Locatiegids Heer Bokel College VSO. Heer Bokelweg AD Rotterdam Vestigingsnummer: 01UC-16. Yulius Onderwijs Locatiegids Heer Bokel College

Locatiegids

Heer Bokel College VSO

Heer Bokelweg 260 3032 AD Rotterdam Vestigingsnummer: 01UC-16

Yulius Onderwijs| Locatiegids Heer Bokel College

Inhoud 1 Profiel van de locatie .............................................................................................. 2 1.1 Onderwijsvisie ................................................................................................. 2 1.2 Kengetallen..................................................................................................... 2 1.3 Omschrijving van de doelgroep ............................................................................. 3 1.4 Ontwikkelperspectief ......................................................................................... 3 2 Onderwijs ............................................................................................................ 4 2.1 Ondersteuningsbehoefte ..................................................................................... 4 2.2 Onderwijsaanbod op basis van de profielen en leerlijnen ............................................. 4 2.3 Vakaanbod en urenverdeling ................................................................................ 4 2.4 Les- en pauzetijden ........................................................................................... 6 2.5 Rapporten en niveaus ........................................................................................ 7 2.6 Ziekte en vervanging ......................................................................................... 7 2.7 Persoonlijke roosters bovenbouw .......................................................................... 7 2.8 Het team ........................................................................................................ 8 2.9 Trainingen ...................................................................................................... 8 2.10 Pedagogische aanpak ....................................................................................... 9 2.11 Leerlingvolgsysteem ........................................................................................ 10 3 Commissie voor de begeleiding en de handelingsplanning ................................................. 11 3.1 De commissie ................................................................................................. 11 3.2 Handelingsplanning .......................................................................................... 11 3.3 Nieuwe leerlingen ............................................................................................ 11 3.4 Zittende leerlingen .......................................................................................... 13 3.5 Schema CvB-cycli ............................................................................................. 15 3.6 Toetskalender ................................................................................................. 16 3.7 Verslaglegging CvB ........................................................................................... 17 3.8 Vergaderrooster CvB ......................................................................................... 17 3.9 Voornemende veranderingen schooljaar 2013-2014 ................................................... 17 4 Regels en veiligheid ............................................................................................... 19 4.1 Gedrag ......................................................................................................... 19 4.2 Te laat komen ................................................................................................ 19 4.3 Sancties ........................................................................................................ 20 5 Samenwerking met ouders en onderwijs- en ketenpartners ............................................... 21 5.1 Oudergesprekken ............................................................................................. 21 5.2 Medezeggenschapsraad ..................................................................................... 21 5.3 Websites ....................................................................................................... 21 5.4 Externe deskundigen ........................................................................................ 21 5.5 Adviescommissie Leerlingenzorg .......................................................................... 22 5.6 Wolfert Dalton ................................................................................................ 22 5.7 Kellebeek College ............................................................................................ 22 5.8 Koers VO (Voortgezet Onderwijs) ......................................................................... 22 6 Uitstroombeleid ................................................................................................... 23 6.1 VMBO-t ......................................................................................................... 23 6.2 HAVO/VWO .................................................................................................... 23 6.3 Examens ....................................................................................................... 24 6.4 Uitstroom naar regulier voortgezet onderwijs .......................................................... 24 6.5 Procedure overstap regulier onderwijs ................................................................... 25 7 Ontwikkelplan ...................................................................................................... 26 7.1 Bevindingen Inspectie van het Onderwijs ................................................................ 26 7.2 Zelfevaluatie .................................................................................................. 26 7.3 Interne audit .................................................................................................. 26 8 Positionering in de omgeving .................................................................................... 27


1

1 Profiel van de locatie 1.1

Onderwijsvisie

Onderwijsvisie ‘Samen werken, samen groeien’ Klantgericht Wij willen leerlingen met internaliserende problematiek in een veilige leeromgeving voorbereiden op een passende plek in de maatschappij. De resultaten van het tweejaarlijks tevredenheidsonderzoek onder leerlingen en ouders blijven goed. Samenwerkingsgericht Onze leerlingen bereiden we voor op een maatschappij waarin samenwerken centraal staat. Op professioneel niveau werken wij samen. Met elkaar als team, met ouders en verder met Wolfert Dalton, Kellebeek College, Koers VO, diverse gemeenten, Yulius-locaties en andere hulpverleners of behandelaren. Dit maakt dat wij kwaliteit en innovatie kunnen blijven waarborgen op het gebied van onderwijs en leerlingenzorg. Resultaatgericht Het ontwikkelingsperspectief van onze leerlingen is gericht op uitstroom HAVO/VWO. Zij worden op didactisch en sociaal-emotioneel gebied voorbereid, zodat de overstap naar het reguliere voortgezet onderwijs of de vervolgopleiding tot succes zal leiden. De uitwerking hiervan vindt plaats door middel van het Toezichtkader speciaal onderwijs (SO) en speciaal voortgezet onderwijs (VSO) van de Onderwijsinspectie en de Kwaliteitsnorm van Yulius Onderwijs. Professioneel en betrokken Onze professionaliteit uit zich in een betrokken team waarin de leerling centraal staat. Daarnaast streven wij naar uniformiteit waarbij wij de unieke individuele kwaliteiten van personeelsleden en leerlingen zo passend mogelijk tot uiting laten komen.

1.2

Kengetallen

Wij hebben 12 klassen met gemiddeld 10 leerlingen per klas. In totaal telt onze locatie gemiddeld 115 leerlingen. Elk jaar slagen leerlingen voor VMBO-t, HAVO en VWO. Zij gaan naar mbo, hbo of universiteit. Leerlingen die nog niet rijp zijn voor vervolgonderwijs, gaan naar Prima ATC, waar ze aan hun sociale doelen werken alvorens alsnog voor vervolgonderwijs te kiezen. Leerlingen die op didactisch gebied en op de leerlijnen ‘sociaal gedrag’ en ‘leren leren’ ruim voldoende scoren, kunnen in aanmerking komen voor de overstap naar regulier voortgezet onderwijs. Jongeren tot en met 19 jaar oud kunnen zich bij ons aanmelden. Slagingspercentage 2011/2012 VMBO

93%

HAVO

93%

VWO

100%


2

1.3

Omschrijving van de doelgroep

Wij verzorgen onderwijs voor leerlingen op niveau VMBO-tl, HAVO en VWO, die onderwijsbelemmeringen hebben ten gevolge van internaliserende psychiatrische problematiek. Vaak zijn dit leerlingen met een autistiforme stoornis. De leerlingen moeten in staat zijn om in klassenverband onder leiding van een leerkracht te leren en te leren samenwerken. Ook moeten zij kunnen omgaan met leswisselingen en verschillende docenten of in staat zijn dit te leren. Daarnaast is het noodzakelijk dat de leerling op de vorige school voldoende vakken heeft gevolgd om een passend HAVOprofiel te kunnen vormen. Het Heer Bokel College heeft nu nog een regionale functie. Dit blijft in ieder geval zo totdat de samenwerkingsverbanden de wet Passend Onderwijs gaan uitvoeren. VMBO-tl tot 2014 In het schooljaar 2013/2014 bieden wij uitsluitend nog VMBO-tl aan op het niveau leerjaar 4. In 2014/2015 stoppen we met het VMBO-onderwijs.

1.4

Ontwikkelperspectief

Onze leerlingen stromen uit naar regulier voortgezet onderwijs of vervolgonderwijs. Het eindniveau van de leerlingen is VMBO-tl (tot 2014), HAVO of VWO. We geven VWO-onderwijs tot en met leerjaar 3. Daarna kunnen leerlingen ná het behalen van een HAVOdiploma alsnog een VWO-diploma behalen.


3

2 Onderwijs 2.1

Ondersteuningsbehoefte

Onze leerlingen volgen lessen volgens dezelfde didactische kerndoelen en examennormen als het reguliere onderwijs. Differentiatie wordt aangebracht in tempo, hoeveelheid leerstof en door aangepaste instructie. We geven veel aandacht aan de leergebieden ‘sociaal gedrag’ en ‘leren leren’. Leerlingen kunnen diverse ondersteunende cursussen en trainingen volgen. Daarnaast zijn een remedial teacher en twee orthopedagogen ter ondersteuning van de leerling, de docent en de klas aanwezig. In sommige situaties kan de Commissie voor de Begeleiding (CvB) besluiten om leerlingen meer tijd te geven om de examenjaren af te ronden door middel van een driejarig examentraject.

