mijn energieboekje e i g r e n e r o o Ik kom op v
Eerste deel
I k ontdek het belang van energie
I k ko m o p ie voor e n e rg
is een pedagogisch dossier dat kinderen van 9 tot 14 jaar uitnodigt om het belang van energie te ontdekken en actie te ondernemen om onze planeet te beschermen.
Getest in 35 klassen, aangevuld met ideeën en raadgevingen van leerkrachten en begeleiders die deze klassen begeleidden, herlezen door inspecteurs van zowel het lager als het secundair onderwijs… dit dossier werd opgemaakt in samenwerking met vele partners. Een welgemeende dankjewel allemaal!
Dit project wordt mede gefinancierd door de Europese Unie (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling) in het kader van het programma INTERREG IIIC.
Auteurs : Roxane Keunings voor Leefmilieu Brussel / BIM – Fabrice Lesceu voor Coren Illustraties : Benoit Lacroix Grafisch ontwerp : Marmelade Verantwoordelijke uitgevers : J.-P. Hannequart en E. Schamp – Gulledelle 100 – 1200 Brussel Wettelijk depot : D/5762/2005/7 Gedrukt op gerecycleerd papier
Welkom
ld e r e w e r e d n o w e in d van
e n e rg i e
In het eerste deel van dit boekje wordt basiskennis over energie verworven. Wat is energie? Energiebronnen sinds de prehistorie Waar komt elektriciteit vandaan? Hoe wordt een huis verwarmd? Waarom minder energie verbruiken? Verbruik, energiebronnen, broeikaseffect, uitputting van energiebronnen,… al deze begrippen zullen geen geheimen meer hebben voor jou! Je zal klaar zijn om het belangrijkste deel van dit project aan te vatten.
Deel 1
g n a l e b t e h k e Ik ontd va n e n e rg i e
5
ie
De mens en energ
11
lijkse leven
ge Energie in het da
29
rgie verbruiken?
ne Waarom minder e
41
lossingen
p Vooropgestelde o
!
e i g r e n e n De mens e 1 Mijn lichaam en energie
6
2 Korte geschiedenis van de energie
7
3 Verschillende vormen van energie
8
4 Hernieuwbare en niet-hernieuwbare energie
9
10
5 Wat moeten we onthouden?
1 Mijn lichaam en
energie?
“Vandaag bruis ik van energie”... “Ik weet niet wat het is, maar ik voel me futloos...” Energie is zo sterk aanwezig in ons leven dat we in de omgangstaal veel uitdrukkingen gebruiken die daarnaar verwijzen! Ken jij er ook? Schrijf ze hierna op of vind er enkele uit!
Om te leven verbruikt je lichaam voortdurend energie. Die energie haalt het uit een BRON, om die vervolgens OM TE ZETTEN in een ACTIE. Er bestaan verschillende bronnen en acties, net zoals er verschillende delen van je lichaam zijn die instaan voor de omzetting van energie.
Teken je lichaam en sommige organen die belangrijk zijn bij de omzetting van energie, en vervolledig de pagina vervolgens met voorbeelden van bronnen en acties die in je opkomen.
Bronnen van mijn energie
Acties
Ik
2 Korte geschiedenis van de
energie
In de loop der tijden heeft de mens machines uitgevonden en bedacht om de energie in de natuur te benutten. Net zoals het menselijk lichaam putten die machines energie uit een bron om die vervolgens in een actie om te zetten.
or drie o v n e g beeldin tijdperken f a e i r D llende verschi
Wat zijn voor elk van de drie volgende activiteiten de grote uitvindingen die het gebruik van energie in een stroomversnelling hebben gebracht? En waar haalden die machines hun energie vandaan om te kunnen functioneren? Gebruik de afbeeldingen…
Om zich te verplaatsen Uitvindingen Energiebron
.............. .............. .............. ..............
.............. .............. .............. ..............
Om licht te maken Uitvindingen Energiebron
.............. .............. .............. ..............
.............. .............. .............. ..............
Om zich te verwarmen Uitvindingen Energiebron
.............. .............. .............. ..............
.............. .............. .............. ..............
3 Verschillende vormen van
energie
De geschiedenis van de energie toont ons dat er veel verschillende energiebronnen bestaan. Afhankelijk van die bron, worden verschillende namen gegeven aan energie.
Verbind met elke energiebron de officiële naam van de energie die ermee overeenstemt.
Bronnen
Energievorm
Bronnen
kernenergie O fossiele energie O
de wind
planten
waterkracht O energie uit biomassa O
de zon
steenkool, aardolie en aardgas
windenergie O spierkracht O
de mens of dieren
het water
zonne-energie O
radioactief materiaal
it? Wist je d
(steenkool, rgiebronnen e n e le ie ss Fo maire olie) zijn pri rd a a n e s a aardg nder het n die men o grondstoffe rden vindt. Ze we k la rv e p p o aard ormd geleden gev n re ja n e n miljoe alen (hout, ische materi n a rg o it u n a v ren) bladeren, die
4
Hernieuwbare
energie
en niet-hernieuwbare energie bruikte de mens Welk soort energie ge Hernieuwbare of vooral in het verleden? gie? niet-hernieuwbare ener
Energie wordt in twee categorieën verdeeld:
a Energie waarvan de bronnen zullen verdwijnen
....................
omwille van hun beperkte voorraad op aarde: niet–hernieuwbare energie Energie waarvan de bronnen steeds beschikbaar zijn omdat de natuur ze voortdurend hernieuwt: hernieuwbare energie
a
En nu?
....................
Ga terug naar de tekening hierboven en probeer de 7 verschillende energievormen in de juiste tabel te plaatsen:
Wist
............ ............
je di t?
