Kinderdagverblijf Ondersteboven VVE peutergroepen Ondersteboven
Adres Pijlpuntstaat 1 6515 DJ Nijmegen Telefoon Kinderdag verblijf 024 388 95 57 Peutergroepen 024 348 18 88 E-mail
[email protected] [email protected]
Inhoud
Welkom bij…
4
Kinderdagverblijf Ondersteboven VVE peutergroep Ondersteboven
4 4
Hoofdstuk 1
5
Wij stellen ons voor
5
Bijzonder aan onze locatie Gebouw en de tuin Stamgroepen Samenwerking tussen stamgroepen Pedagogisch medewerkers Scholing pedagogisch medewerkers Vierogenprincipe Achterwacht Oudercommissie
5 5 5 6 7 7 8 8 8
Hoofdstuk 2
10
Praktische informatie
10
Openingstijden, brengen en halen Klapper Vakje en mandje Verzorging en voeding Ziekte en medicijnen Wennen Dagprogramma Huisregels van het kinderdagverblijf Taal
10 10 10 10 11 11 11 12 13
Hoofdstuk 3
15
Pedagogisch werkplan
15
Pedagogische doelen en pedagogisch beleid Pedagogische uitgangspunten Kijken en luisteren naar kinderen Emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte Ritme en structuur Positieve contacten tussen kinderen Respect voor anderen en de omgeving Brede uitdaging en plezier Respect voor autonomie van kinderen Fysieke veiligheid van kinderen Samenwerking met ouders en anderen uit de leefomgeving van kinderen Kind-volg-systeem, overdracht en signaleren Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) Ontwikkeling pedagogische kwaliteit Samenwerking
15 16 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 25 26 26
Hoofdstuk 4
27
Algemene informatie
28 2
Plaatsing en interne wachtlijst Flexibele opvang Ruilen van dagen Incidentele opvang Nationale feestdagen Inventarisatie aanwezige kinderen tijdens vakantieperiodes Uitbreiding, wijziging, vermindering van dagdelen of opzegging Overgang van kinderdagverblijf naar buitenschoolse opvang Automatisch einde van de opvang of verlenging van de plaats Klachten en klantsignalen Complimenten, wensen en kritiek Omgaan met privacygevoelige informatie Kwaliteit
3
28 28 28 29 29 29 29 29 30 30 30 30 30
Welkom bij…
Kinderdagverblijf Ondersteboven VVE peutergroep Ondersteboven
Deze informatiebrochure is voor ouder(s)/verzorger(s) die gebruik gaat(n) maken van opvang bij kinderdagverblijf Ondersteboven en VVE peutergroepen Ondersteboven. Als we in de tekst ‘kinderdagverblijf’ gebruiken bedoelen we automatisch ook de peutergroep. We hopen dat jullie je snel thuis zullen voelen bij ons. Om de start van de opvang zo soepel mogelijk te laten verlopen, vinden wij het belangrijk je te informeren over wie we zijn en wat we doen. Kortom, wat je van ons mag verwachten. We beschrijven de dagelijkse gang van zaken op onze locatie zoals het pedagogisch werkplan. Dit werkplan gaat over de groepen, de pedagogisch medewerkers en op welke manier we werken; volgens welke pedagogisch uitgangspunten. Het is het resultaat van discussies binnen het team. Ook de oudercommissie heeft hierover meegepraat en advies uitgebracht. Tot slot hebben we de algemene praktische informatie verzameld, bijvoorbeeld uitleg over uitbreiding van de overeenkomst of over klantsignalen. Het pedagogisch werkplan is één jaar geldig. Om te zorgen dat het werkplan actueel blijft, houden we het één keer per jaar kritisch tegen het licht. Dit doen we onder andere op basis van de informatie uit ons kind-volg-systeem. Als het nodig is vullen we het plan aan of verandert er iets. Veranderingen leggen we voor aan de oudercommissie en bespreken we met hen. Ouders informeren we hierover door middel van de digitale nieuwsbrief. Op onze website, op de locatiepagina van het kinderdagverblijf, staat de meest actuele versie van dit werkplan. Aanpassingen in beleid nemen we zoveel mogelijk mee maar omdat we het een keer per jaar aanpassen kan het gebeuren dat een (deel van de) tekst niet helemaal overeenkomt met de actuele situatie. Via het digitale locatienieuws houden wij je op de hoogte van ontwikkelingen of gebeurtenissen bij kinderdagverblijf Ondersteboven. Voor algemene informatie of vragen over de overeenkomst kun je terecht bij Klantrelaties via telefoon 024 382 26 55 of
[email protected]. Voor andere vragen, opmerkingen, complimenten of tips kun je terecht bij de pedagogisch medewerkers of ondergetekende. Ik wens jullie een heel plezierige tijd toe bij ons kinderdagverblijf.
Marion Rossen Clustermanager kinderdagverblijf Ondersteboven en VVE peutergroep Ondersteboven april 2015
4
Hoofdstuk 1
Wij stellen ons voor
Bijzonder aan onze locatie Ons kindercentrum is gevestigd in het voorzieningenhart De Klif. Kindercentrum Ondersteboven is het eerste kindercentrum van KION en de Gemeente Nijmegen dat gevestigd werd in een voorzieningenhart. Dit is op zichzelf bijzonder te noemen. Naast het kindercentrum zijn er ook nog andere voorzieningen gevestigd in De Klif zoals openbare basisschool De Oversteek, de bibliotheek, het jongerencentrum Tandem, het consultatiebureau/GGD, Lindenberg: Huis voor kunsten, en allerlei sportverenigingen zoals de turnvereniging en judovereniging. Het kindercentrum bevindt zich in een wijk, die nog volop in beweging is. In de wijk wonen veel (jonge) gezinnen. Op onze peutergroepen bieden we Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE). Hierdoor zorgen we ervoor dat peuters een zo goed mogelijke start maken op de basisschool. Op de peuterplusgroep van het kinderdagverblijf bieden we een vergelijkbaar VVE aanbod. Dit is nog in ontwikkeling en we nemen dit jaar de tijd om dit verder te implementeren.
Gebouw en de tuin De groepen zitten verspreid over twee etages. Op de begane grond bevinden zich vier kinderdagverblijfgroepen. Op de eerste etage zijn twee peuterplusgroepen van het kinderdagverblijf gevestigd en de twee peutergroepen. Het kindercentrum beschikt over een tuin op de begane grond en over een dakterras waar gespeeld kan worden. Buitenspelen is gezond en dat vinden we dan ook belangrijk. We proberen daarom dagelijks met de kinderen naar buiten te gaan, ook met de allerkleinsten. De tuin biedt de mogelijkheid om spelletjes te doen, maar ook kunnen kinderen er heerlijk fietsen en tussen de struiken struinen. Stamgroepen Op deze locatie komen maximaal 112 kinderen tegelijkertijd. Alle kinderen, behalve kinderen die gebruik maken van flexibele opvang, zitten in een stamgroep. Er is plaats voor maximaal acht stamgroepen. Per groep komen maximaal 12 tot 16 kinderen. Bij de stamgroepen: Bananen, Kiwi en Framboos is is de maximale groepsgrootte zestien kinderen. Bij de stamgroep Aardbei is de groepsgrootte maximaal twaalf kinderen. Bij de groepen Bananen, Aardbei, Framboos en Kiwi komen kinderen van nul tot vier jaar hele of halve dagen. In elke stamgroep worden maximaal vier of vijf baby’s onder één jaar tegelijkertijd opgevangen; bij de groepen met een groepsgrootte van zestien kinderen is er plaats voor vijf baby’s en bij de groep van twaalf kinderen is er plaats voor vier baby’s. Bij de Meloengroep en de Druifjes komen maximaal zestien kinderen van twee tot vier jaar een hele of halve dag. Hiernaast zijn er twee peutergroepen (voorheen psz): de Bosbes en Mandarijn. Kinderen komen hier drie uur per dag. In deze groepen komen maximaal zestien kinderen van twee jaar en vier maanden tot vier jaar. Op maandagochtend, dinsdagochtend en donderdagochtend vormen de Meloenengroep en de Bosbes een combigroep. Wanneer een peuter meerdere dagdelen naar de peutergroep gaat, wordt er een combinatie met een middagdeel gemaakt. De driejarigen plaatsen we naast een ochtend
5
dagdeel zoveel mogelijk op een middagdagdeel. Dit ter voorbereiding van de basisschool waar kinderen ’s middags ook naar school gaan. Elke stamgroep heeft een eigen groepsruimte als basis. De ruimte van de groep is geschikt en aangepast aan het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Naast de groepsruimtes zijn er ook slaapkamers. Kinderen spelen regelmatig ook buiten de stamgroepsruimte. De gang, de kuil (aangrenzende ruimte bij de sportzaal), de tuin en het dakterras zijn naast de stamgroepruimte speelplekken waar kinderen onder begeleiding van de medewerkers kunnen spelen. Een andere speelplek, stamgroep en andere leeftijdsgenootjes bieden weer andere spel- en speelmogelijkheden.
Samenwerking tussen stamgroepen Open deuren momenten Om het aanbod voor kinderen uit te breiden, kunnen kinderen tijdens open deuren momenten een kijkje nemen buiten hun eigen stamgroep. Tijdens dit soort momenten kunnen kinderen kiezen in welke ruimte en met wie ze willen spelen. In een ruimte zoals de gang is ander spelmateriaal aanwezig wat een aanvulling kan zijn op het aanbod van de stamgroep. Groepjes kinderen met dezelfde interesse kunnen samenspelen, vriendjes, broertjes en zusjes kunnen elkaar gemakkelijk opzoeken. Soms organiseren we activiteiten waar kinderen van verschillende groepen aan kunnen meedoen. Op alle dagen tussen 10:00- 11:30 en 12:30 – 17:00 is er de mogelijkheid om te werken met ‘open deuren’. Dit gebeurt dan per etage. Iedere dinsdag wordt er een activiteit kindercentrumbreed bedacht. Het kan betekenen dat de activiteit per groep, per etage of voor het hele kindercentrum wordt aangeboden. Het komt dus voor dat we met veel kinderen samen een activiteit doen. Door de grootte van het kindercentrum clusteren we de activiteit per etage. Kinderen zijn niet verplicht om mee te doen. Voorop staat dat kinderen het leuk vinden en er plezier aan beleven. Afhankelijk van het aantal kinderen van de stamgroep dat hieraan meedoet, zorgen we er voor dat er hierbij één of meer vertrouwde pedagogisch medewerkers uit de stamgroep aanwezig zijn.