2.2

Onderwijsaanbod op basis van de profielen en leerlijnen

Binnen de HAVO bieden we alle profielen aan: economie en maatschappij, cultuur en maatschappij, natuur en techniek, natuur en gezondheid. Binnen het VMBO bieden we alle sectoren aan: landbouw, zorg en welzijn, techniek en economie. Ook besteden we aandacht aan het ‘nieuwe’ vak rekenen in het (voor)eindexamenjaar. Jaarrooster We hanteren een schooljaar van 40 weken. In die tijd hebben leerlingen vijf dagen in de week les volgens een vast rooster. Effectief betekent dat minimaal 1000 uur onderwijstijd per leerjaar. Vakanties, vrije dagen en bijzondere activiteiten zijn in het jaarrooster opgenomen.

2.3

Vakaanbod en urenverdeling

Leerjaar/niveau

Vak

Methode

Uren per week

Breingeheimen Mentorles

Dibiz

1 lesuur

Eigen materiaal

Brugklas 1 HAVO/VWO

Frans

D’accord

2 lesuren

Nederlands

Nieuw Nederlands

4 lesuren

Verzorging

Verzorging voor Jou

3 lesuren

Wiskunde

Moderne Wiskunde

4 lesuren

Rots en water

-

2 lesuren

Gym

-

2 lesuren

Huiswerkuur

-

3 lesuren

Biologie

Biologie voor Jou

2 lesuren

Engels

All Right

2 lesuren

Geschiedenis

Memo

2 lesuren

Aardrijkskunde

Buitenland

2 lesuren

Beeldende Vorming

-

2 lesuren

ICT

Babbage

2 lesuren

Leerjaar/niveau

Vak

Uren per week

Leerjaar 2 HAVO/VWO

Mentorles

Methode Breingeheimen Dibiz Eigen materiaal D’accord

Frans


1 lesuur 2 lesuren

4

Leerjaar/niveau

Nederlands NASK Wiskunde Duits Gym Huiswerkuur Biologie Engels Geschiedenis Aardrijkskunde Beeldende Vorming Economie

Nieuw Nederlands Nu voor Straks Moderne Wiskunde Na Klar! Biologie voor Jou All right Memo Buitenland Praktische Economie

3 2 4 3 2 3 2 2 2 2 2 3

Vak

Methode Breingeheimen Koerswijzer Mentormix 3 HAVO D’accord Nieuw Nederlands Nu voor straks Moderne Wiskunde Na Klar Nu voor Straks All Right Memo De Geo Praktische Economie

Uren per week

Methode Koerswijzer Mentormix Nu voor Straks Nieuw Nederlands Thema’s Moderne Wiskunde Na Klar! All right Memo De Geo Biologie voor Jou Praktische Economie

Uren per week

Methode Breingeheimen Koerswijzer Mentormix Grandes Lignes Nieuw Nederlands Thema’s Getal en Ruimte Getal en ruimte Na Klar! FCE Result/Follow Up

Uren per week

Mentorles

Leerjaar 3 HAVO/VWO

Leerjaar/niveau

Frans Nederlands Natuurkunde Wiskunde Duits Gym Scheikunde Engels Geschiedenis Aardrijkskunde Beeldende Vorming Economie Vak Mentorles

VMBO

NASK Nederlands Maatschappijleer Wiskunde Duits Gym Engels Geschiedenis Aardrijkskunde Biologie Economie

Leerjaar/niveau

Vak

Leerjaar 3 en 4

Mentorles

Leerjaar 4 HAVO

Frans Nederlands Maatschappijleer Wiskunde A Wiskunde B Duits Gym Engels


lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren

1 lesuur 2 4 2 4 3 2 2 2 3 2 2 3

lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren

1 lesuur 3 4 2 3 3 2 4 3 2 3 3

lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren

1 lesuur 2 3 2 2 3 2 2 2

lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren

5

Leerjaar/niveau

Geschiedenis Aardrijkskunde Biologie Economie Natuurkunde Scheikunde CKV

Feniks Buitenland Biologie voor Jou Index Pulsar Chemie Overal De Verbeelding

2 2 2 2 2 2 2

Vak

Methode Breingeheimen Koerswijzer Mentormix Grandes Lignes Nieuw Nederlands Getal en Ruimte Getal en Ruimte Na Klar! Follow Up Geschiedenis Werkplaats Buitenland Biologie voor Jou Index Pulsar Chemie Overal -

Uren per week

Methode Breingeheimen Koerswijzer Mentormix Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College Kellebeek College

Uren per week

Mentorles Frans Nederlands Wiskunde A Wiskunde B Duits Gym Engels Geschiedenis Aardrijkskunde Biologie Economie Natuurkunde Scheikunde Huiswerkuur

Leerjaar 5 HAVO

Leerjaar/niveau

Vak Mentorles Frans Nederlands Wiskunde A Wiskunde B Duits Gym Engels Geschiedenis Aardrijkskunde Biologie Economie Natuurkunde Scheikunde

Leerjaar 5/6 VWO

2.4

lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren

1 lesuur 2 4 2 3 2 2 3 2 2 2 3 2 2 1

lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuur

1 lesuur 2 4 2 3 2 2 3 2 2 2 3 2 2

lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren lesuren

Les- en pauzetijden Aanvang

Einde

Lesuren

Pauze

Maandag

08.30

14.30

7 lesuren van 45 minuten

1 pauze van 15 min. 1 pauze van 30 min.

Dinsdag

08.30

14.30



Woensdag

08.30

12.30


1 pauze van 15 min.


6

Donderdag

08.30

14.30



Vrijdag

08.30

14.30



2.5

Rapporten en niveaus

Leerlingen krijgen driemaal per jaar een didactisch rapport mee naar huis. In het tweede leerjaar worden het tweede en derde rapport voorzien van een niveau-advies. De werkwijze bij toetsing, becijfering en niveaubepaling is vastgelegd in de notitie Toetsing en Niveaubepaling. Die wordt jaarlijks bij het eerste rapport aan de ouders uitgereikt. Daarnaast is de notitie op de website van de school terug te vinden. De planning van de rapportperiodes in de onderbouw en de toetsperiodes in de bovenbouw is terug te vinden in het jaarrooster. Dit staat op de website www.yulius.nl/onderwijs en is verkrijgbaar op de locatie.

2.6

Ziekte en vervanging

Wanneer een medewerker ziek is, worden alle lesvrije taakuren van teamleden ingezet om de zieke medewerker te vervangen. Als er twee medewerkers ziek zijn, wordt één groep over meerdere teamleden verdeeld. Bij ziekte van drie medewerkers worden twee groepen over meerdere teamleden verdeeld. Bij ziekte van vier medewerkers wordt één groep per dag naar huis gestuurd om zo collega’s vrij te maken voor invalwerk. Teamleden die vooraf weten dat ze afwezig zijn, vullen een formulier in met opdrachten voor de vervanger(s). In overleg met begeleiders (decanen, leerlingbegeleider, RT’er, locatiemanager) kunnen niet-lesgebonden afspraken vervallen, waardoor hun taakuren ook ingezet kunnen worden bij het invallen. Op het moment dat een bovenbouwdocent HAVO/VWO ziek wordt, worden zijn/haar lessen ingevuld met andere vakken of educatieve opdrachten. Telefonische bereikbaarheid van de locatie wordt gewaarborgd door bij afwezigheid van de conciërge ook hem te vervangen met een teamlid gedurende de dag. Dagrooster Elke dag maakt de locatiemanager een dagrooster waarop leerlingen en collega’s kunnen zien welke wijzigingen er zijn. Dit hangt op vaste plekken in de school.

2.7

Persoonlijke roosters bovenbouw

In de bovenbouw hebben de leerlingen een profiel/sector gekozen. Dit houdt in dat zij niet langer het gehele aanbod van het leerjaar volgen. De leerlingen volgen het algemene klassenrooster voor lokalen en docenten. Als ze bij een docent zitten die een vak geeft dat buiten hun profiel/sector valt, is dit een zelfstandig uur voor een vak uit het gekozen profiel. Dit betekent dat een leerling (afhankelijk van zijn of haar profiel/sector) tussen de 6 en 11 zelfstandige uren per week heeft voor de gekozen vakken. De vakdocent van het betreffende vak zorgt er met een planner (met weektaken) voor dat de desbetreffende leerlingen aan het werk kunnen met het vak tijdens een zelfstandig uur. Zo ontstaat een persoonlijk rooster met de lessen van de vakdocent en de Yulius Onderwijs| Locatiegids Heer Bokel College

7

zelfstandige uren. Aan het begin van leerjaar 4 wordt met ingang van schooljaar 2013/2014 aandacht besteed aan een stappenplan voor leerlingen om duidelijk te maken wat er tijdens deze uren van leerlingen wordt verwacht.