Tot in de 15 de e nieuw bare e euw maakt nergie de me de wi bronn ns geb nd en e ruik va n d ieren. zoals aan e nh hout, Steen en pla w k a ool ve aterva ertsje. D chine rovert llen, e uitv rond 1 geleid inding 800 lu tijdpe elij van de idt he rk in. t begi stoom k Het is revolu n m o v aok he an he tie. W t begi t stee e moe ste oli n van nkoolten w eput e de ind achten n tot 1 ustrië Op dit tot 18 960 v le mome 59 vo o o r n or de de ee bare e t gebr rste ke eeruiken nergie we vo rncent bronn onze b oral n en: di rales. evoor i e e t-hern zijn go rading ieuwed vo . or 90% van
Niet-hernieuwbare energie
Belang
Hernieuwbare energie
st
In % v van energi e an het verbru in de wereld ik in 2 001
eenk 23.3% ool
aardga
s 21.2%
and
ere (hout, 11.6% w afval, w ater, ind) Bron:
«L’éne
nuclea
ir 6.9%
aardol
rgie ! to
ie 35%
ut com
prend
re en
un clin
d’œil»
. Editio
n Play
Bac
De mens
5
en
energie:
uden o h t n o e w n wat moete
We maken een onderscheid tussen twee vormen van energie: de . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
energie en de
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . energie. Vroeger gebruikte men . . . . . . . . . . . . . . . . . . . energiebronnen, zoals hout, water, wind en de kracht van mens en dier. Sinds
de
industriële
revolutie
in
1800
begonnen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . brandstoffen (steenkool, aardgas en aardolie) en later kernenergie beetje bij beetje de plaats in te nemen van hernieuwbare energie. Tegenwoordig gebruikt de mens hoofdzakelijk niethernieuwbare energiebronnen: ze vertegenwoordigen
. . . . . . . van onze bevoorrading.
10
t e h n i e i g r e En n e v e l e s k j i l e dag 1 Energieverbruik vandaag
12
2 Onze energiefactuur
14
3 Energie om zich te verplaatsen
16
Operatie “uitstap”
4 Energie om zich te verwarmen
Operatie “thermometer”
5 Energie om onze elektrische apparaten te laten werken
19
23
Operatie “Aanzetten tot uitzetten… de juiste reflex!”
6 Wat moeten we onthouden?
27
11
Energieverbruik Vandaag de
1
12
vandaag
dag worden
we omringd d
oor energie.
Stel met be hulp van he t tekenplaa waarbij ene tje de lijst m rgie wordt g et activiteit ebruikt. Ma en op activiteiten ak daarbij o op school, th nderscheid uis en in de tussen stad.
Op school
Thui
s
In de st ad
Wist je dit? Je kunt het zelf ook zien: we verbruiken veel energie. We hebben berekend dat een inwoner van een land als België ongeveer 15 x meer verbruikt dan 200 jaar geleden en 3 x meer dan in 1960.
1800
1960
2005 13
2 Onze
energiefactuur
De energiefactu ur van een gezi n kan ons veel over de belang leren, meer be rijste verbruiksp paald osten van ener gie.
Zichier de belangrijkste verbruiksposten van energie voor een Brussels gezin Activiteit
Aandeel in de totale factuur
zich verwarmen
.....................
1/3
zich verplaatsen
.....................
1/3
de elektrische apparaten laten werken. een warm bad nemen. koken.
......
1/6
.................
1/10
....................
licht maken. andere.
..........................
............................
1/25 1/50 1/100
Kun je op basis van deze gegevens de legende aanvullen van de grafiek “De energiefactuur van een Brussels gezin”?
Wist je dit?
est variabele variëren dus per gezin. De me ze en, eld idd gem om r hie t Het gaa plaatsingsbudget Wallonië bijvoorbeeld is het ver van allemaal is verplaatsing. In ot! Waarom zou dat zijn? van een gezin twee keer zo gro
14
De energiefactuur van een Brussels gezin Totaal bedrag = 1700 euro per jaar in 2004 Legende ................ ................ ................ ................ ................ ................
Wist je d it?
................
De energie factuur van een school anders. Ze is heel bestaat uit 2 posten: d voor stooko e kosten lie of gas (f ossiele ene voornameli rg ie jk om zich te verwarm voor elektr en) en iciteit. Maa r in tegenst thuis wordt elling tot de elektricit eit vooral g voor de verl ebruikt ichting (me er dan 80 % de elektricit van eitsfactuur) .
De energie factuur va n
fossiele en ergie
een schoo
Verder in dit hoofdstuk gaan we het uitgebreid hebben over de drie belangrijkste energieposten:
l in %
(vooral vo or de verwar ming)
Energie om zich te verplaatsen Energie om zich te verwarmen
84%
Energie om onze elektrische apparaten te laten werken. Welk verband bestaat er tussen de temperatuur in je kamer en de olievoorraden, tussen op een schakelaar drukken en een kerncentrale laten werken? Laat ons dit verder gaan ontdekken
elektricite
it (vooral vo or de verlichting) 1
•••
6% 15
3 Energieom
zich te verplaatsen
Een auto, bus of vliegtuig haalt zijn energie uit brandstof, zoals benzine, diesel, gas of stookolie. Maar ken je ook de weg die energie aflegt alvorens ze die voertuigen laat vooruitgaan?
