Kadernota “alcohol, preventie en handhaving 2013-2017”
1
2
Inhoudsopgave Samenvatting 1. 1.1 1.2 1.3
Inleiding Doel van deze kadernota en werkwijze Ketenpartners Leeswijzer
05 05 05 07
2. 2.1 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.4
De lokale situatie Gemeentelijke visie GGD gezondheidsmonitor Jeugd Volwassenen Constateringen uit het werkveld Conclusies
08 08 08 08 10 10 11
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
Speerpunten en kaders Integrale samenwerking Geen alcohol beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen Alcoholmatiging Alcohol in de sportkantine Algemene controle vergunningen Illegale horeca
12 12 13 15 16 16 17
4. 4.1 4.2
Communicatie Communicatie met partners Communicatie met doelgroepen
18 18 18
5.
Financiën
19
3
Samenvatting De aanleiding van deze nota zijn de twee aankomende wetswijzigingen van de Dranken Horecawet. Uit die wetswijzigingen vloeit voort dat de iedere gemeenteraad in Nederland eens in de vier jaar een alcoholpreventie- en handhavingsplan vast moet stellen. Het doel van deze nota is het bieden van een basis voor een effectieve doorwerking van beleid in de verordening(en), beleidsregels voor de ontheffingen, de vergunningverlening, het toezicht, de handhaving, de samenwerking met partners en de communicatie met de doelgroepen. De invulling van deze nota is tot stand gekomen na overleg met de ketenpartners. De ketenpartners zijn de gemeente, de politie, de GGD, Novadic-Kentron, de Twern en tot slot het CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin). Alle partners geven samen invulling aan een integraal alcoholbeleid dat zich richt op vijf pijlers te weten inrichting van de fysieke omgeving, regelgeving & handhaving, voorlichting & educatie, signalering & advies en tot slot ondersteuning. Uit cijfers blijkt dat de helft van alle Oisterwijkse jongeren (12-18 jaar) alcohol drinkt en dat een kwart van de jongeren die alcohol drinkt regelmatig dronken is. Een groot gedeelte van de ouders (56%) heeft geen problemen met het drankgebruik van hun kinderen. Uit de gezondheidsmonitor blijkt dat 39% van de volwassen in Oisterwijk zich niet houdt aan de richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik. De problemen die in Oisterwijk spelen zijn het alcoholgebruik in de openbare ruimte, de mate van naleving van leeftijdsgrenzen in de horeca en tijdens evenementen, de onbekendheid met het paracommerciële circuit (met name sportkantines) en tot slot het gebrek aan inzicht in het naleefgedrag van horecaondernemers door het beperkt aantal controles van de VWA en daarmee ook het beperkte aantal controlegegevens. De kaders die deze nota biedt luiden als volgt: 1. Samenwerking tussen de gemeente, politie, jongerenwerk, GGD, NovadicKentron, Centrum Jeugd en Gezin en andere betrokkenen (horeca, scholen, buurtnetwerken, ouders etc.) is de norm. De werkzaamheden worden op elkaar afgestemd zodat problemen effectief worden aangepakt. 2. De gemeente zet zich actief in om het alcoholgebruik door jongeren beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen terug te dringen (met minimaal 10%). De gemeente richt zich daarbij op de horeca, detailhandel en de sportkantines. Daarnaast worden de hotspots in kaart gebracht en wordt extra aandacht besteed aan leeftijdsgrenzen tijdens evenementen en alcoholgebruik in de openbare ruimte. 3. De gemeente zet zich in om samen met haar partners meer bekendheid te geven aan de richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik. 4. Ter bevordering van de volksgezondheid en ter bescherming van de veiligheid zal de gemeente zich inzetten om het alcoholgebruik in Oisterwijk te matigen. 5. Om een groot gedeelte van de Oisterwijkse inwoners te bereiken zal extra aandacht worden besteed aan alcoholmatiging in sportkantines. 6. Alle horeca ondernemingen, zowel commercieel als paracommercieel, worden eens in de twee jaar gecontroleerd op de vergunningvereisten. Deze controle heeft als doel het up to date houden van de gemeentelijke administratie en het persoonlijk contact met de horeca ondernemers vergroten. 7. De gemeente treedt op tegen illegale horeca op basis van prioriteitstelling. Communicatie met de ketenpartners vind minimaal een keer in de twee maanden plaats tijdens het overleg van de Werkgroep Alcoholpreventie Oisterwijk. Voor vaststelling van deze nota is contact opgenomen met een regioadviseur van Koninklijke Horeca Nederland. De financiële middelen om uitvoering te kunnen geven aan deze nota zijn geraamd in de begroting van 2013.
