Marktverkenning Duitsland - Duurzame energie en energiebesparing in de Duitse bouw
Deze marktverkenning is uitgevoerd door Partners for Innovation BV, in opdracht van de EVD, en in samenwerking met de Nederlandse ambassade te Berlijn.
EVD februari 2008
Nadere informatie: EVD Landenmedewerker Duitsland Telefoon: (070) 778 8935 | e-mail:
[email protected]
Inhoudsopgave 1 2
3
4 5 6
7
8
9 10
11
12
Samenvatting, conclusies en vooruitblik ........................................................................................3 Summary, conclusions and outlook ...............................................................................................5 2.1 Objective and target audience ......................................................................................... 5 2.2 German policy .................................................................................................................. 5 2.3 Key instruments in Germany stimulating RE and EE ...................................................... 5 Studie naar de Duitse bouwmarkt – “het belang van duurzame energie en energiebesparende oplossingen” ...................................................................................................................................8 3.1 Waarom dit rapport? ........................................................................................................ 8 3.2 Doelstelling....................................................................................................................... 8 3.3 Contractuele context ........................................................................................................ 8 Scope en afbakening......................................................................................................................9 Karakteristieken van de Duitse markt ..........................................................................................10 5.1 Markt indicatoren............................................................................................................ 10 Het Duitse Beleid..........................................................................................................................14 6.1 Klimaatbeleid - Politieke ontwikkelingen en de rol van Duitsland als trekker ................ 14 6.2 Het Duitse Beleid op federaal niveau............................................................................. 14 6.3 Sterke rol van Duitsland in internationale politiek .......................................................... 17 Instrumenten ................................................................................................................................22 7.1 Belangrijkste instrumenten voor particuliere woningen ................................................. 22 7.2 Ecotaksen ...................................................................................................................... 24 7.3 Erneuerbare-Energien-Gesetz....................................................................................... 25 7.3.1 EEG: Fotovoltaïsche cellen........................................................................................... 26 7.4 Marktanreizprogramm zu gunsten Erneuerbarer Energien (MAP) ................................ 28 7.5 Energieeinsparverordnung (EnEv)................................................................................. 29 7.6 Leningen ........................................................................................................................ 30 7.7 Energielabel ................................................................................................................... 33 7.8 Beleid in ontwikkeling (voorstellen, ontwerpen) ............................................................. 34 7.9 Meer weten? .................................................................................................................. 35 Aanbodstructuur van de markt: overzicht van lokale producenten en toeleveranciers in Duitse bouwmarkt....................................................................................................................................36 8.1 Fotovoltaïsche cellen ..................................................................................................... 36 8.2 Zonnewarmte ................................................................................................................. 45 8.3 Verwarming met vaste biomassa................................................................................... 53 8.4 Warmtepompen.............................................................................................................. 56 8.5 Biogas ............................................................................................................................ 58 8.6 Isolatie ............................................................................................................................ 60 8.7 Geothermische energie.................................................................................................. 61 8.8 Passief huis.................................................................................................................... 62 8.9 Vloerverwarming ............................................................................................................ 64 8.10 Windenergie 65 Regionale verschillen (SWOT), regionale ontwikkelingen en kansen .........................................67 9.1 Belangrijke regios of steden........................................................................................... 67 Kansen voor Nederlandse bedrijven – voorbeelden ....................................................................72 10.1 Inleidende situatieschets................................................................................................ 72 10.2 Kansen voor exportpositie van Nederlandse technologie. ............................................ 73 Ingangen in de Duitse markt ........................................................................................................82 11.1 Bruggenbouwers, handelsmissies, workshops en brokerage events............................ 82 11.2 Snel toegang tot de ontwikkelingen in de Duitse markt voor duurzame energie en energie-efficiency in de gebouwde omgeving................................................................ 90 11.3 Overkoepelende organisaties ........................................................................................ 94 11.4 Alternatieve ingangen in de Duitse markt ...................................................................... 95 Annexrapportages ........................................................................................................................98
2
1
Samenvatting, conclusies en vooruitblik
Het toenemende gebruik van energie legt grote druk op het klimaat. De urgentie en noodzaak voor het nemen van maatregelen voor energiebesparing en toepassen van duurzame energie, zullen verder toenemen. In de gebouwde omgeving valt op vrij eenvoudige wijze veel energie te besparen. De Duitse overheid is een absolute koploper in Europa en heeft een omvangrijk en actief beleid – met onderliggend instrumentarium –ontwikkeld en geïmplementeerd voor de gebouwde omgeving. Zo stimuleert zij op grote schaal investeringen in en gebruik van nieuwe duurzame technologieën en energiebronnen. Duitsland staat op eenzame hoogte binnen de EU als het gaat om het gebruik van duurzame energie en het invoeren van nieuwe energierichtlijnen. De belangrijkste ministeries op Bondsniveau zijn het milieuministerie ‘Bundesministerium für Umwelt’ (BMU) en het economieministerie ‘Bundesministerium für Wirtschaft und Technologie’ (BMWi). Een centrale rol hierbij speelt de Erneuerbare-EnergienGesetz (EEG). De EEG verplicht de energiebedrijven om elektriciteit uit duurzame energiebronnen tegen een vastgestelde prijs af te nemen. Dit tarief wordt vastgesteld voor een periode van 20 jaar, zodat investeerders gemakkelijk kunnen uitrekenen in hoeverre ze hun investeringen kunnen terugverdienen. Het BMWi richt zich – naast bewaking van een goede en eerlijke marktwerking van de energiemarkten – vooral op het stimuleren van technologie en het voeren van een actief industriebeleid. BMWi beschikt over ruime jaarbudgetten voor energieonderzoek. Het kabinet-Merkel (aan de macht sinds 22 november 2005) heeft het beleid dat werd ingezet onder de kabinetten-Schröder/Fischer (SPD/‘Groenen’) voortgezet en zelfs verder uitgebouwd. Eind 2007 heeft de Duitse federale overheid haar nieuwe instrumentarium en doelstellingen gepresenteerd op de klimaatconferentie in Bali. Voor elektriciteitsproductie geldt een doelstelling van 25-30% duurzaam voor het jaar 2020. Voor warmteproductie geldt een doelstelling van 14% voor 2020. Er komt een wet ter stimulering van de toepassing van biogas (Biogaseinspeisegesetz). En een wetaanpassing dient een verdubbeling van WKK te realiseren in de elektriciteitsproductie naar 25% in 2020, ondersteund met een stimuleringsfonds van 750 M€. Uitbreiding van warmwaterdistributienetten (Nah- und Fernwärme) wordt ondersteund met een investeringspremie oplopend tot 20% (totaalbudget 150 M€). De Duitse overheid gaat strengere wettelijke eisen stellen aan de energie-efficiency van gebouwen en ze scherpt de Energiebesparingsverordening EnEV (Energieeinsparverordnung) aan. Ook voor bestaande huizen zullen er minimale energieprestatiestandaarden worden ingevoerd. De inspanningen in de overgang naar duurzame energiesystemen lonen. Ze leveren veel op – in meerdere opzichten: naast de CO2-reductie dragen ze bij aan structurele besparingen op energiekosten en wordt nieuwe werkgelegenheid gecreëerd. De Duitse markt voor duurzame energie en energiebesparing is daarmee enerzijds een gidsland voor Nederland, anderzijds biedt de Duitse markt aan Nederlandse bedrijven – vooral zij die innovatief zijn en voorop willen lopen – grote kansen voor het opbouwen van sterke marktposities. De Duitse markt kan hierbij zowel als springplank fungeren naar de Nederlandse markt, de Europese markt of zelfs mondiale markten. Dit geldt met name op een aantal terreinen waar innovatieve Nederlands bedrijven unieke technologie in handen hebben - zoals zonnepanelen gebaseerd op traditionele technologie of innovatieve technologie (polymere dunnelaagtechnologie, glastechnologie), geïntegreerde installatiesystemen, gevelpanelen, led-verlichting, biomassa en biogas, warmtepompen, WKK en microwarmtekrachtinstallaties, energieadvisering en dienstverlening, energieonderzoek, etc. Het beleid van de Duitse overheid is erop gericht dat bewoners of eigenaren van gebouwen worden verleid tot energiebesparende investeringen die resulteren in verbeteringen aan deze gebouwen die langdurige rendement opleveren.
3
Met financiële instrumenten stimuleert zij hen (de kopers in de markt) om te besluiten tot aanschaf. Het effect dat deze instrumenten heeft, werkt als een meerzijdig zwaard. 1. De financiële drempel wordt verlaagd – de subsidie of lening draagt bij tot vermindering van de eigen bijdrage in de investering en dus in een geringere uitgave. 2. De economische terugverdientijd van de investering wordt korter, waardoor een investering eerder ‘geld gaat opleveren’ 3. De regeling heeft een belangrijk communicatief effect. 4. De constante aandacht en financiële prikkels dagen aanbieders in de markt uit om innovatieve producten en diensten te introduceren. Het innovatievermogen wordt zo bevorderd. Duitsland heeft door dit langdurige en consistente beleid veel resultaten geboekt in de overgang naar duurzame energieoplossingen zowel in de gebouwde omgeving als op het gebied van windenergie en biogas, mede gebaseerd op nieuwe technologie. Zij heeft een zeer sterke positie ontwikkeld op de markt van duurzame energie en fors bijgedragen aan het realiseren van nieuwe werkgelegenheid. Een gevolg van dit langdurig consistente beleid van de federale overheid is dat ook alle Ländern, steden, bedrijven en onderzoeksinstelling volop aandacht besteden aan duurzame energie en energiebesparing. De onderliggende marktinventarisatie is een momentopname van een onderwerp met een overweldigende dynamiek. Dit rapport heeft als streven om u als lezer te helpen aan te haken bij deze dynamiek om zo in te kunnen spelen op de ontwikkelingen op de Duitse markt. We hebben geenszins de pretentie om in dit compacte rapport volledigheid na te kunnen streven.
4
2
Summary, conclusions and outlook
2.1
Objective and target audience
This market survey for Germany on the subject of renewable energy and energy efficient constructing and housing improvement is financed by the Netherlands Ministry of Economic Affairs, while its agency, the EVD, is the contracting authority. In order to meet sectoral or thematic information needs of Dutch exporting industries and investing companies, the EVD facilitates the realisation of up-to-date market surveys on promising markets in selected countries. The requested study is very relevant for the Dutch exporting industry, as the German building and construction market is of increasing importance to the Dutch building, installation and equipment building sector. Moreover the German market is a European innovator on renewable energy (RE) and energy efficient (EE) homes or even so-called ‘passive’ houses. The developments in the German market can guide the Dutch industry in the development of their export strategies. The main target groups for the market surveys are small- and medium-sized enterprises (SMEs) in the Netherlands. Interesting groups among these SMEs are those enterprises that start their business on a foreign market.
2.2
German policy
Characteristics of the German Climate Change Program include: – Differentiated and mandatory targets and timetables – A broad package of policies and measures covering all sectors (including energy supply, private and public buildings) – Clear institutional structures and programmes – A transparent process to develop and improve the National ClimateChange Programme German political leadership has been shown by Angela Merkel and her ministers at the Bali Climate th th conference (December 13-15 2007) , the EU Council on Climate Change on March 9 2007 and the th G8 Summitat Heiligendamm on June 8 2007. The EU Council on 9 March2007, has decided upon a binding CO2 reduction target of 20% reduction by 2020 (versus 1990) and a conditional 30% by 2020 provided other industrialised countries are willing to make comparable reductions. The European 30 % reduction target in GHGs by 2020 translates into a reduction of 40% for Germany.
2.3
Key instruments in Germany stimulating RE and EE
Renewable Energy (RE) and Energy Efficiency (EE) are ‘hot’ in Germany. Policy and instruments are offered by the Federal government, the Ländern and many municipalities and include: – Energy Performance Certification – Energy Performance Advice – Research and Technology Development funding (subsidy programs) – Investment fees (fiscal compensation, subsidies) – Guaranteed (higher) prices for electricity that is fed to the net – Pilot and demonstration sites – Harmonisation, normalisation and certification – Dissemination, community and networks (publications, websites, events...)
5
The key instruments in the German market are: 1. EEG - Feed in Tariff System: – Priority access for RE to the power grid: Obligation of grid operators to purchase the electricity produced from RE. Priority transmission and distribution. Equalisation of additional costs for electricity from RE between all grid operators and electricity suppliers – Fixed price (“tariff”) for every kilowatt hour produced from RE for 20 years, Different types of RE are considered and tariffs are differentiated by source and size of the plant. Annual decrease (1,5% - -6,5%) due to technical development (degression) 2. The Market Incentive Program (MAP) is a large scale investment support programme for RE and EE investments. In 2008 a total of 350 M€ is available. In 2009 this will be increased to 500 M€. 3. The German government promotes RE and EE (in new and existing buildings) by providing financial incentives to consumers who invest in RE and EE. New principles and terminology gain popularity, such as "passive houses," "KfW-houses" , and Germans who set out to build homes meeting these requirements are eligible to apply for subsidized loans from the government-owned KfW bank. 4. With the implementation of the Energy Label (Energy Performance Certification, as result of EPBD) for all homes in 2008 the existing building market will accelerate towards energy efficiency as well. The EPBD prescribes an EP-certificate at the moment a home is sold to a new owner or rented by a new family. This will boost awareness and create market value for the energy performance of houses. Highlights of the comprehensive energy and climate change programme, as decided by the Federal German government in Meseberg (August 2007) are the following: - EEG continued and extended. RE objective for electricity generation in 2020: 25-30%: - RE objective for heating in 2020:14% to be implemented by new incentives and obligations 2.3.1 German energy market offers enormous business opportunities The German market for energy efficient construction methods for building improvements has an enormous potential: – About 90% of all the houses, public buildings and business buildings have been built before 1990 - these buildings do not match with modern energy saving standards. – All these markets show impressive upward trends in recent years, with further expected growths to steepen in the years to come. In 2006, compared to the year before, there has been an increase of 70% in the sales of heating systems for pellets, 60% more solar-energy-installations were sold and even 200% more heat pumps. The building industry can benefit from solutions offered by many different sectors to make future buildings more energy-efficient. The range of solutions will include: – Energy efficient building techniques (sun orientation and shade considerations, building envelope air-tightness/ventilation, compactness, building geometry, passive preheating of fresh air...) – Energy efficient construction materials (panels, insulation, components, glazing), – Heat, hot water and electricity production systems (active and passive solar energy, fuel celltechnology, geothermal energy, bio-energy, small scale wind energy, cogeneration, improved burner technology, ..) – Intelligent and energy saving devices and systems (domotica, energy management, air-to-air heat exchanger, hot water heat recovery, ..) – Energy-saving household appliances (refrigerators, stoves, freezers, lamps, washers, dryers, ..) A special position, in Germany, is taken up by the so-called "passive" houses, a term widely used in the German construction business today. Today more than 6,000 ‘passive buildings’ exist in Germany, Austria and Switzerland.
6
They include residential complexes, office buildings, factories, day-care centres and schools. Passive homes hardly require regular (active) heating anymore. They use less than an annual 1.5 litres of heating oil per square meter. The heat released by small appliances and body heat of people (two kilowatt hours per day) is largely sufficient. Automatic (heat-retention) ventilation ensures that air quality remains of good quality. 2.3.2 Opening up of the German markets for Dutch industry Traditionally the building and construction industries acted predominantly on their local or national markets. In the last decennium this has changed radically, and many mergers and acquisitions in the industry took place. The developments in energy efficiency will make these markets more competitive and knowledge intensive and we expect that the internationalisation process will gain enormous importance in the years to come – offering opportunities for Dutch firms, in developing export markets or building alliances with German companies or knowledge centres. There is a clear interest from the relevant Dutch companies in the German market. This market survey is a next step to support them to build stronger bridges into the German markets. The survey will help them to a better understanding of the German market, its drivers, cultures and supply chain- and collaboration structures. The Dutch industry is well-positioned for international growth and Germany is an obvious neighbouring country for growth. In Europe, the Dutch building sector has been one of the first that has actively expanded their business in other European countries such as Germany and the U.K. As result, the Dutch building industry has a competitive advantage for a further outroll of international growth strategies. In the Netherlands, many creative SMEs have developed energy efficient appliances and systems and are front-running companies in a European or even global perspective. Energy consultancy is an important business in the Netherlands. The growth of this service sector was driven by a long-term governmental regime of subsidy programmes. The Dutch energy service sector can export their services and knowledge. 2.3.3 Partners for Innovation Partners for Innovation executed this German market study on renewable energy and energy efficient constructing and housing improvement, for the Netherlands Ministry of Economic Affairs, agency EVD. We are a Dutch consultancy firm specialized in sustainable market oriented innovations with a focus on energy efficiency, renewable energy, CO2 and Climate Chance (www.partnersforinnovation.com).
7
3
Studie naar de Duitse bouwmarkt – “het belang van duurzame energie en energiebesparende oplossingen”
3.1
Waarom dit rapport?
De EVD heeft aan bureau ‘Partners for Innovation’ opdracht gegeven voor het uitvoeren van een actuele marktstudie naar de mogelijkheden van duurzame energie en energie-efficiënte bouwwijzen binnen de Duitse bouwmarkt. Met dit rapport beoogt de EVD bij te dragen aan een actuele informatievoorziening aan de Nederlandse exporterende industrie – en met name het Nederlandse MKB. Het rapport geeft een overzicht van: - karakteristieken van de Duitse DE en EE (duurzame energie en efficiënte energie) markten binnen de Duitse bouw (zowel woningen als non-residentiële bouw); - actuele trends; - regionale verschillen in de Duitse DE en EE bouwmarkten; - kansen voor Nederlandse bedrijven tot succesvolle toegang en groei binnen deze markten; - culturele aspecten, aanbestedings- en financieringsmechanismen, etc. Nederland en Duitsland zijn beide actief op het terrein van energie-efficiënt bouwen. De marktkarakteristieken van beide landen verschillen echter aanzienlijk. Het is voor de Nederlandse spelers met interesse voor de Duitse markt van belang om de Duitse markt en haar bijzonderheden goed te begrijpen. De ontwikkelingen in de Duitse DE en EE bouwmarkten zijn voor Nederlandse bedrijven en researchorganisaties van grote importantie, want: - De bouw verandert geleidelijk van een lokaal naar een internationaal opererende sector, wat zichtbaar is in toenemende schaalvergroting, overnames en fusies en een percentuele toename van de omzet van veel bedrijven, buiten het eigen land. - De Duitse markt loopt binnen Europa voorop op de terreinen duurzame energie en passief bouwen. Van deze ‘koplopermarkt kunnen de Nederlandse bedrijven veel leren – en zij kunnen met innovatieve producten inspelen op dynamiek van de Duitse RE en EE markten.
3.2
Doelstelling
Doel van deze marktstudie is om de kansen van Nederlandse bedrijven in de Duitse bouwmarkt te vergroten door een bijdrage te leveren aan kennisopbouw en bewustwording.
3.3
Contractuele context
Het Ministerie van Economische Zaken financiert de realisatie van deze marktstudie. Haar agentschap EVD treedt op als opdrachtgever. Na een selectieprocedure, waarin van vier partijen een projectvoorstel werd ontvangen, heeft zij het bureau ‘Partners for Innovation’ opdracht gegeven voor het uitvoeren van de marktverkenning. Partners for Innovation, is een adviesbureau dat gespecialiseerd is in het initiëren en helpen realiseren van duurzame marktgerichte, innovaties op gebied van duurzame energie en CO2reductiestrategieën. Partners for Innovation hanteert een pragmatische aanpak en ondersteunt haar klanten in het gehele innovatieproces van idee tot implementatie.
8
4
Scope en afbakening
Het terrein van energiebesparing en toepassing van duurzame energie binnen de bouw is bijzonder breed en omvangrijk. Het omvat bijvoorbeeld: – Energy efficiënte bouwmethoden; o Bouwconcepten (zoals passief bouwen). o Gebruik van passieve zonne-energie, oriëntatie van gebouw op de zon. o Isolatiemethoden. o Geïntegreerde gevelsystemen (ventilatie, verwarming, koelen). – Energie effectieve bouwmaterialen; o Panelen, isolatie, beglazing, componenten, etc. – Ruimteverwarming en/of warm water productie; o Methoden (bijv. wijkverwarming op biogas, industriële restwarmte of geothermisch). o Installaties (hoogrendementsketel, brandstofcel, zonneboiler) en onderdelen. o Brandstoffen (zoals vaste biomassa). – Verlichting; – (Al dan niet geïntegreerde) duurzame electriciteit productiesystemen, zoals PV, geothermisch, (biogas)-WKK en wind. – Intelligente en energiebesparende apparaten en systemen; o domotica, energiemanagement, etc. o Energiezuinige huishoudelijke apparatuur. In dit rapport zal het accent liggen op het gebouw zelf – met de daarin aanwezige vaste installaties. Het rapport gaat veel minder in op de inrichting van gebouwen en de gedragsaspecten van de bewoners/gebruikers. Het rapport streeft niet naar compleetheid – daarvoor is de omvang van de studie te gering. Wel hebben we gestreefd om de informatie voor Nederlandse bedrijven en researchorganisaties op een toegankelijke manier aan te bieden.
4.1
Verder lezen
Mocht u geïnteresseerd zijn in een specifiek onderwerp uit dit rapport dan verwijzen wij naar de specifieke websites vermeld bij de teksten in de hoofdstukken. Veel referenties staan ook in de Annexrapporten behorende bij dit hoofdrapport. In ons onderzoek hebben we geconstateerd dat de Duitse overheden veel aandacht besteden aan kennisoverdracht, het stimuleren van de marktontwikkeling van nieuwe technologie, en de ondersteuning van de bedrijven in deze markten. Via Internet is dus een overweldigend en uiterst bruikbaar informatieaanbod toegankelijk. Een groot deel van deze informatie wordt meertalig aangeboden (Duits, Engels en soms ook Frans en Spaans). Op de genoemde websites treft u een enorm aanbod van relevante informatie over de markt(trends), de marktspelers en het stimuleringsinstrumentarium van de overheden. Via de verwijzingen in deze compacte rapportage kunt u dus snel en op systematische wijze uw weg vinden in de Duitse markt.. Ook wijzen we u op een aantal ‘brug’organisaties, die voor u als aanspreekpunt kunnen dienen bij het verder verkennen van de Duitse DE en EE bouwmarkt, na het lezen van dit rapport: • De Nederlandse ambassade en haar postennetwerk www.niederlandeweb.nl en haar handelsmedewerker voor het onderwerp energie: Esther Tromp-Koppes (
[email protected]) • De EVD, het agentschap van het Ministerie van Economische Zaken (www.evd.nl) • De Duits-Nederlandse Handelskamer (http://www.dnhk.org/) – de Handelskamer is uiterst actief op het terrein van energie en organiseert regelmatig brokerage evenementen, waarvan alle documentatie wordt aangeboden via: http://www.dnhk.org/energy/ • Technisch Wetenschappelijk Attachee netwerk (TWA) (http://www.twanetwerk.nl/)
9
5
Karakteristieken van de Duitse markt
5.1
Markt indicatoren
De Duitse markt voor duurzame energie en energiebesparingen in de gebouwde omgeving is ‘booming’. Dit geldt in brede zin en betreft een groot aantal technologieën. Duitsland was pionier op dit terrein en neemt sindsdien een koploperpositie in de wereld in. Zeer tot de verbeelding sprekende wapenfeiten zijn: 1. Duitsland beschikt over de grootste geïnstalleerde windenergie capaciteit ter wereld. 2. Duitsland is de grootste markt voor PV installaties. 3. Duitsland is de grootste markt voor thermische zonne-energie in Europa. 4. Duitsland is een pionier in biobrandstoffen en waterstoftechnologie. Om zicht krijgen op de ontwikkelingen baseren we ons in deze paragraaf op recente overzichten van 1 dena, BMU, en branches .
De beleidsdoelen voor 2020 zijn momenteel nog verre van gerealiseerd, zoals onderstaande tabel laat zien. De marktontwikkelingen zullen de komende jaren versneld door gaan – met enorme kansen voor Nederlandse ondernemers die – goed voorbereid – de Duitse markt willen betreden. 2000 4,5% 2,1%
Doelstelling duurzame elektriciteitsproductie Overall doelstellingen primaire energie Aandeel WKK in elektriciteitsproductie
2006 12,0% 5,8% 12%
2020 25-30% 10% 25%
Onderstaande figuur toont bijvoorbeeld de trend van elektriciteitsproductie uit biomassa in de periode 1990-2006, welke laat zien dat vooral de toename sinds 1998 fors is.
1
Tenzij anderszins wordt aangegeven zijn de figuren in deze paragraaf afkomstig van de denapresentatie van Andreas Schöler, DNHK, Den Haag, 23/10/2007 (Renewables Made in Germany – Current Political Framework and Market Development), Den Haag, 23/10/2007) 10
De volgende figuren tonen de ontwikkelingen op de markt van bio-energie. - De eerste figuur toont de ontwikkelingen in de markt voor warmteproductie: de inzet van 2 biomassa, thermische zonne-energie en geothermische warmte. - De tweede figuur toont de trend in de inzet van biomassa voor warmteproductie, bijna een verdubbeling in tien jaar. - De derde figuur – afkomstig van de Duitse Biogas Associatie - toont de opmars van biogas als brandstof voor elektriciteitsproductie.
2
Bron: Presentatie Martin SCHÖPE, BMU, Berlin, 5th October 2007 Implementing EU Integrated Climate Change & Energy Policy up to 2020 – Sharing the Efforts 7th Inter-Parliamentary Meeting on Renewable Energy. (http://www.eufores.org/uploads/media/Martin_Schoepe_01.ppt) 11
12
Onderstaande tabel toont de vermeden emissieresultaten van het Duitse beleid voor het jaar 2006. De meeste CO2-reductie wordt momenteel geboekt in de elektriciteitproductie, waarbij de bijdrage van PV-zonne-energie in vergelijking met windenergie en waterkracht relatief gering is, maar snel groeit. Voor de gebouwde omgeving lijkt duurzame warmteproductie dan ook belangrijker dan duurzame elektriciteitproductie. Ook de markt voor duurzame warmteproductie groeit momenteel hard.
Bron: Presentatie Martin SCHÖPE, BMU, Berlin, 5 oktober 2007 - www.eufores.org
13
6
Het Duitse Beleid
6.1
Klimaatbeleid - Politieke ontwikkelingen en de rol van Duitsland als trekker
Angela Merkel wordt in de media ook wel de "ecokanselier" genoemd. Hieronder zullen de recente ontwikkelingen in de mondiale politiek, de Europese politiek en in Duitsland kort op een rij worden gezet. Daaruit blijkt een indrukwekkende Duitse succesreeks die aantoont dat zij (met haar kabinet) deze geuzentitel met recht verdient. Het streven van haar regering is om tot 2020 de CO2uitstoot in Duitsland met 40 procent te verminderen. Al in de begroting van 2008 zal daarvoor 3,3 miljard euro ter beschikking komen, twee keer zoveel als in 2005. Bij de nu al door de Duitse regering besloten 14 nieuwe wetten en verordeningen ligt de nadruk op efficiënter energiegebruik in gebouwen en uitbreiding van nieuwe energievormen voor productie en verwarming. Het aandeel duurzame energie, voor elektriciteitsproductie, zal van nu 12 procent tot 30 procent verhoogd worden. Daarbij krijgen biogas en windmolens op zee prioriteit en daarom meer geld, windmolens op land en zonne-energie minder. Er is in Duitsland brede steun voor alternatieve energiebronnen. Merkel speelt met haar beleid in op roep van veel Duitsers om maatregelen tegen de snelle opwarming van de aarde. Duitsland acteert op nationaal, Europees en mondiaal niveau als trekker. In de volgende paragraaf worden de indrukwekkende resultaten en ontwikkelingen van het laatste jaar geschetst.
6.2
Het Duitse Beleid op federaal niveau
Duitsland wil de uitstoot van broeikasgas in 2020 met veertig procent verminderen. Zij zet hierbij in het bijzonder in op energiewinst in de gebouwde omgeving en het grootschalig gebruik van biomassa, wind- en zonne-energie. Huizen en kantoren moeten efficiënter worden ingericht en geïsoleerd. 6.2.1 Topontmoeting Meseberg Het Duitse kabinet heeft tijdens haar topontmoeting in Meseberg (24 augustus 2007) ambitieuze afspraken gemaakt over klimaatbeheersing. De Meseberg-top – die plaatsvond op de helft van de regeerperiode van het kabinet-Merkel – was erop gericht belangrijke besluiten te nemen voor het beleid voor de tweede helft van haar regeerperiode. De ministers besloten tot vergaande maatregelen om het klimaat te beschermen. De belangrijkste resultaten van het geaccordeerde maatregelenpakket (Klima- und Energiepaket Meseberg) zijn: - De uitstoot van broeikasgassen moet in 2020 40% zijn gedaald ten opzichte van 1990. - Er komt een belastingverhoging op auto’s met een hoog benzineverbruik, - Het gebruik van nieuwe energievormen wordt gestimuleerd. Voor huiseigenaren zal de overgang naar verwarming met nieuwe energievormen door verhoging van de subsidies worden bevorderd. Daarvoor is het budget met 150 miljoen tot 500 miljoen euro verhoogd. Ook het aandeel van warmtekrachtkoppeling zal worden verdubbeld (o.a. een stimulans voor aanleg van wijkverwarmingssystemen) - Om verbetering van de isolatie van huizen te bereiken, zullen de energienormen met bijna een derde worden aangescherpt. Er komen verplichtende energiebesparende maatregelen.
14
6.2.2 Nieuwe wetten: win-win voor milieu en economie Al op 5 december 2007 zijn meerdere nieuwe energiewetten voorgelegd voor besluitvorming aan het Duitse parlement (de Bondsdag). Gedetailleerde uitwerking van het maatregelenpakket is in hoog tempo eind 2007 grotendeels afgerond, waarbij de Bali-conferentie druk op de ketel heeft gezet, want Merkel wilde daar aantonen dat grootschalige concrete actie daadwerkelijk mogelijk is. Het maatregelenpakket omvat maar liefst 30 maatregelen ter reductie van de CO2 in 2020 met circa 36,6%. Uiteindelijk doel is 40% - er zal hiervoor nog een aanvullend programma worden opgesteld. Alle onderdelen van de Duitse economie zullen hierdoor ingrijpend worden beïnvloed. De enorme budgetten die de Duitse regering beschikbaar stelt tonen aan dat zij het klimaatprobleem uiterst serieus neemt. In vergelijking met het jaar 2005 worden de budgetten met circa 200 percent verhoogd. Eind 2007 presenteren Sigmar Gabriel (Bundesumweltminister – op foto rechts) en Andreas Troge (President van Bundesumweltministerium für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit – BMU) op een persconferentie de resultaten van een uitvoerige studie waarin de kosten en baten van dit pakket worden doorgerekend. Volgens deze studie dienden de investeringen te worden beschouwd als ‘cost die voor de baet uitgaet’ (voorfinanciering). De maatregelen zijn gunstig voor ondernemingen en huishoudens. De jaarlijkse extra kosten worden tot 2020 op 31 miljard euro geschat, het financiële voordeel op 36 miljard euro. Ook een studie van het Bundesverband der Deutsche Industrie (BDI) kwam tot soortgelijke resultaten. Op basis hiervan sprak de BDI haar steun uit voor het klimaatprogramma van de regering.
6.2.3
De belangrijkste maatregelen zijn:
1. Enorme uitbreiding van het aandeel duurzame energie – in lijn met de aanbevelingen van BMU. Voor de elektriciteitsproductie geldt een doelstelling van 25-30% aandeel duurzaam voor het jaar 2020. Voor de warmteproductie geldt een doelstelling van 14% voor 2020. Er komt een wet ter stimulering van de toepassing van biogas (Biogaseinspeisegesetz) ter bevordering van de inzet van biogas als brandstof en voor elektriciteitsproductie. 2. Enorme uitbreiding van milieuvriendelijke en efficiënte productie van elektriciteit en warmte in WKK (warmtekracht koppeling) installaties. Een wetswijziging dient een verdubbeling van WKK te realiseren in de elektriciteitsproductie naar 25% in 2020, ondersteund met een stimuleringsfonds van 750 M€. Uitbreiding van warmwaterdistributienetten (Nah- und Fernwärme) ondersteund met een investeringspremie oplopend tot 20% (totaalbudget 150 M€). 3. De Duitse overheid gaat strengere wettelijke eisen stellen aan de energie-efficiency van gebouwen. De Duitse regering scherpt haar Energiebesparingsverordening EnEV aan. De EnEVeisen zullen daartoe stapsgewijze met 60% worden aangescherpt. Er wordt hierbij vooral ingezet op het enorme potentieel binnen de bestaande gebouwen. Voor bestaande huizen zullen er minimale energieprestatiestandaarden worden ingevoerd, die bijvoorbeeld zullen gelden voor verhuurders. Het lopende en zeer succesvolle gebouwrenovatie programma zal worden voortgezet en ontvangt nieuwe financiering. Verder worden de energieprestatie-eisen voor nieuwbouw 30% opgeschroefd (dit gebeurt al in 2008) en voor 2012 geldt een verdere verhoging met nog eens 30%. Dit geeft een enorme prikkel aan de bouwbedrijven.
