Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Jaarverslag 2009 Vertrouwen door verbinding
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing 2
Bestuur en Directie Voor de Nederlandse banksector was 2009 een jaar vol uitdagingen. In vervolg op het faillissement van Lehman Brothers bleven de financiële markten beweeglijk en was in tal van landen overheidsingrijpen nodig omwille van de financiële stabiliteit. In de reële economie deed zich een stevige vraaguitval voor en de beurs bereikte in maart een dieptepunt. Wereldwijd was het besef dat fundamentele aanpassingen in het financiële systeem en regelgeving nodig waren.
Vertrouwen door verbinding Commissie Maas Code Banken Depositogarantiestelsel Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing Verbinden Q&A voorzitter Boele Staal
3 3 4 5 6 6 8
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Vertrouwen door verbinding De centrale uitdaging in 2009 was het herstel van vertrouwen. Heel praktisch kreeg dit vorm doordat zowel de Nederlandse Vereniging van Banken als haar leden met praktische maatregelen en beleidsreacties afgewogen hebben gereageerd op de crisis. Tezelfdertijd was daar de noodzaak om het contact met het publiek en de politiek te herstellen. In de nasleep van de crisis toont zich de grote scepsis onder publiek en politiek inzake het functioneren. Juist het toelichten van de rol en positie van banken kreeg daarom veel nadruk.
Commissie Maas Tegen deze achtergrond moet de opdracht worden gezien die de onafhankelijke Adviescommissie Toekomst Banken, later bekend als de Commissie Maas, van de Nederlandse Vereniging van Banken had gekregen. Het ging ons niet om de schuldvraag, maar meer om de praktische lessen die we als sector uit deze crisis konden trekken. Het was een open opdracht: analyseer wat en waar het fout is gegaan en trek er conclusies uit. Daarna gaan wij er met elkaar, de politiek en de samenleving, mee aan de slag. We wilden graag een goed leesbaar rapport, ook voor niet-experts. De Commissie Maas is daar naar onze overtuiging uitstekend in geslaagd.
3
Op 7 april 2009 publiceerde de Commissie Maas haar rapport Naar herstel van vertrouwen. Het rapport werd grosso modo positief ontvangen. Belangrijk pluspunt was dat toenmalig minister van Financiën, Wouter Bos, een week voor de publicatie met de financiële sector een zogenoemd herenakkoord had gesloten over de beloningsstructuur binnen banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Het gevolg hiervan was dat de publieke aandacht bij het rapport zich niet meer alleen focuste op het beloningsaspect, maar zich ook uitstrekte tot de andere, minstens zo belangrijke conclusies van het rapport. Bijvoorbeeld de vraag hoe risico het beste kan worden gecontroleerd, wat voor mensen je daarvoor nodig hebt en hoe ze moeten zijn opgeleid. En de discussie over de taak van de raad van commissarissen in relatie tot het bestuur van een bank. Het rapport benadrukte het belang van het kunnen bepalen van risicomomenten en risicobereidheid in de onderneming. En het rapport stelt kristalhelder dat zo’n complexe taak niet kan worden uitgeoefend zonder een terzake kundige achtergrond en opleiding. Een bank kan niet zonder education permanente van al haar medewerkers en bestuurders.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing 4
Code Banken Hoe goed ook ontvangen, het rapport nam de druk maar ook het besef voor noodzaak van veranderen niet weg. Voor het bestuur van de Nederlandse Vereniging van Banken was het klip en klaar, dat als de aanbevelingen van Commissie Maas niet zouden worden verwerkt in een gedragscode, de politiek zou afdwingen door middel van wetgeving en regulering. In minder dan drie maanden is het rapport vertaald in een Code Banken. Natuurlijk was het niet altijd gemakkelijk om ieder van onze ruim tachtig leden op een lijn te krijgen. De leden van de Nederlandse Vereniging van Banken verschillen immers behoorlijk. In omvang, activiteit, achtergrond en cultuur. Maar wat we met elkaar gemeen hebben is een breed besef dat er iets moest gebeuren, en een collectief belang bij zelfregulering. Dat sluit beter aan bij de dagelijkse bankpraktijk, kan sneller en gemakkelijker aangepast worden als dat nodig blijkt en laat het commitment van de sector zo groot mogelijk zijn. De kerngroep die de code heeft opgesteld, bestond uit mensen met de juiste juridische en bancaire kennis. Zij waren in de positie om de drafts snel af te kaarten met hun bestuur. Er was voortdurend contact met elkaar over de voortgang, waarbij ook de kleinere banken werden betrokken. Voor ons was het van belang dat de code door ieder lid van onze vereniging werd gedragen. Daarnaast hadden we uiteraard ook te maken met andere instanties, zoals de overheid en de onafhankelijke toezichthouders. We waren ervan overtuigd dat we dit samen met het ministerie van Financiën moesten doen.
Samen met de toezichthouders DNB en AFM heeft het ministerie actief nagedacht en meegewerkt aan de totstandkoming van de code. Iedereen was er zich van bewust dat zo’n code er snel moest komen. Op 9 september 2009 werd de Code Banken door de Nederlandse Vereniging van Banken vastgesteld. Per 1 januari 2010 is zij van kracht. Voor ons was de Code Banken zonder meer het hoogtepunt van het jaar. Maar we realiseerden ons terdege dat het niet juist zou zijn als de slager zijn eigen vlees zou keuren, zoals de veelgehoorde frase in Den Haag luidde. Om die reden hebben we een onafhankelijke Monitoringscommissie in het leven geroepen die de naleving van de code gaat beoordelen. Hoewel in 2011 voor het eerst over 2010 wordt gerapporteerd, komt deze commissie (onder leiding van Antony Burgmans) met het oog op de actualiteit in september 2010 met een voorrapportage. Nederland is het enige land ter wereld met een code voor de bancaire sector. We zijn daarin uniek en daar mogen we als sector, maar ook als land, best trots op zijn. Internationaal hebben we er veel lof voor gekregen. Andere landen hebben grote belangstelling getoond voor ons model van zelfregulering. Ze beseffen dat wetgeving over het algemeen lang duurt en dat het alternatief, een starre regelgeving gekoppeld aan een rigide rechtspraak, niet per definitie beter is. Een code eist zelfdiscipline en is het elegantste middel om de gewenste gedrags- en mentaliteitsverandering, waarvoor de Commissie Maas pleitte, te bewerkstelligen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing 5
In samenwerking is een sterke Code Banken neergezet. De Monitoringscommissie is gevraagd te adviseren over eventueel gewenste bijstelling van de code. Hiermee is niet in een klap het vertrouwen in de banken herwonnen. Het is een eerste, uiterst concrete stap. We blijven voortdurend in overleg met DNB, die de eisenten aanzien van bestuurders zal aanscherpen. Ook ten aanzien van beloning van bestuurders en commissarissen is het laatste woord nog niet gezegd. We realiseren ons goed dat de code een stelsel is dat zowel permanente educatie als nauwgezette naleving van onze leden vereist. Wat dat betreft leven we in een glazen huis. Politiek, bedrijfsleven, de particuliere rekeninghouder: ze kijken allemaal aandachtig naar hoe wij, de banken, ons gedragen. De scepsis is wellicht nog niet verdwenen, maar naar wij hopen wel verminderd.
Depositogarantiestelsel Het faillissement van DSB Bank was een tegenvaller bij het werk aan het herstel van vertrouwen in 2009. Het leverde een deuk op in het vertrouwen bij de klanten. Daarnaast was het ook in financieel opzicht een rake klap voor de banken. Hoewel de uiteindelijke schade niet deze omvang zal hebben, ging het bij het faillissement van DSB Bank om bijna drieëneen half miljard euro aan klanttegoeden die vallen onder het Deposito garantiestelsel (DGS). Het financiële beslag dat hierdoor op banken rust, leidde ertoe dat een aantal banken in 2009 in de rode cijfers is geraakt.
Het DGS is ooit begonnen als een onderling garantiesysteem van de banken in Nederland. Het systeem had het karakter van een gentlemen’s agreement en was duidelijk ontworpen voor incidentele en kleinschalige gevallen die zich in Nederlandse sector voordeden. In de loop der jaren is het karakter van het DGS ingrijpend veranderd. In de jaren tachtig werd DNB uitvoerder. Pas sinds de Wet Financieel Toezicht van 2003 is ook de overheid bij de regeling betrokken. Waar het financiële stelsel in Europa vanaf 1992 internationaler en meer open werd, bleken de niveaus van nationale depositogarantiestelsels sterk uiteen te lopen. Er kwamen tal van nieuwe spelers op de markt. Enkele beoogden met de dekking van het DGS onbekommerd spaargeld op te halen. Daar kwam bij dat de spaarder zijn geld tegenwoordig met een druk op de knop van de ene naar de andere bank kan overmaken. De samenwerking tussentoezichthouders op het gedrag van dit soort spelers bleek – deels achteraf gezien – niet altijd optimaal te zijn. Helaas gaat de rekening in dat soort situaties altijd naar de banksector. Met de Europese crisismaatregelen om de garantie te verhogen naar € 50.000,- à € 100.000,- per rekening, blijft de vraag op tafel liggen wat de juiste grens is.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing 6
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing Een andere verontrustende ontwikkeling was de toename van de criminaliteit. Bijna dagelijks werd er in de media bericht over het skimmen van betaalautomaten. Hoewel de schade absoluut gezien beperkt bleef tot 36 miljoen euro, en iedere gedupeerde zijn geld terug heeft gekregen, dreigde de zorg over de veiligheid te leiden tot onder mijning van het vertrouwen in het elektronisch betalingsverkeer in het algemeen. De problemen met skimmen nemen we zeer serieus en pakken we grondig aan. En niet alleen door het publiek, de toonbankinstellingen en onze leden bewust te maken van de veiligheidsproblemen van pinauto maten. We hebben ook druk uitgeoefend op politie en justitie om deze vorm van criminaliteit hoger op de prioriteitenlijst te zetten. Tot voor kort werd deze vorm van straatroof beschouwd als kleine financiële crimi naliteit, waarvan de opsporing een lage prioriteit genoot. Dat is niet langer zo. Daarnaast hebben we als Nederlandse Vereniging van Banken de intensieve publiekscampagne ‘Drie keer kloppen’ voor veilig internet bankieren gevoerd. Het is ook belangrijk dat we hebben besloten om vervroegd over te stappen naar de EMV-standaard. Deze Europese standaard wordt door de banken en toonbankinstellingen al ingevoerd in 2011, twee jaar eerder dan gepland. Dat maakt het gebruik van pinpassen veiliger en zal de schade aanzienlijk beperken.
Op dit moment heeft Nederland internationaal gezien een buitengewoon efficiënt en goedkoop betalingsverkeer. Onder het publiek leeft het brede misverstand dat de sector daarmee winst maakt. Maar we begrijpen dat onze klanten zich zorgen maken over een mogelijk prijsverhogend effect van de overgang op internationale betaalmerken. De banken hebben daarom de garantie afgegeven dat de tarieven voor debetkaarten de eerste vijf jaar niet zullen stijgen. In 2013 wordt het Nederlandse betalingsverkeer geëvalueerd op onder meer toegenomen efficiëntie.
Verbinden Naast het herwinnen van vertrouwen, is ‘verbinden’ een van onze belangrijkste thema’s geweest in 2009. Verbinden met elkaar, onze leden onderling en met de vereniging. Verbinden met de buitenwereld, onze klanten, het bedrijfsleven, de politiek, de toezichthouders. Zonder binding geen vertrouwen. We hebben dat op verschillende manieren ingezet. De Nederlandse Vereniging van Banken staat voor een collectieve belangenbehartiging van de Nederlandse bancaire sector. Dat is onze unique selling proposition. Daarnaast willen we onze leden meer betrekken bij de vereniging en meer service bieden. Ons nieuwe Ledennet speelt daarin een sleutelrol. Dit is een gebruikersvriendelijke internet-tool, waarmee we onze kennis over de politiek, nationale en internationale regelgeving en relevant nieuws ontsluiten voor alle leden. Het Ledennet is zo ingericht dat iedere gebruikerzijn eigen profiel kan instellen, zodat alle voor hem of haar relevante onderwerpen onder handbereik zijn. www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing 7
Voor ons als organisatie is het maken van het Ledennet een grote uitdaging: het moet gevuld en toegankelijk worden gemaakt. Duizenden pagina’s, documenten en bestanden moeten worden gecategoriseerd en gedigitaliseerd. Dat is geen zaak van vandaag op morgen. De eerste ervaringen zijn positief, maar we beseffen dat dit een groot project is, dat veel vraagt van onze organisatie. Daarnaast hebben we een begin gemaakt om op een andere, proactieve manier naar buiten te treden. We zijn van mening dat de banken zich mogen laten horen en een actieve bijdrage kunnen leveren aan de discussie over de toekomst van ons financiële stelsel. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft daartoe twee nieuwe 'vooruitgeschoven posten' geopend, een in Brussel en een in Den Haag. Binnenkort verruilen we ons kantoor aan het Amsterdamse Singel voor de energieke, internationale ambiance van de Amsterdamse Zuidas. Dit nieuwe pand beschikt over alle moderne voorzieningen, sluit aan bij de moderne manier van werken die de vereniging voorstaat en draagt bij aan een goed contact met alle verschillende stakeholders.
De Nederlandse Vereniging van Banken treedt ook naar buiten met een nieuwe huisstijl. Daarmee willen we uitstralen dat we lessen hebben geleerd uit het verleden. Dat we een dialoog willen aangaan met de maatschappij,met onze stakeholders. Onze ambitie is nog even sterk als voorheen, evenals onze passie voor de ontwikkeling van onze sector. Maar we geven er ook blijk van dat we openstaan voor verandering. Dat we onze belangeninteger en met open vizier behartigen. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft in 2009 haar hand uitgereikt naar de toekomst. In het volste besef dat herstel van vertrouwen alleen kan slagen als er ook daadwerkelijk sprake is van veranderen en verbinden.
Boele Staal, voorzitter
Wim Mijs, directeur
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Q&A voorzitter Boele Staal Het jaar 2009 was bepaald geen gemakkelijk jaar voor de Nederlandse bancaire sector. Hoe heeft u het jaar ervaren? ‘Het was een gedenkwaardig jaar, waarin we te maken hebben gekregen met een ernstige economische recessie. Wat daarin vooral opviel was de kwetsbaarheid van ons finan ciële systeem. We hebben er met z’n allen een kwetsbare samenleving van gemaakt. De jaren van groei hebben ons veel welvaart gebracht, maar we hebben de risico's van overkreditering en de onderlinge afhankelijkheid niet onderkent en bewezen werd nogmaals hoe virtueel geld is. De crisis werpt ons nu misschien een jaar of zes terug. Voor Nederland in wereld perspectief is dat een relatief klein probleem. Maar voor individuele personen en onder nemingen kan het een drama zijn.’
8
meer bestaat. Onzin! De welvarende mensen kunnen de klap wel aan, maar het effect voor de mensen aan de onderkant is heel erg groot.’
Het is primair een verantwoordelijkheid van de banken zelf om orde op zaken te stellen. Dat hebben ze gedaan door de Code Banken in
‘De welvarende mensen kunnen de klap wel aan, maar het effect voor de mensen aan de onderkant is heel erg groot.’
Wat was voor u het dieptepunt?
De Code Banken geldt als uniek in de wereld en heeft internationaal lof geoogst. Toch lijkt het alsof de politiek nog niet tevreden is. Sommige politici eisen drastische stappen, zoals nieuwe wetgeving en een dichtgetimmerd systeem van strakke regels. Hoe verklaart u dat?
