2e jaargang - Nummer 1 - Driemaandelijks september-oktober-november 2008 Afgiftekantoor: 9000 GENT X - P708235
H I A F
nieuwsbrief Uitnodiging openingsseminarie: 9 september 2008 Vervangt IFRS US GAAP in 2011? Rendement van beleggingen in Belgische aandelen, obligaties, cash en goud Naar een optimale kredietrelatie tussen bank en KMO CCCTB - op weg naar een Europese harmonisatie van de vennootschapsbelasting? Duurzame boekhouding? Programma-overzicht september - oktober - november 2008
Hoger Instituut voor Accountancy & Fiscaliteit Kuiperskaai 55/E 9000 Gent www.hiaf.be V.U.: Erik De Lembre
1
2
Inhoudstafel Woord vooraf
3
Vervangt IFRS US GAAP in 2011?
5
Rendement van beleggingen in Belgische aandelen, obligaties, cash en goud (1973-2007)
8
Naar een optimale kredietrelatie tussen bank en KMO
15
CCCTB - op weg naar een Europese harmonisatie van de vennootschapsbelasting?
17
Duurzame boekhouding?
18
Programma-overzicht De beoordeling van de financiële structuur van een onderneming
Partiële splitsing
20 22 22 23 23 24 24 25 25 26 26 27 27 28 28 29 29 30 30 31
Managementvennootschappen
32
Fiscale club: update voor medewerkers
32
Agenda
33
Inschrijving
34
Hoe evalueert een bankier een onderneming bij een kredietaanvraag? De keuze en implementatie van een ERP-pakket Fiscale aspecten VZW Het vennootschapsbestuur: aansprakelijkheid en verzekering Analyse van de jaarrekening in de praktijk Fiscaliteit: stand van zaken Accountancy: aansprakelijkheid en verzekering Voorzieningen voor risico’s en kosten BTW-basiscursus Auto en fiscaliteit Consolidatie Hoe contracten correct opstellen? Internationale salariëring Fiscale optimalistatie bij vereffening van vennootschappen BTW-aangifte BTW aspecten met betrekking tot invoer en uitvoer en de douanetechnische gevolgen Aandachtspunten en valkuilen bij handelshuur
3
Woord vooraf Het Hoger Instituut voor Accountancy en Fiscaliteit is klaar voor een nieuw werkjaar. Opdat het HIAF meer ‘praktisch georiënteerd onderzoek’ zou kunnen doen, waaruit interessante resultaten aanleiding kunnen geven voor additioneel vormingsaanbod, hebben we steun gezocht bij ondernemingen die geïnteresseerd zijn in de werking van ons instituut. De ‘HIAF-Partners’ stellen zich kort voor in dit nummer: - Prime Foundation Partner ‘Partena’; - Foundation Partner ‘Hudson’ en - Partners ‘Usg Financial Forces’ en ‘Vero’ We danken deze partners voor het gestelde vertrouwen in ons instituut, zijn zeker van een contribuerende samenwerking, en zullen dankzij hun steun nieuwe initiatieven inzake permanente vorming kunnen verzorgen! In het volgende tijdschrift zullen een aantal andere partners zich voorstellen. Naar jaarlijkse gewoonte wordt het nieuw werkingsjaar gestart met een plechtige openingszitting op dinsdag 9 september 2008. Het centrale thema van deze avond is:
‘De draagwijdte van het beroepsgeheim van de accountant, belastingconsulent, erkende boekhouder en bedrijfsrevisor’.
Ten gevolge van de complexiteit van de hedendaagse regelgeving wordt door ondernemingen op regelmatige basis beroep gedaan op de expertise van boekhoudkundige en fiscale raadgevers. In vele gevallen krijgen de betrokken professionals op die manier zicht op vertrouwelijke en/of gevoelige bedrijfsinformatie. Het is evident dat hij deze informatie niet met derden mag delen. Maar in welke mate geldt dit ook ten aanzien van de fiscus? Stof genoeg om een interessante discussie los te weken waarbij zowel het (K)IBR, het IAB alsook het BIBF hun standpunt zullen verdedigen. Wij heten u van harte welkom op dit gebeuren. De uitnodiging vindt u midden in dit tijdschrift. Naast een aantal artikels die onze HIAF-deelnemers helpen om bij te blijven in hun vakgebied, stellen de ‘HIAF – PARTNERS’ zich ook kort voor, en stellen wij in deze nieuwsbrief tevens graag onze opleidingen voor het najaar van 2008 voor. Wij hopen u op die manier van de juiste informatie te voorzien zodat u met kennis van zaken uw klanten kan te woord staan. Tot binnenkort?
em. prof. dr. Erik De Lembre
HIAF-Prime Foundation Partner ‘Partena’ stelt zich voor:
Wie zijn wij? PARTENA is een geïntegreerde Hr dienstengroep met een kantorennetwerk over het hele land die streeft naar een kwalitatief hoogstaande service. Uw voordeel? Een volledig dienstenpakket én een gespecialiseerde dienstverlening in uw eigen regio. Meer dan 50.000 bedrijven en 1.600.000 particulieren weten dat ! Wat doen wij? HET ONDERNEMINGSLOKET Het Ondernemingsloket is het raakpunt tussen diegenen die een onderneming oprichten en de Kruispuntbank voor Ondernemingen. Uw voordeel? Wij regelen de inschrijvingen en wijzigingen van de onderneming bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen en onderzoeken de beroepsbekwaamheid. Alle verrichtingen kunnen worden verwerkt via ons handig softwarepakket ‘Expert’ of via één van onze 24 erkende kantoren. Wij regelen de BTW-inschrijvingen en stopzettingen/schrappingen on-line. Maar ook de publicatie in het Belgisch Staatsblad, registratie van aannemers, vergunningen voor levensmiddelen,… SOCIALE VERZEKERINGEN VOOR ZELFSTANDIGEN Onze opdracht: de sociale bescherming van zelfstandigen waarborgen en administratieve bijstand verlenen gedurende de hele loopbaan. Uw voordeel? Wij berekenen uw sociale bijdragen als zelfstandige en zorgen dat u (eventueel) kinderbijslag krijgt. Een simulatie van een pensioen of sociale bijdrage doen wij voor u in een handomdraai. En wij houden u natuurlijk op de hoogte van de laatste nieuwtjes in de sociale zekerheid voor zelfstandigen. Bovendien bieden wij u de mogelijkheid om in te schrijven op het ‘Vrij Aanvullend Pensioen’. SOCIAAL SECRETARIAAT VOOR WERKGEVERS Het Sociaal Secretariaat is actief in het beheer van de Human Resources. Wij ontwikkelen producten en diensten, stellen oplossingen voor op het vlak van Payroll Management en geven professioneel HR advies en support. Uw voordeel? Wij loodsen u door de doolhof van de loonberekeningen en houden u op de hoogte van de sociale actualiteit. Wat een perfecte aanvulling is op uw eigen specialisatie en kennis en waardoor u zich kan focussen op de verdere uitbouw van uw kernactiviteit. KINDERBIJSLAG Het Kinderbijslagfonds is koploper in de kinderbijslag voor werknemers. Wij stellen alles in het werk om de wissel tussen werkgever, gezin en staat vlot te laten verlopen. Uw voordeel? Wij leveren een klokvaste bijdrage aan de inkomsten van ruim 155.000 gezinnen. Wij helpen hiermee de toekomst van hun kinderen uit te bouwen. Van de geboorte tot het einde van de studententijd: kraamgeld, kinderbijslag, wezenbijslag, toeslagen,…Wij staan klaar om werkgevers uit alle sectoren en de gezinnen in hun eigen regio te begeleiden. ZIEKENFONDS Een ziekenfonds zorgt voor de terugbetaling van de ziektekosten en betaalt een vervangingsinkomen uit bij arbeidsongeschiktheid door ziekte, ongeval of moederschap. Maar bij ziekenfonds & partners is er méér. Uw voordeel? Wij werken ook pro-actief voor u. Beweging & preventie zijn hier de sleutelwoorden. Hiervoor hebben wij een uitgebreid aanbod aan welzijnsdiensten, activiteiten rond gezondheidspromotie en praktische oplossingen via onze uitleendienst. Daarnaast kan u bij ons ook terecht voor een voordelige en kwaliteitsvolle hospitalisatieverzekering.
Contact: Coupure Links 103, 9000 Gent, T 09 269 32 60
Kortrijksepoortstraat 86, 9000 Gent, T 09 265 05 41
Bezoek onze website: www.partena.be
5
Vervangt IFRS US GAAP in 2011? De kroniek van een aangekondigde eenwording van de accountingstandaarden Inleiding Dat de Internationale Financiële Rapporteringsstandaarden (IFRS) en de Amerikaanse Generally Accepted Accounting Principles (US GAAP) aan het convergeren zijn, is common knowlegde. De Internationale Accounting Standards Board (IASB) en de US Financial Accounting Standards Board (FASB) gingen namelijk op 18 september 2002 het engagement aan om een set kwaliteitsvolle, compatibele standaarden te ontwikkelen die voor zowel nationale als internationale financiële rapportering zouden kunnen gebruikt worden. Waar staan we nu? Vandaag, zes jaar later, is een gemeenschappelijke set van wereldwijde standaarden nog steeds de strategische prioriteit van zowel IASB als FASB. Om deze doelstelling te bereiken werden de voorbije jaren heel wat korte termijn convergentieprogramma’s (waaronder fair value, impairment, segment reporting, income tax, borrowing costs,…) uitgewerkt in het kader van het Norwalk Agreement of ‘Memorandum of Understanding’ zoals het convergentieproject wordt genoemd. Dit lopende project zal zeker ook de komende drie tot vijf jaar worden verdergezet. Voor de meest recente planning van het IASB verwijzen we naar de tabel hierbij opgenomen.
