Rapport project preventie gehoorschade Het aantal (jonge) mensen met gehoorbeschadiging neemt steeds meer toe. Deze schade is onomkeerbaar en is een handicap in het sociaal maatschappelijk leven. Juist daarom is het belangrijk om gehoorschade te voorkomen. De GGD heeft de opdracht gekregen om samen met verschillende disciplines en partners in het veld een integraal pakket van maatregelen te ontwikkelen, gericht op het voorkomen van gehoorschade bij jongeren. Van april tot en met juni 2014 is een projectgroep vanuit de gemeente Groningen aan de slag gegaan met een inventarisatie in de stad. Er zijn contacten gelegd met vertegenwoordigers de horeca, evenementen, verkopers van draagbare muziekspelers, studentenverenigingen, scholen, jeugd en jongerenwerk en jongeren zelf. Er is gesproken over gehoorschade, de eigen kennis van gehoorschade, het belang van interventies en mogelijke interventies vanuit de eigen discipline. Deze persoonlijke benadering werkte goed en heeft aanknopingspunten opgeleverd voor het vervolg. Ook is er een online enquête uitgevoerd onder jongeren over gehoorschade en risicogedrag voor gehoorschade. Op basis van deze en vergelijkbare gegevens, de contacten met de vertegenwoordigers is eind juni een minisymposium Oorverdovend georganiseerd. De belangrijkste uitkomsten zijn: De online vragenlijst Half juni hebben bijna 500 Groningse jongeren van 12 tot en met 28 jaar de vragenlijst over de belasting van het gehoor ingevuld (merendeel VWO, HBO en WO). Hiervan was bijna 70% 18 jaar of jonger. De resultaten van deze enquête komen overeen met vergelijkbare onderzoeken elders. Ruim een kwart van de respondenten vindt dat een piep na het uitgaan er bij hoort. Slechts 25% heeft nooit een piep in de oren na het uitgaan. 20% legt de verantwoordelijkheid voor gehoorschade bij zichzelf, de andere 80% bij de organisatoren en de overheid (figuur 1). Van 72% van de ondervraagden hoeft het geluid niet zo hard, ze willen met elkaar kunnen praten. 75% luistert naar draagbare muziekdragers, waarvan 30% geen normaal gesprek kan voeren vanwege het volume. Van degenen die niets meer verstaat heeft 30% last van het gehoor na luisteren. 18% verstaat enkel geschreeuw en 6% kan nog een gesprek voeren met de koptelefoon op. Figuur 1. Verantwoordelijkheid gezond geluidsniveau uit online enquête
Volgvel:
1
Inventarisatie en vervolg Detailhandel en muziek Sinds januari 2013 geldt een Europese richtlijn die stelt dat het standaard volume niet hoger dan 85 dB(A) mag zijn. Het volume van een mp3-speler of smartphone mag niet harder dan 100 dB(A) en bij het afspelen boven 85 dB(A) moet de gebruiker worden gewaarschuwd. Onderzoek van de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit heeft aangetoond dat 80% van de verkochte muziekdragers hier (nog) niet aan voldoen. Rechtstreeks geïmporteerde apparaten van buiten de EU voldoen mogelijk niet aan de eisen. Eind 2014 onderzoekt NVWA opnieuw de draagbare muziekspelers. Uit interviews met detailhandel in Groningen bleek dat zij er van uitgaan dat de koopwaar voldoet aan de EU-regelgeving. De meeste detaillisten voelen geen verantwoordelijkheid ten aanzien van preventie van gehoorschade. Ze zijn wel bereid om een flyer mee te geven, maar verwachten dat deze niet of nauwelijks wordt gelezen. Uitgaan en muziek De Koninklijke Horecabond Nederland is zich bewust van de risico’s van luide muziek. Ze hebben een factsheet Preventie Gehoorschade uitgebracht voor horecapersoneel. Niet elke eigenaar is op de hoogte van de Arbo-regelgeving hierover. Gehoorbescherming wordt vaak niet gedragen door barpersoneel, met de argumentatie dat de klant dan niet meer verstaan wordt. Een enkel bedrijf verkoopt gehoorbeschermers. De horeca begrijpt het probleem, maar ziet zichzelf onderworpen aan veel regels; geluidoverlast, rookverbod, geen alcohol onder 18 jaar. Bestaande problemen worden vaak het probleem van de horeca gemaakt. Gezondheid moet voorop staan. Nadruk moet liggen op bewustwording van jongeren, met belangrijke rol voor ouders en onderwijs. Merendeel horeca-eigenaren zien preventie van gehoorschade als een