ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Onderwijsinstituut Informatiewetenschappen studiejaar

UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Onderwijsinstituut Informatiewetenschappen studiejaar 2006 - 2007 DE MASTEROPLEIDING LOGIC DEEL B

HOOFDSTUK 1 - Doelstellingen en eindtermen van de opleiding Artikel 1.1 Doelstellingen en eindtermen van de opleiding Het doel van de Master of Science in Logic opleiding is het creëren van een internationale, interdisciplinaire en onderzoeksgerichte leeromgeving waarin studenten worden opgeleid to onderzoekers op het gebied van de logica, taal en informatie (`Logic, Language & Information' oftewel LLI). Afgestudeerden verkrijgen de graad van Master of Science. Artikel 1.2 Eindtermen van de opleiding Op basis van verworven kennis, inzicht en vaardigheden zijn studenten die de opleiding succesvol hebben afgerond in staat om interdisciplinair onderzoek te verrichten op het gebied van de LLI, als promovendus dan wel in een meer toepassingsgerichte omgeving. Het inzicht van de afgestudeerde is gebaseerd op: 1. een solide ondergrond in de belangrijkste aspecten van de logica en haar toepassingen in de informatica, taalkunde, wijsbegeerte en wiskunde; 2. gespecialiseerde kennis, op een gevorderd niveau, van één of meer van de volgende wetenschapsgebieden: Logic & Computation, Logic & Language, Logic & Mathematics, Logic & Philosophy. De verworven vaardigheden liggen op het terrein van onderzoek en communicatie. In het bijzonder kan een afgestudeerde: 1. onderzoeksvragen formuleren, en deze benaderen in een onderzoeksplan; 2. een bijdrage leveren aan de theorie-en en onderzoeksmethoden in het expertisegebied; 3. bijdragen aan het eigen onderzoeksgebied kritisch beoordelen, vanuit een bewustzijn van de geldende tradities en conventies; 4. samenwerken in een multidisciplinaire groep; 5. eigen werk presenteren en verdedigen, zowel mondeling als schriftelijk. Ten slotte heeft een afgestudeerde de intellectuele mobiliteit om traditionele grenzen te overstijgen tussen de wetenschapsgebieden die grenzen aan het specialisatiegebied.

Onderwijs- en Examenregeling 2006 -2007 Deel B Masteropleiding Logic

1

HOOFDSTUK 2 - Toelatingseisen Artikel 2.1 Toelating tot de opleiding 1. De masteropleiding Logic is een selectieve masteropleiding. Tot de masteropleiding kunnen personen worden toegelaten die: a) in het bezit zijn van een bachelordiploma Wiskunde, Informatica, Kunstmatige Intelligentie, Wijsbegeerte, Taalwetenschap of van een andere opleiding, èn: b) die een goede achtergrond en een sterke interesse in de formele logica hebben. Elke kandidaat moet een sollicitatieprocedure doorlopen (startend met het inleveren van: een application form, letter of motivation, transcripts, een of twee aanbevelingsbrieven) waarin wordt vastgesteld of aan de eis genoemd onder b) wordt voldaan. De sollicitatieprocudure staat vermeld op de website van de opleiding. 2. Indien de student niet voldoet aan de vooropleidingseisen in lid 1 of 2, kan deze alleen tot de opleiding worden toegelaten indien deficiënties zijn weggewerkt doordat de student heeft voldaan aan inhoudelijk vergelijkbare eisen.


2

HOOFDSTUK 3 - Opbouw van het curriculum Artikel 3.1 Algemeen Het programma traint studenten in moderne logica en de toepassing daarvan in disciplines als wiskunde, informatica, taalkunde, kunstmatige intelligentie en filosofie. Het programma is er op gericht de studenten een gemeenschappelijke ondergrond te bieden in de belangrijkste aspecten van de moderne logica. Het programma bouwt voort op het geleerde in de bachelorprogramma's. Omdat de achtergrond van de studenten sterk uiteen loopt, wordt een deel van het programma individueel vastgesteld. De gebieden (‘tracks’) waarin de student zich kan specialiseren zijn: • • • •

