LEDENBRIEF mei 2007
In dit nummer Algemeen
Van het bestuur Het wel en wee van een OR-lid Van, voor en door leden Uit de praktijk: vakantierechten de Pen
2 12 15 18 19
Wegtranpsort
48-urige werkweek
4
Openbaar Vervoer
Indianenverhalen over aanbestedingen OV
6
Verenigingszaken
Inschrijfformulier aankondiging Algemene Ledenvergadering wijziging contributiesysteem gezocht: vrijwilligers
9 11 14 17
1
Van het bestuur Er verandert momenteel zoveel tegelijk dat je een onbehaaglijk gevoel van onzekerheid bekruipt. In het wegtransport is de druk van de concurrentie van goedkope chauffeurs gelukkig nog niet voorbij terwijl het chauffeurstekort hier fors oploopt. Ook zien de chauffeurs zich geconfronteerd met de 48-urige werkweek, waarbij er nog een gunstige overgangsregeling geldt tot 2011 zodat er nog 55 uur per week gewerkt kan worden. Dat leidt door verlies aan uren tot een inkomensdaling en tal van praktische problemen over werktijden. Bedrijven zullen zoeken naar mogelijkheden om chauffeurs te laten rouleren in systemen van een aantal weken werken en een week vrij om gemiddeld op 55 uur per week uit te komen. Terwijl er al een tekort aan vakbekwame chauffeurs is loopt het tekort daardoor alleen maar verder op. In het openbaar vervoer zien chauffeurs zich geconfronteerd met onzekerheid als gevolg van de openbare aanbestedingen en dat de CAO OV onder druk komt te staan. Aan de orde is dat ook hier het tekort aan chauffeurs stijgt terwijl tegelijkertijd het aantal chauffeurs in vaste dienst in de sector daalt. Dat komt doordat bedrijven steeds meer flexibel inzetbare chauffeurs aantrekken, zoals van uitzendbureaus, waarvoor een aantal CAO bepalingen niet geldt. Door deze ontwikkeling in te zetten kiezen werkgevers er voor om de basis onder de CAO onder druk te zetten. Voor beide CAO’s, zowel wegtransport als OV, is wat de VLD betreft aan de orde dat de CAO de chauffeurs steeds minder bescherming biedt. Dat komt omdat de vakbeweging met haar rug naar de realiteit staat en star vasthoudt aan rechten die onder heel andere omstandigheden verworven zijn. Er valt wat dat betreft veel te winnen. Het is dan ook niet vreemd dat het ledental van de grote bonden verder daalt. Zo heeft het FNV het afgelopen jaar netto 14.000 leden zien vertrekken. Uit het bovenstaande trekt de VLD een belangrijke conclusie: om de rechten van werknemers op te eisen en te beschermen is de standaard collectieve aanpak niet meer voldoende. Collectieve regelingen hebben alleen dan waarde als werknemers hun rechten individueel opeisen. Daar is in zoverre niets mis mee maar het vereist wel een vakbeweging die er op is ingericht en ingesteld om haar leden individueel bij te staan. Ook vanuit de overheid zet de ontwikkeling zich door dat je bij ziekte, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en pensioen gedwongen wordt om steeds meer boontjes zelf te doppen. Wat de sociale agenda van het nieuwe kabinet van CDA, PvdA en ChristenUnie is en hoe zij zich naar de vakbonden opstelt moet nog blijken. Met het toenemen van de onzekerheden en het wegvallen van oude zekerheden zijn mensen op zoek naar houvast en bescherming. Daarmee is de noodzaak van een sterke vakbeweging groot. Er ligt een grote kans dat de vakbeweging om haar geslonken positie te herwinnen, mits zij er in slaagt om zich zo te organiseren dat leden individueel op de hulp en steun kunnen rekenen die ze nodig hebben.
2
De VLD heeft er in 1999 al voor gekozen om de individuele belangen van leden op de eerste plaats te zetten om van daaruit te redeneren wat er collectief geregeld moet worden, hoe dat moet en op welk niveau (bedrijf, regio, sector). De VLD wil die bond zijn die mensen houvast en bescherming biedt. Niet met mooie worden maar door het waar te maken en dus klaar te staan als een lid beroep op ons doet. Om het contact met onze leden te versterken, de behoefte aan kennis en informatie te beantwoorden en tegelijk leden meer bij onze activiteiten en standpunten te betrekken, gaat de VLD de komende tijd themagerichte workshops organiseren. Dat wil zeggen dat ieder lid deel kan nemen aan een workshop over een onderwerp waar je dagelijks in je werk veel mee te maken hebt. Zo komen er voor vrachtwagenchauffeurs workshops over de 48-urige werkweek en hoe je zelf je gewerkte en betaalde uren kunt controleren. In het streekvervoer komen er workshops over de problematiek bij openbare aanbestedingen en CAO zaken. Daarnaast gaan we workshops organiseren over zaken waar iedereen mee te maken heeft, zoals de gang van zaken en je rechten bij ziekte en reïntegratie. Daarin komen vragen als “is werken op therapeutische basis verplicht?” en de procedures in de Wet verbetering Poortwachter aan de orde. In het organiseren van workshops kunnen we snel en flexibel zijn: er komen workshops over onderwerpen waar leden behoefte aan hebben en net zo vaak en op die locatie die men wil. Om nog meer een bond van, voor en door leden te worden gaat de VLD niet meer met vakbondsbestuurders werken. Vakbondsbestuurders, de naam zegt het al, moeten de leden blijkbaar besturen. Omdat vakbondsbestuurders tegelijk lid en werknemer van de vereniging zijn is er een traditie gegroeid dat een vakbondsbestuurder als een soort super kaderlid het zich kan en mag veroorloven om het beleid voor de leden te bepalen. Bij de VLD willen we echter dat leden zelf het beleid kunnen bepalen. Voorwaarde om zelf te kunnen kiezen wat het beleid moet zijn is dat je snapt hoe zaken in elkaar zitten. Er zijn professionals die daar wel bij kunnen helpen maar, als de inhoud van zaken duidelijk is, de te maken keuzes vervolgens aan de leden zelf overlaten. Bestuurders besturen en adviseurs adviseren, zo simpel is het. Daarom gaan we bij de VLD met adviseurs werken, die ingeschakeld worden om leden te adviseren over de keuzes die ze kunnen maken. De zekerheden van vroeger waarbij je zelf niet hoefde, kon of mocht kiezen, maakt plaats voor de zekerheid dat je op adviezen kunt rekenen waarmee je voor jezelf kunt, mag en steeds vaker zelfs moet kiezen. Bij de VLD kun je daar op rekenen.
