FKS-EU/DE/NL/nl
Brandkleppen Serie FKS-EU getest volgens EN 1366-2 conform de prestatieverklaring DoP / FKS-EU / DE / 2013 / 001
The art of handling air
Inhoud · Omschrijving Omschrijving ________________________________ Toepassingsgebieden _________________________ Uitvoeringen · Afmetingen ______________________ Toebehoren 1: Inbouwsteen · Afdekplaat _____________________ Toebehoren 2: Afdekrooster - elastische aansluitingen __________ Aanbouwdelen: Eindschakelaar _____________________________ Veerteruggangmotor _________________________ TROXNETCOM ____________________________
2 3 4 6 7
Luchttechnische selectie _______________________ Inbouwdetails Massieve wanden en vloeren __________________ Niet dragende massieve wanden _______________ Lichte systeemwand _________________________ Wanden bij vluchtwegen ______________________ Bestelinformatie ______________________________
12 14 15 17 18
8 9 10
FKS-EU met smeltlood
Brandkleppen sluiten in geval van brand automatisch en verhinderen zo het uitbreiden van de brand en het verspreiden van rook door de kanalen in aangrenzende compartimenten. De brandkleppen van de serie FKS-EU zijn getest volgens EN 1366-2 en de EN 15650. In massieve wanden en vloeren in lichte scheidingswanden in „zware” brandscheidingen in systeemwanden alsmede in schachtwanden zijn de bepaalde inbouwplaatsen. De inbouwsituatie is onafhankelijk van de luchtrichting. Brandbare luchtkanalen mogen direct aangesloten worden. Bij brand volgt de signalering door het smeltlood of door het thermo-electrische contact in combinatie met de veerretourmotor, bij 72 °C of 95 °C (bij warme lucht). De signalering is van buitenaf toegankelijk en tevens te testen. De brandkleppen zijn voorzien van twee inspectie-openingen. Brandkleppen serie FKS-EU hebben afhankelijk van de inbouw verschillende brandwerendheidsklassen, zie tabel op pagina 3.
2
11
FKS-EU met veerretourmotor
Speciale kenmerken: – – – –
Overeenkomstig de europese productnormering EN 15650 Brandtechnisch getest volgens EN 1366-2 Classificering vlgs. EN 13501-3 Voor natte inbouw in systeemwanden geschikt almede voor „zware” brandscheidingen in systeemuitvoering – Eenvoudige „droge” inbouw met inbouwsteen mogelijk – Integreerbaar in het gebouw beheerssysteem met TROXNETCOM
Prestatieverklaring DoP / FKS-EU / DE / 2013 / 001 Verdere actuele informatie, met name de montage en bedieningsinstruktie is op onze website terug te vinden. U kunt op internet ook gebruik maken van het selectieprogramma “Easy Product Finder” voor het selecteren van brandkleppen.
Toepassingsgebieden Voor het gebruik van de brandkleppen moet de bedrijfs en montage instructie gelezen worden. Bovendien moeten nationale richtlijnen in acht worden genomen. Ook zijn hier de onderhoudsrichtlijnen zoals vermeld in de DIN 31051 en EN 13306 van kracht. Algemeen moeten de kleppen na de ingebruikname ieder half-jaar gecontroleerd worden. Wanneer bij twee halfjaarlijkse controles geen functioneringsgebreken zijn geconstateerd, mogen de controles een interval van een jaar krijgen. In het algemeen is het sluiten en weer openen voldoende, bij brandkleppen met veerretourmotoren kunnen deze ook op afstand bediend worden. Wel moeten de kleppen samen met het kanalensysteem regelmatig gereinigd worden.
– – – – –
Dan heeft de FKS-EU dezelfde brandwerendheid als de wand of vloer. Deze waarde wordt enkel bereikt, als aan beide zijden een kanaal, of aan een zijde een kanaal en op de andere zijde een afdekrooster is gemonteerd. De specifieke voorschriften per land en de algemene technische regels moeten aangehouden worden bij de montage van brandkleppen. Luchtkanalen moeten zo geplaatst worden dat ze bij brand geen grote krachten op de brandklep kunnen uitoefenen. In bepaalde situaties adviseren wij starre luchtkanalen aan te sluiten met elastische aansluitingen. Flexibele kanalen mogen direct aangesloten worden.
Ontwerprichtlijn
– De brandwerendheidsklassen van de serie FKS-EU zijn afhankelijk van de inbouwsituatie, zie tabel. – De montage in wanden en vloeren met een kleinere brandwerendheidseis dan de brandklep heeft, is toegestaan.
