Op zoek naar de herkomst van Anthonie Temminck Genealogie van Anthonie Temminck, begraven Den Haag 28-10-1704 Samenstelling: Vic. Poolen
[email protected]
8 mei 2012
444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444444
Deel I: Op zoek naar de herkomst van Anthonie Temminck, begraven Den Haag 28-10-1704 Inleiding Op zoek naar de voorouders van mijn moeder Alida Temminck (1898-1993) kwam ik er al gauw achter dat er diverse families Temminck waren, naast families met de afwijkende schrijfwijzen Temmink en Temming. Daarbij nog een familie met de naam Temminghoff. Bij de volkstelling van 1947 bleek dat deze laatste een zeer beperkt aantal famileden omvatte, de overige families met een redelijk aantal. Het Meertens Instituut vermeldt op zijn website1 voor 2007 een hernieuwd aantal naamdragers. Samengevat als volgt, met de vermelding van de 3 provincies met de hoogste aantallen in 1947: Temminghoff
Temming
Temminck
Temmink
Totaal
Demming/k
1947
18
168
203
585
974
189
2007
38
434
260
1076
1808
256
1947
Overijssel: 12 Gelderland: 5 Limburg: 1
(W.-)Friesland:54 Utrecht:53 Gelderland: 49
Overijssel:70 Gelderland: 67 Utrecht: 19
Overijssel: 341 Gelderland: 157 N.-Holland: 32
Gelderland.: 115 (W.-)Friesland.: 24 Utrecht.: 16
Na de invoering van de burgerlijke stand tijdens de Franse tijd omstreeks 1810 liggen de schrijfwijzen van de familienamen redelijk vast. Voor de invoering van de burgerlijke stand werd de schrijfwijze per persoon aardig door elkaar gebruikt. Ook uit mijn onderzoek naar mijn familie Temminck blijken bovengenoemde naamsvarianten per persoon regelmatig voor te komen, zelfs tot de naam Temme toe bij een vroege generatie. Voor de diverse families Temming, Temmink en Temminck in Nederland was er op 15 november 1980 een familiereünie ge-organiseerd op de toenmalige Flevohof te Biddinghuizen, thans het amusementspark Walibi World. Van deze bijeenkomst is een samenvatting opgesteld, waarin een aantal genealogische reeksen is opgenomen. Te weten vijf kleinere stamreeksen2 en twee genealogieën die rond 1600 aanvangen: Temminck-Vreden en Temminck-Zutphen. De genealogie Temminck-Zutphen omvat de voorouders van mijn grootvader Victor Temminck en was het startpunt van mijn onderzoek, die ik verder naliep en uitdiepte. Alvorens hierop verder in te gaan, geef ik eerst een beschouwing over de samenhang van de in bovenstaande tabel genoemde namen en hun geografische oorsprong. Vervolgens breng ik de genealogie Temminck-Vreden nog summier onder aandacht, die ik liever als Temminck-Deventer aanduid gezien de Overijsselse basis van dit geslacht en de betere herkenbaarheid tegenover het geslacht Temminck-Zutphen, die mogelijk ook uit Vreden afkomstig zou kunnen zijn. In de nu volgende beschouwing zal ik gemakshalve de meest voorkomende naam Temmink gebruiken. Onderzoek naar de oorsprong van de naam Temming, Temmink, Temminck Betreffende het achtervoegsel -ing/ink vermeldt het Meertens Instituut op hun website dat dit achtervoegsel aanvankelijk een patronymische functie had: Temmink betekende dan behorende tot de familie van Temme(n). Namen met -ing/-ink waren vooral in het oosten van het land overgegaan op de woonplaatsen, op de erven of boerderijen van de betreffende families. Latere bewoners ontleenden hun achternaam aan deze woonplaatsen. Hoewel de meeste van deze namen oorspronkelijk een roepnaam bevatten, wordt dit type naam om de latere lokaliserende functie tot de adresnamen gerekend. De naam Temme(n) is een afgeleide vorm van de voornaam Dimme, een tweestammige Germaanse naam beginnende met Diet (=volk), gevolgd door een M... In het Fries is Temme een veel voorkomende voornaam. 3 Het is dus niet verwonderlijk dat tijdens de volkstelling van 1947 in Friesland en in de kop van Noord-Holland (West-Friesland) in totaal 54 personen de familienaam Temming dragen. En ter verdere aanvulling: in Overijssel slechts 4 personen. Overigens komt de familienaam Demming en Demmink in 1947 ook in Gelderland het meest voor met respectievelijk 36 en 79 personen. Citerend uit een artikel uit 1970, vermeld de website van het Meertens Instituut nog het volgende: "Het bekende en uitermate sprekende verspreidingspatroon van de familienamen op -ink in Oost-Nederland zal zeker in de aangrenzende Duitse gebieden nog wel zijn voortzetting vinden, maar daar op een zoveel lager niveau, dat de vermoedelijke historische eenheid nauwelijks herkenbaar zal zijn." 4
