Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
—jaarverslag 2013—
— JAARVERSLAG 2013 —
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
3 Voorwoord 4 Intern beleid 4 Fusie met Fedafin 4 Geregelde bijscholing 5 Jaarlijks congres 6 Communicatie en informatie 6 Wat communiceerde BZB in 2013? 7 Langs welke kanalen communiceerde BZB in 2013? 7 Optimalisatie communicatie topprioriteit 2014 7 Nieuw pc 7 Ledenvoordelen 7 Denkgroep 7 Episodic 8 Actieplan 2014 8 Secretariaat 9 Algemene belangenverdediging 9 Nationaal lobbywerk 9 Twin Peaks II 9 Lobbywerk Europa 10 FSMA 10 Examenreglement verzekeringen 10 Werkgroepen Twin Peaks II 10 Overleg met andere beroepsverenigingen in de sector 10 Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO 10 PC 307 11 Relatie agent-principaal 11 Paritaire overlegorganen 11 Agentenvergaderingen 11 Belangenverdediging tegenover de principaal 11 ARGENTA 12 AXA 12 BEOBANK 12 BKCP 13 BNP PARIBAS FORTIS 13 CRELAN 13 DELTA LLOYD BANK 13 ING BELGIE 14 VERZEKERINGSMAKELAAR 14 Informatie aan agenten 15 Organisatie BZB 15 Dagelijks bestuur 15 Secretariaat 15 RAAD VAN BESTUUR 16 Bijlagen
—2—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Voorwoord In 2013 onderging de financiële sector een verregaande transformatie. Die is al enkele jaren aan de gang, maar zet zich nu in een versneld tempo voort. Eerst en vooral heeft België niet gewacht op Europa om aan de financiële tussenpersoon strengere regels op te leggen, beter bekend als Twin Peaks II. Mede dankzij het actieve lobbywerk van BZB, werd de datum van uitvoering verplaatst naar 30 april 2014. Dat geeft de sector toch iets meer tijd om zich voor te bereiden. Geen overbodige luxe wanneer je ziet dat deze een enorme impact hebben op de activiteit van de financiële tussenpersoon. Ook banken ontspringen de dans niet. Als gevolg van Basel III en de nieuwe bankenwet worden hun marges kleiner, wat zich onvermijdelijk zal vertalen in besparingen. Lagere commissies en een inkrimping van het kantorennet lijken onafwendbaar. Dit alles wordt nog versterkt door de sterke opmars van digitaal bankieren. Deze trends - regulering, kostendruk en digitalisering - zullen de financiële sector de komende jaren nog fors wijzigen. BZB onderzocht hoe de continuïteit van het statuut van de zelfstandige financiële tussenpersoon verzekerd kan worden en zal deze activiteit in 2014 verderzetten. Niet alleen de zelfstandige tussenpersoon en de kredietinstellingen zullen hun businessmodel moeten aanpassen. Als beroepsvereniging moet ook BZB zich herpositioneren en haar werking afstemmen op een gewijzigd financieel landschap met minder, maar grotere kantoren. Daar zijn we in 2013 al volop mee begonnen. Zo hebben we een werkgroep opgericht om de financiering van BZB te herbekijken. Ook zijn we gestart met voorbereidende onderhandelingen om het pakket ledenvoordelen aanzienlijk uit te breiden. Verder hebben we het startsein gegeven van een digitalisering van onze werking en de optimalisatie van onze communicatie. Zo zal het ledenbeheer in 2014 voornamelijk verlopen via een CMS-systeem en zal een nieuwe website gelanceerd worden. Ten slotte onderhandelt BZB over de oprichting van een nieuw paritair comité specifiek voor de werknemers van de zelfstandige bankagent, aangezien deze nu vallen onder PC 218 die geen rekening houden met de specifieke noden van de sector. Kortom, BZB werkt aan een duurzame toekomst om ook die van haar leden te kunnen verzekeren.
—3—
Dhr Daniël Nicolaes, Voorzitter
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Intern beleid in 2013 vierde BZB haar vijftienjarige bestaan. Van een groepje agenten met lef is BZB uitgegroeid tot een professionele vereniging met een stabiele basis. Eind 2013 telde BZB 1340 leden. Ondanks het dalende aantal financiële tussenpersonen door de moeilijke financieel-economische situatie, is het ledenaantal van BZB dus min of meer stabiel gebleven. Onze leden zijn doorgaans tegelijkertijd werkzaam als bankagent en verzekeringstussenpersoon. Ten slotte zijn ook een aantal bankmakelaars en beursagenten lid van BZB.
Fusie met Fedafin De laatste jaren werd de samenwerking met Fedafin steeds meer geïntensifieerd, zowel met betrekking tot het antwoorden op consultaties als met betrekking tot algemene belangenverdediging. In het voorjaar van 2014 zal deze samenwerking permanent vorm krijgen door een fusie met Fedafin. BZB zal in 2014 dus niet langer enkel de belangen van de Nederlandstalige zelfstandige financiële tussenpersoon, maar ook van hun collega's in Franstalig België. Om de fusie vlot te laten verlopen, zal de ledenadministratie het eerste jaar nog waargenomen worden door UCM. Dankzij de fusie zal BZB haar taak als belangenverdediger nog efficiënter kunnen waarnemen, zodat de zelfstandige financiële tussenpersoon zijn grootste troef – zijn zelfstandig statuut – ondanks de grote uitdagingen waarmee hij in toenemende mate geconfronteerd wordt, zal kunnen behouden. Of de nieuwe samenwerking ook zal leiden tot een nieuwe naam, wordt nog onderzocht.
Geregelde bijscholing In 2013 heeft BZB naast het congres vier opleidingen georganiseerd, twee in het voorjaar en twee in het najaar. Als erkend opleidingsverstrekker heeft BZB drie daarvan zelf georganiseerd. De vierde gaf BZB in samenwerking met Febelfin Academy. Alle opleidingen konden exclusief door BZB-leden gevolgd worden. Een overzicht:
^^ 18 april: privacybescherming toegepast op de praktijk van de financiële tussenpersoon Type: Seminarie halve dag Lesgevers: Dieter Verhaeghe en Peter Van den Eynde, juridische adviseurs bij de Privacycommissie Inhoud: Algemene beginselen van de Belgische privacywet, bewakingscamera’s in het bank- of verzekeringskantoor en specifieke thema’s rond privacywetgeving en zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars Plaats: Best Western Hotel “Gulden Anker” in Mechelen Punten geregelde bijscholing: 2 punten bank, 2 punten verzekeringen Aantal inschrijvingen: 42
^^ 19 juni: waarheen met de banken in het nieuwe regelgevende kader? Type: Dagseminarie Lesgever: Freddy Van den Spiegel, economisch adviseur bij BNP Paribas Fortis Inhoud: De oorsprong/gevolgen van de financiële crisis, het nieuwe regelgevende kader en een blik op de toekomst van de financiële crisis Plaats: Febelfin Academy, Brussel Punten geregelde bijscholing: 6 punten bank Aantal inschrijvingen: 31
Geen opmerkingen, zeer interessant seminarie! Dank u wel aan BZB
Ik vond het seminarie over de hele lijn uitstekend!
—4—
De voordracht was ronduit schitterend.
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
^^ 14 november: Bank- en/of verzekeringsagent? Al uw vragen beantwoord op 14 november Type: Seminarie halve dag Lesgevers: Marc De Boel, Filip Willems en Iris Exelmans Inhoud: Diverse topics inzake handelsovereenkomst, compliance, ombudsdienst en FSMA Plaats: De Montil, Affligem Aantal inschrijvingen: 82 ^^ 27 november: Bank- en/of verzekeringsagent? Al uw vragen beantwoord op 14 november Type: Lunchcauserie Lesgevers: Geert De Neef Inhoud: Ernstige fiscale fraude: rol van de financiële tussenpersoon Plaats: Holiday Inn Expo, Gent Aantal inschrijvingen: 40 Naast deze opleidingen heeft BZB ook een infosessie gegeven speciaal voor de agenten van Argenta naar aanleiding van de vele vragen over de nieuwe handelsagentuurovereenkomst. Deze is net zoals in het verleden een effectieve manier gebleken om leden te informeren, ondersteunen en adviseren. Ten slotte hebben BZB-leden ook korting gekregen op diverse opleidingen van externe partners, zoals bijvoorbeeld Lieven Van Belleghem en Global Financial Planning.
Jaarlijks congres De tiende en tegelijkertijd jubileumeditie van het BZB-congres – BZB bestaat 15 jaar – was een schot in de roos. Getuige daarvan zijn de vele positieve reacties van leden, sponsors en andere aanwezigen. Zowel het thema "Vernieuwing in de financiële sector" als de gevolgen die deze met zich meebrengt voor de financiële tussenpersoon hebben opnieuw voor een recordaantal inschrijvingen gezorgd. Maar liefst meer dan 830 professionals uit de financiële sector schreven zich in voor dit event in het Kinepolis Event Center in Antwerpen.