4
Hoofdstuk 1
Inleiding
Op 23 juli 2012 is er een wetsvoorstel tot wijziging van de Drank- en Horecawet gemaakt. De bedoeling van dit wetsvoorstel is dat alle gemeenteraden in Nederland verplicht worden om eens in de 4 jaar een alcohol preventie- en handhavingsplan vast te stellen. Hoewel het nog niet zeker is dat deze wijziging van de wet er komt is het met het oog op de definitieve wetswijziging van de Drank- en Horecawet die op 1 januari 2013 ingaat al wel nodig om kritisch te kijken naar de Oisterwijkse alcoholproblematiek. Na 1 januari 2013 neemt de gemeente de toezicht- en handhavingstaken van de Voedsel- en Warenautoriteit (hierna: VWA) over. Dit houdt in dat de gemeente verantwoordelijk wordt voor alle leeftijdsgrenzencontroles, controle op het alcoholverkoopverbod en de controle van de Drank- en Horecavergunning. Naast dat het Rijk van gemeenten verwacht dat deze taak zorgvuldig wordt opgepakt, bestaat in ieder geval de beginselplicht tot handhaving wanneer klachten worden ingediend over niet naleving van de bepalingen uit de Drank- en Horecawet. Naast gemeenten zich zullen voorbereiden op de nieuwe wetgeving, dragen ook de betrokken branches een steentje bij aan alcoholpreventie. De supermarktbranche verkoopt nu al geen alcohol aan jongeren onder de 20 zich niet kunnen legitimeren. Het vaststellen van de “nog geen 20 jaar” regel is geheel op eigen initiatief van de supermarktbranche gebeurd. Dit is een van de voorbeelden waaruit blijkt dat de maatschappij zich aan het voorbereiden is op de veranderingen in de wetgeving. 1.1
Doel van deze kadernota en werkwijze
In deze nota staan de gemeentelijke kaders met betrekking tot het terugdringen van alcoholmisbruik en het beperken van alcoholgebruik. Het vastleggen van dit plan moet leiden tot een effectieve en efficiënte invulling van de preventie- en handhavingstaken die voortvloeien uit de Drank- en Horecawet. Het doel van deze nota is: Het bieden van een basis voor een effectieve doorwerking van beleid in de verordening(en), beleidsregels voor de ontheffingen, de vergunningverlening, het toezicht, de handhaving, de samenwerking met partners en de communicatie met de doelgroepen. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft in augustus 2012 de Handreiking Drank- en Horecawet voor gemeenten uitgegeven. In deze handreiking wordt geadviseerd om te werken met “de vijf pijlers voor een integrale aanpak van alcoholbeleid”. De kaders van deze nota zijn ingericht op basis van deze vijf pijlers. Pijler 1: Inrichten van de fysieke omgeving Pijler 2: Regelgeving en handhaving (de gemeente voert direct invloed uit d.m.v. creëren van beleid, verordeningen en het handhaven daarvan) Pijler 3: Voorlichting en educatie Pijler 4 & 5: Signalering, advies en ondersteuning
1.2
Ketenpartners
De samenstelling van deze nota is tot stand gekomen in samenspraak met onze ketenpartners. Deze ketenpartners zijn allen vertegenwoordigd in de “Werkgroep Alcoholpreventie Oisterwijk”. De werkgroep komt een keer in de twee maanden
5
samen om lokale, regionale en landelijke ontwikkelingen rondom alcohol te bespreken. Gezamenlijk zorgen de partners ervoor dat alle pijlers naar behoren worden ingevuld. Het onderstaand overzicht geeft weer welke partners er deelnemen in de werkgroep en dus invloed hebben gehad op de vaststelling van deze kadernota.
1. Gemeente Oisterwijk De gemeente heeft net als bij het integrale veiligheidsbeleid een regierol en is kartrekker als het gaat om vaststellen van lokaal alcoholbeleid. De gemeente kan zelf het meeste betekenen voor de invulling van de pijlers regelgeving en handhaving en inrichting van de omgeving. 2. De politie De politie is mede verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde en de veiligheid. De jeugd- en wijkagenten in Oisterwijk surveilleren geregeld op uitgaansavonden en zijn aanwezig bij evenementen. Daarnaast controleert de politie op het zogenaamde “genotsmiddelenverbod” dat voor verschillende delen van de gemeente van kracht is. Door de expertise die zij in huis hebben en door de extra middelen die zij in kunnen zetten in de strijd tegen alcoholmisbruik is de politie een nuttige partner. De politie vult de pijler inrichting van de omgeving en regelgeving en handhaving in. 3. De GGD De GGD geeft voorlichting over alcohol. Zij geven voorlichtingsbijeenkomsten op bijvoorbeeld scholen. Daarnaast stelt de GGD verschillende interventies op. Eens in de vier jaar geeft de GGD een regionale gezondheidsmonitor uit. Deze gezondheidsmonitor kent vier versies. Een voor kinderen (<12), jongeren (12 t/m 18), volwassenen (19 t/m 64) en ouderen (65>). Deze monitoren kennen ook een onderdeel alcohol. Aan de hand van de cijfers uit de monitor kan men bijvoorbeeld aflezen of een bepaalde groep (te) veel drinkt. Dit zijn onafhankelijke onderzoekscijfers die kunnen helpen met het in kaart brengen van de lokale situatie. De GGD draagt bij aan de invulling van de pijler voorlichting en educatie.
4. Novadic-Kentron Novadic-Kentron is een instelling die zich richt op verslavingszorg. Door middel van bijvoorbeeld acties op straat komen zij in contact met alcoholverslaafden en houden ze de drempel naar hulp laag. Novadic-Kentron zorgt voor invulling van de pijler voorlichting en educatie en met name voor de invulling van de pijlers signalering, advies en ondersteuning. 5. De Twern De Twern verricht maatschappelijke diensten. Een onderdeel van de Twern is het jongerenwerk. Jongerenwerkers en jongeren bouwen vaak een sterke band op. Hierdoor worden jongerenwerkers vaak in vertrouwen genomen. Door deze
6
vertrouwensband zijn jongerenwerkers vaak ook betrokken bij de signalering van alcoholproblematiek. De medewerkers van de Twern maken zich hard voor de invulling van de pijler voorlichting en educatie en de pijlers signalering, advies en ondersteuning. 6. Het Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) richt zich op de signalering van risico’s voor de ontwikkeling van kinderen tussen de 0-23 jaar. Zij zetten in op het geven van voorlichting op bijvoorbeeld (basis)scholen. Het CJG geeft invulling aan de pijler voorlichting en educatie en de pijlers signalering, advies en ondersteuning. Bovenstaande ketenpartners zijn niet de enige betrokkenen als het gaat om alcoholproblematiek. Andere groepen die betrokken zijn om input te leveren voor deze nota zijn onder andere de ouderraad van het 2college en een van de consulenten van Koninklijke Horeca Nederland.
