Louis Couperus
samenstelling H.W. van Tricht, Gerrit Borgers, Jan Hulsker, Jurriaan Schrofer en Ellen Warmond.
bron H.W. van Tricht, Gerrit Borgers, Jan Hulsker, Jurriaan Schrofer en Ellen Warmond, Louis Couperus (Schrijversprentenboek 9). De Bezige Bij, Amsterdam / Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum, Den Haag 1980 (derde druk)
Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/tric001loui02_01/colofon.htm
© 2008 dbnl / erven H.W. van Tricht, erven Gerrit Borgers, erven Jan Hulsker, Jurriaan Schrofer en Ellen Warmond
i.s.m.
1
1 Pasfoto, 1920.
Louis Couperus
4
biografische gegevens 1863
10 juni: Louis Marie Anne Couperus geboren Mauritskade nr. 11 [thans nr. 43] te 's-Gravenhage als jongste van de elf kinderen van Mr. John Ricus Couperus, gepensioneerd raadsheer in de beide Hoge Gerechtshoven in het toenmalige Nederlands-Indië, en jonkvrouwe Catharina Geertruida Reynst.
1869
Bezoekt de lagere school aan het Buitenhof te Den Haag.
1872
8 november: vertrek naar Nederlands-Indië.
1872-1878
Verblijf te Batavia, Koningsplein; bezoekt een lagere school en het Gymnasium Willem III [waar toen geen klassieke talen werden onderwezen].
1878
Zomer: terug in Den Haag, Nassaukade nr. 4 [in 1883 gewijzigd in Nassauplein nr. 4]. September: zakt voor het toelatingsexamen voor de 3de klas der [1ste] Hogere Burgerschool Bleijenburg en wordt in de 2de klas geplaatst.
1880
Juli: blijft zitten in de 3de klas. Onderwijs van Dr. Jan ten Brink. Vriendschap met Frans Netscher.
1881
Juli: blijft weer in de 3de klas zitten, verlaat de school en gaat onder leiding van Ten Brink en Dr. A.W. Stellwagen voor de akte M.O. Nederlands werken.
1883
Debuteert onder de naam Louis C. in het juni-nummer van Nederland met Erinnering, een cyclus gedichten. In het oktobernummer van De Gids verschijnt onder de naam Louis Couperus een gedicht in terzinen, getiteld Santa Chiara.
1884
Vestigt zich met zijn familie in de Surinamestraat 20, in een huis dat zijn vader had laten bouwen. 17 juni: zijn eerste verzenbundel, Een lent van vaerzen, verschijnt.
Louis Couperus
1886
6 december: slaagt voor de akte M.O. Nederlands.
1888
17 juni - 4 december: zijn roman Eline Vere verschijnt als feuilleton in het dagblad Het Vaderland.
1889
Eline Vere wordt bekroond met de driejaarlijkse prijs van het D.A. Thiemefonds.
1890
13 oktober: vertrek naar Parijs.
1891
Januari: terug in Den Haag. Verloving met zijn nicht Elisabeth Wilhelmina Johanna Baud, geboren 30 oktober 1867 te Batavia. 9 september: huwelijk te Den Haag. 21 september: vestigt zich in het landhuisje ‘Minta’ aan de Roeltjesweg [destijds nr. 27] te Hilversum.
1892
Mei: verblijf te Brussel. Begin van het zwerven. November: opvoering van Noodlot, in de bewerking van Gerrit Jäger, door het Rotterdams Tivoligezelschap met W. Royaards en Jan C. de Vos in de hoofdrollen.
1893
Januari: eerste reis naar Italië, midden februari plotseling afgebroken door het overlijden van zijn moeder, mevrouw C.G. Couperus-Reynst. Najaar: tweede reis naar Italië.
1894-1895
Redacteur van De Gids. Juli: vestigt zich Jacob van der Doesstraat 123 te Den Haag.
1896-1898
Reizen naar Frankrijk, Duitsland en Engeland.
1897
31 augustus: benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.
1899
Februari: vertrek naar Nederlands-Indië. Verblijf te Tegal en Pasoeroean.
1900
Maart: terug in Den Haag. September: vestigt zich te Nice, Villa Jules, Avenue St. Maurice. Van nu af talrijke reizen naar Italië, vooral Rome en Florence.