—5—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Het congres was grotendeels gewijd aan Twin Peaks II. In zijn voorwoord gaf voorzitter Daniel Nicolaes een aantal punten aan die – gezien de grote impact op de activiteit van de financiële tussenpersoon – volgens BZB onaanvaardbaar zijn. Vervolgens gaf hij een overzicht van de stappen die BZB in dit kader zal ondernemen. Tom Van Dyck ging dieper in op de gevolgen die de wet met zich meebrengt voor de financiële tussenpersoon, gaande van regels met een kleine tot een grote impact. Hij gaf de aanwezigen ook een aantal concrete tips om aan de nieuwe regels te voldoen. Wouter De Ploey en Erwin Daems gaven op hun beurt een boeiende uiteenzetting over de drie trends die de financiële distributie onder druk zetten: regulering, kostendruk en digitalisering. Ook zij gaven een aantal concrete tips om met deze trends om te gaan en als financieel tussenpersoon staande te houden in deze wereld vol verandering. Karel Lannoo had het op zijn beurt over de wetgeving vanuit Europa. Koen van den Brandt, grow how coach bij Atlas, sloot het congres net als vorig jaar af met een ontspannende uiteenzetting met toch interessante tips voor de bedrijfsleider. De uitgebreide receptie en de filmvoorstelling Worlds Away 3D voor de liefhebbers vormden een perfecte afsluiter van een meer dan geslaagd congres.
Het congres werd opnieuw volledig intern georganiseerd. Ook in 2014 zal BZB de organisatie volledig op zich nemen. Onder het motto "Alles kan beter", streven we ernaar om nog efficiënter te werk te gaan, nog meer sponsors en aanwezigen te aan te trekken en nog meer relevante informatie te laten overbrengen door boeiende en inspirerende sprekers.
Communicatie en informatie Wat communiceerde BZB in 2013? ^^ Externe stakeholders Pers: persberichten Febelfin, FSMA, politici, andere beroepsverenigingen: in het kader van lobbywerk en algemene belangenverdediging
^^ Interne en externe stakeholders
Actueel sectornieuws (overheidsmaatregelen met betrekking tot de sector, consultatienota's, etc.) Verslag activiteiten en standpunten van BZB Relevante informatie voor de financiële tussenpersoon
^^ Interne
Actueel sectornieuws (overheidsmaatregelen met betrekking tot de sector, consultatienota’s, etc.) Verslag activiteiten en standpunten van BZB Relevante informatie voor de BZB-leden of een groep agenten van een bepaalde bank Juridisch advies en informatie in het kader van individuele belangenverdediging
—6—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Langs welke kanalen communiceerde BZB in 2013? BZB gebruikt diverse kanalen om haar leden te informeren, ingezet in functie van de doelgroep.
^^ Interne en externe stakeholders: nieuwsbrief, website, congres, LinkedIn, telefoon, e-mail, informeel, etc.
^^ Interne stakeholders: nieuwsbrief, website, congres, LinkedIn, telefoon, e-mail, webmail, extranet, opleidingen, telefoon, informeel, etc.
Optimalisatie communicatie topprioriteit 2014 In 2014 zal BZB werken aan een optimalisatie van haar communicatie, zowel naar de interne als de externe stakeholders. Eenvoud, snelheid en efficiëntie komen hier op de eerste plaats. Eenvoud moet leiden tot een duidelijke communicatie en een beter begrip. Snelheid betekent op zijn beurt dat we ons zullen inzetten om de boodschap zo snel mogelijk bij de juiste doelgroep te krijgen. Efficiëntie ten slotte impliceert dat we in 2014 extra aandacht zullen besteden aan de selectie van de juiste kanalen, namelijk deze die het beste aangepast zijn aan de doelgroep. De optimalisatie van de externe en interne communicatie vormt een topprioriteit. Concreet zal BZB in 2014 een nieuwe online strategie opzetten en implementeren. In 2013 werd al het startschot gegeven voor de ontwikkeling van een nieuwe website. Deze zal niet alleen een fris nieuw design hebben, maar zal in tegenstelling tot de huidige website regelmatig geüpdatet worden. De bedoeling is dat leden er voor allerlei informatie terecht kunnen. Bovendien zullen leden hun lidgeld via de nieuwe website kunnen betalen, alsook hun inschrijvingsgeld voor opleidingen en het congres.
Nieuw pc In 2013 is BZB gestart met de onderhandelingen over de oprichting van een nieuw paritair comité voor de werknemers van de zelfstandige bankagent. Deze vallen nu nog onder pc 218, dat geen rekening houdt met de specifieke noden van de sector. De onderhandelingen zijn intussen afgesloten. De voorstellen dienen enkel nog getekend te worden . In het nieuwe PC zal er geen syndicale afvaardiging zijn, maar een paritair samengestelde bemiddelingscommissie die de conflicten en vragen zal opvolgen. Er is ondertussen al een akkoord over de arbeidsduur, indexering en bank holidays, eindejaarspremie, vervoerskosten en de classificatie van de functies.
Ledenvoordelen In 2013 is BZB gestart met onderhandelingen om de leden meer voordelen aan te bieden. Hoewel BZB-leden geen lid worden voor de voordelen, wil BZB zich inzetten om ze een zo groot mogelijke return te bezorgen.
Denkgroep BZB heeft een denkgroep opgericht om een antwoord te formuleren op de vele uitdagingen waar de sector vandaag mee geconfronteerd wordt. De financiële crisis, nieuwe distributiekanalen, het internet, mobiele apps en nieuwe spelers zetten het beroep van zelfstandig financieel tussenpersoon onder druk. Blijft een systeem waarbij de tussenpersoon verloond wordt op productie wel haalbaar? Welke troeven kunnen ingezet worden om zich tegen de gevolgen van deze ontwikkelingen te verzetten? Op deze en andere vragen tracht BZB een antwoord te formuleren. Daarom heeft ze een denkgroep opgericht rond een nieuw verdienmodel. Deze denkoefening wordt in 2014 verder gezet.
Episodic in 2013 heeft BZB haar medewerking verleend aan een project rond integriteit in de financiële sector. Het project is een samenwerking tussen Nexus Integrity Consulting en Katholieke Universiteit Leuven en heeft als doel te onderzoeken hoe het vertrouwen in de financiële sector kan worden versterkt. In een finale fase moet uit het
—7—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
project een instrument voortvloeien waar zowel de tussenpersoon als de hoofdzetels mee aan de slag kunnen om dit doel te bereiken. Concreet moet het een instrument zijn waarmee tussenpersonen bezorgdheden kunnen communiceren aan de hoofdzetel, verbeterpunten kan aanleveren voor integriteitsmanagement in de sector, controle en regels kan helpen terugdringen en professioneel vertrouwen en ondersteuning kan stimuleren. BZB heeft haar input gegeven op diverse manieren. Eerst en vooral hebben de leden van het dagelijks bestuur en Carine Vansteenbrugge hun actieve medewerking verleend in persoonlijke interviews met de projectleiders. In tweede instantie heeft BZB een aantal leden geëngageerd om aan focusgroepen deel te nemen, waarin vrijuit kon gesproken worden over die momenten, waarop integriteit in de financiële sector wel eens onder druk komt te staan. Aan de hand van de input die de deelnemers aan de focusgroepen gegeven hebben, werd een online vragenlijst opgesteld. In 2014 zal BZB haar leden vragen om de online vragenlijst in te vullen om nog meer informatie te verzamelen, dat uiteindelijk tot de ontwikkeling van een instrument moet leiden.
Actieplan 2014 Onder het motto "actief in het verleden, actiever in de toekomst zal BZB in 2014 verder werken aan een verdere professionalisering van de eigen werking. De kernactiviteit van BZB blijft het verstrekken van onafhankelijk advies, informatie en opleidingen, evenals het verdedigen van de algemene en individuele belangen van de zelfstandige financiële tussenpersoon. In 2014 staat ook de integratie van Fedafin op het programma, waardoor BZB het niet langer enkel zal opnemen voor de tussenpersoon in Nederlandstalig België, maar ook van zijn Franstalige collega's. Verder zal BZB haar lobbywerk in het kader van Twin Peaks II actief verderzetten in 2014. Daarnaast blijft ze ook andere nationale en Europese regelgeving nauwlettend in het oog houden. Ten slotte zal BZB het pakket ledenvoordelen aanzienlijk uitbreiden in 2014 en staan het optimaliseren van de interne en externe communicatie en interactiviteit met haar leden hoog op de agenda.
Secretariaat Begin 2013 nam Annelien Liessens de functie van Communicatie- en opleidingsverantwoordelijke over van Ankie D’Hollander. Sinds november 2013 is ook Els Van Beneden niet langer in dienst van BZB. De functie van administratief medewerker zal in de loop van 2014 door Koen De Gelder ingenomen worden.
