Op weg
elf richtingwijzers op de weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’ Uitgave van de Themagroep ‘Waarde(n)vol Inholland’ april 2013
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 1
03-04-13 14:53
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 2
03-04-13 14:53
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’ Beste collega, Wie als student voor zijn studieloopbaan op weg gaat met Inholland kan rekenen op waarde(n)vol hoger beroepsonderwijs, op menselijke maat. Maar waarde(n)vol - wat betekent dat eigenlijk en wat gaan we concreet met zijn allen doen om ons waarde(n)vol onderwijs beter zichtbaar te maken? Om het antwoord op die vragen te geven, maken we van de maand april 2013 een dialoogmaand. In deze maand staat ‘waarde(n)vol onderwijs’ bovenaan de agenda. Of het nu gaat om werkgroepen, reguliere overleggen, workshops of discussies aan de hand van inspirerende masterclasses, excursies en toepasselijke waarde(n)volle themafilms. In alle bijeenkomsten staat de vraag centraal: wat betekent waarde(n)vol onderwijs, voor mij, voor jou, voor je team en bovenal, voor je studenten? Om jou en je collega’s te ondersteunen het begrip ‘waarde(n)vol onderwijs’ te concretiseren, hebben we als themagroep ‘Waarde(n)vol Inholland’ dit boekje ‘Op Weg’ gemaakt, met werkvormen die je tijdens de themamaand en natuurlijk ook daarna kunt inzetten om waarde(n)volle verhalen te laten klinken in diverse gesprekken. De werkvormen zijn richtingwijzers om elkaars ervaringen en posities inzichtelijk te maken. Achterin dit boekje vind je een formulier om de bevindingen van jou en je collega’s vast te leggen en met ons te delen. We dagen je uit voor de ontdekkingstocht naar waarde(n)vol onderwijs in je eigen opleiding of team. We nodigen je uit concrete actiepunten te formuleren waarmee je waarde(n)vol onderwijs zichtbaar maakt. We wensen je een waarde(n)volle dialoog-maand! Namens de themagroep Ina ter Avest, Alex Kemps, Conny Rijkers
3
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 3
03-04-13 14:53
4
Inhoud Hoofdstuk
1. Op weg, maar hoe? – 5
Hoofdstuk 2. In gesprek. – 6 Hoofdstuk 3. Werkvormen. – 8 Hoofdstuk 4. Waarde(n)vol Inholland, jouw verhaal. – 19
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 4
03-04-13 14:53
1 Op weg, maar hoe? Gaan we met elkaar in ... debat - aan regels gebonden openbare uitwisseling van gedachten; betwisten, met als doel het eigen gelijk te halen op basis van overtuigende redenen; dialoog - tweespraak, samenspraak; beraadslaging met als doel tot overeenstemming te komen; overleg – samen nadenken, overwegen, elkaar vrijblijvend raadplegen; discussie - gedachtewisseling; onderzoeken van standpunten, met als doel te ‘winnen’ op grond van de beste en meest houdbare argumenten; conversatie - gesprek in informele sociale omgang; samen zich bezig houden met, naar elkaar toe bewegen met als doel elkaar (beter) te leren kennen; of gaan we met elkaar in... gesprek - mondelinge uitwisseling van gedachten met als doel inzicht in elkaars ervaringen of standpunten.
5
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 5
03-04-13 14:53
6
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
2 In gesprek. Met elkaar ‘in gesprek’ op de weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’: communicatie met als doel inzicht te krijgen in elkaars ervaringen en posities, waarbij het verschil met de ander uitdaagt tot verdieping van het gesprek over ‘waarde(n)vol onderwijs’ In dat gesprek –– doet iedereen mee; ook luisteren is meedoen! –– zijn de ervaringen van een ander even waarde(n)vol als de eigen ervaringen, dus de moeite waard om naar te luisteren; –– schort ieder een be- of veroordeling voorlopig even op; doorvragen helpt om de gedachtegang of handelswijze van de ander (nog beter) te kunnen volgen; –– stelt ieder eigen grenzen, en accepteert die van de ander; –– gaat ieder vertrouwelijk en respectvol om met wat anderen inbrengen in het gesprek.
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 6
03-04-13 14:53
“alleen wie luistert, kan gehoord worden!”