Onduidelijk is voor mij wat met een "zoveel lager niveau" wordt bedoeld, maar de opmerking dat de historische eenheid nauwelijks herkenbaar zou zijn, lijkt mij absurt. In Duitsland werd in 2002 aan de hand van telefoonaansluitingen het aantal personen geteld met de familienamen Demming,Temming,Temmink en Temminghoff: respectievelijk 214, 180, 18 en 98 personen, niet eens zo veel verschillend met de volkstelling van 1947 in Nederland. Hiervan werd meer dan 50% geteld in het district Borken tegen de Nederlandse grens met Overijssel en Gelderland, enige andere districten in de deelstaat Noordrijn-Westfalen en nog verder weg in het noorden en het zuiden van het grensgebied. Johan Winkler schreef reeds aan het einde van de 19e eeuw dat "de geslachtsnaam Temminck gevormd is van den mansvóórnaam Temme (Tammo) en bepaaldelijk eigen aan de zuiver Saksische gouen van Overijsel en Gelderland". 5 In uitbreiding kan dus ook het Duitse grensgebied met Nederland aan deze uitspraak worden toegevoegd. Verder op zoek naar families Temmink in Duitsland kreeg ik via de Duitse Google (www.google.de) de verhandeling "Die Höfe des Münsterlandes und ihre grundherrlichen Verhältnisse" van Bernhard Feldmann onder de ogen. 6 Met deze uitgave wordt geprobeerd het grondbezit en -gebruik in de 17e en de 18e eeuw in de Heerlijkheden van het voormalige Aartsbisdom Münster in gestandaardiseerde overzichten samen te vatten. Als basis diende de huisregisters die tussen 1660 en 1680 ambtelijk waren opgesteld en andere overzichten aanwezig in het Staatsarchiv Münster. Hieronder een uittreksel met betrekking tot de familienaam Temming/Temmink: Kerspel
TEMMINCK - TEMMINK - TEMMING IN MÜNSTERLAND ca. 1680 Boerschap Boerderij Eigenaar Cijns
Amt Ahaus - Heerlijkheid Gemen Heiden Dorfbauerschaft Temminghoff Armenhuis in Borken Vreden Ammeloe Temming Klooster Vreden Wennewick Temming, Goslich Vrij Wennewick Temming, Wichert 1679: Vrij Ammelohövener Temming Vrij Ammelohövener Völckering, Gosslinck (Johan Temming modo [=onlangs] Henrich Volckering) 1679: Vrij Wennewick Temminghoff 1679: Kanunnik Sillfelt in Vreden Wessum Averesch Temming Hofkammer
0 0 0 0 0
14 2 2 2 2
0 10 0 0 0
0
2
0
1 1
0 21
0 0
Huis Krechting
0
12
2
Amt Horstmar - Graafschap Steinfurt Billerbeck Temming Temminck, S. Borghorst Dumte Temming
Klooster Mauritz Huis Bevern
4 3
0 0
0 0
Amt Wolbeck Greven Westerode
Klooster Varlar
3
21
0
Amt Bocholt Rhede Büngern
Temmingk
Temming, S.
Ter toelichting het volgende: Het Aartsbisdom Münsterland was toentertijd verdeeld in Amten (een soort regionaal bestuur) en onderverdeeld in kerspels (ook parochie genaamd) als politiek, bestuurlijk en religieus centrum voor het betreffende gebied, vergelijkbaar met onze gemeenten "oude stijl". Een bijzondere structuur binnen de kerspel was de boerschap ("Bauerschaft"), die elk bestonden uit een aantal bij elkaar gelegen boerderijen en een zekere mate van zelfbeschikking hadden.7 Een soort gilde op agrarisch gebied, die pas halverwege de 20e eeuw zijn opgeheven. Deze boerschappen zijn uitgegroeid tot grotere dorpen en zijn ook terug te vinden op de atlas, zoals de voormalige boerschap Temming in het Amt Horstmar. De boerderijen binnen een boerschap werden aangeduid met de naam van de gebruiker/bewoner. Hier komt de eerder omschreven uitgang -ing/ink om de hoek kijken. Bij de oorspronkelijke in cultuur gebrachte gronden kregen de vestigingsplaatsen -naar Germaans gebruik- tweedelige benamingen, bestaande uit een persoonsnaam gekoppeld aan de uitgang -ing.8 Deze namen zijn duidelijk in het overzicht aanwezig. Een zeer fraaie, verdere naamontwikkeling is dat in een tweetal gevallen de uitgang -hoff hieraan weer is toegevoegd: Temminghoff (Amt Ahaus). De kolom Eigenaar spreekt voor zichzelf; met Huis wordt de adellijke familie bedoeld. In kolom cijns zijn diverse geldelijke verplichtingen samengevat in respectievelijk Reichstaler-Schilling-Pfennig.