3
48-urige werkweek Nadat er de laatste jaren veel over gesproken is, is de 48-urige werkweek afgelopen januari dan echt ingevoerd. Toch is er tot 2011 nog een 55-urige werkweek toegestaan. Hoe is dit nu geregeld? Zowel in Nederland als in de Europese Unie kennen we een afzonderlijke regel voor ‘mobiele werknemers’. In Nederland bestaat er de arbeidstijdenwet met daarnaast het arbeidstijdenbesluit vervoer, in Europa bestaat er een algemene richtlijn met betrekking tot de arbeidstijd voor werknemers en een andere richtlijn met meer specifieke voorschriften voor mobiele werknemers. Nu biedt de Europese algemene richtlijn de mogelijkheid om, met individuele toestemming van de werknemer, af te wijken van de standaardregel en de arbeidstijd te verruimen. In Nederland is hiervoor gekozen en bestaat de mogelijkheid om de arbeidstijd te verruimen naar 55 uren. In Nederland geldt nu een arbeidstijd van gemiddeld 48 uren per 16 weken. De periode van 16 weken kan verruimd worden naar 26 weken als dit collectief geregeld wordt. Dit zal zeer waarschijnlijk in de nieuwe CAO geregeld worden. Vanaf dat moment geldt dus een arbeidstijd van gemiddeld 48 uren per 26 weken. Tevens bestaat de mogelijkheid om een arbeidstijd van gemiddeld 55 uren per week te hebben. Dan moet voldaan worden aan de volgende regels: • deze regeling moet collectief geregeld worden • de individuele werknemer moet er schriftelijk mee instemmen • deze uitzondering blijft bestaan tot uiterlijk 23 maart 2011 De collectieve regeling zal zeer waarschijnlijk geregeld worden in de nieuwe CAO. Aangezien zowel de werkgevers- als werknemersorganisaties hebben aangedrongen op deze verruiming van de arbeidstijd zal dat geen problemen geven. Verder moet iedere werknemer afzonderlijk toestemming geven om in te stemmen met een gemiddelde arbeidstijd van 55 uren per week. Deze toestemming moet schriftelijk gebeuren en moet bewaard worden in een zogenaamd maatwerkregister. In principe geeft een werknemer zijn toestemming voor een periode van 26 weken. Deze periode wordt telkens stilzwijgend verlengd voor een nieuwe periode van 26 weken tenzij de werknemer zelf kenbaar maakt dat hij niet langer gebruik wil maken van deze hogere gemiddelde arbeidstijd van 55 uren per week en terug wil naar de normale gemiddelde arbeidstijd van 48 uren per week. Na afloop van de periode van 26 weken wordt de instemming dan niet verlengd en gaat de normale gemiddelde arbeidstijd gelden. De regels met betrekking tot de gemiddelde arbeidstijd gelden nu alleen nog maar voor werknemers. Rond 23 maart 2007 wordt bekend of deze regels per 23 maart 2009 ook gaan gelden voor eigen rijders. Mocht dat het geval zijn dan vervalt de mogelijkheid van hogere arbeidstijd van gemiddeld 55 uren per week ook per 23 maart 2009. Mocht dat niet het geval zijn dan blijft deze mogelijkheid nog 2 jaar langer bestaan en vervalt per 23 maart 2011.
4
Hoewel het al vaker besproken is nog even een herhaling van wat onder arbeidstijd valt. Onder arbeidstijd vallen alle uren behalve: • pauze • rusttijd • beschikbaarheidstijd Beschikbaarheidstijd wordt omschreven als een periode waarin de mobiele werknemer niet op de werkplek behoeft te blijven, doch beschikbaar moet zijn om gevolg te kunnen geven aan eventuele oproepen om de rit aan te vatten of te hervatten, of om andere werkzaamheden uit te voeren. Als voorbeelden worden hierbij genoemd de perioden waarin de mobiele werknemer een per veerboot of trein vervoerd voertuig begeleidt, de wachttijden aan grenzen en tengevolge van rijverboden, waarbij de verwachte duur van tevoren bekend moet zijn en de tijd die een werknemer gedurende de rit naast de bestuurder of in een slaapcabine doorbrengen. Het enige wat niet is overgenomen uit de Europese Richtlijn is de term arbeidstijd. Hierdoor is het wat ons betreft onduidelijk of vakantiedagen nu wel of niet meetellen in het bepalen van de arbeidstijd. Momenteel wordt er een indeling gemaakt waarbij vakantie- en ziektedagen wel meetellen in het bepalen van de gemiddelde werkweek en ATV- en tijd-voor-tijd-dagen niet meetellen in het bepalen van de gemiddelde werkweek. Wat in de praktijk echter het verschil is in een vakantiedag enerzijds en een ATV- of tijd-voor-tijd-dag anderzijds zal zeer waarschijnlijk door jurisprudentie, en dus door een uitspraak van een rechter, bepaald moeten worden.
