Hogeschool van Hall -Larenstein Stafafdeling CvB
Prijsbeleid studenten 2013 Tbv studiejaar 2014-15 Datum/status Auteur Decosnr
2 okt 2013, vastgesteld CvB dd.3 juni 2013 Ben Schulte CvB 2013-609a Incl besluit IBMS bestuur 20/9/13, LST-bestuur 18 juni 2013 en tarief wettelijk collegeld dd 17/9/13 (StCrt 25658)
Prijsbeleid: Collegegeld-tarieven VHL 1) Beleidsuitgangspunten De uitgangspunten voor het vaststellen van collegegeldtarieven zijn gelijk gebleven aan wat impliciet in de vorige versies van het prijsbeleid verwerkt was, maar die als zodanig niet expliciet benoemd zijn. In deze versie benoemen we ze wel expliciet: De uitgangspunten zijn achtereenvolgens, met de eerste als hoogste prioriteit: 1. De wettelijke regels en afspraken in HBO-raad-verband worden gevolgd. Dit omvat niet alleen de wettelijke tarieven, maar ook afspraken zoals het omgaan met hbo-raad afspraken over (deels) gelijktijdig volgen van een tweede bachelor-opleiding. 2. Afspraak = afspraak. We houden ons aan de afspraak met de student, zoals dat bij het begin van de studie vaststond. Ook aan bewijsbare verwachtingen aan aankomende student houden we ons. VHL hecht aan zorgvuldige communicatie met de aankomende student. De aankomende student weet tevoren hoe in zijn situatie het tarief van jaar op jaar verandert (minstens met inflatie-index), afgezien van wettelijke maatregelen. 3. Aan een niet-bekostigde student wordt een integraal kostendekkend tarief in rekening gebracht. Een (gedifferentieerde) kostprijsberekening ligt hieraan ten grondslag. Een jaarlijkse inflatiecorrectie conform de CBS-prijsindex is van toepassing. Het instellingstarief is in principe niet afhankelijk van het jaar van instroom maar stijgt jaarlijks met de inflatie-index. 4. Het tariefstelsel is zo simpel mogelijk. Er wordt gestreefd naar zo weinig mogelijk verschillende tarieven, zeker voor nieuwe studenten. Alleen oude rechten en gemaakte afspraken in het verleden en veranderende landelijke regelingen (en kennelijke onbillijkheden) leiden tot tariefdifferentiatie. De tariefstructuur is in een eenvoudige beslisboom voor nieuwe en zittende studenten apart te vangen.
2) De huidige tariefstructuur t/m 2013-2014 In bijlage 1 staan o.a. de tarieven tot en met studiejaar 2013-2014 zoals neergelegd in prijsbeleidnotitie van 12 maart 2012 (decos nr 2012-383), met daaruit verwijderd de inmiddels achterhaalde tarieven verhoogd wettelijk tarief (ivm de vervallen langstudeermaatregel, zie brief min OCW dd 10 okt 2012). Bijlage 2 geeft de opbouw van de tarieven voor studenten vanuit de 2+2-partners, aangevuld met de tarieven voor partners in India. Voor een nieuw besluit voor studiejaar 2014-2015 wordt voortgebouwd op deze tarievenstructuur, die al is vastgesteld. Zoals te zien is, zijn er in principe 5 tarieven: 1. wettelijk (Bachelor en Ad), 2. instellingstarief Bachelor en Ad - EER voltijd voor niet bekostigde studenten, 3. instellingstarief Bachelor en Ad - EER deeltijd voor niet bekostigde studenten, 4. instellingstarief N-EER Bachelor, 5. instellingstarief Masters (zowel N-EER als EER).
