"Mijnheer, gebouw 22 bestaat niet meer!" Op 23 september 1997 vertrek ik voor mijn dertiende zending naar Albuquerque, New Mexico. Op 3 oktober, na een zeer geslaagde trip, zowel op professioneel als op privévlak, land ik terug op Zaventem. Daar wacht mij een eerder onaangename verrassing, of beter gezegd, een onaangename 'ver-assing'. Je zou voor minder bijgelovig worden... 23 september 1997, vlucht SN539 (OO-SCY, A340-300) naar Chicago: de 'maître de cabine' vraagt zich zeker af waarom men mij een BC-seat1 gegeven heeft; ik zit immers zowat de hele vlucht tot bij de landing in Chicago vooraan op de jumpseat in de cockpit bij Cpt Gauthier Trémouroux en F/O Ward Dobbels. Gauthier had ik vroeger in de geheimen van de Flight Management systemen ingewijd; Ward kende ik vanop de schoolbanken, toen ik nog les gaf aan de Burgerluchtvaartschool2. Gezellig weerziens en dito babbel; de Atlantische Oceaan lijkt ons plots een heel stuk smaller; Labrador heelwat kleiner... Een MD-81 van Delta brengt me van Chicago op 2,5 uren naar Albuquerque; na een zeer vlotte en productieve werkweek (we hebben het ooit wel anders meegemaakt...), en aangezien de weersvoorspellingen voor de volgende dagen ronduit schitterend zijn, gun ik mezelf een weekendje in het zuiden van de staat Utah. Ik besluit op zoek te gaan naar mijn hart in het Arches National Park en Canyonlands National Park; had het daar bij een vorig bezoek verloren... Twee dagen later, op maandagochtend dus, na nog een ommetje langs Mesa Verde (Colorado), en met zowat 1000 mijlen (ca. 1600 kilometer) meer op de teller van mijn huurauto, ben ik terug op de werkvloer.
Weergaloos natuurgeweld in het zuiden van Utah: Arches National Park (links) en Canyonlands National Park (rechts).
Van 30 september tot 2 oktober pik ik nog even de jaarlijkse "SITA Aircom Users Meeting" in Atlanta mee, een internationaal forum/congres met air-ground datalink specialisten. Ook weer een interessant en gezellig weerziens met vele oudbekenden. Datalinkverbindingen per radio/satelliet tussen vliegtuigen op de grond of in de lucht met alle gronddiensten van de luchtvaartmaatschappij, overal ter wereld, zijn al jarenlang mijn ‘ding’. Het zou bovendien mijn volgende groot project voor Sabena worden, en dat wist ik toen al. Het is dus in opperbeste stemming dat ik op 2 oktober 1997 s'avonds aan boord stap van de Lockheed L-1011 Tristar van Delta die me vlotjes terug naar huis gaat brengen. Ondanks een zeer comfortabele plaats in 'first-class', een lekkere maaltijd en een driedubbele rode porto, mijn magische truc om aan boord te kunnen slapen, doe ik geen oog toe gedurende de ganse vlucht. Een slecht voorteken?
1
: BC = business-class : de Burgerluchtvaartschool was de voorloper van wat later de Belgian Aviation School (BAS), en nog later de Sabena Flight Academy (SFA) zou worden.
2
Paul HOPFF - T.SE.REI
1
April 2002
Een vreemde mannenstem. Zaventem, vrijdag 3 oktober 1997, 08:30 uur: met mijn bagagekarretje sta ik in de aankomsthal en wil ik Kathy, mijn secretaresse, oproepen om haar te vragen mij even met de wagen te komen ophalen. In plaats van haar stem, krijg ik een voor mij totaal onbekende mannenstem aan de telefoon. Met de beste wil van de wereld herken ik geen enkele van mijn medewerkers hierin. "Hallo mijnheer, ben ik met toestel 4027 verbonden?" "Neen mijnheer, het is hier de centrale." "Ja maar; hoe komt dat; ik had toch extensie 4027 gevormd?" Zou de jetlag zo hard toegeslagen hebben dat mijn vingertjes al niet meer de juiste toetsen van een telefoonklavier kunnen vinden? De stem aan de andere kant wordt ongeduldig. "Wie wenst U te spreken, mijnheer?" "Mevrouw Vandenbrande, secretaresse Avionics Engineering in gebouw 22." "Dat zal niet gaan, mijnheer: gebouw 22 bestaat niet meer!" "Euhh.....Wablief?"