Inbouwsituatie
Massieve wanden en vloeren
Uitvoering en bouwmateriaal
Massieve wanden, soortelijke massa ≥ 500 kg/m³
Massieve vloer, soortelijke massa ≥ 600 kg/m³
Minimale dikte in mm
Brandwerendheidsklasse EI TT (ve–ho, i ↔ o) S
Natte inbouw
Droge inbouw
EI 120 S
12 / 14
–
EI 90 S
–
13 / 14
12
–
–
13
100
EI 120 S 150 EI 90 S
Lichte scheidingswanden met metalen profiel en tweezijdige beplating
Brandscheiding met metalen profiel en beplating aan beide zijden
Lichte scheidingswand met metalen profilen en eenzijdige beplating
Inbouwvoorbeeld blz.
Lichte systeemwand
100
EI 90 S
15
15
115
EI 90 S
16
16
90
EI 90 S
17
17
Brandscheidingen
Schachtwanden
3
Uitvoeringen · Afmetingen Eigenschappen – – – – – –
Toegestane standen van de as in horizontale luchtkanalen
Classificering vlgs. EN 13501-3 Brandwerendheidsklassen zie tabel op pagina 3 Brandbare luchtkanalen mogen direct aangesloten worden Luchtrichting willekeurig Grote vrije doorlaat, daardoor lage drukverschillen Signaleringstemperatuur 72 °C of 95 °C (voor warmeluchtsystemen)
Activeringsmechanisme
Constructiegegevens
– Rechthoekige bouwvorm, vormstabiele flenzen – Aan beide zijden met flens, geschikt voor het aansluiten met luchtkanaalprofiel systeem 30 – Leklucht bij gesloten klepblad volgens EN 1751, klasse 3; (B + H) ≤ 600, Klasse 2 – Lekkage van de behuizing volgens EN 1751, klasse C
FKS-EU met smeltlood
30
185
B
30
30
H
30
L = 300
≈ 70
≈ 175
Plaats voor bereikbaarheid van het activeringsmechanisme vrijhouden
Behuiziging Klepblad met afdichting Handgreep met vergrendeling en klepstand aanduiding Activeringsmechanisme Smeltlood Inspectiedeksel
Afmetingen in mm / Gewicht in kg H
100 125 150 160 200
200
300
400
B 500
600
700
800
3,3 3,6 3,7 3,8 4,1
4,1 4,5 4,7 4,8 5,3
4,9 5,3 5,6 5,7 6,5
5,7 6,2 6,6 6,7 7,5
6,5 7,0 7,5 7,7 8,4
7,4 7,8 8,4 8,6 9,4
8,2 8,6 9,2 9,4 10,3
Breedte B ook in tussenmaten met 50 mm deling leverbaar.
4
Uitvoeringen · Afmetingen Hogere eisen ten aanzien van corrosiebestendigheid zijn te realiseren met de uitvoeringen roestvast staal of een gepoedercoate behuizing. De combinatie met een gecoat klepblad is ook mogelijk. Bestendigheidslijsten zijn op aanvraag verkrijgbaar.
huis
Klepblad
verzinkt poedergecoat RVS verzinkt poedergecoat RVS
standaard standaard standaard gecoat gecoat gecoat
Materialen
Uitvoering 2
– Huis van verzinkte staalplaat, met poedercoating, RAL 7001 (1) of van roestvaststaal mat. 1.4301 (2) – Klepblad van speciaal isolatiemateriaal – Coating van het klepblad, RAL 7001 – Klepas van roestvaststaal – Glijlager van kunststof
Uitvoering 1
Codering
1 2 7 1-7 2-7
Codering
Smeltlood 95 °C (Alleen bij luchtverwarming) 1
W1
W is met alle uitvoeringen 1 te combineren.
FKS-EU met veerretourmotor ≈ 270 185
30
B
30
30
H
30
L = 300
≈ 100
≈ 175
Plaats voor bereikbaarheid van de veerretourmotor vrijhouden
Behuiziging Klepblad met afdichting Veerretourmotor Thermo-electrisch activeringsmechanisme Temperatuurvoeler Inspectiedeksel
Afmetingen in mm / Gewicht in kg H
100 125 150 160 200
200
300
400
B 500
600
700
800
5,3 5,6 5,7 5,8 6,1
6,1 6,5 6,7 6,8 7,3
6,9 7,3 7,6 7,7 8,5
7,7 8,2 8,6 8,7 9,5
8,5 9,0 9,5 9,7 10,4
9,4 9,8 10,4 10,6 11,4
10,2 10,6 11,2 11,4 12,3
Breedte B ook in tussenmaten met 50 mm deling leverbaar.
5
Toebehoren 1 Inbouwsteen - Afdekplaat Inbouwsteen Voor de montage zonder omlopende specie (droge inbouw) zijn brandkleppen FKS-EU met inbouwsteen vereist. Brandklep en inbouwsteen zijn in de fabriek tot één eenheid samengebouwd. De inbouw vindt plaats zonder te metselen, door eenvoudig de klep in de voorbereide inbouwopening te schuiven. Bij brand sluit de opschuimende afdichting de overgebleven spleet af.
