Lesideeën
De Vier Windstreken
Lesideeën bij het prentenboek kik is op mik Tekst van Sietske Mol, met illustraties van Sarike van Wijgerden
Deze lesideeën horen bij kik is op mik en zijn gemaakt door Bibliotheek ’s-Hertogenbosch, in samenwerking met juf Nel van den Boer, Sietske Mol en Sarike van Wijgerden. Over kik is op mik Kik, Mik en de andere personages vinden hun oorsprong in de schilderijen van Jheronimus Bosch. Deze wereldberoemde schilder werd rond 1450 te ’s-Hertogenbosch geboren en stierf op 9 augustus 1516. Vijfhonderd jaar later, in 2016, viert ’s-Hertogenbosch het Jeroen Bosch jaar, met festiviteiten, activiteiten en een expositie in het Noordbrabants Museum. Dit boekproject haakt daarbij aan. Het verhaal Kik is op Mik. Maar om hem dat te kunnen vertellen, moet Kik eerst de berg af, de velden door, de wegen over en de berg weer op. Een tocht vol hobbels en bobbels. Gelukkig krijgt zij onderweg hulp van Kris de vis, reus Teus, de zwoot, en Mous de mol.
ISBN 978 90 5116 491 6 Prijs € 9,95
Veilig Leren Lezen Voor leerlingen van groep 3 is er voor het allereerste begin van het leesproces, de niet-klankzuivere periode, weinig prikkelend leesmateriaal. Dit boekje wil in deze leemte voorzien. Technisch oefenen en beleving komen in dit boekje samen. Al lerend en lezend reizen de lezertjes tijdens de eerste 18 weken van het schooljaar mee met het heksje Kik, op weg naar haar ‘onbereikbare liefde’ Mik. Het verhaal volgt de methode Veilig Leren Lezen. De reden daarvoor is dat de meerderheid van de basisscholen in ’s-Hertogenbosch met deze methode werkt. Op scholen waar een andere methode wordt gebruikt, kan het boekje natuurlijk ook gelezen worden, op het moment dat alle letters in de niet-klankzuivere periode bekend zijn. De spelletjes, oefeningen en opdrachtjes in deze handleiding zijn bedoeld om de interactie tussen de tekst en de kinderen te stimuleren. Zo gaan de kinderen zelf nadenken over en reflecteren op wat ze gelezen hebben. Door te tekenen of te schrijven maken ze dat zichtbaar voor anderen. Voor de leerkracht en ouder is dat een mooi aanknopingspunt om samen over het verhaal te praten. En dat is dan weer goed voor de woordenschatontwikkeling.
www.vierwindstreken.com
Let op Bij sommige opdrachten word je gevraagd om afbeeldingen van de schilderijen van Bosch op te zoeken in de klas. Bekijk deze schilderijen vooraf en beoordeel zelf of ze geschikt zijn om in jouw klas te behandelen.
1
Lesideeën
De Vier Windstreken
Lesideeën bij kik is op mik De klankzuivere periode Het verhaal van Kik en Mik kan klassikaal worden gelezen in de eerste helft van het schooljaar, met een uitloop in de eerste weken na de kerstvakantie. In een les van circa 20 minuten wordt één spread gelezen. Het is belangrijk om eerst de letters aan te bieden, conform de methode, en pas daarna de les te doen. De eerste pagina wordt dus op zijn vroegst gelezen in lesweek 2, wanneer de eerste letters bekend zijn bij de kinderen. In de leesperiode zijn pauzeweken ingebouwd. In zo’n week kan een les worden ingehaald of met de kinderen gewerkt worden rondom het verhaal. In bijlage 1 vind je een schematisch overzicht van de leesweken en de letters die aan bod komen. Tip Plan voor het lezen van het boek een vast tijdstip in, bijvoorbeeld elke week na de gymles. De leerlingen gaan er dan naar uitzien en kunnen er alvast met elkaar over kletsen. Gebruik van pictogrammen Woorden die nog niet gelezen kunnen worden, worden uitgebeeld met een plaatje: een pictogram. Zo komt in het verhaal bijvoorbeeld al gauw het woord ‘brief’ voor. Zo lang de letter ‘f’ nog niet bekend is, wordt het woord uitgebeeld met een pictogram. Het is meteen een goede voorbereiding op het lezen van het woord op de laatste bladzijden van het boek. Iedere leerling krijgt bij het boek een boekenlegger waarop alle pictogrammen staan die in het boek voorkomen, met hun betekenis erbij.