15
De nieuwe maatregelen bieden volop kansen voor Nederlandse bedrijven, bijvoorbeeld: - De Nederlandse energiebedrijven die een rol willen spelen in de Duitse energiemarkt. - Leveranciers van installaties, zoals WKK, biogas en wijkverwarmingssystemen. - Leveranciers van gevels, ramen, systeembouw, isolatieproducten en -diensten. - Projectontwikkelaars. - Advies- en onderzoekorganisaties. In hoofdstuk 10 gaan we nader in op de kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Milieu en economie staan in de ogen van het Duitse kabinet niet op gespannen voet met elkaar. Er is sprake van een win-win. Michael Glos (Minister van Economische Zaken - CSU), legt na de topontmoeting, uit dat Duitsland met deze strategie van eco-innovatie en het programma op gebied van energie een van de efficiëntste regio’s ter wereld zal worden. Onderstaande figuur geeft voor het jaar 2006 de omzet in de duurzame energie industrie – deze bedroeg maar liefst 2100 M€,
De Duitse ministers zijn het met elkaar eens dat klimaatbescherming en economische groei elkaar niet uit hoeven te sluiten. Angela Merkel ziet veel nieuwe werkgelegenheid en exportmogelijkheden door de ontwikkeling van nieuwe duurzame energievormen en energiebesparende technologieën. 6.2.4 Nieuwe energiemarkten motor achter banengroei De snelle groei van duurzame energie heeft in Duitsland geresulteerd in het creëren van een groot aantal nieuwe arbeidsplaatsen – naar schatting waren er in 2006 al meer dan 200.000 banen gecreëerd (zie onderstaande figuur). De door het Duits instrumentarium uitgelokte investerings- en innovatiegolf in energie-efficiency en duurzame energie resulteert in een technologische voorsprong van Duitse (maar ook Nederlandse!) ondernemingen die inspelen op de dynamiek van de Duitse markt en hen daarmee een springplank bezorgt naar een wereldwijd groeiende business. Bedrijven die in enkele jaren in omvang zijn verdubbeld (of meer) zijn in de groeisectorensectoren (PV, biogas, wind, WKK, etc.) eerder regel dan uitzondering. Deze sectoren blijven de komende decennia de groeimarkten van de toekomst.
16
Als voorbeeld: Deloitte heeft begin 2007 de cijfers gepresenteerd met de snelstgroeiende technologiebedrijven uit Europa, het Midden-Oosten en Afrika (EMEA). Het Duitse Q-Cells A.G, PVfabrikant staat in deze ranking op de tweede plaats met een groeipercentage van 33.019 % .
Onderstaand overzicht van BMU toont de werkgelegenheidseffecten van dit vooruitstrevende klimaatbeleid.
Annette Schavan (minister van onderzoek) wil dit voorjaar 200 vooraanstaande onderzoekers voor een Duitse klimaatconferentie in Berlijn uitnodigen om zo op korte termijn een impuls te geven aan technische innovaties op het gebied van klimaatbescherming. Duurzame energie is van groot strategisch belang in de energiemix van Duitsland in de toekomst. Dit draagt bij aan een verminderde afhankelijkheid van olie- en gasimporten. Duitsland betrekt momenteel meer dan veertig procent van haar energiebehoefte uit Rusland. Daarbij komt dat de Duitsers recent hebben besloten in 2018 te stoppen met haar eigen steenkolenwinning. Ooit stonden er in het Roergebied en het Saarland rond 150 steenkolenmijnen, nu zijn er nog acht. Ook kernenergie kan in Duitsland niet op brede steun rekenen. Regeringspartij SPD wil vasthouden aan de 'Atomausstieg'. De partij pleit ervoor om in plaats daarvan meer in de CO2-vrije winning van energie uit fossiele brandstoffen te investeren. Veel kaarten staan dus op duurzaam.
6.3
Sterke rol van Duitsland in internationale politiek
6.3.1
G8 – gastvrouw Merkel
In juni 2007 zijn de leiders van de G8 – de groep van de zeven rijkste industrielanden plus Rusland – e voor hun 33 jaarlijkse topconferentie bijeengekomen in Heiligendamm, Duitsland. Kanselier Angela Merkel heeft een leidende rol gespeeld op de laatste G8-top van rijke industrielanden in het Duitse Heiligendamm. Het is Merkel gelukt om milieu, energie en klimaat hoog op de agenda te krijgen.
17
Het waren dé belangrijkste thema’s op de agenda en zijn uitgebreid besproken. Hoewel het Merkel de afspraak te maken dat industrielanden zich verplichten de CO2-uitstoot in 2050 met de helft te verminderen, bereikte ze wel een – in historisch perspectief uniek - compromis. • De G8 kwam overeen de reductie van broeikasgassen “serieus in overweging te zullen nemen”. Zelfs grootste vervuiler Amerika liet zijn blokkadehouding varen. • De G8 landen willen een sterk leiderschap in de strijd tegen klimaatverandering. Zij werken aan globale antwoorden op de klimaatverandering, die tegelijkertijd groei en economische ontwikkeling ondersteunen. • De G8 erkent dat energiebesparing een groot potentieel heeft. Volgens het Internationale Agentschap voor Energie kan succesvol geïmplementeerd energiebeleid een bijdrage leveren aan 80 procent van de te vermijden broeikasgassen en tegelijkertijd de zekerheid van de energietoevoer verhogen. Een andere omgang met energie kan volgens de G8 landen ook een bijdrage leveren aan armoedebestrijding door bijvoorbeeld handel in CO2. • Om de vraag naar energie te kunnen blijven beantwoorden vindt de G8 verscheidenheid in energie zeer belangrijk. • In afwachting van de officiële agenda voor de volgende conferentie is voor de volgende G8top het onderwerp klimaatsverandering (en armoedebestrijding in Afrika) alvast geagendeerd. De 34e conferentie van de G8, de jaarlijkse bijeenkomst van de G8 zal plaatsvinden van 7 - 9 juli 2008 in Tokayo in Japan. Gastheer Minister-president Abe van Japan zal voortbouwen op de resultaten van Heiligendam. Hij wil in Tokio afspraken maken over de inspanningen door de industrielanden om de doelstellingen van het Kyoto-protocol te realiseren. Daarnaast zal (voor)overleg plaatsvinden over de opvolger van het Kyoto-protocol post 2012. 6.3.2
Bali
Veel EU-landen hebben hun Kyoto toezeggingen om de CO2-uitstoot te verminderen tot nu toe nauwelijks waar kunnen maken. Op dit moment heeft bijvoorbeeld de EU van de voorgenomen 8 procent reductie slechts 2 procent gerealiseerd. Daarentegen zit Duitsland wel reeds boven de door haar afgesproken 20 procent. Maar Duitsland gaat verder op de ingeslagen weg met het snel implementeren van de belangrijkste punten van het nieuwe Klima und Energiepaket. Zo bevestigt de Duitse regering haar koploperrol opnieuw en toont ze aan dat Duitsland haar verantwoordelijkheden naar het klimaat uiterst serieus neemt. Door doortastend voorwerk kon de Duitse minister van Milieu Sigmar Gabriel in Bali (12-15 december 2007) in detail de nieuwe ambitieuze Duitse plannen bekend maken. Duitsland had hiermee een goed tijdstip gekozen en leiderschap getoond. Mede dankzij Duitsland werd Bali een (gedeeltelijk) succes en een belangrijke stap naar mondiale post-Kyoto afspraken. In Bali werden voorts afspraken gemaakt over het behoud van oerbossen. 6.3.3
EU Klimaattop 2007
Angela Merkel: ‘Europa moet op milieugebied een vooraanstaande rol spelen in de wereld. Het gebruik en de ontwikkeling van duurzame energie creëren ook werkgelegenheid’. De EU-klimaattop van 13 maart 2007 onder voorzitterschap van Merkel was uniek en zij stond geheel in het teken van klimaat. Er werd een ambitieus (en inmiddels veelgeprezen) actieplan aangenomen door de 27 deelnemende regeringsleiders. Het EU klimaatakkoord was een enorm succes voor het Duitse EU-voorzitterschap. Besloten werd om de CO2-uitstoot voor 2020 met 20% terug te brengen én het aandeel van duurzame energiebronnen aan het totale energieverbruik in de EU te verdrievoudigen.
18
Volgens EU-voorzitter Manuel Barroso is dit EU-klimaatakkoord "het meest ambitieuze pakket voor energieverzorging en klimaatbescherming dat ooit door een groep staten in de wereld is afgesproken." Dit alles gebeurde ondanks de kritisch geluiden vanuit de Duitse industrie. De autoproducenten, woordvoerders van de BDI (Duitse industriebond) en VDEW (koepel van elektriciteitsbedrijven) benadrukten het belang van eerlijke lastenverdeling en uitten hun angst voor een verslechtering van de Duitse concurrentiepositie. De Duitse bevolking steunt de doelstellingen van de EU-klimaattop: volgens cijfers van onderzoeksbureau Emnid is bijna 80 procent voorstander van een internationale Duitse voortrekkersrol bij de klimaatsbescherming. Nu staan de 27 EU landen voor de uitdagende taak om deze verstrekkende afspraken te vertalen naar concreet beleid in eigen land en te implementeren. Dit proces is nog maar kortgeleden in gang gezet. Duitsland loopt opnieuw voorop met deze implementatie en de eerste concrete maatregelen zijn indrukwekkend (zie de voorafgaande paragrafen). Naar verwachting zal er nog meer nieuw beleid en bijbehorend instrumentarium in de periode 2008-2012 worden ingevoerd.
6.3.4
Duitsland in internationale vergelijking
6.3.4.1
Climate change performance index
Duitsland behoort samen met Zweden tot de meest milieuvriendelijke landen ter wereld. Nederland doet het middelmatig. Dit blijkt o.a. uit de recente benchmark van Germanwatch uit Bonn van december 2007 (http://www.germanwatch.org/) – zie nevenstaande tabel. Germanwatch hield de prestaties van 56 industrielanden tegen het licht, waaronder opkomende economische reuzen als China en India. Samen zijn de ruim vijftig landen goed voor 90 procent van de mondiale CO2-uitstoot. De ranglijst is gebaseerd op beperkingen van de uitstoot van CO2 en het milieubeleid van een land. Duitsland is op dit moment voorloper op het gebied van alternatieve energie en zet deze opmars ook de komende jaren sterk voort. Dit is bijvoorbeeld te zien aan de ambities voor energiebesparing en duurzame energieproductie binnen de gebouwde omgeving en de enorme investeringen in windenergie – met name de nieuwe Duitse windmolenparken in de Noordzee. Bron: Climate Change Performance Index 2007, Germanwatch, Dr. Werner-Schuster-Haus, Kaiserstraße 201, D-53113 Bonn, Tel: +49 (0) 228 - 60492-0, email:
[email protected].
19
6.3.4.2
PV markt
Duitsland is veruit de belangrijkste PV-markt in Europa (eind 2005 stond 85.8% van de totaal geïnstalleerde capaciteit van de EU in Duitsland), met indrukwekkende jaarlijks groeicijfers. Zie onderstaande tabel (bron: EurObserv’ER: The new European Barometer on Renewable Energies, www.eufores.org).
6.3.4.3 De markt voor duurzame warmte Duitsland is ook de belangrijkste markt voor duurzame warmteproductie in Europa. De volgende tabel geeft het totaaloppervlakte geïnstalleerd zonnecollector en het MWh-equivalent. (bron: EurObserv’ER: The new European Barometer on Renewable Energies, www.eufores.org).
20
6.3.4.4
De markt voor vaste biomassa gestookte installaties Duitsland doet ook goed mee in de Europese kopgroep in het toepassen van vaste biomassa als duurzame bron van bio-energie. De tabel toont de primaire energieproductie met vaste biomassa in de EU in 2004 and 2005 in Mtoe. (bron: EurObserv’ER: The new European Barometer on Renewable Energies, www.eufores.org). 6.3.4.5 Geothermische energie Gebruik van geothermische energie staat in Duitsland nog in de kinderschoenen (bron: EurObserv’ER: The new European Barometer on Renewable Energies, www.eufores.org).
21
7
Instrumenten
Duitsland heeft rond de millenniumwisseling een aantal instrumenten gebruikt om de bouwsector te vergroenen. De isolatie van gebouwen werd aangescherpt, oude boilers moesten vervangen worden en ecotaksen werden ingevoerd op gasverbruik en niet duurzame opgewekte elektriciteit. Ook zag de Duitse bouwindustrie een sterkte groei van het gebruik van PV-panelen. Dit kwam mede door de gegarandeerde hoge vergoedingen die gegeven werden op duurzame opgewekte energie die teruggeleverd wordt aan het elektriciteitsnet. Ook werden er landelijke subsidies gegeven voor het plaatsen van zonneboilers en kleine bioboilers. Om deze instrumenten extra inhoud te geven werden er leningprogramma’s opgestart. Leningen werden verstrekt voor het beter isoleren van (oudere) gebouwen, het plaatsen van PV-panelen en verwarmingsinstallaties die gebaseerd zijn op duurzame bronnen. Onderstaande lijst geeft een overzicht van belangrijke nationale regelingen anno 2007. Maar zoals in de vorige paragraaf al is aangegeven – er zijn wijzigingen in de maak en er komen nieuwe instrumenten bij (zie paragraaf 7.8 voor de laatste ontwikkelingen). 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17.
Marktanreizprogramm: Große thermische Solaranlagen Marktanreizprogramm: Thermische Solaranlagen Marktanreizprogramm: Biomasseanlagen Kraft-Wärme-Kopplungsgesetz Vor-Ort-Beratung Dämmstoffe aus nachwachsenden Rohstoffen Energieeinsparverordnung Niedrigenergiehaus im Bestand Ökologisch Bauen Wohnraum Modernisieren CO2-Gebäudesanierungsprogramm Energieberatung der Verbraucherzentralen KfW-Wohneigentumsprogramm Sonderkreditprogramm Ländliche Entwicklung Solarstrom Erzeugen - Investitionskredite für PV-Anlagen Schönauer Sonnencent-Investstrom Erneuerbare Energien Gesetz – EEG
We zullen in dit hoofdstuk inzoomen op instrumenten voor de gebouwde omgeving – en geven dus geen totaaloverzicht van het klimaat en energie-instrumentarium.
7.1
Belangrijkste instrumenten voor particuliere woningen
De volgende opsomming bevat de volgens Bine van BMU de belangrijkste stimuleringsinstrumenten voor particuliere huishoudens. Actuele informatie over deze regelingen treft u op http://www.energiefoerderung.info/ (inclusief programmabeschrijving, contactgegevens en eventueel aanvraagformulieren). 1. Erneuerbare-Energien-Gesetz (EEG) regelt de verplichte afname door het elektriciteitsnet en het vergoedingenstelsel 2. Marktanreizprogramm (marktstimuleringsprogramma voor thermische zonnecollectoren voor warmwaterproductie en/of ruimteverwarming. Het programma richt zich ook op warmtepompen en kleine biomassa-installaties (houtpellets, -snippers en gekloofd brandhout.
22
Per 2008 zijn de volgende nieuwe deelprogramma’s actief: a. Thermische Solaranlagen zur Warmwasserbereitung b. Thermische Solaranlagen zur Warmwasserbereitung und Heizungsunterstützung c. Innovationsbonus thermische Solaranlagen d. Thermische Solaranlagen über 40 m2 Kollektorfläche für Ein- und Zweifamilienhäuser e. Holzhackschnitzelheizung f. Pelletheizung g. Scheitholzvergaserheizung h. Wärmepumpen Bijzonder is dat er daarnaast nog aanvullende financiële bijdragen mogelijk zijn als er bijvoorbeeld sprake is van: a. Een zogenaamde ‘Kombinationsbonus van 750 €’ – bij gelijktijdige inzet van biomassainstallatie en warmtepomp, of ingebruiksname van thermische zonneinstallatie in combinatie met een hoogenergetische ketel volgens EnEV (olie/gas). b. Een zogenaamde ‘Effizienzbonus’ voor gebouwen die door hun geringe energieverbruik slechts een gering jaarlijkse kostenreductiepotentieel hebben. c. Energiebesparend verwarmen van scholen en kerken 2. KfW-Programma’s (Förderbank voor Kreditanstalt für Wiederaufbau) a. Ecologisch bouwen (Ökologisch Bauen) bij nieuwbouw: voor ‘KfWEnergiesparhäusern’, Passiefhuizen en inbouw van verwarmingstechniek op basis van duurzame energie,WKK en warmtedistributie ( ‘Nah-/Fernwärme’). b. Gebouwrenovatiebijdrage (KfW-CO2-Gebäudesanierungsprogramm – Zuschuss) voor het aanbrengen van isolatie, nieuwe ramen, verwarming naar het nieuwbouw-niveau (Energieeinsparverordnung (EnEV) of beter in het kader van de zogenaamde maatregelpakketten) c. Gebouwrenovatiekrediet (KfW-CO2-Gebäudesanierungsprogramm-Kredit) – kredietfaciliteit voor gebouwrenovatie. d. KfW-Programm Wohnraum Modernisieren (gericht op isolatie en verwarming) e. KfW-Programm Solarstrom Erzeugen (gericht op ingebruiksname van PV-installatie) f. Vor-Ort-Beratung (bijdrage in energieadvies) In de volgende paragrafen worden de verschillende instrumenten in detail uitgewerkt.
23
7.2
Ecotaksen
Zoals al eerder werd genoemd heeft Duitsland diverse ecotaksen ingevoerd. De eerste stap van de ecotaks werd op 1 april 1999 ingevoerd. De belastingaanpassingen waren voltooid op 1 januari 2003. Hieronder is te zien hoe de ecotaks in Duitsland zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld.
Elektriciteit en gas worden elk jaar zwaarder belast, zodat er een toenemende stimulans ontstaat om gebouwen beter te isoleren en te zoeken naar alternatieve methoden voor het verwarmen van gebouwen. Inmiddels zijn er meer dan 532.600 zonneboilers, met een oppervlakte van ongeveer 4,6 3 miljoen vierkante meter, en 95.300 kleine biomassaboilers geplaatst in huizen van particulieren . Om energie opwekking uit duurzame bronnen te blijven promoten, wordt elektriciteit die is opgewekt uit duurzame bronnen niet belast met de ecotaks.
3
Prospects for geothermal energie in Germany, Speech van de Duitse staatssecretaris Astrid Klug op 30 mei 2007, http://www.erneuerbare-energien.de/inhalt/39457/4594/
24
7.3
Erneuerbare-Energien-Gesetz
Duitsland heeft dankzij het invoeren van de Erneuerbare-Energien-Gesetz; EEG (Duurzame Energie Wet), op 17 maart 2000 een belangrijke stap gezet in de ontwikkeling van haar duurzame energie beleid. Deze wet verlaagt de investeringsdrempel bij het op wekken van duurzame energie. Banken vragen normaal gesproken hoge rentes en veel zekerheden bij het verschaffen van kredieten voor investeringen in innovatieve installaties. Wat de EEG effectief maakt is dat het grote financiële zekerheid geeft bij het opwekken van duurzame elektriciteit. Bedrijven én particulieren krijgen gegarandeerde hoge prijzen voor duurzame elektriciteit die wordt teruggevoerd naar het lichtnet. Het is niet de overheid die deze prijzen uitbetaalt, maar de elektriciteitbedrijven. Er is sinds de invoering van de EEG een, wettelijk geregeld, landelijk prijzensysteem ingevoerd waarbij energiebedrijven gegarandeerde prijzen moeten betalen voor duurzaam opgewekte elektriciteit. De eigenaar van de installatie betaalt zelf de aansluitkosten naar het lichtnet. De aansluiting naar het lichtnet kan worden geregeld door contact op te nemen met een (lokaal) energiebedrijf. Om zekerheid en stabiliteit in de duurzame energiesector te realiseren, blijven de uitkeringen per kWh na oplevering van een centrale 20 jaar gelijk. Waterkrachtcentrales zijn een uitzondering op deze regeling. Deze uitkering blijft 15 of 30 jaar hetzelfde. De hoogte van de uitkering per kWh is afhankelijk van de opwekkingscapaciteit, op welke manier de energie wordt opgewekt en in welk jaar de installatie wordt opgeleverd. Hoe later de installatie wordt opgeleverd hoe lager de uitkering per kWh wordt. Deze degressie zorgt ervoor dat installaties zo snel mogelijk worden geplaatst en de markt niet gaat wachten op goedkope installaties (zoals in Nederland het geval is). Door de uitbetaling per kWh stimuleert de EEG het plaatsten van installaties die duurzaam zijn en hoge rendementen opleveren. Om er voor te zorgen dat de groei in duurzame elektriciteit goed gereguleerd kan blijven, werd de wet herzien op 1 augustus 2004. Om in de toekomst het duurzame energiebeleid te kunnen reguleren en sturen werd er een installatieregister geopend voor grote installaties boven de 500 MW. Om het gebruik van PV-panelen nog verder te stimuleren werden in 2004 gunstigere tarieven ingevoerd voor PV-panelen. Momenteel wordt de wet nogmaals herzien en een vernieuwde versie wordt in december 2007 verwacht. Dankzij de EEG is het percentage elektriciteit in Duitsland dat is opgewerkt uit 4 duurzame bronnen verdubbeld van 6,3% in 2000 naar 12% in 2005 . Sinds de lancering in 2000 van deze wet zijn er ongeveer 625.000 projecten gestart met een totale investeringswaarde van 6,5 miljard 5 euro . De EEG valt onder het werkgebied van het Bundesministerium für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit; BMU. Bundesumweltministerium für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit Referat Öffentlichkeitsarbeit 11055 Berlin Telefoon: +49 30 18 305 - 0 Telefax: +49 30 18 305 – 2044 Website http://www.bmu.de/
4
Renewable Energy Sources Act Progress Report 2007, 5 juni 2007, Bundesministerium für Umwelt, Naturschutz und
Reaktorsicherheit (BMU). 5
Prospects for geothermal energie in Germany, Speech van de Duitse staatssecretaris Astrid Klug op 30 mei 2007,
http://www.erneuerbare-energien.de/inhalt/39457/4594/
25
Een klein gedeelte van de site kan worden bekeken in het Engels. Het grootste gedeelte van de website is in het Duits. Let op – ten tijde van het schrijven van dit rapport zullen de vergoedingen voor PV in het kader van EEG worden aangepast. Met ingang van 2008 zullen de vergoedingen door de Duitse federale overheid verlaagd. Voor de laatste ontwikkelingen rond de nieuwe vergoedingen van EEG – zie paragraaf ‘Instrumenten laatste ontwikkelingen’.
7.3.1
EEG: Fotovoltaïsche cellen
Dankzij de EEG ziet Duitsland vanaf 2000 een explosieve groei in het gebruik van PV-cellen. In 2000 was de opgewekte energie door PV-cellen 64 GWh, terwijl in 2006 er 2000 GWh is opgewekt. In eind 2004 had Duitsland 554 MWp fotovoltaïsche opwekkingscapaciteit. De toenmalige marktleider Japan had in 2004 een opwekkingscapaciteit van 330 MWp. De huidige uitkeringen voor het opwekken van duurzame elektriciteit doormiddel van PV-cellen wordt opgedeeld in verschillende categorieën. De verschillende vergoedingscategorieën worden hieronder uitgewerkt. 1. PV-cellen geplaatst op gebouwen of geluidsschermen Jaar van Tot 30 kW Boven de 30 kW Boven de 100 inbedrijfsname in ct/kWh in ct/kWh kW in ct/kWh 2007 49,21 46,82 46,30 2008 46,75 44,48 43,99 2009 44,41 42,26 41,79 2010 42,19 40,15 39,70 2011 40,08 38,14 37,72 2012 38,08 36,23 35,83 2013 36,18 34,42 34,04 Degressie is 5% per jaar Er is gekozen voor drie categorieën waarin de vergoedingen worden ingedeeld. Woningeigenaren die PV-panelen plaatsen komen meestal niet boven de 30 kW uit omdat er vaak niet genoeg dakoppervlak is. Gebouwen met grotere dakoppervlaktes, zoals stallen, fabriekshallen en appartementencomplexen kunnen meer kW opwekken. 2. PV-cellen geplaatst in gevelsystemen Jaar van Tot 30 kW Boven de 30 kW inbedrijfsname in ct/kWh in ct/kWh 2007 54,21 51,82 2008 51,75 49,48 2009 49,41 47,26 2010 47,19 45,15 2011 45,08 43,14 2012 43,08 41,23 2013 41,18 39,42 Degressie is 5% per jaar.
Boven de 100 kW in ct/kWh 51,30 48,99 46,79 44,70 42,72 40,83 39,04
PV-cellen geplaatst in gevelsystemen krijgen ten opzichte van PV-cellen geplaatst op gebouwen een extra bonus van 5 cent/kWh. Deze bonus wordt gegeven, omdat gevelsystemen minder stroom opwekken vanwege de ongunstige plaatsing ten opzicht van de zon. PV-cellen in gevel systemen worden voornamelijk toegepast in hoge gebouwen.
26
3. PV-cellen geplaatst in open veld Jaar van in ct/kWh inbedrijfsname 2007 37,96 2008 35,49 2009 33,18 2010 31,02 2011 29,00 2012 27,12 2013 25,36 Degressie is 6,5% per jaar. In tegenstelling tot de andere twee PV vergoedingen is hier maar één categorie waarin de kW’s worden geplaatst. Ook zijn de vergoedingen van het plaatsen van PV-cellen zijn aanzienlijk lager. Er is hiervoor gekozen, opdat er zorgvuldig met grond wordt omgesprongen en niet vooral kleine PVinstallaties worden geplaatst op goedkope stukken grond. Momenteel zijn het met name energiebedrijven die gebruik maken van deze regeling. Voorbeeld: Indien een PV-installatie op een dak 110 kW opwekt en in 2008 wordt opgeleverd. Er wordt over de eerste 30 kW 46,75 cent betaald. Vervolgens wordt boven de 30 kW 44,48 cent betaald. Over de laatste 10 kW wordt 43,99 cent uitbetaald per kW. De uitbetaling blijft gedurende 20 jaar constant
27
7.4
Marktanreizprogramm zu gunsten Erneuerbarer Energien (MAP)
Warmte opgewekt uit duurzame bronnen wordt niet financieel aangemoedigd door de EEG. Om de EEG aan te vullen heeft Duitsland het Marktanreizprogramm zu gunsten Erneuerbarer Energien opgestart. Het totale budget voor 2007 bedraagt 213 miljoen euro. Aanvragers kunnen in 2008 opnieuw subsidie verkrijgen. Deze subsidies worden gegenereerd uit de ecotaksen die zijn ingevoerd. Per 1 augustus 2007 werden de uitkeringen met 50% verhoogd, waardoor de vergoedingen nog interessanter zijn geworden. Hieronder een overzicht van de subsidies: Zonnecollectoren Zonnecollectoren voor het verhitten van water. De subsidie bedraagt € 60,- per m² zonnecollector met maximum van 40 m² aan zonnecollectoren. De uitkering bedraagt minimaal € 412,50. Zonnecollectoren voor het verhitten van water en verwarmingsdoeleinden. De subsidie bedraagt € 105,- per m² met een maximum van 40 m² aan zonnecollectoren. Indien de aanvrager al zonnecollectoren geïnstalleerd heeft en de capaciteit wil uitbreiden bedraagt de subsidie € 45 per m² zonnecollector. Zonnecollectoren moeten na installatie DIN EN 12975 zijn goedgekeurd. De subsidie-aanvraag moet plaatsvinden binnen zes maanden nadat de installatie gerealiseerd is.. Biomassabranders Automatische biomassaboilers, hieronder vallen houtpelletboilers, houtpelletkachels en combinatieboilers die houtblokken en houtpallets gebruiken. De subsidie bedraagt € 36,- per kW warmte opwekkingscapaciteit met een minimum van 8 kW en een maximum van 100 kW. De subsidie bedraagt minimaal €1500,-. Houtsnipperverbranders krijgen een subsidie van € 750,- per boiler. Subsidies worden tot 31 december 2007 uitgekeerd. Houtblokvergassingketels van 15 kW tot 30 kW nominale warmte capaciteit ontvangen een uitkering van €1.125,- . Subsidies worden tot 31 december 2007 uitgekeerd. Momenteel gaat 90% van het budget naar de installatie van zonnecellectoren. Zonnecollectoren zijn gebruiksvriendelijk en zijn erg duurzaam. De diverse houtverbranders hebben toch met regelmaat een voorraad brandstof nodig waardoor ze uiteindelijk minder in trek zijn. Deze subsidies worden verstrekt door de Bundesamt für Wirtschaft und Ausfuhrkontrolle; BAFA. Op de website van de BAFA zijn de aanvraagformulieren te vinden. http://www.bafa.de/bafa/de/energie/erneuerbare_energien/formulare/index.html Bundesamt für Wirtschaft und Ausfuhrkontrolle Postfach 51 60, D-65760 Eschborn Tel.: +49 6196 908 625, Fax: +49 6196 908 800 of +49 6196 94 226 Internet: http://www.bafa.de Een klein gedeelte van de site kan worden bekeken in het Engels. Het overgrote gedeelte van de website is alleen in het Duits.
28
7.5
Energieeinsparverordnung (EnEv)
De nieuwe verordening werd op 21 november 2001 aangekondigd. Het combineert en verscherpt bouwregels voor verwarming en warmte-isolatie van gebouwen. De nieuwe verordening zorgt er voor dat Duitsland ook voldoet aan de EU-regels op het gebied van CO2 reductie en de efficiëntie van warmteboilers (93/76/EEC en 92/42/EEC). Stephan Kohler, directeur van de dena (Deutsche Energie Agentur) schat dat de nieuwe regels ervoor zorgen dat de bouwkosten tussen de 1-2% zullen stijgen. Deze kosten zullen snel worden terugverdiend omdat er gemiddeld per woning per jaar tussen de 100 en 200 euro aan energiekosten wordt besparen. Op 1 februari 2002 werd de wet ingesteld. Er is een verschil gemaakt tussen normale gebouwen (19˚C en warmer) en “lage temperatuur” gebouwen (12˚C – 19˚C ). Stallen, ondergrondse gebouwen, gebouwen die ontmanteld kunnen worden en kassen in de landbouwsector vallen buiten deze regeling.
7.5.1 -
7.5.2
Nieuwbouw De energie eisen voor nieuwe gebouwen worden met 30% verscherpt. Gebouwen mogen maximaal zeven liter olie of zeven m³ gas per m² per jaar verbruiken. Nieuwe gebouwen krijgen een energielabel. Dit label moet openbaar worden gemaakt. Gebouwen krijgen een toelage als ze gebruik maken van een WKK of losstaande duurzame verwarmingseenheden, die minimaal 70% van de verwarming van het gebouw verzorgen. Bij de verbruikskosten worden ook warmtetransmissie verliezen gerekend, zodat huizen beter vergeleken kunnen worden. Bestaande bouw Boilers die geïnstalleerd zijn voor 1978 moeten vervangen worden voor het eind van 2006. Indien er een nieuwe brander is geplaatst voor 1996, moet de boiler worden vervangen voor eind 2008. Efficiënte- en lage temperatuur boilers vallen niet onder deze regeling. Zolders moeten geïsoleerd zijn voor het eind van 2006. Boilers en leidingen in onverwarmde ruimtes moeten geïsoleerd zijn voor eind 2006. Ingeval de eigenaar een deel van de door hem bewoonde woning verhuurd heeft, is deze vrijgesteld van deze eisen tot het moment dat het pand wordt verkocht.
Geschat wordt dat er ongeveer 2.000.000 boilers in heel Duitsland vervangen moeten worden.