e
Bron: IASB www.iasb.org (ED: Exposure Draft; DP: Discussion Paper, CG: Completed Guidance, TBD: To Be determined)
6
We kunnen in het najaar van 2008 nog een discussion paper verwachten omtrent financial statement presentation (Q3), revenu recognition (Q3) en leasing (Q4) evenals exposure drafts inzake income taxes en fair value (2009). Maar het in lijn brengen van beide raamwerken gaat veel verder. Wie speelt (er ook nog) mee? Los van het IASB, moet de FASB ook met belangrijke binnenlandse actoren rekening houden. De beurswaakhond US Securities and Exchange Commission (SEC) speelt een niet onbelangrijke rol in dit mondiale uniformiseringsproces. Deze instelling werkt heel actief mee in het convergentiegebeuren en houdt het tempo in dit proces hoog. Reeds in het begin 2008 drong de SEC (onder druk van auditkantoren en multinationale ondernemingen) aan op een stappenplan om ook Amerikaanse beursgenoteerde bedrijven toe te laten onder IFRS te rapporteren. Sinds november 2007 liet de SEC buitenlandse bedrijven toe op de Amerikaanse beurzen zonder nog langer de conversie via het formulier 20 F te verplichten. Via dit formulier diende men voorheen een afstemming te geven van de ‘earnings’ of ‘stockholder equilty’ onder locale gaap met een equivalent onder US GAAP. Op 15 juni 2008 maakte de SEC voorzitter Christopher Cox bekend dat nog voor eind 2008 de SEC regels zal voorstellen voor het gebruik van IFRS door US ‘domestic-users’. Wanneer en hoe? Wat begon met het vergelijken van twee accountingraamwerken is geleidelijk aan overgegaan toekennen van overwicht van IFRS op US GAAP, waarbij op relatief korte termijn verder wordt getracht het beste van de twee werelden op te nemen om op langere termijn één set volledig aan de kant te schuiven. De vraag is dus niet of IFRS en US GAAP zullen samensmelten, de vraag is wanneer en hoe ze dat zullen doen. Tot op heden werd geen officiële ‘transition date’ vooropgesteld. Het is wachten op verder initiatief vanuit de SEC. Eens deze datum er wel is, schatten optimistische analisten dat het transitieproces minstens drie tot vijf jaar zal duren. Heel concreet zijn er al voorstellen vanuit het FASB (door raadslid George Batavick) geformuleerd om gedurende een periode van minstens twee jaar de twee raamwerken simultaan te laten lopen. Om de overgang alvast wat aangenamer te maken komen er ook duidelijke signalen vanuit het FASB om de ondernemingen die overschakelen een periode vrij te stellen van wijzigingen in de accountingstandaarden gedurende een periode van minstens één tot maximum dire jaar. Dergelijk moratorium is te vergelijken met de huidig geldende opschorting in Europa (tot 2009) voor het implementeren van de nieuwe standaarden. Op die manier krijgen deze ondernemingen de tijd zich in te werken en aan te passen de nieuwe rapporteringsomgeving. Tenslotte heeft het FASB, naast de afstemming tussen de twee eerder vermelde raamwerken, met hetzelfde doel voor ogen ook partnerships opgezet met zes andere nationale standaardzetters, zijnde deze uit Australië/Nieuw Zeeland (AASB /FRSB), Canada (AcSB), Frankrijk (CNC), Duitsland (DRSC), Japan (ASBJ) en Engeland (ASB). Hewitt Conrad, chief accountant van de SEC, liet intussen herhaaldelijk blijken ervan overtuigd te zijn, dat de rest van de wereld in de komende drie jaar naar IFRS zal overstappen en dat de Verenigde Staten in deze evolutie niet kunnen achterblijven. Pro of contra? Voordelen van deze ene GAAP zijn legio. Het toepassen van verschillende accounting standaarden vergt voor vele ondernemingen die wereldwijd actief zijn een grote financiële inspanning. Zij zien de kostenbesparingen dan ook als een van de grote voordelen van dergelijke unieke gaap. Vervolgens hebben ook investeerders baat bij deze grotere transparantie. Ze hebben niet alleen een ruimere markt die (beter) vergelijkbaar is, er is niet langer een barriëre voor buitenlandse ondernemingen om op bv. Amerikaanse beurzen te noteren,… .
7
Het grote gevaar dat schuilt in deze uniformisering is meteen ook haar succes, namelijk het aantal vrijheidsgraden voorzien in de standaarden en het concept in zijn geheel. Door keuzemogelijkheden in de op principes gebaseerde standaarden te laten staan, zet men de deur open voor verschillende toepassingen en lokale interpretaties. Door het concept, de IFRS moeten in de verschillende landen omgezet worden in nationale wetgeving, bestaat het risico dat op termijn nationale versies van de internationale standaarden zullen ontstaan. Elk land kan beslissen om bepaalde standaarden of paragrafen niet om te zetten, zoals bijvoorbeeld de zogenaamde ‘carve outs’, een fenomeen dat we nu kennen met IAS 32 en 39. Conclusie De kans dat we binnenkort zullen spreken over de wereldwijde financiële rapporteringsstandaarden (WFRS) wordt reëel. Maar rekening houdende met het feit dat dit nog meer niet waarschijnlijk is, dan wel (om het in IFRStermen te zeggen) rest nog ruim de tijd om een goede nieuwe benaming te zoeken voor deze nieuwe ‘Globel Gaap’! Els De Wielemaker, Departement Handelswetenschappen en Bestuurskunde, Hogeschool Gent, Vakgroep Accountancy & Fiscaliteit
HIAF-Foundation Partner ‘Hudson’ stelt zich voor:
Hudson Belgium, dat in 1982 werd opgericht onder de naam De Witte & Morel, is uitgegroeid tot een onderneming met meer dan 300 medewerkers, marktleider in België en deel van de internationale Hudson groep. Onze ervaring en geïntegreerde dienstverlening zijn toegespitst op volgende expertisedomeinen: - - -
Professionele Rekrutering & Selectie: gespecialiseerde, professionele rekrutering en selectie en HR outsourcing op het vlak van processen en jobs. Talent Management: strategieën voor het aantrekken, werven, ontwikkelen en behouden van menselijk kapitaal zoals assessment & development centers, competentiemanagement, leadership development, organisatieontwikkeling, functieclassificaties, compensation & benefits en career guidance. Interim Management: flexibele werkkrachten met de juiste vaardigheden op het juiste moment.
Hudson biedt vernieuwende oplossingen afgestemd op rekruteringsstrategieën en organisatorische efficiëntie en vertaalt human capital strategieën naar realiseerbare acties en meetbare resultaten. Ontdek waar ons talent u een meerwaarde kan bieden.
Moutstraat 56 - 9000 Gent T: +32 9 222 26 95 F: +32 9 221 23 55 E-mail:
[email protected] www.hudson.com
Recruitment & Selection | Assessment & Coaching | Competency Management | Interim Management | Change Management | Career Guidance | Function Classification | Salary Benchmark | Reward Management
Gent | Antwerpen | Brussel | Hasselt | Kortrijk | Louvain-la-Neuve | Luxemburg | Amsterdam
8
Rendement van beleggingen in Belgische aandelen, obligaties, cash en goud (1973-2007) De financiële markten worden in 2008 geconfronteerd met zware turbulenties: de crisis op de Amerikaanse huizenmarkt; de kredietcrisis die gereputeerde banken in de grootste financiële centra ter wereld in moeilijkheden brengt; de koersval van de dollar; teleurstellende resultaten van de meeste beleggingen, zowel in klassieke activa (aandelen en obligaties) als in exotische beleggingsfondsen (gestructureerde producten, ‘absolute return’ en ‘hedge funds’). Intussen swingt de prijs van een vat ruwe olie van het ene record naar het andere. De meningen lopen uiteen, zowel over de oorzaken -- sommige analisten maken gewag van een speculatieve ‘zeepbel’ die spoedig zal imploderen, voor anderen is het een structureel gegeven dat berust op de onevenwichtige verhouding tussen vraag en aanbod -- als over de macro-economische gevolgen -- volgens de ene is dit een collectieve verarming die de hele wereld in een depressie zal storten, anderen zien het doembeeld opduiken van ‘stagflatie’ (de combinatie van economische stilstand en inflatie die voortsproot uit de olieschokken van de jaren ‘70); en onheilsprofeten waarschuwen al voor hyperinflatie. Het is hier zeker niet de plaats om paniek te zaaien of mirakeloplossingen voor te stellen. In dit artikel wordt een overzicht geboden van de opbrengsten die beleggers konden realiseren, in 4 verschillende activaklassen, over de periode van 35 jaar die verlopen is sedert de eerste grote olieschok van 1973. Resultaten worden besproken en mogelijke verbanden aangetoond, maar er wordt niet gesuggereerd dat de geschiedenis zich op identieke manier zal herhalen. Beleggingen in Belgische aandelen In het artikel “Beleggen in aandelen en obligaties Een historisch perspectief” heeft de KB een vergelijking gemaakt van de jaarlijkse rendementen van beleggingen in aandelen en obligaties, in België en in 6 andere industrielanden (Duitsland, Frankrijk, Japan, Nederland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk) berekend over de periode van januari 1973 tot augustus 1998. Van dit artikel is geen update verschenen, maar KBC heeft de bijgewerkte indexen van Belgische aandelen en obligaties tot begin 2008 ter beschikking gesteld. Grafiek I toont zowel de koersindex als de returnindex van de Belgische aandelen van eind december 1972 tot eind december 2007. Van deze twee is de koersindex het meest gebruikelijk: bekende buitenlandse beursindices als de Dow Jones Industrials of de Standard & Poor’s 500 geven ook enkel een aanwijzing over het koersverloop van de aandelen die in de berekening worden opgenomen en niet over de dividenden. De returnindex houdt rekening met de twee componenten van de opbrengst die een belegger kan behalen uit het aandelenbezit: zowel de meer- (of min-)waarde (dit is het koersverschil tussen de aankoopkoers en de meest recente beurskoers) als het dividend (de uitkering van een deel van de winst, na goedkeuring door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders). Bij de berekening van een “total return” index als deze wordt ervan uitgegaan dat dividenden integraal en onmiddellijk opnieuw belegd worden in de betreffende aandelen. Het zijn dus niet enkel de dividenden, maar vooral de herbelegging van die dividenden die de aanzienlijk hogere niveaus van de returnindex tegenover de koersindex verklaren: eigenlijk is dit een mooie illustratie van vermogensontwikkeling door ‘samengestelde intrest’. De eerlijkheid gebiedt erop te wijzen dat zowel de koers- als de returnindexen van aandelen een vertekend beeld ophangen van het rendement van aandelenbeleggingen (“survivorship bias”): beursgenoteerde bedrijven die in faling gaan worden immers uit de index gelicht.
9
Verder tonen de koers- en de returnindex in onderstaande grafiek enkel een beeld van het nominaal rendement, zonder rekening te houden met de inflatie. In de berekeningen en de tabellen in een verder deel van dit artikel wordt duidelijk gewezen op het verschil tussen het nominaal en het reëel rendement (na aftrek van inflatie) voor de verschillende beleggingen. Tenslotte zijn de indexen en de berekeningen die in dit artikel worden gemaakt uitsluitend gebaseerd op bruto resultaten, dus voor aftrek van belastingen (b.v. de roerende voorheffing op dividenden) en kosten. Elke lezer zal dus best rekening houden met zijn specifiek fiscaal statuut en/of met het kostenplaatje van zijn beleggingen (b.v. grote of kleine orders, bij een “full service” of een internetmakelaar,…).
