Met Eiber op stap!
Natuur & Milieu educatie
Groep 5 Met Eiber op stap! Ontdek de natuur in het Heemgebied
1
Dit is een product van Stichting Vogelpark Avifauna
Inhoudsopgave
1. Inleiding
1. Inleiding 2. Leerdoelen, doelgroep, samenvatting 3. Lesschema 4. Inhoud en organisatie van de les 5. Achtergrondinformatie & websites
De Kromme Aar is een riviertje met oude loop. Om het riviertje heen is een heemgebied ingericht. Hier kunnen de inwoners van Alphen aan de Rijn kennismaken met hoe het landschap er vroeger uit zag. Tijdens de les doen de kinderen onderzoek naar knoppen van bomen, boomsoorten, knotbomen, bloemen, watervogels en eigenschappen van het water. De ooievaar ‘Eiber’ neemt de kinderen mee via verschillende opdrachten in het Heemgebied ‘De Kromme Aar’.
Bijlagen Werkboekje ‘Met Eiber op stap!’ Kaart van het heemgebied ‘De Kromme Aar’
Gegevens Vorm: Excursie Locatie: Heemgebied De Kromme Aar, Alphen aan den Rijn Startpunt: Parkeerplaats Kinderboerderij Zegersloot, Burg. Bruins Slotsingel 11, Alphen aan den Rijn Periode: Maart/april Duur: 1 uur en 15 minuten Doelgroep: Groep 5 Begeleider: Vrijwillige medewerker
2. Leerdoelen, doelgroep, samenvatting Leerdoelen • Leerlingen herkennen een aantal boomsoorten door de boomknoppen te determineren • Leerlingen kunnen vertellen waarom bomen (vroeger en nu) geknot worden. • Leerlingen kunnen een aantal bloemen van het vroege voorjaar benoemen (speenkruid, klein hoefblad?, dotterbloemen, hondsdraf?, ed.) • Leerlingen kunnen verschillende watervogels herkennen (reiger, meerkoet, waterhoen, fuut, wilde eend). Ze ontdekken dat sommige vogels zwemvliezen hebben en andere vogels lobben tussen de tenen. • Ze doen onderzoekjes aan fysische eigenschappen van water. Bv. temperatuur, doorzicht, stroming. Doelgroep Deze excursie is bedoeld voor de groepen 5 van de basisschool. Samenvatting Het programma bestaat uit 3 onderdelen: voorbereiding in de klas, uitvoering in het Heemgebied de Kromme Aar en verwerkingsactiviteiten op school. De rode draad van het project is de ooievaar ‘Eiber’. Hij neemt de kinderen mee op reis door het gebied waarin hij leeft. Het gaat over bomen waarin hij bijvoorbeeld nestelt en het water waaruit hij zijn voedsel vist, wat hij eet en wie er nog meer in het gebied wonen. In het Heemgebied doen de kinderen allerlei leuke opdrachten uit het werkboekje. De opdrachten zijn verdeeld over verschillende thema’s en gaan uit van verschillende leerstijlen en vaardigheden van de kinderen. De verwerkingsactiviteiten zijn gericht op het uitwisselen van leerervaringen en enkele verwerkingsopdrachten.
Met Eiber op stap! 3. Lesschema Lesactiviteit
Tijd
Materiaal
Werkvorm
Introductieles • Voorbereidende les • Laten zien luchtfoto via digitaal schoolbord • Bespreken van het heemgebied
20-30 min
• Digitaal schoolbord of kaart van het heemgebied
• (Kring)gesprek (klassikaal)
Kernles • Excursie in het heemgebied ‘De Kromme Aar’
90 min.
Verwerkingsles • Bespreek de excursie en opdrachten na in een afsluitend gesprek. • Schrijven van een verhaal over ‘Eiber’ de ooievaar
50 min.
• Intro gesprek Opdrachtenroute (begeleide groepjes)
• Werkboekje • Achtergrond-informatie
Extra • Verwerkingsopdrachten, lentetakken in de klas, natuur-/ lentedagboek, toneelstukje opvoeren.
Aandachtspunten • Zorg dat u op tijd op de excursielocatie aanwezig bent met de groep. Excursies lopen toch vaak al wat uit, op tijd starten is dan ook belangrijk. • Om tijd te besparen kunt u alvast de klas vooraf in groepjes verdelen. Minimaal 3 kinderen per groep en maximaal 7 groepjes. • Zorg voor voldoende hulpouders die de groepjes kunnen begeleiden. • Vertel de kinderen buitenkleding aan te trekken. Warme kleiding die vuil mag worden en stevige schoenen om door de modder te (kunnen) lopen. • De antwoorden op de vragen uit het werkboekje kunnen deels elk jaar weer anders zijn! Uit de achtergrondinformatie kun u veel antwoorden halen, maar let zelf ook goed op tijdens de excursie! Via internet is ook nog veel extra informatie te vinden.