verantwoordelijkheid van de klant. Het gemiddelde van zo’n 20 metingen in horecabedrijven in de binnenstad op een woensdagavond tussen 23.00 en 01.00 uur bedroeg bijna 91 dB(A). In weekenden na 2.00 uur is het geluidsniveau over het algemeen hoger. Het merendeel van de evenementenorganisaties die actief zijn in de stad is niet aangesloten bij een van de twee brancheorganisaties die begin 2014 een convenant met VWS hebben gesloten. Dat bestaat uit een maximum gemiddelde geluidsproductie van 103 dB(A), gemeten over 15 minuten, het aanbieden van gehoorbescherming en het registreren van het geluidsniveau dat beschikbaar wordt gesteld aan het ministerie. Het convenant loopt tot eind 2016. De aanschaf van meetapparatuur om te voldoen aan de gestelde voorwaarden in het convenant is vrij kostbaar. Niet iedereen is van het convenant op de hoogte, maar geluidoverlast is wel een onderwerp waar vrijwel iedere organisator mee bezig is, omdat voor geluidoverlast regelgeving aanwezig is. Wel zijn organisatoren zich bewust van de risico’s van harde muziek op het ontstaan van gehoorschade. Velen hebben in meer of mindere mate problemen met het gehoor. Ook is men op de hoogte van de Arbo-regelgeving en wordt gehoorbescherming aangeboden aan het personeel. Men wil meewerken aan preventie gehoorschade, maar benadrukken dat bezoekers hard geluid willen vanwege de beleving. Bewustwording van bezoekers is belangrijk Meest kansrijke maatregelen: • Bewustwording bij jongeren verhogen door aan te haken bij nationale campagnes. • Algemene voorlichtingscampagnes ook in het uitgaansleven laten plaatsvinden;
Volgvel:
2
• Een dB meter in de uitgaanslocatie plaatsen waarop via een kleur zichtbaar is wanneer en waar het geluid ‘veilig’ is en wanneer niet; • Zorg voor de aanwezigheid van gehoorbescherming, zoals bv oordoppen met muziekfilter • Steek in op een positieve aanpak van het probleem met ludieke acties. Maak het dragen van gehoorbeschermers sexy. • Eén organisator kwam met de campagneleus: “Wat wil jij nou horen?” • Meten is belangrijk, maar de meetapparatuur is veelal een (te) forse investering (dit pleit voor een subsidieregeling) Onderwijs en muziek De GGD heeft een adviserende rol en werkt vraaggericht voor het onderwijs. Het onderwerp gehoorpreventie heeft een plek in de Gezonde School. In de stad heeft één school dit keurmerk. Het schoolbestuur van het openbaar onderwijs (O2G2) en het bestuur van de christelijke scholen (VCOG) reageerden positief op het onderwerp en zagen het belang van het verstrekken van informatie en het zorgen voor het voorkomen van gehoorschade. Er is verwezen naar de website met informatie van de GGD, waarop ook de enquête was te vinden. Scholen vinden het belangrijk om kinderen te leren omgaan met de risico’s van hard geluid en gehoorbescherming. Posters en informatieve folders werden in dank aanvaard en ook werd meegedacht in welke lessen het voorkomen van gehoorschade kan worden ingepast. Sommige scholen hebben in samenspraak met de ouderraad het geluid tijdens schoolfeesten teruggebracht voor de lagere klassen van het voortgezet onderwijs. Op één van de scholen is al eind juni tijdens natuurkunde aandacht besteed aan hard geluid en de risico’s op gehoorschade. De oproep op de Hanzehogeschool om posters te maken met het thema gehoorschade heeft niet alleen geleid tot een aantal aardige posters die in verdere campagnes gebruikt kunnen worden maar ook tot een gespreksthema op school. Meest kansrijke maatregelen: • Regelmatig met scholen in gesprek over preventie gehoorschade en de mogelijkheden om dit in te passen in lessen en activiteiten. Vignet Gezonde School onder de aandacht brengen. • Verhogen bewustwording leerlingen, onder meer door het filmpje dat getoond werd tijdens het symposium, posters, gehoortesten, geluidsmeters en het koppelen aan vakken die zich voor het onderwerp lenen. • Op schoolfeesten een maximumvolume propageren van 88 dB(A). Bewustwording kan in combinatie met een interactief programma met gehoorbescherming tijdens schoolfeesten. Een leverancier van gehoorbescherming heeft aangeboden om hieraan medewerking te verlenen. • Jong