Grafiek I: Koersindex van Belgische aandelen (basis: 29/12/1972 = 100) + Returnindex van Belgische aandelen met herbelegging van de dividenden (idem) Bron: KBC en eigen berekeningen De twee indexen in bovenstaande grafiek bevestigen de algemeen aanvaarde beurswijsheid dat, op lange termijn, beleggingen in aandelen een beter rendement opleveren dan obligaties en cash. In nominale termen steeg de koersindex van 100 op 1 januari 1973 naar bijna 1500 en de returnindex zelfs naar meer dan 5000 in de eerste helft van 2007. Sindsdien zijn de twee indexen flink gedaald, maar dit mogen alleszins indrukwekkende prestaties genoemd worden. De olieprijzen hebben duidelijk hun invloed op de aandelenkoersen laten gelden. Na de eerste grote olieschok van eind 1973 (waarbij de prijs van ruwe olie verviervoudigde) kelderden de aandelenkoersen op de meeste wereldbeurzen. In 1975 herpakten de aandelen zich enigszins, maar het bleef een kwakkelbeurs tot het einde van de jaren ’70: en toen kwam een nieuwe reeks prijsstijgingen van de ruwe olie (o. a. onder invloed van de omwenteling in Iran en de oorlog tussen Irak en Iran) nog meer roet in het eten strooien. Het strak monetair beleid dat in het begin van de jaren ’80 werd gevoerd om de inflatie de kop in te drukken en dat tot uitzonderlijk hoge rentetarieven heeft geleid was zeker niet van aard om de koersen van de aandelen nieuw leven in te blazen. De financiële markten raakten er in de zomer van 1982 evenwel van overtuigd dat het
10
monetaristisch recept zou slagen en de aandelenbeurzen begonnen, eerst in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk en daarna ook in ons land, aan de grootste reeks koersstijgingen uit de geschiedenis. Van 1982 tot begin 1999 steeg de koersindex met meer dan 1000 %; en over diezelfde periode daalde de prijs van een vat ruwe olie van 70 naar ongeveer 10 dollar. Overigens piekten de aandelenkoersen op de beurs van Brussel ruim een jaar eerder dan op de meeste andere wereldbeurzen, waar het feestje tot in 2000 bleef duren. Dat betekent uiteraard niet dat de Belgische aandelen van 1982 tot 1999 gestegen zijn in één continue beweging: de grafiek toont ook duidelijk periodes waarin correcties plaats grepen. Maar achteraf gezien blijken de crash van oktober 1987; de Irakese inval in Koeweit in de zomer van 1990; de plotse renteverhoging door de Federal Reserve Bank in 1994; de munt- en beurscrisis in Azië in 1997; de Russische schuldencrisis en de gedwongen ontbinding van een megabeleggingsfonds in de Verenigde Staten in 1998 slechts “ver-van-mijn-bed-shows” te zijn geweest voor de Belgische aandelenbelegger . De ‘berenmarkt’ die daarop volgde en die in ons land ruim een jaar langer duurde dan elders – van januari 1999 tot maart 2003 – was voor veel Belgische beleggers een ontnuchtering: de koersindex verloor over die periode ongeveer 50 %. Dat verlies werd in de daaropvolgende hausse tot in 2007 meer dan goedgemaakt: maar bij de modale belegger zat de schrik voor de beurs er allicht te diep in om daarvan volop de vruchten te plukken. En de olieprijs? Die is van in 1999 beginnen stijgen, van 10 USD per vat eerst bijna ongemerkt, maar vanaf 2003 steeds sneller omhoog, richting 100 USD eind 2007 en nog veel hoger in 2008. Beleggingen in Belgische obligaties Naar analogie met de returnindex voor de Belgische aandelen toont grafiek II de “total return” voor de belegger in Belgische overheidsobligaties met een resterende looptijd van 10 jaar. In deze index zitten dus de twee componenten verrekend die de opbrengst van een belegging in deze activaklasse bepalen: enerzijds de meer- (of min-)waarde door de schommelingen in de beurskoers van de obligatie – het verschil tussen de inteken- of aankoopkoers en de meest recente beurskoers -- en anderzijds de ontvangen intrest. Er wordt ook verondersteld dat de belegger zijn rente-inkomsten onmiddellijk en integraal herbelegt in dezelfde soort effecten: hier wordt dus letterlijk het principe van de samengestelde intrest in de praktijk toegepast. Returnindexen bestaan al vele jaren op de aandelenmarkten maar het is eerder uitzonderlijk dat ze berekend worden voor obligaties. Ten onrechte denkt de modale belegger in dergelijke vastrentende waarden dat obligaties door iedereen gekocht worden bij uitgifte en bijgehouden worden tot op de vervaldag en dat hun waarde over de hele looptijd constant blijft. Niets is minder waar: de grafiek toont duidelijk aan dat, zelfs met wederbelegging van de intresten, de waarde van de portefeuille gaat dalen onder invloed van een rentestijging; omgekeerd gaat de waarde van een obligatieportefeuille des te sterker stijgen bij een rentedaling. Om dit te visualiseren is in diezelfde grafiek de rente op Belgische overheidsobligaties met een resterende looptijd van 10 jaar -- 7,58 % op 29/12/1972 -- omgerekend als een index met basis 100. Zoals voor de aandelenindexen toont de grafiek enkel het nominaal rendement, maar in de berekeningen en de tabellen verder in het artikel zal het verschil tussen het nominaal en het reëel rendement voldoende belicht worden. Ook hier wordt enkel gebruik gemaakt van bruto resultaten, dus zonder rekening te houden met belastingen (b.v. roerende voorheffing op de intresten) en kosten.
11
Grafiek II: Rente op Belgische overheidsobligaties met een resterende looptijd van 10 jaar + Returnindex van dergelijke obligaties met herbelegging van de intresten Bron: KBC en eigen berekeningen In vergelijking met de returnindex van de aandelen is de prestatie van de returnindex voor de obligaties veel bescheidener, met een groei van 100 naar iets minder dan 2000 op 35 jaar. De aangroei van het vermogen verloopt ook veel rustiger dan bij aandelen: een waardedaling van de portefeuille met 50 % of meer is voor dergelijke belegging vrijwel ondenkbaar. Op de grafiek zijn duidelijk de effecten op de obligatierente zichtbaar van renteverhogingen op korte termijn die door de Amerikaanse centrale bank werden doorgevoerd: na de eerste olieschok in 1973, op het einde van de jaren ’70 en het begin van de jaren ’80, in 1994 en 1999. De jaren ’70 werden gekenmerkt door stijgende nominale rentevoeten die nog onvoldoende gelijke tred hielden met de toenemende inflatie, de jaren ’80 kenden zeer hoge nominale rentevoeten met een hoge reële rente. In de jaren ’90 kalfden de rentevoeten af, in België mede onder invloed van het streven naar convergentie in de aanloop naar de euro. Beleggingen in Belgische korte termijndeposito’s Grafiek III toont als ‘eindwaarde deposito’ het gecumuleerd resultaat van een doorlopende belegging in termijndeposito’s op 3 maanden over de periode van eind 1972 tot eind 2007. Van 1972 tot en met 1998 werden de kwartaalgemiddelden van de rente op Eurodeposito’s in BEF genomen voor een termijn van 3 maanden: voor de periode van 1999 tot en met 2007 zijn de kwartaalgemiddelden van de EURIBOR op 3 maanden opgenomen. Het enige element van return op een 3 maandsdeposito is de pro rata verworven rente op het einde van elk kwar-
12
taal: koerswinst of koersverlies op het belegde kapitaal zijn uitgesloten. Om vergelijkbare resultaten te bekomen met de returnindexen voor beleggingen in aandelen en obligaties werden de termijndeposito’s verondersteld op de vervaldag telkens verlengd te worden voor een nieuwe termijn van 3 maanden voor het volledig bedrag, met samengestelde intrest. Ook hier wordt enkel het nominaal rendement uitgebeeld en worden de belastingen en de kosten buiten beschouwing gelaten. Om de evolutie van de rentevoet voor deze korte termijndeposito’s onderaan dezelfde grafiek aanschouwelijk te maken werd de samengestelde rentevoet op jaarbasis omgerekend naar een index met basis 100 op het einde van 1972 en uitgebeeld als ‘rentevoet deposito’.
Grafiek III: Rente op termijndeposito’s op 3 maanden in BEF/EUR + Eindwaarde van een doorlopende belegging in dergelijke korte termijndeposito’s Bron: Nationale Bank van België en eigen berekeningen De aangroei van het vermogen is veel geringer dan bij aandelen en obligaties, maar daar staat tegenover dat het belegde kapitaal geen enkel risico loopt in termen van nominale waarde. Opvallend zijn het hoge rentepeil en de grote volatiliteit van de rentevoeten op korte termijn in de jaren ’70 en het begin van de jaren ’80 en de lage rentevoeten op het einde van de jaren ’90 en in het midden van dit decennium.
Beleggingen in goud Grafiek IV toont de prijsontwikkeling van 1 ons fijn goud in USD – de basisvaluta waarin de koers van deze grondstof dagelijks bepaald wordt – en de omrekening van die koers naar de Belgische frank of de euro, de referentiemunten voor een Belgische belegger.
13
Een belegging in goud genereert in het beste geval een meerwaarde door koerswinst tussen het moment van de aan- en de verkoop: ze brengt geen rente of dividend op en dus ook geen samengestelde intrest op de tussentijds verworven inkomsten. Ook hier wordt enkel het nominaal rendement uitgebeeld en wordt geen rekening gehouden met belastingen en kosten.
Grafiek IV: Prijs van 1 ons fijn goud in USD en in EUR Bron: World Gold Council en eigen berekeningen De verschillen tussen deze grafiek en de vorige drie springen meteen in het oog: de grote koerssprongen in beide richtingen staan in schril contrast tot de gezapige aangroei van het vermogen met een reeks korte termijndeposito’s of een portefeuille staatsleningen. Goud is een edel metaal, een “commodity” waarvan op grondstoffenbeurzen opties en futures kunnen gekocht of verkocht worden door producenten, industriëlen en professionele handelaars om zich in te dekken tegen ongewenste koersrisico’s (“hedging”) en door beleggingsfondsen en speculanten die bewust deze volatiliteit opzoeken om er zo snel mogelijk munt uit te slaan. Goud is niet zomaar een grondstof als een andere: in de geschiedenis van het geld speelt het een zeer bijzondere rol. In het begin van de jaren ’70 beleefde de wereld niet enkel de eerste grote olieschok, maar ook het einde van de akkoorden van Bretton Woods die de waarde van de Amerikaanse dollar koppelde aan die van het edel metaal (1 ons fijn goud = 35 USD). Een stijging van de prijs van het goud in USD is dus grotendeels het spiegelbeeld van de daling van de waarde van de Amerikaanse munt tegenover de rest van de wereld: dat blijkt ook uit het verschillend verloop van de koers van het goud in USD en in EUR op de grafiek. Nog steeds wordt goud in vele delen van de wereld (o.m. in het Midden Oosten, de grootste olieproducerende regio ter wereld) gezien als een belegging die een verzekering biedt tegen politieke, economische en financiële instabiliteit.