Louis Couperus
1902
13 oktober: overlijden van zijn vader, Mr. J.R. Couperus.
1903
Met Cyriel Buysse en W.G. van Nouhuys oprichter-redacteur van Groot Nederland. Verblijf te Rome. Begint opnieuw verzen te schrijven.
1905
Schrijft zijn eerste historische roman, De berg van licht.
1906
Schrijft zijn laatste hedendaagse roman, Aan den weg der vreugde. Omstreeks deze tijd ontstaat de vriendschap met ‘Orlando’.
1907
Nadere kennismaking met de archeoloog Dr. H.M.R. Leopold te Rome.
1908
Laatste gedichten, gepubliceerd in het meinummer van Groot Nederland onder de titel Nachten, een sonnettencyclus.
1909
27 november: eerste wekelijkse feuilleton in Het Vaderland.
1910-1912
Reizen door Italië en Sicilië.
1913
April-juni: reis door Spanje. Zomen: verblijf te München.
1914
April: ontvangt de Nieuwe Gids-prijs voor Antiek Toerisme. Zomer: tweede verblijf te München. September: vertrek naar Florence.
1915
Februari: terug uit Florence. Verblijft Molenstraat 26 te Den Haag bij zijn zwager en zijn zuster, het echtpaar Vlielander Hein-Couperus. Augustus: vestigt zich Hoge Wal 2 te Den Haag.
1916
6 mei: eerste wekelijkse bijdrage in de Haagse Post.
1918-1919
Schrijft zijn laatste roman, Iskander.
1918
Oktober: opvoering van Eline Vere in de bewerking van E. Couperus-Baud door het Hofstadtoneel met Else Mauhs in de hoofdrol, in het Verkade Theater aan de Herengracht te Den Haag.
1920
13 oktober: vertrek naar Algiers.
Louis Couperus
1921
Mei: over Parijs naar Nederland terug. Juni: verblijf te Londen. Oktober: vertrek naar het Verre Oosten als bijzonder correspondent van de Haagse Post. Reis door Sumatra, Java en Bali.
1922
Reis door Japan. Ernstige ziekte. Oktober: terug in Den Haag, Hoge Wal 2.
1923
Maart: vestigt zich in De Steeg, gemeente Rheden, in een door vrienden en bewonderaars aangeboden huis. Ontvangt de Tollensprijs voor zijn gehele oeuvre. 4 juni: wordt benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. 9 juni: wordt gehuldigd op zijn 60ste verjaardag. 16 juli: overlijdt aan longvliesontsteking en bloedvergiftiging. Enige tijd na de crematie op Westerveld is zijn as gebracht naar de begraafplaats Oud Eik en Duinen te Den Haag.
Louis Couperus
5
[Jeugd]
2 Bladzijde uit een paspoort van het echtpaar Couperus.
3 ‘In Afrika, Verzameld Werk XII’, blz. 52.
Louis Couperus
6
5 Onthulling gedenksteen aan geboortehuis door burgemeester Parijn op 10 juni 1930.
Louis Couperus
4 Vader van Louis Couperus.
6 ‘Een Hagenaar terug in Den Haag, Verzameld Werk IX’, blz. 611.
Louis Couperus
7
7 Geboortehuis te Den Haag, Mauritskade 43.
8 Woning te Den Haag sinds 1915, Hoge wal 2.
Louis Couperus
9 Als kind met zijn moeder.
10 ‘Toen ik een kleine jongen was, Verzameld Werk VII’, blz. 666.
Louis Couperus
8
11 Gymnasium Willem III in het voormalige Batavia.
12 ‘Oostwaarts, Verzameld Werk XII’, blz. 349.
13 H.B.S. Bleijenburg te Den Haag.
Louis Couperus
15 Diploma M.O. Nederlands.
14 Bladzijde van het zangspel ‘De schoone slaapster in het bosch’.
Louis Couperus
9
16 Louis Couperus en Elisabeth Baud op een gekostumeerd kinderbal te Batavia, 1878.
Louis Couperus
17 Louis Couperus en Elisabeth Baud op een gekostumeerd kinderbal te Batavia, 1878.
18 ‘Kindersouvenirs’, Verzameld Werk VII’, blz. 674.