29
7.6
Leningen
Om de eerder genoemde instrumenten aantrekkelijker te maken heeft Duitsland zeer uitgebreide leningenprogramma’s. Deze worden verschaft door de KfW Förderbank. De afkorting KfW staat voor Kreditanstalt für Wiederaufbau. De KfW bank is eigendom van de Duitse staat en is opgericht na de Tweede Wereld Oorlog als onderdeel van het Marshall Plan. De leningen die verstrekt door de KfW bank zijn erg aantrekkelijk vanwege de gunstige voorwaarden. De KfW-bank heeft drie filialen in Duitsland. Het hoofdkantoor zit in Frankfurt, daarnaast heeft de KfW vestigingen in Berlijn en Bonn. Het heeft ook speciaal verbindingsbureau voor EU-lidstaten in België, Brussel. De contactgegevens van dit verbindingsbureau: KfW-Verbindungsbüro zur EU Rue Wiertz 50, 1050 Brussel, België Telefon: +32 (2) 2 33 38 50, Fax: +32 (2) 2 33 38 59 E-mail:
[email protected], Manager: Kerstin Kiehl http://www.kfw-foerderbank.de/ Dit bureau kan benaderd worden voor meer informatie en eventuele vragen over lenen. 6
Er zijn momenteel zijn er een aantal lopende leningsprogramma’s binnen de KfW-bank . De lezer wordt verwezen naar de website van de KfW voor de actuele rentetarieven. 7.6.1
CO2 reductie van een gebouw
Oudere bestaande gebouwen kunnen in aanmerking komen voor een lening. Deze lening moet gebruikt worden om de CO2 uitstoot van het gebouw te laten dalen. De lening wordt alleen verstrekt indien de renovatie wordt verricht door een professioneel bedrijf. Er zijn twee categorieën: Categorie a: nieuwbouwstandaarden of 30% beter De woning moet voor 31 december 1983 zijn gebouwd. o Indien het gebouw volgens de nieuwbouwregels is verbouwd hoeft 5% van het geleende bedrag niet worden terug betaald. o Indien het gebouw tot 30% zuiniger is dan de nieuwbouwregels hoeft 15% van het geleende bedrag niet te worden terug betaald. Categorie b: pakket maatregelen De woning moet voor 31 december 1994 zijn gebouwd. o Er kan een kan een selectie van maatregelen genomen worden zodat het gebouw nog zuiniger wordt. Maatregel Dakisolatie Buitenmuurisolatie Vloerisolatie Nieuwe kozijnen Warmtewisselaar Ventilatiesysteem
Pakket 0 X X X X
Pakket 1 X X
Pakket 2 X
Pakket 3
Pakket 4*
X X X X
X
X X
*Bij pakket 4 inspecteert een specialist de woning waarbij minimaal drie van de bovenstaande opties ingevoerd moeten zijn.
6
http://www.kfw-foerderbank.de/EN_Home/Housing_Construction/index.jsp - 14 sep. 07
30
7.6.2
Gebouwrenovatie
De lening voor gebouwrenovatie gaat verder dan de eerder besproken CO2-reductielening. Ook deze lening bestaat uit twee categorieën namelijk: 7.6.2.1
Standaard renovatielening
1. Verbeteren van gebouwen Investeringen die de prijs van het gebouw verhogen zoals, plaatsen van sanitaire voorzieningen of het herindelen van de woning. Vervangen of repareren van ramen, vloeren, deuren etc. Verbeteren van algemene woningcondities, zoals het vergroten van een balkon, serre of het instaleren van een lift. Een woning gelijkvloers maken voor mindervalide en gehandicapten. Vervanging van verwarmingsinstallaties die fossiele brandstoffen gebruiken. Vernieuwen van verwarmingsinstallaties die gebruik maken van duurzame manieren maar niet zo strikt zijn als de OKO-plus normen. Het vervangen of verbeteren van gebouwonderdelen na een gedeeltelijke sloop zoals een dak of muur. 2. Verbetering van omgeving van woningen Maken van speelplaatsen Inrichten van groene gebieden 3. Maatregelen voor het slopen van lege woningen die niet langer nodig zijn op de lange termijn in het oosten van het Duitsland of het oosten van Berlijn. Met het doel stedelijke vernieuwing inclusief het verhuren van de mogelijke woningen Deze lening kan maximaal € 100.000 bedragen. De lening heeft een looptijd van minimaal 4 jaar en maximaal 30 jaar. 7.6.2.2
OKO-plus renovatielening
1. Warmte isolatie van een gebouw. Verbetering van warmte-isolatie van buitenmuren Verbetering van warmte-isolatie van het dak Installatie van warmte-isolatie op vlieringen die nog niet geïsoleerd zijn. Plaatsen van warmte-isolatie op plafonds of verwarmde ruimtes waarvan de buitenmuren in contact staat met de grond. 2. Vernieuwing van de verwarmingsinstallaties op basis van duurzame bronnen, WKK’s en districtverwarming. Warmtepompen Zonneboilers Biogassystemen (behalve houtvergassingsystemen) o Het systeem moet aangesloten zijn op het CV-systeem en moet uitsluitend biomassa verbruiken. Warmtewisselaars met een warmte-efficiëntie van minimaal 80% Houtvergassingsystemen met een opslagbuffer van minimaal 55 liter per kWh of minimaal 12 liter per liter brandstofopslag. Vervanging van moderne verwarmingssystemen. Vervanging van elektrische kachels met moderne verwarmingssystemen.
31
7.6.3
Ecologisch bouwen
Deze lening kan worden gebruikt voor het kopen, huren of bouwen van woningen die zeer zuinig zijn.
“Energie-besparingshuis 60” mag maximaal 60 kWh/m² per jaar verliezen. Dit betekent dat het huis gemiddeld 40 kWh/m² verbruikt. “Energie-besparingshuis 40” mag maximaal 40 kWh/m² per jaar verliezen (of passieve huizen, want deze zijn nog zuiniger). Dit betekent dat het huis maximaal 25-30 kWh/m² verbruikt.
. Deze lening kan ook gebruikt worden voor het aanschaffen van: Warmtepompen Zonneboilers Warmtewisselaars met een warmte-efficiëntie van minimaal 60% Warmtekrachtkoppelingen Biomassaverwarmingsinstallaties Houtvergassers Er kan maximaal € 50.000,- worden geleend. De duur van de lening is maximaal 10 jaar tegen vaste rente. 7.6.4
Lening voor PV-panelen
Particulieren, boeren en commerciële bedrijven kunnen een lening krijgen van € 50.000,- voor de aanschaf én installatie van nieuwe PV-panelen. De rente wordt 5 of 10 jaar vastgezet en de lengte van de lening is gemiddeld 20 jaar. Elke maand moet er minimaal 0,25% van het geleende bedrag worden terugbetaald. De effectieve rente ligt tussen de 5,10% en 5,27%. Voor grotere leningen voor investeringen in het opwekken van duurzame energie met PV-panelen zijn er aparte programma’s: - ERP Environmental Protection and Energy Saving Programme - KfW Environmental Protection Programme
32
7.7
Energielabel
7.7.1 Inleiding De Duitse markt van de bestaande bouw zal de komende jaren een enorme stimulans krijgen door de invoering van het Energielabel (energieprestatiecertificaat) – als gevolg van de implementatie van Europese wetgeving door de Duitse overheid. Omdat deze nieuwe ontwikkelingen zich ook voordoen in Nederland en België, kan het voor Nederlandse bedrijven interessant zijn om hun activiteiten gelijktijdig in meerdere landen tot ontwikkeling te brengen. De Europese energieprestatie richtlijn voor gebouwen (EPBD) is gericht op de energetische verbetering van gebouwen, waarbij ook het binnenklimaat, comfort en dus de gezondheidsaspecten verbeteren. Een belangrijk aspect van de EPBD is energie prestatiecertificering van gebouwen en advisering over mogelijke energieverbeteringen. De EPBD verplicht alle lidstaten om een energieprestatiecertificaat te introduceren voor gebouwen. Dit document informeert bewoners en eigenaren op objectieve wijze over de kwaliteit van de energieisolatie en –besparing van een gebouw en maakt onderlinge vergelijking van gebouwen mogelijk. Het energielabel zal huizenbezitters bewuster maken van de energiekosten en het energiebesparingpotentieel en daarmee investeringen uitlokken. Het energieprestatiecertificaat toont naast het energielabel ook een concrete lijst met energiebesparingmogelijkheden voor de betreffende woning (isolatie, zuinige installaties, etc.). Het EPC zal de transparantie vergroten.Wie een woning en/of een huis gaat huren of kopen, krijgt via het energiecertificaat inzicht in de toekomstige energiekosten van de woning en kan door het nemen van gerichte maatregelen de maandelijkse kosten verlagen. 7.7.2 Stand van zaken Duitsland Het Duitse energiecertificaat (EPC) of ‘Energieausweis’ wordt stapsgewijze ingevoerd vanaf 1 juli 2008 – als onderdeel van de Energieeinsparverordnung (EnEV 2007). Hiernaast ziet u een voorbeeld van een ‘Energieausweis’. In de database van dena (Deutsche Energie Agentur) zijn reeds meer dan 21.000 gekwalificeerde energiedeskundigen geregistreerd die een EPC-inspectie mogen uitvoeren en een certificaat mogen uitgeven. Dena organisaeert de informatiecampagne rond het EPC en heeft een speciale site ingericht, waar u zich kunt aanmelden voor de EPC-nieuwsbrief, en waar tal van brochures en achtergronden staan: http://www.zukunft-haus.info/de/unternehmen-oeffentlichehand/energieausweis.html
33
7.8
Beleid in ontwikkeling (voorstellen, ontwerpen)
7.8.1
Ontwerp Gesetz zur Neuregelung des Rechts der Erneuerbaren Energien im Strombereich und zur Änderung damit zusammenhängender Vorschriften (Erneuerbare-Energien-Gesetz, EEG)
Op 5 december heeft het Bundeskabinett tot een aangepaste ontwerpwet besloten (Entwurf Gesetz zur Neuregelung des Rechts der Erneuerbaren Energien und damit zusammenhängender Vorschriften). Dit wetvoorstel dient ter implementatie van EU Richtlijn 2001/77/EG, geactualiseerd door Richtlijn 2006/108/EG van 20 november 2006 (ABl. EU Nr. L 363 S. 414). Het vervangt het lopende Erneuerbare-Energien-Gesetz (EEG), een uiterst effectief instrument van de Bondsregering dat internationaal veel is geroemd. De grondstuctuur wordt daarom behouden, maar op detailniveau zullen er verrijkende verbeteringen worden doorgevoerd met als doel om het kabinetbesluit van Meseberg te realiseren gericht op een geïntegreerd Energie- en Klimaatprogramma met een aandeel duurzame energie in de elektriciteitsproductie van 25 - 30 % in het jaar 2020, met verdere uitbouw van dit percentage nadien. Veel aandacht gaat uit naar grootschalige technologie en een verbeterde aansluiting van duurzame energie-installaties op het elektriciteitsnet. De belangrijkste geplande veranderingen om deze doelen te realiseren zijn aantrekkelijke voorwaarden voor vervangende investeringen in windmolens en verbeterde voorwaarden voor offshore-Windenergie. Verder stelt de wet een aanpassing voor van de tarieven voor elektriciteit opgewekt met PV: - Algemene vergoeding voor de productie van elektriciteit uit zonnestraling (CSP) bedraagt 32,0 cent per kWh. - Elektriciteit uit zonnestraling uit installaties aangebracht op gebouwen of geluidsschermen kent de volgende gestaffelde vergoedingen: o Tot een productie van 30 Kilowatt 42,48 cent per kWh, o tot 100 Kilowatt 40,36 cent per kWh, o tot 1 Megawatt 39,9 cent per kWh o daarboven 34,48 cent per kWh. - Vergoedingen worden met 5,0 cent per kWh verhoogd als de installatie niet dient als dak of op het dak is aangebracht. - De vergoedingen voor zelfverbruik van elektriciteit (tot 30 kW) bedragen 24,48 cent (resp. 29,48 cent) per kWh. 7.8.2
Nieuwe KfW subsidieregelingen voor energie-efficiëntie en duurzaam verwarmen
Vanaf 2008 gelden in Duitsland nieuwe subsidieregelingen voor de verbetering van energie-efficiëntie in het MKB en voor het inzetten van duurzame energiebronnen voor verwarming van huizen en gebouwen. Ook voor Nederlandse bedrijven die actief zijn op de Duitse markt bieden deze nieuwe subsidies interessante aanknopingspunten. Bij de KfW Bank is het 'Sonderfonds Energieeffizienz in KMU' ingericht. Kleine en middelgrote bedrijven kunnen in het kader van dit programma financiële ondersteuning krijgen voor professioneel advies over de verbetering van de energie-efficiëntie in het bedrijf. Voor de omzetting van de stroombesparende maatregelen kunnen leningen met een voordelige rente bij de KfW Bank worden aangevraagd.
34
7.8.3
Uitbreiding en aanscherping van het MAP per 1.1.2008
Vanaf 1 januari 2008 zijn ook de subsidieregelingen voor de inzet van duurzame energie in de energiemarkt vernieuwd. Voor het zogenoemd 'Marktanreizprogramm' (MAP) heeft het ministerie van Milieu (BMU) in totaal 350 miljoen euro beschikbaar gesteld. In 2009 wordt dit bedrag nog eens verhoogd tot 500 miljoen euro. Doel van het programma is de verhoging van het gebruik van duurzame energie voor verwarming van 6 procent in 2007 naar 14 procent in 2020. Daarom wordt bijvoorbeeld het gebruik van zonnepanelen, biomassaverwarmingsketels en warmtepompen gesubsidieerd. Particulieren kunnen vanaf januari 2008 van de nieuwe subsidieregelingen gebruik maken. Het bedrijfsleven kan subsidies voor duurzame investeringen pas in de loop van het eerste kwartaal van 2008 via de KfW Bank aanvragen. Per 2008 zijn de volgende nieuwe deelprogramma’s actief: a. Thermische Solaranlagen zur Warmwasserbereitung b. Thermische Solaranlagen zur Warmwasserbereitung und Heizungsunterstützung c. Innovationsbonus thermische Solaranlagen d. Thermische Solaranlagen über 40 m2 Kollektorfläche für Ein- und Zweifamilienhäuser e. Holzhackschnitzelheizung f. Pelletheizung g. Scheitholzvergaserheizung h. Wärmepumpen Bijzonder is dat er daarnaast nog aanvullende financiële bijdragen mogelijk zijn als er bijvoorbeeld sprake is van: i. een zogenaamde ‘Kombinationsbonus van 750 €’ – bij gelijktijdige inzet van biomassainstallatie en warmtepomp, of ingebruiksname van thermische zonneinstallatie in combinatie met een hoogenergetische ketel volgens EnEV (olie/gas). j. Een zogenaamde ‘Effizienzbonus’ voor gebouwen die door hun geringe energieverbruik slechts een gering jaarlijkse kostenreductiepotentieel hebben. k. Energiebesparend verwarmen van scholen en kerken
7.9
Meer weten?
In de tweede helft van 2007 heeft het BMU een '84 pagina’s dik' overzichtrapport uitgegeven waarin een overzicht wordt gegeven van de stimuleringsregelingen voor energiebesparing en duurzame energie gericht op de gebouwde omgeving. In deze uitgave worden maar liefst circa 900 stimuleringsregelingen (EU, nationaal, Ländern, en steden) beschreven. In zijn inleiding van deze publicatie stelt de milieuminister Sigmar Gabriel: "Wij willen met deze uitgave de burgers een op de praktijk gericht overzicht bieden van de beschikbare stimuleringsgelden en hun toepassingsdomeinen. De Bondsregering stelt 1400 M€ ter beschikking voor energetische gebouwsanering en 213 M€ voor verdere marktontwikkeling voor duurzame energie. In beide domeinen heeft de Bondsregering haar budgetten in de afgelopen jaren fors verhoogd. De inhoudsopgave van deze uitgave treft u in de Annex-rapporten behorende bij dit hoofdrapport. De uitgave "Fördergeld für Energieeffizienz und erneuerbare Energien" (ehemals "Geld vom Staat") is kostenloos op te vragen bij BMU (het milieuministerie) - Postbus 30 03 61, 53183 Bonn, Fax: 0228/99 305-3356, email:
[email protected] (Bestellnummer 2108). De uitgave is ook beschikbaar als pdf www.energiefoerderung.info. Op deze site treft u ook andere actuele uitgaven.
35
8
Aanbodstructuur van de markt: overzicht van lokale producenten en toeleveranciers in Duitse bouwmarkt
8.1
Fotovoltaïsche cellen
De directe conversie van zonlicht naar elektriciteit met behulp van zonnecellen heet fotovoltaïsch en in het Engels photovoltaics (PV). Met dunnelaag technologie worden er halfgeleidende lagen gestapeld, zodat een elektrisch veld ontstaat als de zon schijnt. De stroom kan direct worden gebruikt om elektrische apparatuur aan te sturen of kan worden opgeslagen in accu’s. Kleinschalige systemen met een opwekkingscapaciteit van 3 of 4 kilowatt zijn het meest te vinden op huizen. Middelgrote systemen van 30 tot 50 kilowatt zijn vaak te vinden op fabriekshallen, kantoren en stallen. Verder zijn deze systemen terug te vinden op daken van scholen, gemeentehuizen en andere publieke gebouwen. Indien een gebouw meer elektriciteit verbruikt dan het PV-systeem produceert, dan wordt het tekort aangevuld vanuit het elektriciteitsnet. Wordt er teveel geproduceerd dan wordt het teruggeleverd aan het net.Grootschalige systemen met een capaciteit van een aantal megawatt worden meestal gebouwd op open stukken grond. De grootste zonne-energiecentrale in Duitsland heeft een capaciteit van 40 megawatt. Netgekoppeld PV-systeem; bron www.lassothesun.ca
8.1.1 Panelen Er zijn momenteel een aantal verschillende type zonnecellen, die economisch en technisch aantrekkelijk genoeg zijn om te produceren. Kristallijn silicium zonnecellen hebben zichzelf het afgelopen decennia al bewezen. Meer dan 90% van alle panelen die geproduceerd worden gemaakt zijn kristallijn silicium panelen. In de toekomst zal het marktaandeel van zogenoemde dunnefilm-zonnecellen sterk groeien. Dunnefilm-zonnecellen worden gemaakt door een halfgeleidend materiaal aan te brengen op een dun substraat. Meestal is dit substraat gemaakt van een kunststof. De cellen zijn 200 keer zo dun als de kristallijn panelen, dit scheelt in materiaal- en energiekosten. Momenteel zijn dunnefilm zonnecellen minder efficiënt en hebben ze een groter oppervlak nodig om dezelfde energie opbrengst te verkrijgen als kristallijn panelen. De verwachting is dat dunnefilm zonnecellen in toekomst efficiënter worden. 8.1.2 Marktontwikkeling mondiaal Zonnepanelen worden sinds 1960 ontwikkeld. Een aantal landen heeft daarbij het initiatief genomen in de ontwikkeling. Japan is een gevestigd land binnen de PV-industrie. In totaal zijn er vier bedrijven in de top 10 die uit Japan komen. Sharp Solar is mondiaal de marktleider in het produceren van PV-panelen. Groot-Brittannië heeft daarin tegen haar positie verloren in de PV-markt. Daarnaast zijn er twee opkomende landen binnen de PV-markt. Duitsland heeft de afgelopen 10 jaar een slag gemaakt door wetgeving die het aantrekkelijk maakt om PV-panelen aan te schaffen. China is gegroeid doordat het toegang heeft tot goedkope silicium en mankracht.
36
Roland Berger Strategie Consultants en de Zwitserse Bank Sarasin verwachten een jaarlijkse 7 mondiale marktgroei van rond de 20% tot 2020 . Hieronder worden de mondiale marktposities in 2005 en 2006 weergegeven. Marktposities in 2005 en 2006 Positie 2006 (2005)
8
Bedrijfsnaam
Land
1. ( - )
Sharp Solar
Japan
Mono
2. ( - )
Q-Cells
Duitsland
3. ( - )
Kyocera Solar
Japan
4. (8)
Suntech
China
X
X
X
X
X
Multi
Amorf
X
X
X X
5. (4)
Sanyo Solar
Japan
6. (5)
Mitsubishi
Japan
7. (9)
Motech
Taiwan
8. (6)
Schott Solar
Duitsland
X
X
9. (10)
Deutsche Cell**
Duitsland
X
X
10. (7)
BP Solar
Groot-Brittannië
X
X
X
X X
X X
*Q-cells produceert alleen maar zonnecellen en maakt van deze cellen geen panelen ** Deutsche Cell is een 100% dochter van SolarWorld e
Het opmerkelijkste verschil uit de tabel is de stijging van het Chinese bedrijf, Suntech van de 8 positie de e e in 2005 naar de 4 positie in 2006. Ook Motech is van de 9 positie doorgeschoven naar de 7 positie de doorgeschoven. Deutsche Cell heeft in 2006 Shell Solar overgenomen en heeft nu de 9 plek in haar e bezit. BP Solar is gezakt naar de 10 plek. 8.1.3 Duitse marktontwikkeling De zonne-industrie in Duitsland zit enorm in de lift. Sinds 2003 zijn de omzet cijfers enorm gegroeid. De industrie genereerde vorig jaar een omzet van 3,8 miljard euro. Dit is een groei van ruim 20% ten opzichte van het vorige jaar. De industrie verwacht sterke groeicijfers voor aankomend jaar gedeeltelijk door de groeiende globale vraag naar PV-systemen. 4.000
3.800
3.500 Marktomzet in miljoenen
3.000 3.000 2.500 2.500 2.000 1.500 1.000 500
750 100
100
1999
2000
450
500
2001
2002
0 2003
2004
2005
2006
BSW: Statistics for the German Solar Industry June 2007
Er zijn al meer dan 1.3 miljoen PV-systemen geïnstalleerd in Duitsland. Momenteel wordt meer dan 95% van de fotovoltaïsche cellen geïnstalleerd op daken. 7
8
BSW: Statistics for the German Solar Industry June 2007 News.com: http://www.news.com/Chinese-challenger-aims-for-top-spot-in-solar-tech/2100-11392_3-6191465.html
37
In 2005 en 2006 is in Duitsland 750 megawatt aan opwekkingscapaciteit geïnstalleerd. De totale opwekkingscapaciteit in 2006 bedroeg bijna 2.500 megawatt. Jaarlijkse geinstalleerde capaciteit in MW
800
750
750
2005
2006
700 600 500 500 400 300 200 100
150 13
42
78
80
2001
2002
0 1999
2000
2003
2004
BSW: Statistics for the German Solar Industry June 2007
De totale productiecapaciteit in Duitsland bedroeg in 2005, 500 megawatt. Duitse zonnebedrijven zijn momenteel hun productiecapaciteit aan het vergroten om aan de groeiende vraag naar PV-systemen te kunnen voldoen. In 2007 en 2008 worden er totaal 15 nieuwe fabrieken in Duitsland geopend. Deze fabrieken genereren ongeveer 10.000 nieuwe arbeidsplaatsen. In Duitsland staan er inmiddels meer dan 50 fabrieken actief in de PV-keten (productie van silicium, wafels, zonnecellen en/of omvormers).
38
40.000 35.000
Arbeidsplaatsen in de PV-industrie
35.000 30.000 30.000 25.000 25.000
20.000 15.000
12.000
10.000
9.500
10.000
2001
2002
6.000 5.000
2.500
0 1999
2000
2003
2004
2005
2006
600
Productiecapaciteit in MW
500 500 400 312 300 187
200 98 100 6
16
1999
2000
33
54
0 2001
2002
2003
2004
2005
2006
. Arbeidsplaatsen en productiecapaciteit in Duitse PV industrie (Bron: BSW: Statistics for the German Solar Industry June 2007)
8.1.3.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven De zonne-energiemarkt biedt kansen voor Nederlandse producenten. Bedrijven als Scheuten en Solland Solar zijn reeds zeer succesvol actief in de Duitse markt. Zie hoofdstuk 10.
39
8.1.4
Duitse PV Producenten BSW: infografiek productie Duitsland. http://www.solarwirt schaft.de/medienve rtreter/infografik.ht ml
Opvallend is dat de productie zich voornamelijk in het noordoosten van Duitsland concentreert. Daarnaast zijn er ook in de grensregio’s bedrijven te zien. Op de kaart wordt de PV keten ingedeeld in verschillende onderdelen: • Producenten van kristallijnpanelen, groene stippen op de kaart Producenten van kristallijncellen, gele stippen op de kaart Producenten van dunnefilmzonnecellen, blauwe stippen op de kaart Dunnefilm fabrieken in aanbouw. paarse stippen op de kaart (Rode stippen, zijn bedrijven die silicium produceren, grondstof van zonnecellen. Oranje stippen, zijn bedrijven die wafels produceren. Wafels worden gebruikt om kristallijnzonnecellen te produceren. Deze beide typen toeleverende bedrijven worden niet meegenomen in de marktverkenning). Alle bedrijven die op de kaart staan hebben een deel van hun productiecapaciteit in Duitsland staan.
40
Eventuele extra productiecapaciteit die in het buitenland bevind wordt niet opgenomen. Duitse bedrijven die hun productie volledig in het buitenland hebben staan dus niet op de kaart. Om een completer beeld van de markt te geven zijn in de volgende tabellen de bedrijven met hun grootte opgenomen. Producenten van kristallijnpanelen Code
Bedrijf
Plaats
MW
FTEs
M13
Scheuten Solar
Gelsenkirchen
150
100
Website www.scheutensolar.com
M1
SolarWatt
Dresden
100
320
www.solarwatt.de
M2
SolarFactory
Freiberg
100
n.b.
www.solarfactory.de
M12
Schott Solar
Alzenau
100
n.b.
www.schott.com/photovoltaic
M3
Solon
Berlin
90
300
www.solonag.com
M4
Aleo Solar
Prenslau
90
250
www.aleo-solar.de
M10
Solarfabrik
Freiburg
50
200
http://solar-fabrik.com
-
Alfa Solar
Hannover
20
50
www.alfasolar.de
M5
Heckert Solar
Chemnitz
20
40
www.heckert-solar.de
M6
GSS Solar
Gera
15
20
www.zre-ot.de
M8
ASS Solar
Erfurt
10
20
www.ass-gmbh.net
M7
Solara
Wisman
10
80
www.solara.de
-
Ikarus Solar
Kempten
10
25
www.ikarus-solar.de
-
Bluenergy
Wermelskirchen
4,5
n.b.
www.bluenergy-ag.net
M15
Solarnova
Wedel
3
n.b.
www.solarnova.de
M14
Schüco Solar
Aachen
1,5
n.b.
www.schueco.de
M11
Sunset Solar
Adelsdorf
n.b.
n.b.
www.sunset-solar.de
-
IBC Solar
Bad Staffelstein
n.b.
n.b.
www.ibc-solar.de
M9
Conenergy
Frankfurt
Aanbouw
-
www.conergy.de
BSW: infografiek productie Duitsland. http://www.solarwirtschaft.de/medienvertreter/infografiken.html De bovenstaande bedrijven produceren kristallijnpanelen. Deze panelen worden gemaakt door een aantal kristallijncellen samen te voegen in een frame. Scheuten Solar is, met een productie van 150 MW aan zonnepanelen per jaar, de grootste producent van kristallijnzonnepanelen in Duitsland. Scheuten Solar is een Nederlands bedrijf dat een deel van haar productie heeft in Duitsland. Na Scheuten Solar volgen vijf Duitse producenten, met elk ongeveer een productie capaciteit van 100 MW per jaar. Daaronder zijn een groot aantal opkomende bedrijven met een maximale productie capaciteit van 20 MW per jaar.
41
Producenten van kristallijnzonnecellen Code
Bedrijf
Plaats
MW
FTEs
Website
Z1
Q-cell
Thalheim
420
900
www.qcells.de
Z2
ErSol
Erfurt
220
380
www.ersol.de
Z3
Deutsche Cell
Freibergen
160
-
www.deutschecell.de
-
Centrotherm
Blaubeuren
n.b.
270
www.centrotherm.de
Z5
Schott Solar
Alzenau
65
n.b.
www.schott.com/photovoltaic
Z4
SunWays
Arnstad & Konstanz
30 / 16
60/ n.b
Z6
SolarWorld
Gelsenkirchen
n.b.
n.b.
www.solarworld.de
Z8
Solland Solar
Aachen
n.b.
n.b.
www.sollandsolar.com
Z7
AriseTechnologies
Bischofswerda
Gebouwd
10
www.arisetech.com
www.sunways.de
BSW: infografiek productie Duitsland. http://www.solarwirtschaft.de/medienvertreter/infografiken.html Bovenstaande producenten leveren kristallijnzonnecellen aan bedrijven die weer op hun beurt cellen samenvoegen tot zonnepanelen. Q-cell is Duitslands grootste kirstallijncel producent. Q-cell staat mondiaal op de tweede plek achter Sharp. Op grote afstand volgen Ersol en Deutsche cell. Arise Technogies heeft pas een kristallijnzonnecel fabriek gebouwd, vlak bij de grens met Tsjechië in Bischofswerda. Zonnepaneelproducenten op basis van dunnefilm technologie Code
Bedrijf
Plaats
mW
FTEs
Website
D1
CSG Solar
Thalheim
25
150
www.csgsolar.com
D2
Antec Solar
Arnstadt
20
100
www.antec-solar.de
D6
Würth Solar
Schwäbische Hall
15
90
www.wuerth-solar.de
D3
Sulfurcell
Berlin
10
50
www.sulfurcell.de
D5
Odersun
Frankfurt
5
n.b.
www.odersun.de
D4
Solarion
Leipzig
Pilot
20
www.solarion.de
D7
Schott Solar
Putzbrunn
n.b.
n.b.
www.schott.com/photovoltaic
D8
FirstSolar
Frankfurt
120
400
www.firstsolar.com
BSW: infografiek productie Duitsland. http://www.solarwirtschaft.de/medienvertreter/infografiken.html De dunnefilm-industrie is nog sterk in ontwikkeling. FirstSolar heeft de grootste productiecapaciteit maar is van oorsprong een Amerikaans bedrijf. Momenteel is CSG Solar het grootste Duitse bedrijf dat dunnefilm-panelen maakt. De verschillen tussen de marktleiders zijn nog erg klein. Dunnefilm fabrieken in aanbouw Code
Bedrijf
Plaats
P1
Schott Solar
Jena
mW Onbekend
FTEs -
www.schott.com/photovoltaic
Onbekend
-
www.ersol.de
P2
Ersol
Erfurt
P3
Johanna Solar
Brandenbrug
P4
Calyxo
Thalheim
Onbekend
P5
Brilliant 234
Thalheim
P6
Flexcell
Thalheim
P7
Sunfilm
Großröhrsdorf
70
Website
www.johanna-solar.com -
www.calyxosolar.com
Onbekend
-
-
Pilot
20
www.flexcell.com
-
10
www.sunfilmsolar.com
P8
Signet Solar
Mochau
-
10
www.signetsolar.com
P9
Avancis
Torgau
20
n.b.
www.avancis.de
P10
CIS-solartechnik
Bremenhaven
20
20
www.cis-solartechnik.de
P11
Global Solar Energy
Berlin
Onbekend
n.b.
www.globalsolar.com
P12
Nanosolar
Luckenwalde
Geplanned
n.b.
www.nanosolar.com
P13
Solibro
Thalheim
Geplanned
10
www.solibro.se
BSW: infografiek productie Duitsland. http://www.solarwirtschaft.de/medienvertreter/infografiken.html
42
Er worden momenteel 13 dunnefilm-fabrieken gebouwd in Duitsland. De bovenstaande tabel laat zien welke dunnefilm fabrieken er nog in aanbouw zijn. Deze nieuwe fabrieken worden voornamelijk in het noordoosten van Duitsland gebouwd. Installateurs Het installeren van PV-panelen is, in tegenstelling tot de productie van PV-panelen, vrij eenvoudig. Sectororganisaties voor zonne-energie, zoals de DGS (www.dgs.de) geven cursussen in het plaatsen van PV-panelen. Hierdoor zijn er ook tal van kleine installatiebedrijven die vooral regionaal opereren. Deze installateurs zijn per postcodereeks te vinden op de http://www.solarfoerderung.de/ onder het kopje “handwerkerkontakt”. Naast de lokale installateurs zijn er ook regionale bedrijven. Er zijn maar een beperkt aantal bedrijven, die in heel Duitsland actief zijn. Vanwege logistieke beperkingen opereren de meeste bedrijven in regio’s. Hieronder volgt een overzicht van de bedrijven. Bedrijfsnaam
Actieve regio’s
SunTechnics
Heel Duitsland
FTEs 360
Website www.suntechnics.de
ZWS
Heel Duitsland
200
www.zws.de
SunStrom
Midden en Oost Duitsland
75
www.sunstrom.de
Geckologic
West Duitsland
65
www.geckologic.com
Ad Fontes
Noord Duitsland
65
www.adfontes.de
SolarCenter
Zuid Duitsland
n.b.
www.solarcenter.de
Solar im Norden
Noord Duitsland
n.b.
www.solar-im-norden.de
Activ Solar
Noord Duitsland
n.b.
www.activ-solar.de
SunTechniks is de grootste installateur in Duitsland en is ongeveer twee keer zo groot als ZWS. Beide bedrijven hebben vestigingen door heel Duitsland. De overige bedrijven operen in verschillende regio’s van Duitsland.