—8—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Algemene belangenverdediging Algemene belangenverdediging is een van de belangrijkste taken van BZB. Zowel op nationaal als op Europees vlak heeft BZB gelobbyd om de stem van de zelfstandige financiële tussenpersoon te laten horen in het politieke debat.
Nationaal lobbywerk Twin Peaks II In het voorjaar van 2013 kreeg BZB inzage in het wetsontwerp Twin Peaks II. Daarin stonden een aantal zaken waarmee BZB zich niet kon verzoenen omwille van de negatieve gevolgen die deze nieuwe wet zou hebben voor de zelfstandige financiële tussenpersoon. BZB heeft dan ook actief gelobbyd om de pijnpunten eruit te halen. Ze bundelde haar opmerkingen in een standpunt en stelde een hele reeks amendementen op. Beide werden aan alle Nederlands- en Franstalige fractievoorzitters bezorgd. Desondanks vond BZB weinig gehoor en werd de wet in de zomer van 2013 ongewijzigd goedgekeurd in het parlement. BZB betreurt dit, aangezien deze een enorm grote impact heeft op het beroep van financiële tussenpersoon. BZB had niet alleen ernstige bemerkingen bij de wet zelf, maar ook bij de wijze waarop die uitgevoerd moet worden. Zo was de datum waarop de verzekeringstussenpersonen aan de nieuwe gedragsregels moesten voldoen, in de uitvoerende KB’s voorzien voor 1 januari 2014. BZB was een van de weinige beroepsverenigingen die dit probleem aangekaart heeft, zowel bij politici als de pers. En met succes. Dankzij deze inspanningen werd de datum waarop de datum verschoven naar 30 april 2014. Dit geeft de tussenpersoon iets meer de tijd om aan de nieuwe regels te voldoen. BZB zal haar leden hierbij helpen aan de hand van roadshows en opleidingen.
Lobbywerk Europa In augustus 2013 lanceerde EIOPA een raadplegingsdocument over een voorstel voor richtlijnen inzake de afhandeling van klachten door verzekeringstussenpersonen. BZB heeft haar opmerkingen op dit voorstel overgemaakt. In november 2013 besliste de Commissie economische en monetaire zaken (ECON) om een aantal bijkomende vereisten toe te voegen aan de maatregelen die in het kader van de regelgeving over het zogenaamd key Information document (KID) over beleggingsproducten in het leven geroepen zijn om de belegger te beschermen. Als lid van FECIF, deelde BZB een aantal bekommernissen in dit dossier, waaronder het openbaar maken van vergoedingen en kosten waardoor het totale bedrag dat een financiële adviseur kan aanrekenen voor advies beperkt wordt. Daarnaast oordeelde FECIF dat het verslag van ECON niet consistent is met de MiFID II en IMDIIvoorstellen, aangezien het tegenstrijdig is met de vereisten inzake transparantie. Ten slotte zou het een ongelijk speelveld creëren door het verkoopspersoneel in loondienst bij banken eenzijdig te bevoordelen ten opzichte van de agenten gebonden aan verzekeringsmaatschappijen en oordeelt FECIF dat het maken van verschillende delen van de totale informatie klanten zal verwarren en dat het tegen de doelstellingen van duidelijkheid en vergelijkbaarheid indruist. FECIF bundelde al deze bezorgdheden in een standpunt dat BZB aan alle Belgische Europarlementsleden heeft bezorgd.
—9—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
FSMA Examenreglement verzekeringen In december 2013 heeft BZB samen met de andere actoren in de verzekeringssector haar opmerkingen overgemaakt aan de FSMA op het examenreglement voor verzekeringen. Mede hierdoor werd de oorspronkelijke tekst gewijzigd. De belangrijkste wijzigingen hebben betrekking op de de schrapping van het verbod op de hernieuwing van mandaten, de invoeging van een artikel over het beroepsgeheim, de afschaffing van de regel dat de voor iedereen verplichte examens eerst moeten worden afgelegd en de oprichting - per verzekeringstak of per materie - van één gezamenlijke werkgroep voor de twee erkenningscommissies.
Werkgroepen Twin Peaks II Eind 2013 werd BZB betrokken bij de werkgroepen georganiseerd door de FSMA in het kader van de uitbreiding van MiFID naar de verzekeringssector. Concreet werd van de sector input gevraagd over een aantal thema's: definities, distributiemodel en aansprakelijkheidsregels, informatieverplichtingen, cliëntendossier en rapportering aan de cliënt, belangenconflicten en inducements, zorgplicht, gegevensbewaring, opleidingen en afspraken over sensibiliseringscampagnes in 2014. BZB neemt hier actief aan deel en zal dit in 2014 blijven doen.
Overleg met andere beroepsverenigingen in de sector BZB onderhoudt nauw contact met andere beroepsverenigingen in de bank- en verzekeringssector. Er wordt zowel formeel als informeel regelmatig overlegd. De besprekingen met betrekking tot de uitvoering van de wet Twin Peaks II hebben die contacten geïntensifieerd. De samenwerking met Fedafin zal in 2014 nog meer opgevoerd worden.
Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO BZB maakt deel uit van de sectorcommissie “ Andere vrije en intellectuele beroepen” van de HRMZ. Albert Verlinden en Urbain Deeren vertegenwoordigen BZB in deze commissie. In 2013 werd onder andere advies gegeven over het voorontwerp Twin Peaks II en over crowdfunding. BZB heeft op die thema’s die van belang zijn voor de leden een actieve inbreng.
PC 307 Sinds 2012 maakt BZB geen deel meer uit van PC 307. BZB heeft haar aanvraag ingediend om als werkgeversorganisatie vertegenwoordigd te zijn in dat PC, maar dit werd geweigerd door de Federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg. Directeur-Generaal Guy Cox argumenteerde dat er al een werkgeversorganisatie actief was in het Vlaamse en Brusselse Gewest en dat, indien twee werkgeversorganisaties dezelfde sector vertegenwoordigen, de meest representatieve wordt aangeduid.
— 10 —
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Relatie agent-principaal Paritaire overlegorganen In 2013 werden bij heel wat kredietinstellingen verkiezingen gehouden voor het paritair overlegorgaan. BZB wordt voortdurend bevraagd door leden van de paritaire overlegorganen. We stellen daarbij vast dat het multichannelverhaal het vaakst voor discussie zorgt, aangezien dit in vele gevallen tot een verlaging van de commissies leidt voor de zelfstandige agent. BZB geeft nooit advies met betrekking tot de hoogte van de commissies, maar geeft enkel juridische informatie over wat wel en niet kan. Ook geven we soms tactisch advies vanuit de ervaring bij andere paritair overlegorganen. BZB heeft verder een PowerPointpresentatie uitgewerkt over het doel, de werking en de knelpunten met betrekking tot de werking van het paritair overlegorgaan. Deze heeft ze al voor verschillende vriendenkringen gebracht. Om een goede werking van het paritair overlegorgaan te garanderen is het immers van belang dat de agentenvertegenwoordigers en de agenten zelf weten waar zij en de principaal zich moeten aan houden om de rechten die de regelgeving geeft optimaal te benutten. Een nieuwe verontrustende trend is dat een aantal banken de agentenvertegenwoordigers een geheimhoudingsovereenkomst laten ondertekenen onder het mom dat de bank vertrouwelijke informatie aan de agentenvertegenwoordigers verstrekt die zij onder geen beding mogen verspreiden. Dit betekent dat de agenten vaak maandenlang verstoken blijven van enig relaas van de besprekingen in het paritair overlegorgaan. BZB heeft de agentenvertegenwoordigers en de banken er meermaals op gewezen dat deze gang van zaken niet strookt met de bepalingen in het KB of meer algemeen met de principes van lastgeving. Ten slotte heeft ze benadrukt dat de agentenvertegenwoordigers hier hun verantwoordelijkheid dienen op te nemen.
Agentenvergaderingen In 2013 kreeg BZB veel vragen van Argenta-agenten over de nieuwe handelsagentuurovereenkomst. De bank wilde tegen eind mei duidelijkheid inzake het al dan niet ondertekenen van dit document. Om de talrijke vragen op te vangen en haar leden te informeren organiseerde BZB exclusief voor haar leden een gratis infovergadering. Met maar liefst 51 inschrijvingen was dit een groot succes. Meester De Boel antwoordde op de vele vragen en gaf toelichting bij de aanpassingen of verduidelijkingen die in het agentschapscontract waren aangebracht op aansturen van BZB. Ook wordt BZB soms gevraagd om aanwezig te zijn en eventueel een korte presentatie te geven op ledenvergaderingen van vriendenkringen.
Belangenverdediging tegenover de principaal ARGENTA De onderhandelingen over de nieuwe handelsagentuurovereenkomst werden in 2013 verder gezet. Na de agentenvergadering die BZB daarover organiseerde, nam ze op vraag van de agenten het initiatief om de resterende opmerkingen bij de agentuurovereenkomst aan Argenta over te maken. Argenta antwoordde op dit schrijven en stemde in met de vraag voor overleg. In juni zaten de beide partijen samen. Tijdens dit overleg bevestigde de bank hoe bepaalde artikels, waarover nog discussie was, moesten worden geïnterpreteerd. De discussie met betrekking tot het werkgebied van het kantoor wordt op individuele basis aangepakt. De bank wou op een aantal punten geen toegiften doen. Argenta maakte duidelijk dat agenten die het nieuwe contract niet ondertekenen, tegen het vestigingsbeleid zullen worden gehouden.