Logic and Mathematics (L&M; Logica en Wiskunde) Logic and Language (L&L; Logica en Taal) Logic and Philosophy (L&P; Logica en Filosofie) Logic and Computation (L&C; Logica en Informatica)

Artikel 3.1.1 Curriculum Het curriculum bestaat uit de volgende elementen: 1. Verplicht deel logica (12 EC): - Core Logic (6 EC) - Logic Project (onderzoeksproject - 6 EC). 2. Afstudeerproject (30 EC) 3. Specialisatie (16 of 20 EC). In het eerste semester zijn voor studenten in de tracks L&L en L&P de cursus Meaning, Reference and Modality (10 EC) verplicht. Voor studenten in de tracks L&M en L&C zijn de cursussen Introduction to Logic in Computer Science (4 EC) en Recursion Theory (6 EC) verplicht. In het tweede semester is een cursus per track verplicht: L&M Model Theory (6 EC) L&L Structures for Semantics (10 EC) L&P Logic and Cognition (10 EC) L&C Information Theory (6 EC) 4.

5.

Vrije keuze (66 of 58 EC). De studenten kunnen zonder beperkingen kiezen uit alle logica cursussen (zie 4.2.5). Tot een maximum van 20 EC kunnen deze cursussen zonder beperking uit alle cursussen op master-niveau aan de UvA gekozen worden (als de studenten tot deze cursussen toegelaten worden). Tot een maximum van 12 EC kunnen deze cursussen ook bestaan uit cursussen op bachelorniveau die dienen om deficiënties weg te werken met toestemming van de Examencommissie van de opleiding. Van studenten wordt verwacht dat zij 10 bijeenkomsten van de volgende reguliere onderzoeksseminars bijwonen: DIP colloquium; Logic Tea; GLoRiClass Seminar; Colloquium on Mathematical Logic. Voldoende deelname aan de seminars is een voorwaarde voor het beginnen aan het het afstudeerproject.


3

Artikel 3.2 Voltijds / Deeltijds De opleiding wordt voltijds en deeltijds verzorgd. Artikel 3.3 Taal Het programma Master of Logic wordt geheel in het Engels aangeboden. Indien voor een onderdeel geen buitenlandse studenten zijn aangemeld, kan de examinator besluiten het onderwijs in het Nederlands te verzorgen. Artikel 3.4. Semesters Het studiejaar is opgedeeld in twee semesters. Elk semester is opgedeeld in drie perioden van respectievelijk 8, 8, en 4 weken (periode a, b en c).

HOOFDSTUK 4 - Inhoud en omvang van de onderdelen Artikel 4.1

Het curriculum

Artikel 4.1.1

Het programma van de track Logic and Computation

Semester 1: Core Logic Introduction to Logic in Computer Science Logic Project (at least 6 EC)* Recursion Theory (Introduction to Modal Logic) ** Vrije keuzevakken Semester 2: Information Theory Logic Project (at least 6 EC)* Vrije keuzevakken Semester 3: Vrije keuzevakken Logic Project (at least 6 EC)* Thesis Master of Logic Semester 4: Vrije keuzevakken Thesis Master of Logic

EC

semester

periode

6 4 6 6 (6) 8/14

1 1 1 and/or 2 1 1 1

ab ab c ab ab ab

6 6 18

2 1 and/or 2 2

ab c ab

24 6 6

1 1 and/or 2 1

ab c abc

6 24

2 2

ab abc

* Het onderzoeksproject kan in het eerste, tweede of derde semester gedaan worden. ** Studenten zonder achtergrond in modale logica dienen de cursus Introduction to Modal Logic (6 EC) te volgen uit het bachelorprogramma wiskunde in de Vrije Keuzeruimte (deficiënties) van hun eerste semester.


