectierapport, betrokken bij de evaluatie en bijstelling van de jaarplannen. Stichting Kolom probeert de kwaliteit van haar scholen te verbeteren en te borgen door uitwisseling tussen de scholen en in de directie-overleggen en schoolsoortoverleggen aandacht te besteden aan de bijzondere kwaliteiten van één van de scholen. Andere scholen kunnen hier hun voordeel mee doen. De stichting werkt daarnaast met collegiale visitatie (dit is vorm van een externe audit). De visitatiecommissie bestaat uit wisselende directeuren en andere medewerkers van verschillende Kolomscholen. Het collegiale bezoek leidt ertoe dat niet alleen de bezochte school, maar ook de leden van de visitatiecommissie dankzij de visitatie handvatten krijgen om de kwaliteit van de eigen school nog verder te versterken. 6.2.1 Veiligheidsenquêtes Om het jaar toetst Stichting Kolom de veiligheidsbeleving onder haar werknemers en onder de leerlingen van de scholen. De resultaten hiervan kunnen door de scholen gebruikt worden.
6.3
Kwaliteitsdocumenten op schoolniveau
6.3.1 Schoolplan Het schoolplan vormt de basis voor een periode van 4 jaar en wordt geschreven door de directie. De MR dient het schoolplan goed te keuren. Het schoolplan is een document waarin de school beschrijft voor een periode van vier jaar hoe de kwaliteit van het onderwijs wordt gegarandeerd. De school geeft daarmee inzicht in het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid en de interne kwaliteitszorg van de school. Na 3,5 jaar wordt het schoolplan samen met de onderwijsopbrengsten geëvalueerd en bijgesteld.
34
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
6.4
Kwaliteitsdocumenten op locatieniveau
6.4.1 Schoolgids Elke locatie heeft een eigen schoolgids. Hierin staat locatiespecifieke informatie verwerkt. Door Stichting Kolom is gekozen voor een gezamenlijke opmaak en lay out van de schoolgidsen. De schoolgidsen verschillen van inhoud maar zijn door de gezamenlijke opmaak wel herkenbaar. 6.4.2 Jaarplan locatie Beide locaties geven per schooljaar de doelstellingen weer waar de school zich dat jaar op richt. Dit wordt beschreven aan de hand van een format van Stichting Kolom. Elke school hanteert deze wijze van het formuleren van de doelstellingen. Er wordt een koppeling gemaakt tussen de jaarlijkse doelen van de locatie en de meerjarenbeleidsdoelen vanuit het schoolplan. 6.4.3 Schoolverslag Jaarlijks worden de doelstellingen geëvalueerd aan de hand van een schoolverslag. Dit schoolverslag beschrijft alles waar een school het afgelopen schooljaar mee bezig is geweest en wat dat heeft opgeleverd. Het schoolverslag vormt samen met het schoolplan de basis voor de invulling van het nieuwe jaarplan.
6.5
Leeropbrengsten
De afgelopen schooljaren is de Alphons Laudy bezig geweest met het in kaart brengen van de leeropbrengsten. Op het SO worden jaarlijks de tussentijdse beheersingniveaus en de uitstroomniveaus van de leerlingen in kaart gebracht. Deze niveaus worden vergeleken met de vastgestelde streefniveaus voor de vijf hoofdvakken (rekenen, mondelinge taal, schriftelijke taal, sociaal-emotioneel en leren leren). Deze streefniveaus zijn voor de vijf hoofdvakken gelijk. Aan de hand daarvan kan bekeken worden of het vooraf gestelde doel (75% van de leerlingen op een bepaald uitstroomprofiel behaalt het gestelde streefniveau) is behaald.
