Niet-technisch Rapport IVBO
In uitvoering van Art. 5.2.3bis.1.35. Vlarem II opgemaakt ten behoeve van de toezichthoudende overheid en OVAM. Jaartal:
2013
Verwerkingsinstallatie: IVBO, Pathoekeweg 41, 8000 Brugge
Niet-technisch Rapport IVBO
1 - 12
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ................................................................................................................... 2 1. Afvalstoffen .................................................................................................................... 3 2. Emissies ........................................................................................................................... 3 2.1. Lucht........................................................................................................................ 3 2.2. Water ...................................................................................................................... 5 3. Werking............................................................................................................................ 8 3.1. Installatie............................................................................................................... 8 3.1.1. Uren werking .................................................................................................... 8 3.1.2. Stilstanden voor onderhoud ....................................................................... 9 3.1.3. Noodstops.......................................................................................................... 9 3.1.4. Defecten aan rookgaszuivering ................................................................ 9 3.1.5. Emissiemeetapparatuur ............................................................................... 9 4. Energie ........................................................................................................................... 10 4.1. Elektriciteitsproductie ..................................................................................... 10 4.2. Warmterecuperatie .......................................................................................... 11 4.3. Energetisch rendement .................................................................................. 12 5. Conclusie ....................................................................................................................... 12
Niet-technisch Rapport IVBO
2 - 12
1. Afvalstoffen In 2013 zien we een lichte stijging in de hoeveelheid verwerkt afval. Dit is grotendeels te wijten aan het feit dat we in 2013 geen grote stilstand gehad hebben, zoals deze in 2012 voor de turbineombouw. Deze viel toen in de drukste periode van het jaar (de zomerperiode), en was dus van grote invloed op de verwerkingscapaciteit. In 2013 hebben we gedurende deze zomerperiode een normale werking gekend. Kritische periodes van afvaltekort blijven bestaan. Deze situeren zich vooral in de winterperiode. Dit is duidelijk terug te vinden in de stilstanden wegens afvaltekort (hoofdstuk 3.1.2).
2. Emissies 2.1. Lucht IVBO beschikt over een zeer sterk doorgedreven rookgaszuiveringsinstallatie die de emissies tot het laagst mogelijke technisch haalbare niveau brengt. Via onze continue emissiemeetapparatuur worden de rookgassen continu geanalyseerd en aan de normen getoetst. De meetwaarden in de grafieken zijn de gevalideerde meetwaarden bij Nm³, droog, 11% O2, waarbij er enerzijds een correctie voor het betrouwbaarheidsinterval in verwerkt is (meetwaarde waaraan de norm getoetst moet worden = MW excl mf = meetwaarde exclusief meetfout), en anderzijds een meetwaarde zonder de correctie voor de meetfout weergegeven wordt (MW incl mf = meetwaarde inclusief meetfout). Voor CO zijn de meetwaarden voor opstart en stoppen niet inbegrepen, zoals voorzien in de Vlarem. Alle meetwaarden zijn uitgedrukt ten opzichte van de norm als zijnde 100% of de waarde 1.
Niet-technisch Rapport IVBO
3 - 12
De rookgassen worden continu bemonsterd op furanen. De monsters worden door een gerapporteerd. In de onderstaande grafiek detecteerbare metingen ten opzichte van bemonstering uitgezet.
de aanwezigheid van dioxines en erkend labo geanalyseerd en worden per 14 dagen de nog de richtwaarde voor continue
De zware metalen in de rookgassen worden twee maal per jaar door een erkend labo bemonsterd en geanalyseerd. Zowel de zware metalen in vaste als in gasvorm worden gemeten. De meetwaarden voor Hg (Kwik) en de som van de meetwaarden voor Cd + Tl (Cadmium + Thallium) waren zo laag dat ze in het labo niet meer detecteerbaar waren. Enkel de som van de meetwaarden voor Sb + As + Pb + Cr + Co + Cu + Mn + Ni + V + Sn is soms nog meetbaar en in onderstaande grafiek uitgezet.