2.8

Het team

Wij beschikken over een deskundig en betrokken team dat goed onderwijs verzorgt aan leerlingen. Alle betrokken teamleden spelen optimaal in op de hulpvraag van het individuele kind vanuit hun deskundigheid en in onderling overleg. De school als organisatie is onderdeel van de maatschappij en is net als deze voortdurend in ontwikkeling. Veranderingen worden kritisch gevolgd en er wordt getracht te anticiperen op toekomstige ontwikkelingen. Door deskundigheidsbevordering waarborgen alle medewerkers de kwaliteit van het onderwijs. Elk lid van ons onderwijsteam volgt regelmatig bijscholing, bijvoorbeeld op het gebied van didactiek, psychopathologie en/of omgaan met en preventie van agressie. Hierdoor blijft onze kennis en kunde zoveel mogelijk up-to-date. Onze docenten werken op basis van het Direct Actief Instructie Model (DAIM). Deze basis zorgt ervoor dat de geplande lestijd doelgericht wordt ingezet, dat er een taakgerichte werksfeer heerst, dat leraren duidelijk gestructureerd uitleg geven en dat leerlingen actief betrokken worden bij het onderwijs. Onze leidinggevende en personeelsleden maken onderling gebruik van een observatielijst die deels is gebaseerd op DAIM, om elkaar feedback te geven en waar nodig bij te sturen op klassenmanagement of leerkrachtgedrag. De gebruikte observatielijst heet ‘Samen Kijken naar de Ontwikkeling van OnderwijsPersoneel’ (SKOOP). Deze landelijke lijst is afkomstig van de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL). Voor de huiswerkuren en voor de leerlingen die zelfstandig moeten werken tijdens een vakles die niet in hun pakket zit, gebruiken we een verkorte versie van het DAIM. Veel van onze leerlingen hebben problemen met het herkennen en benoemen van hun gevoelens. Omdat wij het belangrijk vinden dat leerlingen op een goede manier met elkaar omgaan, besteden wij hier veel aandacht aan. Alle medewerkers helpen de leerlingen ook bij het oplossen van problemen en het beheersen van impulsief gedrag. Naast een bekwaam docententeam beschikken we ook over een pedagogisch conciërge, twee orthopedagogen, een decaan, een remedial teacher, een examencoördinator, een leerlingcoördinator en een locatiemanager. Ons team doet er alles aan om leerlingen zo goed mogelijk te ondersteunen en te begeleiden. Haalbaarheid van het onderwijsniveau en aanwezigheid in de lessen zijn hierbij echter leidend.

2.9

Trainingen

Naast het reguliere lesprogramma, biedt de school de volgende trainingen: 

Rots & Water Psychofysieke training, alle leerlingen, klassikaal, leerjaar 1. Daarbij op aanvraag individueel. Trainer: Rob Fluijt, docent HBC, locatie Heer Bokel College.



Ik puber Psychoseksuele training, individueel aangeboden aan leerjaar 1 (klas 1). Het jaar daarna aan de


8

andere klas in leerjaar 2. Op aanvraag individueel. Aanmelding gaat vanuit ouders via bureau aanmelding Yulius. Trainer: Frieda Boudestein, Yulius Poli ASS, locatie Heer Bokel College. 

Faalangstreductie Individueel aangeboden op aanvraag. Trainer: Monique van Vliet, docent HBC, locatie Heer Bokel College.



Ik kom op voor mezelf Sociale vaardigheidstraining. Individueel aangeboden op aanvraag. Trainer: Fenneke Boot, orthopedagoog HBC, locatie Heer Bokel College.



Ik ben speciaal / Wereld in fragmenten Psycho-educatie. Aangeboden op aanvraag. Trainer: Fenneke Boot, Marieke Hoevers, orthopedagoog HBC, locatie Heer Bokel College.



Studeren: met Autisme naar het hbo Training. Voor alle HAVO-5-leerlingen. Verzorgd door Sarr/Lucertis.

In alle leerjaren wordt ook in de mentorlessen aandacht besteed aan ‘sociaal gedrag’ en ‘leren leren’. Volgens een programma dat geschreven is op basis van de leerlijnen, worden de leerlingen begeleid in hun ontwikkeling op deze gebieden. Hiervoor worden de methoden Dibiz, Breingeheimen, Koerswijzer, Qompas, Mentormix en locatiespecifieke ontwikkelde materialen gebruikt.

2.10 

Pedagogische aanpak Wij creëren een veilige omgeving door structuur en duidelijkheid te bieden in ruimte, tijd en activiteit. Hierbij leren wij de leerling ook hun eigen gedrag te reguleren.



Voor veel leerlingen bij ons op school is het moeilijk om grote hoeveelheden informatie te verwerken. Wij proberen daarom ons taalgebruik zo concreet mogelijk te houden door afgeperkte hoeveelheden informatie te geven en belangrijke aspecten van de aangeboden informatie te benadrukken.



Wij geven de leerlingen concrete en eenduidige opdrachten. Complexere en samengestelde opdrachten bieden wij in stappen aan of leren de leerlingen deze opdrachten in kleinere stappen te maken.



Wij helpen de leerlingen gericht met het ontwikkelen van schoolse vaardigheden, zoals het gebruiken van een agenda, het plannen van huiswerk en het bestuderen van grote hoeveelheden informatie.



Wij leren de leerlingen sociale vaardigheden. Sociale situaties worden met leerlingen besproken en waar nodig wordt aandacht besteed aan het bedenken van oplossingen. Wij leren de leerlingen zoveel mogelijk vaardigheden om zich staande te kunnen houden in de maatschappij.



Wij richten de aandacht op het schoolse leren en proberen daarmee eventuele angst van leerlingen voor het onbekende te reduceren door het aanreiken van kennis en via denkstrategieën om de omgeving overzichtelijker te maken.


9



Wij leren positief gedrag aan door veel herhalen, inprogrammeren, voorzeggen en uitleggen. Wij proberen de zelfcontrolemogelijkheden van de leerlingen te vergroten.



Wij hebben een neutrale en kalme houding naar de leerlingen toe. Op een heldere en duidelijke manier verwoorden wij welk positief gedrag wij verlangen van de leerlingen.



Wij proberen zoveel mogelijk de motivatie en het plezier voor school te vergroten en stimuleren de leerlingen begrip te tonen voor medeleerlingen en zelf het goede voorbeeld te geven.



Wij bieden ruimte tot samenwerken mits de groepssamenstelling zich hiertoe leent.

De A-klas is bestemd voor leerlingen die door hun stoornis niet in staat zijn om onderwijs te volgen in de reguliere klassen op het Heer Bokel College. Externe leerlingen kunnen hier dan ook niet geplaatst worden. Bij plaatsing in de A-klas heeft de mentor al verschillende acties heeft ondernomen om de leerling binnen de reguliere lessen zo goed mogelijk te begeleiden en de orthopedagoog heeft meerdere interventies geprobeerd. In de A-klas wordt gewerkt met een vaste docent in een vast lokaal. Didactische doelen blijven gehandhaafd zoals voor het leerjaar is vastgesteld. Daarnaast is (in eerste instantie) het doel om weer volledig in te groeien in de reguliere klas. Middels een ingroeiprogramma zal de leerling langzaamaan steeds meer lessen in de reguliere klas gaan volgen. In de A-klas wordt gekeken naar de individuele vaardigheden, interesses en behoeften van de persoon met een internaliserende problematiek om zijn ontwikkeling te stimuleren en het ongewenst gedrag te reduceren. Belangrijk hierbij is het structureren van de omgeving en staan visualisering en voorspelbaarheid centraal. Opgestelde doelen zullen altijd met de ouders besproken worden. Wanneer na een afgesproken periode (afhankelijk van de doelen) blijkt dat de leerling zich niet of nauwelijks ontwikkelt, zullen school en ouders moeten bekijken of de leerling wel op zijn of haar plek is op het Heer Bokel College.

2.11

Leerlingvolgsysteem

Om de vorderingen van de leerlingen nauwkeurig te kunnen volgen en vast te leggen, maken wij gebruik van een digitaal leerlingvolgsysteem. De mentor volgt de leerlingen op de voet. Doordat de klassen klein zijn, hebben de docenten gedurende een schooldag veel mogelijkheden voor observatie en begeleiding. Hierdoor kunnen zij het leerproces bijsturen en stimuleren. In het klassenboek en het leerlingvolgsysteem doen docenten regelmatig verslag van observaties en actuele gebeurtenissen. Bij de beoordeling van de vorderingen van de leerling maken de docenten gebruik van de toetsen die in de methodes worden gebruikt.


10

3 Commissie voor de begeleiding en de handelingsplanning 3.1

De commissie

De Commissie voor de Begeleiding (CvB) is verantwoordelijk voor de leerlingenzorg op een onderwijslocatie en het bieden van antwoorden op hulpvragen van leerlingen. Zij bestaat uit: 

Locatiemanager: Als voorzitter van de Commissie voor de Begeleiding eindverantwoordelijk voor de in deze procedure beschreven werkwijze.



