Normen Stichting Groninger Studiefonds 2016/2017 Het Studiefonds verstrekt alleen bijdragen aan inwoners van de provincie Groningen behalve aan inwoners van de gemeente Groningen en de gemeente Leek. Uitzondering: reiskosten van mbo-leerlingen tot 19 jaar die in de gemeente Groningen of de gemeente Leek wonen en een voltijd opleiding volgen. Zie: punt 4. reiskosten.
Norm studiefonds 2015/2016 bruto
Norm studiefonds 2016/2017 bruto
Norm studiefonds 2016/2017 netto (bruto is 120% van netto)
Alleenstaanden
€ 16.771,=
€ 16.872,=
€ 14.060,=
Gehuwden/samenwonenden zonder kinderen
€ 22.227,=
€ 22.360,=
€ 18.633,=
€ € € €
€ € € €
€ € € €
1.
Inkomensnormen
Alleenstaande of gezin: met 1 kind met 2 kinderen met 3 kinderen met 4 of meer kinderen
22.907,= 23.590,= 24.274,= 24.952,=
23.044,= 23.732,= 24.420,= 25.102,=
19.203,= 19.777,= 20.350,= 20.918,=
N.B.: bij de berekening van het gezinsinkomen worden inkomens van inwonende kinderen niet meegenomen. Het inkomen van zelfstandigen wordt beoordeeld op basis van de onttrekkingen aan het bedrijf voor privé in het ijkjaar 2014. De inkomensgrenzen voor deze aanvragers staan in de kolom “netto”. 2a.Basisonderwijs Leerlingen in het basisonderwijs komen niet in aanmerking voor een bijdrage, tenzij hiervoor zwaarwegende argumenten zijn. Het bestuur beslist in een dergelijk geval. 2b.Vmbo/mavo/havo/vwo Leerlingen aan het voortgezet onderwijs hebben in de volgende situaties in principe recht op een kindgebonden budget via de belastingdienst en/of een tegemoetkoming in de schoolkosten van de Dienst Uitvoering Onderwijs (hierna: DUO): Voltijd voortgezet onderwijs • personen jonger dan 18 jaar: -Die een opleiding volgen aan het reguliere voortgezet onderwijs: N.B.: leerlingen tot 18 jaar in het reguliere voortgezet onderwijs hoeven geen lesgeld te betalen. Zij ontvangen daarnaast gratis schoolboeken van de onderwijs instelling. Deze regeling geldt ook voor asielzoekers in het reguliere voortgezet onderwijs met een geldig Wachtdocument. Het COA financiert de opleiding voor asielzoekers tot 18 jaar. -Die voltijd onderwijs volgen via het vavo of een particuliere instelling een opleiding ontvangen eveneens een tegemoetkoming ouders. Dit geldt niet voor een deeltijd opleiding.
