Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Pensioenreglement Pensioen Continu Plan Nettopensioen
Versie 01052015 DLL 2.0
1
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Inhoudsopgave
Artikel 1
Begripsomschrijvingen
3
Artikel 2
Deelnemeromschrijving
4
Artikel 3
Privacybescherming en geheimhouding
5
Artikel 4
Aanspraken
5
Artikel 5
Aanvaarding van risico's
Artikel 6
Geen of lagere uitkering van restituties, kapitalen en pensioenen bij overlijden
10
Artikel 7
Beleggingen en bijbehorende vergoedingen
11
Artikel 8
Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid
13
Artikel 9
Geen of lager recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid
15
Artikel 10
Ingang en einde van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum
16
Artikel 11
Bevoordeling
17
Artikel 12
Uitbetaling van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum
17
Artikel 13
Vervroeging van de pensioendatum
18
Artikel 14
Uitstel van de pensioendatum
19
Artikel 15
Deeltijdpensionering
19
Artikel 16
Uitruil van partner- in ouderdomspensioen
20
Artikel 17
Hoog-laag ouderdomspensioen
21
Artikel 18
Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum
22
7
Artikel 19 Uitruil van ouderdoms- in partnerpensioen bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum
23
Artikel 20
Waardeoverdracht
23
Artikel 21
Plichten van de deelnemer
24
Artikel 22
Afkoop van kleine pensioenen
24
Artikel 23
Vervaltermijn
25
Artikel 24
Klachten
25
Artikel 25
Inwerkingtreding
26
Bijlage 1
Beleggingsbeleid Delta Lloyd
28
Bijlage 2
Zelf beleggingsbeleid bepalen
34
Bijlage 3
Flexibiliseringsfactoren
36
Bijlage 4
Afkoop kleine pensioenen
38
Versie 01052015 DLL 2.0
2
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Artikel 1
Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt verstaan onder: Werkgever: De werkgever die het ondertekeningsblad voor de Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen versie 01052015 DLL 2.0 waar dit reglement een bijlage bij vormt, heeft ondertekend; Werknemer: De persoon die − een arbeidsovereenkomst met de werkgever heeft, met uitzondering van de stagiair zonder arbeidsovereenkomst, de vakantiewerker en de directeurgrootaandeelhouder, en − een pensioengevend salaris heeft dat meer bedraagt dan het maximale pensioengevend loon in de zin van de Wet op de loonbelasting 1964; Directeur-grootaandeelhouder: De werknemer die houder is van aandelen waaraan stemrecht in de algemene vergadering is verbonden en die middellijk of onmiddellijk 10% of meer van het geplaatst kapitaal in de rechtspersoon van de onderneming bezit, of anderszins voor 10% of meer aan zeggenschap in de rechtspersoon bezit; Verzekeraar: Delta Lloyd Levensverzekering N.V., gevestigd te Amsterdam; Pensioenovereenkomst: De afspraken die de werkgever met de werknemer omtrent pensioen heeft gemaakt en die in de pensioenstartbrief van de verzekeraar zijn beschreven en op een aantal onderdelen nader zijn uitgewerkt in dit pensioenreglement; Richtpensioendatum: De eerste dag van de maand, waarin de (gewezen) deelnemer de leeftijd van 67 jaar heeft bereikt; Flexperiode: De flexperiode gaat in op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer de leeftijd van 57 jaar bereikt en eindigt op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer de leeftijd van 70 jaar bereikt; Pensioendatum: De datum waarop de kapitaalverzekering bij in leven zijn tot uitkering komt. Deze datum is gelijk aan de richtpensioendatum of een andere door de deelnemer binnen de flexperiode gekozen datum; Deeltijdpensioendatum: De datum waarop de kapitaalverzekering bij in leven zijn gedeeltelijk tot uitkering komt; WAO: Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering; zoals deze wet op 1 augustus 1993 luidt, met inachtneming van de daarna aangebrachte wijzigingen; WIA: Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen; zoals deze wet op 29 december 2005 luidt, met inachtneming van de daarna aangebrachte wijzigingen; ZW: Ziektewet; Anw: Algemene nabestaandenwet;
Versie 01052015 DLL 2.0
3
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT UWV: Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen; Arbeidsongeschiktheid: Ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid, die geacht wordt aanwezig te zijn indien en zolang de werknemer recht heeft op een uitkering krachtens de WIA, de WAO, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen dan wel de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten alsmede gedurende de wachttijd voorafgaand aan de uitkering, een en ander als vastgesteld door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Arbeidsongeschiktheidspercentage: Het arbeidsongeschiktheidspercentage dat volgens de WIA of WAO hoort bij de uitkering op grond van die wetten. Bij de vaststelling van dit percentage is in geval van de WAO-uitkering door het UWV rekening gehouden met eventuele neveninkomsten; Beleggingsrekening: De rekening waarop de waarde van de beleggingen wordt bijgehouden.
Artikel 2
Deelnemeromschrijving 1
De werknemers, in dienst van de werkgever die de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt die tijdens de looptijd van de uitvoeringsovereenkomst een pensioenovereenkomst met de werkgever hebben gesloten overeenkomstig de pensioenovereenkomst voor nettopensioen waarop de pensioenstartbrief voor nettopensioen van de verzekeraar betrekking heeft, en die niet geheel arbeidsongeschikt zijn zullen als deelnemer verzekerd worden.
-
2
Werknemers. in dienst van de werkgever die de leeftijd van 21 jaar hebben bereikt die niet geheel arbeidsongeschikt zijn waarvan de werkgever en de verzekeraar weten dat zij een partner hebben worden geacht de in het vorige lid bedoelde pensioenovereenkomst met de werkgever te hebben gesloten en zullen als deelnemer verzekerd worden, tenzij zij zich binnen één maand hebben afgemeld.
-
3
Het deelnemerschap vangt aan op de eerste dag van de maand waarin de werknemer aan de gestelde voorwaarden voldoet, maar niet eerder dan per de datum van indiensttreding.
4
Werknemers, die op de datum van inwerkingtreding van dit reglement al aan de gestelde voorwaarden voldoen, worden per die datum als deelnemer verzekerd.
5
Het deelnemerschap eindigt: a door het tot uitkering komen van het volledige verzekerde kapitaal op de pensioendatum b door het overlijden van de deelnemer c door beëindiging van de arbeidsovereenkomst met de werkgever voor de richtpensioendatum, anders dan door het overlijden van de deelnemer, tenzij (gedeeltelijke) vrijstelling van premiebetaling in verband met arbeidsongeschiktheid is verleend voorafgaand aan beëindiging van de arbeidsovereenkomst.
Versie 01052015 DLL 2.0
4
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2 Artikel 3
PENSIOENREGLEMENT Privacybescherming en geheimhouding 1
Bij de aanvraag of wijziging van een verzekering of financiële dienst vraagt de verzekeraar om persoonsgegevens en andere gegevens. Deze gegevens gebruikt de verzekeraar voor het aangaan en uitvoeren van een verzekeringsovereenkomst of financiële dienst, het beheren van de daaruit voortvloeiende relaties, voor statistische analyses, om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen en in het kader van het waarborgen van de veiligheid en integriteit van de financiële sector, de organisatie, medewerkers en cliënten.
2
Op de verwerking van persoonsgegevens is de ‘Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële Instellingen’ van toepassing. De volledige tekst van de gedragscode is te raadplegen via de website van het Verbond van Verzekeraars (www.verzekeraars.nl). De gedragscode kan ook worden opgevraagd bij het Verbond van Verzekeraars (Postbus 93450, 2509 AL Den Haag, telefoonnummer 070-333 85 00). In verband met een verantwoord acceptatie-, risico- en fraudebeleid kan de verzekeraar de gegevens raadplegen en vastleggen in het Centraal informatiesysteem van de in Nederland werkzame verzekeringsmaatschappijen (Stichting CIS), Bordewijklaan 2, 2591 XR te Den Haag. Doelstelling van de verwerking van persoonsgegevens bij Stichting CIS is voor verzekeraars en gevolmachtigd agenten risico’s te beheersen en fraude tegen te gaan. Zie voor meer informatie www.stichtingcis.nl. Hier staat ook het privacyreglement van Stichting CIS.
Artikel 4
Aanspraken 1
Aan de deelnemer worden aanspraken toegekend onder de voorwaarden in dit reglement omschreven.
2
De werkgever komt met de verzekeraar op het ondertekeningsblad waar de uitvoeringsovereenkomst een bijlage bij vormt, overeen uit welke aanspraken de werknemer kan kiezen.
3
De aanspraken die de werkgever met de verzekeraar kan overeenkomen zijn een kapitaal bij leven voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum voor de deelnemer; en /of een partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum voor de gehuwde of ongehuwde deelnemer met een partner of een partnerpensioen voor de pensioendatum voor de gehuwde of ongehuwde deelnemer met een partner.
4
De aanspraken van de deelnemer omvatten, de aanspraken die de deelnemer op de door de verzekeraar aangegeven manier heeft gekozen. De bepalingen in dit pensioenreglement die betrekking hebben op een aanspraak waarvoor de deelnemer niet heeft gekozen zijn niet voor hem van toepassing.
5
Indien de werkgever en de verzekeraar de keuze voor een partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum voor de gehuwde of ongehuwde deelnemer met een partner zijn overeengekomen, of de keuze voor een partnerpensioen voor de pensioendatum voor de gehuwde of ongehuwde deelnemer met een partner zijn overeengekomen, heeft de deelnemer daarop aanspraak vanaf a de ingangsdatum van de uitvoeringsovereenkomst of de latere datum waarop de deelnemer voor het eerst kan deelnemen aan de regeling, tenzij hij daartegen bij de verzekeraar binnen 30 dagen na dagtekening van de brief waarin de verzekeraar de werknemer over de nettopensioenregeling informeert bezwaar heeft gemaakt en zijn partner, indien die er is, daarvoor meetekent, dan wel b op een andere datum bij de verzekeraar een schriftelijke keuze heeft gemaakt
Versie 01052015 DLL 2.0
5
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT 6.
Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid voor de deelnemer is medeverzekerd, met inachtneming van het bepaalde in het artikel ‘Aanvaarding van risico’s’.
7.
De verzekeraar verzekert de aanspraken bij tijdige aanmelding, of na keuring vanaf de eerste dag van de maand na aanvaarding van het risico, maar niet eerder dan de dag waarop de uitvoeringsovereenkomst waar dit pensioenreglement een bijlage bij vormt ingaat. De verzekering van de aanspraken eindigt op de eerste dag van de maand nadat de verzekeraar de melding van beëindiging heeft ontvangen.
8.
Over het opgebouwde kapitaal in de beleggingsrekening wordt aan het begin van elke maandelijkse betalingstermijn een bonus bij in leven berekend en bijgeschreven. De bonus wordt berekend over het gehele opgebouwde kapitaal, rekeninghoudend met de wijzigingen als gevolg van premiestortingen, dan wel onttrekkingen. Eerder bijgeschreven bonussen worden als onderdeel van het opgebouwde kapitaal meegenomen in de berekening van de bonus. Voor gewezen deelnemers met een kapitaalverzekering, waaraan een restitutiebeding is verbonden, wordt de bonus slechts berekend over 10% van het opgebouwde kapitaal.
9.
De verzekeraar toetst in de hieronder vermelde gevallen de hoogte van het kapitaal en/of de restitutie aan de koopsom voor een maximaal pensioen. Indien het kapitaal of de restitutie meer bedraagt dan die koopsom, vervalt het meerdere aan de verzekeraar. De verzekeraar toetst in de volgende gevallen: − bij elke waardeoverdracht; − bij onderlinge uitruil van pensioen; − bij overlijden van de gewezen deelnemer indien die voor restitutie heeft gekozen; − bij echtscheiding, beëindiging van het geregistreerd partnerschap of gezamenlijke huishouding van de (gewezen) deelnemer; − bij emigratie van een (gewezen) deelnemer; − bij een relevante wijziging van de fiscale regelgeving; − op elke feitelijke ingangsdatum van elk soort pensioen. Zodra het kapitaal wordt aangewend voor pensioen, wordt afgesplitst of wordt overgedragen naar een andere pensioenuitvoerder, toetst de verzekeraar of het kapitaal meer bedraagt dan de koopsom op basis van de tarieven die de verzekeraar hanteert voor het conform de bepaling in de pensioenstartbrief bepaalde maximum pensioen, dat jaarlijks toeneemt met 3% samengesteld, dat de verzekerde kan hebben opgebouwd over de diensttijd volgens de pensioenovereenkomst. Het eventuele gedeelte van het kapitaal boven de koopsom voor het maximum pensioen dat jaarlijks toeneemt met 3% samengesteld, vervalt aan de verzekeraar.
