Met hoofd, hart en handen…
Koersplan 2011-2015 van Stichting HVO, humanistisch centrum voor onderwijs en opvoeding
Met hoofd, hart en handen… Koersplan 2011-2015 van Stichting HVO, humanistisch centrum voor onderwijs en opvoeding
Inhoud
Stichting HVO
Humanistisch centrum voor onderwijs en opvoeding Postadres: Bezoekadres:
Postbus 85475, 3508 AL Utrecht Zwarte Woud 2, 3524 SJ Utrecht
Telefoon: Fax: E-mail: Internet:
030 2856856 030 2856891
[email protected] www.hvo.nl
Vormgeving: Illustratie: Druk:
www.studiomarie.nl www.kimdusch.nl Den Hoed, Wijk bij Duurstede
Woord vooraf
5
Inleiding
7
1. Missie en doelstellingen
11
2. HVO Opleidingen
15
3. HVO Onderzoek & Ontwikkeling
23
4. HVO Training & Advies
25
5. Personeel en organisatie
27
6. Georganiseerde communicatie
31
7. Kwaliteit en continuïteit
35
Bijlagen
39
© 2011 Stichting HVO, Utrecht Inhoud
3
Woord vooraf ”Ik vat Bieri’s visie op zelfontplooiing kort samen: jezelf vormen en ontwikkelen betekent dat je innerlijke reikwijdte toeneemt. Je krijgt meer visie, daadkracht en een groter hart. Dat is de meest fantastische ervaring die je als mens kunt opdoen.” in: Brief aan een middelmatige man. Pleidooi voor een nieuwe publieke moraal. Joep Dohmen
Aan het einde van dit koersplan 2011- 20151 zal Stichting HVO haar zevende lustrum vieren. Op 5 november 2014 zal het 35 jaar geleden zijn dat het Humanistisch Verbond (HV) de stichting oprichtte om namens het HV de zorg en verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en identiteit van het Humanistisch vormingsonderwijs (HVO) op zich te nemen. Stichting HVO doet dat vanuit haar expertisecentrum in drie werksferen: HVO Opleidingen, HVO Onderzoek & Ontwikkeling en HVO Training & Advies. Vanaf 1 augustus 2009 neemt zusterstichting HVO Primair de zorg en verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de uitvoering in het (openbaar) primair onderwijs voor haar rekening. Het leven is kostbaar, want onherhaalbaar. Het is een kwetsbaar goed. Humanisme kan voor leven en samenleven een krachtig ideaal zijn van mens-zijn en medemenselijkheid. Een inspirerende kracht ter beaming van het goede leven en daarmee tevens een tegenkracht tegen onder meer wreedheid en slaafsheid in vele gedaanten. Het humanistisch ideaal is mede gegrondvest in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Humanistische vorming daagt kinderen, jongeren en volwassenen op aansprekende wijze uit tot sociale zelfontplooiing, als bevestiging van en eerbetoon aan de menselijke waardigheid. Door onder meer het bevorderen van (zelf)kennis, morele gevoeligheid en het op eigen wijze uitdrukking geven aan het humanistische ideaal. Dat uitdagend bevorderen gebeurt met alles wat een mens tot mens maakt: door denken, voelen en doen of anders gezegd: Met hoofd, hart en handen… Het expertisecentrum van Stichting HVO is te typeren als een combinatie van een kleinschalige gespecialiseerde ‘hogeschool’ met een kleinschalig gespecialiseerd ‘onderwijsadviescentrum’. Dit koersplan vervolgt de in het eerste decennium van de eenentwintigste eeuw ingeslagen weg naar een duurzaam hoogwaardig expertisecentrum. Het is een raamplan voor de in te vullen uitvoeringsplannen. In de jaarverslagen zal steeds te lezen zijn hoe de ingezette koers verloopt. Op deze plaats bedank ik allen die aan de ontwikkeling van het expertisecentrum bijdragen en bijgedragen hebben. In het bijzonder bedank ik hen die door hun waardevolle suggesties en correcties ook in directe zin bijgedragen hebben aan dit nieuwe koersplan. Nico Stuij, directeur Stichting HVO
Dit koersplan is vastgesteld tijdens de 157ste vergadering van het bestuur van Stichting HVO op 16 december 2010.
1
Woord vooraf
5
Inleiding Humanistische vorming is het sleutelwoord voor Stichting HVO, met als kern de morele en levensbeschouwelijke vorming. De Onderwijsraad stelt in zijn werkprogramma voor 2010, dat vanaf de zeventiende eeuw zich herhaaldelijk een strijd heeft voorgedaan tussen enerzijds het vormingsideaal van de maatschappelijke bruikbaarheid en nuttigheid van het onderwijs (‘realistische vorming’) en anderzijds het ideaal van individuele vervolmaking en menselijkheid (‘humanistische vorming’, Bildung). De Onderwijsraad constateert dat de realistische vorming het in het huidige onderwijs lijkt te hebben gewonnen. In het werkprogramma voor 2010 heeft de Onderwijsraad de volgende adviesvraag opgenomen: ’Is het gewenst om in het onderwijs meer aandacht te besteden aan vorming?‘ De Onderwijsraad wil nagaan of het klassiek humanistische vormingsideaal de eenzijdigheden van de realistische vorming al of niet ten dele zou kunnen compenseren. Bijvoorbeeld door het klassiek humanistische vormingsideaal als inspiratiebron te gebruiken. Hopelijk zullen de uitkomsten dat beamen. Stichting HVO richt zich met name op de vorming van een persoonlijke moraal en levensbeschouwing door de leerlingen in het primair en vervolgonderwijs, met het klassiek humanistische vormingsideaal en het hedendaagse seculiere humanisme als inspiratiebronnen. In de eigentijdse thema’s en methodieken van Stichting HVO zijn net als in het klassiek humanistische vormingsideaal cognitieve, individueel morele en maatschappelijk morele elementen te onderscheiden. Deze kunnen in onderlinge afstemming bijdragen aan de vorming van een coherente moraal en levensbeschouwing van binnenuit. De aldus gevormde moraal en levensbeschouwing kunnen als krachtbron fungeren voor een proces van duurzame eigentijdse zelfvorming in de geest van het klassiek humanistische vormingsideaal. Een proces dat ook humanistische levenskunst genoemd zou kunnen worden.
Duurzaam HVO
Van lange duur en goede kwaliteit, deze betekenisaspecten klinken door in het woord duurzaam. Het keuzevak Humanistisch vormingsonderwijs (HVO) op de openbare basisschool bevond zich vanaf het begin, in 1969, tot 2009 in een financieel uiterst kwetsbare positie. Hierdoor kon het vak zich lange tijd niet volwaardig ontwikkelen. Stichting HVO heeft met vele andere organisaties jarenlang gepleit voor landelijke bekostiging van het Godsdienstonderwijs (GVO) en Humanistisch vormingsonderwijs (HVO) in de openbare basisschool. Dat pleidooi is succesvol verlopen. Vanaf 1 augustus 2009 ontvangen de vakdocenten GVO en HVO in het openbaar basisonderwijs een volwaardig salaris. Nu ook kan meer dan voorheen planmatig gewerkt worden aan de groei en bloei van het HVO. Bovendien kan nu gaandeweg meer aandacht besteed gaan worden aan humanistisch geïnspireerde morele en levensbeschouwelijke vorming in het openbaar voortgezet onderwijs. Het woord duurzaam wordt meestal gebruikt in relatie tot een te verbeteren balans tussen mensen, moeder aarde en de economie (people, planet en prosperity). Ook deze context mag doorklinken in relatie tot HVO. De mensgerichtheid van het humanisme mag niet blind maken voor de negatieve gevolgen van menselijke activiteiten voor alle (toekomstige) leven op aarde. Sociale, ecologische en economische duurzaamheid zijn alle drie van levensbelang. Voor het humanisme betekent dit dat het denken vanuit de mens in balans moet zijn met het denken vanuit de natuur of de kosmos. Onderwijs en opvoeding in en vanuit humanistisch perspectief vindt in het streven 6
Met hoofd, hart en handen…
Inleiding
7
naar de balans tussen sociale, ecologische en economische duurzaamheid zijn grootste uitdaging.
Zelfstandige dochter
Stichting HVO is een zelfstandige dochter van het Humanistisch Verbond (opgericht in 1946). Stichting HVO is statutair door het HV opgericht op 5 november 1979. Vanaf 1 januari 1980 wordt de stichting voor de activiteiten van haar expertisecentrum gesubsidieerd door de rijksoverheid, tot 1 januari 1999 direct, vanaf die datum indirect via Stichting APS in het kader van de wet SLOA, die de subsidiëring van de landelijke onderwijsondersteunende activiteiten regelt. Vanaf 1 januari 1999 treedt APS als gewaardeerd gastheer (huisvesting en ‘huishoudelijk’ werkgever) op voor Stichting HVO. Inhoudelijk is Stichting HVO zelfstandig. Vanaf 2009 is APS tevens gastheer voor de in dat jaar opgerichte organisaties Stichting HVO Primair en Stichting Dienstencentrum GVO en HVO.
Drie kerntaken
Mede door de nauwe samenwerking met APS kon en kan het expertisecentrum HVO zich sterk professioneel ontwikkelen. Het heeft drie kerntaken. De eerste opdracht is en blijft vakdocenten Humanistisch vormingsonderwijs en Levensbeschouwing (HL) voor het (openbaar) basis-, voortgezet en beroepsonderwijs op te (doen) leiden en te ondersteunen. Daarnaast stelt het centrum zijn expertise beschikbaar aan andere doelgroepen met een eigentijds klassiek humanistisch vormingsideaal. Het centrum beschouwt voortdurende uitbreiding en verdieping van zijn expertise door (praktijkgericht) onderzoek en ontwikkeling als een derde kerntaak. Het Humanistisch Verbond is de zogenoemde zendende instantie voor het levensbeschouwelijk humanisme in Nederland. Het heeft de zorg en verantwoordelijkheid voor de professionele kwaliteit en de seculier humanistische identiteit van het Humanistisch vormingsonderwijs gedelegeerd aan Stichting HVO. Dit is verwoord in de statuten van Stichting HVO en Stichting HVO Primair en de beroepscode voor vakdocenten HVO. Deze delegering is door het HV nog eens extra bevestigd (per brief via de mail van 15 mei 2009) bij het oprichten van Stichting HVO Primair en Stichting Dienstencentrum GVO en HVO.
In de humanistische aandachtspunten voor politieke partijprogramma’s ten behoeve van de Tweede Kamerverkiezingen in 2010 verwoordt het HV zijn onderwijsbeleid als volgt: “Het HV bepleit pluriforme openbare scholen. Op scholen moeten kinderen van verschillende levensovertuigingen elkaar kunnen ontmoeten. Ze moeten kennis kunnen maken met de diversiteit van levensbeschouwelijke stromingen. Op deze scholen wordt door vakbekwame leerkrachten levensbeschouwelijk onderwijs gedoceerd. Er is ruimte voor levensbeschouwelijk onderwijs onder verantwoordelijkheid van de school. Maar ook voor lessen levensbeschouwelijke vorming onder verantwoordelijkheid van levensbeschouwelijke organisaties. […] Op termijn zouden pluriforme openbare scholen het door de overheid gefinancierde bijzonder onderwijs moeten vervangen.”
Koersplan
In het eerste hoofdstuk Missie en Doelstellingen wordt verwoord welke doelen in de planperiode worden nagestreefd. In de toelichting bij sommige streefdoelen worden gewenste resultaten aangegeven. In het tweede hoofdstuk HVO Opleidingen wordt het opleidingenbeleid met de grondslagen daarvan beknopt beschreven. In het derde hoofdstuk HVO Onderzoek & Ontwikkeling wordt onder meer uiteengezet welke expertiseontwikkeling in de planperiode zal plaatsvinden. In het vierde hoofdstuk wordt het beleid met betrekking tot HVO Training & Advies verhelderd. In het vijfde hoofdstuk Personeel en Organisatie komen de hoofdlijnen van het personeelsbeleid en de interne en externe samenwerking aan de orde. In het zesde hoofdstuk Georganiseerde communicatie worden uitgangspunten en richtlijnen gegeven voor de georganiseerde communicatie, die missie en doelstellingen zo goed mogelijk moet ondersteunen. In het zevende hoofdstuk Kwaliteit en continuïteit wordt beknopt weergegeven wat nodig en mogelijk is om succesvolle uitvoering te bewerkstelligen en de continuïteit zeker te stellen.
Openbaar onderwijs
Het HV heeft altijd het openbaar onderwijs gesteund en geen humanistische bijzondere scholen willen oprichten. Wel is het steeds voorstander geweest van een ‘bijzondere’ openbare school. Dat is een school die actief meewerkt aan een bijzondere vrijplaats binnen de school, waarin leerlingen naar keuze van de ouders en henzelf een levensbeschouwelijk kompas kunnen ontwikkelen. Stichting HVO steunt het HV hierin en vindt aanvullend dat ook algemeen toegankelijk bijzonder onderwijs ouders en leerlingen die keuzemogelijkheid zou moeten en kunnen bieden.