Coördinator: Geeft advies op onderwijskundig vlak en uitstroom naar regulier onderwijs.



Orthopedagoog: Geeft advies uit (ortho)pedagogisch en psychologisch oogpunt.



Ambulant begeleider/decaan: Geeft advies op onderwijskundig vlak en uitstroom naar vervolgonderwijs.



Jeugd- of schoolarts: Vertaalt medische informatie over de leerling in handelingsadviezen. Neemt 1 x per 6 weken deel aan de CvB-vergadering. Screent nieuwe leerlingen en stelt een overzicht op voor welke leerlingen een vervolgtraject noodzakelijk is. Signalering van medische problemen wordt gedaan door de docenten, orthopedagoog, locatiemanager, coördinator. De signalering wordt besproken in de CvB-vergadering waarin de schoolarts aanwezig is. Bij acute situaties vindt er contact via e-mail of telefoon plaats met de schoolarts voor advies.

De Adviescommissie Leerlingenzorg (AL) ondersteunt de CvB waar nodig bij het uitvoeren van specifiek onderzoek en inschakelen van deskundigheid. Er wordt een bindend advies gegeven.

3.2

Handelingsplanning

Er zijn twee situaties voor de handelingsplanning: 

Nieuwe leerlingen



Zittende leerlingen

3.3

Nieuwe leerlingen

Om tot een aanzet voor een handelingsplan te komen en een ontwikkelingsperspectief (OPP) te kunnen bepalen, hebben we er voor gekozen om een ‘integratief beeld’ op te stellen voor nieuwe leerlingen vanaf schooljaar 2012-2013. Om tot dit integratief beeld te komen, worden onderstaande gegevens verzameld: 

Warme overdracht school van herkomst.



Gemeenschappelijk rapport (GR).



Didactische informatie: drempelonderzoek, CITO-eindscores, reeds behaalde vakken.



Aanwezige IQ-gegevens.



Intakegesprek met een CVB-lid.



Waar nodig vindt er een orthodidactisch onderzoek plaats in de eerste vier weken van het schooljaar.



GP en IP school van herkomst of vorige schooljaar.



Behandelplan (mits behandelgroep).


11



Psychiatrisch onderzoeksverslag.



Afname CBCL (Child Behaviour Checklist) ouders bij de intake.



Afname SCOL in de tweede week van het schooljaar.



Afname CITO-nulmeting in de eerste periode van het eerste leerjaar.



Eerste vier weken van het schooljaar observeren de docenten de leerlingen, inschaling in het groepsoverzicht ‘sociaal gedrag’ en ‘leren leren’ door de mentoren.

Integratief beeld Het integratief beeld is een standaarddocument waarin de volgende onderwerpen worden uitgewerkt: 

DSM-IV classificatie: met naam en datum onderzoekende instantie.



Cognitief niveau: IQ-gegevens, met naam en functie onderzoeker. Mochten er geen IQ-gegevens beschikbaar zijn, dan bepalen we wanneer er onderzoek plaats gaat vinden.



Score op de vakoverstijgende leerlijnen: de docent scoort de leerling in de eerste vier weken op basis van de SCOL en inschaling op de leerlijnen.



Korte beschrijving/typering van de leerling: samengesteld uit informatie van de vorige school én/of diagnose/behandeling.



Didactische beginsituatie: wat heeft de leerling aan onderwijs behaald of in ieder geval gevolgd? Op basis van toetsen testgegevens. Daarnaast het daadwerkelijk opgestelde ontwikkelingsperspectief, zo concreet mogelijk uitgeschreven.



Belemmerende en bevorderende factoren (ook hiervoor zijn min of meer te standaardiseren termen) op basis van verkregen informatie en klassenobservaties.



Verwachtingen ouders en leerling: motivatie, keuze voor deze school, verwachtingen vanuit het intakegesprek.



Conclusie: korte samenvatting van het integratief beeld en advies voor de onderwijsleersituatie.

Opstellen concepthandelingsplan Voor iedere leerling is een individueel handelings plan (IHP) wettelijk verplicht. Het groepsplan (GP) vormt in combinatie met dit individuele plan het individuele handelingsplan (IHP) van de leerling. Voor nieuwe leerlingen stelt de mentor deze plannen in concept op. De CvB stelt die definitief vast binnen 4 weken na de start van de leerling op school. Opstellen ontwikkelingsperspectief Het ontwikkelingsperspectief (OPP) van het Heer Bokel College wordt ook binnen 4 weken, samen met het IP/GP (IHP) vastgesteld door de CvB. Het OPP bestaat uit: 1. De uitstroombestemming is altijd: vervolgonderwijs. 2. Leerroute, leerrendementsverwachting: als leerroute houden wij standaard aan: VMBO-tl: 4 schooljaren, HAVO: 5 schooljaren, VWO: 1 en 2 HAVO/VWO, 3 VWO, 4 en 5 HAVO, 5 en 6 VWO. De datum van het examen wordt vermeld. Mocht de leerroute anders verlopen dan bovenstaand, dan wordt dit aangegeven. Leerlingen kunnen na 3 VWO uitstromen naar regulier VWO óf ze kunnen HAVO 4 en 5 op het HBC doen. De leerroute is daarom gericht op HAVO. 3. Eindniveau: het verwachte eindniveau van onze leerlingen (vanaf schooljaar 2013-2014 noemen we dit uitstroomniveau).


12

4. De sector of het profiel: bij 3 en 4 VMBO-tl vermelden we de sector, bij 4 en 5 HAVO en bij 5 en 6 VWO vermelden we het profiel. 5. Vakken: de vakken die de leerlingen van 3 en 4 VMBO-tl, 4 en 5 HAVO en 5 en 6 VWO het betreffende schooljaar volgen.

3.4

Zittende leerlingen

Zittende leerlingen evalueren we op cyclische wijze. Aan de hand van de resultaten hiervan stellen we het individueel handelingsplan (IHP) en het ontwikkelingsperspectief (OPP) van de leerling bij en adviseren we over overplaatsing volgens onderstaand overzicht: 1.

CvB-periode 1 (eerste 4 weken schooljaar) vaststelling IP/GP (IHP): 1. Mentoren leerjaar 1 en mentoren van nieuwe leerlingen vullen in groepjes het GO (groepsoverzicht) in voor hun klas. 2. Mentoren hebben een klein CvB-overleg (zie schema bij 3.5) met de orthopedagoog. 3. Mentoren van leerjaar 1 en mentoren van nieuwe leerlingen maken het concept van het groepsplan (GP) en het individueel plan (IP) dat samen het individueel handelingsplan (IHP) vormt. Zij doen dat binnen 4 weken vanaf het nieuwe schooljaar. 4. Mentoren leerjaar 2, 3, 4 en 5 werken volgens het GP+IP (IHP) dat is vastgesteld in juni/juli van vorig schooljaar. 5. Tijdens het groot CvB (zie schema bij 3.5) laat de mentor de concepten van GP en IP aan het volledige docententeam zien en docenten geven aanvullingen voor de organisatie en de benodigde aanpak. 6. CvB stelt GP/IP (IHP) definitief vast. 7. Mentoren bespreken het IHP met de leerling en nodigen ouders uit op school. In dit gesprek worden de doelen en handelingen van het GP/IP (IHP) met ouders besproken. Ouders en leerling tekenen voor akkoord.

2.

CvB-evaluatie 1 (december, januari, februari) GP/IP (IHP): 1. Alle mentoren vullen in groepjes het GO (groepsoverzicht) in voor hun klas. 2. CITO- en SCOL-resultaten, didactische resultaten en groepsoverzichten worden bekeken. Daarna bepalen orthopedagoog en mentor (klein CvB) of de leerling een gunstiger, conform of ongunstiger verloop heeft ten opzichte van de opgestelde doelen. Vervolgens maken zij een concept-GP of -IP. 3. Aanpak aan de hand van de ontwikkeling per gebied (didactisch, sociaal gedrag en leren leren): 4. Conform: de aanpak werkt en wordt doorgezet. 5. Gunstiger: bijv. een leerling die eerder te laag is ingeschaald en van wie we later inschatten dat hij/zij meer aankan. Die wordt opnieuw ingeschaald; aanpak en organisatie veranderen. 6. Ongunstiger: bijv. een leerling van wie we inschatten dat hij een doel of meerdere doelen aan het eind van het schooljaar niet zal behalen. Aanpak en organisatie veranderen. 7. Per gebied wordt geanalyseerd: We kijken naar de belemmerende en bevorderende factoren en geobserveerde factoren (gezinsfactoren, kindfactoren, klassensituatie, docentfactoren, schoolfactoren) die een


13

verklaring kunnen vormen van het bereikte resultaat. Dit heeft consequenties die we verbinden aan het OPP (blijft dit hetzelfde of verandert het) en de volgende planperiode. 8. Tijdens het groot CvB (zie schema bij 3.5) laat de mentor de concepten van GP en IP’s aan het volledige docententeam zien en docenten geven aanvullingen ten aanzien van de organisatie en aanpak waar nodig. 9. Bij veranderingen stellen mentoren wijzigingen in het GP/IP bij. Indien er niks verandert, staat in het IP beschreven dat het IP of het GP wordt gecontinueerd. 10. CvB stelt eventuele wijzigingen in groepsplan/IP definitief vast. 11. Mentoren bespreken het IHP met de leerling en nodigen ouders uit op school. In dit gesprek worden de doelen en handelingen van het GP/IP (IHP) met ouders besproken. Ouders en leerling tekenen voor akkoord. 3.

