Milieujaarverslag 2006 Gemeente Boxmeer
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Inhoudsopgave 1.
Inleiding..................................................................................................................................3
2.
De lagenbenadering ...............................................................................................................4
3.
Eerste laag: de ondergrond...................................................................................................5
3.1 3.2 3.3 3.4 4. 4.1 4.2 5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Bodem..................................................................................................................................5 Water ...................................................................................................................................7 Lucht..................................................................................................................................10 Natuur ................................................................................................................................10 Tweede laag: netwerken......................................................................................................12 Verkeer ..............................................................................................................................12 Vervoer ..............................................................................................................................12 Derde laag: occupatielaag ...................................................................................................14 Energie...............................................................................................................................14 Landbouw ..........................................................................................................................16 Bedrijven ...........................................................................................................................17 Wonen................................................................................................................................20 Groen .................................................................................................................................27
6.
Algemeen ..............................................................................................................................28
7.
Conclusie milieu-uitvoeringsprogramma 2006 .................................................................31
1
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
1.
Inleiding
In het milieukaderplan 2006-2009 is het milieubeleid van de gemeente Boxmeer voor de jaren 2006-2009 weergegeven. Het milieu-uitvoeringsprogramma 2006 is gebaseerd op dit milieukaderplan. In het milieu-uitvoeringsprogramma 2006 is aangegeven welke doelen uit het milieukaderplan in 2006 gerealiseerd moesten worden. Het milieu-uitvoeringsprogramma 2006 is onder andere uitgevoerd door de milieumedewerkers van de afdeling Ruimtelijk Beheer. Daarnaast is in maart 2006 een nieuwe medewerker milieu en water op de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling begonnen. Het milieujaarverslag 2006 geeft inzicht in de effecten van het gevoerde milieubeleid en biedt daardoor de mogelijkheid tot bijsturing. In dit milieujaarverslag wordt ingegaan op de geformuleerde doelstellingen uit het milieu-uitvoeringsprogramma 2006. Het milieujaarverslag doet ook dienst als milieujaarverslag ex artikel 21.1 Wet milieubeheer (Wm). Er wordt verslag gedaan over het gevoerde milieubeleid met betrekking tot de uitvoering van de hoofdstukken 8 (inrichtingen), 13 (vergunningen) en 18 (handhaving). Burgemeester en wethouders, Boxmeer, oktober 2007
3
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
2.
De lagenbenadering
Met de komst van een nieuw milieubeleidsplan voor de gemeente Boxmeer, het milieukaderplan 2006-2009, is de gemeente Boxmeer in 2006 op het gebied van milieu aangesloten bij de lagenbenadering. Milieu heeft raakvlakken met veel andere beleidsvelden. Het uitgangspunt is dat milieu in relatie wordt gebracht met ruimte en ruimtegebruik. Respect voor met name de langzaam verlopende processen (water, bodem, natuur, lucht) wordt steeds belangrijker gevonden, zonder dat dit de economische ontwikkelingen tegenhoudt. De Nota Ruimte (2004) en Nota Mobiliteit (2004), maar ook het streekplan Brabant in Balans (2002) zet steeds meer in op ruimtelijke ontwikkeling op basis van de lagenbenadering. We kunnen ons de ruimte voorstellen als opgebouwd uit drie lagen: 1. Ondergrond (water, bodem en het zich daarin bevindende leven). 2. Netwerken (alle vormen van zichtbare en onzichtbare infrastructuur). 3. Occupatie (ruimtelijke patronen als gevolg van menselijk gebruik). Plannen die oog hebben voor de drie lagen en de voorwaarden die zij aan het ruimtegebruik stellen, kunnen daarmee toekomstgericht, duurzaam en bruikbaar zijn. De lagenbenadering gaat dan ook goed samen met de verschillende aspecten van ruimtelijke kwaliteit: gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde.
4
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
3.
Eerste laag: de ondergrond
3.1 Bodem Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Afronden opstellen bodemkwaliteitskaart, bodembeheerplan en bodembeheersysteem. Hiermee wordt invulling gegeven aan actief bodembeheer. 2. In het kader van milieu- en bouwvergunningaanvragen moeten er bodemonderzoeken worden uitgevoerd. Deze bodemonderzoeken worden getoetst door de medewerker bodem. 3. Overige taken op het gebied van bodem, zoals het begeleiden van bodemsaneringen, worden uitgevoerd. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Algemeen De bodemonderzoeken die in 2006 binnen de gemeente Boxmeer zijn uitgevoerd en ter beoordeling zijn aangeboden bij de gemeente, zijn beoordeeld door de medewerker bodem en opgenomen in het gemeentearchief. Voor wat betreft de beleidsadvisering, deze is ten aanzien van toekomstige bodemtaken, aangesloten bij de regionale ontwikkelingen. De regionale producten zijn zoveel mogelijk in de Boxmeerse situatie ingeweven. Bodemkwaliteitskaart, bodembeheerplan en bodeminformatiesysteem De bodemkwaliteitskaart en het beheerplan zijn in samenwerking met de regiogemeenten St. Anthonis, Bernheze en Mill & St. Hubert tot stand gekomen en is in 2006 door het college vastgesteld. De manier van werken (zo veel mogelijk grond in eigen beheer en ongekeurd hergebruiken) is in 2006 organisatiebreed ingevoerd. Het bodembeheerplan maakt grootschalig grondverzet voor particulieren en bedrijven binnen de gemeente Boxmeer mogelijk zonder dat dure keuringen volgens het Bouwstoffenbesluit noodzakelijk zijn. Uitgangspunt hierbij is dat de bodemkwaliteit niet slechter wordt. Alle binnengekomen bodemonderzoeken zijn in het bodeminformatiesysteem opgenomen. Het is hierdoor mogelijk om bodemverontreinigingsgegevens snel en op een overzichtelijke manier te presenteren. Bodemonderzoeken In 2006 is 38 keer geadviseerd over de noodzaak van een bodemonderzoek bij een aanvraag bouwvergunning. Er zijn uiteindelijk 33 bodemonderzoeken beoordeeld, die onderdeel uitmaakten van een aanvraag bouwvergunning. In het kader van de ruimtelijke ontwikkeling zijn 8 bodemonderzoeken beoordeeld. De resultaten van de bodemonderzoeken zijn bij de gemeente op te vragen. Het reikt te ver om de resultaten in dit milieujaarverslag te bespreken. Er zijn drie regionale bodemoverleggen georganiseerd en bijgewoond. Deze hebben tot doel het uitwisselen van informatie met betrekking tot wetswijzigingen, ervaringen en het afstemmen van beleid. In kader van de Wet milieubeheer zijn 5 bodemonderzoeken en 2 grondwater monitoringen beoordeeld. Dit waren met name rapportages waarin de nulsituatie werd vastgelegd, maar ook onderzoeken waarin de eindsituatie werd beschreven. Van stortplaats Luneven in Boxmeer is het grondwater gemonitoord.
5
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Ook zijn in opdracht van de gemeente Boxmeer een tweetal grote bodemonderzoeken uitgevoerd: - Locatie gemeentehuis aan het Raadhuisplein ten behoeve van de nieuwbouw ter plaatse; - Sterckwijck ten behoeve van ontwikkeling en transactie. Hierbij is asbestonderzoek meegenomen. Resultaten van bodemonderzoeken zijn op te vragen bij de gemeente. Bodemsaneringen In 2006 zijn de saneringswerkzaamheden voor de locatie Schoolstraat te Oeffelt voorbereid. De voorbereiding bestond uit extra onderzoeken, het opstellen van een saneringsplan, de communicatie naar eigenaren en omwonenden en het bestuurlijke traject in verband met de door de gemeenteraad opgerichte onderzoekscommissie. Tijdens de sloop van gebouwen, op een door de gemeente aangekocht perceel aan de Lange Heggen (ten behoeve van de ontwikkeling van Sterckwijck), is uit bodemonderzoek gebleken dat verspreid over de gehele locatie asbest in de bodem aanwezig was. De provincie Noord-Brabant heeft hier een beschikking op afgegeven. Aan het eind van 2005 is een begin gemaakt met de sanering, deze is begin 2006 afgerond. Bouwstoffenbesluit De controle op het Bouwstoffenbesluit is in 2006 op hetzelfde niveau als in 2005 uitgevoerd met de nadruk op puingranulaat. In aansluiting op de Ministeriële Vrijstellingsregeling Grondverzet, die binnen het Bouwstoffenbesluit is opgenomen, is een bodembeheerplan door het college van Burgemeester en Wethouders goedgekeurd. Bij verschillende gemeentelijke projecten is grond vrijgekomen. Na keuring conform het Bouwstoffenbesluit is de grond voor een klein gedeelte hergebruikt. Het overgrote deel is echter noodgedwongen afgevoerd naar derden. Inmiddels zijn er een aantal kleinere partijen volgens het bodembeheerplan (actief bodembeheer) in eigen beheer hergebruikt. Asbest In 2006 is in samenspraak met de brandweer een asbestprotocol ontwikkeld en in werking gesteld. In het protocol zijn afspraken vastgelegd over communicatielijnen en verantwoordelijkheden tussen gemeentelijke organisatie en brandweer. De gemeente neemt de communicatie naar omwonenden en getroffenen van een brand, waarbij asbesthoudend materiaal vrij komt, op zich en ontlast de brandweer met het opruimen van eventuele verspreiding van asbesthoudend materiaal. Aanleiding voor de ontwikkeling van het protocol waren verschillende grootschalige branden en de behoefte aan duidelijkheid met betrekking tot verantwoordelijkheden en bevoegdheden en ter bevordering van de onderlinge communicatie. In 2006 is er een aantal keren gebruik gemaakt van de procedure zoals vastgesteld in het asbestprotocol. In verband met de toename van (aangestoken) branden waarbij asbesthoudende materialen zijn betrokken is het asbestprotocol van de gemeente Boxmeer 3 keer gevolgd, namelijk bij de brand van papierhandel Janssen, bij de brand bij een recyclingbedrijf in Sambeek en bij een brand in een hooiopslag in Rijkevoort. Bij overige branden is gebleken dat er geen asbesthoudende materialen aanwezig waren.