Louis Couperus
10
19 Schoolvriend Frans Netscher.
20 Dr. Jan ren Brink.
Louis Couperus
21 ‘Intieme impressies, Verzameld Werk XII’, blz. 934.
22 Debuut in Nederland, 1883.
Louis Couperus
11
inleiding Anders dan Napoleon heeft Louis Couperus zich zelden beziggehouden met de opinie van het nageslacht over zijn aardse werken. Zelfs was hij er van overtuigd dat er in de tweede helft van de 20e eeuw geen romans meer gelezen en geschreven zouden worden. Maar het ergerde en kwetste hem dat de tijdgenoten hem niet méér lazen dan zij deden, en dat zijn uitgever zijn boeken niet in afleveringen van enkele kwartjes aan de kiosken en spoorwegstalletjes verkrijgbaar wilde stellen, zodat ze door een groot publiek gekocht zouden worden. Verering door een kleine groep is hem in de laatste jaren van zijn leven ruim ten deel gevallen, maar zijn beste boeken waren nooit herdrukt. De verering gold eigenlijk meer de causeur en feuilletonist dan de schrijver van De berg van licht en Van oude menschen, de dingen, die voorbijgaan ..., al zeide en schreef men dit niet toen hij op zijn 60e verjaardag, vlak voor zijn dood, gehuldigd werd. Wij mogen gerust onderstellen, dat Couperus nooit gedroomd heeft van een herdenking van zijn honderdste verjaardag in 1963, vergezeld van een stroom herdrukken, waarvan de meeste in zakformaat, voor zeer velen bereikbaar en door velen bereikt omdat het werk van Louis Couperus zo sterk tot hen spreekt. Is Nederland naar Couperus toe gegroeid? Het schijnt zo. De kentering kwam dadelijk na de oorlog, na de gewelddadige dood van het optimisme omtrent de mens en, voor anderen, van het vertrouwen op Gods voorzienige leiding. Geen van beide overtuigingen waren Couperus' deel geweest: hij beleed het Noodlot en bereikte in zijn beste uren een wijs berusten er in. Ook in wat hem zo heftig had geërgerd, of liever ontsteld: het onvermogen van zijn 19e-eeuwse tijdgenoten om hem te aanvaarden, ongewoon als hij was, en hun onmacht - en onwil - om zijn boeken te waarderen zoals ze verdienden. Hoe goed-Hollands, hoe goed-Haags hij als romanschrijver was begonnen weet iedereen: Eline Vere. Maar zijn onburgerlijke, romantische ziel en de speelsheid van zijn geest deden hem andere werelden vinden dan het milieu van zijn geboorte. De Indische mag men hiertoe even goed rekenen als de Haagse, maar hij heeft er maar acht jaar vertoefd, waarvan zes als kind. Zonder De stille kracht zou men Indië nauwelijks een van zijn werelden kunnen noemen. Die van het Zuiden: Nice, Italië, betekende veel meer voor hem: dit was eigen ontdekking geweest en verovering, veroverd-worden nog liever; hier was wat hij en in het grauwe Noorden en in het helle Indië begeerd had: ‘De zon stroomt op u neêr, als een genade, in een vloed van weldadig goud en ge schuilt niet weg voor die zon’ - ‘Zaagt ge ooit in Indië die rozenlente? Kom haar hier zien ...’ En het internationale publiek van blaséë rijkaards aan de Rivièra liet hem aangenaam non-engagé en paste uiterlijk wel bij de pose die zijn levensspel was: ‘onder rozen verveel ik mij ...’ In deze wereld van het Zuiden kon Couperus het leven schoon zien en daardoor van het ogenblik genieten. En dan verrijkt dit genietend zien zich oneindig doordat het bekoorlijke heden een derde, dieptescheppende dimensie krijgt: de beleving van het verleden, de Renaissance en bovenal de Oudheid. Daar voelt Couperus zich thuishoren, in een vorig bestaan moet hij Romein geweest zijn. Hoe de Oudheid hem aangrijpt is niet vergelijkbaar met wat andere toeristen, hoe goed ook op de hoogte, ondergaan. Het is weinigen gegeven, ruïnes voor hun geestesoog te zien veranderen in tempels en staatsgebouwen, de trage film van verval en verwering als 't ware terug te kunnen draaien totdat de