Duid voor elke illustratie van het brandstoftraject aan met welke fase ze overeenstemt. Maar zoek eerst de definitie van de volgende termen op in het woordenboek: Oliepijpleiding: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Gaspijpleiding : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Methaantanker: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Olieraffinage: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vloeibaar maken van een gas: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verbranding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het “brandstoftraject” Nu kan je aan elke illustratie de passende naam geven Olieraffinage, transport, ontginning van aardolie en gas, aankoop door de particulier, verbranding, vloeibaar maken van gas, transport
dit? e j t Wis en op
rijd n metro de Trams e r . Hie is it e it ic r t taal elek n dus to e t e k ie terug energ vindt die Je . s r e d an er untje ov in het p iteit. elektric
16
Operatie “uitstap”
bruikt r e v n e nem zich met “De bus n a d e i nerg minder e erplaatsen.” nv met de de wage doen we n te zijn us! zeker va met de b … Om daar p ta s it een u hele klas
Onze uitstap Als je veel geluk hebt en echt op excursie mag vertrekken (naar het park, het museum, …), moet je die uitstap organiseren: waar naartoe, wat bezoeken we, welke bus nemen we daar naartoe, nemen we een lunchpakket mee, wie stelt de vragen aan de chauffeur, wie telt de personen in de bus?
Heb je niet het geluk om dat “in het echt” te beleven, bedenk dan allemaal samen een “virtuele” uitstap. Raam de afstanden met behulp van een kaart, zoek de buslijnen op die je kan nemen, schat het aantal personen in een bus….
Onze busreis Plaats van vertrek
Plaats van aankomst
Aantal personen in de bus
De chauffeur geeft ons informatie over:
Het aantal km dat we afleggen: .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . km Het verbruik van de bus: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . liter/ 100 km
Om de hele afstand af te leggen verbruikt de bus dus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . liter
17
Als alle mensen in de bus hun eigen wagen genomen hadden om die enkele kilometers af te leggen, hoeveel liter brandstof zouden ze dan verbruikt hebben? 1- Hoeveel liter brandstof heeft een auto nodig om hetzelfde aantal kilometers als jullie te rijden?
Wist je dit? Een auto verbruikt gemiddeld 6 liter brandstof per 100 km. Om 1 km te rijden heeft hij dus 0.06 liter brandstof nodig. Antwoord:
. . . . . . . . . . . liter
2- Hoeveel liter brandstof hebben alle auto’s samen verbruikt? (een auto per passagier in de bus!) Antwoord:
. . . . . . . . . . . liter
We vergelijken Hoeveel liter brandstof werd verbruikt door de bus : Hoeveel liter brandstof werd verbruikt door de . . . . De auto’s verbruiken ongeveer
. . . .
Ben je er nu van overtuigd: «de bus nemen verbruikt
. . . . . . . . liter auto’s om iedereen te vervoeren:
. . . . liter
keer meer liter brandstof dan de bus!
minder energie dan zich met de wagen verplaatsen» ?
Zich verplaatsen per wagen, moto, bus, vliegtuig,… verbruikt brandstof en dus energie! Als je minder energie wil gebruiken om je te verplaatsen, ga dan te voet, per fiets of met het openbaar vervoer!
18
Energie
om zich te verwarmen
4
Stookolie en aardgas zijn de twee me om woninge est gebruikte n te verwarm brandstoffen en. Stookolie is een afgele id product geproducee van petrole rd door de um: het wo ra ffinage van benzine of rdt petroleum, diesel die g net zoals ebruikt wo rden voor v oertuigen. Gas en stoo kolie volgen dus hetzelfd het vorige h e energietra oofdstuk . He ject als dat in t enige vers “thuis” word ch il is dat deze en geleverd brandstoffen , in plaats va n aan een b enzinestatio n.
Stookolie: levering per vrachtwagen
Als je koude handen hebt en je een kommetje warme chocomelk vasthoudt, wat gebeurt er dan? Welk effect heeft de warmte van het kommetje op je handen?
.................... en de chocolade, blijft die even warm?
....................
Aardgas: gasleidingen tot thuis
Wist je dit? Hoe werkt een centrale verwarming? De warmte (thermische energie) in de warme chocolade gaat door het kommetje over naar je handen: je handen worden warm terwijl de chocolade afkoelt. De verwarming bij jou thuis werkt volgens hetzelfde principe. Warm water (zoals de warme chocolade) stroomt in de radiator (die de rol van kommetje vervult) en geeft warmte aan de lucht (zoals met je handen). De temperatuur in de kamer stijgt. Het water dat in de radiatoren stroomt, wordt opgewarmd in de verwarmingsketel via brandend gas of brandende stookolie. Tussen de verwarmingsketel en de radiator lopen er “geïsoleerde” buizen: zo blijft de warmte van het water in de buizen. In de verwarmingsketel en radiator daarentegen zijn ze niet geïsoleerd. Daar maken ze veel bochten om zoveel mogelijk contact te maken met de te verwarmen lucht of het te verwarmen water. Zo kan er een maximum aan warmte worden uitgewisseld! 19
Geïsoleerde buizen gevuld met warm water
Waar het dus allemaal op neerkomt, is warmte-uitwisseling. Duid op dit schema de plaatsen aan waar warmte wordt uitgewisseld. Geef met een pijl de richting van de warmte aan: X geeft zijn warmte aan Y X Y
Radiator, groot contactoppervlak
Brandend gas of brandende stookolie We schetsen even een situatie: Paul en Isabelle maken hun huiswerk in hun kamer. Paul heeft een lieve grootmoeder die voor hem wollen truien breit. Hij heeft niet veel verwarming nodig en de kraan van de radiator in zijn kamer staat op stand 1. Isabelle loopt echter liever in een t-shirt met korte mouwtjes rond dat ze deze zomer kocht en dat ze ook in de winter draagt. Om niet te rillen van de kou zet ze de radiatorkraan op 4.
Hieronder het schema van de verwarmingsinstallaties in het huis van Isabelle en Paul. Kan je de grootte van de vlammen in de verwarmingsinstallaties voorstellen? Waar zullen ze het grootst zijn, bij Isabelle of bij Paul?