43
8.1.5 Overzicht van Duitse PV aanbieders De marktontwikkelingen en de Duitse aanbieders op de PV markt producten worden overzichtelijk gepresenteerd op: http://www.renewables-made-in-germany.com/en/photovoltaik/. Deze site bevat doorklikmogelijkheden naar de hieronder genoemde bedrijven: Producenten
Turn key aanbieders
Projectontwikkelaars
Alfasolar Vertriebsgesellschaft mbH
Conergy AG Energiebau
Abakus solar AG
CENTROSOLAR Group AG
Solarstromsysteme GmbH
Colexon EECH AG
Ersol Solar Energy AG
GOLDBECK Solar GmbH
EPURON juwi solar GmbH
IBC SOLAR AG
HaWi Energietechnik IRES GmbH
Phoenix Solar AG
Johanna Solar Technology GmbH
International Renewable Energy Systems
SOLARWATT AG
KOSTAL Industrie Elektrik GmbH
K&S Solar Systeme GmbH
Ventotec Future Energy GmbH
Natcon7 GmbH Phaesun GmbH
M+W Zander FE GmbH
Yandalux GmbH
Q-Cells AG
Schüco International KG
Financiering
Scheuten Solar
SOLEOS Solar GmbH
EECH AG EPURON Lloyd Fonds AG
SMA Technologie AG
SunTechnics GmbH
Ventotec Future Energy GmbH Evenementorganisatoren
Solar-Fabrik AG SOLARWATT AG
Dealers
Solar Promotion GmbH
SOLON AG für
Abakus solar AG
Consultants
Solartechnik Spelsberg GmbH + Co.
CENTROSOLAR Group AG
Abakus solar AG EECH AG
KG Sunset Energietechnik GmbH
Colexon Donauer Solartechnik V. GmbH
IB vogt GmbH
Ersol Solar Energy AG
Overig
Toeleveranciers
Phaesun GmbH
CENTROSOLAR Group AG J
Ersol Solar Energy AG
Phoenix Solar AG
ohanna Solar Technology GmbH
IMO Antriebseinheit GmbH & Co. KG
SOLARWATT AG Yandalux GmbH
Phaesun GmbH Phoenix Solar AG
BSW: Statistics for the German Solar Industry June 2007
600
500
570
570
2005
2006
458
400 Productie in MW
8.1.6 Omvormerfabrikanten Omvormers dienen voor het omzetten van gelijkstroom uit de zonnepanelen in wisselstroom. Netgekoppelde omvormers worden geactiveerd door het elektriciteitsnet en daarom werken ze pas als ze daadwerkelijk aangesloten zijn op het net. In 2004 heeft de markt voor omvormers een enorme vlucht genomen. De jaarproductie ging van 171 naar 458 MW. Sinds 2005 bleef de productie gelijk op 570 MW per jaar.
300
200
100
171 92
0 2002
2003
2004
Er zijn een aantal bedrijven in Duitsland die omvormers produceren: Bedrijfsnaam
Plaats
FTEs
Omzet
Website
SMA
Niestetal
1.200
200 miljoen
www.sma.de
Kaco
Neckarsulm
n.b.
84 miljoen
www.kacosolar.de
SolarMax
Stockach
100
n.b.
www.solarmax.com
Siemens
Berlijn
n.b.
n.b
http://siemens.de
Steca
Memmingen
n.b.
n.b
www.stecasolar.com
SMA is momenteel Duitslands grootste producent van omvormers en ruim twee maal zo groot als de nummer twee, Kaco. Siemens heeft een kleine divisie opgezet voor omvormers. Steca is nieuw in de omvormer markt. Onderstaan een overzicht waar de productielocaties in Duitsland zich bevinden.
44
8.2
Zonnewarmte
Het opwekken van warmte met behulp van zonne-energie is een technologie met een lange en succesvolle historie. In vele huizen, hotels en ziekenhuizen en andere gebouwen zijn zonnecollectoren succesvol geïnstalleerd om drinkwater te verwarmen en verwarmingsystemen te assisteren met het produceren van warmte. De eerste generatie systemen die met het behulp van zonnewarmte gebouwen koelen zijn ook al geïnstalleerd. Solar Barometre heeft in de Europese landen onderzoek gedaan naar het gebruik van zonnewarmte. Duitsland heeft in 2006 meer dan 1000 megawatt aan warmte opgewekt en heeft bijna 50% aandeel de in Europa. De nummer twee Frankrijk heeft bijna 10% marktaandeel. Nederland bezit de 12 plek met een marktaandeel van 1,3%. Positie
In gebruik (MWH)
Europees marktaandeel (%)
1
Duitsland
1071
49,6%
2
Frankrijk
210,7
9,8%
3
Oostenrijk
209,7
9,7%
4
Griekenland
168
7,8%
5
Italië
130,2
6,0%
6
Spanje
94,3
4,4%
7
Cyprus
42
1,9%
8
VK
37,8
1,8%
9
Belgie
31,1
1,4%
Zweden
29,4
1,4%
11
Polen
29,1
1,3%
12
Nederland
27,4
1,3%
13
Denemarken
23,1
1,1%
14
Tsjechië
19,6
0,9%
15
Portugal
14
0,6%
16
Slowakije
6
17
Slovenië
4,5
18
Malta
3,2
19
Ierland
2,4
20
Finland
2,4
21
Luxemburg
1,8
22
Letland
0,8
23
Hongarije
0,7
24
Litouwen
0,4
25
Estland
0,2
10
Land
1%
Bron: Solar Barometre 8.2.1 De technologie Collectoren absorberen zonlicht en zetten het om in warmte-energie. De warmte wordt dan doorgegeven aan een transfervloeistof dat separaat wordt gehouden van het (drink)water. In de meeste systemen circuleert de opgewarmde vloeistof naar een opslagvat waar het de warmte afstaat via een warmtewisselaar.
45
8.2.2
Marktontwikkeling
Momenteel maakt ongeveer 5% van de Duitse huishoudens gebruik van zonnecollectoren.Volgens een, door het SOKO instituut uitgevoerd onderzoek, van september 2007, willen 800.000 Duitse 9 huishoudens een zonneboiler plaatsen binnen 24 maanden. Er zijn in Duitsland in totaal meer dan een miljoen zonne-warmte systemen geïnstalleerd. De totaal geïnstalleerde zonne-energie capaciteit in Duitsland bedroeg aan het eind van 2006 ongeveer 5.750 megawatt.
19.000
20.000 Arbeidsplaatsen in de zonnewarm tesector
Over de volgende vijf jaar verwacht de Bundesverband Solarwirtschaft (BSW) dat er meer dan 10 miljard wordt geïnvesteerd in nieuwe zonne-energie systemen in Duitsland. Er is in Duitsland nog 800 miljoen vierkante meter aan dakoppervlak dat geschikt is voor zonnetoepassingen. Het zijn voornamelijk middelgrote bedrijven die hier de vruchten van kunnen plukken. In Duitsland zijn er ongeveer 5.000 Duitse bedrijven en installateurs, die in 2005 ongeveer 19.000 arbeidsplaatsen creëren. Een overzicht van de groei van arbeidsplaatsen in de Duitse zonnewarmtesector is in 10 nevenstaande grafiek opgenomen.
18.000 16.000 14.000 12.000 12.000 10.000 10.000
10.000 9.000
8.000 8.000 6.000
5.000
4.000 2.000 0 1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
1.400 1.200 1.200 Omzet in miljoenen
De marktomzet van zonneverwarmingen in Duitsland kent een oplopende omzet. De omzet had een klein dipje in 2002, maar de markt herstelde zich in 2003. Deze dip was het gevolg van een zeer zachte winter en de invoering van een verhoogd BTW tarief. In 2006 is de marktomzet bijna verdubbeld ten opzichte van 2005. Het aantal geïnstalleerde systemen is daarmee flink gegroeid. In 2006 bedroeg de totale marktomzet 1,2 miljard euro.
1.000 750
800 600 350
400
340
200 0 2000
2001
2002
2003
http://www.solarwaerme-jetzt.de/article/38.oelpreishoch_800_000_haeuslebauer_wollen_zur_sonne.html
10
600
250
1999
9
550
500
BSW – statistics for the German solar industry, June 2007
46
2004
2005
2006
1.000.000
940.000
geinstalleerde zonnewarmte systemen
900.000 800.000 800.000 700.000 700.000
623.000
600.000
540.000 471.000
500.000 400.000 300.000
350.000 265.000
200.000 100.000 0 1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
11
Aantallen geïnstalleerde zonnewarmtesystemen
Tot op heden hebben de kleinschalige systemen de markt gedomineerd. Deze hebben ongeveer een collector oppervlakte tussen de zes en vijftien vierkante meter. Maar er zijn ook grotere systemen beschikbaar. De techniek die gebruikt wordt bij grote schaaltoepassingen zoals bij ziekenhuizen, hotels en appartementencomplexen is enorm verbeterd in laatste jaren. Systemen met meer dan 30 vierkante meter aan collectoren worden zelden geïnstalleerd, ondanks dat ze qua warmteopwekking en kosten efficiënter zijn dan de kleine systemen. De lange afschrijvingskosten is een van de redenen waarom deze systemen een langzame marktgroei hebben. Als onderdeel van het Duitse demonstratieprogramma, solar-thermie 2000, zijn er tien districtverwarmingen geinstalleerd, die gebruik maken van zonneverwarming. Deze hebben een collectoroppervlak van meer dan 3.000 vierkante meter. Daarnaast hebben ze seizoenswarmte opslagtanks met een capaciteit van 12.000 kubieke meter water.
11
BSW – statistics for the German solar industry, June 2007
47
De warmte die gegenereerd wordt tijdens de zomer wordt opgeslagen in het water tot de winter maanden, waarna het gebruikt wordt om de aangesloten huizen te verwarmen. 8.2.2.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven De markt voor thermische zonne-energiemarkt in Nederlands is vrijwel volledig ingezakt na het beëindigen van de subsidieregelingen in Nederland. Een relatief gering aantal spelers is momenteel nog actief in de Nederlandse markt, zoals Nefit, Inventum en Solior. De voorsprong van de Duitse bedrijven is enorm. Dit marktsegment lijkt daarom voor de export van Nederlandse producten op dit moment minder kansrijk. Maar met het nieuwe pakket aan maatregelen dat door Minister Cramer vanaf 2008 is aangekondigd kan hier de komende tijd wel snel verbetering in komen. Veel zal hierbij afhangen van het vermogen van Nederlandse bedrijven om sterk verbeterde producten (innovaties) te kunnen introduceren. De betreffende Nederlandse bedrijven hebben in het verleden aangetoond op basis van technologische doorbraken nieuwe productseries te kunnen ontwikkelen.
48
8.2.3
Actieve bedrijven in de sector
Hiernaast is een overzicht opgenomen waar bedrijven zich bevinden die zich bezighouden met het produceren van zonnewarmtecomponenten. (bron: BSW)
In 2004 was de installatie van platte zonnecollectoren opgedeeld volgens onderstaand overzicht. (Indien er een naam tussen haakjes staat produceert dit bedrijf panelen).
49
Circa 68% van de geplaatste collectoren, werden geproduceerd in Duitsland. De overige 32% komt uit het buitenland. Het is een markt die zeer verdeeld is. De top van de markt bestaat uit grote multinationals. Onder deze multinationals zitten kleinere gespecialiseerde bedrijven. Viessmann had in 2004 het grootste aandeel gehad in het plaatsen van vlakke zonnecollectoren. De buitenlandse bedrijven worden niet meegenomen in de marktstudie aangezien de studie zich richt tot de Duitse industrie. Volledige systeemproducenten Code
Bedrijfsnaam
Plaats
FTEs
Website
28
Viessmann
Meerdere
3.800
www.viessmann.de
07
Buderus
Meerdere
9.600
www.buderus.de
17
Schüco
Meerdere
2.500
www.schueco.de
27
Wagner & Co
Cölbe
150
www.wagner-solar.com
08
BUSO
Berlin
120
www.buso-partner.de
09
Citrinsolar
Moosburg
50
www.citrinsolar.de
18
Stiebel Eltron
Meerdere
3.000
www.stiebel-eltron.de
03
Wolf
Meerdere
1.250
www.wolf-systemprofi.de
-
NAU
Meerdere
70
www.nau-gmbh.de
-
Phönix Solar
Sulzemoos
100
www.phoenixsolar.de
-
Vaillant
Meerdere
n.b.
www.vaillant-solar.de
-
Aquasol
n.b.
n.b.
n.b.
23
Solvis
Braunschweig
220
www.solvis.de
06
Aquasol
Burlafingen
n.b.
www.aquasol-solartechnik.de
02
UFE
Eberswalde
70
www.ufesolar.de
Onderstaande bedrijven staan niet in de 2004 marktverdeling, maar produceren wel complete zonneboilersystemen. Junkers is een grote multinational dat verschillende divisies heeft. De andere bedrijven zijn gespecialiseerde bedrijven met veel minder personeel. Code
Bedrijfsnaam
Plaats
-
Junkers
Meerdere
FTEs n.b.
Website www.junkers.com
16
Roth Werke
Marburg
350
www.roth-werke.de
21
AS Solar
Hannover
130
www.as-solar.com
10
Conenergy
Essen
110
www.conenergy.de
-
Paradigma
Karlsbad
100
www.paradigma.de
05
Altec
Crispendorf
100
www.altec-solartechnik.de
15
Reinhard
Syke
60
www.reinhard-solartechnik.de
31
Consolar
Frankfurt
40
www.consolar.de
20
Thüsolar
Rudolstadt
7
www.thuesolar.de
13
Lupi
Hauzenberg
n.b.
www.lupi-solar.de
01
SE-System
Schwemlingen
n.b.
www.se-system.de
33
Solar Anlagen Lange
Telgte
n.b.
www.solar-lange.de
24
Sotech Solar
Plettenberg
n.b.
www.sotec-solar.de
04
A+F
n.b.
n.b.
n.b.
11
Geysol
n.b.
n.b.
n.b.
50
Collectorenfabrikanten Code
Bedrijfsnaam
Plaats
FTEs
12
KBB kollektorbau
Berlin
n.b.
Website www.kbb-solar.com
32
Ritter Solar
Dettenhausen
n.b.
www.rittersolar.de
-
Schott Solar
Mainz
n.b.
www.schott.com/solar
-
Alanod-Sunselect
Lauenförde
n.b.
www.alanod-sunselect.de
29
Grammer Solar
Amberg
n.b.
www.grammer-solar.de
Installateurs Net zoals bij PV-systmen is het aantal bedrijven dat zonnecollectoren en boilers plaatst bij particulieren sterk regio gebonden. Het plaatsen van zonnecollectoren en boilers is wederom relatief eenvoudig. Deze installateurs zijn ook te vinden op www.solarfoerderung.de en het kopje handwerkerkontact. Bedrijfsnaam
Actieve regio’s
SunTechnics
Heel Duitsland
FTEs 360
Website www.suntechnics.de
ZWS
Heel Duitsland
200
www.zws.de
Ad Fontes
Noord Duitsland
65
www.adfontes.de
SolarCenter
Zuid Duitsland
n.b.
www.solarcenter.de
Zonnenkraft
Zuid Duitsland
n.b.
www.sonnenkraft.de
Wederom zijn SunTechnics en ZWS de enige twee installateurs die in heel Duitsland opereren. Daaronder zitten de regionale bedrijven. Ad Fontes en SolarCenter die ook actief zijn als PVinstallateurs. Zonnekraft is een bedrijf dat in Zuid Duitsland actief is met het plaatsten van zonnepanelen en boilers. 8.2.4 Vooruitblik Naast de ecologische aspecten zoals klimaatbescherming en de vermindering van vervuiling zijn er ook economische argumenten voor het gebruik van zonnewarmte installaties. Stijgende prijzen voor olie en gas en de toenemende afhankelijkheid van deze brandstoffen uit onstabiele regio’s zorgen ervoor dat zonnewarmte systemen steeds aantrekkelijker worden voor het produceren van warmwater. In Europa wordt zonneverwarming hoogst waarschijnlijk een standaard onderdeel in verwarmingssystemen, dat wordt toegepast in huizen. Dankzij gunstige leningen en subsidies die beschikbaar zijn voor het plaatsen van zonnewarmte systemen blijft de markt steeds verder groeien. Een andere zeer belovende toepassing is zonnekoeling, waar de warmte van de zonnecollectoren wordt gebruikt om koelmachines aan te drijven. Meer dan 100 van zulke systemen zijn succesvol geïnstalleerd door heel Europa. Momenteel is de toepasbaarheid van zonnekoeling alleen maar beperkt tot grote gebouwen. Een klein aantal bedrijven en onderzoeksinstellingen werken om deze techniek verder te ontwikkelen, om ze meer compact te maken en kost effectiever te maken voor kleinschalige toepassingen. 8.2.5 Overzicht van Duitse thermische zonne-installaties marktpartijen De marktontwikkelingen en de Duitse aanbieders op de thermische zonne-installatie markt producten worden overzichtelijk gepresenteerd op: http://www.renewables-made-ingermany.com/en/photovoltaik/.
51
Deze site bevat doorklikmogelijkheden naar de hieronder genoemde bedrijven: Producenten
Turn key aanbieders
Evenementorganisatoren
AEROLINE Tube Systems Baumann GmbH
BBT Thermotechnik GmbH
Solar Promotion GmbH
Alcan Singen Ritter Solar GmbH & C0. KG
Conergy AG
SOLAR-RIPP ® Sunset Energietechnik GmbH
Schüco International KG SunTechnics GmbH
Toeleveranciers
WESTFA GmbH
AEROLINE Tube Systems Baumann GmbH
Dealers Donauer Solartechnik Vertriebs GmbH Others Dr. Valentin EnergieSoftware GmbH
KBB Kollektorbau GmbH
Overig Dr. Valentin EnergieSoftware GmbH
52
8.3
Verwarming met vaste biomassa
8.3.1 Inleiding Van oudsher wordt in Duitsland al hout gebruikt voor verwarming. Duitsland heeft vooral een snelle groei gezien in het gebruik van pelletverwarming. Als brandstof zijn houtpellets CO2 neutraal. Houtpellets worden gemaakt door zaagsel en schaafsel onder hoge druk samen te persen. Ze zijn compact en hebben ongeveer een energiewaarde van 5 kWh per kilo, dit in tegenstelling tot aardgas dat ongeveer 11 kWh per kilo bezit. Pellets zijn erg in trek vanwege gunstige prijs ten opzichte van fossiele brandstoffen. Bron: www.holzpellet.de
Pelletprijs in Duitsland http://www.depv.de/marktdaten/pelletspreise/
Marktontwikkeling
Duitsland heeft een sterkte groei meegemaakt in het aantal huishoudens dat houtpellets gebruiken voor verwarming. Aan het eind van 2006 waren er meer dan 70.000 pelletsystemen geïnstalleerd in Duitsland. Meer dan één miljoen ton aan houtpellets werden op de meer dan 30 verschillende houtpelletfabrieken in Duitsland geproduceerd.
Totaal geplaatst pelletboilers en ketels in Duitsland
8.3.2
80.000 70.000 70.000 60.000 50.000
44.000
40.000 27.000
30.000 19.000
20.000
13.000 8.000
10.000 800
3.000
0 1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
53 Bron: DEP http://www.depv.de/marktdaten/pelletheizungen/
2006
De marktgroei van de laatste jaren heeft er voor gezorgd dat Duitse producenten hun productiecapaciteit hebben uitgebreid. 8.3.2.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven Nederland kent weinig producenten meer van houtkachels en pelletbranders. De meeste installaties in Nederland worden geïmporteerd uit Duitsland, Oostenrijk, Zweden en Oost-Europese landen. Voor eenn overzicht zie: www.de-kachel.nl. 8.3.3 Overzicht van Duitse marktpartijen De marktontwikkelingen en de Duitse aanbieders van systemen voor thermische conversie van vaste biomassa worden overzichtelijk gepresenteerd op: http://www.renewables-made-ingermany.com/en/solid-biomass. Deze site bevat doorklikmogelijkheden naar de hieronder genoemde bedrijven: Producenten
Turn key aanbieders
Overig
HDG Bavaria GmbH Heizsysteme für Holz
AGO AG Energie + Anlagen
Gründer- und Innovationszentrum
Spilling Energie Systeme GmbH
WTS GmbH & Co KG
Freiberg/Brand-Erbisdorf GmbH (GIZeF)
Duitse fabrikanten Bedrijf
Plaats
Solvis
Braunschweig
FTEs 220
Website www.solvis.de
HDG Bavaria
Massing
180
www.hdg-bavaria.de
Wagner & Co.
Cölbe
150
www.wagner-solar.com
Paradigma
Karlsbad
100
www.paradigma.de
Pro Solar
Ravensburg
70
www.pro-solar.de
KÖB
Wolfurt
50
www.koeb-holzfeuerungen.com
Ulrich Brunner
Eggenfelden
30
www.brunner.de
GMH-Umwelt H.u.D.
Obergriesbach
n.b.
www.gmh-umwelt.de
HDG Bavaria is Duitslands grootste producent van biomassaboilers samen met KOB en Ulrich Brunner zijn dit de drie gespecialiseerde bedrijven. De overige bedrijven verkopen meerdere producten zoals zonneboilers.
54
Buitenlandse fabrikanten Bedrijf
Plaats
FTEs
Website
Windhager
Meitingen
420
www.windhager.com
Hoval
München
270
www.hoval.de
Rika
Micheldorf
220
www.rika.at
ÖkoFen Heiztechnik
Mickhausen
165
www.oekofen.de
Solarfocus
St. Ulrich bei Steyr
130
www.solarfocus.at
KWB
Coesfeld
120
www.kwbheizung.de
Biotech
Bergheim
20
www.pelletsworld.com
Calimax
Rankweil
n.b.
www.calimax.com
In het buitenland met name in Oostenrijk en Scandinavische landen is de markt voor verhittingsystemen die gebruik maken van biomassa groter. Deze bedrijven profiteren nu ook van de aantrekkende markt in Duitsland. Deze bedrijven hebben ook vestigingen in Duitsland. Silofabrikanten Bedrijf
Plaats
Website
A.B.S.
Osterburken
www.ABS-products.de
Berger
Fellbach
www.silo-berger.de
Geoplast
Theresienfeld
www.pelletstank.com
Walter Krause
Walheim
www.walterkrause.de
Mall
Donaueschingen
www.mall.info
Schellinger
Weingarten
www.schellinger-kg.de
Silobau Steinecke
Pfaffenhofen
www.silobau-steinecke.de
Naast de boilerfabrikanten zijn er ook bedrijven die silo’s produceren. Deze bedrijven zijn niet specialistisch opgezet en maken silo’s voor diverse toepassingen.
55
8.4
Warmtepompen
8.4.1 Inleiding Traditioneel is Nederland sterk in innovatieve warmwatersystemen voor ruimteverwarming en tapwater. Naast landen als Zweden (o.a. fabrikanten NIBE en Thermia), Denemarken (o.a. fabrikant Nilan) en Duitsland (o.a. Hautec) beschikt ook Nederland over een aantal innovatieve producenten van warmtepompen, zonneboilersystemen en warmtepompboilers (o.a. Inventum, Itho, SKT) die een belangrijk aandeel van hun omzet buiten Nederland realiseren. Duitsland is daarbij een belangrijk exportland. De ontwikkelingen op de Duitse markt bieden grote kansen. In
Nederland wordt de techniek van warmtepompen relatief veel toegepast. Er loopt een meerjarenprogramma Warmtepompen en het Ministerie van Economische Zaken noemt (o.a. in de Derde Energienota) de warmtepomp als speerpunt. Maar de Duitse bedrijven zijn op overnamepad. Duitse systeemaanbieder in duurzame energie Conergy AG heeft neemt het Bredase Redenko over. Redenko is specialist in warmtepompen en warmtewisselaars. Door de aangekondigde stimuleringsregelingen verwacht Conergy vanaf 2008 een grote afzetgroei van warmtepompen in Nederland. Conergy is al een grote Duitse speler in PV, zonneboilers en windmolens en wil door de overname de afzetmarkt voor warmtepompen in Nederland vergroten. 8.4.2
Belangrijke Duitse leveranciers van warmtepompen
8.4.2.1 Hautec Hautec Group beschikt over 20 jaar ervaring op het gebied van warmtepompentechniek en is in Duitsland een van de marktleiders op dit terrein. Hautec is een innovatieve speler in de markt. Enkele van haar innovaties zijn: • Gepatenteerde RVS verdampers • Aardwarmtesondes (in de jaren 80 ontwikkeld in samenwerking met een nutsbedrijf en thans veelgebruikt in combinatie met warmtepomp) • Hoogefficiënte druktechnieken in warmtepompen ter verbetering van energetisch rendement. • FCKW vrije koelmiddel • Aan het begin van de jaren 90 zijn op een research afdeling van de Firma Hautec de eerste proeven gestart met het koelmiddel propaan koolwaterstof. • Deze toepassing gaf een verbetering te weeg in rendement van 15%. Hautec was de eerste warmtepompenleverancier in Duitsland die dit van propaan ozononschadelijk middel toepaste. • Gebruik van FCKW vrij koelmiddel (propaan). • Compact bouwpakketten voor snelle montage van compleet warmtepomp. • Warmtepompen voor een gemiddeld huishouden • Innovatieve techniek en oplossingen voor tapwater De Hautec groep heeft meerdere vestigingen in Europa en is in sommige landen marktleider. Tot de productlijn van Hautec behoort een breed pakket van warmtepompen en een compleet vloerverwarmingsprogramma. Hautec is een ondernemingsgroep in de sector midden- en kleinbedrijf, die ruim 20 jaar in heel Europa bijzonder hoogwaardige en zuinige warmtepompen ontwikkelt, produceert en verkoopt. Hautec levert zeer compacte warmtepompen en is gespecialiseerd in bijzonder energiezuinige woningen. Zo levert zij een retourwarmtepomp, die de warmte uit de verbruikte lucht haalt en deze benut voor de warmwatervoorziening en ruimteverwarming. (zie www.hautec.net). 8.4.2.2 Stiebel Eltron Sedert 1970 levert Stiebel Eltron warmtepompen voor huishoudelijk en industrieel gebruik met de volgende vermogens: water /water 8kW- 36 kW, brine /water 8kW - 28kW en lucht /water 8kW - 30 kW en in cascadeopstelling tot 100 kW. Stiebel Eltron introduceerde de inmiddels zeer succesvolle ventilatielucht tapwater warmtepomp (vooral toegepast in nieuwbouwprojecten). 56
Stiebel Eltron heeft ook een Nederlandse vestiging en een demonstratieruimte in Den Bosch waar alle producten en ook warmtepompen staan opgesteld. Stiebel Eltron geeft daar tevens cursussen met betrekking tot verwarming, warmwatertoestellen en warmtepompen, de systematiek, capaciteitsberekeningen, de installatie en toepassingen. Stiebel Eltron GMbHi is een groot concern met ruim 1.800 personeelsleden. Het uitgebreide leveringsprogramma omvat naast elektrische warmwater-apparatuur, zoals keukenboilers en wandboilers, ook convectoren, snel-verwarmers voor lokale huishoudelijke verwarmings- en warmteterugwinapparatuur. Contactgegevens: http://www.stiebel-eltron.de/, http://www.stiebel-eltron.nl/ 8.4.2.3 Viessmann fabriek in Allendorf (Eder) Duitsland De Viessmann-groep is een internationaal fabrikant van producten uit de verwarmingsbranche. Het bedrijf, dat in de persoon van Dr. Martin Viessmann nu al door de derde generatie van de Viessmannfamilie wordt geleid, is gesticht in 1917. De groep realiseerd een omzet van ca. 1,4 miljard euro. Viessmann heeft zo’n 7.400 mensen in dienst en heeft 12 productievestigingen die in Duitsland, Frankrijk, Canada, Polen, Oostenrijk en China zijn gevestigd. Naast Duitsland wordt Viessmann in 33 landen vertegenwoordigd door 119 verkoopkantoren. 50 procent van de omzet wordt gerealiseerd door export. (zie: www.viessmann.nl). 8.4.2.4 Heatpumps.de Levert een compleet productprogramma warmtepompen. Contactgegevens Heatpumps.de, Schlotzhauer & Kahl GbR, Haarbergstraße 63, D 99097 Erfurt Tel. +49 (0)361 789 6453, Fax +49 (0)361 789 6493
[email protected],
[email protected] 8.4.3
Kansen voor Nederlandse fabrikanten
Warmtepompen zijn in Nederland aan een opmars bezig. Er zijn een groot aantal innovatieve Nederlandse bedrijven actief in de markt voor warmtepompen en warmtepompboilers. De Duitse markt biedt voor hen enorme kansen. De Stichting Warmtepompen bundelt een groot aantal van hen. Ook heeft deze stichting in 2007 de ‘Wegwijzer Warmtepompen’ uitgegeven (www.stichtingwarmtepompen.nl). Belangrijke Nederlandse bedrijven zijn: • ES Comfort Techniek BV, www.estechniek.nl • Hautec Nederland, Nederlandse dochter van het Duitse Hautec (zie vorige paragraaf) • Horos Klimaattechniek BV, www.horos.nl • Inventum BV, www.inventum.nl • Itho BV, www.itho.nl • NIBE Energietechniek BV, www.nibeboilers.nl • Redenko BV, www.redenko.nl • Stiebel Eltron Nederland BV, Nederlandse dochter van het Duitse Stiebel Eltron (zie vorige paragraaf) • Techneco BV, www.techneco.nl • Vaillant BV, www.vaillant.nl • Viessmann Nederland BV, Nederlandse dochter van het Duitse Stiebel Eltron (zie vorige paragraaf)
57
8.5
Biogas
De inzet van biogas maakt een stormachtige ontwikkeling door in Duitsland. Hiernaast treft u een overzicht van de toepassing van biogas in de verschillende Duitse Ländern (bron: Duitse Biogas associatie http://www.biogas.org/)
Biogas komt vrij bij vergisting van mest en andere organische stoffenbijvoorbeeld uit de agrarische sector. Het biogas wordt in een warmte kracht koppeling (WKK) voor de opwekking van elektriciteit en warmte benut ook kan het worden opgewerkt tot een brandstof voor de transportsector of bijmenging in het aardgasnet.In het licht van deze studie is met name de koppeling van een biogasinstallatie met een warmte distributienetwerk interessant. Warmtedistributie, ook wel aangeduid als wijk- of stadsverwarming, maakt gebruik van restwarmte, bijvoorbeeld vrijkomend bij de biogas gestookte WKK. Bij warmtedistributiesystemen wordt warmwater in circulatie gebracht in goed geïsoleerde kunststof buizen. 8.5.1 Biogas – Duitse aanbieders Voorbeelden van belangrijke leveranciers in Duitsland van biogastechnologie zijn: - Areva Bioenergy GmbH - Bigatec - EnviTec Biogas AG (http://nl.envitecbiogas.de/): o EnviTec Biogas AG is één van de leidende ondernemingen in de biogasbranche in Duitsland, met een vestiging in Nederland. In totaal telt EnviTec Biogas in Duitsland momenteel ruim 200 medewerkers. - Inreetec GmbH - Pro2 Anlagentechnik GmbH - Rossow und Partner GbR Presentatie (pdf) - VDMA PowerSystems 8.5.1.1 Overzicht van Duitse biogas marktpartijen De marktontwikkelingen en de Duitse aanbieders van biogassystemen worden overzichtelijk gepresenteerd op: http://www.renewables-made-in-germany.com/en/biogas Deze site bevat doorklikmogelijkheden naar de hieronder genoemde bedrijven: Producenten
Turn key aanbieders
Projectontwikkeling
L I P P GmbH natcon7 GmbH
Archea Biogastechnologie GmbH
EPURON
Pro2 Anlagentechnik GmbH SEVA
BioConstruct GmbH
ENERGIE AG
Brückner Biotec GmbH
Financiering
COWATEC AG
EPURON
FARMATIC Anlagenbau GmbH
Lloyd Fonds AG
MT-ENERGIE GmbH & Co.KG PlanET Biogastechnik GmbH Prowind GmbH Schmack Biogas AG ÖKOBiT GmbH
58
8.5.2
Biogas kansen voor Nederlandse bedrijven.
