MAANDBLAD VAN DE VLAAMSE INGENIEURSKAMER
06/07-2010
INGENIEURSMAGAZINE
Ing. Willy Versluys wil gezonken Belgica lichten
Ing. Jan Smet leidt Benvitec nv Apparaat meet kwaliteit Vlaamse fietspaden Ing. Dirk De Waele, een carrière bij Aquafin
VIK, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem jaargang 48, nummer 06, juni-juli 2010 maandelijks tijdschrift, verschijnt niet in juli en augustus afgiftekantoor ANTWERPEN X- P2A8632
Vorming voor u! VIK Vorming wil als opleidingsinstituut van de VIK in de eerste plaats een invulling bieden aan de nood aan permanente vorming van al haar leden. U bepaalt daartoe mee het opleidingsaanbod! Heeft u bepaalde leernoden die u niet terugvindt in het vormingsaanbod? Ziet u bepaalde leemtes in de opleidingskalender? Neem dan contact op met uw vormingsinstituut en geef uw idee verder vorm.
Vorming door u! VIK Vorming heeft geen docenten in vast dienstverband. Dat laat ons toe om voor elke opleiding een beroep te doen op mensen uit de field. Praktijkervaring uit de eerste hand is en blijft immers van onschatbare waarde voor onze cursisten. Misschien voelt u de kriebel om zelf als docent of spreker op te treden? Bent u beslagen in een of meerdere domeinen? Hebt u een boeiende case of een uitgebreide praktijkkennis? Wilt u over uw ervaringen getuigen of een diepgaande cursus doceren? Neem dan contact op voor een verkennend gesprek.
Uw contactpersoon: Lic. Diane Luyten Manager VIK Vorming
[email protected] of 03 259 11 10
Commentaar I-mag Ingenieursmagazine is een uitgave van de Vlaamse Ingenieurskamer vzw Lid van World Federation of Engineering Organisations (WFEO) van de UNESCO. Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers (U.P.P.) VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Ing. Bart Demol MSc, Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem HOOFDREDACTEUR Ing. Noël Lagast MSc EINDREDACTIE Luc Vander Elst REDACTIERAAD Ing. I. Born MSc - Ing. B. Demol MSc Ing. H. Derycke MSc - Ing. K. De Wever MSc Ing. N. Lagast MSc - Ing. G. Roymans MSc Ing. W. Samyn MSc - Ing. L. Wezenbeek MSc REDACTIESECRETARIAAT Francine Demaret SECRETARIAAT VIK Herentalsebaan 643, 2160 Wommelgem Tel. +32 3 259 11 00 - Fax +32 3 259 11 01 Website: www.vik.be - e-mail:
[email protected] Doorlopend open van 08.30 uur tot 17.00 uur Voor advertentieruimte of redactionele bijdragen: mail naar
[email protected].
Maatschappij in transitie De maatschappij evolueert voortdurend. Men zegt weleens dat de enige constante in de verandering, de verandering zelf is. Die evolutie speelt zich niet alleen af op technologisch vlak. Ook op maatschappelijk en sociologisch vlak evolueren wij voortdurend. De uitdagingen waarmee we de volgende decennia worden geconfronteerd, zijn gigantisch. De vergrijzing en ook de ’verwitting’ – de fase na de vergrijzing, waartoe de 80+’ers worden gerekend – heeft voor gevolg dat steeds minder jongeren zullen moeten zorgen voor steeds meer bejaarden en hoogbejaarden. Voeg daaraan toe dat de beschikbare primaire bronnen eindig zijn, zowel materialen als energie, en je hebt voldoende argumenten voor een toenemende onzekerheid over de welvaartsverwachtingen van de jongere generaties. Wij staan dus voor belangrijke maatschappelijke veranderingen. Een gradueel continu proces van evoluties waarbij de maatschappij – of een complex deelsysteem ervan – structureel van karakter verandert. De geldende economische modellen zullen moeten worden bijgesteld. ‘C2C: cradle to cradle’ en ‘cleantech’ zijn bijvoorbeeld nieuwe termen die in ons begrippenkader zijn binnengeslopen, net als MVO: maatschappelijk verantwoord ondernemen. Het welvaartspeil voor de komende generaties in onze regio staat onder druk. Het zal wellicht afnemen, maar dat betekent niet noodzakelijk dat we daarom minder gelukkig zullen zijn. Het zal anders zijn. Ook de VIK zal moeten inspelen op die trends door haar aanbod voortdurend af te stemmen op de verwachtingen en noden van de jonge generaties en hen een reële toegevoegde waarde te bieden.