De peuterplusgroepen: de Meloenen en de Druifjes Peuters (vanaf twee jaar) die hele of halve dagen naar het kinderdagverblijf komen, maken minimaal één (en sommige) / meerdere keren per week gebruik van de Meloenengroep of de Druifjes. Dit is voor hen dan voor die dag hun stamgroep. Een kind gaat een vaste dag(en) naar de Meloenengroep zodat het voor het kind en ouders duidelijk is. De kinderen worden ’s ochtends bij de Meloenengroep of de Druifjes gebracht en ’s avonds daar weer opgehaald. Bij de stamgroepen is bekend welke kinderen er op welke dag naar de peuterplusgroepen gaan. Incidenteel kan hier door vakantie en ziekte van afgeweken worden. Voor een aantal kinderen is de Meloenengroep of de Druifjes hun stamgroep. De kinderen krijgen activiteiten en spelletjes aangeboden die een goede voorbereiding vormen voor de basisschool. Daarnaast kan het een uitdagende aanvulling zijn op het aanbod van de stamgroep van het kind. De Meloengroep vormt op maandagochtend, dinsdagochtend en donderdagochtend een combi met de peutergroep de Bosbes. Tijdens deze ochtenden is er voor zowel de kinderen van het kinderdagverblijf als de peutergroep sprake van een Vroeg Voorschool Educatief aanbod. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de methode Uk & Puk.
6
De peutergroepen: de Bosbes en Mandarijn (voorheen peuterspeelzalen) Peuters vanaf twee jaar en vier maanden worden geplaatst bij de peutergroep voor één en maximaal vier dagdelen. De peutergroep is horizontaal van opbouw. Dat wil zeggen dat kinderen in de leeftijd van twee tot vier jaar bij elkaar in een groep zitten. Kinderen hebben vaak een combinatie van vaste dagdelen van bijvoorbeeld maandagochtend en donderdagmiddag. Dit betekent dat een kind zowel op maandag als donderdag dezelfde kinderen ziet. Over het werken volgens de VVE principes vind je meer informatie in het hoofdstuk Pedagogisch uitgangspunten. Samengevoegde groep Op sommige momenten of dagen zijn er zo weinig kinderen op de stamgroepen, dat het praktischer, veiliger en efficiënter is om de stamgroepen samen te voegen. Aan het begin van de dag tussen 7:30 en 8:00 en op laag bezette dagen worden de kinderen per cluster opvangen. Samengevoegde groepen worden zoveel mogelijk samengesteld uit vaste combinaties van stamgroepen. De samengevoegde groepen die een halve dag of langer duren (meestal op woensdag en vrijdag) hebben in principe iedere woensdag of vrijdag dezelfde groepssamenstelling. Ook wordt er gewerkt met een vast personeelsrooster. Binnen het kindercentrum wordt er gewerkt met vaste clusters. Zo vormen de Bananen Aardbeien, de Kiwi’s – Frambozen en de Meloenen en de Druifjes een cluster. Als in vakantieperiodes veel kinderen afwezig zijn, voegen we ook groepen samen. Ook dan proberen we zoveel mogelijk vast te houden aan de vaste clusters.
Pedagogisch medewerkers Bij kinderdagverblijf Ondersteboven werken vijftien pedagogisch medewerkers. Zij zijn gekwalificeerd volgens de cao Kinderopvang Het aantal pedagogisch medewerkers dat tegelijkertijd aanwezig is, hangt af van het aantal en de leeftijd van de kinderen die komen. We baseren ons hierbij op de regeling van de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen. Aan het begin en eind van de dag zijn er minder pedagogisch medewerkers. Elke stamgroep heeft in principe vertrouwde pedagogisch medewerkers die iedere week op dezelfde dagen werken. Bij de stamgroep hangt een werkrooster van de medewerkers en wordt er vermeldt welke flexkracht eventueel aanwezig is. Bij elke groep hangen de foto’s van de pedagogisch medewerkers die op de stamgroep werken. Soms is er een stagiaire in de groep. De opleiding die een stagiaire volgt en het niveau dat hij of zij hierin bereikt heeft, bepaalt de mate waarin zij of hij ondersteuning mag bieden bij het activiteitenaanbod en de begeleiding van de kinderen. De stagiaires zijn in principe boventallig (extra). De stagiaire (pedagogisch werk) doet onder begeleiding van de pedagogisch medewerker mee aan alle onderdelen van het programma. Afhankelijk van de vorderingen in de stage neemt zij het initiatief bij de kring, bereidt ze het activiteitenprogramma mee voor en begeleidt zij de activiteiten. Een stagiaire oefent het kind-volg-systeem. Daarnaast verricht de stagiaire allerhande voorkomende ondersteunende taken. Als de clustermanager en de werkbegeleider vinden dat de stagiaire in staat is om onder toezicht zelfstandig verantwoordelijk te zijn voor de groep, kan zij, incidenteel en onder vastgestelde voorwaarden uit de cao Kinderopvang, worden ingezet naast een gediplomeerd pedagogisch medewerker.
Scholing pedagogisch medewerkers Alle pedagogisch medewerkers zijn geschoold op het gebied van veiligheid en pedagogiek. Zij hebben allemaal een basistraining kinder-EHBO gehad en daarnaast is een aantal van hen aangesteld als bedrijfshulpverlener. Bij alle locaties zijn actuele evacuatieplannen en doen ze, in samenwerking met de brandweer, brandoefeningen. Soms zijn ze hier vooraf van op de hoogte maar soms is een oefening onaangekondigd. De pedagogisch 7
medewerkers van peutergroep en peuterplus zijn getraind in het werken met de VVEmethode Uk en Puk en het kind-volg-systeem ‘Kijk’. In 2015 worden nog een viertal medewerkers van het kdv getraind in het werken met de VVE-methode en het kind-volgsysteem. Nieuwe pedagogisch medewerkers krijgen een inwerkperiode op de locatie. Er is een scholingsbudget dat we heel divers in kunnen zetten voor een specifieke scholingsbehoefte zoals bijvoorbeeld Video Interactie Begeleiding. Hierbij filmen we de interactie tussen pedagogisch medewerkers en kinderen en bespreken dit na. Een ander voorbeeld zijn workshops en werkochtenden die de afdeling Pedagogiek & Kwaliteit ontwikkelt en verschillende modules door middel van E-learning.
Vierogenprincipe Dit principe is verplicht voor kinderen van nul tot vier jaar. Dit betekent dat op elk moment de reële kans bestaat dat er een volwassene meekijkt of meeluistert met de beroepskracht. Dit houdt in dat we ervoor zorgen dat pedagogisch medewerkers in een groep altijd gezien of gehoord kunnen worden. In ons kindercentrum realiseren we dit op de volgende manier: - De groepsdeuren zijn voorzien van glas, waardoor men makkelijk naar binnen kan kijken; - Bij de personele roostering houdt het kindercentrum zich aan de daaraan gestelde normen; - De verlengde opvang vindt plaats bij de Frambozengroep. Deze ruimte is omgeven door ramen en men kan vanaf de speelplaats naar binnen kijken. Hier wordt tussen 7:00-7:30 uur met één pedagogisch medewerker gewerkt. - Als kinderen naar het toilet gaan en er gaat een pedagogisch medewerker mee, blijft de toiletdeur open tenzij de toiletruimte aan de groepsruimte grenst en voorzien is van een raam. - Als er een pedagogisch medewerker, passend bij het aantal kinderen, alleen op de groep staat, maken we gebruik van een babyfoon. Deze staat dan bij de clustergroep waardoor anderen mee kunnen luisteren. - Binnen KION en het kindercentrum bespreken we dit beleid tenminste één maal per jaar met elkaar. De uitwerking van het vierogenprincipe en de maatregelen die we hierbij nemen, hebben we besproken met de oudercommissie.
Achterwacht In situaties dat er op ons kinderdagverblijf heel weinig kinderen aanwezig zijn en één pedagogisch medewerker voldoet, is altijd een tweede volwassene bereikbaar. In situaties dat er slechts één beroepskracht in het kinderdagverblijf wordt ingezet en er mag worden afgeweken van de beroepskracht-kindratio, zoals tijdens pauzes en aan het begin en eind van de dag, is er altijd een tweede volwassene in het gebouw aanwezig. Op woensdag is de administratieve ondersteuning achterwacht en op vrijdag zijn de medewerkers van de buitenschoolse opvang achterwacht. Daarnaast kunnen we bij begin en eind van de dag een beroep doen op het beheer in het gebouw. Tijdens de openingstijden van het voorzieningenhart zijn er een tweetal beheerders aanwezig. Oudercommissie Alle locaties hebben een oudercommissie. Zij zijn het klankbord van de ouders en nauw betrokken bij het opstellen en evalueren van bijvoorbeeld dit pedagogisch werkplan en de veiligheid- en gezondheidsplannen van de locatie. Daarnaast organiseert de commissie in samenwerking met ons themabijeenkomsten voor alle ouders en helpen ze met de voorbereiding en uitvoering van allerlei activiteiten.
8
Voor onderwerpen die je onder de aandacht van de oudercommissie wilt brengen kun je gebruik maken van het postvak of neem via de clustermanager contact met hen op. We vinden het erg belangrijk dat ouders meedenken en -praten over de kwaliteit van de opvang. Je kunt hier een bijdrage aan leveren door zitting te nemen in de oudercommissie waardoor je direct betrokken bent bij beleid, kwaliteit en continuïteit van de opvang van je kind.
9
Hoofdstuk 2
Praktische informatie
Openingstijden, brengen en halen Het kinderdagverblijf is op werkdagen geopend van 7.30 tot 18.00 uur. Voor de rust in de stamgroep vinden wij het prettig dat je je zoveel mogelijk houdt aan de vaste breng- en haaltijden. De breng- en haaltijden voor de ‘halve-dag-kinderen’ zijn 7.30 en 13.00 uur voor de ochtendkinderen, en 13.00 en 18.00 uur voor de middagkinderen. De kinderen die hele dagen komen breng je tussen 7.30 en 9.00 uur en je haalt ze weer op tussen 15.30 en 18.00 uur.
Brengen en halen bij de peutergroepen de Bosbes en Mandarijn De kinderen die gebruik maken van de peutergroep breng je ’s ochtends tussen 8:45 en 9:00 uur en haal je weer op tussen 11:30 en 11:45. Komt je kind ’s middags naar de peutergroep dan kun je je kind brengen tussen 12:30 en 13:00 en haal je het op tussen 15:15 en 15:30 uur. In overleg met de pedagogisch medewerker kun je je kind incidenteel later brengen of eerder ophalen. Het kindercentrum bevindt zich in een openbaar gebouw. Dit betekent dat er vrije toegang tot het gebouw en kindercentrum is. In tegenstelling tot andere gebouwen van KION hebben wij geen eigen ingang die afsluitbaar is. In en rondom het gebouw is cameratoezicht en vindt er beeldregistratie van bezoekers plaats. Daarnaast zijn er met de teams aanvullende afspraken gemaakt om de veiligheid van je kind te waarborgen. Deze afspraken zijn vastgelegd in de risico-inventarisatie veiligheid.
