nieuwsbrief tweemaandelijks tijdschrift jaargang 38 - nummer 5 - september/oktober v.u. : Raf Pauly, Beauduinstraat 42, 3300 TIENEN
afgiftekantoor Tienen Centrum P 802122
Tiense Vrijzinnige Kring vzw Donystraat 14 | 3300 Tienen Tel : 016 81 31 66
[email protected] www.vrijzinnigtienen.be
www.vrijzinnigtienen.be
BELGIË - BELGIQUE
P.B. 3300 TIENEN Centrum 2/3088
Het vrije woord vooraf
Beste leden, sympathisanten, Beste lezers, Het najaar begint alvast goed vorm te krijgen - we tonen dat ook in dit Lopend Vuurtje. Ons programma laat zien dat we als vrijzinnigen betrokken zijn op veel fronten in de maatschappij. Een blik op onze kalender toont onze betrokkenheid op het moeilijke probleem van een waardig levenseinde, op de rol van politiek, maar ook een interesse in onze geschiedenis, en een drang naar cultuur. Dat levenseinde voor ons een belangrijk thema is, hoeven we eigenlijk niet te herhalen. Het is één van de maatschappelijke domeinen waarin we nog steeds moeten ijveren voor het recht op zelfbeschikking, de autonomie van het individu. Jullie vinden in dit LV een tekst uit het boek “Een Goede Dood”, dat stil staat bij 10 jaar euthanasiewet. Daarnaast zullen de huizenvandeMens en H-VV Vlaams-Brabant op verschillende lokaties in onze provincie een informatieavond met Wim Distelmans en Jacinta de Roeck organiseren. Voor onze regio zal dit doorgaan in Landen - zo proberen we onze boodschap ook buiten Tienen te brengen. Jullie zijn natuurlijk van harte welkom. Levenseinde is echter meer dan het zelf kiezen van je eigen dood, het is ook nadenken over wat er na je dood komt, bijv. door te denken aan orgaandonatie. Eline Cautaerts van de Maakbare Mens zal naar ons VOC komen om ons een stand-van-zaken te laten weten, en misschien ook eens blik op de toekomst te werpen. Zaterdag 29 september gaan we op uitstap naar Geel—om er van Jos Rathé meer te vernemen over het lot van de joodse patiënten ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Mr. Rathé zal ons een voordracht geven in het zaaltje van De Kruimel. In de namiddag gaan we dan op verkenning in de historische site van de Centrale Infirmerie aan de Pas. Het leek ons alleszins een stuk geschiedenis dat de moeite is om samen met jullie te ontdekken. Politieke deelname van vrije burgers is een belangrijk vrijzinnig humanistisch gegeven. De afgelopen twee jaren hebben Spaanse jongeren in Europa, de zgn. “Indignados”, het voortouw genomen om politieke participatie een nieuwe vorm te geven. Hoe dat in zijn werk ging, gaan we jullie tonen in een voordracht in oktober. In dit LV vind je alvast een artikel ter kennismaking. Natuurlijk willen we ook op tijd ontspanning. Vaste afspraak daarvoor is onze filmavond, Open Lens. We starten in september alvast met “Winter’s Bone”. De rest van het programma hangt van jullie af. Kijk dus zeker eens op de laatste bladzijde van het LV - dan krijg je zin om eens langs te komen. Na de film ontspannen we immers altijd even in onze cafetaria, met traditiegetrouw een drankje van het huis! Zoals steeds Met vrijzinnige groet, Raf Pauly
Inhoud
Levenseinde
2
Tekst:: “Waar naar toe met de Wet inzake Euthanasie?” Voordracht Wim Distelmans: “Waardig Levenseinde” Voordracht Eline Cautaerts: “Orgaandonatie”
3 7 8
Idignados & Occupy
9
Voordracht Indignados & Occupy - de nieuwe democratie? Linus Vanhellemont & Raf Pauly Tekst: “Indignados”
9 10
De Duitsers kwamen niet Uitstap & Voordracht Jos Rathé: De redding van de joodse patiënten van 14 de Rijkskolonie te Geel (1940-1945) Open Lens: najaar 2012
16
Kalender
© Bill Watterson, 1987 (eigen vertaling) 1
Levenseinde Artikel : (pg 3)
“Waarnaar toe met de wet inzake euthanasie” Franky Bussche & Wim Distelmans
Voordracht : (pg 7)
“Een waardig levenseinde” Wim Distelmans Gevolgd door panelgesprek met Jacinta de Roeck
Voordracht: (pg 8)
“Orgaandonatie” Eline Cautaerts (De Maakbare Mens)
Waarnaartoe met de wet inzake euthanasie?
O
nderstaande tekst is een samenstelling van teksten uit “Een Goede Dood – 2002-2012: Tien jaar ‘controversiële’ euthanasiewet?”, met name uit bijdragen van Franky Bussche en Wim Distelmans. Hier en daar aangevuld met eigen bijdragen of formuleringen - eventuele onjuistheden zijn dus in de eerste plaats terug te voeren op de redacteur van ‘t Lopend Vuurtje.
tueel verzoek voor onmiddellijke euthanasie, en dit heeft niets te maken met de vraag naar een euthanasie over enkele maanden of jaren (via een zgn. ‘voorafgaande wilsverklaring’ – hier gaan we zodadelijk op in). Voor welke gevallen kan men een verzoek tot euthanasie indienen? De wet omschrijft de situatie waarin tot euthanasie kan worden verzocht als volgt : “de patiënt [bevindt] zich in een medisch uitzichtloze toestand (…) van aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden dat niet gelenigd kan worden, en dat het gevolg is van een ernstige en ongeneeslijke, door ongeval of ziekte veroorzaakte aandoening”.
1. Wat houdt de wet nu in? De Wet betreffende Euthanasie van 2002 stelt een aantal voorwaarden waaraan iemand moet voldoen om euthanasie te kunnen vragen. Bovendien zijn er twee verschillende manieren om euthanasie te vragen: via een rechtstreeks verzoek of via een voorafgaande ingevulde wilsverklaring. Beide procedures hebben bovendien een ander toepassingsgebied.
Het verzoek zelf moet ook aan een aantal voorwaarden voldoen: het moet vrijwillig, herhaald en duurzaam zijn. Vrijwillig betekent dus dat het niet onder druk van derden wordt gevraagd. Bovendien moet het verzoek schriftelijk gebeuren, en dit moet opgesteld, gedateerd en getekend zijn door de patiënt zelf. In de praktijk moet het er dus staan: “ik, naam en voornaam, wil euthanasie”, gevolgd door een datum en handtekening. Achteraf kan de arts dit als bewijs voorleggen. Indien de patiënt zelf niet in staat is tot een schriftelijk verzoek, gebeurt het op schrift stellen door een meerderjarige persoon die gekozen is door de patiënt en geen materieel belang mag hebben bij de dood van de patiënt.
