BJ.M. FREDERIKS
rechtspositie van mensen met een verstandelijke handicap Van beperking naar ontplooiing
Sdu Uitgevers 2004
Inhoudsopgave Lijst van afkortingen
15
1. 1.1 1.2 1.3
19 20 22
1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
Inleiding Aanleiding Het juridische kader Functie van het recht in de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap Wat is een verstandelijke handicap? Een beschrijving van de sector verstandelijk gehandicaptenzorg Recente ontwikkelingen in de zorg Terminologie Opzet
Methoden van onderzoek Inleiding Probleemstelling en vraagstellingen Juridisch onderzoek De rol van de praktijk in juridisch onderzoek Opzet en verantwoording empirisch kwalitatief onderzoek 2.5.1 Twee onderzoeken 2.5.2 Kwalitatief onderzoek 2.5.3 Rol van de onderzoeker 2.5.4 Afbakening van het onderzoek 2.5.5 Drie voorzieningen 2.5.5.1 Afspraken met voorzieningen 2.5.5.2 Beschrijving van de voorzieningen 2.5.5.3 Beschrijving van de woningen 2.5.5.4 Beschrijving van de clienten 2.5.6 Methoden 2.5.6.1 Observaties 2.5.6.2 Interviews 2.5.6.3 Dossieronderzoek 2.5.7 Integratie gegevens van de tweede evaluatie Wet Bopz 2.5.8 Analyse van de resultaten 2.6 Generaliseerbaarheid van de bevindingen
25 26 29 31 35 37 39 39 40 41 41 43 43 44 45 46 47 48 49 50 53 55 56 58 63 64 66 68
11
Inhoudsopgave
3. 3.1 3.2
3.3
3.4 4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
4.7 5. 5.1 5.2 5.3
12
Een normatief kader voor de interne rechtspositie van mensen met een verstandelijke handicap Inleiding Betekenis van het recht binnen de verstandelijk gehandicaptenzorg 3.2.1 Functie van het recht binnen de verstandelijk gehandicaptenzorg 3.2.2 Juridisering Rechtsbeginselen in de verstandelijk gehandicaptenzorg 3.3.1 Inleiding 3.3.2 Zelfbeschikking 3.3.3 Bescherming 3.3.4 Goede zorg 3.3.5 Goede zorg en de zorgethiek 3.3.6 Ontplooiing Beschouwing
73 73 76 76 79 85 85 87 93 97 101 106 111
Goed hulpverlenerschap Inleiding De juridische betekenis van goed hulpverlenerschap Goed hulpverlenerschap in de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap Verantwoordelijkheden van een persoonlijk begeleider Kwaliteitsnormen en kwaliteitsbeleid in de sector verstandelijk gehandicaptenzorg Richtlijnen in de zorg voor mensen met een verstandelijke handicap 4.6.1 Richtlijnen van beroepsgroepen en voorzieningen voor mensen met een verstandelijke handicap 4.6.2 Overige richtlijnen 4.6.3 Problemen rond het formuleren van richtlijnen Beschouwing
115 115 116
Vrijheidsbeperking: een juridische analyse Inleiding Het begrip vrijheidsbeperking Criteria en motieven voor de toepassing van vrijheidsbeperking 5.3.1 Institutionele karakter 5.3.2 Onvrijwillige opneming 5.3.3 Proportionaliteit, subsidiariteit en effectiviteit 5.3.4 Motieven voor de toepassing van vrijheidsbeperking
151 151 152 156 157 157 158 159
122 126 132 137 138 139 142 144
Inhoudsopgave 5.4 Vormen van vrijheidsbeperking 5.4.1 Dwangbehandeling 5.4.2 Middelen of maatregelen 5.4.3 Huisregels 5.4.4 Beperkingen in het recht op bewegingsvrijheid 5.5 Waarborgen rondom vrijheidsbeperking 5.6 Vrijheidsbeperking bij een artikel 60 Bopz-indicatie 5.7 Vrijheidsbeperking bij vrijwillig opgenomen cliƩnten 5.8 Vrijheidsbeperking buiten Bopz-instituten 5.9 Beschouwing
163 163 171 177 180 182 186 189 199 201
6. 6.1 6.2 6.3
207 207 207 211 213 213 215 219 221 225 226 227 228 229 230 231 233 240
6.4 6.5 6.6 6.7 7. 7.1 7.2 7.3 7.4
Vrijheidsbeperking in de praktijk Inleiding Casuistiek uit de praktijk De rol van vrijheidsbeperking in de praktijk 6.3.1 Wettelijke vormen van vrijheidsbeperking in de praktijk 6.3.1.1 Dwangbehandeling 6.3.1.2 Middelen of maatregelen 6.3.1.3 Huisregels 6.3.1.4 Beperkingen in de het recht op bewegingsvrijheid 6.3.2 Niet-wettelijke vormen van vrijheidsbeperking in de praktijk 6.3.2.1 Pedagogische maatregelen 6.3.2.2 Begeleidingsafspraken: straffen en belonen 6.3.2.3 Vrijheidsbeperking buiten Bopz-instituten 6.3.2.4 Vrijheidsbeperking bij vrijwillig opgenomen cliƩnten Alternatieven voor vrijheidsbeperking Registreren en melden De Wet Bopz een geschikt kader? Beschouwing Een alternatieve regeling voor de toepassing van vrijheidsbeperking in de verstandelijk gehandicaptenzorg Inleiding De noodzaak van een alternatieve regeling Uitgangspunten alternatieve regeling Inhoud alternatieve regeling 7.4.1 De kern van de alternatieve regeling 7.4.2 De toepassing van vrijheidsbeperking onder de alternatieve regeling 7.4.3 Plaats van de regeling 7.4.3.1 De alternatieve regeling ondergebrarht in de Wet Bopz
247 247 249 254 257 259 270 291 292 13
Inhoudsopgave
7.4.3.2 De alternatieve regeling ondergebracht in de Wgbo ofWgbo-plus 7.4.3.3 De alternatieve regeling vormgegeven door zelfregulering 7.4.3.4 De alternatieve regeling in een afzonderlijke wet 7.5. Kanttekeningen alternatieve regeling 7.5.1 Een aparte regeling voor de sector verstandelijk gehandicaptenzorg 7.5.2 Criteria voor de toepassing van vrijheidsbeperking: gevaar wordt vervangen door noodzaak 7.5.3 De reikwijdte van de regeling: toename van het aantal toepassingen van vrijheidsbeperking 7.5.4 De locaties van vrijheidsbeperking: onvoldoende toezicht op bepaalde locaties 7.5.5 Het begrip vrijheidsbeperking: gradaties aanbrengen 7.5.6 Toestemming van de client 7.6 Slot 8.
Conclusies en aanbevelingen
293 296 297 298 299 300 302 303 305 308 309 311
Samenvatting
323
Summary
335
Literatuur
347
Curriculum Vitae
365
14