7
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 7
03-04-13 14:53
8
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
3 Werkvormen. 1. Waarde(n)volle verhalen Opdracht individueel: Beschrijf een situatie die jij als waardevol hebt ervaren. Bijvoorbeeld een situatie met een student, met een collega, met een van de contacten ‘in het veld’; een situatie waarvan je zegt: ‘Dit is waar ik het voor doe; zo zou ik het elke dag wel willen ervaren’ (15 minuten). Beschrijf die situatie zo concreet mogelijk: Waar was het, wat gebeurde er precies, wat maakte die situatie zo waardevol? Wie speelde de hoofdrol? Wat was jouw eigen aandeel in die situatie? Wat is de kern van je verhaal (geef dat in één begrip weer)? Bespreking van de verhalen in drietallen (20 min). Neem daarbij de leidraad voor gesprek in acht! Nabespreking plenair (15 min): hoe verandert een spanningsvolle situatie in een voorbeeld van ‘good practice’ van waarde(n)vol onderwijs?
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 8
03-04-13 14:53
2. Waarde(n)volle place-mat De deelnemers gaan in groepjes van vier ‘aan tafel’. Op de tafel ligt een groot vel papier dat in vier vlakken is verdeeld, met een open ruimte in het midden.
place-mat
Elke deelnemer beschrijft in enkele trefwoorden of korte zinnen een situatie die hij ervaart als spanningsvol. Een situatie waarin een belangrijke waarde dreigt met voeten getreden te worden, of al met voeten getreden wordt. Elke deelnemer schrijft dit op in zijn eigen vlak (5 minuten). In samenspraak brainstormen de tafelgenoten over mogelijke manieren om de spanningsvolle situaties tegemoet te treden (brainstormen = zonder te denken aan haalbaarheid of onhaalbaarheid noemen, alles wat in je opkomt is goed; pas later wordt de weerbarstige realiteit betrokken in het nadenken over een concrete uitwerking om van een spanningsvolle naar een waarde(n)volle situatie te komen) (20 minuten). Tot slot kiezen de tafelgenoten één voorbeeld van ‘good practice’ waarin spanningsvol/waardeloos is veranderd in waarde(n)vol.
9
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 9
03-04-13 14:53
10
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
3. Waarde(n)volle inspiratie Op een tafel zijn verschillende voorwerpen neergelegd – minstens vijf meer dan het aantal deelnemers. Elk van de groepsleden (maximaal zes; bij een groter gezelschap opsplitsen in groepen van maximaal zes personen) kiest een voorwerp van de tafel. Ieder krijgt 5 minuten om in trefwoorden te noteren waarom dit voorwerp inspireert in het realiseren van waarde(n)vol onderwijs. Na 5 minuten vertelt ieder zijn eigen verhaal aan de groep van zes personen (30 minuten). Men bevraagt elkaar eventueel met verhelderingsvragen of betekenisvragen (hoe komt het dat …, wie maakte dat …, wat heeft er voor gezorgd dat …, wat er is gebeurd/versterkt dat …). Elke groep van zes personen kiest één verhaal dat als meest waarde(n)vol wordt ervaren. Dit verhaal presenteert één van de groepsleden in de afsluitende plenaire bespreking. (Als het niet mogelijk is één verhaal te kiezen, dan ontstaat wellicht al vertellend een nieuw verhaal dat plenair verteld kan worden).
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 10
03-04-13 14:53
4. Waarde(n)carrousel Elk groepslid denkt individueel na over een voorbeeld van ‘good practice’ van ‘waarde(n)vol onderwijs’ in de eigen context van medewerker-zijn, docent-zijn of student-zijn. Vervolgens maken de groepsleden een carrousel, bestaande uit een binnen- en een buitenkring. De stoelen van de binnen- en buitenkring staan zo, dat er steeds tweetallen tegenover elkaar zitten met het gezicht naar elkaar toe. De carrousel 6 x 2 x 1 minuut Dus 1 minuut pp persoon
De tegenover elkaar zittende tweetallen vertellen aan elkaar een voorbeeld van ‘good practice’ van ‘waarde(n)vol onderwijs’. Eerst vertelt degene die in de binnenkring zit het eigen verhaal (2 min.), dan de persoon die in de buitenkring zit (2 min.). Na vier minuten klinkt er een afgesproken signaal en schuiven alle mensen uit de buitenkring een plaats naar links op. De nieuw ontstane tweetallen vertellen elkaar op dezelfde manier (twee maal 2 min.) over het eigen voorbeeld van ’good practice’ van ‘waarde(n)vol onderwijs’. Na opnieuw vier minuten klinkt het signaal en schuiven de personen uit de buitenkring weer een plaats op. De carrousel draait totdat alle personen elkaar gesproken hebben. In de nabespreking onderzoek je welk accent elke deelnemer in zijn voorbeeld van de ‘good practice’ heeft aangebracht. Daarnaast is er aandacht voor nieuwe aspecten die de deelnemers hebben gehoord en op welke manier zij daardoor zijn geïnspireerd met betrekking tot waarde(n)vol onderwijs.