Bij Paul
Bij Isabelle
Wist je dit? De ideale temperatuur voor een klaslokaal of een woonkamer thuis (salon, keuken, enz.) is 20°C. Dit komt overeen met positie 3 op de thermostatische kraan van een radiator. Voor een slaapkamer is een temperatuur tussen 16°C en 18°C aangeraden.
En 1 graad minder in een kamer komt overeen met een besparing van 7% op de verwarming!!! 20
Operatie “thermometer”
De ideale temperatuur 20°C is de ideale temperatuur in een klas. Maar welke temperatuur is het in jouw klas? En ’s nachts en tijdens de weekends, gaat de temperatuur dan naar omlaag of blijft de verwarming aan staan en nutteloos energie verbruiken? Voer een operatie Temperatuur in uw klas gedurende een volledige week om een antwoord te geven op die vragen. Daarvoor moet je gebruikmaken van een speciale thermometer: de minimum/maximum thermometer. Die meet de temperatuur zoals een normale thermometer en onthoudt bovendien de laagste temperatuur en de hoogste temperatuur die in het lokaal werd vastgesteld voordat opnieuw op de centrale knop van de thermometer wordt gedrukt.
1 Onze metingen Noteer de metingen elke dag van de week, plus de maandag van de daarop volgende week. Nadat je de metingen hebt genoteerd, mag je niet vergeten om opnieuw op de centrale knop te drukken (wanneer je dat gedaan hebt, plaats je een kruisje in de kolom ”terugstellen”)
TABEL VAN DE TEMPERATUREN minimum T°
huidige T°
maximum T°
terugstellen
Maandag
.................................
.................................
.................................
.................................
Dinsdag
.................................
.................................
.................................
.................................
Woensdag
.................................
.................................
.................................
.................................
Donderdag
.................................
.................................
.................................
.................................
Vrijdag
.................................
.................................
.................................
.................................
Maandag
.................................
.................................
.................................
.................................
21
2 Toepassing van de meetresultaten
Welke temperatuur is het gemiddeld in jouw klas tijdens een lesdag? Ligt die lager of hoger dan de “ide-
ale” temperatuur van 20°C? .......................................................................................................... .......................................................................................................... Moet er iets ondernomen worden om de temperatuur tijdens de lesuren te verbeteren?
.......................................................................................................... ..........................................................................................................
Zo ja, wat stel je voor?
.......................................................................................................... .......................................................................................................... Gaat de temperatuur ’s nachts naar omlaag? En tijdens het weekend?
.......................................................................................................... ..........................................................................................................
Zo neen, wat kan je daaraan doen?
.......................................................................................................... .......................................................................................................... Was het bijzonder koud of warm weer tijdens de meetweek? Moeten de metingen worden overgedaan
om kenmerkend te zijn voor een normale week? .......................................................................................................... ..........................................................................................................
22
5
Energie
om onze elektrische apparaten
te laten werken
nen: we rgiebron e n e e ir a zijn prim eval met energie iet het g n rn e is k it f o D natuur. Fossiele rug in de te e z n e aden, vind itsvoorr e . it it ic e r it t ic k elektr rlijke ele n natuu e e g aakt. n a den gem r o Er besta w t e ron. eit mo energieb e ir a d elektricit n u mde sec zogenaa n e e is t He
de turbine
Elektriciteit wordt opgewekt wanneer we een schijf met magneten snel laten draaien (de rotor) in een stator die bestaat uit spoelen in koperdraad. Om de rotor te laten draaien, wordt een turbine gebruikt. Om elektriciteit te produceren, moet er dus een middel worden gevonden om de turbine te laten draaien.
de rotor
de stator
Kijk goed naar de turbine. Doet ze je niet aan iets denken? Met welke energie zou ze kunnen draaien? Geef er 3.
Denk nu aan een snelkookpan waar stoom uitkomt. Wat zou er gebeuren als we een turbine plaatsten op de weg van de stoom?
1
...........................
2
...........................
3
........................... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................... ........................ 23
De drie meest gebruikte
middelen om elektriciteit
te produceren zijn
water stoom Watercentrales gebruiken de kracht van water dat naar beneden valt (van een dam) om de turbine te laten draaien. Warmtecentrales gebruiken de warmte afkomstig van de verbranding van gas of aardolie om stoom te produceren en zo de turbine te laten draaien.
de wind
Kerncentrales gebruiken de warmte afkomstig van de nucleaire reactie om stoom te produceren en zo de turbine te laten draaien. Windmolens gebruiken de kracht van de wind om de turbine te laten draaien.
In 2003 werd de produ ctie van elektriciteit in België op de volgende manier verde eld: 56% door kerncentral es, 40,5% door warm tecentrales en de rest - ofwel 3,5% - via hernieuwbare en ergiebronnen.
Gebruik deze cijfers om de volgende grafiek aan te vullen. Energiebronnen voor de productie van elektriciteit in Belgi ë
(gegevens 2003)
energie energie
dit? e j t s Wis ymodu
tand-b aat in s sbediening r a p p a Een tand t t de afs niet me (dat me eschakeld en g itg ruikt no wordt u f”-knop) verb of de “on/ ktriciteit! teele dat een ld steeds e e b r o r in de bijvo e 22 uu elekd n Wist je e r u d ie ge meer levisie d wordt gezet, de urende nd waaksta rbruikt dan ged t... ve kijk triciteit er naar je t a d r !!! twee uu dus uitsparen n is Afzette
energie
24
charbon 23.3%
Operatie “Aanzetten tot uitzetten… de juiste reflex!”