6
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
3.2 Water Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Opstellen waterplan. 2. Stimuleren afkoppelen hemelwater. De overige taken op het gebied van water worden uitgevoerd door de afdeling Ruimtelijk Beheer, taakveld beheer openbare ruimte. De middelen en uren zijn opgenomen in het gemeentelijke rioleringsplan (GRP). In dit milieujaarverslag volgt wel een korte weergave van de behaalde resultaten uit 2006. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Waterplan Eind 2006 is de gemeente Boxmeer samen met de gemeenten Cuijk, Grave, Mill en Sint Hubert en Sint Anthonis begonnen met de voorbereidingen voor het opstellen van een waterplan. Er komt voor iedere gemeente afzonderlijk een waterplan. Eind 2007 zal het gemeentelijke waterplan in concept gereed zijn. In het milieujaarverslag van 2007 zal hier verder op worden ingegaan. Gebiedsprocessen water In 2006 is ook een begin gemaakt met de gebiedsprocessen in het kader van de verschillende wateropgaven. Het gaat dan om de (Europese) Kaderrichtlijn Water (KRW), het waterbeheer voor de 21e eeuw (WB21) en het Gewenst Grond- en Oppervlaktewater Regime (GGOR). Deze onderwerpen zijn ook van toepassing voor het gemeentelijke waterplan. De gemeente Boxmeer neemt deel in twee gebiedsprocessen, voor beide gebiedsprocessen wil men eerst een gezamenlijke brede analyse van de wateropgave uitvoeren. Het gaat om de volgende twee gebiedsprocessen: 1. Gebiedsproces van de Zandmaas (Rijkswaterstaat is trekker van dit gebiedsproces). 2. Gebiedsproces van de Raam (het waterschap Aa en Maas is trekker van dit gebiedsproces). In beide gebiedsprocessen werkt men toe naar een zogenaamd ‘voorkeursalternatief’. Dit voorkeursalternatief zal uiteindelijk de input vormen voor het Stroomgebiedbeheersplan (SGBP) de Maas dat eind 2009 moet worden vastgesteld. Het stroomgebied de Maas is onderverdeeld in verschillende delen, ieder deel van de Maas is een gebiedsproces en zij bereiden allemaal een voorkeursalternatief voor. Alle voorkeursalternatieven samen vormen input voor het SGBP de Maas. De start van de formele planvorming van de SGBP gaat begin 2008 van start. Eind 2008 moet het voorkeursalternatief “definitief” zijn. Het gaat dan om een definitief concept. Op dat moment zal bestuurlijke consultatie worden gepleegd. Bestuurlijke besluitvorming zal uiteindelijk in 2009 plaatsvinden. Gebiedsproces en waterplan Voor het gebiedsproces de Raam is net als voor het waterplan, ook gekozen voor begeleiding door Royal Haskoning. Het is hierdoor mogelijk om zoveel mogelijk gezamenlijk op te pakken, waardoor voorkomen kan worden dat twee keer hetzelfde wordt gedaan. Besloten is om bijvoorbeeld de klankbordgroep voor het waterplan en het gebiedsproces te combineren.
7
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Stimuleren afkoppelen hemelwater In 2006 is ongeveer 8.000 m² verhard oppervlak afgekoppeld van de riolering in de Kalverstraat (Maashees) en de Pastoor Janssenstraat (Vierlingsbeek). Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 2004-2008 Herberekeningen rioolstelsels In 2006 zijn de rioolstelsels Oeffelt en Vierlingsbeek aan de hand van herberekeningen getoetst op hun functioneren. Resultaten herberekeningen Oeffelt In de huidige situatie wordt in de berekening bij een relatief kleine bui al water op straat geconstateerd in de Kerkstraat-Noord en omgeving, de kruising Beatrixstraat-Eurostraat en de Beugenseweg. Bij een grote bui komen meer gevoelige locaties naar voren. Naast de genoemde locaties zijn dat Katsestraat, Molenstraat en Dorpsstraat. De gemeente Boxmeer ondervindt in de praktijk geen overlast bij de Beugenseweg, Molenstraat en Dorpsstraat, omdat het water zich daar over een relatief groot gebied kan spreiden. De huidige emissiewaarde is bijna tweemaal zo hoog dan de toegestane emissiewaarde van de basisinspanning. Dit is het gevolg van een te geringe pompcapaciteit van het waterschapsgemaal, een interne overstortdrempel in de Molenstraat en teveel aangekoppeld verhard oppervlak. Maatregelen in Oeffelt Om te voldoen aan de gestelde emissiewaarden moet op een tiental locaties ongeveer 1,40 hectare verhard oppervlak worden afgekoppeld en de interne drempel in de Molenstraat worden verwijderd. Gelijktijdig zal het Waterschap in haar gemaal een grotere capaciteit installeren. De hydraulische afvoercapaciteit kan de gemeente Boxmeer, naast het afkoppelen, verbeteren door de diameter van vier strengen in de Nieuwstraat te verruimen. Over de resultaten van Vierlingsbeek kan de gemeente Boxmeer pas in het milieujaarverslag van 2007 berichten. Oorzaak hiervan is dat de voorbereiding van de herberekening van het stelsel van Boxmeer meer tijd vergt dan was voorzien. Er moeten her en der op cruciale punten problemen worden opgelost. Na verwerking daarvan kan de gemeente Boxmeer starten met de eerste rekensessie. Rioolinspecties In 2006 is gestart met het inspecteren van de rioolstelsels van Oeffelt, Groeningen, Vierlingsbeek, Maashees, Beugen en Rijkevoort. De gemeente inspecteert alle riolen enerzijds ter voorbereiding van de geplande herberekeningsessies, en anderzijds ter afronding van de uitgevoerde sessies zodat op een adequate wijze de beschikbare middelen ingezet kunnen worden. Dat wil zeggen dat, daar waar riolen vanwege hun slechte kwaliteit vervangen moeten worden, indien mogelijk, de noodzakelijke rioolverruimingen worden gepland. Ook hier gaat het credo van “werk met werk maken” op.
8
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Rioolvervanging In 2006 zijn de riolen in de Kalverstraat (Maashees) en de Pastoor Jansenstraat (Vierlingsbeek) vervangen. Volgens de planning van het GRP had de gemeente Boxmeer in 2005, 2006 en 2007 in Boxmeer in de volgende straten riolen moeten vervangen: - Gerard Davidstraat - Industriestraat - Irenestraat - Jeroen Boschstraat - Van Beckumstraat - Carel Fabritiusstraat - Frans Halsstraat - Steenstraat - Marijkestraat - Burgemeester Verkuijlstraat - Adriaen van Ostadestraat - Peter Paul Rubensstraat - Pieter Claeszstraat Deze planning in het GRP is destijds gebaseerd op een verkennend onderzoek. Het in 2006 afgeronde nader onderzoek heeft de volgende resultaten opgeleverd voor Boxmeer: - De riolen van de Gerard Davidstraat, Gerard Doustraat en Adriaen van Ostadestraat zijn vervangen. - De Frans Halsstraat staat op de planning. - De vervanging van het riool in de Steenstraat is uitgesteld tot de eerst volgende herinrichting van de Steenstraat. - De vervanging in de Marijkestraat is uitgesteld tot de sloop van het tijdelijke gemeentehuis. - In de Industriestraat, Burg. Verkuijlstraat, Carel Fabritiusstraat, Jeroen Boschstraat, Van Beckumstraat, Peter Paul Rubensstraat en Pieter Claeszstraat zijn de problemen verholpen door het plegen van plaatselijk onderhoud. Er zijn inwendige rioolrenovaties noodzakelijk in riolen van de Beugenseweg, Elzenstraat, Gabriel Metsusstraat, Jan Sluijterstraat, Jan Scorelstraat, Rembrandt van Rijnstraat en Willem van de Veldestraat. Een aantal van deze renovaties is gereed. De tijdens het nader onderzoek geconstateerde 67 kleine schades zijn, op een paar na, allen uitgevoerd. Sanering afvalwater buitengebied Het onderhoud van de IBA-systemen is overgedragen aan het waterschap. De eerste inspectieronde van het waterschap heeft her en der nog wat onvolkomenheden opgeleverd, die door de gemeente Boxmeer hersteld moeten worden. Het betreft het vergroten van twee zinkputten, het aanbrengen van aardlekschakelaars en enkele nieuwe ontluchtingen.
9
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
3.3 Lucht Voor 2006 was de volgende doelstelling geformuleerd: 1. Opstellen luchtkwaliteitskaart. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Luchtkwaliteitskaart De ontwikkelingen rond luchtkwaliteit volgen elkaar in rap tempo op. Hier lijkt voorlopig geen verandering in te komen met in het vooruitzicht de Wet luchtkwaliteit, het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) en met de in 2006 plotseling wijzigende achtergrondconcentraties voor fijn stof. Op 17 maart 2006 is een concept voor de Wet Luchtkwaliteit aan de Tweede Kamer toegezonden. Zowel de reactie van de Tweede Kamer als de bevindingen van de Raad van State (op onderdelen) hebben in 2006 geleid tot vertragingen. De Tweede Kamer heeft op 24 oktober 2006 het wetsvoorstel voor de 'Wet luchtkwaliteit' goedgekeurd. Het voorstel ligt ter behandeling bij de Eerste Kamer. Het is nog steeds niet helemaal duidelijk wanneer de Wet Luchtkwaliteit definitief wordt. Het wetsvoorstel bevat een gebiedgerichte aanpak via het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). De programma-aanpak zorgt voor een flexibele koppeling tussen ruimtelijke activiteiten en milieugevolgen. Het Rijk, provincies en gemeenten werken in het programma samen om in gebieden waar de normen voor luchtkwaliteit niet worden gehaald (overschrijdingsgebieden) de luchtkwaliteit te verbeteren. De 'Wet luchtkwaliteit' zal het Besluit luchtkwaliteit 2005 vervangen. Begin 2006 lag er vanuit het RMB een offerte voor het opstellen van een luchtkwaliteitskaart. Er is in die periode ook gesproken over het combineren van het (nieuwe) verkeersmodel en een luchtkwaliteitskaart in een verkeersmilieukaart. De geschetste ontwikkelingen m.b.t. de luchtkwaliteit hebben de gemeente Boxmeer in 2006 doen besluiten op dat moment af te zien van de offerte van het RMB en het opstellen van een luchtkwaliteitskaart op te schuiven. In 2007 zal opnieuw bekeken worden of er een verkeersmilieukaart wordt opgesteld.