LIDMAATSCHAPSBIJDRAGEN rek.nr.: 406-0098501-56 € 61,00 voor technisch en industrieel ingenieurs, die meer dan drie jaar gediplomeerd zijn; voor geassocieerde leden € 34,00 voor hen, die 3 jaar of minder dan drie jaar gediplomeerd zijn; voor een samenwonend lid; voor gepensioneerden € 17,00 voor studenten-industrieel ingenieur
Ingenieurs zijn altijd al de motor van de veranderingen geweest en dat moet zo blijven. De nieuwe lichting ingenieurs die straks hun intrede doet op de arbeidsmarkt, bruist van energie en zelfvertrouwen en zal ook die maatschappelijke uitdagingen aanpakken. Het is onze opdracht om de schat aan ervaring en wijsheid uit ons ingenieursnetwerk voortdurend aan die jonge collega’s over te dragen, zodat zij voort kunnen innoveren om methodes en technieken in lijn te houden met de uitdagingen die onze complexe samenleving zal blijven eisen. Zo zullen die jonge ingenieurs de antwoorden vinden op de maatschappelijke uitdagingen van morgen. Daarin wil de Vlaamse Ingenieurskamer niet alleen een katalysator, maar met uw inbreng ook een initiator zijn.
€ 78,00 voor leden woonachtig in het buitenland
Ing. Paul BERTELS MSc Gedelegeerd bestuurder
€ 580,00 voor bedrijven, scholen, instellingen, enz. met meer dan 250 werknemers € 280,00 voor bedrijven, scholen, instellingen, enz. met minder dan 250 werknemers DRUKKERIJ & LAY-OUT Drukkerij SLEURS nv, Overpelt Tel. +32 11 80 90 90 - Fax +32 11 80 90 95 Voor de ondertekende artikels zijn alleen de auteurs aansprakelijk. COVER Lichting Belgica © Belgica-Genootschap vzw
De respons op de online salarisenquête is een onverhoopt groot succes. Dat sterkt ons om de ‘online-aanpak’ bij de VIK nog beter uit te bouwen. Bedankt voor jullie bijdrage!
3
I-mag juni-juli 2010
Inhoud
Commentaar Maatschappij in transitie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudstafel .........................................
03 04
VIK aanwezig in ‘Commissie ad hoc Hoger Onderwijs’ Brandpunt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Ing. Willy Versluys wil gezonken Belgica lichten Technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Ing. Jan Smet MSc is voorzitter van Benvitec nv Technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Een tredradkraan op de Werf in Antwerpen Technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Energiebesparing met beter licht Technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Modern Times Technologie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Ing. Paul Meugens meet de kwaliteit van fietspaden Samenleving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
In de kijker: 20ste fiets- en wandeldag Afdeling Limburg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Nieuws van de afdelingen ..............................................................