Klapper Van het kinderdagverblijf krijg je een babyklapper. Deze klapper gebruiken we samen met jou om belangrijke informatie uit te wisselen. Dit doen we tot jouw kind één jaar is. Hierin staat bijvoorbeeld het voedingsschema, het slaapritme en de manier waarop je kind het liefst getroost wordt. De pedagogisch medewerker schrijft in de klapper hoe de dag van je kind verlopen is. Het is fijn als je zelf ook regelmatig iets schrijft, bijvoorbeeld hoe laat je kind die dag de eerste voeding heeft gehad of dat hij/zij goed of slecht heeft geslapen tijdens de nacht. Je kunt hiervoor de klapper mee naar huis nemen en het de volgende opvangdag in het vakje van je kind leggen. Vakje en mandje Elk kind heeft op zijn/haar stamgroep een eigen vakje. Hierin kun je de pyjama en/of slaapzak, eventueel pantoffels, knuffel, speen en de klapper kwijt. De pedagogisch medewerker zal eventuele post aan jou in het vakje van je kind leggen. Evenals bij het kinderdagverblijf heeft je kind bij de peutergroep een eigen mandje voor zijn/haar meegebracht fruit en drinken en eigen spullen Verzorging en voeding We hechten veel waarde aan de gezondheid van de kinderen die naar het kinderdagverblijf komen. Onze uitganspunten zijn de richtlijnen van de GGD die gebaseerd zijn op de adviezen van het Voedingscentrum. Op onze website vind je informatie over bijvoorbeeld de voeding die kinderen bij ons krijgen, over traktaties, verschonen en zindelijk worden, slapen en nog veel meer. Ook 10
kun je hier lezen hoe we kinderen stimuleren zichzelf uit en aan te kleden, zelf te eten en naar de wc te gaan, enzovoort.
Ziekte en medicijnen Als je kind ziek wordt nemen we contact met je op en informeren we je hoe het met je kind gaat. Afhankelijk van diverse factoren (moment van de dag, hoogte van de koorts, gedrag van je kind, besmettingsgevaar voor andere kinderen) kijken we wat er op dat moment nodig is en spreken we af of en wanneer je je kind op komt halen. Een belangrijke leidraad daarbij zijn de richtlijnen over gezondheid en infecties van de Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Bij kinderen die extra medische zorg nodig hebben en bijvoorbeeld standaard medicijnen gebruiken, maken we concrete afspraken met de ouders. Wij volgen daarbij ons protocol ‘Medisch handelen en toedienen van medicijnen’. Meer informatie hierover vind je op onze website. Wennen We besteden extra aandacht aan nieuwe kinderen en hun ouders. We vinden het belangrijk dat ze zich snel thuis voelen. Op de website vind je hierover meer informatie. Vóór definitieve plaatsing van je kind is er de mogelijkheid dat je kind een aantal keren komt wennen. Dit gebeurt in overleg met de pedagogisch medewerker van de groep en stemmen we af op de behoefte van je kind. Het kan mogelijk zijn dat het wennen op een andere dag plaatsvindt dan dat je daadwerkelijk de opvang gaat afnemen. Ook kinderen die na het kinderdagverblijf een overstap maken naar de bso gaan een aantal keren onder kdv tijd spelen bij de bso. Het oefenen/spelen wordt eveneens met je afgestemd. Bij ruilen of incidentele opvang is de samenstelling van de groep anders dan op de dagen dat een kind gewoonlijk komt, andere kinderen en andere pedagogisch medewerkers. Zeker als de opvang met de toestemming van ouders plaats vindt in een andere groep. Wij letten er extra op dat je kind zich ook op zo’n dag prettig voelt. Als het nodig is krijgt het kind extra aandacht. We doen een spelletje met het kind en betrekken andere kinderen erbij. Dagprogramma We werken met een dagprogramma. De dag is geordend naar dagelijks terugkerende gebeurtenissen en zorgroutines die voor kinderen herkenbaar zijn. Deze programma’s geven een indruk hoe de dag er bij ons kinderdagverblijf uit ziet. De tijden zijn een indicatie. Groepen die de hele dag open zijn: – We zijn open vanaf 7.00 uur. Je brengt je kind naar het kinderdagverblijf. Je kunt informatie uitwisselen met de pedagogisch medewerker en nog even met je kind spelen voordat je afscheid neemt. – De kinderen kunnen vrij spelen tot 9.30 uur. – ± 9.30 – 10.00 uur: Aan tafel zingen we liedjes, eten fruit en drinken sap. Daarna is het tijd voor het verschonen van de luier, het potje of de wc. – ± 10.30 – 11.30 uur: Als de allerkleinsten op bed liggen doen we met de anderen een activiteit, spelen we buiten of kunnen de kinderen vrij spelen. – ± 11.30 – 13.00 uur: We dekken de tafel, zingen liedjes en de broodmaaltijd kan beginnen. Daarna weer verschonen, potje of wc en tijd voor het middagslaapje. – ± 13.00 – 15.00 uur: De grotere kinderen, die hier behoefte aan hebben, geven we de gelegenheid te rusten. Daarna doen we met hen een activiteit of is het tijd voor vrij spel. De jongere kinderen worden wakker uit hun middagslaap. – ± 15.00 – 15.30 uur: We gaan aan tafel voor sap en yoghurt met een biscuitje of soepstengel. We zingen samen met de kinderen, kletsen wat of lezen voor. ± 15.30 – 18.00 uur: Tijd voor een activiteit, buitenspel of vrij spelen 11
– ± vanaf 17:00 uur: We eten en drinken soms nog wat en lezen voor en/of de kinderen spelen zelf. Je komt je kind ophalen. Na overleg vooraf kun je je kind eerder dan 16:00 uur ophalen. – 18.00 uur: We sluiten de deuren van het kinderdagverblijf. Peutergroep(en) Voorbeeld van een planning van de ochtend: – 8.45- 9.00 uur: je brengt je kind naar de peutergroep en hebt de mogelijkheid om informatie uit te wisselen met de pedagogisch medewerker en nog even met je kind te spelen voordat je afscheid neemt. De kinderen kunnen vrij spelen. – 9.00 – 9.30 uur: In de kring zingen we liedjes, vertellen we een verhaal, doen een spelletje en vertellen kinderen hun belevenissen. Dit is thema gericht. – 9.30 - 10.15 uur: Kinderen kunnen weer lekker spelen en een gezamenlijke activiteit doen zoals knutselen, dansen of toneel spelen. We bieden iedere dag uitdagende activiteiten en gaan iedere dag buiten te spelen. – 10.15-10.30: Gaan we gezamenlijk opruimen, fruit eten en sap drinken aan tafel – 10.45-11.00 uur naar de wc en/of luiers verschonen. – 11.00-10.30 uur buiten spelen of op de gang. – 11.30 - 11.45 uur: Gezamenlijke afsluiting. Je kunt daarna je kind ophalen en eventueel nog even napraten met de pedagogisch medewerkers. Voorbeeld van een planning van de middag: – 12.30-13.00 uur: je brengt je kind naar de peutergroep en hebt de mogelijkheid om informatie uit te wisselen met de pedagogisch medewerker en nog even met je kind te spelen voordat je afscheid neemt. De kinderen kunnen vrij spelen. – 13.00-13.30 uur: In de kring zingen we liedjes, vertellen we een verhaal, doen een spelletje en vertellen kinderen hun belevenissen. Dit is thema gericht. – 13.30-14.00 uur: Kinderen kunnen weer lekker spelen en een gezamenlijke activiteit doen zoals knutselen, dansen of toneel spelen. We bieden iedere dag uitdagende activiteiten en gaan iedere dag buiten te spelen. – 14.00-14.30: Gaan we gezamenlijk opruimen, fruit eten en sap drinken aan tafel – 14.30-14.45 uur naar de wc en/of luiers verschonen – 14.45-15.15 uur buiten spelen of op de gang – 15.15-15.30 uur: Gezamenlijke afsluiting. Je kunt daarna je kind ophalen en eventueel nog even napraten met de pedagogisch medewerkers.
Huisregels van het kinderdagverblijf Het kinderdagverblijf heeft algemene regels en afspraken voor pedagogisch medewerkers, ouders en kinderen. In principe houdt iedereen zich hieraan. Soms is een pedagogisch medewerker soepeler met regels als dat in een specifieke situatie kan. Het is de taak van de pedagogisch medewerkers en ouders (als ze aanwezig zijn) om kinderen bij het nakomen van de regels te helpen. Afspraken voor pedagogisch medewerkers, ouders en kinderen – We gaan met respect om met elkaar, met speelgoed, materialen, meubels en andere spullen in de ruimte. Ook buiten geldt deze regel. – Ongepast taalgebruik is niet toegestaan. Dit geldt voor pedagogisch medewerkers, ouders en kinderen. We spreken elkaar, de ouders en de kinderen daar op aan. Als kinderen vaak ongepaste woorden gebruiken dan bespreken we dit met de ouders. – Als we binnenkomen begroeten we elkaar en als we weggaan nemen we afscheid. – Voor het parkeren van de fiets zijn er fietsrekken aanwezig op het (school)plein. – Een verzoek om tassen e.d. niet onbeheerd achter te laten. – Huisdieren hebben geen toegang tot het kindercentrum.