— 11 —
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
AXA Op 15 mei 2013 had BZB een overleg met AXA over de afbouw van de dienstverlening. Daarin stond het feit dat de bank het gebruik van pasmunt niet noodzakelijk achtte centraal. Heel wat agenten hadden het immers moeilijk met deze beslissing. Deze dienstverlening zou enkel nog mogelijk zijn als de agenten ervoor zouden betalen en op voorwaarde dat voldoende agenten dit zouden doen. BZB raadde haar leden die zich hier niet in konden vinden aan om te protesteren en voorbehoud te maken bij eventuele schade die ze als gevolg van die verminderde dienstverlening opgelopen hebben. Op vraag van BZB vond een overleg plaats met AXA om de plaats van de zelfstandige agenten in de toekomst van de bank te bespreken. Uiteindelijk heeft de bank rekening gehouden met de feedback van de agenten en BZB en heeft ze besloten om de dienstverlening zonder abonnementskosten voor de agenten te behouden. De bank zal wel kosten aanrekenen voor de waardetransporten. BZB is tevreden dat de bank de reacties van de agenten ter harte heeft genomen en haar beslissing om abonnementskosten aan te rekenen voor het gebruik van pasmunt heeft teruggedraaid. BZB zal in 2014 opnieuw overleg plegen in het kader van een aantal bijkomende besparingen die de bank zou doorvoeren.
BEOBANK In juni 2013 zat BZB samen met BEOBANK in het kader van de naamsverandering en imagocampagne. Bedoeling was om te polsen naar de visie op de toekomstige samenwerking met zelfstandige agenten. Beobank gaat terug voor een groeiverhaal. De bank is ook op zoek naar bijkomende agenten. Er wordt sterk geïnvesteerd in marketing en in het positioneren van Beobank als nieuwe bank. Er heerst ook een andere cultuur binnen de bank. ze gaat voor totaalklanten en wil ook het multichannel verhaal uitbouwen. Met de agenten werd begin dit jaar een akkoord gesloten over de commissies. De bank heeft daar inspanningen geleverd om tegemoet te komen aan de bezorgdheden van de agenten. BZB ontving ook geen negatieve reacties op het akkoord. Nu zijn gesprekken aan de gang met agenten over hoe de bank het multichannelverhaal best aanpakt. BZB stelt dat het multichannelverhaal een enorme opportuniteit kan zijn voor de agenten indien het goed georganiseerd wordt. Belangrijk daarbij is dat de agenten overtuigd moeten zijn van het verhaal en er baat bij moeten hebben. De bank kan immers niet verlangen dat agenten service verlenen aan remote klanten, indien zij daar op geen enkele manier voor vergoed worden. De mogelijkheid om cross selling te doen op die klanten is niet voldoende. Tenslotte kwam de relatie tot BKCP nog even ter sprake. De bank bevestigde dat er zeker geen plannen zijn plannen om de twee netwerken te integreren of samen te voegen. De banken worden apart aangestuurd en hebben ook een ander publiek.
BKCP In maart 2013 zat BZB samen met BKCP naar aanleiding van de uitwinningsvergoeding die de bank aan haar opgezegde agenten betaalde. Ondanks de belofte van de bank om de agenten een correcte uitwinningsvergoeding te betalen, bleek dat de bank hen op korte termijn slechts een vergoeding van zes maanden wilde uitbetalen. Indien na één jaar blijkt dat de uitbreiding van zaken of aanbreng van klanten op duurzame wijze de bank aanzienlijke voordelen oplevert, zou de bank naar eigen zeggen een aanvullende uitwinningsvergoeding uitbetalen. BZB benadrukte dat dit geen correcte vergoeding is. Desondanks toonde de bank zich niet bereid om hierop toe te geven. Omdat procederen ook geld kost en de bedragen beperkt waren, besloten de agenten af te wachten welke vergoeding de bank uiteindelijk zou uitbetalen. Eind 2013 bleek dat de bank in geen geval de volle 12 maanden wilde uitbetalen en dat in veel gevallen de bank maar weinig meer dan de reeds uitbetaalde zes maanden uitwinningsvergoeding wilde toekennen. Agenten die daar niet tevreden mee zijn, kunnen de bank nog dagvaarden. Ze hebben daar evenwel niet veel tijd meer voor, aangezien de vordering één jaar na de stopzetting verjaart. Tijdens het overleg werden ook een aantal andere zaken aangekaart. Zo signaleerden verschillende agenten problemen met IT. Het nieuwe systeem zou een achteruitgang zijn voor hen en voor de klanten. De bank betwistte dat en stelde dat het probleem eerder ligt aan het gebrek aan kennis en ervaring met het nieuwe systeem. De agenten zouden bijstand krijgen voor hun IT-problemen. Tijdens het overleg benadrukte de bank zeker te willen blijven werken met zelfstandige agenten. De bank ging zelfs over tot het aanwerven van nieuwe agenten.
— 12 —
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
BNP PARIBAS FORTIS BNP Paribas kondigde in de loop van 2013 aan 150 kantoren te zullen sluiten. Een derde daarvan zouden zelfstandige bankagenten zijn. Op vraag van de vriendenkring stelde BZB een praktische fiche op voor agenten wiens overeenkomst stopgezet werd. Ook organiseerde BZB samen met de vriendenkring een infosessie waar advocaten De Boel en Willems een uiteenzetting gaven over de beëindigingsproblematiek. BZB heeft ook individueel advies gegeven aan de opgezegde agenten. Dat gebeurde via mail, telefonisch of ter plaatse in het kantoor van de betrokken agenten. Ook deden een aantal agenten een beroep op het juridische advies door de advocaten dat BZB haar leden twee keer per maand aanbiedt. De bank probeert zoveel mogelijk een akkoord te bekomen met betrekking tot de vergoedingen als gevolg van de opzeg. In dit kader hebben de agentenvertegenwoordigers onderhandeld om BNP Paribas Fortis te bewegen om een zo goed mogelijk voorstel voor de opgezegde agenten uit te werken.
CRELAN 2013 was een woelig jaar voor de ex-agenten van Landbouwkrediet en Centea. De fusie bracht heel wat problemen en frustraties met zich mee. In de loop van 2013 zat BZB herhaaldelijk samen met de directie van Crelan. Er was heel wat ongenoegen bij de agenten over de integratieproblemen. Maar verder was er ook ongerustheid over de greep die de bank op haar agenten wil krijgen. Zo eiste de bank exclusiviteit van de gevel op en stelde eisen aan de lichtreclame. Uiteraard kwam daar verzet tegen. Verder werden agenten onrustig over de samenwerking met Fidea en Delta Lloyd Life. Het makelaarschap van de agenten wordt gerespecteerd, maar omdat in het commissiebarema de productiecijfers ook meetellen, worden deze doorgegeven aan de bank. Toen bleek dat de bank ook inzage had in de portefeuille van de agent als verzekeringsmakelaar, protesteerde BZB hiertegen namens haar leden. Er kwam overleg met zowel Fidea als Delta Lloyd Life. Die laatste garandeerde dat enkel de globale productiecijfers zouden worden doorgegeven aan de bank. Wat Fidea betreft, hebben de relatiegelastigden van de bank wel toegang tot de volledige portefeuille van de agent/verzekeringsmakelaar. BZB heeft geponeerd dat de maatschappij hier in strijd handelt met de privacywetgeving. De ex-Centea-agenten als kredietmakelaar kunnen werken, kregen een bijakte exclusiviteit kredieten voorgeschoteld. BZB informeerde de agenten over de precieze inhoud van deze bijakte en adviseerde hen – gezien de grote impact van het document – goed de gevolgen in acht te nemen vooraleer te ondertekenen. Hoewel de ondertekening van deze exclusiviteit niet verplicht is, zullen de agenten die geen exclusiviteit wensen, daar wel de negatieve gevolgen van ondervinden in de commissionering. Verder bleef ook het protest door een deel van de ex-Landbouwkredietagenten met betrekking tot de facturatie voor de Cash & More bestaan. BZB bezorgde de agenten een model van protest zodat ook toekomstige facturen worden geprotesteerd. Ten slotte was er bij de agenten nogal wat commotie met betrekking tot de aankondiging van de bank van een commissiedaling op het nieuwe commisssiebarema dat pas vanaf 2014 in voege zou treden. BZB was aanwezig op een agentenvergadering om toelichting te geven bij de rechten en plichten van de agenten in dat verband.
