Meer pensioen opbouwen? Bijsparen voor extra pensioen bij SBZ
Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars
Waarom sparen bij SBZ ?
De meeste Nederlandse pensioenregelingen, en zeker ook die van SBZ, zijn goede pensioenregelingen. Als u aan alle voorwaarden voldoet, houdt u er een uitstekend pensioen aan over. Een probleem is dat niet iedereen voldoet aan alle voorwaarden. Als u bijvoorbeeld niet uw gehele carrière bij dezelfde werkgever blijft, als u een aantal jaren ergens heeft gewerkt waar u niet aan een pensioenregeling kon deelnemen, als u parttimer bent geweest of gescheiden bent, dan bestaat de kans dat u te zijner tijd minder pensioen heeft dan u zou wensen. SBZ biedt haar deelnemers al sinds 2002 de mogelijkheid op vrijwillige basis bij te sparen voor meer pensioen. Echter, omdat de pensioenregeling van SBZ per 1 januari 2006 ingrijpend gewijzigd is, is de mogelijkheid tot bijsparen (de zogenaamde bijspaarruimte) over uw huidige of toekomstige salaris beperkt. Als u daarentegen vóór 1 januari 2006 pensioen heeft opgebouwd bij SBZ
en de bijbehorende bijspaarruimte vanaf 65-jarige leeftijd nog niet benut heeft, dan kunt u deze ruimte in de toekomst alsnog benutten. U kunt bijsparen om een hoger pensioen te krijgen, maar een doel van bijsparen kan ook zijn om eerder met pensioen te kunnen gaan. Wat voor doel u met het bijsparen nastreeft, is voor SBZ niet van belang. Als u fiscale ruimte heeft om bij te sparen, dan mag u die ruimte benutten. Zolang u binnen de fiscale normen blijft, zijn uw stortingen voor extra pensioen via uw werkgever aftrekbaar van uw inkomen. In deze folder vertellen we alles wat u moet weten over bijsparen bij SBZ: hoe het werkt, hoe u eraan mee kunt doen, en hoe het zit met de fiscale aspecten. We vertellen u ook hoe u uw jaarinkomen na pensionering kunt berekenen zodat u weet of bijsparen al dan niet zinvol is.
meer pensioen
Bijsparen bij SBZ: hoe het werkt
Als u zich wel eens heeft verdiept in bijsparen voor meer pensioen, dan weet u dat dat vaak een ondoorzichtige aangelegenheid is. Vrijwel alle verzekeraars maar ook veel pensioenfondsen bieden bijspaarproducten aan volgens het principe: u stort een bepaald bedrag, dat wordt belegd, en aan het eind van de rit blijkt pas hoeveel pensioen u voor uw inleg krijgt. De einduitkomst is namelijk afhankelijk van de beleggingsresultaten die er met uw geld gerealiseerd worden en hangt bovendien af van de kosten en de winstopslag die in rekening worden gebracht. Bij SBZ hebben we gekozen voor een geheel andere vorm van bijsparen, die als belangrijkste kenmerk heeft dat u van het begin af aan precies weet waar u aan toe bent. Het werkt als volgt:
• U geeft aan hoeveel u (uiteraard binnen de fiscale normen) wilt storten en SBZ vertelt u hoeveel pensioen u daarvoor te zijner tijd terugkrijgt, óf
• U geeft aan hoeveel extra pensioen u te zijner tijd wilt, en SBZ rekent voor u uit (rekening houdend met de fiscale normen) hoeveel u daarvoor moet storten.
Hoe de beleggingsresultaten uitvallen maakt voor u niets uit. Kosten brengen we bij SBZ niet in rekening, en we werken uiteraard zonder winstoogmerk. Een voorbeeld: stel, u bent 45 jaar en u wilt in de toekomst een levenslang ouderdomspensioen dat € 2.000 per jaar hoger is dan waar u zonder bijsparen op uit zou komen. Aangenomen dat dit binnen de fiscale normen is kunt u een dergelijk pensioen bij SBZ inkopen door een eenmalige storting van € 10.294. Vanaf het moment van uw storting is de uitkomst gegarandeerd. Bovendien wordt het afgesproken bedrag, zolang u SBZ-deelnemer bent, in principe jaarlijks geïndexeerd met de loonindex. Daarvoor moet het pensioenfonds wel over voldoende middelen beschikken; zijn die er niet, dan kunt u het pensioen welvaartsvast houden door zelf een stukje bij te storten. Of het pensioenfonds voor voldoende middelen beschikt voor indexatie wordt jaarlijks door het bestuur van SBZ vastgesteld.