14
Tenslotte wordt goud gezien als een barometer voor inflatie. Een oppervlakkige blik op de grafiek is voldoende om te ontdekken dat er een zeker parallellisme bestaat tussen de stijging van de goudprijs en die van de ruwe olie (de olieschokken van 1973, 1979, 1999 en van 2003 tot heden). Maar tussen 1982 en 1999, toen de inflatie overwonnen leek en de olieprijzen een lange neerwaartse trend vertoonden, was aan beleggingen in goud ook niet veel te verdienen. Om al die redenen verdient goud zeker een plaats in dit vergelijkend onderzoek. In het volgende artikel zullen de nominale en de reële rendementen van deze verschillende activaklassen onder de loep genomen worden, afzonderlijk en in combinaties met elkaar, en mogelijke verbanden tussen de prestaties van deze beleggingen en fundamentele indicatoren besproken. Paul Dirks, lector Departement Bedrijfsmanagement Mercator, Hogeschool Gent
HIAF-Partner ‘VERO’ stelt zich voor:
N.V. VERO Bollebergen 2A bus 33 B-9052 GENT ( Zwijnaarde)
tel. +32(0)9 240 92 40 fax. +32(0)9 240 92 92 mailto:
[email protected]
www.vero.be
15
Naar een optimale kredietrelatie tussen bank en KMO KMO’s worden al eens omschreven als de motor van de Belgische economie. Om een bedrijfsactiviteit uit te bouwen heeft elke onderneming behoefte aan financiële middelen: eigen middelen en externe financieringsbronnen. De keuzes aan externe financieringsbronnen voor KMO’s zijn eerder beperkt. Voor het financieren van hun activiteiten zijn ze voornamelijk aangewezen op bankfinanciering. In de literatuur is dan ook reeds heel wat informatie te vinden over de kredietrelatie tussen bank en KMO en daaruit blijkt dat het aantrekken van bankkrediet niet vlekkeloos verloopt. KMO’s ervaren een aantal pijnpunten in hun kredietrelatie. Vooreerst moeten ze veel informatie verstrekken, krijgen te maken met heel wat administratieve verplichtingen en een hoge kostprijs voor het krediet. Daarnaast klagen de KMO’s over de waarborgen die banken eisen in het kader van de kredietverlening. Maar ook banken ervaren een aantal tekortkomingen in hun relatie met de KMO. De KMO’s verstrekken te weinig informatie op te onregelmatige basis waardoor een goede inschatting van het kredietrisico bemoeilijkt wordt. Kleine en middelgrote ondernemingen hebben vaak te weinig eigen vermogen om een vlotte kredietverlening mogelijk te maken. Als ze dit dan niet kunnen compenseren door voldoende waarborgen te bieden blijft het risico voor de bank te hoog en wordt het krediet geweigerd. De aankondiging van de Bazel II normen heeft de discussie rond kredietverlening aan KMO’s en de bijhorende knelpunten de voorbije jaren terug fel aangewakkerd. Bazel II bepaalt onder meer de hoeveelheid eigen vermogen dat de bank moet reserveren voor de kredieten die ze heeft verstrekt. Vernieuwend ten opzichte van Bazel I is dat banken voor risicovolle leningen meer kapitaal opzij moeten zetten dan voor leningen met een laag risico. Het risicoprofiel van de onderneming is dus meebepalend voor de kostprijs voor de bank bij het toestaan van een bepaalde lening. Het risicoprofiel brengt de bank in kaart door een rating aan de onderneming toe te kennen. KMO’s vrezen dat door hun hoger risicoprofiel de banken hen na Bazel II nog sneller krediet zullen weigeren. En als de bank het krediet toch toestaat vrezen de KMO’s dat dit tegen slechtere kredietvoorwaarden zoals een hogere rente of meer waarborgen zal gebeuren. Of deze vrees waarheid zal worden na het in voege treden van Bazel II was vooraf moeilijk in te schatten. Daarom heeft het departement Bedrijfsmanagement Mercator van de Hogeschool Gent eind 2006 een driejarig onderzoeksproject opgestart dat de kredietrelatie tussen bank en KMO in het Vlaamse Gewest onderzoekt. Centraal daarbij staat de vraag op welke wijze het al dan niet toestaan van bankkredieten en de bijhorende kredietmodaliteiten wordt bepaald en gecommuniceerd. Het onderzoek gebeurt bij banken en KMO’s uit het Vlaamse Gewest en gaat over in 2007-2008 aangevraagde kredieten. Het onderzoek onderscheidt zich van reeds bestaand werk voornamelijk door de timing (na het in werking treden van Bazel II), het type onderzoek, de globale aanpak en het onderzoeksdoel. Er is geopteerd om te werken aan de hand van persoonlijke interviews wat toelaat het onderwerp meer in de diepte te bestuderen. De vier Belgische grootbanken en één kleine bank werken mee aan het onderzoek. In 2007 zijn dan ook tientallen interviews afgenomen met bankiers op alle niveaus binnen de bank, van de ontwikkelaars van de Bazel II modellen tot de kantoormedewerkers die als eersten de ondernemer met een kredietbehoefte te woord staan. De resultaten van de bevraging bij de banken brengt in kaart op welke wijze banken een kredietaanvraag beoordelen. Welke informatie hebben ze daarvoor nodig? Welke elementen wegen het zwaarst door? Is dit verschillend naargelang het soort onderneming (groot, klein, starter, juridische vorm,...) of de sector waarin de onderneming werkt? Het onderzoek staat ook stil bij de kredietbeslissing en het afbakenen van de kredietvoorwaarden. Welke elementen spelen een rol bij de uiteindelijke beslissing en hoe communiceren de banken een kredietbeslissing? Verder peilt het onderzoek naar factoren die de rente, de vraag naar waarborgen en andere kredietmodaliteiten bepalen.
16
Tijdens het interview hebben de bankiers uitgebreid de mogelijkheid gekregen een aantal aanbevelingen voor de KMO’s te formuleren met betrekking tot kredietaanvragen. Het onderzoek opteerde voor een volledige aanpak van het onderwerp en plant naast de bevraging van de banken in 2007, een bevraging van ondernemers in 2008. Zoals hierboven reeds vermeld ervaren de KMO’s immers een aantal pijnpunten in hun kredietrelatie met banken. Het is dus noodzakelijk uit te zoeken hoe KMO’s hun bankrelatie ervaren, zeker na het in voege treden van Bazel II. Het onderzoek wil eveneens de manier waarop de ondernemers een kredietaanvraag voorbereiden en de wijze waarop ze onderhandelen over de kredietmodaliteiten in kaart brengen. Naast een aantal waardevolle opmerkingen die naar de bankier kunnen worden gecommuniceerd leidt ook de bevraging van de ondernemers tot een aantal tips voor KMO’s die een kredietaanvraag in voorbereiding hebben. Het beoogde eindresultaat van het onderzoek is dan ook een gefundeerde praktische gids voor KMO’s die moet toelaten hun kredietrelatie te optimaliseren. Heel concreet zal uitgelegd worden hoe ze op de meest ideale manier een kredietaanvraag kunnen voorbereiden en bespreken met hun bankier.
Bent u geboeid door deze materie en wilt u aan dit onderzoek meewerken? We zijn op zoek naar Vlaamse ondernemingen die in het laatste boekjaar minder dan 50 miljoen EUR omzet gerealiseerd hebben en van plan zijn in 2008 een kredietaanvraag in te dienen. Indien uw onderneming aan dit profiel beantwoordt kan u ons helpen door u of de persoon die instaat voor de kredietrelatie met de financiële instelling, te laten interviewen. Bent u accountant en heeft u klanten die aan dit profiel beantwoorden dan kan u ons helpen door hen deze oproep te bezorgen. De plaats en het tijdstip van het interview kan vrij bepaald worden. We vragen maximum 1,5 uur tijd. De antwoorden zijn volstrekt confidentieel en we zullen ze alleen gebruiken in onderzoeksrapporten waarin geen individuele antwoorden geïdentificeerd kunnen worden. Als bedanking voor uw medewerking krijgt u in de loop van 2009 de resultaten van ons onderzoek in de vorm van een handleiding die kan gebruikt worden bij een kredietaanvraag. We nodigen jullie ook uit op de workshop die het onderzoek zal afsluiten. De KMO die wil meewerken aan het onderzoek kan mailen naar
[email protected] of lutgarde.
[email protected] of telefonisch contact opnemen met Fiene, tel. 09 267 11 09. Indien er nog vragen zijn over dit onderzoek, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen. Van harte bedankt voor uw hulp aan dit onderzoek.