-2-
In het boekwerk (omvang 582 pagina’s) wordt regelmatig de naam Temme(n) als voornaam vermeld, maar ook als familienaam. Deze familienaam is dan vermoedelijk jonger dan Temming, kan van iedere andere familie afkomstig zijn en heb ik daarom niet in het overzicht opgenomen. Uit dit overzicht blijkt dat in de jaren omstreeks 1680 de meeste verwijzingen zijn naar de families met de naam Temming en in het Amt Ahaus als de meeste voorkomende. De naam Temmink komt is twee maal vermeld. Frappant is dat in de Duitse telling van 2002 een soortgelijke verhouding aanwezig is. Het Aartsbisdom omvatte eertijds ook de Heerlijkheid Borculo-Lichtenvoorde en strekte de grens zich nabij Vreden rond het jaar1550 meer naar het westen uit dan de huidige grens. Globaal was de noordelijke begrenzing de huidige grens Gelderland-Overijssel tot aan Lochem,waar het stroomopwaarts de rivier Berkel en de zijrivier Slinge volgde tot waar de Slinge naar het oosten afbuigt. De grens zette zich door in zuidelijke richting, afbuigend tot onder Lichtenvoorde waarna het in noordelijke richting nabij de vestingstad/-schependom Groenlo aansloot op de huidige DuitsNederlandse grens, zie de schets hier naast.9 Topografisch gezien liggen de grote hanzesteden Zutphen en Deventer hier dus Grensverloop omstreeks 1550 nabij Vreden niet ver vandaan. – – – – – Huidige grensverloop In 1627 veroverde Prins Frederik Hendrik van Oranje -de Stedendwinger- de vestingstad Groenlo en kwam dit gebied onder het gezag van de Republiek der Verenigde Provincies. In 1665 heroverde de Bisschop van Münster dit gebied weer maar niet voor lang en in het Rampjaar 1672, na de verovering van Borculo, wederom. In 1674 werd dit gebied definitief aan de provincie Gelderland toegevoegd. Oudste vermeldingen Temmink In de samenvatting van de eerder genoemde familie-reünie zijn ook een aantal artikelen van algemene aard opgenomen. Een van deze artikelen behelst de oudste vermelding met de naam Temmink, waaraan de volgende opmerkingen zijn ontleend (helaas zijn de bronnen niet exact aangegeven): -In een publikatie van Jonkheer Van Coeverden is sprake van een register dat in 1188 is opgemaakt van de eigendommen van de Heren Van Diepenheim. Deze eigendommen waren gelegen in of om Diepenheim (Ov.). In dit register is oa. het erf Temminck genoemd, naar grote waarschijnlijkheid genoemd naar de oorspronkelijke familie die er in 1188 woonden. - In het archief te Anholt is gevonden een akte uit 1279 waarin genoemd wordt Everhardus Temminc te Vreden, die daar getuige is bij een overdracht van een rente. In het zelfde archief, in een akte van 1304, wordt melding gemaakt van het overlijden van Everhardus Temminc. Hij was burger van Vreden. Hij had samen met zijn vrouw Evesa zijn goed Wicbilde (of Wichbolde zoals het in 1500 en 1700 wordt vermeld), gelegen in de stad Vreden, vermaakt aan de kerk. Na het overlijden van Everhardus werd deze schenking door de aanverwanten aangevochten. - In een akte van 1323 wordt vermeld Gotswinus Temmync als getuige aangaande de hoeve Wascikinc in de omgeving van Groenlo, in het boerschap Vragender bij Lichtenvoorde. - In een inventaris van het Niet-Staten Archief van het Kreis Ahaus -aanwezig in het Staats Archief te Munster- is een akte uit 1337 aanwezig waarin Abdis Ludgardis de hofstede genaamd Temminghoff gekocht van de heren de Zulen- aan de Stiftskerk te Vreden schenkt. De Temminghof is gelegen (en nog aanwezig) in het gebied van de boerschap Wennewick nabij Ammeloe, met alles wat daar toebehoord, en de velden en weiden gelegen in de omgeving Hövele over de Berkel. In een akte in het Archief van Anholt werd op 3 augustus 1354 hetzelfde hof omschreven, wederom met akkers in Hövelo en de weiden aan de Berkel, die in 1356 in pacht wordt genomen door Nicolaus Kernebeke (van Karnebeek) genomen op basis van een jaarrente van één Mark. - In een regest uit 1466 van het Hoogadelijk Stift te Anholt krijgen diverse families te Vreden -waaronder Engelbert Temminck met zijn vrouw- opdracht van het Stift om huizen en gebouwen welke zij betrokken of gebouwd hebben, te verlaten en af te breken met oplegging van de strengste straffen. - In 1490 wordt te Vreden een Jacob Temynck vermeld in een akte welke berust in het Rijksarchief te Arnhem.
-3-