8
Met hoofd, hart en handen…
Inleiding
9
1. Missie en doelstellingen Het plan voor 2011-2015 zet de ingezette koers van vorige plannen krachtig voort. Deze koers kan worden getypeerd als continue professionalisering, uitbreiding en verdieping van de dienstverlening door het expertisecentrum HVO. De missie en streefdoelen geven hieraan inspiratie, inhoud en richting. Missie “Stichting HVO inspireert kinderen, jongeren en volwassenen (als mens en als opvoeder) tot humanistische zelfvorming als betekenisgevend doel op zichzelf en ter bevordering van een humane samenleving met duurzame zorg voor moeder aarde.”
Doelen
De hieronder volgende doelstellingen zullen met ‘hoofd, hart en handen’ in de planperiode nagestreefd worden. Dat gebeurt zoveel mogelijk aan de hand van beknopte doelgerichte uitvoeringsplannen.
HVO Opleidingen
1. HVO Opleidingen verzorgt jaarlijks twee geaccrediteerde lerarenopleidingen in deeltijd, te weten een vijfjarige initiële hbo-bachelor Humanistisch Vormingsonderwijs en Levensbeschouwing (HL) (bo, onderbouw vo, vmbo en mbo) en een tweejarige postinitiële hbo-master HL (bovenbouw vo). 2. HVO Opleidingen verzorgt jaarlijks een eenjarige basisopleiding HL voor groepsleraren primair onderwijs (‘associate degree’). 3. HVO Opleidingen verzorgt op verzoek individuele maatwerktrajecten voor afgestudeerde masters HL die de bekwaamheid voor het primair onderwijs willen verwerven. 4. HVO Opleidingen vestigt en ondersteunt op verzoek basisopleidingen HL voor het primair onderwijs op pabo’s (als minor of als onderdeel van een nascholingstraject van pabo’s), voor zover dat mogelijk is. Toelichting Accreditatie is voorwaarde voor Stichting HVO om als rechtspersoon voor hoger onderwijs aangemerkt te worden. Dit is nodig voor de maatschappelijke erkenning van de afgegeven diploma’s. Tot 1 september 2010 was voor deze aanmerking accreditatie van een initiële hbo-bachelor nodig, vanaf genoemde datum kan ook accreditatie van een postinitiële hbo-master hiervoor de legitimatie geven. Als rechtspersoon voor hoger onderwijs kunnen de afgestudeerden mogelijk ook in aanmerking komen om in België het verwante vak Niet-Confessionele Zedenleer (NCZ) te verzorgen.
10
Met hoofd, hart en handen…
1. Missie en doelstellingen
11
Met deze doelstellingen kan jaarlijks voorzien worden in ongeveer 25 nieuw gekwalificeerde vakdocenten HVO voor het primair onderwijs en ongeveer15 vakdocenten voor het vervolgonderwijs. Extra inspanningen kunnen en zullen worden verricht om het openbaar voortgezet onderwijs warmer te maken voor de invoering van een humanistisch geïnspireerd ‘levensvak’, onder welke noemer dan ook: HVO, Levensbeschouwing, Levenskunde, Humanistiek, of onder een andere gewenste aanduiding.
HVO Onderzoek & Ontwikkeling
1. O & O onderzoekt stelselmatig de ontwikkeling van het vak HL bij vakdocenten HL in het primair en vervolgonderwijs. 2. O & O documenteert de uitkomsten van excellent praktijkgericht onderzoek door de studenten tijdens hun opleiding. 3. O & O adviseert aan de twee andere werksferen relevante uitkomsten van onderzoek (onder meer uit 1. en 2.) in opleidingen, cursussen, trainingen en publicaties te verwerken. 4. O & O bereidt twee verdiepingsthema’s voor ten behoeve van de voorjaarssymposia in maart 2012 Groen HVO (ecologische levenskunde in HVO) en in maart 2014 Met hoofd, hart en handen… (integrale levenskunde in HVO) en het vervolg van de symposia in cursussen, trainingen en publicaties. Toelichting Deze streefdoelen dienen de continue professionalisering en inhoudelijke verdieping, kortom de integrale expertiseontwikkeling.
HVO Training & Advies
1. T & A verzorgt jaarlijks de inhoud en organisatie van verplichte geaccrediteerde nascholing voor vakdocenten HL in het primair onderwijs, in afstemming met HVO Primair (de werkgever) en, zo mogelijk, vanaf 2012 mede de nascholing van vakdocenten HL (en desgewenst derden) in het voortgezet onderwijs. 2. T & A verzorgt een professioneel aanbod aan trainingen en cursussen op het gebied van filosoferen, reflecteren en waarde(n)vol communiceren. Tevens worden op aanvraag van scholen, andere instellingen voor onderwijs en opvoeding en humanistische organisaties trainingen en cursussen op maat verzorgd. Dit geldt ook voor advieswerk. 3. T & A streeft naar win-win samenwerking met APS en het Praktijkcentrum Zingeving & Professie (Z&P) van de Universiteit voor Humanistiek (UvH). 4. T & A streeft naar een jaarlijkse omzet aan betaalde dienstverlening van minimaal €100.000.
Continuïteit HVO breed
1. Stichting HVO streeft naar een optimale samenwerking met Stichting HVO Primair en het Humanistisch Verbond om het Humanistisch vormingsonderwijs (HVO) in het openbaar en daarmee gelijk te stellen (basis) onderwijs kwalitatief en kwantitatief te bevorderen. 2. Stichting HVO streeft naar optimale samenwerking in de Humanistische Alliantie om inspirerend humanisme theoretisch en praktisch vorm en inhoud te geven en breed te communiceren. 3. Stichting HVO streeft continu naar de verzekering van haar basissubsidie van de rijksoverheid (vanaf 1980) door de kwaliteit en het unieke karakter van haar werk te waarborgen en door zorg te dragen voor een stevige wettelijke verankering van die subsidie. 4. Stichting HVO zorgt jaarlijks zelf voor extra inkomsten (studiebijdragen van studenten en betaalde dienstverlening) in de omvang van 25% van de basissubsidie. Toelichting ad 1 Van zeer groot belang hierbij is de samenwerking met betrekking tot de blijvende realisatie van professioneel integere begeleiding van de gehele sector GVO en HVO, bij voorkeur onder het dak van levensbeschouwelijk onafhankelijk APS. Toelichting ad 2 Humanisme dat breed ‘bekend en bemind’ is, is een belangrijke voedingsstof voor de groei en bloei van het HVO. Toelichting ad 3 Van 1980 tot 1999 had de basissubsidie voor Stichting HVO geen enkele wettelijke basis. Door de nauwe samenwerking met APS kon verankering in de Wet SLOA gerealiseerd worden. Deze wet wordt in de periode 2012-2013 door OCW geëvalueerd. Mocht deze wet de gewenste verankering niet meer kunnen bieden, bijvoorbeeld door opheffing van de wet, dan zal tijdig gestreefd worden naar een andere wettelijke verankering van zo mogelijk structurele aard. Toelichting ad 4 Deze aanvullende inkomsten zijn noodzakelijk om de in het koersplan geformuleerde ambities te kunnen waarmaken.
12
Met hoofd, hart en handen…
1. Missie en doelstellingen
13
2. HVO Opleidingen In de vorige planperiode is hard gewerkt aan de accreditatie van de hbo-bachelor HL en de hbo-master HL. Een eerste bezoek van een visitatiecommissie bracht aan het licht dat ongeveer een derde deel van de gestelde criteria nog niet met een voldoende kon worden beoordeeld. Het basisteam Master HL heeft in 2010 op grondige wijze een tweede visitatie voorbereid met een vernieuwd en aangevuld opleidingsplan en een gedegen aanvraagdossier. Op 20 september 2010 heeft deze tweede visitatie met goed gevolg plaats gevonden. Op 9 november 2010 is de lerarenopleiding van de eerste graad als hbo-master door de NVAO geaccrediteerd. Voor de hbo-bachelor is een tweede visitatie voorzien in 2013. Dit is het meest geschikte tijdstip, omdat dan ervaring is opgedaan met het vijfjarige programma in deeltijd van de vernieuwde en uitgebreide opleiding die in september 2008 van start is gegaan. Daartoe zal in 2012 een vernieuwde uitgave van het opleidingsplan 2008 verschijnen met een goed onderbouwd aanvraagdossier. De eerste visitatie was gebaseerd op een stapeling van de bestaande basisopleiding van twee jaar in deeltijd met twee bestaande verdiepingstrajecten. Dit bleek voor de visitatiecommissie niet afdoende voor een integrale beoordeling. Een eerste groep studenten is in september 2008 gestart met de nieuwe initiële hbo-bachelor met een duur van vijf jaar in deeltijd. Deze opleiding is bestemd voor studenten die voldoen aan de instroomeisen en geen andere lerarenopleiding hebben afgerond. Dit betekent een eerste generatie afgestudeerden volgens het nieuwe integrale programma in 2013. Dit bestaat uit een basisfase van twee jaar in deeltijd (met accent op de bovenbouw basisschool) met doorlopende leerlijnen in de verdiepingsfase basisschool van twee jaar in deeltijd (onderbouw en bovenbouw basisschool), gevolgd door de verdiepingsfase onderbouw vervolgonderwijs van één jaar in deeltijd. De basisfase wordt afgesloten met het certificaat Basisopleiding HL voor het primair onderwijs. Hiermee kunnen de studenten met een tijdelijke bevoegdheid als vakdocent in opleiding in een betaalde functie zelfstandig werkzaam zijn in het primair onderwijs. Deze tijdelijke bevoegdheid heeft een maximale duur van vijf jaar vanaf de datum die vermeld staat op het certificaat.
2.1 Drie niveaus
Uit het bovenstaande kan worden afgeleid dat de opleiding HL drie niveaus kent, waarop de vakdocent in de school kan functioneren: het basisniveau (vergelijkbaar met het niveau van een vakgebied op de pabo als voorbereiding op het verzorgen van een schoolvak op de basisschool), het bachelorniveau (tweedegraads) en het masterniveau (eerstegraads). Voor de initiële bachelorstudent is het basisniveau niet toereikend voor een bevoegdheid voor onbepaalde tijd. Zij of hij voldoet met de basisopleiding niet aan de eisen van de wet BIO (onder meer een afgeronde hbo-bacheloropleiding). Voor de groepsleraar in het basisonderwijs kan de basisopleiding wel toereikend zijn voor een bevoegdheid voor onbepaalde tijd, omdat zij of hij door het afgerond hebben van de pabo reeds aan de wet BIO voldoet. De basisopleiding HL voor groepsleraren kan in deeltijd in een jaar worden afgerond. Het programma wordt samengesteld op grond van de voor HL vereiste aanvullende competenties, met name op het gebied van de vakinhoudelijke en didactische competentie. Alle vakdocenten die HVO verzorgen in de basisschool, dienen 14
Met hoofd, hart en handen…
2. HVO Opleidingen
15
voor het behoud van de bevoegdheid ook te voldoen aan de spelregels van de werkgever met betrekking tot de verplichte nascholing, met het doel de verlangde competenties te onderhouden en de inhoudelijke ontwikkeling van het vak te volgen.
“Wie humanisme zegt, zegt humaniteit”, stelt filosoof en bestuurslid van Stichting HVO, Koo van der Wal2. Humanisme kan het alleenrecht op humaniteit niet claimen en behoort dat ook niet te doen. Het heeft er echter wel een speciale relatie mee door de specifieke interpretatie van de menselijk zijnswijze en als grondwoord (humanitas) voor en grondwaarde van het humanisme3. Het woord humanisme is voor het eerst in 1808 gebruikt door de Duitse pedagoog Neithammer4. Hij gaf aan humanisme de betekenis van vorming tot volledig mens-zijn door de studie van klassieke talen en cultuur. Het bijvoeglijk naamwoord humanistisch was in de Renaissance al in gebruik.
2.2 Kwaliteit en continuïteit
Met deze drie niveaus van initieel en postinitieel geaccrediteerd opleiden kan Stichting HVO voorzien in de gedelegeerde opdracht van het HV om zorg en verantwoordelijkheid te dragen voor de professionele kwaliteit en de seculier humanistische identiteit van het Humanistisch vormingsonderwijs. In samenwerking met Stichting HVO Primair, die als werkgever de zorg en verantwoordelijk voor de kwaliteit van de uitvoering in de basisschool heeft, kan door gezamenlijk vorm en inhoud geven aan het nascholingsbeleid de gewenste professionaliteit en seculier humanistische identiteit blijvend onderhouden worden.
Humaniteit vanuit humanistisch perspectief wordt gekenmerkt door zowel autonomie (vrijheid), als relationaliteit (vriendschap, solidariteit, verbondenheid). De grondtrek van humaniteit is daarmee openheid naar de ander en het andere. Openheid die zich kan uitstrekken tot de gehele (levende) natuur. De ethiek die primair daarbij past, is een ethiek van verbondenheid en niet een ethiek van conflictbeheersing (al is die ook nodig). De ethiek van de Stoa is hiervoor een van de inspiratiebronnen. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens vormt een eigentijdse en concrete invulling. De zogenoemde Amsterdam Declaration 2002 met zeven fundamentele uitgangspunten voor het humanisme noemt niet toevallig als eerste uitgangspunt ‘Humanism is ethical’5. Deze verklaring uit 2002 is onderschreven door zowel het nationaal als het internationaal georganiseerde humanisme.
