Concept VERSLAG BETREFT DATUM VOORZITTER
AANWEZIGEN
AFWEZIGEN
VERSLAG KENMERK
Portefeuillehoudersoverleg Zorg, Welzijn, Onderwijs 11 juni 2015 P. van der Ven, Werkendam M. van Oosterhout, Drimmelen J.P. Schouw, Etten-Leur P. Utens, Zundert H. Polderman, Roosendaal C. van Geel, Steenbergen T. Zwiers, Moerdijk M. Haagh, Breda (vanaf agendapunt 4) C. Janssen-Janssen, Alphen-Chaam J. Vermeer, Baarle-Nassau M. de Bruijn, Rucphen Y. Kammeijer-Luycks, Bergen op Zoom P. Jorritsma, Woudrichem A. van der Weegen, Bergen op Zoom M. Janse-Witte, Oosterhout J. Paantjens, Halderberge A. Baart, Gemeentesecretaris Woensdrecht O. Verschuren, Universiteit Utrecht S. van Duijn, VU M. Riksen, RWB M. Goos, RWB Met bericht van verhindering L. van der Beek, Woensdrecht A. de Jongh, Geertruidenberg J. Peters, Oosterhout E. Schoneveld, Moerdijk J., Harmsen, Tholen C. Zijlmans, Steenbergen R. Bergsma, Woudrichem M. Goos ZWO/11062015
1. Opening en welkom De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Hij meldt de doorgegeven verhinderingen. Mevrouw De Hoon is benoemd als burgemeester van Baarle-Nassau, de heer Utens neemt namens Zundert aan deze vergadering deel. De aanwezigen kunnen instemmen met de voorliggende agenda. 2. Verslag Portefeuillehoudersoverleg ZWO van 6 november 2014 Het verslag wordt zonder opmerkingen vastgesteld. De onderwerpen op de actielijst komen allemaal verderop in de vergadering terug. 3. Mededelingen De heer Van Oosterhout was aanwezig bij het overhedenoverleg tussen VNG en VWS over de financiering van de gedecentraliseerde taken en koppelt de resultaten terug. Voor 2015 is een aantal zaken gerepareerd, dat is positief. Daarnaast is voor de ko-
1
mende jaren veel onzekerheid over het budget weggenomen. De heer Schouw vult aan dat de discussie over het peiljaar waarop het budget voor de WMO gebaseerd is, nog gaande is. Wel is afgesproken dat deze discussie gaat over het startbudget en dus niet ieder jaar terug zal komen. Mevrouw Haagh geeft aan dat er voor Breda een toevoeging van € 5 miljoen is gedaan voor het budget beschermd wonen 2015 en dat er vanuit de G32 onderzoek zal worden gedaan naar de omvang van de doelgroep van beschermd wonen. Mevrouw Kammeijer meldt dat ook Bergen op Zoom is bijgeplust, en dat daarmee het tekort aanzienlijk is teruggebracht. De heer Van Oosterhout spreekt zijn dank uit voor de input die hij vanuit de regiobestuurders heeft gekregen ten behoeve van de landelijke discussie. De heer Van Geel licht de stand van zaken van het initiatief Verbonden in Zorg aan de hand van de bij de stukken gevoegde mededeling toe. Tijdens het laatste stakeholdersoverleg is gebleken dat er nog onvoldoende draagvlak is voor het implementatieplan ouderenzorg dat is uitgewerkt. Dit kwam met name omdat er onvoldoende rekening is gehouden met het reeds, in het Westelijke deel van de regio, lopende project Vroegsignalering Kwetsbare Ouderen (VKO). Daarnaast is gebleken dat de businesscase voor dit project minder rooskleurig is dan eerder gedacht. De denktank Ouderenzorg is gevraagd het voorstel verder uit te werken, rekening houden met de resultaten van VKO. Daarnaast zij twee nieuwe thema’s benoemd, waarvan High Risk High Costs ook voor gemeenten relevant is. Mevrouw Jorritsma was bij de bijeenkomst van 50 professionals over spoedzorg en koppelt aan de hand van een aantal sheets (bijgevoegd) de resultaten (knelpunten en oplossingen) terug. Er wordt langs de drie onderscheiden klantgroepen verder gewerkt, waarbij ook de dwarsverbanden aangebracht worden. Mevrouw Riksen vult aan dat inmiddels wel duidelijk is dat ook gemeenten