3.4 Natuur In het milieu-uitvoeringsprogramma van 2006 waren geen concrete doelstellingen geformuleerd voor natuur. Toch zijn er verschillende werkzaamheden uitgevoerd in 2006. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Vanuit de visie Ruimte voor Herinnering is er een project gestart in de Maasvallei genaamd het Integraal Gebiedsproject Maasheggen (IGP). Met het IGP worden een aantal doelen benoemd: • Verwerving van de Ecologische Hoofd Structuur (EHS). • Uitbreiding van de Ecologische Hoofd Structuur (met maximaal 500 ha). • Verbetering agrarische verkaveling. • Duurzame inrichting van het Maasheggengebied. • Ontwikkelen van een duurzame financiering van beheer en onderhoud van het Maasheggenlandschap (eveneens deel agrarisch landschapsbeheer).
10
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Landschapsontwikkelingsplan (LOP) In 2006 is de gemeente Boxmeer gestart met het maken van het LOP. Er is een politieke middag en avond georganiseerd en de klankbordgroep is meerdere malen bij elkaar gekomen. Eind 2006 was het conceptplan gereed, deze moet nog worden getoetst en worden aangevuld met projecten. In het landschapsontwikkelingsplan (LOP) zijn tal van projecten beschreven die de kwaliteit van het landschap verbeteren. Er is sprake van landschappelijke inpassing van dorpen in de kernrandzones. Overige projecten die de landschappelijke kwaliteit van de gemeente Boxmeer moeten opwaarderen: • De gemeente Boxmeer is bezig met het project Vierlingsbeekse Molenbeek. Dit project omvat beek- en kreekherstelproject net buiten Holthees richting Vierlingsbeek en is in voorbereiding. • Het Jeneverbes project in de bossen in Overloon is in uitvoering. De gemeente Boxmeer bezit één van de twee echte jeneverbesstruwelen in de provincie Noord-Brabant. In 2006 is de gemeente Boxmeer gestart met het herstelplan jeneverbessen. Het herstelplan gaat uit van behoud en ontwikkeling van de jeneverbessen met het vrijzetten van de jeneverbesstruwelen en daarna duurzaam beheer van deze inheemse soorten. • De Vilt is de enige echte maasmeander in de provincie Noord-Brabant. Dit project staat vol in de belangstelling vanwege het herstel van deze natte natuurparel. In 2006 heeft de gemeente Boxmeer zich bezig gehouden met het opstellen van een inrichtingsplan voor de Vilt. • Voorbereidingen zijn aan de gang met de EVZ’s1 de Balkloop en Oploosche Molenbeek en dwarsverbindingen op de Oeffeltse Raam die langs Rijkevoort lopen. In 2006 zijn er voorbereidingen getroffen voor grondverwerving voor de EVZ's in samenwerking met het Waterschap Aa en Maas. De Oeffeltse Raam is in 2006 tot uitvoering gekomen en het grondwerk is grotendeels al afgerond. • Het realiseren van de Groene geleding tussen de kernen Boxmeer en Beugen met een breedte van circa 100 meter. • De voorbereidingen lopen voor de Campagnebeek, ook aangemerkt als beek- en kreekherstel.
1 In de gemeente moeten nog verschillende EVZ’s (Ecologische Verbindings Zones) gemaakt worden. Deze EVZ’s kunnen op een aantal plaatsen gekoppeld worden aan bestaande of nieuw te ontwikkelen wandelroutes, waardoor de aantrekkelijkheid van wonen en werken in de kleine kernen kan toenemen
11
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
4.
Tweede laag: netwerken
4.1 Verkeer Voor 2006 waren geen concrete milieudoelstellingen geformuleerd voor verkeer. Toch zijn er verschillende werkzaamheden uitgevoerd in 2006. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Regionaal verkeersmodel Gezamenlijk met de provincie is gewerkt aan een regionaal verkeersmodel. Hiermee wordt meer inzicht verkregen in de hoeveelheid verkeer en de verkeersintensiteiten. Met het model kunnen verkeersprognoses worden gedaan naar 2020. Het verkeersmodel is eind 2006 opgeleverd en operationeel. Om de twee jaar zal het model worden herberekend. De mogelijkheid bestaat dat in het verlengde hiervan een regionale verkeersmilieukaart wordt gemaakt. Hierbij kan dan een combinatie worden gemaakt van geluids- en luchtkwaliteitskaarten. De gegevens van het verkeersmodel kunnen dan als input voor een verkeersmilieukaart worden gebruikt.
4.2 Vervoer Voor 2006 was de volgende doelstelling geformuleerd: 1. De gevaarlijke stoffen die door de gemeente Boxmeer worden vervoerd, worden in beeld gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om het vervoer over de weg, maar ook over spoor en water. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Externe veiligheid: vervoer Externe veiligheid gaat over het beheersen van de risico's voor de omgeving bij gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen als vuurwerk, LPG en munitie over weg, water en spoor en door buisleidingen. VROM coördineert het overheidsbeleid voor externe veiligheid. Ammoniak, chloor en LPG zijn de meest gevaarlijke stoffen die in grote hoeveelheden door Nederland worden vervoerd. Deze stoffen worden vaak per spoor door stedelijk gebied vervoerd, soms over de weg, maar ook door stedelijk gebied. De ketenstudies van VROM hebben de gehele keten van productie, opslag, transport, distributie en gebruik van deze stoffen en de risico's daarbij voor de omgeving in beeld gebracht. De ketenstudies ammoniak, chloor en LPG zijn eind 2004 afgerond. In 2006 is besloten om het onderzoek naar vervoer van gevaarlijke stoffen te verplaatsen naar 2007. De reden hiervoor is dat in 2006 is voorgesteld om in het Land van Cuijk een regionale beleidsvisie externe veiligheid op te gaan stellen. De gemeente Boxmeer heeft in 2006 besloten zich hierbij aan te sluiten. Vanuit de programmafinanciering externe veiligheid van de provincie Noord-Brabant is er geld beschikbaar voor het opstellen van een beleidsvisie externe veiligheid. Het opstellen van het beleid wordt volledig gefinancierd uit deze programmafinanciering en is voor de gemeente budgetneutraal. Het project wordt getrokken door het RMB.
12
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Risico Register Gevaarlijke Stoffen (RRGS) en risicokaart Gemeenten, provincies en het Rijk zijn vanaf 30 maart 2007 verplicht de risico’s van gevaarlijke stoffen te registreren. De gegevens vormen de basis voor risicokaarten die burgers kunnen raadplegen op een speciale website. Het RIVM beheert het Register risicosituaties gevaarlijke stoffen (risicoregister). Overheden dienen hun gegevens uiterlijk 30 maart 2008 naar het RIVM te zenden. De verplichting om risico's met de opslag en transport gevaarlijke stoffen te registreren valt onder het Registratiebesluit externe veiligheid, dat de minister van VROM heeft ondertekend. De overheid die een vergunning verleent, is dus verplicht gegevens naar het Register te sturen. Ook is het de bedoeling dat de gegevens over risico's zowel voor burgers als medewerkers van de overheid beter toegankelijk zijn. Het Rijk, provincies en gemeenten hebben daarom de afgelopen jaren gewerkt aan het ontwerpen van een digitale risicokaart die via internet door iedereen geraadpleegd kan worden. De provincies vullen de kaart in en nemen ook het beheer op zich. Inmiddels zijn al veel gegevens aangeleverd en zijn de kaarten voor een groot deel al compleet. De kaarten zijn intussen ook beschikbaar op internet, ook al zijn ze nog niet volledig. Met de inwerkingtreding van het registratiebesluit dienen de kaarten uiterlijk over één jaar volledig te zijn. Burgers kunnen zich nu een idee vormen over de risico’s in hun woon- en leefomgeving. Verder zijn de kaarten bedoeld voor medewerkers van gemeenten, provincies, waterschappen, brandweer en politie. De risicokaart voor de provincie Noord-Brabant en ook de gemeente Boxmeer is te vinden op: http://nederland.risicokaartinvoer.nl/risicokaart.html?PRV=Noord-Brabant Risicocommunicatie In 2006 is het traject Risicocommunicatie ingezet (ook onderdeel van het programma Brabant Veiliger). De provincie Noord-Brabant heeft een subsidie van € 6000,- euro toegekend aan het Land van Cuijk (exclusief Cuijk en inclusief Gemert-Bakel) i.h.k.v. het programma Brabant Veiliger. Deze subsidie wordt ingezet om te komen tot een plan van aanpak Risicocommunicatie. Inmiddels zijn er 3 bijeenkomsten geweest. De organisatie is in handen van het RMB. Eind 2007 moet het plan van aanpak gereed zijn. Voor 2008 is het de bedoeling dat er per gemeente € 3000,- wordt toegekend voor de uitwerking van het plan van aanpak. Het voorstel is om ook dit gezamenlijk op te pakken.
13
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
5.