2.3 Openbaar voortgezet onderwijs
Net als het openbaar primair onderwijs kan ook het openbaar voortgezet onderwijs zelf zorg dragen voor vakdocenten HL door eigen leraren met affiniteit voor morele en levensbeschouwelijke vorming in staat te stellen een opleiding te volgen bij Stichting HVO. De hbo-master in deeltijd is uitstekend geschikt als voorbereiding van een introductie van een levensvak in het openbaar (en daarmee vergelijkbaar) voortgezet onderwijs. Naar schatting wordt anno 2010 nog op slechts 5% van de openbare scholen voor voortgezet onderwijs een dergelijk vak aangeboden. In de planperiode zullen scholen voor voortgezet onderwijs herhaaldelijk uitgenodigd worden een levensvak in hun lesprogramma op te nemen. Dit zal in nauwe samenwerking met de koepelorganisaties in het openbaar en overig algemeen toegankelijk onderwijs gebeuren.
2.4.2 Humanistische vorming Humanistische vorming is 2500 jaar geleden geboren in het klassieke Athene (vorming in hoofddeugden: wijsheid, moed, rechtvaardigheid en zelfbeheersing) en gekleurd door onder meer denkers in het klassieke Rome (ethiek van de Stoa), kunstenaars en filosofen in de Renaissance (schoonheid en menselijke waardigheid), pedagogen en filosofen in de Verlichting (autonoom en kritisch denken) en de Romantiek (kindgerichtheid, authenticiteit) en de existentiële filosofie en pedagogie (eigen verantwoordelijkheid) uit de vorige eeuw. De filosoof en pedagoog Nimrod Aloni heeft de filosofische fundering van humanistische vorming uitgebreid beschreven. Hij stelt dat de basiselementen uit al deze cultuurperioden de humanistische vorming ook in de eenentwintigste eeuw inhoud geven. Voor Aloni betekent humanisme: ‘Regarding human beings as sovereign individuals who are responsible for their destiny, attributing to all people an unconditional self value equal to that of their fellow men and women, and striving to establish a just, democratic, and humane social order, which is committed to the sanctity of human life and the furthering of human equality, freedom, solidarity, growth and happiness‘6.
2.4 Grondslagen voor het opleiden
Tot besluit van dit hoofdstuk HVO Opleidingen worden in deze paragraaf de grondslagen voor het opleiden weergegeven. Hiervoor is de tekst uit Een eigen vorm vinden… (opleidingsplan hbo-bachelor, 2008) grotendeels weergegeven om de mogelijk nog niet ingevoerde (mee)lezer inzicht te geven in de achtergronden van en visie op humanistische vorming, waar Stichting HVO voor staat. 2.4.1 Humaniteit, humanisme en vorming Van de Spaanse filosoof Fernando Savater is de uitspraak: ”Het belangrijkste vak dat mensen elkaar kunnen onderwijzen, is wat het inhoudt om mens te zijn.” Dit laatste kan verschillend worden ingevuld, afhankelijk van iemands godsdienst of levensbeschouwing en daaraan verbonden mensvisie. Bij humanisme gaat het om een interpretatie van de menselijke zijnswijze, waarbij de eigen ervaring van de mens het uitgangspunt vormt en dat wat de mens tot mens maakt, niet bepaald wordt door een buitenmenselijke instantie, zoals bij de meeste geestelijke tradities. Aan die humanistische interpretatie is gekoppeld dat het echte mens-zijn als een opgave gezien wordt, waaraan door geestelijke vorming en verdieping gewerkt moet worden.
16
Met hoofd, hart en handen…
Koo van der Wal, Autonomie met een menselijk gezicht. Pleidooi voor een relationeel vrijheidsbegrip. In: Esther Wit (red.) e.a., De autonome mens. Nieuwe visies op gemeenschappelijkheid, p. 83-94, Amsterdam 2007. 3 Koo van der Wal, Humaniteit. Uitdagingen en perspectieven van een eigentijds humanisme. Kampen 2008. 4 Nimrod Aloni, Enhancing Humanity. The Philosophical Foundations of Humanistic Education, p. 31, Dordrecht 2007. 5 Zie bijlage 3. 6 Nimrod Aloni, p. 63. 2
2. HVO Opleidingen
17
Humanistische vorming in algemene of publieke zin kan omschreven worden als humanisering van leerlingen door de bevordering van het zelfstandig denken en handelen en de voorbereiding op het vreedzaam democratisch samenleven. De idee van de authentieke persoonlijkheid is hierbij richtinggevend. Het motto van het Humanistisch Verbond vat dit ten dele samen in Zelf denken Samen leven. Het onderwijs in westerse seculiere samenlevingen heeft duidelijke kenmerken van algemene of publieke humanistische vorming, zonder dat de inspiratiebronnen daarvan eenieder nog helder voor ogen staan. Die vanzelfsprekendheid heeft het gevaar van vervlakking in zich. Het georganiseerde humanisme in Nederland heeft zich tot taak gesteld de humanistische vorming in algemene zin steeds te vitaliseren en eigentijds aansprekend te doen zijn. De lerarenopleidingen HL richten zich niet alleen op deze algemene humanistische vorming, maar in het bijzonder ook op de existentiële of levensbeschouwelijke humanistische vorming.
2.4.4 Vrijplaats Zowel HVO als GVO vullen op de openbare school een vrijplaatsfunctie in. Het niet apart, maar samen van de openbare school heeft humanisten in Nederland altijd aangetrokken en hen ervan weerhouden humanistische bijzondere scholen te stichten. Het keuzevak had ook humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs genoemd kunnen worden door de voorbereiders ervan uit het HV in de zestiger jaren van de vorige eeuw. Het bredere Humanistisch vormingsonderwijs (HVO) kreeg echter de voorkeur. Door de erkenning van humanisme als levensbeschouwing kon HVO als alternatief voor GVO worden aangeboden aan ouders, voogden of verzorgers met kinderen op de openbare school. De onderwijskundige Leon van Gelder schreef in 1962 al: “Het vormingsonderwijs, uitgaande van een humanistische levensovertuiging, kan voor leerlingen van het voortgezet onderwijs een mogelijkheid bieden hen in aanraking te brengen met gedachten, die zij nodig hebben om een eigen levensbeschouwing op te bouwen.” 8 In het voortgezet openbaar onderwijs kwam het keuzevak HVO nauwelijks van de grond. Het belang van levensbeschouwelijke vorming werd blijkbaar onvoldoende ingezien. In het openbaar basisonderwijs was dat anders. Vanaf het schooljaar 1969-1970 kreeg HVO als alternatief voor GVO er vaste voet aan de grond.
2.4.3 Existentiële humanistische vorming Een bijzondere verschijningsvorm in Nederland is de existentiële of levensbeschouwelijke humanistische vorming in het keuzevak HVO op de openbare school als alternatief voor het godsdienstonderwijs (GVO). Deze existentiële vorming vertrekt vanuit een visie op leven en dood. Het georganiseerde humanisme beschouwt deze existentiële vorming als de levensbeschouwelijke grondlaag van de algemene humanistische vorming. Deze laag is door Jaap van Praag in een aantal postulaten over mens en wereld samengevat7: de wereld is ervaarbaar, bestaand, volledig, toevallig en dynamisch. Natuurlijkheid, verbondenheid, vrijheid, gelijkheid en redelijkheid formuleerde hij als postulaten met betrekking tot mens-zijn en medemenselijkheid. Deze postulaten zijn afgeleid van wetenschappelijke theorievorming met betrekking tot kosmische, biologische en morele evolutie. De inhoud van het begrip humaniteit weerspiegelt morele evolutie.
2.4.5 Wettelijke basis De wettelijke basis voor het keuzevak HVO in het openbaar basisonderwijs is neergelegd in de artikelen 50 en 51 van de Wet op het Primair Onderwijs: Art. 50. Het bevoegd gezag stelt de leerlingen in de gelegenheid op de school, binnen de schooltijden, godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs te ontvangen. Van de tijd daaraan te besteden worden ten hoogste 120 uren per schooljaar meegeteld voor het aantal uren dat de leerlingen krachtens artikel 8, zevende lid, aanhef en onder a, ten minste moeten ontvangen. Voor de leerlingen die dit onderwijs niet volgen, voorziet het bevoegd gezag in andere onderwijsactiviteiten op de school.
Het vak HVO verenigt een ‘oppervlaktestructuur’ van algemene of publieke humanistische vorming met een zingevende ‘dieptestructuur’. Deze dieptestructuur kent een existentieel rationeel-emotionele dimensie (evolutie en humaniteit), en een existentieel spirituele dimensie. Laatstgenoemde dimensie duidt bijvoorbeeld op diepte-ervaringen van de mens als tijdelijk aanwezige in een tijdloze kosmos; als natuurlijk verbondene met de ander en alles wat leeft; als aangesprokene door tijd en ruimte overstijgende kunst; als gever en ontvanger van onbaatzuchtige zorg, liefde en vriendschap. Deze voorbeelden duiden op een zelfoverstijgende kracht in mensen in relatie tot de ander en het andere. Een rechtgeaarde humanist streeft er een leven lang naar zichzelf te overstijgen, om afsluiting te voorkomen en een open levenshouding te bestendigen. Vooral de dieptestructuur kan als bron van inspiratie en energie dienen om het leven te beamen, het als zinvol te ervaren en het in een humane levenshouding tot uiting te brengen.
Art. 51. Godsdienstonderwijs wordt gegeven door leraren, aangewezen door kerkelijke gemeenten, plaatselijke kerken of rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid die zich blijkens hun statuten het geven van godsdienstonderwijs ten doel stellen. Levensbeschouwelijk onderwijs wordt gegeven door leraren daartoe aangewezen door volledige rechtsbevoegdheid bezittende organisaties op geestelijke grondslag.
L. van Gelder e.a., Vormingsonderwijs op humanistische grondslag, p. 37, Amsterdam 2006. Jubileumuitgave Humanistisch Verbond 1946-2006.
8
J.P. van Praag, Grondslagen van Humanisme. Inleiding tot een humanistische levens- en denkwereld, Amsterdam 1978.
7
18
Met hoofd, hart en handen…
2. HVO Opleidingen
19
Artikel 47 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs geeft de wettelijke basis als volgt vergelijkbaar weer: 1. Aan de openbare scholen worden op verzoek van door ons tot dit doel toegelaten genootschappen op geestelijke grondslag de leerlingen, wier ouders, voogden of verzorgers daartoe de wens te kennen geven, in de gelegenheid gesteld in de schoollokalen levensbeschouwelijk vormingsonderwijs te volgen van leraren, daartoe door deze genootschappen aan te wijzen. 2. De schoollokalen worden, zo nodig verwarmd en verlicht, kosteloos voor het vormingsonderwijs beschikbaar gesteld. 3. Bij een geschil omtrent het vaststellen van lessen of het beschikbaar stellen van lokalen van openbare scholen beslist onze minister. 4. Aan de genootschappen, bedoeld in het eerste lid, kan een vergoeding worden toegekend volgens regelen, bij algemene maatregel van bestuur te stellen.
Sociale levenskunst Filosoof en voormalig bestuurslid van Stichting HVO, Henk Manschot9, omschreef sociale levenskunst als “een inspiratie, een drang tot vernieuwing, een lange termijn proces waarin twee waarden worden samengesmeed die uit elkaar gedreven zijn: radicaal stuurmanschap over het eigen leven en veelzijdige verbondenheid met het wel en wee van anderen. En dat niet uit plicht of zelfopoffering, maar als invulling van een gelukkig menselijk bestaan”. Humanisering en zingeving zijn zo twee kanten van eenzelfde medaille die mens-zijn genoemd wordt. Humanisering en zingeving in een mensenleven, dat eindig en onherhaalbaar is. Sociaal en ecologisch wereldburgerschap Wereldburgerschap geeft de reikwijdte van de sociale levenskunst aan. De Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum definieert wereldburgerschap als ‘het vermogen om zichzelf niet slechts te zien als burger van één lokale gemeenschap of natie, maar als een menselijk wezen dat met alle andere mensen verbonden is door banden van erkenning (recognition) en zorg (concern)’. Henk Manschot begint zijn pleidooi voor ecologisch wereldburgerschap met deze definitie. Ecologisch wereldburgerschap omvat het ontstaan en voortbestaan van alle leven op aarde. Dit pleidooi geeft een kosmische reikwijdte aan de sociale levenskunst.10
Het Levensbeschouwelijk onderwijs uit de wetsteksten wordt in Nederland alleen door het georganiseerde humanisme ingevuld onder de naam Humanistisch vormingsonderwijs.
2.4.6 Streefdoelen humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs Zowel in het basis- als in het voortgezet onderwijs kent het humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs in Nederland twee streefdoelen: 1. Vanuit humanistische uitgangspunten (de dieptestructuur) leerlingen op een kritische en creatieve manier leren omgaan met vragen die betrekking hebben op normen en waarden en ze stimuleren tot zelfstandig oordelen en handelen, waardoor zij in toenemende mate in staat zullen zijn om zin en vorm te geven aan hun eigen leven en dat van anderen (sociale levenskunst). 2. Vanuit humanistische uitgangspunten leerlingen op een kritische en creatieve manier leren een persoonlijke levens- en wereldbeschouwing te vormen, waarmee zij als betrokken wereldburgers een bewuste bijdrage kunnen leveren aan het duurzaam (samen)leven op aarde (sociaal en ecologisch wereldburgerschap).
