opinionleader.nl Instituut voor onderzoeksjournalistiek
1. Ter inleiding: over het ‘waarom’ Kranten, opniniebladen, TV- en radiostations staan onder druk. Door de komst van internet is niet alleen de distributie van journalistieke producten compleet over de kop gegaan, maar is tevens de wijze waaróp nieuws wordt gemaakt drastisch veranderd. De snelle afname van betalende gebruikers is pijnlijk voelbaar. Daar kwam de recessie overheen, met teruglopende fondsen en subsidies als gevolg. Het onderwerp onderzoeksjournalistiek, toch al een ondergeschoven kindje bij veel uitgevers, kwam daardoor nóg meer onder druk te staan.
over het vloeibaar maken van de journalistiek
Met de komst van wat wel ‘liquid journalism’ wordt genoemd is niet alleen de distributie, maar ook het journalistieke vak zélf veranderd. De term komt van mediawetenschapper Mark Deuze. Hij doelt er mee op het verdwijnende onderscheid tussen enerzijds journalisten - die het nieuws produceren - en anderzijds hun publiek - dat het nieuws consumeert. Het wordt ook wel aangeduid met de term ‘burgerjournalistiek’. Doordat vrijwel iedereen permanent nieuws kan consumeren, maar óók de technische mogelijkheid heeft om zélf nieuws te maken en te uploaden is er een nieuw landschap ontstaan, waarbij de grenzen tussen professionals en amateurs; tussen makers en gebruikers vervagen. Dat door de komst de oplages van kranten (en ook: de abonneebestanden en advertentie-inkomsten) over de gehele linie sterk afnemen is een voldongen feit. Dat hiermee ook de budgetten krimpen en er nieuwe wegen gevonden moeten worden voor het op peil houden van serieuze journalistieke productie óók. De opkomst van liquid journalism kan hierbij beschouwd worden als een kans (meer leveranciers van nieuws, tegen lage kosten), maar ook een bedreiging. Journalistieke principes kunnen bijvoorbeeld in het gedrang komen wanneer Jan en alleman massaal over gaat tot het uploaden van nieuws. Denk aan zorgvuldig bronnenonderzoek en het toepassen van hoor en wederhoor.
Betekent dit het einde van de professionele journalist, als waakhond en ‘duider’ van de samenleving? Nee, want er zijn nog méér kansen. Professionele journalisten, geholpen door specialisten op het gebied van communicatie, media en social media, zouden een andere rol op zich kunnen en moeten nemen. Meer dan ooit zouden journalisten de samenwerking moeten zoeken met betrokken individuen en groepen uit de samenleving. Participanten die om diverse redenen bevlogen zijn om zaken te onderzoeken en in de openbaarheid te brengen, los van de strikte noodzaak om hier een direct een ‘verdienmodel’ op los te laten. De journalist, in een nieuwe rol als coach en verbinder. Als inspirerende bemiddelaar tussen het journalistieke gilde en de naar openheid hongerige samenleving. Dat is wat het Instituut voor onderzoeksjournalistiek biedt: een partnership tussen participerend publiek en professionele journalisten. Met als doel: innoverende onderzoeksjournalistiek. Het middel: een klein en flexibel instituut: 1) dat een online platform biedt voor de digitale begeleiding (e-learning) van iedere burger die een bepaald onderwerp onderzoekt en er over publiceert, maar die hierin professioneel begeleid wil worden, om daarmee sneller een brug te kunnen slaan naar serieuze mediakanalen 2) waar stagiairs journalistiek en communicatie professioneel worden begeleid op het gebied van onderzoeksjournalistiek en het toepassen van nieuwe middelen en bronnen 3) professionele journalisten en mediapartijen onderzoeksdiensten kunnen afnemen
2. Onderzoeksjournalistiek
3. Best practises
Hoe is het vandaag de dag met de onderzoeksjournalistiek in Nederland? De behoefte bij het publiek is er. In een wereld, waar sociale, culturele en economische structuren regelmatig ernstig ontwricht raken willen we feiten weten én begrijpen. Maar: hoe denken media-uitgevers er over? Heeft het onderwerp prioriteit? Nee, zo stelt onder andere de opiniewebsite ‘denieuwereporter.nl’:
Kortom: media staan onder druk en hebben nauwelijks tot geen budget voor onderzoeksjournalistiek. Enkele best practises zijn er wél. In Nederland kennen we bijvoorbeeld een initiatief als Follow the Money (www.ftm.nl), een collectief dat kant en klare onderzoeksartikelen levert op bestelling. Maar, Follow the Money is in feite niets anders dan een collectief van professionals. De vraag is: waar is de burgerparticipatie? Waar zijn de ‘liefhebbers’ waar denieuwereporter.nl op doelt? De mensen ‘die erop los ‘wobben’, twitteren, facebooken en mailen?’ Ze blijven nagenoeg onzichtbaar.