Louis Couperus
gave gedaante daar weer prijkt, in heilige eenzaamheid of krioelend van haastige Romeinen. En wat het herscheppende geestesoog hem deed zien vulde hij aan met kennis en eigen waarneming: zijn vrouw en hij liepen bepaalde afstanden in 't oude Rome ieder afzonderlijk om, elkaar controlerend, te bepalen hoe lang het lopen was. Weinigen hebben een zo realistisch, onopgepoetst beeld van de Oudheid gegeven als deze romantische verbeelder in De komedianten en De berg van licht. Uitleven deed die romantische verbeelding zich in wat voor de Ouden al een fantasiewereld geweest was: de mythe. De fantasmagorist van Psyche ging een hartstochtelijk spel spelen met oude verhalen over goden en heroën: Dionyzos, Herakles. Deze onderwerpen gaven Couperus de gelegenheid, de taal in vrije exuberantie te doen klinken, waarvan hij kennelijk genoot. Maar de kritiek op zijn werk heeft, bij erkenning van zijn machtig evocatievermogen, vaak die weelderigheid van stijl betroffen, waarvan de herhaling een kenmerkende figuur was. De laatste vijftien jaar van zijn leven schreef Couperus met virtuositeit feuilletons, minstens een per week. Wat kon zo'n speels talent meer wensen dan aldoor, schrijvend van en over alles en iedereen, alle kanten uit te kunnen? En langs deze weg kwam hij toch nog in de spoorwegboekhandel en de kiosken en bereikte zijn woord velen: de lezers van Het Vaderland en de Haagse Post. Maar helemaal voldaan was hij pas zie zijn Intieme impressie in Het Vaderland van 4 februari 1923 - als Kees, zijn kachelsmid, hem leest. Had hij geweten dat er veertig jaar later in een leeszaalfiliaal vraag zou zijn naar ‘Lauwes Káuperus’ ... dan had hem dat meer verheugd dan dat, naar eveneens verluidde, ook in 1963 bij keuring voor de diplomatieke dienst geantwoord werd: ‘Lezen? nee, geen Hollands - behalve natuurlijk Couperus.’ 1963 H.W. van Tricht
Louis Couperus
12
den Haag
23 Den Haag omstreeks 1890.
Louis Couperus
13
24 Portret, omstreeks 1890.
26 ‘De zoeker, Verzameld Werk IX’, blz. 661.
25 ‘Ter uwer verjaring, Verzameld Werk IX’, blz. 448/449.
Louis Couperus
27 Eerste dichtbundel.
28 Huwelijksadvertentie in Het Vaderland, 1891.
Louis Couperus
14
29 Het Nassauplein, waar Eline Vere woonde.
30 Handschrift kritiek van Van Deyssel over ‘Eline Vere’.
den Haag
Louis Couperus
31 Brief aan Frans Netscher van 16 december 1895.
Louis Couperus
15
32 Brief aan Frans Netscher van 3 september 1889 over diens kritiek op ‘Eline Vere’ in het tijdschrift Nederland.
33 Opvoering van ‘Eline Vere’ door het Hofstad Tooneel in 1918 met Louis Chrispijn Jr. en Else Mauhs.
34 Begin van ‘Eline Vere’ als feuilleton in Het Vaderland van 17 juni 1888.
Louis Couperus
35 Beeld van Eline Vere door Theo van der Nahmer.
Louis Couperus
16
36 Brief aan L.J. Veen van 26 maart 1901.
37 Bladzijde uit het handschrift van ‘De boeken der kleine zielen’.
den Haag
Louis Couperus
17
39 Tekening van Carel de Nerée tot Babberich bedoeld voor ‘Extaze’.
38 ‘Een Hagenaar terug in Den Haag, Verzameld Werk IX’, blz. 605.
40 ‘Een Hagenaar terug in Den Haag, Verzameld Werk IX’, blz. 609.
Louis Couperus
41 Op het Lange Voorhout te Den Haag.
Louis Couperus
18
42 ‘Oostwaarts, Verzameld Werk XII’, blz. 461.