Naast de invoering van de 48-urige werkweek zijn er nog enkele regels veranderd in het arbeidstijdenbesluit vervoer, deze zijn: • het arbeidstijdenbesluit vervoer geldt voor bestuurders van vrachtauto’s met een laadvermogen van meer dan 500 kg, bestuurders van een bus of bestuurders van een taxi, uitzondering is voortaan het openbaar vervoer dat alleen nog maar onder de arbeidstijdenwet valt en niet langer onder het arbeidstijdenbesluit vervoer. Qua toezicht op de naleving blijft het openbaar vervoer wel vallen onder de Inspectie van Verkeer en Waterstaat • de diensttijd tijdens een nachtdienst wordt verkort naar 10 uren; wordt er gewerkt tussen 1:00 uur en 5:00 uur dan mag de diensttijd maximaal 10 uren bedragen, alleen als dit collectief geregeld wordt (en dat zal zeer waarschijnlijk in de nieuwe CAO het geval zijn) dan mag de diensttijd maximaal 12 uren bedragen • alle gegevens moeten voortaan gedurende 104 weken (2 jaar) bewaard worden en niet meer gedurende 52 weken (1 jaar)
5
Indianenverhalen over aanbestedingen OV Het is onder werknemers in het OV een wijd verbreid misverstand: als je na een concessiewisseling in dienst komt bij een ander bedrijf (de nieuwe vervoerder), dan ben je na één jaar je rechten kwijt en dus vogelvrij. Dit zou voortvloeien uit de Wet Personenvervoer 2000(WP 2000). Dit misverstand is zo hardnekkig dat het een eigen leven is gaan leiden en door velen inmiddels als vaststaand feit wordt beschouwd. Reden voor de VLD om een en ander eens na te pluizen in de WP 2000 en daar in Platform Ledenbrief over te berichten. Wat blijkt? Het is niet waar! In dit artikel zetten we uiteen waarom. Bij een concessiewisseling gaan al je rechten over naar de nieuwe werkgever, voor zover die voortvloeien uit je individuele arbeidsovereenkomst en/of een collectieve regeling zoals de CAO of de bedrijfsregelingen. Alle individueel afwijkende zaken moeten schriftelijk vastliggen in je individuele arbeidsovereenkomst of in een medisch dossier. Een afspraak die in de praktijk gegroeid is, dat je op zaterdag bijvoorbeeld altijd vrij bent omdat je dan op de markt staat, is moeilijk aantoonbaar en overeind te houden. In voorkomende gevallen zullen we onze stinkende best doen voor leden in die situatie, maar de positie om dat af te kunnen dwingen is niet sterk. De termijn van één jaar waar in de WP 2000 sprake van is, gaat erover dat de voormalige werkgever gedurende één jaar mede aansprakelijk is voor het naleven van je rechten. Na het verstrijken van de termijn van één jaar is alleen je nieuwe werkgever aansprakelijk. Het gaat dan om artikel 37 van de WP 2000, meer in het bijzonder de volgende leden daarvan.
6
Lid 1. …door de overgang van een concessie gaan van rechtswege over op de nieuwe concessiehouder de rechten en verplichtingen, omschreven in artikel 38, die op dat tijdstip voor de voormalige concessiehouder voortvloeien uit de privaatrechtelijke of publiekrechtelijke arbeidsverhouding tussen hem en: a. een direct ten behoeve van de verrichting van het openbaar vervoer waarvoor de concessie werd verleend, werkzame persoon, en b. een indirect ten behoeve van de verrichting van het openbaar vervoer waarvoor de concessie werd verleend, werkzame persoon, met inachtneming van het tweede lid. Lid 5. De voormalige concessiehouder is gedurende een jaar na de overgang naast de nieuwe concessiehouder hoofdelijk verbonden voor de nakoming van de verplichtingen uit de arbeidsverhouding die zijn ontstaan voor dat tijdstip.