“Onderzoeksjournalistiek is zo nu en dan het paradepaardje geweest van uitgevers, in de tijd dat hun economische macht booming was […]. Toen de uitgevers onder invloed van de veranderende wereld gingen bezuinigen, was die rare onderzoeksjournalist de eerste die weer achter politieberichten aan moest gaan bellen, omdat de hoofdredacteur vond dat daar meer lezers mee te halen waren. Wie doen er tegenwoordig dus onderzoek? Dat zijn individuen of teams van vrienden en geestverwanten die in hun vrije tijd, of gefinancierd door een paar liefhebbers, erop los ‘wobben’, twitteren, facebooken en mailen. En die soms op Google kijken. Het zijn nog muisjes in het grote stervende oerbos van mega-uitgevers, maar zo begonnen de zoogdieren ook terwijl de dinosauriërs om hen heen aan hun eigen overgewicht door het ijs zakten.”
Publieksparticipatie bij het produceren van journalistieke producten staat dan ook nog in de kinderschoenen. Tijdens een debat over onderzoeksjournalistiek, georganiseerd door de Belgische onderzoeksjournalistieke website Apache.be, concludeerden ook de forumleden uit België en Nederland dat een daadwerkelijk co-makerschap tussen publiek en journalistiek in Nederland en België maar langzaam van de grond komt: “Iedereen heeft de mond vol van crowdsourcing waarbij de collectieve kracht van gemotiveerde lezers wordt gebruikt als onderzoeksjournalistieke tool […]. En toch gebeurt het in het Nederlands taalgebied, bij gebrek aan een uitgebalanceerd verdienmodel nauwelijks. Belgische en Nederlandse journalisten lijken gedoemd om met een mengeling van bewondering en afgunst naar buitenlandse voorbeelden zoals het Amerikaanse Pro Publica, het Franse Mediapart of de Britse Guardian te kijken: nieuwe media -of, in het geval van de Guardian oude media die zichzelf grondig vernieuwen- die met spraakmakend onderzoekswerk belangwekkende dossiers op tafel leggen.” Combinaties tussen professionele journalisten en ‘burgers’ ontwikkelen zich, maar het is een zich langzaam ontwikkelende markt. De reeds genoemde Britse krant The Guardian is er mee
beroemd geworden toen men in juni 2009 het publiek opriep om gezamenlijk meer dan 458.000 (!) declaraties van parlementsleden te controleren. Dat leverde tal van onthullingen op over ongeoorloofde declaraties. Een kleinschaliger voorbeeld: in Amerika liet onderzoeksjournaliste Wendy Norris via een tweet 17 vrijwilligers onderzoeken of de geruchten klopten dat condooms bij drogisterijen vrijwel alleen onder de toonbank werden verkocht (hetgeen in het licht van het bevorderen van veilige seks onder jongeren een grote hinderpaal zou zijn). Het tegendeel bleek waar te zijn. Ook mag het Engelse project helpmeinvestigate.com genoemd worden, de uitgebreide website waarmee Paul Bradshaw, docent online journalistiek aan de Birmingham City University regelmatig het publiek via social media oproept om data aan te leveren die kunnen helpen bij journalistiek onderzoek, onder andere naar onderwijsgerelateerde onderwerpen. Tijdens een jaarcongres van de Vereniging van Onderzoeksjournalisten (VVOJ ) sprak de journalist over deze manier van ‘crowdsourcing’. Bradshaw stelde dat je, door gebruik te maken van sociale media, contact krijgt met je publiek en de belangstelling voor journalistiek werk vergroot. De journalist wees er op dat je als journalist er altijd op moet letten of er voldoende publieke expertise is over het onderwerp dat je wilt onderzoeken.