6.6
Klanttevredenheid
6.6.1 Locatiegebonden evaluatie Jaarlijks wordt op beide locaties de locatiegebonden evaluatie onder het personeel afgenomen. Dit is een vaststaande vragenlijst die ingaat op verschillende aspecten van het onderwijs, het personeel en de school. De vragenlijst bestaat uit 13 domeinen waarbinnen per school specifieke vragen zijn opgesteld. Het personeel geeft een cijfer van 1 t/m 10. Voor elke vraag wordt het gemiddelde cijfer bepaald. De uitkomsten worden verwerkt in een vaststaand document en zijn voor iedereen inzichtelijk. De uitkomsten vormen een basis voor de inhoud van het schoolverslag en voor het strategische beleid van het komende schooljaar. Omdat de vragenlijst elk jaar hetzelfde is kunnen de uitkomsten vergeleken worden met de schooljaren ervoor. Hierdoor wordt zichtbaar of er sprake is van ontwikkeling, waar vervolgens weer op kan worden ingespeeld. 6.6.2 Tevredenheid ouders Jaarlijks wordt de klanttevredenheid van de ouders in kaart gebracht door middel van een vragenlijst. Deze vragenlijst is ontwikkeld in samenwerking met de 35
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Heldringschool. Aan de hand van de resultaten wordt bekeken op welke wijze de school de kwaliteit richting ouders kan verbeteren. 6.6.3 Tevredenheid leerlingen Voor het in kaart brengen van de tevredenheid van de leerlingen is ook in samenwerking met de Heldringschool een standaard vragenlijst ontwikkeld. Er is een versie voor het SO en een versie voor het VSO. Net als bij de oudervragenlijst geven de resultaten aanknopingspunten voor het verbeteren van het onderwijs.
7.7
Doelstellingen
1. Voor de tevredenheid van het personeel, de tevredenheid van ouders en de tevredenheid van leerlingen worden streefcijfers vastgesteld. 2. Het in kaart brengen van de leeropbrengsten wordt nog meer vormgegeven en moet vertaald worden naar het dagelijkse werken met de leerlingen in de groepen. 3. Het SO en VSO gaan gebruik maken van de zelfevaluatie op de 16 domeinen van de Inspectie van het Onderwijs. 4. Voor zowel het SO als het VSO wordt één keer een collegiale audit uitgevoerd. 5. Na 3,5 jaar wordt het schoolplan samen met de onderwijsopbrengsten geëvalueerd en bijgesteld.
36
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 7 Financieel en materieel beleid 7.1
Meerjarenbegroting
Door het College van Bestuur van Kolom is een meerjarenbegroting gemaakt. Uitgangspunt is het ongewijzigde leerlingaantal, gebaseerd op de leerlingentelling van 1 oktober van het voorgaande jaar. Voor de budgettoewijzing wordt ieder schooljaar een begroting gemaakt. De materiële begroting wordt per kalenderjaar gemaakt. Er wordt uitgegaan van een totaal begroting per school. De begroting van een school per schooljaar bestaat uit een personele-, een materiële- en een nascholingsbegroting. Er is sprake van een lumpsum bekostiging. De budgettoewijzing personeel geschiedt in geld en niet in fte’s of fpe’s. 7.1.1 Vergoedingen De vaste vergoedingen worden voor 100% toegewezen aan de structurele formatie van het desbetreffende schooljaar. Van de incidentele vergoedingen wordt 70% beschikbaar gesteld t.b.v. projectformatie. De reden hiervan is het inbouwen van een veiligheidsmarge indien de incidentele vergoedingen niet gerealiseerd worden. Als aan het einde van het desbetreffende schooljaar of eerder de incidentele vergoeding definitief is, komt het verschil na overleg met het college van bestuur ten gunste van het personele budget of de schoolreserve. 7.1.2 Inhoudingen Uit solidariteitsoverwegingen worden diverse personele en materiële kosten gemeenschappelijk bekostigd. Om deze gemeenschappelijke kosten te financieren wordt een vast percentage over de vaste vergoedingen per school ingehouden. Het bestuur heeft vastgesteld dat de vergoeding voor het Centraal Bureau maximaal 4,25% bedraagt van de vaste vergoedingen. De overige flexibele inhoudingen worden jaarlijks vastgesteld. (Zie meerjarenbegroting stichting Kolom). 7.1.3 Berekeningsmethode van de schoolformatie 1. Berekenen, begroten van de vaste vergoedingen OCW, Gemeente en overig; 2. Berekenen, begroten van de incidentele vergoedingen; 3. Bepalen gemeenschappelijke personele en materiële kosten; 4. Bepalen bijdrage voor het Centraal Bureau; 5. Bepalen veiligheidsmarge; 6. Opsplitsen totale begroting in: personele-, materiële- en nascholingsbegroting. De directeur van de Alphons Laudy is integraal verantwoordelijk voor het aanleveren van de gegevens waarop de vergoedingen zijn gebaseerd en de uitgaven van de budgetten. Dat wil zeggen dat jaarlijks onder- of overschrijdingen van de schoolbudgetten niet zijn toegestaan. De vastgestelde budgetten zijn taakstellend. Bij calamiteiten vindt overleg met de controller en het college van Bestuur plaats.
