34
WAARNEMINGENOVERZICHT 2007 EN 2008
JAARGANG 11 NUMMER 4
REPTIELEN AMFIBIEËN VISSEN
RAVON is het tijdschrift van de Stichting RAVON (Reptielen Amfibieën Vissen Onderzoek Nederland). Donateurs van RAVON krijgen het blad gratis toegezonden. Redactie-adres: Stichting RAVON, Postbus 1413, 6501 BK Nijmegen. Redactie: Jeroen van Delft, Ingo Janssen, Pedro Janssen, Kris Joosten, Frank Spikmans, Michaël Steeghs, Annemarieke Spitzen. Vormgeving + opmaak: HPC drukkerij bv Druk: Drukkerij HPC b.v., Arnhem Aanmelden als donateur van ravon kan: - via onze website: www.ravon.nl - per e-mail via:
[email protected] - schriftelijk: Stichting ravon Donateursadministratie Postbus 1413, 6501 BK Nijmegen IBAN nr.: NL37 PSTB 0000459725 BIC-Code: PSTB NL21
januari 2010 RAVON 34 JAARGANG 11 NUMMER 4
De redactie van het tijdschrift RAVON wenst u een goed 2010 !
R EPTIELEN A MFIBIEËN V ISSEN O NDERZOEK N EDERLAND Kopij-wenken Inlevering van kopij dient op CD-rom of e-mail te geschieden (Word). Inhoud: RAVON is bedoeld voor publicatie van artikelen en voor rubrieken-nieuws over in Nederland voorkomende vissen, amfibieën en reptielen. In het buitenland verricht onderzoek kan gepubliceerd worden indien dit relevant geacht wordt voor de in Nederland voorkomende soorten. Introductie: Een artikel dient voorzien te worden van een leader van maximaal 120 woorden. Verdere structurering van artikelen door middel van paragraaftitels. Figuren: Tekeningen, grafieken en kaartjes los bijvoegen. Op A4 formaat aanleveren in direct reproduceerbare vorm, bij voorkeur in zwarte inkt en zonder grijstinten. Bij teksten en schaalaanduidingen dient men rekening te houden met verkleining. Aanlevering in Excel is ook mogelijk. Dia’s en foto’s: Voorkeur voor digitale foto’s met een hoge resolutie. In overleg met de redactie kunnen ook algemene dia’s gebruikt worden van soorten en/of biotopen. Literatuurverwijzingen: in de tekst alleen auteur en jaartal noemen. Bij twee auteurs beiden vermelden, gescheiden door “&”, bij meer dan twee auteurs alleen de eerste gevolgd door “et al.”, in cursief. Literatuurlijst: Vermelding van de geciteerde literatuur. Auteur, jaartal en titel, gevolgd door uitgevende instantie. Summary: Een artikel dient voorzien te worden van een Engelse samenvatting van maximaal 250 woorden.
Waarnemingenoverzicht 2007 en 2008 Jeroen van Delft & Arthur de Bruin
In verband met de overzichtelijkheid wordt de voorkeur gegeven aan korte artikelen platte tekst; 2500 woorden en mededelingen van niet meer dan een half A4. De redactie kan, indien nodig, de ingezonden artikelen en stukken inkorten en kleine, niet inhoudelijke wijzigingen aanbrengen. Inkorting of inhoudelijke wijziging geschiedt altijd in overleg met auteurs.
Voor de omslag is gebruik gemaakt van illustraties van Paul Veenvliet: gestippelde alver, kopvoorn en witvingrondel Bas Teunis: dwergmeerval Auteursrechten op afbeeldingen berusten bij de makers.