Derde laag: occupatielaag
5.1 Energie Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Onderzoek gebruik openbare verlichting. 2. Zelf toepassen Duurzaam Bouwen. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Verlichtingsplan In 2006 is een nieuw openbaar verlichtingsplan opgesteld. Bij het opstellen van het openbare verlichtingsplan zijn de milieu-aspecten meegewogen. In het nieuwe openbaar verlichtingsplan is opgenomen dat de gemeente zoveel mogelijk energiezuinige lampen gebruikt, bij nieuwe lampen, maar ook bij vervanging van lampen. Hoofdstuk 5 van het verlichtingsplan gaat in op o.a milieu-aspecten als: relatie met het milieubeleid, BACA/BAGA (Besluit Aanwijzing Chemische Afvalstoffen/ Besluit Aanwijzing Gevaarlijke Afvalstoffen), energiebesparing, groene stroom, lichtvervuiling. Ook zijn door het college criteria vastgesteld voor het aanstralen van kunstwerken. Het verlichtingsplan zal in 2007 door de raad worden vastgesteld. Bedrijfsinterne milieuzorg Het systeem is inmiddels geïmplementeerd. Ook zijn op de gemeentewerf een aantal maatregelen doorgevoerd. De bouw van het nieuwe gemeentehuis (2009) zal een aanleiding zijn om de milieuzorg te integreren in de dagelijkse werkprocessen. In 2006 heeft de bedrijfsinterne milieucoördinator vanwege capaciteitsgebrek weinig invulling kunnen geven aan de uitvoering van de bedrijfsinterne milieuzorg. Bouw nieuw gemeentehuis Begin 2007 heeft de gemeenteraad besloten dat dubo-maatregelen worden opgenomen bij de bouw van het nieuwe gemeentehuis. Uitgangspunt is een terugverdientijd van 5 jaar. Daarnaast is gekozen voor het toepassen van Koude-Warmte Opslag. De dubo-maatregelen zijn te vinden in het “Overzicht toegepaste Dubo maatregelen” van Kraaijvanger Urbis (21 februari 2006). Windenergie Ook in 2006 is tijd besteed aan het onderwerp windenergie. Voor de geschiedenis rondom het oprichten van windturbines langs de A73 en A77 verwijzen wij naar voorgaande milieujaarverslagen. Op 9 juni 2005 is door de raad besloten om de vrijstellingsprocedure voor de plaatsing van windturbines op een aantal locaties op het grondgebied van de gemeente Boxmeer planologisch niet aanvaardbaar te achten. Tegen dit besluit is door de Milieuvereniging Land van Cuijk en een aantal initiatiefnemers bezwaar gemaakt. De bezwaarschriften zijn voor advies voorgelegd aan de Commissie voor de bezwaar- en beroepschriften (Commissie BBS). De commissie heeft in 2006 de gemeenteraad geadviseerd de bezwaren, op voorwaarde dat de onderbouwing wordt aangepast, ongegrond te verklaren op één project na (windpark Maarsven) waarvan geadviseerd wordt eerst een haalbaarheidsonderzoek te doen. De gemeenteraad heeft het advies van de Commissie BBS overgenomen en het college opdracht gegeven een voorstel tot het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek voor te bereiden. Vervolgens heeft het college het RMB gevraagd een aantal deskundige bureau's te selecteren en een offerte op te vragen. Van het RMB zijn offertes van twee bureau’s ontvangen en een advies voor de bureaukeuze. 14
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Het college heeft het advies van het RMB overgenomen. Aan de initiatiefnemer (Windpark Maarsven) is deze bureaukeuze voorgelegd met de vraag of men hiermee kan instemmen en de vraag of men bereid is de kosten van het onderzoek te betalen. Ten tijde van het schrijven van dit milieujaarverslag is de uitkomst hiervan nog niet bekend. Artikelenserie klimaatbeleid In 2006 zijn er diverse artikelen met energiebesparingstips geplaatst in het Boxmeers Weekblad. Het plaatsen van deze artikelen gebeurt in het kader van milieuvoorlichting aan burgers. Bespaarloket Brabant September 2006 is de provincie Noord-Brabant het project Bespaarloket Brabant gestart. De gemeente Boxmeer heeft zich bij dit project aangesloten. Met het Bespaarloket wil de provincie Noord-Brabant de Brabantse particuliere woningeigenaren door een advies inzicht geven in de mogelijkheden om hun woning energiezuiniger te maken. Meer informatie is te vinden op www.brabantbespaart.nl. Project ‘Energieservice aan huis’ Eind 2006 is begonnen met de voorbereiding van het project ‘Energieservice aan huis’. Het project is een samenwerking tussen de afdelingen WMO en RO. Het Rijk heeft in 2006 aan gemeenten geld ter beschikking gesteld om mensen met een laag inkomen te compenseren voor hun hoge energierekening. Ook voor Boxmeer is hiervoor een bedrag beschikbaar gekomen. De gemeente Boxmeer heeft als uitgangspunt dat het minder zinvol is dit geld simpelweg te verdelen over de doelgroep, omdat dat slechts een druppel op de gloeiende plaat is. De extra financiering is immers niet structureel; in volgende jaren wordt men (waarschijnlijk) niet gecompenseerd voor hoge energiekosten. Daarom heeft de gemeente eind 2006 gekozen om - in navolging van vele gemeenten - het geld in te zetten voor een energieproject. Dit is vorm gegeven in het project ‘Energieservice aan huis’. Op jaarbasis kan een besparing van wel € 150,worden gerealiseerd! In 2006 zijn de voorbereidingen voor dit project getroffen. In het milieujaarverslag van 2007 zal hier uitgebreid op worden teruggekomen. Regionaal energie-overleg In 2006 is drie maal een regionaal energie-overleg georganiseerd. Deze bijeenkomsten zijn vooral benut om lokale en regionale activiteiten aan de deelnemers toe te lichten en af te stemmen. Er is aandacht besteed aan het regionale project monitoring energieverbruik, de voortgang van de BANS2 projecten door enkele gemeenten worden uitgevoerd en het provinciale project Bespaarloket Brabant over energiebesparing door particuliere eigenaars en bewoners.
2
BANS: BANS staat voor Bestuursakkkoord Nieuwe Stijl; onder het BANS-1 subsidieprogramma konden lokale en regionale overheden tot 1 augustus 2004 subsidie aanvragen om hun klimaatbeleid te intensiveren.
15
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
5.2 Landbouw Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Ontwikkelen gebiedsgericht geurbeleid. 2. Uitvoering geven aan de Reconstructie. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Gebiedsgericht geurbeleid Onder de nieuwe geurwet mag de gemeente met gebiedsgericht geurbeleid gaan werken. Dit geurbeleid dient door de gemeente opgesteld te worden. In de loop van 2006 zou de geurregelgeving voor veehouderijen worden aangepast. De nieuwe landelijke geurwet vervangt zowel de Wet stankemissie veehouderijen in landbouwontwikkeling en –verwevingsgebieden als de richtlijn Veehouderij en Stankhinder. In de nieuwe geurwet is de systematiek van mestvarkenseenheden verlaten. Eind 2006 heeft de gemeente Boxmeer in het kader van de nieuwe geurwet een aanhoudingsbesluit genomen. De nieuwe wet is per 1 januari 2007 in werking getreden. In het milieujaarverslag van 2007 zullen wij hier verder op ingaan. Reconstructie Op 22 april 2005 is het reconstructieplan Peel en Maas vastgesteld door Provinciale Staten. Het plan is op 5 juli 2005 door het Rijk goedgekeurd en per 29 juli 2005 in werking getreden. Het reconstructieplan is bindend voor de gemeente en dient vertaald te worden in het bestemmingsplan Buitengebied. Met de inwerkingtreding van het reconstructieplan is het streekplan op een aantal onderdelen tevens aangepast. Ook werkt het reconstructieplan ten aanzien van integrale zonering en de beschermingszone rondom De Vilt rechtstreeks door naar het bestemmingsplan Buitengebied. Verrichte reconstructiewerkzaamheden in 2006 In 2006 is een goede start gemaakt met de uitvoering van het reconstructieplan Peel en Maas. Zo is voor het Landbouwontwikkelingsgebied Overloonsche Vlak een ontwikkelingsplan opgesteld dat aangeeft welke ontwikkelingsruimte er ligt voor de intensieve veehouderij op bestaande locaties in het gebied. Tevens geeft het plan aan welke nieuwe vestigingsmogelijkheden in het gebied zijn. Voor aanpassing van de infrastructuur in het gebied is subsidie binnengehaald van de provincie en van Ceres tot een totaalbedrag van €1.047.303,-. De met de aanpassing verband houdende voorbereidende werkzaamheden, zoals flora- en faunaonderzoek, kapvergunning e.d. zijn in 2006 uitgevoerd. Met de uitvoering zal in 2007 worden gestart. Tenslotte is het jaar 2006 gebruikt om grondposities in te nemen in het gebied om zodoende regie te kunnen voeren over inplaatsingen in het gebied. Buitengebied in ontwikkeling Verder is in 2006 een gebiedsvisie bebouwingsconcentraties opgesteld waarin kernrandzones en bebouwingsconcentraties worden aangewezen. Binnen deze clusters kunnen nieuwe economische dragers worden ontwikkeld, is in een enkel geval woningbouw mogelijk en wordt aangegeven welke activiteiten ontwikkeld kunnen worden in vrijkomende agrarische gebouwen (VAB's). Een groot deel van 2006 is gebruikt om op ambtelijk niveau hierover overleg te plegen met de provincie. De discussie over de notitie is nog gaande maar verwacht wordt dat de gebiedsvisie in 2007 aan de gemeenteraad ter vaststelling kan worden aangeboden.