Fiscale aspecten
Hoeveel u mag bijsparen wordt bepaald door fiscale normen. Waar deze normen op neerkomen is dat er een bepaald fiscaal maximum is gesteld aan wat u aan pensioen mag opbouwen, en als uw pensioenregeling onder dat maximum blijft, mag u het verschil opvullen door bijsparen. Omdat de SBZ-regeling sinds 1 januari 2006 vrijwel het maximale biedt wat fiscaal is toegestaan, bestaat er vanaf 1 januari 2006 nog slechts een beperkte mogelijkheid tot bijsparen. Extra pensioenopbouw over het verleden – toen het verschil tussen de SBZ-regeling en het toenmalige fiscale maximum groter was – kan nog wel. Als u dus vóór 2006 een groot aantal jaren bij een bij SBZ aangesloten organisatie heeft gewerkt en u nog niet heeft bijgespaard, dan kan uw bijspaarruimte aanzienlijk zijn*.
De tweede fiscale voorwaarde die aan bijsparen wordt gesteld is dat u moet bijsparen vanuit uw bruto salarisbestanddelen: uw bruto salaris, vakantietoeslag, eindejaarsuitkering, overwerk of ATV-en verlofdagen. Anders gezegd: geld van uw spaarrekening afhalen en dat overmaken naar de bijspaarregeling is niet mogelijk. Stortingen voor bijsparen dienen altijd via de werkgever te lopen. U mag eenmaal per kalenderjaar een storting doen bij SBZ. Hoeveel bijspaarruimte u heeft staat vermeld op uw pensioenoverzicht. ‘Bijspaarruimte ouderdomspensioen vanaf 65 jaar € 1.000’ betekent dat u zoveel mag bijsparen als nodig is om uw levenslange ouderdomspensioen met € 1.000 te verhogen.
* Heeft u dergelijke ruimte niet, maar u wilt toch sparen voor meer pensioen, dan is deelname aan een levensloopregeling of het afsluiten van een lijfrente wellicht het overwegen waard. Voor deze producten kunt u niet bij SBZ terecht, wel bij banken en verzekeraars.
Bijspaarruimte is geen pensioentekort!
Op uw pensioenoverzicht staat de fiscale ruimte voor bijsparen vermeld. U vindt dit onder het kopje ‘Maximale bijspaarruimte bij SBZ per 31 december 200x’. Mensen vragen zich soms af of fiscale ruimte hetzelfde is als pensioentekort. Het antwoord daarop is kort en bondig: nee.
✔ Bijspaarruimte is het verschil tussen wat fiscaal maximaal aan pensioenopbouw is toegestaan en wat de pensioenregeling van SBZ u biedt. Op uw pensioenoverzicht staat hoeveel dat per pensioensoort in uw geval is. De bijspaarruimte over de achterliggende jaren is daarbij inbegrepen. Voor de goede orde: de bedragen op uw pensioenoverzicht hebben betrekking op het bedrag aan pensioenrecht (in de vorm van levenslang ouderdomspensioen) dat u mag bijsparen.‘Bijspaar ruimte ouderdomspensioen € 1.000’ betekent dat u zoveel mag bijsparen als nodig is om uw levenslange ouderdomspensioen met € 1.000 te verhogen. De eenmalige storting die ervoor nodig is om dat recht in te kopen staat niet op het overzicht vermeld; dat bedrag kunt u opvragen bij SBZ.