- In 1498 wordt een Katerinen Temmynges vermeld met haar man Heynen Eskincks en hun dochter Hillen van het erf Eskinck bij de Rederbrugge te Borken. In de samenvatting wordt verder aangegeven dat in de Achterhoek, Twente en Westfalen de familienamen Temmink regelmatig voorkomen als naam van boerderijen welke dan veelal van oorsprong scholtengoederen zijn geweest. Verder wordt vermeld dat in het Westfaalse Distrikt Beerlage net ten noorden van de weg Coesfeld/ Münster een landstreek ligt die Temming heet. Centraal in dit gebied ligt een groot scholtengoed Temming. Er worden nog enkele scholtengoederen met de naam Temmink of anderszins vermeld. Oorspronkelijk waren de scholtengoederen in dit gebied eigendom van het bisdom Münster en bezaten de bewoners de volle jachtrechten. Op het hoogtepunt van de feodaliteit kende de scholten onderhorige hofsteden en waren aan de bewoners meerdere feodale rechten toegewezen. Oudtijds met name het recht van horigenruil met grondbezitters in de directe omgeving. 10 Afsluitend wordt opgemerkt dat onderzoek in het archief van Vreden in hoge mate belemmerd wordt door het verlies in de loop van de eeuwen van een belangrijk deel daarvan. Onder andere het archief van het Stadsbestuur heeft veel geleden. Zo vond in 1324 een eerste grote stadsbrand plaats en daarna nogmaals in 1811 en 1857. Wat hierna nog aan archiefmateriaal bleef bestaan heeft veel te lijden gehad door de verwoesting van Vreden in de tweede Wereldoorlog. 11 Samengevat kan worden dat er twee streken zijn waar de naam Temming zijn oorsprong vond, namelijk in de Friese kuststreek en in de huidige Duits-Nederlandse grensstreek. Uit de 12e eeuw stamt de oudst bekende en de hiervoor eerder genoemde vermelding van een Temmink uit dit laatsgenoemde, Saksiche gebied. Verder moet bedacht worden dat veel betrokkenen bij een scholtengoed of hofstede met de naam daarvan werden aangeduid en die later als familienaam ging functioneren. Er moeten dus op voorhand geen directe familierelaties worden verondersteld met de hierboven genoemde personen die toen tot de elite behoorden en hoeven er ook onderling geen directe verwantschappen aanwezig te zijn. Geslacht Temminck-Deventer Onder de naam Temminck-Vreden is in het verslag van de Flevohof een uitgebreide genealogie van Peter Temminck -omstreeks 1560 te Deventer overleden- opgenomen.12 Veel leden van dit geslacht waren vanaf de 16e eeuw al aktief in de internationale handel en behoorden tot de elite in hun diverse woonplaatsen. 13 Zij waren bewindhebbers in de Verenigde Oost-Indische - en in de West Indische Compagnie, vervulden hoge ambtelijke en bestuurlijke functies in zowel de Nederlanden als in Oost- en West Indië, tot een Gouverneurschap van Suriname toe. Verder leverde de familie veel predikanten op, waaronder ds. Wemmarus Johan Temminck (1714-1765) met een uitgebreid nakomelingen schap in de Betuwe.14 Bekend zijn nog oa. mr. Egbert de Vrij Temminck (1700-1784), burgemeester van Amsterdam en mede verantwoordelijk geacht voor de 4e Engelse oorlog van 1780 tot 1784, dr. Coenraad Jacob Temminck (17781858), dierkundige en directeur van het Rijksmuseum voor Natuurlijke Historie te Leiden die hij internationaal tot groot aanzien bracht, en in onze moderne tijd prof. dr. ir. Coenraad Liebrecht Temminck Groll (geb. Driebergen 1925), achterkleinzoon van Johannes Groll en Wilhelmina Heriëtte Temminck en bekend als adviseur en schrijver over monumentale gebouwen.15 Onderzoek in de uitgebreide, genealogische litteratuur op CD-rom leverde veel gegevens op betreffende het geslacht Temminck-Deventer, maar verder geen enkel gegeven met betrekking tot de andere genoemde families. Op het internet zijn inmiddels een groot aantal pagina’s met betrekking tot de familienaam Temmink, maar ook die blijken niet van belang te zijn voor mijn onderzoek naar de familie TemminckZutphen. Onderzoek in de dossiers Temmink in het Centraal Bureau voor Genealogie in Den Haag leverde eveneens geen nieuwe informatie op betreffende de familie Temminck-Zutphen. Behalve dat met betrekking tot het onderzoek naar de voorouders Temminck van mijn moeder nog interessant kan zijn wat in verband met de voornaam Anthonie van haar stamvader door D.G. van Epen omstreeks 1912 is opgetekend (overigens zonder bronvermelding): THONIS TEMMINCK, linnenwever van Vreden, wordt in 1540 poorter van Deventer.16 Hij overleed vóór 27 April 1555 en was gehuwd met Gertken.. . . dochter van Gerbrich . . . . , die haren man overleefde. Zij verkochten 21 April 1552 hun huis in de Walstraat.17 Hun zoon was Peter Temminck, wijnkoper te Deventer, overleden tusschen 1553 en 1560, gehuwd met Fenne ... Uit dit huwelijk zijn een zoon [Engelbert] en twee dochters bekend. (einde citaat). Het betreffende document heeft waarschijnlijk als "onderlegger" gediend voor het hoofdstuk Temminck in het Nederland’s Patriciaat, 5e jaargang - 1914, met Thonis Temminck als Stamvader. Echter: Bij recent onderzoek bleek dat de genoemde Pieter Temminck, Bergenvaarder uit Vreden, al in 1516 het burgerschap van Deventer kocht.18 Het is daarom niet waarschijnlijk dat Pieter Temminck de zoon was van Thonis Temminck zoals aangegeven in het Nederland’s Patriciaat.19
-4-