10. De verzekeringen dienen te voldoen aan de vereisten, die op grond van de Wet op het financieel toezicht (2007) aan een overeenkomst van levensverzekering worden gesteld. 11 De hierboven genoemde pensioenen worden vastgesteld op basis van de pensioenstartbrief en dit pensioenreglement. Beide documenten zijn een bijlage bij de uitvoeringsovereenkomst. 12 De aanspraken genoemd in lid 1 van dit artikel kunnen niet worden afgekocht, vervreemd of prijsgegeven, dan wel kunnen niet formeel of feitelijk voorwerp van zekerheid worden, anders dan in de gevallen voorzien bij of krachtens de Pensioenwet.
Versie 01052015 DLL 2.0
6
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
Artikel 5
PENSIOENREGLEMENT
Aanvaarding van risico's 1
Met inachtneming van het bepaalde in dit artikel heeft de deelnemer aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum indien zijn keuze daarvoor tijdig door de verzekeraar is ontvangen, en op een verhoging daarvan, als de verhoging tijdig is ontvangen; heeft de deelnemer, in afwijking van het hiervoor bepaalde, automatisch aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum, als de verzekeraar weet dat de deelnemer op de datum dat hij voor het eerst als deelnemer kan worden opgenomen een partner heeft; bestaat een verzekerd recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid, indien zijn keuze voor een kapitaal bij leven voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum en/of een partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum tijdig door de verzekeraar is ontvangen, of op een verhoging daarvan, als de verhoging tijdig is ontvangen. Indien geen aanvaarding kan plaatsvinden, stelt de verzekeraar de werkgever daarvan onverwijld in kennis. In die gevallen bestaat geen aanspraak op de bovengenoemde pensioenen of op een verhoging daarvan jegens de werkgever. Tijdig in de zin van dit artikel is binnen vier maanden na het tijdstip waarop de werknemer voor het eerst aan de regeling kon deelnemen danwel de keuze voor partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum had kunnen maken. Dat tijdstip is − het moment waarop de uitvoeringsovereenkomst ingaat, waaraan dit pensioenreglement als bijlage is gehecht, − het latere moment waarop de arbeidsovereenkomst met de werkgever ingaat, − het moment waarop de werknemer een partner krijgt, − het moment van de salarisverhoging, waardoor de werknemer een bijdrage voor nettopensioen op zijn salaris kan laten inhouden die ten minste €1.200,00 bedraagt.
2
Aanvaarding geschiedt op grond van de hierna volgende leden.
Verzekeringen met keuringsverbod 3
Indien de deelnemer bij aanvang van de verzekering geheel arbeidsongeschikt is, bestaat er geen recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid voor de verzekering van kapitaal bij leven voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum en voor de verzekering van partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum. Indien de deelnemer bij aanvang van de verzekering gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, bestaat slechts recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid voor de verzekering van kapitaal bij leven voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum en voor de verzekering van partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum voor het gedeelte waarvoor de werknemer niet arbeidsongeschikt is. Indien uit een eerdere pensioenovereenkomst nog recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid voor een toename van de arbeidsongeschiktheid bestaat, heeft de deelnemer uit hoofde van de toename van arbeidsongeschiktheid geen recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid voor de verzekering van kapitaal bij leven voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum en voor de verzekering van partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum. Het hiervoor bepaalde is niet meer van toepassing met ingang van de datum waarop de deelnemer zijn werkzaamheden ten minste vier weken aaneengesloten volledig heeft hervat.
Versie 01052015 DLL 2.0
7
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
4
Er bestaat geen aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum indien de deelnemer dat heeft laten verzekeren, bij overlijden in het eerste jaar van het huwelijk, het geregistreerd partnerschap of de gezamenlijke huishouding indien het overlijden, gezien de gezondheidstoestand van de deelnemer redelijkerwijs te verwachten was ten tijde van het huwelijk, het aangaan van het geregistreerd partnerschap of de aanvangsdatum van de gezamenlijke huishouding; of het eerste jaar van de verzekering indien het overlijden, gezien de gezondheidstoestand van de deelnemer redelijkerwijs te verwachten was ten tijde van het aangaan van de verzekering. Dit jaar wordt verminderd met de periode dat de deelnemer direct voorafgaand aan het aangaan van de verzekering al was verzekerd voor hetzelfde risico van vergelijkbare hoogte. Onder direct voorafgaand wordt verstaan een onderbreking van het risico met maximaal vier weken. Toetsing of sprake is van een te verwachten overlijden bij aanvang van verzekering, huwelijk, geregistreerd partnerschap of gezamenlijke huishouding vindt plaats door de Toetsingscommissie Gezondheidsgegevens.
5
Er bestaat geen recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid voor de deelnemer die in het eerste half jaar van de verzekering recht verkrijgt op (gedeeltelijke) loondoorbetaling krachtens het Burgerlijk Wetboek of een (gedeeltelijke) uitkering krachtens de Ziektewet en vervolgens aansluitend arbeidsongeschikt wordt in de zin van de WIA dan wel de WAO, indien de ziekte kennelijk te verwachten was gelet op de gezondheidstoestand van de werknemer bij aanvang van de verzekering. Dit half jaar wordt verminderd met de periode dat de werknemer direct voorafgaand aan het aangaan van de verzekering al was verzekerd voor hetzelfde risico van vergelijkbare hoogte. Onder direct voorafgaand wordt verstaan een onderbreking van verzekering van het risico van maximaal vier weken. Hierbij gaat de verzekeraar uit van de WIA-beoordeling van het UWV. Indien het UWV deze beoordeling niet uitvoert, wordt dit onderzoek door de verzekeraar uitgevoerd.
6
De werkgever is verplicht om verhogingen van het pensioengevend salaris binnen vier maanden na de datum van verhoging te melden aan de verzekeraar. De verzekeraar weigert verhogingen die door nalatigheid van de deelnemer na vier maanden na de verhoging worden gemeld, tenzij de verzekeraar mededeelt de verhoging van het risico te hebben aanvaard. Verhogingen van het pensioengevend salaris boven het bedrag van het maximale pensioengevend loon in de zin van de Wet op de loonbelasting 1964 aanvaardt de verzekeraar tot maximaal 25% van het pensioengevend salaris van het voorafgaande jaar. In afwijking van het gestelde in de eerste volzin aanvaardt de verzekeraar voor de deelnemer die arbeidsongeschikt is per jaar een maximale salarisverhoging van 10% van het pensioengevend salaris van het voorafgaande jaar. Daarbij geldt dat de verzekeraar deze verhoging alleen aanvaardt voor het gedeelte waarvoor het arbeidsongeschiktheidsrisico niet is ingegaan. Verzekeringen op basis van een pensioengevend salaris boven de € 300.000,00 en verhogingen van het pensioengevend salaris boven de € 300.000,00 aanvaardt de verzekeraar slechts na goedkeuring van de verzekeraar.
Verzekeringen zonder keuringsverbod 7
De werknemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met de werkgever die terugkomt op een eerder gemaakte keuze om niet (volledig) verzekerd te worden als deelnemer of om geen pensioenovereenkomst te sluiten terwijl dat wel kon wordt door de werkgever aangemeld met bijgevoegd een door de werknemer ingevulde gezondheidsverklaring. Er is sprake van terugkomen op een eerder gemaakte keuze indien het aanbod voor het sluiten van een pensioenovereenkomst voor nettopensioen wordt Versie 01052015 DLL 2.0
8
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT aanvaard, vier maanden na het tijdstip waarop de werknemer het aanbod had kunnen aanvaarden. Er is ook sprake van een terugkomen op een eerder gemaakte keuze indien de werknemer zich bij aanvang van het deelnemerschap heeft afgemeld voor de aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum en dit later alsnog wil verzekeren. Daarnaast is sprake van terugkomen op een eerder gemaakte keuze indien de werknemer kon kiezen voor de aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum en de keuze daarvoor niet tijdig door de verzekeraar is ontvangen, door nalatigheid van de werknemer. 8
Met uitzondering van het bepaalde in het hierna volgende lid worden de risico’s uit hoofde van de gezamenlijke verzekeringen van renten in verband met overlijden en/of arbeidsongeschiktheid tot € 50.000,00 op het leven van de betreffende deelnemer door de verzekeraar zonder verder onderzoek naar de levens- en validiteitskansen van deze deelnemer aanvaard.
9
Indien a ten aanzien van de deelnemer - op grond van de gezondheidsverklaring naar het oordeel van de medisch adviseur niet tot aanvaarding van het risico kan worden overgegaan, dan wel - de medisch adviseur aan de hand van deze gezondheidsverklaring niet zijn oordeel kan geven, of b het bedrag als vermeld in het vorige lid wordt overschreden, zal een nader onderzoek naar de levens- en validiteitskansen van de deelnemer noodzakelijk zijn. Dit onderzoek vindt plaats aan de hand van een geneeskundig rapport; een en ander wordt geregeld door de verzekeraar en geschiedt op diens kosten.
10
Reglementaire verhogingen van verzekeringen van pensioen voortvloeiende uit salarisverhogingen voor de deelnemer met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met de werkgever, nadat die is teruggekomen op een eerder gemaakte keuze ten aanzien van pensioen, worden aanvaard volgens lid 6. De aanvaarding geschiedt tegen de voorwaarden, waarop de verzekering voor de eerste maal is aanvaard, dan wel - indien daarna reeds een verhoging heeft plaatsgevonden - op de voorwaarden, waarop de laatste verhoging is aanvaard. Indien niet aan bovenstaande wordt voldaan, zal de aanvaarding van de verhoging afhankelijk worden gesteld van een door de deelnemer in te vullen gezondheidsverklaring.
11
In alle gevallen, waarin de verzekeraar een gezondheidsverklaring en/of een geneeskundig onderzoek verlangt, draagt hij geen risico, voordat van de aanvaarding van het risico van de betrokken verzekering respectievelijk verhoging van de verzekering mededeling is gedaan. Zodra evenwel de aanmelding voor een verzekering respectievelijk verhoging van een verzekering als in de eerste volzin bedoeld, in het bezit van de verzekeraar is, zal het risico van overlijden en/of het arbeidsongeschiktheidsrisico tengevolge van een ongeval van de desbetreffende werknemer voor een beperkte duur volgens de bij de verzekeraar daarvoor geldende gebruiken zijn gedekt. Deze dekking zal gelden tot het moment, waarop de verzekeraar zich definitief over de aanvaarding heeft uitgesproken.
12
Dient op grond van de gezondheidsverklaring dan wel van het geneeskundig rapport van een deelnemer naar het oordeel van de medisch adviseur van de verzekeraar voor het overlijdensrisico een kostenverhoging te worden toegepast, dan zal dit risico door de verzekeraar toch tegen de normale kosten worden aanvaard, indien de geadviseerde kostenverhoging overeenkomt met een leeftijdsverhoging van ten hoogste vijf jaar.
Versie 01052015 DLL 2.0
9
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2 Artikel 6
PENSIOENREGLEMENT Geen of lagere uitkering van restituties, kapitalen en pensioenen bij overlijden 1
Indien op grond van artikel 'Aanvaarding van risico's' het overlijdensrisico niet door de verzekeraar is gedekt, vindt er geen uitkering van restituties, kapitalen of pensioenen plaats.
2
Indien zich een van de hierna genoemde gevallen van overlijden voordoet, worden restituties, kapitalen en pensioenen, uit te keren bij of na overlijden van de deelnemer, zodanig gereduceerd, dat zij gefinancierd kunnen worden uit de gezamenlijke voorziening verzekeringsverplichtingen, tot dan toe opgebouwd ter zake van de verzekeringen, gesloten op het leven van die deelnemer. Deze regeling zal in de volgende gevallen gelden: a indien de (gewezen) deelnemer overlijdt ten gevolge van het deelnemen aan een vliegtocht als invlieger of proefvlieger, dan wel als militair die de vliegtocht niet als passagier meemaakt; b indien de (gewezen) deelnemer, die in krijgs- of gewapende dienst is van een andere mogendheid dan het Koninkrijk der Nederlanden, overlijdt als gevolg van oorlogshandelingen; c als het vorige lid van dit artikel van toepassing is, met uitzondering van de situatie dat het overlijden plaatsvindt in het eerste jaar van het huwelijk, geregistreerd partnerschap of gezamenlijke huishouding en dit overlijden redelijkerwijs te verwachten was.
3
Vanaf het tijdstip waarop in de toekomst in Nederland een actieve oorlogstoestand intreedt, zullen ten aanzien van verzekeringen, die op enig tijdstip gedurende die actieve oorlogstoestand voor de verzekeraar overlijdensrisico bieden, telkens de navolgende bepalingen gelden, ongeacht of de (gewezen) deelnemer op wiens leven de verzekeraar overlijdensrisico loopt, al dan niet in krijgsdienst is. a De pensioenbedragen zullen - onder handhaving van de premies, stortingen en koopsommen, berekend voor de ongekorte bedragen - met 10% zijn gekort; b De eventuele premievrije waarden zullen zijn gekort met 10% van de verzekerde bedragen; c De eventuele afkoopwaarde zal in dezelfde verhouding als de premievrije waarde zijn verminderd.