1.3 Leeswijzer Deze nota is onderverdeeld in vijf hoofdstukken. In hoofdstuk 1 is te lezen waarom deze nota in het leven is geroepen, wat het doel van de nota is en welke partners zijn betrokken. In hoofdstuk 2 is de behoefte aan deze nota beschreven vanuit het oogpunt van de gemeente, de VWA en onze ketenpartners. In hoofdstuk 3 is beschreven welke kaders deze nota schept. In hoofdstuk 4 is te lezen hoe er gecommuniceerd wordt met de partners en de doelgroepen. Tot slot is in hoofdstuk 5 beschreven welke financiële middelen beschikbaar zijn zodat uitvoering kan worden gegeven aan deze nota.
7
Hoofdstuk 2
De lokale situatie
De raad heeft in eerdere nota’s aangegeven dat alcohol een probleem is in Oisterwijk. Daarnaast is door de “Werkgroep Alcoholpreventie Oisterwijk” informatie aangeleverd over de lokale situatie. (Met lokale situatie wordt bedoeld de situatie in de gemeente Oisterwijk). De aangeleverde informatie zorgt ervoor dat een realistisch beeld is ontstaan van de Oisterwijkse alcoholproblematiek. In deze paragraaf is te lezen wat de raad en de betrokken partijen uit de Werkgroep Alcoholpreventie Oisterwijk hebben geconstateerd. Op basis van die constateringen zijn gezamenlijke speerpunten vastgelegd. 2.1
Gemeentelijke visie
In de kadernota “Oisterwijk Veilig 2011-2014” is alcohol en drugsgebruik onder jongeren als een van de speerpunten genoemd. In de kadernota is genoemd dat een meer integrale samenwerking gewenst is en dat de totstandkoming van een alcoholmatigingsbeleid gewenst is. Deze kadernota voorziet in beide wensen die voortvloeien uit de kadernota “Oisterwijk Veilig 2011-2014”. In de Wmo nota “Vertrouwen en Verbinden” is opgenomen dat jongeren een kwetsbare groep zijn. Er wordt onderschreven dat het met de meerderheid van de jongeren goed gaat. Een kleinere groep jongeren heeft wat meer ondersteuning of gespecialiseerde hulp nodig. Het is in de voornoemde nota uitdrukkelijk vermeld dat we samen moeten zorgen dat deze hulp er is. Bovenstaande passages uit de eerder vastgelegde nota’s laten zien dat de behoefte aan een integrale nota, die onder meer gericht is op alcoholgebruik onder jongeren, bestaat. 2.2
GGD gezondheidsmonitor
Een belangrijk middel om inzicht te verkrijgen in het alcoholgebruik onder de inwoners van Oisterwijk is het raadplegen van Gezondheidsmonitoren die de GGD eens in de vier jaar uitgeeft. De relevante monitoren zijn de: - Gezondheidsmonitor Jongeren (12-18 jaar) 2011; - Gezondheidsmonitor Volwassenen (19-64 jaar) 2009; De inrichting van de gezondheidsmonitor jeugd is anders dan de monitoren voor volwassenen . De monitor jeugd is gericht op het in kaart brengen van de hoeveelheid alcoholconsumptie, de plek waar alcohol wordt gedronken, hoe men in het bezit komt van alcohol en wat ouders vinden van het drankgebruik. De monitor volwassenen is gericht op overmatig drankgebruik. De reden van deze verschillen is dat alcoholgebruik voor 18-minners schadelijker is dan voor volwassenen. Voor deze groep worden dan ook meer handreikingen geboden om gebruik en misbruik te voorkomen. 2.2.1 Jeugd De laatste jaren wordt steeds meer onderschreven dat alcoholgebruik onder jongeren schadelijke gevolgen heeft voor de ontwikkeling van onder andere de hersenen. De hersenen zijn in ontwikkeling tot men ongeveer 24 is . De maatschappelijke acceptatie van het middel en de weinige kennis over de schadelijke effecten van alcohol zorgen ervoor dat ouders zich minder snel zorgen maken. Uit de eerste tabel uit de jeugdmonitor is te lezen hoe jongeren tussen de 12 en 18 jaar omgaan met alcohol. Opvallend is dat bijna de helft van die jongeren drinkt. En dat meer dan de helft van de ouders van die jongeren het goed vindt dat hun kind drinkt. Populaire locaties om alcohol te nuttigen zijn de horeca, thuis, sportkantines en schoolfeesten. In het onderstaande schema zijn deze ontwikkelingen uitgedrukt in cijfers en percentages.