brief
Tip Presenteer de pictogrammen als geheimtaal en het lezen wordt voor de leerlingen een echt avontuur. Lidwoorden De lidwoorden worden uitgebeeld met een vierkantje (pictogram). De woorden worden uitgeschreven op het moment dat de letters bekend zijn. Er moet dan even aandacht worden besteed aan de afwijkende uitspraak (bijvoorbeeld bij ‘de’: je hoort een ‘u’ je ziet een ‘e’).
de/het/een
Fantasietaal In dit groeileesboek komen soms fantasiewoorden voor, daar is bewust voor gekozen. Fantasietaal stimuleert de fantasie. Dit in tegenstelling tot de boekjes die echt alleen voor het gestructureerde aanbod zijn. Dan worden juist geen fantasie- of onzinwoorden gebruikt om verwarring te voorkomen.
www.vierwindstreken.com
2
Lesideeën
De Vier Windstreken
Leestekens In de tekst staan punten, komma’s, uitroeptekens en vraagtekens. Zinnen beginnen met een kleine letter; vanaf kern 7 maken leerlingen in groep 3 immers pas kennis met hoofdletters. Fopwoorden In de tekst staan hier en daar ‘fopwoorden’; woorden die niet geheel klankzuiver zijn. Bijvoorbeeld: oor, hoor, smoor, voor, keur. Door met de leerlingen wat langer bij deze woordjes en klanken stil te staan, en ze met ze te oefenen, leren ze al snel hoe ze moeten worden uitgesproken. Het belang van zinnen Vanaf het begin van het leesproces is het belangrijk dat kinderen hele zinnen zelfstandig leren lezen om: • de woorden zo snel mogelijk in een betekenisvol geheel te leren plaatsen en begrijpen; • nieuwe letters en woorden te herhalen; • de kijkrichting van links naar rechts te oefenen; • zinsritme en motivatie te oefenen.
. , !?
Moeilijke en onbekende woorden Het is belangrijk dat een verhaal ook woorden bevat die kinderen niet kennen. De opbouw gaat zo geleidelijk dat een moeilijk woord (mits uitgelegd) geen probleem hoeft op te leveren. Ook al zijn woorden niet direct bekend bij kinderen, ze zijn wel heel gemakkelijk betekenisvol te maken door ze uit te beelden; dat is een belangrijk hulpmiddel om de betekenis te verduidelijken (de 3-uitjes van de woordenschatdidactiek van het onderdeel semantiseren). Een boek is vooral ook bedoeld om de leesschrijfwoordenschat te vergroten, en vaak moeilijker dan gesproken taal. Differentiatie Om tegemoet te komen aan leerlingen die al goed kunnen lezen, hebben we zodra het kon ook moeilijke woorden (mmkm, mkmm, mmmkm enzovoort) opgenomen. Om alle kinderen te bereiken is het goed de verhalen op te bouwen van technisch gemakkelijk naar moeilijk. Het eerste deel van het verhaal kan dan gelezen worden door kinderen die nog moeite hebben met lezen. Tip Gebruik de woordrijtjes bij dit boek om extra te oefenen met moeilijkheden.