Voor de precieze voorwaarden: zie www.duo.nl en www.toeslagen.nl
"kindgebonden budget"
" kindgebonden budget"
• personen van 18 t/m 30 jaar: -Die een voltijd opleiding voortgezet onderwijs volgen: (minimaal 850 klokuren per jaar). Scholieren van 18 jaar en ouder die vanaf hun 12e aaneengesloten het reguliere voortgezette onderwijs volgen, betalen geen lesgeld; -Scholieren die een voltijd voortgezet onderwijs opleiding volgen en een deel van de vakken via het vavo volgen. -Dit geldt ook voor niet-Nederlanders met een verblijfsvergunning type II, III, IV. • -Die een opleiding voortgezet onderwijs (vavo) volgen. Deeltijd voortgezet onderwijs • personen jonger dan 30 jaar: -Die een deeltijdopleiding of een schriftelijke opleiding volgen aan een door het ministerie van OCW bekostigde, erkende of aangewezen instelling (vmbo, havo, vwo, vavo):
"tegemoetkoming scholieren" en mogelijk "tegemoetkoming scholieren" via de Ruttte-regeling
"tegemoetkoming deeltijders"
"tegemoetkoming deeltijders"
Deze personen komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming in de opleidingskosten van het Provinciaal Groninger Studiefonds (zie verder punt 4. reiskosten en punt 7. andere nationaliteit). 2c. ISK (internationale schakelklas) Leerlingen van 12 t/m 17 jaar die de Nederlandse taal niet of nauwelijks beheersen zullen eerst de ISK moeten volgen voordat zij aan het reguliere onderwijs kunnen deelnemen. Het kan gaan om AMA's (alleenstaande minderjarige asielzoekers), kinderen van asielzoekers of kinderen die in het kader van gezinshereniging naar Nederland zijn gekomen. De ISK duurt in het algemeen 2 jaar. De onderwijsinstellingen zelf ontvangen een vergoeding van het Rijk voor de opvang van deze kinderen (Regeling Nieuwkomers). Ouders betalen een jaarlijkse bijdrage voor lesmateriaal, verzekeringen, activiteiten e.d. Voor deze kosten kunnen zij buitengewone bijstand aanvragen bij hun gemeente. Zij komen voor de opleidingskosten niet in aanmerking bij het Studiefonds (zie verder punt 4. reiskosten). 3a. Mbo voltijd opleiding -Leerlingen jonger dan 18 jaar, die een voltijd BOL*)-opleiding volgen hebben per 1 januari 2017 recht op gratis OV. Zij hebben geen recht op Studiefinanciering, maar hebben voor de schoolkosten recht op het Kindgebonden budget van de belastingdienst. Zij kunnen een tegemoetkoming in de reiskosten aanvragen bij het Studiefonds voor de periode september 2016 tot 1 januari 2017. Mbo deeltijd opleiding -Leerlingen die een deeltijd mbo-opleiding volgen hebben geen recht op een Tegemoetkoming Ouders, studiefinanciering of een Ov-kaart van de DUO, tenzij de term "BOL" voorkomt in de naam van de opleiding ( vaak het geval met deeltijd mbo-opleiding "BOL-18+"). In het algemeen lopen zij een onbetaalde stage. Zij kunnen onder de normale voorwaarden bij het Studiefonds in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de opleidings- en/of de reiskosten op voorwaarde dat er een zwaar argument aanwezig is voor het volgen van een deeltijdopleiding. N.B.: Leerlingen die een deeltijd-BOL mbo-opleidingen hebben wel recht op een tegemoetkoming ouders of studiefinanciering + Ov-kaart!
*) mbo-BOL: beroepsopleidende leerweg; mbo-BBL: beroepsbegeleidende leerweg. LET OP: BBL in het voortgezet onderwijs betekent basisberoepsgerichte leerweg en geeft in principe recht op een kindgebonden budget.