‘Dat zijn de verhalen van mensen die door crisis in het ongerede zijn geraakt. Dat in Nederland, een van de rijkste landen ter wereld, de armoede terugkeert. Men zegt wel eens dat er in ons land geen echte armoede
‘Politici overdrijven in zekere zin, want dat doet het goed bij de kiezer. Ik vind dat sommige politici en media zich onvoldoende realiseren dat de banken, op enkele uitzonderingen na, nog steeds private instellingen zijn.
te voeren. Meer dan 95 procent van de aan bevelingen van de Commissie Maas is over genomen. Dat kun je van de meeste Haagse rapporten niet zeggen. Natuurlijk hebben banken een publieke taak, waar politici zich zorgen over mogen maken. Dat kan met zich meebrengen dat sommige zaken wettelijk geregeld moeten worden. Maar niet alles. Daar waar het kan, moet de verantwoordelijkheid bij de banken worden gelegd. Wij willen pas wetgeving als er een duidelijke noodzaak toe is. Tot nu toe is er echter geen enkel signaal dat de banken de code niet zullen naleven.’
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing 9
U treedt soms opvallend assertief op in de media. Is dat een teken van kracht of zwakte? ‘De Nederlandse Vereniging van Banken doet dat bewust, ik ook. Ik vind dat banken zich mogen laten horen, dat we niet in een hoek moeten gaan zitten en afwachten. Het is niet mijn gewoonte om de confrontatie te zoeken. Bij de Nederlandse Vereniging van Banken past het harmoniemodel nu eenmaal het beste. Maar als banken keer op keer een-op-een over een kam geschoren worden met banken als Goldman Sachs dan is het zaak aandacht te vragen voor bestaande diversiteit. Je moet er geen misverstanden over laten bestaan hoe de zaken werkelijk in elkaar steken en zeggen wat je ervan vindt.’
Hoe ziet u de toekomst van de gehele Nederlandse financiële sector? ‘Als Nederlandse Vereniging van Banken hebben we belang bij versterking van de financiële sector. Om die reden hebben we ook altijd gezegd dat we graag meer financiële instellingen in Nederland willen hebben, ook al
halen we daarmee misschien concurrentie in huis. De ambitie, die Holland Financial Centre (HFC) op dat gebied koestert, is wat mij betreft nog steeds te rechtvaardigen. We hebben altijd een sterk en innovatief financieel cluster gehad, met een substantieel aandeel in ons BBP en veel hoogwaardige werkgelegenheid. Er werken250.000 mensen in de financiële sector. De crisis heeft het er niet makkelijker op gemaakt, maar dat kan je HFC niet in de schoenen schuiven. De sector heeft als geheel schade opgelopen. Toch is er voldoende potentieel over om tot nieuwe bloei te komen. We hebben nog steeds hoofdkantoren, hoogwaardige dienstverlening en goed opgeleide werknemers. Ook de Nederlandse banksector zal zich herstellen, daar ben ik van overtuigd. Er zijn butsen opgelopen, dat is waar. Maar we moeten ons niet door de crisis uit het veld laten slaan.’
Boele Staal, voorzitter
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
10
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing Betalingsverkeer is als geen ander deel van bancaire dienstverlening vervlochten met de maatschappij en als gevolg daarvan voortdurend in beweging. Rode draad zijn de komst van SEPA (Single Euro Payments Area), de continue borging van informatieveiligheid, het blijven verbeteren van de efficiency, de maatschappelijke rol van het betalingsverkeer en de voortdurende beheersing van criminaliteitsgerelateerde bedreigingen en risico’s.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing Toenemende internationalisering van het goederen- en dienstenverkeer, gebruik van elektronische betaalmiddelen en Europese wetgeving leiden tot een geleidelijke maar structurele overgang van nationaal naar Europees betalingsverkeer. Dit uit zich in de komst van de European Payments Council en Europese standaarden voor betalingsverkeer, de introductie van Europese wetgeving zoals de Richtlijn betaaldiensten, een herziene Verordening voor grensoverschrijdend betalingsverkeer en de geleidelijke uitfasering van nationale betaalproducten. De vergroting van het speelveld maakt betaalketens complexer en diverser, waarbij de opkomst van internetbankieren om voortdurende waarborging van informatieveiligheid vraagt. Voorts wordt betalings verkeer steeds meer een maatschappelijke nutsfunctie toegedicht. Er is een toenemende behoefte en noodzaak om storingen en fraude efficiënt en effectief aan te pakken. Financieel economische criminaliteit wordt in toenemende mate uitgevoerd door goed georganiseerde groeperingen, grensoverschrijdend en steeds vaker in de digitale wereld. Omdat ook het stakeholdersveld complexer wordt, is (inter)nationale coördinatie van standpunten door bundeling van kennis en ervaring noodzakelijk. Verder zal financieel economische criminaliteit meer publieke en politieke aandacht moeten krijgen. Dit vertaalt zich onder meer in de roep om openheid over fraudecijfers en trends. De Nederlandse Vereniging van Banken komt daaraan graag tegemoet.
Leden
11
Toekomstige inrichting betalingsverkeer Vanaf 2012 wordt een deel van de nationale betaalproducten door Europese producten vervangen. De huidige Nederlandse collectieve betaalproducten, waarvan Currence nu de eigenaar is, verdwijnen op termijn. Maar aan het verrichten van gezamenlijke taken door aanbieders in het betalingsverkeer in Nederland blijft behoefte bestaan. Zeker ook in de overgangsperiode naar SEPA. Die gezamenlijke taken moeten op een efficiënte en transparante manier worden uitgevoerd. Daarom is de Nederlandse Vereniging van Banken in overleg met Currence om een visie te ontwikkelen over de toekomstige inrichting van het betalingsverkeer in Nederland en de daarbij behorende besturing. Mogelijk worden in het proces de kennis en kunde van een deel van de Nederlandse Vereniging van Banken en Currence gebundeld. De gesprekken hierover zijn begin dit jaar gestart.
Overstapservice Ook in 2009 is er veelvuldig gebruik gemaakt van de Overstapservice. De Overstapservice is een initiatief van de gezamenlijke banken in Nederland en maakt veranderen van betaalrekening van de ene naar de andere bank eenvoudiger. Een bijzonderheid deed zich voor als gevolg van het faillissement van DSB Bank: duizenden klanten konden opeens niet langer gebruik maken van hun bankrekening.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
12
Om klanten zo snel als mogelijk over een nieuwe betaalrekening te laten beschikken, hebben een groot aantal banken via versnelde procedures het openen van een nieuwe rekening mogelijk gemaakt, waarbij de klant per direct gebruik kon maken van de Overstapservice. Door deze toepassing van de Overstapservice werd het betalingsverkeer op de oude DSB-rekening omgeleid naar de nieuwe rekening.
Toegankelijkheid en bereikbaarheid Het verbeteren van bankdiensten, waaronder de toegankelijkheid, is een doorlopend proces bij banken. Ook 2009 is daarin geen uit zondering als gevolg van de overgang naar SEPA. Banken hebben de intentie de toegankelijkheid te waarborgen, in het bijzonder voor senioren en mensen met een functiebeperking. In 2009 zijn geen meldingen, in de zin van de Werkafspraak bereikbaarheid, bij het bereikbaarheidsmeldpunt binnengekomen. Problemen die zijn gesignaleerd, zijn door lokale partijen opgelost, zoals bij de opheffing van een aantal geldautomaten in Zeeland. Andere zorgpunten die consumenten melden via de belangenorganisaties die deelnemen in het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer en die raakvlakken hebben met bereikbaarheid en toegankelijkheid, zijn door de vertegenwoordigers van deze organisaties opgepakt. Zij hebben in samenwerking met de betreffende banken en de consumenten actie ondernomen om deze punten, waar wenselijk en noodzakelijk, op te lossen.
Convenant ‘basisbankdiensten’ Banken bieden sinds 2001 een zogenoemd pakket aan primaire betaaldiensten aan iedere meerderjarige met een vaste woon- of verblijfplaats in Nederland dan wel met een postadres bij een erkende hulpverleningsof overheidsinstantie. In 2009 is de Nederlandse Vereniging van Banken in gesprek gegaan met bij het Convenant betrokken hulpverlenings organisaties, waaronder het Leger des Heils en de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet. Hoewel het Convenant goed functioneert, blijkt dat zowel aan de zijde van hulpverlening als bij (lokale) bankkantoren zich wisselingen van functionarissen hebben voorgedaan, waardoor kennis en werking over het Convenant ongewild wegzakt. Ook bleek dat schuldhulpverleningsorganisaties, die geen toestemming hebben verkregen van de Nederlandsche Bank (DNB) om gelden voor derden te beheren, in de praktijk behoefte hebben aan een tweede rekening op naam van klant, waarop gelden beheerd kunnen worden. Deze rekening zou naast een bestaande of basis bankrekening die klanten al kunnen afsluiten moeten staan. De Nederlandse Vereniging van Banken verwacht op korte termijn hiervoor in gezamenlijkheid tot een oplossing te kunnen komen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
13
Implementatie Richtlijn betaaldiensten
Overheidsvordering
Op 1 november 2009 is de Richtlijn betaaldiensten geïmplementeerd in de Nederlandse wetgeving. Deze voorziet in een vergunningenstelsel voor betaaldienstverleners en geeft regels over informatieverplichtingen omtrent betaaldiensten en over rechten en plichten van verleners en gebruikers van betaaldiensten. De bepalingen van de richtlijn zijn opgenomen in de Wet op het financieel toezicht (Wft), Boek 7B van het Burgerlijk Wetboek en in enkele maatregelen van bestuur. In de aanloop naar de implementatie gaf de Nederlandse Vereniging van Banken uitgebreid commentaar op de consultaties en conceptwetsvoorstellen. Er is hierover nauw overleg gevoerd met de betrokken ministeries. Ook hebben diverse voorlichtingsbijeenkomsten voor de leden plaatsgevonden en werd in samenwerking met DNB, AFM en het ministerie van Financiën een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd. Hiervoor werden zowel leden als organisaties die overwegen om betaalinstelling te worden uitgenodigd. In de zomer van 2009 heeft de Nederlandse Vereniging van Banken een lijst met de belangrijkste interpretatie-issues opgesteld. De richtlijn heeft mede tot gevolg gehad dat de betaalvoorwaarden zijn veranderd. Daarover heeft de vereniging in de periode van 24 augustus 2009 tot 4 september 2009 een 'consumenten-awareness’ campagne georganiseerd. Met advertenties in de landelijke dagbladen, radiocommercials en billboards kreeg iedereen de boodschap ‘Per 1 november veranderen de voorwaarden van uw bank’.
Het ministerie van Financiën en de Nederlandse Vereniging van Banken hebben afspraken gemaakt over de Overheidsvordering. Dit is een wettelijk vastgelegde faciliteit die de Overheid kan gebruiken om moeilijk invorderbare aanslagen en beschikkingen zonder toestemming van de rekeninghouder van betaalrekeningen af te schrijven. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan artikel 19, vierde lid, van de Invorderingswet. De Belastingdienst is de eerste instantie die gebruik maakt van de Overheidsvordering en is eind 2009 gestart met een pilot die doorloopt in 2010. Na evaluatie wordt de faciliteit Overheidsvordering ook open gesteld voor lagere overheden en waterschappen. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft zich op het standpunt gesteld dat ontwikkelkosten volledig aan de sector vergoed moesten worden; dat is ook gebeurd.
Nadere Overeenkomst bij het Convenant betalingsverkeer 2005 Elektronisch betalen (pinnen) is goedkoper en veiliger dan contant betalen. Daarom werken banken en toonbankinstellingen al jaren intensief samen om het gebruik van de pinpas te stimuleren en het gebruik van contant geld te ontmoedigen. In 2005 sloten banken en toonbankinstellingen het Convenant Betalingsverkeer.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
14
In 2009 volgde, ook met het oog op de komende overgang naar de Single Euro Payments Area (SEPA), een Nadere Overeenkomst bij het Convenant, waarin op hoofdlijnen het volgende werd afgesproken: • D e toonbankinstellingen en de banken gaan samen aan de slag om de invoering van EMV chiptechnologie met twee jaar te vervroegen naar eind 2011. • D e toonbankinstellingen en de banken zullen gezamenlijk plannen uitwerken voor het verder bevorderen van de efficiëntie, en de veiligheid van het betalingsverkeer te vergroten, onder andere door het promoten van pinbetalingen boven contante betalingen; • D e banken stellen over een periode van vier jaar 24 miljoen euro beschikbaar via de Stichting Bevorderen Efficiënt Betalen, onder andere om de toonbankinstellingen tegemoet te komen in de extra kosten die gepaard gaan met de versnelde overgang naar EMV; • D e banken garanderen voor vijf jaar dat de tarieven voor debetkaart betalingen niet stijgen en dat de functionaliteit van debetkaartbetalingen, zoals die op 1 januari 2009 gold, gehandhaafd blijft; • B anken doen uitgebreid onderzoek naar de (technische) mogelijkheden om een significante vervanging van laagwaardige (contante) betaaltransacties door elektronische (debetkaart) betaaltransacties (pinnen) te bewerkstelligen.
Onderzoek naar laagwaardige betalingen De banken zijn in augustus 2009 gestart met mogelijkheden te onder zoeken om kleine contante betalingen te vervangen door pinbetalingen, zoals afgesproken in de Nadere Overeenkomst. Eerst werd het marktpotentieel voor het ‘verpinnen’ van kleine contante betalingen in beeld gebracht. Ook werd onderzocht in welke marktsegmenten mogelijke knelpunten en belemmeringen te vinden zijn. In dat kader werd uitvoerig met vertegenwoordigers van de toonbankinstellingen gesproken, om vast te stellen welke wensen en ideeën daar leefden. Voorts werd een inventarisatie gemaakt van mogelijke technische oplossingen voor het verpinnen van kleine contante betalingen. Daarbij werden zowel mogelijkheden voor de korte als voor de wat langere termijn geïnventariseerd. En er werd niet alleen naar oplossingen met een pinpas gekeken. Ook andere mogelijkheden, zoals mobiel betalen, werden in beeld gebracht. Na een tussen rapportage in december 2009 werd eind maart 2010 het definitieve rapport aan de toonbankinstellingen gestuurd.
Skimming Skimming is een vorm van betaalpasfraude, waarbij criminelen de magneetstrip van een betaalpas kopiëren en de pincode bemachtigen. Vervolgens maken ze een kopie van de pas. Hiermee wordt geld opgenomen en/of betaald in binnen- en buitenland. Skimming is niet alleen een bancair probleem, maar ook een maatschappelijk probleem. Banken hebben in 2009 fors geïnvesteerd in preventieve maatregelen en werken nauw samen met Currence en de toonbankinstellingen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
15
Daarnaast zijn klanten geadviseerd over veilig pasgebruik. Ondanks alle inspanningen nam de schade voor de banken als gevolg van skimming toe van 31 miljoen euro in 2008 tot 36 miljoen euro in 2009. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft zich de afgelopen twee jaar intensief ingezet voor meer prioriteit voor opsporing en vervolging van skimming. Uiteindelijk heeft dit geresulteerd in de toezegging van politie en het Openbaar Ministerie om een gezamelijk skimmingpoint in te richten.
EMV/Het nieuwe pinnen: Juist om skimming beter te kunnen bestrijden hebben de banken en toonbank betaalinstellingen afspraken gemaakt om tot een versnelde uitrol te komen van EMV-betalingen in Nederland. Dit betekent dat alle Nederlandse bankpassen over een EMV-betaalchip moeten beschikken en dat aan de acceptatiezijde alle geld- en betaalautomaten in Nederland uitgerust moeten zijn met de technologie om de chiptransactie te verwerken. Eind 2009 was 79% van de Nederlandse betaalpassen voorzien van een EMV-betaalfunctie. Alle Nederlandse geldautomaten zijn voorzien van EMV-technologie, en 52% van de betaalautomaten van de Nederlandse winkeliers is voorbereid op EMV.