4

Artikel 4.1.2

Het programma van de track Logic and Language

Semester 1: Core Logic Logic Project (at least 6 EC)* Meaning, Reference and Modality Vrije keuzevakken Semester 2: Structures for Semantics Logic Project (at least 6 EC)* Vrije keuzevakken Semester 3: Vrije keuzevakken Logic Project (at least 6 EC)* Thesis Master of Logic Semester 4: Vrije keuzevakken Thesis Master of Logic

EC

semester

periode

6 6 10 14

1 1 and/or 2 1 1

ab c ab ab

10 6 14

2 1 and/or 2 2

ab c ab

24 6 6

1 1 and/or 2 2

ab c abc

6 24

2 2

ab abc

* Het onderzoeksproject kan in het eerste, tweede of derde semester gedaan worden.


5

Artikel 4.1.3

Het programma van de track Logic and Mathematics

Semester 1: Core Logic Introduction to Logic in Computer Science Logic Project (at least 6 EC) * Recursion Theory (Introduction to Modal Logic) * * Vrije keuzevakken Semester 2: Model Theory (Axiomatic Set Theory) *** Logic Project (at least 6 EC)* Vrije keuzevakken Semester 3: Vrije keuzevakken Logic Project (at least 6 EC)* Thesis Master of Logic Semester 4: Vrije keuzevakken Thesis Master of Logic

EC

semester

periode

6 4 6 6 (6) 8/14

1 1 1 and/or 2 1 1 1

ab ab c ab ab ab

6 6 6 12/18

2 2 1 and/or 2 2

ab ab c ab

24 6 6

1 1 and/or 2 1

ab c abc

6 24

2 2

ab abc

* Het onderzoeksproject kan in het eerste, tweede of derde semester gedaan worden. ** Studenten zonder achtergrond in modale logica dienen de cursus Introduction to Modal Logic (6 EC) te volgen uit het bachelorprogramma wiskunde in de Vrije Keuzeruimte (deficiënties) van hun eerste semester. *** Studenten zonder achtergrond in verzamelingenleer dienen de cursus Axiomatic Set Theory (6 EC) te volgen uit het bachelorprogramma in de Vrije Keuzeruimte deficiënties) van hun tweede semester.


6

Artikel 4.1.4

Het programma van de track Logic and Philosophy

Semester 1: Core Logic Logic Project (at least 6 EC) * Meaning, Reference and Modality Vrije keuzevakken Semester 2: Logic & Cognition Logic Project (at least 6 EC)* Vrije keuzevakken Semester 3: Vrije keuzevakken Logic Project (at least 6 EC)* Thesis Master of Logic Semester 4: Vrije keuzevakken Thesis Master of Logic

EC

semester

periode

6 6 10 14

1 1 and/or 2 1 1

ab c ab ab

10 6 14

2 1 and/or 2 2

ab c ab

24 6 6

1 1 and/or 2 1

ab c abc

6 24

2 2

ab abc

* Het onderzoeksproject kan in het eerste, tweede of derde semester gedaan worden. Artikel 4.1.5 Vrije keuze vakken Studenten maken een keuze uit onderstaande Logica- vakken. Tot maximaal 20 EC mogen vakken van andere UvA-Masteropleidingen worden gekozen (mits de student daarbij wordt toegelaten). Eerste en derde semester: • Advanced Topics in Set Theory: Infinite Games (6 EC) • Basic Logic (4 EC) • Caput Logic, Language and Information (6 EC) • Causality (3 EC) • Combinatorics for Information Sciences (6 EC) • Formal Approaches to Grammar (6 EC) • Dialogue Systems (6 EC) • Distributed Programming Methods (6 EC) • Game Theory for Information Science (6 EC) • Introduction to Logic in Computer Science (4 EC; alleen voor L&L en L&P, omdat het verplicht is voor L&M en L&C) • Language & Speech Processing (6 EC) • Machine Learning: Principles and Methods (6 EC) • Meaning, Reference and Modality (10 EC; alleen voor L&M en L&C, omdat het verplicht is voor L&L en L&P) • Philosophy & Cognition (10 EC) • Qualitative Reasoning (6 EC) • Radical Interpretation (10 EC) • Rationality, Cognition and Reasoning (10 EC) • Reasoning with Uncertainty (6 EC) • Recursion Theory (6 EC; alleen voor L&L en L&P, omdat het verplicht is voor L&M en L&C) • Semantics & Pragmatics: Questions and Answers (10 EC) • Statistical Inference (3 EC) • Universal Algebra and Computation (6 EC) Onderwijs- en Examenregeling 2006 -2007 Deel B Masteropleiding Logic