Niet-technisch Rapport IVBO
4 - 12
2.2. Water Voor de rookgaszuivering wordt gebruik gemaakt van natte zuiveringstechnieken waarbij water nodig is. IVBO gebruikt hiervoor opgevangen regenwater, rioolwater die gezuiverd is door Aquafin en percolaatwater van de groencompostering. Het afvalwater wordt via een fysico-chemische zuivering in het waterzuiveringsstation van IVBO gereinigd. 94% van het water wordt in de installatie hergebruikt. 6% wordt na een verdere zuivering bij IVBO nabehandeld in het naastliggende waterzuiveringsstation van Aquafin. De meetresultaten hebben betrekking op het water dat naar Aquafin gestuurd wordt.
Begin 2013 zien we sterke schommelingen in het debiet. Dit is niet de werkelijkheid maar komt door verstopping van de borrelbuis door CaSO4aanslag. Sinds eind 2012 werd geëxperimenteerd met een product dat die aanslag moet tegengaan. Sinds dit middel vast in gebruik is, zijn er geen problemen meer met zowel de debiet- als de pH-meting.
Niet-technisch Rapport IVBO
5 - 12
Sinds eind 2012 werd er gewerkt aan bezinker 2. Hierdoor kwam het effluent van bezinker 1 rechtstreeks in de vijver terecht, met de hoge temperatuur tot gevolg. Op 04/03 werd bezinker 2 terug in dienst genomen. De rest van het jaar volgt de effluenttemperatuur de seizoenen. Elke dag wordt er door een erkend labo een staal afvalwater genomen en geanalyseerd op de aanwezigheid van zwevende stoffen. Er is een norm waar 95% van de stalen moet aan voldoen en een norm waar 100% van de stalen moet aan voldoen.
Tot 04/03 werd gewerkt zonder de tweede bezinker. In deze periode zien we drie overschrijdingen van de 100%-norm, die anders zouden zijn opgevangen door deze 2de bezinker. Op 25/10 zien we een sterke piek. Bij reinigingswerken door een externe firma na de stop van lijn B, werd het vervuilde water op het verkeerde punt in de waterzuiveringsinstallatie geloosd.
Niet-technisch Rapport IVBO
6 - 12
Per maand wordt er door een erkend labo een 24u staal genomen en geanalyseerd. De resultaten voor de zware metalen zijn in de volgende figuren weergegeven. De aanpassingen aan de waterzuiveringsinstallatie eind 2010 hebben duidelijk een positief effect op de verwijdering van zware metalen. Op basis van de VITO-studie uit 2011 en de gemeten waarden werden eind 2012 de normen via de nieuwe milieuvergunning aangepast aan de nieuwe situatie. Alle meetwaarden zijn uitgedrukt ten opzichte van de norm als zijnde 100% of de waarde 1.
Op het ogenblik van de dioxinemetingen in de rookgassen gebeurt er zesmaandelijks ook een bemonstering en analyse van dioxines en furanen in het afvalwater. De meetwaarden waren ruim onder de toegelaten norm, net zoals de metingen in voorgaande jaren.
Niet-technisch Rapport IVBO
7 - 12
3. Werking 3.1. Installatie 3.1.1. Uren werking IVBO werkt 24u/24u, volcontinu. Enkel voor onderhoudswerkzaamheden of defecten worden de verbrandingslijnen gestopt. De doorgedreven vervangingsinvesteringen zorgen voor een continue hoge beschikbaarheid. In 2013 behaalden we een beschikbaarheid van 89,1%. Dit is een stijging ten opzichte van 2012 die hoofdzakelijk te wijten is aan de extra stilstand voor de ombouw van de installatie naar de nieuwe turbine in de zomer van 2012. Net zoals voorgaande jaren werd er in de wintermaanden gedurende langere tijd wegens een tekort aan afval verbrand aan een lager tonnage per uur per lijn, of zelfs een lijn stil gelegd.