12
Afspraken voor ouders – Als je kind, om welke reden dan ook, later of helemaal niet naar het kinderdag verblijf komt, dan horen we dat graag vóór 9.00 uur. – Als iemand anders dan jezelf of je partner het kind komt halen, dan willen wij dit van te voren weten. Wij geven je kind uiteraard niet aan onbekenden mee. – Als je door omstandigheden, bijvoorbeeld door drukte op de weg, je kind niet op tijd kan komen halen, dan zorg je ervoor dat iemand anders je kind op tijd kan ophalen en je geeft dit door aan de pedagogisch medewerker. – Als je aanwezig bent, heb je zelf de verantwoording voor het gedrag van je kind. – We verzoeken ouders als ze binnen het kindercentrum zijn, de tas onder eigen beheer te houden. Er kunnen voor kinderen ongezonde/gevaarlijke spullen in zitten. Op last van de brandweer en in het belang van de veiligheid verzoeken we je om de eigen kinderwagen/buggy/Maxi-Cosi mee naar huis te nemen. Afspraken voor kinderen – Speelgoed van thuis meenemen mag, maar dan mogen ook andere kinderen hiermee spelen. Zo niet, dan leggen we het speelgoed in het bakje of vakje van je kind tot hij/zij naar huis gaat. Ook als het speelgoed gevaar oplevert leggen we het meegebrachte speelgoed weg. We zijn niet verantwoordelijk als het eigen speelgoed kapot gaat of kwijt raakt. – Als een kind naar de wc is geweest, wast hij/zij daarna de handen. – Voor het eten wassen alle kinderen hun handen. Na het eten poetsen de kinderen hun handen en monden met een washandje. Afspraken voor pedagogisch medewerkers Pedagogisch medewerkers geven het goede voorbeeld in het respectvol omgaan met elkaar en materiaal, zoals: niet praten over de kinderen waar zij bij zijn, spullen oprapen die op de grond liggen. – Het aankleedkussen maken we na iedere verschoning schoon. – De ruimtes luchten we een aantal keer per dag. – We gaan zorgvuldig met vertrouwelijke informatie om. - Overige afspraken zijn hoofdzakelijke vastgelegd in het actieplan (brand)veiligheid , gezondheid, notulen vergaderingen en protocollen
Taal Bij het kinderdagverblijf is de spreek- en schrijftaal Nederlands
13
14
Hoofdstuk 3
Pedagogisch werkplan
Pedagogische doelen en pedagogisch beleid In ons pedagogisch werkplan zijn de pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen herkenbaar. Bovendien valt dit plan binnen het pedagogisch beleidskader, dat bestaat uit het Kindbeeld en de pedagogische uitgangspunten, en binnen het pedagogisch beleid van de kinderdagverblijven en peutergroepen met VVE in de gemeente Nijmegen. Pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen – Bieden van emotionele veiligheid – Mogelijkheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie – Mogelijkheid tot het ontwikkelen van sociale competentie – Overdracht waarden en normen Kindbeeld Ieder kind is uniek, heeft een eigen karakter en mogelijkheden. Elk kind heeft recht op respect voor dit eigene. De manier waarop een kind zich ontplooit, is mede afhankelijk van de mensen en de wereld om hem heen. Om zich te kunnen ontwikkelen, heeft een kind zowel veiligheid als uitdaging nodig. Een kind zoekt de veiligheid in relaties met opvoeders, broertjes en zusjes, vriendjes. De structuur die een kind ervaart, zorgt ervoor dat hij weet waar hij aan toe is. Vanuit deze veilige basis onderzoekt een kind zijn omgeving. Hij is een ontdekkingsreiziger die voortdurend nieuwe ervaringen opdoet. Soms alleen, vaak samen met anderen. Pedagogische uitgangspunten – Kijken en luisteren naar kinderen – Emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte – Ritme en structuur – Positieve contacten tussen kinderen – Respect voor anderen en de omgeving – Brede uitdaging en plezier – Respect voor autonomie van kinderen – Fysieke veiligheid van kinderen – Samenwerking met ouders en anderen uit de leefomgeving van kinderen Pedagogische uitgangspunten en de doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen Onze pedagogische uitgangspunten rangschikken we onder de pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen (Wkkp). Het uitgangspunt ‘Kijken en luisteren naar kinderen’ is van toepassing is op alle Wkkp doelen. Doel Wkkp: Onze uitgangspunten:
– Emotionele veiligheid – We bieden emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte – We bieden ritme en structuur – We werken samen met ouders en anderen uit de leefomgeving van de kinderen – Kijken en luisteren naar kinderen staan centraal
15
Doel Wkkp: Onze uitgangspunten:
Doelen Wkkp: Onze uitgangspunten:
– Mogelijkheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie – We bieden brede uitdaging en plezier – We hebben respect voor autonomie van de kinderen – We bewaken de fysieke veiligheid van de kinderen – Kijken en luisteren naar kinderen staan centraal – – – –
Mogelijkheid tot het ontwikkelen van sociale competentie Overdracht waarden en normen We bevorderen positieve contacten tussen kinderen We stimuleren kinderen respect te hebben voor anderen en hun omgeving – Kijken en luisteren naar kinderen staan centraal
Pedagogische uitgangspunten Onze pedagogische uitgangspunten zijn uitgewerkt in het algemeen pedagogisch beleid van de peutergroepen. Dit staat op onze website. Dit beleid geldt ook voor ons. In dit werkplan gaan we het algemeen pedagogisch beleid niet herhalen. We beperken ons tot een korte toelichting op de pedagogische uitgangspunten en geven concrete voorbeelden hoe we deze bij onze locatie realiseren. Jaarlijks kijken we of deze voorbeelden nog passen bij onze werkwijze en passen we ze zo nodig aan. Kijken en luisteren naar kinderen Wil een kind zich bij ons prettig voelen en zich kunnen ontwikkelen, dan moeten we zijn behoeften kennen en hierop inspelen. Om dit maatwerk te kunnen realiseren, moeten we het kind goed begrijpen. We kijken en luisteren goed naar kinderen. We proberen te begrijpen wat kinderen ons niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijk ‘vertellen’. Dit doen we eigenlijk de hele dag door. Het is de basis van ons pedagogisch aanbod: ons pedagogisch handelen, de inrichting van de ruimtes, de materialen, thema’s, de opzet van de activiteiten, structuur, ritme en verzorging. Dit geldt zowel voor individuele kinderen als voor de groep in zijn geheel. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – Wanneer een kind niet graag op de gang speelt omdat hij het daar druk vindt, ondersteunen we het kind door samen met hem op de gang met bijvoorbeeld de blokken te spelen. We benoemen wat we zien en wat er allemaal gebeurt. We forceren dit niet en als het terug wil naar de eigen groep, dan mag dat. – We proberen in te schatten wat de kinderen nodig hebben. Wanneer de groep druk is, geven we hen de mogelijkheid om hun energie kwijt te kunnen door bijvoorbeeld even lekker te rennen en te spelen op de gang of buiten. Of we bieden juist even een momentje om tot rust te komen door met ze aan tafel te gaan of op de bank te zitten met een spelletje, boekje of puzzel. Peuterplusgroep: de Meloenen en de Druifjes – s’ Morgens aan tafel, voordat we fruit gaan eten, steken de kinderen hun vinger op als ze iets willen vertellen. Spelenderwijs leren kinderen om naar elkaar te luisteren en te wachten. Kinderen die het spannend vinden om iets te vertellen, krijgen ook de kans om iets te zeggen. Kinderen vertellen bijvoorbeeld wat ze het weekend hebben gedaan. Maar ze vertellen bijvoorbeeld ook over iets dat erg leuk was of wat een paar maanden geleden gebeurd is. We gaan in op de verhalen die verteld worden en nodigen kinderen uit om op elkaars belevenissen te reageren. 16
– Kinderen willen graag meehelpen met het klaarzetten van het fruit. Om de beurt mag iemand meehelpen met het klaarzetten (snijden) van het fruit en het klaarmaken van de limonade. De kinderen voelen zich groot en er is ruimte voor individueel contact. Peutergroepen: de Bosbes en Mandarijn – Wanneer kinderen in de kring iets aangeven, spelen we daar op in en wordt de planning aangepast. Bijvoorbeeld; het thema ‘herfst’ staat centraal en we hebben het met de kinderen over de blaadjes die van de bomen vallen. Tussendoor vertelt een kind dat ze nieuwe schoenen heeft. We haken hier op in door te vragen; ”Mag je met je nieuwe schoenen in de plassen springen? En met welke wel? Laat eens zien hoe je in de plassen springt?” – Er zijn kinderen die het spelen op de gang soms onoverzichtelijk en druk vinden. Deze kinderen mogen op de groep een boekje gaan lezen en/of een puzzel maken.
Emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte We proberen een open, warme sfeer te creëren waarin kinderen zich prettig en op hun gemak voelen. We nemen kinderen serieus. We laten merken dat we het fijn vinden dat hij/zij er is. We zijn geïnteresseerd in wat een kind bezighoudt en stimuleren zijn of haar inbreng. Het geven van positieve aandacht, waardering en stimulans vinden we belangrijk. We zijn er op attent dat we alle kinderen zien en horen. Waar nodig bieden we hulp, bescherming en steun. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – ’s Ochtends bij binnenkomst begroeten we ieder kind. We hebben oog voor veranderingen en/of bijzonderheden. Bijvoorbeeld: Ben je naar de kapper geweest? Heb je nieuwe schoenen? Is er een geboorte van een broertje/zusje? We benoemen het en geven complimentjes. – Bij het weggaan van papa/mama nemen we het kind over en gaan bij de deur of raam zwaaien om zo afscheid te nemen. We vertellen het kind dat papa/mama weggaat en aan het einde van de dag terug komt om hem/haar op te halen. – Bij het verschonen van een kind, proberen we met onze aandacht bij het kind te zijn. We kijken naar het kind en praten ermee. We kijken naar waar de aandacht van het kind naar uitgaat, welke emoties het laat zien. We proberen te verwoorden wat het kind ervaart (dat aankleedkussen is koud hè!). Je kunt aan het lichaam en gezichtje van het kind zien dat het veel te vertellen heeft. Omdat je op het ‘verhaal’ van het kind reageert, reageert hij / zij weer op jou en zo krijg je een mooi gesprek. We passen ons aan het tempo van het kind aan. Als we tijd hebben en het kind het leuk vindt, doen we ook nog een kort spelletje zoals zachtjes kriebelen, blazen. Kinderen genieten van deze één op één aandacht. – We noemen de namen van alle kinderen tijdens een liedje (‘Goedemorgen’), ook de kinderen die in de box of in bed liggen. Zo maken we duidelijk dat elk kind gezien is en welkom is. – Als ouders en hun kind voor het eerst kennismaken met het kindercentrum zijn we ons bewust dat dit voor hen beiden een spannende gebeurtenis is. Door de tijd te nemen en ruimte te geven voor hun gevoelens, proberen we ouders onze betrokkenheid te tonen. – Baby’s worden zoveel mogelijk door de vaste pedagogisch medewerkers verzorgd. – We proberen, voor zover dat binnen de groep mogelijk is, ruimte te geven aan alle vormen van emoties. We vinden het belangrijk dat het kind zichzelf kan zijn. Het mag huilen, verdrietig of boos zijn. Wij benoemen voor het kind wat we zien. Bijvoorbeeld; “ik zie dat je verdrietig bent of boos bent. Hoe kunnen we het oplossen dat je niet meer boos of verdrietig bent?” Vaak helpt het om het kind op schoot te nemen en te troosten. Daarnaast is er volop ruimte voor samen te stoeien, knuffelen, een aai over de bol en samen grapjes maken. 17
Peuterplusgroep: de Meloenen en de Druifjes – Tijdens tafelmomenten vragen we aan ieder kind welk liedje ze willen zingen. Sommige kinderen vinden dat erg spannend. We helpen een kind door mee te denken, zelf een aantal liedjes te bedenken waaruit ze kunnen kiezen en ook andere kinderen helpen mee liedjes te bedenken. Je merkt dat het voor een kind de volgende keer al gemakkelijker is om zelf een liedje te kiezen. – Kinderen vinden het soms spannend om naar een andere, voor hen niet vertrouwde/ onbekende, ruimte te gaan. Wij begeleiden ze hierin. Bijvoorbeeld: in de speelruimte van de buitenschoolse opvang komt een medewerker van de bibliotheek een boekje voorlezen. Sommige kinderen gaan meteen mee. Andere kinderen vinden het erg spannend om hun vertrouwde groepsruimte te verlaten. We leggen de kinderen uit wat we gaan doen en dat we ook weer terugkomen in de eigen ruimte. Hierdoor is het voor de kinderen duidelijk wat er gaat gebeuren. Ze weten wat ze kunnen verwachten. Ook kinderen helpen elkaar door er met elkaar over te praten. Dit geeft een gevoel van veiligheid en kinderen voelen zich betrokken bij de situatie. Peutergroepen: de Bosbes en Mandarijn – Bij binnenkomst begroeten we elk kind en maken een praatje met hem/haar. – We geven op allerlei manieren een complimentjes en betrekken ouders hierbij. We zeggen bijvoorbeeld; “Dat heb je goed gedaan! ( duim omhoog). Ik vond het gezellig vanmorgen/vanmiddag met je.” Of we geven van een aai over de bol.