www.vierwindstreken.com
3
Lesideeën
De Vier Windstreken
Aanbieding van het boek Doelen • De kinderen leren letters lezen • De kinderen verbeteren hun taalvaardigheid • De kinderen breiden hun woordenschat uit • De kinderen maken kennis met (het werk van) Jeroen Bosch Benodigd materiaal • Het boek kik is op mik
Letters leren lezen
Portret van Jheronimus Bosch. Ca. 1550
Les 1: i, aa, k, m, n Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘ik ben kik’. Benodigdheden: • Tijdschriften Vertel de kinderen dat Kik een naam is, en Mik ook. Vraag de kinderen een naam te maken met de letters die ze kennen. Kunnen ze hun eigen naam al schrijven? Weten ze welke letters het zijn waar hun naam uit bestaat? Laat de kinderen de letters van hun naam uit tijdschriften knippen. Je kunt ook er andere prentenboeken over verliefd zijn bij pakken, zoals (soms ook digitaal beschikbaar): • Kikker is verliefd, Max Velthuijs • Raad eens hoeveel ik van je hou, Sam McBratney & Anita Jeram • Beer is op vlinder, Annemarie van Haeringen • Tel de sterren, Kenneth Steven
Kennismaken met Jeroen Bosch Zoek op Wikipedia het schilderij ‘Antonius-drieluik’ op. Zoek met de kinderen naar het heksje Kik. Als je goed kijkt, zie je dat zij hier ook rondloopt (op het linkerpaneel, zie bijlage). Praat met de kinderen over het concept ‘schilderij’. Wat is dat eigenlijk en waar hangen die meestal? Wie heeft thuis ook een schilderij? Wat staat daarop? Is het mooi of niet? In een museum hangen heel veel schilderijen bij elkaar. Wie is daar weleens geweest? Waren daar ook andere dingen te zien? Vertel dat het schilderij gemaakt is door Jeroen Bosch. Hij woonde vijfhonderd jaar geleden in Den Bosch en heeft heel veel schilderijen
www.vierwindstreken.com
4
Lesideeën
De Vier Windstreken
gemaakt. Hij is wereldberoemd. Waarom zou hij zo beroemd zijn? (Vreemde wezens, enge sfeer of enge wereld, en ieder persoon kijkt weer anders en is met detail geschilderd).
Les 2: r, oo, s Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘kik kijkt door het raam’. Kik maakt een brief voor mik. Vraag de kinderen wat een brief is, aan wie je een brief kunt schrijven, wat je nodig hebt om een brief te schrijven en om hem te versturen (pen, papier, envelop, postzegel, brievenbus, postbode). Je kunt op het digibord ook een YouTube-filmpje over post laten zien.
Schaatsende postbodevogel (detail uit De verzoeking van de Heilige Antonius)
Les 3: v, o Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘het is mis!’. Benodigdheden: • Tijdschriften • Kleurpotloden • Gekleurd papier • Lijm Kris de vis doet zijn intrede. Hij is een rare vis. Vraag de kinderen wat er zo bijzonder is aan Kris. Bijvoorbeeld: hij heeft wielen, hij heeft een huisje op zijn rug (wat zit er in het huisje?), hij heeft een sik/slurf, hij heeft bolletjes boven zijn hoofd hangen (waar zijn die voor?), enzovoort... Laat de kinderen ook een rare vis maken (tekenen, knutselen, knippen en plakken uit tijdschriften).
Kennismaken met Jeroen Bosch Pak weer het schilderij ‘Antonius-drieluik’ erbij: ook Kris de vis vind je terug op het linkerpaneel (zie bijlage). Vraag de kinderen: wat is hij daar aan het doen, denk je? Zie je nog meer dingen die lijken op de tekeningen in het boek? Zoals de lucht, en de bergen? Wat vind je eigenlijk van het schilderij? Van de kleur en de dingen die erop staan? Denk je dat het moeilijk was voor de schilder om te maken? Hoe lang zou hij daarover gedaan hebben? Zou je dit zelf ook kunnen, denk je?
www.vierwindstreken.com
5
Lesideeën
De Vier Windstreken
Les 4: p, e Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘ik ben kik. ik ben op mik’ Benodigdheden: • Papier • Kleurpotloden • Scharen Kik is een vorm, met een kop en een nek en een romp. Vraag de kinderen: is het een mens? Kris is ook een vorm. Is het een dier? Laat de kinderen een vorm tekenen bij de naam die ze hebben verzonnen bij les 1. Is die vorm een mens? is het een dier? of een beetje van allebei? Laat de kinderen de vorm inkleuren en uitknippen. Vertel de kinderen dat ze volgende week iets met het figuur zullen gaan doen. Je kunt op YouTube het liedje ‘Ik ben verliefd’ opzoeken.