In juli 2009 is het projectbureau EMV opgericht. Het projectbureau, dat is uitbesteed aan Currence, richt zich op het faciliteren van een zo soepel mogelijke introductie van EMV-betalen op de Nederlandse markt. Het nieuwe pinnen is geïntroduceerden geagendeerd. De kick off- bijeenkomst was in november 2009: de 1:1 benadering van brancheverenigingen, banken en betaalautomaatleveranciers als intermediaire doelgroep en de directe benadering van 260.000 ondernemers hebben het fundament gelegd voor het nieuwe pinnen.
Kansspelen Het aanbieden van betaalfaciliteiten, zoals een rekening-courant, aan organisaties die kansspelen via internet aanbieden, is volgens het ministerie van Jusititie in strijd met de Wet op de kansspelen (Wok). Ook het bevorderen van de deelname aan kansspelen via internet is op grond van de Wok verboden. De Nederlandse Vereniging van Banken is het niet eens met de uitleg die het ministerie geeft aan het begrip ‘bevorderen’, als bedoeld in de Wok. Het aanhouden van een rekening kan naar onze mening niet gezien worden als het bevorderen van kansspelen. Het ministerie heeft de banken aangeschreven met het verzoek om de bestaande relaties met aanbieders van kansspelen via internet binnen een redelijke termijn te beëindigen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
16
De Nederlandse Vereniging van Banken heeft hierop namens de betrokken banken gereageerd dat het aanbieden van betalingsfaciliteiten niet als een strafbare handeling kan worden beschouwd. Voorts vindt zij dat banken de relaties met organisaties die kansspelen via het internet aanbieden niet zondermeer kunnen opzeggen. Banken zijn verplicht om op basis van de Wet op het financieel toezicht (Wft) een dusdanig beleid te voeren, dat het een integere uitoefening van het bedrijf waarborgt. De beslissing om een relatie met een klant te beëindigen, is en blijft uiteindelijk een beslissing van de individuele bank, waarbij alle relevante omstandigheden per geval in overweging dienen te worden genomen. Het ministerie heeft reeds meerdere malen aangegeven een zwarte lijst met organisaties die kansspelen via internet aanbieden aan de Nederlandse Vereniging van Banken te sturen met het verzoek om deze lijst onder haar leden te verspreiden. Het ministerie wil dat banken hun relatie met organisaties op deze zwarte lijst beëindigen.
Fraudestatistieken Om inzicht te krijgen in de aard en omvang van de verschillende fraude vormen is de Nederlandse Vereniging van Banken in 2008 begonnen met het inventariseren van fraudecijfers. In 2009 is dit proces verder geoptimaliseerd en heeft het geresulteerd in de publicatie van de skimmingcijfers 2009.
Money mules De Nederlandse Vereniging van Banken lanceerde in 2008 de preventieve online campagne: ‘Hé Fooeel, je bent toch zeker geen money mule’.
Een money mule stelt zijn bankrekening aan criminelen ter beschikking, in ruil voor een beloning. Eind 2009 is er wederom sprake van dat met name jongeren als money mule worden geworven. Zij weten vaak niet dat zij zich inlaten met criminele activiteiten en zelf ook strafbaar zijn. De Nederlandse Vereniging van Banken besteedt daarom in 2010 wederom aandacht aan dit fenomeen.
Internetbankieren & cybercrime Internet als distributiekanaal is niet meer weg te denken uit de bancaire dienstverlening. De Nederlandse banken bieden vele diensten aan via dit kanaal. In Europa geldt Nederland als één van de voorlopers. Daarmee neemt de aantrekkelijkheid voor criminelen om de dienst aan te vallen toe. In 2009 heeft een aantal banken last gehad van phishingaanvallen. Deze aanvallen, soms in combinatie met social engineering (een techniek waarbij een crimineel een aanval op computersystemen tracht te ondernemen, (mede) via de gebruikers van de systemen), zijn in een aantal gevallen beperkt succesvol gebleken. De Nederlandse Vereniging van Banken en de banken volgen deze ontwikkelingen met zorg. Begin 2009 namen de banken de verbeterde monitoring dienst ‘Cybercrime Monitoring and Investigation Service’ (CMIS++) in gebruik. Daarmee hebben Nederlandse banken betere informatie beschikbaar over ontwikkelingen in kwaadaardige software (‘malware’; een afkorting van malicious software). Indien nodig kan CMIS++ banken ondersteunen in de bestrijding van echte aanvallen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
17
In 2009 verscheen een nieuw fenomeen op de markt: Overlay Services. Partijen vroegen klanten, bijvoorbeeld bij het doen van een betaling op internet, hun gegevens om in te loggen binnen de persoonlijke internetbankierenomgeving. De partij kon met deze gegevens inloggen bij de bank, doen alsof hij de klant was en zo betalingen aanbieden en uitvoeren. De Nederlandse Vereniging van Banken constateerde dat dit hoge risico’s meebracht voor Internetbankieren en heeft nadrukkelijk haar zorgen geuit. Vervolgens gaf zij KPMG opdracht om een onafhankelijke risico analyse op te stellen. In deze risicoanalyse onderschrijft KPMG dat de risico’s van Overlay Services hoog zijn. Uiteindelijk heeft ook DNB haar standpunt bepaald. DNB geeft aan dat onderhavige overlay-dienstverlening de veiligheid van internetbankierentoepassingen ondermijnt. DNB heeft ernstige bezwaren tegen de bij overlay-betaaldiensten gebruikte methodiek. De zorgen worden ook gedeeld door het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer, omdat bankklanten worden verleid tot onverantwoord gedrag, namelijk het invoeren van hun vertrouwelijke gegevens op een andere website dan die van hun eigen bank.
Internetbankieren: 3x kloppen campagne opnieuw uitgevoerd Net als in 2007 en 2008 heeft De Nederlandse Vereniging van Banken in 2009 de collectieve publiciteitscampagne ‘3x kloppen’ gevoerd. Doelstellingvan de campagne was gebruikers verder bewust te maken van de maatregelen die zij zelf kunnen treffen – als aanvulling op de maatregelen die de banken nemen – om internetbankieren veilig te houden. De campagnedoelstellingen werden behaald.
Bovendien blijken klanten internetbankieren nu veiliger te beoordelen dan voor de start van de campagne. De 3x kloppen-campagne is een van de maatregelen om internetbankieren veilig te houden. Bewustmaking van risico’s en de maatregelen die de klant zelf kan nemen om die risico’s te beperken blijft buitengewoon belangrijk. Daarom komt de Nederlandse Vereniging van Banken in 2010 met een nieuwe campagne.
Samenwerking informatiebeveiliging Voor het vertrouwen in de bancaire sector is het van belang dat de kwaliteit van de beveiliging van dienstverlening en informatie hoog is. Informatiebeveiliging vraagt niet alleen om een goede interbancaire samenwerking. De financiële sector werkt ook nauw samen in het ‘financiële informatieknooppunt’ van het NICC (Nationale Infrastructuur ter bestrijding van Cybercrime). Vanuit de overheid zijn naast het NICC ook betrokken de KLPD, GOVCERT en de AIVD. In dit informatieknooppunt wordt informatie gedeeld over incidenten en kwetsbaarheden. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft in 2009 benadrukt dat het voortbestaan van deze vorm van samenwerking, waarin het NICC een centrale rol heeft, van groot belang is. De overheid heeft toegezegd dat het concept van de ‘informatieknooppunten’ blijft bestaan. De invulling van deze toezegging van de overheid wordt in 2010 duidelijk.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
18
In november 2008 is – op initiatief van Hongarije en Nederland – een eerste Europese ‘information exchange’ gehouden. Doelstelling was om te komen tot een gestructureerde Europese informatie-uitwisseling tussen zowel private als publieke partijen uit de diverse landen. Het initiatief heeft een vervolg gekregen. In 2009 zijn opnieuw twee bijeenkomsten van de Europese ‘information exchange’ gehouden. In het voorjaar van 2009 waren het NICC en de Nederlandse Vereniging van Banken gastheer geweest van de tweede bijeenkomst. De derde bijeenkomst werd in de herfst georganiseerd door Zwitserland. Begin 2009 publiceerde de University of Cambridge een rapport over EMV, de chip op de betaalpas. Het rapport bevatte een aantal bevindingen. De Nederlandse banken waardeerden de inhoudelijke input en hebben getoetst of de beschreven kwetsbaarheden ook in Nederland gelden. Waar nodig zijn maatregelen genomen om dit soort aanvallen te voor komen en te bestrijden.
Bankovervallen De Nederlandse Vereniging van Banken coördineert de interbancaire activiteiten op het gebied van fysieke beveiliging. Een van de activiteiten is het registreren en analyseren van fysieke incidenten, waaronder bankovervallen. Uit de jaarrapportage 2009 blijkt dat het aantal overvallen op bankkantoren in 2009 licht is afgenomen ten opzichte van 2008 (-5,5%). Van 36 in 2008 naar 34 overvallen in 2009. Daarbij werd in ruim 53% van de gevallen geen of een hele lage buit bemachtigd.
Verder is bij drie overvallen het geld weer retour gekomen, omdat de daders direct na de overval konden worden gearresteerd. Door de aangescherpte beveiligingsmaatregelen is de kans op een bankoverval met een aanzienlijke buit zeer gering. Zorgwekkend blijft dat overvallers grof geweld blijven inzetten.
Bankovervallen 2005-2009 80 zonder buit met buit
70 60 50 40 30 20 10 0 2005
2006
2007
2008
2009
www.nvb.nl
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
19
Bankovervallen 1967-2009 Overvallen 1967- 2009
600 500 400 300 200 100
2009
2007
2005
2003
2001
1999
1997
1995
1993
1991
1989
1987
1985
1983
1981
1979
1977
1975
1973
1971
1969
0 1967
Verslag Bestuur en Directie
Aanvallen op geldautomaten
Witwassen en terrorismebestrijding
Het aantal fysieke aanvallen op geldautomaten (niet zijnde een overval) is in 2009 toegenomen. In 2009 zijn 14 ramkraken en 21 plofkraken geregistreerd. In veel gevallen kon daarbij geen buit worden bemachtigd, maar de schade aan de gebouwen en geldautomaat was vaak aanzienlijk.
Naar aanleiding van de implementatie van de nieuwe Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme (Wwft) zijn bij de Nederlandse Vereniging van Banken veel vragen binnengekomen, met name over de nieuwe eisen rondom identificatie, de reikwijdte van de PEP (Politically Exposed Person) en de UBO (Ultimate Beneficial Owner). De vereniging heeft daarop een overzicht gemaakt van veelvoorkomende vragen en de antwoorden daarop en deze aangeboden aan haar leden.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
20
Daarnaast is met het ministerie van Financiën uitvoerig overleg geweest over de coffeeshops. In het kader van de Wwft (en de Wft) vinden banken dat coffeeshops een onacceptabel (witwas)risico vormden, met name vanwege de grote contante geldstroom, de onduidelijke herkomst van het geld en de niet-legale status van coffeeshops. De minister van Financiën was van mening dat ook gedoogde bedrijven toegang moeten hebben tot betaalfaciliteiten en dat deze niet categorisch mochten worden geweigerd. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft daarop met de minister afgesproken dat de banken coffeeshops niet categorisch weigeren, maar per zaak beoordelen of een specifieke coffeeshop een acceptabel of een onacceptabel risico vormt. Om het risico te verkleinen kan een bank bijvoorbeeld met coffeeshops afspreken zoveel mogelijk gebruik te laten maken van giraal geld (PIN-pas, creditcard of Chipknip).
Business continuity In 2009 heeft DNB, mede in overleg met de Nederlandse Vereniging van Banken, het Platform Business Continuity Vitale Infrastructuur (BC VIF) opgericht. Doelstelling van dit platform is het bespreken van beleidsmatige onderwerpen op het gebied van business continuity/vitale infrastructuur bescherming. Dit platform coördineert onder andere de interbancaire inbreng voor het Strategisch Overleg Vitale Infrastructuren (SOVI). Banken hechten belang aan een goede inter- en intrasectorale samenwerking op dit thema. Het belang voor de banken in deze steeds meer geïntegreerde samenleving is duidelijk.
In mei heeft DNB de eerste marktbrede oefening genaamd ’CyberScan’ gehouden. De Nederlandse Vereniging van Banken, belangrijke banken en infrastructuren, Currence, het ministerie van Financiën en de Autoriteit Financiële Markten hebben voor de eerste keer gezamenlijk hun crisismanagement geoefend op tactisch en strategisch niveau. Doelstelling van de oefening was om de schokbestendigheid van de financiële sector ten aanzien van een ernstige verstoring in het betalingsen effectenverkeer door cybercrime-activiteiten te testen. De oefening heeft onder meer geleid tot leerpunten betreffende rollen en verantwoordelijkheden en ten aanzien van crisiscommunicatie.
Single Euro Payments Area Ook in 2009 is de Nederlandse Vereniging van Banken centraal schakel punt geweest in de voorbereiding van de invoering van de Single Euro Payments Area (SEPA). Na de invoering van de Europese overschrijving in 2008 zijn de activiteiten gericht op de invoering van de Europese incasso en de voorbereiding van de volledige overgang van het betalingsverkeer op SEPA. Door de Stuurgroep SEPA is het SEPA Migratieplan Nederland geactualiseerd. De zorgpunten, die vanuit de stakeholders naar voren waren gebracht naar aanleiding van de vorige versie (2007), zijn opgelost en er is meer duidelijkheid over de timing gegeven. Het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer heeft het migratieplan besproken en vindt de daarin beschreven aanpak en tijdlijnen realistisch. Daarmee is het een goede basis voor de overgang naar SEPA in Nederland.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
21
De Stuurgroep SEPA, onder voorzitterschap van de Nederlandse Vereniging van Banken, met daarin ook Currence en DNB, coördineert de voorbereidingen van de betaaldienstaanbieders. Van daaruit vindt ook het reguliere overleg met de Afstemgroep SEPA Nederland plaats, die speciaal voor dit doel is opgericht onder het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer. Belangrijke resultaten, naast het geactualiseerde migratieplan, van het afgelopen jaar zijn: • introductie van de IBAN BIC Service, waarmee bedrijven en consumenten bankrekeningnummers kunnen omzetten; • h et besluit om de Acceptgiro ook aan te passen voor gebruik in combinatie met SEPA; • a fspraken met de Consumentenbond over aanvullende maatregelen waarmee consumenten voor de nog in te voeren Europese incasso extra service krijgen; • v oorlichting ter voorbereiding van de overgang naar SEPA, onder andere via brancheorganisaties en het SEPA Platform van de overheid; • n adere uitwerking van de invoering van de Europese incasso; • b ij de European Payments Council support krijgen voor de Kansspelincasso (zonder terugboekrecht); • o nderhoud implementatiestandaarden voor zakelijke gebruikers.
Bij de overgang naar SEPA is het de inzet van de Nederlandse banken om de hoge kwaliteit en efficiency van het Nederlandse betalingsverkeer te behouden. Om dat te realiseren, participeert de Nederlandse Vereniging van Banken actief in overleggen met regelgevers, gebruikersorganisaties en andere stakeholders, zowel op nationaal als Europees niveau. Een intensieve voorbereiding met de banken is en blijft daar een belangrijk onderdeel van.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
22
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat De turbulentie op de financiële markten heeft ook de bancaire consumentenmarkt niet onberoerd gelaten. Banken hebben in 2009 te maken met een verslechterd publiek imago van financiële dienstverleners, een afnemend consumentenvertrouwen en verminderde maatschappelijke acceptatie. Op beleidsmatig vlak wordt de al langer bestaande tendens om meer nadruk te leggen op bescherming van de (financiële) consument verder versterkt. De financiële crisis leidt tot een stevig beroep op banken om het belang van hun klanten voorop te stellen. De banken begrijpen die boodschap goed. In de Code Banken wordt vastgelegd dat het centraal stellen van de klant een noodzakelijke voorwaarde is voor continuïteit van de bank. Vanzelfsprekend werkt dit beroep ook door in het beleid van de Nederlandse Vereniging van Banken op consumentengebied dat een klantgerichte, maatschappelijk georiënteerde, transparante en duurzame benadering voorstaat.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Consumentenzaken EN Ondernemingsklimaat Het ondernemingsklimaat voor banken is in 2009 drastisch veranderd. Door het uitbreken van de kredietcrisis, nationalisering van financiële instellingen en staatsteun voor banken in vele landen, zijn de omstandigheden waaronder banken moeten opereren aanzienlijk moeilijker geworden. De focus van beleidsmakers is door deze ontwikkelingen ook sterk veranderd. Enkele jaren geleden was de aandacht nog primair gericht op verbetering van het financiële ondernemingsklimaat. Innovatie in de financiële sector werd sterk gestimuleerd. Inmiddels worden wereldwijd, in het licht van de veranderde situatie, nieuwe en aangescherpte regels ten aanzien van de financiële dienstverlening aangekondigd. Het laat onverlet dat de Nederlandse Vereniging van Banken streeft naar een optimaal ondernemingsklimaat voor haar leden, opdat banken hun klanten zo goed mogelijk van dienst kunnen zijn. We richten ons daarbij zowel op onderwerpen die rechtstreeks van invloed zijn op de condities waaronder banken kunnen werken, onder meer op fiscaal terrein, als op thema’s die de relatie tussen banken en het overige bedrijfsleven aangaan. Daarbij gaat het onder meer om de kredietverlening aan ondernemingen.