4
Het in het vorige lid bepaalde wordt geacht niet in werking te zijn getreden, indien binnen zes maanden na beëindiging van de actieve oorlogstoestand, doch uiterlijk bij het opvorderbaar worden van een verzekerd bedrag, respectievelijk bij premievrijmaking of afkoop ten genoegen van de verzekeraar wordt aangetoond, dat degene, op wiens leven de verzekeraar overlijdensrisico loopt, op het tijdstip van intreden en verder tijdens de gehele duur van de actieve oorlogstoestand verblijf hield op het grondgebied van een of meer staten, welke gedurende die tijd niet feitelijk aan een oorlog hebben deelgenomen en waar gedurende die tijd evenmin oorlogshandelingen hebben plaatsgevonden.
5
De verzekeraar zal uiterlijk negen maanden na het einde van het boekjaar, waarin de oorlogstoestand is beëindigd, op de groep verzekeringen, die tengevolge van die oorlogstoestand krachtens deze of in hoofdlijnen hiermede overeenstemmende oorlogsrisicobepalingen zijn gekort, de reeds ingehouden kortingen alsnog geheel of gedeeltelijk uitbetalen en de voor de toekomst opgelegde kortingen alsnog geheel of gedeeltelijk laten vervallen, een en ander voor zover de aan het einde van bedoeld boekjaar berekende waarde van de gezamenlijke kortingen de totale waarde op dat tijdstip van de op rekening van de oorlog te stellen extrasterfteverliezen van genoemde groep overschrijdt.
6
De aanwezigheid en de tijdstippen van intreden en beëindiging van een actieve oorlogstoestand, als in dit artikel bedoeld, zullen bindend worden vastgesteld door De Nederlandsche Bank.
Versie 01052015 DLL 2.0
10
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
Artikel 7
PENSIOENREGLEMENT 7
Voor de toepassing van het bepaalde in dit artikel wordt verstaan onder: a Terrorisme: gewelddadige handelingen en/of gedragingen, in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen, alsmede het (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren en/of schade aan zaken ontstaat, dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag of reeks van aanslagen, respectievelijk het verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken; b Preventieve maatregelen: van overheidswege en/of door werkgever, deelnemer en/of derde(n) getroffen maatregelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken; c Terrorismeschade: overlijden en/of arbeidsongeschiktheid die (direct of indirect) verband houdt met: - terrorisme of preventieve maatregelen; - handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen d NHT: de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschade N.V., gevestigd te Amsterdam. De verzekeraar heeft zich voor het terrorismerisico bij NHT herverzekerd; e Uitkeringsprotocol: het ‘Protocol afwikkeling claims’ van de NHT. Een afschrift van de volledige tekst van het protocol is verkrijgbaar bij de verzekeraar.
8
Het uitkeringsprotocol is van toepassing op de verzekeringen.
9
De dekking van het risico van terrorismeschade is voor al de bij de verzekeraar gesloten verzekeringen gezamenlijk beperkt tot het bedrag van de uitkering die de verzekeraar ontvangt van de NHT. Op grond van het van de NHT ontvangen bedrag bepaalt de verzekeraar de hoogte van het uit te keren bedrag voor iedere verzekering uit hoofde waarvan een uitkering wordt gevorderd.
10
a b
De NHT beslist of er sprake is van terrorismeschade. Op uitkeringen kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslissing en de bekendmaking van het bedrag van de uitkering die de verzekeraar voor alle verzekeringen gezamenlijk ontvangt van de NHT.
Beleggingen en bijbehorende vergoedingen 1
De beschikbaar gestelde premie voor kapitaal wordt voor alle deelnemers die voor de verzekering daarvan hebben gekozen belegd in de Neutrale Index Lifecycle van Delta Lloyd. Op grond hiervan worden aan de verzekering van kapitaal participaties toegekend.
2
Het beleggingsbeleid en de uitleg daarvan staan in de bijlage 'Beleggingsbeleid Delta Lloyd' en in de bijlage 'Zelf beleggingsbeleid bepalen' bij dit pensioenreglement.
3
De verzekeraar kan een beleggingsfonds vervangen door één of meer andere beleggingsfondsen en kan de samenstelling van een beleggingsfonds of Index Lifecycle wijzigen. De verzekeraar houdt bij een besluit tot vervanging van een beleggingsfonds of wijziging van de samenstelling van een beleggingsfonds of Index Lifecycle rekening met de belangen van de (gewezen) deelnemer. Versie 01052015 DLL 2.0
11
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT De verzekeraar stelt de (gewezen) deelnemer van de wijzigingen op de hoogte. Indien de beleggingsmogelijkheid ook voor reeds gedane beleggingen wordt gewijzigd, heeft de (gewezen) deelnemer na de kennisgeving één maand de gelegenheid kosteloos te switchen naar een beleggingsmogelijkheid naar eigen keuze die past binnen zijn beleggingsmogelijkheden bij Delta Lloyd. 4
De (gewezen) deelnemer heeft de mogelijkheid om van de Neutrale Index Lifecycle van Delta Lloyd over te gaan naar een andere Index Lifecycle. Uitleg hierover staat in de bijlage ’Beleggingsbeleid Delta Lloyd’ bij dit pensioenreglement. De (gewezen) deelnemer dient eerst vragen te beantwoorden in een keuzeformulier van de verzekeraar. Aan de hand van de antwoorden verneemt de (gewezen) deelnemer zijn risicoprofiel. Aan de hand van het risicoprofiel adviseert de verzekeraar welke Index Lifecycle bij de (gewezen) deelnemer past. De (gewezen) deelnemer kan vervolgens zijn keuze voor een Index Lifecycle met het daartoe bestemde formulier bij de verzekeraar kenbaar maken.
5
De (gewezen) deelnemer heeft de mogelijkheid om zelf zijn beleggingsbeleid te bepalen. Uitleg hierover staat in de bijlage ‘Zelf beleggingsbeleid bepalen’ bij dit pensioenreglement. De (gewezen) deelnemer dient eerst vragen te beantwoorden in een keuzeformulier van de verzekeraar. Aan de hand van de antwoorden verneemt de (gewezen) deelnemer zijn risicoprofiel. Aan de hand van het risicoprofiel adviseert de verzekeraar welk beleggingsbeleid bij de (gewezen) deelnemer past. De (gewezen) deelnemer kan vervolgens zijn keuze kenbaar maken bij de verzekeraar met het daartoe bestemde formulier.
6
De waarde van een participatie wordt op de dag van toekenning of uitkering van de tegenwaarde in euro’s vastgesteld aan de hand van de dan laatst bekende openingskoers van het beleggingsfonds.
7
Indien een beleggingsfonds niet aan de beurs is genoteerd, wordt de waarde bepaald aan de hand van de intrinsieke waarde van het aandeel.
8
Indien een beleggingsfonds dividend uitkeert, worden daarvoor participaties van het desbetreffende fonds aangekocht tegen de op de dag van de dividenduitkering geldende waarde van een participatie.
9
Er wordt een vergoeding voor de aankoop van participaties in rekening gebracht van 0,5% van de premie voor de verzekering van kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum.
10
Switchen is een verkoop gevolgd door een aankoop. Voor switchen binnen de Index Lifecycles brengt de verzekeraar geen aan- en verkoopkosten in rekening. Voor overstappen naar een (andere) Delta Lloyd Index Lifecycle zijn eveneens geen aan- en verkoopkosten verschuldigd. Als de deelnemer zelf zijn beleggingsbeleid bepaalt of gaat bepalen, worden bij een switch tussen of naar de zelf gekozen fondsen aan- en verkoopkosten in rekening gebracht.
11 Een beleggingsfonds kent diverse kosten. Het grootste gedeelte hiervan komt toe aan de fondsbeheerder en heet in vaktermen de beheervergoeding. Daarnaast worden aan een beleggingsfonds nog andere kosten toegekend, zoals kosten voor het aanhouden van een bankrekening, de accountant en de toezichthouder. De lopende kosten die een beleggingsfonds in een jaar maakt worden uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van een beleggingsfonds. Aan- en verkoopkosten van effecten waarin een fonds belegt, een eventuele prestatievergoeding en intrestkosten op de bankrekening maken geen onderdeel uit van de lopende kosten. Sommige beleggingsfondsen beleggen in andere beleggingsfondsen. In dat geval worden ook de kosten van deze onderliggende beleggingsfondsen meegenomen in de lopende kosten. De fondsbeheerder kan de beleggingsmix van de onderliggende beleggingsfondsen jaarlijks aanpassen. Omdat deze onderliggende Versie 01052015 DLL 2.0
12
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT beleggingsfondsen eigen lopende kosten kennen, zullen bij het aanpassen van de beleggingsmix ook de lopende kosten van het bovenliggende beleggingsfonds wijzigen. In de koers van een beleggingsfonds zijn de lopende kosten al verwerkt. Deze worden dus niet apart in rekening gebracht. Meer informatie over het fonds staat in de Essentiële Beleggersinformatie (EBi) van het fonds. Dit document verschaft essentiële beleggersinformatie, waaronder de lopende kosten, en is bedoeld om de (gewezen) deelnemer meer inzicht te geven in de aard en de risico’s van beleggingen in het fonds. Lopende kosten verschillen per beleggingsfonds en per jaar en kunnen van invloed zijn op het te behalen rendement. Van de beleggingsfondsen waarin de (gewezen) deelnemer kan beleggen, kan hij dagelijks de koersen volgen. In het tweede kwartaal van elk jaar wordt het definitieve percentage lopende kosten over het voorgaande jaar bekend gemaakt. Meer informatie over de beleggingsfondsen en de actuele koers is te vinden op www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen. Ook informatie over de hoogte van de lopende kosten van ieder fonds is daar te vinden. Binnen de Index Mixfondsen worden jaarlijks lopende kosten in rekening gebracht van 0,48% van het in die fondsen belegd vermogen. Deze kosten worden in mindering gebracht op het beleggingsrendement en worden verwerkt in de koers. Indien de deelnemer zelf het beleggingsbeleid bepaalt gelden andere lopende kosten. Deze zijn te vinden op www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen. De verzekeraar kan het percentage ter dekking van de jaarlijks lopende kosten in de Index Mixfondsen aanpassen.
Artikel 8
12
Daarnaast worden binnen de beleggingsfondsen over elke storting of onttrekking eenmalig inkoop- en afgiftekosten gerekend. Op www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen is de actuele informatie te vinden.
13
Indien een beleggingsfonds wordt opgeheven dan wel indien de fiscale regelgeving ten aanzien van een beleggingsfonds wordt gewijzigd, is de verzekeraar bevoegd de verzekering om te zetten in een verzekering van vergelijkbare vorm en met dezelfde resterende duur als de bestaande verzekering, maar dan met een ander beleggingsfonds.
Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid 1
Indien de deelnemer gedurende een periode van 104 weken aaneengesloten arbeidsongeschikt is, dan wel na het later gelegen moment waarop de (verlengde) loondoorbetalingsverplichting op grond van het Burgerlijk Wetboek eindigt, wordt met inachtneming van het hierna volgende vrijstelling van premiebetaling verleend. De vrijstelling van premiebetaling wordt verleend, mits aan de deelnemer op het moment van het verstrijken van bovenbedoelde periode een uitkering op grond van de WIA dan wel de WAO is toegekend. In geval van herleving of herziening van de uitkering kan een kortere periode dan 104 weken gelden. De vrijstelling van premiebetaling wordt verleend zolang de in de eerste volzin bedoelde arbeidsongeschiktheid voortduurt, doch uiterlijk tot de richtpensioendatum, tenzij volgens fiscale wet- en regelgeving de vrijstelling van premiebetaling eerder moet eindigen. Indien de datum van ingang van de uitkering van de Algemene Ouderdomswet (AOW) voor de richtpensioendatum van de deelnemer ligt, wordt voor de periode tussen de ingangsdatum van de AOW en de richtpensioendatum uitgegaan van de verleende vrijstelling op de laatste dag voor de datum van ingang van de uitkering van de AOW. De werkgever dient een verzoek tot vrijstelling in bij de verzekeraar. Dit verzoek dient tevens de beslissing van het UWV te bevatten waaruit de ingangsdatum van Versie 01052015 DLL 2.0
13
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT de uitkering en de mate van arbeidsongeschiktheid blijken, alsmede een bewijs van de werkgever van de eerste dag van arbeidsongeschiktheid. 2
Indien de deelnemer aanspraak op een kapitaal bij leven voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum heeft, verleent de verzekeraar slechts vrijstelling van premiebetaling wegens arbeidongeschiktheid voor de premie die de deelnemer beschikbaar zou hebben gesteld op grond van − de pensioengrondslag, voor zover de verzekeraar de verhogingen heeft geaccepteerd volgens het artikel ‘Aanvaarding van risico’s, die gold op de dag voorafgaand aan de eerste ziektedag − het percentage van de premie dat de deelnemer heeft gekozen en dat gold op de dag voorafgaand aan de eerste ziektedag − en het deeltijdpercentage dat gold op de dag voorafgaand aan de eerste ziektedag − de leeftijd van de deelnemer en − het percentage in de staffel als opgenomen in de pensioenstartbrief dat hoort bij de leeftijd van de deelnemer.