7

Tweede en vierde semester: • Advanced Modal Logic (6 EC) • Advanced Topics in Recursion Theory (6 EC) • Automated Reasoning (6 EC) • Capita Machine Learning, Language and Speech (6 EC) • Computational Social Choice (6 EC) • Cooperative Games (6 EC) • Evolutionary Game Theory & Language Evolution (6 EC) • Fallacies -Part 1 (5 EC) • Information Theory (6 EC; alleen voor L&M, L&L en L&P, omdat het verplicht is voor L&C) • Internet Information (10 EC) • Knowledge Communication (6 EC) • Kolmogorov Complexity and MDL (10 EC) • Lambda Calculus (6 EC) • Language Learning (6 EC) • Language, Philosophy and Logic – part II (5 EC) • Logic and Cognition: from time to tense (10 EC; alleen voor L&M, L&L en L&C, omdat het verplicht is voor L&P) • Model Theory (6 EC; alleen voor L&L, L&C en L&P, omdat het verplicht is voor L&M) • Neural Nets & Symbolic Reasoning (6 EC) • Philosophical Logic (6 EC) • Probabilistic Grammars and Data Oriented Parsing (6 EC) • Quantum Computing (10 EC) • Seminar on Mathematical Logic (3 EC) • Structures for Semantics (10 EC; alleen voor L&M, L&P en L&C, omdat het verplicht is voor L&L) • Theory and Application of Multi Threading (6 EC) Artikel 4.2 Overgangsregeling 1. Studenten die zich in de doctoraalfase van het oorspronkelijke vierjarige KI- of INFprogramma bevinden, worden in de gelegenheid gesteld dit programma af te ronden. Een overstap naar het MSc-programma is voor hen niet mogelijk. 2. Studenten die zich in de doctoraalfase van het 5-jarige KI- of INF-programma bevinden hebben de keuze: a) dit 5-jarige doctoraalprogramma, leidend tot een doctorandustitel, af te ronden, of: b) over te stappen naar de MSc-opleiding. Daarbij leidt een specialisatie op het gebied van de logica tot een Master of Science diploma op het gebied van de Logica (MSc Logic) , en de overige specialisaties tot een Master of Science diploma op het gebied van de Artificiele Intelligentie (MSc Artificial Intelligence). In alle bovengenoemde gevallen geldt dat reeds behaalde studiepunten blijven staan. Bij keuze voor een MSc-opleiding worden die aangevuld met onderdelen uit de nieuwe Masterprogramma's. Bij keuze voor een 4-jarige, dan wel 5-jarige doctoraalprogramma kunnen ook vakken die geen onderdeel van de MSc-opleiding zijn, maar beter aansluiten bij het oorspronkelijke pakket, worden opgevoerd. 3. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de examencommissie. 4. De vakken Core Logic A en Core Logic B (2005-06) worden niet meer aangeboden, in plaats daarvan zijn gekomen de vakken Philosophical Logic en Introduction to Logic in Computer Science. De volgende regeling is bedoelt voor studenten die voor 1 september 2006 zijn gestart met het masteropleiding Logic. Als het vak Core Logic A of B nog niet is behaald, dient het corresponderende nieuwe vak te worden behaald.