3
• (Kring)gesprek (klassikaal) • Verhaal schrijven (zelfstandig)
4.Organisatie en inhoud van de les - Les 1 Introductieles Voorbereiding: Zorg dat u de kaart van het gebied eenvoudig kunt oproepen of al op het bord heeft staan. Wanneer u geen digitaal schoolbord heeft kunt u de kaart uit de bijlagen natuurlijk ook laten zien.
Inleiding Laat het heemgebied ‘De Kromme Aar’ zien op het digibord via googlemaps of de kaart uit de bijlage. Vertel de kinderen dat ze op excursie gaan naar dit heemgebied. Vraag de kinderen wie er wel eens geweest is. Kern Leg de leerlingen uit wat een heemgebied is. Dit is een gebied dat de beheerders proberen te beheren als een oud cultuur- en natuurlandschap. In Alphen aan den rijn heet het heemgebied
4
‘De Kromme Aar’ omdat door dit gebied het veenriviertje de Kromme Aar loopt. Dit stukje heeft de oude en natuurlijke loop van de Kromme Aar, maar lang geleden liep het nog verder door. Wijs aan waar de Kromme Aar ligt op de kaart en op de satelietfoto. Wat zie je op de foto. Wat is ‘natuurlijk’, wat is ‘niet natuurlijk’. Wijs ze ook op de verkaveling van de polder. Hieraan kun je zien dat het een oud ontgonnen veenlandschap is. Laat zien wat er veranderd is: de golfbaan, bebouwing, kanaal, Zegerplas. Afsluiting: Laat de kinderen (in groepjes of zelfstandig/ thuis of op school) informatie zoeken over heemgebieden/ De Kromme Aar/ en hoe het er vroeger uit zag. Dat kan bijvoorbeeld in de bibliotheek of via het internet. Ook kunnen ze zelf het gebied nog eens goed bekijken via googlemaps en street view.
Met Eiber op stap! Les 2 Excursie Avifauna Voorbereiding: • Regel het vervoer naar het heemgebied (lopen/ fiets/ auto). • Zorg voor enkele hulpouders tijdens de excursie. • Maak groepjes van minimaal 3 kinderen, maximaal 7 groepjes. • Denk aan buitenkleding.
Inleiding De kinderen worden op de parkeerplaats opgehaald door de gastheer of gastvrouw. Deze zal de kinderen inhoudelijk begeleiden. De groep loopt met de vrijwillige medewerker via het fietspad naar het heemgebied waar de excursie plaats zal vinden. Kern Aangekomen bij het heemgebied zal de vrijwilliger de excursie inleiden en uitleggen wat de bedoeling is. Ieder groepje krijgt een rugtas. Hierin zitten alle spullen die ze nodig hebben. Ook krijgen alle kinderen een werkboekje met opdrachten die ze kunnen invullen. In de tas zit een opdrachtenwaaier met daarop alle opdrachten die de kinderen kunnen maken. Ze hoeven niet alle opdrachten te maken! De ene helft van de groepen gaat links van de
5
Kromme Aar lopen, de andere helft rechts. Ze lopen tot de brug en via de andere kant weer terug. Als de kinderen gillen, schreeuwen of rennen, schrikken de dieren en zie je natuurlijk veel minder! De opdrachten zijn verdeeld over verschillende thema’s: water, voedsel, bomen en planten, dieren en sporen. Tijdens deze opdrachten worden verschillende leerstijlen aangesproken. Op deze manier willen we aansluiten bij de verschillende leerstijlen en interesses van kinderen. De antwoorden op de vragen uit het werkboekje kunnen deels elk jaar weer anders zijn! Let daarom zelf ook goed op tijdens de excursie! Afsluiting: Als ze ten slotte bijeenkomen voor de afsluiting, heeft elk groepje verschillende opdrachten uitgevoerd. De kinderen wisselen tijdens de afsluiting kort hun ervaringen uit en horen ze van elkaar wat ze hebben geleerd. Belangrijk is dat de kinderen hun werkboekjes bij de leerkracht inleveren zodat ze mee gaan naar school. De rugzakjes moeten ze weer compleet(!) inleveren bij de vrijwilliger. Aan het einde loopt hij of zij mee weer met de kinderen terug naar de parkeerplaats.
Les 2 Kernles Voorbereiding: Lees voor de nabespreking van de excursieopdrachten op school de achtergrondinformatie goed door. Zorg dat de werkboekjes klaarliggen om uit te delen. De antwoorden op de vragen uit het werkboekje kunnen elk jaar weer anders zijn! Uit de achtergrondinformatie kun u veel antwoorden halen. Via internet is ook nog veel extra informatie te vinden.
Inleiding Bespreek met de kinderen de excursieles na. Wat zijn hun ervaringen en welke opdrachten hebben ze gedaan. Kern Bespreek de les klassikaal na en vul vervolgens samen het lesboekje verder in. • Welke opdrachten heb je gedaan? • Wat was het resultaat? • Wat heb je geleerd? • Wat is dan het antwoord dat we moeten invullen? Bespreek nog even het project na met de kinderen in een afsluitend (kring)gesprek. Afsluiting Laat vervolgens de leerlingen een verhaal schrijven over het leven van ‘Eiber’ de ooievaar in het heemgebied ‘De Kromme Aar’. Wat maakt een ooievaar zoal mee en hoe komt hij aan zijn eten en is er een andere leuke ooievaar in de buurt? Heeft hij misschien een nest? Welke andere dieren leven er in het heemgebied? Zijn dat vrienden of juist concurrenten? Wat voor weer is het? Probeer de kinderen wel een realistisch verhaal te laten schrijven en dus geen Donald Duck die in een huis woont.