Verder is artikel 38 WP 2000 van belang ten aanzien van het waarborgen van rechten van werknemers, bij overgang naar een ander bedrijf als gevolg van concessiewisseling. Artikel 38 WP 2000 luidt als volgt. Lid 1. Indien de voormalige concessiehouder geen vervoerder is als bedoeld in artikel 69, eerste of zevende lid (gemeentelijke vervoerbedrijven): a. zijn op de overgang van een concessie de artikelen 14a, eerste, tweede en vierde lid, van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst en 2a van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten van overeenkomstige toepassing en b. gaan door de overgang van de concessie de rechten en verplichtingen welke op het tijdstip van overgang van concessie voor de voormalige concessiehouder ten aanzien van een persoon als bedoeldin artikel 37, eerste lid, voortvloeien uit bedrijfsregelingen, van rechtswege over op de nieuwe concessiehouder. Lid 2. Indien de voormalige concessiehouder een vervoerder is als bedoeld in artikel 69, eerste of zevende lid (gemeentelijke vervoerbedrijven), handhaaft de nieuwe concessiehouder na de overgang van een concessie ten aanzien van een persoon als bedoeld in artikel 37, eerste lid, een samenstel van rechten en verplichtingen gelijkwaardig aan die welke voor het tijdstip van de overgang voor de voormalige
concessiehouder uit de privaatrechtelijke of publiekrechtelijke arbeidsverhouding tussen de voormalige concessiehouder en die persoon voortvloeiden, voor zover deze rechten en verplichtingen voortvloeiden uit collectieve regelingen inzake arbeidsvoorwaarden. Uitzonderingen kunnen zich voordoen in het geval er bij de oude vervoerder geen CAO van toepassing was. De nieuwe vervoerder/werkgever kan natuurlijk niet gebonden worden aan regelingen die er niet zijn. In nagenoeg alle gevallen geldt momenteel de CAO OV of Multimodaal en houden werknemers recht op toepassing van die CAO als zij na een concessiewisseling overgaan naar een ander bedrijf. Dat neemt niet weg dat, in het geval die CAO afloopt, vernieuwd en gewijzigd wordt, de gewijzigde CAO uiteraard van toepassing wordt. Daarnaast is het in de praktijk zo dat de nieuwe vervoerder/werkgever zich geconfronteerd ziet met het moeten toepassen en naleven van de zogenoemde bedrijfsregelingen. Deze zijn doorgaans overeengekomen met de OR van de voormalige vervoerder/werkgever. Voor deze bedrijfsregelingen heeft de nieuwe vervoerder/werkgever zelf niet gekozen maar krijgt die vanwege de WP 2000 wel opgedrongen en vaak komen ze naast de eigen bedrijfsregelingen die de nieuwe vervoerder/werkgever al met zijn eigen OR gemaakt heeft. Het toe moeten passen en naleven van meerdere, van elkaar afwijkende en soms tegenstrijdige, bedrijfsregelingen kan onoverzichtelijke en moeilijk werkbare situaties opleveren. Dat is bijvoorbeeld het geval met het veelbesproken boekwerk aan bedrijfsregelingen bij Connexxion,
7
getiteld “Drie keer winst”. Dit omvangrijke boekwerk, waar menig chauffeur zich op beroept dat hij recht heeft op de regelingen die er in staan, is echter nauwelijks een duidelijke regel in te ontdekken waar je rechten aan kunt ontlenen. Het is een onoverzichtelijk samenraapsel van brieven, notities, rapporten enzovoort. Bij SVN hebben velen het ook over ‘Drie keer winst’ maar tot nu kan niemand vertellen wat er precies in staat.
8
Voor zover het verstrijken van de termijn van één jaar tot een wijziging van rechten leidt, zal dat komen omdat de nieuwe vervoerder/werkgever het pakket van diverse bedrijfsregelingen in overleg met de OR in elkaar wil schuiven en willen integreren tot één duidelijk pakket aan bedrijfsregelingen. We hopen hiermee meer en een beter inzicht te hebben gegeven hoe het zit met de veelbesproken termijn van één jaar.
9
AANKONDIGING algemene ledenvergadering 9 juni 2007 Op zaterdag 12 mei 2007 wordt op ons kantoor in Utrecht de algemene ledenvergadering van de VLD gehouden. Met deze aankondiging is tevens ieder lid daar bij deze van harte voor uitgenodigd. De volgende onderwerpen komen aan bod: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Opening, mededelingen, vaststellen agenda Actuele ontwikkelingen collectieve belangenbehartiging: havens, openbaar vervoer, wegtransport Vaststellen verslag algemene ledenvergadering 16 december 2006 Workshops om meer leden actief bij discussies en activiteiten te betrekken Communicatieplan VLD 2007-2010 Verslag kascontrole commissie Financieel jaarverslag 2006 Samenstelling statutair en algemeen bestuur, verkiezingen Rondvraag en sluiting
We proberen goede en leerzame discussies altijd samen te laten gaan met een gezellige en ontspannen sfeer. Je bent zeer van harte welkom, aanmelding vooraf is wel vereist in verband met de lunch. Je kunt je aanmelden voor deelname aan de algemene ledenvergadering door te bellen (030 2305040) of mailen naar ons logistiek centrum:
[email protected] er wordt dan een lunch voor je verzorgd en je krijgt de spullen voor de vergadering vooraf toegestuurd. Je kunt je uiterlijk tot 31 mei 2007 aanmelden.
10
Het wel en wee van een OR-lid Mijn naam is Carla de Vries, ben 43 jaar en sinds 17 jaar, nog steeds met veel plezier, werkzaam als buschauffeur. Na aangenomen te zijn bij de VAD, werd het Midnet, toen Connexxion en op dit moment ben ik werkzaam bij Stadsvervoer Nederland wat weer is overgenomen door Connexxion. Ik ben, na lange tijd ertussenuit geweest te zijn, sinds twee jaar weer lid van de VLD en inmiddels actief binnen de VLD voor het personenvervoer. Ook ben ik bij SVN lid van de ondernemingsraad en dat is een verhaal op zich.