4. Grenzen vloeibaar maken Op basis van het voorafgaande enkele vaststellingen: onderzoeksjournalistiek is tijdrovend en dus kostbaar. En daarmee: niet populair bij uitgevers. Waar zitten nu exact de kosten? Bij onderzoeksjournalistiek is met name het verzamelen van data en het checken van feiten tijdrovend. Vaak: té tijdrovend, althans voor de media die iedere dag de druk voelen van de markt. Toch neemt de behoefte aan onafhankelijk journalistiek onderzoek toe. En: door het internet en de snelle opkomst van social media is de actieve betrokkenheid van het publiek groter dan ooit, ook op journalistiek of semi-journalistiek gebied.
De toekomst van de journalistiek ligt daarom in ‘co-creatie’. Waarbij journalisten het publiek niet alleen als leverancier van data inzetten, maar tevens laten participeren als mede-journalist. Dit onder professionele begeleiding. Wanneer een groep bevlogen ‘liefhebbers’ onder begeleiding van één of meerdere professionele journalisten een journalistieke onderzoeksvraag kan uitwerken zou dit onderzoek zorgvuldiger, breder en dieper uitgevoerd kunnen worden. En: kunnen onderzoeksvragen vanuit meer invalshoeken worden belicht. De kwaliteit van het journalistieke totaalproduct gaat er mee omhoog. De pluriformiteit van de journalistiek wordt er mee verstevigd.
5. Fryslân Het is dan ook waar Alexander Pleijter, Lector journalistiek & innovatie at Fontys Hogeschool Journalistiek in Tilburg op het platform ‘denieuwereporter.nl’ voor pleit: “De grenzen tussen de professionele journalistiek en het gewone publiek worden vloeibaar, beide werelden lopen steeds meer in elkaar over. Deze ontwikkeling kan je met afgrijzen aanschouwen. Je kan je er tegen verzetten. Maar hij is onontkoombaar. Staak dus het verzet en ga op zoek naar mooie, nieuwe vormen van journalistiek. Laat je bijvoorbeeld inspireren door het onlangs gestarte experiment: de Altijd Wat Monitor van de NCRV. De redactie doet onderzoek naar allerlei maatschappelijke thema’s, zoals verspilling in de zorg. De voortgang van het onderzoek is volledig te volgen, compleet met aantekeningen, documenten, interviews en openstaande vragen. Het publiek kan zelf informatie toevoegen, ervaringen delen, interessante rapporten insturen, filmpjes onder de aandacht brengen en hun mening geven. Onder het motto: samen weten we meer. Het is vloeibare journalistiek in optima forma: transparant, interactief en maatschappelijk van belang.”
Hoe is de situatie in Fryslân? Ook hier is het vak van onderzoeksjournalistiek een ondergeschoven kindje. Initiatieven vanuit de professionele markt zijn spaarzaam. Daarbij komt dat die markt de afgelopen jaren minder pluriform is geworden. Het Friese journalistieke landschap wordt - grofmazig samengevat - bepaald door het NDC, met de Leeuwarder Courant en een grote groep HuisaanHuisbladen, het Friesch Dagblad, Omrop Fryslân en GPTV. Daarnaast zijn er met name voor ondernemers een aantal commerciële ‘sponsored magazines’ (zakenbladen) en bestaan er diverse websites, die met name lokaal of regionaal georiënteerd zijn (voorbeelden: Liwwadders; Waldnet) of gericht zijn op speciale doelgroepen (o.a. Suksawat van NDC). Verder zijn er op regionaal en lokaal niveau enkele kleinere spelers actie (oa. Harlinger Courant, Bildtse Post). Al deze partijen voelen de druk van de markt. Vanuit dat journalistieke medialandschap mogen daarom geen wonderen worden verwacht.
