OPLEIDINGSPLAN POSTHBO-CURSUS MEDIACOACH OPZET & UITGANGSPUNTEN VAN DE OPLEIDING De cursus Mediacoach Openbare Bibliotheek is een door Saxion verzorgde posthbo-cursus, die in deeltijd gevolgd wordt. De cursus is bedoeld voor bibliotheekmedewerkers die (beoogd) mediacoach zijn binnen hun bibliotheek, die beschikken over een hbo werk- en denkniveau, en de gelegenheid hebben om binnen hun werk een concreet mediacoachings/mediawijsheidproject op te zetten. De Mediacoach die de opleiding met goed gevolg heeft afgerond, is in staat succesvol mediacoachingsdiensten aan te bieden aan diverse doelgroepen. In de opleiding leert de cursist om zélf mediawijsheidprojecten op te zetten (bijv. voor ouders, jongeren, allochtonen, etc.), dan wel andere professionals (bijv. leerkrachten, buurtwerkers, etc.) te adviseren en ondersteunen bij hun mediawijsheidprojecten. De cursus heeft een belangrijke praktijkcomponent, doordat de cursist geacht wordt naast de nominale cursusuren zelf één concreet mediawijsheidproject te ontwikkelen dan wel anderen daarbij te begeleiden en ondersteunen.
COMPETENTIES VAN DE MEDIACOACH Competenties
Passief
Actief
De Mediacoach:
Informatiecompetenties
heeft inzicht in de plaats van informatie in de huidige samenleving kent de belangrijkste theorieën en inzichten over het zoeken en vinden van informatie is op de hoogte van recente informatietechnologische ontwikkelingen
kan de kwaliteit en betrouwbaarheid van informatie beoordelen kan systematisch informatie vinden, selecteren en bewaren kan omgaan met diverse nieuwe informatietechnologieën
Mediacompetenties
is op de hoogte van ontwikkelingen op het gebied van de nieuwe media, en van de impact daarvan op de leefwereld van mensen anno 2009: (off- & online) gaming web 2.0 (forums; Wikipedia; YouTube) digitale commercie (Marktplaats; eBay; webporno; televoting; etc.) digitale identiteitsvorming social software (Hyves, LinkedIn, MSN; SugaBabes; Twitter, etc.) mobiele technologie (sms; mms; iPhone; 3G-internet) kent de belangrijkste theorieën en inzichten aangaande de kansen, gevaren en uitdagingen van de gemedialiseerde samenleving
is in staat diverse nieuwe media actief te gebruiken: (off- & online) gaming web 2.0 (forums; Wikipedia; YouTube) social software (Hyves, LinkedIn, MSN; Twitter, etc.) mobiele technologie (sms; mms; iPhone; 3G-internet) heeft een onderbouwde visie op de kansen, gevaren en uitdagingen van de gemedialiseerde samenleving
Coachingscompetenties
heeft kennis van diverse vormen van (groeps)begeleiding & coaching
2
kan de achtergrond van de doelgroep analyseren draagt bij aan bewustwording en zelfsturing van de doelgroep op basis van hun ondersteuningsvraag kan diverse vormen van (groeps)begeleiding inzetten
Innovatie- & implementatiecompetenties
kent de belangrijkste inzichten en modellen op het gebied van innovatiestrategieën
kan de wensen en behoeften van de doelgroep omzetten in een innovatieplan weet draagvlak te creëren voor een innovatie is in staat tot solide projectmanagement
Mediacoachingscompetenties
heeft kennis van de resultaten van empirisch mediawijsheid-onderzoek is conceptueel vertrouwd met mediaeducatieve concepten, modellen en theorieën is op de hoogte van bestaande mediaeducatie initiatieven in binnen- en buitenland
kan de doelgroep inzicht verschaffen in de rol en betekenis van de nieuwe media biedt de doelgroep de middelen aan om het eigen mediagedrag te kunnen plaatsen en indien gewenst bij te sturen reikt professionals begeleidingsvormen aan om mediacompetenties bij hun doelgroep te ontwikkelen is in staat een didactisch solide cursus op te zetten en te verzorgen
CURSUSOPZET & -STUDIEBELASTING Duur De cursus heeft een looptijd van begin maart 2011 tot eind december 2011, m.u.v. juli en augustus.