Toebehoren 1
Codering
Inbouwsteen Afdekplaat
E B
Afdekplaat Voor de montage met omlopende specie (natte inbouw) dient een inbouwplaat als montagehulp. Deze zorgt voor de positionering van de brandklep in de sparing en vereenvoudigt het inmetselen. Let op de flensoversteek bij het monteren
Materialen
– Inbouwsteen met speciale gietmortel – Plaat en behuizing van de inbouwsteen van verzinkte staalplaat (extra met poedercoating zilvergrijs (RAL 7001) bij de uitvoeringen met poedercoating (1) en roestvast staal (2))
FKS-EU met inbouwsteen Bedieningszijde
Inbouwzijde
185
Afdekplaat
115
Massieve wand of lichte wand
B + 15 0 H + 10 0
Inbouwsteen
Afdichting
B + 70 H + 70
FKS-EU met afdekplaat Bedieningszijde
Inbouwzijde
185
Massieve wand of lichte wand
Afdekplaat
FKS-EU met smeltlood Afmetingen in mm / Gewicht in kg H
B + 15 0 H + 10 0
B+8 0 H+8 0
100 125 150 160 200
200
300
400
B 500
600
700
800
7,7 8,5 8,8 8,9 9,7
9,7 10,5 10,9 11,0 12,1
11,6 12,4 12,9 13,1 14,5
13,7 14,4 15,1 15,4 16,6
15,8 16,4 17,3 17,7 18,7
17,8 18,5 19,4 19,7 21,0
19,8 20,6 21,4 21,7 23,2
Breedte B ook in tussenmaten met 50 mm deling leverbaar. FKS-EU met veerretourmotor: gewicht + 2 kg.
6
Toebehoren 2
Afdekrooster - elastische aansluitingen Elastische aansluitingen
Toebehoren 2
Luchtkanalen moeten zo aangelegd worden, dat in geval van brand deze geen aanzienlijke krachten op de brandklep kunnen uitoefenen. Ten gevolge van het uitzetten van de kanalen en het vervormen van de brandscheiding in geval van brand, adviseren wij starre kanalen bij de volgende situaties met flexibels aan te sluiten: – in systeemwanden – in schachtwanden in systeembouw De elastische aansluitingen moeten daarbij zo ingebouwd worden, dat aan beide zijden trek en schuifkrachten opgevangen kunnen worden. Alternatief kunnen flexibele luchtkanalen gebruikt worden. Elastische verbindingen zijn ook los leverbaar. Afdekrooster, verlengingsdeel en elastische aansluitingen zijn overeenkomstig geboord met de flenzen van de serie FKS-EU.
Codering
Bedieningszijde
Inbouwzijde
Elastische aansluiting – Elastische aansluiting Afsluitrooster – Elastische aansluiting Afsluitrooster
– Elastische aansluiting Elastische aansluiting – Afsluitrooster Afsluitrooster Elastische aansluiting
S0 0S SS A0 0A SA AS
Afsluitrooster Wanneer aan een zijde van de brandklep een luchtkanaal aangesloten is, moet de andere zijde van een beschermrooster worden voorzien. De brandklep, afsluitrooster en eventueel verlengingsdeel wordt in de fabriek gemonteerd tot een eenheid. De vrije doorlaat van het afsluitrooster is ca. 65 %. Afsluitroosters zijn ook afzonderlijk leverbaar.
Afsluitrooster Bedieningszijde
Inbouwzijde
Let op! – De brandkleppen worden met gemonteerd verlengdeel en/of gemonteerd afdekrooster geleverd. – Wij bevelen een minimale afstand aan van 50 mm tussen het geopende klepblad en het afdekrooster resp. de elastische aansluiting.
0A
A0
Verlengdeel Met verlengdeel
Zonder verlengdeel
Klepblad
A0
Klepblad
0A
H×B
H×B
y = 1 tot 51 (51 bij H = 200 mm)
Verlengdeel
A0
L = 300
L = 300
200
Elastische aansluiting Bedieningszijde
Inbouwzijde
S0
0S
≈ 185
≈ 185
Klepblad
S0
L = 300
200
Verlengdeel
* flexibele bereik ≥ 100 mm in gemonteerde toestand
Verlengdeel
≈ 160*
H×B
≈ 160*
0S
Let op! – Elastische verbindingen worden los meegeleverd. Materialen – Afsluitrooster van verzinkte staalplaat extra voorzien van een poedercoating zilvergrijs (RAL 7001) bij de uitvoeringen poedercoating (1) en roestvaststaal (2)) – Verlengingstuit idem als de huisuitvoering – Elastische verbinding van verzinkt staal en glasvezelversterkte kunststof
7
Aanbouwdelen Eindschakelaar
FKS-EU met smeltlood
Eindschakelaars met potentiaalvrije contacten kunnen de klepstand weergeven. Binnen het toelaatbare schakelvermogen kunnen relais of controlelampen geschakeld worden of het brandmeldsysteem gealarmeerd worden. Voor de klepstanden „open” en „dicht” zijn twee eindschakelaars nodig. Brandkleppen met een smeltlood kunnen met één of twee eindschakelaars geleverd of omgebouwd worden.