3
Indien de deelnemer slechts aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum heeft, wordt vrijstelling van premiebetaling verleend voor de aanspraak die is verleend voorafgaand aan het verstrijken van de hiervoor bedoelde periode.
4
De vrijstelling van premiebetaling wordt ook verleend voor de door de werkgever betaalde administratiekosten voor de uitvoering van de pensioenovereenkomsten. De vrijstelling voor de administratiekosten voor de uitvoering van de pensioenovereenkomsten wordt slechts verleend indien de deelnemer volledig arbeidsongeschikt wordt en bedraagt alsdan 100% van de verschuldigde administratiekosten.
Versie 01052015 DLL 2.0
14
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT 5
De vrijstelling wordt - al naar gelang van de mate van arbeidsongeschiktheid waarnaar de uitkering krachtens de WIA dan wel de WAO is berekend en waarbij rekening wordt gehouden met het arbeidsongeschiktheidspercentage bij aanvang met inachtneming van het bepaalde in artikel ‘Aanvaarding van de risico’s, lid 3, verleend tot de hieronder volgende percentages: Mate van arbeidsongeschiktheid bij aanvang van het deelnemerschap:
0% - 35% 35% - 45% 45% - 55% 55% - 65% 65% - 80%
Te verlenen vrijstelling in % van de verschuldigde premies bij de mate van arbeidsongeschiktheid die hoort bij een arbeidsongeschiktheidsuitkering krachtens de WIA of WAO van: 0% - 35% - 45% 55% 65% - 80%35% 45% 55% 65% 80% 100% 0% 40% 50% 60% 72,5% 100% 0% 0% 16,7% 33,3% 54,2% 100% 0% 0% 0% 20% 45% 100% 0% 0% 0% 0% 31,3% 100% 0% 0% 0% 0% 0% 100%
Onder arbeidsongeschiktheidspercentage bij aanvang wordt verstaan het arbeidsongeschiktheidspercentage dat een deelnemer als gevolg van zijn arbeidsongeschiktheid had bij aanvang van de verzekering. Als bij beëindiging van de deelneming aan een eerdere pensioenregeling van nettopensioen een hoger arbeidsongeschiktheidspercentage gold, wordt onder arbeidsongeschiktheidspercentage bij aanvang echter het hoogste arbeidsongeschiktheidspercentage verstaan. Zolang de bij aanvang van de vrijstelling bestaande verzekeringen ter dekking van pensioenaanspraken in stand blijven, althans niet premievrij worden gemaakt, expireren, tot uitkering komen of anderszins worden beëindigd, worden in deze verzekeringen gedurende volledige vrijstelling geen wijzigingen aangebracht, gedurende gedeeltelijke vrijstelling slechts wijzigingen aangebracht voor het gedeelte van de verzekeringen dat verband houdt met het gedeelte waarvoor de deelnemer niet arbeidsongeschikt is.
Artikel 9
6
Het bestaan van arbeidsongeschiktheid en de mate daarvan worden vastgesteld aan de hand van en overeenkomstig een overlegde beslissing van het UWV. Bij de vaststelling hiervan is in geval van een WAO-uitkering door het UWV rekening gehouden met eventuele neveninkomsten.
7
Indien na de ingang van de vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid het arbeidsongeschiktheidspercentage zoals bedoeld in lid 5 wijzigt, zal de vrijstelling van premiebetaling met inachtneming van het in lid 5 bepaalde worden herzien per de datum waarop blijkens de beschikking van het UWV het arbeidsongeschiktheidspercentage wijzigt.
8
Beëindiging van de gehele of gedeeltelijke vrijstelling als gevolg van revalidatie leidt tot de gevolgen omschreven in het artikel 'Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum', tenzij de arbeidsovereenkomst met de werkgever in stand blijft of wordt hersteld.
Geen of lager recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid 1
Er bestaat geen recht op vrijstelling indien de verzekeraar het arbeidsongeschiktheidsrisico niet heeft aanvaard. Indien de verzekeraar het arbeidsongeschiktheidsrisico niet volledig heeft aanvaard, bestaat er recht op gedeeltelijke vrijstelling.
Versie 01052015 DLL 2.0
15
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
2
Artikel 10
Onverminderd artikel ‘Aanvaarding van risico’s’ en artikel ’Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum’ bestaat er geen recht op (gedeeltelijke) vrijstelling indien het tijdstip, waarop de (gedeeltelijke) vrijstelling zou moeten ingaan, is gelegen - hetzij na de pensioendatum, - hetzij na de dag volgend op de datum waarop de arbeidsovereenkomst tussen de deelnemer en de werkgever is beëindigd, tenzij de deelnemer op die dag recht heeft op loondoorbetaling krachtens het Burgerlijk Wetboek uit hoofde van zijn dienstverband met de werkgever, dan wel recht heeft op een uitkering verband houdend met het dienstverband uit hoofde van de Ziektewet, - nadat de verzekering premievrij is gemaakt, is geëxpireerd, tot uitkering is gekomen, dan wel anderszins is beëindigd.
3
Er bestaat geen recht op (gedeeltelijke) vrijstelling indien de arbeidsongeschiktheid een direct of indirect gevolg is van - hetzij een gewapend conflict, burgeroorlog of opstand; als definitie van deze vormen van molest gelden de definities die voorkomen in de lijst van vormen van molest, die door het Verbond van Verzekeraars in Nederland op 2 november 1981 ter griffie van de rechtbank te ‘s-Gravenhage is gedeponeerd, - hetzij atoomkernreacties, tenzij veroorzaakt door radioactieve nucleïden die zich buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of bestemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, wetenschappelijke of onderwijskundige doeleinden dan wel niet militaire beveiligingsdoeleinden, mits er een door enige overheid afgegeven vergunning (voor zover vereist) van kracht is voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen. Onder ‘kerninstallatie’ wordt verstaan een kerninstallatie in de zin van de Wet aansprakelijkheid kernongevallen, alsmede een kerninstallatie aan boord van een vaartuig, - hetzij opzet of grove schuld van de deelnemer of een bij de verzekering belanghebbende.
4
Er bestaat geen recht op (gedeeltelijke) vrijstelling indien de deelnemer nalaat inlichtingen of bescheiden te verstrekken, welke de verzekeraar behoeft voor de verlening of handhaving van de vrijstelling, waaronder mede begrepen is een door de werkgever en/of de deelnemer ondertekende verklaring, waaruit blijkt, dat de arbeidsongeschiktheid niet een direct of indirect gevolg is van een in lid 3 genoemde oorzaak.
5
Onverminderd artikel ‘Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum’ bestaat geen recht op (gedeeltelijke) vrijstelling indien het pensioen premievrij is gemaakt, is geëxpireerd, tot uitkering is gekomen, dan wel anderszins is beëindigd.
6
De leden 7 tot en met 10 van het artikel 'Geen of lagere uitkering van restituties, kapitalen en pensioenen bij overlijden' zijn van overeenkomstige toepassing.
Ingang en einde van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum 1. Het partnerpensioen voor de pensioendatum,gaat in op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer overlijdt, mits de partner in leven is op de dag van overlijden van de deelnemer, en wordt uitgekeerd tot de eerste dag van de maand volgend op het overlijden van de partner. 2. Het wezenpensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer overlijdt, mits op de dag van overlijden van de deelnemer een of meer kinderen in leven zijn, en wordt uitgekeerd tot de eerste dag van de maand volgend op de op het ondertekeningsblad dat de werkgever heeft ondertekend vermelde verjaardag van ieder kind, dan wel tot de eerste dag van de maand volgend op de overlijdensdatum van het kind, zo die dag eerder valt.
Versie 01052015 DLL 2.0
16
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Mits de deelnemer overleden is en een kind de op de op het ondertekeningsblad dat de werkgever heeft ondertekend vermelde verjaardag heeft bereikt, zal het wezenpensioen voorts worden uitgekeerd, zolang dit kind voldoet aan de omschrijving van invalide of studerende kinderen in de Algemene Kinderbijslagwet, tot de eerste dag van de maand volgend op de 27e verjaardag van dit kind, dan wel tot de eerste dag van de maand volgend op de datum, waarop dit kind voordien overlijdt.
Artikel 11
Bevoordeling 1
Voor het kapitaal op de pensioendatum is de (gewezen) deelnemer de bevoordeelde.
2
Voor het partnerpensioen voor de pensioendatum is de partner de bevoordeelde.
3
Voor het bijzonder partnerpensioen is de gewezen partner van de (gewezen) deelnemer de bevoordeelde.
4
Voor het wezenpensioen is (zijn) het (de) kind(eren) de bevoordeelde(n).
5
Voor de restitutie bij overlijden van de gewezen deelnemer ter grootte van 90% van het per de datum van overlijden aanwezige kapitaal, zijn de bevoordeelden in geval van overlijden van de gewezen deelnemer na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst achtereenvolgens: a de partner; b het (de) kind(eren). De kinderen zijn slechts bevoordeelden indien de partner bij overlijden van de gewezen deelnemer in leven is, of gelijktijdig met de gewezen deelnemer overlijdt.
6
De partner respectievelijk de kinderen zijn echter slechts bevoordeelden voor het restitutiebeding indien en voor zover de aanwending van het te restitueren bedrag tot gevolg zal hebben dat er sprake is van een nettopensioenregeling in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001. Is dit niet meer het geval, dan zal de direct daarna als bevoordeelde genoemde persoon of groep van personen rechthebbende op het restant van de uitkering zijn.
7
Wanneer een uitkering van kapitaal opeisbaar wordt zal deze niet in contanten worden uitgekeerd, maar uitsluitend worden aangewend als koopsom voor een verzekering van pensioen afhankelijk van het leven en ten behoeve van achtereenvolgens de deelnemer, diens partner of kind. Een pensioen afhankelijk van het leven van een kind zal bij het bereiken van de 30-jarige leeftijd moeten eindigen.
8
Van een en ander waar de verzekeraar om vraagt dient de bevoordeelde de verzekeraar zo spoedig mogelijk nadat het desbetreffende kapitaal opeisbaar is geworden, in kennis te stellen.
9
De grootte van de pensioenuitkeringen zal worden vastgesteld volgens de sekseneutrale tarieven en voorwaarden van de verzekeraar die gelden op het tijdstip dat het kapitaal opeisbaar is geworden.
10 Indien de bevoordeelde de (gewezen) deelnemer is, moet de uitkering worden aangewend voor een ouderdomspensioen voor de (gewezen) deelnemer en partnerpensioen voor diens partner. Artikel 12
Uitbetaling van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum 1
De verzekerde partnerpensioenen en wezenpensioenen voor de pensioendatum worden na overlijden van de deelnemer uitbetaald in maandelijkse termijnen bij nabetaling.
2
Indien in geval van overlijden de laatste maandelijkse termijn niet kan worden uitbetaald op de bankrekening van de bevoordeelde zal de slotuitkering geschieden Versie 01052015 DLL 2.0
17
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT aan degene, die uit de over te leggen stukken ten genoegen van de verzekeraar aannemelijk maakt de rechthebbende te zijn.
Artikel 13
3
De verzekeringen houden verband met een nettopensioenregeling in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001. Op de uitkeringen op grond daarvan zijn geen wettelijke inhoudingen voorgeschreven.
4
De verzekeraar zal elk door hem krachtens de verzekeringen verschuldigd bedrag tegen behoorlijke kwijting betalen aan degene, die uit de over te leggen stukken ten genoegen van de verzekeraar blijkt de rechthebbende te zijn. Deze stukken mogen door de verzekeraar worden behouden. De betaling van verschuldigde bedragen geschiedt in Euro’s, door overmaking op een door de rechthebbende op zijn naam gestelde bankrekening.
5
De verzekeraar heeft het recht, uitbetaling krachtens de verzekeringen afhankelijk te stellen van de overlegging van een naar zijn oordeel voldoend leeftijdsbewijs van de verzekerde personen. Blijkt dat de leeftijdsopgave voor het sluiten of wijzigen van een verzekering door nalatigheid van de deelnemer onjuist is geweest, dan wordt het verzekerde bedrag herrekend op het bedrag, dat voor de betaalde premies, stortingen of koopsommen naar de juiste leeftijd verzekerd had kunnen worden.
Vervroeging van de pensioendatum 1
De (gewezen) deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum kan binnen de flexperiode op een vroeger tijdstip dan de richtpensioendatum met pensioen gaan.