6
Zelfstandig werken Eventueel kunnen delen van deze lessen ook heel goed zelfstandig als taak worden gemaakt door de leerlingen. • Laat de kinderen (in groepjes of zelfstandig/ thuis of op school) informatie zoeken over heemgebieden/ De Kromme Aar/ en hoe het er vroeger uit zag. Ook kunnen ze zelf het gebied nog eens goed bekijken via googlemaps en street view • Ook de extra activiteiten zouden de kinderen grotendeels zelfstandig als weektaak kunnen krijgen. Extra activiteiten Lentetakken in de klas Leuk is om in de klas lentetakken in een vaas te zetten. Kinderen kunnen dan zien wat er met de knoppen, katjes of de bloesem gebeurt in het voorjaar. Sommige takken zullen in het water wortels vormen. Deze kunt u ook echt buiten planten als het een beetje warmer wordt. Zoek een goed plekje waar de kinderen de jonge boom kunnen volgen. De plaats moet niet alleen voor de tak, maar ook later voor de boom een geschikte groeiplek zijn. Natuur-/lentedagboek Naar aanleiding van de excursie kunnen de kinderen ook de natuur in de schoolomgeving gaan onderzoeken. Wat een erg succesvolle activiteit kan zijn is het bijhouden van een dagboek. Ieder kind kan een eigen dagboekje bijhouden, maar er kan ook voor gekozen worden om iedere dag een ander kind een stukje te laten schrijven over de natuur van die dag. Toneel Aan de hand van hun opstel over ‘Eiber’ de ooievaar kunnen de kinderen ook toneelstukjes maken. Deze kunnen ze dan opvoeren voor hun klasgenoten/ouders en/of de andere groepen op school.
Met Eiber op stap! 5. Achtergrondinformatie & websites 5.1 Het Heemgebied de Kromme Aar Het Heemgebied de Kromme Aar ligt helemaal omsloten in het Zegersloot gebied, met de kinderboerderij, het pannenkoekenrestaurant, de golfbaan en het recreatiemeer de Zegerplas, in de directe omgeving. De Kromme Aar mondt aan de ene kant uit in de Zegerplas en aan de andere kant in het Aarkanaal. Vanuit de Zegerplas loopt de Kromme Aar, langs de Aarkade en via duikers onder de ‘van Mandersloostraat’ door, de Oude Rijn in. De lengte van de Kromme Aar in het Heemgebied bedraagt ongeveer 500 meter, de breedte 5 à 14 meter en de bodemdiepte 1,5 à 2,5 meter. Een gevolg van de vervening is dat het waterpeil van de Kromme Aar op ongeveer 0,6 meter onder het N.A.P. ligt. Het riviertje slingert op natuurlijke wijze door het Heemgebied en aan beide zijden op de oeverwallen zijn voetpaden. Naast allebei de paden liggen verschillende watergangen met flink wat eilandjes. Er zijn om het Heemgebied heen brede randsloten aangebracht om ongewenste invloeden van buitenaf, zoals menselijke activiteiten, te weren. Om de rust in dit gebied zoveel mogelijk te bevorderen zijn maar op enkele plaatsen voet- en fietspaden aangelegd. Het is een prachtig gebied, waar de natuur zijn gang kan gaan en ook van nut kan zijn als wijkplaats voor de dieren uit het aangrenzende recreatiepark op drukke dagen. In dit gebied is volop water, zijn er moerasgedeelten, oevers, paden, struiken, bomen, hellingen, kortom een heleboel verschillende leefmilieus met de daarbij horende planten en dieren. Er wordt relatief weinig onderhoud gepleegd en het beheer bestaat, alleen indien noodzakelijk, uit maaien, het opschonen van de oevers en sloten, het knotten van de knotwilgen en knotpopulieren en het beheersen van
het waterpeil. De takken, die bij het snoeien worden afgezaagd, worden weer gebruikt voor het maken van takkenrillen. Deze bieden bescherming voor vogels en kleine zoogdieren. In het hout leven talloze insecten. 5.2 Ontstaansgeschiedenis van het gebied Alphen is hoogstwaarschijnlijk vernoemd naar de Aar. Alphen aan den Rijn dankt zijn huidige bestaan aan de legerplaats Albanianae in de Romeinse tijd. Albanianae betekent ‘nederzetting aan het witte water’ en waarschijnlijk bedoelde men met het witte water niet de Oude Rijn, maar de Aar. Aar is een voor-Germaanse waternaam die door uit Gallië afkomstige legeraanvoerders, in Alba of Albis omgedoopt werd. Ongeveer 1000 jaar v Chr. bestond Zuid-Holland grotendeels uit veenmoerassen en bossen. De Oude Rijn was de belangrijkste rivier in die tijd en daarnaast waren er talloze veenriviertjes die het veengebied afwaterden op de grote rivieren. De Gouwe, de Meije, de Drecht en ook de Aar waren zulke riviertjes. De Kromme Aar is dus een restant van het oude veenriviertje de Aar! Alleen oeverwallen, met zandige ondergrond, waren rond de jaartelling bewoond en verder was het omliggende gebied ontoegankelijk. Vanaf ca. 900 na Chr. is men begonnen met de ontginning van het omliggende woeste gebied. Bossen werden gekapt, waterlopen rechtgetrokken, sloten gegraven en het veen werd afgegraven. Oorspronkelijk