Voorbeeldgedrag In de streefdoelen van humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs zijn de bevordering van het zelfstandig denken en duurzaam (samen)leven op aarde duidelijk te herkennen. Het voorbeeldgedrag en de deskundigheid van de leraar zal de leerlingen de werkzaamheid van de grondwaarde humaniteit kunnen tonen; in dit opzicht de deskundigheid met betrekking tot de sociale autonomieontwikkeling.11 Bij humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs zullen de leerlingen mede hierdoor worden uitgedaagd hun denken en doen af te stemmen op de grondwaarde en daarmee mogelijk een keuze te maken voor een ethiek van verbondenheid en deze ethiek ook te ervaren in relatie tot de gehele natuur.
De streefdoelen kunnen met sociale levenskunst en sociaal en ecologisch wereldburgerschap verkort worden weergegeven. Hier volgt een omschrijving van de inhoud van deze begrippen. Henk Manschot, Sociale levenskunst: de postmoderne uitdaging. In: Tijdschrift voor Humanistiek, 2000 nr.2, pp. 34-39. Henk Manschot, De wereld draait door. Over ecologisch (wereld)burgerschap en de toekomst van het moderne humanisme. In: Tijdschrift voor Humanistiek, april/mei 2007, pp. 49-60. 11 Merel van der Hamsvoord, Zo vrij als een mens. Een onderzoek naar sociale autonomieontwikkeling in opvoedingsfilosofisch en humanistisch perspectief. Utrecht 2008. Stageonderzoek uitgevoerd bij Stichting HVO in het kader van de masteropleiding opvoedingsfilosofie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. 9
10
20
Met hoofd, hart en handen…
2. HVO Opleidingen
21
2.4.7 Humanistisch vormingsonderwijs en Levensbeschouwing (HL) De naam van de lerarenopleidingen is niet humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs, maar voluit Humanistisch vormingsonderwijs en Levensbeschouwing. De naam zou ook Humanistische Levenskunde kunnen luiden, naar analogie van de opleiding en het vak in Berlijn van de Duitse zusterorganisatie. De naamgeving van de Nederlandse wegbereiders is echter in ere gehouden en de toevoeging Levensbeschouwing haalt ook het tweede streefdoel voor het voetlicht, die reeds door wegbereider Leon van Gelder voor het voortgezet onderwijs geopperd was. De lerarenopleidingen richten zich zowel op het basisonderwijs, als op de onderbouw van het voortgezet onderwijs, het vmbo, het mbo en de bovenbouw van het voortgezet onderwijs. In de onderwijspraktijk is de naam HVO meer in gebruik in het (openbaar) basisonderwijs en Levensbeschouwing meer in het voortgezet onderwijs. Niet uit te sluiten is dat Levensbeschouwing als vakaanduiding in de toekomst ook zijn weg zal vinden in het basisonderwijs en HVO in het voortgezet onderwijs. In plaats van godsdienstonderwijs wordt het vak in het christelijk voortgezet onderwijs steeds vaker aangeduid met Godsdienst/Levensbeschouwing (afgekort GL). Het is ook denkbaar dat naar analogie daarvan ook Humanistisch Vormingsonderwijs en Levensbeschouwing (afgekort HL) in gebruik zal raken op scholen in het voortgezet onderwijs die de leerlingen de keuze willen bieden.
3. HVO Onderzoek & Ontwikkeling De inhoudelijke ontwikkeling van het vak HL is de specifieke opdracht van HVO Onderzoek & Ontwikkeling, in het bijzonder met betrekking tot het onderscheidende humanistische perspectief. Onderzoek, internationale samenwerking en gericht te kiezen ontwikkelthema’s geven richting aan deze expertiseontwikkeling. Naast de specifieke opdracht van O & O is bij HVO Opleidingen vanzelfsprekend voortdurend sprake van bijstelling en ontwikkeling van de opleidingsprogramma’s in al hun facetten, mede op grond van de integrale kwaliteitszorg, die gericht is op verwerving en waarborging van de accreditatie. Aan de ontwikkeling van de opleidingen dragen ook externe adviescommissies uit het beroepenveld en de alumni bij. Voor alumni, werkzaam in het voortgezet onderwijs, wordt tweejaarlijks (oneven jaren: 2011 en 2013) een alumnibijeenkomst georganiseerd met de bedoeling een blijvende band en wederkerig leren te bewerkstelligen. Het voornemen is om op grond van informatie uit deze bijeenkomsten een nascholingsprogramma op te stellen en aan te bieden, bij voorkeur in samenwerking met de UvH. Voor alumni werkzaam in het primair onderwijs bestaat al een jaarlijks nascholingsprogramma. Wat voor HVO Opleidingen geldt, is even vanzelfsprekend van toepassing op HVO Training & Advies. Op grond van de vraag en evaluaties van uitgevoerde cursussen en trainingen is sprake van continue bijstelling en (product)ontwikkeling.
Onderzoek
In de vorige planperiode heeft de bijzonder hoogleraar HVO het voorstel gedaan om systematisch de ontwikkeling van het vak HL bij de vakdocenten in het primair en voortgezet onderwijs te volgen. In deze planperiode zal dit worden gerealiseerd. Bovendien is praktijkgericht onderzoek van studenten inmiddels een substantieel onderdeel van de opleidingsprogramma’s geworden. Zusterorganisatie Universiteit voor Humanistiek verricht voortdurend relevant onderzoek. Kortom, rijke bronnen voor relevante kennisverwerving ten behoeve van de inhoudelijke ontwikkeling van het vak bevinden zich onder handbereik.
Internationaal
In België (Niet-Confessionele Zedenleer) en Berlijn (Humanistischer Lebenskunde) worden aan HVO nauw verwante vakken aangeboden en ontwikkeld. Vergelijking en samenwerking met Europese partners vormen ook bronnen voor de ontwikkeling van het vak HL. Een gezamenlijk pleidooi voor humanistische vorming op scholen in Europa wordt gevoerd door de in Brussel gevestigde Europese Humanistische Federatie (EHF).
Ontwikkelthema’s
In de vierjarige koersplannen vanaf 1999 zijn steeds twee ontwikkelthema’s opgenomen. In het vorige plan 22
Met hoofd, hart en handen…
3. HVO Onderzoek & Ontwikkeling
23
waren dat Virtuele Vorming en Zin in Kunst. Deze thema’s worden gericht voorbereid voor een tweejaarlijks voorjaarssymposium (elk even jaar) met een verdiepend vervolg in nascholingscursussen en trainingen. De streefdoelen van het vak HVO, de Amsterdam Declaration 2002, het klassiek humanistische vormingsideaal en de maatschappelijke context, vormen een vrijwel onuitputtelijke bron voor uitbreiding, herhaling en verdieping van relevante ontwikkelthema’s. De in de streefdoelen opgenomen keuze voor deze planperiode (Groen HVO in 2012 en Met hoofd, hart en handen… in 2014) is nog niet eerder aan bod geweest.
4. HVO Training & Advies Nascholing
Zoals uit de doelstellingen kan worden opgemaakt, verzorgt HVO Training & Advies in afstemming en nauwe samenwerking met HVO Primair de inhoud en organisatie van de geaccrediteerde nascholing voor vakdocenten HL in het primair onderwijs. Ten behoeve van het accreditatieproces stellen de zusterstichtingen een accreditatiecommissie in. Het voornemen is te onderzoeken of vanaf 2012 in samenwerking met het Praktijkcentrum Z&P van de UvH nascholing kan worden verzorgd aan vakdocenten HL (en derden) in het voortgezet onderwijs.
Brede dienstverlening
T & A heeft tevens de opdracht de bestaande expertise van Stichting HVO breed beschikbaar te stellen als betaalde (en soms onbetaalde) dienstverlening in de vorm van cursussen, trainingen en advisering voor en aan andere doelgroepen met een eigentijds klassiek humanistisch vormingsideaal. Op vrijwel elk gebied van de beschikbare expertise (zie www.hvo.nl) kan op aanvraag maatwerk geleverd worden.
Samenwerking
Waar mogelijk en zinvol (win-win) zal samenwerking worden gezocht met APS en het Praktijkcentrum Z&P van de UvH. Bij elk van de mogelijk gezamenlijk te ondernemen activiteiten wordt van te voren op schrift vastgesteld wie ‘eigenaar’ is.
24
Met hoofd, hart en handen…
4. HVO Training & Advies
25
5. Personeel en organisatie 5.1 Personeel
Vanaf het begin van haar bestaan heeft Stichting HVO de rijkdom ervaren van uiterst gemotiveerde inhoudelijke en ondersteunende medewerkers, die met hoofd, hart en handen de missie zijn toegedaan. Deze betrokken inzet blijft de beste garantie vormen voor het welslagen van de in de doelstellingen verwoorde ambities. Kwantitatief is een integrale vaste formatie van 12 fte wenselijk voor de realisatie van de ambities (in 2010 beschikte Stichting HVO over een vaste formatie van bijna 11 fte). Daarnaast kan op sommige momenten enige flexibele formatie met een nul-urencontract nodig zijn. Het expertisecentrum van Stichting HVO heeft zoals eerder gesteld een meerledige functie. Het zou getypeerd kunnen worden als opleidingscentrum, innovatiecentrum en adviescentrum. Anders gesteld: het expertisecentrum fungeert als kleinschalige ‘hogeschool’ voor humanistische vorming en als kleinschalige ‘onderwijsverzorgingsinstelling’ op genoemd gebied. Het personeel is inhoudelijk ‘in dienst van‘ Stichting HVO en huishoudelijk (formeel) in dienst van Stichting APS. Deze constructie biedt tot nu toe aantoonbare meerwaarde op het gebied van efficiency en professionalisering. In de functiebeschrijving (senior) onderwijskundig medewerker (zie bijlage 6), wordt het gewenste functioneringsbeeld geschetst. Dat beeld spreekt van een breed inzetbare inhoudelijk medewerker ten behoeve van de meerledige functie van het expertisecentrum. Tevens wordt van elke inhoudelijke medewerker enige specialisatie verlangd om gezamenlijk de gewenste kwaliteit te kunnen realiseren en waarborgen. Kortom, (senior) onderwijskundig medewerkers HVO zijn generalisten met één of enkele specialisaties. Het streven is een evenwichtige leeftijdsopbouw van het personeel, zodat nieuwe inzichten van nieuwe medewerkers en in jaren opgebouwde expertise van ervaren medewerkers elkaar dynamisch kunnen versterken. Tevens is het streven een afgewogen mix te bewerkstelligen van universitair gevormde medewerkers en in de onderwijspraktijk van HVO gegroeide medewerkers, zodat theorie en praktijk beide in hoge mate de expertise van het centrum blijven vormen. Van de in de onderwijspraktijk gegroeide medewerkers wordt vanzelfsprekend ook een academisch denk- en werkniveau verwacht. Bij aanstelling kan dit blijken uit het gevolgd hebben van de hbomaster HL of uit een assessment. Ondersteuning Voor het welslagen van de ambities is een secretariaat van hoog niveau nodig, dat de basisteams HVO Opleidingen, HVO Onderzoek & Ontwikkeling en HVO Training & Advies adequaat kan ondersteunen. Die ondersteuning wordt aangevuld door de (senior) communicatiemedewerker, de kwaliteitszorgcoördinator en de directeur (‘meewerkend voorman of -vrouw’), die op hun beurt ook door het secretariaat worden bijgestaan. Beoordelingsbeleid Stichting HVO volgt waar mogelijk naar letter of geest het beoordelingsbeleid van de formele werkgever, zowel 26
Met hoofd, hart en handen…
5. Personeel & Organisatie
27
voor inhoudelijke, als voor ondersteunende medewerkers. De functies (senior) onderwijskundig medewerker HVO zijn specifiek voor het expertisecentrum HVO. Indien het grootste gedeelte van de werkzaamheden voor HVO Training & Advies verricht wordt, dan kan de functieaanduiding ook trainer/consultant (naar analogie van APS) of desgewenst trainer/adviseur zijn. Een beoordelingsgesprek wordt gehouden bij de overgang van een tijdelijke naar een vaste benoeming. Medewerkers houden vervolgens zelf een portfolio bij van hun professionele ontwikkeling. Zowel de medewerker, als de directeur kan het initiatief nemen voor een beoordelingsgesprek met hogere inschaling als inzet. Voor de bevordering naar senior onderwijskundig medewerker HVO bijvoorbeeld, dient aangetoond te worden dat voldaan wordt aan het geschetste functioneringsbeeld voor de senior en dient bovendien aangetoond te worden dat de medewerker drie jaar lang minimaal een financiële doelstelling gehaald heeft ter dekking van het verschil tussen de huidige eindschaal en de gewenste. Dit geldt ook voor daarop volgende schalen, conform de mogelijkheden voor APS-medewerkers (zie ook paragraaf 1.9 van de functiebeschrijving). Functioneringsbeleid HVO Hier wordt het functioneringsbeleid voor de inhoudelijke medewerkers uiteengezet. Voor de ondersteunende medewerkers wordt vergelijkbaar beleid gevoerd. Voor het personeel is formeel de CAO voor onderwijsverzorgingsinstellingen van kracht, de CAO voor APS. In hoofdstuk II Personeelsbeleid wordt het formele kader van dit beleid beschreven. Hier volgen de gespreksthema’s, spelregels en de agenda voor het jaarlijkse functioneringsgesprek. Gespreksthema’s functioneringsgesprekken • Persoonlijk en professioneel welbevinden. Wat bevordert dan wel belemmert dit welbevinden? • Resultaatgericht werken. Welke afgesproken resultaten heb je behaald? Wat motiveerde, wat demotiveerde? Hoe ervoer je de samenwerking in je basisteam? (Voor dit thema maakt de medewerker HVO vooraf een zelfevaluatie resultaten op papier, op basis van de resultatenbrief.) • Deel van een groter geheel. Hoe sta je in de ontwikkeling van HVO als geheel; van HVO als deel van de nationale en internationale humanistische beweging? • Professionele ontwikkeling. In welke mate beheers je de beroepsstandaard voor lerarenopleiders van de Velon (en beroepsstandaard voor onderwijsverzorgers)? Waar sta je in de ontwikkeling van het gewenste functioneringsbeeld, zoals dat omschreven is in de functiebeschrijving (senior) onderwijskundig medewerker HVO? (Voor dit thema maakt de medewerker vooraf een zelfevaluatie professionalisering op papier.) In het gewenste functioneringsbeeld ontwikkelt de (senior) onderwijskundig medewerker zich meervoudig tot professioneel lerarenopleider, (studie- en stagebegeleider), innovator (praktijkgericht onderzoeker en ontwerper) en trainer/adviseur.