Ritme en structuur Structuur biedt een kind houvast. Een belangrijk houvast voor de kinderen zijn de vertrouwde gezichten om zich heen, van pedagogisch medewerkers en kinderen. In een groep werken in principe vertrouwde pedagogisch medewerkers volgens een wekelijks terugkerend rooster. Zo leren de kinderen en de pedagogisch medewerkers elkaar goed kennen. Ook de andere kinderen in de groep zijn na verloop van tijd bekend en vertrouwd. Elke groep heeft een eigen, vertrouwde groepsruimte. Als een kind hieraan toe is, kan een kind de groep als uitvalsbasis gebruiken bij het ontdekken van de rest van het kinderdagverblijf. Zo leert het kind ook andere pedagogisch medewerkers en andere kinderen van het kinderdagverblijf kennen. Houvast komt ook terug in het ritme en programma van de ochtend, middag of dag, de regels en afspraken, rituelen en in de inrichting. De structuur die we bieden, hangt af van de situatie, het ontwikkelingsniveau en de behoeften van de kinderen. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – We hebben een vaste dagindeling. Zo weet een kind wat er gaat gebeuren en wat het kan verwachten. We kondigen aan wat we gaan doen. Bijvoorbeeld; “We gaan nu opruimen, omdat we zo fruit gaan eten”. Of; “We gaan de handen en de gezichten wassen. Daarna gaan we naar de wc en dan kunnen we lekker naar buiten”. Door met pictogrammen te werken, wordt de dagindeling visueel nog ondersteund en weten ze wanneer wat er gaat gebeuren. – Ieder kind heeft een eigen bedje, kapstok en bakje voor de eigen spullen zoals een knuffel en speen. – We sluiten de dag langzaam af door om vijf uur nog even met de kinderen aan tafel te gaan om een appel te eten. Er is dan ook nog de mogelijkheid tot het (voor)lezen van een boekje, een spelletje te doen of het gezamenlijk liedjes zingen. – Als we buiten gaan spelen doen de kinderen één voor één hun jas aan. Kinderen die het nog niet zelf kunnen helpen wij of kinderen helpen elkaar. Als iedereen de jas aan heeft, pakken we het lint met ringen. Ieder kind pakt een ring vast en zo lopen we gezamenlijk naar buiten.
18
– De inrichting van de groepsruimte veranderen we zo weinig mogelijk. Het is voor kinderen belangrijk dat deze herkenbaar is en blijft. Peuterplusgroep: de Meloenen en de Druifjes - We werken met pictogrammen die de structuur van de dag aangeven (brengen, fruit eten, verschonen/ naar de wc, spelen, slapen, weer naar huis). Door het gebruik van de pictogrammen weten de kinderen wanneer wat gaat gebeuren. – We werken zoveel mogelijk met dezelfde medewerkers. Als er een flexkracht komt, vertellen we dat aan de kinderen en gaan indien mogelijk even een kijkje nemen bij het smoelenbord. Zo kunnen de kinderen de foto zien van de flexkracht. – Bij de Meloenengroep en de Druifjes komen kinderen van verschillende stamgroepen. Het uitgangspunt is dat er zoveel mogelijk dezelfde kinderen op dezelfde dag komen. Dus op maandag komen dezelfde kinderen als de week daarvoor op maandag. - Kinderen leren andere leeftijdsgenootjes van een andere groep kennen. In het begin is dat vaak spannend. Maar als een kind vaker is geweest, gaan ze elkaar (her)kennen en spelen de kinderen van de verschillende groepen met elkaar. Ze ontdekken samen andere en nieuwe dingen en er ontstaan nieuwe vriendschappen. Peutergroepen: de Bosbes en Mandarijn – We werken met pictogrammen die de structuur van de dag aangeven (brengen, fruit eten, verschonen/ naar de wc, spelen, weer naar huis). Door het gebruik van de pictogrammen weten de kinderen wanneer wat gaat gebeuren. – Kinderen worden zoveel mogelijk in vaste combinaties van dagdelen geplaatst. Hierdoor is het voor kinderen en pedagogisch medewerkers mogelijk om een band op te bouwen. En ontstaan er ook vriendschappen tussen kinderen. Daarnaast is het voor de pedagogisch medewerker mogelijk om een gestructureerd activiteitenaanbod te realiseren.
Positieve contacten tussen kinderen Samendoen en samenspelen is leuk en ondersteunt de ontwikkeling. Kinderen kijken naar elkaar, leren van en met elkaar, stimuleren elkaar. Vanaf jonge leeftijd zoeken kinderen contact. We stimuleren onderling positief contact en samenspel. We richten de aandacht van kinderen op elkaar, schaffen materialen aan die samenspel bevorderen, we richten de ruimte zo in dat kinderen ongestoord in groepjes kunnen spelen en doen activiteiten in kleine of grote groep. Waar nodig begeleiden we contacten tussen kinderen. Zo krijgen ze de kans van en met elkaar te leren. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – We bieden kinderen de gelegenheid om ongestoord met vriendjes en vriendinnetjes te kunnen kletsen en spelen door hiervoor een ‘eigen plekje’ te creëren. We doen dit door bijvoorbeeld doeken te geven waarmee ze een tent kunnen maken. Of er is een afgeschermd plekje onder de box en/of een speeltent waar ze eventjes uit het zicht van de pedagogisch medewerker kunnen spelen. – Tijdens het eten of tijdens een spelletje mogen vriendjes en vriendinnetjes naast elkaar zitten. – We stimuleren het contact tussen baby’s door ze bij elkaar in de (grond)box te leggen. Zo kunnen ze elkaar aanraken en naar elkaar kijken. – We bieden een dansactiviteit aan. Tijdens het dansspelletje zien we dat de wat grotere kinderen elkaar een dansje willen leren, dit onderlinge contact stimuleren we. – Met het fruit eten betrekken we ook de baby’s bij de gesprekken met kinderen. We proberen ze uit te dagen door hen op hun eigen manier ( brabbelen) mee te laten praten. We nodigen de baby uit door bijvoorbeeld te zeggen “Ik zie dat jij ook wat vertellen”? 19
– Soms bemiddelen we bij het maken van een speelafspraak thuis van kinderen die het leuk vinden om met elkaar te spelen. Peuterplusgroep: de Meloenen en Druifjes – Door het aanbieden van activiteiten proberen we kinderen samen te laten werken/spelen. We oefenen bijvoorbeeld met het knippen met een kinderschaar. Het ene kind kan het soms wat beter dan het andere. Door kinderen elkaar te laten helpen en te laten zien hoe het moet, leren ze nieuwe vaardigheden, maar maken ze ook contact met elkaar en ontstaan er ook nieuwe contacten. – We laten kinderen in groepjes spelen. Zo is er rust op de groep en kunnen kinderen optimaal van het speelgoed gebruik maken. Ze kunnen samen spelen met vriendjes en vriendinnetjes. – We oefenen met het aandoen van jassen en schoenen. Als het niet lukt dan vragen we of een ander kind wil helpen. Als dat niet lukt dan helpen we. We merken dat kinderen het leuk vinden om elkaar te helpen. Ze zijn trots als iets lukt of als ze hebben kunnen helpen. Kinderen krijgen vertrouwen in hun eigen kunnen. Peutergroepen: de Bosbes en Mandarijn – In de kring zingen we het ‘namen-liedje’. De kinderen vragen aan het kindje dat naast hem/haar zit hoe het heet. Vervolgens herhaalt zich dit ritueel totdat alle kinderen aan de beurt zijn geweest. Hiermee bevorderen het maken van contact met elkaar tussen kinderen. – We stimuleren en ondersteunen de kinderen die moeite hebben met het maken van contact met andere kinderen. Dit doen we door bijvoorbeeld twee of drie kinderen samen een spel te laten spelen. Hierdoor wordt het een volgende keer alweer gemakkelijker voor kinderen om mee te doen.
Respect voor anderen en de omgeving We vinden het belangrijk dat een kind zich waarden, normen en gebruikelijke omgangsvormen eigen maakt, zodat het onderdeel is van de gemeenschap waarin het leeft. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – We leren kinderen ‘nee’ te zeggen wanneer ze iets niet willen. ‘Nee’ betekent voor andere kinderen ‘stop’. Zo leren kinderen dat ze op tijd stoppen met iets wat de ander niet leuk vindt. Van de andere kant leren we kinderen om ook positieve dingen tegen elkaar te zeggen. Wanneer een kind ons vertelt dat hij een ander kind lief vindt, suggereren we hem/haar dit ook zelf tegen dat kind te zeggen. We leggen uit dat hij of zij daar blij van wordt. – We leren kinderen dat als er met speelgoed wordt gegooid of ergens tegen aan wordt gereden dat het dan kapot gaat. We laten het kind zien wat er gebeurt en benoemen dit. – Als kinderen elkaar pijn doen bijv. elkaar slaan, dan benoemen we wat we zien en vertellen dat men elkaar geen pijn mag doen. ‘Bart jij mag Tim niet slaan’. ‘Kijk, Tim moet er van huilen’. De peuterplusgroep: de Meloenen en de Druifjes – We betrekken kinderen bij het gezamenlijk opruimen van het speelgoed. Kapot speelgoed gooien we samen weg. – We oefenen in het aangeven van de grenzen. Als er tijdens vrij spel met speelgoed wordt gegooid, spreken we kinderen daar op aan. Bijvoorbeeld; “Dat mag niet, want dan gaat het kapot”. We benoemen de situatie en vragen wel eens aan ‘oudere’ kinderen waarom iets niet mag. We leggen ook uit dat ‘kleinere’ kinderen dat nog moeten leren. 20
– Als een kind ergens moeite mee heeft, praten we erover. Een kind kan zich bijvoorbeeld nog niet goed verstaanbaar maken en andere kinderen valt het op. We benoemen voor hen wat we zien of wat er aan de hand is. Door erover te praten wordt het voor kinderen duidelijk en herkenbaar. Vaak vertellen ze dan dat ze dat ook hebben meegemaakt of hebben gezien. De peutergroepen: de Bosbes en de Mandarijn – Tijdens een herfstwandeling benoemen we de dingen die we in het bos tegenkomen. Bijvoorbeeld; “Kijk hier staat een mooie paddenstoel. Daar mag je alleen maar naar kijken en niet plukken”. – In de kring leren we kinderen dat men geen speelgoed van ander kind mag af pakken en dat het moet vragen of het ook met het speelgoed mag spelen.