2
De deelnemer die van de mogelijkheid van vervroeging gebruik wil maken, dient ten behoeve daarvan op zijn vroegst een jaar voorafgaande aan de gewenste pensioendatum met de werkgever schriftelijk beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst overeen te komen, dan wel de arbeidsovereenkomst schriftelijk op te zeggen en dit schriftelijk, uiterlijk zes maanden voor de gewenste pensioendatum bij de verzekeraar te melden. De gewezen deelnemer die van de mogelijkheid van vervroeging gebruik wil maken, dient ten behoeve daarvan op zijn vroegst een jaar voorafgaande aan de gewenste pensioendatum met zijn werkgever schriftelijk beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst overeen te komen, dan wel de arbeidsovereenkomst schriftelijk op te zeggen en dit schriftelijk, uiterlijk zes maanden voor de gewenste pensioendatum bij de verzekeraar te melden. Tevens dient de (gewezen) deelnemer die van de mogelijkheid van vervroeging gebruik wil maken, uiterlijk zes maanden voor de gewenste pensioendatum, schriftelijk aan de verzekeraar te verklaren dat hij vanaf de gewenste pensioendatum geen arbeidsovereenkomst heeft en geen nieuwe arbeidsovereenkomst meer aan zal gaan.
3
Gebruikmaking van de mogelijkheid van vervroeging is onherroepelijk en kan slechts eenmalig gedaan worden.
4
De periode van vervroeging dient in volle maanden te worden vastgesteld en bedraagt ten minste zes maanden. Indien de vervroegde pensioendatum samenvalt met de maand waarin de AOW-uitkering ingaat, geldt de termijn van zes maanden niet.
5
Voor de deelnemer wordt per de vervroegde pensioendatum conform het artikel 'Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum' van dit pensioenreglement het kapitaal bij leven vastgesteld.
6
Voor de (gedeeltelijk) arbeidsongeschikte deelnemer aan wie conform het artikel 'Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid' door de verzekeraar in verband met arbeidsongeschiktheid vrijstelling van premiebetaling is verleend en die het kapitaal bij leven wenst te vervroegen, wordt conform het artikel 'Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum' van dit Versie 01052015 DLL 2.0
18
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT pensioenreglement per de vervroegde pensioendatum het kapitaal bij leven vastgesteld. De aanspraak op kapitaal bij leven welke na de vervroegde pensioendatum uit hoofde van de verleende vrijstelling van premiebetaling wordt opgebouwd expireert op de richtpensioendatum. 7
Artikel 14
Artikel 15
Indien van de mogelijkheid van vervroeging van de pensioendatum gebruik gemaakt wordt, wordt het kapitaal bij leven als koopsom voor een ouderdomspensioen en partnerpensioen aangewend.
Uitstel van de pensioendatum 1
De deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum kan binnen de flexperiode op een later tijdstip dan de richtpensioendatum met pensioen gaan, mits tot dat tijdstip de arbeidsovereenkomst met de werkgever in stand blijft.
2
De deelnemer die van de in lid 1 genoemde mogelijkheid van uitstel gebruik wil maken, dient op zijn vroegst een jaar voorafgaande aan de richtpensioendatum voortzetting van de arbeidsovereenkomst tot de pensioendatum schriftelijk met de werkgever overeen te komen en dit schriftelijk, uiterlijk zes maanden voor de richtpensioendatum bij de verzekeraar te melden, onder vermelding van de overeengekomen pensioendatum.
3
Over de diensttijd na de richtpensioendatum vindt geen verdere pensioenopbouw plaats. Gebruikmaking van de mogelijkheid van uitstel is onherroepelijk en kan slechts eenmalig gedaan worden.
4
De aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum komt per de richtpensioendatum te vervallen.
5
De deelnemer met een partner heeft de mogelijkheid om het kapitaal bij leven op de richtpensioendatum om te zetten in een kapitaal bij leven op de uitgestelde pensioendatum in combinatie met een kapitaal bij overlijden voor de uitgestelde pensioendatum van 90% van het per de datum van overlijden aanwezige kapitaal conform het artikel 'Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum'.
6
Indien het ouderdomspensioen dat voor het kapitaal bij leven aangekocht kan worden vermeerderd met de uitkering uit hoofde van de Algemene Ouderdomswet bij uitstel na de AOW-leeftijd van de deelnemer 100% van het pensioengevend salaris bedraagt, dient de uitkering direct in te gaan.
7
Indien de arbeidsovereenkomst met de werkgever na de richtpensioendatum maar vóór het bereiken van de pensioendatum wordt beëindigd, dient het kapitaal bij leven meteen als koopsom te worden aangewend voor ouderdomspensioen en partnerpensioen.
Deeltijdpensionering 1
De (gewezen) deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum kan binnen de flexperiode op een vroeger tijdstip dan de richtpensioendatum gedeeltelijk met pensioen gaan. De deelnemer kan binnen de flexperiode op een later tijdstip dan de richtpensioendatum gedeeltelijk met pensioen gaan.
2
Gedeeltelijke vervroeging dan wel gedeeltelijk uitstel vindt plaats conform het bepaalde in respectievelijk artikel ‘Vervroeging van de pensioendatum‘ en artikel ‘Uitstel van de pensioendatum‘.
3
De (gewezen) deelnemer kan op de deeltijdpensioendatum een deel van de waarde van het kapitaal bij leven aanwenden als koopsom voor een direct ingaand ouderdomspensioen en bijbehorend partnerpensioen, indien dit samenhangt met een vermindering van de arbeidsduur.
Versie 01052015 DLL 2.0
19
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT 4
De deelnemer kan op de richtpensioendatum een deel van de waarde van het kapitaal bij leven aanwenden als koopsom voor een direct ingaand ouderdomspensioen en bijbehorend partnerpensioen, indien dit samenhangt met een voortzetting van de arbeidsduur. Gebruikmaking van de mogelijkheid van deeltijdpensionering is onherroepelijk en kan slechts éénmalig geschieden.
5
De (gewezen) deelnemer dient minimaal zes maanden voorafgaande aan de deeltijdpensioendatum indien de (gewezen) deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid van gedeeltelijke vervroeging schriftelijk met de werkgever, gedeeltelijke beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst te zijn overeengekomen. Daarbij dient de (gewezen) deelnemer aan te geven − wat de gewenste deeltijdpensioendatum is en − of hij voor 20%, 40%, 60% of 80% van het normale aantal arbeidsuren per week met deeltijdpensioen wil gaan. De deelnemer dient minimaal zes maanden voorafgaande aan de richtpensioendatum indien de deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid van gedeeltelijk uitstel, schriftelijk met de werkgever gedeeltelijke voortzetting van zijn arbeidsovereenkomst na de richtpensioendatum te zijn overeengekomen. Daarbij dient de deelnemer aan te geven de gewenste pensioendatumdatum is en of hij voor 20%, 40%, 60% of 80% van het normale aantal arbeidsuren per week met deeltijdpensioen wil gaan. De (gewezen) deelnemer dient dit schriftelijk, uiterlijk zes maanden voor de deeltijdpensioendatum respectievelijk de richtpensioendatum bij de verzekeraar te melden. De periode van deeltijdpensionering dient in volle maanden te worden vastgesteld, bedraagt minimaal zes maanden en eindigt op − de richtpensioendatum indien de (gewezen) deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid van gedeeltelijke vervroeging, dan wel − de pensioendatum indien de deelnemer heeft gekozen voor de mogelijkheid gedeeltelijk uitstel.
6
Voor de deelnemer komt de aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum te vervallen.
7
Na gebruikmaking van de mogelijkheid van vervroeging wordt het op de vervroegde pensioendatum expirerende kapitaal volledig aangewend voor een ouderdomspensioen en partnerpensioen Na gebruikmaking van de mogelijkheid van uitstel wordt het op de uitgestelde pensioendatum expirerende kapitaal volledig aangewend voor een ouderdomspensioen en partnerpensioen.
8
Artikel 16
Voor de deelnemer aan wie conform het artikel 'Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid' door de verzekeraar vrijstelling van premiebetaling is verleend en die het kapitaal bij leven gedeeltelijk vervroegd tot uitkering wenst te laten komen, wordt conform het artikel 'Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum' van dit pensioenreglement per de vervroegde pensioendatum het deel van het vervroegd uitgekeerde kapitaal bij leven vastgesteld. De aanspraak op het deel van kapitaal bij leven welke na de vervroegde pensioendatum uit hoofde van de verleende vrijstelling van premiebetaling wordt opgebouwd expireert op de richtpensioendatum.
Uitruil van partner- in ouderdomspensioen 1
Bij aanwending van het kapitaal bij leven als koopsom voor een ouderdoms- en partnerpensioen kan de (gewezen) deelnemer (een deel van) het partnerpensioen vervolgens uitruilen voor een hoger ouderdomspensioen.
Versie 01052015 DLL 2.0
20
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT 2
De (gewezen) deelnemer die (een deel van) het partnerpensioen wenst uit te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen dient ervoor te zorgen dat het verzoek hiertoe vanaf een half jaar vóór, doch uiterlijk op de datum waarop het kapitaal bij leven tot uitkering komt, door de verzekeraar is ontvangen.
3
Indien de (gewezen) deelnemer besluit (een deel van) het partnerpensioen uit te ruilen vervalt (dit deel van) het partnerpensioen.
4
De keuze voor uitruil is onherroepelijk en kan slechts eenmaal gedaan worden.
5
De partner van de (gewezen) deelnemer dient het verzoek tot uitruil van de (gewezen) deelnemer mede te ondertekenen.
6
Op de pensioendatum kan (een deel van) het partnerpensioen aan de hand van de in de bijlage 'Flexibiliseringsfactoren' genoemde tabel worden omgezet in een verhoging van het ouderdomspensioen. De tabel geldt tot de datum zoals vermeld in de bijlage. De ruilvoeten zijn van toepassing op de (gewezen) deelnemer die het opgebouwde kapitaal bij leven tot uitkering laat komen dan wel uit dienst treedt en vervolgens voor deze datum het opgebouwde kapitaal bij leven tot uitkering laat komen. Na deze datum geldt voor de (gewezen) deelnemer die daarna het opgebouwde kapitaal bij leven tot uitkering laat komen en wenst uit te ruilen de door de verzekeraar vast te stellen tabel.
Artikel 17
Hoog-laag ouderdomspensioen 1
Bij aanwending van het kapitaal bij leven als koopsom voor een ouderdoms- en partnerpensioen kan de deelnemer het ouderdomspensioen vanaf de datum waarop het kapitaal bij leven (gedeeltelijk) tot uitkering komt in twee tijdvakken in hoogte laten variëren.
2
De (gewezen) deelnemer dient uiterlijk zes maanden direct voorafgaand aan de pensioendatum de verzekeraar schriftelijk mede te delen of hij van de in lid 1 genoemde mogelijkheid gebruik wenst te maken. De (gewezen) deelnemer dient daarbij aan te geven welke verhouding dient te bestaan tussen de uitkering van het ouderdomspensioen in het eerste en in het tweede tijdvak.
3
De laagste uitkering van het ouderdomspensioen bedraagt 75% of 85% van de hoogste uitkering van ouderdomspensioen.
4
Het eerste tijdvak bedraagt 5 of 10 jaar.
5
Vaststelling van het in hoogte variërend ouderdomspensioen geschiedt door omrekening per de pensioendatum van het ouderdomspensioen aan de hand van de in de bijlage 'Flexibiliseringsfactoren' genoemde tabellen.
6
De keuze om het ouderdomspensioen vanaf de pensioendatum in hoogte te laten variëren is onherroepelijk en kan slechts eenmalig gedaan worden.
7
Omzetting van het ouderdomspensioen vanaf de pensioendatum in een in hoogte variërend ouderdomspensioen vindt plaats nadat een eventuele omzetting van de aanspraken naar een andere pensioendatum dan de richtpensioendatum heeft plaatsgevonden; een eventuele omzetting van partnerpensioen in ouderdomspensioen heeft plaatsgevonden.
8
De in de bijlage 'Flexibiliseringsfactoren' genoemde tabellen gelden tot de datum zoals vermeld in de bijlage. De factoren zijn van toepassing op de (gewezen) deelnemer die het opgebouwde kapitaal bij leven tot uitkering laat komen dan wel uit dienst treedt en vervolgens voor deze datum het opgebouwde kapitaal bij leven tot uitkering laat komen. Het bepaalde in de vorige volzin is ook van toepassing indien het ouderdomspensioen ingaat. Versie 01052015 DLL 2.0
21
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Na deze datum gelden voor de (gewezen) deelnemer die daarna het opgebouwde kapitaal bij leven tot uitkering laat komen en van het in lid 1 genoemde recht gebruik wil maken de door de verzekeraar vast te stellen tabellen. Het bepaalde in de vorige volzin is ook van toepassing indien het ouderdomspensioen ingaat.