De spelregels 1. Iedere medewerker voert verplicht één keer per jaar een functioneringsgesprek. 2. De medewerker maakt zelf de afspraak met haar/zijn directeur. 3. Zowel de medewerker als de directeur kan onderwerpen voor of tijdens het gesprek aandragen.
28
Met hoofd, hart en handen…
4. APS: van de gesprekken worden geen verslagen gemaakt. HVO: van de gesprekken worden vanaf 2010 beknopte verslagen gemaakt door de medewerker en ter bevestiging voorgelegd aan de directeur. Deze verslagen worden opgenomen in het bekwaamheidsdossier. 5. APS en HVO: de directie tracht uit de gesprekken trends op te maken, die mogelijk aanleiding zouden kunnen zijn voor aanpassing van bestaand beleid. 6. Functioneringsgesprekken zijn vertrouwelijk, tenzij beide gesprekspartners anders overeenkomen. 7. Een functioneringsgesprek heeft geen rechtspositionele consequenties.
Agenda functioneringsgesprekken 1. Periode: half juni-half september 2. Duur: twee klokuren 3. Opening en welkom 4. Aanvullende bespreekpunten van de medewerker 5. De vier gespreksthema’s met de zelfevaluaties 6. Het persoonlijk ontwikkelingsplan 2011- 2015 (periode nieuw koersplan) 7. Inhoud bekwaamheidsdossier (CV, zelfevaluaties, pop, verslagen functioneringsgesprekken) 8. Afsluiting
5.2 Interne organisatie en samenwerking
Stichting HVO heeft een bestuur dat benoemd wordt door het Humanistisch Verbond (HV). Het bestaat bij voorkeur uit een filosoof/ethicus, een onderwijskundige, een opleider, een onderzoeker en een trainer/consultant. De voorzitter of directeur van het HV en van HVO Primair wonen de bestuursvergaderingen als adviseur bij. Het bestuur bestuurt op afstand en functioneert grotendeels als raad van toezicht en advies. Het komt viermaal per jaar bijeen. Het stelt het vierjarige koersplan vast, eventueel voorgestelde wijzigingen daarvan, de begroting en het (financieel) jaarverslag. Het stelt tevens een eventuele statutenwijziging voor aan het HV, evenals de voordracht voor zijn eigen samenstelling. Het stelt de voordracht voor de benoeming van een directeur op ten behoeve van een formeel besluit door de algemene directie van APS. Het stelt ook geformaliseerde samenwerking met andere organisaties vast. Alle overige zaken mandateert het aan de directeur. Het bestuur kan het mandaat aan de directeur zo nodig te allen tijde wijzigen. Basisteams Het expertisecentrum HVO kent vier open basisteams, te weten basisteam Bachelor, Master, Onderzoek & Ontwikkeling en Training & Advies. Medewerkers kunnen lid zijn van meerdere basisteams. Deze inhoudelijke basisteams worden ondersteund door het secretariaatsteam. Deze teams worden geleid door een coördinator (secretariaat: teammanager) met een nader per coördinator af te spreken mandaat van de directeur. Binnen hun 5. Personeel & Organisatie
29
mandaat kunnen de coördinatoren doormandateren aan eventuele deelcoördinatoren. De opleidingscoördinatoren Bachelor en Master treden tevens op als voorzitter (of secretaris) van de betreffende examencommissie en externe adviescommissie.
6. Georganiseerde communicatie
Samen voor HVO en sector Twee zusterorganisaties, Stichting HVO en Stichting HVO Primair, vullen elkaar naadloos aan om namens het zendend genootschap, het Humanistisch Verbond, eenzelfde doel te bereiken: de groei en bloei van inspirerend HVO in het (primair) openbaar en zo mogelijk overig algemeen toegankelijk onderwijs. Beide organisaties werken ook nauw samen ter bevordering van professionele ondersteuning en ontwikkeling van de integrale sector GVO en HVO onder het dak van gastheer APS.
De georganiseerde communicatie (‘corporate communication’) heeft als doel de missie en de realisering van de streefdoelen zo krachtig en effectief mogelijk te ondersteunen. De belangrijkste modaliteiten zijn en blijven de organisatiecommunicatie, de interne communicatie, de voorlichting en de marketingcommunicatie.
5.3 Externe organisatie en samenwerking
Stichting HVO maakt actief deel uit van het samenwerkingsverband van humanistische organisaties in Nederland, de Humanistische Alliantie, om zichtbaar en inspirerend humanisme te bevorderen. De directeur van Stichting HVO maakt functioneel deel uit van het bestuur. Met de Universiteit voor Humanistiek wordt jaarlijks samengewerkt in het kader van de hbo-master Humanistisch vormingsonderwijs en Levensbeschouwing (HL). Stichting HVO is tevens lid van de Europese Humanistische Federatie (EHF). Stichting HVO onderhoudt goede betrekkingen met organisaties die het openbaar onderwijs ondersteunen en bevorderen: met de VOS/ABB (besturen), de VOO (ouders) en het CBOO (leraren). Even goede betrekkingen worden onderhouden met het algemeen bijzonder onderwijs. De directeur van Stichting HVO is bestuurslid van het Contactcentrum Bevordering Openbaar Onderwijs (CBOO) en woont de vergaderingen van de Nederlandse Algemeen Bijzondere Schoolraad (NABS) als waarnemer bij. Op het terrrein van kinderfilosofie en e-learning wordt de bestaande gewaardeerde samenwerking voortgezet. Nieuw is het voornemen functionele samenwerking tot stand te brengen met het Centrum voor Levensbeschouwing (pc) in Leeuwarden op onder meer het gebied van sectorbrede (GVO en HVO) ‘onderwijstechnische’ nascholing in met name die regio.
Organisatiecommunicatie
De organisatiecommunicatie is erop gericht om de mogelijke kloof tussen het gewenste imago (zie de missie) en het werkelijke imago van Stichting HVO zo klein mogelijk te maken, en om een goede reputatie van de merknaam HVO te bevorderen (‘corporate branding’). Belangrijk hierbij is dat de verschillende communicatiemodaliteiten op elkaar afgestemd zijn en de communicatiemix op samenhangende wijze wordt ingezet (geïntegreerde communicatie). Hierdoor wordt het merkbewustzijn (herkenning en herinnering) en de merkbeleving (associaties zijn sterk, positief en uniek) bij de doelgroepen gestimuleerd. Dit beïnvloedt weer de algemene waardering voor Stichting HVO. In de eerste helft van het jaar 2011 zal een integraal communicatieplan voor Stichting HVO samengesteld worden door de (senior) communicatiemedewerker. In de vorige planperiode waren de gewenste associaties met de merknaam HVO: humanistisch, kosmopolitisch, onderwijs en opvoeding, basis- en voortgezet onderwijs, sociaal-emotionele, morele, levensbeschouwelijke, democratische en virtuele vorming, zingeving en humanisering. De gewenste associaties met betrekking tot de titel van het nieuwe koersplan, de missie en doelstellingen - sociale en ecologische levenskunst - komen daar onder meer bij in de nieuwe planperiode. Het invoeren van een nieuwe huisstijl vanaf januari 2004, uitvoerig beschreven in het Huisstijlhandboek HVO, had als doel de gewenste identiteit krachtiger zichtbaar te maken. Geen enkele organisatie kan echter alleen op basis van design individualiteit en vertrouwen uitstralen. De reputatie van een organisatie wordt voor een belangrijk deel bepaald door de inspanningen van alle medewerkers op het gebied van voorbeeldgedrag en symboliek. Of de gewenste reputatie breed aanwezig is, zal in de tweede helft van deze planperiode worden onderzocht door de (senior) communicatiemedewerker.
Interne communicatie
De kwaliteit en professionaliteit van de interne communicatie bepaalt in hoge mate de organisatiecommunicatie. Daarom wordt van elke medewerker veel verwacht en geeft de organisatie op een professionele manier invulling aan vier kenmerken van interne communicatie: structuur (de kanalen die zorgen voor het transport van de interne boodschappen zijn voor iedereen bekend), inhoud (medewerkers zijn goed geïnformeerd, zowel over hun eigen functioneren als over hun organisatie als totaliteit), richting (verticaal, horizontaal en lateraal) en klimaat (openheid, zorgvuldigheid en zakelijkheid). Elke medewerker is ambassadeur van het HVO als geheel en stelt zich dus goed op de hoogte van het strategisch, tactisch en operationeel beleid van Stichting HVO (en Stichting HVO 30
Met hoofd, hart en handen…
6. Georganiseerde Communicatie
31
Primair). Zij/hij kent bijvoorbeeld het koersplan van Stichting HVO, het jaarverslag, leest grondig de bestuursstukken, bezoekt regelmatig de website, doet verbetervoorstellen, et cetera. De georganiseerde interne communicatie van het centrum kent onder meer de volgende middelen en media: het strategisch plan, de startdag, de carrouseldag, de nieuwjaarsbijeenkomst, het ID-overleg, themadagen, bestuursvergaderingen en intranet. Niet alle communicatie in een organisatie is georganiseerd of per se relevant om de doelen van de organisatie te halen. Maar elke vorm van communicatie met betrekking tot het HVO beïnvloedt wel in zekere mate de perceptie van deelnemers en toeschouwers over het HVO en haar activiteiten, en werkt zo in op het beeld, het merk en de reputatie van het HVO. Ook in ongeorganiseerde communicatie wordt verwacht dat openheid, zorgvuldigheid en zakelijkheid betracht wordt.
Voorlichting
Stichting HVO Primair
Zusterorganisatie Stichting HVO is verantwoordelijk voor de bevordering van het gewenste imago van het HVO in het (openbaar) basisonderwijs. HVO Primair wordt verzocht hiervoor plannen en/of richtlijnen op te stellen, zodra dat mogelijk is. Hierbij wordt de stichting desgewenst ondersteund door het gezamenlijke secretariaat en waar nodig en mogelijk door medewerkers van Stichting HVO, het Humanistisch Verbond en de Humanistische Alliantie. De ontwikkeling naar grotere bekend- en bemindheid van het HVO in het (openbaar) basisonderwijs is van groot gezamenlijk belang voor de integrale humanistische beweging.
Gezamenlijk merk
Naar analogie van de benaming HVO Primair zijn de onderscheiden werksferen van Stichting HVO benoemd als HVO Opleidingen, HVO Onderzoek & Ontwikkeling en HVO Training & Advies. Gevieren vormen zij de fundamenten voor de groei en bloei van het merk HVO in al zijn verschijningsvormen.
Voorlichting heeft als doel kennis en feitelijke informatie te verschaffen op een zo objectief en duidelijk mogelijke manier, zodat de informatievrager een eigen overwogen keuze kan maken. De middelen die Stichting HVO hiervoor inzet, zijn de website, de folders over de opleidingen en trainingen, de studiegids, de stagebrochure, alle publicaties en voorlichtingsbijeenkomsten. Het voornemen is dat de website met ingang van 1 januari 2012 het gewenste communicatiebeleid op adequate wijze in beeld brengt. Andere activiteiten richten zich meer op het bevorderen van een breder begrijpen van het HVO in het kader van de nationale en internationale humanistische beweging. Bekende middelen daarvoor kunnen zijn: een magazine, films, de website van de Humanistische Alliantie www. human.nl (de videomonologen Een klasse apart en interviews met medewerkers), en het verzorgen van lezingen. Of het bekende HVO Nieuws terugkeert in 2012 hangt mede af van het in 2011 te ontwerpen integrale communicatieplan bij het koersplan.