Zoals je gezien hebt, is elektriciteit een secundaire energie: ze wordt vervaardigd op basis van een
andere energiebron. In België gebeurt dit hoofdzakelijk in thermische centrales. Maar in die centrales wordt slechts 1/3 van de basisenergie in elektriciteit omgezet, de rest gaat verloren in de vorm van warmte. De elektriciteit wordt vervolgens naar onze huizen vervoerd, maar ook tijdens dat transport gaat een deel (10%) daarvan verloren.
energie bij het vertrek
bruikbare energie
Vervolledig de volgende zin op basis van de bovenstaande tekening: Om thuis 9 eenheden energie te verbruiken in de vorm van elektriciteit, zijn oorspronkelijk ....…. eenheden energie nodig, want er zijn ....…. eenheden verloren gegaan in de vorm van warmte in de thermische centrale en ....…. eenheden zijn verloren gegaan tijdens het vervoer.
el belangrijk om Daarom is het he
geen elektriciteit
te verspillen.
25
Het voorbeeld van de televisie is veelzeggend. Wanneer je de televisie in de waakstand laat staan, kan die meer verbruiken dan wanneer je ernaar kijkt! En dat geldt ook voor een heleboel andere apparaten. Er kan gemakkelijk een hoop elektriciteitsverspilling vermeden worden, je moet er alleen maar aan denken... Vertel je ideeën door, zoek een maximum aan mogelijkheden om “apparaten af te zetten” in je dagelijkse leven. Noteer die hier en stuur een kopie met je adresgegevens naar Leefmilieu Brussel, Dienst Duurzaam Verbruik, 100 Gulledelle te 1200 Brussel en elk van jullie ontvangt een exemplaar van de fluo armband: “Aanzetten tot uitzetten”
“Aanzetten tot uitzetten”: Onze ideeën
................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... ...................................................................................................................................................
26
6 Energie
in het
dagelijkse leven:
Wat moeten we on en retenir uthouden Ce qu’il fa
Dit zijn de vijf belangrijkste energieposten van een gezin, in dalende volgorde:
ex aequo verwarming en transport 1 3 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 productie van warm water 5 koken O p school zijn energieposten.
..............
en . . . . . . . . . . . . . . . de belangrijkste
Het openbaar vervoer verbruikt minder energie dan wagens. Voor een uitstapje van . . . . . . km, bedroeg de brandstofbesparing . . . . . . liter. De ideale temperatuur in een klas of in een zithoek bedraagt . . . . . . °C terwijl die in een slaapkamer of in een gang . . . . . . ° C bedraagt. De elektriciteit van een Brussels huis wordt voor . . . . . . % geproduceerd door kerncentrales, voor . . . . . . % door fossiele energieën en . . . . . . % via hernieuwbare energieën. Een apparaat in . . . . . . . . . . . . . . lijkt uitgeschakeld te zijn, maar blijft eigenlijk elektriciteit verbruiken.
27
28
r e d n i m m Waaro ? n e k i u r b r e v Energie 1 Wat ik ervan denk?
30
2 Fossiele en kernenergie
31
3 Broeikaseffect
33
4 Vormen van vervuiling
35
5 Wat moeten we onthouden?
39
29
Wat ik ervan
denk
1
Waarom moeten wij minder energie verbruiken? Praat er samen over en noteer al de redenen die jou echt belangrijk lijken:
............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................ ............................................................................................................................................................
30
Fossiele en
kernenergie
2
We gebruiken deze soorten ene rgie al sinds de 19de eeuw. Tegenw oordig wordt 90 % van de verbruikte energie in de wereld gep roduceerd op basis van die ene rgiebronnen. Maar hoeveel blijft er nog ove r? Hoe lang gaan we ze nog kun nen gebruiken zoals we dat vandaag doen?
Het is aan jou om dat uit te zoeken aan de hand van de gegevens die je hieronder vindt. Wij geven je het wereldverbru ik van die energievormen voor een heel jaar, alsook de gekende resterende hoeveelhe den. Het is aan jou om uit te zoe ken hoe lang we ze op deze manier nog kunnen verbruike n.
Jaarlijks wereldverbruik
aardolie
3.5 miljard ton
steenkool
2.2 miljard ton
gas
2 200 miljard m³
uranium
50 000 ton
Resterende hoeveelheden
Aantal jaar
140 miljard ton 506 miljard ton 154 000 miljard m³ 4 000 000 ton is Michel, Actes Sud Junior / CEA: Franse
Bronnen: “L’energie à petits pas”, Franço
geven je , s r e f ij c Deze omvang e d r e v eo een ide and kan met m r de maar nie ggen wannee ze llen precisie eput zu nten g it u n e voorrad hillende eleme rsc zijn. Ve rbij een rol, dit hie ons spelen . Kun je tting ie r d l a itpu zijn er ie de u d f o n bare zegge hernieuw n t ie n lle van orten zu en? o s ie g r ene rtrag n of ve e ll e n s r ve kruisje Zet een e kolom. ist in de ju
Versnelting de uitputt
openbare instantie voor energieonderzoek.
of vertraaegnt?
d van de voorra
De bevolking groeit: in 1820 waren we met 1 miljard, in 1925 met 2 miljard en in 2000 met 6 miljard. Hoeveel mensen zullen er zijn binnen 50 jaar? Autoconstructeurs brengen auto’s op de markt die minder benzine verbruiken De markt van de hernieuwbare energie is in volle ontwikkeling
31
en fossiele Hoe dan ook, op een dag zal er ge meest gebruikte of kernenergie meer beschikbaar zijn. De energiebronnen zullen zeldzaam worden. Wat zullen de gevolgen hiervan zijn voor de prijs van energie?
............................................................. Zullen we zoveel kunnen blijven verbruiken?
.............................
Als de fossiele of kernenergie op is, zullen we dan totaal geen energie meer hebben?
............................................................. Welke energie zullen we gebruiken om aan onze behoeften tegemoet te komen?
............................................................. En wat met het politieke, economische en sociale evenwicht van de planeet?