Nu heb ik nooit echt een hoge pet op gehad van het OR-werk, zo ook niet in dat van vestigingscommissies en/of onderdeelcommissies. Mijn indruk van dit soort overlegorganen is altijd geweest dat er veel gepraat wordt, maar weinig of niets uitkomt. Bovendien gaat het, in mijn ogen, meestal over die zaken die in wetten, CAO’s en bedrijfsregelingen al vastliggen. Dat wil niet zeggen dat het niet belangrijk is dat dit soort organen er zijn. Als de bestaande regelingen niet zouden worden gecontroleerd en bewaakt zouden de werkgevers, zeker in deze tijd, vrij spel hebben. Maar mijn interesse ligt bij mensen en de manier hoe daarmee wordt omgegaan. Mijn mening is dat in veel OV bedrijven qua menselijke aspect de afgelopen 10 jaar werkelijk bedroevend gesteld is en de meeste ondernemingsraden, onderdeelcommissies en/of vestigingscommissies lijken zich daar niet of nauwelijks mee bezig te houden.
De verhoudingen binnen SVN waren zo verziekt dat de meeste er niet aan moesten denken om met deze leiding en/of directie aan tafel te moeten zitten. Ik heb hier met wat mensen, waaronder de vakbondswerker en andere VLDleden over gesproken en me samen met twee andere VLD-leden verkiesbaar gesteld. De vakbondswerker heeft ons verteld wat zijn ervaringen zijn met ORen en dat klonk niet echt als muziek in de oren maar eigenwijs als ik ben wil ik van eigen ervaringen leren, en geleerd heb ik.
Toen ik mij verkiesbaar stelde voor de OR was de menselijke kant dan ook mijn voornaamste drijfveer. Het was op dat moment bij SVN een chaos, bijna niemand zag het nog zitten. Er was geen vertrouwen in de leiding, de directie en de TOR (tijdelijke OR). Ook was er geen of nauwelijks animo onder de mensen om zich verkiesbaar te stellen.
Het beeld dat ik al jaren voor mij heb is dat mensen in een ondernemingsraad, onderdeelcommissie en/of vestigingscommissie daar veelal uit goede bedoelingen ingaan maar dat na verloop van tijd het pluche veranderd in klittenband en zij er niet meer af te krijgen zijn. Waar in eerste instantie personeelsbelangen de belangrijkste
SVN is maar een klein vervoersbedrijf en dus ook een kleine OR, vijf leden. Juist dat kleine en overzichtelijke gaf mij wel vertrouwen want als je toch binnen een dergelijk klein bedrijf en met een dergelijk kleine groep werkt die allemaal het personeelsbelang als belangrijkste drijfveer hebben is dat toch prachtig werken, dacht ik. Maar zo werkt het dus niet.
11
drijfveer zijn worden eigen posities steeds belangrijker. En het personeelsbelang legt het daartegen af, al zal dat nooit hardop gezegd worden. Vaak ontstaat er dan binnen de OR een strijd om de ‘belangrijkste’ posities, personen worden interessant en gewichtig, allerlei zaken worden geheimzinnig en het is allemaal toch wel heel ingewikkeld en veel dingen kan en mag je niet bepraten. Bovendien is het ook wel eens lekker om iets anders te doen dan op die bus te zitten en een cursus van meerdere dagen in een luxe hotel heeft ook zo zijn leuke kanten.
Ondanks dat we binnen de OR van SVN eigenlijk wel een aantal goede resultaten geboekt hebben, waarvan een aantal zonder de steun en het werk van de VLD nooit gelukt zouden zijn, werden ook in onze OR dit soort verschijnselen al snel zichtbaar. Mijn ervaringen binnen de OR van SVN heeft het beeld dat ik had zeker niet veranderd. Dit soort zaken echter maken het werken binnen de OR er niet leuker op, dat geldt in ieder geval voor mij. Verhoudingen raken verstoord, en men vertrouwd elkaar niet meer. Je hebt de keuze om op te stappen maar dat is een keuze die in mijn ogen niet te verkopen is tegenover de mensen die je gekozen
- 12 -
hebben en anderen die je hun vertrouwen geven. Je moet door ook al zal je daarmee je eigen grenzen moeten overschrijden. De mensen op de werkvloer weten meestal wel hoe het zit, de OR leden zijn immers ook collega’s en men kent elkaar goed. Ik voel mij in mijn OR werk hier zeer door gesteund maar leuk werken is het zeker niet.
Zoals het er nu uitziet zal de OR van SVN binnen een aantal maanden ophouden te bestaan, want het is nu, nadat Connexxion SVN heeft overgenomen, niet de verwachting dat SVN als zelfstandig bedrijf zal blijven bestaan. Ik zit mijn tijd uit en doe dat zo goed mogelijk. Ook in de toekomst zal ik mij niet snel meer beschikbaar stellen voor een functie in één van de overlegorganen. Alle ideeën die ik hier voorafgaand hieraan al had, zijn bewaarheid. Natuurlijk is mijn belangstelling en mijn interesse in mensen niet weg en wil ik graag iets doen buiten mijn werk als chauffeur. Binnen de VLD krijg ik daar ten volle de kans voor en die kans zal ik benutten zonder al dit zinloze gekrakeel om me heen en met mensen waarvan ik echt op aan kan en op wie ik kan rekenen. Dit is een persoonlijk verhaal over mijn ervaringen in de OR. Ik ben wel nieuwsgierig of anderen die dit lezen ook eenzelfde soort ervaringen hebben of juist totaal andere, en zou dan ook heel blij zijn als zij de moeite willen nemen dit mij te mailen. Overigens hebben alle verhalen over ervaringen in het OV mijn belangstelling en kunnen we daar binnen de VLD iets mee doen. Carla de Vries coördinator personenvervoer
[email protected]
Wijziging contributiesysteem Per 1 januari 2007 hanteert de VLD een nieuwe en vereenvoudigde contributie indeling. Uitgangspunt voor de nieuwe indeling is het wettelijk minimumloon en dat niemand meer dan 0,9% van het bruto maandinkomen aan contributie betaald. Het minimumloon wordt twee keer per jaar door de overheid vastgesteld, wettelijk vastgelegd en geldt als een algemeen geaccepteerde norm. Contributieschalen Op basis van het wettelijk minimumloon hebben we gekozen voor drie contributieschalen. Zie ook onderstaande tabel. 1) Bij een maandelijks bruto inkomen tot 70% van het minimumloon, momenteel vastgesteld op € 910,00 bruto, geldt een contributie van € 5,20 per maand; 2) Bij een maandelijks bruto inkomen tot 130% van het minimumloon, momenteel vastgesteld op € 1.690,00 bruto, geldt een contributie van € 10,15 per maand; 3) Bij een bruto inkomen hoger dan 130% van het minimumloon, dus momenteel hoger dan € 1.690,00 bruto, geldt een contributie van € 15,55 per maand. Termijnen Tegelijk willen we ook de administratie van de contributie(-inning) eenvoudiger en goedkoper maken. Dat kan door de contributie voor een langere termijn vooruit te betalen in ruil voor kortingen: 3% korting bij betaling per kwartaal, 5% korting bij betaling per halfjaar en 10% korting bij betaling per jaar. Zie onderstaande tabel.