Geslacht Temminck-Zutphen In het verslag van de Flevohof begint de genealogie Temminck-Zutphen met Teunis Temminck, die dan omstreeks 1650 in Almelo moet hebben gewoond. Zijn antecedent volgt uit de inschrijving op 15-5-1652 in het trouwboek van Zutphen van het huwelijk van Herman Temminck als zoon van Tonnis Temminck tot Almelo. In de archieven zijn echter geen relevante gegevens aanwezig.20 Van een mogelijke verschrijving in het trouwboek van Zutphen van de plaats Ammelo (in Duitsland nabij Vreden) zou sprake kunnen zijn. Op grond van naamgeving, beroep en mogelijke afkomst (uit de omgeving van Vreden) zou dan een familie relatie verondersteld kunnen worden tussen Thonnis Temminck, linnenwever van Vreden, die in 1540 poorter werd van Deventer en Tonnis Temminck tot Almelo, wiens zoon Herman in 1653 ook wever was. Dat Herman Temminck volgens het verslag van de Flevohof uit Vreden afkomstig zou zijn, heb ik echter niet kunnen vaststellen. Herman Temminck huwde in Zutphen met Aeltgen Boonen en werden daar vijf zonen en een dochter Engele van hen gedoopt, waaronder Tonnis op 21-1-1657 en een Johan op 22-1-1661. Herman Temminck zou daarmee de Nederlandse stamvader van het geslacht Temminck-Zutphen kunnen zijn als zijn zoon Tonnis dezelfde zou zijn als de Anthonie Temminck die in Den Haag overleed, maar er zijn een tweetal breekpunten: -In een protocol dd. 20-09-1667 van de Weeskamer te Zutphen wordt Johan Temminck, oud 6 jaar, genoemd. Deze Johan is de enige die genoemd wordt in de protocollen of anderszins van de Weeskamer. Dat zou dan inhouden dat de overige kinderen van zijn ouders voor die datum al waren overleden. Volgens een protocol van veel latere datum komt deze Johan, getrouwd binnen Amsterdam, op 25-9-1696 zijn erfdeel verrekenen, in aanwezigheid van zijn stiefvader en zijn moeder. Er is dan evenmin sprake van een zuster en andere broers. Zij komen ook niet eerder of later voor in andere akten in Zutphen. -Anthonie Temminck huwde als jongeman van Zutphen in 1679 in Den Haag met Beatrix van den Bergh en zij kregen zes kinderen, waarvan geen van hen naar hun (veronderstelde) grootouders Herman en Aeltgen uit Zutphen zijn vernoemd. Gezien deze punten blijft dus de vraag of Herman Temminck wel de Nederlandse stamvader is van het geslacht Temminkc-Zutphen. Anthonie Temminck zou ook een zoon kunnen zijn van een broer van de vermeende stamvader Herman Temminck of anderszins via een nog onbekende familietak. In Zutphen is er geen Anthonie Temminck meer gevonden in het doopregister van omstreeks 1655, ook niet met een vader Jan/Johannes Temminck als mogelijke naamgever van zijn oudste zoon. Het eigen onderzoek naar mijn familie Temminck leidde mij als vast staande voorouder tot Anthonie Temminck, in 1704 in Den Haag begraven en die na zijn huwelijk in Den Haag woonde. Daarom voer ik hem op als stamvader van het geslacht Temminck-Den Haag. Gedachten over de herkomst van Anthonie Temminck Bij zijn ondertrouw in Den Haag op 24-12-1679 wordt Anthonij Temminck aangeduid als jongeman van Zutphen, soldaat onder de comp. guarde van sijn Hoogst. geleit wordende bij d’heer Cap. Schimmelpenningh van Oije.21 In een akte uit 1699 wordt hij genoemd als sergeant onder het Regiment Guarde Dragonders van zijne Koninklijke Majesteit van Groot Brittannië.22 Dit regiment was in het Rampjaar 1672 opgericht door Hertog Frederik Casimir van Coerland tot Lijfland en Semigallie23 en dat bekend staat als het Regiment Dragonders Coerland. In de maand juli van dat jaar was prins Willem III van Oranje, onder druk van de komende oorlog met Frankrijk, Engeland en het Bisdom Münster, benoemd als opperbevelhebber van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Hij moest het leger op oorlogssterkte brengen, waartoe ook het Regiment Dragonders Coerland werd opgericht en door de Staten van Holland werd ingehuurd. Het regiment zal toen voornamelijk bestaan hebben uit militairen uit de gebieden langs de Oostzee. Pas in januari 1673 kwam het regiment via de Oostzee vanuit Coerland in Amsterdam aan om daarna ingezet te worden tegen de Fransen. In 1676 eistte prins Willem III een eigen regiment op en werd dit regiment door de Staten-Generaal overgenomen en kreeg het de officiële naam Regiment Garde Dragonders. Daarna zal de werving van personeel voornamelijk in de Republiek hebben plaatsgevonden. De dragonders behoorden tot de cavalerie en waren lichtbewapend, waardoor zij op het slagveld zeer bewegelijk waren. Gebruikelijk was daarom dat op het boerenland soldaten werden geworven die ervaring hadden in het omgaan met paarden.24 Anthonie Temminck zou als dragonder dan ook niet in de stad Zutphen aangeworven behoeven te zijn, maar eerder uit de wijde omgeving. Ook de genoemde compagniescommandant Schimmelpenninck van Oye moet -gezien zijn zeer waarschijnlijke afstamming25 - afkomstig zijn uit het kwartier van Zutphen. Als compagniescommandant was hij als eerste verantwoordelijk voor het aanstellen van de manschappen in zijn compagnie26 en zal hij zich ongetwijfeld ook met de werving van streekgenoten hebben ingelaten. In de DTB’s en het Burgerboek 1630-1690 van Zutphen zijn nog enkele personen Temminck gevonden, waaronder Gooslich en Joost Temminck. Over een mogelijke onderlinge verwantschap van Gooslich, Joost