37
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Vergoedingen OCW - Deze vergoedingen zijn gebaseerd op de leerlingtelling van 1 oktober van het voorgaande schooljaar. - Er wordt geen rekening gehouden met leerlingdaling of leerlinggroei. - Er wordt geen rekening gehouden met prijscorrecties. Gemeente - Uitgangspunt is dat alle gemeentelijke vergoedingen ongewijzigd blijven. Overig - Uitgangspunt is dat alle overige vergoedingen in principe ongewijzigd blijven. 7.1.4 Veiligheidsmarge Vanaf het schooljaar 2011-2012 wordt in de begroting een veiligheidsmarge ingebouwd. Van de incidentele vergoedingen wordt 70% van de vergoeding beschikbaar gesteld. Als op het eind van het schooljaar de incidentele vergoeding definitief is, wordt het ingehouden bedrag alsnog ten gunste gebracht van de middelen van de betreffende school. 7.1.5 Stand van zaken Ondanks de bezuinigingen en de terugloop van het leerlingenaantal in het SO eindigt de school ieder jaar met een positief resultaat. Vanwege nog te verwachte bezuinigingen (waaronder het wegvallen van de zgn. Cumigelden) wordt een grotere reservering aangehouden en wordt de verplichte bijdrage aan het weerstandsvermogen van Kolom versneld afgelost.
7.2
Ouderbijdrage
Jaarlijks wordt aan ouders een financiële bijdrage gevraagd. Voor deze vrijwillige ouderbijdrage ontvangen ouders 3 x per jaar een acceptgiro met het vriendelijk verzoek minimaal € 13,50 te willen overmaken. De ouderraad int en beheert de ouderbijdrage en legt daarvoor jaarlijks verantwoording af bij de locatiedirecteur. Dit geld wordt o.a. gebruikt voor festiviteiten zoals; sinterklaas- en kerstfeest, paaslunch, schoolreisje / schoolkamp en eventueel buitenspelmateriaal. De locatiedirecteuren van SO/VSO onderhouden het contact met de voorzitter (Theo Weijse) van de OR en sturen een aantal rekeningen ter betaling van eerder genoemde festiviteiten, naar de voorzitter van de OR. De voorzitter van de OR dient per schooljaar een overzicht in bij de locatiedirecteur, van de in- en uitgaven van de OR. De financiële verantwoording van de ouderbijdrage ligt volledig bij de ouderraad.
7.3
Sponsoring en subsidies
De Alphons Laudy VSO heeft voor het schooljaar 2012 – 2013 een aanvraag voor subsidie gedaan bij het Europees Sociaal Fonds (ESF) actie C. Het doel van deze actie C is om leerlingen toe te leiden naar regulier- of beschermd werk of naar een vervolgopleiding (MBO 1). De projectnaam voor de aanvraag is ‘Samen leren het zelf te doen’. In mei 2012 wordt bekend of voor het schooljaar 2012 – 2013 subsidie
38
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
wordt toegekend. De aanvraag is voor een subsidiebedrag van €105.325. Bij toekenning is de verwachting dat de school ongeveer €75.000 zal ontvangen. Er is zowel voor het schooljaar 2009 – 2010 alsook voor het schooljaar 2011 – 2012 een subsidie toegekend. In 2009 – 2010 is de subsidie vastgesteld op €70.000. Dit bedrag verwacht de school ook voor het project van 2011 – 2012 te ontvangen.