61
61
34 11(4) 2010
Waarnemingenoverzicht 2007 en 2008 Dit waarnemingenoverzicht omvat de jaren 2007 en 2008. Er zijn weer heel veel waarnemingen aan het databestand toegevoegd; in zowel 2007 als 2008 zijn er ruim 34.000 waarnemingen van amfibieën en reptielen en ruim 14.000 waarnemingen van vissen bijgekomen. Het gaat daarbij om zowel projectgebonden waarnemingen (meetnetten, het verspreidingsonderzoek) als zogenaamde losse waarnemingen. Dit laatste type waarneming is voor amfibieën, reptielen en vissen ook heel relevant. De meeste soorten migreren namelijk niet erg ver en de vondst van een kamsalamander, hazelworm of kleine modderkruiper wijst vrijwel altijd op de aanwezigheid van een populatie ter plaatse. Ook de beide landelijke inventarisatieweekenden waren, zoals altijd, weer goed voor erg veel waarnemingen. De weekeinden zijn met zo’n 35 tot 45 deelnemers altijd goed bezocht en de laatste jaren is er zelfs een grotere belangstelling voor het vissenweekend dan voor het meer op de herpetofauna gerichte Hemelvaartweekend. Alle waarnemers hartelijk dank voor het doorgeven van hun waardevolle gegevens! Amfibieën In 2007 en 2008 valt de zeer goede spreiding van waarnemingen over Nederland sterk op. Er zijn weinig uurhokken waaruit geen enkel amfibie gemeld is. Dit wordt ten dele veroorzaakt doordat nu twee jaren in één overzicht gebundeld zijn, maar zeker ook door de online datainvoer die de laatste jaren sterk aan terrein heeft gewonnen. Hierdoor nemen veel waarnemers sneller de moeite om even een “triviale waarneming” van bijvoorbeeld een bruine kikker in te voeren. Ook geven veel algemeen geïnteresseerde natuurliefhebbers tegenwoordig hun waarnemingen door. Daarnaast stuurt ravon door middel van het Verspreidingsonderzoek veel gerichter op te actualiseren waarnemingen, wat dus duidelijk zijn vruchten afwerpt. Gebieden die nog wat achter blijven wat betreft ingeleverde waarnemingen zijn vooral in Friesland en Groningen aanwezig en ook in het zuidwesten van het land.
Opvallend genoeg zijn er in 2007 en 2008 relatief weinig waarnemingen uit de Achterhoek binnengekomen. De vuursalamander levert traditiegetrouw geen verrassingen op, de verspreiding is goed bekend. Van de Alpenwatersalamander zijn tamelijk veel waarnemingen doorgegeven. Opvallend is het grote aantal uitgezette populaties in Midden-Nederland. Elk jaar wordt de soort er weer van nieuwe plekken gemeld. Van de vinpootsalamander zijn zowel in Limburg als Noord-Brabant dieren gevonden in uurhokken waaruit al tenminste negen jaar geen waarneming meer bekend was. Met name de “nieuwe uurhokken” in de Brabantse Kempen zijn opvallend. Deze vondsten zijn toe te schrijven aan gericht onderzoek in het kader van het Verspreidingsonderzoek (actualiseren verouderde vindplaatsgegevens). “Nieuwe uurhokken” voor de kleine watersalamander zijn vooral te zien in Friesland en Groningen en ook wel in Noord-Holland. In veel provincies zijn nieuwe vondsten van de kamsalamander gedaan, al moeten enkele opvallende meldingen uit het westen van het land nog wel goed gecontroleerd worden. In Zeeuws-Vlaanderen wordt deze soort de laatste jaren weer vaker uit het centrale en oostelijke deel gemeld en niet enkel uit het meest westelijke deel. De verspreiding van de exotische Italiaanse kamsalamander is vrij goed bekend en er lijkt geen uitbreiding te hebben plaatsgevonden. De vroedmeesterpad en geelbuikvuurpad zijn in het kader van het soortbeschermingsplan intensief gevolgd. Er bestaat een zeer actueel en gedetailleerd beeld van hun verspreiding. Beide soorten zijn van nature alleen in ZuidLimburg aanwezig. Door illegale uitzettingen is eerstge-
Paartje heikikkers; wie bezoekt in Zeeland weer eens deze bijna meest westelijke populatie ter wereld?
Foto: Johan de Jong
Jeroen van Delft & Arthur de Bruin (RAVON)
Foto: Jelle Hofstra
Foto: Paul van Hoof
62
Gladde slang; sinds lange tijd weer gevonden op diverse locaties in Friesland, Drenthe, Overijssel en op de Veluwe.