stroomde het water via veenriviertjes het veen uit, tegenwoordig is deze waterbeweging omgekeerd. Dit komt omdat het gebied veel lager ligt dan NAP. Het water zou het veengebied inlopen, als de mens het er niet uit zou pompen met behulp van molens en gemalen. Natuurlijk is niet alleen het gebied rondom de Kromme Aar afgegraven, ook verderop in de polder is het veen afgegraven en daar ligt het land nu nog lager. In de late Middeleeuwen was er reeds scheepvaartverkeer tussen het zuiden en noorden van Holland. Niet alleen de Rijn was geschikt voor scheepvaart. Ook de Aar was heel geschikt om te bevaren. Bij het drukker worden van het scheepvaartverkeer heeft men de Aar een aantal keer vergraven en dichter bij het dorp gelegd. In 1656 besloten Amsterdam en Gouda tot de aanleg van een doorgaand jaagpad langs de Gouwe, de Kromme Aar,
7
de Drecht en de Amstel. Er ging toen een trekschuit naar Amsterdam over de Kromme Aar. Het jaagpad is nog steeds aanwezig in het Heemgebied. Het graven van het Aarkanaal in het begin van de vorige eeuw betekende voor de scheepvaart een kortere vaarroute want er kwam een rechtstreekse verbinding tot stand tussen de Amstel, de Oude Rijn en de Gouwe. De Kromme Aar verloor langzaam maar zeker zijn betekenis als vaarroute. Tot 1965 toen men met de zandwinning in de Zegerplas begon, stond er een boerderij en werd het huidige Heemgebied als akker- en/of weiland gebruikt. Echter voordat het zand gewonnen kon worden, moest eerst de ca. 8 meter dikke bovenliggende laag, die uit klei en veen bestond, verwijderd worden. Deze werd voor een groot deel in de omgeving van de Zegerplas gedeponeerd.
groeit uit tot de bekende elzenproppen. De zwarte els heeft om goed te groeien een voedselrijke en altijd vochtige bodem nodig. Elzen worden bijvoorbeeld gebruikt als hakhout (stompen van afgehakte bomen lopen meteen weer weelderig uit) of als windscherm voor fruitbomen. Onder water gaat elzenhout lang mee en is daarom bruikbaar als constructiemateriaal. In de winter maakt de zwarte els door zijn donkere schors en elzenproppen een zwarte indruk; vandaar zijn Nederlandse naam.
Wilgen Er zijn veel verschillende soorten wilgen. Ze komen als hoge bomen voor, maar ook als struiken. De bladeren kunnen rond of lancetvormig zijn. De knoppen zijn aanliggend, soms behaard, slank en spits en hebben maar één knopschub, die afvalt bij het ontluiken van de In begin jaren 80 werd het Heemgebied ingericht zoals katjes. Ze hebben zilverkleurige katjes die voor, tegelijk het er nu uitziet. In 1985 werd de vuilstortplaats op de met of na de bladeren verschijnen. Het stuifmeel stuift Coupépolder gesloten, waarna daar bovenop een heel weinig en de bestuiving geschiedt in hoofdzaak golfbaan werd aangelegd. door hommels en vliegen. Wilgen hebben vochtige grond en veel licht nodig. Knotwilgen werden in rijen 5.3 Wat is een heemgebied langs sloten geplant en leverden vroeger veel Een heemgebied is een gebied, waarin uitsluitend ‘geriefhout’. Dan wordt de stam op 2 meter hoogte plantensoorten groeien, die in de streek waarin het afgekapt, waarna aan de rand allemaal zijtakken(tenen) heemgebied is gelegen, van nature thuishoren. De uitgroeiden. Boompjes, die bij het uitdunnen van de rijen vegetatie van het gebied is representatief voor die van gerooid werden, dienden als paaltjes voor het afrasteren de streek. van weilanden. De ‘tenen’ dienden voor vlechtwerk, Welke functies heeft een heemgebied? staken of als brandhout. Op de bovenkant van knot• Bescherming van bijna uitgestorven flora en/of fauna. wilgen blijft vaak water staan, zodat het hout gaat rotten • Het herstellen en/of bewaren van verdwenen en de boom hol wordt. Allerlei planten kunnen daarin landschapselementen. • Ontspanningsgebied voor de mens, waarin hij direct in groeien en steenuiltjes maken er hun nestholen in. In dit gebied staan schietwilgen, waterwilgen, grauwe wilgen contact is met de natuur. en treurwilgen. • Studie- en voorlichtingsbron (voor biologie in het Primair en Voortgezet Onderwijs). Es De es wordt als hij de ruimte heeft een vrij hoge boom. 5.4 Planten uit het heemgebied: Deze boom heeft vierkantige zwarte knoppen, die Zwarte els tegenover elkaar op de tak zitten. De takken hebben De zwarte els is een van de meest algemene elzen. Ze een eindknop met 2 kleinere okselknoppen daaronder. bloeien, op de hazelaar na, het vroegst van de inheemse Wanneer de es eind maart bloeit komen uit deze boomsoorten, ver voordat de bladeren te voorschijn komen. De paarse knoppen bij deze boom staan op een steeltje, zijn eivormig en staan verspreid langs de takken. De zwarte els krijgt katjes en een deel daarvan
8
Met Eiber op stap!