Aanbouwdelen
Codering
basisuitvoering
Z00
Standaarduitvoering met eindschakelaar klepstand „dicht” Standaarduitvoering met eindschakelaar klepstand „open” Standaarduitvoering met eindschakelaar klepstand „open” en „dicht"
Z02 Z03
Eindschakelaar Aansluitkabel lengte / doorsnede
1 m / 3 × 0,34 mm²
Beschermingsgraad
IP 66
Contactuitvoering
1 wissel, galv. verguld
Max. schakelstroom Max. schakelspanning Weerstand
0,5 A 30 V DC, 250 V AC ca. 30 mΩ
Aansluitvoorbeeld
Eindschakelaar
Eindschakelaar geopend
Eindschakelaar gesloten
3 tot 30 V DC 230 V AC
3 tot 30 V DC 230 V AC
N(-)
N(-)
L(+)
FKS-EU in open-stand
Standaanwijzer
Eindschakelaar
OPEN DICHT
bediend onbediend
Standaanwijzer
Eindschakelaar
OPEN DICHT
onbediend bediend
FKS-EU in dicht-stand
groen
bruin
wit
wit
Controle lamp of relais (door derden)
8
Z01
L(+)
Aanbouwdelen
Veerretourmotor
FKS-EU met veerretourmotor
Aanbouwdelen
Codering
BLF230-T TR BLF24-T-ST TR
Z43 Z45
Veerretourmotor type BLF
Het bedienen van de brandklep d.m.v. een veerretourmotor maakt de bediening op afstand mogelijk en/of de bediening middels toegepaste rookmelders. Bij het verbreken van de voedingsspanning of een thermo-electrische signalering sluit de klep (ruststroomprincipe). Veerretourmotoren kunnen ook voor het open en dichtsturen van de brandklep gebruikt worden. Twee eindschakelaars zijn in de motor geïntegreerd. Het aansluitsnoer van de BLF24-T-ST TR is voorzien van een stekker. Dit is om de motor snel aan het TROX AS-i bussysteem te kunnen aansluiten. Voor het naderhand ombouwen naar een veerretourmotor uitvoering is een ombouwset leverbaar.
Veerretourmotor
Looptijd Eindschakelaar*
24-T-ST TR
24 V AC ±20 % 50/60 Hz of 24 V DC -10 % / +20 % 6W 5W 3W 2,5 W 7 VA 40 tot 75 s / 20 s 2 wissel 5 – 120 V DC / 5 – 250 V AC 1 mA – 3 A < 100 mΩ II III IP54 1 m / 2(6*) × 0,75 mm²
230 V AC ±14 % 50/60 Hz
Voedingsspanning
Aansluitvermogen
230-T TR
Veerbedrijf Openstand Dimensionering Motor / veerterugloop Contactuitvoering Schakelspanning Schakelstroom Weerstand
Beschermingsklasse Beschermingsgraad Aansluitsnoer Lengte / doorsnede
Aansluitschema DICHT-stand 230 V AC 24 V N(-)
L(+)
110 – 230 V AC 24 – 48 V DC N(-)
L(+)
1 2 N L BLF...
DICHT
OPEN
S1 S2 S3 S4 S5 S6
<5°
<80°
Schakelaar voor het openen en sluiten (door derden) Optionele signalerings inrichting, bv. een TROX rookmelder type RM-O-3-D of RM-O-VS-D Controle lamp, (door derden)
9
Aanbouwdelen TROXNETCOM
FKS-EU met veerretourmotor en TROXNETCOM
Aanbouwdelen
Codering
AS-EM/B en BLF24-T-ST TR
Aanbouwdelen
De brandkleppen met veerretourmotor BLF24-T-ST TR en de hier getoonde modulen als opgebouwde toebehoren zijn tesamen een kant en klare eenheid voor de geautomatiseerde brandklepaanstuuring. De componenten zijn in de fabriek gemonteerd en bedraad. Enkel de busleiding en de voedingsspanning (alleen bij LON) zijn door de klant aan te sluiten. AS-Interface is een wereldwijd gestandardiseerd bussysteem volgens EN 50295 en IEC 62026-2. Het maakt een fabrikaatsneutrale en uitgebreide integratie van componenten (modulen) mogelijk in één netwerk. De modulen sturen motoren en/of nemen de signalen van sensoren op.
Modul AS-EM/B
ZA03
Codering
LON-WA1/B2 en BLF24-T-ST TR LON-WA1/B2-AD en BLF24-T-ST TR LON-WA1/B2-AD230 en BLF24-T-ST TR
ZL06 ZL07 ZL08
LON en LONMARK staan voor een gestandariseerd lokaal opererend netwerk met fabrikaat onafhankelijke communicatie. Het communiceren vindt plaats met een microprocessor van de Echelon Corporatie volgens een uniform protocol. Middels LONMARK zijn de standaarden gedefinieerd, om de compatibiliteit van deze producten te bereiken.