Fiene Biesbrouck projectmedewerker
Lutgarde Laureys projectcoördinator
17
CCCTB - op weg naar een Europese harmonisatie van de vennootschapsbelasting? De vennootschapsbelasting is een directe belasting die in principe onder de autonome bevoegdheden valt van de lidstaten van de EU. Mits het respecteren van een aantal Europese regels, mogen de lidstaten o.a. zelf beslissen hoe ze de belastbare basis van een onderneming bepalen. Multinationals die in verschillende Europese landen actief zijn, kunnen zo potentieel te maken krijgen met 27 verschillende belastingstelsels. Oorsprong De hoge transactiekosten die hiermee gepaard gaan, werden in het Bolkesteinrapport van oktober 2001 beschouwd als één van de belangrijke fiscale belemmeringen van de interne markt. De Europese Commissie lanceerde daarop het project ‘Common Consolidated Corporate Tax Base, kortweg CCCTB. Op de ECOFIN bijeenkomst van september 2004 vond men voldoende steun om een CCCTB-werkgroep op te richten die de Commissie zou bijstaan met technisch advies. De laatste bijeenkomst van de werkgroep dateert ondertussen van april 2008. Door toedoen van deze werkgroep werden er in 2007 verscheidene working papers (cfr. WP57, WP60, WP61) gepubliceerd die een mogelijk technisch en administratief kader schetsen voor de implementatie van CCCTB. Naar verwachting zal de Europese Commissie in september 2008 een voorstel tot richtlijn presenteren. Doel en werking Wat moeten we nu verstaan onder CCCTB? Via de gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag wil de Europese commissie internationale ondernemingen de mogelijkheid bieden om op het niveau van de groep de belastbare basis te berekenen. Deze maatregel heeft de bedoeling om meer efficiëntie, effectiviteit, eenvoud en transparantie te krijgen in de verschillende vennootschapsbelastingstelsels. Een belangrijk voordeel voor Europese groepen zou de mogelijkheid zijn tot grensoverschrijdende verliesverrekening. Vervolgens zou de gezamenlijke geconsolideerde winst verdeeld worden over de verschillende lidstaten waar deze ondernemingen actief zijn. De verdeling zou gebeuren volgens een nog vast te leggen formule. Elke lidstaat zou dan op zijn deel van de winst zijn eigen nationale tarief kunnen toepassen. De CCCTB zou bovendien optioneel worden. Dit betekent dat elke lidstaat de keuzevrijheid zou krijgen tussen één van de 27 bestaande stelsels ofwel de CCCTB. Ook zouden de IAS en IFRS-standaarden als vertrekbasis dienen voor het bepalen van de belastbare grondslag. Uitdagingen Het is duidelijk dat het CCCTB project nog in zijn kinderschoenen staat. Zo moeten er nog verschillende technische en praktische kwesties uitgeklaard worden. Een voorbeeld hiervan zijn de verdeelsleutels die men zou hanteren om de gezamenlijke geconsolideerde winst te verdelen over de lidstaten. Mogelijke variabelen die kunnen opgenomen worden zijn het aandeel van de activa in de totale activa van de vennootschap, het loonaandeel van die staat en het aandeel van de verkopen die in die staat zijn gesitueerd. Hoe deze variabelen exact gedefinieerd moeten worden, zorgt voor heel wat discussie (cfr. discussie van ‘sales by destination’ versus ‘sales by origin’). Bovendien zal het niet eenvoudig worden om een CCCTB voorstel te vinden dat het akkoord zal krijgen van de meeste lidstaten. Zo is Ierland (samen met nog een aantal andere landen) een fervent tegenstander van de CCCTB. Ierland is ervan overtuigd dat de implementatie van het systeem voor hen een negatieve impact zal hebben. Duitsland en Frankrijk zijn de belangrijkste voorstanders en Frankrijk hoopt zijn voortrekkersrol waar te te kunnen maken op het komende voorzitterschap in 2008. Dat een voorstel tot richtlijn unaniem door alle lidstaten wordt aanvaard, is weinig waarschijnlijk. In het wetgevende kader van de versterkte samenwerking (‘enhanced cooperation’) is het evenwel mogelijk om reeds met 8 lidstaten van start te gaan met CCCTB. België zou bereidheid tonen om zich bij zo’n groep aan te sluiten. Het wordt dus afwachten op het voorstel van richtlijn. Zoals al vermeld, is deze voorzien voor september 2008, maar uitstel is niet ondenkbaar. Hoe de CCCTB er concreet zal uitzien en of ze effectief zal geïmplementeerd worden, zal de toekomst uitwijzen. Een invoering van dit systeem zal voor Europese groepen alleszins belangrijke fiscale en praktische implicaties met zich meebrengen. Het is dus van groot belang de actuele ontwikkelingen van CCCBT verder op te volgen! Annelies Roggeman, Departement Bedrijfsmanagement Mercator – Hogeschool Gent
18
Duurzame boekhouding?
Voor veel bedrijven volstaat het niet meer om louter en alleen de financiële prestaties te evalueren. Meer en meer moeten ze ook verantwoording afleggen voor hun sociale en milieuprestaties. Allicht is de term “duurzame ontwikkeling” u niet vreemd. Met de opkomst van de term groeide het besef dat ook een bedrijf niet enkel oog moet hebben voor zijn economische prestaties maar eveneens voor zijn impact op het milieu en de samenleving. Global Reporting Initiative Het Global Reporting Initiative (afgekort GRI) is wellicht het meest geavanceerde verslagmodel. Het GRI ontwikkelt en verspreidt mondiaal toepasbare richtlijnen voor verslaggeving op het vlak van duurzaamheid. Het doel is het duurzaamheidsverslag op een vergelijkbaar niveau brengen als het financieel verslag en de vergelijkbaarheid, geloofwaardigheid, nauwkeurigheid en controleerbaarheid van de informatie bevorderen. Op basis van de praktijk verbetert en vernieuwt het GRI deze richtlijnen. Bovendien is het begrip duurzame ontwikkeling zelf geen statisch gegeven. Zo was het Kyoto-protocol nog niet ondertekend toen de richtlijnen werden ontwikkeld. De eerste versie van de GRI-richtlijnen is gepubliceerd in 2000. In oktober 2006 publiceerde het GRI al de derde generatie richtlijnen. Over de hele wereld rapporteren bedrijven vrijwillig volgens dit kader. Voorbeelden uit België zijn het “MAATSCHAPPELIJK JAARVERSLAG 2006” van Coca Cola Benelux en het “2007 Report to Shareholders & Society” van Umicore. Beide verslagen zijn opgesteld volgens het GRI-raamwerk. Tussen bedrijven die dit raamwerk gebruiken, is onderling vergelijken mogelijk. Hun duurzaamheidsverslag bestaat uit vier delen: (1) profiel van de organisatie plus (2) economische, (3) ecologische en (4) sociale prestatie-indicatoren. Voor elk onderdeel heeft het GRI een uitgebreide lijst van standaardindicatoren uitgewerkt. Als een bedrijf over alle indicatoren (in totaal 121) rapporteert krijg het een A-label. Maar het kan ook beginnen met een lager toepassingsniveau waarvoor het dan een B- of een C-label krijgt. Wat is het verschil met andere rapporteringsstandaarden? Andere rapporteringsstandaarden zoals SA 8000 beperkingen zich tot één dimensie van duurzame ontwikkeling. De GRI-richtlijnen brengen alle dimensies samen in één verslag. Wat zijn de grenzen van het GRI? Het GRI stelt geen ethische normen. Het gaat enkel om hoe en waarover een onderneming moet rapporteren. Om het duidelijk te stellen, een vervuilend bedrijf kan een A-label halen. Bovendien dekt het model niet noodzakelijk alle prestaties van een bedrijf. Andere initiatieven In 2006 heeft de VN een deskundigencommissie in het leven geroepen en gelast met twee missies: enerzijds het Europees systeem voor een geïntegreerde milieueconomische boekhouding (ESEA) verheffen tot een internationale statistische norm en anderzijds de implementatie van het ESEA op wereldschaal bevorderen. Dit initiatief bevestigt de wil van de VN om druk uit te oefenen op de Staten opdat deze de milieu- en maatschappelijke kosten integreren in hun nationale boekhoudingssystemen. Op termijn zouden bedrijven kunnen worden gevraagd om via hun boekhouding aan deze nationale rekeningen gegevens te verschaffen. Op dit vlak is Frankrijk de pionier. De wet op de nieuwe economische reglementeringen (afgekort NRE) legt beursgenoteerde bedrijven op een jaarverslag te publiceren waarin het bedrijf uitlegt hoe het de gevolgen van zijn activiteit op sociaal (art. 148.2) en milieuvlak (art. 148.3) heeft beheerd tijdens het voorbije boekjaar. Drie dimensies integreren Vandaag bestaat de uitdaging erin de economische, sociale en ecologische dimensie via specifieke indicatoren te integreren. Dat is op nationaal vlak al moeilijk. Voor bedrijven met filialen in andere landen maken culturele barrières en verschillende wetgevingen het nog moeilijker. Een andere piste is op een financiële manier de maatschappelijke en milieudimensie evalueren. Pas dan kan men van ‘duurzame’ boekhouding spreken. Onderzoekers en ook anderen hebben vele voorstellen. Eén zo’n voorstel
19
op milieuvlak is het institutionaliseren van ‘groene rekeningen’. Deze zouden de milieu-uitgaven van de ondernemingen kunnen bevatten. Ook op het vlak van het op een boekhoudkundige manier evalueren van de maatschappelijke impact hebben onderzoekers al vooruitgang geboekt. Het voordeel van deze piste is dat de financiële impact van de milieu- en maatschappelijke verplichtingen opgelegd aan de onderneming kan worden nagegaan. Het meten van duurzame ontwikkeling wordt dan gekaderd. Bronnen Voor verdere lectuur i.v.m. dit thema verwijs ik u naar onderstaande bronnen. - B. DEVRETON, L’Outil de gestion des activités environnementales: Une technique comptable?, 2005. - B. DEVRETON en P. BARET, L’évaluation des impacts environnementaux: une grille de lecture, 2005. - J. MOYSON, “Duurzame boekhouding: de globale prestaties onder de loep”, get-up september 2007 nr. 1, 57-58. - X, “Derde generatie GRI Richtlijnen voor Duurzaamheidsrapportage”, www.globalreporting.org d.c. 27 juni 2008. - X, “Derde generatie richtlijnen. GRI-normen: een werk in uitvoering”, Business & Society Magazine november 2006 nr.18, 12-13. Lieven Theys, Hogeschool West-Vlaanderen,
HIAF-Partner ‘usg financial forces’ stelt zich voor:
USG Financial Forces maakt deel uit van USG People, een van de grootste human resources providers in België. Sinds onze oprichting in 2003 varen we een onafhankelijke koers. Toch doen we tegelijkertijd een beroep op de kennis en ervaring die in onze groep aanwezig is. We zijn gespecialiseerd in staffing voor de financiële sector. Accountantskantoren, financiële diensten van bedrijven, banken en verzekeringsmaatschappijen nemen direct contact op met USG Financial Forces als ze op zoek zijn naar sterke kandidaten voor financiële jobs. Elke financiële functie op elk niveau komt aan bod. Dat kan gaan van loketbedienden, over boekhouders tot financial managers. Niet alleen rekruteert en selecteert USG Financial Forces de kandidaten. Bovendien cijferen we ook de passende formule uit: een tijdelijke of een vaste job, een interim- of detacheringscontract, een opdracht als financial interim manager, enzovoort. USG Financial Forces heeft drie gespecialiseerde divisies: • Banking & Insurance: interim, werving, selectie en detachering voor de bank- en verzekeringssector. • Finance & Accounting: interim, werving, selectie en detachering voor boekhoudingen en financiële diensten van bedrijven en accountantskantoren. • Interim Management: experts voor specifieke mid & high level financiële projecten. Kenmerkend voor USG Financial Forces zijn de snelle aanpak, de kwaliteit van de kandidaten en het brede aanbod vacatures. We zorgen voor een directe communicatie en een uitgebreide feedback. Dankzij deze ‘face to face’-aanpak weten we wat onze klanten en onze kandidaten bindt. Daarom hebben we vestigingen in de voornaamste grote steden van het land. USG Financial Forces, Generaal Lemanstraat 27 2018 Antwerpen
T F M
+32 (0)3 232 96 50 +32 (0)3 231 34 15 +32 (0)473 99 05 92
www.usgfinancialforces.be
20
21
Programma-overzicht september 2008
Nieuw!
08/01 De beoordeling van de financiële structuur van een onderneming
22 september 2008
2e editie 08/02 Hoe evalueert een bankier een onderneming bij een kredietaanvraag?