DELTA LLOYD BANK In oktober 2013 verspreidde BZB een persbericht naar aanleiding van het feit dat Delta Lloyd Bank verkocht werd waarin BZB meedeelt dat ze hoopt dat de bank nu eindelijk de lopende claims met haar ex-agenten wil schikken. Dit bericht werd in diverse media opgepikt.
ING BELGIE In 2013 heeft BZB geen acties van algemene belangenverdediging ondernomen met betrekking tot ING België. Er werd wel advies gegeven aan individuele agenten in uiteenlopende dossiers. Feit is wel dat ook ING België afscheid heeft genomen van nogal wat zelfstandige agenten. De bank kondigde eind 2012 aan een 40-tal kantoren te zullen sluiten de komende 2 jaar. De ongerustheid bij de zelfstandige agenten neemt toe.
— 13 —
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
VERZEKERINGSMAKELAAR Wie een Business Account heeft bij Record Bank, ontving in de loop van 2013 de mededeling dat het beheer van deze rekening wordt overgedragen naar een Recordkantoor in de buurt. Op vraag van onze leden die het beheer liever niet bij een collega in de buurt zagen, nam BZB contact op met Record Bank. Record Bank heeft daarop laten weten dat wie niet akkoord gaat met deze wijziging van beheer, contact kon opnemen met de infodesk. Daar zal gekeken worden voor een passend alternatief die de bezwaren ondervangt.
Informatie aan agenten Als BZB vragen krijgt over een bepaald dossier bij een bank of een verzekeringsmaatschappij, probeert ze alle agenten van de betrokken instelling op de hoogte te houden van de vragen, de actie die BZB onderneemt en het antwoord van de instelling (cfr. supra). Daarnaast heeft BZB haar leden ook meermaals informatie gegeven die relevant is voor hun activiteit als financiële tussenpersoon. Zo heeft ze hen in een e-mail gewezen dat het aanvaarden van een volmacht voor het invullen van de belastingaangifte van klanten via taks on web een aantal potentiële gevaren inhoudt. Er kunnen zich namelijk een aantal problemen voordoen bij de aangifte van roerende inkomsten en buitenlandse levensverzekeringen. Hoe kunnen tussenpersonen immers weten dat hun klanten de juiste informatie verschaffen en wat als de klant achteraf stelt dat de tussenpersoon in kwestie de aangifte verkeerd heeft ingevuld? Om dergelijke scenario’s te voorkomen heeft BZB haar leden een modeldocument bezorgd om door de klant te laten invullen en ondertekenen. Zo verklaart die dat de info die hij geeft correct is en is de tussenpersoon beter ingedekt. Ook heeft BZB haar leden in 2013 in een e-mail nogmaals gewezen op het belang om de Nacebel-codes correct op te geven bij de Kruispuntbank. Indien die niet juist ingevuld zijn, riskeren ondernemingen immers een administratieve sanctie. Er zouden gevallen zijn waarin een bank er in geslaagd is om een vordering van een bankagent voor de rechtbank onontvankelijk te doen verklaren, omdat de tussenpersoon in de Kruispuntbank niet met de juiste Nacebel-codes is ingeschreven. De leden werden geïnformeerd hoe zij dit konden in orde brengen indien nodig.
— 14 —
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Organisatie BZB Dagelijks bestuur
Daniel Nicolaes Voorzitter
Alber Verlinden Ondervoorzitter
Marc Vael Penningmeester
Luc Colebunders Secretaris
Secretariaat
Carine Vansteenbrugge Administratief-juridisch directeur
Annelien Liessens Communicatie- en opleidingsverantwoordelijke
Tot midden november 2013 was Els Van Beneden administratief medewerker bij BZB.
RAAD VAN BESTUUR Bernard Busschaert Luc Colebunders Frank De Brouwer Tom De Ro Deeren Urbain Marc Guilmot Marc Lambrecht Regina Lenaers Daniel Nicolaes Jean-Marie Paquet Hugo Pint
Luc Spapen Didier Vanbossuyt Michel Vannijvel Marc Vael Denis Van Linthout Stefan Vanluydt Dirk Vancraeyenest Marc Van Oerle Guido Van Werde Bart Verduyn Albert Verlinden
— 15 —
— JAARVERSLAG 2013
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Bijlagen
— 16 —
—
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Bijlage 1 Ontwerp van wet I tot versterking van de bescherming van de afnemers van financiële producten en diensten alsook van de bevoegdheden van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten en houdende diverse bepalingen ( Twin Peaks II )
Ontwerp van wet I tot versterking van de bescherming van de afnemers van financiële producten en diensten alsook van de bevoegdheden van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten en houdende diverse bepalingen ( Twin Peaks II )
Standpunt
Beroepsvereniging van Zelfstandige Bank- en verzekeringsbemiddelaars Aalststraat 114, B0101 9700 Oudenaarde www.bzb.be
2
BZB is een wettig erkende beroepsvereniging die de belangen van de zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars behartigt. We tellen meer dan 1350 leden die als zelfstandige tussenpersonen zijn ingeschreven bij de FSMA als bankagent en/of verzekeringstussenpersoon. Vandaag vertegenwoordigt BZB de algemene belangen van meer dan 3.000 zelfstandigen actief in de bemiddeling van financiële diensten. Met zo’n 10.000 werknemers actief voor deze groep is BZB bijgevolg een belangrijke vertegenwoordiger in de financiële sector. We zijn de enige representatieve beroepsvereniging met een spreiding van de leden onder zowel grootbanken, de middenspelers, de kleinere spaarbanken als beursvennootschappen en enkele bankmakelaars. Ook de belangen als verzekeringstussenpersoon worden verdedigd. BZB ondersteunt zijn leden op heel wat manieren. Zo kunnen onze leden bij ons terecht met allerhande professionele vragen. Daarnaast bieden we heel wat actuele informatie aan, niet alleen met onze driemaandelijkse nieuwsbrief, maar ook in het kader van opleidingen, roadshows, infosessies en ons jaarlijks congres. Onze vormingen zijn overigens perfect afgestemd op de specifieke behoeften van onze leden. Op die manier wil BZB ervoor zorgen dat zijn leden voortdurend een doorgedreven professionaliteit aan de dag kunnen leggen. De Beroepsvereniging van Zelfstandige Bank- en Verzekeringsbemiddelaars heeft tot doel de belangen van de professionele Belgische zelfstandige bank- en verzekeringsagent te verdedigen. Wij richten ons tot de professionele, deontologisch handelende zelfstandige financiële tussenpersoon die persoonlijk advies en vertrouwen hoog in het vaandel draagt. Er wordt gestreefd naar het verenigen van zelfstandige financiële tussenpersonen die een toekomstige visie op hun beroep hebben en die gezamenlijke belangen gemeenschappelijk aanpakken. Indien u toelichting wenst, aarzel niet en neem contact op met Daniel Nicolaes, voorzitter,
[email protected], 057/4010 69 Carine Vansteenbrugge, Administratief en Juridisch Directeur,
[email protected], 055/30 59 89
____________________________
Beroepsvereniging van Zelfstandige Bank- en Verzekeringsbemiddelaars |wettig erkende beroepsvereniging |BE0466-737-571 Aalststraat 114 bus0101, 9700 Oudenaarde |+32 55 30 59 89|
[email protected] |www.bzb.be
3 BZB staat achter de hoofddoelstelling nl. een verbetering van de bescherming van de klant. BZB rekent erop dat het parlement de diverse actoren in de financiële sector, waaronder BZB zelf, wegens de belangrijke wijzigingen voor de sector en de verzwaring van de verantwoordelijkheid van de tussenpersonen eerst hoort vooraleer het wetsontwerp te bespreken. In het algemeen heeft BZB ook vooral moeite met de vele machtigingen aan de Koning. Belangrijke invulling wordt op die manier aan de democratische besluitvorming onttrokken.