Marketingcommunicatie
De marketingcommunicatie-activiteiten richten zich ook in de nieuwe planperiode op de werving van geschikte deelnemers voor de opleidingen en trainingen, en op acquisitie van opdrachten voor betaalde dienstverlening. In de nieuwe planperiode is de werving van deelnemers aan de lerarenopleidingen (zie HVO Opleidingen) de verantwoordelijkheid van de (senior) communicatiemedewerker. Zij stelt hiervoor jaarlijks op basis van evaluaties het wervingsplan bij. Bij de wervingsactiviteiten wordt zij ondersteund door de betreffende basisteams en het secretariaat. Voor het ‘vermarkten’ van cursussen, trainingen en overige pmc’s is de coördinator van HVO Training & Advies verantwoordelijk. Zij stelt hiervoor jaarlijks het marketingplan bij op basis van evaluaties. Bij de uitvoering van het plan wordt zij ondersteund door het basisteam en het secretariaat. De (senior) communicatiemedewerker heeft een adviserende rol in het bijstellen van het marketingplan en de uitvoering van de voorgenomen activiteiten. 32
Met hoofd, hart en handen…
6. Georganiseerde Communicatie
33
7. Kwaliteit en continuïteit Voor de lange termijn is niets zo belangrijk voor de kwaliteit en continuïteit als vakdocenten, opleiders, onderzoekers, trainers, adviseurs, die met passie en professionaliteit hun werk verrichten. Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle betrokkenen een cultuur te waarborgen die daarvan doortrokken is. Gecombineerd strategisch en dienend leiderschap is een voorwaarde voor een dergelijke cultuur. Dat geldt tevens voor een aansprekende interne en externe communicatie. Wat kwaliteit inhoudt, wordt ook bepaald door externen. Zo geeft de NVAO in criteria aan wat de kwaliteit dient te zijn van opleidingen die tot het hoger onderwijs behoren. Studenten en overige afnemers geven de ervaren kwaliteit aan in metingen van tevredenheid over het gevolgde onderwijs en de dienstverlening. Voor de continuïteit is het van groot belang systematische kwaliteitszorg te organiseren, mede gebaseerd op externe maatstaven en metingen onder afnemers. Hiervoor heeft Stichting HVO een kwaliteitscoördinator in dienst, die externe ontwikkelingen op het gebied van kwaliteitszorg volgt (met name voor de opleidingen); het accreditatieproces voor de opleidingen organiseert en coördineert; evaluaties c.q. tevredenheidsmetingen organiseert en coördineert; zorg draagt voor gewenste bijscholing van de basisteams, en het kwaliteitszorgplan jaarlijks evalueert en bijstelt. Vanzelfsprekend wordt de coördinator naar vermogen ondersteund door alle inhoudelijke en ondersteunende medewerkers.
HVO Opleidingen
Alle opleiders zijn hoogopgeleide generalisten met praktijkervaring. Er wordt naar gestreefd dat elke opleider ook één of enkele specialisaties ontwikkelt en/of onderhoudt. Een specialisatie kan bijvoorbeeld een vakgebied zijn, een onderwijskundig thema (bijvoorbeeld toetsen en beoordelen), praktijkgericht onderzoek, e-learning, internationalisering et cetera. Aan een specialisatie kan de regiefunctie worden gekoppeld met de verantwoordelijkheid voor de inhoudelijke ontwikkeling van de specialisatie in de integrale opleiding (bijvoorbeeld doorlopende lijn didactiek, e-learning, praktijkgericht onderzoek). De naar menselijke maat op te stellen persoonlijke ontwikkelingsplannen waarborgen deze professionalisering. Het kwalitatief en kwantitatief in stand houden van alle genoemde opleidingsvarianten in de planperiode is behoorlijk ambitieus voor de vaste formatie. Naar verwachting zal het aantal studenten in opleiding per jaar in totaal gemiddeld 100-120 bedragen. Zowel voor de bachelor als de master zal gestreefd worden naar een flexibele kring van geschikte praktijkdocenten, die zo nodig ingezet kunnen worden voor het begeleiden bij en het voorbereiden van de beoordeling van stages en lio-schappen.
HVO Onderzoek & Ontwikkeling
Met de bijzonder hoogleraar HVO zal in 2011 een haalbaar ‘onderzoeksplan’ worden opgesteld, dat gericht is 34
Met hoofd, hart en handen…
7. Kwaliteit en continuïteit
35
op ontwikkeling en evaluatie van de inhoud van het vak HL in de praktijk. Het streven is het plan in 2012 te implementeren. Stichting HVO streeft naar voortdurende ontwikkeling van de inhoud van het vak en werkt daarmee structureel aan de kwaliteit en continuïteit.
HVO Training & Advies
Met het verzorgen van de verplichte nascholing van vakdocenten HVO in het openbaar basisonderwijs, in afstemming met de werkgever, Stichting HVO Primair, en de betaalde dienstverlening aan derden draagt HVO Training & Advies rechtstreeks bij aan de kwaliteit en continuïteit van beide zusterstichtingen. Het inhoudelijk referentiekader voor de kwaliteit van de nascholing aan vakdocenten HVO biedt de publicatie Competente vakdocenten GVO en HVO voor de openbare basisschool, mei 2010. In deze publicatie is het gewenste programma voor het vak HVO in de basisschool op hoofdlijnen beschreven, met tevens de gewenste competenties om dat vak als docent naar behoren te kunnen uitvoeren. De afstemming met de werkgever is vastgelegd in een schriftelijke richtlijn. De kwaliteit van de uitgevoerde cursussen, trainingen en de organisatie daarvan zal blijken uit tevredenheidsmetingen.
andere extra verzekeringen. Met OCW zullen dan verschillende mogelijkheden daarvoor besproken worden. Belangrijk hierbij is APS als gezamenlijke gastheer voor Stichting HVO, Stichting HVO Primair en Stichting Dienstencentrum GVO en HVO te behouden. Dat biedt de beste garantie voor de kwaliteit en continuïteit in brede zin. De basissubsidie bedraagt in 2011 € 700.000,-, net als in 2010. Voor de begroting is een aanvullend bedrag nodig in de omvang van 25% van de basissubsidie. Dat betekent dat structureel aanvullende inkomsten uit studiebijdragen en betaalde dienstverlening nodig zijn. Deze zijn de vorige planperiode ook in voldoende mate gerealiseerd. Mocht de basissubsidie tijdens de planperiode verlaagd worden, dan zullen extra inkomsten uit studiebijdragen en betaalde dienstverlening gegenereerd dienen te worden. Om alle ambities voor 2011-2015 te realiseren zal in deze periode gemiddeld € 900.000,- per kalenderjaar nodig zijn.
De betaalde dienstverlening maakt HVO breed bekend en bemind als hoogwaardig expertisecentrum op het gebied van humanistische vorming. De extra inkomsten worden met name ingezet voor het personeelsbeleid. De kwaliteit van de betaalde dienstverlening wordt per opdracht overeengekomen met de afnemer en vastgelegd in een offerte. Een tevredenheidsmeting na afloop dient ter bevestiging van de geleverde kwaliteit. In de periode 2011-2015 zal standaard € 110,- per uur gelden (in de vorige periode € 100,-). Voor Stichting HVO Primair geldt vanaf 2011 een gereduceerd tarief van € 75,- per uur. Indien betaalde dienstverlening in samenwerking met een andere organisatie wordt uitgevoerd, zal door de samenwerkende organisaties eenzelfde tarief worden gehanteerd, hetzij een lager, hetzij een hoger tarief dan het standaardtarief van Stichting HVO. Voor ideële humane organisaties met weinig of geen financiële middelen, kan zo mogelijk ook onbetaalde dienstverlening worden verricht.
Financiele continuiteit
Stichting HVO ontvangt voor al haar activiteiten vanaf 1980 een basissubsidie van het rijk, vanaf 1 januari 1999 indirect via APS. Dit laatste had het voordeel van verankering in de wet SLOA, een extra verzekering van de subsidie. Vanaf 1980 tot 1999 was deze extra verzekering er niet. In 2012 en 2013 wordt de wet SLOA geëvalueerd. Hierbij bestaat de mogelijkheid dat hij voortgezet, gewijzigd of zelfs opgeheven wordt. In het laatste geval vervalt de extra verzekering, maar daarmee nog niet de basissubsidie. De belangrijkste verzekering vormt het unieke humanistische karakter en de kwaliteit van het werk van Stichting HVO. Hierdoor wordt de continuïteit van de humanistische bijdrage aan morele en levensbeschouwelijke vorming in het primair en voortgezet onderwijs gewaarborgd. Indien de wet SLOA wordt opgeheven, dan kan gezocht worden naar 36
Met hoofd, hart en handen…
7. Kwaliteit en continuïteit
37
38
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen 1. Een humanistische houding
41
2. Humanistisch Verbond - Eigentijds humanisme
43
3. Amsterdam Declaration 2002
48
4. Raamprogramma HVO voor de openbare basisschool
49
5. Beroepscode vakdocent Humanistisch Vormingsonderwijs
51
6. Pleidooi voor het vak Levensbeschouwing in het voortgezet onderwijs
54
7. Statutaire doelstellingen in het kader van de Humanistische Alliantie
55
8. Functiebeschrijving (senior) onderwijskundig medewerker HVO
56
9. Samenwerkingsovereenkomst met APS
60
10. Samenwerkingsconvenant met de Universiteit voor Humanistiek (UvH)
62
Bijlagen
39
Bijlage I Een humanistische houding De Amerikaanse vrienden van de Council for Secular Humanisme hebben in hun blad Free Inquiry van augustus 2005 een serie aforismen en maximes rond de goede wil gepresenteerd, die extra aandacht verdienen. Ze geven een mogelijke inhoud aan van een humanistische levenshouding. “We moeten ernaar streven om: • bevestiging te geven aan anderen en onszelf; • mensen een compliment te geven als zij het goed doen; beleefd, eerlijk en attent te zijn; • ons te richten op het beste in mensen, dus niet op hun fouten of tekortkomingen; • mensen te prijzen om hun prestaties, hun creativiteit te waarderen en hun uniekheid te respecteren; • te leren om te vergeven en te vergeten, te helen en te respecteren, te veranderen en te verbeteren; • geen kwaad met kwaad te vergelden; niet wraakzuchtig, rancuneus of wraakgierig zijn; • te leren uitzonderingen te maken, flexibel te zijn; • bereid te zijn van gedachten te veranderen en het toe te geven als we fout zitten; • te proberen anderen te helpen als we kunnen; blij te zijn als ze slagen; • te leven zonder jaloezie, haat, cynisme, wraak en hebzucht; • van het leven te genieten, weinig te klagen, de schoonheid en de waarde van het leven te benadrukken in plaats van de onvolkomenheden; • in plaats van ons te beklagen over ons lot of anderen daarvan de schuld te geven, aan te pakken en te proberen de situatie te verbeteren; • ernaar te streven als mens constructief te zijn; • te erkennen dat niemand perfect is; • mensen te accepteren zoals ze zijn, dus met hun eigenaardigheden; • mensen wat speelruimte te geven om te slagen en hun doelen te bereiken; • vernieuwing, individualiteit, creativiteit en eerlijke meningsverschillen te respecteren; • de moed te hebben voor onze mening uit te komen; • een opgewekte, optimistische, positieve houding uit te stralen, vooral als dat nodig is; • te focussen op het potentieel goede en niet op het mogelijk slechte; loyaliteit, geen verraad; collegialiteit, geen haat; recht, geen onrecht; • mensen verantwoordelijk te houden als ze zich immoreel gedragen; degenen te beschermen die zij kwaad doen; barmhartig en begrijpend te zijn; • compromissen te zoeken als er verschillen zijn; te onderhandelen over oplossingen; • geweld te vermijden of een vreedzame oplossing voor meningsverschillen te forceren en na te streven; • een gemeenschappelijke basis, gedeelde morele principes en waarden waar we van uit kunnen gaan te zoeken en ons te verenigen.
40
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
41
Een goede wil: • beschrijft welsprekend het goede leven; • verleent voordelen aan zowel gever als ontvanger; • geeft expressie aan de zorgende mens; • is een kostbare kwaliteit van een doorleefd leven.” Een goede wil is misschien wel de belangrijkste van alle menselijke kwaliteiten!
Bijlage 2 Humanistisch Verbond - Eigentijds humanisme
Met Eigentijds humanisme heeft u het basisdocument in handen dat de uitgangspunten beschrijft van het levensbeschouwelijke humanisme van het Humanistisch Verbond. Het is eveneens een aanvulling op de toelichting van de beginselverklaring die in 1973 verscheen. Deze uitgangspunten bieden een basis op grond waarvan humanisten hun positie in actuele maatschappelijke en levensbeschouwelijke discussies kunnen formuleren en waarop zij een persoonlijk humanisme kunnen vormgeven.
Drie elementen
We onderscheiden drie elementen van het levensbeschouwelijk humanisme: 1. De grondslag: het humanisme is een levensbeschouwing die uitgaat van de waardigheid van mensen en die inspiratie vindt in menselijke vermogens. 2. De maatschappelijke component: het humanisme is een politiek-moreel streven. 3. De persoonlijke component: het humanisme omvat het streven naar een goed, mooi en zinvol persoonlijk leven.