voor een deel van de (bedden)problematiek verantwoordelijk zijn; er is in verband daarmee ook (alsnog) budget overgeheveld van Wlz naar Wmo. Gemeente Breda heeft zich op het standpunt gesteld richting zorgaanbieders dat mensen in een spoedsituatie geholpen moeten worden en dat achteraf bezien wordt wie de rekening betaalt. Tot nu toe wordt financiering vooral gevonden in de subsidieregeling eerstelijnsverblijf (die dit jaar uitgevoerd wordt door het Zorgkantoor), maar die zou al ver uitgeput zijn. Bij voorkeur maken gemeenten een gezamenlijke afspraak over toeleiding en financiering. Voorstellen zullen aan het portefeuillehoudersoverleg worden voorgelegd. De voorzitter deelt mee dat het CrossCare-project tijdens de netwerkbijeenkomst op 30 juni uitgebreid gepresenteerd zal worden. De bemensing van het Zorgplatform is zo goed als rond, een eerste bijeenkomst zal voor de tweede helft augustus gepland worden. Het portefeuillehoudersoverleg neemt kennis van de mededelingen.
2
4. Presentatie GGZ-platform Mevrouw Smits (ROSRobuust), mevrouw Linssen (GGZ Breburg), de heer Van Bremen (huisarts en bestuurslid Huisartsenkring West-Brabant) en de heer Stevens (beleidsmedewerker Huisartsenkring) verzorgen een (bijgevoegde) presentatie over de ontwikkelingen in de GGZ en de samenwerking tussen GGZ en gemeenten. Mevrouw Haagh constateert naar aanleiding van de presentatie dat het vraaggericht werken nog verbeterd kan worden en dat duidelijker moet worden wie de regie voert over een casus. Mevrouw Linssen onderschrijft dit, en geeft daarbij aan dat er al veel initiatieven zijn die deze beweging mede in gang zetten. De heer Van der Ven vraagt hoe huisartsen de relatie met gemeenten ervaren. De heer Stevens geeft aan dat de relatie steeds beter wordt, maar dat de verschillen in taal en cultuur barrières blijven. De heer Stevens doet daarbij een oproep in gesprek te blijven over systemen voor gegevensuitwisseling en privacy van cliënten. De heer Polderman vraagt of het als een goede beweging gezien wordt dat cliënten steeds meer in hun thuisomgeving behandeld worden. De heer Van Bremen antwoordt dat dit een positieve ontwikkeling is, mits deze zorgvuldig vorm gegeven wordt. Geconcludeerd wordt dat het relevant is om dit onderwerp subregionaal en lokaal op te pakken, ook in samenspraak met woningbouwcorporaties en bijvoorbeeld politie. Duidelijkheid moet ontstaan over de casusregie: wie ondersteunt de cliënt daarbij? Voorgesteld wordt dit te agenderen voor het Zorgplatform West-Brabant. De vertegenwoordigers van het GGZ-platform worden hartelijk bedankt voor hun bijdrage, waarbij hen gevraagd wordt eenzelfde presentatie te verzorgen in een vergadering van de ARG (West-Brabantse gemeentesecretarissen). 5. Uitwisselen ervaringen jeugdhulp De heer Van der Weegen signaleert dat de werkwijze van de twee West-Brabantse jeugdhulpregio’s naar elkaar toe groeit. Hij verklaart dit uit het feit dat dezelfde visie als vertrekpunt genomen is. Hij geeft aan dat West-Brabant West ongeduldig is over het transformeren van de jeugdhulp en hier daarom spoedig mee aan de slag wil. De toekomst van Bureau Jeugdzorg is volgens de heer Van der Weegen één van de onderwerpen die regionaal besproken zouden moeten worden. Met betrekking tot de samenwerking met het medisch domein geeft mevrouw Haagh aan dat de regio West-Brabant Oost de verbinding zoekt met de kinderartsen van het Amphia-ziekenhuis door CJG-ers mee te laten draaien op de polikliniek. Daarnaast wordt het veranderende jeugddomein voor huisartsen inzichtelijk gemaakt door placemats met een sociale kaart te ontwikkelen.