Weergaloze puinhoop: Zaventem, 3 oktober 1997. "Mijnheer, gebouw 22 bestaat niet meer!"
Krijg ik nu ook al hallucinaties? Dat heb ik nog nooit eerder meegemaakt! Mijn correspondent wordt op zijn beurt ook al hoe langer hoe ongeduldiger: "Mijnheer wie bent U, en wat wilt U eigenlijk? "Ik ben Paul Hopff, manager Avionics Engineering, bel vanop de luchthaven, ben juist vanuit Atlanta toegekomen, heb mijn kantoor in gebouw 22, en ik wil alleen maar mijn secretaresse aan de telefoon krijgen."
Paul HOPFF - T.SE.REI
2
April 2002
Dat maakt indruk! Heelwat vriendelijker, bijna met een krop in de keel, krijg ik een meer gedetailleerde toelichting: "Mijnheer, vannacht heeft een brand het gebouw 22 volledig verwoest; er blijft praktisch niets meer van over." Van een donderslag bij heldere hemel gesproken! Gebouw 22 huist mijn bureel en mijn volledige afdeling! Nauwelijks bekomen van de eerste emotie vraag ik snel of er slachtoffers gevallen zijn. Dit bleek gelukkig niet het geval: de twee permanenties van de dienst AOG3 die s’nachts op post waren, en die de brand trouwens als eersten vaststelden, konden bijtijds het gebouw verlaten. Een kortsluiting in een defecte inpakmachine zou de oorzaak van de brand zijn geweest. Aangezien het ganse gebouw nagenoeg verlaten was, en het branddetectiesysteem blijkbaar gefaald had, werd de brand te laat opgemerkt, en was er nadien geen blussen meer aan. Er was eens... gebouw 22! Met knikkende knieën loop ik achter mijn bagagekarretje langs het oude vrachtgebouw, richting gebouw 22, of liever, wat ervan overblijft. De man aan de telefoon had niet overdreven: behalve enkele rechtopstaande geblakerde buitenmuren restte er alleen nog een smeulende puinhoop, het volmaakt prototype van de perfecte nachtmerrie! Ruim 17.000 vierkante meter kantoor- en opslagruimte4 waren volledig in rook en vlammen opgegaan. Brandweerploegen waren nog volop aan het nablussen. Op de parking naast het gebouw staat een enkele wagen: de mijne! De dag dat ik op zending vertrok was ik iets later dan gewoonlijk toegekomen; door plaatsgebrek kon ik mijn wagen niet, zoals gebruikelijk, tegen gebouw 22 parkeren, maar wel vlakbij tegenover het gebouw. Het verschil? Nu was hij gewoon "dubbeldoorbakken", anders was hij "geflambeerd" geweest! Hij had het inderdaad behoorlijk warm gehad: de plexi-lampkappen achteraan waren half gesmolten, en heb ik moeten laten vervangen. Nog een geluk dat de drukregelaar van de vloeibare zuurstoftank van Air Liquide, die naast mijn wagen stond, perfect gewerkt heeft... Aan een van de hoeken van het gebouw vind ik de meeste van mijn medewerkers: een hoopje doffe ellende. Kathy staat stilletjes te wenen; de anderen kunnen maar met moeite hun emoties verbijten. Enkelen konden het niet langer aanzien, en zijn al terug naar huis gekeerd. Ongelukkig genoeg zitten er ook een paar onheilsprofeten bij die luidop verkondigen dat dit het einde is; dat we het voortaan best kunnen vergeten; dat Technics zal moeten sluiten; je weet wel, Swissair enzo... Gelukkig, en dat wist ik al vanuit mijn studententijd, blijf ik in stress- en ongewone situaties Mijn "dubbeldoorbakken" wagen: hij heeft het warm gehad... de kalmte zelf. Bij lastige Let op de tank van Air Liquide vlak ernaast.! examens kon dat wel eens nuttig zijn... Dus dan maar de "aalmoezeniers-functie" op "ON" zetten, en kijken of we de aanwezigen kunnen kalmeren en een beetje moed inspreken. Dat blijkt wonderwel te lukken, maar, tiens, waar zijn nu onze grote managers die altijd de mond vol hebben over 'coaching' of 'begeleiding van de werknemers'? In geen velden of wegen te bespeuren... Sabena-tradities worden hardnekkig gerespecteerd! 3 4
: AOG = Aircraft On Ground; een dienst die voor de bevoorrading van essentiële wisselstukken instaat. : Gebouw 22 was 120 meter lang en 72 meter breed, gelijkvloers + 1e verdieping.