Het gaat om een medisch uitzichtloze situatie. Dit bepaalt de behandelende arts. Uit het medisch dossier moet op te maken zijn of men lijdt aan een ‘ernstige en ongeneeslijke, door ongeval of ziekte veroorzaakte aandoening’. Met ziekte bedoelt men niet alleen een fysieke aandoening, maar het kan ook om een psychische ziekte gaan. Zo heeft iemand met een bipolaire stoornis, die bijvoorbeeld gedurende dertig jaar zonder resultaat werd behandeld, het recht om euthanasie te vragen. In de praktijk ziet men nog steeds weinig artsen op zo’n verzoek ingaan. Een bijkomend probleem voor psychiatrische patiënten is dat ze vaak wilsonbekwaam zijn. Het gaat ook om ondraaglijk lijden. Dit bepaalt de patiënt zelf. De patiënt moet echter zijn arts hiervan kunnen overtuigen. Het is duidelijk dat een bedlegerige kankerpatiënt dit met minder moeite zal kunnen doen dan iemand met een psychiatrische stoornis. Indien met ‘terminaal ziek’ is, moet een tweede arts geconsulteerd worden. Logisch, de eerste arts kan altijd een curatieve mogelijkheid over het hoofd gezien hebben. De tweede arts kan ofwel andere behandelingen voorstellen ofwel het besluit van de eerste arts bevestigen, nl. dat de patiënt terminaal ziek is en ondraaglijk lijdt. Het advies van de tweede arts moet door de eerste arts aan de patiënt worden meegedeeld, maar is niet bindend. Uiteindelijk is het de patiënt die beslist.
Voor alle duidelijkheid: het gaat hier om een ac-
Als met ‘niet-terminaal ziek’ is – bijvoorbeeld een
Schriftelijk verzoek tot Euthanasie De patiënt moet meerderjarig zijn en handelingsbekwaam. Dit laatste wil zeggen dat de patiënt weet wat zijn gezondheidstoestand is, wat de behandelingsmogelijkheden zijn, de neveneffecten, de alternatieven (bijvoorbeeld palliatieve zorg) en hun nevenwerkingen. De patiënt moet hieruit kunnen kiezen: wat wil ik, wat wil ik niet. Als de patiënt deze keuzes kan maken, is hij voldoende wilsbekwaam en kan hij dus ook om euthanasie vragen.
3
patiënt met verlammingen of psychiatrische patiënten – moet er naast een tweede ook nog een derde arts om advies gevraagd worden. De tweede arts heeft geen specifieke kwalificaties nodig. De derde arts moet echter een specialist zijn in de aandoening waaraan de patiënt lijdt of het mag ook een psychiater zijn.
sprekken met mensen die informatie komen vragen in het huisvandeMens. Bovendien is de wilsverklaring euthanasie enkel geldig voor vijf jaar, daarna moet ze vernieuwd worden. Je moet dus om de vijf jaar opnieuw laten registeren. Er bestaat ook een zogenaamde “negatieve wilsverklaring” (vroeger ook ‘levenstestament’ genoemd). Deze mogelijkheid bestaat dankzij de Wet op de Patiëntenrechten. In een ‘negatieve wilsverklaring’ kan men vastleggen welke behandelingen, onderzoeken, etc. men niet wilt ondergaan op het moment dat men dit zelf niet meer kan uitdrukken. Deze negatieve wilsverklaring blijft onbeperkt geldig, en blijft ook gelden als men wilsonbekwaam zou worden. Bovendien is zo’n negatieve wilsverklaring wél afdwingbaar – artsen kunnen er dus niet aan voorbij.
Het verschil tussen terminaal en niet-terminaal is niet altijd duidelijk. Sommige ziekenhuizen en woonzorgcentra hebben een visietekst, waardoor artsen enkel euthanasie mogen toepassen op terminaal zieken. Als een patiënt met een euthanasievraag in zo’n instelling terechtkomt, riskeert hij dat de arts altijd gelijk zal hebben – ‘je bent nog niet terminaal’ – gezien er geen duidelijke definitie van bestaat. Sommige mensen krijgen te horen dat ze nog niet terminaal genoeg zijn voor euthanasie, maar dat ze wel ‘in slaap’ – palliatief gesedeerd – kunnen gebracht worden. Indien met niet terminaal ziek is, moet bovendien een wachttijd van één maand geresprecteerd worden tussen het schriftelijk verzoek en het uitvoeren van de euthanasie.
Het opstellen en registeren van een wilsverklaring euthanasie en een negatieve wilsverklaring moet volgens bepaalde procedures en voorwaarden gebeuren. Hiervoor kan u altijd terecht in het huisvandeMens.
Het is ook belangrijk om te onthouden dat het vragen naar euthanasie een verworven recht, maar artsen kunnen niet gedwongen worden om op een verzoek in te gaan. Dit is wat men ook al eens de “gewetensclausule” van de wet noemt.
2. Aanpassen van de Euthanasiewet? Ondanks het feit dat de Belgische euthanasiewet een goede wet is, blijkt na tien jaar ervaring duidelijk dat hij aan verbetering toe is. De patiënt heeft het recht om euthanasie te vragen. De arts heeft ook – terecht – het recht om te weigeren. De wet biedt aan heel wat mensen gemoedsrust. De patiënt met een euthanasiewens weet dat hij aan een ‘noodrem’ kan trekken. Bovendien heeft deze wet ook het maatschappelijk debat over palliatieve zorg, lijden, sterven, inspraak en zelfbeschikking enorm geïnspireerd. Er bestaan er echter nog een aantal heikele punten die om aanpassing vragen.
Voorafgaande wilsverklaring Naast het rechtstreekse schriftelijke verzoek tot onmiddellijke euthanasie, voorziet de wet ook in de mogelijkheid om een wilsverklaring op te stellen. De wilsverklaring voorziet burgers van de mogelijkheid om vooraf duidelijk te maken dat men euthanasie wilt, in het geval met het later niet meer zelf kan vragen.