6. Platform voor onderzoeksjournalistiek in Fryslân Wat in het journalistieke medialandschap ontbreekt is een ‘umfeld’ waarbinnen onderzoeksjournalistiek en met name samenwerking tussen professionele journalisten en ‘burgerjournalistiek’ wordt mogelijk gemaakt. Dat is wat Opnionleader.nl wil bieden. Opinionleader.nl: 1) biedt een online platform voor de digitale begeleiding (e-learning) van iedere burger die een bepaald onderwerp onderzoekt en er over publiceert, maar die hierin professioneel begeleid wil worden 2) burgerjournalistiek wordt zo geholpen met het op niveau produceren van journalistieke onderzoekscontent 3) daarmee wordt een brug geslagen tussen burgerjournalistiek en serieuze media 4) biedt stagiairs journalistiek en communicatie professionele begeleiding op het gebied van onderzoeksjournalistiek en het toepassen van nieuwe middelen en bronnen 5) biedt professionele journalisten en mediapartijen hoogwaardige journalistieke onderzoeksdiensten die men facultatief en tegen geringe kosten kan afnemen
Het instituut kan in het verlengde nog andere functies vervullen. Opinionleader kan ook fungeren als: 1) regionale marktplaats voor het uitwisselen van vraag en aanbod op het gebied van onderzoeksvragen en beschikbare journalisten 2) platform voor crowdsourcing bij lopende projecten (publiek als toeleverancier van data)
In het volle besef dat het een experimentele vorm van journalistiek is wil Opnionleader.nl haar doelstellingen toch zo ‘SMART’ mogelijk maken. Het doel is: in 2013 te komen tot minimaal twee onthullende publicaties. Vervolgens vanaf 2014 en verder: minimaal vier onthullende journalistieke publicaties per jaar.
6.1 Bandbreedte 2013 Om het concept in de beginfase behapbaar te houden kiest Opnionleader.nl in het eerste jaar voor concentratie op vier segmenten: bedrijfsleven, (ondernemen), overheid, onderwijs en gezondheidszorg. In die segmenten worden projecten benoemd die nader journalistiek onderzoek behoeven. Opnionleader.nl streeft naar het stimuleren van journalistieke pluriformiteit in Fryslân. Het instituut staat dan ook open voor het samenwerken met alle Friese media.
6.2 Kennis Continuïteit van professionele begeleiding - zowel van stagiairs als online van ‘burgerjournalisten’- is geborgd door de founding fathers (zie bijlage), die hierover een convenant sluiten. Om kennis en kennisniveau te waarborgen wordt er samengewerkt met specialisten op het gebied van journalistiek, onderzoeksjournalistiek, social media en e-learning.
Workshops Ter bevordering van kennisdelen zal er jaarlijks ook in Fryslân een symposium worden georganiseerd en zullen jaarlijks minimaal twee hoogwaardige workshops worden aangeboden door nationaal bekende specialisten in een specifiek vakgebied. Onderwerpen die aan de orde kunnen komen zijn: crowdsourcing bij journalistieke producties, het gebruik van social media als bron bij datajournalistiek en onderzoeksjournalistiek en de grenzen van de wet. Onderwijs Er is geen Friese full time HBO-opleiding. Stagiairs journalistiek zullen daarom worden gezocht in het reguliere hogere- en academische onderwijs. Echter: ter verbreding van regionaal draagvlak en ter bevordering van de populariteit van onderzoeksjournalistiek in Fryslan zal nadrukkelijk ook de samenwerking worden gezocht met de Friese HBO’s. Studenten met een studiekeuze die in meer of mindere mate een relevante link heeft met journalistiek kunnen bij Opionleader.nl stage lopen.
6.3 Wie? Opinionleader.nl is een initiatief van journalisten Dieuwke Kroese, Henk Dilling en Menno Bakker. Een collectief dat een wetenschappelijke én journalistieke achtergrond combineert om snel en doorwrocht marktverkenningen te doen, trendanalyses te maken en opinies te verkennen. Zij vormen het dagelijks management van Opnionleader.nl.