7.4
Doelstellingen
1. Het SO gaat in samenwerking met de Hasselbraam een expertiseteam opzetten. De financiering hiervoor vindt plaats uit incidentele middelen vanuit het SWV. 2. Er wordt geld gereserveerd voor nieuw beleid in het kader van Passend Onderwijs. 3. Er wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van een 52-weeks schooljaar incl. voor- en naschoolse opvang. 4. De school werkt met een kloppende begroting die past binnen het budget en de eisen die vanuit Kolom gesteld worden.
39
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Hoofdstuk 8 Meerjarenbeleid 8.1
Inleiding
De doelstellingen die in de verschillende hoofdstukken zijn beschreven vormen de basis voor het meerjarenbeleid. In dit hoofdstuk wordt een compleet overzicht gegeven van de doelstellingen en wordt aangegeven in welk schooljaar de doelstellingen aan bod zullen komen. Elke doelstelling wordt concreet beschreven in het jaarplan.
8.2
Overzicht doelstellingen en prioriteitstelling
Doelstelling
2012 2013
1. Zorgen voor afstemming tussen SO en VSO op het gebied van de inhoud en de terminologie van de uitstroomprofielen. 2. Kerndoelen aanpassen aan de wetgeving. 3. Onderzoek doen naar geschikt toetsmateriaal voor leerlijnen en het ZML-onderwijs en er zo mogelijk gebruik van gaan maken. 4. Gebruik maken van voor de leerlijnen geschikte methodes en/of materialen. 5. Er wordt geschikte educatieve software aangeschaft om de leeropbrengsten te verhogen. 6. Het opzetten en uitwerken van de netwerkschool (VSO). 7. Het verzorgen van arbeidstraining gericht op leren leren (VSO). 8. Het verder uitwerken en uitvoeren van een pedagogische schoolstandaard. 9. Het krijgen van de erkenning van een cultuurprofielschool (VSO). 10. Het cultuurbeleidsplan evalueren en bijstellen. 11. Vormgeven aan het Papageno project (VSO). 12. Het niveau van de leerlingen vaststellen op het gebied van Totale Communicatie en daarop het aanbod en de ondersteuning afstemmen. 13. Op het SO vormgeven van de zorgstructuur in afstemming met het VSO. 14. Het ontwikkelen van een doorgaande lijn tussen SO en VSO op het gebied van culturele oriëntatie. 15. Op het SO wordt gestart met een observatiegroep. Indicering loopt via het SWV.
40
Schooljaar 2013 2014 2014 2015
2016 2017
X X
X
X
X X
X
X
X X
VSO
X X
X
VSO
SO
SO
X X X
X
X
X
X X
X
X
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Doelstelling
2012 2013
16. Het onderzoeken van de behoeften en vragen die door de partners en scholen in het SWV aan onze school worden gesteld. De resultaten worden gebruikt om meer vraaggestuurd te kunnen werken. 17. Het formuleren en uitvoeren van het beleid ten aanzien van MG-leerlingen (VSO). 18. Het uitbouwen van de KPC-trajecten in samenwerking met andere scholen (VSO). 19. Het opzetten en uitvoeren van beleid rondom leerlingen met autisme (VSO). 20. Implementatie van handelingsgericht werken. 21. Het opbrengstgericht werken vertalen naar het werken in de klassen. 22. Het opbrengstgericht werken versterken door het eigenaarschap van het team te vergroten. 23. Het ziekteverzuim valt voor de totale Alphons Laudy onder de 5,5%. 24. Het voor alle personeelsleden ontwikkelen van een bekwaamheidsdossier. 25. Over 2 jaar heeft 80% van het onderwijzend personeel een Master SEN opleiding of gelijkwaardig en over 4 jaar is dat 100%. 26. Het scholingsaanbod voor assistenten wordt vergroot. 27. 80% van de assistenten volgt ten minste eens per 3 jaar een geschikte scholing, die past bij de ontwikkeling van de school. 28. Met alle teamleden worden de wensen en mogelijkheden voor mobiliteit tijdens het functioneringsgesprek besproken. 