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
1/9
3) Ontwikkelingen en speciale situaties Ontwikkelingen waarmee rekening gehouden is bij de vaststelling van de (nieuwe) tarieven: 1 De prijsindex van CBS in augustus 2012 is 2,3% op jaarbasis . Dit is het percentage waarmee de instellingstarieven van 2014-2015 stijgen ten opzichte van 2013-2014, afgerond op €10. Ook voor de inflatiecorrectie van het wettelijke tarief wordt deze index aangehouden, zij het op een andere peildatum. De langstudeermaatregel is van tafel (oktober 2012; wordt nog wettelijk verankerd in voorjaar 2013) De HBO-raad heeft op 31 januari 2013 in principe een voorstel goedgekeurd over de verlenging van de maatregel om studenten die tijdens een eerste bacheloropleiding vast met een tweede bachelor te beginnen ook voor de tweede opleiding (gedurende een beperkt aantal jaren) een tarief gelijk aan het wettelijk collegegeld te vragen. Dit conform de uitkomst van het overleg dat de minister met studentorganisaties heeft gehad. Op 18 maart heeft de HBO-raad bericht dat dit een vaste afspraak wordt (decos 2013-291) De woonplaatsvereiste blijkt tegen de Europese regels te zijn en vervalt feitelijk met onmiddellijke ingang (brief 11 maart aan hbo-raad + feitelijke gang van zaken bij controle bekostigde studenten 1 okt 2012). Kostenstructuur De kostprijsberekening van nov 2011 is nog steeds geldig. Dit wordt eens per drie jaar herijkt. Ter vergelijking geven we dat tabelletje hier nogmaals weer, aangevuld met indexering van ongeveer 5%: 2,6% (aug 2011) en 2,3% (aug 2012) (1,026*1,023) Soort student : kostprijs2 Integraal 2011 Marginaal 2011 Integraal 2013 Marginaal 2013 Gemiddelde bachelor € 9.429 € 5.047 € 9.897 € 5.297 EER-student bachelor € 9.349 € 5.036 € 9.813 € 5.286 N-EER bachelor € 12.243 € 5.443 € 12.850 € 5.713 N-EER master € 16.972 € 14.055 € 17.814 € 14.752 Zonder nadere overwegingen hoort een instellingstarief dicht bij de integrale kostprijs te liggen. Voor bijzondere situaties kan tot vlak boven het marginale tarief worden gezakt, zoals bij de Bachelor-tarieven 2+2 en de verrekening van waivers. En kan het tarief bij de Masters dankzij de extra subsidie (NFP- en aanvullende EZsubsidie) nog iets lager zijn. In het niet veranderde bestaande beleid liggen daarom de N-EER-tarieven voor Bachelor en Master eigenlijk te dicht bij elkaar. De Bachelor-tarieven zijn aan de hoge kant, de Mastertarieven aan de lage kant. Zolang NFP-regels en extra EZ-subsidie gelden (in ieder geval tot 2015), is er geen reden om dat stramien te verlaten. Speciale situaties en cursistenprijzen In bijlage 3 staan een reeks speciale situaties, die nog steeds gelden en die niet rechtstreeks onder het prijsbeleid vallen, maar er wel mee te maken hebben. Ook worden enkele tarieven van kostendekkende cursussen aangeduid. Verder staan er diverse toelichtingen, onder andere met betrekking tot zittende studenten, en allerlei veel gestelde vragen met antwoorden.
1 Zie 2
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/prijzen/cijfers/default.htm en dan inflatie Integrale kostprijs = totale kosten/ aantal studenten; Marginale kostprijs = extra kosten als er een student bijkomt
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
2/9
4) Tarieven voor nieuwe studenten De wettelijke tarieven worden door de rijksoverheid vastgesteld, waarbij tot en met studiejaar 2018-2019 een jaarlijkse toename van €22 geldt plus een verhoging obv de consumptieprijsindex van CBS (op de peildatum 2,35%).(€1771+€22)*1,0235 = €1835.(13-14) Vastgesteld tarief wettelijk collegegeld voor 14-15 is € 1906 (Staatscourant 25658 dd 17/9/13) De instellingstarieven 2014-2015 gaan ten opzichte van die van 2013-2014 omhoog met de prijsindex van jl augustus (2,3%), afgerond op €10, conform bestaand beleid. In de tabel van bijlage 1 staan deze tarieven vetgedrukt. Hieronder als beslisboom.