Wilsbekwame minderjarigen
Deze wilsverklaring verschilt echter helemaal van het hier voorgaand besproken schriftelijk verzoek. De wilsverklaring tot euthanasie geldt immers slecht in de door wet beschreven situatie: “dat hij lijdt aan een ernstige en ongeneeslijke, door ongeval of ziekte veroorzaakte aandoening; hij niet meer bij bewustzijn is; en deze toestand volgens de stand van de wetenschap onomkeerbaar is.” De enige toestand die aan deze omschrijving voldoet is coma. Bij een aangetast, verminderd of beschadigd bewustzijn (denken we aan bijv. dementie) geldt deze wilsverklaring dus niet. Het zijn echter net deze situaties waar mensen bang voor zijn – dat blijkt ook uit de ge-
Naar analogie met Nederland moet euthanasie ook mogelijk worden voor wilsbekwame minderjarigen. Minderjarigen kunnen eveneens een gelegitimeerde wens tot euthanasie uiten omwille van ondraaglijk lijden. We moeten echter geen ondergrens aan de leeftijd vastleggen, maar dit mogelijk maken op basis van de maturiteit van de minderjarige, zoals dit ook gebeurt in de wet betreffende rechten van de patiënt. De ondergrens in Nederland ligt op 12 jaar, omdat vanaf deze leeftijd het abstract denkvermogen meestal ontwikkeld is. Vanaf dan kan een minderjarige 4
het onderscheid maken tussen op reis gaan (en terug thuiskomen) en doodgaan (niet meer terugkomen) en kan hij als voldoende wilsbekwaam beschouwd worden. Maar een ondergrens verplaatst enkel het probleem. Wat met een minderjarige van 11 jaar die om euthanasie verzoekt en voldoende wilsbekwaam is? De ervaring leert immers dat zwaar zieke kinderen, die al heel wat hebben meegemaakt, vaak een mentale leeftijd hebben die ver boven deze van hun biologische leeftijdsgenoten reikt.
Uitbreiding voorafgaande wilsverklaring Het grootste knelpunt in de praktijk is het beperkte toepassingsgebied van de voorafgaande wilsverklaring – deze geldt immers enkel in geval van coma. Zoals hiervoor gezegd, zijn het situaties van aangetast bewustzijn (zoals dementie) waar mensen bang voor zijn. De situatie is nu zo dat men via de Wet op de Patiëntenrechten vooraf kan eisen dat sondevoeding niet wordt opgestart in een bepaald stadium van dementie (‘negatieve wilsverklaring’), maar dat men in dezelfde situatie niet vooraf kan verzoeken om euthanasie via een voorafgaande wilsverklaring.
Wilsonbekwame minderjarigen Voor het probleem van de wilsonbekwame minderjarigen, waar de arts machteloos staat in situaties van ondraaglijk en uitzichtloos lijden, ontbreekt een wettelijk kader. De problematiek is echter totaal anders. Per definitie kunnen deze kinderen nooit om euthanasie vragen (bijv. pasgeborenen met ernstige afwijkingen). De euthanasiewet kan dus niet uitgebreid worden tot deze patiëntjes. In Nederland heeft men aan het UZ Groningen hiervoor een procedure ontwikkeld, het zgn. protocol van Groningen, om levensbeëindigend handelen bij wilsonbekwame kinderen (niet enkel pasgeborenen) aan te geven. In België doet het supportteam van het UZ Brussel pogingen, samen met de neonatologen, om een gelijkaardig protocol door Justitie te laten goedkeuren.
Bovendien zou ook de geldigheidsduur van de wilsverklaring onbeperkt moeten zijn, in plaats van vijfjaarlijks te vernieuwen. De registratie bij gemeenten dient bovendien soepeler te verlopen. Nu worden mensen soms geconfronteerd met extra voorwaarden die de ambtenaren stellen en die geen enkele wettige basis hebben zoals het moeten gebruiken van de documenten met de opdruk van de gemeente (in plaats van het model in het Belgisch Staatsblad), fotokopies van de identiteitskaarten van de getuigen, tot en met het moeten meebrengen van de getuigen bij de registratie van de wilsverklaring. Een goede bijscholing van de ambtenaren betreffende de registratie van de wilsverklaring lijkt dan ook gewenst.
Doorverwijsplicht van de arts De doorverwijsplicht is niet in de wet opgenomen. In de wet staat dat artsen die geen euthanasie willen toepassen dit tijdig aan de patiënten moeten laten weten. “Tijdig” wordt echter niet gedefinieerd. Stel dat iemand aan zijn arts vraag om ‘hem te helpen’ als het zover is. De arts denkt bijvoorbeeld aan palliatieve sedatie, terwijl de patiënt euthanasie voor ogen heeft. Er dus een communicatiestoornis. Als het moment gekomen is, vraagt de patiënt om euthanasie, waarop de arts antwoordt dat hij dat niet doet. In de wet staat dat de patiënt dan zelf een andere arts moet zoeken. Vaak is dit niet meer mogelijk, gezien de patiënt te fel verzwakt is. Dit kan aanleiding geven tot schrijnende situaties. In de wet moet dus opgenomen worden dat een arts die weigert, contact legt met een arts die mogelijks wel op het verzoek van de patiënt wil ingaan.
3. En wat met de instellingen? Nu leggen sommige instellingen extra voorwaarden op zoals de palliatieve filter, het vragen van advies aan het ethisch comité. Sommigen weigeren euthanasie bij ‘niet-terminale’ patiënten of verbieden euthanasie toe te passen. Door dit instellingsbeleid wordt de euthanasiewet uitgehold, met als uitleg dat men als instelling ook gewetensbezwaren kan hebben en dat euthanasie niet verenigbaar is met de identiteit van de instelling. Een persoon heeft een geweten, maar een instelling niet. Bovendien staan sommige instellingen ook weigerachtig tegenover de levenseindeproblematie uit angst om een ‘slechte naam’ te krijgen. Wanneer 25 jaar geleden aan ziekenhuizen en woonzorgcentra werd voorgesteld om palliatieve teams op te richten, vonden veel zorginstellingen dit niet nodig en zelf ongepast omdat patiënten bij hen toch ‘niet stierven’, maar integendeel ‘curatief behandeld’ werden. 5
Wanneer men dezelfde zorginstellingen nu vraagt waarom euthanasie bij hen nog altijd moeilijk ligt, reageren sommigen dat ze ‘euthanasie niet nodig hebben omdat ze over palliatieve zorg beschikken’!
schouwd worden. In de euthanasiewet wordt de gewetensvrijheid gegarandeerd. De wet stelt terecht dat geen arts of andere persoon verplicht kan worden om mee te werken aan euthanasie. Herman Nys, specialist medisch recht KU Leuven, stelt dat puur juridisch gezien deze persoon ook een rechtspersoon kan zijn. Dit leek toch wel niet de bedoeling van de wetgever die onder het verzorgend team wel degelijk de zorgverleners aan het bed van de patiënt rekende en niet één of ander directielid van de instelling. Professor Nys stelt wel dat een ziekenhuis met een monopolie-positie in een bepaalde regio geen euthanasie zou mogen weigeren, hoewel dit juridisch wel anders geïnterpreteerd kan worden.