okselknoppen de paarsachtige bloemen en later komen uit de eindknop de bladeren. De bestuiving gebeurt door de wind. De es heeft geveerde bladeren. De zaden zijn eivormig en hebben een langwerpige vleugel. Hoewel de vruchten in de herfst rijp zijn, blijven ze vaak tot in het voorjaar en soms tot de daarop volgende herfst, aan de bomen hangen. De rechte stam heeft een gladde, dunne schors en een gelige kleur. Essenhout is elastisch en toch ook hard. Daarom is het heel geschikt voor gymnastiektoestellen, meubels en gereedschapstelen. Essen komen voor op vochtige en zuurstofrijke kleigrond. Galmijt veroorzaakt op essen bloemkoolachtige, zwartbruine gallen, die vaak een jaar lang aan de boom blijven zitten en vooral ’s winters opvallen. Populier Populieren groeien snel en kunnen heel hoog worden. De takken dragen aan de top een eindknop, waarvan de punt iets naar beneden gebogen is. De zijknoppen zijn geelbruin, aanliggend en staan verspreid langs de takken. De knopschubben van veel populieren zijn kleverig en verspreiden een balsemgeur. Populieren hebben ook katjes, een deel is eerst roodachtig paars en later geel van het stuifmeel en een deel is groenig en wordt later wollig en wit. De bestuiving geschiedt door de wind. De bladeren van de populier hebben vrij lange bladstelen zodat ze in de wind heen en weer zwaaien en langs elkaar ritselen. De opbrengst van populierenhout is hoog, de kwaliteit niet. Het hout wordt gebruikt voor lucifers en pulp voor krantenpapier. Klein hoefblad Opvallend bij klein hoefblad is dat eerst de gele bloemen verschijnen en daarna pas de bladeren. Tegen het einde van de bloei (omstreeks april) krijgen de bloemen vaak een roodachtige tint, de hoofdjes knikken en de stengel groeit verder uit. Intussen zijn de langgesteelde, brede hartvormige bladeren verschenen. Als in mei de zaadjes rijp zijn, richt het hoofdje zich weer op en ontstaat er een bolronde pluizenbol. Na het
9
wegwaaien van de zaadjes verwelken en vergaan de bloeistengels. In augustus beginnen in de bladoksels de bloeistengels te ontwikkelen. De bladeren vergaan en omstreeks februari verschijnen de bloeistengels weer boven de grond. Klein hoefblad is een pionier van kale en braakliggende grond, bouwland, puinhellingen, kliffen en oevers. Hondsdraf Hondsdraf heeft kleine gekartelde, groenpaarse bladeren en vaak bedekken ze hele stukken aarde. De paarsblauwe, soms roze, bloemetjes staan in kransen van 3 tot 6 rondom de stengel. De hondsdraf verspreidt een sterke, kruidige netelgeur. Het blad van de hondsdraf vormt een oud en handzaam huismiddeltje tegen zweren, jeuk en zwellingen. Een van de verklaringen van de naam hondsdraf is dat het blad lijkt op een hondenvoetzool. Ook verspreidt de plant zich boven en in de grond chaotisch via uitlopers net als een zoekende, dravende hond. Andere planten zijn: Lisdodde/ weegbree/ speenkruid/ dotterbloem/ witte dovenetel/ fluitenkruid
5.5 Dieren van het heemgebied: Ooievaar De Ooievaar is een grote, witte vogel met zwarte slagpennen, lange rode snavel en rode poten. (Groter dan de Blauwe reiger). Hij heeft een bedachtzame manier van lopen (majestueus!). Ooievaars zijn thermiekvliegers die zich alleen boven land kunnen verplaatsen, want alleen daar is opstijgende warme lucht. Hij vliegt met langzame, krachtige vleugelslagen en met gestrekte nek en poten naar achter gestoken. Opvallendste geluid van de Ooievaar is het snavelgeklepper. Hij leeft van allerlei kleine dieren zoals grote insecten, muizen, mollen, knaagdieren, slakken, kikkers, wormen, jonge vogels en vis. Hij broedt in grote takkennesten in bomen of op voor dit doel gemaakte platforms op de daken van gebouwen of palen. De Ooievaar is niet zozeer trouw aan de partner, maar wel aan het nest. Beide ouders broeden en voeren de jongen met uitgebraakt voedsel wat ze zelf op de bodem van het nest moeten oppikken. De Ooievaar is een