Brede uitdaging en plezier We vinden het belangrijk kinderen uit te dagen. We zorgen ervoor dat het aanbod aansluit bij de beleving, niveau, interesse, ideeën en leefwereld van kinderen. Zo’n aanbod vergroot hun betrokkenheid en plezier bij activiteiten. Betrokkenheid is voorwaarde voor leren en ontwikkeling. We zorgen ervoor dat in ons aanbod alle ontwikkelingsgebieden aan bod komen. We hebben de ruimte ingericht met gezellige en uitdagende speelhoeken waar kinderen ongestoord met een groepje of alleen kunnen spelen. Regelmatig kunnen kinderen ook buiten de ‘eigen’ groepsruimte terecht: in de speelhal, gang, in andere groepsruimtes, buiten. Natuurlijk doen we regelmatig allerlei activiteiten; met een klein groepje of juist met z’n allen. Vaak doen we dit aan de hand van een thema. We stimuleren kinderen om mee te doen. Sommigen hebben het nodig om hierbij even (letterlijk of figuurlijk) bij de hand genomen te worden. We vinden het belangrijk dat de kinderen bij ons de kans krijgen om allerlei verschillende ervaringen op te doen om zich zo te kunnen ontwikkelen. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – De leeftijdsopbouw van onze groep wisselt regelmatig. We passen de ruimte hierop aan. Hebben we veel baby’s, dan wordt de babyhoek gebruikt voor de baby’s. Zijn er niet zoveel baby’s, dan gebruiken we die hoek vaak voor de grotere kinderen. De ene keer zetten we er duplo in, de andere keer auto’s of de hoek wordt omgebouwd tot poppenhoek. – Door de vijver die om het gebouw ligt, kunnen we regelmatig even met de kinderen naar buiten om de eendjes te voeren. Ze vinden het dan fascinerend om te zien wat de eenden allemaal doen. – Regelmatig bieden we kinderen activiteiten buiten het kinderdagverblijf aan. Dit kunnen verschillende activiteiten zijn: spelen op het schoolplein of een boodschap doen in de supermarkt. Soms gaan we op het grote veld/speeltuin in het park spelen. Kinderen vinden het heerlijk om hier te rennen. – Bij het opvouwen van de was mogen kinderen helpen. Ze voelen zich groot en zijn trots op zichzelf. Vaak ontstaan er ook gesprekjes over thuis en vertellen ze dat ze thuis ook meehelpen. – Regelmatig ruilen we van speelgoed met een andere groep. Het nieuwe materiaal kan dan weer voor een nieuwe uitdaging en speelplezier zorgen. – Een speelmaatje van dezelfde leeftijd van een andere groep zorgt ook voor een nieuwe ervaring zowel op sociaal gebied als vernieuwing en verdieping van het samenspelen. Peuterplusgroep: de Meloenengroep en Druifjes – We werken met thema’s en we vragen wat de kinderen zelf weten over een bepaald thema. Bijvoorbeeld bij het thema ‘mijn lichaam’. We vragen wat een lichaam is en wat
21
kan je met je lichaam? Kinderen antwoorden bijvoorbeeld ‘handen’. Daar kun je mee zwaaien, eten, dingen vastpakken enzovoorts. Als activiteit mogen de kinderen hun eigen hand verven. We laten kinderen ervaren en benoemen wat we zien en voelen. Hoe voelt het? Voelt het koud of warm? Kriebelt de kwast? We drukken de geverfde hand op papier. Hoe voelt dit? Voelt het ruw of stroef? Daarna voelen we op het raam? Dat voelt koud en glad. Daarna zij de voeten aan de beurt en wordt dezelfde ervaringen opgedaan. We mogen ook voelen bij elkaar. Naast de ervaring van warm/koud, kriebelen, ruw en stroef leren kinderen ook de eigen grenzen aan te geven door ‘stop’ te zeggen als het niet meer leuk is. – Kinderen komen zelf met ideeën of gesprekstof. tijdens het schillen van fruit en groente. We vragen waar de groentes en het fruit vandaan komen en hoe ze groeien. Kinderen zijn er nieuwsgierig naar en geven zelf aan dat ze willen zien hoe iets groeit. We proberen zo veel mogelijk om ideeën van kinderen uit te voeren en gaan zaadjes planten in potjes. We kijken wat er wel en wat er niet gaat groeien. Peutergroepen: de Bosbes en Mandarijn – We werken met thema’s. Denk aan ‘ziek zijn’, ‘ je eigen lijf’ (wassen / aankleden etc.),’ boodschappen doen’,’ telefoneren’, ‘jong en oud’ etc. We trekken per thema vier tot zes weken uit. Bij het uitwerken van de thema’s proberen we zoveel mogelijk aan te sluiten bij de beleving en ervaring van de kinderen. We proberen uit te gaan van wat dit begrip betekent voor de kinderen. De activiteiten die worden aangeboden, materialen die in deze periode gebruikt worden en de inrichting van (sommige) hoeken hangen zoveel mogelijk samen met dit thema. Dit geeft een grotere samenhang in het aanbod en de mogelijkheid om dieper op een thema in te gaan. Kinderen kunnen meer ervaringen opdoen en er zijn meer ontdek-mogelijkheden om de woordenschat van kinderen uit te breiden. Voor het hele jaar wordt er een opzet gemaakt van thema’s die gedurende dat jaar aan de orde komen. – Bij de inrichting van de groep houden we rekening met de verschillende ontwikkelingsgebieden en zijn we er alert op dat we spelmateriaal en activiteiten op verschillende niveaus aanbieden.
Respect voor autonomie van kinderen Kinderen mogen eigen keuzes maken en ‘zelf doen’. We stimuleren ze actief om dingen zelf te proberen en respecteren de eigen ideeën en oplossingen van de kinderen. Dit draagt bij aan het zelfvertrouwen en het gevoel van eigenwaarde van kinderen. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – Wij stimuleren de grotere kinderen om zichzelf aan en uit te kleden. Voor het slapen gaan of rusten krijgen alle kinderen een mandje. Ze mogen zich dan zelf uitkleden en hun spullen in het mandje doen. We laten ze zelf ontdekken hoe ze dit het beste kunnen doen. Een kind trekt tijdens het aankleden bijvoorbeeld eerst de schoenen aan voordat het de broek aan heeft gedaan. Ze merkt als snel dat dit niet handig is. We bieden hulp waar nodig. We stimuleren de kinderen elkaar helpen. We geven de kinderen hierbij positieve feedback en complimenten. – We stimuleren kinderen zelf oplossingen te bedenken voor ‘problemen’ zoals: hoe krijg ik die bal door dat gaatje? Waar hoort dit puzzelstukje? Ik wil met die auto spelen! Hoe kom ik bij die plank? In plaats van het probleem op te lossen, stimuleren we het kind een eigen oplossing te zoeken. Als het nodig is helpen we hierbij. Een mogelijke reactie van ons zou kunnen zijn: “Lukt het niet? Tja, wat nu? Kun je het misschien ook op een andere manier doen?” Peuterplusgroep: de Meloenen en Druifjes – De kinderen die dat willen, mogen zelf hun boterham smeren. De ‘oudere’ kinderen 22
(driejarigen) mogen ook zelf hun melk/sap inschenken. Als ze iets zelf gedaan hebben dan voelen ze zich groot en zijn trots. Soms gaat het wel eens mis, maar met veel oefenen gaat het steeds beter. – We proberen kinderen dingen zelf op te laten lossen of elkaar te helpen. Vaak is de eerste reactie “Kan ik niet”. Met een positieve aanmoediging zoals; “Probeer het maar een keer en als het niet lukt dan helpen we”, lukt het vaak toch en is het kind trots en blij dat het gelukt is. Peutergroepen: de Bosbes en de Mandarijn – Als er een conflictsituatie tussen twee kinderen is, laten we dit eerst even gebeuren. We blijven in de buurt en bekijken of ze zelf een oplossing vinden. Lukt dit niet dan ondersteunen we hen door te vragen hoe ze het zelf zouden op kunnen lossen. We doen ze een suggestie aan de hand door een voorbeeld te noemen. – Bij een creatieve activiteit zijn kinderen vrij in het bedenken hoe ze iets gaan maken. Bijvoorbeeld; een sneeuwpop hoeft er helemaal niet als een sneeuwpop uit te zien. Het kind krijgt de ruimte om zijn eigen creatie te maken.
Fysieke veiligheid van kinderen We doen zoveel mogelijk om ernstige ongelukken te voorkomen. De fysieke omgeving waar de kinderen verblijven is veilig en hygiënisch. Ook regels dragen bij aan deze fysieke veiligheid. Regels voor pedagogisch medewerkers zijn vastgelegd in werkinstructies. Meer informatie over fysieke veiligheid vind je op onze website. Veel inspanningen zijn gericht op een fysiek veilige omgeving. Maar we willen en kunnen kinderen niet overal tegen beschermen. Ontwikkelen betekent ook ruimte, de wereld mogen ontdekken, leren met vallen en opstaan. Kleine ongelukjes, zoals schrammen of builen, horen hierbij. We leren kinderen stap voor stap omgaan met situaties die zij spannend vinden zoals van een glijbaan glijden, ergens vanaf springen of in een boom klimmen. Zo leren ze ook hun eigen grenzen kennen en verleggen. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – Een kind staat bovenaan de glijbaan en kijkt een beetje angstig. We geven een paar kleine aanwijzingen hoe hij eraf moet glijden en gaan er naast staan zodat het kind zich veilig voelt. Zo ontdekt het kind hoe hij iets moeilijks en spannends zelf kan doen. Peuterplusgroep: de Meloenen de Druifjes – We maken een parcours waar kinderen kunnen klimmen, koprollen, springen enz. Sommige kinderen vinden het spannend en kijken liever. Anderen willen het met hulp wel proberen. We bieden kinderen uitdaging waarbij ze leren zelf hun grenzen aan te geven. Soms valt er wel eens een kind en loopt het een blauwe plek op. Maar omdat de kinderen het leuk vinden en de ongelukjes beperkt blijven, bieden we deze activiteit aan. – Tijdens de schoolvakanties spelen we wel eens op het schoolplein (na overleg met de ouders). De omgeving is niet afgesloten met een hek, de kinderen vinden die ‘vrijheid’ spannend en leuk. Ze kunnen er spelen in een speelhuisje, schommelen, op een muurtje lopen en eraf springen, klimmen enz. Er zijn duidelijke afspraken waar kinderen wel en waar ze niet mogen komen. Wij zijn altijd in de buurt. Peutergroepen: de Bosbes en de Mandarijn – We zorgen voor fysieke uitdagingen zoals het lopen over een houten loopbruggetje. Sommige kinderen vinden dit spannend en/of eng. We stimuleren kinderen door ze positieve manier aan te moedigen.
23
– Soms staan we op een afstand, maar blijven we in de buurt. We bekijken voor ieder kind of het mogelijk is om het alleen te doen. Als dat niet het geval is, bieden we hulp en ondersteuning. – Met kinderen oefenen we het traplopen. We laten kinderen zelf de trap aflopen waarbij ze de trapleuning vasthouden. Als het niet lukt of wanneer een kind aangeeft het spannend te vinden, begeleiden we het door een hand te geven.