16
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Pilot terugdringen stankgehinderden Vortum-Mullem In Vortum Mullem zijn in 2006 de onderhandelingen voortgezet met de intensieve veehouders binnen deze kern om te komen tot bedrijfsbeëindiging danwel -verplaatsing. Parallel hieraan zijn plannen ontwikkeld om weer woningbouw mogelijk te maken in Vortum Mullem. Afronding van dit project zal in 2007 plaatsvinden. Molenbeek Tenslotte is in 2006 door de provincie en Ceres een subsidie toegekend van €1.428.890,- voor uitvoering van het project "Reconstructie beekdal Vierlingsbeekse Molenbeek". Onder deze naam is een drietal projecten samen gebracht, te weten Vierlingsbeekse Molenbeek, EVZ Maasbroeksche Blokken en uitmonding Campagnebeek Maashees. De Vierlingsbeekse Molenbeek betreft het uitplaatsen van een boomkwekerij uit het beekdal van de Molenbeek. Met de betreffende boomkweker is hierover overeenstemming bereikt. Binnen het project wordt ook een intensieve veehouderij gesaneerd en vindt herstel van de waterkwaliteit, beekkreekherstel en natuurontwikkeling plaats en worden recreatieve wandelmogelijkheden versterkt. Bestemmingsplan Buitengebied De planologische gevolgen van het Reconstructieplan moeten vertaald worden in het nieuwe bestemmingsplan “Buitengebied”. Deze noodzakelijke implementatie is, naast de lopende inventarisatiewerkzaamheden, in de werkzaamheden meegenomen. Eind 2006 was het conceptvoorontwerp bestemmingsplan gereed en is beoordeeld door de klankbordgroep buitengebied. Daarnaast is het concept uitgezet bij een aantal interne afdelingen, het RMB en een plaatselijke architect met als oogmerk het plan te toetsen aan de praktijk. Het voorontwerpbestemmingsplan is met ingang van 1 maart 2007 ter inzage gelegd in het kader van de inspraakprocedure.
5.3 Bedrijven Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Bestekken en onderhoud in het eigen bedrijf nalopen op duurzaamheid. 2. Vrijmaken uren voor milieucoördinator. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Inrichtingenbestand Het inrichtingenbestand bestaat per 31-12-2006 uit 1196 bedrijven. Hiervan vallen 488 bedrijven onder de vergunningplicht en 708 bedrijven vallen onder de meldingplicht van de Wet milieubeheer. In 2006 heeft ten opzichte van 2005 (1231) een lichte afname van het aantal inrichtingen plaatsgevonden. Inrichtingenbestand Vergunningplicht Meldingplicht Totaal
2001 616 663 1279
2002 503 745 1248
2003 503 773 1276
17
2004 503 747 1250
2005 509 722 1231
2006 488 708 1196
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Vergunningverlening In 2006 zijn 29 vergunningen in het kader van de Wet milieubeheer verleend. Van deze vergunningen zijn er 25 binnen 6 maanden verleend. Bij de overige 4 aanvragen moesten er door de aanvrager aanvullende gegevens worden ingediend. Naast de verleende vergunningen zijn 18 meldingen t.a.v. art. 8.19 Wm (wijziging inrichting) en 57 meldingen t.a.v. art. 8.40 en 8.44 Wm (AmvB-meldingen) geaccepteerd. Aan 2 bedrijven zijn in 2006 nadere eisen opgelegd. In 2006 is begonnen met het treffen van voorbereidingen voor de omgevingsvergunning. Omdat in 2006 ook de werkzaamheden zijn gestart rondom de publieksbalie is besloten om eerst hierin te participeren en de structuur zoals voorgesteld in het “Operationeel ontwerp project publieksbalie” als randvoorwaarde mee te nemen om te komen tot de omgevingsvergunning. Handhaving In het kader van de bedrijfsgebonden3 controles zijn in 2006 165 integrale milieucontroles uitgevoerd. Er zijn 199 hercontroles uitgevoerd, het gaat om hercontroles door het hele jaar. Dit kunnen hercontroles zijn n.a.v. een integrale controle die in het vorige jaar is uitgevoerd. Ook kan naar aanleiding van een integrale controle een eerste, tweede en in het uiterste geval derde hercontrole plaatsvinden. Het gaat om overtredingen van diverse voorschriften. Naar aanleiding van 27 milieuklachten zijn milieucontroles uitgevoerd. De klachten kunnen als volgt worden onderverdeeld:
Soort klacht: Geluid Lucht/geur Stof Water Bodem Afval Overig Totaal
2001 9 10 4
2002 16 9 2
6
6
29
33
2003 34 9
43
2004 30 21
2005 47 31
2 6
1
7
2 3
66
84
2006 21 5 1
27
Net als andere jaren is een grote hoeveelheid klachten afkomstig van een kleine groep klagers en hebben de klachten betrekking op een beperkt aantal bedrijven. Uit de bedrijfsbezoeken is gebleken dat: 77 % van de gecontroleerde bedrijven de voorschriften voldoende tot goed naleeft (voldoet bij de 1e hercontrole). 20 % leeft de voorschriften redelijk na (voldoet bij de 2e hercontrole). 3 % voldoet slecht aan de vergunningsvoorschriften (meer dan 2 hercontroles noodzakelijk). In het kader van handhaving is 5 keer een last onder dwangsom opgelegd. Het sluiten van een inrichting is niet noodzakelijk gebleken.
3
Het gaat om milieucontroles: de relevante milieu-aspecten van een bedrijf worden gecontroleerd.
18
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Externe veiligheid: bedrijven Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) In 2004 is het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) van kracht geworden. Het Besluit externe veiligheid inrichtingen is van toepassing op LPG-tankstations, bedrijven waar een grote hoeveelheid gevaarlijke stoffen worden opgeslagen en bedrijven met grote ammoniakinstallaties. In het Besluit zijn veiligheidsnormen opgenomen voor deze bedrijven die een risico kunnen vormen voor personen buiten het bedrijfsterrein. Deze bedrijven verrichten soms risicovolle activiteiten dichtbij woningen en gebouwen waar veel mensen verblijven. Daardoor ontstaan risico's voor mensen die in de buurt ervan wonen of werken. Het Besluit wil die risico's beperken. Het verplicht gemeenten en provincies wettelijk vanaf oktober 2004 bij het verlenen van milieuvergunningen en het maken van ruimtelijke plannen rekening te houden met externe veiligheid. De gemeente dient namelijk bij milieuvergunning verlening en bij ruimtelijke plannen rekening te houden met grenswaarden en richtwaarden zoals deze zijn opgenomen in het Besluit externe veiligheid inrichtingen. Het Besluit heeft gevolgen voor bestaande bedrijven waarvoor de vergunning aangepast moet worden. Als gevolg van het Besluit gelden er strengere normen (afstandseisen) voor nieuwe bedrijven. Maar ook nieuwe woningbouwprojecten in de buurt van bedrijven die onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen vallen, krijgen te maken met strengere normen. Door de provincie is het Programma Brabant Veiliger (2004-2006, 2006-2010) opgesteld. Op basis van dit programma kunnen gemeenten deelnemen aan projecten en is er voor het uitvoeren van projecten op het gebied van externe veiligheid geld beschikbaar. In 2006 is voorgesteld om in het Land van Cuijk een regionale beleidsvisie externe veiligheid op te gaan stellen. De gemeente Boxmeer heeft in 2006 besloten zich hierbij aan te sluiten. Vanuit de programmafinanciering externe veiligheid van de provincie Noord-Brabant is er geld beschikbaar voor het opstellen van een beleidsvisie externe veiligheid. Het opstellen van het beleid wordt volledig gefinancierd uit deze programmafinanciering en is voor de gemeente budgetneutraal. Het project wordt getrokken door het RMB.
19
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
5.4 Wonen Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Stimuleren Duurzaam Bouwen. 2. Continueren afvalstoffenbeleid. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Duurzaam bouwen Een belangrijke mijlpaal betreft de ondertekening van het convenant Duurzaam Bouwen op 9 maart 2006. Als vervolg hierop zijn bij de afzonderlijke gemeenten implementatiebijeenkomsten gehouden. Sinds maart 2006 is de DUBO-website www.rmb.nl/dubo operationeel, met actuele informatie over Duurzaam Bouwen in de regio. Ook is de brochure “Gaat u bouwen? Doe het duurzaam!” opgesteld voor gemeenten. Deze brochure wordt verstrekt aan burgers die een bouwvergunning aanvragen.
In 2006 heeft voor wat betreft Duurzaam Bouwen vooral de nadruk gelegen op de voorfase. Dit wil zeggen dat in plannen de mogelijkheid wordt geboden om dubo-maatregelen mogelijk te maken, hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan noord-zuid verkaveling. Er is in 2006 drie maal een regionaal dubo-overleg georganiseerd en bijgewoond. Ondanks de vele inspanningen van het afgelopen jaar blijkt dat het convenant bij zowel gemeenten als corporaties nog niet voldoende tussen de oren zit. Bij gemeenten is nog weinig ervaring opgedaan met het convenant. Daarvoor zijn de volgende oorzaken: - Het convenant richt zich voornamelijk op grotere projecten en door de lange ontwikkelingstijd daarvan zijn nog niet veel in procedure gebracht. Bij de kleinere gemeenten komen dit soort grotere projecten sowieso weinig voor. - Door gebrek aan (gereserveerde) capaciteit bij voornamelijk bouwzaken is nog weinig tijd besteed aan het convenant. - Procedures en methodes zijn nog in ontwikkeling en daarmee moet nog ervaring worden opgedaan. Van deze drie oorzaken is vooral het gebrek aan capaciteit van belang. Om te voorkomen dat het convenant een papieren tijger wordt moet bij gemeenten voldoende tijd worden vrijgemaakt om de controletaken te kunnen uitvoeren. Bouw- en sloopvergunningen 2006 In 2006 zijn er 65 sloopvergunningen afgegeven en 8 sloopmeldingen gedaan. Er zijn 356 bouwvergunningen afgegeven.
