E-mail & Internet
Internet protocol en Cyberpesten
Versie mei 2014 Algemeen Dit internet protocol is tot stand gekomen na overleg met directie, ICT en team. Er zit in de ICT-documentatie die elke collega in bezit heeft een exemplaar. Binnen de netwerken op school is het mogelijk dat de IB-ICT’er in het kader van hun beheerstaak computers op afstand kunnen bekijken of overnemen. Dat wil zeggen dat het mogelijk is om mee te kijken wat een gebruiker doet. Het internet protocol behelst voor onze school de volgende zaken:
E-mail en internetgebruik door leerlingen E-mail en internetgebruik door werknemers De website
E-mail en internetgebruik door leerlingen E-mail en internet worden dagelijks gebruikt in het kader van ons onderwijs. Wij maken geen gebruik van internetfiltering, omdat we kinderen op een prettige en verantwoorde wijze willen leren omgaan met het internet. Deze afspraken worden ook met de kinderen besproken. Gedragsafspraken met de kinderen:
Geef nooit persoonlijke informatie door op internet, zoals namen, adressen en telefoonnummers, zonder toestemming van de leerkracht. Zoek alleen naar informatie die je nodig hebt voor school. Vertel het je leraar meteen als je informatie tegenkomt waardoor je je niet prettig voelt of waarvan je weet dat dat niet hoort. Houd je je aan de afspraken, dan is het niet jouw schuld dat je zulke informatie tegenkomt. Leg nooit verdere contacten met iemand zonder toestemming van je leraar. Verstuur bij e-mail berichten nooit foto's van jezelf of van anderen zonder toestemming van je leraar. Beantwoord nooit e-mail waarbij je je niet prettig voelt of waar dingen in staan waarvan je weet dat dat niet hoort. Het is niet jouw schuld dat je zulke berichten krijgt. Verstuur ook zelf dergelijke mailtjes niet. Spreek van tevoren met je meneer of juf af wat je op internet wilt gaan doen.
E-mail en internetgebruik door werknemers Afspraken met de leerkrachten
Internet wordt gebruikt voor opbouwende educatieve doeleinden. Sites die wij kinderen willen laten gebruiken worden eerst door de leerkracht bekeken. Leerkrachten bespreken de gedragsafspraken met de kinderen en passen deze toe. Leerkrachten houden toezicht op het internetgebruik van kinderen. Er worden geen sites bekeken die niet aan onze fatsoensnormen voldoen. Er wordt aan de kinderen uitgelegd waarom zij bepaalde sites wel of niet mogen bekijken. De leerkracht draagt zorg voor een omgeving waarin kinderen open kunnen vertellen wanneer zij op een ongewenste, onbedoelde site komen. Het is meestal immers niet hun schuld. Voor e-mail geldt ook het briefgeheim, maar op grond van hun pedagogische verantwoordelijkheid mogen de leerkrachten e-mail van leerlingen bekijken.
Voor alle werknemers geldt dat internet en e-mail op school gebruikt worden voor educatieve doeleinden of werkzaamheden in het kader van schoolwerkzaamheden. Aan alle werknemers wordt ook een e-mail box ter beschikking gesteld om te gebruiken in het kader van die werkzaamheden. De IB-ICT’er kan door het wachtwoord te wijzigen toegang krijgen tot die e-mail boxen. De website De website van de school, www.titusbrandsma.nl, wordt gebruikt om informatie over de school te verstrekken aan kinderen, ouders, leerkrachten en andere geïnteresseerden in onze school.
Op de site worden alleen adresgegevens en telefoonnummers vermeld van de school en andere openbare instellingen (zoals bijvoorbeeld de onderwijsinspectie of ons bestuur). Andere adresgegevens en telefoonnummers worden alleen vermeld na uitdrukkelijke toestemming van de betreffende personen. Foto's van kinderen worden alleen op de site geplaatst als illustratie van schoolactiviteiten. Mochten ouders hier bezwaar tegen hebben dan kunnen ze dit schriftelijk kenbaar maken aan de directie.