3
6. Uitwisselen ervaringen WMO Dit agendapunt komt vanwege tijdsgebrek niet aan de orde. 7. Samenwerking gemeenten zorgverzekeraar/zorgkantoor De heer Schouw koppelt de vorderingen op dit dossier terug aan de hand van een aantal sheets, deze zijn als bijlage bij dit verslag gevoegd. De inkoop van wijkverpleegkunde verandert in 2016 nog niet veel. De inkoop in representatie (door de grootste zorgverzekeraar in het gebied) blijft bestaan, evenals de scheiding tussen segment 1 en 2. CZ beoogt dezelfde zorgaanbieders te contracteren als in 2015. Wel komt er in 2016 experimenteerruimte met oog op een ander bekostigingssysteem in 2017, het gaat dan om resultaatgerichte afspraken en zorgvernieuwing. Voor de inkoop van intramurale zorg kiest CZ ervoor om afspraken over kwaliteitsverbetering voor twee jaar te maken, qua volume sluit ze eenjarige overeenkomsten. Het langetermijnperspectief en het pad er naartoe ontbreken nog, hetgeen het voor partijen lastig maakt om nieuwe investeringen te doen. Ook de betrokkenheid van gemeenten is nog niet geregeld. Mevrouw Janse zat voorheen in de raad van advies van zorgkantoor CZ. Deze raad is opgehouden te bestaan en de functie wordt gemist. Mevrouw Riksen geeft aan dat er wel een nieuwe cliëntenraad wordt opgericht en zal nagaan wie daarin zitting krijgen. Mevrouw Riksen licht toe dat CZ een bijeenkomst met gemeenten (ambtelijk) heeft georganiseerd om tot uitwisseling over een samenwerkingsagenda te komen. Door onduidelijkheid over de uitnodiging, waren hierbij maar drie vertegenwoordigers uit West-Brabant aanwezig. In de bijeenkomst, waarbij ook andere regio’s aanwezig waren, zijn de volgende samenwerkingsonderwerpen genoemd: • spoedzorg • cliëntenondersteuning • mantelzorgondersteuning? • inkoop hulpmiddelen, HBH, woningaanpassingen (overgang Wmo naar Wlz) • meting kwaliteit/beleving • informatie-uitwisseling Mevrouw Haagh vraagt aandacht voor het structureel borgen van het tactisch overleg tussen gemeenten en zorgverzekeraars. Het is onvoldoende als dit alleen op incidentele basis plaatsvindt. Over de relatie tussen het beleidsterrein jeugd en de zorgverzekeraar/zorgkantoor geeft de heer Van der Weegen aan dat met name de overgang van 18- naar 18+ een aandachtspunt is.
4
Op 10 juli staat het eerste strategisch overleg gepland met CZ en VGZ en zal naast uitwisseling van visies, de concrete aandachtspunten voor de komende tijd vastgesteld worden. 8. Reacties op ontwerpbegroting RWB De voorzitter vraagt welke reacties er in colleges en raden op de ontwerpbegroting zijn gekomen. De heer Van der Weegen geeft aan dat de gemeenteraad van Bergen op Zoom een zienswijze voorgelegd wordt waarin gevraagd wordt de bijdrage jeugd voor dit onderwerp aan te blijven wenden. Deze zou dan ingezet moeten worden om afstemming te realiseren tussen de inkoop op verschillende schaalniveaus. Westelijk West-Brabant wil graag de mogelijkheden met Oost verkennen, ook in relatie tot de gevolgen van het herverdelingsmodel dat voor West erg nadelig uitpakt. Mevrouw Haagh brengt naar aanleiding hiervan in dat ook de regio Hart van Brabant bij de afstemming betrokken zou moeten worden. 9. Rondvraag van de rondvraag wordt geen gebruik gemaakt. Actielijst. Nr. 1 2 3 4
Omschrijving Onderwerp GGZ agenderen in Zorgplatform West-Brabant Onderwerp GGZ agenderen in ARG
Actie door; RWB A. Baart.
5