20
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Afvalstoffenbeleid Bestuurscommissie Afvalinzameling Land van Cuijk en Boekel (BCA) De BCA is in 1988 opgericht door de gemeenten Boxmeer, Cuijk, Grave, Mill en St. Hubert en Sint Anthonis. In 2000 is de gemeente Boekel toegetreden. De BCA is verantwoordelijk voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen van de circa 100.000 inwoners in haar werkgebied. De werkzaamheden zijn voor een groot deel neergelegd bij het RMB. Het RMB adviseert de BCA, beheert de contracten, communiceert naar de burgers en voert het secretariaat. De samenstelling van de Bestuurscommissie Afvalinzameling Land van Cuijk en Boekel was in 2006 als volgt: - De heer P.C.M. Ketelaars (Boekel) - Mevrouw H.M.J. van den Brand – van Kempen (Boxmeer) - De heer J.J.P. Janssen (Cuijk) - De heer J.J.E. van Geest (Grave) - De heer C.J.M. van Genugten (Mill en St. Hubert) - De heer P.M.J.H. Bos (St. Anthonis) (voorzitter) De secretarisfunctie werd vervuld door dhr. M.B. van Rijn van het RMB. De BCA is in 2006 zes keer bij elkaar gekomen om te vergaderen. Dit was op de volgende data: 9 maart, 20 april, 16 mei, 22 juni, 28 september en 11 december. Twee weken voorafgaand aan de vergadering vond steeds een ambtelijk vooroverleg plaats. Daarnaast is er 2 keer een regionaal afvaloverleg georganiseerd en bijgewoond. Milieustraat Inwoners van het Land van Cuijk en de gemeente Boekel kunnen met hun grof huishoudelijk afval terecht op de milieustraat in Haps of op de mini-milieustraat in hun gemeente. De drukte op de milieustraat in Haps (fileproblematiek) was in 2006 beduidend lager dan in 2005. In 2006 was er driemaal sprake van files, in 2005 was dit ruim 15 maal. De verruiming van de openingstijden heeft tot een betere spreiding van het aantal aanbieders geleid. Beleid In 2006 is de Jaarrekening 2005 en de financiële analyse BCA (t.b.v. de Kadernota RMB) opgesteld. Daarnaast is het Afvaljaarverslag 2005 en het Afvaljaarprogramma 2007 opgesteld. Evaluatie afvalinzameling Op 31 december 2007 lopen de huidige grote contracten voor de afvalinzameling af. Dit betekent dat in 2007 opnieuw een bestek moet worden opgesteld. Halverwege 2005 is daarom gestart met een uitvoerige evaluatie van het huidige afvalinzamelingsysteem. Ook is een onderzoek uitgevoerd naar de kosten, milieuprestatie en het serviceniveau. De diverse onderdelen zijn verwerkt tot een voorstel voor een optimale afvalinzameling in het Land van Cuijk en Boekel. In het najaar van 2006 is het rapport gepresenteerd aan de gemeenteraden, op 11 december 2006 heeft de BCA het rapport definitief vastgesteld. Uit het onderzoek zijn de volgende conclusies naar voren gekomen: • De afvalinzameling in het Land van Cuijk en Boekel voldoet op de meeste punten aan de landelijke doelstellingen. • De inzameling van Klein Chemisch Afval (KCA) kan worden verbeterd.
21
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
• •
De afvalinzameling in het Land van Cuijk en Boekel is goedkoop in vergelijking met vergelijkbare gemeenten. De inwoners van het Land van Cuijk en Boekel zijn over het algemeen tevreden over de afvalinzameling.
De zes gemeenten in het Land van Cuijk en Boekel hebben op basis van het rapport en de conclusies besloten het huidige inzamelsysteem voor huishoudelijke afvalstoffen te handhaven. Eind 2006 is begonnen met de aanbestedingsprocedure 2007. Onderzoek kwaliteit tariefzakken In 2005 is door de BCA gesproken over de problemen met de kwaliteit van de tariefzak. De BCA heeft in haar vergadering van december 2005 besloten dat er een evaluatie naar de kwaliteit van de tariefzak moet plaatsvinden. TNO heeft opdracht gekregen om de kwaliteit van tariefzakken te testen. Dit onderzoek is in 2006 uitgevoerd. Het onderzoeksrapport is op te vragen. De tariefzakken voldoen niet aan alle kwaliteitseisen. Het contract is inmiddels opgezegd en met de nieuwe aanbestedingen zijn de aanbevelingen van het onderzoek meegenomen. Aanbesteding glasinzameling In 2006 is gestart met de aanbesteding van het glascontract. De BCA heeft, gelet op de huidige stand van zaken van het Besluit Verpakkingen, besloten de huidige overeenkomst voor een periode van zes maanden te verlengen, tot 1 juli 2007. Sorteeranalyse In opdracht van de BCA is in 2005 een sorteeranalyse uitgevoerd. Doel van de sorteeranalyse is om de samenstelling van het huishoudelijk restafval te bepalen. De resultaten van de analyse zijn door de BCA in 2006 vastgesteld. De analyse is onderdeel gaan uitmaken van het onderzoek naar de optimalisatie van de afvalinzameling. In onderstaand overzicht wordt weergegeven welke afvalstromen (en in welke mate) voorkomen in het huishoudelijk restafval. 35 30 25 20 15 10
22
Overig
WEB
KCA
Textiel
Ferro
Glas
Kunststof
0
Papier
5 GFT
%
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Evaluatie Luierinzameling In 2006 is een evaluatie naar de luierinzameling in het Land van Cuijk en Boekel uitgevoerd. In 2006 zijn 37 inzamellocaties ingericht waar in totaal ruim 660 ton luierafval is ingezameld. De gemeente Boxmeer heeft wat betreft de luierinzameling een zeer roerig jaar achter de rug. Eind september 2006 gaf de Kringloopwinkel Estafette aan dat zij op korte termijn moest stoppen met de luierinzameling. Samen met het RMB is meteen gestart met het zoeken naar een nieuwe inzamellocatie. De gemeentewerf werd ingericht als tijdelijke inzamellocatie. In oktober 2006 worden er meldingen gedaan van overvolle containers. Hier zijn zowel door het RMB als de gemeente zelf verschillende acties op ondernomen. Ook de Bakelgeert is vervolgens ingericht als tijdelijk inzamelpunt totdat er een geschikte nieuwe inzamellocatie is gevonden. Als gevolg van teveel klachten uit de buurt geeft vervolgens ook het Kinderdagverblijf ’t Kleine Zandkasteel aan per direct te stoppen met de inzameling van luiers. Ondertussen blijven er meldingen binnenkomen van restafval wat in de luiercontainers wordt gedeponeerd en luierzakken die in bedrijfsafvalcontainers worden gedeponeerd. Eind 2006 wordt aan de buitendienst van de gemeente gevraagd om een aantal weken de inzamelpunten te controleren. Er blijkt vooral een knelpunt te zijn op de Bakelgeert. De containers zijn na het weekend al overvol en worden pas op woensdagmiddag geleegd. Onderzoek naar het vaker legen van de luiercontainers geeft aan dat dit ongeveer € 12.000, - per jaar zal gaan kosten. De luierzakken worden volop naast de containers geplaatst. Bewoners wijken bij volle containers niet uit naar de gemeentewerf. Samen met het RMB is een brief opgesteld voor de peuterspeelzalen. Zij zijn gevraagd allen een luiercontainer te plaatsen om zo samen de inzamelcapaciteit in de gemeente Boxmeer te vergroten. Er is geen enkele peuterspeelzaal die een luiercontainer wil plaatsen. In april 2007 is besloten, n.a.v. de aanhoudende klachten om de luiercontainers op de Bakelgeert weg te halen. Naast klachten van omwonenden komen er ook reacties van medewerkers van de gemeente zelf: 6 luiercontainers gaf geen fraai beeld en enige geuroverlast. Met het oog op de komende zomer is i.o. het RMB besloten de containers weg te halen. Er is tot op heden nog steeds geen alternatieve locatie gevonden. De gemeentewerf geeft aan dat sinds het opheffen van het inzamelpunt op de Bakelgeert er veel meer gebruik wordt gemaakt van de inzamelcapaciteit op de werf. Inmiddels is de inzamelcapaciteit op de gemeentewerf dan ook vergroot en staan hier twee luiercontainers van 5000 liter. Communicatieplan 2005-2007 Bij het uitvoeren van het vastgestelde afvalbeleid en het verkrijgen van draagvlak bij de burger is communicatie van groot belang. Om dit belang te onderstrepen is een communicatieplan opgesteld voor de periode 2005-2007. Hierin zijn zowel reguliere taken als projecten opgenomen. Reguliere taken zijn bijvoorbeeld de afvalwijzer en afvalinformatielijn, een voorbeeld van een project is het scholenproject afval. De afvalwijzer is in 2006 geoptimaliseerd. De dienstverlening naar de burger is verbeterd door digitale klachtenformulieren op de website van de BCA te plaatsen. Voor de handhavings23
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
activiteiten is een nieuwe informatiekaart ontwikkeld, deze kan ook worden toegepast op enerzijds de groene container en de tariefzak. In 2006 is er lesmateriaal voor oud- en nieuwkomers opgesteld dat gebruikt wordt door het ROC in Cuijk en Boxmeer. Ook zijn er diverse scholenexcursies naar de milieustraat georganiseerd. Daarnaast is het Scholenproject uitgevoerd met 10 enthousiaste scholen, is er een folder ontwikkeld die wordt verspreid aan bewoners die illegale afval dumpingen willen melden. In 2006 is ook het logo voor de BCA ontwikkeld:
Zwerfafval: Plan van Aanpak zwerfafval In 2004 is gestart met het opstellen van een Plan van Aanpak voor zwerfafval. Hiervoor is gebruik gemaakt van SAM-subsidie van SenterNovem. Het Plan van Aanpak, dat is opgesteld in samenwerking met Adviesbureau BECO, is in juni 2005 vastgesteld door de BCA. Het plan is (onder andere) gebaseerd op een 0-meting van zwerfafval in de regio. Met deze nulmeting zijn een aantal ‘hotspots’ en doelgroepen geformuleerd, waarop de aanpak zich moet richten. De aanpak heeft betrekking op zowel voorzieningen, communicatie als handhaving. In het Plan van Aanpak wordt onderscheid gemaakt tussen regionale en gemeentelijke acties. De regionale acties worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de BCA. De gemeentelijke acties voeren de gemeenten zelf uit. Deze acties zijn in de meeste gemeenten dan ook vastgesteld in de gemeenteraad. In 2006 is de 1-meting uitgevoerd. Handhaving van de afvalstoffenverordening In december 2005 is gestart met het project Handhaving van de afvalstoffenverordening. Dit project vloeit deels voort uit het Plan van Aanpak zwerfafval. Hieruit bleek dat er behoefte bestaat aan meer handhavingscapaciteit voor met name illegale dumpingen. Er is besloten om een regionale Buitengewoon Opsporings Ambtenaar (BOA) in te zetten op afvalzaken. De inzet van deze BOA en de organisatie daaromheen wordt geregeld in het project Handhaving van de afvalstoffenverordening. In 2006 is uitvoering gegeven van handhavingsactiviteiten. Door ziekte van de BOA is de uitvoering niet optimaal geweest. Overeenkomst Stichting Actief Al een aantal jaren voert de Stichting Actief werkzaamheden uit voor de BCA. De stichting haalt koel- en vrieskasten en herbruikbare goederen bij inwoners van het Land van Cuijk en Boekel. Ook beheert Stichting Actief de GFT-containers en zet deze uit in de regio. Daarnaast stimuleert de stichting hergebruik van goederen en kleding, wat bijdraagt aan een vermindering van afval. Voor deze diensten ontvangt Stichting Actief jaarlijks een vergoeding van de BCA. Landelijke ontwikkelingen Over afval is in 2006 veel te doen geweest. In de pers verschenen regelmatig berichten over zwerfafval en verpakkingen. De belangrijkste ontwikkelingen en de gevolgen voor het Land van Cuijk en Boekel worden hier kort toegelicht.