-Leerlingen die een reguliere BBL*)-opleiding volgen gaan één dag per week naar school en werken daarnaast volgens de eisen van de opleiding, waardoor zij inkomen uit werk hebben. Zij komen normaliter niet in aanmerking voor een tegemoetkoming in de studie- en/of reiskosten van het Provinciaal Groninger Studiefonds. Dit geldt ook voor leerlingen die een BBL-opleiding volgen en stage lopen met behoud van uitkering in plaats van werken. In uitzonderlijke gevallen is het mogelijk een bijdrage te ontvangen, namelijk wanneer het totale gezinsinkomen, incl. het inkomen van de leerling, lager is dan vóórdat de leerling met de opleiding startte, ten gevolge van kortingen op de uitkering ex WWB. Dit moet worden aangetoond. -Leerlingen, die de BBL-variant "voorbereiding op werk en scholing" (het zogenoemde traject Werkwijs) aan het Noorderpoortcollege aan de Pop Dijkemaweg te Groningen volgen, en geen inkomen uit werk hebben maar stage lopen zonder dat zij een uitkering ontvangen, komen wel in aanmerking voor een tegemoetkoming in de school- en reiskosten. Zij dienen hierover een schoolverklaring te overleggen. 3b. Hbo/wo voltijd en duale opleiding Elke student die in het studiejaar 2015/2016 start met een hbo of wo opleiding, voltijds of duaal, valt onder de nieuwe Wet Studiefinanciering. Vanaf september 2015 wordt het leenstelsel ingevoerd, er is dan geen recht meer op studiefinanciering. Het studentenreisproduct en de aanvullende studiefinanciering blijven wel bestaan. Studenten die voor september 2015 zijn gestart met hun opleiding vallen wel onder de oude regeling. Zij blijven hun recht op studiefinanciering behouden. Voorwaarde is wel dat men voor zijn 30ste gestart moet zijn met zijn opleiding. 3c. Hbo/wo deeltijd opleiding Deeltijdstudenten kunnen in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de studie- en/of reiskosten mits er zwaarwegende argumenten zijn voor het volgen van een deeltijdopleiding. 3d. Lerarenopleidingen: voltijd en deeltijd Studenten die een PABO-opleiding of een leraren opleiding 1e of 2e graad voortgezet of beroepsonderwijs volgen hebben recht op de volgende financiering van de DUO: personen vanaf 18 jaar, geen leeftijdsgrens daarboven, die een deeltijd lerarenopleiding volgen en personen van "tegemoetkoming leraren" 30 jaar en ouder die een voltijd lerarenopleiding volgen. Men ontvangt deze tegemoetkoming gedurende maximaal 24 maanden. -Studenten, die aanspraak kunnen maken op de genoemde "tegemoetkoming leraren" van de DUO, ontvangen maximaal € 1273,89 (studiejaar 2014/2015) voor de opleidingskosten. Zij hebben geen recht op een Ov-kaart. Wanneer de daadwerkelijke opleidingskosten hoger zijn kunnen aanvragers in aanmerking komen voor een bijdrage in de resterende studiekosten. Zie verder punt 4. reiskosten. -Het voortraject voor de PABO-opleiding geeft geen recht op een tegemoetkoming van de DUO. Dit geldt ook voor het eventuele derde en vierde studiejaar PABO. In dat geval kan de student een beroep doen op het Studiefonds. •
3e. Einde studiefinanciering DUO De DUO verstrekt geen studiefinanciering meer wanneer de maximale studieduur is verstreken. In dat geval is ook een tegemoetkoming van het Studiefonds niet meer mogelijk tenzij voor het overschrijden van de maximale studieduur zwaarwegende redenen aanwezig zijn. Aanvragers dienen deze te vermelden en bewijzen mee te sturen. Het bestuur beoordeelt de argumenten. Het Studiefonds stelt zich terughoudend op met de verstrekking van tegemoetkomingen aan personen die reeds over een goede startkwalificatie beschikken (een afgeronde mbo-opleiding op niveau 2 of hoger). Dergelijke aanvragen worden apart behandeld. 3f. Opleidingen van personen van 30 jaar of ouder Personen die bij aanvang van hun studie 30 jaar of ouder zijn hebben - tenzij het een lerarenopleiding betreftgeen recht op een tegemoetkoming of studiefinanciering van de Dienst Uitvoering Onderwijs. Voor deze personen geldt dat zij via hun uitkeringsinstantie een zogenaamde projectplan dienen op te stellen. In dit projectplan moeten afspraken inzake bekostiging van de opleiding en kansen op de arbeidsmarkt vermeld staan.