van de weinige vogels die in droge tijden water naar zijn jongen brengt. De jongen vliegen na ± 60 dagen uit. De Ooievaar leeft in vochtige moerassige gebieden en graslanden. In de winter trekken de ooievaars naar het zuiden tot diep in Afrika.Eiber is een Oudhollandse bijnaam voor de ooievaar. Daarom hebben we de ooievaar die de kinderen door het natuurgebied loodst ook Eiber genoemd. De ooievaar was in de jaren ’70 bijna helemaal verdwenen uit Nederland. In die tijd is door de Vogelbescherming het Ooievaarsdorp ‘het Liesveld’ opgericht in Groot-Ammers en in de loop van enkele tientallen jaren zijn er honderden ooievaars geboren, die vervolgens in een tiental buitenstations (ook in Alphen aan den Rijn), op hun beurt weer voor nakomelingen zorgden. Nu gaat het gelukkig weer goed met de ooievaars in Nederland. Andere bewoners zijn: Kuifeenden/ Wilde eenden/ Meerkoet/ Waterhoen/ Fuut/ Winterkoning/ Boomkruiper/ Sijs/ Koolmees/ Roodborst/ Merel/ Vlaamse gaai/ Eksters/ Kraai/ Ransuil/ Fazant/ Ringslang/ Galloway/ Aardhommel
10
5.5 Websites www.googlemaps.nl Burg. Bruins Slotsingel 11, Alphen a/d Rijn. Laat ze onderscheid maken tussen historische landschappen zoals het riviertje, de verkaveling van het veenweidegebied, en de latere landschappen zoals de golfbaan, de bebouwing en de gegraven Zegerplas. Zoom in en uit om het beste resultaat te zien. http://www.youtube.com/watch?v=LYn4ab863C8 Tikkeltje melig, maar bijzonder grappig. http://www.schoffiesfilm.nl/ Een goede film over reigers is: ‘Schoffies’ over Amsterdamse Reigers. Alleen op dvd. http://www.vogelsrijnwoude.nl/ Ga naar vogelgebieden, Kromme Aar laat de kinderen foto’s zien, en eventueel plaatjes en geluiden van vogels die er voorkomen. www.flickr.com Ga ook naar www.flickr.com (fotosite) ‘ooievaar’ of bv. ‘knotwilg’.
zoek op
Met Eib er o pBijlagen Braakballen st a p! B i j lagen
Werkblad 1 ‘De uil’
Werkblad 2 ‘Mijn Werkboekje ‘Met Eiberbraakbal’ op stap!’ Werkblad 3 ‘Wat zit in mijn braakbal’ KaartWerkblad heemgebied ‘De Kromme Aar’ 4 ‘Voedselketens’ Werkblad 5 ‘Voedselpiramide’
Werkboekje Naam:
Groep 5 Met Eiber op stap! Ontdek de natuur in het Heemgebied
Dit is een product van Stichting Vogelpark Avifauna
Werkboekje
Vandaag ga je met Eiber op excursie door het heemgebied. Dit gebied heet ‘De Kromme Aar’. Er leven veel dieren zoals wilde eenden, reigers, kikkers en natuurlijk ooievaars! Tijdens de excursie maak je allerlei opdrachten die met de ooievaar te maken hebben. Over de opdrachten: Sommige opdrachten moet je op een bepaalde plaats maken. Bij andere opdrachten maakt het niet zoveel uit waar je ze doet. Als je voor de ene opdracht de juiste plaats niet kunt vinden, dan doe je gewoon eerst een andere opdracht! Misschien vind je de juiste plaats later nog wel.
Met Eib er o p st a p!
Inleidin g
Werkboekje
1. Deze sloot heet ‘De Kromme Aar’. Hier zoekt Eiber samen met andere ooievaars naar voedsel. Kijk aan de waterkant. Als jij een ooievaar was, waar zou je dan willen vissen?
Wat er voor Eib er
4. Zie je hier ergens een nest op het water? Pak de vogelgids. Met behulp van de vogelgids kun je uitzoeken van welke vogel het nest is. Welk nest is het volgens jou? Het nest is volgens mij van een
Als ik een ooievaar was
2. Meet eens de diepte van het water. Kan Eiber de ooievaar hier wel staan? Laat de schijf in het water zakken tot de schijf de bodem raakt. Tussen elk streepje zit 10 centimeter. Zo kun je uitrekenen hoe diep de sloot is. Hoeveel streepjes gaan er onder water? Hoe diep is de sloot dan? Onder water staan streepjes. De sloot is dus centimeter diep. 3. Meet ook de helderheid van het water met de schijf. Laat de schijf zo diep in het water zakken dat je hem net niet meer ziet. Tussen elk streepje zit 10 centimeter. Tel hoeveel streepjes er onder water gaan. Tot hoeveel centimeter is het water van de sloot nog helder? Het water is helder tot cm.