Leden
23
AFM Toetskader Hypotheken De Nederlandse Vereniging van Banken heeft in 2009 intensief overleg gevoerd met de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en het ministerie van Financiën over de voorstellen voor verantwoorde hypotheekverstrekking, vervat in het AFM-Toetskader uit september 2009. Onze input heeft geleid tot belangrijke aanpassingen van het toetskader. Daardoor ontstond op een aantal onderdelen overeenstemming tussen AFM en de Nederlandse Vereniging van Banken: • De Nederlandse Vereniging van Banken steunt de voorgestelde beperking van de hypotheeklening tot 112% van de aanschafwaarde van het huis met afbouw in 7 jaar via aflossing of vermogensopbouw. Met dit voorstel wordt het risico van een restschuld voor consumenten verminderd en blijft de toegang tot de woningmarkt gewaarborgd. • Inperking van de ‘explain’ binnen de Gedragscode Hypothecaire Financieringen (GHF) heeft de steun van de Nederlandse Vereniging van Banken: deze mogelijkheid van gemotiveerde afwijking van de normen mag nooit een vluchtroute zijn om aan de GHF te ontsnappen. Overigens is de explain al fors gedaald, tot zo’n 10% maximaal. • Aan de door de AFM voorgestelde verbeterde aansluiting tussen beide gedragscodes consumptief en hypothecair krediet werkt de Nederlandse Vereniging van Banken al langer.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
24
De Nederlandse Vereniging van Banken is tegenstander van een vierde onderdeel uit het Toetskader: het toepassen van verschillende leennormen voor verschillende huishoudtypes. Gezinnen kunnen in dit voorstel minder, alleenstaanden juist meer lenen. De lobby van de Nederlandse Vereniging van Banken heeft ertoe geleid dat dit punt van tafel is.
Na provisietransparantie ook kostentransparantie Sinds begin 2009 zijn financiële intermediairs verplicht openheid te geven over hun beloning, de zogenaamde provisietransparantie. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft in 2009 volop meegewerkt aan een follow-up hiervan: transparantie over de kosten voor de consument van financiële producten. Toegepast op hypotheekproducten gaat het hierbij om twee onderdelen: duidelijkheid over de rentekosten en duidelijkheid over de inlegkosten van een aan de hypotheek verbonden product. Banken gaven altijd al inzicht in deze bedragen, maar konden volstaan met percentages; de verplichting tot vermelding van deze kosten in euro’s bestond nog niet. Deze zogenaamde ‘nominale’ transparantie is na veel overleg met Financiën en de AFM alsnog per 1 januari 2010 in wetgeving gerealiseerd (de zogenaamde Bgfo-2). Op aandringen van de Nederlandse Vereniging van Banken zijn bij het verschaffen van deze transparantie duidelijke aannames geformuleerd, zodat er inderdaad eenduidige kostenoverzichten voor de consument kunnen worden geleverd. De aannames over, bijvoorbeeld, rendementsontwikkeling en rentetermijnen zijn in het Bgfo-2 opgenomen en door de Nederlandse Vereniging van Banken nog eens gecommuniceerd naar de leden.
Responsible lending and borrowing Nederland kent uitvoerige regelgeving rondom verantwoord lenen; zowel de wet als de gedragscodes voor hypothecair en consumptief krediet bevatten hiertoe bepalingen. De Europese Commissie (EC) denkt momenteel na over regels omtrent verantwoord lenen voor met name hypotheken. Om het ontstaan van een onnodige dubbele laag van regels met veel administratieve lasten en, erger nog, een verminderd niveau van consumentenbescherming te voorkomen, heeft de Nederlandse Vereniging van Banken samen met Financiën en diverse branche verenigingen een position paper opgesteld met daarin de belangrijkste karakteristieken van de Nederlandse regelgeving. De EC heeft dit nadrukkelijk meegenomen in haar consultatie over dit onderwerp. In 2010 beziet de nieuwe Commissie, met gebruikmaking van de consultatiebevindingen, wat haar ambities op dit terrein zijn.
Hypotheekfraude De Nederlandse Vereniging van Banken is een van de oprichters van de Stichting Fraudebestrijding Hypotheken (SFH). Het doel van de SFH is het signaleren, voorkomen en bestrijden van hypotheekfraude. Net als in 2008 was hypotheekfraude in 2009 een belangrijk issue en hebben de SFH deelnemers onderling nauw samengewerkt om hypotheekfraude tegen te gaan. Daarnaast heeft de SFH intensief contact met politie, justitie en diverse ketenpartners in de strijd tegen hypotheekfraude.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
25
Fraude met inkomensgegevens was in 2009 een veel voorkomende fraudevorm, gevolgd door het frauderen met de bestemming van het onderpand en bouwdepotfraude. De hypotheekverstrekkers worden nog altijd veelal geconfronteerd met hypotheekfraude die in georganiseerd verband wordt gepleegd. De onderzoeken naar deze zaken zijn vaak complex en worden dan ook vaak door de betrokken banken gezamenlijk uitgevoerd. In 2009 maken hypothecair financiers 640 keer melding van (een vermoeden van) hypotheekfraude. Dit houdt een afname in van ruim 13% ten opzichte van 2008 (-740). Dit betekent echter niet per definitie dat het aantal fraudegevallen ook gedaald is. Een mogelijke oorzaak voor de daling is de afspraak in september 2008 tussen SFH-deelnemers, dat er enkel informatie gedeeld mag worden bij concrete verdenkingen van fraude. Er wordt nu nog kritischer naar gekeken alvorens er een melding verstuurd wordt. Een belangrijk instrument voor hypotheekverstrekkers om hypotheek fraude te detecteren tijdens de acceptatieprocedure is het uitvoeren van een toets in het SFH-systeem. Door middel van dit incidentenwaarschuwingssysteem kunnen hypotheekverstrekkers controleren of de aanvrager ooit is geregistreerd vanwege het plegen van hypotheekfraude (of een poging hiertoe).
Leidt de toets tot een ‘hit’ dan dient de hypotheekverstrekker op basis van ingewonnen informatie een afweging te maken. Het opsporen van hypotheekfraude in een zo vroeg mogelijk stadium voorkomt grote financiële schade bij de financiers en beschermt sociale en maat schappelijke belangen.
Code consumptief krediet De integrale gedragscode consumptief krediet van de Nederlandse Vereniging van Banken is op 1 september 2009 van kracht geworden en is vanaf dat tijdstip bindend voor al haar leden. Het doel van de gedragscode is te bevorderen dat de banken op een verantwoorde wijze krediet verlenen aan consumenten, mede ter voorkoming van overkreditering. In de code wordt onder meer vastgelegd wat de reikwijdte is, welke uitzonderingsbepalingen gelden en op welke wijze omgegaan dient te worden met de relatie tussen consumptief en hypothecair krediet. Een belangrijk onderdeel van de code is medio 2008 al van kracht geworden. Het betreft de normen aan de hand waarvan banken zelf bepalen of het verstrekken van een krediet verantwoord is, een eis die voortvloeit uit de Wft. Deze normen zijn gebaseerd op gegevens van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) en geven aan welke bedragen consumenten, afhankelijk van hun huishoudsamenstelling, te allen tijde voor hun levensonderhoud beschikbaar moeten houden. In 2009 zijn de normen in overeenstemming met Nibud-gegevens aangepast.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
26
Europese richtlijn consumptief krediet
Financiële educatie
Op 23 april 2008 is de Europese Richtlijn voor consumptief krediet, de Consumer Credit Directive (CCD), door het Europese parlement goedgekeurd. De CCD is hoofdzakelijk om twee redenen ingevoerd. Ten eerste; om verdergaande bescherming aan consumenten te bieden. Ten tweede; omdat een verdergaande gelijktrekking van de regels in Europa als wenselijk werd beoordeeld. Harmonisatie moet de consument het vertrouwen geven ook kredietovereenkomsten met andere aanbieders uit andere lidstaten aan te gaan. De Nederlandse Vereniging van Banken staat in beginsel positief tegenover deze doelstelling maar heeft er altijd op gewezen dat het niveau van consumentenbescherming in Nederland al zeer hoog ligt. In juni 2009 is de consultatieronde begonnen over het wetsvoorstel dat de richtlijn in Nederlandse regelgeving omzet. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft daarin een aantal wijzigingen bepleit. Het wetsvoorstel is daarop deels aangepast. Zo zijn de bepalingen rondom de toepasselijkheid op effectenkrediet verzacht, hoeft het zogenaamde Europees standaardformulier, dat aanbieders aan klanten moeten overleggen, slechts standaard gegevens te bevatten en mag het in de precontractuele fase aan de consument verstrekt worden. Er is een hoger aflossings percentage mogelijk dan in de richtlijn staat bij kredieten boven de € 75.000,-. De bovengrens is teruggebracht in de Wet op het consumptief krediet om zo nadelige neveneffecten te voorkomen. In 2010 wordt de nieuwe wet- en regelgeving van kracht.
De Nederlandse Vereniging van Banken is een groot voorstander van het verbeteren van de financiële geletterdheid van consumenten. Uit onderzoek blijkt dat het financieel bewustzijn van consumenten niet altijd even groot is. En het is voor consumenten niet altijd eenvoudig om hun weg te vinden op de markt voor financiële diensten. De economische crisis heeft in 2009 de noodzaak voor financiële educatie alleen nog maar versterkt. Het is daarom goed dat enkele jaren geleden het initiatief tot CentiQ is genomen. De Nederlandse Vereniging van Banken is daar vanaf het begin bij betrokken geweest, ook in financiële zin. De kracht van CentiQ is dat het zo ongeveer alle spelers die een rol kunnen spelen bij financiële educatie, bijeen heeft gebracht. Daardoor zijn de contacten tussen partijen gemakkelijker en vanzelfsprekender geworden. Bijvoorbeeld met een belangrijke partij als het Nibud, die op het gebied van voorlichting en informatie veel financiële expertise in huis heeft. Zo ondersteunt de Nederlandse Vereniging van Banken het Nibud-initiatief van de Geldkoffer, dat zicht richt op basisschoolleerlingen, en bepleit zij een sterkere rol van het onderwijs bij financiële educatie. De banken hebben de afgelopen jaren ook individueel eigen initiatieven ontplooid op het gebied van financiële educatie. Zoals onder meer een elektronisch huishoudboekje, waarmee mensen online hun huishoud portemonnee op orde kunnen brengen, en lesmateriaal voor op scholen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
27
Schuldhulpverlening
Kredietverlening bedrijfsleven
De Nederlandse Vereniging van Banken is betrokken bij diverse initiatieven om de schuldhulpverlening in Nederland beter te laten verlopen. Een voorbeeld hiervan is de deelname aan de NEN-norm commissie schuldhulpverlening. Deze is verantwoordelijk voor de certificering van schuldhulpverleningsinstanties. Een ander initiatief betreft beoogde wetgeving van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dat wil een moratorium invoeren binnen het minnelijke traject schuldhulpverlening (een bepaalde periode waarin schuldeisers hun feitelijke invorderingsmaatregelen staken). In samenwerking met het Nibud en het ministerie van Jeugd en Gezin is er overleg hoe schuldproblematiek bij jongeren terug te dringen De Nederlandse Vereniging van Banken is nauw betrokken bij het initiatief om te komen tot het Landelijk Informatiesysteem Schulden (LIS) waarin betalingsachterstanden van huur, energie en schulden bij de sociale dienst moeten worden opgenomen. Dit in aanvulling op bestaande BKR-registratie en ter voorkoming van problematische schuldensituaties. De Nederlandse Vereniging van Banken vindt dat het LIS kredietverstrekkers in staat stelt hun maatschappelijke verantwoordelijkheid beter op te pakken en beter gehoor te geven aan hun zorgplicht. Door een (te) kritische houding van het College Bescherming Persoonsgegevens, dat van mening is dat het LIS onvoldoende waarborgen op het terrein van bescherming van persoonsgegevens biedt, lijkt het erop dat het LIS er in de oorspronkelijke vorm niet kan komen.
De banken hebben in 2009 commitment getoond om het Nederlandse bedrijfsleven in zware economische tijden waar mogelijk van krediet te kunnen voorzien. Het macrobeeld van de kredietverlening is behoorlijk op peil gebleven en in overleg met de overheid zijn er een aantal garantie regelingen ter ondersteuning. Klachten van ondernemers worden zeer serieus genomen; via de Ondernemerskredietdesk proberen wij een beter zicht op deze problematiek te krijgen. De precieze gevolgen van nieuwe kapitaalseisen zijn nog niet goed in te schatten, maar zouden kunnen zorgen voor een verkleining van het kredietverlenend vermogen van banken. De kredietgroei is in 2009 weliswaar afgenomen na de recordgroei van de jaren hiervoor, maar er is nog altijd sprake van groei. Een bijzonder feit gezien het economische zware weer waar ons in land zich in bevond in 2009. De banken zijn strenger geworden, kijken nóg scherper naar risico’s en desondanks was er sprake van groei. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft in december 2008 met MKB Nederland en VNO-NCW een aantal afspraken gemaakt om de kredietverlening aan het bedrijfsleven op gang te houden. Deze afspraken hebben geleid tot concrete resultaten. Banken zijn gebruik gaan maken van de garantieregeling van de staat bij uitgifte van obligaties, er zijn via de Europese Investeringsbank speciale kredieten voor het MKB op de markt gekomen, de diverse staatsgarantieregelingen zijn uitgebreid en er is een digitaal informatiepunt over kredietverlening voor branche organisaties ingericht.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
28
Om een beter inzicht te krijgen in de klachten over kredietverlening en om samen aan mogelijke oplossingen te werken, heeft de Nederlandse Vereniging van Banken samen met MKB Nederland en VNO-NCW de Ondernemerskredietdesk (OKD) ingericht. De OKD registreert klachten en beantwoordt vragen van ondernemers over kredietverlening. Het algemene beeld dat uit de klachten naar voren komt, is dat het in bijna alle gevallen gaat om (zeer) kleine bedrijven (1 tot 5 werknemers), dat het over kleinere kredieten gaat (€ 10.000,- tot € 50.000,-) en dat de klachten vooral uit de handel, bouw en dienstverlening komen. Het doel van de gevraagde financiering is zeer vaak het verkrijgen van werkkapitaal. Een logische trend in de huidige recessie. De Nederlandse Vereniging van Banken maakt zich zorgen over de effecten die nieuwe kapitaalseisen hebben op het kredietverlenend vermogen van de banken. Wanneer een bank meer kapitaal zou moeten aanhouden en tegelijkertijd de vraag naar krediet sterk stijgt, zou dit kunnen gaan knellen bij banken. Om dit voor te blijven voeren wij overleg met de overheid.