Paul HOPFF - T.SE.REI
3
April 2002
Daar staan we dan, als onvrijwillige bezitters van de ultieme "paperless office". Enig probleempje: er is ook geen "office" meer! Alles zijn wij kwijt: we zouden niets, maar dan ook echt niets, kunnen redden. Dat belooft! Zes maanden geleden had ik de afdeling Avionics Engineering van mijn voorganger geërfd; was nog volop aan het inwerken; was sowieso ook geconfronteerd met circa 120 jaar professionele ervaring die binnen de zes maanden het bedrijf zou verlaten (als gevolg van pensioenen en pre-pensioenen) en vervangen moest worden; en, als spreekwoordelijke kers op de taart, nu dit nog! Mijn ingeboren en behoorlijk hardnekkig optimisme zal me van pas komen...
Dit was ooit "Avionics Engineering". De hoogte van onze burelen is gereduceerd tot ongeveer... 0 centimeter.
Met de stellige belofte dat ik iedereen tijdens het week-end persoonlijk thuis zal opbellen om de planning voor de volgende dagen door te geven, stuur ik mijn medewerkers naar huis. Jean-Claude Vanhee geeft me een lift heen en weer naar Edegem om de reserve-sleutel van mijn wagen op te halen, want, je hebt het al geraden, mijn autosleutel is ook in de brand gebleven. Terug in Zaventem, loop ik mijn baas, Erik Moyson, Director of Engineering, tegen het lijf. Erik heeft niet stilgezeten en is al volop op zoek naar lokalen om zijn afdeling (150 mensen!) te kunnen onderbrengen. Tezamen gaan we de eerste verdieping van Gebouw 23 inspecteren; die wordt op dat moment niet gebruikt. Ook het gelijkvloers van Gebouw 11 staat gedeeltelijk leeg. Alles bij mekaar is het klein, maar we rekenen uit dat het moet kunnen, alleszins toch voor de volgende weken. Als volleerde 'squatters' leggen we meteen beslag op de genoemde lokalen, dit wil zeggen, we informeren de CEO van onze zojuist genomen beslissing; de omgekeerde wereld dus. Nood breekt wet. Daarna gaan we op zoek naar meubilair. In Sabena House vinden we een partij versleten tafels en stoelen van een oude refter. Dit, tezamen met een aantal aftandse bureaus die zo te zien nog dateren vanuit het koloniaal tijdperk, moet volstaan om enkele weken te kamperen. We zouden ons hiermee twee maanden moeten behelpen, maar dat wisten we toen nog niet. Erik weet dat ik pas van Atlanta terugben, en staat erop dat ik toch maar even naar huis zou gaan. We spreken af dat ik in de late namiddag terugkom voor een andere crisisvergadering. Ik moet trouwens nog naar de Rijkswacht want ook mijn autopapieren zijn tot as herleidt. Thuis gekomen bel ik mijn echtgenote op die in het ziekenhuis werkt: uiteraard had ze het nieuws al via de radio vernomen. Ze had een bang voorgevoel, dat ik haar, helaas, alleen maar kan bevestigen. “Een loods met vliegtuigonderdelen.” In de pers is Sabena weer ‘headline news’. Hofnar Patrick du Bois, officiëel Secretaris-Generaal van de maatschappij, laat de kans niet liggen om zich binnen Technics, en zeker binnen Engineering, nog wat onpopulairder te maken. Ik noem hem steeds de ‘hofnar’ omdat hij de gewoonte heeft om altijd rond de voorzitter te dansen en te huppelen, en om de haverklap luchtvaart- en andere onzin uit te kramen. Velen zien in hem ook de ‘gezant van Laeken’ binnen de Sabena-directie. Het verschil met een echte hofnar? Bij hem is het ernst, en niemand die er nog om kan lachen5... Zonder blikken of blozen verklaart hij dat de afgebrande loods enkel vliegtuigonderdelen bevatte, goed verzekerd was, en dat dit alles geen weerslag op de operaties zal hebben. 5