1. Voorstellen tot verhoging van de efficiëntie van het toezicht. BZB mist hier de versterking van de voorafgaande controle van elk product zoals aangekondigd in het regeerakkoord. De FSMA zou wel de machtiging krijgen om de commercialisering van financiële producten aan niet-professionele cliënten te verbieden doch een voorafgaande controle van elk product vinden we niet terug. Nochtans is het van belang dat de emittent of degene die een product op de markt brengt, verantwoordelijk kan worden gesteld. De zelfstandige financiële tussenpersoon moet kunnen vertrouwen op de producten die worden verdeeld. Het is van het grootste belang dat de producten die voor de niet-professionele klant op de markt worden gebracht vooraf zijn gescreend of beoordeeld. De zelfstandige tussenpersoon kan onmogelijk de deugdelijkheid van de producten zelf gaan screenen. De focus moet volgens BZB liggen op zij die de beleggingsproducten commercialiseren. BZB heeft ook moeite met het invoeren van mystery shopping als bijkomende controlemogelijkheid voor de FSMA. Op zijn minst is BZB van oordeel dat mystery shopping geen aanleiding mag geven of de basis mag vormen voor het nemen van sancties door de FSMA. Niet alleen treedt de FSMA hier op als rechter en partij maar bovendien houdt een verslag van een mystery shopper met betrekking tot het naleven van gedragsregels onvermijdelijk een subjectieve beoordeling in. Mystery shopping kan enkel aanvaard worden met het oog op het uitstippelen van algemeen beleid door de FSMA. 2. Meer transversale coherentie in de regels ter bescherming van de afnemers van financiële diensten 2.1. Met betrekking tot de uitbreiding van de MiFID-gedragsregels naar verzekeraars en verzekeringstussenpersonen, benadrukt BZB dat daarbij rekening moet worden gehouden met de eigenheid van de activiteit In de wet van 2 juli 2012 werd de Koning reeds gemachtigd om de rekening houdend met de stand van de Europese wetgeving, de MiFID-gedragsregels uit te breiden naar de verzekeringsondernemingen en – bemiddelaars. BZB trekt de haalbaarheid wat betreft de meer specifieke gedragsregels om dit tegen 1 januari 2014 gerealiseerd te zien sterk in twijfel. Wetende hoeveel voorbereiding de invoering van de MiFID-gedragsregels bij de kredietinstellingen en beleggingsondernemingen heeft gevraagd, menen we dat 1 januari 2014 niet realistisch is. Temeer daar deze gedragsregels nog moeten worden aangepast aan de eigenheid van de sector en voor wat betreft de makelaars aan hun eigenheid. o Indien voor beide sectoren de specifieke gedragsregels van toepassing worden, is BZB vragende partij voor uniformiteit met betrekking tot de vragenlijsten met het oog op het opstellen van een beleggersprofiel. Voor de klant die vaak klant is bij Beroepsvereniging van Zelfstandige Bank- en Verzekeringsbemiddelaars |wettig erkende beroepsvereniging |BE0466-737-571 Aalststraat 114 bus0101, 9700 Oudenaarde |+32 55 30 59 89|
[email protected] |www.bzb.be
4 verschillende kredietinstellingen, beleggingsondernemingen of verzekeraars heeft dit het voordeel van de duidelijkheid. Ook voor de tussenpersoon die vaak bemiddelt zowel in bank, beleggingen als in verzekeringen is zo’n uniforme vragenlijst aangewezen. o BZB protesteert tegen het feit dat het aan de Koning wordt overgelaten om de regels ter voorkoming van belangenconflicten die de verzekeringstussenpersonen moeten naleven nader te bepalen. Dit zijn heel belangrijke regels die voorwerp moeten zijn van een parlementair debat. Het gaat hier onder andere over voordelen, commissielonen, transparantie van de vergoedingen etc. Dit zijn zaken die de kern van het financiële beroep raken en die niet zonder parlementair debat mogen worden beslist. 2.2. Vereiste van essentiële productkennis De vereiste van essentiële productkennis is een subjectieve vereiste. Het betreft een gedragsregel waarvan de naleving van belang is voor het behoud van de inschrijving. Hoe de FSMA inbreuken tegen deze gedragsregel zal vaststellen, is helemaal niet duidelijk. Wat zijn de criteria om te beoordelen of iemand over de vereiste productkennis beschikt? Controle hierop door mystery shopping blijft subjectief. Dit creëert een enorme rechtsonzekerheid bij de tussenpersonen. Bovendien is aan deze gedragsregel ook nog eens een burgerlijke sanctie gekoppeld. Immers overtreding van deze gedragsregel leidt ook tot toepassing van het vermoeden dat een oorzakelijk verband bestaat tussen deze miskenning en de betrokken beleggingshandeling. Dit verzwaart de aansprakelijkheid van de tussenpersoon enorm. Niet alleen omwille van de subjectiviteit van deze gedragsregel maar bovendien wordt die opgelegd aan al wie in contact staat met het publiek. Dit betekent dat de overtreding van deze gedragsregel kan worden ingeroepen ten aanzien van zijn medewerkers. De overtreding van deze gedragsregel kan tenslotte tot 5 jaar na de dag waarop de betrokken klant kennis heeft gekregen van de schade of van de verzwaring ervan worden ingeroepen. Het spreekt voor zich dat zo’n subjectieve gedragsregel met dergelijke zware consequenties het beroep van zelfstandig financiële tussenpersoon heel precair maakt. Immers hoe kan men na ettelijke jaren nog bewijzen dat men toen wel de vereiste kennis had van een betrokken product. Zie ook verder. BZB heeft bezwaren tegen het poneren van de vereiste van essentiële productkennis als gedragsregel. De algemene verplichting om zich op loyale, billijke en professionele
wijze in te zetten voor de belangen van hun cliënten en om aan cliënten enkel informatie te verstrekken die correct, duidelijk en niet misleidend biedt voldoende mogelijkheden aan de klant om te ageren tegen de tussenpersoon in geval van overduidelijk gebrek aan productkennis. Rekening houdend met de bezorgdheden van de toezichthouder kan BZB kan wel de bedoeling onderschrijven nl dat afhankelijk van de verkochte producten een bepaalde kennis mag worden vereist in die zin dat wie beleggingsproducten verkoopt moet Beroepsvereniging van Zelfstandige Bank- en Verzekeringsbemiddelaars |wettig erkende beroepsvereniging |BE0466-737-571 Aalststraat 114 bus0101, 9700 Oudenaarde |+32 55 30 59 89|
[email protected] |www.bzb.be
5 aantonen toch een bepaalde kennis te hebben over beleggingsproducten in het algemeen. De voorwaarde om vb een bepaalde kennis te bewijzen met betrekking tot beleggingsproducten is een objectieve eis. De eis van productkennis te bewijzen via examens of via bewijs van gevolgde cursussen biedt bovendien meer rechtszekerheid aan de tussenpersonen en ondernemingen. Dit kan op dezelfde manier gebeuren zoals nu
bijvoorbeeld een attest van antiwitwasopleiding wordt vereist door bepaalde personen. 3. Burgerlijke sanctie BZB is geen voorstander van het invoeren van een vermoeden van causaal verband tussen een inbreuk op de gedragsregels naar aanleiding van een financiële verrichting en schade ingevolge van deze verrichting. Het opleggen van gedragsregels en het toezien daarop door de FSMA is één zaak doch het verbinden van een burgerlijke sanctie aan het niet-naleven van deze gedragsregels is verregaand. BZB is van oordeel dat eerst moet worden bekeken of de uitbreiding van de gedragsregels en het efficiënter toezicht door de FSMA daarop niet het gewenste effect heeft. De FSMA kan als toezichthouder voldoende sanctionerend optreden. BZB is van oordeel dat in het algemeen de beleggersbescherming hierdoor misschien beter kan worden bewerkstelligd. BZB vreest dat het invoeren van dergelijk vermoeden een enorme administratieve overlast zal creëren. Immers het vermoeden creëert een omkering van bewijslast. Dit betekent dat de kredietinstellingen, beleggingsondernemingen, verzekeraars en de tussenpersonen zoveel mogelijk bewijs zullen proberen te bekomen dat ze wel de gedragsregels hebben nageleven. Het aantal documenten dat de consument moet ondertekenen zou op die manier wel eens de pan kunnen uitswingen. Wetende dat klanten nu ook blindelings documenten tekenen, zou dit wel eens een tegengesteld effect kunnen creëren zodat de klant finaal minder verweer heeft in geval van schade. Sowieso is BZB van oordeel dat de inwerkingtreding van de bepalingen die de aansprakelijkheid van de tussenpersonen in bank- en beleggingsdiensten verzwaren moet worden uitgesteld tot op het moment dat deze gedragsregels van toepassing worden gemaakt op de verzekeringssector. Doet men dit niet dan creëert men een nog groter ongelijk speelveld tussen beide sectoren. Bijgevolg mag het vermoeden dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de miskenning van gedragsregels en schade die de klant ingevolge de financiële verrichting lijdt, slechts worden ingevoerd voor beleggingsondernemingen, kredietinstellingen en de agenten in bank- en beleggingsdiensten op het moment dat dit ook van toepassing wordt op de verzekeringssector en de bankmakelaars.
Beroepsvereniging van Zelfstandige Bank- en Verzekeringsbemiddelaars |wettig erkende beroepsvereniging |BE0466-737-571 Aalststraat 114 bus0101, 9700 Oudenaarde |+32 55 30 59 89|
[email protected] |www.bzb.be
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Bijlage 2 Voorstel van amendementen – wetsontwerp tot versterking van de bescherming van de afnemers van financiële producten en diensten alsook van de bevoegdheden van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten en houdende diverse bepalingen (I)
Voorstel van amendementen – wetsontwerp tot versterking van de bescherming van de afnemers van financiële producten en diensten alsook van de bevoegdheden van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten en houdende diverse bepalingen (I)
Art. 7 §2 aanvullen met Het bewijs van productkennis wordt geleverd door het slagen voor een examen dat wordt georganiseerd door of krachtens een decreet, door een representatieve beroepsorganisatie, een verzekerings- of herverzekeringsonderneming, een verzekerings- of herverzekeringstussenpersoon of een kredietinstelling, en dat bedoeld is om te controleren of de betrokkenen over de vermelde productkennis beschikken. Het hier bedoelde examen dient door de FSMA te worden erkend. De FSMA kan, bij reglement, de nadere regels vaststellen waaraan de georganiseerde examens moeten voldoen. De Koning kan bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad en genomen op advies van de FSMA, vastleggen voor welke producten het bewijs van productkennis moet worden geleverd door middel van het slagen in een examen.