8

HOOFDSTUK 5 - Aanvullende regelingen Onderwijsinstituut Informatiewetenschappen masteropleidingen 2006-2007 Artikel 5.1 Volgorde van de tentamens 1. De student kan pas deelnemen aan tentamens van een onderdeel nadat de student heeft aangetoond dat hij de benodigde voorkennis bezit. Daartoe dient een student de in de studiegids vermelde vakken welke gelden als voorkennis met voldoende resultaat te hebben afgerond. 2. De student kan pas beginnen aan het afstudeerproject van de opleiding indien aan alle verplichtingen is voldaan en het vakkenpakket is goedgekeurd door de Examencommissie. De verplichtingen staan vermeld bij de programma’s. 3. De examencommissie kan op verzoek van een student ten gunste van die student afwijken van het gestelde onder lid 1 en lid 2. Artikel 5.2 Aanmelding en afmelding voor (her)tentamens 1. Om te worden toegelaten tot een tentamen dient de student zich tijdig aan te melden. 2. Aanmelding geschied op een door het Onderwijsinstituut bekend te maken wijze via studieweb. 3. Indien een student zich niet op de aangegeven wijze heeft aangemeld, heeft hij geen toegang tot het tentamen en zal van dat tentamen geen uitslag in de administratie worden opgenomen. 4. Een student kan zich in de eerste twee blokken (per semester) aanmelden voor onderdelen met een maximale studielast van in totaal 36 EC. 5. In overleg met en na instemming van de studieadviseur kan van het gestelde in lid 4 worden afgeweken. Artikel 5.3 Uitslagen tentamens 1. Indien een tentamen uit meerdere onderdelen bestaat (zoals bijvoorbeeld practica en/of schriftelijk werk), blijven de resultaten van deze deelresultaten geldig tot de eerstvolgende keer dat het onderdeel wordt aangeboden. 2. Wanneer een onderdeel meer dan een keer per jaar wordt aangeboden heeft de student die na het tentamen van de eerste keer niet is geslaagd de keuze: 1. met behoud van deelresultaten de eerste herkansing (en mogelijk de tweede herkansing) te doen, of : 2. te kiezen voor het opnieuw volgen van het gehele vak (met aansluitend de drie tentamengelegenheden), waarbij de reeds behaalde deelresultaten vervallen. 3. Indien het tentamen een vak betreft dat onregelmatig wordt aangeboden of niet meer wordt aangeboden, blijven de resultaten van deeltentamens geldig tot het einde van het studiejaar volgende op het jaar waarin het deeltentamen is behaald. Artikel 5.4 Het volgen van onderwijs 1. Voor toelating tot het onderwijs van een onderdeel geldt als voorwaarde dat de student zich vooraf en op een door het Onderwijsinstituut aangegeven wijze voor dat onderdeel heeft aangemeld. 2. Mededelingen over de wijze waarop en de termijnen waarbinnen studenten zich dienen aan te melden, worden per e-mail gedaan en tevens op de onderwijswebsite gepubliceerd. 3. Voor elk onderdeel waarop dat van toepassing is, wordt in de studiegids vermeld welke onderwijsonderdelen vooraf dienen te zijn gevolgd of afgerond. 4. Indien een student niet voldoet aan de voorkennisvereisten zoals vermeld in lid 3, heeft de student geen toegang tot het onderwijs. Onderdelen waarvan de uitslag niet binnen de in deel A gestelde termijnen bekend is gemaakt, mogen niet als voorkennis worden vereist. 5. Indien een student zich heeft aangemeld voor een onderdeel en toegang heeft tot dat onderdeel, is hij eveneens ingeschreven voor het tentamen direct volgend op het onderwijs en het eerste hertentamen voor dat onderdeel