Het kan niet dat ziekenhuizen en woonzorgcentra, die gefinancierd worden met publieke middelen en een publieke dienstverlening verzorgen voor de bevolking, de wet betreffende euthanasie naast zich neer leggen of restrictief toepassen of boycotten met extra voorwaarden. Het is toch onmenselijk dat patiënten op het einde van hun leven hun vertrouwde woonzorgcentrum moeten verlaten en even bij een familielid moeten gaan logeren om daar euthanasie te kunnen krijgen. Iedereen wordt geacht de Belgische wetten te eerbiedigen. Bij het niet respecteren kan men misschien denken aan een vorm van sanctionering van de instelling door de subsidiëring in vraag te stellen. In sommige instellingen worden de verzoeken om euthanasie genegeerd of op de lange baan geschoven en kan men spreken van ‘palliatieve hardnekkigheid’ wanneer de wens van de patiënt om euthanasie te krijgen niet wordt gehoord of vervangen door palliatieve sedatie. Het zelfbeschikkingsrecht van het individu, dat trouwens niet allen fundamenteel is voor vrijzinnig humanisten maar ook gedeeld wordt door mensen uit andere levensbeschouwingen, blijkt nog altijd moeilijk aanvaardbaar te zijn voor sommige christelijke en andere beleidsmakers. Dit bleek reeds in 2002 in het eerste advies en visietekst Zorg voor een menswaardig levenseinde van het toenmalige VVI (het huidige Zorgnet Vlaanderen) naar aanleiding van de euthanasiewet met onader andere het inbouwen van de palliatieve filter en de weigering tot euthanasie bij niet-terminalen. We stellen een duidelijk conflict vast tussen het autonomieprincipe en de christelijke ethische benaderingen van sommigen bij het levenseinde. Volgens deze ingesteldheid kan euthanasie immers slechts in een uiterste ‘noodsituatie’, als alle palliatieve middelen blijken te falen en de terminale patiënt in vreselijke agonie riskeert te verzeilen: euthanasie uit ‘compassie’ dus. Volgens dezelfde ingesteldheid kan euthanasie niet wanneer de patiënt ook in een niet-terminale fase om een zelfgekozen levenseinde verzoekt: euthanasie uit ‘respect voor zelfbeschikking’ dus. Bovendien is het begrip ‘terminaal’ nergens gedefinieerd, waardoor de patiënt afhankelijk wordt van de willekeur van de zorginstellingen en/of haar artsen en kan men altijd als ‘nog niet voldoende terminaal’ be-
Om dit alles uit te klaren is er dringend behoefte aan jurisprudentie ter zake. Tot hiertoe werd echter nog geen enkele officiële klacht tegen een instelling neergelegd.
Een Goede Dood. 2002-2012: Tien jaar controversiële euthanasiewet? 2012, VUBPRESS, 368 pg’s Uit te lenen in het huisvandeMens Beauduinstraat 42 3300 Tienen
[email protected]
6
WIM DISTELMANS “EEN WAARDIG LEVENSEINDE” GEVOLGD
DOOR EEN PANELGESPREK MET
JACINTA DE ROECK
Donderdag 4 oktober, Zaal Amfi Stationsstraat 30, LANDEN Inkom gratis Voor iedereen die zich vragen stelt bij een zelfgekozen levenseinde, en graag een heldere uitleg wil. Waarover gaat het als we praten over ‘levenseinde’, ‘euthanasie’ en ‘palliatieve zorg’ ? Professor Distelmans vertaalt de theorie vanuit zijn ervaring naar een toegankelijk betoog voor een breed publiek. Wim Distelmans (1952) is kankerspecialist en professor in de palliatieve geneeskunde aan de VUB. Hij pionierde in België voor de erkenning van palliatieve zorg en vocht voor het recht op euthanasie. Hiervoor werd hij in 2003 bekroond met de Arkprijs van het Vrije Woord. Wim Distelmans is tevens titularis van de leerstoel “Waardig Levenseinde” van deMens.nu (Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw) aan de VUB
Jacinta de Roeck (1956) is directeur van H-Vv en voormalig politica. Zij was een van de drijvende krachten achter de euthanasiewet, en blijft zich ook nu inzetten voor verdere uitbreiding van de wet.
7
ORGAANDONATIE
Maandag 17 september - 20:00 VOC, Donystraat 14, Tienen www.vrijzinnigtienen.be
“In ons land sterven wekelijks twee mensen die op een wachtlijst stonden voor een orgaantransplantatie. De Belgische wetgeving stelt nochtans dat iedereen vanaf 18 jaar automatisch orgaandonor is. In de praktijk gaat 15 procent van het aantal donoren echter verloren door weigering van de familie. Op verschillende terreinen wordt naar oplossingen gezocht om het tekort aan organen terug te dringen. De overheid zou meer moeten investeren in informatiecampagnes. Anderen stellen voor om de procedure van recrutering of toewijzing aan te passen. Of zouden xenotransplantatie en stamceltherapie de toekomst zijn van orgaandonatie?”
Inkom: € 3 leden € 4 niet-leden -18 jaar: gratis Studenten halve prijs
Voordracht door Eline Cautaerts MAAKBARE MENS vzw www.demaakbaremens.org
8
‘Indignados’ Vorig jaar leerden we een nieuwe soort mondiale protesten kennen, aan beide kanten van Atlantische Oceaan. In Spanje sprak men al snel over de “Indignados”, in Amerika over de “Occupy”-beweging. Ze kregen weerklank over heel de wereld, ja, ook in België. Gevoed door ongenoegen en de nieuwe communicatiemogelijkheden die het internet biedt. Herinnert u zich nog de betoging van meer dan 6000 mensen in Brussel, op 15 oktober 2011? Wel, in Madrid waren er op dat moment een kleine 500.000.
cijfers van juni 2012 laten zien dat niet betert: 52,7% voor jongeren onder 25. Om u een punt van vergelijking te geven: voor België is dit percentage 19,5. En het zijn niet alleen jongeren die te klagen hebben. De algemene werkloosheid in Spanje bedraagt op dit moment net geen 25% (in België is dat 7 % - de laaggeschoolden zitten wel aan 14%) Die werkloosheidcijfers komen niet uit de lucht vallen – ze zijn maar één van de gevolgen van het politiek wanbeleid en de mondiale financiële crisis van 2007-2008. Bedrijven gaan over kop, gezinnen verliezen hun inkomen, en de overheidskassen raken uitgeput.