Les 5: t, ee Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘kris vaart met kik naar mik’. Benodigdheden: • De gemaakte figuren van vorige week • Gekleurd papier • Lijm • Kleurpotloden/wasco/stiften
Opdracht 1 Laat de kinderen het figuur dat ze vorige week gemaakt hebben op een vel papier plakken. Ze tekenen een landschap met kleurpotloden, wasco of stiften. Vraag de kinderen: • Waar is het figuurtje? • Waar woont hij of waar loopt hij nu? • Is het zomer of winter, lente of herfst? • Is er water, zijn er bergen, is er gras, zijn er stenen of iets anders? • Zijn er nog andere figuurtjes? De tekeningen worden bewaard voor een volgende keer (les 17). Opdracht 2 Kris snort en knort en kraakt. Vraag de kinderen: maakt jouw figuurtje ook geluid (een toon)? Praat het? Sist het? Zingt het? Je kunt in deze les het geluidenspel spelen: www.worteldrie.com/kids/wathoorik.html
www.vierwindstreken.com
6
Lesideeën
De Vier Windstreken
Les 6: eu, b Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘de stip komt er-aan!’. Kik heeft post voor Mik, een brief. Vraag de kinderen: hoe ziet een brief eruit? (gemakkelijk te verhelderen met een tekening op het bord: aanhef, tekst, ondertekening) Wat kan er boven een brief staan? Bijvoorbeeld: lieve mik, beste mik, hallo mik, dag mik, enzovoort. Je kunt naar aanleiding van de zin ‘kik is er op’ het volgende liedje zingen:
‘De zevensprong’ (om op mee te bewegen) Heb je wel gehoord van de zeven, de zeven Heb je wel gehoord van de zevensprong? Ze zeggen dat ik niet dansen kan Ik kan dansen als een edelman Dat is één, dat is twee, dat is drie, dat is vier, Dat is vijf, dat is zes en dat is zeven! Eén: rechtervoet stap naar voren Twee: linkervoet stap naar voren Drie: knielen met rechterknie Vier: knielen met linkerknie Vijf: rechterelleboog op de grond Zes: linkerelleboog op de grond Zeven: hoofd buigen naar de grond
Les 7: ui, g Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘teus draagt kik uit het ven’. Vraag de kinderen wat er onder een brief kan staan? Bijvoorbeeld: tot ziens, tot schrijfs, dikke kus, groetjes aan je sproetjes, (naam afzender).
Kennismaken met Jeroen Bosch Zoek het drieluik ‘Het Laatste Oordeel’ op Wikipedia op. Let op: dit schilderij verbeeldt een nogal somber tafereel. Bekijk zelf eerst even of je het de kinderen wilt laten zien. Teus de reus… kunnen jullie hem terugvinden in dit schilderij van Jeroen Bosch (zie bijlage)? Als je hem zo ziet, vind je dan dat hij een goede naam heeft? Wat heeft Teus de reus om zich heen? Waarom zou dat zijn? (Als bescherming?)
www.vierwindstreken.com
7
Lesideeën
De Vier Windstreken
Les 8: d, oe Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘teus en kik gaan door’. Bespreek met de kinderen: wat kan in het midden van een brief staan? Bijvoorbeeld: Hoe gaat het met jou? Met mij gaat het goed. Wat heb jij vandaag gedaan? Ik heb vandaag het konijnenhok schoongemaakt enzovoort. Je kunt bij deze les met klei, stro en takjes een mini-grot maken.
Les 9: ij, z en het woordje ‘de’ Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘teus en kik zijn uit het bos’.