Verantwoording De vereiste van essentiële productkennis zoals bepaald in artikel 7 §2 is een subjectieve vereiste. Het betreft een gedragsregel waarvan de naleving van belang is voor het behoud van de inschrijving. Hoe de FSMA inbreuken tegen deze gedragsregel zal vaststellen, is helemaal niet duidelijk. Wat zijn de criteria om te beoordelen of iemand over de vereiste productkennis beschikt? Controle hierop door mystery shopping blijft subjectief. Dit creëert een enorme rechtsonzekerheid bij de bemiddelaars. Bovendien is aan deze gedragsregel ook nog eens een burgerlijke sanctie gekoppeld. Immers overtreding van deze gedragsregel leidt ook tot toepassing van het vermoeden dat een oorzakelijk verband bestaat tussen deze miskenning en de betrokken verrichting. Dit verzwaart de aansprakelijkheid van de tussenpersoon enorm. Niet alleen omwille van de subjectiviteit van deze gedragsregel maar bovendien wordt die opgelegd aan al wie in contact staat met het publiek. Dit betekent dat de overtreding van deze gedragsregel kan worden ingeroepen ten aanzien van zijn medewerkers. De overtreding van deze gedragsregel kan tenslotte tot 5 jaar na de dag waarop de betrokken klant kennis heeft gekregen van de schade of van de verzwaring ervan worden ingeroepen. Het spreekt voor zich dat zo’n subjectieve gedragsregel met dergelijke zware consequenties het beroep van
financiële tussenpersoon heel precair maakt. Immers hoe kan men na ettelijke jaren nog bewijzen dat men toen wel de vereiste kennis had van een betrokken product. Het is een minimum dat wie bemiddelt in financiële producten dit enkel doet met betrekking tot de producten waarvan hij de essentiële kenmerken kent en kan toelichten. Het is evenwel zo dat in de Wet van 27 maart 1995 betreffende de [verzekerings- en herverzekeringsbemiddeling] en de distributie van verzekeringen reeds bewijs van beroepskennis wordt vereist. Met de bijkomende algemene verplichting zoals voorgesteld in artikel 7 van dit wetsontwerp om zich op loyale, billijke en professionele wijze in te zetten voor de belangen van hun cliënten en om aan cliënten enkel informatie te verstrekken die correct, duidelijk en niet misleidend biedt voldoende mogelijkheden aan de klant om te ageren tegen de tussenpersoon in geval van overduidelijk gebrek aan productkennis. Indien blijkt dat voor bepaalde producten een gebrek aan productkennis de belangen van de cliënten heeft geschaad, dan is het zaak enkel voor die producten bijkomende eisen inzake productkennis op te leggen maar dan wel niet als een gedragsregel maar als een kennisvereiste te bewijzen via het slagen in een examen of het volgen van opleidingen. De voorwaarde voor wie bemiddelt in verzekeringsbeleggingsproducten om vb een bepaalde kennis te bewijzen met betrekking tot beleggingsproducten is een objectieve eis.
Art. 7 §3 schrappen Verantwoording De bevoegdheid die hier aan de Koning wordt gegeven is niet concreet afgebakend en te ruim. Zo wordt het aan de Koning overgelaten om de regels ter voorkoming van belangenconflicten die de verzekeringstussenpersonen moeten naleven nader te bepalen. Dit zijn heel belangrijke regels die voorwerp moeten zijn van een parlementair debat. Het gaat hier onder andere over voordelen, commissielonen, transparantie van de vergoedingen etc. Dit zijn zaken die de kern van het financiële beroep raken en die niet zonder parlementair debat mogen worden beslist.
Subsidiair Art. 7§3 wijzigen Onverminderd het bepaalde bij de artikelen 26 en 27 van de wet van 2 augustus 2002, is de Koning bevoegd om door middel van een na overleg in de Ministerraad vastgesteld besluit, genomen na advies van de FSMA, in uitvoering van § 1 en § 2 gedragsregels nader te bepalen. Verantwoording De bevoegdheid die hier aan de Koning wordt gegeven is niet concreet afgebakend en te ruim. Zo wordt het aan de Koning overgelaten om de regels ter voorkoming van belangenconflicten die de verzekeringstussenpersonen moeten naleven nader te bepalen. Dit zijn heel belangrijke regels die voorwerp moeten zijn van een parlementair debat. Het gaat hier onder andere over voordelen, commissielonen, transparantie van de vergoedingen etc. Dit zijn zaken die de kern van het financiële beroep raken en die niet zonder parlementair debat mogen worden beslist.
Art. 19, 1° laatste alinea schrappen Verantwoording De bevoegdheid die hier aan de Koning wordt gegeven om de regels ter voorkoming van belangenconflicten die de verzekeringsondernemingen moeten naleven is te ruim en betreft regels die het voorwerp moeten zijn van een parlementair debat. Het gaat hier onder andere over voordelen, commissielonen, transparantie van de vergoedingen etc. Dit zijn zaken die de kern van het financiële beroep raken en die niet zonder parlementair debat mogen worden beslist.
Art. 23 aanvullen met Art. 30bis, 3° de mogelijkheid bieden voor aanbieders van financiële producten om deze voorafgaandelijk aan de commercialisering voor te leggen aan de FSMA ter controle. Verantwoording In het regeerakkoord werd de versterking van de voorafgaande controle van elk product opgenomen. Indien er Europese regelgeving is die belemmert dat dit als wettelijke vereiste kan worden opgelegd dan moet op zijn minst de FSMA bereid zijn om voorafgaande controle te doen van de producten waarvan de sector zich vrijwillig zou willen onderwerpen aan voorafgaande controle. Het is van belang dat de emittent of degene die een product op de markt brengt, verantwoordelijkheid opneemt of verantwoordelijk kan worden gesteld. Het is van het grootste belang dat de producten die voor de niet-professionele klant op de markt worden gebracht vooraf zijn gescreend of beoordeeld. De personen in contact met het publiek kunnen onmogelijk de deugdelijkheid van de producten zelf gaan screenen. De focus moet liggen op zij die de financiële producten commercialiseren.
Art. 56 aanvullen met Deze vorm van controle kan geen aanleiding geven tot sancties tegen ondernemingen en personen bedoeld in artikel 45, §1, eerste lid, 2° en 3°. Verantwoording Mysteryshopping is een bijkomende onderzoeksbevoegdheid voor de FSMA doch deze kan enkel worden aanvaard met het oog op het uitstippelen van algemeen beleid door de FSMA. Deze vorm van controle mag geen aanleiding geven of de basis vormen voor het nemen van sancties door de FSMA. Niet alleen treedt de FSMA hier op als rechter en partij maar bovendien houdt een verslag van een mystery shopper met betrekking tot het naleven van gedragsregels onvermijdelijk een subjectieve beoordeling in.
Art. 60, 2° aanvullen met Het bewijs van productkennis wordt geleverd door het slagen voor een examen dat wordt georganiseerd door of krachtens een decreet, door een representatieve beroepsorganisatie, een verzekerings- of herverzekeringsonderneming, een verzekerings- of herverzekeringstussenpersoon of
een kredietinstelling, en dat bedoeld is om te controleren of de betrokkenen over de vermelde productkennis beschikken. Het hier bedoelde examen dient door de FSMA te worden erkend. De FSMA kan, bij reglement, de nadere regels vaststellen waaraan de georganiseerde examens moeten voldoen. De Koning kan bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad en genomen op advies van de FSMA, vastleggen voor welke producten het bewijs van productkennis moet worden geleverd door middel van het slagen in een examen.