Garantieregelingen In overleg met de ministeries van Financiën en Economische Zaken hebben we verschillende borgstellings- en garantieregelingen aangepast. Hiermee wordt een betere aansluiting bereikt met de kredietverleningspraktijk van banken en vallen meer kredieten onder de regelingen. De resultaten worden zichtbaar.
Ondanks een dalende kredietvraag en een stijgend aantal ondernemingen met verslechterde toekomstperspectieven, is het gebruik van de regeling in de tweede helft van 2009 toegenomen. Ook de Garantie Ondernemingsfinanciering komt verder op gang. De banken hopen dat met de wijzigingen die zijn doorgevoerd er meer typen financieringen onder de regeling gebracht kunnen worden. Samen met het Agentschap NL (voorheen SenterNovem) is de interne communicatie bij banken over de nieuwe regeling geïntensiveerd. In 2009 heeft de Nederlandse Vereniging van Banken zich ook sterk gemaakt voor de totstandkoming van een exportkredietgarantiefaciliteit en een scheepsnieuwbouwgarantieregeling.
Zorgfinanciering 2009 kenmerkte zich door een aanhoudende onduidelijkheid over de toekomst van de zorgsector. Hoewel in de overgangsfase van het budget systeem naar integrale prestatiebekostiging wel steeds (kleine) stappen worden gezet, is de door de Nederlandse Vereniging van Banken steeds bepleite duidelijkheid voor de toekomst er nog niet gekomen. Dit maakt de financierbaarheid van (nieuw)bouw van zorginstellingen steeds moeilijker. Banken voeren geregeld overleg met de sector en met name het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om deze problemen te adresseren en gezamenlijk tot oplossingen te komen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
29
De Nederlandse Vereniging van Banken brengt de volgende aspecten voortdurend onder de aandacht: • e r is duidelijkheid gewenst bij de verdere invoering van risicodragende kapitaallasten; • d e boekwaardeproblematiek bij sommige zorginstellingen is groot, dit heeft gevolgen voor de financierbaarheid van deze instellingen; • d e kapitalisatie van veel zorginstellingen is zwak; voor een gezonde zorgsector moeten de mogelijkheden voor verschaffers van risico dragend kapitaal verruimd worden; • m et name in de caresector is een te grote behoefte aan werkkapitaal, die door banken steeds moeilijker te financieren is.
Vooringevulde aangifte inkomstenbelasting In 2009 heeft het technisch overleg met de Belastingdienst over de renseignering van financiële gegevens van cliënten voor de vooringevulde aangifte inkomstenbelasting (VIA) geleid tot een concepthandleiding voor het renseigneren van bank- en beleggingsproducten. Deze wordt in 2010 door een aantal banken gebruikt voor een impactanalyse. Op basis van de bevindingen van de banken kan de handleiding aangepast worden. De definitieve versie met de vereiste specificaties wordt eind juni 2010 vastgesteld. Banken gaan naar huidige inzichten voor het eerst in 2012 (over 2011) met het nieuwe format en kwaliteitseisen renseigneren. Essentieel hierbij is de upgrading van de kwaliteit van de gegevens van contra-informatie voor de Belastingdienst naar hoogwaardige gegevens voor de vóórinvulling in de aangifte inkomstenbelasting van de cliënt.
Aanpassing vennootschapsbelasting De Nederlandse Vereniging van Banken heeft eind juli 2009 gereageerd op het consultatiedocument van het ministerie van Financiën, met daarin verschillende beoogde maatregelen inzake de vennootschapsbelasting (VpB) voor verbeteringen op het terrein van financieringsactiviteiten en investeringen in Nederland. De voorstellen betroffen onder meer de introductie van een verplichte groepsrentebox en de invoering van maatregelen ter beperking van de aftrek van rentekosten, met gelijktijdige afschaffing van een aantal bestaande complexe regels voor uitsluiting van renteaftrek in specifieke situaties. Omdat voor banken in- en uitlenen de basisactiviteit van de onderneming is waaruit de fiscale winst voortkomt, moet prudent worden omgegaan met de effecten van renteaftrekbeperkingen op de fiscale positie van banken. Eind 2009 heeft staatssecretaris De Jager de voorstellen vanwege de ontvangen consultatie reacties voorlopig weer ingetrokken.
Btw-vrijstelling uitbesteding deelprocessen bij betalingsverkeer Met het ministerie van Financiën en de Belastingdienst Amsterdam is overlegd over een ruimere interpretatie van de btw-vrijstelling, zoals die in Engeland, Ierland en Denemarken gebruikelijk is. Het gaat om het uitbesteden van deelprocessen binnen het totale proces van het betalingsverkeer bij pinnen en creditcards. De wetgeving en de inter pretatie daarvan is ver achtergebleven bij de huidige stand van zaken in het betalingsverkeer en de ontwikkelingen naar een ‘cashless society’.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
30
Cashless betalingen komen tot stand via een zeer complex proces, waarbij door de komst van de Single Euro Payments Area (SEPA) een ontwikkeling gaande is naar concentratie en specialisatie. Nederlandse banken trachten hun betalingsverkeer zo efficiënt mogelijk in te richten en daardoor hun vooraanstaande positie op dat punt te behouden. Deze competitiestrijd dwingt banken tot het uitbesteden van deelprocessen. In het overleg zijn negentien belangrijke deelprocessen geïdentificeerd die specifiek en essentieel zijn voor het tot standkomen van een betaling. De Nederlandse Vereniging van Banken meent dat uitbesteding van deze deelprocessen niet tot een btw-heffing mag leiden. De ratio van deze vrijstelling is immers dat btw wordt geheven over de levering van de goederen of diensten waarvoor wordt betaald, maar niet over de betaling zelf.
Herziening Algemene Bankvoorwaarden De Algemene Bankvoorwaarden (ABV) zijn in 2009 geheel herzien. Deze herziening ging gepaard met een onderhandelingsproces, vooral met de Consumentenbond. Ook vond afstemming plaats met VNO-NCW en MKB Nederland. De ABV worden door alle leden van de Nederlandse Vereniging van Banken gebruikt als ‘contractuele grondwet’. Ze gelden voor alle klanten, zowel particuliere als zakelijke. Sinds 1995 waren de voorwaarden niet meer aangepast. Ze waren dan ook sterk verouderd en deels achterhaald, onder meer door nieuwe wetgeving. Veel bepalingen zijn opnieuw geformuleerd en er zijn diverse nieuwe onderwerpen toegevoegd, zoals een bepaling over privacy.
De drie voorbehouden van de Consumentenbond, die al sinds 1995 op de ABV rustten, zijn vervallen. De herziene voorwaarden werden op 1 november 2009 van kracht. De invoering ging gepaard met een uitgebreide publiekscampagne.
Gedragscode Verwerking Persoonsgegevens Financiële instellingen Banken zijn massale verwerkers van persoonsgegevens. In Nederland legt de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) de bank als verwerker van persoonsgegevens verplichtingen op. In 2003 hebben de Nederlandse Vereniging van Banken en het Verbond van Verzekeraars samen een gedragscode opgesteld met het doel de Wbp-regels nader te concretiseren in de sfeer van de financiële dienstverlening. De code kreeg een wettelijke conformiteitsverklaring van het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) met een geldingsduur van vijf jaar. De verklaring verliep in 2008, maar de besprekingen met het CBP over een aangepaste code vergden de nodige tijd. Eind 2009 werd in principe overeenstemming bereikt, maar door nieuwe complicaties op de valreep kon de definitieve goedkeuring pas in april 2010 worden afgegeven. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de huidige code liggen op het terrein van de marketing en de omgang met strafrechtelijke gegevens en medische gegevens. Daarnaast zijn de regels over de controle op de naleving aangepast en is de toelichting geheel herzien en toegankelijker gemaakt. De vernieuwde code is op 1 mei 2010 in werking getreden.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
31
Burgerservicenummer Eind 2007 voerde Nederland het burgerservicenummer (BSN) in. Met dit unieke persoons-nummer kunnen burgers bij elk loket van de overheid terecht. De banken mogen het BSN alleen gebruiken voor de zogenaamde renseignering aan de fiscus. Omdat banken en verzekeraars het BSN ook willen gebruiken als hulpmiddel bij de identificatie van klanten, als intern ordenings-instrument en als instrument voor adresverificatie, hebben de Nederlandse Vereniging van Banken en het Verbond van Verzekeraars de minister van Financiën gevraagd dit mogelijk te maken door een specifieke sectorwet. Die wens werd afgelopen jaar gehonoreerd, met uitzondering van een faciliteit voor adresverificatie. In 2009 werden de eerste schetsen van de nieuwe wet op papier gezet en ging het ministerie over tot officiële consultatie van belanghebbende partijen. In de loop van 2010 wordt het wetsvoorstel aan het parlement voorgelegd.
Herziening Faillissementswet In november 2007 presenteerde de Staatscommissie Kortmann haar voorstellen over de herziening van de Nederlandse insolventiewetgeving middels een concreet wetsvoorstel. De Nederlandse Vereniging van Banken had fundamentele bezwaren tegen een aantal voorstellen, zoals die over verhaalsbenadeling, de positie van de separatist en het gebruiks-, verbruiks- en vervreemdingsrecht. Die voorstellen zouden leiden tot grotere terughoudendheid bij financiers en duurder krediet.
Het reorganiserend vermogen van ondernemingen verslechtert daardoor eerder dan dat het verbetert, en daarmee wordt het tegendeel bereikt van het doel waarvoor de Commissie in het leven was geroepen. Daarnaast werd een goede economische en juridische onderbouwing node gemist. De noodzaak van de voorgestelde, vergaande wijzigingen werd naar ons oordeel dan ook niet overtuigend aangetoond. Daar kwam bij dat de wetenschap steeds meer erkende dat het gros van de ondernemingen in moeilijkheden gered wordt in de informele voorfase, en dat de banken juist in die fase een cruciale rol spelen. De voorstellenvan de Commissie waren praktisch geheel gericht op de fase na de faillietverklaring, maar hielden wel het gevaar in zich van een negatieve beïnvloeding van de gang van zaken in de informele voorfase. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft rond deze voorstellen dan ook een stevige lobby gevoerd, onder meer via wetenschappelijke publicaties,optredens op congressen en het zoeken van steun bij werkgeversorganisaties. In de consultatieronde, die het ministerie van Justitie in 2008 startte, heeft de Nederlandse Vereniging van Banken haar bezwaren nog eens uitgebreid naar voren gebracht. De minister van Justitie besloot in 2009 dat hij de voorstellen van de Commissie in deze kabinetsperiode niet meer in behandeling zou nemen. Daarmee zijn de voorstellen tot nader order van tafel.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
32
Toezicht en financiële markten In 2009 was er sprake van een fikse krimp van de wereldwijde en Nederlandse economie. Het schokeffect van het faillissement van Lehman leidde in de reële economie tot vraaguitval. De eerste maanden kenmerkten zich door een sterk neergaande beurs, die zich na maart aanzienlijk herstelde. Het gecontinueerd ingrijpen van monetaire auto riteiten bracht een laag renteniveau met zich mee. Waar enerzijds de rentemarge van banken verbeterde, leidde anderzijds de afkoeling van de economie tot de noodzaak van aanvullende voorzieningen. Het herstel van de banksector was al met al broos.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
toezicht en financiële markten Zowel op nationaal als op internationaal niveau stond 2009 in het thema van: • h et bewaken en verstevigen van de solvabiliteits- en liquiditeitspositie van de banksector en het bewaken van het level playing field tussen instellingen mét en zonder steun van de overheid; • h et benutten en zo mogelijk afbouwen van steunmaatregelen, zoals kapitaalinjecties, garantieregelingen en liquiditeitsarrangementen; • h et trekken van lessen uit de crisis en het vertalen van die lessen naar nieuwe regels en een andere werkwijze voor de toekomst. In Nederland namen de banken het initiatief om de lessen uit de crisis te vertalen in directe versteviging van de kapitaals- en liquiditeitspositie. Gezamenlijk werd besloten om de Code Banken aan te nemen. Door deze code verankeren banken het risicobewustzijn en de afweging van belangen van alle stakeholders in de bedrijfsvoering. Ook kent de code duidelijke regels rond beloningen. Daarnaast hebben de banken in oktober 2009 onderzocht of er mogelijkheden waren om een deconfiture van DSB Bank te voorkomen. Toen dit onvermijdelijk bleek hebben de banken de afwikkeling daarvan voor de klant versoepeld door praktische voorzieningen te treffen, zoals een snelle overstapservice en voorschotten uit de geldautomaat. De hoofdlijn van de ontwikkelingen op het gebied van toezicht en financiële markten wordt bepaald door de consensus op internationaal niveau over toekomstige maatregelen om de crisis te voorkomen. De G20 besluit in november 2009 om het Financial Stability Forum een meer permanente en officiële rol te geven als Financial Stability Board (FSB).
Verenigingszaken
Leden
33
Tegelijkertijd wordt een ‘peer review’-systematiek afgesproken tussen landen/toezichthouders, opdat de FSB als een effectief forum kan gaan fungeren, een forum waarin landen elkaars beleid toetsen en beoordelen. De G20 belast de FSB met de taak om de volgende speerpunten te monitoren/realiseren: 1. het identificeren en monitoren van macro-economische kwetsbaarheden; 2. het identificeren en monitoren van samenwerking tussen toezichthouders/regelgevers; 3. het inrichten van internationaal crisismanagement en early warning; 4. het bewaken van een passende beloningsstructuur in de financiële sector; 5. het invoeren van de veelomvattende beleidsagenda met veranderingen: • sterkere kapitaalseisen en liquiditeitseisen; • invoering leverage ratio en verbetering risk management; • aanpassing accountingregels; • terugbrengen van dekking van het depositogarantiestelsel naar het niveau van voor de crisis; • inrichting systeemtoezicht; • borgen van toezicht op alle deelnemers in financiële markten; • verminderen van de prudentiële risico’s van OTC-handel en het verbeteren van de transparantie; • regulering en toezicht creditrating agencies.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
34
Op elk van de bovengenoemde onderwerpen zijn in 2009 consultaties en concrete voorstellen tot regelgeving gedaan, zowel vanuit overheden als vanuit toezichthouders. De Nederlandse banken onderkennen het nut hiervan als vervolg op de crisis en hebben een constructieve bijdrage geleverd aan de beleidsdiscussies. Daarnaast zetten de banken met de Code Banken ook zélf de nodige verandering in gang. Doel hiervan is het risicobewustzijn op een goede manier blijvend te verankeren in de governance en bedrijfsvoering en te zorgen dat de beloningsstructuur hierop aansluit. Het fragmentarisch karakter van de internationale voorstellen baart overigens wel zorg. De crisis liet zien dat een samenhangend analyse kader gewenst is om de verbanden tussen ontwikkelingen in de economie, markt en bij banken en instellingen op de financiële markten beter te begrijpen. Door de opstelsom van voorstellen waarvan noch het economisch effect, noch de samenhang en de feitelijke werking voldoende worden doorgrond, bestaat echter het gevaar dat het uiteindelijke doel – voorkomen van de crisis – verloren gaat of voorbij wordt gestreefd. De banken benadrukten daarom in 2009 het belang van het totaaloverzicht en de risico’s van de cumulatie van maatregelen. Een andere belangrijke inzet van de Nederlandse Vereniging van Banken in 2009 was, op het gebied van toezicht en financiële markten, te borgen dat de reactie op de crisis wordt gevormd door invoering van internationaal afgestemde regels met zo min mogelijk nationale afwijkingen. Een risico is dat crisis leidt tot een nationale reflex bij zowel de regelgever als de toezichthouder.
Daarmee wordt dan de integratie van de financiële markten, en dus ook het groeipotentieel van de Nederlandse economie, onnodig beperkt. Ook kan een dergelijke nationale benadering leiden tot onnodige drempels en verschraling van de diversiteit van het Nederlands bankenlandschap.