✔ Pensioentekort is een begrip dat eigenlijk niet precies gedefinieerd is. Verzekeraars bedoelen met een pensioentekort alles wat een gepensioneerde tekort komt ten opzichte van het ‘ideale’ pensioen van 70% van het laatstverdiende salaris. Volgens deze norm heeft meer dan drie kwart van alle Nederlanders een pensioentekort, en dat is dan ook waar verzekeraars in hun advertenties telkens weer op wijzen. De werkelijkheid is natuurlijk wat genuanceerder. Zinniger is het om van een pensioentekort te spreken als iemand na de pensionering te weinig inkomen heeft om te kunnen leven zoals hij of zij dat zou willen. Dat kan komen doordat er te weinig pensioen is opgebouwd, bijvoorbeeld door een tekort aan dienstjaren of door echtscheiding. Een zeer informatief getal op het pensioenoverzicht is het percentage dat vermeld staat onder het kopje ‘Totaal pensioenuitkering ten opzichte van jaarsalaris.’ Dat vertelt u namelijk hoe uw SBZ-pensioen (inclusief AOW) zich zal verhouden tot het inkomen dat u gewend was.
bijspaarruimte
Oorzaken van een ‘pensioentekort’
Meer dan drie kwart van alle Nederlandse werknemers heeft een zogeheten pensioentekort. Maar is dat erg? Als iemand zo’n pensioentekort heeft, dan betekent dat alleen maar dat het inkomen na pensionering minder dan 70% bedraagt van het inkomen vóór pensionering. Dus ook iemand met een pensioeninkomen van 68% heeft volgens de statistieken een pensioentekort. Bovendien is ‘pensioentekort’ uiteraard een relatief begrip: 50% van € 30.000 is nog altijd meer dan 70% van € 15.000. Een zogeheten pensioentekort kan allerlei oorzaken hebben. De meest voorkomende zijn:
✔ U heeft niet tijdens uw gehele carrière pensioen opgebouwd of niet altijd fulltime gewerkt.
✔ U bent gescheiden en u heeft een deel van uw pensioen afgestaan aan uw ex-partner.
✔ U heeft een pensioenbreuk opgelopen doordat u voor 1994 van werkgever bent veranderd en uw pensioen niet kon meenemen. De bij uw oude pen-
sioenfonds achtergebleven rechten zijn dan niet meegegroeid met eventuele salarisstijgingen na uw vertrek.
✔ U heeft tussen uw 15e en uw 65e niet altijd in Nederland gewoond en krijgt daardoor geen volledige AOW.
✔ U bent geboren in 1950 of later en u heeft een jongere partner die op het moment van uw pensionering weinig of geen eigen inkomsten heeft. Toelichting. Als u 65 wordt krijgt u voor uzelf AOW: ongeveer € 8.200 bruto per jaar (cijfer 2006). Uw jongere partner krijgt geen AOW; hij of zij is immers nog geen 65. Bent u vóór 1950 geboren, dan wordt dit tekort opgevangen door een toeslag van maximaal € 8.200 per jaar, afhankelijk van het inkomen van uw partner. In 2015 wordt deze toeslag afgeschaft. Als u dus in 2015 65 wordt, en uw partner is jonger en heeft geen eigen inkomen, dan zult u met z’n tweeën een tijd lang moeten leven van een éénpersoons AOW plus uw bedrijfspensioen. Deze situatie duurt voort totdat uw partner 65 wordt en zelf AOW krijgt.