Samenwerking met ouders en anderen uit de leefomgeving van kinderen Ouders zijn eindverantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind(eren). Daarom informeren we jullie over hoe we werken en welke keuzes we maken. Ouders zijn informatiebron en gesprekspartner als het gaat om de ontwikkeling van hun kind. Waar mogelijk stemmen we met hen af. Een vast moment in het jaar vormen de 15- minuten gesprekken met de ouders; deze vinden in april/ mei plaats Bij de VVE peutergroep, waar we speciale aandacht besteden aan de ontwikkeling van kinderen (zie de volgende bladzijde) is de afstemming met ouders extra belangrijk. We maken zichtbaar wat we doen en we praten met ouders over de activiteiten die we gedaan hebben. Het is van groot belang dat jullie ook thuis de ontwikkeling van je kind bevorderen. Daarom vragen we jullie om thuis ook aandacht te besteden aan waar het kind op de peutergroep mee bezig is. Hiervoor geven we kinderen een ouderboekje, en/of logeerkoffer, spelletjes of prentenboek mee naar huis. Of we vragen jullie om iets mee te brengen passend bij het thema waar we mee bezig zijn. Elke locatie heeft een oudercommissie. Voor een uitgebreidere toelichting op contacten met ouders en oudercommissie kun je terecht op onze website. Waar mogelijk werken we samen met de basisschool bij ons in de buurt. Zo dragen we bijvoorbeeld, van ieder kind dat naar school gaat, informatie over hoe het op het kinderdagverblijf ging. Uiteraard na toestemming van de ouders. Voorbeelden uit onze praktijk Kinderdagverblijf – Als we ons zorgen maken over een kind, maken we met de ouders een afspraak om de zorgen uit te spreken en met de ouders hierover te praten. Samen kijken we of we dezelfde dingen herkennen. We maken afspraken voor hoe we het verder samen kunnen en willen aanpakken en houden met de ouders hier contact over (evalueren). – Eén keer per jaar is er een opa en oma ochtend. Dan komen opa’s en oma’s kijken en meedoen. Dit is altijd een groot succes. – Samenwerking met school: kinderen die bijna vier jaar zijn en die dit willen, gaan soms op bezoek in groep één. Kinderen vinden dit leuk en spannend. Zo maken ze al kennis met school. Peuterplusgroep: de Meloenen en de Druifjes – Ouders brengen niet altijd hun kind direct bij de Meloenengroep. Het kind wordt dan gebracht door de pedagogisch medewerker van de stamgroep. We overleggen daarbij regelmatig met de stamgroep over hoe het met een kind gaat en/of er nog bijzonderheden zijn. Als we ons bijvoorbeeld zorgen maken over een kind dan overleggen we met de pedagogisch medewerkers van de stamgroep hoe het daar gaat met het kind. We bespreken of er verschil is in hoe een kind zich gedraagt tussen de twee groepen. We bespreken met ouders hoe zij er tegenaan kijken en wat zij belangrijk vinden. – We hechten veel waarde aan duidelijke communicatie met ouders. We horen graag hoe ouders en kinderen het op de groep ervaren en hoe het gaat met het kind op de groep. – We schrijven op het memo-bord wat we die dag gedaan hebben, zo zijn ouders op de hoogte van de activiteiten en belevenissen van hun kind.
24
Peutergroepen: de Bosbes en de Mandarijn – Onlangs hadden we het thema een ‘jong en oud’ . We hebben toen opa’s en oma’s uitgenodigd om een dagdeel mee te kijken en te draaien op de groep. Eén keer per jaar is er een opa en oma ochtend. Dan komen opa’s en oma’s kijken en meedoen. Dit is altijd een groot succes. – We betrekken ouders bij hetgeen we doen. We vragen bijvoorbeeld om ondersteuning bij het organiseren van een kerstlunch of een paasontbijt en/of sinterklaasviering. – Samenwerking met school: kinderen die bijna vier jaar zijn en die dit willen, gaan soms op bezoek in groep één. Kinderen vinden dit leuk en spannend. Zo maken ze al kennis met school. – Als we ons zorgen maken over een kind, maken we met de ouders een afspraak om de zorgen uit te spreken en met de ouders hierover te praten. Samen kijken we of we dezelfde dingen herkennen. We maken afspraken voor hoe we het verder samen kunnen en willen aanpakken en houden met de ouders hier contact over (evalueren).
Kind-volg-systeem, overdracht en signaleren Natuurlijk houden we zorgvuldig in de gaten hoe het met de kinderen gaat. Als het nodig is, passen we daar onze manier van omgang met een kind of een groep kinderen op aan. Hiernaast volgen we het welbevinden, de ontwikkeling en het functioneren van de groep met behulp van de methode ‘Kijk op kinderen’. Ook ouders zijn hierbij betrokken. In de VVE peutergroep werken we met een uitgebreider kind-volg-systeem, dit heet KIJK!. Met behulp van KIJK! kunnen we het niveau van de kinderen op verschillende ontwikkelingsgebieden vaststellen. De ontwikkelingslijnen hebben onder andere betrekking op de sociaal-emotionele ontwikkeling, spraak/taal, motoriek en het herkennen en gebruiken van letters en cijfers (ontluikende geletterdheid en gecijferdheid). Zo zijn we nog beter in staat om een eventuele achterstand of voorsprong tijdig te signaleren en ons handelen goed af te stemmen op de behoeften van kinderen. Informatie over de kind-volg-systemen is te vinden op de website. Bij de overgang naar de basisschool vragen we toestemming aan de ouders om relevante informatie over het kind over te dragen aan school. We gebruiken hiervoor een overdrachtsformulier. De informatie lichten we via een telefoongesprek of in een persoonlijk gesprek (warme overdracht) toe. Soms gebeurt dit samen met de ouders. Hierdoor kan school vanaf het begin goed inspelen op het kind. Ouders wordt gevraagd om zelf ook een overdrachtsformulier voor de school in te vullen. Het komt soms voor dat we ons zorgen maken over de ontwikkeling of gedrag van een kind. In dat geval bespreken we onze zorgen zo snel mogelijk met de ouders. We handelen dan op basis van een stappenplan. Hiervoor hebben we verschillende protocollen onder andere het ‘Signaleringsprotocol’ en ‘Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld’. Meer informatie vind je op onze website. Pedagogisch medewerkers kunnen, als ze zich zorgen maken over de ontwikkeling en gedrag van een kind, ondersteuning krijgen van een zorgcoördinator. Zij denkt mee met de pedagogisch medewerkers, kan als het zinvol is het kind observeren en daarna bespreken in een multidisciplinair zorgteam. Ook kan ze pedagogisch medewerkers en ouders adviseren over de aanpak of te nemen stappen.>
Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) In onze peutergroep bieden we Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE). Dit is de basis voor de hele ochtend of (mid)dag. Door het VVE aanbod zorgen we ervoor dat de peuters een zo goed mogelijke start maken op de basisschool. Naast het werken aan een 25
pedagogische basiskwaliteit, besteden we op een speelse manier aandacht aan het stimuleren van hun ontwikkeling. Met behulp van allerlei uitdagende activiteiten dagen we kinderen uit tot praten, denken en luisteren. Er zijn verschillende VVE methodes, onder andere ‘Uk en Puk’, Piramide en Kaleidoscoop. Wij werken met VVE methode Uk en Puk . We bieden leuke activiteiten aan op alle ontwikkelingsgebieden, daardoor zijn kinderen bezig met taal, beweging, nadenken en samen spelen en leren zij spelenderwijs. De activiteiten sluiten aan bij de belangstelling en ontwikkelingsniveau van de kinderen. We werken met thema’s die herkenbaar zijn voor kinderen. Vooraf stelt de pedagogisch medewerker vast wat ze wil bereiken zodat het kind in zijn ontwikkeling groeit. We werken vaak met kleine groepjes kinderen en met individuele kinderen. Zo kunnen pedagogisch medewerkers hun begeleiding goed afstemmen op de behoefte van het kind. Naast het doen van uitdagende en doelgerichte activiteiten, zijn de pedagogisch medewerkers de hele ochtend of (mid)dag alert op mogelijkheden om op speelse manier de ontwikkeling van de kinderen te prikkelen. Bijvoorbeeld door over de kleuren van autootjes te praten (kun je mij het blauwe autootje geven?), samen de bekers te tellen, wat is groter en welke is de kleinste? enzovoort. Ook hierbij let de pedagogisch medewerker er op dat ze aansluit bij het niveau van de kinderen. Tijdens het plaatsingsgesprek informeren we je over de VVE methode. Ook krijg je de VVE informatiebrief. Op onze website staat meer informatie over VVE.
Ontwikkeling pedagogische kwaliteit Jaarlijks besteden we extra aandacht aan een van de pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen. Dit doen we door het meten van twee of drie van onze pedagogische uitgangspunten. Welke uitgangspunten op dit moment aandacht hebben zijn op onze website te vinden. We hebben enkele pedagogisch medewerkers opgeleid om bij meerdere locaties als ‘aandachtsfunctionaris pedagogiek’ de teams en clustermanager daarbij te ondersteunen. Zij maken aan het begin van het jaar een nulmeting van de pedagogische kwaliteit bij elke groep van de locatie. Op basis van de resultaten voeren zij, samen met het team en de clustermanager, verbeteracties uit. Aan het eind van het jaar volgt een tweede meting om te zien of de gestelde doelen behaald zijn. De clustermanager informeert de oudercommissie over de resultaten van de eerste meting in het voorjaar, over de actiepunten die uitgevoerd worden en de resultaten van de tweede meting aan het eind van het jaar. Via Locatienieuws, de (digitale) nieuwsbrief van de locatie, brengen we ouders op de hoogte welke pedagogische uitganspunten we meten en wat de resultaten van de metingen zijn. Wil je hier meer over weten dan kun je terecht bij de clustermanager. Bij iedere VVE peutergroep in de gemeente Nijmegen werkt een speciaal hiertoe opgeleide educatief ondersteuner. Zij ondersteunt de pedagogisch medewerkers bij de uitvoering van de VVE taken en bij de samenwerking met het onderwijs. De afdeling Pedagogiek & Kwaliteit ontwikkelt voortdurend workshops en pedagogisch ondersteuning voor teams op maat, zoals bijvoorbeeld een teamavond over oudercontacten of kinderparticipatie of individuele ondersteuning met behulp van Video Interactie Begeleiding. Hiermee scholen we pedagogisch medewerkers op specifieke onderwerpen als blijkt uit de meting dat hier extra aandacht voor nodig is.
Samenwerking Samenwerking binnen cluster 26
Tot het cluster behoren: kinderdagverblijf Ondersteboven, peutergroepen Ondersteboven, buitenschoolse opvang (bso) Ondersteboven en buitenschoolse opvang Jump-Ondersteboven. Medewerkers van de bso werken zowel bij de peutergroepen als het kinderdagverblijf. Peutergroep de Mandarijn deelt de ruimte met de bso groep de Piraatjes. Regelmatig is er overleg met elkaar over de inrichting en aanschaf van spelmateriaal. Het kinderdagverblijf en peutergroepen hebben een gezamenlijke teamvergadering en op onderdelen sluiten de peutergroepen aan bij het overleg van de bso. Samenwerking kinderdagverblijf met basisschool de Oversteek/ de Overkant Het kindercentrum bevindt zich in het voorzieningenhart. De samenwerking met basisschool De oversteek krijgt steeds meer vorm. Voor wat betreft de overdracht van kinderdagverblijf naar school wordt intensief samengewerkt. Zo vindt er een overdrachtsgesprek plaats waarbij ouders, pedagogisch medewerker en leerkracht aanwezig zijn. Dit is het eindgesprek van het kinderdagverblijf of peutergroep en het intakegesprek voor de basisschool. In dat kader mogen de driejarigen ook een kijkje nemen in de klas waar ze komen. Daarnaast lezen leerlingen van groep zeven en acht regelmatig voor in de kinderdagverblijfgroepen. Door de grootte van de school is het soms lastig om gezamenlijk activiteiten te ontplooien, maar er vindt wel altijd afstemming plaats over de verschillende vieringen en activiteiten. Samenwerking kinderdagverblijf met basisschool Samsam De samenwerking met basisschool Samsam krijgt meer vorm. Ook hier hebben we afspraken gemaakt over de ‘warme overdracht’. De afspraken hieromtrent worden nog vastgelegd in een werkprocedure. Omdat de basisschool fysiek niet in hetzelfde gebouw zit, is de afspraak gemaakt, dat met toestemming van ouders, een telefonische overdracht plaatsvindt. Mocht er aanleiding zijn of het wenselijk is dat er een persoonlijk gesprek tussen ouders, pedagogisch medewerker en school plaats vindt, dan kan dit gesprek op school of bij het kinderdagverblijf zijn. Samenwerking met anderen In het voorzieningenhart bevindt zich het consultatiebureau, de bibliotheek en sportverenigingen. Met het consultatiebureau is er regelmatig contact als het gaat over infectieziektes en wijzingen ten aanzien van voeding, etc. Daarnaast zoeken we contact met elkaar als we zorgen hebben over de ontwikkeling van een kind. Dit doen we alleen met toestemming van ouders. Voor het kinderdagverblijf en de peutergroepen maken we gebruik van de bibliotheek en nodigen we (incidenteel) een medewerker uit van de bibliotheek om op een interactieve manier een kinderboek voor te lezen. Dit wordt vaak georganiseerd in het kader van de voorleesdagen en de kinderboekenweek.