Waar komt deze 'beweging' vandaan? Waarom is het eigenlijk relevant om er over te schrijven en te lezen? En de belangrijkste vraag: wat kunnen we er van leren?
Voor Spaanse jongeren gebeurde er dus veel tegelijk: enerzijds tastte de overheid zeer diep in de buidel om banken overeind te houden, anderzijds zette ze in op massale besparingen die vooral burgers en bedrijven troffen. Dat komt hard aan in elk land, en dus zeker in een land waar één op twee jongeren zijn of haar toekomst als sneeuw voor de zon ziet verdwijnen. Deze situatie voedde alleen maar het groeiend wantrouwen van vele jongeren in de heersende politiek. Zij herkenden zich niet in hun vertegenwoordigers, en ze wilden dat duidelijk maken. Vandaar hun kenmerkende naam :“Indignados”, wat “verontwaardigden” betekent.
Dit artikel is een voorproefje van de voordracht die in oktober doorgaat in het VOC, die is ontstaan uit de samenwerking van mezelf en mijn goede vriend Linus. Hij is altijd de activist geweest van ons twee—al zeker sinds we samen zijn afgestudeerd in de sociologie. Linus werkt ondertussen aan de VUB, en is zo veel hij kan actief binnen we de Indignados-beweging. Het is aan de hand van onze gedeelde getuigenissen en inzichten dat we jullie zullen vertellen over deze boeiende protesten. In dit artikel zal het in de eerste plaats gaan over de Indignadosbeweging, waar we in de voordracht ook wat meer ruimte zullen voorzien voor de Occupybeweging.
Op 15 mei 2011 kwamen in vele Spaanse steden grote menigtes op straat om te betogen. Al in de dagen en weken daarvoor was op Facebook een actie gestart onder de naam “Democracia Real, Ya!” (“Echte Democratie, Nu!”). De deelnemers wilden duidelijk maken dat ze “geen goederen zijn in de handen van politici en bankiers”. In Madrid kwamen er zeker 20.000 mensen op straat, over heel Spanje zou het om een 130.000 gaan.
Spaanse zorgen Spanje 2011. We hoeven ondertussen niet meer te herhalen dat er veel problemen zijn in Spanje. Het land heeft economische klappen gekregen, en lijkt op weg naar een serieuze recessie, misschien zelfs een depressie. Dat heeft natuurlijk ook serieuze gevolgen. Een van de meest opvallende gevolgen is de schrikwekkend hoge werkloosheid onder de jongeren. In mei 2011 liep dat cijfer op tot boven de 50%. Eén op de twee jongeren kon dus geen werk vinden. De
Dan gebeurde er iets dat je niet kan voorspellen – maar dat bepalend zou worden voor het verdere verloop van de protesten. In Madrid hielden de betogers een zgn. “sit-in”, ze gingen een
10
kruispunt blokkeren door op de grond te gaan zitten. De politie beantwoordde deze actie door de betogers uit elkaar te slaan met hun wapenstokken. Deze actie werd in een mum van via videoclips op YouTube of Tumblr verspreid. Uit protest tegen dit geweld trok een groep van 100 betogers naar het Puerta Del Sol plein in Madrid, en gingen er kamperen. Op 17 mei beantwoordde de politie ook dit protest met geweld, en ook dit keer werden de schokkende beelden razendsnel via het internet verspreid. Nog diezelfde avond stonden meer dan 10.000 mensen op het Puerta Del Sol plein, binnen de week werd dit al snel meer dan 20.000. Het Puerta del Sol plein veranderde snel in een mini-dorp in Madrid, een 'kamp' waar alle belangrijke onderdelen voor het massale protest werden uitgewerkt. Puerta del Sol werd het kloppend hart van een protestbeweging dat ondertussen navolging kreeg over heel Spanje en tot ver daarbuiten. Ook in Brussel verzamelden een kleine 300 mensen zich tijdelijk in een kamp op het Voorplein van St-Gilles.
tekort van de heersende politiek. Democratie wordt immers gezien als een behoud van het status-quo: behouden wat er is, zonder te vernieuwen. Maar dat status-quo houdt veel ongelijkheid in, de politieke macht is niet eerlijk verdeeld over de samenleving, en dat is na de financiële crisis van 2007-2008 alleen maar duidelijker geworden. Vele burgers voelen zich uitgesloten van de democratie in hun eigen land, ze ervaren de politiek tegelijk als machteloos ('ze biedt geen oplossingen') én oppermachtig ('ze helpt alleen zichzelf en 'bevriende' anderen'). Daarenboven lijkt de logica van het economische systeem heel de samenleving te domineren. De Indignados en Occupy willen een antwoord bieden op dit democratisch tekort door een vorm van radicale democratie: een directe participatie van burgers aan het beleid. Als burger spreek je zelf – in tegenstelling tot wat we nu kennen: we duiden iemand aan om voor ons te spreken. Directe participatie houdt dus in dat op een of andere manier burgers zelf rechtstreeks hun ideeën omzetten in politiek beleid. Hoe doen die Indignados dat dan?
De Indignados zouden ook niet snel verdwijnen uit Brussel – aangevuurd door de Madrilenen op het Puerta del Sol plein bleven ook in Brussel kampen opduiken, zelfs af en toe in Leuven, Antwerpen of Luik. Bovendien was er een groep Spanjaarden ondertussen gestart met een wandeltocht van Madrid naar Brussel. Een tocht die moest uitmonden in een grote betoging. Wat ook lukt: Madrid zag op 15 oktober een half miljoen betogers, Brussel meer dan 6000 – en een groot kamp met ongeveer 400 mensen in het Brusselse Jubelpark, nadat ze door de burgemeester uit de verlaten gebouwen van de HUB werden gezet. De inzet van de protesten: een nieuwe democratische politiek eisen, een einde aan de radicale besparingen, en een nieuw perspectief op de toekomst.
Laten we eens beknopt het 'standaardmodel' van de Indignados-beweging bekijken: het kamp op het Puerta del Sol plein in Madrid. Een kamp is gebouwd in verschillende compartimenten, elk met een specifieke functie. Het doel van het kamp is om maximale participatie van de deelnemers te verzekeren, zodat iedereen mee kan werken aan nieuwe politieke ideeën. Een eerste vaststelling is dan ook dat een kamp op twee manieren aan politiek doet. Ten eerste brengt ze mensen in een horizontale structuur samen om tot politieke ideeën te komen, die vertaald worden naar politiek beleid. Geen hiërarchie dus, maar gelijkheid. Ten tweede is het kamp zelf een oefening in politiek. Dit slaat op het feit dat samen een kamp onderhouden (met verschillende duizenden mensen) zelf een experiment is in democratisch samen leven.