CURSUSDATA, -TIJDEN EN -LOKATIE De cursus zal verzorgd worden op Saxion de Deventer, op de dinsdagmiddag/-avond. De cursustijden zijn van 16.00 uur tot 20.00 uur. De data van de cursusbijeenkomsten zijn: 8/3, 22/3, 12/4, 26/4, 17/5, 31/5, 7/6, 21/6, 6/9, 20/9, 4/10, 11/10, 1/11, 15/11, 29/11. Plenaire bijeenkomsten Binnen deze periode zijn 15 plenaire bijeenkomsten ingepland, die elk vier uur duren. In de periodes tussen de plenaire bijeenkomsten wordt de cursist geacht tijd te besteden aan zelfstudie, (groeps)opdrachten en intervisie. Zelfstudie Gedurende de cursus bestudeert de cursist zelfstandig beschikbaar gestelde (digitale of geprinte) literatuur en (multimediale) online bronnen. Daarnaast wordt er gewerkt aan het project.
3
Opdrachten (individuele en/of groepsopdrachten) Na afloop van de cursusonderdelen stellen de docenten op de digitale leeromgeving opdrachten beschikbaar, die de cursist zelfstandig of groepsgewijs dient uit te voeren. Deze opdrachten zijn bedoeld om de in de cursus behandelde thema’s en de aangeboden cursusstof te relateren aan het eigen project. Zo wordt de cursist in stelling gebracht om zelfstandig de aangeboden stof productief te maken voor het eigen project. Voor de uitvoering van de opdrachten staat in totaal 148 uur. Intervisie Hierbij houden we ons niet strikt aan de regels van de intervisie. Het gaat erom binnen een groep cursisten elkaar scherp te houden door constructieve feedback te geven op elkaars werk en elkaar te voorzien van tips & tricks. De cursisten worden geacht ongeveer één uur per cursusonderdeel, ofwel 15 in totaal, aan intervisie te besteden. De totale studiebelasting bedraagt nominaal 378 uur, als volgt onderverdeeld:
Studiebelasting plenaire bijeenkomsten
60
voorbereiding & verwerking plenaire bijeenkomsten
15
zelfstudie: literatuur, internet- en andere mediabronnen
140
opdrachten
148
intervisie
15
totaal
378
Dit komt neer op een (gedurende de cursus) gemiddelde studiebelasting van ongeveer twaalf uur per week.
DIDACTIEK Competentiegericht De opleiding tot Mediacoach is competentiegericht, wat inhoudt dat de cursist actief aan de slag gaat met de ontwikkeling van de competenties die nodig zijn om een goede mediacoach te zijn. De opleiding begint dan ook met een intake, die resulteert in een persoonlijk ontwikkelplan. Competentiegericht opleiden betekent binnen deze cursus dat de ‘theorie’ gekoppeld wordt aan één grote praktijkopdracht (voor de eigen bibliotheek) en meerdere (samen met medecursisten) uit te voeren praktijkopdrachten.
4
Praktijkgestuurd De cursus krijgt voor de cursist vorm rond een (vanuit de eigen werksetting geïnitieerd) uit te voeren praktijkproject. Dit kan een project zijn waar de eigen bibliotheek al mee bezig was, of reeds plannen voor had, dan wel een geheel nieuw te bedenken en op te starten project. Van de cursist wordt verwacht een aansturende rol te hebben binnen dit project. Samenwerkend leren Gedurende de gehele opleiding wordt de cursist geacht samen te werken met medecursisten. Thematische instructie De kenniscomponent van de opleiding is thematisch gestructureerd. Dit betekent dat de cursist telkens rondom een bepaald thema (die elkaar uiteraard opvolgen) aan de ontwikkeling van verschillende competenties tegelijk werkt. Plenaire bijeenkomsten In de plenaire bijeenkomsten wisselen 1) powerpointpresentaties (door de docenten); 2) presentaties van resultaten van praktijkopdrachten door cursisten; 3) bespreking van gelezen literatuur; en 4) groepsdiscussies elkaar af. Zelfstudie Een deel van de opleiding besteedt de cursist aan zelfstudie van geprinte literatuur en (multimediale) online bronnen. Inter- en supervisie Ter ondersteuning van de eigen competentieontwikkeling is er gelegenheid voor (deels online) intervisie en begeleiding door de docenten. Afsluiting De cursist sluit de cursus af op basis van een gedurende de opleiding opgebouwd portfolio. Dit portfolio bevat: 1) uitgewerkte praktijkopdrachten; 2) beschouwingen over de praktijkopdrachten op basis van de bestudeerde literatuur; 3) periodieke zelfreflecties op de eigen competentieontwikkeling; en 4) een verslag van het eindproject.