29. Alle groepsleerkrachten nemen deel aan intercollegiale consultatie. 30. Onderling contact tussen ouders bevorderen. 31. Het aanspreken van een bredere oudergroep die een afspiegeling vormt van de leerlingenpopulatie. 32. Ouderparticipatie bevorderen bij verschillende activiteiten. 33. Het up to date houden van de website. 34. Mogelijkheden verkennen voor meer digitale communicatie met ouders. 35. Competenties gericht op oudercontacten van de leerkrachten en assistenten vergroten. 36. Ouders worden jaarlijks geïnformeerd over de leeropbrengsten van de hele school. 41
X
Schooljaar 2013 2014 2014 2015
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
2016 2017
X
X
X
X
X
X X
X
X
X X
X
X X
X X
X
X
X X
X
X
X
X X X X X
X
X
X
Alphons Laudy SO en VSO
Schoolplan 2012 – 2016
Doelstelling
2012 2013
37. Voor de tevredenheid van het personeel, de tevredenheid van ouders en de tevredenheid van leerlingen worden streefcijfers vastgesteld. 38. Het in kaart brengen van de leeropbrengsten wordt nog meer vormgegeven en moet vertaald worden naar het dagelijkse werken met de leerlingen in de groepen. 39. Het SO en VSO gaan gebruik maken van de zelfevaluatie op de 16 domeinen van de Inspectie van het Onderwijs. 40. Na 3,5 jaar wordt het schoolplan samen met de onderwijsopbrengsten geëvalueerd en bijgesteld. 41. Voor zowel het SO als het VSO wordt één keer een collegiale audit uitgevoerd. 42. Het SO gaat in samenwerking met de Hasselbraam een expertiseteam opzetten. De financiering hiervoor vindt plaats uit incidentele middelen vanuit het SWV. 43. Er wordt geld gereserveerd voor nieuw beleid in het kader van Passend Onderwijs. 44. Er wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van een 52-weeks schooljaar incl. voor- en naschoolse opvang. 45. De school werkt met een kloppende begroting die past binnen het budget en de eisen die vanuit Kolom gesteld worden. Tabel 15
Schooljaar 2013 2014 2014 2015
2016 2017
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
Overzicht van de doelstellingen met prioriteitstelling over de schooljaren
42
Alphons Laudy SO en VSO
BIJLAGE I
INDIVIDUEEL ONTWIKKELINGSPROFIEL SO
Naam: Leerroute: Individueel uitstroomprofiel Niveau
Uitstroom werk
Route
Loonvormende arbeid
A
Arbeidsmatige dagbesteding
B
Taak of activiteit gerichte dagbesteding
C
10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 4
5
6
7
8
9
10
11
12
Leeftijd
x rekenen
o mondelinge taal
# schriftelijke taal
> sociaal-emotioneel
I leren leren
BIJLAGE II
INDIVIDUEEL ONTWIKKELINGSPROFIEL VSO Alphons Laudy VSO Grafiek streefkwaliteit uitstroomprofielen
Mentor: Naam leerling: Datum besproken:
Leeftijd:
12
12
11
11
10
10
9
9
8
8
7
7
6
6
5
5
4
4
3
3
2
2
1
1
0
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
A Loonvormende arbeid
B Arbeidsmatige dagbesteding
C Taak- of activiteitgerichte dagbesteding MG Belevingsen ervaringsgerichte dagbesteding
BIJLAGE III
KIJKWIJZER INDELING UITSTROOMPROFIELEN SO
Kijkwijzer uitstroomprofielen Beschrijving uitstroomniveau SO per ontwikkelingsgebied Leerroute Cognitief
A
B
C
D/MG
IQ 55 – 70
IQ 45 – 54
IQ 35 – 44
IQ < 35
Didactisch
Redzaamheid
Sociaal-emotioneel
Leren leren
Technisch Lezen: AVI 3-4 Rekenen: optellen en aftrekken t/m 20
Snijdt kaas met een kaasschaaf. Trekt regelmatig schone kleding aan. Maakt schoon. Houdt rekening met eigen medicijngebruik.
Benoemt een goede eigenschap van zichzelf. Legt een keuze uit. Vraagt naar de ervaring van iemand buitenshuis. Komt voor een ander op. Lost een ruzie op.
Voert 3 taken achter elkaar uit. Controleert het eigen werk. Vraagt onbekende volwassenen om hulp. Werkt een half uur zelfstandig aan een taak.