Hoe werkt dat nu, die Indignados? Grote protesten dus, zeker in Spanje, met navolging in veel Europese en Amerikaanse steden. En een algemeen gevoel van verontwaardiging over politiek. De protesten van de 'Indignados' en ‘Occupy’ keren zich tegen het democratische
Dat brengt ons bij een belangrijk kenmerk van de Indignadosbeweging: er zijn geen leiders. Er is geen hiërarchie – of toch niet tussen perso11
nen. Het kamp zelf kent wel een hiërarchie: het enige 'orgaan' waar iets beslist kan worden dat voor heel de groep geldt, is de volksvergadering. Alle andere werkgroepen of vergaderingen zullen hun ideeën aan de volksvergadering moeten voorleggen. Maar iedereen is vrij om aan de volksvergadering deel te nemen – er zijn dus geen vaste vertegenwoordigers: directe democratie, weet u nog? Wil je dat er iets gebeurt, heb je ideeën of voorstellen? Je kan ze aanbrengen aan iemand, maar de eerste reactie zal zijn: “Wil je dat dat gebeurt? Doe het dan!”. Je zal er niet alleen voorstaan, maar je wordt aangemoedigd om zelf ook mee te doen. De belangrijkste verdeling van de compartimenten in het kamp is dan ook die tussen de dagelijkse werking van een kamp en de vele vergaderingen. De vergaderingen, dat zijn de thematische werkgroepen en de algemene volksvergadering. De dagelijkse werking is het voorzien van eten, water, sanitair, tenten, medicijnen, zelfs kinderopvang. Er is materiaal nodig om te schrijven, computers om verslagen te maken , en natuurlijk ook om te communiceren met de buitenwereld (e-mail, websites, blogs, Facebook, Twitter, Tumblr, ...). Eten wordt voorzien door giften van deelnemers, buitenstaanders of buurtbewoners; maar evengoed is er een moestuintje voorzien om zelf groenten te kweken. Verschillende werkgroepen houden zich bezig met het uitvoeren van politieke acties op verschillende plaatsen in de stad. Weer anderen houden zich bezig met het verzamelen van informatie en ideeën over politieke thema's als energie, werk, zorg en onderwijs – om zo de algemene volksvergadering voor te bereiden.
Indignados geen gebrek, maar eerder een kwaliteit. “We gaan traag, maar we gaan ver”, luidt het. In die algemene vergaderingen speelt zich nog een ander intrigerend proces af, dat al te vaak onderbelicht blijft. Door een eigen systeem van handgebaren en het aanstellen van zgn. 'facilitatoren' proberen de Indignados alle deelnemers aan de vergadering op gelijke voet te krijgen. Hiermee willen ze een alternatief ontwikkelen voor de klassieke methodes van de parlementen. De nadruk ligt op actieve deelname van iedereen, zonder dat er iemand de agenda kan bepalen of beheersen. Hoe werkt dat nu? In het prentje hierboven staan enkele handgebaren afgebeeld. Deze handgebaren zorgen ervoor dat deelnemers ook zonder woorden kunnen communiceren, en dus niet het woord moeten “(af-) nemen” om hun mening te uiten. Zonder geluid, want zonder applaus of geroep, kunnen de deelnemers weerwoord bieden aan de spreker. De spreker hoeft zijn betoog dan ook niet te onderbreken – ook voor de spreker geldt een gelijke positie ten opzichte van de anderen. Maar honderden handen die ongenoegen uiten, kunnen ondanks alle stilte zeer luid klinken. De handgebaren geven dus de macht van de vergadering aan alle deelnemers, niet enkel aan de spreker of voorzitter – zoals dit in het klassieke parlement het geval is. De zonet vermelde “facilitatoren” dienen om de rol van de klassieke
Het belangrijkste knooppunt in dit uitgebreide netwerk is dan ook de volksvergadering. Iedereen is vrij om deel te nemen aan deze vergadering, en alle beslissingen van de vergadering worden bij consensus genomen. Inderdaad, een vergadering met meerdere honderden mensen (in het geval van Madrid zelfs meerdere duizenden) beslist bij algemene consensus. Het is dit beslissingsmodel dat het meest in het oog springt bij de Indignados. Beslissingen komen dan ook traag tot stand, maar dat is volgens de 12
voorzitter te hervormen. Facilitatoren zijn meestal met twee. De eerste zal proberen de dynamiek in de vergadering te houden, een soort moderator dus. De andere zal vooral op het inhoudelijke vlak bezig zijn, door de argumenten bij te houden en deze weer te geven als daar vraag naar is. Facilitatoren hebben echter geen eigen spreekrecht: ze kunnen zelf geen argumenten toevoegen aan het debat. Zij zijn er om de deelnemers te helpen, niet om hen te leiden. Zijn bepalen dus ook niet de agenda. De voorbereidingen voor de algemene vergadering gebeuren in een daarvoor voorziene werkgroep, de “dynamisatie” groep. Zij stellen een vergadermethode en agenda voor – maar, u raadt het al, ook deze moet aan het begin van de volksvergadering met algemene consensus aanvaard worden. Tijdens de voordracht zullen we hier zeker meer over vertellen. Wat kunnen we leren uit deze beweging?
ontstaan over het algemeen in middelgrote tot grote steden. Steden bieden dan ook een uitstekende omgeving voor deze beweging: veel mensen wonen er geconcentreerd samen. In steden vind je ook de meeste ngo's, buurtbewegingen, universiteiten, politieke instellingen of culturele actors. Bovendien bieden steden meer mobilisatie-mogelijkheden. Internetmedia bieden bovendien een bijkomende communicatielaag over dit stedelijk netwerk – en zijn ook uitstekende middelen om ook de verschillende steden met elkaar in verbinding te brengen. De symbolische impact van een tentenkamp in het midden van stad is ook veel groter dan een soortgelijk kamp buiten de stad. Het kamp moet kunnen storen en opvallen. Bovendien is ook duidelijk dat de Indignados vertrekken vanuit een klassiek emancipatie-ideaal: het bewust maken van mensen, en oproepen om politiek te participeren. In die zin is ook zij als een erfgenaam van de Verlichting te beschouwen: een bewuste elite wilt 'het volk' mee krijgen. Maar dan wel met de vaststelling dat hier de voorlopers de agenda niet willen bepalen, maar juist willen delen met iedereen die haar of zijn stem wil laten horen.