Niet-technisch Rapport IVBO
8 - 12
3.1.2. Stilstanden voor onderhoud In 2013 hadden we voor 1.232 uur aan onderhoudswerken gepland. Dit werden uiteindelijk 2.862 uur. Er waren 1.630 uren aan onvoorziene stops. Dit kent twee oorzaken: o 2x de stilstand van lijn B, waarbij de heropstart werd uitgesteld vanwege afvaltekort. o Tal van kleine stops naar aanleiding van kinderkwaaltjes in de nieuwe turbine installatie. 3.1.3. Noodstops Een noodstop is een situatie waarbij de installatie ter bescherming van het personeel, de technische uitrusting of het milieu, niet volgens de normale stopprocedure uit bedrijf genomen kan worden. Hierbij wordt de verbranding van afvalstoffen onmiddellijk of via een versnelde procedure gestopt. Deze methode mag om technische redenen enkel in noodgevallen benut worden. In 2013 hebben we 7 keer gebruik gemaakt van deze versnelde procedure. 3.1.4. Defecten aan rookgaszuivering Zoals reeds vermeld hebben de vele turbinetrips in het voorjaar aanleiding gegeven tot hogere emissiewaarden en enkele overschrijdingen. Dit was dus niet het gevolg van een defect. Er waren verder geen relevante defecten die invloed hebben gehad op de emissiewaarden. 3.1.5. Emissiemeetapparatuur De emissiemeetapparatuur moet elk jaar door een erkend deskundige volledig onderzocht worden. Het labo Tauw België heeft op de apparatuur in oktober 2013 de jaarlijkse controle uitgevoerd en goed bevonden. De emissiemeetapparatuur wordt door de eigen medewerkers op de voorgeschreven tijdstippen gekalibreerd. Tweemaal per jaar laten we de toestellen door de leveranciers volledig onderhouden en kalibreren. Voor onderhoud en het vervangen van defecte apparatuur worden de metingen soms voor korte tijd stil gelegd. Alle onderstaande data hebben betrekking op interventies buiten het periodiek onderhoud: - 29/01/2013: vervangen haperende terugslagkleppen door Kelma downtime lijnen A & C : ± 2,5 uren - 01/02/2013: storing meting lijn A door defecte temperatuurregelaar interventie gebeurd door IVBO op 02/02/2013 downtime lijn A : ± 3,5 uren - Door een defect aan de computerschermen (of beter aan de grafische kaart PC), moest deze enkele malen worden heropgestart. Dit gaf telkens enkele minuten downtime. interventie gebeurd door IVBO Niet-technisch Rapport IVBO
9 - 12
Defecten worden steeds binnen de kortst mogelijke tijd door de leverancier hersteld en er worden preventieve acties ondernomen om gelijkaardige defecten op andere lijnen te vermijden.
4. Energie 4.1. Elektriciteitsproductie De uit de verbranding vrijgekomen energie gebruiken we om stoom mee te produceren. Deze stoom benutten we om aan de hand van een turbine-alternator elektriciteit op te wekken. IN
2013 MWh
UIT
TOTALE
AANKOOP
INTERNE
VAN
PRODUCTIE
NET
82.246,08
335,57
TOTAAL
TOTAAL
VERKOOP
INTERN
AAN
VERBRUIK
NET
82.581,65 28.607,68 53.973,97
Door de opeenvolgende uitbreidingen op het vlak van rookgaszuivering, is in de afgelopen jaren het eigen elektriciteitsverbruik toegenomen. Wat we niet zelf gebruiken wordt aan het elektriciteitsnet verkocht. Bij onderhoud aan de turbinealternator en bij opstart kan een kleine hoeveelheid elektriciteit van het net aangekocht worden. Elke MWh elektriciteit die IVBO uit afval produceert is een besparing op primaire brandstoffen die anders via klassieke elektriciteitscentrales geproduceerd moet worden. De elektriciteitsproductie sinds 2012 is sterk gestegen ten opzichte van de voorbije jaren. Dit is het gevolg van de ombouw naar een nieuwe turbine. Deze nieuwe turbine is van het condensatietype en haalt dus een veel hoger rendement dan de voorgaande turbine, die van het tegendrukprincipe was. Waar de vorige turbine een gemiddelde van 4,1MW leverde, is dit voor de nieuwe turbine ongeveer 12MW. In 2012 werd slechts gedeeltelijk met de nieuwe turbine gewerkt (augustusdecember). Daarom zien we in 2013 dat de stijgende lijn zich verder zet. 2013 was een representatief jaar voor de nieuwe situatie, dus volgende jaren mogen we een gelijkaardig hoge elektriciteitsproductie verwachten.