Verbetering liquiditeit, solvabiliteit en internationale aanpassingen in risicomanagement In het verlengde van de gebeurtenissen uit 2008 is door zowel banken als toezichthouders gewerkt aan het versterken van de solvabiliteits- en liquiditeitspositie. De liquiditeitsposities werden door individuele banken versterkt. Daarnaast was eind 2009 de BIS-ratio van de sector gestegen naar 15 % (van 12%) en de tier-1 ratio naar 12,5 % (van 9,7%). Daarmee is op nationaal niveau al een direct vervolg gegeven aan de versterkingen van robuustheid en liquiditeit in het bankwezen. In 2009 is de Nederlandsche Bank (DNB) in overleg getreden met de sector over de herijking van de liquiditeitsrapportage. Dit leidde tot een constructieve gedachtewisseling over mogelijke verbeterpunten. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft gewaarschuwd voor het markteffect van een te beperkte definitie van onderpand dat gebruikt kan worden om liquiditeit te verkrijgen. De banken hebben daarnaast benadrukt dat een overgang naar een nieuw raamwerk zo goed mogelijk moet aansluiten bij internationale ontwikkelingen. Om dit laatste mogelijk te maken heeft DNB de Nederlandse ontwikkeling getemporiseerd.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
35
Deze verschuiving in tijd is mogelijk omdat de Nederlandse liquiditeitsrapportage in zijn huidige vorm al als gedegen en veelomvattend kan worden beschouwd. De basis hiervoor is gelegd in de eerste helft van de jaren zeventig, toen de eerste gedetailleerde definities en modellen zijn vastgesteld in samenwerking tussen de toenmalige Nederlandse bankiersvereniging en DNB. Op dit onderwerp loopt Nederland inter nationaal dan ook voorop.
De Nederlandse Vereniging van Banken heeft bij elk van deze voor genomen aanpassingen in nauw overleg met DNB en het ministerie van Financiën gesproken over de mogelijke impact en suggesties gedaan om te zorgen dat de voorgenomen regels in de praktijk goed werkbaar zijn. Een punt dat hierbij in 2009 onvoldoende aandacht heeft gekregen, is de eliminatie van nationale discreties uit de Capital Requirements Directive (CRD).
Veel aandacht ging verder uit naar de consultaties die plaatsvonden in het verlengde van de G20-agenda. In hoog tempo werd zowel vanuit het Bazels Comité, de Europese Commissie en het Comité van Europese Toezichthouders op banken (CEBS) vormgegeven aan de toekomstige regels en richtlijnen op het gebied van: • s ecuritisaties; waarbij uiteindelijk is besloten dat banken 5% op de balans dienen te houden; • s teviger kapitaalseisen in het handelsboek, in verband met securitisaties en tegenpartijkredietrisico; • g rote postenregeling; • h ybride kapitaalinstrumenten en own funds; • toezichthouderregels; verhouding tussen host en home toezichthouder; • dynamische voorzieningen en leverage ratio; • verlenging van de Basel 1-vloer.
In het najaar van 2009 vond er overleg plaats tussen DNB, individuele banken en de Nederlandse Vereniging van Banken over de risico’s die zich in potentie voordoen bij geconcentreerde uitzettingen in specifieke landen. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft hierbij benadrukt dat goed toezicht op die exposures, juist binnen de huidige kaders van het Bazel-raamwerk en toezicht, gewenst is en zou moeten plaatsvinden als onderdeel van de pijler 2-gesprekken met individuele banken. Dit sluit naadloos aan op de visie van de Europese toezichthouder, CEBS. De discussie over de opstelling van een eventuele nadere DNB-regel op dit gebied liep door in 2010. De visie van de Nederlandse Vereniging van Banken op dit punt is dat de CEBS-lijn gevolgd kan worden. Deze biedt ruimte aan alle banken om op een eigen manier de relevante risico’s te mitigeren en is daarin niet prescriptief.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
36
Toezichtstructuur in Europa Op Europees niveau is in 2009 door de Commissie de Larosière een schets gegeven van belangrijke verbeteringen die denkbaar zijn in de structuur van het toezicht. Juist om toekomstige grensoverschrijdende crises te kunnen voorkomen, bepleitte de Commissie een meer Europese inrichting van het bankentoezicht, zonder overigens al direct voor één enkele Europese toezichthouder te pleiten. Daarnaast werd voorgesteld om een Europees toezichtinstituut te belasten met het zogeheten systeemtoezicht: dit is macro-prudentieel toezicht, waarbij de ontwikkelingen in de financiële sector en bij overheden én hun impact op de economie en banken worden gevolgd. Doel hiervan is om een toekomstige subprime-crisis eerder te identificeren en zo mogelijk te voorkomen. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft in de discussies hierover kenbaar gemaakt een voorstander te zijn van een model waarin een Europese bankentoezichthouder wordt belast met de inhoudelijke verant woordelijkheid, de harmonisatie en het beheer van het Europees toezichtinstrumentarium. Binnen dit orgaan moet het toezicht op prudentieel gebied gestalte krijgen. Uitgangspunt is het coördineren van het door de nationale toezichthouders uit te voeren beleid. Dit centraal geformuleerde beleid is van toepassing op zowel grensoverschrijdende als nationaal opererende instellingen, waardoor een level playing field maximaal gegarandeerd is. Idealiter bevat dit beleid een eenduidige set regels voor alle financiële instellingen die onder prudentieel toezicht staan, opdat op nationaal niveau geen aanvullende toezichtregels gesteld hoeven te worden.
De Nederlandse banken zijn daarbij voorstander van bindende mediation als middel voor de Europese toezichthouder om bij afwijkingen in de uitvoering van de toezichtpraktijk van lidstaten in te grijpen. Dit middel kan worden ingezet indien de home- en host-lidstaat niet zelfstandig tot een oplossing kunnen komen. Daarnaast dient de toezichthouder bij geschillenbeslechting een arbitrerende of mediërende rol te spelen. Ten aanzien van het systeemtoezicht onderschrijven de Nederlandse banken het nut en de noodzaak van de inrichting van de zogeheten European Systemic Risk Board. Belangrijk daarbij is dat sprake is van voldoende vertegenwoordiging van marktexpertise in de uiteindelijke opzet, om te voorkomen dat dit een te academisch orgaan wordt. Daarnaast heeft de Nederlandse Vereniging van Banken bepleit dat er zeer zorgvuldig wordt omgegaan met informatievoorziening over ontwikkelingen bij specifieke (groepen van) instellingen, juist om te voorkomen dat een explorerende analyse over bepaalde systeemrisico’s ertoe leidt dat deze systeemrisico's zich materialiseren.
Crisismanagement De crisis heeft aangetoond dat daar waar de financiële markten en instellingen vrijwel geen grenzen meer kennen, dit wel het geval is als het gaat om het toezicht en crisismanagement. Het opbreken van Fortis, Icesave en Kaupthing bracht het gebrek aan internationale afstemming van maatregelen, de verschillen in toezichtsinstrumenten en toepassing daarvan, maar ook de bescherming van nationale belangen aan het licht.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
37
De G20 heeft daarom tijdens de Pittsburg meeting van 25 september 2009 opgeroepen om deze gebreken weg te werken. Bevoegde ‘autoriteiten’ (toezichthouders en ministeries van Financiën) dienden crisismanagementgroepen in te stellen voor de grotere, grensoverschrijdende financiële instituties. Dit had niet alleen betrekking op banken, maar ook op verzekeraars. Er zou een raamwerk ontworpen moeten worden om zorg te dragen voor betere samenwerking en afstemming tussen de toezichthouders. Dit raamwerk zou moeten zorgdragen voor tijdige afstemming en signalering, om een dreigende crisis voor te zijn, of om te zorgen voor een goede afwikkeling. Ook financiële instellingen zelf zouden maatregelen moeten nemen ten behoeve van een betere beheersing van de eigen organisatie. Dit zou vorm moeten krijgen in contingency en resolution plannen ('living wills'). De G20 heeft de FSB opdracht gegeven om voor oktober 2010 met voorstellen voor beter toezicht en, meer specifiek, aanvullende kapitaals-, liquiditeits- en prudentiële maatregelen te komen. Hiermee is de FSB aan de slag gegaan. Echter, ook het Bazels Comité en de Europese Commissie hebben deze thema’s opgepakt in 2009. Het Bazels Comité heeft een consultatie uitgebracht waarin zij haar gedachten uiteenzet over de verbetering van grensoverschrijdend toezicht. De 'living wills' vormden een belangrijk onderdeel hiervan.
De Europese Commissie richtte de aandacht meer op maatregelen dan op het totale raamwerk van crisismanagement en burden sharing. De hoofdonderdelen waren early intervention, resolution en insolvency. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft op beide consultaties gereageerd en is van mening dat er veel meer nadruk moet worden gelegd op het belang van gedegen uitvoering van het lopend toezicht. Hoe eerder problemen kunnen worden gesignaleerd, hoe beter. Daarbij moeten de toezichthouders veel beter en eerder informatie met elkaar uitwisselen. Deze twee onderdelen zijn essentieel om toekomstige problemen voor te kunnen zijn. De discussies over het crisismanagementraamwerk en de verbetering van het toezicht worden in 2010 vervolgd met nieuwe richtlijnvoorstellen vanuit de Europese Commissie en principes van het Bazels Comité. De vraag wie uiteindelijk voor toekomstige crises zal moeten betalen, zal hierbij ook centraal staan.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
38
Het depositogarantiestelsel Op het terrein van het depositogarantiestelsel (DGS) was 2009 een zeer intensief jaar. Er zijn veel verschillende verandertrajecten ingezet, zowel nationaal als Europees. Naar aanleiding van de crisis en het instellen van de noodregeling voor Icesave is eind 2008 de Europese DGS-richtlijn aangepast. De Europese Commissie had in de wijziging opgenomen dat zij eind 2009 een rapport zou moeten uitbrengen over de werking van de richtlijn en aanpassingen hierop. Een analyse over de verhoging van het garantiebedrag en het gewenste nieuwe garantiebedrag vormden hier een zeer belangrijk onderdeel van. Ter voorbereiding op het rapport heeft de Commissie begin vorig jaar een consultatie uitgevoerd om de visies van de verschillende betrokkenen te peilen. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft hierop gereageerd, mede in afstemming met DNB en het ministerie van Financiën, en met name benadrukt dat het DGS puur en alleen gezien moet worden als uitbetaalmechaniek na deconfiture. Het DGS is nooit bedoeld als instrument om een crisis op te vangen, maar om de kleine spaarder te beschermen. Tevens heeft de Nederlandse Vereniging van Banken aangegeven dat het verhogen van het garantiebedrag juist een verhogende werking heeft op het moral hazard. Ook hebben we in deze reactie opnieuw gewezen op het belang van goed en effectief toezicht. Nadien bleek dat de Commissie de deadline van eind 2009 voor oplevering van haar impactanalyse en verdere aanpassingen van de richtlijn niet haalde. De verwachting is dat de Commissie bij publicatie van dit jaarverslag haar voorstellen heeft gepresenteerd.
Een tweede Europese ontwikkeling die gevolgen had op nationaal niveau is de verkorting van de uitkeringstermijn. Met de aanpassing van de richtlijn is de termijn voor het uitkeren van de tegoeden verkort van 9 naar 3 maanden en zal de termijn per 1 januari 2011 op 20 werkdagen komen te staan. De Nederlandse Vereniging van Banken zag al vroeg in dat dit mogelijke verstrekkende implicaties met zich mee zou brengen voor de IT-systemen van de leden en heeft daarom eind 2009 een externe consultant ingehuurd om mogelijk knelpunten in kaart te brengen. Hiermee hebben wij een proactieve stap kunnen zetten om tijdig het gesprek met DNB aan te gaan over mogelijke gevolgen en aanpassingen. Het doel hierbij was om door een tijdige planning de lasten voor de banken zoveel mogelijk te beperken. Ook dit proces loopt door in 2010 en zal naar verwachting in 2011 afgerond zijn. Naast het feit dat de Commissie aan de slag is gegaan met herziening van de depositogarantierichtlijn, is naar aanleiding van het faillissement van Icesave ook in Nederland een discussie opgestart over de effectiviteit van het Nederlandse DGS. Het ministerie van Financiën, DNB en de Nederlandse Vereniging van Banken hebben eind 2008 besloten om gezamenlijk het bestaande stelsel door te lichten om te bezien waar dit verbeterd kon worden. Het rapport is in juni 2009 opgeleverd.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
39
De hoofdconclusie luidt dat het DGS voldoet aan een maatschappelijke behoefte, maar dat het huidige stelsel op een aantal punten verbetering verdient. Het bevat niet de juiste prikkels voor depositohouders en banken, de omslag van de kosten voor de banken komt mogelijk op het verkeerde moment (procyclisch), de uitvoering ervan is voor banken en DNB gecompliceerd en de wet- en regelgeving is op onderdelen onduidelijk. Het ministerie heeft als reactie op het rapport aangegeven over te willen stappen op een voorgefinancierd fonds. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft aangegeven hier open voor te staan, mits dit ook daad werkelijk meerwaarde zou hebben. Inmiddels bekijken wij de diverse modellen rond ex ante financiering, risicogewogen bijdragen en betere toegangscontrole rond het stelsel. De discussie zal doorlopen gedurende 2010. Helaas is ook in 2009 een bankfaillissement de Nederlandse banken niet bespaard gebleven. Exact een jaar na het faillissement van Icesave werd ook DSB failliet verklaard. Bij de inwerkingtreding van de noodregeling heeft een groep van banken aangeboden om de geldautomaten nog drie dagen open te houden en daarnaast versnelde opening van nieuwe betaalrekeningen te faciliteren. Daarmee hebben de banken hun verantwoordelijkheid genomen om de effecten van de DSB-deconfiture voor de klant in zo goed mogelijke banen te leiden. Door de inspanning van diverse banken en DNB hebben vrijwel alle spaarders hun tegoeden voor kerst teruggekregen.
Financiële verslaglegging en de rol van de accountant In 2008 kwamen fundamentele problemen in de International Financial Reporting Standards naar voren. Deze problemen leidden tot een snel ingevoerde wijziging van regels. De crisis maakte duidelijk dat verdere aanpassing van regels nodig was. In 2009 is dan ook in het bijzonder aandacht uitgegaan naar de exposure drafts van de International Accounting Standards Board (IASB) over derecognition en IAS 39. Ook heeft de Nederlandse Vereniging van Banken een duidelijk signaal afgegeven rond de voorstellen over fair value en impairment van de Amerikaanse Accounting Board (FASB). Onverwacht besloot de IASB tot een aanpassing van de gehele standaard, daar waar de sector en de G20 alleen gevraagd haddenom aanpassing van een aantal elementen. De IASB heeft het project in drie fasen opgeknipt, waarbij de eerste voorstellen in de zomer zijn gepubliceerd. De Nederlandse Vereniging van Banken heeft hierop gereageerd en haar visie mede besprokenmet de Commissie. Ook binnen EBF-verband is de insteek van de Nederlandse sector goed kenbaar gemaakt. Eind 2009 heeft de IASB een nieuwe IFRS 9 aangenomen. De vraag is nog steeds of deze door de Commissie endorsed zal worden. Pas dan kunnen de Europese banken van IFRS 9 gebruik gaan maken. Dit staat voor 2010 en 2011 op het programma. De discussie en afstemming tussen IASB, Bazels Comité, het Committee of European Securities Regulators (CESR) en de Europese Commissie verloopt niet altijd even soepel. Dit komt mede doordat op een tweetal hoofdlijnen de visies over accountingregels uiteenlopen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
40
Allereerst is daar het vraagstuk van de geografische verschillende aanpak van en visie op accounting (EU ten opzichte van VS). Ten tweede is daar de fundamentele vraag, in hoeverre in de accountingregels speciale regels opgenomen dienen te worden in verband met de unieke inter mediaire rol die door het bankbedrijf op de geld- en kapitaalmarkten wordt vervuld. Ook in Nederland is dit verschil van visie overigens zichtbaar bij de gedragstoezichthouder en de prudentiële toezichthouder.