Nu de Duitse regering met haar Klima-Energy actieplan zwaar inzet op biogas – biedt dit enorme kansen voor Nederlandse bedrijven die op dit terrein actief zijn. Voorbeelden van dergelijke bedrijven zijn: -
Cirmac International B.V. (www.cirmac.nl) is a wereldwijd opererend bedrijf gespecialiseerd in gasbehandelingssystemen. Cirmac International bv onderdeel van de Rosscor Group. Belangrijkste producten zijn: PSA en membraan stikstof generatoren, biogas upgrading installaties, lucht/gas drogers.
-
Essent Business Development (www.essent.nl) Essent ontwikkelt bio-energieprojecten op eigen initiatief en op verzoek. Het bedrijf richt zich hoofdzakelijk op thermische technologieën en wat minder op vergisting (vanwege de schaalgrootte). Essent regelt ook de financiering.
59
8.6
Isolatie
Een slecht geïsoleerd gebouw verliest warmte via de ramen, de muren, het dak en de vloer op de begane grond. In woningen kunnen dan ook vele soorten isolatie worden toegepast, zoals gevelisolatie (waaronder spouwmuurisolatie), dakisolatie, vloerisolatie, toepassing van isolerende ramen en kozijnen, leidingisolatie. Een goed geïsoleerd huis kan tot een vermindering van maar liefst tweederde van de energiekosten voor verwarming leiden. Daarnaast resulteert isolatie in verbeteringen in comfort en gezondheid. Als gevolg van geluidsoverlast, tochtige en vochtige ruimtes, condens op de ramen, koude voeten en, in het ergste geval zelfs, schimmelvorming kunnen gezondheidsklachten, zoals astma, optreden. Met het nemen van isolatiemaatregelen wordt het binnenshuis comfortabeler en neemt de overlast door geluid, tocht en vocht echter af. Isoleren is dus een mooie gelegenheid om veel energie en geld te besparen en uw binnenklimaat aanzienlijk te verbeteren. Investeringen in isolatie verdienen zich meestal binnen enkele jaren terug, zeker bij de oplopende prijzen voor energie. In het algemeen geldt dat isoleren het ‘laaghangende fruit’ is bij het doen van investeringen. Vooral als de investering in isolatie plaatsvindt op een natuurlijk moment, bij een verhuizing, woningrenovatie of opknapbeurt. 8.6.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven In Nederland zijn veel producenten van isolatiemateriaal gevestigd, zoals Unidek B.V., Saint-Gobain Isover, Knauf Insulation, Rockwool Benelux BV, veelal onderdeel van internationaal opererende concerns. De Nederlandse isolatiebranche VIB telt in totaal ongeveer 3.850 werknemers. De totale, gezamenlijke omzet van Nederlandse isolatiebedrijven wordt op ruim € 500 miljoen geschat. Daarmee vormen de bedrijven die zich vakmatig met isolatie bezighouden een belangrijke branche in Nederland. De EPS producenten hebben zich verenigd in brancheorganisatie Stybenex (www.stybenex.nl). Stichting Spaar Het Klimaat (www.spaarhetklimaat.nl) is een initiatief van een groep Nederlandse koploperbedrijven: Gyproc, Builddesk, Isover, Knauf Insulation, Rockwool, Saint-Gobain Glass, Unidek, Ursa, Velux en Wienerberger. Zij is opgericht en voert campagne om isolatie van woningen te bevorderen om daarmee de CO2-uitstoot te verminderen.
60
8.7
Geothermische energie
8.7.1 Inleiding Aardwarmte of geothermische energie is energie die wordt gewonnen door gebruik te maken van het temperatuurverschil tussen de aardoppervlakte en diep in de aarde gelegen warmtereservoirs. Vooral in vulkanische streken (IJsland) liggen die op zo geringe diepte dat winning economisch lonend mogelijk is. Ook in Nederland en België is deze techniek in opkomst, met name voor de temperatuurregeling in gebouwen. Grondwater, vaak op een diepte van zo'n 100 m, wordt opgepompt en 's winters gebruikt als (basis-)verwarming van gebouwen waarna het weer de bodem wordt ingepompt. In de zomer kan het grondwater dienen als koeling. Minder diep kan ook, zie Warmtepomp. Aardwarmte kan zowel direct gebruikt worden, bijvoorbeeld om te verwarmen en te koelen, maar ook voor de opwekking van elektrische stroom of in een warmtekrachtkoppeling (bron: wikipedia). In zowel Duitsland als Nederland bestaat al veel ervaring met de opslag van warmte en koude in de bodem. Deze ervaring is vooral opgedaan bij grote utiliteitsgebouwen – maar wijkverwarming is een nieuwe kansrijke toepassing. In mei 2007 is in opdracht van SenterNovem een overzichtsrapport gemaakt waarin de praktijkgegevens van 67 Nederlandse projecten worden verzameld ‘Koude/warmteopslag in de praktijk (mei 2007, IF Technology bv, verkrijgbaar via de SenterNovem site). 8.7.2 Duitse markt Duitse bedrijven actief op het terrein van de geothermische energie zijn: - Producenten en (toe)leveranciers: BBT Thermotechnik GmbH, Conergy AG, M+W Zander FE GmbH, Siemens AG, I&S IS E&C en SunTechnics GmbH Alpha-InnoTec GmbH en FRANK GET-System - Projectontwikkelaars: geoENERGIE Konzept GmbH - Adviseurs: Erdwerk GmbH, geoENERGIE Konzept GmbH Meer weten, zie: http://www.renewables-made-in-germany.com/en/geothermie/. 8.7.3 Kansen voor Nederlandse bedrijven De markt voor geothermische technieken bevindt zich nog in een relatieve beginfase van ontwikkeling. De Duitse markt is uitermate kansrijk voor Nederlandse bedrijven, mede in het licht van het uitgebreide stiimuleringsinstrumentarium en de ambities van gezaghebbende Duitse beleidsmakers met geothermische energie. In Nederland fungeert het Platform Geothermie als netwerkpartner, gericht op de bevordering van de toepassing van geothermie of aardwarmte in Nederland. Het Platform doet dit onder meer door kennisoverdracht en het geven van voorlichting over (diepe) geothermie door middel van presentaties, publicaties, nieuwsbrieven en de organisatie van symposia en werkbezoeken aan installaties in binnen- en buitenland. Op de site van het platform staan tal van Nederlandse voorbeeldprojecten: Gorinchem, Delft, Bleiswijk, Den Haag en Heerlen. (zie: www.geothermie.nl). Voorbeelden van Nederlandse bedrijven zijn: ARCADIS, DHV, Dura Vermeer Ondergrondse Infra, DWA, Ecofys, E.On Benelux, ENECO, Essent, European Drilling Systems, Fugro Ingenieursbureau, Grondboorbedrijf Haitjema, Grontmij, GTI, Heijmans Technische Infra, IF Technology, Techniplan, TNO-Bouw en Ondergrond, Verhoeven Drunen en Visser & Smit Hanab.
61
8.8
Passief huis
8.8.1 Duitsland en Oostenrijk zijn koploper Sedert het midden van de 90-er jaren worden duizenden ‘passiefhuizen’ gebouwd, hoofdzakelijk in Duitsland en Oostenrijk. Deze ‘passiefhuizen’ hebben een energieverbruik voor verwarming van minder dan 15 kWh/(m2.jaar). Dit staat gelijk aan een besparing van 90% in vergelijking met de verwarmingsbehoefte voor bestaande woningen. Naast de uitstekende energieprestatie is het comfortniveau van deze huizen zeer hoog. In Duitsland zijn de prijzen van passiefhuizen tevens gemiddeld slechts 8% hoger dan die van traditioneel gebouwde woningen. In de komende jaren worden nog vele duizenden passiefhuizen gebouwd in Duitsland en Oostenrijk. Aangezien in de nabije toekomst nog steeds veel huizen nieuw worden gebouwd of gerenoveerd, biedt zich een kans aan Nederlandse bedrijven om bij te dragen aan een hoge energie-efficiëntie van deze nieuwe woningen. Het is dus zinvol om na te gaan hoe de ervaring en kennis van Nederlandse bedrijven goed kan worden ingezet en hoe zij toegang kunnen krijgen tot het Duitse Passivhaus netwerk. 8.8.2 Concept Het passiefhuisconcept is oorspronkelijk - eind jaren tachtig - ontwikkeld door Prof. Bo Adamson aan de Universiteit van Lund in Zweden en in de jaren negentig verder ontwikkeld door het wetenschappelijke Passiv Haus Institut in Darmstadt onder leiding van Dr. Wolfgang Feist. Het enthousiasme voor de toepassing van deze technologie is in de afgelopen 10 jaar in een stroomversnelling gekomen. Zo zijn er reeds meer dan 5.000 passiefhuizen gebouwd in Duitsland, Zweden, Oostenrijk en Zwitserland. Ook in Nederland, Denemarken, België, Italië en Frankrijk zijn in de afgelopen jaren de eerste passiefhuizen gerealiseerd. De ervaringen zijn volgens de Stichting Passiefhuis Holland (zie ook hun website) uitermate positief. Er zijn ook utiliteitsgebouwen gerealiseerd volgens dit concept en de laatste jaren groeit de belangstelling voor toepassing van deze technologie bij renovatie. Grote energiebesparing is mogelijk door innovatieve bouwmethoden, installaties en materialen. Zoals eerdere demonstratieprojecten (bijv.CEPHEUS) reeds aantoonden, is de reductie van het gebruik van niet-hernieuwbare energiebronnen met een factor 4 (vergeleken met de huidige nationale standaarden) niet alleen mogelijk, maar ook realistisch. Het Passiefhuis concept is een solide en relatief kostenefficiënte methode om deze energiebesparingen te verwezenlijken. Passiefhuis en energieneutraal bouwen zijn begrippen die dicht tegen elkaar aan liggen. 8.8.3 Passief huis - technisch De term passiefhuis staat voor een specifieke bouwstandaard voor woningen met een comfortabel binnenklimaat, gedurende zowel het zomer- als het winterseizoen, met een beperkt verwarmingssysteem en zonder de toepassing van actieve koeling. Dit houdt een zeer goede thermische isolatie en zeer goede lucht-kierdichting van de constructie in, terwijl verzekerd is van een goed binnenklimaat door gebalanceerde ventilatie met hoge mate van warmteterugwinning. Het passiefhuis-concept leidt tot woningen met een energiegebruik dat veel lager is dan bij de huidige Nederlande EPC-eis van 0,8. In de passiefhuisnorm worden eisen gesteld aan zaken als gevels, vloeren, daken, ramen, kozijnen, thermische onderbrekingen in constructies en installaties. De passiefhuisnorm legt geen beperkingen op aan de omvang van een gebouw. Grote huizen, kleine huizen, appartementen en kantoren kunnen er aan voldoen. Centraal staat de eis dat de energiebehoefte voor ruimteverwarming niet meer mag zijn dan 15 kilowattuur per vierkante meter per jaar. Belangrijk is een goede isolatie. Vaak wordt er drievoudig geïsoleerd glas toegepast. Warmtelekken door kieren en koudebruggen worden vermeden.
62
De binnenlucht wordt voortdurend ververst en een comfortabele temperatuur ontstaat door de goede isolatie en de terugwinning van de warmte uit de af te voeren lucht. Hiervoor kan een warmtewisselaar of zelfs een warmtepomp worden gebruikt. 8.8.4 Voorbeelden van innovatieve Duitse leveranciers Het Duitse Bayer levert hoogwaardig polyurethaan-hardschuim voor Passief-huis-isolering Om de warmte (’s winters) en koelte (zomers) binnenshuis te houden, wordt de buitenkant van de woning ingepakt met polyurethaan(PUR)-hardschuim. Voor de isolatie van zo'n milieuvriendelijk gebouw biedt polyurethaan-hardschuim de beste mogelijkheden. Het warmtegeleidingscoëfficient is afhankelijk van het type van de isolatie (deklagen) tussen 0,025 en 0,030 W per meter en Kelvin. (Bayer levert daarvoor de isolatieproducten Baymer® en Desmodur®, hoogwaardige isolatiematerialen.) Het isolatievermogen van PUR-hardschuim is reeds bij geringe wanddiktes zeer hoog. Een PUR-geïsoleerde muur van een Passief-huis is daarom dunner dan elke anders geïsoleerde muur met hetzelfde isolatievermogen. Warmtepompinstallatie voor een laagenergie huis De firma Hautec biedt als eerste warmtepompfabrikant een compacte eenheid voor woningventilatie, tapwater en verwarming. Een afzuiging zorgt ervoor dat de warmte van de verbruikte lucht weer gebruikt wordt voor de warmwater toevoer en een deel voor de verwarming in de overgangstijd. Een tweede water warmtepomp levert de resterende warmte in bijzonder koude dagen. Deze combinatie kan een eengezinswoning met een verwarmingsvermogen van circa 6 tot 8 KW zonder bijverwarming verwarmen. De afvoerwarmtepomp gebruikt de warmte uit de circulatieafvoer voor het verwarmen van het tapwater en voor ruimteverwarming, de ontbrekende warmte wordt door in de Monoeenheid geïntrigeerde Sole-waterwarmtepomp in verbinding met een aardwarmtecollector volledig aangevuld.
63
8.9
Vloerverwarming
De Duitse markt voor vloerverwarming is omvangrijk en volop in beweging. Aan de levensduur, betrouwbaarheid en prestaties worden hoge eisen gesteld. Vloerverwarming als warmtebron wint steeds meer terrein. Vloerverwarming biedt een groot aantal voordelen en heeft een goede kostenbaten ratio. Vloerverwarming is, in bestaande- en/of nieuwbouw op een voordelige manier in te passen. Het is qua energiegebruik vaak aanzienlijk voordeliger dan andere oplossingen (radiatoren, hete luchtverwarming, convectieputten, etc.) Er zijn momenteel twee, veelvuldig toegepaste vormen van vloerverwarming: - Vloerverwarming aangesloten op uw cv-ketel of stadsverwarming - Elektrische vloerverwarming. Beide systemen kunnen gecombineerd worden met vele vormen van vloerbedekking, zoals plavuizen, natuursteen, maar ook houten vloeren: parket, laminaat etc. Vloerverwarming is vanwege de lage instroomtemperatuur goed toe te passen binnen in combinatie met warmtepompverwarming. De vloerverwarmingsproducten innoveren nog steeds in hoog tempo. Belangrijke innovaties treft men aan in: - De leidingssystemen: toepassing van hoogwaardige meerlaagse kunststoffen en composieten. - Slimme combineerbaarheid van modules, montage-oplossingen en koppelingssystemen (persfittings, schroefverbindingen, collectorcombinaties voor sanitaire en cv-toepassingen, etc). Innovatieve Nederlandse producenten en installatiebedrijven van vloer- en verwarmingssystemen kunnen inspelen op deze groeimarkt. Voorbeelden van Nederlandse producenten zijn Thermoduct NV, HEATNET Doetinchem, etc. 8.9.1 Voordelen van vloerverwarming Vloerverwarming verbetert het verwarmingscomfort en de temperatuurverdeling in de ruimte. Omdat de door vloerverwarming opgewekte warmte van beneden komt, wordt dit als zeer comfortabel ervaren. De stralingswarmte van de vloerverwarming verspreidt zich van beneden af over de gehele ruimte. Er ontstaat een goede verdeling van de warmte in de ruimten, zie de rode lijn in onderstaande figuur (bron. Hautec). De ruimtetemperatuur mag hierdoor met 2°C verlaagd worden zonder dat dit het comfort verlaagt. 20°C kamertemperatuur met vloerverwarming geeft immers hetzelfde warmtegevoel als een ruimte van 22°C verwarmd met r adiatoren. Ook vanuit flexibiliteit, ruimtebenutting en binnenhuisarchitectuur zijn er voordelen omdat er geen radiatoren hoeven te worden geplaatst.
64
8.10
Windenergie
In windmolens (windturbines) wordt windkracht omgezet in elektriciteit. Het rotorblad gaat draaien door de wind. Een windmolen werkt al vanaf windkracht 2 – oplopend naar een maximaal vermogen rond windkracht 6. Bij windkracht 10 of hoger wordt de turbine stilgezet om overbelasting te voorkomen. De rotor drijft een generator aan die de elektriciteit opwekt. Een gemiddelde windmolen ( van 750 kW) kan ongeveer 500 huishoudens van stroom voorzien. Momenteel werkt Duitsland aan een ambitieus programma van grote offshore turbines. 8.10.1 Kleinschalige windturbines Kleine windturbines zijn turbines met een tiphoogte tot maximaal 15 meter en een relatief klein vermogen. Ze zijn bedoeld om te plaatsen in de buurt van of in stedelijke gebieden, maar ze kunnen in principe op iedere locatie geplaatst worden. Zo kunnen mensen (deels) in hun eigen energiebehoefte voorzien. Urban Windturbines (UWT) zijn specifiek voor stedelijk gebruik ontworpen windturbine met een vermogen van 1,5 - 5 KW, qua ordegrootte in de range van het elektriciteitsverbruik van een huishouden. Met een kleine windturbine kunnen gebouwen hun eigen stroom produceren en deze direct gebruiken in woning, publiek gebouw of bedrijf. Met behulp van een net-omvormer wordt de stroom uit de windturbine omgezet in de net spanning en frequentie van 230V, 50Hz. Produceert de windturbine meer stroom dan verbruikt dan wordt het surplus stroom aan het net terug geleverd. Voordelen van kleine windturbines: - langdurig kostenbesparing op inkoop elektriciteit - Nauwelijks geluidsbelasting - Mogelijkheden tot goede architectonische inpassing van de windturbine in het gebouw. Maar er zijn ook belemmeringen. Met name de nog beperkte bekendheid en praktijkervaring vormen een belangrijke drempel (voor kopers en in de vergunningsaanvraag). Aanvragen worden vaak nog op min of meer dezelfde wijze behandeld als voor grote windmolens. Ook zijn de buren vaak bang voor geluidsoverlast. Hoewel de prijzen momenteel dalen is het investeringsbedrag voor een kleine windturbine nog vrij fors. Het aanbod van kleinere windturbines breidt zich snel uit en deze techniek heeft potentie voor de toekomst. Een producent die zich al langer op de kleinschalige windmarkt begeeft, en installaties heeft geplaatst in meer dan 30 landen is het Finse Windside. Zij biedt verticale wind turbines aan, met tien jaar garantie. www.windsite.com Er zijn een aantal Nederlandse bedrijven die unieke kleinschalige windturbines hebben ontwikkeld. Voor deze bedrijven zijn er grote kansen op de Duitse markt. Ook het Nederlandse testveld voor kleinschalige windturbines van DELTA, de Provincie Zeeland, Zeeuwind, Greenlab en de gemeente Sluis kan zinvolle resultaten opleveren, vertaalbaar naar de Duitse markt. De initiatiefnemers willen door middel van deze tweejarige test helderheid verschaffen over de praktische haalbaarheid van kleine windturbines. Vanuit leveranciers wordt er grote belangstelling verwacht voor deze proef en de resultaten. Het testveld met de diverse windturbines is voor geïnteresseerden te bezichtigen. Het adres is: Techno Park Zeeland, Buys Ballotstraat, Schoondijke. Windenergie wordt in Duitsland momenteel vooral grootschalig ingezet en valt dus grotendeels buiten de scope van deze marktverkenning die zich richt op de gebouwde omgeving. De marktontwikkelingen en de Duitse aanbieders van windenergieproducten wordt overzichtelijk gepresenteerd op: http://www.renewables-made-in-germany.com/en/windenergie/
65
Deze site bevat doorklikmogelijkheden naar onderstaande bedrijven: Producenten – Ammonit Gesellschaft für Messtechnik mbH – BARD Engineering GmbH GE – Wind Energy GmbH – Natcon7 GmbH Nordex AG – Prowind GmbH – Vestas Central Europe Toeleveranciers: – Ammonit Gesellschaft für Messtechnik mbH – Project planner – ABO Wind AG BARD Engineering GmbH – BBB Umwelttechnik GmbH EECH AG – EPURON Gesellschaft für Handel und Finanz mbH juwi GmbH – Renergiepartner Group wpd GmbH & Co KG Financiering – ABO Wind AG EECH AG EPURON – Gesellschaft für Handel und Finanz mbH – Lloyd Fonds AG wpd GmbH & Co KG Consultant – BBB Umwelttechnik GmbH CUBE Engineering GmbH – EECH AG TÜV NORD Gruppe Others – TÜV NORD Gruppe
66
9
Regionale verschillen (SWOT), regionale ontwikkelingen en kansen
De bestuurlijke structuur op Ländernniveau bestaat uit 16 deelstaten: - Baden-Württemberg - Beieren (Bayern) - Berlijn (Berlin) - Brandenburg - Bremen - Hamburg - Hessen - Mecklenburg-Voor-Pommeren (Mecklenburg-Vorpommern) - Nedersaksen (Niedersachsen) - Noord-Rijnland-Westfalen (Nordrhein-Westfalen) - Rijnland-Palts (Rheinland-Pfalz) - Saarland - Saksen (Sachsen) - Saksen-Anhalt (Sachsen-Anhalt) - Sleeswijk-Holstein (Schleswig-Holstein) - Thüringen
9.1
Belangrijke regios of steden
De Ländern bieden in aanvulling op de federale regelingen instrumenten ter stimulering van energieefficiency en duurzame energie in de gebouwde omgeving. Deze regelingen zijn opgesomd in de Annex-rapportage behorende bij dit rapport. De uitgave is ook beschikbaar als pdf www.energiefoerderung.info. Hieronder worden ter illustratie ontwikkelingen in een aantal voor Nederland belangrijke regio’s geschetst. 9.1.1 Noord-Rijnland-Westfalen (Nordrhein-Westfalen) Nederlanders drijven de meeste handel met de grensstaat Nordrhein-Westfalen. Belangrijkste sector is de dienstensector, maar de klassieke industrie blijft een belangrijke motor voor de economische groei in deze deelstaat. De transportsector neemt eveneens een belangrijke plaats in, met logistieke centra in Duisburg, Köln-Bonn en het Oostelijk Ruhrgebied. In deze deelstaat liggen grote beurscentra (Messe) als Düsseldorf (hoofdstad), Köln, Dortmund en Essen. 40 procent van alle internationale beurzen in Duitsland vindt plaats in deze regio. In deze regio zijn staan meerdere fabrieken voor zonnecollectoren en installatiebouw. Ook staan er in de regio veel biogasinstallaties. Tweeënhalf jaar geleden hebben Nederland en de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen (NRW) een samenwerkingsovereenkomst gesloten op het gebied van wetenschap en technologie. Naar aanleiding daarvan zijn op het gebied van energie en duurzame mobiliteit verschillende uitwisselingen tot stand gekomen tussen EnergieAgentur.NRW en SenterNovem. Nederland en Noordrijn-Westfalen hebben veel gemeen, en kunnen daardoor baat hebben bij nauwere samenwerking. Er lopen inmiddels initiatieven op het terrein van duurzame mobiliteit en duurzame brandstoffen.
67
9.1.2 Nedersaksen (Niedersachsen) Op de tweede plaats in de handelsbetrekkingen met Nederland komt het aangrenzende Nedersaksen, de op één na grootste deelstaat in Duitsland, met hoofdplaats Hannover. Nederland staat op tweede positie, zowel voor import als export. Nedersaksen heeft bijna acht miljoen inwoners op 47.600 km². De deelstaat heeft een oppervlak groter dan Nederland, Denemarken of België. Meer dan 450 buitenlandse bedrijven hebben hun hoofdkwartier in deze regio. Naast deze multinationals zijn er meer dan 4.000 MKB bedrijven gevestigd. De Volkswagen groep heeft in de regio verschillende fabrieken. Meer dan 40% van de export wordt gegenereerd door de auto-industrie. Ze wordt gevolgd door de voedingsmiddelensector (met name de vlees- en melkverwerking). Andere belangrijke sectoren zijn luchtvaart, logistiek, biotechnologie. Daarnaast huist de regio de grootste 12 windmolenproducent van Duitsland , namelijk Enercon (www.enercon.de). De samenwerking tussen de regio met Nederland richt zich binnen de duurzame energie momenteel met name op bio-energie. Agrarische reststoffen, energieteelt en biogas zijn belangrijke onderwerpen in de regio. In de regio staan een groeiend aantal biogasinstallaties. De biogas sector heeft zich regionaal goed georganiseerd, bijvoorbeeld de ‘Regionalgruppe Südniedersachsen des Fachverbandes Biogas e.V.’. Veel informatie en partnersearch worden aangeboden op de website van het 'Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe' in Duitsland. http://www.3-n.info/ Dit netwerk werkt reeds volop samen met partijen uit Noord Nederland – zoals Bio Energie Noord. Tevens is 3-N één van de partners in het North Sea Bio Energy project. http://www.northseabioenergy.org/. Dit project bundelt bio-energie partners uit vijf landen met Friesland en Nedersaksen als trekkende regio’s. In de regio zijn meerdere grote producenten gevestigd van zonnecollectoren, WKK installaties, etc. De regio organiseert de CeBIT, één van de belangrijkste ICT beurzen ter wereld. Er zijn een aantal belangrijke websites waarmee snel informatie kan worden ontsloten. http://www.n-export.de De website is een website gericht om de export in de regio te bevorderen. Het geeft een overzicht van de toonaangevende sectoren en bedrijven in de regio’s. www.innovation.niedersachsen.de Portal waar alle innovaties uit de regio gebundeld worden. Heeft een deelsectie ‘Energie’, waar duurzame projecten worden beschreven. Voornamelijk Enercon is aanwezig in de sectie met windmolenprojecten. http://www.n-ihk.de Website van de Niedersächsischer Industrie- und Handelskammer. Informatie over kansen in de regio. http://www.mw.niedersachsen.de Website van het Niedersächsischen Ministerium für Wirtschaft, Arbeit und Verkehr. Algemene informatie over de regio Nedersaksen. 9.1.3
Baden-Württemberg
Baden-Württemberg zet krachtig in op energieefficiency en uitbouwen van duurzame energie. Speciale rol wordt daarbij voorzien voor Bio-energie. De kracht van Baden-Württemberg is vooral te danken aan de innovatiekracht. Er is sprake van goede samenwerking tussen universiteiten, researchinstellingen en het bedrijfsleven. 12
http://www.n-export.de/welcome/
68
De deelstaat steekt al decennia veel geld in onderzoek en ontwikkeling. De universiteiten van Karlsruhe en Heidelberg staan hoog aangeschreven. Baden-Württemberg kent een omvangrijke hightechsector. In deze deelstaat zijn veel mkb-bedrijven actief. Baden-Württemberg is de grootste exportdeelstaat van Duitsland. Baden-Württemberg staat (naast zijn autoindustrie) vooral bekend om zijn goed ontwikkelde machinebouwindustrie en software-industrie. De deelstaat Baden-Württemberg loopt voorop qua voorbereidingen op de federale wetgeving rond energiebesparingen (Aanscherping van de EnEV eis om de CO2-uitstoot met 30% te reduceren). In 2020 moet in totaal 217 miljard kWh warmte uit zonne-energie, biomassa en aardwarmte komen. Zij heeft in de nieuwe ‘warmtewet’ bepaald dat bij nieuwbouw per 1 januari 2008 duurzame energie moet voorzien in 20 procent van de warmtebehoefte. Voor bestaande bouw geldt dat vanaf 2010 10 procent van de warmtebehoefte door duurzame energie gedekt moet worden. Zoals de lijst van Europese projecten, verderop in dit rappport laat zien is de regio en met name de stad Stuttgart zeer actief in Europese samenwerking met andere regio’s en steden in Europe (o.a. Concerto projecten). De stad Stuttgart biedt veel informatie voor partijen die op zoek zijn naar ingangen of vergelijkbare initiatieven willen ontwikkelen in Nederlandse steden. Contact: – Stadt Stuttgart: Amt für Umweltschutz, Abteilung Energiewirtschaft, Gaisburgstrasse 4, D-70182 Stuttgart, telefoon: +49 711 216 2241, email:
[email protected], www.stuttgart.de – Zie ook de Energie-Cités website (http://www.energie-cites.org) Als bosrijk gebied heeft Baden-Württemberg een groot potentieel voor de inzet van biomassa (hout, biogas). Zo heeft het Wirtschaftsministerium een voorlichtingscampagne gestart gericht op moderne houtpellet verwarmingsinstallaties. (Brochure „Innovative Holzheizung mit Pellets“, dec. 2007) en biedt zij een modulaire opleiding aan voor Holzheizungs- und Bioenergieanlagen Geïnteresseerden kunnen een kosteloos rapport over de Duitse markt voor pellets bestellen bij NBSO Stuttgart (de EVD ondersteuning in deze regio, contactpersoon: Mirjam Mulder, Leitzstr. 45, 70469 Stuttgart, Duitsland, +49 711 4906 6352, email:
[email protected]). In Stuttgart vinden veel relevante ‘energie’evenementen plaats, zoals: – de internationale conferentie voor de PV (19 - 20 februari 2008) – zie: www.epia.org – de grote vakbeurs Interpellets. Van 10 -12 oktober 2007 vond deze vakbeurs Interpellets 2007 plaats. Alle informatie over deze beurs en de deelnemende exposanten treft u op http://www.interpellets.de/ Ook het onderwerp geothermische energie heeft de aandacht. In februari 2008 vindt voor de tweede maal het congres GeoTHERM plaats in Offenburg. 9.1.4 Beieren (Bayern) Beieren is veranderd van een puur agrarische regio, naar een moderne vestigingsplaats voor industrie (noorden, regio Neurenberg) en dienstverlening (media, banken en verzekeringen, vooral rond München). In Beieren bestaat er een programma dat financiële ondersteuning geeft bij het introduceren van nieuwe technologie en demonstratie projecten (Bayerisches Programm Rationellere Energiegewinnung und Verwendung). De hoogte van de subsidie is gemiddeld 30% van de aanschafprijs tot zelfs tot 50% in bijzondere gevallen. Voor meer informatie http://www.stmwivt.bayern.de/energie/energie_rationell.html
69
Bayerische Staatsministerium für Wirtschaft, Infrastruktur, Verkehr und Technologie Innovationsberatungsstelle Südbayern, Prinzregentenstraße 26, 80525 München, Tel. 089 / 2162 – 2537, email:
[email protected]. Het ‘Bayerisches Modernisierungsprogramm’ kan een bijdrage leveren in de kosten voor modernisering en duurzame maatregelen. De bijdrage bedraagt maximaal 50% van de kosten (tot 50% van de vergelijkbaar nieuwbouwkosten subsidie). De bijdrage betreft gesubsidieerde rentekosten door de Bayerischen Landesbodenkreditanstalt. De investering dient te voldoen aan de nieuwe energie verordeningsregels. Verbouwingen van € 5.000,- of minder worden niet vergoed. Het gebouw moet minimaal drie huurders hebben of meerder woongroepen hebben. Het gebouw moet 25 jaar oud zijn. Voor meer informatie: Regionale Förderung Stadtwerke München, SWM Versorgungs GmbH Energieberatung, Emmy-Noether-Str. 2, 80287 München, telefoon: 089 / 23 61 - 44 71,email:
[email protected], http://www.swm.de. In de regio staan veel biogasinstallaties. 9.1.5 Rijnland-Palts (Rheinland-Pfalz) De deelstaat zet met name in op de uitbouw van bio-energie (hout, agrarische restproducten en energieteelt), warmwaterproductie met thermische zonne-energie, PV en windenergie. Ruim 800 MKwh worden momenteel reeds geproduceerd uit biomassa- en zonthermische installaties. Rheinland-Pfalz produceert reeds 25% van haar elektriciteit met duurzame energie, met name windenergie, aangevuld met meer dan 4.200 zon- en biomassainstallaties. Rheinland-Pfalz kent veel zonne-uren en in Boven-Rijnslenk of Boven-Rijngraben wordt er warmte uit diepe aardlagen gehaald. In het Boven-Rijngebied zijn op vele plekken sporen van vulkanisme te vinden. De federale overheid werkt aan plannen om de aardwamte te benutten in Rheinland-Pfalz en deze deelstaat als geothermische pilot voor Duitsland te ontwikkelen. Rheinland-Pfalz ondersteunt energiegerichte woningmodernisering en –renovatie op actieve wijze. Informatie hierover treft u op: http://www.unsererner.de. U kunt zich ook aanmelden voor automatisch toesturen van persberichten – aanmelden hiervoor kan op:
[email protected] . 9.1.6 Voormalige oost-Duitse staten Van de voormalige Oost-Duitse regio’s vertonen Saksen, Thüringen en de zuidelijke driehoek van Saksen-Anhalt de meest dynamische groei. Daarbij moet wel worden bedacht dat haar betekenis voor het nationaal BBP nog relatief gering is. 9.1.6.1 Saksen In Saksen zet met – naast de auto- en microtechnologisch industrie – in op de groeimarkt van de duurzame energie. Dit marktsegment vertoont in Saksen een snelle ontwikkeling. Sinds 2002 is deze branche verviervoudigd qua omvang en ze bestaat uit 4.800 bedrijven, veelal uit het MKB – met een totaalomzet boven de 1,6 Miljard Euro, waarvan het merendeel voor de planning, ontwikkeling en bouw van installaties voor duurzame energie. Deze dynamiek zal de komende jaren aanhouden en ramingen voor het jaar 2010 gaan uit van 10.000 arbeidsplaatsen en een omzet boven de 2,5 miljard Euro. (Bron: Studie "Erfassung der Beschäftigungs- und Umsatzwirkungen durch die Nutzung erneuerbarer Energien im Freistaat Sachsen für das Jahr 2006" van het Ministerie voor Industrie en Arbeid: De bedrijven hebben zich gebundeld binnen Saxutec de ‘Sächsischer Verein für internationalen Umweltschutz und Umwelttechnik’ (www.saxutec.de).