Stichting Indien er fondsen en/of subsidies ter beschikking worden gesteld zal er een stichting worden opgericht, van waaruit Opnionleader.nl zal opereren. Het concept opinionleader.nl is een idee van Narvic Media & Communicatie. Dit bedrijf is in 2000 opgericht n Leeuwarden en ijvert er sinds tien jaar voor om relatiemagazines, customer magazines en zakenbladen te voorzien van journalistiek volwassen content, binnen de commerciële bandbreedte die hiervoor gegeven is. Het bedrijf pleit binnen het bedrijfsleven al acht jaar voor het inzetten van een onafhankelijkere journalistieke benadering bij publicaties. Het bedrijf treedt op als financiële founding father van Opnionleader.nl Tweede Founding Father is Novema BV in Grootegast, uitgever van onder andere de zakenbladen ‘Het ondernemersbelang’ en ‘Ondernemend Friesland’(OF). Derde Founding Father is Coolminds BV. Dit is een van de grootste internetbureaus van Fryslan, met ruime ervaring op het gebied van marketing en e-learning. Ter bevordering van pluriformiteit zal een Raad van Advies worden gevormd, bestaande uit vertegenwoordigers van Friese media, onderwijs, overheid en bedrijfsleven. Leden van de Raad van Advies keuren een nog op te stellen redactiestatuut goed en voorzien het management per halfjaar van feedback op lopende ontwikkelingen. Geen van de leden heeft een stem in de keuze van wel/niet te onderzoeken onderwerpen. De RvA-leden tekenen voor geheimhouding als het gaat om te onderzoeken projecten.
Een lidmaatschap van de Vereniging voor Onderzoeksjournalistiek (VVOJ), als ook participatie in diverse landelijke workshops en symposia is verplicht.
Dieuwke Kroese
Henk Dilling
Menno Bakker
6.4 Werkmethodiek Opinionleader.nl staat als informatiebron open voor iedere burger of professional die aan journalistiek wil doen. Wie wil participeren in een e-learning-traject dient zich in te schrijven en zich akkoord te verklaren met enkele regels, die met name de basisbeginselen van de journaslistiek betreffen. Opinionleader.nl hanteert strikt objectieve journalistieke spelregels om álles boven tafel te krijgen. Wanneer het instituut voor derden werkt wordt er dus niet meegewerkt aan het formuleren van voorgekookte conclusies. Er wordt een redactiestatuut geformuleerd, welke zal worden goedgekeurd door een onafhankelijke Raad van Advies. Keuze van te onderzoeken onderwerpen wordt bepaald door het management, op basis van vragen vanuit de markt (participerende partners, zoals media-instellingen, onderwijs, of anderen) of journalistieke relevantie.
8. Crowdsourcing, waarbij het publiek via social media nadrukkelijk wordt gestimuleerd om te participeren, zowel op het gebied van het aanleveren van data, als ook bij het aanleveren van journalistieke commentaren, of korte gespreksverslagen 9. Verslaglegging en publicatie
6.5 Voor wie? Media, onderwijs, bedrijven, burgers met journalistieke belangstelling
De gebruikelijke methode bestaat uit: 1. In samenwerking met partners/opdrachtgevers: vaststellen onderzoeksvraag 2. Of: beoordelen van onderzoeksprojecten van burgers die zich hebben ingeschreven 3. Eventueel: bij voorbaat aanbieden van het onderwerp aan belangstellenden (media-vertegenwoordigers) 4. Vaststellen van een planning 5. Starten van een e-learning-traject, bestaande uit plan van aanpak (zie verder), wekelijkse verslaglegging, professionele terugkoppeling van een begeleider, inzet van social media, zoals blog, Facebook, Twitter 6. Desk-research: een kritische analyse én samenvatting van de meest relevante eérdere onderzoeken op het betreffende gebied; 7. Kwalitatief onderzoek, waarbij in korte tijd de meest gezaghebbende opinion leaders in een bepaalde branche uitvoerig worden geïnterviewd
Narvic Media en Communicatie Foeke Sjoerdswei 38 8914 BH Leeuwarden
[email protected]