Niet-technisch Rapport IVBO
10 - 12
4.2. Warmterecuperatie De nieuwe turbine beschikt over een tussenaftappunt, waarbij net voldoende middendrukstoom wordt afgetapt om te voldoen aan de warmtevraag. Dit gaat zowel over intern warmteverbruik (rookgasheropwarming) als over externe klanten. In 2013 werd voor 61297 MWh aan thermische energie uit de stoom voor eigen productiedoeleinden gebruikt. Op deze manier realiseren we een belangrijke besparing op het verbruik van primaire energiebronnen. Naast het gebruik van de stoom in eigen installatie, voeden we ook een afstandsverwarmingsnet. Wij leveren via een ondergronds buizenstelsel warmte aan externe klanten, waaronder het AZ St-Jan, penitentiair centrum, RVT Herdershove, RVT Rustenburg, kinderdagverblijf De Blauwe Lelie, OCMW, Die Keure, Stock Vermeersch, Chocolaterie Kathy en Aquafin. Ten opzichte van 2012 is er terug een lichte stijging in de levering van warmte geweest. Er is een kleine klant bij gekomen (appartementen Blauwe Reiger), maar de schommelingen in verbruik zijn vooral te wijten aan schommeling in verbruik door de grootste klanten (AZ Sint-Jan, PCB).
Niet-technisch Rapport IVBO
11 - 12
4.3. Energetisch rendement Om het energetisch rendement te kunnen evalueren wordt er gebruik gemaakt van de Energie Prestatie Maatstaf (EPM), een standaard formule die voor de ganse afvalverbrandingsector gelijk is. De EPM is groter dan het referentierendement van 35% die behaald moet worden om in aanmerking te komen voor het verkrijgen van groenestroomcertificaten op de productie van hernieuwbare elektriciteit. De EPM is sterk gestegen ten opzichte van 2012 (53,1%) waar slechts een half jaar werd gewerkt met de nieuwe turbine. In 2013 hadden we volledig werkingsjaar met nieuwe turbine. Deze waarde van ±70% is dus de nieuwe referentiewaarde.
5. Conclusie In 2013 hebben we ons eerste volledige werkingsjaar achter de rug met de nieuwe condensatieturbine. We zien dan ook een sterke stijging in de energieproductie. Volgende jaren zal dit nieuwe, hoge niveau behouden blijven. Hierdoor is ook de EPM verder gestegen naar 69,5% Dit kan als de nieuwe standaard voor onze installatie worden beschouwd. Begin 2013 zien we wat strubbelingen in de rookgaszuivering (NOx, SO2) door veelvuldige trips (automatische uitval) van de turbine. Slecht afgestelde beveiligingen zorgden voor veelvuldige uitval. Afhankelijk van de ernst van de uitval, had dit soms ook zijn invloed op de rookgaszuivering. Vanaf midden kwartaal twee was dit probleem grotendeels verholpen. Begin 2013 zien we ook meer overschrijdingen van de zwevende stof en een hogere temperatuur. Dit komt door langdurige uitval van bezinker 2 (lang aanslepende herstellingswerken). Vanaf 04 maart werkt de waterzuivering terug normaal, met een normalisering van het effluent tot gevolg. Er zijn plannen om de bezinker(s) te vervangen of hoogwaardig te renoveren.
Niet-technisch Rapport IVBO
12 - 12