De Indignados laten zien dat directe democratie niet onmogelijk is, en dat het zelfs een krachtbron is om mensen mee te mobiliseren. Al te vaak wordt directe democratie als een onmogelijk te verwezenlijken fabeltje afgedaan – maar dat klopt niet. Daarmee is niet gezegd dat de wijze waarop de indignados dit aanpakken ook de juiste wijze is. De Indignados hebben de directe democratie De belangrijkste les is een inhoudelijk les, eentje wel terug op de maatschappelijke agenda gezet. die mooi wordt aangeduid door socioloog Willem Schinkel. De massale werkloosheid in Spanje Dit staat in directe tegenstelling tot de wijze waar- (basis van de Indignados), en de grote ongelijkop politieke partijen functioneren. In een steeds heid in Amerika (basis van de Occupy-beweging) complexer wordende samenleving plooien politie- laten zien dat reële inkomensongelijkheid geen ke partijen alsmaar meer terug op eenvoudige louter politiek twistpunt is tussen verschillende structuren, wat in de praktijk neerkomt op het politieke partijen, maar dat die ongelijkheid zelf voeren van het debat met een aantal centrale “een voorwaarde is voor een werkelijk democrati'sterkhouders'. De grote lijnen van het politieke sche politiek.” (1). Als de kansen en middelen in beleid van een land wordt uitgestippeld door de een samenleving ongelijk verdeeld zijn, kan je strategen van de regerende politieke partijen – geen democratie uitbouwen. Ongelijkheid verniede anderen binnen de eigen partijen, het parle- tigt de basiswaarden van elke democratie. ment en zeker de bevolking hebben daar niets in te zeggen. En zoals al vaak aangetoond, is het parlement niet bij machte om zich als autoriteit te vestigen. Enkel bij het recente langdurig ontbreken van een regering was het parlement nog (1) Zie Willem Schinkel, “De Nieuwe Democratie – naar andere vormen van politiek”, 2012 trots op haar eigen prestaties... - Raf Pauly Tegelijk valt het op dat de Indignados-beweging (
[email protected]) een bij uitstek stedelijk fenomeen is. Kampen 13
Uitstap & Voordracht DE ‘REDDING’ VAN DE JOODSE PATIËNTEN VAN DE RIJKSKOLONIE TE GEEL (194O-1945)
Zaterdag 29 september Geel Drie Geelse geschiedkundigen hebben zes jaar gewerkt aan een boek over Joden die tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Geelse gezinsverpleging verbleven. In het boek staat ook het verhaal van zeventig patiënten die deportatie naar de vernietigingskampen op het nippertje konden vermijden. Jos Rathé, Gorik Goris en Geert Vandecruys willen met hun boek 'De Duitsers kwamen niet' vooral een aantal mythes doorprikken die in Geel de voorbije decennia een heel eigen leven zijn gaan leiden. Op bevel van de Duitsers werd op 16 april 1943 een zeventigtal patiënten in de kolonie verzameld met de bedoeling ze te deporteren naar de Dossinkazerne in Mechelen. Dat was een tussenstation, naar de kampen en een gewisse dood, al was dat toen veel minder duidelijk dan nu. De groep was al verzameld toen plots het bericht kwam dat de Duitsers niet zouden komen. 'We zijn erachter gekomen dat er op die dag een dodelijke schietpartij plaatsvond op het hoofdkwartier de Sicherheitsdienst in Antwerpen, waarbij corrupte Duitsers met elkaar hebben afgerekend. Alles stond daar toen zo overhoop dat de deportatie niet is doorgegaan. Nadien is het er door allerlei omstandigheden niet meer van gekomen.' Het boek graaft uiteraard een stuk dieper dan dat. Zo kwamen Rathé, Goris en Vandecruys te weten dat er wel degelijk plannen zijn geweest om zo'n 1.500 Duitse psychiatrische patiënten in Geel te 'dumpen'. Het idee stuitte uiteindelijk op een veto van de persoonlijke lijfarts van Adolf Hitler. Verder gaat 'De Duitsers kwamen niet' ook dieper in op de manier waarop in de andere Kempense gemeenten met de jodenverordeningen werd omgegaan. 'Er wordt ook een portret geschetst van patiënten die de instelling al hadden verlaten voordat de Duitsers er hun klauw konden opleggen', weet journalist Dirk Kennis van uitgeverij MxGraphics. 'De meeste van die verhalen kenden overigens een slechte afloop.' (bron: Nieuwsblad)
Programma: 10:30
Voordracht Jos Rathé De “redding van de joodse patiënten van de rijkskolonie te Geel”. Locatie: “De Kruimel”, Markt 89, Geel
12:00
Lunch in De Kruimel Voor wie dit wenst. Ter plaatse te bestellen.