Let op: het niet-klankzuivere woordje ‘de’ is nieuw. Lees het volgende versje voor. Vraag de kinderen: Waar kun je nog meer mee schrijven? Bijvoorbeeld: een pen, een veer (in het zand), een stokje (in de aarde), een potlood, een stift, een kwast, lippenstift, houtskool, wasco, enzovoort. Waar kun je nog meer op schrijven? Bijvoorbeeld: papier, een krant, wc-papier, behang, een bonnetje van de winkel, een papieren tas, een vouwblaadje, een envelop, enzovoort. Je kunt de kinderen het volgende versje voorlezen: ben je op het strand schrijf dan met je vinger in het zand dan kunnen de meeuwen en de mezen in de lucht eens lekker lezen Les 10: h, w Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘ik ben geen zwaan’. Leer het versje van de zwoot (in de ballon in les 10) uit je hoofd en zeg het met de hele groep op:
de zwoot zwetst en kik doet zot wees ook eens dwaas praat ook eens raar een s p oo k een m ui s > een s p ui s
www.vierwindstreken.com
8
Lesideeën
De Vier Windstreken
ee n z w ij n ee n p oe s > ee n z w oe s ee n s n oe k ee n v o r k > ee n s n o r k ee n w i p een b i p s > een w i p s
Kennismaken met Jeroen Bosch Ook de zwoot kun je terugvinden op het schilderij ‘Antonius-drieluik’ (op het middenpaneel, zie bijlage). Bespreek met de kinderen wat er nog meer door de lucht zweeft op het schilderij. Lijkt het op een vogel of een vliegtuig? Of is het iets heel anders? Hebben ze zoiets weleens in het echt gezien? En is dat belangrijk, dat iets echt bestaat? Of mag een schilder zelf iets verzinnen? Vertel dat het schilderij een drieluik is: een schilderij dat in drie delen is verdeeld. Het is meestal op houten panelen geschilderd die aan elkaar vast zitten met scharnieren, zodat ze open en dicht kunnen. Het rechteren linkerzijpaneel zijn even breed. Samen zijn ze net zo breed als het middenpaneel. Een soort vertelkastje. En net als op een vertelplaat wordt op zo’n schilderij ook een verhaal verteld, zonder woorden.
Les 11 0: a Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘de zon zakt in de zee’. Je kunt dit liedje/versje voor de kinderen zingen of voorlezen. Onzinliedje Ik heb de zon zien zakken in de zee. Ik heb de zon zien zakken in de zee. Ik heb de zon zien zakken, de zon zien zakken, de zon zien zakken in de zee Ik heb de zon zien zeeën in de zak (herhalen als boven) Enz.
www.vierwindstreken.com
9
Lesideeën
De Vier Windstreken
Ik heb de zak zien zonnen in de zee Enz. Ik heb de zak zien zeeën in de zon Enz. Ik heb de zee zien zonnen in de zak Enz.
Les 12: u Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘de zwoot vaart door de straat’. Benodigdheden: • Water • Diepvries • Thermometer Je kunt natuurkundige proefjes doen bij bovenstaande zin: ijs wordt water of andersom. Gebruik een thermometer en een diepvries. Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘de zwoot vaart door de straat’.
Les 13: j, ie Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘kik is nat en boos en triest’. Filosofeer met de kinderen bij de volgende zinnen: ‘ja maar, zegt kik, ik zie hier niets. en waar is daar als het hier niet is? Kijk voor meer ideeën op de website van de Filosofiejuf: http://www. filosofiejuf.nl/lees-zelf/haal-meer-uit-het-voorlezen-filosoferen-metboeken/
Let op: het woordje ‘ja’ is niet klankzuiver. Dit is op zich geen probleem: het wordt vaak gebruikt en de kinderen zullen het snel gaan herkennen. Hetzelfde geldt voor het woordje ‘nu’.
www.vierwindstreken.com
10
Lesideeën
De Vier Windstreken
Les 14: l, ou Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘de zwoot stijgt op’. Bespreek met de kinderen waarden als snel, langzaam, hoog, laag. Laat ze zelf de volgende zinnen aanvullen: • De zwoot is snel als een pijl. Wat is nog meer snel? Zo snel als... • Wat is heel langzaam? Zo sloom als... • Wat is heel groot? Zo groot als... • En wat heel klein? Zo klein als... • Wat is heel hoog? Zo hoog als... • En wat heel laag? Zo laag als...
Les 15: uu, ei Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘plok nou moe, bromt mous de mol’.