Bruto inkomen per maand: Van € 0,00 € 911,00 € 1.691,00
Tot € 910,00 € 1.690,00 en hoger
Contributie per: maand kwartaal 0% -3% € 5,20 € 15,15 € 10,15 € 29,55 € 15,55 € 45,25
halfjaar -5% € 29,65 € 57,85 € 88,65
jaar -10% € 56,15 € 109,60 € 167,95
Wijzigingen Bij vragen of om uw contributie of termijn te wijzigen is een telefoontje (030 2305040) of e-mailtje (
[email protected]) voldoende.
13
Van, voor en door de leden Bij de Vakbeweging VLD beginnen we altijd bij het verhaal dat onze leden zelf te vertellen hebben. Op individueel vlak hebben we daar inmiddels een naam in opgebouwd. In collectieve zaken gaat het een stuk moeizamer. Door met workshops te werken, waar ieder lid aan mee kan doen, willen we leden actiever betrekken bij de onderwerpen die zij belangrijk vinden en wat de opstelling van de VLD daarin moet zijn. Individueel Degene die ooit een probleem hebben gehad weten inmiddels dat de Vakbeweging VLD jouw verhaal als uitgangspunt neemt. Je bepaalt wat je belangrijk vindt en waar een oplossing uit bestaat. Wij proberen dat met feiten onderbouwen en kijken samen met jou wat er moet gebeuren om die oplossing te bereiken. Zo kan het zijn dat 2 gelijke zaken op 2 verschillende manier worden opgelost, gewoon omdat de betrokken personen anders zijn en, ieder voor zich, voor een andere oplossing kiest. Een probleem is immers pas opgelost als jij tevreden bent met die oplossing. Collectief In collectieve zaken is het moeilijker om te bereiken dat (groepen) leden zelf de oplossing kiezen die hen het beste past. Men is vaak geneigd om te denken dat er in collectieve zaken pas een oplossing bereikt is als iedereen voor hetzelfde kiest, ondanks onderling verschillende belangen en voorkeuren. Dat is niet verwonderlijk, de traditie van vakbonden is immers gebaseerd op de gedachte dat solidariteit voor collectieve doelen betekent dat iedereen hetzelfde belang heeft en daarom hetzelfde wil. Dat is allang niet meer zo, de wereld is een stuk ingewikkelder geworden. Toch bestaat het vakbondsbeleid nog
14
vaak uit dezelfde collectieve eenheidsworst voor iedereen, desnoods met dwang. De mogelijkheden van cafetariasystemen in CAO’s bieden wel mogelijkheden om te kiezen voor arbeidsvoorwaarden op maat, zij het nog te beperkt. Een ander punt is dat (kader) leden ook vaak geneigd of gedwongen zijn om hun oren te laten hangen naar het beleid dat de vakbondsbestuurder voor hen heeft uitgestippeld. Naarmate de opvattingen en wensen van leden diverser zijn, wordt het werk van de vakbondsbestuurder moeilijker. Die is er dus bij gebaat dat er duidelijke collectieve keuzes gemaakt worden die voor iedereen hetzelfde gelden. Da’s wel zo makkelijk en wie daar van afwijkt wordt met het verwijt dat hij niet solidair is de mond gesnoerd. Bij de VLD kennen we een andere taaken rolverdeling tussen (kader) leden en vakbondsbestuurders. Het zijn de kaderleden die het contact met collega’s hebben, weten wat er speelt en hoe verschillend er door leden over zaken wordt gedacht. De professionals zijn er om (kader) leden te ondersteunen, door informatie te verzamelen, discussies te stimuleren en ingewikkelde zaken inzichtelijk te maken met analyses. De taak van professionals is om (kader)
leden daarmee in staat te stellen zelf keuzes te maken over de te volgen koers. Kortom, bij de VLD worden er geen mededelingen ‘van bovenaf’ opgelegd. Leden kunnen prima zelf aangeven waar ergens iets fout gaat en weten vaak ook hoe dat verbeterd zou kunnen worden. Meestal nog op een heel eenvoudige manier die ook meteen helpt. Meedoen in workshops Ondanks de oprechte bedoelingen blijkt het bij de VLD een moeizaam proces om leden actief bij het beleid over collectieve zaken te betrekken. Kaderleden zijn onwennig in hun rol om het voortouw te nemen en met professionals om te gaan die hen niet vertellen wat het beleid zou moeten zijn, maar van adviezen voorzien, zodat ze zelf kunnen kiezen. Om daar verbetering in te brengen willen we over uiteenlopende onderwerpen workshops gaan organiseren. Ieder lid kan daar aan deelnemen.