26 september 2008
2e editie 08/03 De keuze en implementatie van een ERP-pakket
29 september 2008
oktober 2008
4e editie 08/04 Fiscale aspecten VZW
13 oktober 2008
2e editie 08/05 Het bestuur van vennootschappen: aansprakelijkheid en verzekering
16 oktober 2008
2e editie 08/06 Analyse van de jaarrekening in de praktijk
23 oktober 2008
8e editie 08/07 Fiscaliteit: stand van zaken
23 oktober 2008
2e editie 08/08 Accountancy: aansprakelijkheid en verzekering
28 oktober 2008
november 2008
Nieuw!
08/09 Voorzieningen voor risico’s en kosten
13 november 2008
Nieuw!
08/10 BTW-basiscursus
14 en 21 november 2008
Nieuw!
08/11 Auto en fiscaliteit
17 november 2008
5e editie 08/12 Consolidatie
18 en 25 november 2008
2e editie 08/13 Hoe contracten correct opstellen?
20 november 2008
Nieuw!
24 november 2008
08/14 Internationale salariëring
2e editie 08/15 Fiscale optimalistatie bij vereffening van vennootschappen
27 november 2008
Nieuw!
28 november 2008
08/16 BTW-aangifte en facturatie
december 2008
Nieuw!
08/17 BTW aspecten met betrekking tot invoer en uitvoer en de douanetechnische gevolgen
1 december 2008
2e editie 08/18 Aandachtspunten en valkuilen bij handelshuur
4 december 2008
3e editie 08/19 Partiële splitsing
8 december 2008
Nieuw!
8 december 2008
08/20 Managementvennootschappen
3e editie 08/21 Fiscale club: update voor medewerkers
9 december 2008
22
08/01 De beoordeling van de financiële structuur van een onderneming Toelichting De waarde van een onderneming vaststellen is niet eenvoudig! Er bestaat immers geen handleiding voor. Winst- en verliescijfers zijn uiteraard heel belangrijke gegevens maar daarmee is de kous echter niet af. Ook niet zuiver kwantitatief bepaalbare gegevens zoals toekomstige ontwikkelingen en gevoelsmatige factoren (bv. klantenrelaties) zullen de waarde van een onderneming beïnvloeden. Voor het uitvoeren van een waardeanalyse van een onderneming schakelt men meestal een accountant in. Deze kan snel een jaarrekening analyseren, de benodigde informatie eruit filteren en dan de nodige bewerkingen maken. Toch kan het handig zijn om zelf ook een deel van het verhaal te begrijpen. Datum Maandag 22 september 2008 Uur 18.00 uur - 21.30 uur
Spreker Mevr. Veerle Van Hecke, lector opleiding Bedrijfsmanagement, Arteveldehogeschool Doelgroep Geïnteresseerden in een inleiding tot de financiële structuur van een onderneming Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12285)
evalueert een bankier een onderneming 08/02 Hoe bij een kredietaanvraag? Toelichting Elke onderneming heeft vroeg of laat nood aan een tijdelijke of permanente financiering van een bank. Dit heeft voor gevolg dat de bank de kredietwaardigheid gaat onderzoeken en beoordelen. Deze beoordeling steunt voornamelijk op vier factoren: het financiële trackrecord; de kwaliteit van het management; het ondernemers- en financieringsplan en het marktsegment.
Datum Vrijdag 26 september 2008
Naast deze elementen houdt de bankier ook rekening met de kredietvraag en de waarborgen. Het is duidelijk dat u als ondernemer een belangrijke invloed kan uitoefenen op de beoordeling en bijgevolg op de beslissing. Deze opleiding wil u de nodige informatie en nuttige tips aanreiken zodat u zich degelijk kan voorbereiden op de onderhandelingen met uw bankier.
Doelgroep Bedrijfsleiders, accountants, financiële adviseurs en financieel managers
Volgende onderwerpen komen aan bod: · informatie aanleveren aan uw bankier; · financiële analyse; · kredietrating van uw onderneming; · formulering kredietvraag; · het zoeken naar de meest geschikte kredietvorm.
Uur 18.30 uur - 22.00 uur Spreker Dhr. Dirk Van Mello, lector opleiding Bedrijfsmanagement, Arteveldehogeschool
Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12286)
23
08/03 De keuze en implementatie van een ERP-pakket Toelichting Wanneer, waarom en hoe maakt men de keuze van een ‘Enterprise Resource Planning’ softwarepakket?
Spreker Mevr. Veerle Van Hecke, lector opleiding Bedrijfsmanagement, Arteveldehogeschool
De daadwerkelijke implementatie komt uitgebreid aan bod: · hoe plannen? · wat zijn de factoren tot succes? · wat zijn hierbij de mogelijke valkuilen?
Doelgroep Geïnteresseerden in een inleiding tot ERP
De voordelen van een ERP-pakket voor een bedrijf zijn velerlei. Hierdoor krijgen zij belangrijke troeven in handen om competitief te blijven op de markt. Tijdens de opleiding wordt heel wat aandacht geschonken aan praktijkvoorbeelden. Datum Maandag 29 september 2008 Uur 18.00 uur - 21.30 uur
Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12287)
08/04 Fiscale aspecten VZW Toelichting Directe belastingen: in welke gevallen is de rechtspersonenbelasting van toepassing? In welke gevallen geldt de vennootschapsbelasting? Op welke bestanddelen is een VZW belastbaar? Wat zijn de gevolgen als een VZW onderworpen wordt aan de vennootschapsbelasting? Indirecte belastingen: wanneer is een VZW een BTW-belastingplichtige en wanneer niet? Wat in geval van een ‘gemengd belastingplichtige VZW’? En hoe zit het met de jaarlijkse taks en de registratierechten voor VZW’s? Prof. J. Verhoeye begeleidt u, dankzij zijn uitgebreide ervaring, op een vlotte wijze doorheen deze complexe materie. Datum Maandag 13 oktober 2008
Doelgroep Het programma richt zich naar bestuurders, voorzitters, directeurs, penningmeesters, financiële en fiscale verantwoordelijken, accountants en boekhouders van VZW’s alsook financiële en fiscale adviseurs van VZW’s Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift
Uur 14.00 uur - 17.30 uur Spreker Prof. Jan Verhoeye, accountant, docent HoGent, gastprofessor UGent.
Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12289)
24
08/05
Het bestuur van vennootschappen: aansprakelijkheid en verzekering Toelichting De groeiende belangstelling voor de aansprakelijkheid van het vennootschappenbestuur is mede het gevolg van een aantal gemediatiseerde schandalen, de corporate governance regelgeving en steeds mondiger wordende minderheidsaandeelhouders. Met de programmawet van 20 juli 2006 heeft de wetgever bijkomende wetsbepalingen opgenomen die het risico voor de bestuurders van venootschappen om persoonlijk aansprakelijk gesteld te worden voor schulden van de vennootschap, nog versterkt. De verzekeraars spelen hierop in door een specifieke BA-verzekering aan te bieden. Voorheen was deze dekking voornamelijk voorbehouden voor grote ondernemingen. Momenteel wordt ze uitgebreid tot kleinere bedrijven en KMO’s.
Spreker Dhr. Patrick Allary, lector Bedrijfsmanagement, Arteveldehogeschool
Datum Donderdag 16 oktober 2008
Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected]
Uur 18.30 uur - 22.00 uur
Doelgroep Ondernemers, bedrijfsleiders, accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, bedrijfsjuristen en advocaten Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW)
Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12290)
08/06 Analyse van de jaarrekening in de praktijk Deelnemers ontvangen gratis het boek ‘De jaarrekening doorgelicht. Financiële analyse en interpretatie in de praktijk’ (Intersentia) Toelichting Speelt bij de opstelling van de jaarrekening de fiscale optimalisatie een cruciale rol of is de opsteller van de jaarrekening vooral begaan met het imago van het bedrijf? Hoe dan ook blijft de jaarrekening één van de voornaamste externe beoordelingsbasissen evenals een belangrijk werkinstrument dat reeds meermaals zijn nut heeft bewezen ingeval van waardebepaling, financiële en sectorale analyses, falingspredictie, due diligence, … . Stof genoeg voor een rijk gevulde namiddag! Datum Donderdag 23 oktober 2008 Uur 14.00 uur - 19.30 uur Sprekers Em. Prof. dr. E. De Lembre, erebedrijfsrevisor, erevoorzitter Ernst & Young België; Lic. C. Coppens, voorzitter Vakgroep accountancy, fiscaliteit en financiën, lector consolidatie en financiële analyse, Departement Bedrijfskunde Mercator; Lic. S. Podevijn, wetenschappelijk medewerker, HIAF, UGent
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen en advocaten Plaats Campus Simon Stevin van de hogeschool West-Vlaanderen, Rijselstraat 5, 8200 Brugge (Sint-Michiels) Prijs 300 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Brugge. Rita De Clerck ● 050 38 12 77 ●
[email protected] Lieven Theys ● 050 38 12 77 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (4,5u) IAB, (K)IBR, BIBF (12288)
25
08/07 Fiscaliteit: stand van zaken Toelichting De fiscale wereld is volop in beweging. U weet beter dan wie ook hoeveel tijd en inzet het vergt om steeds up-to-date te blijven. De juiste weg vinden om u te ondersteunen in uw nooit aflatende studie is onze uitdaging! Daarom organiseren wij om deze reden dit seminarie op twee halve dagen, één in het najaar 2008 en één in het voorjaar 2009. Dag na dag volgt Prof. J. Verhoeye voor u de fiscale actualiteit op de voet. Via zijn alom geprezen praktijkgerichte aanpak en talrijke rijkelijk geïllustreerde voorbeelden, brengt hij een overzicht van de belangrijkste fiscale wijzigingen op dat ogenblik. Twijfel niet langer en noteer beide data reeds in uw agenda! Een aanrader voor iedereen die op de hoogte wil blijven van de recente fiscale rechtspraak en met kennis van zaken zijn cliënteel te woord wil staan! Datum Donderdagen 23 oktober 2008 en 7 mei 2009 Uur 14.00 uur - 17.30 uur
Spreker Prof. J. Verhoeye, accountant, docent HoGent, gastprofessor UGent Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen en advocaten Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering - Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW). Indien u zich inschrijft voor beide programma’s betaalt u slechts 400 euro Bijkomende inlichtingen Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12295)
08/08 Accountancy: aansprakelijkheid en verzekering Toelichting Geconfronteerd met een steeds complexer wordende regelgeving, wordt de accountant in zijn beroepsuitoefening blootgesteld aan diverse aansprakelijkheden. De vraag naar de verzekerbaarheid van deze aansprakelijkheden dringt zich daarbij op.
Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent
Datum Dinsdag 28 oktober 2008
Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected]
Uur 18.30 uur - 22.00 uur
Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW)
Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12291)
Spreker Dhr. Patrick Allary, lector bedrijfsmanagement Arteveldehogeschool Doelgroep Ondernemers, bedrijfsleiders, accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, bedrijfsjuristen en advocaten
26
08/09
Voorzieningen voor risico’s en kosten Boekhoudkundig en fiscaal bekeken Toelichting De droom van elk fiscalist of belastingconsulent is het vinden van een kost die niet moet betaald worden. De belastingbesparing blijft dan binnen de onderneming. Om zo’n kost te creëren kan een beroep gedaan worden op het boeken van voorzieningen voor risico’s en kosten. Zo kan men een kost vroeger boeken dan dat hij moet betaald worden. Boekhoudrechtelijk en fiscaal worden deze kosten aanvaard als zij aan strikte voorwaarden voldoen. Bovendien bestaan verschillen tussen beide. Maar in de praktijk stelt men vast dat deze techniek vaak onbenut blijft. In dit seminarie bespreekt Jan Verhoeye zowel de boekhoudkundige als fiscale aspecten van deze techniek. Datum Donderdag 13 november 2008 Uur 14.00 uur - 17.30 uur
Spreker Prof. J. Verhoeye, accountant, docent HoGent, gastprofessor UGent Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen en advocaten Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12292)
08/10 BTW-basiscursus Toelichting De BTW-reglementering is een complexe materie. Toch slaagt onze spreker erin om u op korte termijn de basismaterie bij te brengen. De eerste dag komen volgende aspecten aan bod: de werkingssfeer (belastingplichtige, levering van goederen door belastingplichtige, dienstprestatie door belastingplichtige, invoer, intracommunautaire verwerving), verschuldigdheid, maatstaf van heffing en tarieven. Tijdens de tweede sessie wordt dieper ingegaan op de vrijstellingen (uitvoer, internationale diensten, douaneregelingen, intracommunautaire leveringen, vrijstellingen zonder recht op aftrek) en de aftrek voor belasting. Datum Vrijdagen 14 en 21 november 2008 te Gent; donderdagen 12 en 19 februari 2009 te Brugge Uur 09.00 uur - 12.30 uur Spreker Dhr. D. Claeys, partner VAT Department, Ernst & Young Consultants
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten Plaats 15 & 22/11/08. Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering - Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent 12 & 19/02/09. Campus Simon Stevin van de hogeschool West-Vlaanderen, Rijselstraat 5, 8200 Brugge (Sint-Michiels) Prijs 400 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Gent: Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Brugge: Rita De Clerck ● 050 38 12 77 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12297 en 12298)
27
08/11 Auto en fiscaliteit Toelichting De auto is de laatste tijd meermaals in de ‘fiscale actualiteit’ gekomen. En dit al dan niet positief voor de belastingplichtige. Onder het mom van de zorg voor het milieu, wordt er aan de fiscaliteit van de wagens regelmatig geraakt … Tijdens dit seminarie zullen de sprekers een overzicht geven van de fiscale regels, dit zowel voor wat de personen- en vennootschapsbelasting als wat de BTW betreft. De recente wijzigingen komen hierbij in het bijzonder aan bod. Datum Maandag 17 november 2008 Uur 14.00 uur - 17.00 uur Sprekers Dhr. S. Ruysschaert, eerstaangewezen inspecteur bij een fiscaal bestuur, diensthoofd van het Centrum voor beroepsopleiding van de BTW te Antwerpen en dhr. M. Gielis, Belastingconsulent bij Bank J. Van Breda & C° NV
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten, medewerkers van boekhoudkantoren Plaats Departement Bedrijfsmanagement Henleykaai 84, 9000 Gent
Mercator,
Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen. (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Isabelle Goethals ● tel.: 09 372 77 03 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12516)
08/12 Consolidatie
De geconsolideerde jaarrekening volgens het Belgisch jaarrekeningenrecht en volgens IFRS
Deelnemers ontvangen gratis het boek ‘Grondige studie van de geconsolideerde jaarrekening naar Belgisch recht en naar IFRS’ (Wolters Plantyn) Toelichting De eerste dag van de cursus wordt vooral de nadruk gelegd op onze huidige Belgische regelgeving. Om in staat te zijn een bedrijf te begeleiden bij consolidatie is een diepgaande kennis van de consolidatietechniek onontbeerlijk. Aandacht gaat daarbij uit naar de consolidatieplicht, vaststelling van de consolidatiekring, de verschillende consolidatiemethodes, de berekening en verwerking van (negatieve) goodwill, eliminatieboekingen, enz. De tweede dag gaan we op zoek naar de verschillen tussen de Belgische wetgeving en IFRS. Datum Dinsdagen 18 en 25 november 2008 Uur 14.00 uur - 19.30 uur Spreker Lic. S. Podevijn, wetenschappelijk medewerker HIAF, UGent
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 600 euro, documentatie, koffie en broodjesmaaltijd inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (9u) IAB, (K)IBR, BIBF (12293 en 12294)
28
08/13
Hoe contracten correct opstellen? Toelichting Voor niet-juristen doch ook voor juristen die zich niet hebben toegelegd op contractenrecht, zijn de verschillende juridische aspecten voor het opstellen van een correct contract, niet steeds vanzelfsprekend. Nochtans wordt elke ondernemer dagdagelijks met contracten geconfronteerd. Aan de hand van concrete voorbeelden en realistische cases worden de meest relevante aspecten voor het opstellen van een correct contract toegelicht en wordt aandacht besteed aan de belangrijkste valkuilen. Deze module wordt afgerond met een concrete case door de groep uitgewerkt, gevolgd door een discussie en feedback. Datum Donderdag 20 november 2008
Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected]
Uur 18.00 uur - 21.30 uur Spreker Dhr. Geert Grootaert, lector Contractenrecht Arteveldehogeschool, advocaat, Master in het Sociaal Recht
08/14 Internationale
Doelgroep Elkeen die professioneel met contractafsluiting in aanraking komt en die geen juridische opleiding heeft genoten zoals accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten , financiële en fiscale adviseurs, verzekeringsmakelaars, vastgoedmakelaars, ondernemers-leidinggevenden, inkoop- en verkoopverantwoordelijken, alsook juristen en advocaten
Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12299)
salariëring
Toelichting Dit seminarie bespreekt onder meer de verschillende fiscale en sociale aspecten verbonden aan de internationale salariëring van werknemers en kaderleden, voornamelijk bij detachering in het buitenland. Volgende onderwerpen worden fiscaal toegelicht: ● detachering door de Belgische werkgever; ● tewerkstelling door een buitenlandse werkgever; ● split-payroll-technieken; ● gunstregimes voor detachering in België en in het buitenland. Datum Maandag 24 november 2008 Uur 14.00 uur - 17.00 uur
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten, medewerkers van boekhoudkantoren Plaats Departement Bedrijfsmanagement Mercator, Henleykaai 84, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen. (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Isabelle Goethals ● tel.: 09 372 77 03 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12517)
Spreker Dhr. Pierre Van Heuverswyn is vennoot bij het belastingadvieskantoor Mazars Tax Consultants te Gent
29
08/15 Fiscale optimalisatie bij vereffening van vennootschappen Toelichting Tijdens deze studienamiddag verdelen we onze aandacht over een drietal domeinen inzake vereffening: • de boekhoudkundige aspecten: met o.a. oog voor de boekhoudkundige verplichtingen, continuïteit versus discontinuïteit, aanpassen waarderingsregels; • de juridische aspecten: onderscheid vrijwillige versus gerechtelijke ontbinding, statuut van de vennootschap in vereffening, met uiteraard bijzondere belangstelling voor de recente wetswijzigingen; • de fiscale gevolgen waarbij aandacht voor o.a. de schijnvereffening, de belastbaarheid van (niet uitgedrukte doch) vastgestelde meerwaarden, de belastbaarheid van uitgekeerde bedragen in hoofde van de vennoten, eventuele problemen ingeval van verdeling van onroerende goederen, enz. Datum Donderdag 27 november 2008 Uur 14.00 uur - 17.30 uur
Spreker Dhr. G. Bats, bedrijfsrevisor, vennoot Ernst & Young Bedrijfsrevisoren C.V., Prof. EHSAL Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen en advocaten Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12300)
08/16 BTW-aangifte en facturatie Toelichting De ondernemingen ondervinden heel wat moeilijkheden om aan de formaliteiten en administratieve verplichtingen inzake BTW te voldoen. Iedere transactie dient zijn kwalificatie te krijgen en op een correcte wijze voor BTW gerapporteerd te worden. Zelfs met de hulp van performante ERP systemen, blijkt dit niet altijd een sinecure te zijn. In deze module zal de Belgische BTW aangifte in detail worden geanalyseerd. Verder wordt een BTW rapportering in verschillende jurisdicties toegelicht door middel van een voorbeeld vertrekkende vanuit een ERP systeem. Tenslotte worden kort de andere administratieve verplichtingen toegelicht, en in het bijzonder de factuurverplichtingen. Datum Vrijdag 28 november 2008 te Gent en donderdag 5 maart 2009 te Brugge Uur 09.00 uur - 12.30 uur Sprekers Dhr. D. Claeys, partner en F. Van Driessche, senior manager VAT Department, Ernst & Young Tax Consultants
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten, medewerkers van boekhoudkantoren Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Gent: Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Brugge: Rita De Clerck ● tel.: 050 38 12 77 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12301)
30
08/17
BTW-aspecten m.b.t. invoer en uitvoer en de douanetechnische gevolgen Toelichting In dit seminarie wordt de invoer en de uitvoer belicht vanuit BTW-standpunt. Er wordt een volledig overzicht gegeven van de materie. Waar nuttig worden de linken gelegd met de douanewetgeving. Inzake invoer wordt ingegaan op de problematiek van de geadresseerde bij invoer, de maatstaf van heffing bij invoer en de opschortende regelingen. Inzake uitvoer worden de voorwaarden voor vrijstelling grondig geanalyseerd, de te vervullen formaliteiten en de aan te voeren bewijzen. Alles wordt geïllustreerd met concrete voorbeelden. Datum Maandag 1 december 2008 Uur 14.00 uur - 17.00 uur Spreker Dhr. S. Ruysschaert, eerstaangewezen inspecteur bij een fiscaal bestuur, diensthoofd van het Centrum voor beroepsopleiding van de BTW te Antwerpen
08/18
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten, medewerkers van boekhoudkantoren Plaats Departement Bedrijfsmanagement Mercator, Henleykaai 84, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12521)
Aandachtspunten en valkuilen bij handelshuur Toelichting Voor niet-juristen alsook juristen en advocaten die zich niet specifiek hebben toegelegd op handelshuur, zijn de verschillende juridische aspecten van handelshuur, niet steeds vanzelfsprekend. Nochtans kan hun beroepsaansprakelijkheid in het gedrang komen wanneer zij in het kader van handelshuurcontracten van hun cliënten, geen, laattijdige of verkeerde adviezen geven. Een inzicht in de basisprincipes van het handelshuurrecht kan hieraan verhelpen. Aan de hand van concrete voorbeelden en realistische cases worden de meest relevante aspecten van handelshuur benaderd en worden de te vermijden valkuilen toegelicht.