4. Reiskosten • Degenen, die enige vorm van "tegemoetkoming" van de DUO ontvangen zoals hiervoor omschreven, hebben geen recht op een Ov-kaart. Zij kunnen in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de direct met de opleiding samenhangende - reiskosten van het Provinciaal Groninger Studiefonds. Voor voltijd mbo-scholieren, jonger dan 19 jaar, geldt dit tot de datum waarop zij recht hebben op een Ovkaart. -Een uitzondering vormen diegenen, die een "tegemoetkoming Scholieren" ontvangen van de DUO. Deze tegemoetkoming is hoog genoeg om ook de reiskosten te betalen. • Leerlingen die de ISK volgen, en in verband daarmee reiskosten hebben, kunnen in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in die reiskosten van het Provinciaal Groninger Studiefonds. • Degenen die in het geheel geen recht hebben op een tegemoetkoming of studiefinanciering van de DUO en die in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de school- of de studiekosten van het Provinciaal Groninger Studiefonds, ontvangen tevens een bijdrage in de reiskosten die met de opleiding samenhangen. • In alle gevallen geldt dat er geen reisonkosten worden vergoed wanneer de reisafstand 10 kilometer of minder bedraagt, tenzij er een zwaarwegend argument is voor reizen per openbaar vervoer. Daarbij wordt nagegaan of de leerling recht heeft op leerlingenvervoer via de gemeente. • Het Studiefonds verstrekt alleen een bijdrage in de reiskosten voor opleidingen die het dichtst bij de woonplaats liggen. Er is daarbij geen onderscheid tussen een instelling voor gewoon of voor bijzonder onderwijs. Mochten aanvragers zwaarwegende argumenten hebben voor een keuze voor een instelling elders, dan dienen zij deze te vermelden op het aanvraagformulier. Het bestuur beslist in dergelijke gevallen. • Geloofs- of levensovertuiging vallen niet onder zwaarwegende argumenten. • Bij de vaststelling van de tegemoetkoming in de reiskosten gaat het Studiefonds uit van de kosten voor een jaarabonnement met de bus, tenzij een treinabonnement voordeliger is. Ook als de reistijd met de bus erg lang wordt, gaat het Studiefonds uit van de kosten voor een treinabonnement. • Het Studiefonds baseert de bijdragen in de reiskosten op de tarieven van de busmaatschappij voor busabonnementen zoals die bekend zijn in augustus direct voorafgaande aan het nieuwe studiejaar. De provincie Groningen geeft extra geld voor reiskosten van mbo-leerlingen tot 19*jaar Voor de periode 1 augustus 2016 tot 1 januari 2017 hebben voltijds Mbo-leerlingen die in aanmerking komen voor een bijdrage in de reiskosten van het Studiefonds hebben recht op een aanvullende bijdrage van de provincie in de reiskosten. Per 1 januari 2017 hebben ook de Mbo-leerlingen onder de achttien naar recht op gratis OV. Mbo-leerlingen in deze groep, die in de gemeente Groningen of de gemeente Leek wonen, komen in aanmerking voor de aanvullende bijdrage van de provincie Groningen maar niet voor een bijdrage van het Studiefonds. 5. Schriftelijke opleidingen Een tegemoetkoming van het Provinciaal Groninger Studiefonds voor een schriftelijke opleiding is alleen mogelijk wanneer de aanvrager geen regulier onderwijs kan volgen. De aanvrager dient duidelijk te beschrijven wat daarvan de oorzaken zijn en bewijzen mee te sturen. Het bestuur besluit in een dergelijke geval. 6. Particulier onderwijs Alleen wanneer er binnen het door de rijksoverheid erkende onderwijs geen goede vergelijkbare alternatieve opleidingen beschikbaar zijn, kan een aanvrager in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de studieen/of reiskosten aan een particuliere instelling. Te denken valt aan duur van de opleiding of afstand. Ook leeftijd kan een rol spelen. Dit is ter beoordeling van het bestuur. De particuliere opleiding dient in dat geval vermeld te staan in de Nieuwe Gids voor School en Beroep en/of aangesloten te zijn bij een door het rijk erkende koepelorganisatie. 7. Andere nationaliteit • Buitenlandse studenten die naar Nederland komen om een Nederlandse studie te volgen dienen in het bezit te zijn van een geldige verblijfsvergunning (type I, II, III of IV). Zij hebben onder voorwaarden recht op studiefinanciering van de DUO en komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming van het Studiefonds. •
Onder bepaalde voorwaarden kan in Nederland verblijvende vluchteling/asielzoeker met een geldig Wdocument een beroep doen op de Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF. Wanneer hij/zij een
•
•
bijdrage in de studie- en de reiskosten ontvangt van deze instantie, verstrekt het Provinciaal Groninger Studiefonds hooguit een aanvullende tegemoetkoming tot 100% van de kosten. Aan in de provincie Groningen verblijvende asielzoekers met een geldig W-document, die geen recht hebben op een tegemoetkoming in de schoolkosten van de DUO-informatie Beheergroep, het COA of het UAF, kan het Studiefonds een bijdrage verstrekken in de kosten voor opleiding en reizen. Dit is ter beoordeling van het bestuur. Asielzoekers die onder verantwoordelijkheid van het Nidos vallen (AMA’s), ontvangen geen tegemoetkoming van het Studiefonds. Het Nidos draagt de kosten voor hun opleiding.