Beslisboom Tarieven 2014-2015 A : Eerste inschrijving als student in studiejaar 2014-2015 Het wettelijke tarief is vastgesteld op € 1906. (Rijksoverheid publicatie 17 sept 2013) Onder voorbehoud van aanpassingen in landelijke regelgeving. Hogeschool Van Hall Larenstein Collegegeldtarieven 2014-2015 Bachelor en Associate Degree Voor het eerst inschrijving bij VHL
1.Nationaliteit Nederlands of EU/ EER?
ja
3. Reeds in bezit van Nl. Badiploma, behaald na 1 sep 1991?
Nee
Vanuit 2+2partner?
Nee
IBMS?
Nee
Uit NFP-land?
ja
Ja
ja
Fee: 2+2-tabel € 6650 In het algemeen
Via Stenden € 7400
Mogelijk recht op Waiver van €3500 Dan fee= € 7100
Ja
Voltijd of Deeltijd?
voltijd
Nee
G. Regulier N-EER tuition Fee, Bachelor € 10.600
C. Instellingstarief Voltijd: € 8120
deeltijd Nee
A. Wettelijk Basis collegegeld € 1906
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
D. Instellingstarief Deeltijd € 4060
Versie 2 okt 2013 Auteur Ben Schulte
3/9
5) Tarieven voor zittende studenten De tarieven voor zittende studenten omvatten alle categorieën. Zie de complete tabel van bijlage 1, waarin de vetgedrukte tarieven de nieuwe tarieven zijn.
Beslisboom Tarieven 2014-2015 B : Voor herinschrijvers in studiejaar 2014-2015 Het wettelijke tarief is vastgesteld op € 1906. (Rijksoverheid publicatie 17 sept 2013) Onder voorbehoud van aanpassingen in landelijke regelgeving.
Hogeschool Van Hall Larenstein Collegegeldtarieven 2014-2015 Bachelor en Associate Degree Voor de reeds in 2013/14 of eerder ingeschreven studenten 1.Nationaliteit Nederlands of EU/ EER?
Vanuit 2+2partner?
Nee
Nee
IBMS?
Uit NFP-land Bestaande afspraak?
Nee
Nee
1e inschrijving sep 2011 of eerder
Nee
G. Regulier N-EER tuition Fee, Bachelor € 10.600
voltijd
C. Instellingstarief Voltijd: € 8120
Ja ja
ja
3. Reeds in bezit van Badiploma, behaald na 1 sep 1991 (CRI-HO)?
Via Stenden : € 7400 Tenzij oude individuele afspraak
€ 9580
Waiverafspraak individuele korting op tarief
€ 6650 Tenzij al individuele afspraak Zie 2+ 2- tabel
Ja
Ja Ja
Start 2e opleiding < = 31 aug 2011 Danwel 2e reeds gestart tijdens eerste
Nee
Voltijd of Deeltijd? deeltijd D. Instellingstarief Deeltijd € 4060
Nee
ja
Nee
Versie 2 okt 2013 Auteur Ben Schulte A. Wettelijk Basis collegegeld € 1906
ja
Binnen nominale studieduur 2e opleiding
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
4/9
Bijlage 1 Totale tarief-structuur De kolommen t/m 2013-2014 zijn conform prijsbeleid 2012, met daaruit weggelaten de vervallen langstudeermaatregel. De kolom 2014-2015 is grotendeels nieuw: vetgedrukt. Rubriek Wettelijk collegegeld (wc) vt, en dt-tarief Tuition fee Non-EER- bachelor vanaf2012) - Ouderejaars (instroom t/m sep2011) Hierop is een waiver/fellowship-beurs van €3500 mogelijk voor studenten uit NFP-land
Tuition fee Non-EER – bachelor studenten van 2+2-partners (reeds afgesproken) Zie ook aparte tabel per partner Handling fee (inbegrepen in N-EER tarief) Tuition fee master vt (Alle nationaliteiten) e Tuition Fee EU/EEA, 2 diploma (deels gelijktijdig) - bachelor Tuition Fee EU/EEA, 2e diploma (volgtijdelijk) – bachelor, voltijd Tuition Fee EU/EEA, 2e diploma (volgtijdelijk) deeltijd - ba Contractonderwijs/ ECTS-punt (EER) Master PPM deeltijd onderdelen PPP S&V Thesis Ba IBMS (niet EER) als Stenden (besluit bestuur IBMS 20/9/13 voor 14-15)
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
11/12
12/13
13/14
14/15
15/16
1713
1771
1835
1906
(wettelijk )
8965
10.100 9.100
10.360 9.360
10.600 9.580
Zie tabel
Zie tabel
6.500
6.650
9265
550 10400
635 10670
650 10.920
1713
1771
1835
wettelijk
4800
6325
7940.