Visexcursie Friesland, mei 2009
34 11(4) 2010
noemde soort nu echter boven de grote rivieren in meer uurhokken aanwezig dan in Zuid-Limburg! De belangrijkste vondst bij de knoflookpad is gedaan in Twente bij het Denekamperveld. Gevreesd werd dat de soort uit dat deel van Overijssel verdwenen was, maar dat is dus niet het geval. Gezien het aanwezige landschap is het zeker niet ondenkbaar dat de soort er op nog meer locaties aanwezig is. Een zeer uitdagende handschoen om op te pakken! Bij de gewone pad komen vrij veel meldingen uit “nieuwe uurhokken” in Friesland, Groningen en Overijssel. In Friesland is ook de rugstreeppad uit diverse nieuwe hokken gemeld. Deze soort heeft zijn kerngebieden echter duidelijk in het centrale en westelijke deel van Nederland. In de natuurlijke boomkikkerpopulaties treden op het niveau van uurhokken geen spectaculaire verschuivingen op. Het is wel opvallend op hoeveel locaties in de duinen de soort inmiddels aanwezig is. Ook uitgezette dieren op de grens van Drenthe en Friesland winnen terrein. De heikikker is goed en gelijkmatig over alle provincies in kaart gebracht, alleen recente Zeeuwse waarnemingen ontbreken. Wie bezoekt weer eens deze bijna meest westelijke populatie ter wereld? Bij de bruine kikker, bastaardkikker en het groene kikker complex treden geen bijzondere wijzigingen op. De poelkikker is uit veel nieuwe hokken in Overijssel gemeld en de uitdaging om te onderzoeken of er echt niet meer poelkikkers op de Veluwe voorkomen, lijkt te zijn opgepakt. De meerkikker is nu in de noordelijke provincies veel beter op de kaart gezet. Het is interessant om te onderzoeken of er werkelijk nauwelijks meerkikkers voorkomen in Zeeland en ZuidHolland ten zuiden van Rotterdam.
Reptielen Ook bij reptielen is het gelukt om uit vrijwel het gehele areaal waarnemingen te verzamelen. Uit de meeste kansrijke uurhokken aan de kust, in Utrecht, op de Veluwe en in Noord-Nederland zijn meldingen afkomstig. In Overijssel, de Achterhoek, Noord-Brabant en Limburg zijn wat minder reptielenwaarnemingen verzameld. Van de hazelworm en zandhagedis zijn nauwelijks verrassingen te melden. Wel is er van de zandhagedis na langere tijd weer een melding van het Zuidhollandse Goerree. In Overijssel en Drenthe zijn zandhagedissen van enkele nieuwe plekken gemeld, die om bevestiging vragen. Verwisseling met de daar veel algemenere levendbarende hagedis ligt op de loer, maar ook uitzetting behoort tot de mogelijkheden. Maar wellicht gaat het echt om nieuwe locaties. Bij de levendbarende hagedis vallen vooral een aantal nieuwe uurhokken op in Noord-Brabant, Overijssel en Friesland. Het is mooi dat waarnemers hier zijn gaan zoeken aan de randen van de bekende verspreidingskernen en niet alleen maar naar de vanouds bekende locaties gaan. Enkele markante excentrische meldingen vragen nadrukkelijk om bevestiging. Het kaartje van de muurhagedis mag bekend worden verondersteld. De gladde slang zorgt jaarlijks voor enkele verrassende vondsten. Zo is de soort na lange tijd weer gevonden op diverse locaties in Friesland, Drenthe, Overijssel en op de Veluwe. De bekende locaties blijken ook goed gevolgd te worden en van de meeste bekende vindplaatsen beschikken we dan ook over recente informatie. Bij de ringslang verdient met name de noordoostrand van het Nederlandse areaal extra aandacht (Overijssel en vooral Zuidoost-Drenthe). De kaart van de adder is traditiegetrouw een van de meest stabiele en toch is het gelukt om enkele “nieuwe uurhokken” te scoren in zowel Noord- als Midden-Nederland. Vissen De belangstelling voor vissen binnen ravon is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Diverse medewerkers op kantoor houden zich tegenwoordig uitsluitend bezig met onderzoek naar en de bescherming van vissen. Ook het aandeel vrijwilligers dat gewapend met