Verantwoording De vereiste van essentiële productkennis zoals bepaald in artikel 60, 2° is een subjectieve vereiste. Het betreft een gedragsregel waarvan de naleving van belang is voor het behoud van de inschrijving. Hoe de FSMA inbreuken tegen deze gedragsregel zal vaststellen, is helemaal niet duidelijk. Wat zijn de criteria om te beoordelen of iemand over de vereiste productkennis beschikt? Controle hierop door mystery shopping blijft subjectief. Dit creëert een enorme rechtsonzekerheid bij de bemiddelaars. Bovendien is aan deze gedragsregel ook nog eens een burgerlijke sanctie gekoppeld. Immers overtreding van deze gedragsregel leidt ook tot toepassing van het vermoeden dat een oorzakelijk verband bestaat tussen deze miskenning en de betrokken verrichting. Dit verzwaart de aansprakelijkheid van de tussenpersoon enorm. Niet alleen omwille van de subjectiviteit van deze gedragsregel maar bovendien wordt die opgelegd aan al wie in contact staat met het publiek. Dit betekent dat de overtreding van deze gedragsregel kan worden ingeroepen ten aanzien van zijn medewerkers. De overtreding van deze gedragsregel kan tenslotte tot 5 jaar na de dag waarop de betrokken klant kennis heeft gekregen van de schade of van de verzwaring ervan worden ingeroepen. Het spreekt voor zich dat zo’n subjectieve gedragsregel met dergelijke zware consequenties het beroep van financiële tussenpersoon heel precair maakt. Immers hoe kan men na ettelijke jaren nog bewijzen dat men toen wel de vereiste kennis had van een betrokken product. Het is een minimum dat wie bemiddelt in financiële producten dit enkel doet met betrekking tot de producten waarvan hij de essentiële kenmerken kent en kan toelichten. Het is evenwel zo dat in de Wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling in bank en beleggingsdiensten en de distributie van financiële instrumentenreeds bewijs van beroepskennis wordt vereist. De algemene verplichting om zich op loyale, billijke en professionele wijze in te zetten voor de belangen van hun cliënten en om aan cliënten enkel informatie te verstrekken die correct, duidelijk en niet misleidend is, biedt voldoende mogelijkheden aan de klant om te ageren tegen de tussenpersoon in geval van overduidelijk gebrek aan productkennis. Indien blijkt dat voor bepaalde producten een gebrek aan productkennis de belangen van de cliënten heeft geschaad, dan is het zaak enkel voor die producten bijkomende eisen inzake productkennis op te leggen maar dan wel niet als een gedragsregel maar als een kennisvereiste te bewijzen via het slagen in een examen of het volgen van opleidingen.
Art. 64 schrappen Verantwoording Het opleggen van gedragsregels en het toezien daarop door de FSMA is één zaak doch het verbinden van een burgerlijke sanctie aan het niet-naleven van deze gedragsregels is verregaand. Eerst moet worden bekeken of de uitbreiding van de gedragsregels en het efficiënter toezicht door de FSMA daarop niet het gewenste effect heeft. In het algemeen kan de beleggersbescherming hierdoor beter kan worden bewerkstelligd. De FSMA kan als toezichthouder voldoende sanctionerend optreden. Sanctiemogelijkheden gaan van administratieve boetes tot zelfs schrapping van de erkenning. Het risico bestaat dat het invoeren van dergelijk vermoeden een enorme administratieve overlast zal creëren. Immers het vermoeden creëert een omkering van bewijslast. Dit betekent dat de kredietinstellingen, beleggingsondernemingen, verzekeraars en de tussenpersonen zoveel mogelijk bewijs zullen proberen te bekomen dat ze wel de gedragsregels hebben nageleefd. Het aantal documenten dat de consument moet ondertekenen zou op die manier wel eens de pan kunnen uitswingen. Wetende dat klanten nu ook blindelings documenten tekenen, zou dit wel eens een tegengesteld effect kunnen creëren zodat de klant finaal minder verweer heeft in geval van schade.
Subsidiair Art. 64 aanvullen met De inwerkingtreding van dit artikel wordt door de Koning bepaald maar kan niet vroeger zijn dan nadat het besluit bepaald in §4 is genomen. Verantwoording Daar de bijkomende gedragsregels voor de verzekeringssector nog bij Koninklijk Besluit moeten worden bepaald, wordt deze burgerlijke sanctie voor wat betreft de verzekeringssector en ook de bankmakelaars nog niet van toepassing. Dit betekent dat in eerste instantie enkel de kredietinstellingen, beleggingsondernemingen en de zelfstandige bankagenten onderworpen zullen zijn aan artikel 64. Het wetsontwerp beoogt een meer transversale coherentie in de regels ter bescherming van de afnemers van financiële producten en diensten. In dat licht is het niet aanvaardbaar dat wat betreft de burgerlijke sanctie bepaald in artikel 64 net een ongelijk speelveld creëert. Bijgevolg mag het vermoeden dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de miskenning van gedragsregels en schade die de klant ingevolge de financiële verrichting lijdt, slechts worden ingevoerd voor beleggingsondernemingen, kredietinstellingen en de agenten in bank- en beleggingsdiensten op het moment dat dit ook van toepassing wordt op de verzekeringssector en de bankmakelaars.
— JAARVERSLAG 2013
—
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Bijlage 3 Comments Template on EIOPA-CP13/006a and EIOPA-CP 13/006b Consultation Paper on the Proposal for Guidelines on ComplaintsHandling by Insurance Intermediaries and Draft Report on Best Practices by Insurance Intermediaries in handling complaints
Comments Template on EIOPA-CP13/006a and EIOPA-CP 13/006b Consultation Paper on the Proposal for Guidelines on Complaints-Handling by Insurance Intermediaries and Draft Report on Best Practices by Insurance Intermediaries in handling complaints
Deadline 28 June2013 12:00 CET
Companyname:
…….
Disclosure of comments:
EIOPA will make all comments available on its website, except where respondents specifically request Public/Confidential that their comments remain confidential. Please indicate if your comments on this CP should be treated as confidential, by deleting the word Public in the column to the right and by inserting the word Confidential. Please follow the instructions for filling in the template: Do not change the numbering in column “Reference”, or any other formatting in the file. Please fill in your comment in the relevant row. If you have no comment on a paragraph, keep the row empty. Please do not delete rows in the table. Our IT tool does not allow processing of comments which do not refer to the specific paragraph numbers below. o
If your comment refers to multiple paragraphs, please insert your comment at the first relevant paragraph and mention in your comment to which other paragraphs this also applies.
o
If your comment refers to sub-bullets/sub-paragraphs, please indicate this in the comment relating to the corresponding paragraph.
Please send the completed
[email protected], in MSWord Format, (our IT tool does not allow processing of any other formats). The paragraph numbers and questions belowcorrespond to document no. EIOPA-CP-13/006a. There is an additional section at the end of the table for general comments on the draft Best Practices Report (document no.EIOPA-CP-13/006b).
1/4
Comments Template on EIOPA-CP13/006a and EIOPA-CP 13/006b Consultation Paper on the Proposal for Guidelines on Complaints-Handling by Insurance Intermediaries and Draft Report on Best Practices by Insurance Intermediaries in handling complaints Reference
Comment
General Comment BZB has reservations about the introduction of an internal complaint procedure for the insurance intermediaries. Since the major part of the insurance intermediaries are rather small entities, this would entail disproportionate costs in these companies. Indeed, only a small part of the complaints concerns the insurance intermediaries. The majority of the complaints are addressed to the insurer. Also, a large part of the insurance intermediaries is registered as tied agent, which means that they act in the name and on behalf of the insurer. Consequently, they will not be able to handle the complaint themselves. Moreover, at most insurance intermediaries, the person handling the complaint is the same as the one who manages the business. This means that an internal policy for complaints-handling will have little or no added value. Finally, the obligation of an internal procedure for handling and reporting complaints also entails higher costs for the supervisor. After all, collecting reports and monitoring this obligation require the necessary resources and manpower. Consequently, BZB is in favor of maintaining the current system. Clients easily have access to the ombudsman. They are also sufficiently informed on this possibility. This does not preclude the possibility of a complaint policy being appropriate for large insurance intermediaries. In this regard, they can be deemed equivalent to insurance companies. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
2/4
Deadline 28 June2013 12:00 CET
Comments Template on EIOPA-CP13/006a and EIOPA-CP 13/006b Consultation Paper on the Proposal for Guidelines on Complaints-Handling by Insurance Intermediaries and Draft Report on Best Practices by Insurance Intermediaries in handling complaints 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17.
Although this is very useful for the internal use to follow up complaints and possibly to adapt the own operation as a result of this, BZB believes that the supervisor should not have access to these data.
18.
According to BZB, it is acceptable that the supervisor, in the context of general supervision, can ask to communicate the number of complaints. However, it should be avoided that the supervisor can use this information to perform additional checks in order to take sanctions.
19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. Q1. - on Impact Assessment
Except for the larger insurance intermediaries, we expect little or no positive impact.
Q2a. - on Impact Assessment Q2b. - on Impact
3/4
Deadline 28 June2013 12:00 CET
Comments Template on EIOPA-CP13/006a and EIOPA-CP 13/006b Consultation Paper on the Proposal for Guidelines on Complaints-Handling by Insurance Intermediaries and Draft Report on Best Practices by Insurance Intermediaries in handling complaints Assessment Q2c. - on Impact Assessment Q2d. - on Impact Assessment Q3. - on Impact Assessment Best Practices Report Comments(EIOPACP-13/006b)
4/4
Deadline 28 June2013 12:00 CET
— jaarverslag 2013 —
Beroepsvereniging van zelfstandige bank- en verzekeringsbemiddelaars
Tel. 055/305989 Tel. 055/312029 Fax. 055/206109 e-mail:
[email protected] Secretariaat: Aalststraat 114, bus 0101 9700 Oudenaarde Website: www.bzb.be