1. Het humanisme is een levensbeschouwing die uitgaat van de waardigheid van mensen en die inspiratie vindt in menselijke vermogens De mens als uitgangspunt Het humanisme is een uniek experiment om goed en mooi te leven. Zowel maatschappelijk als persoonlijk streven humanisten naar menselijke ontplooiing en ontwikkeling. Kernwoorden hierbij zijn vrijheid, kracht, verantwoordelijkheid en waardigheid. Het is onze inzet om de wereld en het leven te begrijpen met uitsluitend menselijke vermogens. We zijn ervan overtuigd dat de mens tijdens de evolutie is ontstaan uit natuurlijke processen. Dit betekent dat mensen verbonden zijn met de natuurlijke wereld en dat ons leven – net als ieder leven – eindig is: we moeten het met deze wereld en met dit leven doen. Dit besef van eindigheid is soms moeilijk te dragen. Humanisten vatten eindigheid vooral op als een uitdaging en aansporing om een zo goed mogelijk leven te leiden. Mensen hebben in principe het vermogen om hun bestaan in vrijheid vorm te geven en zo tot bloei te komen. De humanistische levensbeschouwing wil dit vermogen stimuleren en biedt hiertoe inspiratie.
42
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
43
Een menselijke moraal Het is een typisch menselijk vermogen om goed en kwaad te kunnen onderscheiden. Mensen zijn in potentie gevoelig voor morele kwesties en voor een streven naar een mooi, zuiver en rechtvaardig leven. Dit streven bepaalt onze menselijkheid. Morele gevoeligheid maakt dat wij ons verantwoordelijk kunnen voelen voor de natuur, elkaar en onszelf, en geeft ruimte om naar die verantwoordelijkheid te handelen. Om die reden zullen humanisten zich altijd inzetten om morele gevoeligheid te prikkelen en te ontwikkelen. Kennis vergaren Mensen willen zichzelf en de wereld doorgronden, en zullen dat op eigen kracht moeten doen. Betrouwbare kennis ontstaat door een proces van waarnemen, argumenteren, beoordelen, toetsen en herzien. Deze elementen komen onder meer samen in de wetenschappelijke methode. Kennis is mensenwerk en dus feilbaar. Het humanisme vraagt van mensen de voortdurende bereidheid om hun ideeën aan te passen als daar overtuigende redenen voor zijn. Ons mens- en wereldbeeld is daarmee open en principieel aan verandering onderhevig. Menselijke expressie Mensen geven vorm aan hun ervaringen, ideeën en gevoel door middel van verhalen, kunst, muziek en verbeelding. Expressie is voor humanisten een levensbehoefte; door zich uit te drukken, geven mensen zin en betekenis aan hun bestaan. De menselijke culturen die als gevolg van deze expressies zijn gegroeid, zijn inspirerend en inherent waardevol – al zijn ze niet boven kritiek verheven. Ongodsdienstig karakter Humanisten geloven in de kracht van mensen en beroepen zich niet op een goddelijke openbaring of goddelijk ingrijpen. Wij denken dat alle levensbeschouwingen en religies een menselijke oorsprong hebben – en daarmee open staan voor duiding en kritiek. Humanisten steunen uitsluitend op menselijke bronnen van kennis, zin en moraal. Dit betekent dat wij omtrent vragen naar zin, waarheid en moraal een beroep doen op menselijke tradities en op de kwaliteiten en betrokkenheid van onze tijdgenoten.
2. Het humanisme is een is een politiek-moreel streven
anderen. Wij vinden dat iedere burger de ruimte moet krijgen om zo autonoom te zijn als in haar of zijn vermogen ligt. Dit ideaal is kwetsbaar en vraagt verantwoordelijk gedrag van ons allen. Hoewel ieder mens geboren en gevormd wordt in een specifieke cultuur en dus een specifieke achtergrond heeft, zijn mensen volgens humanisten niet veroordeeld tot hun groep. De vrijheid van een individu gaat voor ons moreel gezien vooraf aan de vrijheid van groepen, culturen en tradities. Mensen zijn gelijkwaardig Geen enkel kenmerk van ras, sekse, leeftijd, seksuele voorkeur, cultuur of anderszins tast in onze ogen de gelijkwaardigheid van mensen aan. In eerste en laatste instantie zijn we gezamenlijk mens, en vanuit die medemenselijkheid voelen humanisten zich verbonden met alle mensen. Wij vatten dit ideaal op als universeel nastrevenswaardig en beperken ons politiek-morele streven dan ook niet tot het eigen land of de eigen gemeenschap. Het humanisme is kosmopolitisch van aard. Zorg voor onze leefomgeving Niet alleen mensen zijn kwetsbaar, ook onze leefomgeving verdient zorg en aandacht. Humanisten streven naar een gevarieerde openbare ruimte, voelen de plicht om de natuur met zorg te behandelen en willen goed omgaan met dieren. Het voorkómen van onnodig lijden bij dieren zien wij als een kenmerk van humaniteit. Neutrale staat en pluriform debat De staat is van ons allen en moet dus levensbeschouwelijk neutraal zijn. Geen enkele levensbeschouwelijke stroming mag aan burgers worden opgedrongen, een voorkeursbehandeling krijgen of achtergesteld worden. Dat betekent niet dat mensen hun mond moeten houden over hun waarden, idealen en overtuigingen. Humanisten zullen een debat hierover juist stimuleren. Levensbeschouwelijke overwegingen spelen immers een rechtmatige en essentiële rol in het publieke en politieke debat. Deze levensbeschouwelijke standpunten zijn echter niet onaantastbaar; ze mogen – net als andere overwegingen – kritisch onderzocht worden. Een humane samenleving Een humane samenleving geeft iedereen een eerlijke kans op een goed leven en op werk dat voor hem of haar betekenisvol is. Een goed leven omvat niet alleen economische welvaart. Humanisten streven ook naar inspirerend onderwijs, aandachtige zorg, een rijk cultureel leven en een schone en diverse leefomgeving. De samenleving ligt niet klaar maar wordt door burgers vormgegeven. Het realiseren van een eerlijke, duurzame, rechtvaardige maatschappij met gelijke kansen is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid.
Menselijke waardigheid Ons hoogste ideaal is het bevorderen van menselijke waardigheid ofwel humaniteit. Dit streven komt het best tot zijn recht in een democratische rechtsstaat en vraagt de actieve inzet van burgers. De Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens is onze morele en politieke leidraad. We voelen ons geroepen om een menswaardig leven voor ieder individu te bevorderen en zetten ons hier actief voor in. Individuele vrijheid Wij bepleiten de grootst mogelijke vrijheid voor ieder individu, zolang die niet ten koste gaat van de vrijheid van 44
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
45
3. Het humanisme omvat het streven naar een goed, zinvol en mooi persoonlijk leven
Het Humanistisch Verbond zet zich in om bovenstaande idealen en visies kenbaar te maken en toe te passen. Dit betekent dat we ons in het maatschappelijk debat op concrete punten laten horen. Daarbij kunt u bijvoorbeeld denken aan vreemdelingenbeleid, privacy, de rol van religie in de publieke sfeer, homoseksualiteit op scholen en medisch-ethische thema’s, waaronder euthanasie. In de verschillende dossiers op onze website (zie: www.humanistischverbond.nl/dossiers) leest u wat onze overwegingen zijn en hoe we deze uiten in diverse debatten en opiniërende teksten. De tekst Eigentijds humanisme vindt u ook op onze website, met links naar dossiers, nieuws, debatten, visies en naar de Humanistische Canon.
Aandacht voor het bestaan Humanisten gaan ervan uit dat het aardse leven het enige is dat we hebben. Daarom hechten we bijzonder belang aan de vormgeving en invulling ervan. Inspiratie zoeken we in de natuur, in cultuur en in andere mensen. Bewust aandacht besteden aan je leven zien wij als een morele kwaliteit die moed vraagt. We kunnen en mogen van ons bestaan genieten. Werken aan je karakter Leven moeten we leren; ons karakter vormt zich gaandeweg. In de humanistische traditie spreken we van het ontwikkelen van ‘hogere menselijkheid’, van ‘vorming’ (Bildung) en van ‘levenskunst’. Zo geven we uitdrukking aan ons verlangen naar volledig mens-zijn en aan het streven naar een veelzijdige, evenwichtige ontplooiing. Humanisten ervaren vorming vooral als een houding en een ideaal, en niet als een succesformule die alle problemen oplost. Ons bestaan doet zich voor met kansen én beperkingen; een levenskunstenaar zoekt met beide een goede omgang.
Leven doe je samen Een betekenisvol persoonlijk leven steunt op intieme en zorgzame relaties. Naast familierelaties hechten humanisten traditioneel aan vriendschappen. Vriendschappen combineren diepe verbondenheid immers met de vrije keuze voor een persoon. Juist in contact met anderen komen onze persoonlijke inzichten en visies op het leven tot uitdrukking. Mensen kunnen van elkaar genieten, elkaar aan het lachen maken, elkaar troosten, inspireren en tot voorbeeld dienen. Je verbonden weten met andere mensen helpt om je betrokken te voelen bij je eigen leven en bij de wereld. Die betrokkenheid kan verloren gaan, maar ook weer hervonden worden. Zin en zinloosheid Humanisten geloven dat mensen ernaar verlangen om zin en waarde in hun leven te ervaren. Die ervaring van zin is echter niet vanzelfsprekend; in sommige omstandigheden kan het leven je zelfs zinloos voorkomen. Humanisten erkennen dit en nemen dit gevoel serieus. Hoewel het uiteindelijk aan ieder mens is om zelf zin en betekenis te geven aan het leven, geloven wij dat mensen van elkaar kunnen leren om een zekere gevoeligheid voor de waarde van het leven te ontwikkelen. Humanisten ondernemen steeds weer pogingen om bij te dragen aan een waardig en zinvol bestaan waarin ook verlies en verdriet hun plaats kunnen krijgen. Zij bieden andere mensen begeleiding en steun bij het tot uitdrukking brengen van de zin van hun leven.
46
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
47
Bijlage 3
Bijlage 4
Amsterdam Declaration 2002
Raamprogramma HVO voor de openbare basisschool
HVO in de openbare school kent twee streefdoelen, die in het opleidingsprogramma en in de beroepscode voor de vakdocent HVO in essentie als volgt zijn verwoord: Vanuit humanistische uitgangspunten 1. leerlingen leren om aan hun eigen leven (en dat van anderen) zin en vorm te geven (sociale levenskunde); 2. leerlingen leren een persoonlijke levensbeschouwing te vormen, waarmee zij als betrokken burgers een bewuste bijdrage kunnen leveren aan het duurzaam (samen)leven op aarde (sociaal en ecologisch wereldburgerschap). In de lessen wordt gewerkt volgens een voor en door HVO ontworpen methodiek: herkennen, onderzoeken, kiezen en evalueren, de zogenoemde HOKE-methodiek. De thema’s waaraan gewerkt wordt zijn geordend in drie hoofdrubrieken (zie verderop). De thema’s kennen een oplopende moeilijkheidsgraad, zodat deze in meerdere leeftijdsgroepen aan de orde kunnen worden gesteld. Welke thema’s aan de orde komen, bepaalt de vakdocent op grond van wat er bij de leerlingen leeft en/of wat maatschappelijk actueel is. De drie hoofdrubrieken zijn: 1. Sociale levenskunde (doelstelling 1) Filosoferen met kinderen: Scherpzinnig, Diepzinnig en Fijnzinnig. Onderwerpen: Wie ben ik? Erbij horen. Ik en de ander. Anders zijn. Gezin en familie. Vriendschap. Dieren in mijn leven. Mijn leven op internet. Zo zit dat dus met 10 plus (over seksuele vorming als relationele vorming). Zin in kunst. Een mens voorbij (over leven en dood). Mijn persoonlijke levenskunst. 2. Sociaal en ecologisch wereldburgerschap (doelstelling 2) Onderwerpen: • Democratie van binnenuit (democratische levenshouding); • De wereld is van iedereen (democratisch burgerschap voor iedereen); • Rechtvaardig (over universele kinderrechten en plichten); • Arm en rijk; • Wegwijs in Levoland (over vreedzaam samenleven met andersdenkenden en andersgelovigen); • Groen van binnenuit (ecologische levenshouding); • De aarde is van iedereen (wereldburger in Nederland, Europa en daarbuiten); • Wereldverhalen; • Mijn persoonlijke wereldbeschouwing.
48
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
49
3. Humanistische uitgangspunten (doelstelling 1 en 2) a. Oorsprong en ontwikkeling: Evolutie en humaniteit (over de oorsprong en ontwikkeling van de mens, de mensheid en medemenselijkheid). Humanistische canon (capita selecta: Socrates, Aristoteles, de Stoa, Erasmus, Spinoza, Darwin e.a.). b. Waarden en deugden: Autonomie en authenticiteit (over vrijheid, verbondenheid en individualiteit). Eigentijds klassieke deugden (over wijsheid, moed, rechtvaardigheid en zelfbeheersing). Mijn persoonlijke levensbeschouwing.
Bijlage 5 Beroepscode vakdocent Humanistisch Vormingsonderwijs (vakdocent HVO) versie 28 mei 2010
1. Doel van de beroepscode
Een beroepscode bevat ethische en praktische normen en waarden van het beroep en is in feite een gedragscode. Het is van belang voor een vakdocent HVO om duidelijk werkzaam te zijn vanuit de levensbeschouwelijke richting die hij1 vertegenwoordigt: het humanisme. Het onderschrijven van deze beroepscode voor de vakdocent HVO heeft tot doel het borgen van het humanistisch gedachtegoed in de lessen HVO. Naast het onderschrijven van deze beroepscode is de vakdocent HVO ook gebonden aan het hanteren van pedagogische en didactische normen als vastgelegd in wettelijke regels.