Kennismaken met Jeroen Bosch Open (als je het bij lesidee 6 geschikt vond) opnieuw de afbeelding van ‘Het Laatste Oordeel’. Zoek goed en vind Mous de mol (zie bijlage)! Wat is hij aan het doen en waarom? Wist je dat Mous de mol ook ergens anders nog te zien is? In de Binnendieze in Den Bosch, het water dat door de stad stroomt! Misschien heb je daar weleens met een bootje doorheen gevaren. Je komt hem vast een keertje tegen in Den Bosch. Net als Kik, Mik en Teus de reus. Deze opdracht kun je uitvoeren naar aanleiding van het zinnetje ‘tom tom tie dom’. Eén leerling is de ‘dirigent’. Hij/zij zegt hardop de zin ‘tom tom tie dom’, steeds op een andere toon (hoog, laag, snel, langzaam, lief, boos enzovoort). De hele groep herhaalt als orkest de zin op dezelfde toon. Na een poosje neemt een andere leerling het dirigentschap over. Je kunt op deze les verder gaan door het prentenboek Over een kleine mol die wil weten wie er op zijn kop gepoept heeft van Wolf Erlbruch & W. Holzwarth te lezen en te bespreken.
Les 16: au, f Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘het is feest in de wei’. Lees samen het recept voor feestelijke groentesoep (2 personen). Misschien willen jullie zelfs wel samen boodschappen doen en soep maken.
www.vierwindstreken.com
11
Lesideeën
De Vier Windstreken
Pak en koop: • een pan • een mes • een ui • een prei • een bloemkool • een peen • twee knakworsten • zout • een bouillontablet • een halve liter water • een eetlepel boter 1. Maak de prei, de peen, de bloemkool en de ui schoon. 2. Was de prei, de peen, de bloemkool en de ui. 3. Snij de prei, de peen, de bloemkool en de ui klein. 4. Smelt de [boter] in de pan. 5. Doe de prei, de peen, de bloemkool en de ui in de pan. 6. Bak de prei, de peen, de bloemkool en de ui vijf [minuten]. Roer. 7. Doe het [water] en de [bouillontablet] er bij. 8. Kook de soep en roer nog een keer. 9. Kook de soep vijftien minuten. 10. Snij de worst klein. 11. Roer de worst door de soep. 12. Maak de soep op smaak met zout. 13. Dien de soep heet op. 14. Blaas. 15. Eet de soep. 16. Smul maar!
Les 17: sch Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘kik slikt’. Benodigdheden: • Papier • Lijm • Kleurpotloden/stiften Pak de tekening die de kinderen bij les 5 hebben gemaakt er weer bij. Het figuurtje op de tekening gaat nu praten. De kinderen tekenen een wolkje en verzinnen wat hun figuurtje zegt. Je kunt bij deze les het liedje ‘Tien kleine visjes’ zingen. De melodie kun je vinden op www.liedjesland.com/ Liedjes/kinderliedjes/10_kleine_visjes/10_kleine_visjes.htm.
www.vierwindstreken.com
12
Lesideeën
De Vier Windstreken
Tien kleine visjes Die zwommen naar de zee Moeder zei: Maar ik ga niet mee Ik blijf lekker in die oude boeren sloot Want in de zee zwemmen haaien En die bijten je blub, blub, blub, blub,blub blub, blub, blub, blub, blub blub, blub, blub, blub, blub Negen kleine visjes Die zwommen naar de zee Enz... Kennismaken met Jeroen Bosch Zoek op internet het schilderij ‘Tuin der Lusten’ op. (Weten de kinderen nog hoe zo’n schilderij in drie delen heet?). In het rechterpaneel, ongeveer halverwege, en dat is heel goed zoeken, staat het schaatsertje Mik (zie bijlage). Wat gebeurt hier? Wat vinden de kinderen van dit schilderij? Van de kleur en wat er allemaal op staat? Zijn het dingen die echt bestaan? Welk deel (links, midden of rechts) vinden ze het mooist? Vertel dat dit het beroemdste schilderij is van de schilder Jeroen Bosch. Het is wel 4 meter breed en 2 meter hoog. Als je de panelen dicht doet, is het ook weer een schilderij. Zoek dit ook op Wikipedia op: buitenzijde ‘Tuin der Lusten’. Hoeveel schilderijen zijn het dan eigenlijk in totaal? Wat is er op dat schilderij te zien? Heeft dat schilderij iets te maken met het vorige schilderij (binnen in de panelen)?