Hoofdstuk 4 27
Algemene informatie LET OP: Ouders die gebruik maken van de peutergroep en die een peutertoeslag van de gemeente krijgen, kunnen over onderstaande onderwerpen het beste meestal eerst even overleggen met de pedagogisch medewerker of de clustermanager. Voor de interne wachtlijst, vermindering opvang of opzegging kun je het beste contact opnemen met de afdeling Klantrelaties via 024 382 26 55 of
[email protected].
Plaatsing en interne wachtlijst De afdeling Klantrelaties regelt de plaatsing. Het kan voorkomen dat we je (tijdelijk) andere of minder dagdelen hebben geboden dan je aanvankelijk hebt aangevraagd. Via de interne wachtlijst zal de medewerker van de afdeling Klantrelaties de gewenste dagen of de uitbreiding van dag(del)en inplannen. Mocht je na verloop van tijd op andere dagen of meer opvang nodig hebben dan kun je deze afdeling vragen om je hiervoor in te plannen. Je vult dan via de website online een mutatieformulier in. Als je liever een papieren exemplaar gebruikt dan liggen deze bij de locatie of je download en print het formulier via onze website. Je vult de gewenste dag(del)en in en stuurt het naar het adres dat onderaan op het formulier staat. Flexibele opvang Bij elke locatie kunnen we een beperkt aantal kinderen met een overeenkomst voor flexibele opvang plaatsen. Met een flexibele overeenkomst neem je op wisselende dag(del)en in de maand opvang af. Deze opvang is bedoeld voor ouders met een onregelmatig werkrooster. Je sluit een overeenkomst af met een minimum van gemiddeld één dagdeel per week. Drie weken voor het begin van elke maand lever je een ‘aanvraagformulier flexibele opvang’ in met daarop de dag(del)en van de gewenste opvang aan de hand van je rooster en vervolgens plannen wij op het kinderdagverblijf je kind in. De opvang proberen we zoveel mogelijk in dezelfde stamgroep in te plannen maar we kunnen dit niet helemaal garanderen. Het aanvraagformulier is bij alle locaties beschikbaar maar je kunt het ook downloaden en printen via onze website. Bij te laat inleveren van het formulier vervalt het automatisch recht. Beoordeling vindt dan plaats op basis van beschikbare ruimte/personeel, dezelfde criteria als bij incidentele opvang. Voor meer informatie over een overeenkomst voor flexibele opvang kun je terecht bij de afdeling Klantrelaties. Ruilen van dagen Als je een dag(deel) wilt ruilen dan vul je het formulier ‘ Aanvraag ruilen opvang’ in en geeft dit af bij de pedagogisch medewerker. Dit formulier is beschikbaar bij alle locaties of je kunt het zelf downloaden en printen via onze website. De pedagogisch medewerkers en clustermanager zullen hun uiterste best doen om aan je wens tegemoet te komen. Het kan echter voorkomen dat we door een kort tijdsbestek of hoge bezetting in de stamgroep je wens niet kunnen vervullen. De reden van afwijzing zullen we altijd toelichten. Het antwoord op de aanvraag krijg je van de pedagogisch medewerker. De richtlijnen voor ruilen staan op de achterkant van het aanvraagformulier en op onze website. Aan ruilen zijn geen kosten verbonden. Wij zijn ons ervan bewust dat deze service niet altijd tot tevredenheid kan worden gehonoreerd. Zeker bij de locaties waar de stamgroepen het maximum toegestane aantal kinderen opvangen. We willen ten alle tijden kwaliteit leveren en vanzelfsprekend volgens de wettelijke eisen werken. Wij vragen daarom je begrip als de pedagogisch medewerker of clustermanager niet aan je verzoek kan voldoen.
28
Incidentele opvang Incidentele opvang kun je aanvragen als je een dag(deel) extra nodig hebt, dus méér uren dan vastgelegd in de overeenkomst. Het ‘Aanvraagformulier incidentele opvang’ is bij alle locaties aanwezig maar je kunt het ook downloaden en printen via onze website. Dit ingevulde formulier geef je af bij de pedagogisch medewerker en zij zal je laten weten of het mogelijk is. Als wij je kind extra kunnen opvangen krijg je achteraf een aparte factuur. De kosten hiervoor kun je nakijken op de website op het tariefoverzicht. Soms is het niet mogelijk om je kind in de eigen stamgroep in te plannen voor de extra opvang. Eventueel kijken we of er plaats is in een andere stamgroep maar dan leggen we je de keus voor. Als je er mee akkoord gaat dan zal de vertrouwde pedagogisch medewerker van de ‘eigen’ groep ervoor zorgen dat de benodigde informatie over jouw kind bij de andere groep bekend is. Voorwaarden voor incidentele opvang staan op de achterkant van het aanvraagformulier en op onze website. Nationale feestdagen Op de website staan de feestdagen waarop het kinderdagverblijf gesloten is en de vakanties dat de peutergroep gesloten is. Inventarisatie aanwezige kinderen tijdens vakantieperiodes Ook tijdens vakantieperiodes is je kind van harte welkom. Voorafgaand aan zo’n periode inventariseert het kinderdagverblijf of je kind aanwezig is of niet. De ervaring leert namelijk dat tijdens de zomer- en Kerstvakantie vaak minder kinderen aanwezig zijn. Voor deze inventarisatie krijg je ruim van tevoren van ons een brief met het verzoek om aan te geven wanneer je kind er wel en niet zal zijn en de brief weer aan ons retour te geven. Na deze opgave gaan we ervan uit dat je kind dan ook daadwerkelijk komt. Wijzigingen die pas bekend zijn na het invullen van de inventarisatie horen we graag zo snel mogelijk. Heb je buiten je vastgelegde overeenkomst extra opvang nodig tijdens de vakantieperiode, dan kun je incidentele opvang aanvragen. De informatie over welke kinderen wanneer aanwezig zijn hebben wij nodig om: – te zorgen voor een optimale personele bezetting volgens de wettelijke eisen en soms is het gewenst om groepen samen te voegen; – een vakantierooster te maken voor de pedagogisch medewerkers, inclusief de inzet van (vaste) invalkrachten.
Uitbreiding, wijziging, vermindering van dagdelen of opzegging Mocht je de dag(del)en waarop je kind gebruik maakt van de opvang willen uitbreiden, wijzigen/verminderen of de plaats helemaal opzeggen dan kan je dit op verschillende manieren doen: – Door een ‘Aanvraag mutaties’ in te vullen en deze opsturen naar het adres dat onder aan het formulier staat. Dit formulier is beschikbaar bij alle locaties en je kunt het desgewenst zelf downloaden en printen via ‘downloads’ op de website. – Door op de website de button ‘geef een wijziging door’ aan te klikken en daar het formulier in te vullen en online te versturen. Als je het aantal dag(del)en wilt verminderen of de hele plaats op wilt zeggen, houdt dan rekening met de opzegtermijn van één maand.
Overgang van kinderdagverblijf naar buitenschoolse opvang Vanaf drie jaar kun je je kind inschrijven voor de buitenschoolse opvang. Je krijgt rond de derde verjaardag van je kind een informatiepakket thuisgestuurd over de buitenschoolse
29
opvang met daarbij een inschrijfformulier. Je kunt je kind ook al vóór het derde levensjaar inschrijven maar hij/zij komt daarmee niet eerder op de wachtlijst.
Automatisch einde van de opvang of verlenging van de plaats De opvang van je kind stopt automatisch één dag voor de vierde verjaardag. Wil je hiervan afwijken, bijvoorbeeld omdat je kind nog niet direct naar de basisschool kan, dan vraag je via e-mail een ‘verlenging van de plaats’ aan. Als je de aanvraag zes maanden vóór de vierde verjaardag van je kind bij de afdeling Klantrelaties indient dan ben je zeker van de verlenging. Doe je dit later dan kunnen we de verlenging niet garanderen. Klachten en klantsignalen Als je klachten hebt of niet tevreden bent over bepaalde zaken, dan vinden wij het prettig als je dit aankaart bij één van de pedagogisch medewerkers of de pedagogisch medewerker met wie je een probleem hebt. Lost dit je klacht of probleem niet op dan kun je bij de clustermanager terecht. Kan ook de clustermanager niets voor je doen, dan kun je je klacht schriftelijk neerleggen bij het management. Ook bestaat de mogelijkheid een onafhankelijke externe klachtencommissie te raadplegen. Jouw klacht behandelen we volgens een vastgesteld reglement dat is beschreven in de folder ‘Een klacht is voor ons een kans’. Deze folder ligt bij elke locatie en is te lezen op onze website. Natuurlijk hopen wij dat we bij klachten of problemen via een gesprek er samen met je uit kunnen komen. Complimenten, wensen en kritiek We verzamelen actief alle signalen die ouders geven over verschillende onderwerpen. Deze signalen bespreken we zowel in het teamoverleg als in het managementoverleg. Daar waar nodig en mogelijk, op basis van deze klantsignalen, verbeteren we onze dienstverlening in de breedste zin van het woord. Signalen van ouders, zowel kritiek als complimenten, gaan zo niet verloren. Op onze website staat een formulier waar je je wens, compliment of kritiek kunt melden. Omgaan met privacygevoelige informatie De Wet bescherming persoonsgegevens schrijft voor hoe wij moeten omgaan met privacygevoelige informatie. Dat betekent onder andere dat we bij het kinderdagverblijf informatie over kinderen en ouders in een afgesloten kast bewaren. Kwaliteit We zijn voortdurend bezig met de kwaliteit van onze dienstverlening. Onze visie op kwaliteit is het kennen van de verwachtingen van de klant, er naar handelen en nog wenselijker, deze verwachtingen overtreffen. Om te blijven zorgen voor een goede kwaliteit, hebben we een continusysteem van meten en verbeteren. Kwaliteit is onze basis: kwaliteit van de opvang, van ons personeel en de locaties. Al onze locaties hebben een vergunning; deze krijg je als je voldoet aan de landelijke en gemeentelijke kwaliteitseisen. Bovendien zijn alle locaties geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP).
30