Artikel 18
Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum 1
Indien de arbeidsovereenkomst tussen de werkgever en de deelnemer voor de richtpensioendatum wordt beëindigd, anders dan door overlijden van de deelnemer, geldt het in dit artikel bepaalde.
2
De gewezen deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum behoudt met inachtneming van het bepaalde in artikel ‘Aanspraken’, lid 3 en lid 3 van dit artikel aanspraak op het opgebouwde kapitaal in diens beleggingsrekening en ontvangt een schriftelijke opgave ter zake van de hoogte van dit kapitaal.
3
De geïncasseerde premie die betrekking heeft op de periode die is gelegen na de maand waarin de arbeidsovereenkomst is beëindigd, wordt gerestitueerd aan de werkgever.
4
Indien een beleggingsfonds dividend uitkeert, dan wordt dit aangewend zoals omschreven in het artikel ‘Beleggingen en bijbehorende vergoedingen’.
5
De aanspraak op partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum vervalt..
6
De verzekering van vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid komt te vervallen. De dekking van het recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid blijft echter (gedeeltelijk) in stand voor de deelnemer die op de datum van beëindiging van de arbeidsovereenkomst a recht heeft op loondoorbetaling krachtens het Burgerlijk Wetboek uit hoofde van hun dienstverband met de werkgever, dan wel b recht heeft op een uitkering verband houdend met dat dienstverband uit hoofde van de Ziektewet. De mate van vrijstelling wordt vastgesteld conform artikel ‘Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid’ op basis van het arbeidsongeschiktheidspercentage dat wordt vastgesteld bij de eerste toekenning van de WIA-uitkering. Als op een later tijdstip het arbeidsongeschiktheidspercentage daalt, wordt de vrijstelling verlaagd conform artikel ‘Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid’. Als het arbeidsongeschiktheidspercentage vervolgens weer wordt verhoogd, dan wordt de vrijstelling verhoogd conform artikel ‘Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid,’ tot maximaal het niveau dat gold bij de eerste toekenning van de WIA-uitkering. De dekking van het recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid komt te vervallen als de gewezen deelnemer gedurende vier weken geen recht meer heeft op loondoorbetaling krachtens het Burgerlijk Wetboek dan wel gedurende vier weken geen recht meer heeft op een uitkering uit hoofde van de Ziektewet.
7
De beëindiging van de arbeidsovereenkomst is niet van invloed op een verleende vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid. Er bestaat echter geen recht op verhoging van het recht op vrijstelling van premiebetaling op grond van toegenomen arbeidsongeschiktheid. Als op een later tijdstip het arbeidsongeschiktheidspercentage daalt, wordt de vrijstelling verlaagd conform artikel ‘Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid’. Als het arbeidsongeschiktheidspercentage vervolgens weer wordt verhoogd, dan wordt de vrijstelling verhoogd conform artikel ‘Vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid’, tot maximaal het niveau dat gold bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Versie 01052015 DLL 2.0
22
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Het recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid komt te vervallen als de gewezen deelnemer gedurende vier weken geen recht meer heeft op loondoorbetaling krachtens het Burgerlijk Wetboek dan wel gedurende vier weken geen recht meer heeft op een uitkering uit hoofde van de Ziektewet.
Artikel 19
Uitruil van ouderdoms- in partnerpensioen bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum 1
Voor de deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum zet de verzekeraar op het tijdstip van beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum, anders dan door diens overlijden terwijl er geen (gedeeltelijke) vrijstelling van premiebetaling is verleend, de kapitaalverzekering ten behoeve van ouderdoms- en partnerpensioen op het leven van een gehuwde of ongehuwde deelnemer met een partner, om in een kapitaalverzekering van dezelfde vorm als hiervoor genoemd, waaraan een restitutiebeding is verbonden. Het restitutiebeding houdt in, dat in geval van overlijden van de uit dienst getreden deelnemer voor de richtpensioendatum 90% van het per de datum van overlijden aanwezige kapitaal ter beschikking komt voor de partner en/of kind(eren).
Artikel 20
2
De uit dienst getreden deelnemer dient binnen vier maanden na de datum van beëindiging van de arbeidsovereenkomst met zijn partner schriftelijk bij de verzekeraar te hebben aangegeven of hij de gewenste omzetting wenst of niet.
3
Indien na het moment van beëindiging van het deelnemerschap de gewezen deelnemer geen partner meer heeft, wordt de verzekering van het kapitaal met restitutie geconverteerd naar een verzekering van kapitaal bij leven zonder restitutie.
Waardeoverdracht 1
Indien de deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum gebruik maakt van het recht de waarde van aanspraken op nettopensioen uit een vorige arbeidsovereenkomst in te brengen in de pensioenovereenkomst voor nettopensioen met de werkgever door middel van waardeoverdracht, wordt de binnenkomende waarde van deze aanspraken aangewend voor beleggingen.
2
De bij de waardeoverdracht behorende dienstjaren tellen mee voor de hoogte van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum indien de deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum ook voor die aanspraak heeft gekozen.
3
De deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum heeft het recht de waarde van aanspraken uit hoofde van een nettopensioenregeling uit een lidstaat in te brengen in de pensioenovereenkomst voor nettopensioen met de werkgever door middel van waardeoverdracht indien de vorige deelname aan een pensioenregeling voor nettopensioen in een lidstaat op of na 1 januari 2015 is beëindigd, mits: de partner die bevoordeelde is voor de aanspraak op partnerpensioen instemt met de overdracht van de waarde van die aanspraak; geen voorwaarden in verband met de waardeoverdracht worden gesteld die in strijd zijn met Nederlandse wetten. Onder lidstaat wordt hier verstaan: een lidstaat van de Europese Unie alsmede een staat, niet zijnde een lidstaat van de Europese Unie, die partij is bij de Overeenkomst betreffende Europese Economische Ruimte. De deelnemer dient zich daartoe uiterlijk binnen de in of op grond van de Pensioenwet voorgeschreven termijn na aanvang van de pensioenovereenkomst voor nettopensioen via de werkgever bij de verzekeraar te melden. Op de waardeoverdracht zijn de wettelijke bepalingen omtrent waardeoverdracht van toepassing. Versie 01052015 DLL 2.0
23
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
4
Indien de arbeidsovereenkomst van de deelnemer voor de richtpensioendatum wordt beëindigd anders dan door overlijden van de deelnemer heeft de gewezen deelnemer met aanspraak op kapitaal voor ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum, het recht de waarde van de opgebouwde aanspraken op nettopensioen, met in achtneming van het bepaalde in artikel ‘Aanspraken’, lid 3 van dit pensioenreglement, die hij jegens de verzekeraar heeft behouden, om te laten zetten in aanspraken op nettopensioen jegens de pensioenuitvoerder (pensioenfonds of verzekeraar) van een nieuwe werkgever waarin de gewezen deelnemer gaat deelnemen. Bij omzetting van partnerpensioen dient de partner toestemming te verlenen. De gewezen deelnemer die overweegt van dit recht gebruik te maken, dient zich binnen de in of op grond van de Pensioenwet voorgeschreven termijn na de aanvang van verwerving van aanspraken op nettopensioen op basis van de pensioenovereenkomst voor nettopensioen met de nieuwe werkgever, bij de pensioenuitvoerder te melden. Indien de gewezen deelnemer gebruik maakt van zijn recht op waardeoverdracht, zal de waardeoverdracht plaats vinden volgens de wettelijke bepalingen omtrent waardeoverdracht.
5
Indien de gewezen deelnemer gebruik maakt van het recht de waarde van aanspraken op nettopensioen in te brengen in de regeling voor nettopensioen van zijn nieuwe werkgever, zal de waardeoverdracht plaats vinden volgens de wettelijke bepalingen omtrent waardeoverdracht. Indien de gewezen deelnemer arbeidsongeschikt is en gebruik maakt van zijn recht op waardeoverdracht vervalt, in afwijking van het bepaalde in artikel ‘'Beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor de richtpensioendatum': het recht op vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid een verleende vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid.
Artikel 21
Artikel 22
Plichten van de deelnemer 1
De (gewezen) deelnemer is verplicht de verzekeraar alle gegevens te verschaffen, dan wel te doen verschaffen, die de verzekeraar nodig acht voor het sluiten en verhogen van uitkeringen van pensioen, indien en voor zover de werkgever niet verplicht is die gegevens op grond van de uitvoeringsovereenkomst te verschaffen.
2
Het niet (doen) verschaffen van gegevens kan leiden tot: afwijzen van aanvaarding van het risico van verzekeringen of verhogingen daarvan, opschorting of het niet verrichten van uitkeringen en/of opschorting of het niet verlenen van vrijstelling van premiebetaling bij arbeidsongeschiktheid.
3
Indien de aanspraken van een (gewezen) deelnemer niet of onvolledig verzekerd zijn doordat de (gewezen) deelnemer niet aan diens verplichtingen heeft voldaan, zullen de aanspraken de voor de (gewezen) deelnemer verzekerde bedragen niet overtreffen.
Afkoop van kleine pensioenen 1
De verzekeraar heeft vanaf twee jaar na beëindiging van het deelnemerschap het recht om zonder instemming van de gewezen deelnemer het kapitaal ten behoeve van ouderdomspensioen en partnerpensioen vanaf de pensioendatum binnen zes maanden af te kopen. De verzekeraar heeft vanaf de datum van echtscheiding, beëindiging van het huwelijk na scheiding van tafel en bed, beëindiging van het geregistreerd partnerschap, anders dan door omzetting in een huwelijk met dezelfde partner, of de gezamenlijke huishouding het recht om zonder instemming van de gewezen partner het bijzonder partnerpensioen binnen zes maanden af te kopen.
Versie 01052015 DLL 2.0
24
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT De verzekeraar heeft vanaf het overlijden van de (gewezen) deelnemer het recht om zonder instemming van de partner of kinderen het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum, indien de deelnemer dat heeft laten verzekeren tijdens het deelnemerschap binnen zes maanden na het overlijden af te kopen. De verzekeraar heeft dit recht in de bovengenoemde gevallen indien het pensioen uit hoofde van het kapitaal of het bijzonder partnerpensioen of het partnerpensioen en wezenpensioen bij overlijden tijdens het deelnemerschap per jaar minder bedraagt dan het bedrag dat de Pensioenwet noemt voor de afkoop van kleine pensioenen. 2
Vaststelling van het afkoopbedrag geschiedt per de afkoopdatum. Bij afkoop van het kapitaal van de gewezen deelnemer is het afkoopbedrag gelijk aan de afkoopwaarde van de beleggingen van het kapitaal.
3
Het afkoopbedrag van het partnerpensioen dat kan worden aangekocht met de restitutie van een deel van de waarde van de beleggingen na einde deelnemerschap, wordt gesteld op de waarde van de restitutie.
4
Het afkoopbedrag van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum en het bijzonder partnerpensioen wordt vastgesteld aan de hand van sekseneutrale factoren.
5
De factoren van het partnerpensioen en wezenpensioen voor de pensioendatum en het bijzonder partnerpensioen staan in de in bijlage ‘Afkoop klein pensioen’ vermelde tabellen.
6
De in de bijlage ‘Afkoop klein pensioen’ genoemde afkoopvoeten gelden tot de datum zoals vermeld in die bijlage. De afkoopvoeten zijn van toepassing op de (gewezen) deelnemer die met pensioen gaat dan wel uit dienst treedt en vervolgens voor deze datum met pensioen gaat. Na deze datum gelden voor de (gewezen) deelnemer de door de verzekeraar vast te stellen afkoopvoeten.
Artikel 23
Vervaltermijn Alle vorderingen op de verzekeraar uit hoofde van verzekeringen vervallen door verloop van vijf jaren, tenzij de bevoordeelde in leven is.
Artikel 24
Klachten 1
De (gewezen) deelnemer die een klacht heeft over de verzekeraar, kan die voorleggen aan: De directie van Delta Lloyd Levensverzekering NV Postbus 1000 1000 BA Amsterdam
2
Wordt de klacht niet naar tevredenheid afgehandeld, dan kan deze klacht worden voorgelegd aan de Ombudsman Pensioenen Postbus 93560 2509 AN Den Haag telefoon: 070-3338965, internet: www.ombudsmanpensioenen.nl
3
Behandelen de verzekeraar en de Ombudsman Pensioenen de klacht niet naar tevredenheid? Dan kan de klacht worden ingediend bij de Rechtbank. Voor meer informatie kan worden gekeken op www.rechtspraak.nl/gerechten/rechtbanken/Amsterdam. Meer informatie hierover is verkrijgbaar bij een advocaat, een rechtsbijstandverzekeraar of de griffier van de Rechtbank. Versie 01052015 DLL 2.0
25
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Op de pensioenovereenkomst in dit reglement is Nederlands recht van toepassing. Artikel 25
Inwerkingtreding Dit reglement is in werking getreden op de datum waarop de uitvoeringsovereenkomst voor nettopensioen met de werkgever in werking is getreden.