8.120
2450
3225
3970.
4.060
150
153
156
160
6950 2100 2250 6500
6950 2500 2750 6700
6950 2600 2950 7000
6950 2800 2950 7400
5/9
6.800
7100 2950 3050
Bijlage 2 Tarievenstructuur voor 2+2 en 3+1-instroom van partnerinstituten (N-EER-studenten) VHL tarieven 2+2 programma’s Vastgelegd in contracten met partner-instituut. Zoals al vastgelegd in prijsbeleid 12 mrt 2012, aangevuld met de overeenkomstige invulling voor de 2+2-partners in India. 2+2 (resp 3+1)-programma: Studenten volgen 2 (resp 3) jaar een programma bij de partner en worden de laatste 2 (resp alleen laatste ) jaar bij VHL ingeschreven, na individueel intake-besluit (examencommissie). Partner
Contract
Instroom VHL
‘11/’12
‘12/’13
Fee in € ‘13/’14 ‘14/’15
CAU Beijing CAU Beijing CAU Beijing CAU Beijing CAU Beijing CAU Beijing
‘07/’11 ‘08/’12 ‘09/’13 ‘10/’14 ‘11/’15 ‘12/’16
2009 2010 2011 2012 2013 2014 4)
1) 6.500 6.200
YAU Kunming YAU Kunming YAU Kunming YAU Kunming YAU Kunming YAU Kunming
‘07/’11 ‘08/’12 ‘09/’13 ‘10/’14 ‘11/’15 ‘12/’16
2009 2010 2011 2012 2013 2014
1) 6.500 6.000
KU Bangkok 2) KU Bangkok 2) KU Bangkok 2)
‘09/’13 ‘10/’14 ‘11/’15
2012 2013 2014
NLU HCMC NLU HCMC
‘11/’15 ‘12/’16
2013 2014
6.500
HUA Hanoi HUA Hanoi
‘11/’15 ‘12/’16
2013 2014
6.500
Baramati India 2+2 Baramati India 2+2 Baramati India 2+2
‘11/’15
2013
6.500
‘12/’16
2014
‘13/’17
2015
Baramati India 3+1 Baramati India 3+1 Baramati India 3+1
‘11/’15
2014
‘12/’16
2015
‘13/’17
2016
Alle contracten Alle contracten
‘13/’17 ‘14/’18
2015 2016
1)
2) 3) 4)
1) 6.200 6.500
1) 6.000 6.500
6.500
1) 6.500 6.500
1) 6.500 6.500
1) 6.500
‘15/’16
‘16/’17
1) 6.500 6.650
1) 6.650
1)
1) 6.500 6.650
1) 6.650
1)
1) 6.650
1)
6.500 6.650
1) 6.650
1)
6.500 6.650
1) 6.650
1)
6.500 6.500 3)
6.500 6.800
6.650 6.800 6.800 3) 6.800
Indien een student langer nodig heeft dan 2 jaar, is de standaard contractafspraak: ‘for a third year of registration, the (net) tuition fee will be the same as for the next students’ cohort (….-….) under the present educational co-operation and otherwise the regular tuition fee for non-EU students applies; kortom in meestel bovenstaande/bestaande gevallen zal dat € 6.500 zijn; vanaf 2014/15 stijgt het met €150/jaar. Het gaat hier om een 3+1 programma. NB 3+1 trajecten worden niet meer afgesloten. Bij deze afspraken is (per abuis) de jaarlijkse verhoging van € 150 niet meegenomen. De enige twee afwijkingen van het patroon. Het 2+2 contract met CAU Beijing is opgezegd (CvB-besluit 13 juli 2012). Laatste instroom bij VHL in Nederland is sept 2013.