8. Hoogte van de tegemoetkomingen Normaliter vergoedt het Provinciaal Groninger Studiefonds 50% van de kosten voor school, studie, boeken en reizen. Persoonlijke omstandigheden kunnen leiden tot een hogere tegemoetkoming. De maximumbijdrage is € 1.500,- per jaar. Voltijd mbo-leerlingen die in aanmerking komen voor de aanvullende provinciale bijdrage ontvangen van de provincie maximaal € 1.500,- per jaar. Voor het schooljaar 2016/2016 is dat maximaal € 600,-. 9. Leeftijdsgrens Het Studiefonds gaat uit van een ouderafhankelijkheid tot 30 jaar. De leeftijdspeildatum is vastgesteld op 1 augustus direct voorafgaand aan het studiejaar waarvoor een bijdrage wordt gevraagd. 10. Algemeen • Het Provinciaal Groninger Studiefonds verstrekt normaliter alleen een bijdrage in de kosten voor opleidingen aan de door de rijksoverheid bekostigde , erkende dan wel aangewezen instellingen. • Het Studiefonds verstrekt voor maximaal twee verschillende opleidingen een tegemoetkoming. Wanneer een student tussentijds switcht van opleiding telt de volgende opleiding als een nieuwe opleiding. Uitzondering hierop is een leerling die eerst een vmbo-opleiding en daarna een havo- of vwo-opleiding volgt of een leerling die een mbo BOL-opleiding volgt op niveau 1 en dezelfde opleiding voortzet op niveau 2 (een hoger niveau): het Studiefonds beschouwt dit als één opleiding. • Het Studiefonds vergoedt geen kosten die samenhangen met het basisonderwijs. Maken de ouders toch kosten die niet tot de reguliere kosten behoren, dan dienen hiervoor gegronde redenen aanwezig te zijn. Te denken valt aan reiskosten wanneer aanvrager wegens zwaarwegende argumenten niet de basisschool in zijn of haar woonplaats kan bezoeken. Aanvragers dienen de argumenten te vermelden op het aanvraagformulier. In een dergelijke geval beslist het bestuur. • Wanneer een aanvrager een tegemoetkoming in de - met de opleiding samenhangende – reiskosten ontvangt van een andere instantie, verstrekt het Provinciaal Groninger Studiefonds geen of een lagere bijdrage. • Aanvragen dienen te gaan om opleidingen die leiden tot een beroepskwalificatie ofwel een rijks-erkend diploma. Opleidingen in de hobbysfeer komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming. Ook cursussen die slechts leiden tot deelnemingscertificaten komen niet in aanmerking. • Studies of stages in het buitenland komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming van het Provinciaal Groninger Studiefonds. • Voor kosten voor laptops, computers, software, telefoons, meubilair, kantoorartikelen en dergelijke zaken verstrekt het Provinciaal Groninger Studiefonds geen bijdragen. • Het Studiefonds verstrekt geen tegemoetkomingen in kosten van (in-) woning en/of levensonderhoud. • Het Provinciaal Groninger Studiefonds blijft de individuele benadering van de aanvragen handhaven. • Het Studiefonds houdt onverkort vast aan de gestelde inkomensnormen. Deze vallen niet onder de genoemde mogelijkheid van de individuele benadering onder voorgaande punt.