8
- 47% van de Oisterwijkse jongeren heeft in de afgelopen 4 weken alcohol gedronken. Dit percentage ligt boven het regionale gemiddelde. - 26% van de Oisterwijkse jongeren is in de afgelopen 4 weken aangeschoten of dronken geweest. Dit percentage ligt boven het regionale gemiddelde. - 56% van de ouders vindt het goed dat hun kind drinkt. - 9% van de ouders koopt alcoholhoudende drank voor hun kind. Op de volgende locaties drinken Oisterwijkse jongeren Procentueel(100%) In café/bar/snackbar/terras: 32% Thuis (met vrienden): 26% Bij anderen thuis: 26% In de discotheek: 20% Op een schoolfeest: 11% In een restaurant: 7% In een sportkantine: 7% Thuis (alleen): 3% In een keet/hok/schuur: 3% Ergens anders: 3% Op straat/park/buiten: 2%
Absoluut (2258 jongeren) 723 587 587 452 248 158 158 68 68 68 45
Bron1
Wanneer de wetgever besluit om de wettelijke leeftijdsgrenzen voor het verstrekken van alcohol op te hogen naar 18 jaar en ouder wordt al een stap in de goede richting gedaan om een cultuuromslag in werking te zetten. De bovenstaande cijfers laten helaas geen splitsing zien tussen jongeren die op grond van de huidige wetgeving alcohol mogen drinken (16 jaar en ouder) en zij die dat niet mogen. Een tweede tabel laat dit wel zien. Deze cijfers gelden voor de regio Hart voor Brabant. - 17% van de 16-minners heeft in de afgelopen 4 weken alcohol gedronken. - 5% van de 16-minners is in de afgelopen 4 weken dronken of aangeschoten geweest. - 26% van de ouders vindt het goed dat hun kind onder de 16 drinkt, 35% raadt het af maar doet er verder niets mee. - 6% van de ouders koopt drank voor hun kind onder de 16 Op de volgende locaties drinken 16-minners: Procentueel(100%) Bij anderen thuis: 11% In de discotheek: 10% Thuis (met vrienden): 9% In café/bar/snackbar/terras: 4% In een keet/hok/schuur: 3% Op straat/park/buiten: 3% Op een schoolfeest: 3% Ergens anders: 2% In een sportkantine: 1% Thuis (alleen): 0,9% In een restaurant: 0,8%
Absoluut (49796) 5478 4980 4482 1992 1494 1494 1494 996 498 448 398
Bron2
De cijfers laten zien dat er nog winst valt te behalen op het terugdringen van alcoholgebruik onder 16-minners. Plaatsen waar handhavende instanties het beste kunnen controleren zijn discotheken, café’s, (snack)bars, terrassen en sportkantines. Bij mensen thuis op privéterrein kunnen handhavende instanties niets doen. Onze partners die zich concentreren op preventieve acties kunnen zich het beste richten op deze problemen. Daarnaast kunnen onze alcoholpartners zich richten op ouders die het goedkeuren dat hun kind drinkt. Uit de cijfers blijkt dat ook 18-minners te veel alcohol drinken. Handhavende instanties zijn het erover eens dat zolang de wettelijke leeftijdsgrenzen 16 jaar zijn niet handhavend kan worden opgetreden tegen 18-
1 2
Gezondheidsmonitor Jongeren (12-18 jaar) 2011 Tabellenboek Oisterwijk, GGD Hart voor Brabant. Gezondheidsmonitor Jongeren (12-18 jaar) 2011 Tabellenboek Oisterwijk, GGD Hart voor Brabant.
9
minners die alcohol drinken. De activiteiten zullen beperkt blijven tot preventie. Nadat de leeftijdsgrenzen zijn opgehoogd kan wel handhavend worden opgetreden. 2.2.2 Volwassenen De gezondheidsmonitor voor volwassenen (19-64 jaar) laat zien hoeveel procent van de volwassenen overmatig drinkt en hoeveel procent niet voldoet aan de richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik. In Oisterwijk zijn deze cijfers als volgt:
Drinkt overmatig (mannen >21 glazen per week vrouwen >14 glazen per week)
Procentueel(100%) 15%
Voldoet niet aan de richtlijnen 39% Voor aanvaardbaar alcoholgebruik*
Absoluut(15025) 2254
5860
*(mannen: max. 21 glazen/week, max. 5 glazen/drinkdag, max. 5 drinkdagen/week; vrouwen: max. 14 glazen/week, max. 3 glazen/drinkdag, max. 5 drinkdagen/week) Bron3
Wie meer drinkt dan de richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik, loopt meer kans op gezondheidsschade. Voorbeelden zijn een hoge bloeddruk, hersenbloedingen, leveraandoeningen, orgaanbeschadigingen, diverse soorten kanker,verslaving en andere gezondheidsklachten. De richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik gelden voor personen ouder dan 24 jaar4. Men zou kunnen zeggen dat een vergroting van de bekendheid van de norm aanvaardbaar alcoholgebruik de cijfers omlaag zou kunnen brengen. 2.3
Constateringen uit het werkveld
Naast de cijfers die er bestaan over het gebruik van alcohol zijn er ook diverse ontwikkelingen waargenomen door onze ketenpartners en de VWA. De VWA is de huidige toezichthoudende instantie. Mede vanwege een gebrek aan capaciteit worden de toezicht- en handhavingstaken overgedragen aan gemeenten. De VWA controleert vooral op leeftijdsgrenzen. De VWA wil benadrukken dat er niet genoeg wordt gecontroleerd en dat alleen op basis van de uitgedeelde boeterapporten/schriftelijke waarschuwingen geen conclusies kunnen worden getrokken over het naleefgedrag van de alcoholverstrekkers in Oisterwijk. Uit de constateringen van de VWA blijkt dat de leeftijdsgrenzen op evenementen het slechtste worden nageleefd. Daarna volgen de cafés en tot slot de supermarkten.5 De jeugd- en wijkagenten van Oisterwijk en Moergestel geven een aantal namen van horeca instellingen door waarvan bekend is dat er veel jongeren komen. Daarnaast noemen ze een aantal openbare plaatsen waar hangjongeren aanwezig zijn die alcohol of drugs gebruiken. In een eerder overleg met een van de jeugdagenten is vastgesteld dat alcohol- en drugsgebruik in de openbare ruimte een probleem is in Oisterwijk. De jeugd- en wijkagenten geven daarnaast aan niet te weten wat er in paracommerciële instellingen gebeurt. Medewerkers van De Twern geven aan dat er op de hangplekken die de politie noemt geregeld verpakkingen van drank worden gevonden. Dit laat ziet dat er ondanks het 3
Gezondheidsmonitor Volwassenen (19-64 jaar) 2007 Tabellenboek Oisterwijk, GGD Hart voor Brabant. 4 Onderzoekers raden aan om voor het 25e levensjaar zo min mogelijk te drinken. Tot die leeftijd zijn de hersenen namelijk nog in ontwikkeling. 5 Overzicht DHW NVWA 2009 t/m 2011 gemeente Oisterwijk
10
huidige genotsmiddelenverbod nog steeds wordt gedronken in de openbare ruimte. Medewerkers van De Twern zijn het eens met de politie dat alcoholgebruik (en drugsgebruik) in de openbare ruimte een probleem is. Daarnaast zijn alle betrokken alcoholpartners het ermee eens dat er tijdens diverse evenementen zoals tijdens Carnaval en de kermis een slechte naleving van de leeftijdsgrenzen plaats vindt en er te veel alcohol wordt gedronken. Eerder is omschreven hoe het mogelijk is dat het slechte naleefgedrag niet terug is te zien in de cijfers van de VWA, namelijk beperkte capaciteit. Ten tweede wordt door de partners aangegeven dat het niet bekend is hoe paracommerciële instellingen omgaan met de leeftijdsgrenzen. 2.4
Conclusies
Uit de cijfers van de GGD blijkt dat 47% van de 18-minners drinkt en dat 26% van de Oisterwijkse jongeren dronken of aangeschoten is geweest in de afgelopen vier weken. Een groot gedeelte van de ouders (56%) vindt het prima dat hun kind drinkt. Uit de gezondheidsmonitor voor volwassen blijkt dat 39% zich niet houdt aan de richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik. De problemen die in Oisterwijk spelen zijn het alcoholgebruik in de openbare ruimte, de naleving van leeftijdsgrenzen in de horeca en tijdens evenementen, de onbekendheid met het paracommerciële circuit (met name sportkantines) en tot slot het gebrek aan inzicht in het naleefgedrag van horecaondernemers door het beperkt aantal controles van de VWA en daarmee ook het beperkte aantal controlegegevens.