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
6.800
6/9
6.800 6.950
Bijlage 3 Cursistentarieven, toelichtingen en veel gestelde vragen a. Cursisten-tarieven Cursistenprijs Voor contractonderwijs: aanschuifonderwijs en cursussen worden zo goed mogelijk de werkelijke kosten in rekening gebracht. Als houvast en richtlijn kan de prijs per aangeboden EC gebruikt worden, zoals in prijsbeleid 2012 is vastgelegd: Studiejaar 2011/2012 2012/2013 2013/2014 2014/2015 Tarief per ECTS-punt € 150 € 153 € 156 € 160 Hiervoor wordt men als cursist ingeschreven en valt men niet onder inschrijvingsbesluit als student. Verantwoording via Training & Cursussen. Master PPM (deeltijd Velp) Ook de Master PPM is een cursus, al wordt men daarvoor wel ingeschreven als student omdat het om een CroHo-opleiding en diploma gaat. Het tarief is kostendekkend, en wordt vastgesteld conform de tarieven vanuit Training & Cursussen (T&C). De nieuwe (vetgedrukte) tarieven zijn afgestemd binnen T&C. 11/12 12/13 13/14 14/15 15/16 Master PPM deeltijd onderdelen PPP 6950 6950 6950 6950 7100 S&V 2100 2500 2600 2800 2950 Thesis 2250 2750 2950 2950 3050 De tarieven gelden steeds voor nieuwe cursisten. Met zittende cursisten zijn bij het beginnen aan de opleiding afspraken gemaakt over de (geldigheid van de) cursusprijs.
b. Toelichtingen bij N-EER-tarieven Handling fee Het instellingscollegegeld voor N-EER-studenten is inclusief een handling fee voor eenmalige administratieve handelingen ter verkrijging van onder meer de verblijfsvergunning in Nederland. In het geval van het gedeeltelijk terugbetalen van het collegegeld, wordt deze handling fee niet terugbetaald en eerst van het instellingscollegegeld afgetrokken, alvorens een evenredig deel wordt berekend voor terugbetaling. De handling fee in de achtereenvolgende studiejaren, na tussentijdse verhoging in 2012-2013 (stroomlijning met WU) zoals in vastgesteld prijsbeleid 2012 staat, loopt verder mee met de prijsindex:12/13 13/14 14/15 Handling fee € 550 € 635 € 650 Speciale situaties N-EER-tarieven Voor studenten met een NFP-beurs wordt de tuition-fee afgeleid van bestaande tuition fee van enige jaren geleden en wordt als inflatie-index door Nuffic de index aangehouden die bij de cao’s van het hbo en de universiteiten wordt gehanteerd. De Nuffic bepaalt die bedragen en bepaalt dat bij de vaststelling van de NFP-courselist. Voor 2013-2014 zijn die bedragen: Short-Course-certificaat (Ba): € 8911 en Master € 9212. (vaststelling dd 19 nov 2012). Voor deze NFP-cursisten wordt (mede om deze reden) ook aanvullende subsidie ontvangen. Dit bedrag zit vervat in de totale NFP-beurs die de student krijgt. De tarieven voor N-EER-studenten die instromen op basis van een contract met een zgn 2+2 of 3+1-partner zijn al vastgelegd in de contracten met die partner. De prijsstructuur begint bij €6500 (instromers in 2013/14) en gaat jaarlijks met € 150 omhoog als kostenindexatie. Een contract met India wijkt daar helaas iets van af, maar wordt zo spoedig mogelijk in hetzelfde stramien ondergebracht. Bachelor-studenten, zowel voltijd en deeltijd, die een N-EER-nationaliteit bezitten, maar die partner zijn van een promovendus aan Wageningen UR betalen een instellingstarief ter hoogte van het wettelijk tarief. Bestaand beleid.