CvB-evaluatie 2 (mei/juni/juli) GP/IP (IHP): 1. Alle mentoren vullen in groepjes het GO (groepsoverzicht) in voor hun klas. 2. CITO- en SCOL-resultaten, didactische resultaten en groepsoverzichten worden bekeken. Daarna bepalen orthopedagoog en mentor (klein CVB) of de leerling een gunstiger, conform of ongunstiger verloop heeft ten aanzien van de leerroute en doelen in het GP en IP (IHP). Er wordt bepaald of de doelen zijn behaald. Vervolgens maken zij een concept-GP of -IP (IHP) voor het nieuwe schooljaar. 3. Per gebied wordt geanalyseerd: We maken daarbij gebruik van de belemmerende en bevorderende factoren en geobserveerde factoren (gezinsfactoren, kindfactoren, klassensituatie, docentfactoren, schoolfactoren) die een verklaring kunnen vormen van het bereikte resultaat. Dit heeft consequenties die we verbinden aan het OPP (blijft dit hetzelfde of verandert het), het nieuwe integratieve beeld en de volgende planperiode. 4. Tijdens het groot CVB laat de mentor de concepten van de GP en IP’s aan het volledige docententeam zien en docenten geven aanvullingen ten aanzien van de organisatie en aanpak waar nodig. 5. Mentoren stellen nieuwe doelen op in het GP/IP (IHP). 6. CvB stelt het nieuwe groepsplan en IP vast. 7. Mentoren bespreken het IHP met de leerling en nodigen ouders uit op school. In dit gesprek worden de doelen en handelingen van het GP/IP (IHP) met ouders besproken. Ouders en leerling tekenen voor akkoord.

4.

CvB wekelijks overleg: 

Indien een docent een probleem heeft met een individuele leerling of groepjes leerlingen en hij dit niet kan oplossen, kan hij dit mondeling of per e-mail voorleggen aan de CvB.



Het CvB-lid brengt de casus in tijdens het overleg.



De docent wordt - indien nodig - uitgenodigd om de Commissievergadering bij te wonen en anders direct geïnformeerd door de CvB na afloop.



Tijdens de CvB-vergadering wordt gezocht naar een oplossing voor het probleem. De CvB geeft een handelingsadvies.


14



Indien het probleem door de docent zelf kan worden opgelost, dan voert de docent dit uit, indien nodig in samenwerking met de leden van de CvB. De CvB evalueert iedere week of het probleem opgelost is dan wel opgelost zal worden.



Indien het probleem kan worden opgelost door andere expertise in te schakelen (denk aan jeugdarts, remedial teacher) die op de locatie aanwezig is, zorgt de CvB ervoor dat deze expertise wordt ingeschakeld. Na een afgesproken aantal weken evalueert de CvB of het probleem is opgelost.



Indien de CvB geen oplossing ziet voor het probleem of het inschakelen van externe expertise noodzakelijk acht, legt het de vraag voor aan de Adviescommissie Leerlingenzorg conform de procedure ‘aanvraag ondersteuning leerlingenzorg’.



Van de casusbespreking wordt een verslag gemaakt Indien de CvB adviseert veranderingen aan te brengen in de begeleiding van de leerling, dan wordt dit hierin beschreven. Tijdens de eerstvolgende evaluatie van het IHP wordt dit aan de hand daarvan bijgesteld indien de gewijzigde manier van begeleiden wordt voortgezet.

3.5

Schema CvB-cycli

Frequentie

Overlegvorm

Deelnemers

Resultaat

Benodigd

Startmoment

CvB.

CvB.

Integratief beeld.

Format integratief

Advies OPP.

beeld.

Advies IP.

Diverse info (zie

Advies plaatsing in een klas.

beschrijving bij

leerling

‘opstellen integratief beeld’). IHP bespreking.

Ouders, leerling

Akkoord ouders en leerling.

en mentor.

Integratief beeld. Concept groepsplan. Concept IP.

Zittende

IHP bespreking.

leerlingen 3 x p.j.

Ouders, leerling

Akkoord ouders en leerling.

en mentor.

Concept groepsplan. Concept IP.

Groepsover-

Kleine groepen

zicht vak-

docenten o.l.v.

Groepsoverzicht per klas.

Format groepsoverzicht.

overstijgende

van mentor.

LVS-/toetsgegevens.

leerlijnen. 3x p.j.

Rapport-

Gehele

Cijfers per vakgebied

Leerplan in

vergadering.

docententeam.

gegeven door de vakdocent.

groepsplan.

Advies voor:

Ip’s.

opstellen en evaluatie

Format rapport.

groepsplan didactisch. Eventueel bijstelling doelen voor het groepsplan en IP.


15

Frequentie

Overlegvorm

Deelnemers

Resultaat

Benodigd

3 x p.j.

(klein) CvB-

Mentor + CvB-

Opstellen en evaluatie

Groepsoverzicht.

vergadering.

lid: orthopeda-

groepsplan.

Groepsplan.

goog.

Eventueel bijstelling doelen

LVS-gegevens

voor het groepsplan en IP.

(leergebied specifiek

Selectie leerlingen voor IP.

en overstijgend). Leerlijnen. Behaalde resultaten didactisch (rapport+Cito). Ip’s

3 x p.j.

Wekelijks

(groot) CvB

CvB-overleg

CvB + als

Koppeling van activiteiten,

Groepsplan.

informanten het

methoden en materialen

Ip’s.

gehele

aan de in het groepsplan/IP

Leerlijnen/leerplan.

docententeam

gestelde doelen

CvB

Vaststellen onderwijs-

Integratief beeld.

(optioneel: +

kundige beginsituatie van

Concept

docent)

nieuwe leerlingen.

groepsplannen en

Definitieve vaststelling OPP.

Ip`s.

Definitieve vaststelling

Notulen vorige

groeps- en handelings-

bijeenkomst.

plannen. Adviezen m.b.t.: Externe hulp Interne training Doorplaatsing Contacten met ouders

Voor data: zie het jaarrooster.

3.6

Toetskalender

Soort test

Wanneer

Door wie

Voor wie

CBCL

Na intakegesprek ouders

Ouders vullen in.

Nieuwe leerlingen.

en leerling.

Orthopedagoog interpreteert.

SCOL

Meting nieuwe en zittende

Leerling.

Alle leerlingen +

leerlingen september 2012

Mentor.

mentoren.

Orthopedagoog.

Bij twijfel van het

en april 2013. NIO/ WISC III/ DAT

Vanaf start nieuwe schooljaar of op aanvraag.

niveau, op aanvraag, nieuwe leerlingen zonder recente (max. 2 jaar) IQ-gegevens.

PMT-K, NPV-J, TRF, YSR,

Op aanvraag.

VSV

PMT-K en NPV-J:

Persoonlijkheids-

Orthopedagoog. TRF:

onderzoek bij leerlingen

mentor. YSR: leerling.

op aanvraag, specifieke hulpvraag.

CITO

CITO-Instaptoets: oktober 2012


Docenten / mentoren.

1e jaarsleerlingen. 2e jaarsleerlingen

16

Soort test

Wanneer

Door wie

Voor wie

Remedial teacher.

Leerlingen die

Cito 1: april 2013 2e jaar maart 2013 3e jaar april 2014      

Brus Klepel Begrijpend lezen AVI. drempelonderzoek. Woorddictee. Tempotest rekenen.

onvoldoende gegevens hebben om een didactische beginsituatie vast te stellen. Leerlingen die uitvallen op het gebied van spelling of rekenen.