Modul LON-WA1/... Controle eenheid
230 V AC FKS-EU met LON-WA1/B2
FKS-EU met AS-EM/B
FKS-EU met LON-WA1/B2-AD230
FKS-EU met AS-EM/B
LON FTT10A twisted pair Platte kabel adapter
– Het moduul stuurt de meet- en regelsignalen tussen veerretourmotor en controle eenheid. Daarmee is de besturing van de motor alsmede de looptijd bewaking mogelijk. – De voedingsspanning (24 V DC) voor het moduul en de motor wordt met de platte AS-i kabel aangevoerd. – Functie melding: werking 4 ingangen 2 uitgangen
Verdere informatie hierover is op onze website te vinden. 10
– LON-WA1/B2 Voor het aansturen van 1 of 2 brandkleppen – LON-WA1/B2-AD Aansluitmodule voor de tweede brandklep met 24 V AC voedingsspanning – LON-WA1/B2-AD230 Aansluitmodule voor de tweede brandklep met 230 V AC voedingsspanning
Luchttechnische selectie Voorbeeld 1
Definities B H
Gegeven: Brandklep FKS-EU B = 600 mm, H = 100 mm, vA = 5 m/s Gezocht: Δpt, LWA, LWNC, LW voor 250 Hz, ζ Resultaat: Δpt = 16 Pa ⎫ uit diagram ⎬ LWA = 36 dB(A) ⎭ LWNC = 36 – 5 = 31 LW = 36 + 1,5 = 37,5 dB bij 250 Hz uit tabel 1 ζ = 1,08
in mm in mm in m/s in Pa
: : : : : in dB :
Breedte Hoogte Luchtsnelheid gebaseerd op B × H Totaal drukverlies (kanaalinbouw) Weerstandswaarde (kanaalinbouw) Geluidvermogenniveau van het stromingsgeluid in het luchtkanaal : Aangehouden grenscurve van het geluidvermogenspectrum LWNC ≈ LWA − 5 in dB : Geluidvermogen per octaaf LW = LWA + korrektiewaarde in Hz : Middenfrequentie van de octaafband
vA
Δpt ζ LWA LWNC LW fm
Voorbeeld 2
Gegeven: Brandklep FKS-EU B = 400 mm, H = 100 mm, vA = 5 m/s Gezocht: Δpt, LWA, LWNC, LW voor 250 Hz, ζ Resultaat: Δpt = 16 × 1,1 uit diagram en korrektie⎫ waarden uit tabel 2 voor B ⎬ ≈ 18 Pa ⎭ = 400 mm LWA = 36 + 1 = 37 dB(A) LWNC = 37 – 5 = 32 LW = 37 + 1,5 = 38,5 dB bei 250 Hz tabel 1 en correctiewaarde uit tabel ζ = 1,08 x 1,1 = 1,19 uit 2 voor B = 400 mm
Alle geluidsvermogens gebaseerd op 1 pW Alle geluidsgegevens zijn in de nagalmkamer bepaald. Geluidvermogenniveau's bepaald en gecorrigeerd volgens EN ISO 5135, februari 1999.
Geluidvermogens en drukverliezen voor klepbreedte B = 600 mm H
60
=
0 10
50
Pa
40
20
5 12
0 15 = 60 H 1 = H
45
30
H
=
0 20
Tabel 1: Weerstandswaarde voor klepbreedte B = 600 mm H in mm
ζ
100 125 150 160 200
1,08 0,71 0,50 0,44 0,29
35
15
Δpt
H
50
40
=
10 9 8
L WA
in
Tabel 2: Luchttechnische en akoestische korrektiewaarden voor andere klepbreedte B Δpt × B in mm LWA + ζ× 200 1,41 2,6 300 1,20 1,7 400 1,10 1,0 500 1,04 0,4 600 1,00 0 700 0,97 -0,4 800 0,95 -0,7
30
) (A dB 25
7 6
20
5
15
4 3
2 2
2,5
3
4 vA
5
6
7
8
9
10 m/s
Mogelijke breedte- en hoogtecombinaties zie bladzijden 4 en 5
Maximale luchtsnelheid bij de standaarduitvoering ≤ 8 m/s, bij uitvoeringen met een veerretourmotor ≤ 10 m/s.