70
Zij treden vanuit Saxutec samen op in complexe projecten op de gebieden op het terrein van de duurzame energie, luchtreiniging, watertechnologie, etc. Binnen de duurzame energie is met name PV in Saksen sterk vertegenwoordigd. In Freiberg (Saksen) bevindt zich onder het dak van Solar World AG ’s werelds grootste productiecentrum van zonnepanelen. In Leipzig (Saksen) bouwt Juwi Solar GmbH aan de grootste zonne-energiecentrale ter wereld. De centrale met een vermogen van 40 megawatt wordt in 2009 in gebruik genomen. 9.1.6.2 Thuringen De deelstaat Thüringen behoort tot de meest geïndustrialiseerde gebieden van de nieuwe deelstaten. Industrie, voornamelijk gedomineerd door het mkb, is hier de motor van de economische groei. Thüringen richt zich op innovatieve sectoren met kansen voor de toekomst, zoals ICT, bio- en zonneenergie, milieutechniek en hoogwaardige technische dienstverlening. De stad Ilmenau kent een uitstekende technische universiteit met bijzondere competenties op het terrein van o.a zonne-energie. 9.1.6.3 Sachsen-Anhalt De zonne-energiebranche groeit sinds enkele jaren explosief in de Duitse regio Bitterfeld (SaksenAnhalt). Q-Cells, ’s werelds op een na grootste producent van zonnecellen, startte er in 2001 met 19 werknemers. Momenteel zijn er 1.500 mensen werkzaam en worden jaarlijks 70 miljoen zonnecellen geproduceerd. Het aantal werknemers zal naar verwachting groeien tot 5.000 in 2010. De omzetprognose voor 2007 bedraagt 700 miljoen euro, een stijging van 30 procent ten opzichte van 2006. Q-Cells heeft een grote aantrekkende werking op branchegenoten. Tot de nieuwkomers behoren EverQ en CSG Solar. Inmiddels komt een op de tien wereldwijd geproduceerde zonnecellen uit Bitterfeld. De politiek kent het potentieel van de branche en maakt zich naast investeringsbevordering sterk voor onderzoek. In Halle wordt binnenkort een Fraunhofer-instituut voor zonne-energie geopend.
71
10
Kansen voor Nederlandse bedrijven – voorbeelden
Na een korte situatieschets geven wij (de onderzoekers van Partners for Innovation) enkele ‘parels’ die we met name kansrijk achten als groeisectoren voor de export naar Duitsland op het terrein van energiezuinig bouwen en duurzame energie. We zien vooral kansen voor bedrijven actief in: • Systemen, gevels en bouwdelen – met name van kunststof en aluminium. • Stedelijke vernieuwing en wijkverbetering • Isolatieproducten en –diensten • Zonne-energieproducten • Installatietechnologie • Energieproductie en –distributie • Onderzoek, advies en projectontwikkeling.
10.1
Inleidende situatieschets
10.1.1 Nederlandse bouwsector groeit in 2008 maar stabiliseert vanaf 2009 In de bouw is in de eerste helft van 2007 de omzet sterk toegenomen. Bouwbreed steeg de omzet met ruim 11 procent. In het eerste kwartaal was de omzetgroei hoger (14%) dan in het tweede kwartaal (9%) (bron: CBS, 3 september 2007). Na deze goede eerste eerste helft van 2007 stabiliseerde de bouwsector in de tweede helft van 2007. In de Bouwbarometer® is te zien dat de omzet zich in het derde kwartaal van 2007 opnieuw positief ontwikkelt, echter minder sterk dan in het tweede kwartaal van 2007. In totaal geeft 50% van de bedrijven in het derde kwartaal aan een (sterke) stijging van de eigen omzet te zien in vergelijking met hetzelfde kwartaal in 2006; slechts 10% ziet een daling in de eigen omzet. Voor het vierde kwartaal van 2007 verwacht per saldo 45% van de bedrijven een stijging van de omzet in vergelijking met het derde kwartaal van 2006: 53% verwacht een omzetstijging, 8% een omzetdaling. In het tweede kwartaal van 2007 nam per saldo nog 58% van de bedrijven een ® positieve omzetontwikkeling waar. (Bron: Bouwbarometer , de stemmingsindicator binnen de bouwsector). Het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (Directeur Taco van Hoek van EIB in Cobouw, 17.1.2008), voorziet dat de bedrijfstak in 2008 flink zal blijven groeien. De arbeidsmarkt in de bouw zal vanaf 2009 echter stabiliseren. Het werkvolume zal in de periode 2010-2013 rond de 492.000 arbeidsjaren bedragen. De overheid blijft een belangrijke opdrachtgever. De utiliteitsbouw groeide in 2007 met 7,5% in omvang en de productiewaarde kwam uit op 15 miljard euro. De motor van de groei is de nieuwbouw, die toenam met 10% en uitkwam op 7,6 miljard euro. De woningbouw groeide met 6,5% en kwam uit op 25,8 miljard euro. EIB beraamt dat er in 2007 zo`n 78.000 woningen zijn gerealiseerd. Bedrijven in de grond-, water- en wegenbouw groeiden met 3% en kwamen uit op 11,8 miljard euro. 10.1.2 Werkgelegenheidskansen in Nederland In het rapport Werk, kennis en innovatie: effecten van een duurzaam energiescenario13 worden de effecten van een schoon energiescenario met ambitieuze klimaatdoelstellingen geïnventariseerd op het gebied van werkgelegenheid, kennis en innovatie. Het rapport schetst een forse banengroei in Nederland dankzij schone energie en energiebesparing. Energiebesparing alleen al leidt tot een extra banengroei van 3.000-7.000 arbeidsplaatsen per jaar.
13
Werk, kennis en innovatie: effecten van een duurzaam energiescenario - eindrapport
Opdrachtgever Greenpeace, Uitvoerder SEOR / Erasmus Universiteit, Auteurs Dr. Elbert Dijkgraaf, Drs. Emiel Maasland, Drs. Kees Zandvliet, Datum 14 november 2006, http://www.greenpeace.nl/raw/content/reports/werk-kennis-en-innovatie-eff.pdf
72
Tabel: Netto banengroei in Nederland door substitutie naar duurzame bronnen (volgens Greenpeace scenario).
De effecten zijn vooral gunstig in de bouw en installatiesector. Maar de hele Nederlandse economie profiteert van de stijgende werkgelegenheid dankzij meer schone energie plus de invoering van groene belastingen. Het rapport voorspelt nóg een gunstige ontwikkeling. Als Nederland voorop loopt met schone energietechnologie zullen ook de technologie-exportkansen van Nederlandse bedrijven toenemen. Vooral op het gebied van offshore windmolens, biomassa en energiebesparing hebben bedrijven kansen om hun expertise en technologische kennis in het buitenland af te zetten. Maar het rapport geeft ook aan dat er geen scenario is waarbij bijna alle effecten positief zijn zonder dat aanvullend beleid gevoerd wordt. De invloed van het Nederlandse beleid van de komende jaren is van doorslaggevend belang.
10.2
Kansen voor exportpositie van Nederlandse technologie.
10.2.1 Modulaire bouwdelen en systemen Een belangrijke energiewinst kan in de toekomst worden behaald door een nieuwe manier van ontwikkelen en bouwen van nieuwe gebouwen. Er is veel winst mogelijk door betere integratie van klimaat en gevel. Nederlandse bedrijven lopen hierbij voorop en opereren veelal reeds op grote schaal op exportmarkten. We zullen in deze paragraaf kort ingaan op deze kansen. De gevelbouw is een moderne industrietak. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in snel tempo op, normeringen veranderen voortdurend en klanten worden steeds kritischer. Maar vooral is het eindproduct meer dan ooit het resultaat van een goed gecoördineerd, geïnformeerd en samenspelend team van toeleveranciers in de bouw. In het denken in ‘systemen’ ligt een nieuwe uitdaging voor de gevelbouwer. Doordat de gevel de scheiding is tussen het binnen- en buitenklimaat, is het een logische keuze om gevel en installaties te combineren tot één integraal systeem – gericht op optimale luchtkwaliteit (o.a, ventilatie), koeling, verwarming en zoninval (licht). Nederlandse bedrijven zouden het voortouw moeten nemen in het aanbieden van geïntegreerde gevelsystemen met voorzieningen zoals zonwering, lichtregulering, verwarming, koeling, ventilatie, elektra, datamanagement. Nederland kent een groot aantal leveranciers van complete systemen en bouwdelen zoals gevels, daken, lichtstraten, dakkapellen en scheidingspanelen. Hierbij vallen met name de materialen aluminium en kunststof op. Deze materialen lenen zich bij uitstek voor inpassing in snelle, industriële montage- en assemblageprocessen.
73
De bouwdelen en systemen kunnen een bijdrage leveren aan het streven om woningen tegen 2030 geen energie meer te laten verbruiken, maar te laten opleveren. Integratie van installatietechnieken en ICT biedt hierbij kansen. Gebouwen worden dankzij domotica steeds intelligenter. Deze integratie komt vooral totstandkomen als bouwpartners op een georganiseerde manier gaan samenwerken. Het gaat hierbij niet alleen om technologie, maar ook om organisatievermogen. Meerdere partijen in de keten moeten hierbij samenwerken: architecten, gevelbouwers, installateurs, adviseurs en bouwbedrijven. Het voortouw in deze ontwikkelingen nemen Nederlandse branches zoals VMRG (Vereniging Metalen Ramen en Gevelbranche, www.vmrg.nl) en het Nederlandse Verbond van Toeleveranciers aan de Bouw (NVTB), en de Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie (www.nrk.nl). Kansrijke Nederlandse bedrijven op deze terreinen zijn bijvoorbeeld: Trespa, Ubbink, Holonite, Deceuninck, Alveo, Armacell, Enitor, Akar, Meuwissen, Ten Cate Nicolon, Kremers Aluminium BV, Liefting Ramenfabriek B.V., Heycop Systemen B.V., Scheldebouw Middelburg BV, Meer weten: • Kenniscentrum Gevelbouw – www.kenniscentrumgevelbouw.nl • Nederlandse Verbond van Toeleveranciers aan de Bouw (NVTB) - http://www.nvtb.nl/ • VMRG (Vereniging Metalen Ramen en Gevelbranche) - www.vmrg.nl • Nederlandse Rubber- en Kunststofindustrie (NRK) - www.nrk.nl, en haar subbranches: o Branche Federatie Lichtstraten en Lichtkoepelfabrikanten (BFLL) o Vereniging van Fabrikanten van Kunststofleidingsystemen (FKS) o Nederlandse Vereniging van Polyurethaan hardschuimfabrikanten (NVPU) o Stybenex (EPS-isolatie) o Vekudak (PVC dakbanen) o Vereniging voor Kunststof Composieten Nederland (VKCN) o Vereniging voor de Kunststof Gevelelementenindustrie (VKG) o Vereniging Nederlandse Lijmindustrie (VNL) o Vereniging Nederlandse Voegkitindustrie (VNVI). De toeleverende industrie aan de bouw behaalt een omzet van achttien miljard euro. Ruim twee miljard daarvan komt voor rekening van levering en montage in de kunststof- en rubberindustrie. De fabrikanten van chemische, rubber- en kunststofproducten behoren tot de meest innovatieve sector in 14 het MKB (zie onderzoek EIM BV, 2005) . Meer dan de helft van de omzet is te danken aan export, waarbij de Nederlandse industrie het moet hebben van innovatieve, hoogwaardige en geïntegreerde producten. In 2006 presenteert de NRK haar toekomstvisie Kunststof- en Rubberindustrie 2009, waarin voor de afzetmarkten in de bouw een prominente rol is weggelegd. 10.2.2 Het domein van de stedelijke vernieuwing (wijkverbeteringsprojecten) Nederlandse bedrijven beschikken over een jarenlange ervaring op het terrein van stedelijke vernieuwing van achterstandswijken, welke geëxporteerd kan worden naar Duitsland. Projectontwikkelaars, woningcorporaties, bouwbedrijven, aannemers, installatiebedrijven, kenniscentra en andere spelers betrokken bij wijkverbeteringsprojecten kunnen deze ervaring aanbieden in Duitsland en kunnen streven naar interessante posities binnen Duitse consortia gericht op stedelijke herinrichtingsprojecten.
14
Rapport EIM, M200502 -De meest innovatieve sector van Nederland, Ranglijst van 58 sectoren, Auteurs: drs. J.P.J. de Jong,
drs. A.P. Muizer - Zoetermeer, augustus 2005. Fabrikanten van chemische-, rubber- en kunststofproducten zijn anno 2005 de meest innovatieve sector van het Nederlandse MKB. Verder scoort de technisch georiënteerde groothandel verrassend goed.
74
Veel van deze Nederlandse partijen hebben zich gebundeld in het Nirov of het KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing. Nirov is een netwerk in de ruimtelijke ordening en volkshuisvesting (www.nirov.nl). KEI richt zich op de transformatie van de bestaande stad en van de naoorlogse wijken in het bijzonder. KEI werkt samen met meer dan 240 partners; publieke en private partijen die actief zijn in de stedelijke vernieuwing (www.kei-centrum.nl). Het Ministerie van VROM is begin 2008 eeen portal gestart met informatie van kenniscentra over de 40 wijken. De website houdt gemeenten, woningcorporaties, bedrijven, welzijnswerkers en scholen op de hoogte van nieuws en achtergronden over de krachtwijken. http://kenniscentrawijken.vrom.nl/. De energetische kwaliteit van de Nederlandse woningvoorraad is in de loop der jaren sterk verbeterd. Voor nieuwbouw worden sinds 1965 in de (model)bouwverordening isolatie-eisen gesteld die regelmatig zijn aangescherpt. De gevolgen van dit beleid zijn zichtbaar in de huidige woningvoorraad, zoals dakisolatie (sinds 1975 verplicht), gevelisolatie (verplicht sinds 1979) en isolatie van de begane grondvloer (verplicht sinds 1983). Vanaf eind 1995 is voor de nieuwbouwwoning de isolatiekwaliteit als geheel leidend en is voor dat doel de Energie Prestatie Norm (EPN) ingevoerd. Ook hiervoor zijn inmiddels weer aanscherpingen doorgevoerd: van een Energie Prestatie Coëfficiënt (EPC) van 1,4 in 1995 via 1,2 in 1998 naar 1,0 in 2000 (Ministerie van VROM, 2003) en 0,8 in 2006. De grootste winst moet evenwel nog worden gerealiseerd – er is nog sprake van een enorm besparingspotentieel zowel in de woningbouw als in de bestaande bouw. Begin 2008 is besloten tot 15 een ‘Mega-impuls’ aan energiebesparing in woningen en gebouwen . In 2020 dient maar liefst dertig procent energie te zijn bespaard in 2,4 miljoen bestaande woningen en andere gebouwen. Deze doelstelling is vastgelegd in het Convenant van overheid en het bedrijfsleven. Meer met Minder is erop gericht gebouweigenaren en huurders zo eenvoudig mogelijk en zonder hogere maandlasten energie te laten besparen. Dit jaar starten pilot-projecten voor tienduizend gebouwen. Meer met Minder is tot stand gekomen op initiatief van Platform EnergieTransitie Gebouwde Omgeving en de energie-, bouwen installatiebranche. Gebouweigenaren die meedoen met Meer met Minder krijgen een pakket van voordeelmaatregelen. Bovendien krijgen ze maatwerkadvies en persoonlijke ondersteuning. Er komt een landelijke voorlichtingscampagne. In januari 2008 wordt er een start gemaakt met de eerste pilotprojecten. Het is de bedoeling dat het er dit jaar meer dan twintig worden. In de pilotprojecten zal de Meer met Minder-aanpak worden getest bij ongeveer tienduizend gebouwen. In het convenant is vastgelegd dat er tot en met 2011 ten minste vijfhonderdduizend gebouwen energiezuinig zijn gemaakt. De kennis en ervaring die in de pilotprojecten wordt opgebouwd is prima exporteerbaar naar Duitsland, waar vergelijkbaar beleid is ingezet door de Duitse overheid. Het convenant is een concurrentie-onderscheidend voordeel voor de Nederlandse bedrijven.
15
Convenant ‘Meer met Minder’ - Convenant getekend door de ministers Vogelaar (Wonen Wijken en Integratie), Cramer
(Ruimte en Milieu) en Van der Hoeven (EZ), samen met EnergieNed, Bouwend Nederland, VME en UNETO-VNI. Andere organisaties die de Meer met Minder-aanpak ondersteunen en versterken, worden opgeroepen zich aan te sluiten. De bedoeling is om een zo breed mogelijk maatschappelijk draagvlak te krijgen en zoveel mogelijk gebouwen energiezuinig te maken. Meer met Minder is het eerste sectorakkoord van het werkprogramma Nieuwe energie voor het klimaat. www.vrom.nl//pagina.html?id=35276
75
Meer weten: • www.kei-centrum.nl, KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing • Het Nirov (Nederlands instituut voor ruimtelijke ordening en volks- huisvesting) is met ruim 10.000 aangesloten vakgenoten het grootste netwerk voor professionals in ruimtelijke ontwikkeling van stad, land en regio - www.nirov.nl. • Portal VROM: http://kenniscentrawijken.vrom.nl/ • De SEV ontwikkelt innovatieve oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken op het brede terrein van bouwen en wonen en test die uit in de praktijk - www.sev.nl. • www.nicis.nl – kennisinstituut rond de sociale en economische dimensies van steden. • Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) ontwikkelt en implementeert instrumenten om de maatschappelijke veiligheid te vergroten - www.hetccv.nl • www.forum.nl, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling FORUM • MOVISIE werkt voor en met overheden, burgerinitiatieven, vrijwilligers- en professionele organisaties met als doel de participatie en de zelfredzaamheid van burgers te bevorderen. www.movisie.nl. 10.2.3 Leveranciers van isolatieproducten en -diensten. We zien een bijzondere kans voor Nederlandse producenten van hoogwaardige en innovatieve isolatiematerialen. In Nederland zijn veel producenten van isolatiemateriaal gevestigd, zoals Unidek B.V., Saint-Gobain Isover, Knauf Insulation, Rockwool Benelux BV, veelal onderdeel van internationaal opererende concerns. Nederlandse isolatiebranche VIB telt in totaal ongeveer 3.850 werknemers. De branchevereniging van VIB heeft meer als waarvan zo'n 75 procent werkzaam is bij VIB-leden. De totale, gezamenlijke omzet van Nederlandse isolatiebedrijven wordt op ruim € 500 miljoen geschat. Daarmee vormen de bedrijven die zich vakmatig met isolatie bezighouden een belangrijke branche in Nederland. De EPS producenten hebben zich verenigd in brancheorganisatie Stybenex (www.stybenex.nl) . Stichting Spaar Het Klimaat (www.spaarhetklimaat.nl) is een initiatief van een groep Nederlandse koploperbedrijven: Gyproc, Builddesk, Isover, Knauf Insulation, Rockwool, Saint-Gobain Glass, Unidek, Ursa, Velux en Wienerberger. Zij is opgericht en voert campagne om isolatie van woningen te bevorderen om de CO2-uitstoot te verminderen. Voorbeeld van een in Duitsland reeds actief producent van isolatieproducten en systemen is Unidek. Unidek is een innovatief bedrijf dat volop samenwerkt met o.a. universiteiten. In Duitsland nam Unidek per 1 april 1998 de EPS-activiteiten van de firma Gebr. Roesler GmbH in Mühlacker volledig over. Deze werkmaatschappij kreeg de naam Unidek Dämmtechnik GmbH. In de omgeving van Mühlacker, in Bretten, werd in het voorjaar van 1999 een nieuwe EPS-fabriek van 22.000 m2 in gebruik genomen. Sinds augustus 2003 maakt Unidek deel uit van de Europese isolatiedivisie van het Ierse CRH. Dit maakte het mogelijk om de Duitse vestigingen in de destijds lastige Duitse markt open te houden zodat geïnvesteerd kon worden. Zij heeft talrijke vernieuwingen op haar naam heeft staan, zoals de inmiddels veel toegepaste zelfdragende, isolerende sandwichelement voor hellende daken, onlangs verder verbeterd tot Unidek Condor, geschikt voor overspanningen tot 6 meter. Unidek heeft een compleet programma elementen ontwikkeld voor buitengevels, binnenwanden, platte daken, etc. Isolatie is meestal de meest efficiënte manier om de energieprestatie te verbeteren. Andere kansrijke maatregelen zijn warmtepompen en warmteterugwinning systemen (WTW). Uiteindelijk gaat het om een goede balans tussen bouwkundige (gebouwenschil) en installatietechnische zaken. Van de ondervraagde partijen16 in de bouw ziet 23% het toepassen van isolatie als de meest efficiënte maatregel om de EPC17 positief te beïnvloeden. Zoals gezegd staat de warmtepomp de laatste jaren ook duidelijk meer in de belangstelling. Dit wordt dan ook al 11% van de bedrijven verkozen tot meest efficiënte product op energiegebied. Andere maatregelen die veel worden genoemd zijn: WTW systemen (7%), dubbel glas (6%) en het benutten van zonne-energie (5%).
76
Meest efficiënte product voor verlaging EPC Isolatie
23% 11%
Warmtepomp WTW
7%
Dubbel glas
6%
Benutten van zonne-energie
5%
Ventilatie
4%
Betonkernactivering
4%
Hoog rendement CV-ketel
4%
Installaties (algemeen)
3%
Bewustwording gebruiker
3%
Combinatie van isolatie en installatie
2%
Anders
7%
Weet niet/geen mening
37% 0%
5% 10% 15% 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% ©2007 USP MARKETING CONSULTANCY BV
10.2.4 Zonne-energie: Nederlandse spelers in de kopgroep Voor zonne-energie is de branche van mening dat Nederland een koppositie inneemt bij de technologische ontwikkeling (Transitiepad zonnestroom, Holland Solar). Er is sprake van een sterke kennis- en exportpositie. Er zijn meerdere leidinggevend Nederlandse producenten van (onderdelen voor) PV installaties. Door de huidige zwakke Nederlandse markt voor PV zijn deze bedrijven sterk internationaal georiënteerd. De omzet van deze bedrijven komt momenteel vooral uit Duitsland, maar ook ook uit landen als Spanje. Italië, Griekenland, Frankrijk en de VS. •
Er zijn enkele grote Nederlandse PV producenten gevestigd in aan Duitsland grenzende gebieden. Het zwaartepunt ligt hierbij in Limburg. Zuid-Limburg heeft de ambitie om een toonaangevende energieregio te worden, waar een cluster van duurzame energieactiviteiten ontstaat. Heerlen en de omringende gemeentes, verenigd in Parkstad Limburg, mikken op een omzet van 1 miljard euro en een werkgelegenheid voor 2.500 mensen in de duurzame energiesector.
•
Ooit begonnen als traditioneel glasbedrijf haalt Scheuten (www.scheuten.nl) uit Venlo inmiddels 50% van haar omzet van circa 300 miljoen euro (2007) uit de verkoop van zonnepanelen, en deze activiteit groeit snel. Thuisbasis van het bedrijf is Venlo, waar het bedrijf in 1950 begon. Tweede productielocatie is het Duitse Gelsenkirchen, waar het bedrijf al twee solarfabrieken heeft staan. In 2003 kocht Scheuten daar een maker van zonnepanelen en vorig jaar werd een zonnecellenfabriek van het Duitse SolarWorld overgenomen, voorheen eigendom van Shell Solar. Het Nederlandse Scheuten is in de Duitse stad daardoor de grootste producent van zonnecellen en -panelen geworden. Als Solarstadt Gelsenkirchen profileert de voormalige mijnbouwstad zich sterk als vestigingsplaats voor solarbedrijven. Onlangs werd met het eerdergenoemde SolarWorld een joint venture opgezet voor de bouw van een 50 miljoen euro kostende siliciumfabriek in Freiberg, nabij Dresden in het oosten van Duitsland. Op deze manier kan Scheuten zichzelf voorzien van het schaars geworden silicium. Scheuten overweegt om in Zuid-Limburg een fabriek neer te zetten rond Sunrise, een door Scheuten zelf ontwikkelde goedkope zonnecellentechnologie. Over 2,5 jaar moet de nieuwe fabriek draaien. Hierbij wordt gedacht aan industrieterrein Avantis in Heerlen. Er zou dan een Nederlandse ‘Sun Valley’ ontstaan. In eerste instantie zal de nieuwe ‘Sunrise-fabriek’ 500 arbeidsplaatsen bieden,
•
Solland Solar (www.sollandsolar.com) een van de drie Rising Stars uit de FEM Business Fast 50, de lijst van snelst groeiende bedrijven van Nederland. Solland Solar is pas sinds 2003 in Heerlen actief. Het bedrijf is opgezet door drie ex-managers van Shell Solar en groeit snel (2006 ca 50 M€, 2007 ca 100 M€, met als doel 1 miljard omzet in 2010). Solland werkt aan uitbreiding van de bestaande fabriek in Heerlen met een derde productielijn. Daarnaast overweegt het bedrijf nabij DSM in Geleen een nieuwe siliciumfabriek te bouwen.
77
Deze productiefaciliteit betekent een investering van 520 miljoen euro en is bij opening eind 2009 goed voor 1.300 arbeidsplaatsen. Er is een haalbaarheidsstudie uitgevoerd en er wordt gewerkt aan een financieringsplan. 10.2.5 Nieuwe installatietechnologie (mede)ontwikkeld door Nederlandse bedrijven Producenten van innovatieve (nu nog niche) producten, zoals mini en micro warmtekracht, innovatieve ventilatie en koeling en led-verlichting. 10.2.5.1 Mini en micro warmtekrachtcentrales Warmtekrachtcentrales produceren elektriciteit en warmte. Grote warmtekracht centrales bestaan al een aantal jaren. Er is veel onderzoek gedaan en getest om deze techniek op compactere schaal aan te kunnen bieden. Nederlandse bedrijven lopen hierbij voorop. Inmiddels zijn er miniatuur versies van deze toepassing. Mini WKK’s generen genoeg warmte voor een kantoorpanden of een appartementencomplex. Micro WKK’s zijn kleinere versies die worden gebruikt kunnen worden in consumentenhuishoudens. In Nederland zijn er een aantal gebundelde initiatieven. De stichting Slim met Gas wil 10.000 mini 18 WKK’s hebben geïnstalleerd voor 2009 geïnstalleerd . Daarnaast schat de Smart Power Foundation (SPF http://spf.remeha.info/) dat in 2007 al de eerste 1.000 micro-WKK's op de Nederlandse markt werden afgezet. Dat zijn dan geen prototypes meer, maar 'echte' marktproducten. In 2008 zouden dat er 5.000 per jaar zijn en het jaar daarop 12.000. In 2020 zouden uiteindelijk zo'n 300.000 micro-WKK's 19 per jaar worden afgezet . The Magic Boiler Company en Remha, een CV producent, testen momenteel mini en micro WKK’s. Deze testen zitten in de laatste fases. Eind 2009 verwachten deze bedrijven op grote schaal eenheden te kunnen verkopen. In Duitsland wordt ook door CV producten, waaronder Viessmann, Valliant testen gedaan met mini en micro WKK’s. In beide landen staat deze techniek nog in de kinderschoenen. Subsidies worden in beide landen nog niet gegeven. Een technisch document over de verschillende technieken die gebruikt worden in Duitsland bij WKK’s is te vinden op deze site. http://www.ewe.de/download/pdf/BULLENSEE-THESEN_Ausarbeitung_8.pdf Er liggen kansen voor Nederlandse bedrijven om sneller dan de Duitse bedrijven deze techniek aan te bieden aan de Duitse consument. 10.2.5.2
Balansventilatie / gasgestookte koeltechnieken / innovatieve koeling en airconditioning
Ventilatie / Balansventilatie: warmteterugwin-apparatuur voor huizen en utiliteitsgebouwen, zowel voor binnen- als buitenopstelling. Deze apparaten hebben een zeer hoog warmteterugwinrendement (ca. 90%). Een ander voorbeeld zijn BCT absorptiekoelers (airconditioning op gas). BCT-toestellen zijn leverbaar in verschillende capaciteiten (van kleine installaties (ca 15kW) tot grote installaties (>100 kW). BTC aborptiekoelers zijn er in verschillende uitvoeringen (koelen, koelen/verwarmen en koelen/verwarmen/heetwater) en brandstofkeuzen (aardgas, LPG of diesel) Voorbeelden van Nederlandse leveranciers: Ned Air b.v., Orcon Veenendaal, SKT B.V. (Tiel) en Carrier Nederland, Hazerswoude-Rijndijk. Andere aanbieders zijn te vinden op: www.bouwproducten.nl. 20
EREC heeft een rapport uitgebracht over Solar Assited Cooling. De conclusie van het rapport is dat Solar Assited Cooling een techniek die nog in de kinderschoenen staat.
78
Op veel gebieden liggen kansen. De belangrijkste zijn. De huidige systemen zijn te groot om toegepast te kunnen worden in de huidige woningbouw. Er is meer onderzoek nodig naar de miniaturisering van deze techniek. Er zijn te weinig medium temperatuur collectoren Efficiency van de systemen moet hoger Men is te weinig bewust van de potentie van Solar Assited Cooling Er liggen kansen voor Nederlandse bedrijven om deze techniek verder door te ontwikkelen. 10.2.5.3 Leveranciers van WKK, biogas en wijkverwarmingssystemen Hoewel Nederland op het terrein van WKK, biogas en wijkverwarming een achterstand lijkt te hebben op Duitsland is dit terrein toch uitermate kansrijk in het licht van het recente pakket van stimuleringsmaatregelen van kabinet Merkel. Biogas wordt ook gevormd bij het vergisten van mest en organisch afval. In Duitsland en Denemarken is covergisting van mest en organisch afval de belangrijkste bron van biogas. In Nederland wordt biogas nog vooral geproduceerd bij waterzuiveringsinstallaties van waterschappen en industrie, en bij afvalstortplaatsen. Dit biogas wordt voor een groot deel voor de opwekking van groene stroom als brandstof in gasmotoren gebruikt. Bij een aantal afvalstorten wordt het biogas opgewerkt tot aardgaskwaliteit en via het aardgasnet gedistribueerd. Dit opgewerkte biogas wordt naar analogie van groene stroom wel als 'groen gas' verkocht. In feite is alle biogas door de biologische herkomst als groen gas te beschouwen. Op de site Groengas treft u een overzicht van de (Nederlandse en buitenlandse) fabrikanten van gasmotoren, microturbines, Organic Rankine Cycle installaties, absorptiewarmtepompen, compressiewarmtepompen, compressiewarmtepompen voor hogere temperatuur, vergisters en opwerkingsinstallaties http://www.groengas.info 10.2.6 Ledverlichting De zeer zuinige ledlamp is de toekomst. LEDs (lichtgevende diodes) zijn halfgeleiders die onder invloed van stroom licht geven. De unieke eigenschappen, zoals gering stroomverbruik, gemakkelijke regelbaarheid en zeer lange levensduur, maken dat deze techniek veel wordt gebruikt op het gebied van signalering en decoratie. In steeds meer toepassingen breekt de ledlamp door, zelfs in ruimte- en straatverlichting. Grote lichtfabrikanten zoals Philips en Osram verwachten dat over circa tien jaar ledverlichting op grote schaal als vervanger van de gloeilamp kan worden ingezet. Nederland loopt voorop zowel met de ontwikkeling en productie van ledlampen en –armituren, als met de toepassingen van ledverlichting. Bedrijven als Philips en Lemnis Lighting zijn er al in geslaagd om de LED-technologie geschikt te maken voor huis-, tuin- en keukengebruik. Er zijn betaalbare ledlampen in tal van kleuren en uitvoeringen op de markt die in bestaande fittingen (en armaturen) passen. De ledlamp bespaart ruim 90% op het energieverbruik en gaat 50 keer langer mee dan een gloeilamp. Voorbeelden van Nederlandse bedrijven zijn: Philips (www.lighting.philips.com), Lemnis (www.lemnislighting.nl), All4light (www.all4light.com), energie- en installatiebedrijven zoals Imtech (www.imtech.nl) en Oxxio (www.oxxio.nl/lamp), en tal van gespecialieerde bedrijven gericht op de toepassing van ledverlichting (o.a. www.led4u.nl, www.eclipslightdesign.nl). 10.2.7 Energieproductie en distributiebedrijven Voor de Nederlandse energiebedrijven die een rol willen spelen in de Europese energiemarkt biedt de Duitse markt momenteel goede kansen, met name in het realiseren van locale energieproductiefaciliteiten en locale warmtedistributienetwerken.