Technisch Lezen: AVI 1-2 Rekenen: optellen en aftrekken t/m 5
Kan de tafel dekken. Trekt elke dag schoon ondergoed en sokken aan. Snapt waar schoonmaakspullen voor dienen. Roept om hulp bij een ongeluk.
Stelt zichzelf voor in een bekende omgeving. Verplaatst zich in de gevoelens van anderen. Deelt uit zichzelf iets. Biedt excuses aan.
Verzamelt zelf de benodigde spullen. Kijkt naar het voorbeeld van de leerkracht. Wacht enkele min. op hulp. Voert een bekende taak zelfstandig uit.
Leesvoorwaarden Rekenvoorwaarden
Zit 5 min. stil en recht tijdens de maaltijd. Kan enkele voorwerpen op tafel zetten. Trekt op eigen initiatief de jas aan. Ruimt op (vaste plek).
Kan keuze maken tussen genoemde mogelijkheden. Kan zijn wil duidelijk maken Uit gevoelens als angst en verdriet. Beheerst zijn boosheid als dit wordt gevraagd.
Gaat zorgvuldig met materiaal om. Luistert en kijkt naar de uitleg van een taak. Geeft aan dat hij klaar is. Vraagt om hulp. Werkt 2-3 min. zelfstandig.
Is klokzindelijk. Gebruikt een spiegel bij het gezicht wassen en kammen. Veegt de neus af en snuit. Gebruikt zeep bij het handenwassen.
Laat een gevoel van trots zien. Gebruikt de woorden “ik” en “jij”. Noemt de eigen naam. Maakt een keuze tussen twee lekkere dingen.
Spelontwikkeling Imiteert een reeks handelingen. Accepteert variatie in het spel. Ontdekt nieuw materiaal zonder introductie.
Niveau Uitstroom leerlijnen bestemming n
8
6
Stroom: Loonvormende arbeid
Stroom: Arbeidsmatige dagbesteding
3
Stroom: Taak- of activiteitgerichte dagbesteding
MG 6
Stroom: Belevingsen ervaringsgerichte dagbesteding
BIJLAGE IV KIJKWIJZER INDELING UITSTROOMPROFIELEN VSO Deze indicatoren worden gebruikt om leerlingen te plaatsen in een route. Er moet worden uitgegaan van de verwachte uitstroom in het VSO. Er moet rekening gehouden worden met bijkomende problematiek, communicatie, motoriek en sociaal emotionele ontwikkeling. Uitstroomp rofiel
A
IQ
55 – 70*
B
45 – 54
C
35 – 44
D/MG
< 35
AVI
6
3-4
0
0
Didactisch MondeRekene linge n Taal 10
8
5
3
10
8
5
3
Ni vea u
Redzaamheid
Sociaal-emotioneel
Leren leren
Kan zelfstandig reizen, kan zelf afrekenen in de winkel, kookt bekende gerechten zelfstandig
Weet wat zijn sterke en zwakke kanten zijn, durft op te komen voor een afwijkende mening
10
Stroom: Loon-vormende arbeid
Beperkte praktische redzaamheid, heeft aansturing van een ander nodig, voert veelvoor-komende dagelijkse activiteiten zelfstandig uit (eten, opruimen) Beperkte praktische redzaamheid, heeft aansturing van een ander nodig, voert veelvoor-komende dagelijkse activiteiten zelfstandig uit.
Houdt rekening met de voorkeur van anderen, komt voor zichzelf op, vertrouwt de juiste mensen
Kan zelfstandig werken, reflecteert op zijn werk, helpt anderen, bedenkt zelf hoe een taak moet worden voorbereid en uitgevoerd Accepteert ook minder leuk werk, plant met hulp een taak, vraagt ook onbekenden om hulp
7
Stroom: Arbeidsmatige dagbesteding
Werkt met eenvoudig stappenplan, maakt korte opdrachten, weet welke spullen nodig zijn voor een taak.
5
Stroom: Taak- of activiteitge-richte dag-besteding
3
Stroom:belevingsen ervaringsgerichte dagbesteding
Beperkte leefwereld individuele aandachtsbehoefte, kan keuze maken stelt zichzelf voor
Werken