3.7

Verslaglegging CvB

De wekelijkse vergadering van de CvB-commissie wordt vastgelegd. Indien de CvB adviseert veranderingen aan te brengen in de begeleiding van de leerling, dan wordt dit hierin beschreven. Tijdens de eerstvolgende evaluatie van het individueel handelingsplan (IHP) wordt dit aan de hand daarvan bijgesteld indien de gewijzigde manier van begeleiden wordt voortgezet. Van de kleine CvB-vergaderingen wordt geen verslag gemaakt: alle bevindingen worden meegenomen in de IP’s en GP’s van de groep. De orthopedagoog controleert dit steekproefsgewijs. De grote CvB-vergadering wordt vastgelegd. In dit verslag wordt aangegeven of de leerling zich conform, gunstiger of ongunstiger ontwikkelt op didactisch gebied, op ‘leren leren’ of op sociaal gedrag. Evaluatie van het handelingsplan en nieuwe doelen en handelingen zijn in het GP en IP terug te vinden. Om de gemaakte afspraken en werkwijzen zo goed mogelijk te borgen, wordt aan het einde van elke CvB-cyclus een handelingswijzer gemaakt. Deze dient als ondersteuning voor de docenten, zodat zij de handelingen, aanpassingen en afspraken van 115 leerlingen kunnen uitvoeren en naleven.

3.8

Vergaderrooster CvB

Het vergaderrooster staat in het jaarrooster. Het jaarrooster staat op de website www.yulius.nl/onderwijs en is verkrijgbaar op de locatie.

3.9

Voornemende veranderingen schooljaar 2013-2014

Ouders/verzorgers van nieuwe leerlingen ontvangen binnen vier weken het concept IHP+OPP (opgesteld door de mentor) van hun kind via de e-mail. Vervolgens worden opmerkingen/aanvullingen opgenomen en komen de ouders op gesprek om te tekenen binnen 6 weken. Voor zittende leerlingen geldt dat alleen bij veranderingen in het IP of GP dit aan het begin van het schooljaar opnieuw met ouders/verzorgers wordt besproken en dat die daarna tekenen.


17

Voor de leerjaren 2,3,4,5 zal een tweetal vergaderingen worden ingeroosterd om de IP’s en GP’s, die zijn vastgesteld in het voorgaande schooljaar, indien noodzakelijk bij te stellen. Alleen bij veranderingen in IP/GP wordt dit met ouders besproken en wordt een nieuw IP/GP ondertekend. Het verslag van de wekelijkse vergadering van de CvB-commissie wordt opgenomen in LVS 2000 en verspreid via email onder het team.


18

4

Regels en veiligheid

4.1

Gedrag

Wij zijn trots op onze onderwijslocatie dus: 

Groeten wij elkaar netjes.



Zijn we op tijd in de lessen en kloppen we netjes aan wanneer we een ruimte binnen willen gaan.



Dragen we geen petten en jassen binnen de locatie.



Dragen wij geen kleding met provocerende, discriminerende of racistische teksten.



Dragen wij geen aanstootgevende kleding, dus buik, billen en borsten zijn bedekt.



Gaan we respectvol met elkaar om en zorgen we goed voor onze spullen en die van anderen



Eten we alleen in de aula en op het plein.



Mogen we water in de klas drinken.



Lopen we rustig door het gebouw.



Vragen we hulp wanneer we dat nodig hebben.



Laten we waardevolle en/of gevaarlijke voorwerpen thuis.



Gebruiken of bezitten we geen drugs, alcohol of wapens.



Is onze mobiele telefoon nooit zichtbaar in de les.



Lossen we problemen met elkaar op

4.2

Te laat komen

In het leerlingvolgsysteem houden wij bij wanneer een leerling te laat komt. De conciërge beslist of het te laat komen geoorloofd of ongeoorloofd is. Bij geoorloofd te laat komen, volgen in principe geen sancties. Het kan echter wel zo zijn dat na geoorloofd te laat komen maatregelen moeten worden getroffen (bijvoorbeeld het inhalen van gemiste leerstof of maatregelen als de taxi vaak te laat komt). Bij ongeoorloofd te laat komen, gelden de volgende regels: 

Een leerling mag in de periode voor de kerstvakantie drie keer ongeoorloofd te laat komen.



Een leerling mag in de periode na de kerstvakantie drie keer ongeoorloofd te laat komen.



Als een leerling voor de vierde keer ongeoorloofd te laat is, volgt een gesprek tussen de leerling en de coördinator. De leerling krijgt straf. De ouders worden door de coördinator op de hoogte gebracht.



Als een leerling voor de vijfde, zesde, zevende, achtste keer ongeoorloofd te laat is, haalt hij de tijd dubbel in. Dit kan door middel van nakomen, pauzes apart doorbrengen of door extra huiswerk mee te geven. De ouders worden door de coördinator op de hoogte gebracht.



Als een leerling verder ongeoorloofd te laat komt, ontvangen de ouders een brief thuis. Deze brief wordt ook aan de leerplichtambtenaar gestuurd. Ook volgt een gesprek tussen de leerling, de ouders, de mentor en de locatiemanager. De leerplichtambtenaar kan, in overleg met de school, besluiten de leerling een proces-verbaal of een Bureau Halt-straf op te leggen.


19

4.3

Sancties

Storend gedrag, pesten, diefstal, middelengebruik en verbale en fysieke agressie worden niet geaccepteerd. De leerkracht bepaalt wanneer de grens wordt overschreden en welke stappen worden uitgevoerd. Bij schorsing/verwijdering beslist de locatiemanager. Stap 1 Leerling of docent ziet of voelt agressie of probleemgedrag aankomen: leerling neemt plaats bij de mentor in de klas of op de gang bij de mentor. Stap 2 Leerling wordt naar de coördinator gestuurd (coördinator wordt gebeld). Die vult de voorkant van het verwijderingsformulier in. Verwijdering uit de les is de zwaarste straf die een leerkracht kan geven. Eind van de les gaat de leerling samen met de coördinator terug naar leerkracht van het incident. Dan worden er nieuwe afspraken gemaakt en de leerkracht vult de achterkant van het formulier in en koppelt dit terug aan de coördinator. Als een leerling verwijderd is, moet in principe een sanctie volgen. Coördinator of vakdocent informeert ook ouders hierover. Stap 3 Bij onhoudbare agressie of na fysiek geweld of verbaal geweld richting leerlingen of personeel wordt een leerling naar huis gestuurd. De docent mag dit bepalen, altijd even in overleg met een collega. De locatiemanager wordt altijd ingelicht. Stap 4 Ouders worden gebeld, de coördinator is hier verantwoordelijk voor. Stap 5 Locatiemanager beslist of er (eventueel met terugwerkende kracht) geschorst wordt. Stap 6 Na een schorsing of een time-out thuis, volgt altijd een gesprek met de locatiemanager of coördinator en eventueel de ouders. Er kan dan gekeken worden of de leerling de straf begrepen heeft, eventuele problemen uitgepraat kunnen worden en hoe herhaling voorkomen kan worden. De locatiemanager bepaalt of de leerling lessen in de mentorgroep mag vervolgen. De hulp van een collega wordt in geroepen, wanneer de situatie bedreigend voelt. Er wordt niet fysiek ingegrepen, tenzij de leerling zijn/haar klasgenoten, zichzelf of de leerkracht dusdanig (fysiek) in gevaar brengt, dat er voor de veiligheid gekozen moet worden. Incidenten rondom storend gedrag, verbale of fysieke agressie worden altijd schriftelijk gemeld in LVS 2000 en/of in Triasweb. Als er sprake is van een of meer slachtoffers bij overschrijdend gedrag van een bepaalde leerling, wordt het slachtoffer begeleid en worden de ouders van het slachtoffer geïnformeerd. Ook de onderlinge relatie tussen leerlingen wordt, waar mogelijk, hersteld door middel van gesprekken.


20

5 Samenwerking met ouders en onderwijs- en ketenpartners 5.1

Oudergesprekken

In het begin van het schooljaar houden we in alle groepen een voorlichtingsavond over de leermiddelen, de lesstof, de manier van werken en dergelijke. Andere contactmogelijkheden zijn de besprekingen van het individueel handelingsplan, rapport-ouderavonden en andere gesprekken tussen de ouders/verzorgers en de mentor, de begeleider, de orthopedagoog en/of de locatiemanager. Regelmatig verschijnen nieuwsbrieven. Uiteraard is het mogelijk om, wanneer daar behoefte aan is bij de ouder of bij de leerkracht, meer afspraken te maken met de mentor.

5.2

Medezeggenschapsraad

Ouders/verzorgers hebben inspraak via de Medezeggenschapsraad (MR) waar alle zaken die het onderwijs van Yulius aangaan aan de orde gesteld worden. Zij kunnen door hen gewenste onderwerpen naar voren brengen. Daarnaast hebben we een ouderklankbordgroep die vier tot zes keer per jaar bij elkaar komt in de avonduren. Hierin kunnen ouders/verzorgers hun mening geven of ideeën kwijt over het onderwijs en beleidszaken. De ouderklankbordgroep bestaat bij voorkeur uit tien leden, van elk leerjaar twee ouders.