pensioentekort
Bereken zelf uw jaarinkomen na pensionering
Wilt u weten of u na pensionering voldoende inkomen heeft, dan kunt u het volgende doen: •
•
•
•
•
Ieder jaar krijgt u van SBZ een pensioenoverzicht. U kunt daarop zien hoeveel ouderdomspensioen u krijgt ‘bij ongewijzigde deelneming tot de pensioendatum’ m.a.w. als u tot uw pensionering bij SBZ deelnemer blijft €
(uw SBZ-pensioen)
Het eventuele pensioen van uw partner. Zoek op de pensioenopgave van uw partner naar een kopje als ‘te bereiken ouderdomspensioen’ of woorden van die strekking €
(pensioen partner)
Pensioenrechten die u en/of uw partner nog hebben staan bij vorige werkgevers (ook bij deze pensioenfondsen kunt u een pensioenoverzicht opvragen. Kijk hier onder ‘opgebouwd of afgefinancierd ouderdomspensioen’ en tel al uw oude rechten op) €
(oude pensioenen)
AOW (ongeveer € 16.400 per jaar voor een echtpaar, € 11.950 per jaar voor een alleenstaande)
€
(totaal AOW)
Lijfrente-uitkeringen uit eventuele particulier afgesloten verzekeringen
€
(lijfrentes)
Totaal jaarinkomen na pensionering
€
U heeft nu berekend hoeveel uw jaarinkomen na uw pensionering zal bedragen. U kunt dit afzetten tegen uw financiële behoeftes op dat moment. Als er een gat is tussen wat er binnen komt en wat u nodig heeft, dan zijn aanvullende maatregelen wellicht nuttig. Het is goed om dit kleine pensioenonderzoek eens in de drie, vier jaar te herhalen. Zie het als een financiële check-up, die u kan behoeden voor teleurstellingen.
Wat u verder nog moet weten
Als u na het lezen van deze brochure nog vragen heeft, dan kunt u contact opnemen met uw P&O-afdeling. Enkele van de meest gestelde vragen behandelen we hier alvast.
indexatie plaatsvindt als de financiële middelen van SBZ toereikend zijn.
• Als ik daadwerkelijk wil gaan bijsparen, wat moet ik dan doen?
Nee, uw vrijwillig gespaarde rechten worden precies hetzelfde behandeld als uw ‘gewone’ pensioenrechten. De indexatie is hetzelfde, en de keuzemogelijkheden waar u bij uw gewone pensioenrechten gebruik van kunt maken gelden ook voor uw vrijwillig gespaarde pensioenrechten.
Als u heeft vastgesteld dat u inderdaad fiscale ruimte heeft voor bijsparen, dan kunt u contact opnemen met uw afdeling P&O. Daar vindt u formulieren waarmee u zich kunt aanmelden voor vrijwillig bijsparen. Met P&O stemt u ook af op welke bruto salarisbestanddelen u uw storting(en) wilt laten inhouden.
• Wat gebeurt er met mijn bijgespaarde pensioenrechten als ik van baan verander? Zoals u weet heeft iedereen in Nederland het recht opgebouwde pensioenrechten mee te nemen naar een volgende werkgever. Dat geldt zowel voor uw ‘gewone’ SBZ-rechten als voor de rechten die u zelf vrijwillig gespaard heeft. Beide rechten worden op dezelfde wijze behandeld. Als u vertrekt bij een zorgverzekeraar, maar uw nieuwe werkgever heeft geen pensioenregeling of er is een andere reden waarom u uw rechten niet kunt meenemen, dan blijven ze achter bij SBZ. Uw rechten (zowel uw ‘gewone’ rechten als de zelf gespaarde rechten) worden dan jaarlijks geïndexeerd met de prijsindex. Deze indexatie is voorwaardelijk, dat wil zeggen dat er alleen
• Als ik te zijner tijd met pensioen ga, worden mijn bijspaarrechten dan apart gehouden van mijn gewone SBZ-pensioenrechten?
• Als ik vrijwillig ga bijsparen, heeft dat dan invloed op mijn recht op Vut-aanvulling? Nee. Wat u vrijwillig heeft bijgespaard, wordt niet betrokken in de berekening van uw recht op Vut-aanvulling.
Uitgave van de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars Hoofdstraat 256 3972 LK Driebergen-Rijsenburg Postbus 109 3970 AD Driebergen-Rijsenburg tel. 0343-534000 fax 0343-534009 e-mail:
[email protected] website: www.sbz.nl Omwille van de leesbaarheid zijn we niet op alle details van de regeling ingegaan. U kunt aan de tekst van deze brochure dan ook geen rechten ontlenen. Bepalend is de tekst van het pensioenreglement. Tekst en productie: A-vier Communicatie, Amsterdam © A-Vier Communicatie, voorjaar 2006