24
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
- Verpakkingenbeleid Voor de afvalinzameling in het Land van Cuijk en de gemeente Boekel kan de ontwikkeling rondom het verpakkingenbeleid grote gevolgen hebben. De VNG streeft naar een collectieve afspraak met het bedrijfsleven over de kosten voor het inzamelen van het huishoudelijk afval uit verpakkingen. De VNG zet in op een kostendekkende vergoeding voor gemeenten. De VNG vindt dat het bedrijfsleven een substantiële bijdrage moet leveren aan het opruimen van zwerfafval. Zowel over het verpakkingsafval als over het zwerfafval moet overeenstemming worden bereikt. Voor de VNG zijn de beide dossiers gekoppeld. Middels een ledenraadpleging (VNG) heeft de BCA haar steun uitgesproken voor deze aanpak. De VNG heeft staatssecretaris Van Geel (Milieu) in december 2006 gevraagd om op korte termijn de dossiers te bespreken. Op dit moment wordt echter nog onderhandeld over de uitvoering van het beleid en de verantwoordelijkheden. Tot die tijd zijn de gevolgen voor de gemeenten niet duidelijk. - Integrale aanpak zwerfafval De staatssecretaris heeft eind oktober 2006 een programma voor de aanpak van zwerfafval naar de Tweede kamer gestuurd. Dit 'impulsprogramma' is door het ministerie opgesteld na overleg met de VNG en VNO-NCW. Het bedrijfsleven, het ministerie van VROM en de VNG kwamen medio 2006 tot overeenstemming over een impulsfase van drie jaar (2007-2009). Deze impulsfase omvat drie concrete uitvoeringscomponenten, te weten ‘preventie en innovatie’, ‘handhaving’ en ‘slim en efficiënt opruimen’. De mogelijkheden van het Impulsprogramma zwerfafval voor de BCA Afvalinzameling Land van Cuijk en Boekel worden in 2007 nader bestudeerd. - Wit- en bruingoed In 2006 is de landelijke inzamelstructuur voor afgedankte elektrische en elektronische apparaten gewijzigd. Vanaf 1 mei 2006 wordt de inzameling van wit en bruingoed (WEB) uitgevoerd door Midwaste, onder de vlag van NVMP (stichting Nederlandse Verwijdering Metalektro Producten). De inzamelmiddelen worden aan de BCA ter beschikking gesteld.
25
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Ingezamelde hoeveelheden In onderstaande tabel zijn de ingezamelde hoeveelheden van de belangrijkste componenten huishoudelijk afval weergegeven. Zowel de totale hoeveelheid als de hoeveelheden per inwoner is weergegeven. De ingezamelde hoeveelheden zijn afgezet tegen de hoeveelheden van voorgaande jaren. 2001 Oud papier gemiddeld per inwoner
2002
2003
2004
2005
2.724.695 2.499.630 2.484.000 2.582.000 2.638.431 94,24 86,46 84,82 87,90 90,36
2006
norm (kg)
2.582.780 88,45
90
Glas gemiddeld per inwoner
772.000 26,70
716.000 25,42
799.000 27,28
774.000 26,34
700.843 24,00
724.000 24,79
23
Textiel gemiddeld per inwoner
129.480 4,48
126.382 4,37
132.000 4,51
135.128 4,60
123.819 4,24
129.602 4,44
5
Huishoudelijk restafval gemiddeld per inwoner
2.594.000 2.636.000 2.514.000 2.363.000 2.216.515 89,72 91,18 85,85 80,38 75,91
2.247.000 76,95
173
G.F.T. gemiddeld per inwoner
4.646.000 5.016.000 6.104.000 5.348.000 5.148.419 161,00 174,00 186,00 182,00 176,32
5.029.000 172,23
125
32.000 1,1
2
K.C.A. gemiddeld per inwoner
42.447 1,47
37.000 1,28
41.800 1,42
29.642 1,01
30.237 1,04
Analyse Door het ministerie van VROM zijn in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP) scheidingsdoelstellingen geformuleerd. Deze doelstellingen gelden als na te streven normen voor 2006. De doelstellingen zijn in de bovenstaande tabel weergegeven als “norm”. De ingezamelde hoeveelheden afval zijn getoetst aan de LAP-doelstellingen. Voor alle deelstromen geldt dat de norm een minimale hoeveelheid aangeeft. Uitzondering hierop is de norm voor restafval, deze geeft de maximaal in te zamelen hoeveelheid aan. Aan de landelijke doelstelling voor de inzameling van glas, restafval en GFT wordt voldaan. De ingezamelde hoeveelheid oud papier is in 2006 wat afgenomen. Boxmeer komt met 4,44 kg textiel nog steeds niet aan de norm. Of de landelijke doelstelling van 5 kg per inwoner ook echt haalbaar is valt nu nog niet te beoordelen. Een gedeelte van de ingezamelde hoeveelheid textiel zal nooit zichtbaar worden voor gemeenten, omdat kleding zonder “wegen” via kringloopbedrijven en markten een tweede leven krijgen. De ingezamelde hoeveelheid KCA is ook in 2006 minimaal toegenomen. De vraag blijft of de LAP-doelstelling van 2 kg per inwoner haalbaar is in het Land van Cuijk en Boekel. Een aantal producten valt niet meer onder KCA. Daarnaast ontstaan steeds meer alternatieven voor KCAproducten waardoor er minder KCA ontstaat, terwijl ook consumenten kritischer inkopen.
26
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
5.5 Groen Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Continueren mechanische onkruidbestrijding. 2. Uitvoering geven aan het groenbeheerplan en het bomenplan. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Bomenplan De gemeente Boxmeer beschikt over circa 21.500 bomen, waarvan circa 12.000 bomen langs buitenwegen. Deze aantallen zijn gelijk gebleven. Daarnaast zijn 77 ha houtachtige gewassen aanwezig zoals bosplantsoen, heesters, bodembedekkers, hagen en rozen en 0,25 ha kruidachtige gewassen zoals vaste planten en wisselbeplanting. In 2007 komen er nieuwe gegevens beschikbaar. Groenbeheerplan Volgens het vastgestelde Groenbeheerplan is in 2006 het onderhoud van het openbaar groen op basis van het beeldkwaliteitplan uitgevoerd. De resultaten zijn bevredigend: de beeldkwaliteit voor 2006 is gehaald en de kwaliteit blijft ook constanter dan met een frequentiebestek. Mechanische onkruidbestrijding Vanaf 2004 worden de bermen in onze gemeente niet meer gemaaid en afgevoerd, maar geklepeld. Zoals in het voorgaande milieujaarverslag al is opgemerkt, is nu al de eenzijdige ontwikkeling van de berm waarneembaar. Ook neemt de grasgroei door vermesting toe en zal de berm, om de verkeersveiligheid te waarborgen, eerder dan voorheen afgedraaid moeten worden. In 2006 is overgestapt naar een ander aannemer. Het is deze aannemer niet gelukt om volgens het vooraf afgesproken beeldbestek te werken, vandaar dat besloten is om in 2007 weer over te stappen naar de oude aannemer. Bossen De gemeente is eigenaar van ongeveer 750 ha bos. In het kader van de provinciale Regeling Geïntegreerd Bosbeheer is voor de periode 2000 tot 2010 het Bosbeleids- en beheersplan gemeente Boxmeer opgesteld. Net als in voorgaande jaren heeft dit plan in 2006 de basis gevormd voor het beheer van de gemeentebossen van Boxmeer. Het werkplan 2006 voor de bossen is volledig uitgevoerd. In 2006 heeft geen houtoogst plaats gevonden om het bos een jaar rust te geven.
27
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
6.