Indië
43 Paleis van de Gouverneur-Generaal te Buitenzorg.
Louis Couperus
19
44 Fragment van een bladzijde uit het handschrift van ‘De stille kracht’.
45 ‘Een Hagenaar terug in Den Haag, Verzameld Werk IX’, blz. 605/606.
46 Op weg naar Indië, met zijn vrouw, 1921.
Louis Couperus
47 Litho door J. Veth, 1892.
48 De uitgever L.J. Veen door J. Th. Toorop.
Louis Couperus
49 Contract met L.J. Veen.
Louis Couperus
20
50 Paleis van de Soesoehoenan te Soerakarta.
51 ‘Oostwaarts, Verzameld Werk XII’, blz. 417.
Indië
52 Lange Laan te Pasoeroean.
53 ‘De stille’ kracht, Verzameld Werk IV’, blz. 9.
Louis Couperus
54 Het ‘kletsgat’ Tosari.
Louis Couperus
21
55 Fragment van een brief over Indië’ aan L.J. Veen.
57 Tekening door H.J. Haverman, 1897.
56 Residentiehuis te Pasoeroean.
Louis Couperus
59 ‘Ter uwer verjaring, Verzameld Werk IX’, blz. 449.
58 Karikatuur door J. Rotgans.
Louis Couperus
22
60 ‘Fidessa, Verzameld Werk III’, blz. 412.
mythe en sprookje
61 Wandtapijt ‘La dame à la licorne’.
Louis Couperus
23
62 Illustratie uit de Duitse vertaling van ‘Psyche’.
63 ‘De betoverde koe, Verzameld Werk IX’, blz. 354/355.
64 Illustratie van J. Th. Toorop voor ‘Psyche’.
Louis Couperus
65 Illustratie van B. Reith voor ‘Psyche’.
Louis Couperus
24
66 Fragment van een bladzijde uit het handschrift van ‘Fidessa’.
mythe en sprookje
67 Illustratie van J. Th. Toorop voor ‘Fidessa’.
68 ‘Het zwevende schaakbord, Verzameld Werk X’, blz. 464.
Louis Couperus
25
70 Afbeelding uit het middeleeuwse ‘Walewein’-handschrift.
69 Portret, Laren 1917.
Louis Couperus
71 ‘Het zwevende schaakbord, Verzameld Werk X’, blz. 464.
72 Fragment van een bladzijde uit het handschrift van ‘Het zwevende schaakbord’.
Louis Couperus
26
73 ‘Bladen uit mijn dagboek, Verzameld Werk VII’, blz. 589.
het zuiden
74 Piazza del Duomo te Florence.
Louis Couperus
27
75 David van Donatello.
76 ‘Reis-impressies, Verzameld Werk II’, blz. 799.
Louis Couperus
77 Scala della Trinita de' Monti te Rome.
78 ‘Reis-impressies, Verzameld Werk II’, blz. 730.
79 Rome, Piazza di Spagna.
80 ‘Giulio, Verzameld Werk VIII’, blz. 291.
Louis Couperus
28
81 Bagni di Lucca, waar Couperus in 1906 verbleef.
het zuiden
82 Florence, de Arno.
83 ‘Majesteit’, deel II, blz. 72. [‘Verzameld Werk II’, blz. 417/418].
84 Illustratie door W.F.A.I. Vaarzon Morel voor ‘Majesteit’.
Louis Couperus
29
85 De Engese schrijfster Ouida.
86 ‘De zwaluwen neêr gestreken...’, blz. 170.
Louis Couperus
87 In zijn werkkamer, Hoge Wal 2 te Den Haag, 1921.
Louis Couperus
30
de antieke wereld
88 Keizer Augustus.
Louis Couperus
31
89 Dansende faun uit Napels.
90 ‘Reis-impressies, Verzameld Werk II’, blz. 768.
91
Louis Couperus
Het Forum te Rome.
92 ‘Rome, Verzameld Werk VIII’, blz. 639.
93 Heliogabalus.
94 ‘De berg van licht, Verzameld Werk VI’, blz. 292.
Louis Couperus
32
95 Kaart uit een door Couperus gebruikt atlasje van de antieke wereld.
de antieke wereld
96 ‘Incognito te Nice, Verzameld Werk VIII’, blz. 693.