11
3
Speerpunten en kaders
De wetswijzigingen van de Drank- en Horecawet komen naar aanleiding van één van de doelstellingen uit het landelijke beleidsprogramma “Samen werken, samen leven 2007-2011”. Een van de doelstellingen die heeft geleid tot de aanpassingen in de drank- en horecawetgeving luidt “de aanpak van overmatig alcoholgebruik onder jongeren”. Het nieuwe kabinet borduurt voort op deze ideeën. In het regeerakkoord “Bruggen Slaan” (oktober 2012) staat het volgende: “Overmatig alcoholgebruik door met name jongeren is zeer zorgelijk en leidt tot grote schade. De minimumleeftijd voor de verstrekking van alcohol gaat naar 18 jaar. Dit gaat gepaard met intensieve voorlichting en adequate handhaving”.
Op basis van deze landelijke speerpunten, eerder bekend gemaakte wensen van de raad en op basis van de cijfers en constateringen uit het werkveld is een aantal speerpunten geformuleerd. Het kader dat deze nota biedt, is dat de inzet van de gemeente en van de ketenpartners zich richt op de volgende speerpunten: 1. 2.
3. 4. 5. 6.
Integrale samenwerking Geen alcohol beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen - Leeftijdsgrenzen in de horeca en detailhandel - Hotspots - Evenementen - Openbare ruimte Alcoholmatiging door personen ouder dan de wettelijke leeftijdsgrenzen Alcohol in de sportkantine Algemene controle vergunningen Illegale horeca
3.1
Integrale samenwerking
In september 2012 is de “Werkgroep Alcoholpreventie Oisterwijk” opgezet. In deze werkgroep zijn alle relevante ketenpartners (zie paragraaf 1.2) aanwezig. Deze werkgroep is in het leven geroepen om door integrale samenwerking de Oisterwijkse alcoholproblematiek te bestrijden. De werkgroep komt eens per twee maanden samen om de lokale ontwikkelingen te bespreken. Na het bespreken van die ontwikkelingen worden er actiepunten opgesteld waar de partners mee aan de slag gaan. Via deze werkwijze weten alle partners van elkaar waar ze mee bezig zijn. De werkzaamheden worden op elkaar afgestemd en er kunnen ideeën worden geopperd over de invulling van elkaars werkzaamheden. Waar in ieder geval voor gezorgd wordt is dat op iedere pijler activiteiten plaatsvinden. De ambities van de werkgroep zijn: -
Ter bevordering van de volksgezondheid is de ambitie geen verstrekking aan of gebruik van alcohol door personen beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen Ter bevordering van de openbare orde en veiligheid is de ambitie geen alcoholgebruik in de openbare ruimte Ter bevordering van de volksgezondheid is de ambitie alcoholmisbruik voorkomen
12
Na ieder overleg wordt een verslag in de vorm van een schema gemaakt met daarin de pijlers. Kader Samenwerking tussen de gemeente, politie, jongerenwerk, GGD, Novadic-Kentron, Centrum Jeugd en Gezin en andere betrokkenen (horeca, scholen, buurtnetwerken, ouders etc.) is de norm. De werkzaamheden worden op elkaar afgestemd zodat problemen effectief worden aangepakt.