79
De Duitse energiemarkt is momenteel uiterst kansrijk – waarbij het opbouwen van posities door overnames, participaties of zelfstandige investeringen kan plaatsvinden. Voorbeeld van een in Duitsland actief Nederlands energiebedrijf: Essent een Duitse dochter opgericht (DE, Deutsche Essent GmbH – gevestigd net over de grens in Düsseldorf, www.essent.de). In 2002 acquireerde DE een 100%-deelname in WINKRA in Hannover. Daarmee werd Essent een van de leiders in windenergie in Noordwest-Europa. Essent is ook actief met bijstoken van biomasse in kolencentrales. In totaal is 15% van haar energieproductie uit duurzame bronnen. DE participeert verder via de swb AG in de energiebedrijven in Bielefeld, Gütersloh, Soltau, Greifswald en Ahlen en KOM-STROM AG in Leipzig (83%), dat actief is in stroomhandel en financiële dienstverlening aan 'Stadtwerke'. DE is ook actief op de gasmarkt via Novogate, een gemeenschappelijke dochteronderneming met Bayerngas GmbH. Vanuit het hoofdkantoor in Düsseldorf worden diverse 'origination' activiteiten ontwikkeld voor de Duitse markt en voor Centraal Europa. Verder beschikt DE over een gasopslaginstallatie in Epe (Dld) en is het binnen het gehele Essent-concern verantwoordelijk voor de windactiviteiten in Duitsland. 10.2.7.1 Nieuwe Nederlandse spelers De liberalisatie van de energiemarkt biedt kansen voor nieuwe spelers, zoals Greenchoice en Oxxio. Na hun succesvolle marktintroductie in de Nederlandse markt zouden hun vleugels kunnen uitslaan in Duitsland. • Greenchoice levert groene elektriciteit aan 160.000 huishouden en kleine ondernemers, bijvoorbeeld winkels. De elektriciteit koopt het bedrijf in bij producenten van schone energie uit zon, wind, biomassa of waterkracht. Meer dan driekwart van de energie komt van Scandinavische waterkrachtcentrales. Dit wordt aangevuld met elektriciteit van o.a. Nederlandse boeren, die windenergie en energie uit biomassa leveren. • Oxxio is sinds 2000 uitgegroeid tot de vierde energieleverancier op de Nederlandse markt. Oxxio richt zich op zowel de consumentenmarkt als het MKB en grootzakelijke markt. Inmiddels maken meer dan een miljoen Nederlanders gebruik van energie van Oxxio. Oxxio maakt inmiddels deel uit van Centrica plc. 10.2.8
Projectontwikkeling, onderzoek en advies
10.2.8.1 Projectontwikkelaars. In Nederland zijn veel projectontwikkelaars die initiatiefnemers en/of gemeenten in dat stadium 21 22 23 kunnen en willen helpen (zoals Econcern , ECOS Energie, Biox , Cogen Projects 10.2.8.2 Adviesorganisaties, Nederland kent veel gezaghebbende adviesorganisaties. Veelal opererend op een internationale markt. Voorbeelden van Nederlandse adviesorganisaties zijn Arcadis, Ecofys, DHV, BuildDesk en Partners for Innovation. Maar ook een grote groep van gespecialiseerde kleine energieadviesbureaus in het MKB die in Nederland sterk vertegenwoordigd zijn als gevolg van het op adviesondersteuning gerichte instrumentarium vanuit SenterNovem. 10.2.9
Onderzoek
Nederland heeft een traditie en reputatie op energieonderzoek. In tal van Europese projecten wordt er al samengewerkt met partners uit Duitsland. Een overzicht van belangrijke projecten treft u in hoofdstuk 12.
80
Hier willen we volstaan met enkele voorbeelden van recente ontwikkeling: • Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) (www.ecn.nl) werkt nauw samen met een Duitse onderzoeksinstellingen, onder de noemer ‘FEST’ (Front-End Silicon Technology Centre). Op 6 juli 2007 tekenden ECN en het International Solar Energy Research Center Konstanz (ISC) met vier bedrijven uit Nederland en Duitsland de intentieverklaring voor de oprichting van het FESTpv. FEST gaat zich richten op het optimaliseren van productietechnologieën voor silicium, specifiek voor de zeer snel groeiende fotovoltaische industrie om zo de kosten te drukken. De beide onderzoeksinstituten die het initiatief namen voor FESTpv beschikken over jarenlange ervaring en omvangrijk netwerk. Ze heeft de ambitie om een R&D wereldleider te worden op het gebied van silicium onderzoek en ontwikkeling voor zonne-energie toepassingen. De huidige industriële partners zijn Econcern, RENA Sondermaschinen GmbH, Scheuten Solar en Solland. Het instituut wordt gefinancierd vanuit de bijdragen van de partners en wellicht vanuit projectsubsidies vanuit de EU en andere bronnen. Meer weten: Paul Wyers unitmanager van ECN zonne-energie of Ton Veltkamp, projectleider FESTpv, ECN Zonne-Energie, telefoon 0224 - 56 42 51,
[email protected]/. • In 2006 werd met steun vanuit de EU in Heerlen E-Avantis opgericht (http://www.eavantis.org), een kenniscentrum op het gebied van duurzame energie. E-Avantis omvat een productontwikkelingscentrum en een demonstratie- en trainingscentrum op een unieke locatie. E-Avantis ligt op het grensoverschrijdende bedrijventerrein Avantis tussen Heerlen en Aken. Zij richt zich op productontwikkeling en demonstratie van duurzame energietoepassingen en innovatieve energiebesparing en werkt daarbij samen met bedrijven en onderwijsinstellingen uit Nederland, Duitsland en België. Er wordt o.a. samengewerkt met het Solar Institut van de Fach Hochschule Aachen en met deelstaat Nordrhein-Westfalen. Het productontwikkelingscentrum richt zich bijvoorbeeld op integratie van zonnecellen in consumentenproducten.
81
11
Ingangen in de Duitse markt
11.1
Bruggenbouwers, handelsmissies, workshops en brokerage events
Door partijen als de EVD, de Duits-Nederlandse Handelskamer en het postennetwerk worden er regelmatig handelsmissies of brokerage events georganiseerd – bijvoorbeeld rond actuele thema’s. Met name de Duits-Nederlandse Handelskamer is zeer actief op het onderwerp energie. Nedubex is een stichting die zich speciaal richt op marktontwikkeling en handelsbevordering in de Duitse bouwmarkt. Verder bestaan er in Duitsland en Nederland verschillende gespecialiseerde energieagentschappen. 11.1.1 Ambassade en Postennetwerk De Nederlandse ambassade en het Postennetwerk van de Ambassade kunnen een waardevolle ingang bieden tot de Duitse markt. De Nederlandse vertegenwoordiging bestaat uit de ambassade in Berlijn, vier consulaten-generaal in respectievelijk Hamburg, München, Düsseldorf en Frankfurt en het NBSO in Stuttgart. Iedere post heeft een thematische specialisatie en bouwt aan specifieke kennis en een uitgebreid netwerk met betrekking tot haar thema/branche in Duitsland. Doel hiervan is om deze kennis en het netwerk aan het Nederlandse bedrijfsleven ter beschikking te stellen. De branches uit de thematische specialisatie worden door de posten voor geheel Duitsland bediend. Door te focussen op sterke en kansrijke Duitse branches, kunnen de Nederlandse bedrijven die in deze branches actief zijn op extra specialistische ondersteuning van de Nederlandse posten in Duitsland rekenen. De ambassade in Berlijn richt zich – naast de creatieve industrie - op duurzame energie en milieutechnologie. De contactpersoon binnen het postennetwerk voor de sector duurzame energie en milieutechnologie is Esther Tromp-Koppes. Contactgegevens: Esther Tromp-Koppes Tel +49-30-20956-213, Fax +49-30-20956-461 E-Mail:
[email protected] Specialisaties van de posten: • Vliegtuigindustrie en maritieme industrie: Consulaat-generaal Hamburg • Dienstensector: Consulaat-generaal Düsseldorf • ICT en Elektronica-industrie (Embedded Systems): Consulaat-generaal Frankfurt • Automotive en machinebouw: Consulaat-generaal München • Medische technologie en biotechnologie: NBSO-Stuttgart • Creative industrie: Ambassade Berlijn De economische afdelingen van de Nederlandse ambassade in Berlijn en de verschillende consulaten-generaal organiseren regelmatig verschillende handelsactiviteiten, zoals businesslunches, contactbijeenkomsten, beursbezoeken en matchmaking, zowel sectoraal als multisectoraal. U kunt hier potentiële samenwerkingspartners ontmoeten. Ook wordt op de website van de Nederlandse ambassade en van de consulaten-generaal de mogelijkheid geboden om zakenpartners in Duitsland te zoeken en aan Duitse bedrijven de mogelijkheid om zakenpartners in Nederland te zoeken. Informatie over deze activiteiten is terug te vinden op de website van de Nederlandse ambassade te Berlijn, met doorklik-mogelijkheden naar de consulaten-generaal: www.niederlandeweb.de, 'Economie en ondernemen', 'Ondernemersportaal' . 82
11.1.2
EVD
De EVD is een agentschap van Ministerie van Economische Zaken. De EVD maakt gebruik van een wereldwijd netwerk - waaronder ambassades en consulaten-generaal, Netherlands Business Support Offices, bedrijven, brancheorganisaties, handelsbevorderende organisaties, overheden, kennisinstellingen. De EVD een uitgebreid producten- en dienstenpakket aan Nederlandse ondernemers. In samenwerking met het netwerk van de Nederlandse ambassade en de consulaten-generaal in Duitsland biedt de EVD de mogelijkheid om door middel van een marktscan potentiële zakenpartners te vinden. Een marktscan bestaat uit gerichte contactadressen, aangevuld met relevante marktinformatie. Tijdens het intakegesprek voorafgaand aan de marktscan komen onder meer de onderbouwing van de kansen in Duitsland ter sprake en duidelijke profielen van de contacten die het Nederlandse bedrijf zoekt. Meer informatie: www.evd.nl/marktscan. Voor informatie over adviesbureaus die ondersteuning verlenen bij exportactiviteiten in Duitsland, kunt u contact opnemen met de landenmedewerker Duitsland bij de EVD. Het programma Individuele Marktbewerking van de EVD, dat onder meer ondersteuning biedt bij het zoeken naar mogelijke zakenpartners, staat open voor Duitsland. (070) 778 89 64, www.evd.nl/duitsland,
[email protected] . De EVD kan u helpen bij uw marktontwikkeling in de Duitse markt voor duurzame energie en energieefficiency in de gebouwde omgeving. De EVD ondersteunt Nederlande ondernemers en publieke organisaties bij het internationaal ondernemen en samenwerken. Zij stimuleert internationale activiteiten met informatie over buitenlandse markten, met projectmatige en financiële ondersteuning en door het leggen van contacten met zakenpartners in het buitenland. De EVD werkt als agentschap in opdracht van overheden. In Duitsland zijn er steunpunten in Hamburg, Berlijn, München, Frankfurt en Stuttgart. Wilt u zakendoen op de Duitse markt? Volg dan de ontwikkelingen op de Duitse website van de EVD. Kijk hier voor het laatste nieuws, economie, buitenlandse handel, wetgeving en ontwikkelingen in (kansrijke) sectoren. U treft een overzicht van openbare aanbestedingen, financiering en projecten. Of schrijf u in voor een van de EVD E-nieuwsbrieven. Of abonneer u op het maandblad van de EVD ‚ ’Buitenlandse Markten’ U kunt ook een oriëntatiegesprek aanvragen. Informatie De EVD biedt onder andere informatie over de Duitse markt, wet- en regelgeving en kansrijke sectoren, waaronder de energie en bouw. De EVD kan u helpen bij het leggen van contact met interessante zakenpartners en relevante publieke organisaties. Er worden handelsmissies naar buitenlandse markten georganiseerd en ondernemers worden bij hun eerste schreden op de buitenlandse markt ondersteund via seminars of collectieve deelname aan vakbeurzen.
83
Projectmatige en financiële ondersteuning De EVD websites bevat veel waardevolle verwijzingen en zoeksystemen die erop gericht zijn u te helpen in het vinden van handelspartners in Duitsland, bijvoorbeeld: - Kompass - voor vragen naar mogelijke handelspartners. www.kompass.com - De internetzoekservice ‘Wer liefert was?’ www.wlw.de kan u snel op weg helpen bij het gericht zoeken van informatie en partners. - DINO - Duitse site met een duidelijke opbouw die doorklikmogelijkheden geeft naar de sites van 3 miljoen bedrijven. Via de zoekmachine kunt u op steekwoorden zoeken: www.dinoonline.de. - Bundesverband des Deutschen Exporthandels. Op de website van deze overkoepelende organisatie voor Duitse exporterende bedrijven kunt u via een databank Duitse exporterende bedrijven opzoeken. Dit kan naar bedrijfsnaam en product (zie 'Mitglieder, Datenbank'). www.bdexport.de . - Wer-zu-wem.de. Directory waarin bedrijfsprofielen en adressen staan van de belangrijkste Duitse bedrijven uit de detailhandel, dienstverlening en industrie. Het is mogelijk om per categorie te zoeken: www.wer-zu-wem.de. - Trade Attache.com. Een handige (gratis) directory met adressen van producenten, importeurs, exporteurs en distributeurs in praktisch alle landen ter wereld. Er kan gezocht worden op productsoort, SIC- en HTS-goederencode: www.tradeattache.com. - Overige kostenloze dienstverlening van EVD en toegang tot het postennetwerk.
11.1.3
Nederlands-Duitse Handelskamer
Duits-Nederlandse Handelskamer (NDHK) (http://www.dnhk.org/) organiseert regelmatig verschillende evenementen en bijeenkomsten. De Handelskamer is uiterst actief op het terrein van energie en de bouw. Zij organiseert regelmatig brokerage evenements waarvan alle documentatie wordt aangeboden via portal: http://www.dnhk.org/energy/. Het accent ligt daarbij voornamelijk op het gebied van duurzame energie en energie-efficiency. Deze bijeenkomsten zijn van hoge kwaliteit en worden bezocht door een omvangrijk en hoogwaardig publiek van partijen die actief zijn in de markt (technologiepartners, leveranciers, financiers etc). Er kan dus echt zaken worden gedaan. Profielschets Sinds 1905 is de Nederlands-Duitse Handelskamer (DNHK) actief als adviseur voor Nederlandse en Duitse bedrijven – met als hoofdtaak het bevorderen en verdiepen van de Nederlands-Duitse handelsbetrekkingen. DNHK is een ledenorganisatie. In de sector energie speelt de Nederlands-Duitse Handelskamer als tussenpersoon een belangrijke rol. Met behulp van het Energy-Platform van de DNHK zijn reeds veel Nederlandse en Duitse bedrijven met elkaar in contact gekomen, waardoor succesvolle coöperaties zijn ontstaan. DNHK biedt in de energiemarkt o.a. de volgende diensten aan: - Makel- en schakelaar - DNHK organiseert bijeenkomsten in Den Haag, waarbij Duitse energiebedrijven zich kunnen presenteren aan een Nederlands vakpubliek - Seminars waar Duitse ondernemers geïnformeerd worden over de Nederlandse markt voor duurzame energie - Energy-Platform (www.dnhk.org/energy) De DNHK nodigt hiervoor projectontwikkelaars, ingenieursbureaus, woningbouwcorporaties, installateurs, overheidsinstellingen, verenigingen en verder geïnteresseerden van harte voor deze (veelal kostenloze) bijeenkomsten uit.
84
De netwerkbijeenkomsten van de Handelskamer kennen een min of meer vaste opzet. Tijdens deze netwerkbijeenkomsten wordt een korte schets gegeven van de marktontwikkelingen op een specifiek marktsegment door Nederlandse als Duitse experts. Zij beschrijven de de actuele situatie en de laatste ontwikkelingen in zowel Duitse als Nederlandse markt. Daarbij komen recente projecten en subsidieregelingen aan bod. Ook worden er bedrijfspresentaties gegeven door innovatieve bedrijven, waaronder producenten, researchinstellingen en projectontwikkelaars. Er is volop gelegenheid tot het leggen van contacten tijdens de bijeenkomst of door middel van bilaterale kennismakingsgesprekken en bedrijfsbezoeken die de Nederlands-Duitse Handelskamer veelal in de dezelfde week organiseert met als doel de handelsbetrekkingen te stimuleren en bedrijven te helpen met hun expansie over de grens. De agenda van geplande evenementen, het exacte programma van deze bijeenkomsten en verslagen en presentaties van recente bijeenkomsten treft u op de speciaal ingerichte ‘Energie’ portal binnen de website: www.dnhk.org/energy. Voorbeelden van recente evenementen: - Bijeenkomst over het thema “ energie-efficiency in industriële processen en in de woning- en industriebouw ” (12.12.2007) - DNHK-bijeenkomst over het thema biogas op 23 oktober 2007, - Bijeenkomst "Warmtewinning en energiebesparing in de glastuinbouw" (mei 2007) - Bijeenkomst over thema windenergie (oktober 2006) - Bijeenkomst over thema biogas en vergisting (oktober 2007) - Kennismakingsdag met een Duitse producent van warmtepompen-verwarmingsinstallaties (mei 2007) - E-WORLD ENERGY & WATER“ (februari 2006) - Bijeenkomst “IHE® HolzEnergie”, “RENEXPO®” und “reCONSTRUCT®”, (september-okt 2006) – zie www.renexpo.de/ - Bijeenkomst „Duurzaam bouwen - energie sparen en opwekken“ (14 juni 2006) - Bijeenkomst „biomassa“ (maart 2006) - Bijeenkomst „windenergie“ (oktober 2005) Op de website van DNHK treft u de presentaties van de sprekers en andere interessante en actuele marktinformatie die gepresenteerd is tijdens deze bijeenkomsten. Heeft u interesse in nadere informatie en/of in een deelname aan deze bijeenkomst? Dan kunt u contact opnemen met: Alexandra Löhr, tel: 0031 (0)70 3114134, email:
[email protected].
11.1.4
Technisch Wetenschappelijk Attachés Duitsland (TWA-netwerk)
Het netwerk van Technisch Wetenschappelijk Attachés omvat tal van belangrijke handelspartners van Nederland. Naast Duitsland zijn er TWA Attachees in de Verenigde Staten (inclusief Canada), Japan (inclusief Taiwan), Korea, Singapore, China, India, België (EU), het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Italië, Zweden en Finland. TWA onderhoudt een waardevolle portal: www.twanetwerk.nl. Binnen het thema duurzaamheid op deze portal wordt door de TWAs de onderwerpen duurzame technologie en duurzame energie gevolgd. Ook biedt de TWA-portal onder doorklikbutton ‘Berlijn’ een (beperkt) overzicht van nieuws, artikelen, agenda en links.
85
Het TWA-netwerk werkt proactief aan het verbeteren van het innovatievermogen in Nederland door het activeren en koppelen van de vraag naar en het aanbod van kennis over technischwetenschappelijke ontwikkelingen en daaraan gerelateerde trends op het terrein van innovatief ondernemerschap in Nederland en het buitenland. Technische Wetenschappelijk Attachés (TWA's) makelen en schakelen. Ze informeren over wetenschap, technologie, innovatief ondernemerschap en innovatiebeleid. Ze verzamelen relevante informatie voor Nederlandse bedrijven, kennisinstellingen, universiteiten en overheid. TWA Duitsland – gevestigd in Berlijn – kan u helpen bij informatievragen en het leggen van contacten. Zij beschikt over een uitgebreid relatienetwerk. Contactgegevens van de TWA-ers (Thijs Spigt en Nabila Chehab-van den Assem) in Berlijn: Botschaft des Königreichs der Niederlande, Büro für Wissenschaft und Technologie, Klosterstrasse 50, D-10179 Berlin, telefoon: + 49 30 20956219, email:
[email protected].
11.1.5
De Stichting Nederlands-Duitse Bouwexport (Nedubex)
Nedubex is opgericht in 1994 en ondersteunt bedrijven uit de bouw-, metaal-, installatie- en vastgoedsector die zich richten op de Duitse markt. Nedubex ondersteunt Nederlandse bedrijven bij de realisatie van bouwprojecten in Duitsland. Zij doet dat door middel van informatie, opleidingen, advisering, makelen en schakelen en belangenbehartiging. Nedubex heeft exclusief voor haar deelnemers een dienstverlening ontwikkeld waardoor deze eenvoudig en zeer efficiënt op de hoogte kunen worden gehouden van aanbestedingen op de Duitse markt. Elke Nedubex-deelnemer heeft via een eigen toegangscode toegang tot de gepersonaliseerde aanbestedingsdatabase. De informatie die wordt geleverd, is zeer specifiek en voor elk bedrijf aangepast. Onder meer wordt het stadium van de bouw en de contactpersonen aangegeven.
Nedubex beschikt over een helpdesk (
[email protected]) voor haar leden. Tevens verzendt zij nieuwsberichten (nieuwsservice, nieuwsbrief en knipselkrant). Nedubex organiseert regelmatig praktische seminars, waarvan kosteloos gebruik gemaakt kan worden door de leden. De doelgroep van Nedubex wordt gekenmerkt door mensen die met de praktijk bezig zijn. Speciaal tegen deze achtergrond organiseert Nedubex opleidingen en incompany-trainingen, die bedrijven in staat stellen in korte tijd direct inzetbare kennis op te doen met betrekking tot het werken in Duitsland. Jaarlijks terugkerend zijn de cursus “Duitse contracten en contractvoorwaarden” en de algemene workshop “Werken in Duitsland”. Kijk in de agenda op de site van Nedubex voor het actuele aanbod. De opleidingen van Nedubex zijn voor iedereen toegankelijk. Er kan gebruik gemaakt worden van de Nedubex-partners, waarbij de adviseur van Nedubex kan zorgen voor begeleiding en coördinatie. Nedubex publiceert feiten en cijfers over de Bouw in Duitsland, zoals onderstaande informatie (bron NeDuBex http://www.nedubex.nl/feitencijfers/index.html) over de ontwikkelingen in de bouwmarkt. In 2005 was het bruto binnenlands product in de bouw 2.445,5 miljard euro. In vergelijking tot vorig jaar is dit een nominale stijging van 1,3% , oftewel een reële stijging van 0,9%. Tweederde van deze groei is te danken aan de toename van het exportoverschot.
86
Het binnenlandse verbruik, consumptie en bruto investeringen bleven vrijwel gelijk als vorig jaar. Bouwinvesteringen namen met 3,4% af naar 20,6 miljoen euro. Het conjunctuurenquête die vorige maand werd gehouden wees erop dat bij Duitse ondernemingen de stemming er goed in zat. De impulsen voor de arbeidsmarkt bleven weliswaar uit. Het aantal werknemers in de bouw daalde zelfs met 220.000. De achteruitgang van de bouwinvesteringen betekent een vermindering van 9,4% van het aandeel in het bruto binnenlands product. De woningbouw bleef in 2005 met 117,2 miljard euro voor op de (economisch- en openbare) utiliteitsbouw, die respectievelijk 59,8 miljard euro en 24,6 miljard euro aan investeringen hadden. In alle sectoren van de bouw zijn de investeringen licht gedaald ten opzichte van vorig jaar. Voor het eerst sinds 1999 zag de Duitse bouwbranche in 2006 en 2007 een omzetgroei. In het eerste halfjaar van 2006 groeide de omzet met 1,6 procent naar 30,7 miljard euro. Drie factoren zijn voor deze trend verantwoordelijk: gestegen publieke opdrachten door een betere financiële situatie van Duitse gemeenten en meer opdrachten vanuit de industrie. Er komen meer infrastructuurprojecten tot stand, De utiliteitsbouw ziet een toenemende vraag naar handels- en opslagruimte. Bouwopdrachten 2005/2006 Na een periode van neergang in 2004 is de ontwikkeling van bouwopdrachten vanaf het tweede kwartaal 2005 positief gestemd. In 2006 houdt deze trend, samen met het aantal verstrekte bouwvergunningen, aan. De toename van orders in de Hochbau(B&U) is vooral te danken aan de vraag daarnaar in de industriesector. Bij het Tiefbau(GWW) komt de vraag naar opdrachten vooral van de wegenbouwsector. In de deelstaat NordrheinWestfalen, waar de meeste bouwactiviteiten plaatsvinden, was de opdrachtenportefeuille 11% beter gevuld als het jaar daarvoor. Dit was vooral te zien in het Tiefbau, waar er grotere stijgingen plaatsvonden. Opdrachten in de woningbouw namen af, terwijl opdrachten in het utiliteitsbouw iets zijn toegenomen. Handwerk 2005/2006 (schilder-, installatie-, timmerwerkzaamheden, etc.) De handelsklimaat in de handwerksector in de deelstaat Nordrhein Westfalen is aan het herstellen. Voor de tweede jaar op rij nam de index in de regio Düsseldorf sterk toe. Het steeg met 13 punten naar 67 Procent, de hoogste stijging in 5 jaar. Uit de cijfers is te zien dat Nordrhein Westfalen met stip de meest welvarende regio is in de Handwerksector. In die regio wordt iets meer dan eenvijfde van het werk verricht. Het handwerksconjunctuur in de regio Dortmund krijgt ook, vergeleken met vorig jaar, eindelijk de wind van achteren. 8% meer bedrijven zijn goed tot redelijk tevreden over de werkgelegenheid in de regio. Het aantal bedrijven dat een positieve ontwikkeling beleefd is gestegen naar 83%, een stijging van 14% vergeleken met vorig jaar. Verwacht wordt dat de aantal opdrachten blijven stijgen. Sinds het voorjaar van 2005 zijn de aantal opdrachten met 9% gestegen. In Dortmund zelf zijn aannemers bezig met de bouw van een nieuw centraal station. Hiervan worden heel positieve economische ontwikkelingen verwacht.
87
11.1.6
Federale, lokale en regionale energieagentschappen
Duitsland beschikt over een uitgebreid netwerk van energieagentschappen, verenigt binnen de EaD e.V. (Verein der Energieagenturen Deutschlands). Contactgegevens: c/o Berliner Energieagentur GmbH, Französische Str. 23, DE10117 Berlijn, telefoon: +49 30 29 33 30 0, email: www.energieagenturen.de In heel Europa zijn er circa 400 LEA’s. De agentschappen in de verschillende regio’s van Duitsland vindt u op: http://www.managenergy.net/emap/germany.htm (de rest van Europa vindt u op http://www.managenergy.net)
11.1.6.1 Federaal energie agentschap Dena Het Duitse energieagentschap op federaal niveau is Dena (Deutsche Energie-Agentur GmbH). Dena is als uiterst actief en biedt een breed aanbod van voor Nederlandse bedrijven relevante portals, activiteiten en informatie. Dena ondersteunt de Duitse overheid bij haar beleidsontwikkeling en communicatie rond energie. Dena biedt een ruim aanbod aan publicaties, projectinformatie, tools, evenementenagenda. Een eerste selectie hieruit treft u hieronder: http://www.dena.de/ - Homepage en centrale ingang tot de informatie aangeboden door het – Duitse Energieagentschap ( http://www.thema-energie.de/ - toegankelijke portal (verzorgd door Dena) dat overzicht geeft – van nieuws. Portal bevat tabbladen voor de categorieën: verwarming, stroom, bouwen en renoveren, mobiliteit, energie opwekken en energie algemeen. – http://www.renewables-made-in-germany.com/ - trends in de diverse segmenten van duurzame energie worden geschetst. Duitse bedrijven zich presenteren in vier talen (Duits, Engels, Frans en Spaans). http://www.exportinitiative.de/ - Duits exportinitiatief verzorgd door het Die Deutsche Energie-Agentur GmbH (dena) sinds 2002 ter stimulering van exportkansen van de Duitse producenten van duurzame energietechnologie en diensten. 11.1.6.2 Lokale en regionale energieagentschappen De lokale en regionale energieagentschappen (LEA’s) ondersteunen de invoering van goede energiebeheerspraktijken, zijn bepleiters van het concept duurzaamheid, verstrekken informatie en advies, en bieden een aantal andere lokale diensten aan op basis van specifieke lokale energiebehoeften. Zij opereren meestal onafhankelijk en zowel aan vraag- als aanbodzijde. De LEA’s kennen de lokale situatie, de economische en maatschappelijke omstandigheden en de geografische grootte van het betreffende lokale gebied. Voorbeelden van diensten van LEA’s: – informatie, advies en opleiding inzake aangelegenheden rond energiebeheer, – kennis van en ondersteuning van de invoering van lokale/regionale energieplannen, – energieaudits van openbare en privé-gebouwen, – bewustwordingscampagnes rond energie-efficiëntie, duurzame energie, – subsidies
88
Hieronder treft u de lijst van regionale Duitse energieagentschappen: – BALTEF - Baltic Energy Forum eV – Berliner Energieagentur GmbH Berlin Energy Agency – E2A - EnergieEffizienzAgentur Rhein-Neckar gGmbH – ENERGIE 2000 eV - Energieagentur im Landkreis Kassel – ESA - Energieagentur Sachsen-Anhalt GmbH – ESBRA - Energie-Management-Agentur Südwest-Brandenburg – EnergieAgentur Mittelfranken eV – Energieagentur Oberfranken eV Oberfranken Regional Energy Agency – Energieagentur Regio Freiburg GmbH – Energieagentur Schleswig-Holstein – EnnergieAgentur Nordrhein-Westfalen (NRW) – KEA - Klimaschutz- und Energieagentur Baden-Württemberg GmbH – KEM - Klimaschutz- und Energieagentur Mittelhessen Climate and Energy Agency Mittelhessen – KliBA - Klimaschutz- und Energie-Beratungsagentur Heidelberg-Nachbargemeinden – Klimaschutzagentur Region Hannover gGmbH – Klimaschutzagentur Wiesbaden eV Climate Protection Agency Wiesbaden – Kommunale und Regionale Energieagentur Unna – Rathenow Energy Agency Stadt Rathenow – TSB - Transferstelle für rationelle und regenerative Energienutzung Bingen – Thuringian Energy Agency – WAB - Windenergie-Agentur Bremerhaven/Bremen eV – ZAB ZukunftsAgentur Brandenburg GmbH Brandenburg Economic Development Board – eza! - Energie- & Umweltzentrum Allgäu – hessenENERGIE - Gesellschaft für rationelle Energienutzung mbH Voorbeelden van local Energy Agencies – Bremer Energie-Konsens GmbH – EBZ - Energieberatungszentrum Stuttgart eV Stuttgart Energy Agency – Energieagentur Greifswald – Energieberatung Prenzlauer Berg – Energiereferat Stadt Frankfurt am Main Frankfurt Frankfurt Municipal Energy Agency – Klimaschutzverein eV Klimaschutz-Agentur Görlitz-Zgorzelec – Leipzig Energy Agency Stadtwerke Leipzig GmbH – Lüchow-Dannenberg Local Energy Agency
89
11.2
Snel toegang tot de ontwikkelingen in de Duitse markt voor duurzame energie en energie-efficiency in de gebouwde omgeving
De Duitse markt en haar aanbieders (de eventuele strategische partners) is verregaand transparant. De Duitse overheid speelt hierbij een belangrijke rol. Zij heeft talrijke uiterst waardevolle websites ingericht om burgers en bedrijven van dienst te zijn bij het ondersteunen van daadkracht. Binnen het enorme aanbod van relevante informatie, verwachten wij dat de in deze paragraaf genoemde bronnen het meest waardevol zijn voor Nederlandse bedrijven die (verder) willen groeien op de Duitse markt: 11.2.1 Energiefoerderung.info http://www.energiefoerderung.info/ - actuele informatieportal verzorgd door de informatiedienst BINE van het für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit (BMU). Deze site richt zich o.a. tot bewoners en is voorzien van zoekfunctie. BINE biedt de mogelijkheid om de inhoud van deze site te koppelen aan – of te integreren binnen- uw eigen website.
11.2.2
Dena: thema-energie.de
http://www.thema-energie.de/ is een toegankelijke portal (verzorgd door Dena). Ze geeft een overzicht van nieuwsberichten. De portal bevat tabbladen voor de categorieën: verwarming, stroom, bouwen en renoveren, mobiliteit, energie opwekken en energie algemeen.
De categorieën specifiek gericht op de gebouwde omgeving zijn verder onderverdeeld in de ondewerpen van onderstaande tabel. U treft een schat aan waardevolle informatie. Verwarmen
Stroom
Bouwen en renoveren
Energie opwekken
Principes/inleiding
Principes/Inleiding
Principes/Inleiding
Principes/Inleiding
Verwarmen
Stroom verkopen
Architectuur
Houtgestookte centrales
Verwarmen en ventileren
Energielabels
Bouwtechniek
Duurzame energie
Hourverwarming
Wonen en werken
Isolatie
WKK
Zonnewarmte
Verlichting
Passief huis
Vakliteratuur, Links, Lexicon
Vakliteratuur, Links, Lexicon
Standby verliezen
Ventilatie
Vakliteratuur, Links, Lexicon
Modernisering Nieuwbouw Renovatie Vakliteratuur, Links, Lexicon
90
11.2.3 Erneuerbare-energien.de http://www.erneuerbare-energien.de/ - portal van het Bundesministerium für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit (BMU) specifiek gericht op duurzame energie
11.2.4 German-renewable-energie,com http://www.german-renewable-energy.com/ - Duitse portal van BMWi dat een overzicht van de recente ontwikkelingen binnen de diverse domeinen van duurzame energie (wind, zon, biomassa, geothermisch, water). De site geeft een overzicht van nieuws, evenementen, etc.
11.2.5 Renewables-made-in-germany.com http://www.renewables-made-in-germany.com/ - Site ‘Renewable Energy, Made in Germany’, waarop zowel de trends in de diverse segmenten van duurzame energie worden geschetst als Duitse bedrijven zich presenteren in vier talen (Duits, Engels, Frans en Spaans). Van elk bedrijf treft u zowel de contactgegevens als een profielschets.
11.2.6 Dena home http://www.dena.de/ - Website van dena, het Duitse Energieagentschap (Dena is grote de Duitse tegenhanger van het Nederlandse SenterNovem). De site biedt een ruim aanbod aan publicaties, projectinformatie, tools, evenementenagenda. 11.2.7 Overig federale overheid FÖRDERGELD für Energieeffizienz und erneuerbare Energien. Programme – Ansprechpartner – Adressen, BMU-site downloads: www.bmu.de/energieeffizienz/downloads/doc/36207.php Nationaler Energieeffizienz- Aktionsplan (EEAP) der Bundesrepublik Deutschland – op te vragen op de publicatieservice van de website van BMWi: http://www.bmwi.de/
91
www.bmwi.de – de homepage van het Bundesministerium für Wirtschaft und Technologie geeft uitgebreid informatie over de Duitse energiemarkt. Naast de politieke verslagen zijn statistieken en wetgeving van de verschillende energiesoorten op de site te vinden. Zie 'Energie'. http://www.bmu.de – Homepage van Bundesministerium für Umwelt, Naturschutz und Reaktorsicherheit (BMU). http://www.exportinitiative.de/ - Duits exportinitiatief verzorgd door het Die Deutsche Energie-Agentur GmbH (dena) sinds 2002 ter stimulering van exportkansen van de Duitse producenten van duurzame energietechnologie en diensten. De site bevat een beschrijving van hetgeen Duitse bedrijven aan technologie en kennis aanbeiden en kan dus een ingang vormen voor het opbouwen van een samenwerking of het ontwikkelen van een Europees onderzoeksproject. 11.2.8 Energie portal Duits-Nederlandse handelskamer Portal van de Duits-Nederlandse handelskamer gericht op het onderwerp energie: http://www.dnhk.org/energy/ 11.2.9 Portals van de energiebrancheverenigingen: www.strom.de van de Vereinigung Deutscher Elektrizitätswerke (VDEW) - De homepage van de VDEW biedt veel actuele informatie voor ondernemers die inzicht willen in de ontwikkeling van de Duitse energiemarkt. Er is onder andere informatie beschikbaar over omzet, verbruik, prijzen, klantengroepen en uitstoot van schadelijke stoffen. Daarnaast biedt deze site een overzicht van de geldende energiewetten en de wetgeving in voorbereiding. www.vik-online.de, homepage van het Verband der Industriellen Energie- undKraftwirtschaft. Brancheorganisatie met informatie over ander andere statistieken, publicaties, presentaties en de ontwikkeling van de energieprijs. 11.2.10
Portals van branches en consumenten:
www.bee-ev.de – Homepage van Bundesverband Erneuerbare Energie e.V. (BEE) – Overkoepelende brancheorganisatie voor duurzame energie. www.wind-energie.de – de homepage van Bundesverband Windenergie, brancheorganisatie voor windenergie. www.solarwirtschaft.de – Homepage van Bundesverband Solar Wirtschaft (BSW) geeft uitgebreide actuele informatie over de Duitse markt voor zonne-energie en de bedrijven die actief zijn op deze markt. www.dgs.de – Homepage van Deutsche Gesellschaft für Sonnenenergiee.V. (DGS) Consumentenvereniging die op haar website informatie verstrekt over subsidieprogramma's en wetgeving. Het is mogelijk om bedrijven in de zonne-energiesector te zoeken. 11.2.11 Zoekmachines voor duitse bedrijven: De internetzoekservice ‘Wer liefert was?’ www.wlw.de kan u snel op weg helpen bij het gericht zoeken van informatie en partners. Als voorbeeld: op zoeksleutel ‘energie’ krijgen we een lijst van 78 categorieën, zoekcode ‘pv’ levert 9 categorieën op en zoekcode ‘klima’ maar liefst 130 categorieën.
92
Het doorklikken op de naam van een categorie levert een lijst van Duitse bedrijven actief op het betreffende terrein. Vervolgens doorklikken geeft toegang tot eens scherm met een profielschets van het bedrijf en haar producten en de contactgegevens om met dit bedrijf in contact te kunnen komen. DINO (www.dino-online.de) is een andere zeer bruikbare zoekmachine. De categorie bouwen en wonen bevat maar liefst 55.188 pagina’s en de categorie milieu, klimaat en natuurbescherming 33.839 pagina’s.
93
11.3
Overkoepelende organisaties
11.3.1
Internationale brancheverenigingen.
De bedrijven in de verschillende branches hebben zich in Nederland en Duitsland verenigd in branche-organisaties. Deze organisaties beschikken over een goed overzicht van hun deel van de markt en vormen een belangrijke ingang tot de markt (informatie en contacten). Onderstaande tabel geeft een overzicht van 1. de belangrijkste branche-organisaties in Duitsland 2. de zusterorganisaties in Nederland 3. en (indien aanwezig) de overkoepelende Europese organisatie Sector/ onderwerp
Duitsland
Nederland
Europees
Duurzame energie
Deutsche Energie-Agentur GmbH (dena) www.dena.de
Duurzame Energie Koepel www.dekoepel.org
European Renewable Energy Council www.erec.org
PV
Bundesverband Solarwirtschaft (BSW) e.V. www.solarwirtschaft.de
Holland Solar www.hollandsolar.nl
European Photovoltaic Industry Association www.epia.org
Zonnewarmte
Bundesverband Solarwirtschaft (BSW) e.V. www.solarwirtschaft.de
Holland Solar www.hollandsolar.nl
European Solar Thermal Industry Federation www.estif.org
Biomassa
Bundesverband BioEnergie e. V. (BBE) www.bioenergie.de
Stichting Bio-energie www.platformbioenergie.nl
European Biomass (Industry) Association www.eubia.org www.aebiom.org
Biogas
Fachverband Biogas e. V. (FvB) www.biogas.org
Stichting Bio-energie www.platformbioenergie.nl
European Biomass (Industry) Association www.eubia.org www.aebiom.org
Geothermische energie
Geothermische Vereinigung e. V. (GtV) www.geothermie.de
Stichting Platform Geothermie www.geothermie.nl
European Geothermal Energy Council www.egec.org
Energie deskundigen (EPA/EPC)
Associatie van Energie Prestatie Adviseurs www.avepa.nl
Research instellingen
Fraunhofer ISE www.fraunhofer.de
Energie onderzoekscentrum Nederland www.ecn.nl
European Renewable Energy Centres Agency www.eurec.be
Warmtepompen
Bundesverband WärmePumpe (BWP) e. V. www.waermepumper.de
Stichting Warmtepompen www.stichtingwarmtepompen.nl
European Heat Pump Association http://ehpa.fiz-karlsruhe.de
Windenergie
Bundesverband WindEnergie e. V. (BWE) www.wind-energie.de
Nederlandse Wind Energie Associatie www.nwea.nl
European Wind Energy Association EWEA www.ewea.org
WKK
Bundesverband Kraft-WärmeKopplung (BKWK) www.bkwk.de
Cogeneration Nederland www.cogen.nl
European Association for the Promotion of Cogeneration www.cogen.org
Passiefhuis
Passivhaus Institut www.passiv.de
Stichting Passief Huis Holland www.passiefhuis.nl
94
www.cepheus.de
11.4
Alternatieve ingangen in de Duitse markt
11.4.1
Beursdeelname
Beurzen zijn een prima instrument om zakenrelaties te vinden en relaties te onderhouden. De rol van vakbeurzen in Duitsland is belangrijk. Veel van de Duitse vakbeurzen hebben een internationaal karakter. Deelname aan een in Duitsland georganiseerde beurs kan een zinvolle investering zijn bij het betreden of verder veroveren van de Duitse markt. In sommige gevallen draagt de Nederlandse overheid bij in de kosten of faciliteert zij de organisatie van een gemeenschappelijk NL-paviljoen. Alle vakbeurzen in Duitsland kunt u vinden via de website van beursorganisatie AUMA, www.auma.de. U kunt zoeken op sector, datum, organisator en op locatie (klik op 'Messedaten Deutschland'). Verder kunt u ook naar Duitse beursorganisaties zoeken (klik op 'Adressen/Links'). Overigens kunt u ook wereldwijd beurzen zoeken via 'Messedaten Weltweit'. De beurzen, georganiseerd door REECO – een organisatie die sinds 1998 is gespecialiseerd in het organiseren van beurzen en conferenties op het terrein van de duurzame energie en energie efficiënt bouwen – treft u op website http://www.energie-server.de. Een goed overzicht van de beurs en evenementen agenda’s kan vrij eenvoudig worden verkregen door de sites te volgen van de verschillende overkoepelende branche-organisaties (zie de overzichten in het vorige hoofdstuk). Een derde plek waar u actuele overzichten van evenementen treft, is de jaarkalender verzorgd door de Nederlandse ambassade: http://bln.niederlandeweb.de/de/kalender/. Voorbeelden van enkele relevante gezaghebbende beurzen treft u hieronder. 11.4.1.1 E-World energy + water, Essen: Een van de grootste jaarlijkse internationale vakbeurzen ter wereld over energie en watertechnieken, gecombineerd met congres. Nederland was partnerland in 2007: Voor de beurs van 19 tot 21 februari 2008, zie www.e-world-2008.com. De daarop volgende versie van E-world zal plaatsvinden van 10 – 12 februari 2009, opnieuw in Essen. 11.4.1.2 RENEXPO, Augsburg: Jaarlijkse internationale beurs en congres op het gebied van regeneratieve energie en energieefficiënt bouwen en saneren: www.renexpo.de (9 – 12 oktober 2008, oktober 2009) 11.4.1.3 Energy/HANNOVER MESSE, Hannover: Jaarlijkse internationale beurs: www.energy-hannover.de (21 – 25 april 2008 en april 2009) Grote internationale beurs over duurzame en conventionele energieproductie-, -distributie en – diensten. 11.4.1.4 Intersolar, München: Internationale beurs gericht op zonne-energie: www.intersolar.de (12 -14 juni 2008, juni 2009) Intersolar is een internationale vakbeurs en congres over zonne-energietechnieken. 11.4.1.5 International Conference on Passive Houses, Nürnberg Sinds 1996 worden er door het Passivhaus Institut uit Darmstadt en het Energieinstitut Vorarlberg uit Dornbin grote workshops en conferenties georganiseerd rond thema passief-huis. Op 11 en 12 april e 2008 is de 12 editie van de International Conference on Passive Houses in Nürnberg.
95
Juist omdat Duitsland op dit terrein een grote voorsprong heeft op Nederland, biedt deze conferentie een uitgelezen kans om aan te haken bij gezaghebbende partijen of om zicht te krijgen op business opportunities (bijvoorbeeld in de vertaalslag van Duitse oplossingen naar de Nederlandse markt). Er worden circa 650 deelnemers verwacht uit de gehele wereld – geïnteresseerd in de laatste ontwikkelingen, producten en trends rond energie-efficient bouwen en renoveren. Op website http://www.passivhaustagung.de treft u de aankondigingen van deze conferentie en resultaten van eerdere versies. 11.4.1.6 Bautech - Berlijn Grote internationale bouwbeurs die elke twee jaar wordt georganiseerd in Berlijn - www.bautec.com (19 – 23 februari 2008, 16 – 20 februari 2010). De beurs richt zich op aanbieders van o.a. bouwmaterialen, stedelijke ontwikkeling, bouwstoffen, daken, gevels en ramen, verwarmingssystemen, ventilatie. Combinatie met beurs over toepassing van ICT in gebouwde omgeving (o.a. domotica). 11.4.1.7 Internationale beurzen over de toepassing van duurzame energie - Husum ‘New Energy Husum’ – vierdaags congres over duurzame energie met veel aandacht voor de arbeidsmarkt (new energy job fair) - http://www.new-energy-husum.de (13 – 16 maart 2008) Tweejaarlijkse internationale beurs over windenergie: www.husumwind.com (9-13 september 2008) In 2009 is er van 12 tot 15 maart weer een volgende ‘New Energy Husum’. 11.4.1.8 Enertec, Leipzig Tweejaarlijkse internationale vakbeurs voor de energiesector: www.enertec-leipzig.de (27 – 29 januari 2009) – De site http://www.enertec-leipzig.de biedt niet alleen een voortuitblik op de a.s. beurs, maar biedt ook nieuws aan en een terugblik op de vorige Enertec van 2007. 11.4.1.9 International Conference on Solar Photovoltaic Investments, Frankfurt De tweede versie van deze internationale conferentie voor de PV markt vindt plaats van19 - 20 februari 2008 in Frankfurt en wordt georganiseerd door EPIA. De conferentie richt zich zowel op de photovoltaische industrie als de financiële sector. Deze conferentie is een uitgelezen kans om beide sectoren te ontmoeten en de basis te leggen voor succesvolle projecten in Duitsland, Nederland of elders. Meet informatie: www.epia.org 11.4.1.10 Denex – Kassel De Denex beurs zal in 2008 voor de vierde maal plaatsvinden in Kassel (25 - 27.04.2008) http://www.denex.info Denex beurs wordt gecombineerd met de Enbio en Bausan: Denex: decentrale energiesystemen, geothermie (aardwarmte), WKK, zonne-energie, warmtepompen, stadsverwarming, etc ENBIO: biomassa en bio-energie BAUSAN: energie efficiënt bouwen en renoveren, energie-advisering, gevels en ramen, bouwconcepten, passiefhuis, houtbouw, isolatie en ventilatie, etc 11.4.1.11 CEP - Clean Energy Power - Stuttgart (7 – 9 maart 2008) Combinatiebeurs over duurzame energie en passiefhuizen. Zwaartepunten: Passiefhuis, bioenergie, geothermie en zonne-energie 11.4.1.12 ENKON dezentral– Nürnberg Tweejarige vakbeurs voor decentrale energietechniek, energiebedrijfsvoering en energie-efficiency (15 – 17 oktober 2008) - www.enkon-dezentral.de
96
11.4.1.13 CeBIT De CeBIT is de grootste ICT beurs in Europa. Energietechnologie en ICT hebben steeds meer raakpunten. Hannover Consultancy organiseert een Nederlands Paviljoen Holland, Preferred Partner in ICT, op de CeBIT 2008. Het vormt een innovatieplatform voor universiteitslabs, researchcentra, kennisinstituten en R&D intensieve innoverende bedrijven. Energy & Environment behoort tot de aandachtsgebieden binnen het Paviljoen. Naast het Paviljoen wordt een groot “Holland ICT Forum” gecreëerd. Voor dit interne forum wordt een dagelijks programma gepland, zodat deelnemende bedrijven zich thema georiënteerd kunnen presenteren. De doelgroepen voor forumpresentaties worden (in samenspraak met de deelnemende bedrijven) vooraf centraal gemaild door HMA Berlijn en het CG in Frankfurt. De deelname staat open voor alle Nederlandse bedrijven. Meer weten: www.hannover-beurs.nl, www.futureparc.nl (contactpersonen: Hannover Consultancy, Victor Koppelaar, +31.78.632 09 30, email:
[email protected]; Enterprise Connections, Gerrit Klanderman, +31.547.364 479,
[email protected]. 11.4.1.14 Baufach - Leipzig (Deutschland) Internationale vakbeurs voor de bouw - www.baufach.de 11.4.1.15 Jaarlijkse Interpellets Beurs Van 10 -12 oktober 2007 vond in Stuttgart de grote vakbeurs Interpellets 2007 plaats. Alle informatie over deze beurs en de deelnemende exposanten treft u op http://www.interpellets.de/ Naast deze internationale beurzen worden ook regionale beurzen georganiseerd. Informatie hierover is via een zoeksysteem vrij eenvoudig te vinden op de website van AUMA: www.auma-messen.de.
97
12
Annexrapportages
Bij dit hoofdrapport horen twee Annexrapporten:
‘Annexdocument – Technische Informatie’. In dit rapport wordt een korte technologische uitleg gegeven.
Annex Rapport, “Internationale kennis en technologie transfer en consortia, Achtergronden en Referenties’. In dit rapport treft u een beschrijving van belangrijke Europese projecten, met deelname vanuit Duitsland. Deze projecten kunnen u helpen bij het snel opbouwen van relevante kennis, of het leggen van contacten met projectdeelnemers in Duitsland en Nederland. Het Annex Rapport bevat ook een uitgebreide lijst met relevante websites en referenties. Beide Annexrapporten zijn –evenals dit hoofdrapport – kostenloos verkrijgbaar via de EVD.
98
UITGEBREIDE INDEX 1 2
3
4 5 6
7
Samenvatting, conclusies en vooruitblik ........................................................................................3 Summary, conclusions and outlook ...............................................................................................5 2.1 Objective and target audience ......................................................................................... 5 2.2 German policy .................................................................................................................. 5 2.3 Key instruments in Germany stimulating RE and EE ...................................................... 5 2.3.1 German energy market offers enormous business opportunities ............... 6 2.3.2 Opening up of the German markets for Dutch industry............................... 7 2.3.3 Partners for Innovation ................................................................................ 7 Studie naar de Duitse bouwmarkt – “het belang van duurzame energie en energiebesparende oplossingen” ...................................................................................................................................8 3.1 Waarom dit rapport? ........................................................................................................ 8 3.2 Doelstelling....................................................................................................................... 8 3.3 Contractuele context ........................................................................................................ 8 Scope en afbakening......................................................................................................................9 4.1 Verder lezen..................................................................................................................... 9 Karakteristieken van de Duitse markt ..........................................................................................10 5.1 Markt indicatoren............................................................................................................ 10 Het Duitse Beleid..........................................................................................................................14 6.1 Klimaatbeleid - Politieke ontwikkelingen en de rol van Duitsland als trekker ................ 14 6.2 Het Duitse Beleid op federaal niveau............................................................................. 14 6.2.1 Topontmoeting Meseberg ......................................................................... 14 6.2.2 Nieuwe wetten: win-win voor milieu en economie..................................... 15 6.2.3 De belangrijkste maatregelen zijn: ............................................................ 15 6.2.4 Nieuwe energiemarkten motor achter banengroei .................................... 16 6.3 Sterke rol van Duitsland in internationale politiek .......................................................... 17 6.3.1 G8 – gastvrouw Merkel.............................................................................. 17 6.3.2 Bali............................................................................................................. 18 6.3.3 EU Klimaattop 2007................................................................................... 18 6.3.4 Duitsland in internationale vergelijking ...................................................... 19 6.3.4.1 Climate change performance index ........................................... 19 6.3.4.2 PV markt .................................................................................... 20 6.3.4.3 De markt voor duurzame warmte............................................... 20 6.3.4.4 De markt voor vaste biomassa gestookte installaties................ 21 6.3.4.5 Geothermische energie.............................................................. 21 Instrumenten ................................................................................................................................22 7.1 Belangrijkste instrumenten voor particuliere woningen ................................................. 22 7.2 Ecotaksen ...................................................................................................................... 24 7.3 Erneuerbare-Energien-Gesetz....................................................................................... 25 7.3.1 EEG: Fotovoltaïsche cellen ...................................................................... 26 7.4 Marktanreizprogramm zu gunsten Erneuerbarer Energien (MAP) ................................ 28 7.5 Energieeinsparverordnung (EnEv)................................................................................. 29 7.5.1 Nieuwbouw ................................................................................................ 29 7.5.2 Bestaande bouw........................................................................................ 29 7.6 Leningen ........................................................................................................................ 30 7.6.1 CO2 reductie van een gebouw.................................................................. 30 7.6.2 Gebouwrenovatie ...................................................................................... 31 7.6.2.1 Standaard renovatielening ......................................................... 31 7.6.2.2 OKO-plus renovatielening .......................................................... 31 7.6.3 Ecologisch bouwen.................................................................................... 32 7.6.4 Lening voor PV-panelen ............................................................................ 32 7.7 Energielabel ................................................................................................................... 33
99
8
7.7.1 Inleiding ..................................................................................................... 33 7.7.2 Stand van zaken Duitsland........................................................................ 33 7.8 Beleid in ontwikkeling (voorstellen, ontwerpen) ............................................................. 34 7.8.1 Ontwerp Gesetz zur Neuregelung des Rechts der Erneuerbaren Energien im Strombereich und zur Änderung damit zusammenhängender Vorschriften (Erneuerbare-Energien-Gesetz, EEG) ...................................................... 34 7.8.2 Nieuwe KfW subsidieregelingen voor energie-efficiëntie en duurzaam verwarmen................................................................................................. 34 7.8.3 Uitbreiding en aanscherping van het MAP per 1.1.2008........................... 35 7.9 Meer weten? .................................................................................................................. 35 Aanbodstructuur van de markt: overzicht van lokale producenten en toeleveranciers in Duitse bouwmarkt....................................................................................................................................36 8.1 Fotovoltaïsche cellen ..................................................................................................... 36 8.1.1 Panelen ..................................................................................................... 36 8.1.2 Marktontwikkeling mondiaal ...................................................................... 36 8.1.3 Duitse marktontwikkeling........................................................................... 37 8.1.3.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven.......................................... 39 8.1.4 Duitse PV Producenten ............................................................................. 40 8.1.5 Overzicht van Duitse PV aanbieders......................................................... 44 8.1.6 Omvormerfabrikanten................................................................................ 44 8.2 Zonnewarmte ................................................................................................................. 45 8.2.1 De technologie........................................................................................... 45 8.2.2 Marktontwikkeling ...................................................................................... 46 8.2.2.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven.......................................... 48 8.2.3 Actieve bedrijven in de sector ................................................................... 49 8.2.4 Vooruitblik .................................................................................................. 51 8.2.5 Overzicht van Duitse thermische zonne-installaties marktpartijen............ 51 8.3 Verwarming met vaste biomassa................................................................................... 53 8.3.1 Inleiding ..................................................................................................... 53 8.3.2 Marktontwikkeling ...................................................................................... 53 8.3.2.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven.......................................... 54 8.3.3 Overzicht van Duitse marktpartijen ........................................................... 54 8.4 Warmtepompen.............................................................................................................. 56 8.4.1 Inleiding ..................................................................................................... 56 8.4.2 Belangrijke Duitse leveranciers van warmtepompen ................................ 56 8.4.2.1 Hautec ........................................................................................ 56 8.4.2.2 Stiebel Eltron.............................................................................. 56 8.4.2.3 Viessmann fabriek in Allendorf (Eder) Duitsland ....................... 57 8.4.2.4 Heatpumps.de............................................................................ 57 8.4.3 Kansen voor Nederlandse fabrikanten ...................................................... 57 8.5 Biogas ............................................................................................................................ 58 8.5.1 Biogas – Duitse aanbieders ...................................................................... 58 8.5.1.1 Overzicht van Duitse biogas marktpartijen ................................ 58 8.5.2 Biogas kansen voor Nederlandse bedrijven.............................................. 59 8.6 Isolatie ............................................................................................................................ 60 8.6.1 Kansen voor Nederlandse bedrijven ......................................................... 60 8.7 Geothermische energie.................................................................................................. 61 8.7.1 Inleiding ..................................................................................................... 61 8.7.2 Duitse markt .............................................................................................. 61 8.7.3 Kansen voor Nederlandse bedrijven ......................................................... 61 8.8 Passief huis.................................................................................................................... 62 8.8.1 Duitsland en Oostenrijk zijn koploper ........................................................ 62 8.8.2 Concept ..................................................................................................... 62
100
9
10
11
8.8.3 Passief huis - technisch............................................................................. 62 8.8.4 Voorbeelden van innovatieve Duitse leveranciers .................................... 63 8.9 Vloerverwarming ............................................................................................................ 64 8.9.1 Voordelen van vloerverwarming................................................................ 64 8.10 Windenergie 65 8.10.1 Kleinschalige windturbines ........................................................................ 65 Regionale verschillen (SWOT), regionale ontwikkelingen en kansen .........................................67 9.1 Belangrijke regios of steden........................................................................................... 67 9.1.1 Noord-Rijnland-Westfalen (Nordrhein-Westfalen)..................................... 67 9.1.2 Nedersaksen (Niedersachsen) .................................................................. 68 9.1.3 Baden-Württemberg .................................................................................. 68 9.1.4 Beieren (Bayern) ....................................................................................... 69 9.1.5 Rijnland-Palts (Rheinland-Pfalz) ............................................................... 70 9.1.6 Voormalige oost-Duitse staten .................................................................. 70 9.1.6.1 Saksen ....................................................................................... 70 9.1.6.2 Thuringen ................................................................................... 71 9.1.6.3 Sachsen-Anhalt.......................................................................... 71 Kansen voor Nederlandse bedrijven – voorbeelden ....................................................................72 10.1 Inleidende situatieschets................................................................................................ 72 10.1.1 Nederlandse bouwsector groeit in 2008 maar stabiliseert vanaf 2009 ..... 72 10.1.2 Werkgelegenheidskansen in Nederland.................................................... 72 10.2 Kansen voor exportpositie van Nederlandse technologie. ............................................ 73 10.2.1 Modulaire bouwdelen en systemen........................................................... 73 10.2.2 Het domein van de stedelijke vernieuwing (wijkverbeteringsprojecten).... 74 10.2.3 Leveranciers van isolatieproducten en -diensten...................................... 76 10.2.4 Zonne-energie: Nederlandse spelers in de kopgroep ............................... 77 10.2.5 Nieuwe installatietechnologie (mede)ontwikkeld door Nederlandse bedrijven ................................................................................................................... 78 10.2.5.1 Mini en micro warmtekrachtcentrales ...................................... 78 10.2.5.2 Balansventilatie / gasgestookte koeltechnieken / innovatieve koeling en airconditioning .......................................................................... 78 10.2.5.3 Leveranciers van WKK, biogas en wijkverwarmingssystemen 79 10.2.6 Ledverlichting ............................................................................................ 79 10.2.7 Energieproductie en distributiebedrijven ................................................... 79 10.2.7.1 Nieuwe Nederlandse spelers ................................................... 80 10.2.8 Projectontwikkeling, onderzoek en advies ................................................ 80 10.2.8.1 Projectontwikkelaars. ............................................................... 80 10.2.8.2 Adviesorganisaties, .................................................................. 80 10.2.9 Onderzoek ................................................................................................. 80 Ingangen in de Duitse markt ........................................................................................................82 11.1 Bruggenbouwers, handelsmissies, workshops en brokerage events............................ 82 11.1.1 Ambassade en Postennetwerk.................................................................. 82 11.1.2 EVD ........................................................................................................... 83 11.1.3 Nederlands-Duitse Handelskamer ............................................................ 84 11.1.4 Technisch Wetenschappelijk Attachés Duitsland (TWA-netwerk) ............ 85 11.1.5 De Stichting Nederlands-Duitse Bouwexport (Nedubex) .......................... 86 11.1.6 Federale, lokale en regionale energieagentschappen .............................. 88 11.1.6.1 Federaal energie agentschap Dena......................................... 88 11.1.6.2 Lokale en regionale energieagentschappen ............................ 88 11.2 Snel toegang tot de ontwikkelingen in de Duitse markt voor duurzame energie en energie-efficiency in de gebouwde omgeving................................................................ 90 11.2.1 Energiefoerderung.info .............................................................................. 90 11.2.2 Dena: thema-energie.de............................................................................ 90
101
12
11.2.3 Erneuerbare-energien.de .......................................................................... 91 11.2.4 German-renewable-energie,com............................................................... 91 11.2.5 Renewables-made-in-germany.com ......................................................... 91 11.2.6 Dena home ................................................................................................ 91 11.2.7 Overig federale overheid ........................................................................... 91 11.2.8 Energie portal Duits-Nederlandse handelskamer ..................................... 92 11.2.9 Portals van de energiebrancheverenigingen:............................................ 92 11.2.10 Portals van branches en consumenten: .................................................... 92 11.2.11 Zoekmachines voor duitse bedrijven:........................................................ 92 11.3 Overkoepelende organisaties ........................................................................................ 94 11.3.1 Internationale brancheverenigingen. ......................................................... 94 De bedrijven in de verschillende branches hebben zich in Nederland en Duitsland verenigd in branche-organisaties. Deze organisaties beschikken over een goed overzicht van hun deel van de markt en vormen een belangrijke ingang tot de markt (informatie en contacten)....................................................... 94 11.4 Alternatieve ingangen in de Duitse markt ...................................................................... 95 11.4.1 Beursdeelname ......................................................................................... 95 11.4.1.1 E-World energy + water, Essen: .............................................. 95 11.4.1.2 RENEXPO, Augsburg: ............................................................. 95 11.4.1.3 Energy/HANNOVER MESSE, Hannover: ................................ 95 11.4.1.4 Intersolar, München: ................................................................ 95 11.4.1.5 International Conference on Passive Houses, Nürnberg......... 95 11.4.1.6 Bautech - Berlijn....................................................................... 96 11.4.1.7 Internationale beurzen over de toepassing van duurzame energie - Husum 96 11.4.1.8 Enertec, Leipzig ....................................................................... 96 11.4.1.9 International Conference on Solar Photovoltaic Investments, Frankfurt 96 11.4.1.10 Denex – Kassel ...................................................................... 96 11.4.1.11 CEP - Clean Energy Power - Stuttgart .................................. 96 11.4.1.12 ENKON dezentral– Nürnberg ................................................ 96 11.4.1.13 CeBIT ..................................................................................... 97 11.4.1.14 Baufach - Leipzig (Deutschland)............................................ 97 11.4.1.15 Jaarlijkse Interpellets Beurs ................................................... 97 Annexrapportages ........................................................................................................................98
102