Er komen zowel workshops gericht op specifieke onderwerpen in een sector. In het openbaar vervoer bijvoorbeeld over de aanbestedingsproblemen of de roosters. In het wegtransport bijvoorbeeld over de 48/55 urige werkweek en de gevolgen daarvan, de digitale tachograaf, of je eigen controle op gewerkte en te betalen uren. Maar er komen ook workshops over meer algemene onderwerpen, zoals medezeggenschap, de procedures en rechten bij langdurige ziekte (wet poortwachter) of het opzetten van een actieve ledengroep in je bedrijf. Door aan een workshop deel te nemen kunnen leden nuttige kennis en informatie bij de VLD komen halen én tegelijk aangeven wat zij zelf daarin belangrijk vinden. We zien in het organiseren van workshops een uitstekende en werkbare manier om over collectieve zaken beter waar te maken dat de VLD een bond van, voor en door de leden is.
Is er een onderwerp waar jij graag een workshop over wil? Laat het ons weten. VLD afdeling personenvervoer: Mail naar Carla de Vries
[email protected] VLD afdeling wegtransport: Rianne Driessen:
[email protected] VLD afdeling havens & expeditie: Vacature:
[email protected]
15
gezocht:
VRIJWILLIGERS Regelmatig ontvangen de leden naast dit reguliere Platform nog verdere, specifieke informatie over hun sector. Deze informatie willen we ook graag verspreiden met als doel om onze naamsbekendheid te vergroten en meer mensen te informeren over veranderingen binnen hun sector. Daarom zijn we nu op zoek naar leden die de informatie willen verspreiden door deze bijvoorbeeld op hun standplaats (bij het Openbaar Vervoer) neer te leggen of in de wachtruimte bij klanten (bij het Wegtransport). Dit kost je niet veel tijd maar je doet er ons een groot plezier mee. Je krijgt tijdens iedere uitgave een aantal exemplaren extra toegestuurd die je kunt verspreiden. Wil je ons hiermee helpen, meld je dan aan. Dit kan via een telefoontje naar 030 2305040 of via een mailtje naar
[email protected].
- 16 -
Uit de praktijk vakantierechten Het begon allemaal in 2006. Dirk Jansen ging vakantieplannen maken. Hij wilde met een ploeg vrienden eind mei op de motor naar Gibraltar rijden. Hij liet zijn werkgever weten dat hij van 20 mei tot 6 juni met vakantie wilde. Nee, dat mag niet reageerde de werkgever, we hebben het dan veel te druk. Dirk was stomverbaasd. In alle voorgaande jaren was het nooit een probleem om eind mei met vakantie te gaan en aan het werk was niets veranderd. Wat er wel was veranderd was dat het bedrijf door een andere werkgever was overgenomen maar die had vooraf beloofd dat er niets voor het personeel zou veranderen.
Dirk baalde stevig dat zijn werkgever niet instemde met zijn vakantieperiode en dat hij daarom dus niet met zijn vrienden mee kon met de motorrit naar Gibraltar. Voor de zekerheid belde bij de VLD om te informeren hoe het precies zat met het vaststellen van de vakantieperiode. Toen hoorde hij dat het wettelijk uitgangspunt is dat de vakantie wordt vastgesteld overeenkomstig de wens van de werknemer, tenzij ……… een zodanig zwaarwegend bedrijfsbelang zich daar tegen verzet. Vraag was dus of de werkgever, met de mededeling dat het eind mei een drukke periode is, zo’n zwaarwegend bedrijfsbelang had dat Dirk niet met vakantie zou kunnen. Dirk vond van niet, het kon eerder immers altijd opgelost worden. De VLD steunde hem daarin. Dirk vertelde dat zijn nieuwe werkgever een eigenwijs heerschap is, dat hij zelf de lakens wil uitdelen, geen tegenspraak duldt maar ook niets van de CAO of wettelijke regels afweet. Hij vaardigt immers zijn eigen wetten en regels uit. De VLD adviseerde Dirk gebruik te maken van die eigenwijsheid door volgens de letter van de wet te werk te gaan. De werkgever kent te wet toch niet en als hij die kent lapt hij die aan zijn laars. Wettelijk is geregeld dat de werkgever binnen 14 dagen moet reageren op een schriftelijk verzoek van de werknemer om op vakantie te gaan. Dus schreef Dirk zijn werkgever een brief dat hij van 20 mei tot 6 juni met vakantie wilde. En ja hoor, wat we verwachtten gebeurde precies, de werkgever reageerde te laat. Niet binnen 14 dagen maar na bijna 3 weken kreeg Dirk een brief van zijn werkgever dat hij in die periode niet met vakantie kon. Vervolgens hoefde de VLD alleen maar een briefje terug te sturen dat de werkgever daarmee te laat was en dat de vakantie dus toch, overeenkomstig de wens van Dirk, was vastgesteld van 20 mei tot 6 juni. Na het inwinnen van advies bij zijn advocaat kwam de werkgever tot de conclusie dat Dirk in zijn recht stond. De lol was dan ook groot toen we bij de VLD eind mei een kaart uit een zonnig Gibraltar van Dirk kregen.