CURSUSONDERDELEN De cursus bevat onderdelen die de cursisten in staat stellen om het project waaraan gewerkt wordt in de eigen organisatie a) te voorzien van een theoretisch kader en b) handvatten bieden om dat project uit te voeren . Daarnaast worden binnen de cursus in thema’s de diverse actuele aspecten van het medialandschap belicht. Binnen de onderdelen krijgt het onderwijs gestalte, en gaat de cursist via zelfstudie, groepssamenwerking en praktijkopdrachten aan de slag met de eigen competentieontwikkeling.
5
De cursusonderdelen zijn: 1
Introductie cursus + Projectmanagement 1: Introductie Voorstellen, uitleg werkwijze, organisatie, regels en toetsing Gelijk zetten van de verwachtingen-klok Projectmanagement: de “harde” kant: Plan van Aanpak / PID, faseren van projecten, etc …
2
Thema 1: De gemedialiseerde samenleving Het wereldwijde web De informatie tsunami Postmodernisme en hyperreality Ieder z’n eigen virtuele identiteit: Social software & digitale communities De generatie Einstein: Digital natives vs. digital immigrants
3
Projectmanagement 2 en Doelgroepen Projectmanagement: de “zachte” kant: Wat maakt een project succesvol? Doelgroepen: Welke zijn er, wat zijn de kenmerken, hoe analyseer je de eigenschappen van een doelgroep en breng je eisen en wensen van een doelgroep in kaart?
4
Thema 2: Gevaren en uitdagingen van de gemedialiseerde samenleving Tussen hemel en aarde? Leven in een game Het digitale schemerduister: cybercrime Mag het ietsje... Van mediaholic naar mediagenieter
5
Innovatie 1 Wat is innovatie? Wat voor type personen zijn innoveerders?
6
Thema 3: Kansen van de gemedialiseerde samenleving De wereld is één muisklik ver Leven 2.0
7
Didactiek 1 De theorie Hoe maak je een didactisch werkplan voor een doelgroep?
8
Verandermanagement De theorie van verandermanagement Hoe krijg je de organisatie zo in beweging dat je project goed wordt geïmplementeerd? Kweken van commitment, omgaan met weerstand en verdergaan na tegenslagen.
9
Thema 4: Het mediawijsheidlandschap Meer mediacompetentie: Speerpunt van overheidsbeleid Initiatieven in het buitenland Een reis door de Mediawijsheidkaart Who’s the boss? De grenzen van mediacompetentie
6
10
Innovatie 2 Verdieping van het onderwerp Innoveren met subsidie? Creativiteitstechnieken om tot innovaties te komen
11
Didactiek 2 De theorie 2 Verdere verdieping voor het didactische werkplan
12
Thema 5: De taak van de openbare bibliotheek I Van boek naar notebook? Van boek naar ebook? (Media)Coachingsvaardigheden 1 Coachingstheorieën Het coachen van een (doel)groep 1
13
14
Didactiek 3 (digitale) Welke specifieke aandachtspunten zijn er vanuit de theorie en de praktijk als het gaat om het laten werken van een doelgroep met digitale hulpmiddelen?
15
(Media)Coachingsvaardigheden 2 Coachingstheorieën (verdieping en verbreding) Het coachen van een (doel)groep 2
DIGITALE LEEROMGEVING Binnen de opleiding zal intensief gebruikt gemaakt worden van het concept van ‘blended learning’, dat wil zeggen: deels online onderwijs ter aanvulling op het reguliere contactonderwijs. Daartoe wordt door Saxion een digitale leeromgeving ingericht. Tevens bouwen de cursisten zelf een wiki.