9

6. Indien een student zich niet op de voorgeschreven wijze heeft aangemeld, wordt voor de student van het betreffende onderwijsonderdeel geen resultaat in de administratie opgenomen en worden voor het betreffende onderwijsonderdeel geen studiepunten toegekend. Artikel 5.5 De examencommissie, examens 1. Het getuigschrift wordt gedateerd op de datum van het laatst behaalde tentamenresultaat. De student kan de Examencommissie verzoeken het getuigschrift op een latere datum te vermelden. 2. Bij het vaststellen van een judicium: in geval van vrijstellingen beslist de Examencommissie. 3. Verzoeken aan de Examencommissie dient de student schriftelijk gemotiveerd te richten aan de voorzitter van de Examencommissie; verzoeken worden ingediend bij de studieadviseur. 4. Het besluit om een verzoek als vermeld in lid 3 niet te honoreren wordt door de Examencommissie gemotiveerd genomen, nadat de student de gelegenheid heeft gekregen mondeling dan wel schriftelijk aanvullende informatie te geven. 5. De Examencommissie beslist op haar eerstvolgende vergadering maar niet later dan vijf weken, de maand juli niet meegerekend, na ontvangst van het verzoek. 6. Indien de Examencommissie langer nodig heeft om tot een besluit te komen, wordt de student hiervan zo spoedig mogelijk gemotiveerd in kennis gesteld, onder vermelding van een nieuwe termijn. Deze termijn is niet langer dan vier weken na de termijn in lid 5. 7. De student wordt van de beslissing zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis gesteld. Indien de Examencommissie niet heeft beslist binnen de termijn bedoeld in het 5e lid, dan wel lid 6 indien van toepassing, wordt de goedkeuring geacht te zijn verleend. 8. Tegen beslissingen van de Examencommissie dan wel van examinatoren staat beroep open bij het College van Beroep voor de examens binnen 4 weken nadat de student de beslissing op zijn verzoek heeft ontvangen. 9. De student dient bij besluiten van de Examencommissie dan wel van een examinator, inclusief de uitslag van een afgelegd tentamen en/of examen expliciet te worden gewezen op de mogelijkheid van het instellen van beroep bij het College van Beroep voor de examens. (Adres: College van beroep voor de examens, Spui 21,1012 WX, Amsterdam). Artikel 5.6 Vrije keuzeruimte In het studiejaar 2006-2007 kennen de masteropleidingen Informatiekunde, Software Engineering en System and Network Engineering geen vrije keuzeruimte. Voor de overige opleidingen geldt: 1. Als keuzevak in een masteropleiding kunnen alleen vakken op het niveau van masteropleidingen worden gekozen. 2. Keuzevakken mogen inhoudelijk niet teveel overlap met vakken uit het eigen curriculum hebben, dit ter beoordeling door de Examencommissie. 3. Keuzevakken op masterniveau aangeboden door IIS en ILO komen voor goedkeuring in aanmerking. 4. Voor het meetellen van (keuze)vak voor het vakkenpakket is goedkeuring door de Examencommissie nodig. 5. De Examencommissie kan op verzoek van de student bepalen dat een vak uit een bacheloropleiding wel meetelt voor het vakkenpakket. De Examencommissie bepaalt voor hoeveel studiepunten het vak meetelt.


10

Artikel 5.7 Stage 1. Een deel van de vrije keuzeruimte kan worden gebruikt voor een externe stage. 2. De student maakt hiervoor een vakomschrijving met doel en inhoud van de stage en zoekt een begeleider vanuit de opleiding. 3. Een stage kan maximaal 10 EC opleveren. 4. Deelname aan een summerschool kan ook worden gezien als externe stage. 5. Voor het meetellen van een stage voor het vakkenpakket is goedkeuring door de Examencommissie nodig. Artikel 5.8 Dubbele masterprogramma’s 1. Voor het verkrijgen van twee masterdiploma’s geldt dat de student de verplichte onderdelen van beide programma’s moet behalen. 2. Het totaal aantal te behalen studiepunten voor twee masterdiploma’s is minstens 60 meer dan het aantal te behalen studiepunten voor de grootste van beide opleidingen. 3. Wanneer een onderdeel verplicht is in beide opleidingen wordt het aantal te behalen studiepunten in de gebonden keuzeruimte van één van beide opleidingen met het aantal studiepunten van dat verplichte vak uitgebreid, dit ter beoordeling door de Examencommissie. 4. De student dient twee afstudeerscripties te schrijven of één die aanwijsbaar aan elk van beide opleidingen recht doet. 5. Vanuit beide programma’s moet een begeleider worden gekozen. 6. De Examencommissie van beide opleidingen moet het vakkenpakket goedkeuren.


11

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Onderwijsinstituut Informatiewetenschappen studiejaar

Recommend Documents