11
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 11
03-04-13 14:53
12
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
5. Waarde(n)beraad Eén van de deelnemers (maximaal 10 deelnemers) brengt een dilemma in met betrekking tot ‘waarde(n)vol onderwijs’. Deze persoon beschrijft de ‘casus’ aan de hand van feiten, handelingen en gevoelens. De gespreksleider verwoordt vervolgens op neutrale wijze de twee kanten van het dilemma van de ingebrachte casus in gedragstermen: ‘wat moet ik doen: A of B?’. Elke deelnemer schrijft voor zichzelf op wat het eigen intuïtieve antwoord is ten opzichte van de vraag ‘wat moet ik doen: A of B?’. Vervolgens krijgen de deelnemers de gelegenheid verhelderingsvragen te stellen, om zich zo goed mogelijk te kunnen verplaatsen in de situatie. Met de antwoorden op deze vragen onderbouwen zij straks hun antwoord op de vraag ‘wat moet ik doen: A of B?’. In samenspraak met de deelnemers benoemt de gespreksleider de waarden en normen die in de casus aan de orde zijn. Dit doet de gespreksleider vanuit de verschillende perspectieven van de personen die in de casus een rol spelen. Samen zoeken de deelnemers in een brainstorm naar (reële en irreële) alternatieven om uit het dilemma te komen. Daarna maken de deelnemers individueel een afweging: het is moreel juist dat ik A doe… (een concrete handeling) omdat … (waarden/normen), ondanks … (wat ‘kost’ het?). Ik beperk de ‘schade’ door … Om A daadwerkelijk te doen heb ik nodig … (als persoon, als team). Plenair bespreekt men de overeenkomsten en verschillen in de keuzes die de deelnemers individueel gemaakt hebben. Waar is men het over eens? Welke waarde(n) krijgen in de groep het meest gewicht? Tot slot bepaalt de groep welke praktische werkafspraken men kan maken op grond van de voorgaande gedachtewisseling. Deze werkafspraken hebben betrekking op de waarde(n) die de groep als belangrijkste waarde heeft gedefinieerd.
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 12
03-04-13 14:53
6. Waarde(n)volle foto’s Enkele dagen voordat het gesprek plaatsvindt, krijgt elke deelnemer de vraag om een foto te maken. Een foto van een plek binnen Inholland, die voor hem waarde(n) vol is voor het werk of de studie. De foto’s worden op een tafel uitgestald of op een muur bevestigd. Achtereenvolgens kiest elke deelnemer een foto uit (niet de eigen foto) die hem of haar het meeste aanspreekt of om de één of andere reden intrigeert. Bij deze foto vertelt deze persoon eerst wat hij op deze foto ziet, wat voor hem in deze foto zo intrigerend is, en welke betekenis hij er aan geeft. Daarna vertelt de persoon die de foto gemaakt heeft, wat de reden was om déze plek te fotograferen, en wat de plek voor maker zelf betekent.