LITERATUUR Gedurende de cursus zullen de docenten geprinte literatuur en multimediale en online bronnen aandragen die de cursisten geacht worden zelfstandig te bestuderen (individueel dan wel in groepsverband). Een deel daarvan is verplichte stof voor alle cursisten; een ander deel zal als individuele keuzestof ter verdieping worden aangeboden. De docenten zullen, afhankelijk van het project van de cursist en de (in het persoonlijk ontwikkelplan vastgestelde) ontwikkelspeerpunten, de cursisten daarbij individueel adviseren. Aangezien een aanzienlijk deel van de literatuur alleen in het Engels beschikbaar is, dient de cursist Engelstalige (theoretische) teksten te kunnen lezen.
7
HET PROJECT Iedere cursist wordt geacht zelfstandig, naast en gekoppeld aan de cursus, een mediacoachings- of mediawijsheidproject uit te voeren. De criteria voor dit project zijn:
de cursist dient dit project zelfstandig (uiteraard met behulp van de eigen werkgever en persoonlijke coach, zie hieronder) te initieren het project heeft een ruime looptijd en loopt gedurende de cursusduur ten minste zes maanden de werkgever faciliteert het project de cursist besteedt gedurende de cursusduur bij voorkeur minimaal 0,2 fte maar ten minste 0,1 fte aan het project het project heeft een substantiële mediawijsheid-/mediacoaching-/media-educatie component de cursist heeft een aansturende rol binnen het project het project is innoverend (dus geen duplicaat van een bestaand initiatief)
Bij aanvang van de cursus zullen cursusleiders gezamenlijk met de cursisten het project beoordelen op geschiktheid voor de cursusdoeleinden. Dit kan eventueel leiden tot een verzoek van de cursusleiding om het project aan te passen of uit te breiden. Bij voorkeur bij aanvang van de cursus doch uiterlijk een maand na aanvang van de cursus dient de projectbeschrijving, vastgesteld en geaccordeerd door de eigen leidinggevende, aan de cursusleiding overlegd te zijn. Het achterwege blijven hiervan kan aanleiding zijn voor de cursusleiding tot een negatief cursusadvies (zie Toetsing en beoordeling).
PERSOONLIJKE COACH Iedere cursist wordt geacht een eigen persoonlijke coach te werven, die gedurende de cursus voor de cursist kan dienen als aanspreekpunt voor het eigen uit te voeren project. Van deze persoonlijke coach wordt enige senioriteit, kennis van het veld en ervaring in projectmanagement gevraagd. De persoonlijke coach kan een directe leidinggevende zijn, maar ook iemand met een andere functie binnen het eigen werkveld. Bij het werven van een eigen coach is het raadzaam een professional te kiezen die de tijd heeft zich in het uit te voeren project te verdiepen en die bereid is tijd te besteden aan de coaching. De persoonlijke coach dient bij voorkeur reeds op het moment van de digitale intake, maar in ieder geval uiterlijk één maand na aanvang van de cursus bekend te zijn. De werving van de eigen coach is de verantwoordelijkheid van de cursist zelf. Voor advies en vragen omtrent de persoonlijke coach kunt u contact opnemen met de cursuscoördinator namens de VOB (zie Organisatie).
BEGELEIDING Problemen in het project waar de cursist tegenaan loopt worden in eerste instantie besproken met de eigen persoonlijke coach en medecursisten. Pas daarna is het mogelijk om dit probleem aan de docent voor te leggen. De docent is echter niet bedoeld als probleemoplosser voor deze zaken. De leerstof en praktijkgerichte opdrachten bieden normaliter voldoende houvast om deze problemen op te lossen, waarbij de persoonlijke coach en de medecursisten als helpers fungeren. 8
Inhoudelijke vragen over de cursusstof kan de cursist bespreken met medestudenten, in intervisie en/of via de digitale leeromgeving. Pas daarna is het mogelijk de vragen aan de docenten en/of cursusleiders voor te leggen.