............................................................. ............................................................. .............................................................
it? d e j t Wis
oit rgie zal o Kernene aar de raken, m t u p e g it u ervan gevaren grootste zijn: l van et afva -h heel ales dat kerncentr lijft; ioactief b lang rad de o’s voor - de risic et eid en h gezondh geval. ij een on b u ie il m
wordt er niet meer ons land. Zonder energie van ng rki we e ed go de r en economische Energie is essentieel voo er; zonder energie is er ge me el nd ha en ge er is rd, ducee ter wereld. Landen met gebouwd, niet meer gepro nergie vind je niet overal ne ker en le sie fos van en offer worden van groei meer. De bronn ig worden ofwel het slacht cht ma el he el ofw s du het geval met dergelijke bronnen zullen nen willen. Dat was reeds ron ieb erg en e dez r ove le de contro . oorlogen omdat anderen e Staten betrokken waren weit, Irak en de Verenigd Koe ij arb wa , og orl lfo Go de en kopen, geen energie meer kunn n de lan e arm len zul en n stijgen Anderzijds zullen de prijze elen. er zullen kunnen ontwikk nd waardoor ze zich nog mi 32
3
Broeikaseffect
2.1 Wat is het broeikaseffect? In België hebben onze landbouwers serres nodig om mooie druiven te kweken, in het zuiden van Frankrijk zijn die overbodig..
Waarom?
... .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ......... t een serre? . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Waarvoor dien
....................................
............
Een serre houdt de warmte van de zon vast. Zo heeft ook de aarde een serre om de warmte van de zon vast te houden. Maar die bestaat niet uit glas, maar uit gassen. Die gassen houden een deel van de warmte van de zon vast en verhinderen dat die warmte terug de ruimte in gaat. Het broeikaseffect is een natuurlijk fenomeen. Dankzij de gaslaag in de atmosfeer, die werkt als serre, bedraagt de gemiddelde temperatuur op aarde +15°C. Zonder die laag zou de temperatuur zakken tot -18°C en zou er geen leven op aarde mogelijk zijn.
2.2 Groeiend broeikaseffect 80% van de verbruikte energie in de wereld wordt geproduceerd op basis van fossiele energie. Aardolie, gas en steenkool zijn brandstoffen: door te branden geven ze niet alleen veel energie af in de vorm van warmte, maar ook veel koolzuurgas (CO2)… een broeikasgas. Omdat we fossiele energie verbruiken, komen er grote hoeveelheden CO2 in de atmosfeer terecht. Dit zorgt ervoor dat de laag met “broeikasgassen” steeds dichter wordt en steeds meer zonnestralen tegenhoudt… De temperatuur op aarde gaat dus stijgen.
Bron: «Energy book», FEE-project, De Stadwinkel
33
2.3 Klimaatveranderingen ke effecten heeft Als de temperatuur op aarde stijgt, wel Weet je meer dit dan op het klimaat in het algemeen?
hierover?
Wist je dit?
In februa ri 2005 g ing het P van Kyoto rotocol officieel v an kracht. dit protoc Via ol wil me n de uitsto van broeik ot asgassen in industr landen m iële et 5,2% v e rm inderen tegen 20 12. Het w erd in 19 opgericht 97 door 38 la nden. In 2 hebben 1 005 41 landen het proto onderteke col al nd. België verbindt ertoe zijn zich CO2-uitsto ot met 7,5 te vermin % deren ten opzichte het refere van ntiejaar 1 990.
34
Sinds 1850 steeg de temperatuur met 0,6°C. In België stellen we al het volgende vast:
ieuwe plantensoorten n s tijgend aantal windhozen (4 maal meer dan 50 jaar geleden) een stijging van het zeeniveau met 10 cm op 100 jaar tijd. We weten niet precies hoe de dingen zullen evolueren. Men heeft het over een temperatuursstijging tussen 1,5°C en 6°C. Eén ding staat vast, het klimaat wordt er niet beter op: stormen, droogten of overstromingen naargelang de plaats, stijging van het zeeniveau, enz. Duizenden personen worden bedreigd door die klimaatveranderingen.
4
Vormen van re vormen veroorzaakt ook ande Ons energieverbruik en hierover. Ziehier enkele bericht
vervuiling
van hinder.
Uit «La Grande Époque zondag 17 juli 2005»
Ozon, gevaarli
jk spul
K
inesisten hebben steeds meer we Aurélien Girard rk, ondanks het feit dat er veel mensen m et vakantie gaan. De reden ? Ouders die he de kinesisten ov t ka binet van errompelen met spugende en ho tende baby’s, m eset de longen vo l slijmen. Welkom in ee n wereld verv uild met ozon Die molecule (O3). hangt dertig ki lometer boven hoofden, in de onze stratosfeer, en is onze belangrij bescherming te kste gen de gevaar lijke UV-B- en C-stralen van de UVzon. Op 1 met er van de gron ozon echter ee d is n zeer giftig ga s. Het is agressie oog- en ademha f voor lingsslijmvlieze n, irriteert de ne ogen en keel, ve us, randert de werk ing van de long en veroorzaak en t hoest en adem tekort. Het is echte nachtmer een rie voor astmap Auto’s vertrekke atiënten, gevoel personen, en m n, de dampen bl ige isschien binnen ijven. Een stad vol ui kort voor iedere tlaatgassen. en. De boosdoener is stikstof (NO ), wordt door au to’s, bussen, br 2 dat uitgestoten om- en motorfie en alles wat op tsen benzine werkt. ductie enorm. NO2 ondergaa Ozonvervuiling chemische reac t een spieken zouden tie met de zuur ge ns het Franse m , volstof in de luch vormt zo ozon. inisterie van Le t en Licht en warmte efmilieu, elk ja “v er an twoordelijk zijn ar versnellen die mische reactie voor 30 000 vroe che. Een hittegolf gevallen”. Dat ci gtijdige sterf versnelt de ozon jfe r lig t zesmaal hoge protal dodelijke sla r dan het aanchtoffers bij ve rkeersongevalle n.