5.3

Websites

Op de website www.yulius.nl/onderwijs staat informatie over Yulius Onderwijs en de locatie, zoals mededelingen en nieuwsbrieven. Tevens staat de schoolgids op de website. De website van de locaties is: www.yulius.nl/heerbokelcollege. Uiteraard beschikken we over een Facebook-pagina.

5.4

Externe deskundigen

Wanneer een leerling onder of na schooltijd behandeling/therapie volgt of op een woongroep woont, is goede samenwerking en terugkoppeling belangrijk. Gemiste onderwijstijd vanwege behandeling moet altijd verklaard worden door een getekende brief van de behandelaar. Deze brief is in het papieren dossier van een leerling terug te vinden. Per leerling wordt afgestemd of het contact verloopt via de mentor of de orthopedagoog. De orthopedagoog bewaakt het proces en verzorgt terugkoppeling van de behandeling/therapie naar de onderwijsleersituatie. De mentor kan afstemmen met bijvoorbeeld de groepsleiding. In overleg met de externe deskundige wordt besloten wat de frequentie van het contact zal zijn. Doorverwijzen voor diagnostiek, behandeling, opvoedingsondersteuning De CvB gaat in gesprek met ouders over wat er nodig is, welke instantie geschikt is en werkt samen met ouders om een goede hulpvraag te formuleren. Ouders zijn verantwoordelijk voor een verwijzing van de huisarts. Instanties waarmee veelvuldig wordt samengewerkt zijn: Lucertis (SARR), Yulius zorg, st. MEE, CJG, RIAGG. Leerlingen die vanwege behandeling extern of vanwege ondersteuning op school in bepaalde lessen niet aanwezig zijn, worden in het klassenboek vermeld. De gemiste onderwijstijd wordt in overleg met de vakdocent gecompenseerd.


21

5.5

Adviescommissie Leerlingenzorg

Wanneer de CvB van het Heer Bokel College handelingsverlegen is bij een casus, kan de commissie Adviescommissie Leerlingenzorg (AL) ingezet worden. Die bestaat uit: psychiater, directeur onderwijs, maatschappelijke deskundige, orthopedagoog van Yulius. De CvB dient een aanmeldingsformulier in. Daarop volgt een afspraak met de commissie voor overleg. Ouders worden door ons op de hoogte gebracht.

5.6

Wolfert Dalton

We werken samen met het Wolfert Dalton voor de bovenbouw HAVO. Voor de leerjaren 4 en 5 HAVO levert het Wolfert Dalton de onderwijsstof en het Programma van Toetsing en Afsluiting (examenprogramma, afgekort PTA). De leerlingen nemen onder de naam van Wolfert Dalton deel aan het examen, maar het examen wordt op het Heer Bokel College afgenomen.

5.7

Kellebeek College

Voor het eindexamentraject VWO werken we samen met VAVO, het Kellebeek College. Leerlingen volgen onderwijs op het Heer Bokel College door middel van een eenjarig VWO-traject dat wordt aangeboden door het Kellebeek. De leerlingen doen examen bij het Kellebeek College.

5.8

Koers VO (Voortgezet Onderwijs)

Wij willen een positieve bijdrage leveren aan passend onderwijs. Daarom leveren meerdere CVBleden in dit samenwerkingsverband een bijdrage aan de diverse werkgroepen. Daarnaast helpt Koers VO ons met het zoeken naar een geschikte school voor leerlingen die tussentijds kunnen overstappen naar het regulier onderwijs. Zij bekijken het scholenaanbod en leggen dan het eerste contact met de beoogde VO-school. Daarna bekijken zij met ons hoe het de leerlingen vergaat.


22

6 Uitstroombeleid Omdat wij zowel VMBO-t als HAVO/VWO-onderwijs aanbieden, wordt het uitstroombeleid gesplitst in twee delen, namelijk het VMBO-gedeelte dat met sectoren werkt en het HAVO/VWO-gedeelte dat met profielen werkt.

6.1

VMBO-t

VMBO-leerlingen moeten aan het eind van het tweede studiejaar een sector kiezen waarin zij in klas 3 en 4 eindexamen gaan doen. De sectoren waaruit gekozen kan worden zijn: 1. Economie 2. Techniek 3. Landbouw 4. Zorg en Welzijn Voor alle sectoren zijn de vakken Nederlands, Engels, maatschappijleer 1 en het sectorwerkstuk verplicht. Daarnaast kiest de leerlingen nog een aantal vakken die sectorafhankelijk zijn. De vakken waaruit de leerlingen verder nog kunnen kiezen zijn wiskunde, biologie, natuur/scheikunde 1, economie, aardrijkskunde, geschiedenis, Frans en Duits. In maart worden alle ouders en leerlingen van 2 VMBO door de decaan geïnformeerd over de te kiezen sectoren en de consequenties daarvan voor een later te volgen studierichting. In juni vinden er persoonlijke gesprekken plaats tussen decaan, ouders en leerlingen over de te kiezen sector. Tijdens dat gesprek wordt er een sector gekozen met een vakkenpakket. De leerlingen die VMBO-texamen doen, doen dit via de IB-groep ( tegenwoordig DUO), die de staatsexamens afneemt. De examens (zowel schriftelijk als mondeling) op ons college worden afgenomen door gecommitteerden van de IB groep. In oktober wordt er via individuele gesprekken met de leerlingen van VMBO-4 gekeken naar een geschikte vervolgopleiding. Dit kan een opleiding op mbo-4-niveau zijn. Veel leerlingen kiezen echter vanwege hun handicap voor een mbo-opleiding op niveau 2 of 3. De decaan voorziet ouders en leerlingen van informatie over de verschillende mogelijkheden en ondersteunt leerlingen en ouders bij een inschrijving op een gekozen opleiding. Hierbij heeft de decaan intensief contact met de decaan van de ontvangende opleiding om te zorgen voor een ‘warme’ overdracht. Via de decaan wordt ambulante begeleiding aangevraagd. De ouders van leerlingen die na hun VMBO-eindexamen de voorkeur geven aan werken i.p.v. studeren worden in ieder geval op de hoogte gesteld van de mogelijkheden die Yulius kan bieden, ook de mogelijkheid van een Jobcoach komt hier ter sprake.

6.2

HAVO/VWO

Leerlingen die HAVO/VWO-onderwijs bij ons volgen, dienen aan het eind van het derde leerjaar een profiel te kiezen met een bijbehorend vakkenpakket. Wij maken hierbij gebruik van de profielkeuzetesten van Qompas (www.qompas.nl). De decaan verzorgt medio februari een voorlichtingsavond voor alle HAVO-3-leerlingen. Tijdens deze avond krijgen ouders uitleg over de profielen, de vakkenpakketten en de samenwerking met het Kellebeek college of het Wolfert Dalton. In de maanden maart, april en mei kunnen leerlingen via hun eigen account bij Qompas diverse testen doen om zodoende tot een verantwoorde profielkeuze te komen. De begeleiding van deze testen ligt bij de decaan. Yulius Onderwijs| Locatiegids Heer Bokel College

23

In juni vinden persoonlijke gesprekken plaats tussen decaan, ouders en leerlingen waarbij een profiel en vakkenpakket gekozen wordt. De decaan heeft dan inmiddels ook het advies van alle vakdocenten ingewonnen en neemt hun advies mee in de persoonlijke gesprekken die gevoerd worden. De profielen waaruit gekozen kunnen worden zijn: 1. Economie en Maatschappij 2. Cultuur en Maatschappij 3. Natuur en Gezondheid 4. Natuur en Techniek

