Niet meer depressief
Dit boek, Niet meer depressief; Werkboek voor de clie¨nt, is onderdeel van de reeks Protocollen voor de GGZ. Serie Protocollen voor de GGZ De boeken in de reeks Protocollen voor de GGZ geven een sessiegewijze omschrijving van de behandeling van een specifieke psychische aandoening weer. De theorie is beknopt en gestoeld op wetenschappelijke evidentie voor zover deze bekend is. Protocollen voor de GGZ is bedoeld voor psychologen, psychotherapeuten, psychiaters en andere hulpverleners. Bestellen: De boeken zijn te bestellen via de boekhandel of rechtstreeks via de webwinkel van uitgeverij Bohn Stafleu van Loghum: www.bsl.nl Redactie Dr. Claudi Bockting, klinisch psycholoog, psychotherapeut en gedragstherapeut, universitair hoofddocent klinische psychologie, Rijksuniversiteit Groningen Dr. Mascha ten Doesschate, psychiater Arkin en onderzoeker Universiteit van Amsterdam, Amsterdam Prof.dr. Chijs van Nieuwenhuizen, bijzonder hoogleraar forensische geestelijke gezondheidszorg, coo¨rdinator behandeling & onderzoek, forensische jeugdpsychiatrische kliniek De Catamaran, Eindhoven Drs. Willemijn Scholten, psychotherapeut en gedragstherapeut, GGZinGeest, Amsterdam
Niet meer depressief
Werkboek voor de clie¨nt
Claudi Bockting
Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009
Ó 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopiee¨n of opnamen, hetzij op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopiee¨n uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16b Auteurswet 1912 jo het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van (een) gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden. Samensteller(s) en uitgever zijn zich volledig bewust van hun taak een betrouwbare uitgave te verzorgen. Niettemin kunnen zij geen aansprakelijkheid aanvaarden voor drukfouten en andere onjuistheden die eventueel in deze uitgave voorkomen. ISBN 978 90 313 7427 4 NUR 777 Ontwerp omslag: Studio Bassa, Culemborg Ontwerp binnenwerk: Studio Bassa, Culemborg Automatische opmaak: Pre Press, Zeist
Bohn Stafleu van Loghum Het Spoor 2 Postbus 246 3990 GA Houten www.bsl.nl
Inhoud
Voorwoord
6
Sessie 1
7
Sessie 2
15
Sessie 3
23
Sessie 4
29
Sessie 5
35
Sessie 6
41
Sessie 7
47
Sessie 8
51
Literatuur
53
Voorwoord
Voor u ligt het clie¨ntenwerkboek gericht op het voorkomen van terugval, voor mensen die last hebben van terugkerende depressies (zogenoemde recidiverende depressies). Uit onderzoek blijkt dat het regelmatig voorkomt dat mensen die goed opgeknapt zijn van een depressie, later opnieuw depressief worden. Naarmate er in het verleden meer depressieve perioden hebben plaatsgevonden, neemt de kans op terugval zelfs toe. Depressie is een veelvoorkomende aandoening die gepaard gaat met veel persoonlijk leed, maar ook met maatschappelijke problematiek. Het is van groot belang, nu u opgeknapt bent, om aandacht te besteden aan het voorkomen van terugval. Uit onderzoek in het buitenland blijkt dat een soort vaardigheidstraining, gebaseerd op cognitieve principes, effectief lijkt te zijn in het voorkomen van terugval bij mensen die hersteld zijn van een depressie (Fava et al., 2004; Vittengl et al., 2007, Teasdale et al., 2000; Bockting, Spinhoven & Huibers, 2009, in druk). De in Nederland ontwikkelde vaardigheidstraining van acht groepssessies is gebaseerd op de cognitieve therapie zoals deze ontwikkeld is door professor Beck (Beck, 1979; Beck et al., 1995). Uit onderzoek uitgevoerd in het AMC onder leiding van prof.dr. A. Schene blijkt deze training beschermend te werken tegen depressieve terugval over een periode van twee jaar en zelfs over vijfenhalf jaar (Bockting et al., 2005; Bockting, 2006, Bockting et al., 2009, in druk). De effectiviteit van deze training is onderzocht in een groepsvorm met acht tot twaalf mensen, maar er zijn aanwijzingen dat de training ook individueel gebruikt kan worden (Vittengl et al., 2007). In deze training wordt u geleerd wat u zelf kunt doen om terugval te voorkomen. Daarbij wordt veel aandacht besteed aan het veranderen van het denken. Het is van belang om te proberen open te staan voor andere (nieuwe) gedachten. Elke sessie krijgt u opdrachten mee. Dit thuiswerk is meestal goed te doen in circa tien minuten per dag. De opdrachten zijn een belangrijk onderdeel van deze training. Het belangrijkste is dat u het elke dag probeert. Het is aan te raden dit op van tevoren vastgestelde tijden te doen. Elke sessie ziet er in principe hetzelfde uit. Zo beginnen we met het beantwoorden van vragen naar aanleiding van de vorige sessie, gevolgd door het bespreken van het gedane thuiswerk. Vervolgens nemen we nieuwe stof door en ten slotte spreken we het thuiswerk voor de volgende keer af. De therapeuten die de trainingen uitvoeren zijn ervaren therapeuten die getraind zijn in de cognitieve gedragstherapie. De training zal uiteindelijk resulteren in een persoonlijk preventieplan, waarin is opgenomen wat u kunt doen in het geval dat u toch klachten zou krijgen. Het doel van deze training is om te zorgen dat u minder vaak en minder snel een depressieve terugval krijgt. U merkt dus gedurende de training niet of het helpt, maar pas op de lange termijn. Deze training kan plaatsvinden naast de contacten die u mogelijk nog hebt met uw behandelaar of met uw huisarts en eventueel naast het gebruik van antidepressiva ter bescherming tegen terugval. Succes met de preventieve cognitieve training! Claudi Bockting