97 Alexander de Grote.
Louis Couperus
33
99 Antinoüs.
100 ‘Reis-impressies, Verzameld Werk II’ blz. 753.
98 ‘Iskander, Verzameld Werk XI’, blz. 266.
101 Bacchus.
Louis Couperus
102 Portret, juni 1923.
Louis Couperus
34
feuilletonist
103 Handschrift van een der feuilletons ‘Met Louis Couperus in Japan’ in de Haagsche Post.
Louis Couperus
35
104 Feuilletons in Het Vaderland.
105 En in de Haagsche Post.
Louis Couperus
106 In Japan.
107 ‘Open brief van L.C., Verzameld Werk VIII’, blz. 429.
Louis Couperus
36
108 Invitatiekaarten voor lezingen door Couperus.
Louis Couperus
109 Foto's uit Het Leven van 31 maart 1923: Couperus met zijn hond Brinio en tijdens een van zijn laatste lezingen in de kunstzaal Kleykamp.
Louis Couperus
110 Foto's uit Het Leven van 31 maart 1923: Couperus met zijn hond Brinio en tijdens een van zijn laatste lezingen in de kunstzaal Kleykamp.
111 ‘Onder de Boeddha, Verzameld Werk IX’, blz. 617.
113 ‘Belangrijke mededelingen over Louis Couperus door zijn vriend “Jan”, Verzameld Werk VII’, blz. 567.
Louis Couperus
37
112 In zijn werkkamer in De Steeg.
Louis Couperus
38
bibliografische gegevens Gedichten 1884
EEN LENT VAN VAERZEN
1885
DE SCHOONE SLAAPSTER IN
(zangspel)
HET BOSCH
1886
ORCHIDEEËN
1895
WILLISWINDE
1976
ENDYMION
(sonnettencyclus, onvoltooid; bezorgd door Marijke Stapert-Eggen)
Proza 1889
ELINE VERE. DEEL I, II EN III
1891
NOODLOT
1892
EXTAZE EENE ILLUZIE
1893
MAJESTEIT. DEEL I EN II
1894
REIS-IMPRESSIES
1895
WERELDVREDE
1896
HOOGE TROEVEN
1897
METAMORFOZE
1898
PSYCHE
1899
FIDESSA
1900
LANGS LIJNEN VAN GELEIDELIJKHEID. DEEL I EN II DE STILLE KRACHT. DEEL I EN II
1901
BABEL
Louis Couperus
DE BOEKEN DER KLEINE ZIELEN I. DE KLEINE ZIELEN. DEEL I EN II
1902
DE BOEKEN DER KLEINE ZIELEN II. HET LATE LEVEN. DEEL I EN II DE BOEKEN DER KLEINE ZIELEN III. ZIELENSCHEMERING. DEEL I EN II OVER LICHTENDE DREMPELS
1903
DE BOEKEN DER KLEINE ZIELEN IV. HET HEILIGE WETEN. DEEL I EN II GOD EN GODEN
1904
DIONYZOS
1905
DE BERG VAN LICHT. DEEL I EN II
1906
DE BERG VAN LICHT. DEEL III VAN OUDE MENSCHEN, DE DINGEN, DIE VOORBIJGAAN
... DEEL I EN II 1908
AAN DE WEG DER VREUGDE
1910
VAN EN OVER MIJZELF EN ANDEREN. [EERSTE BUNDEL]
1911
KORTE ARABESKEN DE ZWALUWEN NEÊR GESTREKEN... ANTIEK TOERISME ANTIEKE VERHALEN
Louis Couperus
39
1912
SCHIMMEN VAN SCHOONHEID UIT BLANKE STEDEN ONDER BLAUWE LUCHT[I]
1913
UIT BLANKE STEDEN ONDER BLAUWE LUCHT II HERAKLES. DEEL I EN II
1914
VAN EN OVER MIJZELF EN ANDEREN. TWEEDE BUNDEL. DEEL I EN II
1915