: Ook bij het faillissement van Sabena heeft dhr du Bois zich laten opmerken door bijzonder merkwaardige en tot mislukken gedoemde initiatieven. Paul HOPFF - T.SE.REI
4
April 2002
Bij mijn weten zijn vliegtuigonderdelen6 kapitaalgoederen: ben je ze kwijt, dan bestel je ze gewoon opnieuw, je betaalt de rekening, en de kous is af. Echt geen groot probleem als alles goed verzekerd is. Gebouw 22 bevatte echter het volledig technisch archief van de firma, geduldig opgebouwd gedurende ettelijke decennia! Noem het gerust het collectieve papieren geheugen van de maatschappij. Alleen al in mijn afdeling, zijn we circa 650 lopende meter waardevol archiefmateriaal kwijtgespeeld. DAT is het echte drama, maar ga dit maar eens aan een wereldvreemde hofnar uitleggen! Vliegtuigen zijn letterlijk waardeloos zonder historische gegevens. Jaren later zouden we hieraan nog quasi dagelijks herinnerd worden, onder meer bij het faillissement van Sabena toen alle vliegtuigen aan hun eigenaars moesten worden teruggegeven... Waren er dan geen back-ups? Helaas niet; hiervoor was er al jarenlang geen geld geweest... Voor de 23 mensen in mijn dienst beschikten we over juistgeteld 5 PC’s; twee hiervan waren aangesloten op een netwerk. Gelukkig hadden we een haast ziekelijke neiging om van alle uitgaande documenten eerder teveel dan te weinig exemplaren te verdelen. Hierdoor hebben we toch heelwat kunnen heropbouwen, maar het heeft jaren geduurd. Studies, dossiers, projectinfo, testresultaten waren echter onherroepelijk verloren... "En nu rechtstreeks over naar onze reporter ter plaatse." (VTM Avondnieuws, 3/10/1997)
Na de brand was er plotseling WEL geld voor informatica en electronische documentatiesystemen; zo zie je maar dat alles ook een positieve kant heeft!
Erik weet van aanpakken! 16:00 uur: crisisvergadering, en voor een keer gaan we geen crisis maken, maar proberen er een op te lossen! Erik is erin geslaagd om de basis voor een heropstart te leggen. Zelfs de traditioneel lome informatica-afdeling doet haar duit in het zakje: vanaf maandag zullen we op ons luxemeubilair telefoons, fax en een aantal PC’s vinden! Tezamen met onze collega’s van Material Management en de dienst Quality, die ook letterlijk in zak en as zitten, besluiten we dat iedereen op maandagochtend terug aan de slag kan. Laatstgenoemde diensten hebben een voorlopig onderkomen in Loods 8 gevonden. Hilde Burie, Human Resources verantwoordelijke van de ganse Sabena groep, zou later dikwijls verklaren dat ze op Sabena veel laagtes en hoogtes had meegemaakt. Het feit dat een brand die meer dan 300 mensen dakloos maakt, zonder één enkele dag technische werkloosheid kon overmeesterd worden, noemde ze gewoon een uniek gegeven en de meest fantastische ervaring uit haar ganse carrière! Waarmee nog eens aangetoond werd dat Sabena groot kon zijn in moeilijke tijden. Waarom dan niet elke dag, in feite? Ik heb ondertussen 28 uren niet geslapen; het begint moeilijk te worden om de ogen open te houden. Erik stelt voor dat we allemaal gedurende het week-end rustig thuis blijven om na te denken over wat ons verder te doen staat, en plant geen meetings tot maandag; een wijs besluit. Op zondag bel ik al mijn medewerkers op met de raad om maar vroeg te gaan slapen: vanaf morgen ligt er immers heelwat werk op de plank!