, 2000»
piti Uit «Wa
MP DE PETROLEUMRA olietann 1999 strandde het etoense Br de r ker Erika voo r duiloo ver ip kusten. Het sch gels, Vo . eum rol zenden liters pet ren die elp sch en vissen, schaalt me urd me bes zijn omgekomen, den kon els vog e petroleum. Enkel ige onder worden gered. Somm schoonen gd zor hen werden ver Nederen e sch lgi gemaakt in Be a. ntr landse opvangce
opéennes - 1995-2005 © Communautés Eur 35
e i g r e n e n Ker komt zo tjes gesplitst. Daarbij water héél veel warmte vrij dat gewarmd snel kan worden op t gebr uikt tot stoom. Die word ) te laten om een rad (turbine e produdraaien. Die turbin zoals de t, tei ici ceert dan elektr ts… dynamo van je fie
© Communautés
Européennes - 199
5-2005
rales in ons land moeten alle kerncent 25 20 n ge Te – l se us Br oduceren en elektriciteit meer pr ge n da l za ë lgi Be n. gesloten zij ergie. afkomstig van kernen
n de eer dan de helft va Belelektriciteit die in , is afkom gië wordt verbruikt ales. Het stig uit kerncentr volgd in ge t rd procédé dat wo ingewikerg kerncentrales is reactor e keld. In een special taa me ldeelworden minuscule
n de voor “Fantastisch!” riepe ergie “We standers van kernen er, en er verbranden niets me adelijke sch en komen dus ook ge natuur. de in gassen meer vrij Ecologisch, dus!”
de tegen “Ho maar!” riepen ar, maar standers. “Dat is wa splitsing rn ke het afval dat de adelijk sch veroor zaakt, is zo ntaltie t he en gevaarlijk, dat gr r de ond len jaren diep onde d. En wat moet worden bewaar gebeurt in als er een ongeval Dat is een een kerncentrale ? nsen die ramp voor alle me n. Niet ne wo rond de centrale ” zo ecologisch dus…
R a d io a c ti vi té R a d io a c ti vi te it
05
5-20 Européennes - 199 © Communautés
dat het schatief. Dat betekent Het afval is radioac t voelt, ruikt rspreidt, die je nie delijke stralingen ve on kan ongeEen bestraald perso of kunt aanraken. , bijvoorbeeld. en. Kanker krijgen neeslijk ziek word lijk. Bovendien alstoffen zo gevaar Daarom zijn die afv erden jaren allen, tot zelfs hond blijft het afval tient slagen, moet Als het wordt opge straling verspreiden. t moet worden voor zichtig zijn. He men dus bijzonder der de grond beton en dan diep on bedekt met een laag rncentrale is In het hart van de ke worden weggestopt. actieve straling. er ook erg veel radio it ontsnapt en die radioactivite n, zij en lem ob pr er Als een hele regio terecht komt, kan en in de omgeving besmet raon nnen alle inw ers ku en n ffe tro ge en word urd is. dag in Rusland gebe ken… Zoals op een st.Toch heeft ergie op zoveel prote Daarom stuit kernen De bekendste centrales gebouwd. de mens veel kern . zijn Doel en Tihange centrales in België
002» Eenhoorn, 2 e D n a v e v een uitga Uit «Kits,
36
000» Uit «Wapiti, 2
ZURE REGEN In 1980 zijn de dennen en sparren in sommige geïndustrialiseerde landen ziek geworden. De naalden werden geel. Dit verschijnsel was te wijten aan de dampen van fabrieken en uitlaatgassen van auto’s. Die gassen en dampen worden in de atmosfeer verspreid en komen terug op aarde terecht in de vorm van zure regen. Al dat gif… je zou beter een on-
tés Européen
nes - 1995-2 00
5
© Communautés Européennes - 1995-2005
© Commun au
dergrondse schuilplaats graven!
Uit « Wapi ti,
2000
»
37
t artikel voor n artikel. Stel daarna he ee elk s kie en n pe oe Vorm 5 gr en over te spreken. aan de klas om er sam die aan bod zijn geko ik ru rb ve gie er en n va n Welke negatieve gevolge n jullie bijgebleven? zij men tijdens het debat
38
5
Waarom minder energie verbruiken? Wat moeten we onthouden?
tie p m u cons gie: r e v O ener giebronnengas) n a v , er leum le en ie tro Foss kool, pe n (stee ium Uran
Risico op ongevallen:
Productie van . . . . . . . . . . . . . . gassen: Tijdens de verbranding produceren fossiele energiebronnen CO2 (koolstofdioxide)... Dit is een broeikasgas.
K. . . . . . . . sveranderingen: verhoging van de temperatuur, stijgen van de zeespiegel, woestijnvorming, meteorologische rampen, verplaatsing van de bevolking, verandering van fauna en flora (soorten verdwijnen, andere vegetatie).
Olievlekken op zee tijdens olietransport (Erika). Ongevallen met kernenergie (Tsjernobyl). Beheer van zeer gevaarlijk radioactief afval.
Lucht. . . . . . . . . . . . . . . : Rook van fabrieken, uitlaatgassen van auto’s, verwarming van huizen… door fossiele energie te verbruiken komen er vervuilende stoffen in de atmosfeer terecht. gevaar voor onze gezondheid.
Uitputting van de meest gebruikte energie. . . . . . . . . . . . . . . : Op een dag zal er geen fossiele of kernenergie meer zijn.