13
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 13
03-04-13 14:53
14
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
7. Waarde(n)cirkel Een waarde(n)cirkel bestaat uit een aantal segmenten waarin een persoon aangeeft welke concrete handelingen hij belangrijk vindt in het kader van ‘waarde(n)vol onderwijs’. De grootte van elke segment bepaalt het belang van de betreffende concrete handeling. Elke deelnemer krijgt een wit vel papier met daarop een cirkel getekend, waarop het middelpunt is aangegeven, zodat de cirkel gemakkelijk in segmenten te verdelen is. Elke deelnemer verdeelt individueel deze cirkel in segmenten en vult daarin de concrete handelingen in die hij belangrijk vindt (ongeacht of hij deze handeling zelf in de praktijk uitvoert). In groepjes van maximaal vijf personen vindt vervolgens een uitwisseling plaats over de individueel ingevulde cirkels. De groep maakt samen een nieuwe cirkel. Deze cirkel is verdeeld in segmenten van verschillende grootte met concrete handelingen. De verdeling komt overeen met de ideeën van de groep. Plenair volgt tot slot een bespreking van de verschillende groepscirkels. Op een bord of een flap tekent de groepsleider de cirkel overeenkomstig de ideeën van de hele groep. Naar aanleiding van deze laatste cirkel maken de deelnemers afspraken met betrekking tot één concrete waarde(n)volle handeling. De komende periode tot aan de volgende bijeenkomst staat deze handeling centraal. Tijdens de volgende bijeenkomst vindt een evaluatie plaats van de (on)mogelijkheid van het uitvoeren van die ene concrete waarde(n)volle handeling.
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 14
03-04-13 14:53
8. Waarde(n)muurtje De opdracht is om gezamenlijk een muurtje te bouwen van ‘stenen’ die elk een bepaalde waarde symboliseren. Dit nodigt uit om na te denken welke ‘stenen’ het fundament vormen van de opleiding. Welke ‘stenen’ liggen aan de basis van de muur, wat zijn de redenen om juist die ‘stenen’ aan de basis te leggen. Wat maakt die waarde zo belangrijk dat het de basis vormt van het hele curriculum? Om te beginnen schrijft elke persoon in een vrije associatie waarden op die hij van belang acht in de opleiding: één waarde per kaartje. Deze kaartjes worden geschud, en verspreid op een tafel gelegd. Elke collega kiest minimaal drie en maximaal vijf kaarten uit, die hij van belang vindt en passend bij de aard van de opleiding. In groepen van maximaal zeven personen bouwen collega’s een ‘muurtje’ van waarden, waarbij zij beginnen met zeven basiswaarden te kiezen (of zoveel als het aantal personen waar de groep uit bestaat). Dit is de basis waarop de rest van de ‘muur’ gebouwd wordt. De volgende vragen dienen als startvragen bij de plenaire nabespreking: 1. Waar zijn de waarden die jij zelf had uitgekozen, terecht gekomen in het muurtje, en wat vind je van die positie? 2. Op welke manier is de basis van het muurtje tot stand gekomen, en hoe heb je dat proces ervaren? 3. Welke overeenkomsten en welke verschillen zijn er tussen de verschillende muurtjes die de verschillende groepen hebben gemaakt? Tot slot maken de deelnemers afspraken op welke manier zij de basiswaarden voor ‘waarde(n)vol onderwijs’ de komende periode gaan concretiseren, en wanneer en op welke manier dit geëvalueerd wordt.
15
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 15
03-04-13 14:53
16
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
9. Waarde(n)weg als levend ganzenbord Het speelse karakter van deze werkvorm draagt er aan bij dat collega’s ervaren dat ‘waarde(n)vol onderwijs’ helemaal geen zwaar onderwerp hoeft te zijn, maar dat het leuk is er met elkaar over te praten. De communicatie met collega’s maakt dat elke deelnemer zelf meer bewust kan omgaan met bepaalde aspecten van het onderwijs (zoals die op de opdrachtkaartjes in een stelling, een vraag of een casus zijn verwoord). Maak van te voren twintig kaartjes (minimaal) met vragen en opdrachten. Op elk kaartje wordt een thema, vraag, standpunt of een gevoel uit ‘het wandelgangen gesprek’ over ‘Waarde(n)vol Inholland’ beschreven. Aan elk kaartje is een opdracht gekoppeld, een uitspraak aan een nader onderzoek te onderwerpen, een stelling te verdedigen, een gevoel te onderbouwen. Het spel wordt gespeeld als een ‘levend ganzenbord’, waarvan de route met de posities/nummers door het gebouw heen is uitgezet. In groepen van drie á vier personen lopen de deelnemers het parcours; het aantal ogen van de dobbelsteen bepaalt het aantal plaatsen dat de groep zich mag verplaatsen. Vervolgens staat de groep letterlijk en figuurlijk stil bij de opdracht van de betreffende plaats. De opdracht maken zij gezamenlijk; één van de groepsleden noteert in trefwoorden de antwoorden. Deze antwoorden bespreekt de groep als het spel geheel doorlopen is. Op grond van de antwoorden komt men tot één gezamenlijke waarde en één bepaalde handelings- of gedragswijze passend bij deze waarde. In een plenaire nabespreking presenteert elk groep het proces en het product van de eigen ‘weg’ van het levend ganzenbord. In de nabespreking is er ruimte voor zowel een procesevaluatie (‘Hoe heb je het spel ervaren?’), als voor een ‘product’evaluatie (‘Welke groep is op de voetstap met kaartje x gekomen, en welke reacties had jouw groep bij die opdracht, vraag, stelling, casus?’). Op grond van deze nabespreking besluiten de deelnemers plenair één bepaalde waarde centraal te stellen, als aandachtspunt voor concrete handelingen in de komende periode. Op een volgende teambijeenkomst vindt een evaluatie hiervan plaats.