-5-
en de eerder genoemde Herman Temminck zou ik -met enige speculatie- als nakomelingen van Tonnis Temminck uit Almelo kunnen aanmerken. Als hypothese laat ik die hierna in de vorm van een beknopte genealogie volgen en dat kan dan misschien aanleiding zijn om te reageren. Anthonie Temminck uit den Haag, geboortig van Zutphen, kan ik hier niet in plaatsen. Na de verovering in 1627 door prins Frederik Hendrik van Oranje van de Heerlijkheid Borculo en de vestingstad Groenlo werd in dit gebied ook de Nederduits Gereformeerde kerk als bevoorrechte kerk ingevoerd. Het merendeel van de bevolking bleef echter het rooms katholieke geloof aanhangen, zoals zich dat ook eerder in de grensgebieden van Overijssel en elders in oostelijk Gelderland had voorgedaan . In de steden kreeg de Gereformeerde kerk echter wel de overhand, mede door de priveleges die voortkwamen uit het lidmaatschap van deze kerk, oa. bestuursbenoemingen in kerk en stad en het lidmaatschap van de gilden. Overigens was het in Zutphen kennelijk geen belemmering voor het toekennen van het burgerschap. Ook in de hypothese komt dat terug door een aantal belijdingen van oudere en reeds getrouwde personen, ongetwijfeld van katholiek huize en na de verkrijging van het burgerschap. Opmerkelijk is dat ook twee dochters uit het huwelijk van Anthonij Temminck en zijn vrouw Beatrix van den Bergh hun belijdenissen des geloofs pas geruime tijd na hun huwelijken hebben afgelegd. Hieruit zou afgeleid kunnen worden dat Anthonij Temminck en zijn vrouw een katholieke achtergrond hadden. Ter toelichting op de hypothese nog het volgende: Gooslich Temminck en Herman Temminck werden in 1653 na elkaar binnen veertien dagen burger van Zutphen. Zij trouwden ook binnen een jaar na elkaar, Gooslich overigens met de kersverse schoonmoeder van Herman. Zo bleven de zaken kennelijk binnen de familie. Joost Temminck werd door te trouwen met een burgeres-weduwe in 1667 burger van Zutphen. Zowel hij als Herman Temminck noemden hun eerste dochter Engele, waaruit verondersteld wordt dat die naar hun beider moeder werden vernoemd. Opmerkelijk is dat in juni 1692 een Engeltje Temminck met attestatie uit Haarlem als lidmaat werd ingeschreven,27 mogelijk de dochter van Joost Temminck. In het dossier Temminck in de collectie Kruimel,28 aanwezig in het Centraal Bureau voor Genealogie te den Haag, wordt naar aanleiding van onderzoek te Zutphen in januari 1981ook voorzichtig geopperd: Zouden de nieuwe burgers Gerlich, Herman en Joost wellicht broeders geweest zijn? Mogelijke nakomelingen van Tonnis Temminck uit Almelo I. TONNIS TEMMINCK, wonende te Almelo, tr. met ENGELE? NN. Uit het huwelijk van Tonnis Temminck en Engele? NN: 1. HERMAN TEMMINCK, linnenwever, volgt IIa. 2. JOOST TEMMINCK, volgt IIb. IIa. HERMAN TEMMINCK (zv. I), linnenwever, ovl. Zutphen tussen 1665 en 1667, otr./tr. Zutphen 16-5/9-6-1652 met AELTGEN BOONEN, ovl. na 1698, dv. Willem Boonen en Grietge Jans. Herman Temminck, zv. Tonnis Temminck tot Almelo, huwde 16-5/9-6-1652 te Zutphen met Aeltgen Boonen, nagelaten dochter van Willem Boonen gewesen borger alhier. "10 septemner 1653: Herman Temminck Linnenwever begunstigd sijnde met het recht van de burgerschap heeft sijn burgerede gedaen is also tot Burger aengenomen."29 Aeltjen Willems, vrouw van Herman Temminck, deed in juli 1663 te Zutphen belijdenis des geloofs. 30 Zij hertrouwde op 20-10-1667 te Zutphen als wed. Herman Temminck met Harmen Hendricse (Schoeninck), jongeman van Zutphen. Gezien een mogelijke verdere relatie met deze familie Temminck wordt het onderstaande vermeld: "20 september 1653: Goslich Temmingh en Weme Janss van Stadt Loon linnenwevers begunstig sijnde hebben het burgereed gedaan en zijn also tot burgers aengenomen s:a:".31 Grietge Jans, de moeder van Aeltge Willems Boonen en nagelaten weduwe van Willem Boon gewesen borger alhier, hertrouwde op 2/30-10-1653 te Zutphen met Gooslich Temminck borger alhier. In december 1664 deed Gorselinck Temminck, gehuwd met Grietjen Jansz, te Zutphen belijdenis des geloofs.32 Uit het huwelijk van Herman Temminck en Aeltgen Boonen: 1. WILLEM TEMMINCK, ged. Zutphen 10-6-1655. 2. TONNIS/ANTHONIE? TEMMINCK, ged. Zutphen 21-1-1657. Aan Tonnis Temminck wordt toegeschreven dat hij dezelfde zou zijn als Anthonie Temminck die in Den Haag sergeant was en op 24-12-1679 als jm. van Zutphen trouwde met Beatrix van den Berg, jd. van Den Haag. Er zijn een tweetal redenen om dat in twijfel te trekken, oa. dat het bevreemdend is dat geen van de zes kinderen uit dit huwelijk naar het veronderstelde grootouderlijk paar Herman Temminck-Aaltje Boonen is vernoemd. Voor de andere reden zie bij zijn vermeende broer Jan Temminck. 3. ENGELE TEMMINCK, ged. Zutphen 31-7-1659.