Tabel 3: Correctiewaarde voor waarde per oktaafband in dB/Okt. vA in m/s
fm in Hz 500 1000
63
125
250
2000
4000
8000
2
22
4
0
-3
4
16
4
2
-3
-9
-20
-25
-28
-7
-16
-22
6
16
5
1
-26
-3
-7
-14
-17
8
11
5
-23
0
-3
-6
-9
-14
10
9
4
-21
-1
-5
-7
-9
-10
-16
11
Inbouwdetails
Massieve wanden en vloeren Natte inbouw De montage van brandkleppen in massieve wanden en vloeren is toegelaten met mortel (natte inbouw). Inbouwstand en luchtrichting zijn willekeurig te kiezen. Vereisten – Massieve wanden, bijv. van beton, cellenbeton, metselwerk of massieve gipswandplaten volgens DIN EN 12859 (zonder holle ruimten), soortelijke massa ≥ 500 kg/m³ en minstens 100 mm dikte – Massieve vloeren van beton of cellenbeton, soortelijke massa ≥ 600 kg/m³ en minstens 150 mm dikte – 80 mm minimale afstand tussen twee brandkleppen – Afstand van de brandklep tot dragende bouwdelen minimaal 40 mm Aanbevelingen – Verlengdeel bij wanden en plafonds dikker dan 100 mm
Wandinbouw W: 100 tot 115 mm
Vloerinbouw, Vloe Vl oeri rinb nbou ouw, w, staand sta taan and d W
s ≥ 40
D
185
185
Inbouwwijze – Sparingsopening met minimaal B + 80 mm en H + 80 mm ontwerpen of brandkleppen bij het opmetselen van de wand mee-inmetselen of in het plafond instorten. – Omlopende spleet »s« met mortel van groep II, IIa, III of IIIa volgens DIN 1053 resp. Brandvrije mortel van groep II of III of gelijkwaardig volgens EN 998-2 (klasse M 2,5 tot 10) resp. brandvrije mortel van de klasse M 2,5 en 10, gipsmortel of eventueel beton volledig opvullen. De mortelbeddikte mag niet minder dan 100 mm zijn. Naar keuze kan een afdekplaat als inbouwhulp gebruikt worden, zie blz. 6.
Mortel, beton of gips
W > 115 mm
s ≥ 40
Mortel, beton of gips
Verlengdeel
Plafondinbouw, hangend
W ≥ 100
Verlengdeel Verlengdee Verlengdeel
Mortel, beton of gips
12
185
D
s ≥ 40
Inbouwdetails
Massieve wanden en vloeren Droge inbouw met inbouwsteen De montage van brandkleppen in massieve wanden en vloeren is toegelaten zonder gebruik te maken van een mortelbed (droge inbouw). Inbouwstand en luchtrichting zijn willekeurig te kiezen. Vereisten – Massieve wanden, bijv. van beton, cellenbeton, metselwerk of massieve gipswandplaten volgens DIN EN 12859 (zonder holle ruimten), soortelijke massa ≥ 500 kg/m³ en minstens 100 mm dikte – Massieve vloeren van beton of cellenbeton, soortelijke massa ≥ 600 kg/m³ en minstens 150 mm dikte – Minimale 200mm afstand tussen twee inbouwstenen – Afstand van de brandklep tot dragende bouwdelen minimaal 40 mm Aanbevelingen – Verlengdeel bij wanden en plafonds dikker dan 100 mm
Wandinbouw W: 100 tot 115 mm
Vloerinbouw, Vloe Vl oeri rinb nbou ouw, w, staand sta taan and d W
185
185
Inbouwwijze – Sparing B + 70 mm en H + 70 mm maken – Brandkleppen met inbouwsteen in de sparing schuiven. De bevestiging vindt plaats d.m.v. geschikte schroeven en pluggen. Optionele informatie over de inbouwsteen zie blz. 6
H + 70 B + 70
D
Schroefbevestiging
Inbouwsteen Inbouwsteen
H + 70 B + 70
Verlengdeel
W > 115 mm
Plafondinbouw, hangend W
Verlengdeel Verlengdee Verlengdeel
D
Inbouwsteen
185
H + 70 B + 70
13
Inbouwdetails
Niet dragende massieve wanden Niet dragende massieve wanden De inbouw in een niet dragende massieve binnenwand direct onder een vloer vindt plaats bij natte inbouw d.m.v. inmetselen rondom, of bij droge montage met een inbouwsteen. De elastische voegafdichting dicht de spleet tussen plafond en massieve wand, waarbij de wand boven de brandklep als betonlatei uitgevoerd wordt.