schepnet op zoek gaat naar nieuwe waarnemingen van vissen neemt jaarlijks toe. Door projecten als de Gelderse visatlas en de Vissenatlas Noord-Holland worden binnen deze provincies veel visgegevens door vrijwilligers verzameld. Ook in de Provincies Friesland en Flevoland neemt de kennis over de verspreiding van vissen sterk toe als gevolg van de inspanningen van de Werkgroep Vissenonderzoek Friesland (wvof) en door de inzet van de Flevovissers. Ook het goed bezochte vissenweekend, dat dit jaar in Drenthe georganiseerd werd, getuigt van een toenemende belangstelling onder de vrijwilligers. Verheugend is het feit dat er ook in deze provincie een Vissenwerkgroep is opgericht. Het Verspreidingsonderzoek vissen waarbij gericht gezocht wordt naar beschermde soorten werpt zijn vruchten af. Voor veel van de doelsoorten is een groot deel van het verspreidingsgebied op 10x10km-hokniveau reeds geactualiseerd. ravon streeft ernaar om de soortgroep vissen in 2010 onderdeel uit te laten maken van het Netwerk Ecologische Monitoring. Een soort die verbazend wijd verspreid blijkt te zijn is de kleine modderkruiper. Dat deze soort goed nieuw leefgebied kan koloniseren blijkt uit de aanwezigheid van de soort in de Provincie Flevoland. Een ander opmerkelijk verspreidingsbeeld zien we bij de Europese meerval. Deze soort blijkt steeds verder toe te nemen in de grote rivieren. Een bijzonder verspreidingsbeeld moet opgemerkt worden voor de driedoornige stekelbaars in Groningen en
Foto: Paul van Hoof
34 11(4) 2010
Marmergrondel; blijft toenemen binnen het rivierengebied, zowel in de grote rivieren als in tal van binnendijkse gebieden
Friesland. Daar waar de tiendoornige stekelbaars verspreid voorkomt over het noorden van Nederland toont de verspreiding van de driedoornige stekelbaars een opvallende afwezigheid op de zandgronden van deze provincies. Mogelijk houd deze afwezigheid verband met de beperkte migratiemogelijkheden binnen dit gebied. Verontrustend is de toename van exoten binnen Nederland. Naast de reeds bekende exoten zoals de zonnebaars, waar ieder jaar weer nieuwe uurhokken van worden gevonden, is er ook een toename van andere soorten te zien. De marmergondel blijft toenemen binnen het rivierengebied en komt niet alleen voor in de hoofdstroom van de grote rivieren maar ook in tal van binnendijkse gebieden. Ook de blauwband blijft toenemen. Van de Kesslers grondel, zwartbekgrondel en Pontische stroomgrondel komen steeds meer nieuwe waarnemingen bij ravon binnen. Met name de Kesslers grondel blijkt bijzonder hoge dichtheden te bereiken op de kribben van de grote rivieren. Wat de gevolgen zijn van deze massale kolonisatie zal de toekomst moeten uitwijzen. De toename van verspreidingsgegevens en activiteiten op het gebied van vissen geven ravon steeds meer handvatten om op landelijk niveau een goed beeld te krijgen van de verspreiding. We hopen de komende jaren nog meer vrijwilligers voor vissen te enthousiasmeren en streven er naar om de opgedane kennis in te zetten voor de bescherming en het herstel van vissoorten. De kaarten geven een beeld van de verzamelde gegevens in 2007 en 2008. Per soort zijn met een zwarte stip de uurhokken (5 x 5 km) weergegeven waar de desbetreffende soort in 2007 en/of 2008 is waargenomen. De grijze vierkantjes geven aan waar de soort in de negen voorafgaande jaren is waargenomen (1998-2006). Behoudens enkele uitzonderingen komen deze grotendeels overeen met de waarnemingenoverzichten die de afgelopen jaren in ravon zijn gepresenteerd. Nog niet alle gegevens zijn gecontroleerd op betrouwbaarheid. Nadrukkelijk wordt gesteld dat, met name voor de vissen, deze kaarten niet de volledige verspreiding van soorten weergeven! Daarvoor moet een ruimere periode worden gehanteerd. Vooral bij de vissen zijn delen van het land onderbemonsterd.