Cyberpesten In januari 2011 heeft Niels Baas op een algemene ouderavond een lezing gegeven omtrent dit onderwerp. Hij heeft veel onderzoek verricht naar Cyberpesten op basisscholen. Onderstaand een “Samenvatting lezing cyberpesten: Cyberpesten de Baas (www.cyberpestendebaas.nl). Door Niels Baas”. Wat is cyberpesten? Bij cyberpesten worden kinderen online gepest. Bijvoorbeeld via het internet of via de mobiele telefoon. Dit kan een verlengde zijn van het traditionele schoolpleinpesten, maar kan ook een losstaande pesterij zijn. Acties die hieronder vallen zijn voornamelijk: - Bedreigen: het sturen van dreigberichten; bijvoorbeeld via Hyves, MSN of SMS. - Schelden: iemand online uitschelden. - Hacken: het hacken van andermans account om namens diegene vrienden uit te schelden (zodat diegene op de kop krijgt) of het hacken van iemands account bijvoorbeeld
om online bezittingen af te nemen. - Valse naam gebruiken: Cyberpesten in naam van iemand anders. - Belachelijk maken: foto’s van mensen vervormen of een Hyve over iemand maken en deze persoon vervolgens groepsgewijs belachelijk maken. - Op uiterlijk beoordelen: Iemand online pesten simpelweg omdat deze er vreemd uit ziet op een profielfoto, of omdat je deze persoon kent en vindt dat hij/zij er vreemd uit ziet. - Stalken: Iemand over online volgen zodat je altijd precies weet waar hij/zij een nieuwe account opzet. - Onbekenden pesten: vaak uit verveling bestaat het verschijnsel dat kinderen online een onbekend slachtoffer uitkiezen en deze, gewoon voor vermaak, het leven zuur gaan maken. - Uitlokken/uitdagen: iemand online zo boos maken dat ze online of in real life uit de slof schiet en daardoor zelf straf krijgt. - Happy slapping: Groepjes kiezen een willekeurig slachtoffer op straat uit. Ze lokken deze uit tot een vechtpartij en maken vervolgens een video waarin het slachtoffer groepsgewijs in elkaar wordt geslagen. Deze video wordt online gezet. - Bezemen: Video’s op Youtube plaatsen waarin (vaak) meiden herkenbaar te zien zijn met allerlei seksueel getinte teksten eronder. Vaak zelfs met de contactgegevens van de meiden erbij. Cyberpesten verschilt op een aantal punten van plagen: - Er is sprake van een machtsverschil tussen dader en slachtoffer. Wanneer het slachtoffer sterk genoeg is zich te verdedigen wordt eerder gesproken van ruzie. - Er is sprake van herhaling: een enkele vervelende actie vinden kinderen nog geen pesten. - Er is sprake van kwade intentie bij de dader. Al is dit voor online pesten wel veel moeilijker te onderscheiden. Cyberpesten verschilt ook op een aantal punten van het ‘traditionele pesten’: - Daders durven online veel verder te gaan. Ze gebruiken bijvoorbeeld veel hardere scheldwoorden en dreigen eerder met serieus geweld. - Het publiek van een online pesterij kan veel groter zijn. Een online video kan immers door miljoenen mensen bekeken worden. - Een herhaling hoeft nu maar een enkele actie te zijn. Wanneer een dader eenmalig een belachelijk makend filmpje online zet, kan deze miljoenen keren bekeken worden. - De pester heeft de mogelijkheid anoniem te pesten waardoor hij/zij veel moeilijker gepakt kan worden (overigens kan de identiteit (indien er aanleiding toe is) altijd achterhaald worden door de politie). - Het is moeilijker om los te komen van online pesten. Je bent nu immers niet meer alleen op school bereikbaar voor de pester, maar ook thuis, in je veilige omgeving. Cijfers: - Minimaal 1 op de 5 kinderen wordt slachtoffer van online pesten, al bestaat het vermoeden dat deze cijfers nog aan de lage kant zijn. - Minimaal 90% van de 11- en 12-jarige kinderen is al eens in aanraking geweest met online pesten. Maar internet blokkeren is geen goed idee: - Kinderen ontwikkelen ook goede eigenschappen waaronder het nemen van initiatief, creativiteit en het zoeken van oplossingen online. Bovendien vormen ze nieuwe vriendschappen online en hebben kinderen die verlegen zijn vaak meer positieve ervaringen online dan offline. - Bovendien blijkt dat veel kinderen zich nog liever door de klas laten mishandelen dan dat ze hun internetverbinding willen verliezen. Wat kunt u het beste doen (volgens kinderen zelf) wanneer ze naar u toe komen om te