Algemeen
Voor 2006 waren de volgende doelstellingen geformuleerd: 1. Verzamelen en toegankelijk maken van milieugegevens in een milieuloket. 2. Integrale milieutoets inbrengen in het begin van de planprocedure. 3. Integrale vergunningverlening en handhaving. 4. Prioriteren milieu-educatie en milieucommunicatie aan burgers. 5. Milieuvoorlichting is een continu proces waaraan ook in 2006 uitvoering wordt gegeven. De volgende resultaten zijn in 2006 behaald: Verzamelen en toegankelijk maken van milieugegevens in een milieuloket In 2006 zijn de beschikbare milieugegevens geïnventariseerd. In 2007 wordt een plan van aanpak gemaakt om de gegevens beschikbaar te maken in één milieuloket. Hierbij zullen ook gegevens worden betrokken die te maken hebben met de omgevingsvergunning. Inbrengen milieutoets De milieutoets zal nog meer vooraan in de planvorming moeten worden ingebracht. Dit zal een verandering van werkwijze tot gevolg hebben. Dit betekent dat de afdeling RO zich deze werkwijze eigen moet maken. In 2006 is nog geen begin gemaakt met het opstellen van een werkwijze zodat de milieutoets aan het begin van het planproces wordt uitgevoerd. Dit is doorgeschoven naar 2007 en 2008. Wel is er het afgelopen jaar veel aandacht besteed aan het integraal werken op de afdeling RO door de huidige werkwijze kritisch te bekijken en te komen tot aanpassingen. Dit zal in 2007 en 2008 verder uitgewerkt worden. Integrale vergunningverlening en handhaving Vergunningverlening en handhaving zijn wettelijke taken van de gemeente. Hieraan wordt dan ook het grootste deel van de uren besteed. De milieutechnische beoordeling van de milieuvergunningen en milieumeldingen vindt plaats door het RMB. De milieucontroles worden uitgevoerd door het RMB. De werkwijze ten behoeve van de verschillende vergunningverleningprocessen worden gestroomlijnd en er wordt een plan van aanpak opgesteld om de vergunningverlening zo veel mogelijk integraal te maken. Hierbij zal het proces van de omgevingsvergunning zoals deze door de rijksoverheid is ingezet zeer nauwlettend gevolgd worden. Ook op het gebied van milieuhandhaving wordt gekeken hoe controles integraal uitgevoerd kunnen worden. In 2006 is bekeken in hoeverre het mogelijk is om milieucontroles te combineren met controles op het gebied van andere beleidsvelden. Lokale Agenda 21 De Lokale Agenda 21 betekent in onze gemeente het, in samenspraak met lokale groepen en organisaties, werken aan een duurzame gemeente in de 21e eeuw. Dit sluit aan bij het gemeentelijk beleid ten aanzien van bestuurlijke vernieuwing: participatie van de bevolking. De Lokale Agenda 21 bestond in 2006 in onze gemeente uit de werkgroepen: 1. De werkgroep Landschappelijke Ontwikkeling Lokale Agenda 21. 2. De werkgroep Stedelijke Ontwikkeling Lokale Agenda 21. De werkgroepen brengen gevraagd en ongevraagd advies uit over de ontwikkeling van de gemeente ten aanzien van natuur en landschap, energie, afval, internationale samenwerking, enz. Actuele vraagstukken worden in samenhang met hun ecologische, economische en sociale aspecten bezien: bevorderen van duurzaamheid. De werkgroepen kunnen daarnaast ook altijd ongevraagd advies uitbrengen aan het college over zaken die de werkgroepen belangrijk vinden. 28
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Werkgroep LA21 Landschappelijke ontwikkeling De werkgroep Landschappelijke Ontwikkeling heeft zich de afgelopen jaren met name beziggehouden met het project de Oeffeltse Raam. Halverwege 2006 is de werkgroep opgeheven. Belangrijkste reden hiervoor was dat het enthousiasme was afgenomen en men eigenlijk de doelstelling had behaald (realisatie van de Oeffeltse Raam). Daarnaast focuste de werkgroep zich meer op doe-activiteiten dan op het beoordelen van duurzaamheid. De oud-leden worden nog steeds afzonderlijk betrokken bij projecten binnen de gemeente. Werkgroep LA21 Stedelijke ontwikkeling In 2006 is de werkgroep Stedelijke Ontwikkeling 3 keer bij elkaar geweest. De volgende onderwerpen zijn besproken in de werkgroep: - Voorontwerp bestemmingsplan Boxmeer Centrum - Voorontwerp bestemmingsplan Sterckwijck - Milieujaarverslag 2004 - Milieujaarverslag 2005 - Milieu-uitvoeringsprogramma 2007 Ook is in 2006 een wervingsactie opgestart voor het werven van nieuwe leden. Inmiddels bestaat de werkgroep uit 7 leden. Milieu-educatie, milieucommunicatie en milieuvoorlichting Natuur- en milieu-educatie (NME) Op het gebied van NME zijn ook in 2006 veel activiteiten georganiseerd. Naast projecten op het gebied van zwerfafval (paragraaf 5.4) is in 2006 ook veel ondernomen op het gebied van natuur en landschap. Met een jaarlijkse gemeentelijke subsidie is o.a. IVN in staat om veel leuke en educatieve projecten op te starten. In 2006 waren dat: - Educatie basisscholen: i.s.m. Boer & Groen heeft IVN de Maasvallei een lespakket “De Heg” gemaakt in opdracht van de Stichting Heg en Landschap (SHL). Scholen kunnen op de website van SHL lessen downloaden. - Schoolgidsenwerkgroep IVN. De schoolgidsenwerkgroep heeft in 2006 op 14 scholen haar projecten aangeboden. Voor de verschillende basisschoolgroepen zijn er verschillende projecten beschikbaar: het Kabouterpad, de Bodem nader bekeken, Vruchten en zaden in de Maasheggen, enz. - Educatie Oeffeltse Raam - NK Maasheggenvlechten - Groene Markt in Oeffelt - Ontwikkeling van een struinpad Beugen-Maas-Maasheggen in het kader van het project Leesbaar Landschap. Naast bovenstaande projecten is in 2006 ook deelgenomen aan de jaarlijkse boomfeestdag en zijn artikelen met betrekking tot milieu-onderwerpen gepubliceerd in het Boxmeers Weekblad. Boomfeestdag Op woensdag 22 maart 2006 is de jaarlijkse boomfeestdag gevierd. Het thema van deze boomfeestdag was “bomen & spelen”. In 2006 heeft de Stichting Heg- en Landschap samen met IVN De Maasvallei een lespakket “De Heg” ontwikkeld. Dit lespakket sluit aan op de leefomgeving bij het Maasheggengebied. Het lespakket is samengesteld voor de groepen 4, 5 en 6. Onderdeel van dit lespakket is het planten van een stukje heg. In overleg met De Stichting 29
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
Heg- en Landschap en IVN De Maasvallei is besloten de heggen te planten tijdens de boomfeestdag op 22 maart 2006. Na het planten op de boomfeestdag kunnen de kinderen de door hun geplante heg nog eens bezoeken. De gemeente Boxmeer had in 2006 helaas zelf geen locaties beschikbaar om bomen en/of struiken te planten met de kinderen. Natuurlijk konden scholen ook, zoals voorgaande jaren, lesmateriaal ter waarde van € 50 voor de activiteiten op de eigen school rondom de boomfeestdag bestellen. Milieucommunicatie Binnen het thema milieucommunicatie zijn twee bijeenkomsten gehouden met de contactambtenaren milieucommunicatie & duurzaamheid. Het RMB ondersteunt tevens namens de aangesloten gemeenten het platform NME & primair onderwijs. Dit platform is in 2006 twee keer bij elkaar geweest. Het RMB heeft in dit kader meegewerkt aan de losbladige brochure “Natuur- en milieu-educatie Noord-Brabant” met informatie over de verschillende IVN en NME centra en het NME aanbod voor scholen. Verder heeft het RMB ook de jaarlijkse NME activiteitenkalender verzorgd. Deze worden via de leden van het platform verspreid naar de scholen. Artikelenserie In 2006 zijn maandelijks artikelen op de gemeentepagina van het Boxmeers Weekblad verschenen. De onderwerpen van de artikelen waren onder andere: - Alvast een fijne vakantie, over duurzame vakanties; - Nattigheid bij het zwemmen, over de kwaliteit van het zwemwater; - Subsidie op roetfilters diesels tijdelijk verhoogd; - Fietsen naar je werk: waarom zou je?; - Gaat u bouwen? Doe het duurzaam!; - “Nacht van de nacht, zet de duisternis in het zonnetje”, landelijke actie; - Energiebesparen, ook in de winter; - Minder biologische producten in de supermarkt; - Luchtkwaliteit staat op de tocht.
30
Milieujaarverslag 2006 gemeente Boxmeer
7.
Conclusie milieu-uitvoeringsprogramma 2006
Begin 2006 is de vacature voor beleidsmedewerker milieu en water op de afdeling ruimtelijke ontwikkeling ingevuld. Veel van de doelstellingen uit het milieu-uitvoeringsprogramma van 2006 zijn in 2006 gerealiseerd. De bodemkwaliteitskaart is door het college in 2006 vastgesteld en er is een asbestprotocol opgesteld. Verder is een begin gemaakt met het opstellen van een waterplan voor de gemeente Boxmeer en gestart met de gebiedsprocessen water. Ook is een nieuw regionaal verkeersmodel opgesteld en zijn de werkzaamheden m.b.t. de reconstructie in volle gang. Qua afvalinzameling heeft 2006 in het teken gestaan van een evaluatie van de afvalinzameling in het Land van Cuijk en Boekel. Een aantal doelstellingen zijn vanwege tijdgebrek of landelijke ontwikkelingen niet gerealiseerd en zijn doorgeschoven naar 2007 en 2008. Te denken valt aan het opstellen van een luchtkwaliteitskaart en de nieuwe geurwet.
31