Zure . . . . . . . . . . :
O. . . . . . . . . . . . :
De vervuiling lost op in de regen en maakt hem zuur. Daardoor worden:
Wordt geproduceerd door uitlaatgassen. Veroorzaakt ademhalingsmoeilijkheden, onder andere astma.
Prijsverhoging.
bossen beschadigd,
Ongelijkheid in de geografische verdeling van energiebronnen: risico op conflicten, arme landen worden nog armer.
bodems zuur en verbouwing moeilijk, rivieren zuur en vissen in gevaar gebracht, gebouwen en monumenten beschadigd.
Fijne stofdeeltjes Stofdeeltjes die worden uitgestoten door dieselwagens komen in de longen terecht en veroorzaken kankers en allergieën.
Oplossingen? We moeten ons energieverbruik beheersen: Het verbruik van fossiele energiebronnen verminderen. Hernieuwbare energiebronnen ontwikkelen.
Het Kyoto-protocol is een verdrag dat door . . . . . . landen ondertekend is. Zij verbinden zich ertoe hun uitstoot van broeikasgassen met 5,5 % te verminderen tegenover de uitstoot in 1990. België wil die uitstoot met . . . . % verminderen. 39
e d l e t s e g p o Voor n e g n i s s o l p o 1 Wie doet wat?
42
2 Ik kom op voor energie?
44
3 Wat moeten we onthouden?
46
41
Wie
doet
wat?
1
Wij verbruiken 3 x meer energie dan in 1960. Het broeikaseffect neemt toe. Het fossiele en nucleaire energiepotentieel raakt uitgeput… en wij kunnen niet leven zonder energie en leven zoals in het steentijdperk is ook uitgesloten.
Wat kunnen we daaraan doen??? En wie kan ingrijpen??? e actoren in Hierna volgt de lijst van de belangrijkst hen het type van onze maatschappij. Noteer voor elk van een oplossing actie dat ze zouden kunnen ondernemen om ien uit ons te bieden voor de problemen die voortvloe energieverbruik. De industriëlen:
Onze beleidsmakers:
De gezinnen:
De universiteiten:
De leraren:
Jij:
42
Een woordje over CO2 CO2-uitstoot van de Brusselaars in 2002 (in miljoen ton) Totaal : 5,9 miljoen ton. De voertuigen: 900 (15%)
De tertiaire sector:
Als we weten wie CO2 produceert, krijgen we een goede aanwijzing over wie het meest energie verbruikt en over wie daar dus het best iets tegen kan doen!
(burelen, winkels, ziekenhuis, scholen, ...)
1910 (32%)
Die aangeeft welke bronnen broeikasgassen uitstoten in Brussel. De verwarming van huizen: 2.277 (39%)
De industrie: 253 (4%) Verbrandingsoven: 534 (9%) Elektrische centrales: 14 (0%)
Wat is het aandeel van de gezinnen in de CO2-uitstoot, door zich te verwarmen en te verplaatsen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
«Eteindre, le bon déclic» : Nos idées Wie verbruikt de meeste energie in Brussel?
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
43
Ik kom op
2
voor
energie?
Z oals je gezien hebt in het vorige hoofdstuk, moet iedereen opkomen voor energie want in Brussel zijn het de particuliere personen die het meest energie verbruiken. Jouw inspanningen en die van je gezin, samen met de inspanningen van je klasgenoten, van je vrienden op school….zullen een belangrijke impact hebben op de kwaliteit van het milieu.
Nu is het aan jou om
te beslissen.
Als je ervan overtuigd bent dat er iets moet worden gedaan, kan je vandaag al beginnen met minder energie te verbruiken. Geef die boodschap door aan je familieleden en vrienden. Als jij, je klas en je leraar gemotiveerd zijn, en daarvoor tijd kunnen vrij maken, kunnen jullie samen beslissen om een klasproject op te starten en als “energieambassadeur” op te treden bij de andere leerlingen van de school, de leraren, de directie en, waarom niet, de ouders. Spreek er samen over en neem een beslissing: O Ik ben niet overtuigd van het belang om mij in te zetten om minder energie te verbruiken.
O H oewel mijn klas geen project kan opstarten, beslis ik toch om mij persoonlijk in te zetten om minder energie te verbruiken en vul ik mijn verbinteniscontract op de keerzijde persoonlijk in.
O W ij hebben beslist om een klasproject op te starten, om energieambassadeurs te worden in onze school en wij beginnen allemaal samen aan het tweede deel van dit dossier. 44
t! c a r e t i n g o r tsc ene
n e m der e n i g m a Eng ruik b r e v Ik
Ik ,.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . klas: . . . . . . . . . . . . school: . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . wil de manier waarop ik energie gebruik veranderen omdat:
..................................................... .....................................................
..................................................... ..................................................... Daarom heb ik besloten dat ik gedurende één week, van . . . . . . . tot . . . . . . . , op een rationele manier energie zal gebruiken door de volgende positieve houding aan te nemen:
.....................................................
..................................................... ..................................................... ..................................................... Ik zal deze gedraging niet alleen op school toepassen, maar ook thuis en overal waar ik naartoe ga. Zo toon ik iedereen dat het mogelijk is minder energie te gebruiken. Handtekening leerling
.................
Handtekening leerkracht
..................
3 Vooropgestelde oplossingen uden o h t n o e w n Wat moete
Twee belangrijke concepten inzake energie moeten verder uitgediept worden: energieopwekking. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . , energiebesparing In Brussel produceren de . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . meer dan de helft van de CO2. Iets doen voor energie is dus in het belang van iedereen. Om iets te veranderen moet je dat bewust willen, concrete ideeën doorgeven, want elk gebaar . . . . . . . . . . . !
46
Aantekeningen ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................ ........................................................................
47