6.3

Examens

Voor de afname van de examens van HAVO/VWO zijn we een samenwerkingsverband aangegaan met het Kellebeek College in Breda en het Wolfert Dalton in Rotterdam. Voor de profielen vakkenkeuze zijn we dus mede afhankelijk van de mogelijkheden die deze scholen bieden. Leerlingen die in hun laatste examenjaar zitten, kunnen op eigen verzoek of op verzoek van hun ouders via de decaan een studiekeuzetest doen. De decaan inventariseert aan het begin van het schooljaar of er behoefte is aan een studiekeuzetest. Afhankelijk van het aantal belangstellenden worden er accounts ingekocht bij Qompas, want ook deze tests worden afgenomen via qompas.nl. Net zoals bij het VMBO zorgt de decaan voor informatie over de diverse opleidingsmogelijkheden en begeleidt hij de leerling bij de inschrijving van zijn/haar gekozen opleiding. Ook hier wordt gezorgd voor een ‘warme’ overdracht door een intensief contact met de decaan van de ontvangende opleiding. Indien school, ouders en leerling het noodzakelijk achten dat er stages geïntegreerd worden in het onderwijsprogramma van de leerling, dan verzorgt de decaan de stages. Soms komt het voor dat een HAVO-/VWO-leerling zijn schoolloopbaan op ons college voortijdig wil afbreken. In dat geval proberen we om een geschikte mbo-opleiding voor de leerling te vinden, de leerling heeft immers een virtueel VMBO-diploma door de overgang van 3 naar 4 HAVO/VWO. De ouders van leerlingen die na hun HAVO/VWO-eindexamen de voorkeur geven aan werken i.p.v. studeren, worden in ieder geval op de hoogte gesteld van de mogelijkheden die Yulius biedt; ook de mogelijkheid van een Jobcoach komt hier ter sprake. Als onderdeel van het totale pakket van uitstroom zorgt de decaan er ook voor dat ouders op de hoogte gesteld worden van de mogelijkheid van de aanvraag van een Wajong-uitkering; ook houdt de decaan de veranderingen aangaande deze zaken in de gaten en speelt dit door naar de ouders van betreffende leerlingen. Voor de specifieke voorbereiding op het vervolgonderwijs bieden wij de cursus ‘En nu….studeren’ aan voor autistische leerlingen die van plan zijn verder te studeren via hbo of universiteit. De cursus bestaat uit vijf leerling-bijeenkomsten en één ouderbijeenkomst. De bijeenkomsten vinden na schooltijd plaats op school en zullen voor aanvang en na afloop van de examens worden aangeboden. Ook is er een bijeenkomst na de zomervakantie als de leerlingen op hun nieuwe opleiding zijn gestart.

6.4

Uitstroom naar regulier voortgezet onderwijs

Het is mogelijk voor onze leerlingen om tussentijds door te stromen naar het regulier voortgezet onderwijs. Dit gebeurt op basis van de volgende informatie: Yulius Onderwijs| Locatiegids Heer Bokel College

24



De wens van ouders/verzorgers en leerling om naar het regulier onderwijs over te stappen.



De behaalde didactische resultaten.



De ontwikkeling binnen de leerlijnen ‘sociaal gedrag’ en ‘leren leren’.

Aan de hand van deze informatie kunnen wij leerlingen beoordelen op hun sociale competenties en de haalbaarheid van slagen binnen het regulier onderwijs. Het is praktisch gezien mogelijk om de overstap te maken in de leerjaren 1, 2 en 3. Dit omdat reguliere scholen graag zien dat een leerling het volledige examentraject bij hen op school doorloopt, vanwege de opbouw van het examendossier.

6.5

Procedure overstap regulier onderwijs

Leerling, ouders/verzorgers en medewerker van school geven aan dat de leerling toe is aan de overstap naar regulier onderwijs. De Commissie voor de Begeleiding bekijkt de didactische gegevens evenals de sociale competenties van de leerling. Op basis hiervan geven wij de leerling en de ouders/verzorgers advies over de overstap naar regulier voortgezet onderwijs. Er volgt een gesprek tussen de coördinator en de ouders/leerling over de verwachtingen/haalbaarheid en schoolkeuze. Wanneer deze schoolkeuze binnen het gebied ligt van samenwerkingsverband Koers VO, neemt de coördinator contact met Koers VO op. Het Heer Bokel College en Koers VO kijken aan de hand van de hulpvraag van de leerling en het aanbod van zorg op de VO-scholen, welke school in aanmerking komt. Wanneer de leerling buiten het gebied van Koers VO naar een reguliere VO school wil, neemt de coördinator het initiatief tot een eerste contact en kennismakingsgesprek op een school naar keuze van de ouders/verzorgers en de leerling. Van de ouders/verzorgers wordt verwacht dat zij aanwezig zijn bij het kennismakingsgesprek. De school schept een eerlijk en duidelijk beeld van de desbetreffende leerling bij de reguliere school, waarbij zowel de belemmerende als de protectieve factoren aanbod komen. Wij stellen alle beoogde scholen een proefperiode voor van minimaal 2 weken waarin de leerling als gastleerling aanwezig is op de beoogde school. Dit heeft als doel de school de gelegenheid te geven de leerling te leren kennen/observeren. Daardoor kan de school een goede beslissing nemen over de aanname en eventuele zorgvraag. Uiteraard heeft dit ook als doel dat de leerling kan ervaren hoe het er aan toe gaat in het regulier VO en of dit vanuit de leerling past bij zijn/haar verwachtingen van regulier onderwijs en zichzelf. De school beslist uiteraard of ze een proefperiode wil of niet. De coördinator zal in de proefperiode een bezoek afleggen aan de reguliere school voor een tussentijdse evaluatie. De leerling en mentor/teamleider kunnen de bevindingen tot dan toe bespreken. Na de proefperiode volgt een gesprek tussen de beoogde school en de leerling en de ouders/verzorgers. De coördinator van het Heer Bokel College kan zich hierbij aansluiten. In dit gesprek geeft de beoogde school aan of de leerling wel of niet wordt aangenomen. Bij afwijzing vernemen wij graag aan welke competenties deze leerling nog moet werken om dit doel in de toekomst alsnog te kunnen behalen. Bij aanname wordt de procedure van aanname van de nieuwe school gestart en een concreet moment van overstap afgesproken. Ambulante begeleiding wordt aangevraagd. Yulius Onderwijs| Locatiegids Heer Bokel College

25

7 Ontwikkelplan 7.1

Bevindingen Inspectie van het Onderwijs

In september 2010 kreeg de locatie Heer Bokel College de beoordeling ‘zwak’ van de inspectie. De belangrijkste aandachtspunten waren: 

De Commissie voor de Begeleiding moet een centralere rol krijgen in de leerlingenzorg.



Er moet een integratief beeld aan het individueel plan (IP) toegevoegd worden.



Er ontbrak een actueel IP aan het begin van het schooljaar.



Het systematisch beoordelen van de vorderingen van leerlingen op het gebied van sociaalemotionele ontwikkeling was onvoldoende.



Formuleringen in de handelingsplanning waren niet voldoende SMART geformuleerd.

Naar aanleiding hiervan hebben wij de handelingsplanning volledig herzien en zijn we ons meer gestructureerd gaan richten op de leerlingenzorg. De Onderwijsinspectie komt in het tweede of in het begin van het derde kwartaal van 2013 opnieuw op locatiebezoek.

7.2

Zelfevaluatie

Op basis van de verbeterplannen die zijn opgesteld naar aanleiding van interne audits en inspectiebezoek, hebben we de werkwijze rond de handelingsplanning geheel herzien en zijn de leerlijnen ‘sociaal gedrag’ en ‘leren leren’ ingevoerd. Als we de huidige kwaliteit op zowel geborgd als effectief operationeel niveau bekijken, zijn alle normindicatoren en de meeste indicatoren voldoende operationeel en geborgd. In het voorjaar van 2012 zijn een leerlingen een oudertevredenheidsenquête afgenomen. De uitkomsten hiervan zijn bijzonder positief: ouders geven de onderwijskwaliteit het rapportcijfer 8,3 en de veiligheid op de locatie wordt door ouders met een 8,5 beoordeeld en door leerlingen met een 7,6. Actiepunten die we uit de enquêtes kunnen herleiden zijn in het jaarplan opgenomen: inrichting/hygiëne van het schoolgebouw en proactief anti-pestbeleid.

7.3

Interne audit

In augustus 2012 heeft een oud-inspecteur de CvB bevraagd op de normindicatoren van het nieuwe Toezichtkader (2012). Naar aanleiding van deze audit zou een basisarrangement haalbaar zijn. Met kleine aandachtspunten zou zelfs op alle normindicatoren een voldoende gescoord kunnen worden. Die aanpassingen zijn inmiddels gedaan. In februari/maart van 2013 is een interne audit uitgevoerd in voorbereiding op het Inspectiebezoek.


26

8 Positionering in de omgeving De locatie Heer Bokel College bevindt zich in het centrum van Rotterdam.

Het schoolgebouw beschikt over 14 leslokalen, waaronder een practicumlokaal voor natuur- en scheikunde, een lokaal voor beeldende vorming en twee ruimtes met pc’s. In elk lokaal staat een leerlingen-pc. In zes lokalen beschikken we over een SmartBoard. De locatie beschikt verder over een ruime aula, een kleine leerling-kantine, een schoolplein en een gymzaal. De locatie is ons beschikbaar gesteld door de gemeente Rotterdam. Er zijn in het gebouw helaas geen aanpassingen voor mindervaliden: het gebouw bevat veel trappen en er is geen lift.


27

Heer Bokel College Bezoekadres: Heer Bokelweg 260 3032 AD Rotterdam T 010 44 30 610 [email protected] www.yulius.nl/heerbokelcollege


28

Locatiegids Heer Bokel College VSO. Heer Bokelweg AD Rotterdam Vestigingsnummer: 01UC-16. Yulius Onderwijs Locatiegids Heer Bokel College

Recommend Documents