Een nest op het water vind ik wel/niet handig omdat
Zou de vogel van wie het nest is, een vijand van de ooievaar zijn of laten ze elkaar gewoon met rust? Of misschien is de andere watervogel juist bang voor Eiber en zijn soortgenoten? Bespreek met elkaar wat je denkt en waarom. Eiber is een vijand van de watervogel. De watervogel is de vijand van Eiber. Ze laten elkaar met rust. 5. Hoe snel stroomt de Kromme Aar? Pak een takje of blaadje en gooi het in het water. Kijk goed welke kant het op stroomt. Stroomt het in de richting van de Zegerplas of juist de andere kant op? Het water stroomt
Meet met de stopwatch hoe snel het takje of blaadje voorbij een bepaalt punt is zoals de brug. Hoe lang deed het takje of blaadje over deze reis? In seconden is het blaadje of takje voorbij de brug gestroomd.
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Et en voor Eib er
6. Een ooievaar is dol op een lekker visje. Vind je het water helder genoeg om als ooievaar in te vissen. Zou Eiber de vissen goed kunnen zien? Ik vind het water wel helder genoeg. niet helder genoeg. 7. Soms zit er veel alg en/ of kroos in het water. Hoe moet een ooievaar dan een vis vangen? Schrijf op hoe jij denkt dat Eiber dat doet. Ik denk dat hij dan
8. Ooievaars eten ook graag kikkers. Denk je dat er hier veel kikkers zijn? Ik denk dat er wel/niet veel kikkers zijn. Zijn er dan genoeg kikkers voor een paar ooievaars? Of zou Eiber er met andere ooievaars om moeten vechten? Ik denk dat het er genoeg/ niet genoeg kikkers zijn voor meer ooievaars.
9. Naast vissen en kikkers staan er veel insecten op het menu van een ooievaar. Hoe denk je dat Eiber insecten vangt? Ik denk dat
Zoek thuis of op school op of jouw idee klopt. Wat ik dacht klopte wel/niet, want
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Eib er & andere b ewoners
10. Er leven naast ooievaars ook heel veel andere vogels in dit gebied. Veel soorten daarvan zijn echte watervogels. Waar zie je watervogels? Kruis het aan: in het water op de kant midden op het water in de lucht Waarom zitten de vogels daar? Omdat ze: daar een schuilplaats hebben daar hun voedsel kunnen vinden daar een plek hebben om uit te rusten het daar leuk vinden en dat ze er kunnen spelen.
Welke watervogels zie je zoal? Herken je sommige van deze vogels? Je kunt natuurlijk ook in de vogelgids kijken. Welke vogels zie je? Schrijf ze op:
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Eib er & andere b ewoners
11. Gebruik de stopwatch uit de rugzak. Tel hoeveel vogels je in één minuut ziet. Ik heb vogels gezien. Ik heb deze soorten gezien:
12. Gebruik de stopwatch uit de rugzak. Kijk nu twee minuten naar de bloemen op de grond. Welke dieren zitten op of bij de bloemen. Ik zie de volgende dieren:
13. Denk je dat de vogels die je gezien hebt, de dieren die bij de bloemen zitten opeten? Of eten vogels andere dingen? Wat denk jij? Ik denk dat vogels
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Sporen
14. In de natuur kom je vaak sporen tegen van mensen die er geweest zijn. Hoe kun je zien dat hier mensen geweest zijn? Dat zie je aan:
Mensen laten vaak afval achter. Ligt er nu ook iets? Denk jij dat die dingen slecht zijn voor Eiber en de natuur in het algemeen? Afval is wel/niet slecht voor de natuur, omdat
Wat kun je er aan doen dat mensen minder rotzooi achterlaten in het gebied? Ze zouden
15. Denk je dat Eiber en de andere dieren die hier wonen, last hebben van mensen die hier lopen en fietsen?
17. Op sommige plaatsen zie je aan de overkant van de sloot gaten in de walkant. Wie zou heeft die gaten gemaakt kunnen hebben denk je?
Ik denk dat ze wel/geen last hebben van de mensen die hier komen, omdat
16. In dit gebied zijn naast ooievaars natuurlijk nog veel meer dieren te vinden. Elk dier laat sporen achter. Kun jij sporen vinden van dieren? Welk dier heeft ze achtergelaten? Spoor Voetstappen Mens
Met Eib er o p st a p!
Kruis het goede antwoord aan. De gaten zijn volgens ons gegraven door kinderen mollen ratten iets anders, namelijk
Werkboekje
Wat groeit er in het heemgebied
18. Zoek dit plantje en bekijk het eens goed. Waar lijkt het blad van deze plant op? Het blad lijkt op
Wat zou jij een goede naam vinden voor dit plantje?
20. Pak het touw uit de rugzak. Leg het touw als een cirkel op de grond naast het pad. In deze kring staan allemaal plantjes.
Ik noem het Hoeveel verschillende soorten plantjes vind jij? Het plantje heet ‘klein hoefblad’. Vind jij dat een goede naam voor die plant?
Ik heb gevonden.
verschillende soorten in deze kring
Ik vind het wel/niet een goede naam, omdat Ken jij de naam van sommige van deze plantjes? Zo ja, schrijf ze dan hier op. Je mag ook eigen namen bedenken.