Les 18 Opdracht bij de spread met de tekst die begint met: ‘dag, zegt kik stil’. Benodigdheden: • Papier • Potloden/stiften Laat de kinderen zelf een brief schrijven. Aan wie schrijven ze de brief en waarover? Bijvoorbeeld: iets wat je vandaag gedaan hebt, of in de vakantie.
www.vierwindstreken.com
13
Lesideeën
De Vier Windstreken
Les 19 Jeroen Bosch & kik is op mik In dit boek zitten figuren die Jeroen Bosch ongeveer vijfhonderd jaar geleden heeft geschilderd. Waarom denk je dat er nu een boek gemaakt wordt met die figuren erin? (Om niet te vergeten dat Jeroen Bosch zo belangrijk en beroemd was en is. Of omdat de figuren ook nu nog heel grappig of bijzonder zijn om te zien). Op de schilderijen staan heel veel mensen en wezens. Waarom denk je dat er gekozen is voor deze figuren voor het boek kik is op mik?
www.vierwindstreken.com
14
Letters: i – k – m – aa – n – r – oo – s – v – i – o – p – e
Kern 1
u
Week 13: hut
Week 16: hout-vuur Week 17: geit-uil
Week 21:
Week 19: het ei Week 20: schip
sch
Pauzeweek sch
Pauzeweek 17 18
au-f
l-ou uu-ei
j-ie
Pauzeweek
u
a
h-w
16
14 15
13
= versje met /u/ Pauzeweek
12
11
10
ij-z
Pauzeweek
Pauzeweek 9
d-de-doe
ui-g
8
7
eu-b
p-e t-ee
v-o
r-oo-s
i-k-m-aa-n
Letteraanbod op spread
Eind lesweek 22
Niet van toepassing Eind lesweek 21
Eind lesweek 19
Eind lesweek 17 Eind lesweek 18
Eind lesweek 16
Niet van toepassing
Eind lesweek 14
Eind lesweek 13
Eind lesweek 12
Eind lesweek 11
Niet van toepassing
Eind lesweek 9
Eind lesweek 8
Eind lesweek 7
Eind lesweek 5 Eind lesweek 6
Eind lesweek 4
Eind lesweek 3
Eind lesweek 2
Wanneer aanbieden
* Er is uitgegaan van échte lesweken. Vakanties zijn hier niet in opgenomen, omdat die steeds op een ander moment zijn.
Woorden: ‘sch’-woorden
de, me, ze, je Kern 7 Letters: hoofdletters
Woorden: geit, pauw, duif, ei
au-f
ou-uu ei
Week 15: riem-bijl
Woorden: reus, jas, riem, bijl, hout, vuur
Week 18: pauw-duif
ie-l
Week 14: reus-jas
j
a
Week 12: bos-tak
h-w
z
Letters: j – ie – l – ou – uu
Kern 6 Letters: g – au – f – ei
Kern 5
3e persoon –t (week 11)
Woorden: huis, weg, bos, tak, hut
Week 11: huis-weg
Week 10: zeep
ij
Week 9: koek-ijs
Woorden: doos, poes, koek, ijs, zeep
d-de-oe
Week 8: doos-de-poes
/de/ Kern 4 Letters: h – ui – w – a – u
Kern 3
voor, peer (fopletterwoord) Letters: d – oe – ij – z komen erbij
g
Week 7: oog
6
eu-b-ui
Week 6: neus-buik
Week 4: en Week 5: teen-een
Week 3: aan-pen
Week 2: vis-sok
Week 1: ik-maan-roos
VLL: aanbod Spread in letters per groeileesboek lesweek i-k-m-aa-n-r- 1 oo-s 2 v-o 3 p-e 4 t-ee 5
VLL: aanbod woorden per lesweek*
Woorden: teen, een, neus, buik, oog
Kern 2 Letters: t – b – ee – eu – g komen erbij
Woorden: ik, maan, roos, vis, sok, aan, pen, en (dag 16)
Letters en woorden die aan bod komen in de kern
Kern
Bijlage 1 De opbouw van het boek per kern, lesweek en spread