beginnen met voorlichting en bewustwording via ouders en school. Onder meer door het filmpje dat getoond werd tijdens het symposium, (schokkende) verhalen ervaringsdeskundigen, posters, gehoortesten en geluidsmeters. Herhaling om de paar jaar. • Laten horen hoe geluid klinkt wanneer je gehoorschade hebt. Overheid en muziek De overheid heeft een belangrijke rol. Dit is zowel een rol als aanjager in de bewustwording als in de regelgeving. Vlaanderen en andere landen/regio’s hebben wettelijke geluidsnormen gesteld. Dit is een mogelijkheid, maar heeft ook nadelen. Zo kan een wettelijk gesteld geluidsnorm een schijnveiligheid bieden. In Vlaanderen ligt de norm op 100dB(A). Wetende dat het tot 7,5 minuut veilig is om aan 98 dB(A) blootgesteld te worden en 101 dB(A)
Volgvel:
3
vrijwel direct gehoorschade oplevert. Regelgeving vraagt ook handhaving en de nodige capaciteit. In Nederland heeft het ministerie van VWS een convenant afgesloten met de vereniging van poppodia en met de vereniging van organisatoren van evenementen waarin een maximumniveau van 103 dB(A) op vrijwillige basis is afgesproken. Daarnaast nemen de organistoren maatregelen op het gebied van geluidsmeting, aanbieden van gehoorbescherming en voorlichting. Op lokaal niveau kan de gemeente maatregelen in een verordening of vergunning opnemen. De gemeente Leek heeft het onderwerp opgenomen in zijn evenementenbeleid, dat in de lijn is van de strekking van het convenant. Geluidsmetingen in de Groningse horeca Op woensdag 18 juni zijn er geluidsmetingen gedaan in het Groningse uitgaansleven. Er zijn verschillende café’s en discotheken bezocht. Per locatie is de gemiddelde dBA gemeten en gekeken of het personeel gehoorbeschermers in hadden. Bevindingen projectgroep: Er zijn interessante gesprekken gevoerd met barpersoneel, garderobepersoneel, portiers, DJ’s en gasten. Men reageert enthousiast en geïnteresseerd in het onderwerp. Het meeste personeel droeg geen gehoorbescherming. Veel mensen zijn blij met de verstrekte oordoppen en sommigen gingen die meteen uitproberen. Bij de stadsgarderobe staan de oordoppen in zicht voor de verkoop (onder de sigaretten).
Figuur 2. Tabel bevindingen anonieme geluidsmetingen. Gemiddelde van 21 metingen op woensdag 18 juni tussen 23.00 en 01.00 uur: 90,9 dB(A).
Kroegnummer
dB(A)
Kroeg 1
75
Personeel oorbescherming soms
Kroeg 2 Kroeg 3 Kroeg 4 Kroeg 5 Kroeg 6 Kroeg 7 Kroeg 8 Kroeg 9
90 80 82 98 100 90
nee nee nee nee nee nee
Kroeg 10 Kroeg 11 Kroeg 12 Kroeg 13
99
nee nee nee
90 110?
Opmerkingen Op clubavonden wel oordoppen
96 dB op de dansvloer. Kroeg gesloten. Tas mocht niet mee naar binnen.
Enorm veel lawaai aan de buitenkant.
Volgvel:
4 Kroeg 14 Kroeg 15 Kroeg 16
86,0 89,8 78,4 / 72,3
nee nee nee
Kroeg 17 Kroeg 18 Kroeg 19
99,7 96,3 100,5
nee nee
Kroeg 20 Kroeg 21
99,3 96,1
nee
Kroeg 22
100,1
Kroeg 23
90,0
Nee, jongen wilde het wel graag Gebruikt het wel, nu geen oorbescherming in
Gemeten op twee plekken in gelegenheid; ene kant bar, andere kant bar Vonden het niet interessant Konden niet bij bar komen, geen personeel gezien Konden niet bij bar komen, geen personeel gezien
Automaat Thunderplugs op de bar
Hoe nu verder? Het voorkomen van gehoorschade is niet alleen een kwestie van de ‘volume-knoppen’ terugdraaien, maar vooral een traject van bewustwording en gedragsverandering waarbij vele partners een rol kunnen spelen. Het opleggen van regels alleen is daarom niet de weg die voorgestaan wordt. Er is meer draagvlak om op verschillende wijzen met de partners bewustwordingsactiviteiten te ontplooien. Het is belangrijk dat dit onderwerp een structureel item wordt in de gezondheidsbescherming. De GGD gaat het onderwerp inbrengen in het lokaal gezondheidsbeleid van de gemeenten. Binnen de Jeugdgezondheidszorg en binnen de gehanteerde methodiek ‘Gezonde School’ van de GGD is gehoorschade een onderwerp. Ook is het de bedoeling om regelmatig aan te haken bij activiteiten die goed aansluiten bij het onderwerp. En natuurlijk maken we daarbij gebruik van alle goede materialen die beschikbaar zijn, zoals de oorcheck en de hoortoren van de Nationale Hoorstichting.