TOELATINGSEISEN EN INTAKE Voor deelname aan de cursus gelden onderstaande toelatingseisen, die bij de intake gecheckt worden. De cursist: beschikt aantoonbaar over een hbo denk- en werkniveau, normaliter blijkend uit een hbo-diploma (maar ook mogelijk op basis van eerder verworven kennis en opgedane werkervaring) is intrinsiek gemotiveerd voor het volgen van de cursus heeft voldoende tijd voor het deelnemen aan de cursus; werk- noch privéomstandigheden vormen een belemmering voor succesvolle deelname beschikt bij aanvang van de cursus over een door zijn/haar leidinggevende geschreven beschikking waaruit blijkt dat de cursist binnen de eigen werksetting een project op het gebied van mediawijsheid aan het uitvoeren is, of binnen een maand na aanvang van de cursus daarmee van start kan gaan. Dit project dient van zodanige omvang te zijn dat de cursist hier bij voorkeur ten minste een dag per week, maar in ieder geval ten minste een dagdeel per week mee bezig is, waarvoor hij/zij ook de ruimte van de werkgever krijgt. beschikt binnen de eigen werkkring over een persoon die als coach/sparringpartner kan dienen voor het uit te voeren project is in staat Engelstalige (theoretische) teksten te bestuderen. De cursist doet mee aan een ingangsassessment om zijn/haar competenties op het gebied van media(wijsheid)coaching vast te kunnen stellen. Dit assessment wordt gebruikt om de cursist aanwijzingen te geven over de onderwerpen die door deze cursist als zwaartepunt/meest belangrijk moeten worden opgevat.
TOETSING EN EINDBEOORDELING In de regel is aan ieder van de zestien cursusonderdelen één of meerdere opdrachten verbonden. Deze opdrachten worden door de betreffende docenten, voorzien van feedback, beoordeeld als ‘onvoldoende’, ‘voldoende’ of ‘goed’. Voor het met goed gevolg afronden van de cursus dient de cursist op elk van de opdrachten een voldoende te hebben behaald. Bij een eventuele onvoldoende wordt de cursist in de gelegenheid gesteld de opdracht opnieuw uit te voeren en in te leveren. Blijft het resultaat onvoldoende, dan kan de cursusleiding besluiten tot een negatief cursusadvies. Dit betekent dat de cursist geadviseerd wordt de cursus voortijdig te beëindigen. Dit advies is niet bindend. Besluit de cursist de cursus desondanks te willen voortzetten, dan krijgt de cursist nog één keer de gelegenheid de opdracht opnieuw aan te leveren. Een derde beoordeling als ‘onvoldoende’ leidt automatisch tot het niet verlenen van het cursusdiploma. Daarnaast dient de cursist een ‘voldoende’ of ‘goed’ beoordeling te behalen voor het eigen uitgevoerde project, te beoordelen via het projectverslag en de reflectie daarop. De
9
beschrijving van de criteria daarvoor worden kort na aanvang van de cursus beschikbaar gesteld. Bij de beoordeling staan de in de cursus te verwerven eindcompetenties centraal. Voor afronding van de cursus met het predicaat ‘cum laude’ dient de cursist op alle onderdelen, inclusief het project, een ‘goed’ beoordeling te hebben verkregen. Bent u het oneens met een beoordeling door een docent, dan wordt u verzocht zich te wenden tot de betreffende docent om tot een vergelijk te komen. Lukt dit niet, dan kunt u zich wenden tot de cursusleiders ter bemiddeling. Bij aanhoudende geschillen kunt u zich schriftelijk wenden tot de cursuscoördinatoren, die na hoor van alle partijen een gemotiveerde, bindende uitspraak zullen doen. De student krijgt na het opstellen van het persoonlijk ontwikkelplan een instrument aangereikt om de eigen competentieontwikkeling te monitoren. Halfweg de cursus zal dit instrument onderwerp zijn van reflectie en overleg tussen cursusleiding en cursist, waarna het ontwikkelplan eventueel bijgesteld kan worden.
EVALUATIE De cursusleiding stelt veel prijs op de bevindingen van de cursisten. Halverwege en aan het einde van de cursus zullen de cursisten daarom gevraagd worden mee te werken aan een evaluatie. Indien er gedurende de opleiding vragen, wensen, opmerkingen etc. leven nodigt de cursusleiding cursisten van harte uit van deze direct kenbaar te maken aan een van de cursusleiders (zie Organisatie).
PRIJS De cursusprijs is € 1975,- per cursist
AANMELDING EN INFORMATIE U kunt zich aanmelden voor deze opleiding op de website http://cii.saxion.nl/Transfer (kies daar links op de pagina voor het aanmeldformulier en kies de juiste opleiding). Voor aanvullende vragen of informatie kunt u terecht bij: Drs. Theo Lansink Saxion Hogescholen 053 – 4871440 06-51298280
[email protected]
10