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 16
03-04-13 14:53
10. Waarde(n)bingo Zoek in de cellen een omschrijving en benader een collega hiermee. Een collega mag slechts één keer benaderd worden. Rond tijdig een gesprek af (max. 7 minuten per gesprek). Noteer kort de toelichting, het standpunt en/of het resultaat. Vervolgens zoek je een nieuwe omschrijving en een nieuwe collega en herhaal je het voorgaande proces. Zodra je alle cellen besproken hebt, vorm je een groep met drie of vier andere groepen die ook klaar zijn. Kies binnen deze nieuwe groep eerst per persoon en vervolgens gezamenlijk een cel uit die je met elkaar verder wilt bespreken. Noteer de ervaringen met dit proces en het resultaat. (Welke conclusie kun je als groep formuleren ten aanzien van de concretisering van ‘waarde(n)vol onderwijs’ in jullie opleiding. Wat moet er gebeuren, wat kun je zelf en wat heb je van je leidinggevende nodig?) oek een collega en leg één van de vragen of opmerkingen uit één Z van de cellen voor: Over welke waarde en/of welk gedrag zou jij als eerste een gesprek binnen de opleiding willen zien?
Met welke onderstaande waarden heb je de meeste affiniteit in je opstelling tot je collega’s: –– integriteit –– geduld –– onpartijdigheid –– verdraagzaamheid –– beleefdheid
Noem drie situaties of concrete handelingen, waarin jij respect als een belangrijke waarde herkent.
Maak deze zin af: Collegiaal overleg over ’waarde(n)vol onderwijs; kan het beste als …
Aan welk gedrag zou jij graag bij jezelf iets veranderd willen zien?
Welke waarden of welk gedrag herken je wel/niet bij de opstelling van je collega’s tijdens teamvergaderingen?
Welke momenten acht jij geschikt om op opleidingsniveau als ‘lastig ervaren gedrag’ met elkaar te bespreken?
Bespreek een typerend gedrag van een collega en bespreek met elkaar welke waarde hieraan ten grondslag zou kunnen liggen.
Zoek een collega die een bepaalde waarde volgens jou fantastisch in praktijk brengt, jij zou er bijna jaloers op kunnen zijn. Bevraag deze collega/ medestudent op ‘het verhaal bij deze waarde’ (hoezo déze waarde, door wie geïnspireerd, in welke context het belang van deze waarde ontdekt, …)
17
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 17
03-04-13 14:53
18
De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
11. Waarde(n)elfje Een elfje is een wezen uit een andere wereld. Ze komt voor in sprookjes en heeft toverkracht. De wereld wordt mooier van elfjes. Zo wordt het onderwijs van Inholland mooier als we ons met elkaar nog meer inzetten voor ‘waarde(n)vol onderwijs’. Een ‘elfje’ is een gedicht van elf woorden. De vaste structuur van een ‘elfje’ dwingt om te schaven en te schuren aan gedachten, tot ze precies in de structuur passen en daardoor de kern weergeven van de onderliggende gedachten over ‘waarde(n)vol onderwijs’. Een ‘elfje’ bestaat uit elf woorden. De regels voor het maken van een ‘elfje’ zijn: eerste regel: één woord dit woord, één bepaalde waarde, roept een bepaalde sfeer op; tweede regel: twee woorden een zelfstandig naamwoord en een bijvoeglijk naamwoord waarbij het tweede woord iets over het eerste zegt; derde regel: drie woorden bijvoorbeeld een woord plus een vorm van een werkwoord die een concrete handeling aangeeft, passend bij de waarde van het woord in de eerste; vierde regel: vier woorden er wordt iets van een conclusie getrokken, of een kernachtige samenvatting van het voorafgaande; dit kan met een gevoel, een indruk, een beeld etc. te maken hebben; vijfde regel: één woord Dit elfje kan door elke docent individueel