c. Toelichtingen mbt tarieven 2014-2015 zittende studenten Nationaliteit N-EER: Instroom tm september 2011 betaalt niet de extra €1000 die per 2012 is ingevoerd. De cohorten erna wel. Op 9 mei 2012 is van alle zittende N-EER studenten (in studiejaar 2011-2012) op dat moment de situatie en bestaande afspraak vastgelegd. Voor 84 studenten die toen
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
7/9
waren ingeschreven golden speciale afspraken (2+2, contract met Thaise Overheid). Voor 4 studenten van instroom 2008 is hun afspraak aan begin van studie vastgezet. Voor 15 individuele N-EER-studenten geldt in 2012-13 het tarief van € 9100, waarbij 3 voor 5 van hen een waiver geldt. Studenten van 2+2-partners: speciale tabel, bijlage 4. In het algemeen blijft tarief de twee jaar ingeschreven bij VHL gelijk, daarna met volgend cohort mee, en in geval van overmacht nog een jaar later het volle tarief Ba-N-EER. De reductie van deze studenten tov het normale tarief wordt geacht betaald te worden vanuit het profileringsfonds N-EER-studenten. Waiver-afspraken met zittende studenten liggen vast (zie besluit november 2012)
Woonplaatsvereiste Is vervallen met ingang van inschrijfjaar 2012-2013 (feitelijk), want er wordt niet meer op gecontroleerd en het wordt formeel geschrapt ivm strijdigheid met EU-regels. (maart 2013) Tweede Bachelor-opleiding Indien al een ba-diploma behaald is (in Nederland, vanaf 1991, CroHo-geregistreerd) en er wordt voor een tweede bachelor-opleiding ingeschreven is het hoge EER-tarief verschuldigd (vt resp dt). Uitzondering geldt voor de beperkte groep studenten die al in of voor studiejaar 20102011 bij VHL aan de tweede studie zijn begonnen. Deze groep is geregistreerd en voor hen geldt het wettelijk tarief gedurende de nominale studieduur (4 jaar in het algemeen) Studenten die tijdens de eerste opleiding ook aan een tweede beginnen mogen in ieder geval na diplomering van de eerste opleiding gedurende de rest van het studiejaar tegen wettelijk tarief verder studeren. De Rijksoverheid heeft met studenten-organisaties afgesproken dat deze studenten zo’n tweede studie tegen een tarief gelijk aan wettelijk tarief mogen afmaken (mogelijk maken van excellentie). Inmiddels is deze tijdelijke regeling structureel geworden (maart 2013). Let wel: bovenstaande geldt voor een compleet afgeronde opleiding en het starten met een andere opleiding. Het doen van een extra major bij de bestaande opleiding betekent dat er uitstel van diplomering moet worden aangevraagd (bij examencommissie), zodat de extra studiepunten en/of extra major op het diploma resp in diploma-supplement kan worden bijgeschreven. Voor een opleiding kan maar eenmaal een diploma worden gegeven. Opnieuw inschrijven voor dezelfde opleiding heeft geen zin en kan dus daarom niet.
d. Overige toelichtingen IBMS en Life Science Studenten van de NHL bij Life Science volgen de prijsstructuur van VHL omdat de lessen in het gebouw van VHL worden gegeven. Verschillen worden soepel opgelost. (besluit bestuur LS&T dd 18 juni 2013 bevestigd) Studenten van IBMS volgen de prijsstructuur van Stenden omdat de lessen in het gebouw van Stenden Hogeschool gegeven worden. (besluit bestuur IBMS dd 20 sep 2013 aldus bevestigd tuition fee N-EER voor 2014-2015 wordt € 7400 zoals bij Stenden). Nationaliteitsvereiste Door de UAF erkende vluchteling-studenten, studenten uit Suriname, Zwitserland of, onder voorwaarden, studenten met de Turkse nationaliteit (op grond van het Associatiebesluit 1/80) vallen ook onder de nationaliteitsvereiste en zijn wettelijk collegegeld verschuldigd. De student valt ook onder de nationaliteitsvereiste als hij een familielid is van in Nederland wonende EU-burgers die niet de EER-nationaliteit hebben of als hij een verblijfsvergunning bezit op basis waarvan u in aanmerking komt voor studiefinanciering. (zie DUO). Langstuderen Ook al is de langstudeermaatregel afgeschaft, de instellingen en studenten worden wel gestimuleerd om gewoon in de reguliere tijd de studie af te ronden. In de prestatieafspraken is vastgelegd dat Van Hall Larenstein minstens 75% van de 3
Een waiver is een korting op het instellingstarief; voor het toekennen van een waiver is een aparte regeling beschikbaar, gekoppeld aan het profileringsfonds, omdat alleen via dat fonds individuele (terug)betalingen aan studenten kunnen worden gedaan. Dit wordt in het jaarverslag verantwoord. Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
8/9
reguliere studenten die zich na een eerste jaar weer inschrijven binnen 5 jaar naar een verdiend diploma begeleid (rendement-afspraak). Van Hall Larenstein zal daarom omwegen, vertragingen en extra studie-elementen zoveel mogelijk trachten te vermijden en ontmoedigen. Van Hall Larenstein ontvangt van de Rijksoverheid voor een reguliere student voor vier jaar een bekostiging en bij diplomering een diploma-bekostiging. Dat betekent echter niet dat de instelling voor het vijfde jaar een hoger tarief zou kunnen rekenen bij de student. Een student die aan de voorwaarden voor wettelijk tarief voldoet moet ingeschreven worden en betaalt het wettelijk tarief.