Datum Donderdag 4 december 2008
Daarbij komen o.m. volgende aspecten aan bod: · belang onderscheid handelshuur – gemene huur · vorm · duur · huurprijs · beëindiging · overdracht en onderhuur · eigendomsoverdracht door verhuurder · het mechanisme van de handelshuurhernieuwing · vergoedingen · checklists · modellen Deze module wordt afgerond met een concrete case door de groep uitgewerkt, gevolgd door een discussie en feedback.
Plaats Arteveldehogeschool, Sint-Pietersnieuwstraat 160, 9000 Gent
Uur 18.00 uur - 21.30 uur Spreker Dhr. Geert Grootaert, lector Contractenrecht Arteveldehogeschool, advocaat, Master in het Sociaal Recht Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten , financiële en fiscale adviseurs, juristen en advocaten
Prijs 210 euro, documentatie, koffie en broodjeslunch inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Laura Dekeghel ● tel.: 09 269 16 55 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12302)
31
08/19 Partiële splitsing Toelichting Bij een partiële splitsing gaat een deel van het vermogen van de ene vennootschap over naar een andere vennootschap en krijgen de aandeelhouders van de eerste vennootschap hiervoor aandelen. Dit alles zonder dat de eerste, overdragende vennootschap ophoudt te bestaan (art. 677 W. Venn.). De partiële splitsing verenigt dus eigenschappen van de inbreng van een bedrijfstak en de echte splitsing. Gelet op de huidige evoluties inzake herstructureringen, fusies en splitsingen bieden wij u een grondige analyse van de juridische, boekhoudkundige en fiscale mogelijkheden en de impact van het mechanisme van de partiële splitsing. Tijdens deze namiddag bieden onze experten terzake u inzicht en dit vanuit verschillende perspectieven: • Dhr. Matthias Wauters neemt u mee doorheen de juridische aspecten van o.a. de beschikbare splitsingstechnieken, de voordelen van de partiële splitsing, de splitsingsprocedure: formaliteiten, besluitvorming en vereenvoudigde procedure. Daarnaast komen ook de gevolgen voor de aandeelhouders en de vennootschap, de vermogensovergang (verdeling van activa en passiva, lopende overeenkomsten, bodemsanering, hypothecaire publiciteit) en aansprakelijkheid uitgebreid aan bod. • Prof. Jan Verhoeye gaat op zijn gekende vlotte stijl doorheen de boekhoudkundige verwerking van de partiële splitsing met uiteenzetting en interpretatie van de CBN-adviezen die u hierbij niet uit het oog mag verliezen. • Dhr. Marc Tahon geeft toelichting bij het stelsel van fiscale neutraliteit dat als uitzondering geldt op de principiële belastbaarheid van de verrichting en dit vanuit het standpunt van de overdragende vennootschap, van haar aandeelhouders en van de ontvangende vennootschap. De voor fiscale neutraliteit vereiste ‘rechtmatige behoeften’ en de rulingbeslissingen terzake krijgen bijzondere aandacht. Tevens wordt nagegaan in hoeverre er vrijstelling van registratierechten en van BTW kan gelden.
Datum Maandag 8 december 2008 Uur 14.00 uur - 17.30 uur Sprekers Prof. J. Verhoeye, accountant, docent HoGent, gastprofessor UGent; Dhr. M. Tahon, tax partner, KPMG Belastingconsulenten; Mr. M. Wauters, advocaat, Eubelius Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen en advocaten Plaats Vakgroep Accountancy en Bedrijfsfinanciering - Urbis kantorencomplex, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief BTW) Bijkomende inlichtingen Mevr. Sadi Podevijn ● tel.: 09 264 35 48 ●
[email protected] Mevr. Els De Wielemaker ● tel.: 09 248 88 36 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12303)
32
08/20
Managementvennootschappen Toelichting Menig bedrijfsleider bezit reeds jaren een exploitatievennootschap. Naast deze vennootschap wordt regelmatig een managementvennootschap opgericht. Is dit zinvol of niet? Waarom wordt deze stap gezet? Wat zijn echter de (fiscale) mogelijkheden en beperkingen? Dit seminarie geeft een beeld van de voordelen van het werken met een managementvennootschap met bijzondere aandacht voor de fiscale aspecten. Datum Maandag 8 december 2008 Uur 14.00 uur - 17.00 uur Spreker Dhr. M. Gielis, Belastingconsulent bij Bank J. Van Breda & C° NV
08/21
Doelgroep Accountants, bedrijfsrevisoren, boekhouders, belastingconsulenten, financiële en fiscale verantwoordelijken, bedrijfsjuristen, advocaten, medewerkers van boekhoudkantoren Plaats Departement Bedrijfsmanagement Mercator, Henleykaai 84, 9000 Gent Prijs 210 euro, documentatie en koffie inbegrepen (catering exclusief) Bijkomende inlichtingen Mevr. Isabelle Goethals ● tel.: 09 372 77 03 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12523)
Fiscale club: update voor medewerkers Implementatie van nieuwigheden binnen het werkveld Toelichting Indien u als afgestudeerde in uw dagelijkse activiteiten continu wordt geconfronteerd met de opdracht alle fiscale vernieuwingen op een correcte wijze te verwerken, dan is deze update voor u bedoeld. Dankzij deze club kunnen wij u op een efficiënte manier op de hoogte brengen van de gewijzigde items. Wij selecteren alle rechtspraak, wetsontwerpen en wetsvoorstellen, circulaires en commentaren die onmiddellijk bruikbaar zijn. Per sessie worden de belangrijkste artikels uit diverse fiscale weekbladen voor u samengevat en besproken. U krijgt niet enkel een inzicht in de essentie van de besproken materie, maar ook in de interpretatie ervan. De uitgebreide documentatie is een syllabus met teksten, samenvattingen en bronvermeldingen en is onmisbaar voor een kwalitatief hoogstaande dienstverlening. Datum Dinsdag 9 december 2008 en dinsdag 21 april 2009 Uur 18.30 uur - 21.30 uur Sprekers Op 9 december 2008 dhr. W. Van Kerchove, E.A. Inspecteur administratie directe belastingen, verbonden aan het Centrum voor Beroepsopleiding.
Op dinsdag 21 april 2009 dhr. F. Vandenberghe, E.A. Inspecteur administratie directe belastingen, verbonden aan het Centrum voor Beroepsopleiding Doelgroep Dit seminarie wordt uitstluitend ingericht voor alle afgestudeerden bij de instellingen behorende tot de Associatie UGent (HoGent, HoWest, Arteveldehogeschool en UGent) Plaats Campus Simon Stevin van de Hogeschool West-Vlaanderen, Rijselstraat 5, 8200 Brugge (Sint-Michiels) Prijs 105 euro (de korting van 50% voor alumni is al in de prijs verrekend), documentatie en koffie zijn inbegrepen (catering exclusief BTW). Indien u zich inschrijft voor de beide seminaries, met name op 09/12/08 én 21/04/09, betaalt u slechts 200 euro Bijkomende inlichtingen Mevr. Marie Jeanne Platteeuw ● tel.: 050 38 12 77 ●
[email protected] Inschrijvingen: zie achteraan dit tijdschrift Attest (3u) IAB, (K)IBR, BIBF (12525 en 12526)
Agenda Business Maturity Model Topics lokale bedrijfsbelastingen BTW-basiscursus Belastingparadijzen en internationale taxplanning Beheer uw patrimonium vandaag én morgen
december 2008 maandag 9 februari 2009 donderdag 12 en 19 februari 2009 maandag 2 maart 2009 dinsdag 3 maart 2009
BTW-aangifte en facturatie
donderdag 5 maart 2009
Jaarafsluiting: van inventaris naar belastbare winst
dinsdag 31 maart 2009
Fiscale club
dinsdag 21 april 2009
Abnormale of goedgunstige voordelen
dinsdag 28 april 2009
Fiscaliteit: stand van zaken
donderdag 7 mei 2009
Het tweede nummer van de HIAF-nieuwsbrief kan u verwachten rond 15 november 2008, met meer informatie omtrent bovenstaande en nieuwe seminaries.
34
I
N
S
C
H
R
I
J
V
E
N
Gelieve dit inschrijvingsformulier te faxen naar 09 264 35 88, terug te sturen naar het HIAF, t.a.v. Mevr. Sadi Podevijn, Kuiperskaai 55/E, 9000 Gent of u kan zich inschrijven via onze website www.hiaf.be. Na inschrijving ontvangt u een bevestiging en wegbeschrijving. Naam: Voornaam: Functie/Beroep: Bedrijf: Straat: Postcode:
Nr.:
Woonplaats:
Telefoon:
Fax:
E-mail:
BTW-nummer:
schrijft zich in voor: Code 08/
Titel
Datum
Bedrag
08/ 08/ 08/ 08/ 08/ betaalt via:
BEA (Budget Economisch Advies)
opleidingscheques voor werknemers
overschrijving
ik wens maandelijks een overzicht te ontvangen van de nieuwste
opleidingen van het HIAF via e-mail
ik zou in de toekomst graag een opleiding verzorgd zien rond volgend
thema:
gelieve mijn naam uit het adressenbestand te verwijderen of te wijzigen
alumni: onderwijsinstelling:
afstudeerjaar:
Handtekening:
Annulatie: Bij annulatie minder dan 5 dagen voor de aanvang van het programma is de volledige deelnemingsprijs verschuldigd. Het spreekt voor zich dat een verhinderde deelnemer zich steeds door een collega kan laten vervangen.
35
Opleidingen op maat U vindt niet precies wat u zoekt? Waarom bepalen we het onderwerp niet samen? Onze bedrijfsinterne opleidingen bieden het voordeel dat de gedoceerde materie wordt toegespitst op uw organisatie. Inderdaad, we werken op maat! Hierdoor staan wij garant voor een kwalitatieve opleiding van uw werknemers! Meer info? Contacteer ons vrijblijvend: HIAF Mevr. Sadi Podevijn Mevr. Els De Wielemaker Kuiperskaai 55/E 9000 Gent Tel. 09 264 35 48 (Sadi) Tel. 09 248 88 36 (Els)
www.hiaf.be © HIAF- Behoudens de uitdrukkelijke bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, op welke wijze ook, zonder de uitdrukkelijke voorafgaande en schriftelijke toestemming van de uitgever.
Prime Foundation Partner:
Foundation Partner:
Partners: