Management Samenvatting Onderzoek naar de werkgelegenheidseffecten van liberalisering, splitsing en privatisering.
Inleiding & Vraagstelling Het Ministerie van Economische Zaken heeft Capgemini gevraagd de werkgelegenheideffecten van de maatregelen ter bevordering van vrije marktwerking nader te onderzoeken. De kernvraag die in dit onderzoek wordt beantwoord is dan ook: Wat zijn de effecten van Liberalisering, het DTe Advies (“Vette Netbeheerder”), Splitsing en Privatisering op de werkgelegenheid in de energiesector?
Methode In dit onderzoek zijn op basis van een analyse van de historische ontwikkelingen in de energiemarkt, een 15-tal interviews met vertegenwoordigers uit de energiesector, een studie van de grote geïntegreerde Europese energiebedrijven en een case studie van de spoormarkt een vijftal scenario’s voor de ontwikkeling van de energiemarkt uitgewerkt. Voor elk van deze scenario’s zijn de werkgelegenheidseffecten bepaald. Deze scenario’s zijn: • Nul Scenario - In dit scenario is uitgegaan van de huidige “status quo”: de huidige ontwikkelingen zetten zich voort zonder dat er nieuwe wet- en regelgeving bijkomt; • Nul Scenario & DTe Advies Scenario - In dit scenario wordt aan het nul scenario het DTe Advies, conform het DTe Advies van 16 december 2004 over de taken en activiteiten van de netbeheerder na splitsing (“Vette Netbeheerder”), toegevoegd; • Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario - In het splitsing-zonder-verdere-privatisering scenario is bovenop het nul scenario het splitsingswetsvoorstel doorgevoerd. Dat wil zeggen dat de geïntegreerde energiebedrijven tot op aandeelhoudersniveau gesplitst zijn in een netwerkbedrijf (de netwerkbeheerder) en een commercieel bedrijf. • Splitsing & Privatisering Commerciële Bedrijf – In dit scenario het is het splitsingswetsvoorstel uitgevoerd en kan het afgesplitste commercieel bedrijf worden geprivatiseerd. In dit scenario kan direct na de splitsing het leveringsbedrijf door aandeelhouders worden verkocht. • Splitsing & Privatisering Commerciële en Netwerk Bedrijf - In dit scenario is het splitsingswetsvoorstel uitgevoerd. Het afgesplitste commercieel bedrijf kan volledig en het netwerkbedrijven kan voor de toegestane minderheid van 49% worden geprivatiseerd. De scenario’s hebben een cumulatief karakter: aan het nul scenario wordt in scenario 1 het DTe Advies toegevoegd of wordt in scenario 2 de splitsing toegevoegd. Aan het Nul scenario&Splitsing van scenario 2 wordt in scenario 3 privatisering van het commercieel bedrijf toegevoegd en in scenario 4 de privatisering van het commercieel en netwerk bedrijf voor een minderheidsbelang van maximaal 49%. Voor elk van de scenario’s zijn de logische oorzaak-gevolg relaties bepaald volgens onderstaande model: Maatregelen om markt te hervormen
Markthervormingen hebben andere marktdynamieken tot effect.
Werkgelegenheidseffecten
Wat zijn de effecten van de markthervormingen op de werkgelegenheid in Nederland?
In reactie op veranderde marktdynamieken heeft een bedrijf een aantal strategische opties.
Marktdynamieken
De gekozen strategische optie heeft een aantal effecten in de bedrijfsvoering tot gevolg.
Strategische Opties
De effecten in de bedrijfsvoering leiden tot een toe- of afname van het aantal banen per stap in de waardeketen.
Effecten in de bedrijfsvoering
Op basis van deze kwalitatieve analyse zijn aannames gemaakt om kwantitatieve voorspellingen over de werkgelegenheidseffecten tot 2015 te doen. Hierbij is de UK als benchmark gebruikt vanwege de best in class productiviteit en productiviteitsgroei.
Resultaten Historische Ontwikkelingen De historische ontwikkelingen van Duitsland, Denemarken, Nederland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk vertellen ons dat liberalisering in Europa heeft geleid tot een sterke daling van de werkgelegenheid in de afgelopen 10 jaar. In het Verenigd Koninkrijk daalde werkgelegenheid van 19942004 het meest (51%) gevolgd door Duitsland (35%) en Nederland (30%). Minder sterk is de daling in de Scandinavische landen Zweden (25%) en Denemarken (16%) geweest. Deze daling is het gevolg van commercialisering, rationalisering en consolidatie in de markt. Binnen energie bedrijven heeft rationaliseren en consolideren geleid tot efficiencyverbeteringen en schaaleffecten die de werkgelegenheid hebben doen afnemen. Er is echter nog ruimte om verdere efficiencyverbeteringen te realiseren door werkgelegenheidsreductie.
Resultaten Scenario Analyse Ieder scenario is beschreven en doorgerekend. In onderstaande tabel staan de belangrijkste resultaten van de Scenario Analyse vermeld: Scenario en Kwalitatieve analyse
Nul Scenario De Nederlandse energiesector verandert geleidelijk door beperkte toetreding van buitenlandse spelers en meer nadruk op efficiency. Nul Scenario & DTe Advies Scenario Het DTe Advies leidt tot inefficiënties in Nederlandse energiebedrijven. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario (Theoretisch) Splitsing leidt tot tijdelijke prijsconcurrentie en mogelijk tot consolidatie van netwerkbedrijven. Splitsing & Privatisering Commerciële Bedrijf Werkgelegenheidsverlies door internationale consolidatie en verhoogde druk op het rationaliseren van de bedrijfsvoering. Splitsing & Privatisering Commerciële en Netwerk Bedrijf Naast bovenstaande ontwikkeling opereert het netwerkbedrijf sneller efficiënter door het streven naar rendement op kapitaal van de private aandeelhouders.
Daling Jaartal van bereiken Werkgelegenheid in werkgelegenheids2015 t.o.v. 2004 daling van 5000 (verschil met nul (verschil met nul scenario) scenario) 5.500 (0)
2011 (0 jaar)
5.300-5.400 (nihil)
2012-2014 (1-3 jaar later)
5.000-5.700 (nihil)
2011-2015 (0-4 jaar later)
9.000 – 10.000 (3.500 - 4.500)
2009-2010 (1-2 jaar eerder)
9.000 – 10.000 (3.500 - 4.500)
2008-2009 (2-3 jaar eerder)
Conclusie Verdere rationalisatie en consolidatie zal de werkgelegenheid in de Nederlandse energiesector significant doen dalen, ook zonder verdere maatregelen. Deze daling van de werkgelegenheid wordt geschat op 5.000 tot 6.000 arbeidsplaatsen in 2015 ten opzichte van 2004. De implementatie van het DTe Advies (“Vette Netbeheerder”) of de implementatie van het Splitsen van geïntegreerde energiebedrijven zonder verdere privatisering hebben geen additioneel effect op de hoogte van deze daling. Wel hebben beide maatregelen effect op het tempo waarin de daling geschied. : bij implementatie zal de daling trager geschieden. Deze vertraging wordt veroorzaakt door optredende
inefficiënties in de Nederlandse energiebedrijven. Opgemerkt moet worden dat splitsing zonder verdere privatisering een theoretisch scenario is. Privatisering is de voornaamste oorzaak van additionele werkgelegenheidsdalingen. Het heeft een sterk effect op zowel de hoogte als op het tempo van de werkgelegenheidsdaling. Snel veranderende marktdynamieken, zoals een sterk toenemende concurrentie en de komst van nieuwe partijen, leggen een verhoogde druk op rationalisatie en internationale consolidatie. Dit met een snelle en forse stijging van de arbeidsproductiviteit als gevolg.
!"#$%&'$()"**%)#$)+$%(,$-$,$".$/#0$11$23$")4*")-/5$%*-/0$%/",6) 07-/30/",)$")7%/4*3/0$%/", Januari 2006
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document
1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006
2
:;)0)5$02.%/=4$").$3)+$%(,$-$,$".$/#0$11$23)4*")-/5$%*-/0$%/",6) ?@$ A#4/$06)07-/30/",6)$")7%/4*3/0$%/",)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'% 1.1 Economische Zaken (EZ) heeft Capgemini gevraagd de werkgelegenheidseffecten van de maatregelen ter bevordering van vrije marktwerking nader te onderzoeken. 1.2 EZ wil het effect weten van de maatregelen liberalisering, DTe Advies, splitsing en privatisering op de werkgelegenheid in de Nederlandse energiesector. 1.3 De historische ontwikkelingen in de Nederlandse energiesector worden vergeleken met de ontwikkelingen in Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Zweden, en Denemarken. 1.4 Analyse van de historische ontwikkelingen en interviewresultaten zijn het uitgangspunt voor het bepalen van de verwachte werkgelegenheidseffecten in 5 mogelijke scenario’s. 1.5 Per scenario worden 4 stappen doorlopen: beschrijving van het scenario, kwalitatieve analyse, kwantitatieve voorspelling, en versleuteling over de energiewaardeketen. 1.6 In de kwalitatieve analyse worden oorzaak-gevolg relaties gelegd tussen maatregel, marktdynamieken, strategische gevolgen, en effecten in de bedrijfsvoering. 1.7 Kwantitatieve voorspellingen over de werkgelegenheidseffecten tot 2015 worden gedaan op basis van de verwachte productiviteitsgroei. 1.8 Capgemini heeft inzichten van diverse primaire en secundaire bronnen verwerkt in dit onderzoek. 1.9 De onderzoekstructuur bestaat uit de analyse van de historische ontwikkelingen en de uitwerking van de 5 scenario’s.
januari 2006
3
:;:)C2'"'D/02.$)E*($")FCEG).$$13)H*7,$D/"/),$4%**,#)#$)+$%(,$-$,$".$/#0$11$23$") 4*")#$)D**3%$,$-$")3$%)5$4'%#$%/",)4*")4%/=$)D*%(3+$%(/",)"*#$%)3$)'"#$%&'$($" Situatie Tegen de achtergrond van internationale marktontwikkelingen is door het ministerie van EZ gekozen voor splitsing op basis van drie argumenten: • Verbetering van de concurrentie in de Nederlandse energiesector. • Verbetering van de regulering van de netwerken op zowel prijs als kwaliteit. • De mogelijkheid voor aandeelhouders om hun aandelen in het commerciële deel van de energiebedrijven te verkopen. De splitsing beoogt de onafhankelijkheid van de netwerken waarover marktpartijen concurreren op een structurele en transparante wijze te regelen met als doel eerlijkere prijzen, scherpere netwerktarieven, en een hogere kwaliteit (lagere kans op stroomuitval).
Complicatie Het Ministerie van EZ heeft ter beantwoording van kamervragen een volledig beeld nodig van het effect van splitsing op de werkgelegenheid. In onderzoekspublicaties waarin een inschatting van de werkgelegenheidseffecten is gemaakt, waarschuwen LME en ABVAKABO namelijk voor een verlies aan werkgelegenheid. Het Ministerie van EZ wenst ook meer inzicht te verkrijgen in het werkgelegenheidseffect van de reeds doorgevoerde liberaliseringsmaatregelen en van toekomstig mogelijke maatregelen als het DTeadvies*, en privatisering in de energiesector.
Kernvraag: Kernvraag:Wat Watzijn zijnde deeffecten effectenvan vanliberalisering, liberalisering,het hetDTe DTeAdvies, Advies,splitsing splitsingen en privatisering op de werkgelegenheid in de energiesector? privatisering op de werkgelegenheid in de energiesector? * DTe (Dienst uitvoering en Toezicht Energie) Advies van 16 december 2004 over de taken en activiteiten van de netbeheerder na splitsing (“Vette Netbeheerder”)
januari 2006
4
:;I)CE)+/-).$3)$11$23)+$3$")4*")#$)D**3%$,$-$")-/5$%*-/0$%/",6)?@$ A#4/$06)07-/30/",)$") 7%/4*3/0$%/",)'7)#$)+$%(,$-$,$".$/#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'% De maatregelen liberalisering, DTe Advies, splitsing en privatisering worden als volgt gedefinieerd: Liberalisering - Onder de term liberaliseren wordt verstaan het proces waarbij steeds meer vrije marktwerking wordt toegelaten en overheidsbemoeienis wordt verminderd. Liberalisering beoogt keuzevrijheid en concurrentie.
DTe Advies - Onder de term DTe Advies wordt verstaan het advies van de DTe dat strategische taken door de netbeheerder zelf moeten worden uitgevoerd en niet mogen worden uitbesteed door de netbeheerder. De operationele taken mogen wel worden uitbesteed, behalve aan rechtspersonen die betrokken zijn bij levering/productie van energie conform het advies van 16 december 2004 over de taken en activiteiten van de netbeheerder na splitsing.
Splitsing - Onder de term splitsing wordt verstaan dat geïntegreerde energiebedrijven tot op aandeelhoudersniveau gesplitst worden in een netwerkbedrijf (de netwerkbeheerder) en een commercieel bedrijf waarin overige activiteiten als levering, handel en productie zijn ondergebracht. Naast een administratieve splitsing gaat het ook om een juridische en eigendomssplitsing. Dit is conform het splitsingswetsvoorstel*.
Privatisering - Onder de term privatisering wordt verstaan het vervreemden van aandelen of activa van gas- en/of
elektriciteitsbedrijven buiten de kring van huidige publieke aandeelhouders. Bij vervreemding van aandelen kan het gaan om een onderhandse verkoop of een vervreemding via een beursgang; de aandelen kunnen daarbij in handen van een Nederlandse of buitenlandse rechtspersoon komen.
* Kamerstukken II 2005/2006, nr. 30 212
januari 2006
5
:;J)?$)./03'%/02.$)'"3+/(($-/",$")/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%))+'%#$")4$%,$-$($")D$3) #$)'"3+/(($-/",$")/")<$%$"/,#)K'"/"(%/=(6)?9/30-*"#6)E+$#$"6)$")?$"$D*%($" Indicatoren voor de mate van liberalisering in de energiesector zijn de datum en mate van marktopening, aantal aanbieders en hun marktaandeel, en het switchgedrag. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de indicatoren per land.
Country
Marktopening
Datum van volledige liberalisering
Hoofdaanbieders
Marktaandeel hoofdaanbieders*
Percentage klanten switch**
Nederland (NL)
100%
2004
Nuon, Essent, Eneco
84%
11%
Verenigd Koninkrijk (UK)
100%
1998
E.On/Powergen, RWE/Innogy, SSE
44%
48%
Duitsland (DE)
100%
1999
RWE, E.On, EnBW
63%
5%
Zweden (SE)
100%
1998
Sydkraft (E.On), Vattenfall
77%
29%
Denemarken (DK)
90%
2003
Elsam, Energy E2, Vattenfall
75%
15%
Op Opbasis basisvan vanhet hetaantal aantalaanbieders, aanbieders,de dedatum datumvan vanliberalisering liberaliseringen enhet het switchgedrag is de UK de meest geliberaliseerde markt. switchgedrag is de UK de meest geliberaliseerde markt. *Marktaandeel klantconnecties; **Percentage huishoudens en kleinverbruikers dat een switch heeft gemaakt in elektriciteitsleverancier sinds de marktopening (data 2003). Bron: EU Commissie (2005); IEA (2003); Danish Energy Authority (2005); Energieonderzoek Centrum Nederland (2005); Capgemini Experts; Sequoia (2005); EEMO (2005); Datamonitor (2005)
januari 2006
6
:;L)A"*-M0$)4*")#$)./03'%/02.$)'"3+/(($-/",$")$")/"3$%4/$+%$09-3*3$")&/=").$3)9/3,*",079"3) 4''%).$3)5$7*-$")4*")#$)4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0$11$23$")/")N)D',$-/=($)02$"*%/'>0
De analyse van de historische ontwikkelingen bevat 4 stappen: ! Een overzicht van de effecten van historische markthervormingen op de marktdynamiek en de daaruit voortvloeiende strategische gevolgen voor de marktspelers. ! Een overzicht van het historische werkgelegenheidsverloop in de energiemarkt. ! Een overzicht van het beleid van de grote Europese marktspelers. ! Een vergelijk met de historische ontwikkelingen in de Europese spoorsector. De uitkomst van de analyse dient, samen met de interviews met vertegenwoordigers uit de energiesector, als input voor de kwalitatieve beschrijving van de 5 scenario’s.
Huidige situatie Nul Scenario
Splitsen?
Nee
Scenario 1: Nul Scenario & DTe Advies
Ja Privatiseren Nee Commercieel Bedrijf?
Scenario 2: Splitsing-zonder-verdereprivatisering
Ja Privatiseren Nee Netwerk Bedrijf?
Ja
Scenario 3: Splitsing-plus-privatiseringcommercieel-bedrijf
Scenario 4: Splitsing-plus-privatiseringcommercieel-en-netwerkbedrijf
De Scenario’s hebben een cumulatief karakter: bovenop het nul scenario komt het DTe Advies of de Splitsing. In het geval van Splitsing komt privatisering daar weer bovenop. Privatisering is in twee stappen: privatisering van het commercieel bedrijf in scenario 3 en privatisering van het commercieel en netwerk bedrijf voor een minderheidsbelang (max. 49%) in scenario 4.
januari 2006
7
Kwalitatief
:;N)O$%)02$"*%/')+'%#$")L)03*77$")#''%-'7$"P)5$02.%/=4/",)4*").$3)02$"*%/'6)(+*-/3*3/$4$) *"*-M0$6)(+*"3/3*3/$4$)4''%07$--/",6)$")4$%0-$93$-/",)'4$%)$"$%,/$)+**%#$($3$";
STAP 1 Beschrijving van het scenario
STAP 2 Kwalitatieve analyse
Kwantitatief
Kiezen van variabelen
STAP 3 Kwantitatieve voorspelling
STAP 4 Versleuteling over de energiewaardeketen
In vier stappen worden de scenario’s beschreven: 1. Beschrijving van het scenario: Het scenario wordt beschreven middels een toelichting en interpretatie van de mate van splitsing, de mate van consolidatie en de mate van privatisering. 2. Kwalitatieve analyse: In de kwalitatieve analyse worden oorzaakgevolg relaties gelegd tussen maatregel, marktdynamiek, strategische gevolg, en effect in de bedrijfsvoering. 3. Kwantitatieve voorspelling: Kwantitatieve voorspellingen over de werkgelegenheidseffecten tot 2015 worden gedaan op basis van de verwachte productiviteitsgroei. 4. Verdeling over de waardeketen: Het voorspelde werkgelegenheidseffect wordt verdeeld over de stappen in de energiewaardeketen. Dit gebeurt op basis van aannames die zijn gemaakt aan de hand van interviewresultaten. Om van de kwalitatieve analyse naar een kwantitatieve voorspelling te komen wordt een tussenstap gemaakt. Zowel de gekozen waarden van de variabelen in het scenario als de motivatie voor het kiezen ervan worden per scenario toegelicht.
januari 2006
8
:;Q)8")#$)(+*-/3*3/$4$)*"*-M0$)+'%#$")''%&**(R,$4'-, %$-*3/$0),$-$,#)3900$")D**3R %$,$-$"6)D*%(3#M"*D/$($"6)03%*3$,/02.$),$4'-,$")$")$11$23$")/")#$)5$#%/=104'$%/", Maatregelen om markt te hervormen
Werkgelegenheidseffecten
Wat zijn de effecten van de markthervormingen op de werkgelegenheid in Nederland?
• Liberalisering
• Productie
• DTe Advies
• Handel
• Splitsing
• Transmissie & netbeheer
• Privatisering Commercieel Bedrijf
• Levering
• Privatisering Netwerk Bedrijf
Markthervormingen hebben andere marktdynamieken tot effect.
In reactie op veranderde marktdynamieken heeft een bedrijf een aantal strategische opties.
Marktdynamieken • Verlagen toetredingsbarrières • Verschuiven van macht in de keten (toename of afname van de macht van afnemers of leveranciers) • Toenemende concurrentie
De gekozen strategische optie heeft een aantal effecten in de bedrijfsvoering tot gevolg.
Strategische Opties
De effecten in de bedrijfsvoering leiden tot een toe- of afname van het aantal banen per stap in de waardeketen.
Effecten in de bedrijfsvoering
• Commercialisering van het leveringsbedrijf
• Vergroten van commerciële slagkracht (revenuen focus)
• Rationaliseren (Proces verbeteringen & outsourcing van activiteiten)
• Efficiency verbeteringen (kosten focus)
• Nationale consolidatie
• Schaaleffecten
• Internationale consolidatie
januari 2006
9
:;S)K+*"3/3*3/$4$)4''%07$--/",$")'4$%)#$)+$%(,$-$,$".$/#0$11$23$")3'3)IT:N) +'%#$"),$#**")'7)5*0/0)4*")#$)4$%+*2.3$)7%'#923/4/3$/30,%'$/
1.7.1 De UK wordt gebruikt als benchmark voor NL gegeven de best-in-class productiviteit en productiviteitsgroei. 1.7.2 De berekening van de werkgelegenheid in de verschillende scenario’s wordt gedaan door een inschatting te maken van de productiviteitsgroei. 1.7.3 Per scenario wordt een schatting gemaakt van het te bereiken productiviteitsniveau en de productiviteitsgroei.
januari 2006 10
:;S;:)<*"+$,$)#$)5$03R/"R2-*00 7%'#923/4/3$/3)$")7%'#923/4/3$/30,%'$/)+'%#3)#$) UK),$5%9/(3)*-0)5$"2.D*%( 4''%)B$#$%-*"# Productitviteit in TWh (2004)
Pro d u ctiviteit (T Wh /A rb eid sp laats)**
6,00
UK gemiddelde (2004) 5,4 TWh/FTE (best-in-class)
5,4 5,1
5,00
3,6
4,00
3,4
3,3
NL
DK
Peer-group gemiddelde* (2004) 4,2 TWh/FTE
3,00 2,00 1,00 0,00 UK 7,2%
Productiviteitsgroei CAGR*** (1994-2004)
SE 2,6 %
Productiviteitsgroei CAGR*** (1994-2004)
DE Land 5,3 %
Productiviteitsgroei CAGR*** (1994-2004)
4,9 %
Productiviteitsgroei CAGR*** (1994-2004)
3,1 %
Productiviteitsgroei CAGR***(1994-2004)
Productiviteit Productiviteitwordt wordtgemeten gemetenop opbasis basisvan vanTWh/Arbeidsplaats**. TWh/Arbeidsplaats**. * Peer-group gemiddelde is het gemiddelde van de landen UK, SE, DE, NL en DK; ** TWh levering in Nederland, Arbeidsplaatsen in de Nederlandse Energiesector; *** De jaarlijkse groei wordt uitgedrukt Compound Average Growth Rate (CAGR) Bron: DataMonitor (2005); PSIRI (2005)
januari 2006 11
:;S;I)?$)5$%$($"/",)4*")#$)+$%(,$-$,$".$/#)+'%#3),$#**")#''%)$$" /"02.*33/",)3$)D*($")4*")#$)3'$('D03/,$)7%'#923/4/3$/30,%'$/
Productiviteit (TWh/Arbeidsplaats)
Productiviteitsontwikkeling in energiesector
A C UK productiviteit 2004 (Best-in-class)
B
Verklaring bij de figuur ! Voor NL en de UK is de gemiddelde productiviteitsgroei (1994-2004) bepaald. ! Op basis van de productiviteitcijfers tot 1994-2004 wordt voor de UK de jaarlijkse productiviteitsgroei tot 2015 voorspeld. ! Per scenario wordt op basis van de kwalitatieve analyse de Nederlandse productiviteitsgroei bepaald (punt B). De productiviteit blijft jaarlijks groeien totdat het productiviteitsniveau in 2004 (best-in-class of Peer Group gemiddelde benchmark) is bereikt. !
Productiviteit in UK Productiviteit in NL
Jaar
2004 Gerealiseerd
Er wordt aangenomen dat NL vanaf het moment van het bereiken van het UK-niveau dezelfde ontwikkeling zal maken als de UK dat heeft gedaan vanaf 2004. De voorspelde productiviteitsgroei van de UK (punt A en C) zal nu ook in NL plaatsvinden.
Voorspeld
Aan de hand van de verwachte energievraag voor jaar 20xx kan het bijbehorende productiviteitsniveau en dus aantal banen worden afgeleid. Het verschil tussen dit aantal banen en het aantal banen in 2004 is het werkgelegenheidseffect.
januari 2006 12
:;S;J)O$%)02$"*%/')+'%#3)$$")02.*33/",),$D**(3)4*").$3)3$)5$%$/($") 7%'#923/4/3$/30"/4$*9)$")7%'#923/4/3$/30,%'$/
Modelvariabele
Mogelijke waarden
1) Het vereiste productiviteitsniveau waar Nederland vanaf 2004 naartoe zal groeien
! Het UK niveau van 5,4 TWh/Arbeidsplaats* ! Het Peer Group niveau van 4,2 TWh/Arbeidsplaats
2) De groeivoet waarmee Nederland naar het vereiste productiviteitsniveau zal toegroeien
! De NL groeivoet: 4,9% (CAGR 1994-2004) ** ! De Peer Group groeivoet: 5,4% (CAGR 1994-2004) ! De UK groeivoet: 7,2% (CAGR 1994-2004)
3) De groeivoet waarmee Nederland zal verder groeien nadat het vereiste productiviteitsniveau is bereikt
! De NL groeivoet: 4,9% (CAGR 1994-2004) ! De Peer Group groeivoet: 5,4% (CAGR 1994-2004) ! De UK groeivoet: 7,2% (CAGR 1994-2004) ! De hoogste jaargroei die NL van 1994-2004 heeft behaald: 10,7% (groei 1996-1997)
* TWh levering in Nederland, Arbeidsplaatsen in de Nederlandse Energiesector; ** De jaarlijkse groei wordt uitgedrukt Compound Average Growth Rate (CAGR)
januari 2006 13
:;V)H*7,$D/"/).$$13)/"&/2.3$")4*")#/4$%0$)7%/D*/%$)$")0$29"#*/%$ 5%'""$") 4$%+$%(3)/")#/3)'"#$%&'$( Vertegenwoordigers industrie ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! !
Willem Akkermans – Nuon Paul Dijkstra – NRE Robert Eijkelenboom - Eneco Han Fennema – Eneco Lex Hartman – Tennet Johan van Herpen – Abvakabo Alexandra van Huffelen – Essent Jan de Jong - LME Dick van der Klaauw – DELTA Michiel van de Lande – Intergas Theo Quist – CNV Kees Jan Rameau – Eneco David Tuohy – Eneco Johan Russchen – Electrabel Hans Schoenmakers – E.On J. Verwer – Persoonlijke titel
Capgemini Experts ! ! ! ! ! !
Berend Olde Rikkert (Capgemini NL) Cees Ribbers (Capgemini NL) Paolo D’Urso (Capgemini NL) William Easton (Capgemini UK) Pierre Lorquet (Capgemini BE) Bernd Woelner (Capgemini DE)
Secundaire bronnen ! Capgemini, European Energy Markets Observatory (EEMO), 2005. ! Credit Suisse First Boston (CSFB), Utilities efficiency: identifying the overweight, 2002. ! Danish Energy Authority, Energy in Denmark, 2003. ! Datamonitor, Electricity in Europe, Germany, Denmark, UK, Sweden, the Netherlands, 2005. ! Datamonitor, Utilities in Europe, Germany, Denmark, UK, Sweden, the Netherlands, 2005. ! Deloitte & Touche, Reorganisatiekosten Splitsing Energiebedrijven – Eindrapport, april 2005. ! EnergieNed, Notities, 2005. ! Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) 2005. ! EPSU (Steve Thomas)/ PSIRI, The European Union Gas and Electricity Directives, 2005. ! EU Commissie, “Fourth Benchmarking Report on the Implementation of the Internal Electricity and Gas Market”, 2005. ! IEA, “Energy Policies of IEA Countries”, 2003. ! LME, Energiesector op Dood Spoor, 2004. ! Sequoia, Discussiemateriaal –Splitsing van de Nederlandse Energiesector, 2004.
januari 2006 14
:;W)?$)'"#$%&'$(03%92399%)5$03**3)9/3)#$)*"*-M0$)4*")#$)./03'%/02.$) '"3+/(($-/",$")$")#$)9/3+$%(/",)4*")#$)N)02$"*%/'>0
Achtergrond & Aanpak
Historische Ontwikkelingen
Scenario’s *
(5 t/m 9 bestaat uit 5 hoofdstukken)
• Situatie & Complicatie
• Marktontwikkelingen per land
• Scenario definitie
• Onderzoeksvraag
• Werkgelegenheidsverloop per land
• Kwalitatieve analyse
• Definities • Landen in Scope • Marktmodel • Scenariomodel
• Studie naar het beleid van de grote geïntegreerde Europese energiebedrijven
• Vaststellen waarden modelvariabelen • Kwantitatieve analyse • Versleuteling over de energie waardeketen
• Bronnen • Structuur van het rapport
* Ieder scenario heeft een eigen hoofdstuk waarin de genoemde stappen worden doorlopen. De scenario’s zijn het Nul Scenario, het Nul Scenario & DTe Advies, Splitsing zonder verdere privatisering, Splitsing & Privatisering Commerciële bedrijf, en Splitsing & Privatisering Commerciële en Netwerk bedrijf .
januari 2006 15
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak
2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 16
I;)X/5$%*-/0$%/",)4*")#$)C9%'7$0$)$"$%,/$0$23'%).$$13),$-$/#)3'3 2'DD$%2/*-/0$%/",6) %*3/'"*-/0$%/",)$")2'"0'-/#*3/$)D$3)*-0),$4'-,)$$")+$%(,$-$,$".$/#0#*-/", 2.1 Van 1994 tot 2004 is de werkgelegenheid in de Duitse, Deense, Nederlandse, Zweedse, en Britse energiesector gedaald tussen 1,7 en 6,5 procent per jaar. 2.2 Liberalisering heeft geleid tot toenemende concurrentie, waarvan commercialiseren, rationaliseren en consolideren de strategische gevolgen zijn geweest. 2.3 In Europese energiebedrijven heeft rationaliseren en consolideren geleid tot efficiencyverbeteringen en schaaleffecten waardoor de werkgelegenheid is afgenomen.
januari 2006 17
I;:)<*"):WWL)3'3)ITTL)/0)#$)+$%(,$-$,$".$/#)/")#$)?9/30$6)?$$"0$6)B$#$%-*"#0$6) E+$$#0$6)$")Y%/30$)$"$%,/$0$23'%),$#**-#)3900$"):6S)$")Q6N)7%'2$"3)7$%)=**% Absolute werkgelegenheidsdaling in de energiesector (1994-2004) :WNTTT :VTTTT
Aantal arbeidsplaatsen
:QNTTT :NTTTT :JNTTT
Groei waarde Europese energiesector (’00-’04): + 7,3% CAGR CAGR (’94-’04) - 4,3% :WWL ITTL
:ITTTT :TNTTT
CAGR (’94-’04) - 6,5%
WTTTT SNTTT QTTTT
CAGR (’94-’04) – 3,5%
LNTTT JTTTT
CAGR (’94-’04) – 1,7%
:NTTT
CAGR (’94-’04) - 2,8%
T ?9/30-*"#
<$%$"/,#)K'"/"(%/=(
B$#$%-*"#
E+$#$"
?$"$D *%($"
Land
De Deparallelle parallellestijging stijgingvan vande demarktwaarde marktwaardeen endaling dalingvan vande dewerkgelegenheid werkgelegenheidinin de deEuropese Europeseenergiesector energiesectorduidt duidtop opeen eenverbetering verbeteringvan vande dearbeidsproductiviteit. arbeidsproductiviteit. Bron: PSIRI (2005); Datamonitor (2005); Capgemini Analyse
januari 2006 18
I;I)X/5$%*-/0$%/",).$$13),$-$/#)3'3)3'$"$D$"#$)2'"29%%$"3/$6)+**%4*")2'DD$%2/*-/R 0$%$"6)%*3/'"*-/0$%$")$")2'"0'-/#$%$")#$)03%*3$,/02.$),$4'-,$")&/="),$+$$03 Marktdynamiek
Strategisch gevolg
dat de regels van de markt verandert)
(de mate waarin het marktevenwicht verandert door nieuwe regels)
(de mate waarin de marktspelers hun strategie veranderen)
UK
* Uiterst vroege start liberalisering (1994), vroege voltooiing (1998)
Scherpe concurrentie Groot aantal internationale nieuwe toetreders
! Intensieve consolidatie ! Sterke rationalisatie " Toename commerciële en handelsfuncties
DE
Vroege volledige liberalisering (1998)
Beperkte concurrentie Redelijk aantal internationale nieuwe toetreders
! Intensieve consolidatie ! Continue rationalisatie " Toename commerciële en handelsfuncties
NL
Vroege start liberalisering (1998), late voltooiing (2004)
Gematigde concurrentie Beperkt aantal internationale nieuwe toetreders, pas zeer recent
! Intensieve nationale consolidatie ! Continue rationalisatie " Toename commerciële en handelsfuncties
SE
Vroege volledige liberalisering (1998)
Gematigde concurrentie Beperkt aantal internationale nieuwe toetreders
! Intensieve nationale consolidatie ! Beperkte rationalisatie " Toename commerciële en handelsfuncties
Vroege start liberalisering (1998), late voltooiing (2003)
Scherpe concurrentie Beperkt aantal internationale nieuwe toetreders, pas zeer recent
# Gematigde consolidatie ! Beperkte rationalisatie " Toename commerciële en handelsfuncties
Land
DK
Markthervorming (overheidsingrijpen
In Inalle alleonderzochte onderzochteEuropese Europeseenergiemarkten energiemarktenisisininde deperiode periode1994-2004 1994-2004 geliberaliseerd. Dit heeft de marktdynamiek en de strategie van geliberaliseerd. Dit heeft de marktdynamiek en de strategie vande demarktspelers marktspelers veranderd. veranderd. * ! Negatief effect op de werkgelegenheid, " Positief effect op de werkgelegenheid, # Neutraal effect op de werkgelegenheid Bron: Capgemini Experts; EEMO (2005); EnergieNed (2005)
januari 2006 19
I;J)8")C9%'7$0$)$"$%,/$5$#%/=4$").$$13)%*3/'"*-/0$%$")$")2'"0'-/#$%$"),$-$/#)3'3) $11/2/$"2M4$%5$3$%/",$")$")02.**-$11$23$")+**%#''%)#$)+$%(,$-$,$".$/#)/0)*1,$"'D$" Benodigde personeelsreductie voor het bereiken van de optimale arbeidsproductiviteit (2003)
Strategie grote Europese energiebedrijven Europees best-in-class:
Scottish and Southern Energy (SSE): De fusie heeft gefunctioneerd als een katalysator voor het rationaliseren van de bedrijfsprocessen. Schaaleffecten door consolidatie, en efficiencyverbeteringen door rationalisering, hebben geleid tot een personeelsreductie van 63% binnen drie jaar tijd. De huidige strategie van SSE is gericht op het verder rationaliseren van het bedrijfsproces door middel van meer efficiencyverbeteringen en het creëren van synergieën.
Europese spelers op NL markt: !
!
E-On: De strategie van E.On bestaat uit twee steunpilaren: vergroten van het marktaandeel door middel van externe groei (acquisities) en rationaliseren van het bedrijfsproces. Door het groot aantal fusies en overnames is het aantal E.On-werknemers verdubbeld. Electrabel: Het kernpunt van de strategie van Electrabel is gericht op de groei van het marktaandeel in de Europese energiesector. Dit heeft geleid tot een aantal acquisities en daardoor tot een lichte toename van het aantal werknemers.
60% - 50%
50% R e d u c ti e a r b e i d s p l a a ts e n
!
40%
- 35%
30% 20%
- 14%
10% 0%
SSE
Elect rabel
E.On
Er Erisisnog nogvoldoende voldoenderuimte ruimteen enmotivatie motivatievoor voorefficiencyverbeteringen efficiencyverbeteringendoor doormiddel middel van arbeidsplaatsreductie in de Europese energiesector. van arbeidsplaatsreductie in de Europese energiesector. Bron: Credit Suisse First Boston (2002)
januari 2006 20
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen
3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 21
J;)<''%3&$33/",)4*")#$).9/#/,$)0/39*3/$)-$/#3)3'3)$$")4$%+*2.3$) +$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*")N;LTTRN;QTT)5*"$" 3.1 In het nul scenario wordt aangenomen dat er geen nieuwe wet- en regelgeving zal worden ingevoerd in de Nederlandse energiesector. 3.2 De NL energiesector zal veranderen door geleidelijke toetreding van buitenlandse spelers en meer nadruk op efficiency. 3.3 De productiviteit in het nul scenario neemt gestaag toe. 3.4 In het nul scenario vindt in NL tot 2015 een werkgelegenheidsdaling tussen 5.400 en 5.600 banen plaats. 3.5 De verwachte werkgelegenheidsreducties zijn het grootst in de netbeheer met 2.400 banen.
januari 2006 22
J;:)8").$3)"9-)02$"*%/')+'%#3)**",$"'D$")#*3)$%),$$")"/$9+$)+$3R $") %$,$-,$4/",)&*-)+'%#$")/",$4'$%#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'% Nul scenario In dit scenario wordt uitgegaan van de huidige “status quo”: de huidige ontwikkelingen zetten zich voort zonder dat er nieuwe wet- en regelgeving bijkomt.
! Mate van splitsing: In dit scenario is geen sprake van een splitsing van de Nederlandse elektriciteitsbedrijven in een netwerk- en leveringsdeel als gevolg van wet- en regelgeving.
! Mate van privatisering: In dit scenario wordt uitgegaan van de huidige status quo waarin privatisering van het netwerkbedrijf niet mogelijk is. De komst van nieuwe toetreders is mogelijk.
! Mate van consolidatie: De mate van verdere consolidatie zal beperkt zijn. Als gevolg van de regulering door de NMa zijn de mogelijkheden tot nationale consolidatie beperkt. Daarnaast kunnen internationale partijen de Nederlandse productie- handels- en leveringsbedrijven overnemen. Gegeven het feit dat 94% van de markt wordt bediend door geïntegreerde energiebedrijven is dit alleen mogelijk bij vrijwillige splitsing.
januari 2006 23
J;I)?$)BX)$"$%,/$0$23'%)&*-)4$%*"#$%$")#''%),$-$/#$-/=($)3'$3%$#/",)4*") 59/3$"-*"#0$)07$-$%0)$")D$$%)"*#%9()'7)$11/2/$"2M ! Het gunstige investeringsklimaat stimuleert overnames en verdere privatisering. • •
De prijzen van de groothandel zijn hoog en genereren een significante marge. (Enel (29 % marge op Ebitda), Vattenfall (28 %), Endesa (27 %), EDF (26 %). Europese overheden zijn in mindere mate geïnteresseerd in het controleren van energiebedrijven (Gaz de France en ENEL, EDF (15%)) wat ruimte biedt tot het financieren van ambitieuze groei strategieën. (IPO voor Gaz de France, 4 miljard Euro in aandelen voor ENEL, kapitaaltoename voor Suez van 2,4 miljard Euro).
! Het tempo van mogelijke privatisering en consolidatie zal geleidelijk zijn. • •
Grote nationale consolidaties worden tegengehouden door het beleid van de NMA. Aandeelhouders zijn verdeeld over deelname in een risicodragende ondernemingen en het garanderen van het publieke belang.
! Rationalisatieslagen leiden geleidelijk tot een verhoogde nadruk op efficiency. • • •
De liberalisering van de NL energiesector heeft bijgedragen dat de markt is “geprofessionaliseerd”. Bedrijven worden steeds strakker geleid met een sterke nadruk op efficiency. Deze trend zet zich voort in een steeds internationaler en competitiever veld. Efficiency- en kostenreductieprogramma’s staan hoog op de agenda van alle grote Europese spelers (RWE : 2.6 b$ ; EON : 2 b$; Suez : 600 M$ ; EDF). De grote Nederlandse energiebedrijven hebben ook grote efficiency en kostenreductieprogramma’s (o.a Essent; Nuon; Eneco).
! Er is nog steeds veel ruimte voor efficiencyverbetering. • • •
Hoewel de efficiency van Nederlandse bedrijven de laatste jaren gestegen is, is er nog steeds veel ruimte voor verbetering** CSFB (2002) concludeert dat zelfs het best-in-class bedrijf (SSE) nog een efficiencyverbetering van 14% kan doorvoeren. Ook in vergelijking met andere Europese landen zoals de UK is er nog voldoende ruimte voor verbetering.
! Vereenvoudiging van het marktmodel in Nederland en introductie van nieuwe technologieën leiden potentieel tot een verdere reductie van arbeidskrachten. • •
Invoering van het leveranciersmodel en capaciteitstarief leidt tot een vereenvoudiging van het berichtenverkeer en de administratieve processen. Een verdere vereenvoudiging is mogelijk na invoering van een centraal meet- en aansluitregister.
Bron: Interviews; Capgemini Analyse; EEMO (2005); CSFB (2002)
januari 2006 24
J;J))?$)7%'#923/4/3$/3)/").$3)"9-)02$"*%/')"$$D3),$03**,)3'$ Modelaannames ! Het NL productiviteitsniveau van 2004 (3,4 TWh/arbeidsplaats) wordt als startpunt genomen ! De NL arbeidsproductiviteit zal naar verwachting geleidelijk groeien door de toegenomen druk op efficiency: ! ! ! !
• gegeven géén additionele wet- en regelgeving en; • gegeven de ruimte voor efficiencyverbetering. De groei van de arbeidsproductiviteit zal boven het huidige NL groeiniveau komen. Minimaal groeit de productiviteit met het jaarlijkse NL groeigemiddelde van 4,9%. De groei van de arbeidsproductiviteit zal niet boven de huidige Peer Group groei komen aangezien er géén additionele efficiency druk is in vergelijking met de Peer Group landen. Maximaal groeit de productiviteit met het jaarlijkse Peer Group groeigemiddelde van 5,4%. In de Europese markt zal de arbeidsproductiviteit naar het Peer Group gemiddelde toe groeien. De bovengenoemde groei gaat door tot de NL arbeidsproductiviteit gelijk is aan de Peer Group 2004 productiviteit van 4,2 TWh/arbeidsplaats. Als dit niveau bereikt is, zal het conform de voorspelde productiviteitsgroei van de best-in-class in 2004 verder groeien. De productiviteit groei ontwikkelt zich conform de voorspelde UK productiviteitsontwikkeling.
januari 2006 25
J;L)8").$3)"9-)02$"*%/')4/"#3)/")BX)3'3)IT:N)$$")+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*") N;NTT)5*"$")7-**30 Z$%(,$-$,$".$/#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%[)4''%07$--/",)/").$3)"9-)02$"*%/')FITTNRITITG
A*"3*-)*%5$/#07-**30$")/")B$#$%-*"#
IWTTT ISTTT
Minimaal INTTT
Maximaal IJTTT I:TTT :WTTT
Productiviteit is in 2015 4,9 TWh/Arbeidsplaats. De werkgelegenheid daalt daarmee tussen de 5.400 en 5.600 banen. Ten opzichte van 2004 is dit een daling van 20% resp. 21%.
In 2011 is de werkgelegenheidsdaling ten opzichte van 2004 5000 banen.
:STTT :NTTT ITTL
ITTNC
ITTQC
ITTSC
ITTVC
ITTWC
IT:TC
IT::C
IT:IC
IT:JC
IT:LC
IT:NC
IT:QC
IT:SC
IT:VC
=**%
IT:WC
ITITC
Minimaal Scenario Maximaal Scenario Nul Scenario
In In2011 2011isiser ereen eendaling dalingvan vande dewerkgelegenheid werkgelegenheidvan van5000 5000banen banenten tenopzichte opzichte van 2004. van 2004. Bron: DataMonitor (2005); PSIRI (2005)
januari 2006 26
J;N)?$)4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)/0)D$3)I;LTT)5*"$").$3),%''303)/") #$)"$35$.$
%$Aannames Op basis van de interview resultaten is een verdeling gemaakt van het aantal banen per stap in de waardeketen: • Productie 20% van de banen • Handel 5%van de banen • Netbeheer 45% van de banen • Levering 30%van de banen In het nul scenario wordt aangenomen dat de arbeidsplaatsreducties, zoals berekend over de gehele waardeketen, evenredig aan de bovengenoemde verhoudingen worden verdeeld.
Minimaal
Maximaal
5.400
5.600
ca. 1.100
ca. 1.100
ca. 300
ca. 300
Netbeheer
ca. 2.400
ca. 2400
Levering
ca. 1.600
ca. 1.600
Gehele Keten Productie Handel
Bron: Interviews industry experts; Capgemini Analyse
januari 2006 27
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario
4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 28
L;)\$3)?@$ A#4/$0)-$/#3)3'3).$3)=**%)IT:N)3'3)$$")4$%+*2.3$) +$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*")N;JTT)5*"$" 4.1 In dit scenario wordt uitgegaan van het DTe Advies ter creatie van de “Vette Netbeheerder”. 4.2 Interviews met vertegenwoordigers van de energiesector geven aan dat het DTe Advies initieel leidt tot inefficiënties van NL energiebedrijven. 4.3 Productiviteit in het DTe Advies scenario wordt beïnvloed door een initiële toename van arbeidsplaatsen. 4.4 In het DTe Advies scenario vindt in NL tot 2015 een werkgelegenheidsdaling tussen 5.200 en 5.400 banen plaats. 4.5 De verwachte werkgelegenheidsdaling zijn het grootst bij het netwerkbedrijf, tussen 3.200 en 3.700 banen.
januari 2006 29
L;:)8")#/3)02$"*%/')+'%#3)9/3,$,**")4*").$3)?@$ A#4/$0)3$%)2%$*3/$)4*") #$)]<$33$)B$35$.$$%#$%^ DTe Advies scenario In het DTe Advies scenario wordt bovenop het nul scenario het DTe Advies, conform het DTe Advies van 16 december 2004 over de taken en activiteiten van de netbeheerder na splitsing, toegevoegd. De belangrijkste punten voor dit scenario uit het advies zijn: ! Strategische taken moeten door de netbeheerder zelf worden uitgevoerd en mogen niet worden uitbesteed door de netbeheerder. Deze strategische taken zijn: financiële administratie, aanleveren van verbruikersgegevens ten behoeve van facturering en informatie/service lijn, ontwerpen van netten, beheer van informatiestromen en –systemen.
!
Enkele operationele taken mogen worden uitbesteed, behalve aan rechtspersonen die betrokken zijn bij levering of productie van energie.
! Mate van splitsing In dit scenario is geen sprake van een splitsing van de Nederlandse elektriciteitsbedrijven in een netwerk- en leveringsdeel als gevolg van wet- en regelgeving.
! Mate van privatisering In dit scenario wordt uitgegaan van de huidige status quo waarin privatisering van het productie en handelsbedrijf wel, maar privatisering van het netwerk en leveringsbedrijf voor een meerderheidsbelang niet mogelijk is. De komst van nieuwe toetreders is mogelijk.
! Mate van consolidatie Als gevolg van de regulering door de NMa (Nederlandse Mededingingsautoriteit) zijn de mogelijkheden tot nationale consolidatie beperkt. Nederlandse spelers zullen mogelijk overnames in het buitenland doen. Daarnaast kunnen internationale partijen Nederlandse partijen overnemen na een vrijwillige splitsing.
januari 2006 30
L;I)8"3$%4/$+0)D$3)4$%3$,$"+''%#/,$%0)4*")#$)$"$%,/$0$23'%),$4$" **")#*3) .$3)?@$ A#4/$0)**"4*"($-/=()-$/#3)3'3)/"$11/2/_"3/$0)/")BX)$"$%,/$5$#%/=4$"
! Het DTe Advies biedt door een versterkte regulering van de kerntaken van de netbeheerder minder mogelijkheden tot in/outsourcing. •
Bedrijven zijn meer gebonden aan het DTe Advies dat voorschrijft wat wel en niet uitbesteed mag worden.
! Als gevolg van minder mogelijkheden tot in- en outsourcing ontstaan er inefficiënties (o.a. duplicatie van activiteiten). • •
Shared Services op het gebied van billing en customer service die worden gedeeld tussen gereguleerde en niet-gereguleerde activiteiten zullen worden gesplitst en gedupliceerd. Bijbehorende ondersteunende diensten zoals ICT-beheer worden gedupliceerd
Bron: Interviews; Capgemini Analyse
januari 2006 31
L;J)O%'#923/4/3$/3)/").$3)?@$ A#4/$0)02$"*%/')+'%#3)5$`"4-'$#)#''%)$$")/"/3/_-$) 3'$"*D$)4*")*%5$/#07-**30$" Modelaannames ! Het NL productiviteitsniveau van 2004 (3,4 TWh/arbeidsplaats) wordt als startpunt genomen ! Duplicatie van activiteiten leidt tot inefficiënties met als gevolg werkgelegenheidstoename bij zowel netbeheerder als leveringsbedrijf (in met name overhead/ICT). Werkgelegenheidstoename van 1000 banen in de eerste twee jaar*. ! Tevens vindt er een verschuiving van met name administratieve-, ICT- en overheadactiviteiten plaats van het leveringsbedrijf naar de netbeheerder. De verschuiving is, naar schatting, 2500 banen van het leveringsbedrijf naar het netwerkbedrijf*. ! Deze effecten vinden plaats boven op de ontwikkelingen in het Nul Scenario.
* Vastgesteld op basis van Interviews en Capgemini Analyse Source:Deloitte & Touche (2004)
januari 2006 32
L;L)8").$3)?@$ A#4/$0)02$"*%/')4/"#3)/")BX)3'3)IT:N)$$") +$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)3900$")N;ITT)$")N;LTT)5*"$")7-**30 Z$%(,$-$,$".$/#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%[)4''%07$--/",)/").$3)?@$)A#4/$0)02$"*%/')FITTNRITITG
A*"3*-)*%5$/#07-**30$")/")B$#$%-*"#
IWTTT ISTTT INTTT IJTTT I:TTT
Productiviteit is in 2015 tussen 4,8 en 4,9 TWh/Arbeidsplaats. De werkgelegenheid daalt daarmee tussen de 5.200 en 5.400 banen. Ten opzichte van 2004 is dit een daling van 20%.
Tussen 2012 en 2014 is de werkgelegenheidsdaling ten opzichte van 2004 5000 banen.
:WTTT :STTT :NTTT ITTL
ITTNC
ITTQC
ITTSC
ITTVC
ITTWC
IT:TC
IT::C
IT:IC
=**%
IT:JC
IT:LC
IT:NC
IT:QC
IT:SC
IT:VC
Minimaal Scenario IT:WC ITITC Maximaal Scenario Nul Scenario
Tussen Tussen2012 2012en en2014 2014isiser ereen eendaling dalingvan vanwerkgelegenheid werkgelegenheidvan van5000 5000banen banenten ten opzichte van 2004. Dit is 1 tot 3 jaar later dan in het nul scenario. opzichte van 2004. Dit is 1 tot 3 jaar later dan in het nul scenario. Bron: DataMonitor (2005); PSIRI (2005)
januari 2006 33
L;N)?$)4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)/0)D$3)I;LTT)5*"$").$3),%''303)/") #$)"$35$.$
%$Aannames De verdeling in het DTe Advies scenario is gelijk aan die van het nul scenario met uitzondering van de verschuivingen en 1000 banen extra. Er komen in het DTe Advies scenario 1000 banen bij in de netbeheer en 2.500 banen verschuiven van levering naar netbeheer.
Gehele Keten Productie Handel
Minimaal
Maximaal
5.200
5.400
ca. 1.000
ca. 1.100
ca. 300
ca. 300
Netbeheer
ca. 2.300
Levering
ca. 1.600
ca. 2.400
ca. 1.600
Bron: Interviews industry experts; Capgemini Analyse
januari 2006 34
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario
5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 35
N;)a7-/30/",)&'"#$%)4$%#$%$)7%/4*3/0$%/",)-$/#3)3'3).$3)=**%)IT:N)3'3)$$") 4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*")N;LTT)5*"$" 5.1 In dit scenario wordt uitgegaan van splitsing zonder verdere privatisering. 5.2 Splitsing leidt tot tijdelijke prijsconcurrentie en mogelijk tot consolidatie van netwerkbedrijven. 5.3 De ontwikkelingen van het splitsingscenario leiden tot de modelaanname van constante toekomstige arbeidsproductiviteitsgroei van 4,9-5,4% per jaar. 5.4 In het splitsingscenario vindt in Nederland tot 2015 een werkgelegenheidsdaling van tussen de 5.000 en 5.700 banen plaats. 5.5 De verwachte werkgelegenheidsdaling zijn het grootst in de netbeheer, tussen 3.200 en 3.700 banen.
januari 2006 36
N;:)8")#/3)02$"*%/')+'%#3)9/3,$,**")4*")07-/30/",)&'"#$%)4$%#$%$ 7%/4*3/0$%/", Splitsing-zonder-verdere-privatisering scenario In het splitsing-zonder-verdere-privatisering scenario wordt bovenop het nul scenario het splitsingswetsvoorstel doorgevoerd. Dat wil zeggen dat de geïntegreerde energiebedrijven tot op aandeelhoudersniveau gesplitst worden in een netwerkbedrijf (de netwerkbeheerder) en een commercieel bedrijf waarin overige activiteiten als levering, handel en productie zijn ondergebracht. Naast een administratieve splitsing gaat het ook om een juridische en eigendomssplitsing. Dit is conform het splitsingswetsvoorstel.
! Mate van splitsing In dit scenario is sprake van een volledige splitsing van de Nederlandse elektriciteitsbedrijven in 12 netwerken 12 leveringsbedrijven.
! Mate van privatisering In dit scenario wordt uitgegaan van de huidige status quo waarin privatisering van het productie en handelsbedrijf wel, maar privatisering van het netwerk- en leveringsbedrijf voor een meerderheidsbelang niet mogelijk is. De komst van nieuwe toetreders is mogelijk.
! Mate van consolidatie Als gevolg van de regulering door de NMa zijn de mogelijkheden tot nationale consolidatie beperkt. Nederlandse spelers zullen mogelijk overnames in het buitenland doen. Daarnaast kunnen internationale partijen Nederlandse partijen overnemen na een vrijwillige splitsing. Zonder Zonderaanvullende aanvullenderegulering reguleringzal zalsplitsing splitsingals alskatalysator katalysatorwerken werkenop op privatisering. Die regulering is op dit moment niet voorzien. Dit scenario privatisering. Die regulering is op dit moment niet voorzien. Dit scenarioisis toegevoegd toegevoegdom omde deeffecten effectenvan vande desplitsingsoperatie splitsingsoperatieals alszodanig zodaniginzichtelijk inzichtelijkte te maken. maken.
januari 2006 37
N;I)a7-/30/",)-$/#3)3'3)3/=#$-/=($)7%/=02'"29%%$"3/$)$")D',$-/=( 3'3)2'"0'-/#*3/$) 4*")"$3+$%(5$#%/=4$" ! Splitsing verhoogt de transparantie van de markt, hetgeen een impuls aan (prijs)concurrentie geeft. Door de splitsing ontstaat er meer transparantie in winst en verlies en daarmee de kostprijs per onderdeel in de energie waardeketen. De verschillen in de kostprijzen van de spelers, als gevolg van verschillende kostenstructuren, wordt plotseling inzichtelijk. Dit leidt tot andere concurrentieverhoudingen in de strijd om de klant. Partijen met een lage kostprijs zullen gebruik maken van dit tijdelijk voordeel en naar verwachting een sterke prijsconcurrentie aangaan.
! Verhoogde concurrentie zal de nadruk op efficiency in het leveringsbedrijf vergroten.* De nadruk op efficiencyverbetering was in het nul-scenario al groot. Deze noodzaak wordt alleen maar groter als gevolg van de toename in concurrentie. Vanwege het plotselinge karakter van de splitsing is het waarschijnlijk dat efficiencyreducties schoksgewijs zullen worden doorgevoerd.
! Het doorvoeren van de splitsing zal tot duplicatie van activiteiten leiden. Industrie experts geven aan dat splitsing van activa en passiva een kostbaar en complex proces is.
Bron: Interviews; Capgemini Analyse
januari 2006 38
N;J)?$)7%'#923/4/3$/3)"$$D3)/").$3)07-/30/",R&'"#$%R4$%#$%$R7%/4*3/0$%/",) 02$"*%/').*%#$%)3'$)#*")/").$3)"9-)02$"*%/' Modelaannames ! Het NL productiviteitsniveau van 2004 (3,4 TWh/arbeidsplaats) wordt als startpunt genomen. ! De NL arbeidsproductiviteit zal naar verwachting harder groeien dan in het nul scenario gegeven de toename van de druk op efficiency. De druk wordt verwacht boven Peer Group gemiddelde uit te komen. De groei van de arbeidsproductiviteit zal boven het huidige Peer Group groeiniveau komen. Minimaal groeit de productiviteit met het jaarlijkse Peer Group groeigemiddelde van 5,4%. ! Omdat er nog geen sprake is van privatisering zal de arbeidsproductiviteitsgroei onder die van de UK markt zijn. Maximaal groeit de productiviteit met het jaarlijkse UK groeigemiddelde van 7,2%. ! Door een beperkte druk op het geïnvesteerde kapitaal zal in een Europese markt de arbeidsproductiviteit naar het Peer Group gemiddelde toegroeien. De groei gaat door tot de NL arbeidsproductiviteit gelijk is aan de Peer Group 2004 productiviteit van 4,2 TWh/arbeidsplaats. ! Als dit niveau bereikt is, dan zal de productiviteit zich verder ontwikkelen conform de voorspelde productiviteitsgroei van de best-in-class 2004. In het eerste jaar na het bereiken van dit punt, ontwikkelt de productiviteit zich conform de voorspelde UK productiviteit ontwikkeling. ! Duplicatie van activiteiten leidt tot inefficiënties met als gevolg werkgelegenheidstoename bij zowel netbeheerder als leveringsbedrijf in met name overhead/ICT. ! In de eerste twee jaar is er naast de groei ook een werkgelegenheidstoename van 1000 banen.
Vastgesteld op basis van Interviews en Capgemini Analyse Bron: Deloitte & Touche
januari 2006 39
N;L)8").$3)07-/30/",R&'"#$%R4$%#$%$R7%/4*3/0$%/",)02$"*%/')4/"#3)/")B$#$%-*"#)3'3)IT:N) $$")+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*")3900$")#$)N;TTT)$")N;STT)5*"$")7-**30 Z$%(,$-$,$".$/#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%[)4''%07$--/",)/").$3)a7-/30/",)E'"#$%)<$%#$%$) O%/4*3/0$%/",)02$"*%/')FITTNRITITG
A*"3*-)*%5$/#07-**30$")/")B$#$%-*"#
IWTTT ISTTT INTTT IJTTT I:TTT :WTTT
Productiviteit is in 2015 tussen 4,8 en 5,0 TWh/Arbeidsplaats. De werkgelegenheid daalt daarmee tussen de 5.000 en 5.700 banen. Ten opzichte van 2004 is dit een daling van 19% resp. 21%.
Tussen 2011 en 2015 is de werkgelegenheidsdaling ten opzichte van 2004 5000 banen
:STTT :NTTT ITTL
ITTNC
ITTQC
ITTSC
ITTVC
ITTWC
IT:TC
IT::C
IT:IC
=**%
IT:JC
IT:LC
IT:NC
IT:QC
IT:SC
IT:VC
IT:WC
ITITC
Minimaal Scenario Maximaal Scenario Nul Scenario
Tussen Tussen2012 2012en en2015 2015isiser ereen eendaling dalingvan vanwerkgelegenheid werkgelegenheidvan van5000 5000banen banenten ten opzichte van 2004. Dit is 0 tot 4 jaar later dan in het nul scenario. opzichte van 2004. Dit is 0 tot 4 jaar later dan in het nul scenario. Bron: DataMonitor (2005); PSIRI (2005)
januari 2006 40
N;N)?$)4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)/0)D$3)J;ITT)3'3)J;STT)5*"$").$3) ,%''303)/")#$)"$35$.$
%$Aannames Splitsing heeft met name effect op levering en netbeheer. Productie en handel worden niet additioneel geraakt door splitsing. De arbeidsplaatsreducties in deze stappen van de waardeketen zijn daarom gelijk aan het nul scenario. De overige arbeidsplaatsreducties worden over levering en netbeheer verdeeld in de volgende verhoudingen (verhouding banen in netbeheer tot levering): • Netbeheer 65% van de banen • Levering 35% van de banen.
Minimaal
Maximaal
5.000
5.700
ca. 1.000
ca. 1.100
ca. 300
ca. 300
Netbeheer
ca. 2.200
ca. 2.600
Levering
ca. 1.500
ca. 1.700
Gehele Keten Productie Handel
Bron: Interviews industry experts; Capgemini Analyse
januari 2006 41
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario
6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 42
Q;)a7-/30/",)/")2'D5/"*3/$)D$3)7%/4*3/0$%/",)4*").$3)-$4$%/",05$#%/=1)-$/#3)3'3) IT:N)3'3)$$")4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*")W;NTT)5*"$" 6.1 In dit scenario wordt uitgegaan van splitsing plus privatisering van het commercieel bedrijf. 6.2 De toenemende concurrentie in de Nederlandse energiesector zal leiden tot werkgelegenheidsverlies. 6.3 De productiviteit in het splitsing-plus-privatisering-commercieel-bedrijf neemt sterk toe. 6.4 In het splitsing plus privatisering commercieel bedrijf scenario vindt in Nederland tot 2015 een werkgelegenheidsdaling tussen de 9.000 en 10.000 banen plaats. 6.5 De verwachte werkgelegenheidsdaling is met 4.000 tot 4.600 banen het grootst in de netbeheer.
januari 2006 43
Q;:)8")#/3)02$"*%/')+'%#3)9/3,$,**")4*")07-/30/",)7-90)7%/4*3/0$%/",)4*").$3) 2'DD$%2/$$-)5$#%/=1 Splitsing-plus-privatisering-commercieel-bedrijf scenario Het scenario waarbij het splitsingswetsvoorstel (incl. 110 kV) wordt uitgevoerd en waarbij de afgesplitste commerciële bedrijven kunnen worden geprivatiseerd. Onder het commercieel bedrijf wordt het leverings-, handels- en productiebedrijf verstaan. In dit scenario kan direct na de splitsing het leveringsbedrijf door aandeelhouders worden verkocht.
! Mate van splitsing In dit scenario is sprake van een volledige splitsing van de Nederlandse energiebedrijven in een netwerk- en leveringsdeel.
! Mate van privatisering In dit scenario is volledige privatisering van het commerciële leveringsbedrijf mogelijk.
! Mate van consolidatie Dit scenario zal waarschijnlijk leiden tot een hoge mate van (internationale) consolidatie. De verwachting is dat met name een klein aantal grote internationale spelers de markt zullen betreden middels overnames. Hierdoor zal het aantal spelers in de Nederlandse energiesector sterk gereduceerd worden.
januari 2006 44
Q;I)?$)3'$"$D$"#$)2'"29%%$"3/$)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%)&*-)-$/#$") 3'3)+$%(,$-$,$".$/#04$%-/$0 ! Splitsing in combinatie met privatisering creëert een kopersmarkt voor de Nederlandse leveringsbedrijven. ! Het opent plotseling de weg voor nieuwe spelers om de Nederlandse energiesector te betreden. ! De Nederlandse markt is aantrekkelijk gezien de omvang en de strategische ligging t.o.v. andere Europese markten. ! De balanswaarde van de afgesplitste leveringsbedrijven is sterk verminderd waardoor ze makkelijker kunnen worden overgenomen. ! Grote Europese energiebedrijven hebben een grote overnamekas tot hun beschikking en hebben hun interesse reeds getoond.
! De Nederlandse markt zal gekenmerkt worden door een toenemende invloed van grote buitenlandse spelers en een toenemende focus op efficiency. Om competitief te blijven met de internationale giganten zullen NL energiebedrijven genoodzaakt zijn hun bedrijf meer professioneel te leiden (rationalisering) met een sterke nadruk op kostenbeheersing.
! De toegenomen concurrentie en focus op efficiency leidt tot een voortdurende zoektocht naar schaaleffecten en steeds strakker geleide Nederlandse elektriciteitsbedrijven. Bron: Interviews; Capgemini Analyse
januari 2006 45
Q;J)?$)7%'#923/4/3$/3)/").$3)07-/30/",R7-90R7%/4*3/0$%/",R2'DD$%2/$$-R5$#%/=1) "$$D3)03$%()3'$ Modelaannames ! Het NL productiviteitsniveau van 2004 (3,4 TWh/arbeidsplaats) wordt als startpunt genomen. ! Door splitsing in combinatie met privatisering gaat de markt radicaal open. Er ontstaat een kopersmarkt waarin Europese spelers met een grote oorlogskas op de markt komen. De NL arbeidsproductiviteit groeit daardoor harder dan de UK. Minimaal groeit de productiviteit met het jaarlijkse UK groeigemiddelde van 7,2%. ! De maximale groei is gelijk aan de maximale productiviteitsgroei in NL tussen 1994 en 2004. Maximaal groeit de productiviteit met 10,7%. ! Omdat er sprake is van privatisering zal de NL arbeidsproductiviteit in versneld tempo groeien naar het UK niveau van 2004. De groei gaat door tot de NL arbeidsproductiviteit gelijk is aan de UK 2004 productiviteit van 5,4 TWh/arbeidsplaats. ! ls dit niveau bereikt, dan zal de productiviteit zich ontwikkelen conform de voorspelde productiviteitsgroei van de best-in-class 2004: de voorspelde UK productiviteit ontwikkeling. ! De werkgelegenheidstoename als gevolg van de splitsing blijft gelijk aan het splitsing-zonder-verdereprivatisering scenario. In de eerste twee jaar is er naast de groei ook een werkgelegenheidstoename van 1000 banen.
Vastgesteld op basis van Interviews en Capgemini Analyse Bron:Deloitte & Touche
januari 2006 46
Q;L)8").$3)07-/30/",R7-90R7%/4*3/0$%/",R2'DD$%2/$$-R5$#%/=1)02$"*%/')4/"#3)/")B$#$%-*"#)3'3) IT:N)$$")+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)3900$")#$)W;TTT)$"):T;TTT)5*"$")7-**30 Z$%(,$-$,$".$/#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%[)4''%07$--/",)/").$3)a7-/30/",)7-90)O%/4*3/0$%/",) H'DD$%2/$$-)Y$#%/=1)02$"*%/')FITTNRITITG
A*"3*-)*%5$/#07-**30$")/")B$#$%-*"#
IWTTT
Tussen 2009 en 2010 is de werkgelegenheidsdaling ten opzichte van 2004 5000 banen
ISTTT
Productiviteit is in 2015 5,9 en 6,3 TWh/Arbeidsplaats. De werkgelegenheid daalt daarmee met 8.900 en 10.200 banen. Ten opzichte van 2004 is dit een daling van 34% resp. 38%.
INTTT IJTTT I:TTT :WTTT :STTT :NTTT ITTL
ITTNC
ITTQC
ITTSC
ITTVC
ITTWC
IT:TC
IT::C
IT:IC
=**%
IT:JC
IT:LC
IT:NC
IT:QC
IT:SC
IT:VC
IT:WC
ITITC
Minimaal Scenario Maximaal Scenario Nul Scenario
Tussen Tussen2009 2009en en2010 2010isiser ereen eendaling dalingvan vande dewerkgelegenheid werkgelegenheidvan van5000 5000banen banen ten opzichte van 2004. Dit is 1 tot 2 jaar eerder dan in het nul scenario. ten opzichte van 2004. Dit is 1 tot 2 jaar eerder dan in het nul scenario. Bron: DataMonitor (2005); PSIRI (2005)
januari 2006 47
Q;N)?$)4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)/0)D$3)L;TTT)3'3)L;QTT)5*"$").$3) ,%''303)/")#$)"$35$.$
%$Aannames Het splitsingscenario wordt als basis genomen. Het volumeverschil tussen splitsing en splitsing & privatisering van het commercieel bedrijf wordt verdeeld over de stappen in de waardeketen in dezelfde verhoudingen als in het nulscenario: • Productie 20% van de banen • Handel 5% van de banen • Netbeheer 45% van de banen • Levering 30% van de banen
Minimaal
Maximaal
8.900
10.200
ca. 1.800
ca. 2.000
ca. 400
ca. 500
Netbeheer
ca. 4.000
ca. 4.600
Levering
ca. 2.700
ca. 3.100
Gehele Keten Productie Handel
Bron: Interviews industry experts; Capgemini Analyse
januari 2006 48
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario
7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario 8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 49
S;)a7-/30/",)0*D$")D$3)7%/4*3/0$%/",)4*").$3)2'DD$%2/$$-R $")"$3+$%(5$#%/=1)FbLWcG) -$/#3)3'3)IT:N)3'3)$$")4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)4*")W;ITT)5*"$" 7.1 In dit scenario wordt uitgegaan van splitsing plus privatisering van het commercieel- en netwerkbedrijf (max. 49%). 7.2 Het netwerkbedrijf zal sneller efficiënter gaan opereren als gevolg van het streven naar rendement van de private aandeelhouders. 7.3 De productiviteit neemt in het spliting-plus-privatisering-commercieel-en-netwerk-bedrijf explosief toe. 7.4 In het splitsing plus privatisering commercieel en netwerk bedrijf scenario vindt in Nederland tot 2015 een werkgelegenheidsdaling tussen de 9.000 en 10.000 banen plaats. 7.5 De verwachte werkgelegenheidsdaling is met 4.000 banen het grootst in de netbeheer.
januari 2006 50
S;:)8")#/3)02$"*%/')+'%#3)9/3,$,**")4*")07-/30/",)7-90)7%/4*3/0$%/",)4*").$3) 2'DD$%2/$$-R $")"$3+$%(5$#%/=1)FD*d;)LWcG Splitsing-plus-privatisering-commercieel-en-netwerkbedrijf scenario: Het scenario waarbij het splitsingswetsvoorstel (incl. 110 kV) wordt uitgevoerd en waarbij de afgesplitste leveringsbedrijven volledig en de netwerkbedrijven voor de toegestane minderheid van 49% worden geprivatiseerd.
! Mate van splitsing In dit scenario is sprake van een volledige splitsing van de Nederlandse energiebedrijven in een netwerk- en leveringsdeel.
! Mate van privatisering In dit scenario is volledige privatisering van het commercieel leveringsbedrijf mogelijk en een gedeeltelijke privatisering van 49% van het netwerkbedrijf mogelijk.
! Mate van consolidatie In aanvulling op de consolidatie van de commerciële bedrijven is het mogelijk dat ook netwerkbedrijven verder consolideren vanuit het oogpunt schaalvoordelen te creëren.
januari 2006 51
S;I)\$3)"$3+$%(5$#%/=1)&*-)0"$--$%)$11/2/_"3$%),**")'7
")*-0),$4'-,)4*").$3) 03%$4$")"**%)%$"#$D$"3)4*")#$)7%/4*3$)**"#$$-.'9#$%0
Privatisering van het netwerkbedrijf voor 49% zal leiden tot een grotere druk efficiënter te opereren binnen gegeven reguleringskaders ! Private aandeelhouders zullen streven naar optimalisatie van de rendementen op hun geïnvesteerd
vermogen. ! Met name de overheid zal aan willen tonen dat privatisering niet leidt tot kwaliteitsverlies. Zij zal daarom het functioneren van energiebedrijven sterk in de gaten houden. ! Risico’s voor een te hoge nadruk op rendement ten koste van kwaliteit kunnen worden afgedekt door afspraken tussen publieke en private aandeelhouders en regulering door de DTe.
Bron: Interviews; Capgemini Analyse
januari 2006 52
S;J)?$)7%'#923/4/3$/3)"$$D3)/").$3)07-/3/",R7-90R7%/4*3/0$%/",R2'DD$%2/$$-R$"R "$3+$%(R5$#%/=1 $d7-'0/$1)3'$ Modelaannames ! Het NL productiviteitsniveau van 2004 (3,4 TWh/arbeidsplaats) wordt als startpunt genomen. ! Door naast splitsing en privatisering van het commercieel bedrijf ook het netwerkbedrijf voor een minderheidsbelang te privatiseren is de groei van de productiviteit nog explosiever. De druk om door efficiency en schaaleffecten sneller rendement op kapitaal te realiseren neemt verder toe. Boven op het splitsing-plusprivatisering-commercieel-bedrijf scenario vindt er een additionele productiviteitsgroei plaats tot aan het UK productiviteitsniveau van 2004. Privatisering van extra gedeelte van de markt leidt tot een extra stijging van de arbeidsproductiviteitsgroei van 1%. Minimaal groeit de productiviteit vanaf dit punt met het jaarlijkse UK groeigemiddelde van 8,2%. Maximaal groeit de productiviteit vanaf dit punt met de maximale groei historisch gezien in NL tussen 1994 en 2004 van 11,7%. ! Als het UK 2004 productiviteitsniveau van 5,4 TWh per arbeidsplaats bereikt is, zal de productiviteit zich ontwikkelen conform de voorspelde productiviteitsgroei van de best-in-class 2004. ! In het eerste jaar na het bereiken van dit punt ontwikkelt de productiviteit zich conform de voorspelde UK productiviteit ontwikkeling. ! De werkgelegenheidstoename als gevolg van de splitsing-plus-privatisering-commercieel-en-netwerkbedrijf (max. 49%) blijft gelijk aan het splitsing-zonder-verdere-privatisering scenario. In de eerste twee jaar is er dus naast de daling ook een werkgelegenheidstoename van 1000 banen.
Vastgesteld op basis van Interviews en Capgemini Analyse Bron: Deloitte & Touche
januari 2006 53
S;L)8").$3)07-/30/",)7-90)7%/4*3/0$%/",)2'DD$%2/$$-)$")"$3+$%()5$#%/=1)02$"*%/')4/"#3)/") B$#$%-*"#)3'3)IT:N)$$")+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)3900$")#$)W;TTT)$" :T;TTT)5*"$")7-**30 Z$%(,$-$,$".$/#)/")#$)B$#$%-*"#0$)$"$%,/$0$23'%[)4''%07$--/",)/").$3)a7-/30/",)7-90)O%/4*3/0$%/",) H'DD$%2/$$-)$")B$3+$%()Y$#%/=1)02$"*%/')FITTNRITITG
A*"3*-)*%5$/#07-**30$")/")B$#$%-*"#
IWTTT
Tussen 2008 en 2009 is de werkgelegenheidsdaling ten opzichte van 2004 5000 banen
ISTTT
Productiviteit is in 2015 5,9 en 6,0 TWh/Arbeidsplaats. De werkgelegenheid daalt daarmee 9.000 en 9.400 banen. Ten opzichte van 2004 is dit een daling van 34% resp 35%.
INTTT IJTTT I:TTT :WTTT :STTT :NTTT ITTL
ITTNC
ITTQC
ITTSC
ITTVC
ITTWC
IT:TC
IT::C
IT:IC
=**%
IT:JC
IT:LC
IT:NC
IT:QC
IT:SC
IT:VC
IT:WC
ITITC
Minimaal Scenario Maximaal Scenario Nul Scenario
Tussen Tussen2008 2008en en2009 2009isiser erdaling dalingvan vande dewerkgelegenheid werkgelegenheidvan van5000 5000banen banenten ten opzichte van 2004. Dit is 2 tot 3 jaar eerder dan in het nul scenario. opzichte van 2004. Dit is 2 tot 3 jaar eerder dan in het nul scenario. Bron: DataMonitor (2005); PSIRI (2005)
januari 2006 54
S;N)?$)4$%+*2.3$)+$%(,$-$,$".$/#0#*-/",)/0)D$3)L;TTT)5*"$").$3),%''303)/") #$)"$35$.$
%$Aannames Het splitsingscenario wordt als basis genomen. Het volumeverschil tussen splitsing en splitsing & privatisering van het commercieel bedrijf wordt verdeeld over de stappen in de waardeketen in dezelfde verhoudingen als in het nulscenario: • Productie 20% van de banen • Handel 5% van de banen • Netbeheer 45% van de banen • Levering 30% van de banen
Minimaal
Maximaal
9.000
9.400
ca. 1.800
ca. 1.900
ca. 500
ca. 500
Netbeheer
ca. 4.000
ca. 4.200
Levering
ca. 2.700
ca. 2.800
Gehele Keten Productie Handel
Bron: Interviews industry experts; Capgemini Analyse
januari 2006 55
8".'9#
Management Samenvatting – separaat document 1. Achtergrond en Aanpak 2. Historische Ontwikkelingen 3. Nul Scenario 4. DTe Advies Scenario 5. Splitsing Zonder Verdere Privatisering Scenario 6. Splitsing Plus Privatisering Commercieel Bedrijf Scenario 7. Splitsing Plus Privatisering Commercieel en Netwerkbedrijf Scenario
8. Conclusies Bijlagen – separaat document
januari 2006 56
V;:)Z$%(,$-$,$".$/#0#*-/", /")#$)B$#$%-*"#0$ $"$%,/$0$23'% /0)$4/#$"36)$2.3$% #$) 4''%,$"'D$" D**3%$,$-$" .$55$" $11$23)'7)#$).'',3$ $")'7).$3 3$D7')+**%/" #/3 ,$5$9%3 ! Vijf scenario!s beschrijven het werkgelegenheidseffect van liberalisering, DTe Advies ("Vette Netbeheerder#), splitsing, en privatisering in de Nederlandse energiesector. Historische analyse laat zien dat liberalisering van de Europese energiesector heeft geleid tot commercialisering, rationalisering en consolidatie met als gevolg een werkgelegenheidsdaling. ! Verdere rationalisatie en consolidatie zal de werkgelegenheid in de Nederlandse energiesector significant doen dalen, ook zonder verdere maatregelen. Deze daling van de werkgelegenheid wordt geschat op 5.000 tot 6.000 arbeidsplaatsen in 2015 ten opzichte van 2004. ! De implementatie van het DTe Advies (“Vette Netbeheerder”) of de implementatie van het Splitsen van geïntegreerde energiebedrijven zonder verdere privatisering hebben geen additioneel effect op de hoogte van deze daling. Wel hebben beide maatregelen effect op het tempo waarin de daling geschied. : bij implementatie zal de daling trager geschieden. Deze vertraging wordt veroorzaakt door optredende inefficiënties in de Nederlandse energiebedrijven. Opgemerkt moet worden dat splitsing zonder verdere privatisering een theoretisch scenario is. ! Privatisering is de voornaamste oorzaak van additionele werkgelegenheidsdalingen. Het heeft een sterk effect op zowel de hoogte als op het tempo van de werkgelegenheidsdaling. Snel veranderende marktdynamieken, zoals een sterk toenemende concurrentie en de komst van nieuwe partijen, leggen een verhoogde druk op rationalisatie en internationale consolidatie. Dit met een snelle en forse stijging van de arbeidsproductiviteit als gevolg. Deze daling van de werkgelegenheid wordt geschat op 9.000 tot 10.000 arbeidsplaatsen in 2015 ten opzichte van 2004. Dit is 4000 meer dan in het Nul Scenario.
januari 2006 57