DE ONGELUKKIGE VAN EN OVER ALLES EN IEDEREEN I. ROME. DEEL I EN II VAN EN OVER ALLES EN IEDEREEN II. GENÈVE, FLORENCE. DEEL I EN II VAN EN OVER ALLES EN IEDEREEN III. SICILIË, VENETIË, MÜNCHEN. DEEL I EN II VAN EN OVER ALLES EN IEDEREEN IV. VAN EN OVER MIJZELF EN ANDEREN. DEEL I EN II
[HERDRUK VAN VAN EN OVER MIJZELF EN ANDEREN
1914] VAN EN OVER ALLES EN IEDEREEN V. SPAANSCH TOERISME. DEEL I EN II
1916
VAN EN OVER MIJZELF EN ANDEREN. DERDE BUNDEL
1917
VAN EN OVER MIJZELF EN ANDEREN. VIERDE BUNDEL DE KOMEDIANTEN
1918
DE VERLIEFDE EZEL
Louis Couperus
LEGENDE MYTHE EN FANTAZIE DE ODE
1919
XERXES OF DE HOOGMOED
1920
ISKANDER. BOEK I EN II
1921
MET LOUIS COUPERUS IN AFRIKA
1922
HET ZWEVENDE SCHAAKBORD
1923
PROZA. EERSTE BUNDEL
1924
OOSTWAARTS PROZA. TWEEDE BUNDEL HET SNOER DER ONTFERMING EN JAPANSCHE LEGENDEN
1925
PROZA. DERDE BUNDEL NIPPON
1952-1957
VERZAMELDE WERKEN I-XII
1975
NAGELATEN WERK
(bezorgd door Richard Erbe)
1980
ZIJN AANGENOMEN ZOON
(romanfragment, onvoltooid; bezorgd door F.L. Bastet en Marijke Stapert-Eggen
1896
DE VERZOEKING VAN DEN H. ANTONIUS
Flaubert
1916
DE TWEELINGBROEDERS
Plautus
1973
DE TOOVERESSEN
Theokritos (bezorgd door Richard Erbe)
Vertalingen
Bloemlezingen uit zijn werk 1893
LOUIS COUPERUS
Louis Couperus
(Pol de Mont)
1924
GEDACHTEN
(Elisabeth Couperus)
1929
WERK VAN LOUIS
(A.J. de Jong en Jacob Hiegentlich)
COUPERUS
1931
VERHALEN EN HISTORISCHE BEELDEN
(Julien Kuypers)
1942
FANTASIA
(Johan van der Woude)
JULI/AUGUSTUS-NUMMER GROOT NEDERLAND
(verantwoord door J.W.F. Werumeus Buning)
1947
KEUZE UIT HET WERK VAN LOUIS COUPERUS
(A.J. Schneiders)
1949
MOZAIEK
(G.H. 's-Gravesande)
1951
LEGENDEN VAN DE BLAUWE KUST
(G.H. 's-Gravesande)
1952
VERHALEN VAN LOUIS COUPERUS
(Catharina Ypes)
1960
VREUGDE VAN DIONYSOS
(Theo Bogaerts)
Louis Couperus
40
1962
HERINNERINGEN
(Garmt Stuiveling)
1964
OVER ANDEREN
(R. Nieuwenhuys)
SCHIMMEN VAN GLANS
(Marc Galle)
DE NAUMACHIE EN ANDERE VERHALEN
(Marc Galle en H.J. Claeys)
1965
OMNIBUS
(Catharina Ypes)
VERHALEN
1966
INTIEME IMPRESSIES
1967
DE ZOON VAN DON JUAN EN ANDERE VERHALEN
1973
DE ONBEKENDE COUPERUS
(Albert Vogel)
VAN VAGEBONDEN EN SCHELMEN
1976
JAPANSE LEGENDEN
(Marc Galle)
1980
MODERN TOERISME
(Johan B.W. Polak en Marijke Stapert-Eggen)
Over Louis Couperus verscheen afzonderlijk: 1891
NOODLOTTIGE
C.H. den Hertog
DETERMINISME HET FATALISME IN ONZE JONGSTE LETTERKUNDE
J.v. Loenen Martinet
1894
LOUIS COUPERUS EN MAJESTEIT
Vosmeer de Spie
1896
LOUIS COUPERUS
G. Hulsman
LOUIS COUPERUS EN WERELDVREDE
Frans Netscher