vertellen dat ze online gepest worden? - NIET het internet afpakken. - Eerst luisteren en troosten. - Niet direct actie ondernemen, maar overleggen met uw kind. - Serieus interesse tonen in de online wereld en de problemen die uw kind daar heeft. - In overleg vaker controleren. Wanneer kinderen actie verlangen willen ze vaak: - Dat u de cyberpester of zijn/haar ouders aanspreekt op het gedrag. - Dat u contact opneemt met de website waarop gecyberpest wordt (dit kan vaak erg makkelijk omdat sites hier veel waarde aan hechten). Helaas komt slechts 10% van de kinderen die gecyberpest worden ook daadwerkelijk naar hun ouders toe om erover te praten. Hoe kunnen we deze groep groter maken? - Zet de computer (minimaal tot het 14e jaar van uw kind) in de woonkamer. Dat geeft u meer mogelijkheden een oogje in het zeil te houden. - Maak online pesten bespreekbaar thuis: o Neem angsten bij uw kinderen weg. Geef letterlijk (al ver voor er mogelijk een pesterij plaatsvindt) dat uw kind altijd bij u kan komen zonder dat u het internet zult afnemen (expliciet vermelden). o Maak afspraken over maximale computertijd, online gedragsregels en wat te doen wanneer uw kind een vervelende ervaring heeft online. o Vraag zo nu en dan eens naar de online ervaringen van uw kind. o Ga eens samen surfen met uw kind. Dat waarderen ze echt. Ze leren u graag meer over de online wereld, maar de interesse moet in eerste instantie vanuit u komen. Maak zelf bijvoorbeeld ook eens een account aan op Habbo Hotel, Panfu of GoSupermodel. o Vraag uw kind u een rondleiding te geven op internet. - Let op belangrijk risicogedrag/signalen: Risicogedrag: Er zijn bepaalde online gedragingen die kunnen leiden tot een hoger risico om gecyberpest te worden. De belangrijkste zijn: - Meer dan 3 uur per dag op internet: 7 keer zoveel kans om gecyberpest te worden. - Gebruik van Webcam of Instant Messaging (MSN, Hyves, etc.): 2-3 keer zoveel kans. - Gebruik van Webcam (1 of 2 keer per week): 2 keer zoveel kans (Juvonen & Gross, 2008). Mogelijke signalen (al is hiervoor nog meer onderzoek nodig omdat cyberpesten zo ontzettend moeilijk te zien is): - Met vriendjes niet mee praten over internet of online ervaringen. - Niet naar school willen of durven (aan anonieme of bekende dader komt immers vaak van school. Vooral de anonieme dader is eng… Iedereen kan het immers zijn… zelfs je beste vriend of vriendin). - Lusteloosheid, nergens zin in hebben. - Prikkelbaar, bij het minste of geringste aangebrand zijn. - Ineens bepaalde vriendjes niet meer uitnodigen. - Schrikkerig gedrag achter de PC. - Ineens niet meer (of juist heel erg veel) achter de PC willen. - Beschermgedrag van PC of mobiel. o Schermen snel wegklikken wanneer u of anderen er aan komen. o Mobiel extreem goed bewaren en ten allen tijde voorkomen dat een ander de mobiel te pakken kan krijgen (om bijvoorbeeld SMS-jes te lezen).
Samenvattend: Samenvattend is het belangrijk dat u de volgende punten goed onthoudt: - Cyberpesten is de nieuwe veel minder zichtbare vorm van pesten. - Zorg thuis voor een klimaat waarin (online) problemen bespreekbaar zijn. - Neem angsten bij de kinderen daarbij weg. - Zet de PC in de woonkamer en niet op de kinderkamer. - Wanneer uw kind slachtoffer is. Probeer dan niet direct actie te ondernemen, maar praat met uw kind. o Bewaar bewijsmateriaal. o Praat niet terug naar de cyberpester. o Neem bij ernstige bedreiging altijd contact op met lokale instanties als de politie. - Let op risicogedrag en signalen.
Conclusies voor de Onderwijsgemeenschap Titus Brandsma: 1. Cyberpesten komt in toenemende mate de basisschool binnen. 2. Wanneer er signalen zijn, neem deze heel serieus en bespreek ze met directie en andere leerkrachten. 3. Bepaal, eventueel samen met de Ib-Ict’ers, een strategie om de problemen te lijf te gaan. 4. Ga in gesprek met ouders; het is immers een gedeelde verantwoordelijkheid en vindt ook veelal vanaf de thuiscomputer plaats. 5. Door in de groepen 5 en 7 de cursus “Veilig Gebruik Internet” aan te bieden gaan we klassikaal met kinderen in gesprek omtrent het gebruik van het internet en de risico’s die het met zich mee brengt.