3.2
Geen alcohol beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen
Zoals eerder in deze nota is omschreven neemt de gemeente alle toezicht- en handhavingstaken van de VWA over. Met de veranderingen in de wet wordt een verplichting opgelegd voor de gemeente Oisterwijk om toezicht te gaan houden en te handhaven. De gemeente Oisterwijk ziet het echter ook als haar taak om er samen met haar partners voor te zorgen dat de drank- en horecawetgeving wordt nageleefd. Een zaak verdient prioriteit en dat is het terugdringen van alcoholgebruik beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen. Pijler 1 & 2 Het document dat een goede naleving van de Drank- en Horecawet waarborgt, het Handhavingsbeleid Alcohol 2013-2017, zal als een uitwerking van deze nota nog volgen. In dit beleid zullen de strategieën om tot naleving te komen worden beschreven (naleefstrategie, toezichtstrategie, sanctiestrategie en de gedoogstrategie). Het alcoholbeleid zal in lijn zijn met het handhavingsbeleid en het integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Oisterwijk. Leeftijdsgrenzen in de horeca en detailhandel In de huidige wetgeving is een verbod op het verstrekken van alcoholhoudende drank aan 16-minners opgenomen. Voor 18-minners is een verbod tot verstrekking van sterke drank opgenomen. Na 1 januari 2013 is het voor 16-minners verboden om in het openbaar (kort samengevat horeca en op straat) alcohol in het bezit te hebben. Toezicht en handhaving op deze regelgeving kan het naleefgedrag versterken. Hotspotcontrole Eerder is in deze nota aangegeven dat het relatief onbekend is in hoeverre de horeca en de detailhandel de bepalingen uit de Drank- en Horecawet naleven. Het streven is om in ieder geval de zogenaamde “Hotspots” in kaart te krijgen. Met hotspots wordt bedoeld te plaatsen waar veel jongeren komen en mogelijk ook de leeftijdsgrenzen niet worden nageleefd. De gemeente wil de hotspots in ieder geval inzichtelijk krijgen door steekproefsgewijs alcoholverstrekpunten te controleren op de wettelijke leeftijdsgrenzen. Streng optreden na niet naleving van de leeftijdsgrenzen verdient de voorkeur vanwege de ernst van de overtreding. Intensieve samenwerking met de
13
politie is hierbij nodig. Evenementen Naar aanleiding van de analyse van de lokale situatie is gebleken dat alle ketenpartners de mening delen dat de naleving op de leeftijdsgrenzen tijdens evenementen nog te wensen overlaat. Het streven is dat , net als bij andere verstrekpunten, steekproefsgewijs gecontroleerd gaat worden op de leeftijdsgrenzen bij evenementen. Tijdens het evenementenoverleg (overleg dat aan ieder groot evenement vooraf gaat) kan bijvoorbeeld door de politie worden bepaald of zij vinden dat een bepaald evenement tot de risicogroep behoort. Met risicogroep wordt bedoeld een evenement waar relatief gezien veel jongeren op af komen. Wanneer de politie van mening is dat een evenement tot de risicogroep behoort kunnen eventueel extra BOA’s worden ingezet voor de leeftijdsgrenzencontrole. Vooraf zullen duidelijke afspraken moeten worden gemaakt over de fysieke back-up mogelijkheden van de politie. Daarnaast moet vaker worden gekeken naar de mogelijkheid om voorschriften en beperkingen op te nemen aan een ontheffing om een evenement te mogen organiseren. Voorschriften die men bijvoorbeeld op zou kunnen nemen zijn dat er toegangsleeftijden zijn voor het evenement, dat met een bandjessysteem wordt gewerkt of dat verplicht gratis water wordt uitgedeeld bij evenementen tijdens de zomermaanden. Openbare ruimte Een van de speerpunten van de integrale veiligheidsnota “Oisterwijk Veilig 20112014” is hangjeugd. Er bestaan in Oisterwijk groepen hangjongeren die de leefbaarheid van de wijk aantasten. Dit wordt onder andere veroorzaakt door het gebruik van alcohol en drugs. Er wordt met dit speerpunt voortgeborduurd op de veiligheidsnota. Het genotsmiddelenverbod blijft van kracht. Als aanvulling op dit genotsmiddelenverbod is de strafbaarstelling voor het bezit van alcohol door 16minners in het leven geroepen. Beide middelen kunnen uiteindelijk leiden tot beter naleefgedrag. De politie heeft in samenwerking met jongeren een bepaald kaartensysteem in het leven geroepen om ergernissen in de openbare ruimte tegen te gaan (pilot). Het kaartensysteem werkt op dezelfde wijze als tijdens een voetbalwedstrijd. Geel is een waarschuwing en rood betekent “straf”. Op de blauwe kaart staan de regels vermeld. De regels op die blauwe kaart zijn door jongeren samengesteld. Een van de regels is “geen alcohol of drugs op straat”. Kader De gemeente zet zich actief in om het alcoholgebruik door jongeren beneden de wettelijke leeftijdsgrenzen terug te dringen (met minimaal 10%). De gemeente richt zich daarbij op de horeca, detailhandel en de sportkantines. Daarnaast worden de hotspots in kaart gebracht en wordt extra aandacht besteed aan leeftijdsgrenzen tijdens evenementen en alcoholgebruik in de openbare ruimte.