2. Humanistisch gedachtegoed
Het humanistisch gedachtegoed binnen de HVO-lessen is de uitwerking van de definitie van humanisme als verwoord in de beginselverklaring van het Humanistisch Verbond. Het betreft hier het zogenaamde ‘seculier humanisme’. Onderstaand de betreffende tekst, waarbij tussen haakjes een door HVO wenselijk geachte actualisatie. “Het humanisme is de levensovertuiging, die probeert leven en wereld te begrijpen uitsluitend met menselijke vermogens. Het acht wezenlijk voor de mens zijn vermogen tot onderscheidend oordelen, waarvoor niets of niemand buiten hem verantwoordelijk kan worden gesteld. Het humanisme wordt gekenmerkt door: ” a. de voortdurende bereidheid zich in denken en doen naar normen van redelijkheid en zedelijkheid (te gedragen en) te verantwoorden; b. de (zorg voor zichzelf en de) helpende zorg voor de medemens om (zichzelf en) hem in staat te stellen zich te ontplooien tot een volwaardig bestaan in zelfbestemming; c. het streven naar een samenleving waarin vrijheid, gerechtigheid, verdraagzaamheid, eerbied voor de menselijke waardigheid en medemenselijkheid centraal staan.” In paragraaf 4 worden bovenstaande uitgangspunten uitgewerkt in de gedragsregels die de kern van deze beroepscode vormen. Stichting HVO en Stichting HVO Primair geven met de praktische uitwerking van hun visie/missie mede invulling aan de doelen van het Humanistisch Verbond.
Overal waar ‘hij’ staat kan ook ‘zij’ worden gelezen.
1
50
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
51
3. Verwerven en behouden van de bevoegdheid tot het verzorgen van HVO
Het onderschrijven van de beroepscode vakdocent HVO is één van de voorwaarden om HVO-lessen bevoegd te kunnen verzorgen. Hieronder volgt een beschrijving hoe deze bevoegdheid te verwerven en te behouden. Verwerven initiële bevoegdheid Een vakdocent HVO is bevoegd om HVO te verzorgen wanneer hij door Stichting HVO bevoegd is verklaard. Stichting HVO is in deze door het Humanistisch Verbond gemandateerd om deze bevoegdheid te verstrekken. Wanneer een vakdocent HVO bevoegd wordt verklaard, dan voldoet hij aan de volgende eisen: • een afgeronde HVO-opleiding die kwalificeert voor het verzorgen van HVO in het primair onderwijs conform het functieprofiel vakdocent HVO; • wettelijk vereiste competenties voortvloeiend uit de Wet PO en de Wet BIO; • het onderschrijven en ondertekenen van deze beroepscode ter borging van het humanistisch gedachtegoed in de HVO-lessen. Behouden bevoegdheid Om de bevoegdheid in de jaren na de verwerving te behouden, wordt van de vakdocent HVO verwacht dat hij: • de lessen HVO verzorgt vanuit het humanistisch gedachtegoed als beschreven in deze beroepscode; • om de 2 jaar deze beroepscode opnieuw ondertekent; • per jaarlijks voortschrijdende periode van 3 jaar voldoet aan de bijscholingsverplichting conform de Wet BIO en het bijscholingsreglement GVO/HVO, uitgedrukt in een tevoren vastgesteld aantal te behalen bijscholingspunten. De werkgever/opdrachtgever Stichting HVO Primair stelt vast of de vakdocent HVO aan bovenstaande criteria blijvend voldoet. Bij het niet voldoen aan deze criteria kan de bevoegdheid al of niet tijdelijk worden ingetrokken door een gezamenlijk besluit daartoe van de besturen van Stichting HVO en Stichting HVO Primair. De vakdocent kan in beroep gaan bij het bestuur van het Humanistisch Verbond, dat dan een bindende uitspraak doet. Register van vakdocenten HVO Vakdocenten HVO die bevoegd zijn verklaard, worden opgenomen in het ‘Register van HVO-vakdocenten’ en betiteld als ‘Registerdocent HVO’. Het register kan hiermee functioneren als kwaliteitskeurmerk voor de betreffende vakdocenten.
2. In de HVO-lessen staat centraal om vanuit humanistische uitgangspunten: • leerlingen te leren om aan hun eigen leven (en dat van anderen) zin en vorm te geven (sociale levenskunde); • leerlingen te leren een eigen levensbeschouwelijke identiteit te vormen, waarmee zij als betrokken burgers een bewuste bijdrage kunnen leveren aan het duurzaam (samen)leven op aarde (sociaal en ecologisch wereldburgerschap). De vakdocent HVO draagt deze doelstellingen mede uit door eigen voorbeeldgedrag. 3. De vakdocent HVO is in haar of zijn werk vóór alles verantwoordelijk voor de begeleiding van leerlingen die voor humanistisch vormingsonderwijs gekozen hebben. 4. De vakdocent HVO is verplicht tot geheimhouding van hetgeen haar of hem in de uitoefening van zijn functie door de leerlingen toevertrouwd is of bekend geworden, tenzij, na overleg met de leerling, doorbreking van de geheimhoudingsplicht gewenst of noodzakelijk is. Hierbij staat het welzijn van de leerling voorop. De vakdocent HVO kan hierover te allen tijde advies inwinnen bij zijn werkgever. 5. HVO is een seculier alternatief voor GVO. GVO en HVO vormen samen een onderwijssector. Dit impliceert actief en constructief gedrag van de vakdocent op het gebied van voorlichting aan en samenwerking met scholen en ouders. Hierbij wordt steeds de balans gezocht tussen het HVO-belang en het sectorbelang. Deze beroepscode gaat in op 1 augustus 2010 en vervangt de voorgaande beroepscodes ‘leraar humanistisch vormingsonderwijs’. De vakdocent verklaart haar of zijn werk naar inhoud en geest van deze beroepscode te verrichten:
Naam
: …………………………………………….
Datum
: …………………………………………….
Handtekening : …………………………………………….
4. Gedragsregels vakdocent HVO bij het verzorgen van HVO
1. De vakdocent HVO verzorgt HVO op de openbare school met eerbiediging van de actief pluriforme identiteit van de school en de daarmee onlosmakelijk verbonden grondwettelijke vrijheid van godsdienst en levensovertuiging van iedere burger.
52
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
53
54
Bijlage 6
Bijlage 7
Pleidooi voor het vak Levensbeschouwing in het voortgezet onderwijs
Statutaire doelstellingen in het kader van de Humanistische Alliantie
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
55
Bijlage 8 Functiebeschrijving (senior) onderwijskundig medewerker HVO
(geformaliseerd door APS in de brief met kenmerk 502.0/pz van 16 november 2000)
• Ontwikkelingsgericht onderzoek, innovatie en betaalde dienstverlening voldoen aan de van te voren afgesproken criteria. Dit betekent: afnemer
product
student
opleidingsplan begeleidingsplan evaluatieplan kennis, inzicht, vaardigheden
stagebieder
gekwalificeerde student begeleidingsplan
docent HVO
bijscholingsplan
externe opdrachtgever
contract/offerte cursus/training onderzoeksrapport publicatie presentatie
directeur HVO
wervingsplan begroting opleidingsplan begeleidingsplan evaluatieplan
1. Organisatie Titel functie • (Senior) onderwijskundig medewerker Positie • Personeelslid expertisecentrum HVO • Directe leidinggevende: directeur HVO Overleggroepen • Werkoverleg: rol kan zijn lid, secretaris of voorzitter; frequentie maandelijks. • Externe overleggroepen: rol kan zijn lid, secretaris of voorzitter, frequentie wisselend. Doelstelling De onderwijskundig medewerker levert een zodanige inhoudelijke en organisatorische bijdrage aan het strategisch plan, dat de daarin geformuleerde resultaten optimaal worden gerealiseerd. Veelal gebeurt dit in nauwe samenwerking met anderen, maar zij/hij dient ook in staat te zijn tot: • zelfstandige organisatie van een opleiding, van voorlichting/werving tot en met afronding; • zelfstandige verzorging van minimaal een van de vakgebieden humanistiek, pedagogiek, didactiek en praktische vorming ten behoeve van de opleidingen voor het primair onderwijs en/of vervolgonderwijs; • zelfstandige verzorging van studiebegeleiding, begeleiding van intervisie, bijscholing en advisering; • zelfstandige verzorging van ontwikkelingsgericht onderzoek; • zelfstandige ontwikkeling van nieuwe cursussen en trainingen; • zelfstandige verzorging van acquisitie voor en/of uitvoering van cursussen en trainingen voor derden (betaalde dienstverlening). Resultaatgebieden • Zelfstandige organisatie van de opleiding. De onderwijskundig medewerker draagt er zorg voor dat op de afgesproken plaats de opleiding kan worden aangeboden aan het daarvoor benodigde aantal studenten en naar tevredenheid van de studenten. • Zelfstandige verzorging van onderwijs, begeleiding, bijscholing en advisering, waarbij de onderwijskundig medewerker ervoor zorgt dat binnen de voorgeschreven tijd en naar tevredenheid van alle betrokkenen de beoogde resultaten worden bereikt.
56
Met hoofd, hart en handen…
Activiteiten • studentenwerving • organisatie van een opleiding of training • verzorging van onderwijsmodulen, cursussen en trainingen • begeleiding en advisering • evaluatie • ontwikkeling/ontwerp • acquisitie Bijlagen
57
Interne veranderingen Het werk zal mogelijk complexer worden door: • voortgaande onderwijsvernieuwing; • voortgaande technologische vernieuwing. Omgevingsinvloeden Het werk zal mogelijk complexer worden door: • toenemende kwaliteitseisen van het beroepenveld; • toenemende marktwerking in het onderwijs; • toenemende ’humanisering’ van het godsdienstig vormingsonderwijs; • toenemende individualisering van levensbeschouwingen. Beloning Onderwijskundig medewerker: schaal 10. Senior onderwijskundig medewerker: schaal 11. Doorgroei naar schalen 12 t/m 14 is mogelijk, indien voldaan wordt aan de door APS gestelde criteria voor deze salarisschalen.
2. Criteria Academisch denk- en werkniveau Geschoold in onderwijs en opvoeding vanuit humanistisch perspectief Essentiële gedragscriteria A. Communicatie luistervaardigheid mondelinge uitdrukkingsvaardigheid overtuigingskracht schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid
D. Motivationeel gedrag initiatiefrijk klantgerichtheid prestatiemotivatie E. Persoonsgebonden gedrag integer, zorgvuldig, zakelijk, flexibel, zelfstandig Functioneringsbeeld onderwijskundig medewerker HVO (schaal 10) De onderwijskundig medewerker HVO is een zelfsturende professional, die zich bewust is van de omgeving waarin levensbeschouwelijke vorming in het algemeen en humanistisch levensbeschouwelijk vormingsonderwijs in het bijzonder zich afspeelt. Zij/hij werkt zelfstandig, inspirerend en motiverend vanuit een samenhangende visie op onderwijs en opvoeding vanuit humanistisch perspectief. Zij/hij kan begeleidend en sturend handelen met betrekking tot de leerprocessen tijdens en na de opleiding. Zij/hij is met name opleider en begeleider. Functioneringsbeeld senior onderwijskundig medewerker HVO (schaal 11) De onderwijskundig medewerker HVO is een zelfsturende professional, die zich bewust is van de omgeving waarin levensbeschouwelijke vorming in het algemeen en humanistisch vormingsonderwijs in het bijzonder zich afspeelt. Zij/hij werkt zelfstandig, inspirerend en motiverend vanuit een samenhangende visie op onderwijs en opvoeding vanuit humanistisch perspectief. Zij/hij kan begeleidend en sturend handelen met betrekking tot de leerprocessen tijdens en na de opleiding. Zij/hij kan ontwikkelingsgericht onderzoek verrichten en nieuwe cursussen, trainingen en leermaterialen ontwerpen. Zij/hij kan bovendien betaalde dienstverlening op maat verrichten voor andere doelgroepen die van de beschikbare expertise gebruik willen maken. Zij/hij is naast opleider en begeleider ook innovator (onderzoeker en ontwerper) en ‘ondernemer’ (acquisiteur, adviseur en trainer).
B. Beïnvloedend gedrag samenwerken inspireren en motiveren C. Beheren plannen en organiseren
58
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
59
Bijlage 9 Samenwerkingsovereenkomst met APS
60
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
61
Bijlage 10 Samenwerkingsconvenant met de Universiteit voor Humanisiek (UvH)
62
Met hoofd, hart en handen…
Bijlagen
63
Stichting HVO Humanistisch centrum voor onderwijs en opvoeding Expertise in • Humanistisch vormingsonderwijs (HVO) en Levensbeschouwing • wereld- en levensbeschouwelijke vorming • sociaal-emotionele, morele en democratische vorming • waardenontwikkeling Informatie Postadres: Postbus 85475, 3508 AL Utrecht Bezoekadres: Zwarte Woud 2, 3524 SJ Utrecht Telefoon: 030 2856856, fax: 030 2856891 E-mail:
[email protected], internet: www.hvo.nl