-6-
4. JAN TEMMINCK, ged. Zutphen 22-1-1661, bakker, ovl. na 1698, otr. Amsterdam 14-5-1695 met HILLETJE JANS, geb. Den Ham ca. 1665 (verm. provincie Overijssel), ovl. na 1698. In het protocol dd. 20-09-1667 van de Weeskamer te Zutphen worden Derck Jansen van Brockhorst en Hendrick Huyssik als mombers genoemd van Johan Temminck oud 6 jaar, het nagelaten kind van Herman Temminck bij Aeltgen Willemsen. Volgens het protocol van 25-09-1696 bekent Johan Temminck, getrouwd binnen Amsterdam, voor zich en zijn erven, door zijn styfvader Harmen Schoeninck en moeder Aeltien Willemsen wegens zijn vaders goet ad. 134 gldn. en 15 st. en 8 penn. te zijn voldaan.33 . In de protocollen van de weeskamer zijn geen verwijzingen gevonden naar in leven gebleven broers en zuster van hem en kan worden aangenomen dat die jong zijn overleden. Jan Temminck uit Zutphen, backer wonende Dirck van AssenSteegh (=Dirk van Hasseltsteeg) trouwde met Hilletje Jans uit den Ham, oud 30 jaren wonende als voren. Zij werd geassisteerd door haar nicht Lubbertie Wiggert. Uit dit huwelijk werd op 6-7-1698 te Amsterdam een zoon Hermanus gedoopt met als getuigen Herman Schooningh en Aeltje Schooningh. Op 28-9-1698 werd Hermanus als kind van Jan Temminck begraven. Van daarna zijn er in Amsterdam geen gegevens meer aangetroffen. 5. GERRIT TEMMINCK, ged. Zutphen 14-6-1665. IIb. JOOST TEMMINCK (zv. I), ovl. na 1701, otr./tr. 1x Zutphen 16-12-1666/9-1-1667 met GEERTJE JURRIENSZ, ovl. voor 1701, eerder ev. Jan Bettinck. Joos Temminck jm. borger alhier huwde 16-12-1666/9-1-1667 te Zutphen met Gerritje Jurriens wed. van Jan Bettinck borger alhier. "8 martij 1667: Joost Temminck met een Burgeres-weduwe getrouwt sijnde die burgerschap geaccordeerd en is also tot Burger aangenomen".34 Op 14-12-1667 werd te Zutphen gedoopt Engele, dv. Joost Temminck en Geertje Jorriensz. Aangezien Herman Temminck ook een dochter als Engele liet dopen is verondersteld dat Joost en Herman broers zijn en hun dochters naar hun moeder hadden vernoemd. Uit het huwelijk van Joost Temminck en Geertj e Jurriensz: 1. ENGELE TEMMINCK, ged. Zutphen 14-12-1667, ovl. na 1692, otr. 1x Zutphen 8-2-1691 met HENDRICK HENDRICKS, soldaat onder col. Haarsolte, ovl. Zutphen (verm.) tussen 2-1691 en 8-1691. Engele Temminck otr. 2x Zutphen 9-8-1691 met FRANS DE CAN, van Armuijen, wedn. wonende Zutphen, ovl. na 1692. 22-4-1701 werd Joost Temminck benoemd als momber over de nagelaten Trientien, oud 7 jaar [Catharina ~24-4-1692 te Zutphen] dochter van Engele en Frans de Can.35 2. JENNEKEN TEMMINCK, ged. Zutphen 25-8-1669. 3. GEERTRUIT TEMMINCK, geb. Zutphen 17-5-1671. Geertruijd Temminck deed met Pasen 1690 te Zutphen haar belijdenis en werd op 14-6-1690 uitgeschreven naar Deventer.36 4. JURRIEN TEMMINCK, geb. Zutphen 27-12-1672. JOOST TEMMINCK otr./tr. 2x Zutphen 22-4/13-5-1701 (Broederkerk) met MAARTJE RENSINK, ovl. Zutphen (verm.) na 1701, eerder ev. Jan Roeterink. Merretje Rensinck, vrouw van Jan Roeterinck, had in juni 1669 haar belijdenis des geloofs afgelegd.37 NOTEN: 1. www.meertens.knaw.nl 2. Temmingh - Weener, Temminck - Amsterdam, Temminck - Neede, Temmink - Mijdrecht en Temminck/Temming - Bocholt 3. Dr. J. van der Schaar, Woordenboek van voornamen. Uitgeverij Het Spectrum Utrech/Antwerpen, 12e druk 1981. 4. R.A. Ebeling, 'Proeve van een familienamengeographie van Oostnederland en aangrenzende gebieden', in: Zijn akker is de taal, Den Haag 1970, p 119.
5. Johan Winkler, De Nederlandsche geslachtsnamen in oorsprong, geschiedenis en beteekenis . Uitgever H.D. Tjeenk Willink Haarlem, 2e druk 1885 -blz. 39. 6. Bernhard Feldmann, Die Höfe des Münsterlandes und ihre grundherrlichen Verhältnisse. Uitgave van de Westfälische Gesellschaft für Genealogie und Familienforschung, Band 25 van de serie Beiträge Zur Westfälischen Familienforschung 1995 (www.genealogy.net/vereine/wggf/PDF/000titel.pdf). 7. In de oostelijke Nederlanden werden ook over boerschappen gesproken. In de Nederlands Leeuw jrg. 1972 kol. 218/219 worden de buurschap Merste en de buurschap Wennewick genoemd. Het "Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal" van M.J. Koenen en J. Endepols - 25e druk 1960 vermeldt bij het lemma Buurschap: eertijds zekere plaatselijke organisatie van landelijke bevolking, veelal onder leiding van eigenerfden of pachters.