Ook werd een visie bepaald op de beste werkwijze bij het sneller certificeren van maandstaten. Daarnaast werd met de vertegenwoordigers vanuit NIVRA gesproken over de invulling van een nieuwe vorm van tripartiete overleg tussen bank, accountant en toezichthouder. Hoofddoel van dit nieuwe overleg is om in vrije rollen vooruit te blikken op de belangrijkste thema’s voor de bank, de toezichthouder en haar accountant.
In 2009 publiceerden diverse banken voor het eerst een meer uitgebreide rapportage over hun risicomanagement en balansbeheer. Deze rapportages vallen onder de zogeheten pijler 3 van het Bazels raamwerk en dragen bij aan het verdere inzicht in de situatie per bank. Waar de rapportages in potentie kunnen bijdragen aan het verdere herstel van vertrouwen en inzicht in de bank, blijft het bereik vooralsnog vooral beperkt tot de professionele markt. De insteek van de Nederlandse Vereniging van Banken is dat meer rapporteren niet per se betekent dat er betere informatie wordt verschaft; het draait om kwaliteit en niet om kwantiteit. Dit is ook weergegeven in de reactie van de Nederlandse Vereniging van Bankenop de CEBS-consultatie over disclosures.
Europese ontwikkelingen en regelgeving financiële markten
Aparte aandacht werd in 2009 besteed aan de uitwerking van de rol van de interne en externe accountant bij de beoordeling van de governance van banken. De Werkgroep Audit stelde hiertoe een nadere guidance op en stemde met het Koninklijk Nederlands Instituut van Register accountants (NIVRA) de verwerking in een praktijkrichtlijn af.
De uiteenlopende manieren waarop in de landen van de EU met de problematiek van short selling is omgegaan, vormde de aanleiding voor de CESR om medio 2009 een consultatievoorstel voor een pan-Europese regeling te doen.
Vanaf september 2008 heeft de Autoriteit Financiële Markten, in navolging van andere landen, een verbod op short selling van beursgenoteerde effecten van bepaalde financiële instellingen ingesteld. In januari 2009 heeft de AFM uit voorzorg haar tijdelijke verbod verlengd tot uiterlijk 1 juni 2009 en tevens kort daarna een consultatie doen uitgaan. De meningen of het verbod van de Autoriteit Financiële Markten, dat short gaan op beursgenoteerde financiële instellingen in Nederland verbiedt, daadwerkelijk de gewenste bescherming biedt, liepen uiteen. Eind mei werd vervolgens bekend gemaakt dat het verbod werd ingetrokken, maar een specifieke meldingsplicht blijft bestaan.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
41
Begin 2010 is op grond van die consultatie het definitieve voorstel gepubliceerd. De effectuering daarvan in verschillende landen stuit echter nog op de ongelijke bevoegdheden van de lokale toezichthouders. Dit thema illustreert het belang van een meer Europees geordend toezicht. In 2009 is een Europese Verordening ten aanzien van credit rating agencies aangenomen die moet zorgen voor verbetering van de integri teit, de transparantie, de verantwoordelijkheid, de governance en de betrouwbaarheid van rating agencies. Doel is om zo bij te dragen aan de kwaliteit van in Europa afgegeven ratings en daarmee aan de werking van de interne markt. De verordening, die vanaf 7 juni 2010 effectief wordt, stelt voorwaarden vast voor de afgifte van ratings en bevat voorschriften betreffende de organisatie en het gedrag van ratingbureaus om hun onafhankelijkheid te bevorderen en belangenconflicten te vermijden. Banken zullen vanaf eind 2010 verplicht zijn in geval van wettelijk voorgeschreven ratings, de ratings te laten afgeven door CRA’s die conform de verordening geregistreerd zijn. Op het gebied van OTC derivaten werd in 2009 met name gesproken over initiatieven op het gebied van verdere centrale clearing van credit
default swaps (CDS). De Nederlandse banken hebben hierbij, in vervolg op de internationale discussies, aangegeven een centrale clearing van OTC-derivaten te ondersteunen. De centrale tegenpartijen dienen daarbij te bepalen welk type contracten zich het best leent voor centrale clearing. Niet alle contractsoorten lenen zich daar immers voor. In de reactie op de consultatie van de Europese Commissie op dit onderwerp is verder door Nederlandse banken aangetekend dat niet te snel geconcludeerd moet worden dat bij een centrale clearing van OTC-derivaten ook de handel (op handelsplatformen) zou moeten worden gecentraliseerd. Evenzo is gewezen op het onwerkbaar effect indien de regelgevingsprincipes vanuit de aandelenhoek een-op-een worden toegepast op de volstrekt anderssoortige derivatenhandel. Vanuit de Nederlandse Vereniging van Banken is, omwille van de toekomstige werkbaarheid van de EU-regelgeving, in het Europese debat en in contacten met de Commissie nog nadrukkelijk aandacht gevraagd voor de positie van Nederlandse bewaarbedrijven. Evenzo hebben wij benadrukt dat het niet zinvol is om de Investor Compensation Regels op exact dezelfde leest te schoeien als de regels rond de depositogarantie. Het doel en de scope van die twee regelingen is fundamenteel anders.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
42
Nederlandse ontwikkelingen en regelgeving financiële markten In Nederland is in 2009 gevolgd hoe het toezicht op gedekte schuldinstrumenten (covered bonds) in de praktijk verliep. De betreffende regelgeving is principle based opgezet en heeft ten doel dat Nederlandse instellingen toegang kunnen krijgen tot een grotere investor base en in potentie ook lagere fundingkosten. Nadat in het najaar van 2008 de eerste instelling een programma bij DNB registreerde, volgden in 2009 diverse andere instellingen. Over de werkwijze en de systematiek van het toezicht heeft in 2009 regelmatig contact plaatsgevonden tussen de expertpool Covered Bonds van de Nederlandse Vereniging van Banken en DNB. Er is daarbij constructief gesproken over de stand van zaken, en waar mogelijk heeft de DNB-afdeling die zich bezighoudt met Covered Bonds zich ingespannen om de werkwijze in het toezicht te verhelderen naar de markt. Ten aanzien van creditclaims is vorig jaar een belangrijke stap gezet in de waarborging dat deze in de toekomst, onder gewijzigde Nederlandse regelgeving, beleenbaar zijn bij de ECB. In gezamenlijk overleg met de ministeries van Financiën en Justitie is een oplossing gevonden die in 2010 zal worden geïmplementeerd bij de invoering van de wijzigingen uit de Finaliteitsrichtlijn en de richtlijn financiële zekerheidsovereenkomsten. Verder is er overlegd over wijzigingen in de wet op het giraal effecten verkeer en een aangepast regime voor effectenkrediet als speciale kredietvorm.
Een opmerkelijke ontwikkeling was verder dat, ondanks in voorbereiding zijnde Europese wetgeving, een Nederlands wetsvoorstel aan de kamer werd gepresenteerd over het toezicht op afwikkeldiensten (daterend uit 1999 en ook bekend onder de naam: Wft deel 6). De Nederlandse Vereniging van Banken is van mening dat het zinvoller is om de aandacht te richten op de te verwachten EU-richtlijn, dan op dit verouderde voorstel. Intrekking van het voorstel zou dan ook een goede quick win zijn, in termen van het vermijden van onnodige administratieve lasten.
Toezicht(regelgeving): de Nederlandse institutionele opzet Met de opzet van het Nederlandse Twin Peaks-model eind jaren negentig is in Nederland het onderscheid naar sectoren (en sectorale regelgeving) verlaten. Er is destijds onder grote tijdsdruk een generieke wet opgezet, de Wet op het financieel toezicht, die de basis legt voor enerzijds gedrags toezicht en anderzijds prudentieel toezicht. Om te voorkomen dat er sprake zou zijn van een grote hoeveelheid regels, die door de toezicht houder zélf werden opgesteld, is daarbij ook nadrukkelijk aandacht besteed aan de rolverdeling tussen wetgever en toezichthouder. De toezichthouders zijn primair door de wetgever met de toezichtstaak belast en secundair, waar de wetgever dit expliciet in de Wft heeft bepaald, met het stellen van administratieve en technische regels.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
43
Een belangrijke overweging was verder dat heel bewust is gekozen voor een systematiek van open normen. Juist open normen dwingen onder nemingen na te denken over de manier waarop zij de regels in de geest van de norm kunnen implementeren in de bedrijfsvoering. De tijdsdruk waarmee de Wft destijds is opgezet, leidt ertoe dat de structuur ervan steeds ingewikkelder wordt; in feite is het een spaghetti bal van regelgeving geworden. Wat de banken betreft, moet worden voorkomen dat dit proces zich nog verder doorzet. Ook nu de Wft is afgerond, blijkt er nog te veel tijdsdruk te zijn, die ertoe leidt dat er wetgevings technische keuzes worden gemaakt die niet voor de hand liggen. Om die reden is ook in 2009 benadrukt dat ultrakorte tijdlijnen bij consultaties voor wijzigingswetten ongewenst zijn. Ook heeft de Nederlandse Vereniging van Banken gewezen op de noodzaak om civielrechtelijke en publiekrechtelijke bevoegdheden niet te vermengen. Het ligt namelijk niet voor de hand om een publiekrechtelijke toezichthouder ook te belasten met toezicht op naleving van civielrechtelijke normen (waarvoor een heel ander juridisch kader relevant is). Dergelijke, in alle snelheid voorgestelde keuzes doen afbreuk aan de kwaliteit en consistentie van de Nederlandse regelgeving en het toezicht.
Verder bepleit de Nederlandse Vereniging van Banken al enige jaren dat niet alleen de toezichthouders, maar ook de regelgever gaat werken met zogeheten ‘standards for consultation’ of consultatiestandaarden. In een dergelijke consultatiestandaard kan worden vastgelegd hoe (preconsultatie, consultatie) en met welke tijdlijnen (8 à 12 weken, afhankelijk van de aard van het voorstel) nieuwe regels worden geconsulteerd door de markt. Door de regelgever te verplichten om een terugkoppelings document te maken, wordt duidelijk wat er precies met welke reacties van de marktpartijen is gedaan. De Nederlandse Vereniging van Banken acht deze werkwijze van groot belang, juist ook om te zorgen dat publiek en parlement inzicht hebben in de belangen en reactie van de sector. Voor wat betreft de bekostiging van het toezicht is in essentie een openeinde-regeling opgezet, waarin de onder toezicht staande instellingen hoe dan ook de rekening betalen. Toch is er in de afgelopen jaren wel enige vooruitgang geboekt doordat het profijtbeginsel werd ingevoerd en er specifieke tarieven gevraagd worden voor doorlopend toezicht en voor eenmalige toezichthandelingen. Ook is met de opzet van begrotings- en verantwoordingspanels een goede stap gemaakt naar verdere trans parantie van de toezichthouder inzake geplande en gerealiseerde besteding van middelen.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
44
In het jaar 2009 is het ministerie van Financiën begonnen met het herijken van het begrotingsproces en de toerekening van kostentoezicht. Daarbij is gebleken dat de visies van de verschillende sectoren over het beste model enigszins uiteenlopen. De visie van de Nederlandse Vereniging van Banken is dat de huidige kostentoerekening onvoldoende disciplinerend is. Het zou voor de hand liggen dat het ministerie van Financiën op zich neemt om de begrotingen van DNB en AFM taak stellend te maken (en te bewaken). Dit biedt de mogelijkheid om marktpartijen in het lopend toezicht niet eerst een voorlopige rekening te sturen en dan een definitieve, maar direct één definitieve rekening. Dat creëert duidelijkheid naar de markt en vermindert de discussies in het panel over jaar-op-jaar overschrijdingen, teruggaven enzovoorts. Kijkt men met meer afstand naar de bestaande kostenregelingen in het toezicht, dan is duidelijk dat het bankwezen tenminste twee keer de rekening betaalt. Allereerst zijn daar de reguliere jaarlijkse kosten van het toezicht. Zodra zich een deconfiture voordoet, komt daar de rekening van het depositogarantiestelsel bij. En mocht dan nadien de toezicht houder aansprakelijk worden gesteld en veroordeeld, dan volgt ook een gedeeltelijke doorberekening aan de sector.
Dit laatste punt, veroordeling van de toezichthouder, acht de Nederlandse Vereniging van Banken overigens vrij onwaarschijnlijk. Onder de huidige regelgeving hoeft de toezichthouder, gezien de jurisprudentie van de Hoge Raad, niet te vrezen dat hij voor het nemen of nalaten van een toezichtsmaatregel veroordeeld wordt omdat hij met de kennis van nu destijds een andere beslissing had moeten nemen. De rechter toetst of de toezichthouder met de kennis die hij destijds had in alle redelijkheid heeft kunnen beslissen een bepaalde toezichtsmaatregel te nemen of achterwege te laten. Bij de beoordeling of dit zo is, houden rechters rekening met de bijzondere positie van toezichthouders.
Toezichtpraktijk ook in de aandacht Het jaar 2009 was een jaar waarin het Nederlands toezicht nadrukkelijk in de aandacht stond. Medio 2009 werd het rapport gepubliceerd over de wijze waarop DNB invulling had gegeven aan het toezicht op Icesave. De parlementaire onderzoekscommissie De Wit startte haar werk naar de oorzaken van de kredietcrisis en ook de Algemene Rekenkamer voerde een onderzoek uit. In vervolg op de deconfiture van DSB werden ook diverse onderzoeken gestart.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
45
Het spreekt voor zich dat ook door de Nederlandse Vereniging van Banken is stilgestaan bij de ontwikkelingen in het toezicht. Wat daarbij in 2009 opviel, is dat er binnen een en hetzelfde raamwerk, die van de Wet op het financieel toezicht, zo verschillend door de toezichthouder invulling wordt gegeven aan de eigen rol. Zo is de prudentiële toezichthouder, DNB, zich sterk van dit raamwerk bewust en geeft zij op een zeer gedegen manier invulling aan de rol van toezichthouder. De zorg die DNB hierbij rond aansprakelijkheid en het juridische toepasselijke kader ervaart lijkt daarbij het handelen te beïnvloeden. Al was het alleen al in snelheid en voortvarendheid.
De discussie over het toezicht in Nederland zal zich in 2010 ongetwijfeld continueren. Er staan nog diverse onderzoeken gepland en het tweede deel van het onderzoek De Wit wordt mogelijk een parlementaire enquête. De centrale uitdaging zal hierbij zijn om niet slechts de aandacht te richten op de wijzigingen in toezichtstructuur als gevolg van de crisis, maar nadrukkelijk ook stil te blijven staan bij de manier waarop de toezichthouder in de dagelijkse praktijk vorm geeft aan de rol zoals ingekaderd in de Wft.
De gedragstoezichthouder AFM, daarentegen, gaf er in 2009 blijk van zich niet te willen beperken tot het toezicht op het voldoen aan open normen. Op diverse terreinen (vermogensopbouw, beleggingsaanbevelingen, risicoprofielen, inducements) werd nadrukkelijk het initiatief genomen om zélf open normen (leidraden) te formuleren of te entameren. Omwille van de duidelijkheid naar de markt toe, benadrukken zowel Nederlandse Vereniging van Banken als AFM, dat bij de handhaving van het toezicht met name de open norm uit de Wft centraal staat. De leidraden van de AFM helpen banken invulling te geven aan een open norm, maar komen nimmer in de plaats van die open norm zelf.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
46
Sociaaleconomische aangelegenheden Sociaaleconomische aangelegenheden is statutair belast met het bevorderen van contact en overleg tussen en met de leden over sociaaleconomische onderwerpen, waaronder begrepen het voor één of meer groepen van leden aangaan van bindende collectieve arbeidsovereenkomsten.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
sociaaleconomische aangelegenheden
Leden
47
Collectieve arbeidsovereenkomsten in het bankbedrijf De onderhandelingen over de vernieuwing van de collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO’s) in het bankbedrijf in 2009 verliepen moeizaam. De financiële en economische crisis vond zijn neerslag eind maart in het sociaal akkoord tussen sociale partners en regering over loonmatiging enerzijds en werkgelegenheidsbevordering anderzijds. CAO-partijen waren het niet steeds over de uitleg eens. Dit trok een wissel op de onderhandelingen. Uiteindelijk werden de CAO’s van SNS-Reaal en Rabobank vernieuwd met bescheiden loonsverhogingen. Over de Algemene Bank-CAO, die in april expireerde, was eind december nog geen akkoord bereikt. De langlopende ING-CAO werd opengebroken, verlengd met 20 maanden tot 1 januari 2012, met daarin slechts een kleine loonsverbetering in september 2011. De CAO’s van ABN AMRO Bank en Fortis Bank, die per 1 januari ingingen, waren al in het najaar van 2008 tot stand gekomen.