1902
LOUIS COUPERUS EN DE BOEKEN DER KLEINE ZIELEN
W.G. van Nouhuys
1907
BUSKEN HUET, SCHAEPMAN, COUPERUS
J. Jansen
1917
MODERNE LETTERKUNDE. WILLEM KLOOS ALS LITERAIR PROFEET. LOUIS
B. Wielenga
Louis Couperus
COUPERUS ALS TYPE VAN DEN MODERNEN MENSCH BIJ LOUIS COUPERUS
André de Ridder
DECADENTIE VAN HÉLÈNE SWARTH EN LOUIS COUPERUS
‘Schoolmeester’
1921
LOUIS COUPERUS
J.L. Walch
1922
L'AME LATINE DE'M. LOUIS COUPERUS, ROMANCIER HOLLANDAIS
Adrienne Lautère
1923
LOUIS COUPERUS. BIBLIOGRAPHIE
Henri Borel
1931
DE SCHAKELAAR. LOUIS COUPERUS-NUMMER
(samengesteld door F.E.A. Batten)
1933
LEVEN EN WERKEN VAN
Henri van Booven
LOUIS COUPERUS LOUIS COUPERUS, BIBLIOGRAPHIE. SUPPLEMENT 1933
1943
L.C. MCMXXIII MCMXLIII
- 16 JVLI -
1952
LOUIS COUPERUS EN DE
Max Goudriaan Theo Bogaerts
GRIEKS-ROMEINSE OUDHEID
1959
OVER LOUIS COUPERUS
Bordewijk, Ter Braak e.a.
COUPERUS EN ZIJN KINDERMEISJES
H. van Galen Last
FATE IN THE NOVELS OF
E.C. Vanderlip
ZOLA AND COUPERUS
1960
LOUIS COUPERUS, EEN VERKENNING
H.W. van Tricht
VERHAAL EN LEZER
Wouter Blok
LOUIS COUPERUS, GLORY OF DUTCH LITERATURE
F.E.A. Batten
1961
COUPERUS EN DE OUDHEID
W.E.J. Kuiper
1963
COUPERUS IN DE KRITIEK
Marc Galle
MAATSTAF. LOUIS COUPERUS-NUMMER
(samengesteld door H.W. van Tricht)
LOUIS COUPERUS,
Jeroen Brouwers
1863-1963
Louis Couperus
1963
LOUIS COUPERUS
Schrijvers Prentenboek
VAN EN OVER LOUIS
(Albert Vogel)
COUPERUS
1964
LOUIS COUPERUS
(Albert Vogel)
LOUIS COUPERUS
Wim J. Simons
Louis Couperus
41
1968
COUPERUS BIJ VAN
Karel Reijnders
DEYSSEL
1969
BESCHOUWINGEN, OVER HET WERK VAN LOUIS COUPERUS
K.J. Popma
COUPERUS, GRIEKEN EN
Elisabeth Visser
BARBAREN
1973
DE ANTIEKE WERELD VAN LOUIS COUPERUS
Theo Bogaerts
LOUIS COUPERUS
1863-1923
(aflevering van Babel, een veertiendaags literair radiogram)
DE MAN MET DE ORCHIDEE
Albert Vogel
VAN GEDROOMD MINNEN TOT ONS DWAZE BESTAAN, HET NOODLOT IN HET
Marc Galle
WERK VAN LOUIS COUPERUS
1974
ALS IK, BIJ VOORBEELD, DE GEEST VAN MIJN MOEDER OP DEN RAND VAN MIJN
Karel Reijnders
BED ZAG ZITTEN
1975
COUPERUS' ROME
Jeanette Koch
FEESTEN BIJ COUPERUS, TENTOON-STELLING [IN] PULCHRI STUDIO
(vouwblad van het Letterkundig Museum)
ZO IK IÉTS BEN...
Kees Fens
MAART-NUMMER [VAN] DE
(tijdschriftaflevering)
REVISOR
1977
WAARDE HEER VEEN,
F.L. Bastet
BRIEVEN VAN LOUIS COUPERUS AAN ZIJN UITGEVER I AMICE, BRIEVEN VAN LOUIS COUPERUS AAN ZIJN
F.L. Bastet
UITGEVER II
1980
LOUIS COUPERUS, EEN SCHRIJVERSLEVEN [HERDRUK DE MAN MET DE ORCHIDEE, 1973]
Louis Couperus
Albert Vogel
Louis Couperus