19. Er staan een paar bomen in het gebied die beschadigd zijn door een storm. Zoek er eentje op. Denk je dat de wond van de boom verzorgd moet worden? En waarom denk je dat? Ik denk dat het wel/niet nodig is om de wond te verzorgen, omdat
Met Eib er o p st a p!
Teken hier het blad van twee plantjes uit de kring.
Werkboekje
21. Zie je die scheve boom staan aan de overkant van de sloot? Hoe komt het dat die boom zo scheef stat? Ik denk dat die boom zo scheef staat door
Als de boom verder groeit, valt de boom om. Denk je dat het erg is als de boom omvalt?
Wat groeit er in het heemgebied
23. Kijk of je misschien de sigaren langs de waterkant ziet staan (zie plaatje hieronder). De pluizen van de sigaren, zijn de zaadjes van de plant. De zaadjes worden door de wind overal heen geblazen. Zo kunnen er weer nieuwe lisdodden gaan groeien. Waar denk je dat de zaadjes vandaag heen waaien?
Dat is wel/niet erg, omdat
22. Misschien bloeien er wel gele bloemen op lange stengels aan de waterkant. Tussen deze hoge stengels kan Eiber zich goed verstoppen als hij aan het vissen is. Het zijn lisdodden. De zaadstengels van de lisdodde zijn nu rijp. Ze worden sigaren genoemd, omdat ze daar erg op lijken. Het is een beschermde plant hoor. Daarom mag je ze dus niet plukken! Deze tekening is een tijdje geleden gemaakt.
Zet een kruisje bij het juiste antwoord. Naar de: kinderboerderij golfbaan kant waar we net vandaan komen de kant waar we straks heen gaan iets anders, namelijk
Denk je dat de meeste zaadjes op een plek terecht komen waar lisdodden kunnen groeien? Vind je het een handige manier om het zaad te verspreiden? Ik denk
Welke verschillen zie je met de tekening? Schrijf de verschillen maar op
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Wat groeit er in het heemgebied
24. Op de takken en stammen van sommige bomen en struiken groeien plantjes. Dat zijn korstmossen. Zoek een tak waar die plantjes op zitten. Bekijk ze met een loep uit de rugzak. Welke kleuren hebben die plantjes?
Waar zouden korstmossen van leven? Van regendruppels, insecten of van voedsel dat de plantjes met hun wortels uit de boom halen? Ik denk
25. Zoek een blad met gaatjes er in. Hoe denk je dat die gaatjes in het blad gekomen zijn? Ik denk
26. Kijk goed op het pad en in het gras. Zoek afgevallen blaadjes. Probeer vier verschillende soorten blaadjes te vinden. Kun je zien welke bomen of struiken de verschillende blaadjes hebben laten vallen? Neem de blaadjes mee naar school en zoek de namen op. Plak ze op de volgende pagina.
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Wat groeit er in het heemgebied
Naam van de boom/plant
Naam van de boom/plant
Naam van de boom/plant
Naam van de boom/plant
Met Eib er o p st a p!
Werkboekje
Wat groeit er in het heemgebied
27. Kijk eens goed of je een boom ziet die in bloeit staat. Vind je dat het opvallende bloemen zijn? Ik vind het wel/niet opvallende bloemen, omdat
Zie je geel stof in de bloemen? Dat heet stuifmeel. Met stuifmeel worden andere bloemen bevrucht. Hoe wordt het stuifmeel volgens jou verspreid? De wind, die waait het stuifmeel in het rond De bijen nemen het stuifmeel aan hun pootjes mee. Anders, namelijk
28. Op de plaatjes hierboven zie je de weegbree. Deze plantjes groeien op plekken waar veel gelopen wordt. Loop met je groepje de dijk af, van boven naar beneden. Op de plekken waar je ze vindt, lopen dus veel mensen. Waar vind je de weegbreeplanten? Geef de plek met de meeste weegbree een 1, de plek met daarna de meeste weegbree een 2 en de plek met de minste weegbree een 3 boven aan de dijk. onder aan de dijk. op het schuine midden gedeelte van de dijk.
Met Eib er o p st a p!
Kaart
Met Eib er o p st a p!
heemgebied ‘De Kromme Aar’
Colo fon Handleiding materiaalpakket: Met Eiber op stap! Ontdek de natuur in het heemgebied Uitgave Stichting Vogelpark Avifauna, Alphen aan den Rijn 2012 Bezoekadres Hoorn 65, 2404 HG Alphen aan den Rijn Postadres Postbus 31, 2400 AA Alphen aan den Rijn Tel: 0172 487588 Email:
[email protected] Email afd:
[email protected] Vormgeving & productie: H2R+ Creatieve Communicatie www.h2rplus.nl Illustraties: Atelier De Roggelelie www.roggelelie.nl Teksten: Bewerkt door Bart de Koning www.natuureducatie.com Eindredactie: Marieke Weishaupt Stichting Vogelpark Avifauna Copyright: Stichting Vogelpark Avifauna