Natte inbouw W
s ≥ 20
Vloer van beton
Elastische vloeraansluiting
Latei
Mortel
185
Droge inbouw met inbouwsteen W
s ≥ 20
Vloer van beton Latei
185
14
Elastische vloeraansluiting
Inbouwsteen met afdekplaat
Inbouwdetails
Lichte scheidingswanden met metalen profiel en tweezijdige beplating Voor de montage van brandkleppen in lichte systeemwanden met metalen staanders en aan beide zijden beplating is zowel natte als droge montage toelaatbaar. De inbouwsituatie is onafhankelijk van de luchtrichting. Vereisten – Lichte scheidingswanden met metalen profielen en beplating aan beide zijden met europese classificatie volgens EN 13501-2 of vergelijkbare nationale classificatie – Beplating van gips- of cementgebonden platen, en minstens 100 mm dikte – Extra lagen beplating of dubbele staanders is toegelaten – Minimale afstand tussen twee brandkleppen resp. inbouwstenen van twee brandkleppen 200 mm – Afstand van de brandklep tot dragende bouwdelen minimaal 75 mm Aanbevelingen – Voor wanden dikker dan 100mm dient een verlengstuk of kanaal voorzien te worden
Natte inbouw
Natte inbouw Inbouwwijze – De sparing moet minimaal B + 80...120 mm en H + 80...120 mm zijn – Omlopende spleet »s« met mortel van groep II, IIa, III of IIIa volgens DIN 1053 resp. Brandvrije mortel van groep II of III of gelijkwaardig volgens EN 998-2 (klasse M 2,5 tot 10) resp. brandvrije mortel van de klasse M 2,5 en 10, gipsmortel of eventueel beton volledig opvullen. De mortelbeddiepte is gelijk aan de wanddikte.
Droge inbouw met inbouwsteen Inbouwwijze – Sparing B + 70 mm en H + 70 mm maken – Brandkleppen met inbouwsteen in de sparing schuiven. De bevestiging geschiedt met gipsplaatschroeven. Verdere informatie over de inbouwsteen zie pagina 6.
Droge inbouw met inbouwsteen 185
185
W
W
H + 70 B + 70
s = 40...60
Schroefbevestiging
Verstevigingsprofiel Inbouwsteen Mortel of gips
Metal-stud constructie voor natte inbouw en droge inbouw met inbouwsteen
x
z
Inbouwhoogte bij natte inbouw: x = H + 80...120 mm z = B + 80...120 mm Inbouwhoogte bij droge inbouw: x = H + 70 mm z = B + 70 mm ≤ 625
15
Inbouwdetails
„Zware” brandscheiding met metalen profiel en beplating aan beide zijden Voor de montage van brandkleppen in „zware” brandscheidingen met metalen staanders en aan beide zijden beplating is zowel natte als droge montage toegestaan. De inbouwsituatie is onafhankelijk van de luchtrichting. Vereisten – Lichte scheidingswanden met metalen profielen en beplating aan beide zijden met europese classificatie volgens EN 13501-2 of vergelijkbare nationale classificatie – Beplating van gips- of cementgebonden platen, en minstens 115 mm dikte – Vervangende staalplaat verstevigingen, extra lagen beplating of dubbele staanders is toegelaten – Maximale wandhoogte 5000 mm – Bij natte montage minimaal 200 mm afstand tussen twee brandkleppen – Bij „droge” montage met een inbouwsteen minimaal 200 mm afstand tussen de twee brandkleppen – Afstand van de brandklep tot dragende bouwdelen minimaal 75 mm Aanbevelingen – Voor wanden dikker dan 115mm dient een verlengstuk of kanaal voorzien te worden
Natte inbouw
Natte inbouw Inbouwwijze – De sparing moet minimaal B + 80...120 mm en H + 80...120 mm zijn – Omlopende spleet »s« met mortel van groep II, IIa, III of IIIa volgens DIN 1053 resp. Brandvrije mortel van groep II of III of gelijkwaardig volgens EN 998-2 (klasse M 2,5 tot 10) resp. brandvrije mortel van de klasse M 2,5 en 10, gipsmortel of eventueel beton volledig opvullen. De mortelbeddiepte is gelijk aan de wanddikte.
Droge inbouw met inbouwsteen Inbouwwijze – Sparing B + 70 mm en H + 70 mm maken – Brandkleppen met inbouwsteen in de sparing schuiven. De bevestiging geschiedt met gipsplaatschroeven. Verdere informatie over de inbouwsteen zie pagina 6.
Droge inbouw met inbouwsteen 185
185
W
W
H + 70 B + 70
s = 40...60
Schroefbevestiging
Verstevigingsprofiel Inbouwsteen Mortel of gips
x
Metal-stud constructie voor natte inbouw en droge inbouw met inbouwsteen
z
Inbouwhoogte bij natte inbouw: x = H + 80...120 mm z = B + 80...120 mm Inbouwhoogte bij droge inbouw: x = H + 70 mm z = B + 70 mm ≤ 312.5 312,5
16
Inbouwdetails
Lichte scheidingswand met metalen profilen en eenzijdige beplating Voor de montage van brandkleppen in lichte scheidingswanden is zowel natte als droge montage toelaatbaar. De inbouwsituatie is onafhankelijk van de luchtrichting. Vereisten – Lichte scheidingswanden met metalen profielen en beplating aan beide zijden met europese classificatie volgens EN 13501-2 of vergelijkbare nationale classificatie – Beplating van gips- of cementgebonden platen, en minstens 90 mm dikte – Extra dubbeling door een tweede plaat ter plaatse van de brandklep met minimaal 20mm dikte – Minimale afstand tussen twee brandkleppen resp. inbouwstenen van twee brandkleppen 200 mm – Afstand van de brandklep tot dragende bouwdelen minimaal 75 mm Aanbevelingen – Voor wanden dikker dan 100mm dient een verlengstuk of kanaal voorzien te worden
Natte inbouw
Natte inbouw Inbouwwijze – De sparing moet minimaal B + 80...120 mm en H + 80...120 mm zijn – Omlopende spleet »s« met mortel van groep II, IIa, III of IIIa volgens DIN 1053 resp. Brandvrije mortel van groep II of III of gelijkwaardig volgens EN 998-2 (klasse M 2,5 tot 10) resp. brandvrije mortel van de klasse M 2,5 en 10, gipsmortel of eventueel beton volledig opvullen. De mortelbeddiepte is gelijk aan de wanddikte.