De cijfers die de gemeente gebruikt om te bepalen of het alcoholgebruik onder de Oisterwijkse jongeren (18-minners) met minimaal 10% is gedaald komen uit de “gezondheidsmonitor jongeren (12-18 jaar) 2011, tabellenboek Oisterwijk”. Het cijfer dat genomen is, is het aantal jongeren dat in de afgelopen 4 weken alcohol heeft gedronken. Nu is dat 47%, bij de volgende monitor die de GGD (verwachting is in 2016) uit zal geven is het doel dat dit percentage minimaal met 10% is gedaald (37%). Er is tijd nodig om het te voeren beleid in de praktijk te laten werken. Een daling van 10% is in dat opzicht het meest realistisch. Pijler 3 Om er voor te zorgen dat wet- en regelgeving wordt nageleefd is het gewenst om ook
14
energie te steken in preventieve activiteiten. Begrip of kennis van het middel, alcohol in dit geval, kan het naleefgedrag van de regelgeving vergroten. Het effect wat daar nog bovenop komt is het mogelijke alcoholmatigingseffect voor jongeren die wel mogen drinken. Tijdens de bijeenkomsten die worden georganiseerd op bijvoorbeeld scholen, sportscholen of jongerencentra wordt aandacht besteed aan het waarom van de drank- en horecawet. Het waarom van de Drank- en Horecawet is ondermeer gelegen in volksgezondheidsmotieven. Door de voorlichters wordt benadrukt welke schadelijke gevolgen alcohol kan hebben. Voorlichters hebben ieder hun eigen methode om er voor te zorgen dat de boodschap goed overkomt. Pijler 4 & 5 De stap naar hulp wordt vaak niet als laagdrempelig ervaren. Het is de taak van de gemeente en haar partners om alcoholproblematiek te signaleren, vervolgens te adviseren en om de jongeren met problemen te ondersteunen. De personen die vaak met jongeren in contact komen (jongerenwerkers, leraren, medewerkers sportschool) hebben een signalerende functie. Deze personen kunnen ervoor zorgen dat jongeren in contact komen met verslavingszorg. Tijdens uitgaansavonden of evenementen kan bijvoorbeeld de preventiebus worden ingezet. De preventiebus is een initiatief van Novadic-Kentron. Op ludieke wijze wordt getracht om jongen voor te lichten over het gebruik (en misbruik) van alcohol. Door de aanwezige medewerkers kunnen verslaafde jongeren in een hulptraject komen waar zij anders niet in terecht waren gekomen. Een ander initiatief dat van NovadicKentron afkomstig is, is het nazorgprogramma dat zij bieden nadat een jongere in het ziekenhuis terecht is gekomen. 3.3
Alcoholmatiging
Het lijkt een maatschappelijke trend dat mensen steeds meer gaan drinken. Deze ontwikkeling is het beste te zien bij jongeren tot en met 25 jaar. Het nuttigen van te veel alcohol leidt, zoals eerder beschreven, tot diverse gezondheidsproblemen. Naast de gezondheidsproblematiek kan overmatig alcoholgebruik leiden tot problemen in de veiligheidssfeer. Mensen worden agressiever en zorgen voor een toename in het aantal verkeersongelukken. Ook in Oisterwijk drinkt men onverantwoord. 39% van de mensen tussen de 19 en 64 jaar voldoet niet aan de norm voor aanvaardbaar alcoholgebruik. De gemeente wil Oisterwijk een stukje gezonder en veiliger maken. Pijler 1 & 2 De wetswijziging van de Drank- en Horecawet die op 1 januari 2013 van kracht gaat biedt een aantal handreikingen om alcoholmatigingsbeleid op te stellen. De raad heeft de mogelijkheid om een verordening vast te stellen om prijsacties en happy hours in de horeca en supermarkten niet toe te staan. Uit onderzoek blijkt dat wanneer drank goedkoop is, men meer gaat drinken6. Daarnaast heeft de raad de mogelijkheid om toegangsleeftijden aan sluitingstijden te koppelen. Dit uit zich bijvoorbeeld in het vaststellen van een “toegangsklok” voor personen beneden een bepaalde leeftijd (voorbeeld: na 12.00 geen 16-minners meer naar binnen). Het idee hierachter is dat jongeren eerder op stap gaan en zo minder tijd hebben om in te drinken. Pijler 3 Naast de nieuwe verordende mogelijkheden kunnen preventieve maatregelen niet uitblijven. De richtlijnen voor verantwoord alcoholgebruik zouden meer onder de aandacht gebracht moeten worden. De inzet van de GGD is hierbij onmisbaar. Een voorbeeld van een alcoholmatigingsproject is het “belonen” van mensen die geen alcohol op hebben. Onderstaande foto’s zijn producten die afkomstig zijn uit de campagne “Bob jij of Bob ik?” De gratis goodies stimuleren mensen om niet te drinken.
6
Universiteit Twente, Happy hours en andere prijsacties in de Nederlandse horeca, STAP 2007, p. 22.
15
Bob sleutelhanger
Bob zwembadspeeltje
Kader De gemeente zet zich in om samen met haar partners meer bekendheid te geven aan de richtlijnen voor aanvaardbaar alcoholgebruik. Pijler 4 & 5 De verantwoordelijken voor de invulling van pijler 4 & 5 (signalering, advies en ondersteuning) zijn zoals eerder genoemd de GGD, Novadic-Kentron, het jongerenwerk en het CJG. De schakels die daar nog bijhoren zijn artsen, scholen, en (sport)verenigingen. Sociale controle is ook belangrijk binnen deze pijlers. Kader Ter bevordering van de volksgezondheid en ter bescherming van de veiligheid zal de gemeente zich inzetten om het alcoholgebruik in Oisterwijk te matigen.
3.4
Alcohol in de sportkantine
Uit de gezondheidsmonitor voor jongeren blijkt dat in de sportkantines minder alcohol wordt gedronken dan in de reguliere horeca of thuis. Het probleem in deze branche is minder groot dan in andere branches. Toch is het verstandig om ook in te zetten op alcoholmatiging in de sportkantine. Je bereikt namelijk een groot deel van de inwoners van de gemeente door sportkantines te betrekken bij het alcoholmatigingsbeleid. 73% van alle Oisterwijkse jongeren tussen de 12 en 18 jaar is lid van een sportvereniging. Voor de Oisterwijkse volwassenen (19 t/m 64 jaar) is het percentage dat ingeschreven staat bij een sportschool 40%. Bovendien komen jong en oud samen waardoor er een vorm van sociale controle ontstaat. De gemeente zal de regels die voor sportkantines (gaan) gelden nog eens bekend maken. In samenwerking met de preventieve partners zullen er bijeenkomsten worden georganiseerd om alcoholmatiging te bevorderen. Voor het bepalen van geschikte interventies kan er gebruik worden gemaakt van de database op de website www.loketgezondleven.nl Op deze website staan eerder gebruikte interventies met daarbij een beoordeling op effectiviteit door onafhankelijke onderzoekers. Kader Om een groot gedeelte van de Oisterwijkse inwoners te bereiken zal extra aandacht worden besteed aan alcoholmatiging in sportkantines. 3.5
Algemene controle vergunningen
Volgens de VWA zijn de controles die men kan houden onder te verdelen in drie groepen. Namelijk de leeftijdsgrenzencontrole, de controle op het alcoholverkoopverbod en tot slot de vergunningcontrole.