13:30
Verplaatsing met de auto naar het OPZ Geel
13:45
Rondleiding in het Openbaar Psychiatrisch Ziekencentrum Een verkenning van de historische site van de Centrale Infirmerie aan de Pas Locatie: Dr. Sanodreef 4, 2440 Geel
Prijs: € 5 niet-leden, € 4 leden Inschrijven ten laatste donderdag 20 september Info bij Raf Pauly :
[email protected], 016 81 86 70 of 0487 319 420 14
Op vrijdag 16 april 1943 werden de joodse patiënten van de Rijkskolonie te Geel verzameld om ‘ geevakuierd’ te worden.De Duitsers daagden echter niet op en ze werden ook later niet meer verontrust . Zou de Rijkskolonie een veilige haven geweest zijn tijdens de oorlog ? Over deze gebeurtenis heerste later een ‘oorverdovende stilte ‘ :geen enkel personeelslid heeft hierover getuigd . De ‘jodenkwestie’ verdween uit het ‘collectief geheugen’ in Geel tot de jaren 198O.-199O .In de lokale pers werden verschillende verhalen verspreid over de ‘redding’ van de joden te Geel. De oorlogsburgemeester had het jodenregister gesaboteerd ,een Duitse officier zou tussengekomen zijn ,de aalmoezenier zou een joods kind gedoopt hebben .Er zouden joden als zogezegde patiënten ondergedoken zijn,enz. Historisch onderzoek in binnen-en buitenland had als resultaat dat het mysterie grotendeels kon ontsluierd worden. De steun van de Kazerne Dossin was doorslaggevend om inzage te krijgen in de persoonlijke dossiers. Het was een delicaat onderzoek dat voortdurend geconfronteerd werd met de spanning tussen het recht op waarheid en het recht op privacy. Met zorg omgaan met de bronnen was een blijvende bezorgdheid in mijn research . De gezinsverpleging te Geel was alom bekend als unieke aanpak voor psychiatrische patiënten die het lief en leed deelden met de gastgezinnen.Voor de oorlog waren ze alomtegenwoordig in het straatbeeld :een derde van de inwoners van Geel waren patiënten ! Wie waren de joodse patiënten ?Welke waren de contacten met de joodse gemeenschap uit Antwerpen en Brussel ?Waren ze geïntegreerd in de Geelse gemeenschap of heerste er een latent of openlijk antisemitisme? Als joden en geesteszieken waren ze bijzonder kwetsbaar .Uit het gastenboek van de Rijkskolonie blijkt dat Duitse dokters op bezoek kwamen en dat hun herkomst verdacht was. Een hoge delegatie van de Militärverwaltung en van het Rheinland bood zich in maart 1943 aan .Bestond er een ‘’ eugenetische link “ tussen België en het NS -“Euthanasieprogramma “ ? De erkenning als ‘raciaal vervolgden ‘ in België was moeizaam.De meeste patiënten overleefden de oorlog .Werden ze erkend als slachtoffer en gezien hun overwegend buitenlandse origine als vluchteling ? We kunnen tenslotte de vraag stellen of de betrokkenheid van de oorlogsburgemeester en de directeur-geneesheer een ilustratie was van de “politiek van het minste kwaad” die gangbaar was tijdens de oorlog . - Jos Rathé 15
OPEN LENS Maandag 3 september 20:00—VOC VRIJZINNIGE FILMAVONDEN € 2 leden € 3 anderen. Drankje inbegrepen! Elke eerste maandag van de maand om 20:00 VOC - Donystraat 14 (Tienen) Open Lens zal in september weer van start gaan. En zoals beloofd: met jullie inbreng! Vanaf augustus zullen we de keuzes voor het najaarsprogramma voorstellen op onze website. Je zal er telkens blokken van vier films terug vinden. Je zal er een filmfragment vinden (indien mogelijk) en een verwijzing naar een bespreking. Zo kan je voor de vier films kijken of ze je aanspreken. Stemmen doe je gewoon: door te klikken. Alle films voor dit najaar staan nu online! Je kan hiernaast de keuzes al eens bekijken, en op onze website vind je fragmenten en besprekingen. Wil je meewerken aan het programma? Dat kan! Stuur gewoon een mailtje naar
[email protected], of bel even op 0487 319 420 (Raf Pauly). Bovendien kan je op twee manieren meedoen. Je kan je filmkeuzes doormailen, met een woordje uitleg. Maar je kan ook eens mee komen kiezen uit het brede filmaanbod, en samen met enkele filmfans uitdagende keuzes samen stellen.
STEM MEE! 1. 2. 3. 4.
Surf naar www.vrijzinnigtienen.be Klik op het logo van “Open Lens” Bekijk het programma “Stem”
Zo eenvoudig is dat….
16
MAANDAG 3 SEPTEMBER - 20:00 In Winter's Bone (winnaar van diverse filmprijzen waaronder de prestigieuze Grand Jury Prize op het Sundance Filmfestival 2010) is de 17-jarige Ree Dolly verantwoordelijk voor de zorg van haar broertje, zusje en zieke moeder. Wanneer Ree hoort dat haar vader hun huis als borg heeft opgegeven om onder zijn celstraf uit te komen, besluit ze hem te gaan zoeken. Met gevaar voor eigen leven begint Ree een tocht langs leugens en bedreigingen van criminele familieleden om zo de waarheid achter haar vaders verdwijning te achterhalen en haar familie te behoeden voor een dakloos bestaan in de bossen van het ruige Ozark gebied.
DE KEUZES VOOR DIT NAJAAR: MAANDAG 1 OKTOBER
MAANDAG 5
NOEMBER
25th Hour (Spike Lee, 2002)
Melancholia (Lars von Trier, 2011)
The Hurt Locker (Kathryn Bigelow, 2010)
The Tree of Life (Terence Malik, 2011) Eyes Wide Open (Haim Tabakman, 2009)
The Boy in The Striped Pyjamas (Mark Herman, 2008)
Le Chat du Rabbin (Joann Sfar, 2011)
Un Prophète (Jacques Audiard, 2009) Route Irish (Ken Loach, 2010) MAANDAG 3 DECEMBER
MAANDAG 7 JANUARI
La Source de Femmes (Radu Mihaileanu, 2011)
Persepolis (V. Paronnaud, 2007) Incendies (Dennis Villeneuve, 2010)
A Seperation (Asghar Farhadi, 2011 )
Omar m’a tuer (Roschdy Zern, 2011)
Circumstance (Maryam Keshavarz, 2011)
The Kite Runner (Marc Forster, 2007)
Life, Above All (Oliver Schmitz, 2011) 17
Dit is een voorlopig programma, met de activiteiten die al vast staan. We werken ondertussen verder aan een boeiend najaarsprogramma. Kijk dus zeker regelmatig op onze website, en in de volgende edities van ‘t Lopend Vuurtje.
September Maandag
3/09
Maandag
10/09
Maandag
17/09
Zaterdag
29/09
Tiense Kring Tiense Kring Tiense Kring Tiense Kring
Vrijzinnige Vrijzinnige Vrijzinnige Vrijzinnige
VOC 20:00 VOC 20:00 VOC 20:00 Geel 10:30
Open Lens (filmavond) Bestuursvergadering
VOC 20:00 Landen Zaal Amfi 20:00 VOC
Open Lens (filmavond) Wim Distelmans “Waardig Levenseinde” (voordracht) Bestuursvergadering
Orgaandonatie (voordracht) De Duitsers kwamen niet (voordracht & uitstap)
Oktober Maandag
1/10
Tiense Vrijzinnige Kring H-VV & deMens.nu Vlaams-Brabant
Donderdag
4/10
Maandag
8/10
Tiense Vrijzinnige Kring
Maandag
15/10
Tiense Vrijzinnige Kring
VOC
Occupy & Indignados: de nieuwe democratie? (voordracht)
Maandag
5/11
Maandag
12/11
Tiense Vrijzinnige Kring Tiense Vrijzinnige Kring
VOC 20:00 VOC
Open Lens (filmavond) Bestuursvergadering
Tiense Vrijzinnige Kring Vermeylenfonds & UPV
VOC 20:00 VOC 20:00
Open Lens (filmavond) Claudine Crommar “De emotionele ontwikkeling bij kinderen 0-3 jaar” (voordracht)
Tiense Vrijzinnige Kring
VOC
Lichtfeest
November
December Maandag
3/12
Maandag
17/12
Vrijdag
29/12