gemaakt worden, waarna in groepjes en vervolgens plenair een nabespreking volgt. of Je kunt een elfje maken in een groep met vijf mensen. De eerste persoon schrijft het eerste woord op, de volgende schrijft de regel van twee woorden, de volgende die van drie woorden enz. of Elk teamlid schrijft het eerste woord op een A4-tje. Vervolgens geeft iedere persoon het blaadje door aan degene die links van hem zit. Ieder heeft nu een blaadje voor zich met een beginwoord en schrijft daar een passende ‘zin’ van twee woorden onder. Daarna geeft men het blaadje weer door. Nu krijgt ieder een A4-tje voor zich met daarop het begin van een ‘elfje’, bestaande uit het openingswoord en daaronder de ‘zin’ van twee woorden. Ieder schrijft daaronder de drie-woord-‘zin’. Enzovoort totdat ieder het laatste ene slotwoord heeft geschreven. Ieder teamlid heeft dan een ‘elfje’ voor zich liggen dat samengesteld is uit de samenwerking met collega’s. Tot slot leest ieder teamlid een ‘elfje’ voor. Dit gebeurt plenair. In de nabespreking is er aandacht voor de verschillende aspecten die de diverse ‘elfjes’ belichten. Vragen die dit gesprek sturen, zijn: Met welk ‘elfje’ voel jij je het meest verbonden? Welke verschillende aspecten belichten de ‘elfjes’? Welke ‘elfjes’ bevatten niet te realiseren toekomstdromen van waarde(n)vol onderwijs? Welke ‘elfjes’ stralen toverkracht uit, waardoor ze te realiseren lijken? Welke ‘elfje’ is al aanwezig in de opleiding?
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 18
03-04-13 14:53
4 ‘Waarde(n)vol Inholland’, jouw verhaal. We willen jou en je collega’s bedanken dat je de tijd hebt genomen om de dialoog te voeren over waarde(n)vol onderwijs. We nodigen je uit om je ervaringen in het gesprek, de conclusies, de gebruikte werkvorm te noteren op dit formulier en dit met ons te delen. We zijn benieuwd naar je ervaringen! Je kunt het formulier en eventueel foto’s van bijvoorbeeld het gesprek, het materiaal of van de activiteiten mailen naar
[email protected]. Naam:
Team:
Locatie:
Welke werkvorm heb je gebruikt voor het gesprek met het team?
Hoe is het gegaan, wat is je opgevallen?
Welke concrete situaties heb jij samen met het team als waarde(n)vol geduid? Welke waarde(n) staat/staan in die situatie(s) centraal?
19
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 19
03-04-13 14:53
20 De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
Hoe wordt waarde(n)vol onderwijs momenteel door jullie ingevuld, of waar ontbreekt het (nog) aan?
Welke concrete stappen zetten jullie de komende maanden, of wat laten jullie zien op de weg van waarde(n)vol onderwijs en ‘Waarde(n)vol Inholland’?
Toelichting bijgevoegd materiaal: bijvoorbeeld foto’s van het gesprek, van de uitwerkingen of van activiteiten die je hebt ondernomen.
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 20
03-04-13 14:53
Geraadpleegde ‘gespreks’-partners: Avest, I. ter en C. Bakker (2008). Werk-in-uitvoering, Utrecht: Adviesgroep AGILO. Filosofie Magazine, jaargang 21, nr. 3 maart 2013. Hoogeveen, P. en J. Winkels (2000). Het didactische werkvormenboek; variatie en differentiatie in de praktijk. Assen: Van Gorcum. Kessels, J. (2006). Het Poëtisch Argument; Socratische gesprekken over het goede leven. Amsterdam: Boom.
21
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 21
03-04-13 14:53
22 De weg van ‘Waarde(n)vol Inholland’
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 22
03-04-13 14:53
23
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 23
03-04-13 14:53
640197 Inh Waardevol Onderwijs_V2.indd 24
03-04-13 14:53