16
De leeftijdsgrenzencontrole is in de bovenstaande paragraven uitvoerig aan bod geweest. Leeftijdsgrenzencontrole wordt door jongere medewerkers (18-25 jaar) van de VWA uitgevoerd. Zij gaan undercover op controle bij alle verkooppunten van alcoholhoudende drank waar jongeren proberen alcohol te kopen. Met jongeren wordt bedoeld zij die de wettelijke leeftijdsgrens om drank te mogen drinken nog niet hebben bereikt. Nu in 2013 is dat nog 16 jaar. De verwachting is dat je op 1 januari 2014 18 jaar of ouder moet zijn. De controle op het alcoholverkoopverbod wordt gedaan bij bedrijven die op grond van de Drank- en Horecawet geen alcohol mogen verkopen. Hierbij kan gedacht worden aan tankstations. Het derde type controle heeft als doel controleren of de situatie in de werkelijkheid overeenkomt met de vergunning. Zaken die gecontroleerd worden zijn de leidinggevenden die op de vergunning (horen te) staan, inrichtingsvereisten en diverse andere kleine verplichtingen7 die voortvloeien uit de Drank- en Horecawet. Op het eerste gezicht lijkt deze vorm van controle puur administratief. De controle bevat administratieve elementen maar zal ook preventieve elementen bevatten. De toezichthouder die controleert heeft naast zijn controletaak ook een preventieve functie. Op die manier houdt de gemeente regelmatig contact met horeca ondernemers en wordt het draagvlak voor onder andere het nieuwe beleid van de gemeente vergroot. Kader Alle horeca ondernemingen, zowel commercieel als paracommercieel, worden eens in de twee jaar gecontroleerd op de vergunningvereisten. Deze controle heeft als doel het up to date houden van de gemeentelijke administratie en het persoonlijk contact met de horeca ondernemers vergroten.
3.6
Illegale horeca
De consulent van Koninklijke Horeca Nederland heeft aangegeven dat ze graag zou willen zien dat wordt opgetreden tegen illegale horeca (bijvoorbeeld zuipketen). Met illegale horeca wordt bedoeld de activiteit zijnde het bedrijfsmatig of anders dan om niet schenken van alcoholische dranken voor gebruik ter plaatse zonder de daarvoor benodigde vergunning. Wanneer er sprake is van illegale situatie kan er worden besloten om de situatie legaal te maken. In dit geval kan dat door het verlenen van een Drank- en Horecavergunning. Dit is vaak niet wenselijk in verband met de vigerende bestemmingsplannen en de vereisten voor brandveiligheid.
7
Bijvoorbeeld het plakken van “leeftijdsstickers” bij de ingang van de inrichting
17
De gemeente staat illegale horeca niet toe en zal in ieder geval optreden tegen illegale horeca zoals omschreven in de rode kolom. Handhavend optreden tegen zaken zoals omschreven in de oranje kolom is ook het streven indien voldoende duidelijk is dat er sprake is van structureel gebruik. Alvorens handhavend wordt opgetreden zal er altijd een belangenafweging plaats vinden. Kader De gemeente treedt op tegen illegale horeca op basis van prioriteitstelling.
18
4
Communicatie
De gemeente kan niet alleen een alcoholmatigingsbeleid van de grond laten komen. Zij hebben hierbij ondersteuning nodig van partners. Naast ondersteuning van partners is het belangrijk dat draagvlak bestaat voor de nota. Belangrijk informatiekanalen van de gemeente zijn de nieuwsklok, de website, folders maar ook sociale media. 4.1
Communicatie met partners
De partners zoals omschreven in paragraaf 1.2 hebben input aangeleverd om deze kadernota tot stand te brengen. Daarnaast houden de partners ten minste een keer per twee maanden persoonlijk contact in het kader van de Werkgroep Alcoholpreventie Oisterwijk. Er worden afspraken gemaakt over een zogenaamde “permanente informatiestroom”. Iedere partner zorgt ervoor dat eens in de zoveel tijd een informatieactie is zodat de doelgroepen op de hoogte blijven. 4.2
Communicatie met de doelgroepen
Er wordt jaarlijks een bijeenkomst georganiseerd voor horecaondernemers om ontwikkelingen te bespreken. In 2013 wordt de bijeenkomst in januari gehouden. Deze middag staat geheel in het teken van het uitleggen van de nieuwe wetgeving, de verplichtingen die de gemeente heeft op grond van de nieuwe wet en welke keuzes de gemeente tot nu toe heeft gemaakt. Voor deze bijeenkomst zijn alle horecaondernemers en organisatoren van grote evenementen uitgenodigd. Horecaondernemers en Koninklijke Horeca Nederland worden altijd geïnformeerd over veranderingen in het beleid of de verordeningen.
19
5
Financiën
De producten die uit deze kadernota voortvloeien kosten geld. De producten die geld kosten passen in de eerder gemaakt begroting voor 2013. In de onderstaande grafieken is weergeven welke facetten van deze kadernota geld kosten. Alleen de kosten voor de gemeente zijn in kaart gebracht, niet de kosten van de ketenpartners. Eenmalige kosten Kostenpost Opleiding 2 BOA’s tot bevoegd Drank- en horecacontroleur
Geraamde kosten €4.400,--
Financiering Centraal opleidingsbudget
Jaarlijks terugkerende kosten Kostenpost Geraamde kosten per jaar Financiering 2013-2017 Subsidie Novadic€2.500,-Bestaande middelen (zie ook Kentron integrale veiligheidsnota) Keuze voor minimale inzet of maximale inzet is en de bijbehorende kosten Minimale inzet BOA’s €15.000,Budget voor inzet BOA’s (10 uur per week) (jaarlijks €100.000,-) Maximale inzet €25.000,Budget voor inzet BOA’s BOA’s (jaarlijks €100.000,-) (16 uur per week)
20