e. Veel gestelde vragen met antwoord Een aantal gestelde vragen met antwoorden, opgetekend tussen maart 2012 en feb 2013: Mag een student, die recht heeft op wettelijk (verhoogd) tarief ervoor kiezen om ingeschreven te worden buiten de bekostiging? Nee, Hogeschool VHL biedt alleen bekostigde opleidingen aan, waarvoor het inschrijvingsbesluit geldt. Als de student voldoet aan de inschrijvingsvoorwaarden volgt hij die vorm van inschrijving/ tarief. Hij kan niet zelf kiezen alles zelf te betalen. Geldt een tweede major als een tweede opleiding? Nee, je kunt maar een diploma halen van een opleiding. Voor een tweede major kan de student uitstel van afstuderen vragen bij de examencie; het e extra werk komt op diplomadossier. (zie ook hfst 5 onder 2 bachelor) Student heeft een geheim gba-adres. Moet hij instellingscollegegeld betalen? Nee, want een geheim gba-adres is in ieder geval een gba-adres en voor DUO is dat niet geheim. Student heeft al elders collegegeld betaald en is bij andere hogeschool ingeschreven als student. Wat moet hij betalen als hij bij VHL ingeschreven wil worden? Als de student het wettelijk collegegeld heeft betaald is hij bij VHL toelaatbaar en is hij geen (extra) collegegeld verschuldigd. Hij levert daarvoor een zgn BBC (Bewijs betaald collegegeld) in. Voor studenten die instellingscollegegeld betalen wordt het verschil tussen de tarieven bij de student in rekening worden gebracht. VHL is ook aangesloten bij Kies Op Maat (KOM), een organisatie die het uitwisselen van studenten tussen instellingen via minoren faciliteert. Instellingen betalen elkaar een vergoeding (per EC) naar de mate van onbalans tussen inkomende en uitgaande studenten. Student is nog niet toelaatbaar en wil alvast iets doen om straks sneller te kunnen studeren of om toelaatbaar te worden. Is dat mogelijk? Er was tot voor kort een regeling ‘’Alvast Studeren’, waarbij een aspirant student via een VAVO-school alvast lessen volgt op de hogeschool. Dat was met allerlei regels omkleed. Inmiddels is dat (vrijwel) overal afgeschaft. VHL doet hier ook niet (meer) aan mee. Aspirant studenten die nog niet toelaatbaar zijn, kunnen hooguit cursist worden en betaald aanschuifonderwijs of cursussen volgen. Ook de zomercursus valt hier onder. Mag je een student die aan alle eisen voor wettelijk collegegeld voldoet, maar al zo lang studeert dat de hogeschool niet bekostigd krijgt een ander/hoger tarief vragen? Nee, als de student aan alle eisen voor wettelijk tarief voldoet, mag je hem geen ander tarief vragen. De bekostiging voor deze student staat er los van.
Prijsbeleid2013__tarieven14_15_dd2okt2013.doc
9/9