Versie 01052015 DLL 2.0
26
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Bijlage 1
Beleggingsbeleid Delta Lloyd De Delta Lloyd Index Lifecycles
Bijlage 2
Zelf beleggingsbeleid bepalen
Bijlage 3
Flexibiliseringsfactoren
Bijlage 4
Afkoop kleine pensioenen
Versie 01052015 DLL 2.0
27
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2 Bijlage 1
PENSIOENREGLEMENT Beleggingsbeleid Delta Lloyd De Delta Lloyd Index Lifecycles Deze bijlage geeft aan hoe Delta Lloyd de Index Lifecycles samenstelt en hoe de verdeling is tussen de aandelen, onroerend goed en obligaties. In de toekomst kunnen in de Index Lifecycles of in de Delta Lloyd Index Mixfondsen wijzigingen plaatsvinden. Dit gebeurt afhankelijk van het wereldwijde beleggingsklimaat en/of de laatste inzichten over beleggen voor pensioen, rekening houdend met de wettelijke voorschriften. Als deze inzichten wijzigen, worden de Index Lifecycles en/of de onderliggende beleggingen door Delta Lloyd aangepast, zodanig dat deze aangesloten blijven bij het bijbehorende risicoprofiel. Voor de meest actuele info zie www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen. Uit de onderstaande Index Lifecycles kan een keuze worden gemaakt voor beleggen onder verantwoording van de verzekeraar: - De Defensieve Index Lifecycle van Delta Lloyd; - De Neutrale Index Lifecycle van Delta Lloyd; - De Offensieve Index Lifecycle van Delta Lloyd. Omdat de Pensioenwet voorschrijft dat bij premieovereenkomsten met beleggingen de verzekeraar prudent moet beleggen, heeft de verzekeraar drie Index Lifecycles ontwikkeld. Deze Index Lifecycles zijn opgebouwd uit de beleggingsfondsen van Delta Lloyd en hebben het effect dat naarmate een (gewezen) deelnemer de richtpensioendatum nadert, de beleggingen minder risicovol zullen zijn. Het accent bij deze Index Lifecycles ligt op beleggen in (risicovolle) aandelen. Daar staat tegenover dat de (gewezen) deelnemer de kans heeft op een hoger rendement op langere termijn. In de laatste jaren wordt het beleggingsrisico geleidelijk teruggebracht om grote koersdalingen te voorkomen. Door de geleidelijke afbouw kunnen eventuele koersdalingen vlak voor een eventuele switch, toch nog gedeeltelijk worden terugverdiend. Het blijven echter beleggingen, daarom zal er altijd een mate van risico zijn. Binnen de Index Lifecycles wordt geleidelijk overgestapt op de Pensioenstabilisator, om de toekomstige pensioenuitkeringen veilig te stellen. Illustratie In onderstaand schema staat het verloop van de Delta Lloyd Index Lifecycles. In de illustratie staat de strategische beleggingsmix van de Index Lifecycles.
Versie 01052015 DLL 2.0
28
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT De Neutrale Index Lifecycle Aantal jaren tot richtpensioenleeftijd Van Tot 52 15 15 14 14 13 13 12 12 11 11 10 10 9 9 8 8 7 7 6 6 5 5 4 4 3 3 2 2 1 1 -
Index Mixfonds
Fondsnaam Index Index Index Index Index Index Index Index Index Index Index Index Index Index Index
Nvt
Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds Mixfonds
2 2 2 2 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Pensioen-
Inlegpercentage 100% 95% 90% 85% 80% 75% 70% 65% 60% 55% 50% 40% 30% 20% 10% nvt
stabilisator nvt 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
In onderstaande illustratie staat de beleggingsmix van de Neutrale Index Lifecycle. Naarmate de richtpensioendatum nadert, wordt er steeds voorzichtiger belegd. Van voornamelijk aandelen en onroerend goed wordt geleidelijk overgegaan naar obligaties en de Pensioenstabilisator.
Versie 01052015 DLL 2.0
29
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT De Defensieve Index Lifecycle Aantal jaren tot richtpensioenleeftijd Van Tot 52 20 20 19 19 18 18 17 17 16 16 15 15 14 14 13 13 12 12 11 11 10 10 9 9 8 8 7 7 6 6 5 5 4 4 3 3 2 2 1 1 -
Index Mixfonds
Fondsnaam Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds nvt
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Pensioenstabilisator Inlegpercentage 100% 95% 90% 85% 80% 75% 70% 65% 60% 55% 50% 45% 40% 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5% nvt
Nvt 5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% 55% 60% 65% 70% 75% 80% 85% 90% 95% 100%
In onderstaande illustratie ziet u de beleggingsmix van de Defensieve Index Lifecycle. Ten opzichte van de Neutrale Index Lifecycle wordt er minder in aandelen en onroerend goed belegd. Ook de risicoafbouw gaat eerder in dan bij de Neutrale Index Lifecycle. Pensioengeld wordt met de Defensieve Index Lifecycle veiliger gesteld, dan met de Neutrale Index Lifecycle. Het verwacht rendement is hierdoor echter wel iets minder dan bij de Neutrale Index Lifecycle.
Versie 01052015 DLL 2.0
30
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT De Offensieve Index Lifecycle Aantal jaren tot richtpensioenleeftijd Van Tot 52 11 11 10 10 9 9 8 8 7 7 6 6 5 5 4 4 3 3 2 2 1 1 -
Index Mixfonds
Fondsnaam Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds Index Mixfonds nvt
3 3 2 2 2 2 1 1 1 1 1
Pensioenstabilisator Inlegpercentage 100% 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% nvt
nvt nvt 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
In onderstaande illustratie staat de beleggingsmix van de Offensieve Index Lifecycle. Ten opzichte van de Neutrale Index Lifecycle wordt meer in aandelen en onroerend goed belegd. De risicoafbouw begint later dan bij de Neutrale Index Lifecycle. Pensioengeld wordt met de Offensieve Index Lifecycle minder veilig gesteld, dan met de Neutrale Index Lifecycle. Het verwacht rendement is hierdoor hoger dan bij de Neutrale Index Lifecycle.
De Index Mixfondsen De Delta Lloyd Index Mixfondsen bieden de belegger de mogelijkheid deel te nemen in een aantal indexfondsen van gerenommeerde aanbieders. In deze indexfondsen kopen we beleggingen aan met als doel een rendement te halen dat ongeveer gelijk is aan dat van de index die wordt gevolgd. De verdeling tussen de beleggingscategorieën (zoals aandelen, obligaties en vastgoed) is vast. Door te kiezen voor deze vorm van beleggen wordt geprofiteerd van lage beleggingskosten en een goede spreiding van de belegde gelden. Delta Lloyd Index Mixfonds 1 Het fonds kent een mooie balans tussen risico en rendement. De basis van de portefeuille wordt gevormd door obligaties, terwijl ongeveer een even groot deel wordt ingevuld door aandelen en onroerend goed. Door deze verdeling kan geprofiteerd worden van koersstijgingen op de beurs die op langere termijn kunnen worden behaald. Het risico bij een tegenvallende beurs wordt deels beperkt door de obligatiebasis van de portefeuille. Delta Lloyd Index Mixfonds 2
Versie 01052015 DLL 2.0
31
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Het fonds gaat uit van vertrouwen op lange termijn in de ontwikkeling op de aandelenbeurzen. Het fonds kent meer risico en belegt voor ongeveer de helft in aandelen om te kunnen profiteren van koersstijgingen op de beurs die op langere termijn kunnen worden behaald. Daarnaast wordt belegd in onroerend goed en obligaties. Deze beleggingen zorgen voor een risicoverminderend effect op uw portefeuille. Delta Lloyd Index Mixfonds 3 Het fonds heeft als doel om een hoog rendement te bereiken op langere termijn. Het fonds belegt voor een groot deel in aandelen en kent een hoog risico. Op korte termijn kunnen forse koersfluctuaties voorkomen. Daarnaast wordt belegd in onroerend goed en obligaties. Dit heeft als doel om het risico van de portefeuille enigszins te beperken. De Beleggingsmix in de Delta Lloyd Index Mixfondsen De Index Mixfondsen hebben een oplopend risicoprofiel. Delta Lloyd Asset Management voert geen actief beheer. Door koersontwikkelingen kunnen tussentijdse afwijkingen van onderstaande strategische beleggingsmix ontstaan. Maandelijks wordt de verdeling over de beleggingscategorieën weer in lijn gebracht met de strategische beleggingsmix van de fondsen. De strategische beleggingsmix van de Index Mixfondsen staat hieronder weergegeven: Index Mixfonds
Strategische beleggingsmix Aandelen Onroerend Staats goed obligaties Index Mixfonds 1 40,0% 10,0% 25,0% Index Mixfonds 2 52,0% 13,0% 17,5% Index Mixfonds 3 64,0% 16,0% 10,0%
Totaal Overige obligaties*) 25,0% 100% 17,5% 100% 10,0% 100%
*) Dit zijn bedrijfsobligaties, obligaties bij lagere overheden en verhandelbare leningen met onderpand.
Pensioenstabilisator in de Index Lifecycle De hoogte van de uitkeringen uit ouderdomspensioen en partnerpensioen is afhankelijk van de prijs van het ouderdomspensioen en partnerpensioen. De prijs is grotendeels afhankelijk van de marktrente die op de richtpensioendatum geldt. Bij een hoge marktrente zal de prijs lager zijn dan bij een lage marktrente. Dus, bij een hoge marktrente kan de (gewezen) deelnemer een hogere pensioenuitkering kopen dan bij een lagere marktrente. Met de Pensioenstabilisator kan deze onzekere situatie grotendeels worden voorkomen. Binnen de Index Lifecycle wordt geleidelijk overgestapt op de Pensioenstabilisator. De overgang gaat zodanig dat in het laatste jaar voorafgaand aan de richtpensioendatum volledig de Pensioenstabilisator wordt gebruikt. Met de Pensioenstabilisator wordt voor het reeds opgebouwde kapitaal het te verwachten pensioen op de richtpensioendatum in grote mate onafhankelijk van de toekomstige wijzigingen in de marktrente. Ongeacht de ontwikkeling van de marktrente blijft het aan te kopen pensioen met het reeds opgebouwde kapitaal vrijwel constant. Voor toekomstige premies geldt in de Pensioenstabilisator de dan geldende marktrente. Welk percentage in de Pensioenstabilisator wordt geïnvesteerd, is afhankelijk van de resterende duur tot aan de richtpensioendatum. Per 1 april van elk jaar wordt de resterende duur tot de richtpensioendatum bepaald en de waarde en toekomstige investeringen worden overgeheveld naar de betreffende Pensioenstabilisator. Werking van de Pensioenstabilisator Het effect van de Pensioenstabilisator wordt weergegeven in de onderstaande illustratie:
Versie 01052015 DLL 2.0
32
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Samenstelling van de Pensioenstabilisator De Pensioenstabilisator is gebaseerd op verwachte pensioenuitkeringen. De werking lijkt op langlopende obligaties die tot uitkering komen wanneer een pensioenuitkering verwacht wordt. Obligaties zijn leningen aan bedrijven of de Staat, waarbij van te voren bekend is hoeveel interest vergoed wordt en in welk jaar de lening wordt afgelost. De verzekeraar koopt participaties aan van de Pensioenstabilisator. Deze participaties hebben dagelijks een waarde (een “koers”) die grotendeels afhankelijk is van de rentestand. De koers stijgt bij een dalende rente. Maar ook de prijs van het aan te kopen pensioen stijgt bij een dalende rente, zodat de rentewijziging maar een klein effect heeft op het aan te kopen pensioen. Omgekeerd daalt de koers bij een stijgende rente, maar ook de prijs van het aan te kopen pensioen daalt, zodat ook bij een stijgende rente er slechts een klein effect op de aan te kopen pensioenuitkering is. Op deze wijze heeft een veranderende rentestand nauwelijks invloed op de hoogte van de aan te kopen pensioenuitkeringen. De Pensioenstabilisator heeft wel als eigenschap dat in de koers grote schommelingen kunnen voorkomen. Maar dit heeft nauwelijks invloed op de hoogte van het aan te kopen pensioen. De waardeschommelingen van de Pensioenstabilisator zijn niet opgenomen in de illustratie. De verzekeraar publiceert dagelijks de koersen van de Pensioenstabilisator op internet. Op www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen staat de werking van de Pensioenstabilisator en wijze waarop de koers wordt vastgesteld uitgelegd. Meer informatie Op www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen kan de (gewezen) deelnemer gedetailleerde informatie terugvinden over de Pensioenstabilisator. Hier worden ook de dagelijkse fondskoersen gepubliceerd.