- 17 -
Maar, we wisten natuurlijk dat het hele feest in 2007 opnieuw zou beginnen. Dit keer schreef Dirk al in februari een brief aan zijn werkgever dat hij van 17 mei (Hemelvaartsdag) tot en met 28 mei (2e Pinksterdag) met vakantie wilde. Uiteraard wees de werkgever ook dit jaar het verzoek van Dirk weer af. Het is eind mei te druk en Dirk kan daarom niet gemist worden, aldus de werkgever. Het geval wil echter dat Dirk, wijzer geworden door de ervaringen in 2006, behoorlijk rekening heeft gehouden met het belang van zijn werkgever. De periode van 17 tot en met 28 mei 2007 duurt maar 12 dagen, waarvan 4 dagen in het weekend vallen en Hemelvaartsdag en 2e Pinksterdag een feestdag zijn. Kortom, het gaan maar om 6 werkdagen. Alleszins redelijk van Dirk. Boven is met de enkelvoudige mededeling dat het druk is geen zodanig zwaarwegend bedrijfsbelang gemoeid, dat de vakantie van Dirk daar voor moet wijken. Met deze argumenten en wetend dat de werkgever liever kruipend naar Rome gaat dan tegenspraak of inspraak te dulden, heeft de VLD voorgesteld om te zaak te bespreken en zo tot een voor beide partijen acceptabele oplossing te komen. Daarop kwam een reactie van de advocaat van de werkgever dat de kwestie inderdaad maar besproken moest worden. Het lijkt er dus op dat er eindelijk normaal gepraat kan worden. Lijkt, want de werkgever stuurt zelf een brief naar de VLD dat zijn advocaat zonder zijn instemming gehandeld heeft en die brief daarom als niet geschreven beschouwd moet worden. Verder geeft de werkgever aan zich over de zaak te beraden en daar later op te reageren. Omdat de wens van Dirk eenvoudig en redelijk is, hij rekening houdt met het bedrijfsbelang door maar over 6 werkdagen vakantie te nemen en bovendien aanbiedt om de zaak te bespreken, heeft Dirk zo ongeveer alles gedaan wat in redelijkheid van hem verwacht mag en kan worden. Dirk houdt daarom zijn poot stijf en stelt zich op het standpunt dat zijn vakantie, net als in 2006, ook dit jaar als vastgesteld beschouwd moet worden, uiteraard overeenkomstig de wens van Dirk en zoals wettelijk geregeld. Uiteindelijk maakt Dirk een andere keuze. Hij is de opstelling van zijn werkgevers zo zat, dat hij opzegt en ontslag neemt, toch in de door hem gewenste periode met vakantie gaat en daarna bij een andere werkgever aan de slag gaat.
De Pen Hallo beste VLD’ers. Ik zal mij even voorstellen; ik ben Elzo Ritsema en ben 48 jaar. Ik kom uit Assen, ben getrouwd en heb twee kinderen die ook al weer op het voortgezet onderwijs zitten. De één in de examenklas van het VWO en de ander in de derde klas van het VMBO. Ik ben sinds 1983 buschauffeur en ben begonnen bij de GADO in Veendam en heb daar een jaar gewerkt als part-timer. In Assen kwam een vacature vrij als full-timer bij de DVM en daar ben ik toen aangenomen. Door vele reorganisaties bij DVM/NWH en VEONN en een overname rij ik bij ARRIVA nog steeds over de Drentse, Groningse en Friese wegen.
- 18 -
Ik ben bij de VLD terechtgekomen uit onvrede over de gang van zaken en de aanpak van de FNV. Daar heb ik nog geen spijt van gehad moet ik zeggen. De aanpak is duidelijk en helder, er zijn korte lijnen naar de leden toe en daardoor ook snelle lijnen, daar hou ik wel van. We hebben in Assen zo’n 15 leden. In het najaar van 2006 hadden we gedonder over onze werktijden, opstaptijden en pauzes. Deze komen steeds meer in het gedrang en alles gaat op of, als je niet oplet, over het randje van de CAO. De werkdruk wordt dus steeds hoger, dit zal een ieder kunnen beamen. De directie probeert altijd het laatste woord te hebben. Op initiatief van de vestigingscommissies hebben we één groot werkoverleg gehouden, om de directie duidelijk te maken dat de grens bereikt en de maat vol was. En tja, als je met elkaar in werkoverleg zit kun je niet rijden, dat is duidelijk. De VLD steunde zonder aarzelen de keuze van haar leden om de vestigingscommissies te volgen. Uiteindelijk bond de directie in. Hiermee wil ik duidelijk maken dat het belangrijk is dat iedereen alert blijft wat onze roosters betreft. Gelukkig wordt dit ook door onze diverse vestigingscommissies goed in de gaten gehouden. Wie dit leest en nog geen lid is denk er dan eens over om lid te worden want de VLD is een bond van, voor en door de leden. De pen geef ik door aan Anno Buurs. Het beste maar weer. Groet, Elzo Ritsema
COLOFON Deze uitgave kwam tot stand onder redactie van: Rik Bos, Rianne Driessen, Franc Schalkx en Simon Starink Redactieadres: Vakbeweging VLD, Postbus 13147, 3507 LC Utrecht. Telefoon 030 2305040. Reacties op of bijdragen aan Platform Ledenbrief zijn welkom en kunt u sturen naar de redactie. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te weigeren of in te korten. Aan dit nummer werkten verder mee: Elzo Ritsema en Carla de Vries
- 19 -