-7-
8. Werner König, dtv-Atlas zur deutschen Sprache. Uitgever Deutscher Taschenbuch Verlaf GmbH & Co, München 1978, blz. 129 2e kolom. 9. -P.J. Blok en A.A. Beekman, Geschiedkundige Atlas van Nederland, deel Begin-1561, kaart 8 - bladen 1-2: De Zeventien Provinciën in 1555. Uitgever Martinus Nijhof - ‘s-Gravenhage 1913-1932. -Bosatlas van Nederland, uitgave 2007 bldn. 45 en 46. 10. www.wikipedia.nl Uittreksel van het lemma Scholtengoed Aholt in Borken, 11. Betuwse Genealogische bijdragen in stukken en brokken. Uitgave Nederlandse Genealogische Vereniging, afd. Betuwe, deel I - 1990: D.G.A. Temminck, De voorouders en verwanten van de Betuwse familie Temminck, blz. 78: 12. Auteurs Dik Temminck, Frans Temminck en Ton Temminck, met dank aan E.F.C.J. Temminck. 13. Deze familie Temminck is opgenomen in de serie over het Nederland’s Patriciaat, 5e jaargang 1914, blz. 397-401, beschreven door D.G. van Epen. 14. Betuwse Genealogische bijdragen in stukken en brokken. Uitgave Nederlandse Genealogische Vereniging, afd. Betuwe: Deel I - 1990, blz. 78-110: D.G.A. Temminck, De voorouders en verwanten van de Betuwse familie Temminck, Deel II - 1995, blz. 7-15: P. Bruinvis en D.G.A. Temminck, De een zijn dood - De moord op een Zierikzeese keurmeester en een Culemborger als zijn opvolger. Hierin diverse genealogische verbanden o.a. naar de Betuwse familie Temminck . 15. Bij de uitreiking van de Monumentenprijs van het Prins Bernhard Cultuurfonds op 25 november 2008 in het Muziekgebouw aan 't IJ in Amsterdam: "Temminck Groll kan worden beschouwd als nestor van de Nederlandse monumentenzorg". 16. Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek Deventer (SAB), Archief Stad Deventer, inv.nrs. 156 a (1420-1540) en 156 b (1540-1576): Verpachtingen der Accijnsen, landereijen, enz. / Register van de nieuwe Burgers, respectievelijk de bladen 325v en 22. Met dank aan de heer M. Prudon te Deventer voor het nazoeken van deze en in de volgende noten vermelde bronnen, aanwezig in de SAB. (augustus 2010). 17. SAB, Archief Stad Deventer, inv. nr.55s: Renuntiatiën (1549-1559), blad 147. 18. SAB, Archief Stad Deventer, inv.nr. 156 a (1420-1540). Zie ook: Betuwse Genealogische bijdragen in stukken en brokken. Uitgave Nederlandse Genealogische Vereniging, afd. Betuwe, deel I - 1990: D.G.A. Temminck, De voorouders en verwanten van de Betuwse familie Temminck, blz. 79: 19. In zijn artikel "De oudste generaties van het geslacht Temminck" in de Nederlandse Leeuw jrg. 1922, kolom 370 vermeldt L. Calkoen in gelijke bewoording ook Thonis Temminck als stamvader, eveneens zonder bronvermelding (vermoedelijk ontleend aan D.G. van Epen). 20. Historisch Archief Overijssel Zwolle: de DTB-boeken en andere bronnen van Almelo beginnen omstreeks 1700. Historisch Archief Almelo kon eveneens geen aanvullende informatie verstrekken. 21. Haags Gemeentearchief, ondertrouwregister Den Haag 24-12-1679. Het is niet bekend om welke commandant het gaat als lid uit het geslacht Schimmelpenninck van Oyen, afkomstig uit het kwartier van Zutphen. 22. Haags Gemeentearchief, ONA-inv.nr. 1587 fol. 303. 23. Een gebied dat in de loop van de geschiedenis opgesplitst en toegevoegd is aan de Baltische landen Litouwen, Letland en Estland. 24. Zie ook www.milwiki.nl: Lezing H.J. Wolters - 1992, hoofdstuk Staatse Leger, paragraaf De Soldaten. 25. Nederland’s Adelsboek, uitgave 2006-2007, blz. 349 ev.: Genealogie Schimmelpenninck van Oye. 26. Willem Bevoort, De onderofficier in het Nederlandse leger 1568-2001. Uitgave SDU, Den Haag - 2001, blz. 15. 27. Reg.Arch. Zutphen, Lidmatenboek Nederduits Gereformeerde Kerk te Zutphen. 28. Herman Louis Kruimel (1903-2001), tot 1968 conservator Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag. 29. Reg.Arch. Zutphen, Burgerboek Zutphen 1630-1690, fo. 186. 30. Reg.Arch. Zutphen, Lidmatenboek Nederduits Gereformeerde Kerk te Zutphen. 31. Reg.Arch. Zutphen, Burgerboek Zutphen 1630-1690, fo. 186. 32. Reg.Arch. Zutphen, Lidmatenboek Nederduits Gereformeerde Kerk te Zutphen. 33. Reg.Arch. Zutphen, Protocollen weeskamer Zutphen inv.nr. VI - blz. 80. 34. Reg.Arch. Zutphen, Burgerboek Zutphen 1630-1690, fo. 285. 35. Reg.Arch. Zutphen, Protocollen weeskamer Zutphen, inv.nr. IX - blz. 71. [NOOT: Niet vermeld is wie er overleden is]. 36. Reg.Arch. Zutphen, Lidmatenboek Nederduits Gereformeerde Kerk te Zutphen. 37. Reg.Arch. Zutphen, Lidmatenboek Nederduits Gereformeerde Kerk te Zutphen.
-8-