Jeroen van Delft & Arthur de Bruin (RAVON) Postbus 1413 6501 BK Nijmegen
[email protected] [email protected]
63
64
amfibieen
34 11(4) 2010
vuursalamander Salamandra salamandra
Alpenwatersalamander
vinpootsalamander
Mesotriton alpestris
Lissotriton helveticus
65
34 11(4) 2010
kleine watersalamander
kamsalamander
Lissotriton vulgaris
Triturus cristatus
Italiaanse kamsalamander
vroedmeesterpad
Triturus carnifex
Alytes obstetricans
66
34 11(4) 2010
geelbuikvuurpad
knoflookpad
Bombina variegata
Pelobates fuscus
gewone pad
rugstreeppad
Bufo bufo
Bufo calamita
67
34 11(4) 2010
boomkikker
heikikker
Hyla arborea
Rana arvalis
bruine kikker
poelkikker
Rana temporaria
Rana lessonae
68
34 11(4) 2010
bastaardkikker
meerkikker
Rana klepton esculenta
Rana ridibunda
groene kikker ’complex’ Rana esculenta synklepton
69
34 11(4) 2010
reptielen
hazelworm Anguis fragilis
zandhagedis
levendbarende hagedis
Lacerta agilis
Zootoca vivipara
70
34 11(4) 2010
muurhagedis
gladde slang
Podarcis muralis
Coronella austriaca
ringslang
adder
Natrix natrix
Vipera berus
71
34 11(4) 2010
vissen
alver Alburnus alburnus
Amerikaanse hondsvis
baars
Umbra pygmaea
Perca fluviatilis
72
34 11(4) 2010
barbeel
beekdonderpad
Barbus barbus
Cottus rhenanus
beekprik
bermpje
Lampetra planeri
Barbatula barbatula
73
34 11(4) 2010
bittervoorn
blankvoorn
Rhodeus amarus
Rutilus rutilus
blauwband
bot
Pseudorasbora parva
Platichthys flesus
74
34 11(4) 2010
brasem
driedoornige stekelbaars
Abramis brama
Gasterosteus aculeatus
elrits
gestippelde alver
Phoxinus phoxinus
Alburnoides bipunctatus
75
34 11(4) 2010
giebel
grote modderkruiper
Carassius gibelio
Misgurnus fossilis
Kesslers grondel
kleine modderkruiper
Neogobius kessleri
Cobitis taenia
76
34 11(4) 2010
kolblei
kopvoorn
Blicca bjoerkna
Squalius cephalus
kroeskarper
marmergrondel
Carassius carassius
Proterorhinus semilunaris
77
34 11(4) 2010
meerval
paling
Silurus glanis
Anguilla anguilla
pos
rietvoorn
Gymnocephalus cernua
Scardinius erythrophthalmus
78
34 11(4) 2010
rivierdonderpad
riviergrondel
Cottus perifretum
Gobio gobio
serpeling
sneep
Leuciscus leuciscus
Chondrostoma nasus
79
34 11(4) 2010
snoek
tiendoornige stekelbaars
Esox lucius
Pungitius pungitius
vetje
winde
Leucaspius delineatus
Leuciscus idus
80
34 11(4) 2010
witvingrondel
zeelt
Romanogobio belingi
Tinca tinca
zonnebaars
zwartbekgrondel
Lepomis gibbosus
Neogobius melanostomus
Redactie-adres RAVON: Postbus 1413 6501 BK Nijmegen
STICHTING RAVON Reptielen Amfibieën Vissen Onderzoek Nederland Postbus 1413 6501 BK Nijmegen tel. 024-3653270 e-mail:
[email protected] website: www.ravon.nl RAVON Winkel en Donateursadministratie Kantoor Nijmegen tel. 024-3653270 e-mail:
[email protected] website: www.ravon.nl RAVON WERKGROEP MONITORING Edo Goverse, Ingo Janssen & Hielke Praagman Postbus 94766 1090 GT Amsterdam tel. 020-5257332 RAVON Flevoland Jeroen Reinhold Archipel 35-44 8224 HK Lelystad tel. 0320-231971 RAVON Gelderland Piet Spaans West Peterstraat 53 6822 AB Arnhem tel. 06-49120753 RAVON Groningen Leon Luijten Barlagerveldweg 5 9541 XR Vlagtwedde tel. 0599-312081 RAVON Noord-Brabant Kees Marijnissen Wethouder Traplein 17 5051 BE Goirle tel. 013-5340848 RAVON Noord-Holland Gertjan Martens Nieuwe Zonneweg 32 1033 JN Amsterdam tel. 06-51215386 RAVON Overijssel Vacant RAVON Utrecht Floris Brekelmans Verenigingstraat 32 3515 GJ Utrecht tel. 030-2620807 RAVON Zeeland Kees Musters Kromme Weele 7 4331 PA Middelburg tel. 0118-633898