6
: De meeste onderdelen waren in feite eigendom van Boeing, die in Brussel bij Sabena een ‘Consignment Store’ had. Die werd nooit heropgebouwd, omdat nauwelijks een maand later Sabena niet minder dan 34... Airbus-vliegtuigen bestelde!
Paul HOPFF - T.SE.REI
5
April 2002
Maandag 6 oktober 1997: “business (almost) as usual”. Maandagochtend vliegen we er allemaal daadwerkelijk terug in. Het is wel even wennen, maar met veel goede wil komt de zaak stilletjesaan terug op gang. Merkwaardig genoeg zijn het de “anciens”, normaal gezien diegenen waar je toch vooral op rekent in moeilijke omstandigheden, die er de meeste problemen mee schijnen te hebben. Na de brand heb ik een totaal andere kijk op mijn medewerkers gekregen: sommigen hebben me lichtjes ontgoocheld; vele anderen daarentegen hebben een ongelooflijke slagkracht, zin voor initiatief en wilskracht getoond. Blijkbaar ‘overnight’ gehard en gegroeid door dit profesionele trauma. En eerlijk toegegeven, het waren niet altijd diegenen van wie ik dat het eerst verwachtte... En zie, zelfs onze ‘hofnar’ gaat nog gelijk krijgen ook: geen enkele vlucht zou vertraging oplopen ten gevolge van de brand! Het ging zeker niet zonder moeite: met veel inzettingsvermogen en inventiviteit kwam het evenwel in orde. Achteraf hebben we van deze prestatie spijt gekregen: het bleek voor sommigen binnen de directie een aanwijzing te zijn dat Technics Engineering niet echt noodzakelijk was voor de goede gang van zaken binnen het bedrijf... Van gezonde motivatie gesproken! Epiloog. Op zaterdag 6 december 1997 worden onze nieuwe meubels geleverd, maar hierdoor zitten we nog meer dan voordien als sardientjes in een blik. Merkwaardig dat dit niet tot meer spanningen in de groep leidt. Voor de grap heb ik ongezien in elk bureau een pakje speculaas gelegd; de volgende jaren zou iedereen, tot mijn stomme verbazing, verwachten dat ik die Sinterklaasgeste telkens weer zou overdoen! Voor mij geen probleem; het zijn per slot van rekening dit soort kleine dingen die de sfeer op de werkvloer in grote mate bepalen. Stilletjesaan worden onze nieuwe kantoren ingericht. Het wordt hoog tijd. Mijn groep moet evenwel nog wachten tot oktober 1998 eer het zover is, maar het resultaat, waar we overigens in grote mate zelf voor gezorgd hebben, mag gezien worden, althans naar Sabena-normen toe.
Paul HOPFF - T.SE.REI
6
April 2002
Avionics Engineering "new-look": moderne 'landscaping'. Alleen de chef en zijn assistente zijn te gevaarlijk; die worden in een apart hok gestopt!
Gemiddeld eenmaal per maand zie je op de televisie beelden van een bedrijf dat in lichterlaaie staat. Voor de meeste mensen een ‘ver van mijn bed’ show, maar wij weten ondertussen wel beter: het kan jezelf ook overkomen, en dan zeker nog totaal onverwachts. Ook voor brandoefeningen hebben we heelwat meer belangstelling en respect gekregen... Achteraf gezien, en dan bedoel ik vele jaren later, was het een zeer stresserende en toch ook interessante ervaring, maar eerlijk gezegd, ik zou ze mijn grootste vijand, moest ik die al gehad hebben, nooit kunnen toewensen! Paul Hopff
Paul HOPFF - T.SE.REI
7
April 2002