Versie 01052015 DLL 2.0
33
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2 Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Zelf beleggingsbeleid bepalen Deze bijlage geeft aan uit welke beleggingsfondsen de (gewezen) deelnemer kan kiezen. In de toekomst kunnen wijzigingen in het fondsaanbod plaatsvinden. Bijvoorbeeld als een beleggingsfonds wordt opgeheven. Ook wanneer het wereldwijde beleggingsklimaat en/of de laatste inzichten over beleggen voor pensioen wijzigen, rekening houdend met de wettelijke voorschriften. Als deze inzichten wijzigen, kan het aanbod van de beleggingsfondsen door Delta Lloyd worden aangepast. Voor de meest actuele info zie www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen. Beleggingsfondsen Uit de onderstaande beleggingsfondsen kan de (gewezen) deelnemer die volgens zijn zelf bepaalde beleggingsbeleid belegt een keuze maken: -
Delta Lloyd Deelnemingen Fonds B Delta Lloyd Europees Deelnemingen Fonds Delta Lloyd Select Dividend D Delta Lloyd Investment Fund Delta Lloyd Rente Fonds B Delta Lloyd Dollar Fonds Delta Lloyd Mix Fonds Delta Lloyd Deposito Fonds Delta Lloyd L Global Fund B Delta Lloyd L Global Property Fund B Delta Lloyd L Cyrte Global Fund B Delta Lloyd L Money Market Fund B Delta Lloyd ProfielMixfonds 1 Delta Lloyd Index Mixfonds 1 Delta Lloyd Index Mixfonds 2 Delta Lloyd Index Mixfonds 3 Delta Lloyd Actief Mixfonds 1 Delta Lloyd Actief Mixfonds 2 Delta Lloyd Actief Mixfonds 3 De Pensioenstabilisator Triodos Sustainable Mixed Fund
Op www.deltalloyd.nl/pensioenbeleggen kan de (gewezen) deelnemer gedetailleerde informatie terugvinden over deze fondsen. Hier worden ook de dagelijkse fondskoersen gepubliceerd. De verzekeraar adviseert (gewezen) deelnemers altijd de Lifecycle te gaan volgen die bij hun vastgestelde risicoprofiel past! Rendementsgarantie De (gewezen) deelnemer die volgens zijn zelf bepaalde beleggingsbeleid belegt in een van de volgende beleggingsfondsen, kan de verzekeraar schriftelijk verzoeken een van de volgende rendementsgaranties te verlenen bij: Naam fonds ProfielMixfonds 1
|
Rendementsgarantie
| |
inleggarantie
| |
Vergoeding
| |
|
1% van de ingelegde premie | |
|
Een (gewezen) deelnemer kan de rendementsgarantie voor toekomstige premies door de verzekeraar laten vervallen op zijn schriftelijk verzoek.
Versie 01052015 DLL 2.0
34
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT Voorwaarden van de inleggarantie in het Delta Lloyd ProfielMixfonds 1 Indien de (gewezen) deelnemer die volgens zijn zelf bepaalde beleggingsbeleid belegt daartoe schriftelijk de wens te kennen heeft gegeven aan de verzekeraar, verleent de verzekeraar een rendementsgarantie van 0% over het (deel) van het vermogen dat de (gewezen) deelnemer in het Delta Lloyd ProfielMixfonds 1 belegt, onder de voorwaarde dat de (gewezen) deelnemer het (deel van het) vermogen tot de pensioendatum in dat fonds belegt. Als de (gewezen) deelnemer die volgens zijn zelf bepaalde beleggingsbeleid belegt om de rendementsgarantie van 0% in het Delta Lloyd ProfielMixfonds 1 heeft verzocht en niet tot aan de pensioendatum belegt in het Delta Lloyd ProfielMixfonds 1, keert de verzekeraar de rendementsgarantie uit op de datum waarop: waardeoverdracht plaatsvindt op grond van gebruikmaking van de (gewezen) deelnemer van zijn wettelijk recht op waardeoverdracht; de (gewezen) deelnemer overlijdt als er een uitkering van een restitutie plaatsvindt; de verzekeraar de verzekering afkoopt wegens gering bedrag.
Versie 01052015 DLL 2.0
35
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2 Bijlage 3
PENSIOENREGLEMENT Flexibiliseringsfactoren De flexibiliseringsfactoren die zijn opgenomen in deze bijlage gelden voor de richtpensioenleeftijd 67. Ze zijn toepasbaar bij niet stijgende pensioenen. De factoren behorende bij stijgende pensioenen worden op verzoek van de (gewezen) deelnemer door de verzekeraar aan de (gewezen) deelnemer verstrekt. Bij tussenliggende leeftijden wordt lineair geïnterpoleerd, tenzij in de tabel maandfactoren zijn vermeld. De factoren die zijn opgenomen in deze bijlage zijn geldig tot 01.01.2016. Na afloop van deze periode gelden de door de verzekeraar vast te stellen tabellen. De verzekeraar heeft het recht de genoemde tabellen te wijzigen indien: de herziening geschiedt op grond van een aanwijzing daartoe in wettelijke regelingen of bepalingen; de herziening verband houdt met het van kracht worden of het van kracht zijn van een wettelijke regeling of een wijziging van een wettelijke regeling. Uitruil partner- in ouderdomspensioen De bij de diverse leeftijden op pensioendatum behorende ruilvoeten zijn: Leeftijd
57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70
Levenslang partnerpensioen in ouderdomspensioen 6,4% 6,7% 7,0% 7,3% 7,7% 8,0% 8,3% 8,7% 9,1% 9,5% 9,9% 10,4% 10,9% 11,3%
Een ruilvoet van 9,9% bij een pensioendatum van 67 wil zeggen dat voor iedere € 1.000,- levenslang partnerpensioen € 99,- aan ouderdomspensioen kan worden verkregen.
Versie 01052015 DLL 2.0
36
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Hoog-laag ouderdomspensioen Tabel voor de eerste periode hoog en de tweede periode laag ouderdomspensioen Leeftijd
57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70
Factor bij een eerste tijdvak van 5 jaar 100:75 1,208 1,206 1,204 1,201 1,199 1,197 1,194 1,191 1,188 1,185 1,181 1,178 1,174 1,169
100:85 1,110 1,109 1,108 1,107 1,106 1,104 1,103 1,102 1,100 1,098 1,097 1,095 1,093 1,090
Factor bij een eerste tijdvak van 10 jaar 100:75 1,127 1,124 1,121 1,118 1,115 1,111 1,107 1,103 1,099 1,095 1,090 1,085 1,080 1,075
100:85 1,068 1,066 1,065 1,063 1,061 1,059 1,057 1,055 1,053 1,050 1,048 1,045 1,042 1,039
Een factor van 1,181 bij pensioenleeftijd 67 die geldt bij de verhouding 100:75 bij een eerste tijdsvak van 5 jaar betekent dat voor iedere € 1.000,- direct ingaand ouderdomspensioen € 1.181,- ouderdomspensioen gedurende 5 jaren wordt uitgekeerd en vervolgens € 886,- (75% van € 1.181,-). Laag-hoog ouderdomspensioen Tabel voor de eerste periode laag en de tweede periode hoog ouderdomspensioen Leeftijd
57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70
Factor bij een eerste tijdvak van 5 jaar 75:100 0,805 0,806 0,807 0,808 0,810 0,811 0,813 0,815 0,816 0,818 0,821 0,823 0,826 0,828
85:100 0,886 0,887 0,888 0,889 0,889 0,890 0,891 0,892 0,894 0,895 0,896 0,898 0,899 0,901
Factor bij een eerste tijdvak van 10 jaar 75:100 0,855 0,857 0,859 0,862 0,864 0,867 0,870 0,873 0,876 0,880 0,884 0,888 0,892 0,897
85:100 0,917 0,919 0,920 0,922 0,923 0,925 0,927 0,929 0,931 0,933 0,935 0,937 0,940 0,943
Een factor van 0,935 bij pensioenleeftijd 67 die geldt bij de verhouding 85:100 bij een eerste tijdsvak van 10 jaar betekent dat voor iedere € 1.000,- direct ingaand ouderdomspensioen € 935,- ouderdomspensioen gedurende 10 jaren wordt uitgekeerd en vervolgens € 1.100,- (100/85 van € 935,-).
Versie 01052015 DLL 2.0
37
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2 Bijlage 4
PENSIOENREGLEMENT Afkoop kleine pensioenen De afkoopfactoren die zijn opgenomen in deze bijlage gelden bij een richtpensioenleeftijd van 67 jaar. Bij tussenliggende leeftijden wordt lineair geïnterpoleerd. De afkoopfactoren gelden na twee jaar na einde deelnemerschap De factoren die zijn opgenomen in deze bijlage zijn geldig tot 01.01.2016. Na afloop van deze periode gelden de door de verzekeraar vast te stellen tabellen. De verzekeraar heeft het recht de genoemde tabellen te wijzigen indien: de herziening geschiedt op grond van een aanwijzing daartoe in wettelijke regelingen of bepalingen; de herziening verband houdt met het van kracht worden of het van kracht zijn van een wettelijke regeling of een wijziging van een wettelijke regeling. Afkoopfactoren van een direct ingaande uitkering van levenslang partnerpensioen die met 2% samengesteld stijgt Leeftijd Factor LeefFactor LeefFactor tijd tijd 21 36,370 48 25,966 75 10,687 22 36,083 49 25,467 76 10,111 23 35,790 50 24,962 77 9,547 24 35,491 51 24,449 78 8,995 25 35,185 52 23,930 79 8,459 26 34,872 53 23,404 80 7,940 27 34,551 54 22,872 81 7,440 28 34,224 55 22,334 82 6,959 29 33,889 56 21,790 83 6,497 30 33,546 57 21,239 84 6,054 31 33,195 58 20,683 85 5,629 32 32,837 59 20,122 86 5,224 33 32,471 60 19,555 87 4,838 34 32,096 61 18,984 88 4,474 35 31,713 62 18,409 89 4,133 36 31,322 63 17,829 90 3,816 37 30,923 64 17,245 91 3,525 38 30,515 65 16,658 92 3,259 39 30,098 66 16,067 93 3,019 40 29,672 67 15,473 94 2,800 41 29,238 68 14,875 95 2,599 42 28,796 69 14,274 96 2,416 43 28,345 70 13,672 97 2,244 44 27,885 71 13,068 98 2,078 45 27,417 72 12,466 99 1,914 46 26,941 73 11,866 100 1,767 47 26,458 74 11,273 Een factor van 8,995 betekent dat voor een uitkering van €1.000,- partnerpensioen de afkoopwaarde € 8.995,- bedraagt.
Versie 01052015 DLL 2.0
38
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Afkoopfactoren van een niet ingegaan bijzonder partnerpensioen Leeftijd Factor Leeftijd Factor 21 0,673 48 1,924 22 0,699 49 1,990 23 0,727 50 2,056 24 0,756 51 2,122 25 0,787 52 2,189 26 0,819 53 2,255 27 0,852 54 2,322 28 0,887 55 2,389 29 0,923 56 2,455 30 0,962 57 2,522 31 1,002 58 2,587 32 1,043 59 2,652 33 1,087 60 2,716 34 1,131 61 2,779 35 1,178 62 2,840 36 1,227 63 2,899 37 1,277 64 2,956 38 1,328 65 3,011 39 1,382 66 3,063 40 1,437 67 3,113 41 1,493 68 3,160 42 1,551 69 3,204 43 1,610 70 3,245 44 1,671 71 3,281 45 1,733 72 3,312 46 1,795 73 3,336 47 1,859 74 3,352 Een factor van 3,011 betekent dat voor een bijzonder partnerpensioen van €1.000,- de afkoopwaarde €3.011,- bedraagt.
Versie 01052015 DLL 2.0
39
Inhoud Uitvoeringsovereenkomst Pensioen Continu Plan Nettopensioen Bijlage 2
PENSIOENREGLEMENT
Afkoopfactoren van een direct ingaande uitkering van wezenpensioen die met 2% samengesteld stijgt Uitkering tot Uitkering tot 18 jaar met 21 jaar met uitbreiding naar Uitbreiding 27 jaar naar 27 jaar Leeftijd 0 18,117 19,062 1 17,498 18,464 2 16,841 17,826 3 16,169 17,174 4 15,483 16,509 5 14,784 15,830 6 14,070 15,137 7 13,342 14,430 8 12,599 13,709 9 11,841 12,973 10 11,068 12,223 11 10,280 11,458 12 9,476 10,677 13 8,656 9,881 14 7,819 9,069 15 6,966 8,241 16 6,095 7,396 17 5,208 6,534 18 4,302 5,655 19 3,845 4,759 20 3,378 3,845 21 2,912 2,912 22 2,436 2,436 23 1,961 1,961 24 1,475 1,475 25 0,990 0,990 26 0,495 0,495 Een factor van 0,495 betekent dat voor een wezenpensioen van €1.000,- de afkoopwaarde €495,- bedraagt.
Versie 01052015 DLL 2.0
40