RAVON Zuid-Holland Mike Melis Twickelstraat 35 2241 XE Wassenaar tel. 071-5210187 Herpetologische Studiegroep Limburg Sabine de Jong Madoerastraat 3 6214 XL Maastricht tel. 0553-483296 Werkgroep Amfibieën en Reptielen Drenthe Rienko Vanderschuur (secretaris) Virgo 74 9405 RE Assen tel. 0592-319369 Werkgroep Amfibieën en Reptielen Friesland (WARF) John Melis Gorredijksterweg 26 8411 KE Jubbega tel. 06-46524630 Vissenwerkgroep van het Natuurhistorisch Genootschap Limburg Victor van Schaik Hoosveld 56 6075 DB Herkenbosch tel. 0475-536043 Werkgroep Adderonderzoek Nederland Pedro Janssen Pavanestraat 15 5802 LJ Venray tel. 0478-514805
[email protected] Werkgroep Poldervissen Rombout van Eekelen Kruisstraat 39 4251 CV Werkendam tel. 0345-476695 Werkgroep Verspreidingsonderzoek Noord-Oost Brabant Sander Hunink Hertewissel 36 5344 LJ Oss tel. 06-18370282 Gelderse vissers Frank Spikmans RAVON-kantoor Nijmegen tel. 024-3653270 Werkgroep Vissenonderzoek Friesland John Melis Gorredijksterweg 26 8411 KE Jubbega 06-46524630 Werkgroep Vissenonderzoek Groningen-Drenthe Jeroen Huisman De Hunenborg 19 9301 VA Roden Visclub de Prik Gert Jan Blankena Imbosweg 7 7371 DA Loenen
“It sal heave!” Vlak voor de kerst was er de grote klimaatconferentie in Kopenhagen. Waar het nu echt móest gebeuren. Wij Nederlanders kwamen er van en naar een koude kermis thuis. Een paar dagen later ligt het land plat vanwege sneeuw. Eindeloos gemekker alom. En een teken hoe ver we verwijderd zijn geraakt van de natuurlijke processen. Het is natuurlijk waanzin om in donkere en koude tijden hetzelfde tempo van leven te willen hebben als in de zomer. We zijn het energiezuinig overwinteren echt verleerd. Vlak voor oud en nieuw, waar voor een nieuw record aan stof en rotzooi de lucht in werd geschoten –als je in een crisis zit wil je tenslotte ook wel eens afreagerenbrengt de Friese Vereniging Elfsteden een bezwerend persbericht uit dat er nog lang geen sprake is van een mogelijke tocht der tochten. Net daarna nog meer sneeuw, 180 kilometer file rond Amsterdam en optimisten met strak geslepen klapschaatsen die hotelkamers in Leeuwarden boeken voor als…. En Erben die weer een doel in zijn leven heeft, nu zijn Olympische droom aan duigen is. Elke millimeter sneeuw en elke graad vorst is natuurlijk weer brandstof voor de klimaatsceptici, want het bewijst dat de aarde niet opwarmt maar juist kouder wordt. Natuurlijk moet je niet verder dan je achtertuin kijken, maar voor een scepticus die toch al een beperkte blik op de werkelijkheid heeft is dat natuurlijk een koud kunstje. En zo laten we met zijn allen ‘Kopenhagen’ in een vloek en een zucht weer achter ons, en lopen we niet meer warm voor het tegengaan van ‘global warming’ maar worden we heet van de Elfstedenkoorts. Het ziet er naar uit dat vooral de reptielen, amfibieën en vissen die zich nu diep in holen, sloten en plassen stil houden, hun hoofd goed koel weten te houden. En heel energiezuinig de winter doorkomen. Het zijn eigenlijk onze lichtende voorbeelden in deze duistere tijden. Terwijl het juist vooral zij zijn, die te lijden hebben onder ons onvermogen om onze impact op deze aardkloot te verminderen. Waren wij mensen ook maar zo koelbloedig, dan was Kopenhagen beslist een succes geworden. Overigens liggen mijn schaatsen ook al weer strak geslepen klaar. Je weet maar nooit of “ít sal heave”. pf