Looptijd CAO
Aantal werknemers
ABN AMRO Bank
01 - 01 - 2009 tot 01 - 03 - 2010
20.000
Fortis Bank
01 - 01 - 2009 tot 01 - 03 - 2010
7.300
ING Nederland
01 - 07 - 2008 tot 01 - 01 - 2012
20.000
Algemene Bank-CAO
expireerde per 01 - 04 - 2009
Rabobank
01 - 05 - 2009 tot 01 - 02 - 2010
42.000
SNS-Reaal
01 - 06 - 2009 tot 01 - 11 - 2010
3.600
7.400
Ontwikkeling personeelsbestand bankbedrijf sinds 1983 Ontwikkeling personeelsbestand bankbedrijf sinds 1983 Jaar
1983
1987
1990
1993
1995
1997
2000
2003
2007
2008
2009
Aantallen
92.500
98.500
114.500
109.000
104.000
113.000
129.000
113.000
106.000
103.000
100.000
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
48
Man-vrouwverdeling In 1983 was de man-vrouwverdeling nog 55/45. Sinds de jaren ’90 is die vrijwel 50/50, hoewel de vrouwen de 50% nooit hebben gehaald. Het hoogste percentage was 49,68 in 2002. In 2009 liep het aandeel van de vrouwen voor het eerst iets terug: 51,25% tegen 48,75%.
In 1983 zat nog meer dan 20% van het personeel in de groepen 1 en 2, 70% in de groepen 1 t/m 5 en 30% in de hogere functiegroepen. Inmiddels is de situatie omgekeerd en zit 70% in de hogere groepen. Het minimuminstroomniveau is tegenwoordig MBO+/HBO.
Deeltijd
Bedrijfscommissie voor de Financiële Dienstverlening
Het werken in deeltijd is de laatste 25 jaar vooral onder vrouwen duidelijk toegenomen, zoals blijkt uit onderstaande tabel. Het deeltijdpercentage word verkregen door het aantal voltijdfuncties af te zetten tegen het totaal aantal werknemers.
De bedrijfscommissie Financiële Dienstverlening is ingesteld door de Sociaal-Economische Raad (SER) om te bemiddelen in conflicten tussen Ondernemingsraden en ondernemers over de toepassing en naleving van de Wet op ondernemingsraden. Onder deze bedrijfs commissie ressorteren banken, verzekeraars, zorgverzekeraars en uitvoeringsinstellingen. De Nederlandse Vereniging van Banken bekleedt het voorzitterschap en voert het secretariaat van de commissie. In 2009 zijn drie zaken aanhangig gemaakt. Twee zijn op procesrechtelijke gronden niet tot een afronding gekomen. Er is in 2009 eenmaal een hoorzitting belegd. Aan de orde was het al dan niet intrekken van een bonusregeling. Daarnaast heeft de bedrijfscommissie beslissingen genomen en adviezen gegeven in een aantal schriftelijke procedures. Ook is er regelmatig telefonisch advies gegeven. In 2010 worden de 23 bedrijfscommissies, die verspreid over de diverse bedrijfstakken opereren, vervangen door twee, direct onder de SER vallende centrale bedrijfscommissies. Eén voor de profitsector en één voor de non-profit sector.
1983
2009
deeltijdpercentage mannen
99,07%
99,30%
deeltijdpercentage mannen
89,41%
82,76%
deeltijdpercentage m+v
94,68%
91,24%
Functieniveau De werkgelegenheidsstatistiek van het bankbedrijf wordt sinds 1983 bijgehouden. Sindsdien heeft het bankbedrijf een grote verschuiving in het functieniveau laten zien.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
49
NIBE-SVV B.V. NIBE-SVV is een gezamenlijke dochter van de Nederlandse Vereniging van Banken en het Verbond van Verzekeraars. Zij helpt en inspireert medewerkers van financiële dienstverleners om zich voortdurend vaktechnisch te blijven ontwikkelen en te verbeteren. Het verzamelen, delen, aanleren, toepassen en meten van vaktechnische kennis, taken en vaardigheden zijn daarbij haar belangrijkste kerntaken. NIBE-SVV was afgelopen jaar weer de grootste speler in de afzetmarkt voor vaktechnische uitgaven, examens, opleidingen en trainingen. Een markt die zwaar onder druk is komen te staan als gevolg van de crisis en de daaropvolgende consolidatie van en rationalisaties bij nagenoeg alle financiële instellingen. Deze druk heeft zich afgelopen jaar dan ook vertaald in een sterk afgenomen omzet en daarmee in een sterk verminderde winstgevendheid.
Met name doordat NIBE-SVV is doorgegaan met het investeren in haar producten, diensten en de bedrijfsvoering heeft zij het afgelopen jaar met een beperkt verlies kunnen afsluiten. Ook het komende jaar wordt naar verwachting met verlies afgesloten. Ook dit is het directe gevolg van het aanpassingsproces aan de huidige, en waarschijnlijk ook langdurig guurdere, marktomstandigheden. Op structurele basis blijft het echter een winstgevend bedrijf dat een belangrijke ‘nutsfunctie’ vervult bij het verbeteren van de vakdeskundigheid van werknemers in de sector. En met name daardoor, in het licht van de toekomst van banken, is NIBE-SVV een strategisch belangrijke dochter voor de Nederlandse Vereniging van Banken.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
50
Nederlandse Vereniging van Banken De Nederlandse Vereniging van Banken is in 1989 ontstaan uit verschillende organen en behartigt de gemeenschappelijke belangen van de Nederlandse banken. Vrijwel alle in Nederland actieve banken, inclusief vestigingen van buitenlandse banken, zijn lid van de Nederlandse Vereniging van Banken. Voor haar leden en geïnteresseerde buitenstaanders fungeert de Nederlandse Vereniging van Banken ook als kennis- en informatiecentrum. Banken werken samen aan vertrouwen. De Code Banken, die sinds 1 januari 2010 van kracht is en voor alle banken in Nederland geldt, stelt de klant centraal. Daarnaast zijn diversiteit in het bankwezen en concurrentiekracht van de Nederlandse banken belangrijke uitgangspunten in haar beleid (van de Vereniging). Banken zijn zich bewust van hun positie in de samenleving en de groeiende vraag naar transparantie en openheid. De Nederlandse Vereniging van Banken komt in haar rol als behartiger van de gemeenschappelijke belangen van de Nederlandse banken graag aan deze groeiende vraag tegemoet. Zij neemt daarom de relatie die zij heeft met verschillende stakeholders, zoals politici, journalisten, toezichthouders, klanten van banken en de overheid uiterst serieus. De Nederlandse Vereniging van Banken gaat graag de dialoog aan met deze verschillende belangengroepen om gezamenlijk lessen te trekken uit het verleden en verantwoordelijkheid te nemen voor de toekomst.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
51
Verenigingszaken
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Algemene Ledenvergadering
Leden
52
11 juni 2009
De Algemene Ledenvergadering is gehouden op 11 juni 2009. In deze vergadering is de jaarrekening 2008 goedgekeurd en is het bestuur decharge verleend voor het financieel beheer van de vereniging. Tijdens de ledenvergadering van 11 juni 2009 zijn de volgende bestuurders tussentijds benoemd op voordracht van het bestuur: • J . de Ruiter (ABN AMRO Bank N.V./ RBS) als opvolger van drs. W.G. Jiskoot; • d r. G. Zalm (ABN AMRO Bank N.V.) als opvolger van drs. J.P. Schmittmann De volgende bestuurders zijn voor een statutaire periode van vier jaar herbenoemd: • drs. J.P. Drost (NIBC Bank) • mr. M.W.J. Hinssen (SNS Bank N.V.) • drs. N.C. Jue (ING Retail Nederland) Het bestuurslidmaatschap van drs. W.F.C. Cramer (Friesland Bank N.V.) drs. H. van de Noorda (ING Retail Nederland) en drs. J.P. Schmittmann (ABN AMRO Bank N.V.) is beëindigd op grond van artikel 9 lid 9.3 b.
Samenstelling Bestuur per 31 december 2009 1. Mr. B. Staal Nederlandse Vereniging van Banken 2. P. Blom (interim voorzitter bestuursraad kleinere en buitenlandse banken) Triodos Bank N.V. 3. Drs. F.G.H. Deckers F. van Lanschot Bankiers N.V. 4. Drs. J.P. Drost NIBC Bank N.V. 5. Dr. ir. C. van Eykelenburg Nv Bank Nederlandse Gemeenten 6. Mr. M.W.J. Hinssen SNS Bank N.V. 7. J. de Ruiter ABN AMRO Bank N.V./RBS 8. Drs. N.C. Jue ING Retail Nederland 9. Mr. C.P.A.J. Leenaars ING Bank N.V. 10. Dr. P.W. Moerland Rabobank Nederland 11. Drs. J.C.M. van Rutte Fortis Bank (Nederland) N.V. 12. Ir. P.J.A. van Schijndel Rabobank Nederland 13. Dr. G. Zalm ABN AMRO Bank N.V. www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
53
Samenstelling Directie
Andere wijzigingen
Mr. W.A.J. Mijs Directeur
KBC Bank N.V. en KBC Bank Nederland N.V. zijn per 1 mei 2009 gefuseerd en gaan verder onder de naam KBC Bank N.V.
Bureau
Nachenius, Tjeenk & Co N.V. en Bank Insinger de Beaufort N.V. zijn per 8 mei 2009 gefuseerd en gaan verder onder de naam Bank Insinger de Beaufort N.V.
Per 31 december 2009 telt het bureau 62 personeelsleden, waarvan er 12 werkzaam zijn voor vier financiële organisaties waarvoor de Nederlandse Vereniging van Banken het secretariaat voert of diensten verleent.
Leden
Dresdner Bank AG Branch Amsterdam en Commerzbank AG zijn per 11 mei 2009 gefuseerd en gaan verder onder de naam Commerzbank AG.
(peildatum 31/12/2009)
Nieuwe leden • Banque Chaabi du Maroc • LeasePlan Corporation N.V.
Beëindiging lidmaatschap • • • •
DSB Bank N.V. Kaupthing Bank hf Landsbanki Islands hf Robein Bank N.V.
Beëindiging geassocieerd lidmaatschap • Nomura Groep B.V. • Quion Groep B.V.
Direktbank N.V. en Fortis Hypotheek Bank N.V. zijn per 12 juni 2009 gefuseerd en gaan verder onder de naam Fortis Bank Nederland Hypotheken Groep. Per december 2009 is Fortis ASR Bank N.V. overgenomen door ASR Nederland N.V. en gaat verder onder de naam ASR Bank N.V. Per juni 2008 heeft Svenska Handelsbanken, Amsterdam Branch haar naam gewijzigd in Svenska Handelsbanken AB (publ.) Nederland.
Telling Per 31 december 2009 heeft de Nederlandse Vereniging van Banken 85 leden en 5 geassocieerde instellingen voor alleen sociaaleconomische zaken.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
54
Leden
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
55
Ledenlijst Nederlandse Vereniging van Banken, per 31-12-2009 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23.
AAGUS Financial Services Group N.V. Aareal Bank AG ABN AMRO Bank N.V. ABN AMRO Holding N.V. Achmea Bank Holding N.V. Achmea Hypotheekbank N.V. Aegon Bank N.V. AKBank N.V. Allianz Nederland Asset Management B.V. Amsterdam Trade Bank N.V. Anadolubank Nederland N.V. Anthos Bank B.V. Argenta Spaarbank N.V. ASR Bank N.V. Bank of America, N.A. N.V. Bank voor de Bouwnijverheid Bank Insinger de Beaufort N.V. Bank Mendes Gans N.V. nv Bank Nederlandse Gemeenten Bank of Scotland, Amsterdam Branch Bank of Tokyo-Mitsubishi UFJ (Holland) N.V. Bank Ten Cate & Cie N.V. Banque Artesia Nederland N.V. (GE Artesia Bank)
24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. 31. 32. 33. 34. 35. 36. 37. 38. 39. 40. 41. 42. 43. 44. 45. 46.
Banque Chaabi du Maroc BinckBank N.V. BNP PARIBAS S.A., the Netherlands Branch Citco Bank Nederland N.V. Citibank International plc, Netherlands branch Credit Europe Bank N.V. Commerzbank AG, Amsterdam Branch Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A. Delta Lloyd Bank N.V. Demir-Halk Bank (Nederland) N.V. Deutsche Bank AG Dexia Bank Nederland N.V. Dresdner VPV N.V. DVB Bank N.V The Economy Bank N.V. EUROHYPO AG FGH BANK N.V. Fortis Bank (Nederland) N.V. Fortis Bank Nederland (Holding) N.V. Fortis Bank Nederland Hypotheken Groep Friesland Bank N.V. F. van Lanschot Bankiers N.V. GarantiBank International N.V.
www.nvb.nl
Verslag Bestuur en Directie
Betalingsverkeer en criminaliteitsbeheersing
Consumentenzaken en ondernemingsklimaat
Toezicht en financiële markten
Sociaaleconomische aangelegenheden Over ons
Verenigingszaken
Leden
56
47. Habib Bank Ltd 48. Hollandsche Bank-Unie N.V. 49. HSBC Bank plc. 50. ING Bank N.V. 51. I bank GmbH, Amsterdam Branch 52. Interbank N.V. 53. INTESA SANPAOLO SpA, Amsterdam Branch 54. JPMorgan Chase Bank N.A. 55. KAS Bank N.V. 56. KBC Bank N.V. 57. Korea Exchange Bank, Amsterdam Branch 58. LeasePlan Corporation N.V. 59. Levob Bank N.V. 60. Lloyds TSB Bank Plc. 61. Mizuho Corporate Bank Nederland N.V. 62. Mega International Commercial Bank Co., Ltd Amsterdam Branch 63. Nederlandse Financieringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden N.V. 64. Nederlandse Waterschapsbank N.V. 65. NIBC Bank N.V. 66. Bank Oyens en Van Eeghen N.V. 67. Postbank N.V. 68. Petercam Bank N.V. 69. Rabohypotheekbank N.V.
70. 71. 72. 73. 74. 75. 76. 77. 78. 79. 80. 81. 82. 83. 84. 85.
RBC Dexia Investor Services Netherlands N.V. Robeco Direct N.V. Schretlen & Co N.V. SNS Bank N.V. Société Générale Société Générale Bank Nederland N.V. Staal Bankiers N.V. Svenska Handelsbanken AB (publ.) Nederland TD Waterhouse Bank N.V. Theodoor Gilissen Bankiers N.V. Triodos Bank N.V. UBS Investment Bank Nederland B.V. Unilever Beleggingsbank B.V. WestlandUtrecht Effectenbank N.V. WestlandUtrecht Hypotheekbank N.V. Yapi Kredi Bank Nederland N.V.
Geassocieerde instellingen 1. 2. 3. 4. 5.
Euronext N.V. Dutch Securities Institute International Card Services B.V. NIBE-SVV B.V. NPM Capital N.V.
www.nvb.nl