Droge inbouw met inbouwsteen Inbouwwijze – Sparing B + 70 mm en H + 70 mm maken – Brandkleppen met inbouwsteen in de sparing schuiven. De bevestiging geschiedt met gipsplaatschroeven. Verdere informatie over de inbouwsteen zie pagina 6.
Droge inbouw met inbouwsteen W
185
185
20
W 20
H + 70 B + 70
s = 40...60
Schroefbevestiging
Verstevigingsprofiel Inbouwsteen Mortel of gips
Metal-stud constructie voor natte inbouw en droge inbouw met inbouwsteen
x
z
Inbouwhoogte bij natte inbouw: x = H + 80...120 mm z = B + 80...120 mm Inbouwhoogte bij droge inbouw: x = H + 70 mm z = B + 70 mm ≤ 625
17
Bestelinformatie Bestekomschrijving * Brandkleppen in rechthoekige of ronde uitvoering, voor het afsluiten van lucht kanalen tussen twee brandcompartimenten in vele verschillende afmetingen. De bedrijfsklare eenheid omvat een vuurbestendig klepblad en een signaleringseenheid. Brandtechnisch getest volgens EN 1366-2 Met prestatieverklaring DoP / FKS-EU / DE / 2013 / 001 en CE-codering Geschikt voor zowel natte als droge inbouw in massieve wanden en vloeren en systeemwanden alsmede in „zware” brandscheidingen in systeemwanden. Aansluitingen met kanalen van brandbare of onbrandbare materialen zijn toegestaan. Speciale kenmerken: – Overeenkomstig de europese productnormering EN 15650 – Brandtechnisch getest volgens EN 1366-2 – Classificering vlgs. EN 13501-3 – Voor natte inbouw in systeemwanden geschikt almede voor „zware” brandscheidingen in systeemuitvoering – Grote vrije doorlaat, daardoor lage drukverschillen – Integreerbaar in het gebouw beheerssysteem met TROXNETCOM
Lekluchthoeveelheid met gesloten klepblad vlgs. EN 1751, klasse 3; (B + H) ≤ 600, klasse 2. Lekkage van de behuizing volgens EN 1751, klasse C; Brandklepvariant met: veerretourmotor met thermo electrische signalering. Twee eindschakelaars, geïntegreerd in de motor voor de klepstandsignalering „open” en „dicht”. Materialen: Huis van verzinkte staalplaat, klepblad van speciaal isolatiemateriaal, klepas van roestvaststaal, onderhoudsvrije lagers van kunststof. * Tekst voor een FKS-EU met een smeltlood Tekst voor de uitvoeringen, toebehoren en aanbouwdelen zie het selectieprogramma of onze website.
Bestelsleutel FKS-EU - 1
/
NL
/
800 × 200 × 300
Serie
Wijzigingen voorbehouden Alle rechten voorbehouden © TROX GmbH (11/2013)
Uitvoering Geen vermelding: standaard uitvoering 1 Poedergecoate behuizing 2 Behuizing van roestvast staal 7 Gecoat klepblad 1-7 Poedergecoate behuizing en gecoat klepblad 2-7 Roestvaststalen behuizing en gecoat klepblad W1 Met smeltlood 95 °C (Alleen bij luchtverwarming)
18
/
E
/
A0
/
Z43 Toebehoren 2 Geen vermelding: zonder S0 tot AS
Land van bestemming NL Nederland andere bestemmingslanden op aanvraag Nominale grootte in mm B×H×L
Aanbouwdelen Z00 tot ZL08 1
W is met alle uitvoeringen te combineren.
Toebehoren 1 Geen vermelding: zonder E Inbouwsteen B Afdekplaat
Bestelvoorbeeld FKS-EU met smeltlood
Bestelvoorbeeld FKS-EU, poedergecoat, met inbouwsteen, afsluitrooster aan de bedieningzijde en veerretourmotor 230 V AC
Fabrikaat: TROX Type: FKS - EU / NL / 800 × 200 × 300 / Z00
Fabrikaat: TROX Type: FKS - EU - 1 / NL / 800 × 200 × 300 / E / A0 / Z43
19
20