Ing. Dirk De Waele leidt de directie infrastructuur bij Aquafin Centrum Openbare diensten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Ingenieurs: overheid versus privé? Centrum Openbare diensten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
In memoriam: Ing. Jan Wauters MSc Netwerk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Ingenieursopleiding met twee snelheden Netwerk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Activiteiten van de studiegroepen Studiegroepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Fellow in gerechtelijke expertise / Medewerkers coachen Vik Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Symposium - Betrouwbare machinebesturingen Vik Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Fellow bouwmanager succesvol afgerond Vik Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Duurzaam bouwen / Cursusagenda Vik Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Nieuwe opleidingen najaar 2010 Vik Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Fellow bouwmanager Vik Vorming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
I-mag juni-juli 2010
4
05 06 10 13 16 19 20 22 23 30 34 35 36 37 40 42 43 44 45 48
brandpunt BRANDPUNT
VIK prominent aanwezig in ‘Commissie ad hoc Hoger Onderwijs’ Voorziter Jaeken heeft VIK-standpunten krachtig toegelicht BRUSSEL. Op woensdag 19 mei luisterde de Commissie ad hoc Hoger Onderwijs onder leiding van haar voorzitter, mevrouw Fientje Moerman, naar het afnemend veld. Naast de VIK en KVIV kwam de VDAB, Voka, Unizo en één sectororganisatie, met name Agoria, aan het woord.
De VIK behartigt de belangen van alle industrieel ingenieurs in Vlaanderen. Er zijn in Vlaanderen 54.000 afgestudeerde industrieel ingenieurs actief. Met haar netwerk bereikt de VIK meer dan 20.000 ingenieurs. Wij zijn begaan met de ingenieur zelf, maar ook met zijn rol in de maatschappij.
Academisch onderwijs hoort thuis aan universiteit Dat is een internationaal algemeen aanvaarde norm en hij is noodzakelijk voor de herkenbaarheid en de erkenning van de opleiding in het buitenland. Maar zeker zo belangrijk is dat hogescholen en universiteiten door de integratie niet meer in concurrentie moeten gaan om ingenieursstudenten aan te trekken. Heldere informatie over de eigenheid van de twee complementaire ingenieursprofielen die de
instelling aanbiedt en eventueel een goed opgezette oriëntatieproef – voor alle duidelijkheid geen toelatingsexamen – kan die studiekeuze nog beter begeleiden. Een bijkomend voordeel van de integratie is dat er competentiepolen ontstaan die het hele continuüm van fundamenteel naar toepassingsgericht onderzoek tot adequate maatschappelijke dienstverlening kunnen aanbieden aan de (kmo-) ondernemingen. Dat zal de efficiëntie en de effectiviteit zeker ten goede komen.
terjaren, in opvolging van de Bolognaakkoorden. Enkel Vlaanderen trekt voor industrieel ingenieurs in spe slechts vier jaar uit. Dat stelt Vlaamse afgestudeerden achterop ten opzichte van afgestudeerde industrieel ingenieurs uit andere Europese landen. Ook Wallonië werkt overigens met een cyclus van vijf jaar. De VIK benadrukt dat het niet louter om een verlenging van de studieduur kan gaan. Mee op vraag van de bedrijven moet er een extra praktijkgerichte stage komen, zowel in de bachelor- als in de masteropleiding. Dat zorgt ervoor dat jongeren al tijdens de opleiding de juiste arbeidsattitude aankweken en dat ze weten wat werken in een (kmo-)onderneming inhoudt. Voor de organisatie van die stages is een onafhankelijke regulator nodig die de toewijzing en de kwaliteit van de stages bewaakt, zodat een goede match gemaakt wordt in het belang van de studenten.
Van 4 naar 5 jaar moet: master 120 ECTS
Zie ook: www.vik.be/standpunten
Nagenoeg overal in Europa beslaat een opleiding drie bachelorjaren en twee mas-
Tekst: Ing. Paul BERTELS MSc Foto: Hans ROMAEN
De paneltafel met van links naar rechts: Fons Leroy (gedelegeerd bestuurder VDAB), Nele Muys (studiedienst Unizo), Peter Leyman (gedelegeerd bestuurder Voka en Voorzitter van het maatschappelijk debat), Fientje Moerman (voorzitster Commissie ad hoc Hoger Onderwijs), ir. Paul Verstraete (voorzitter KVIV), Wilson De Pril (directeur-generaal Agoria) en Ing. Rik Baron Jaeken (voorzitter VIK vzw). 5
I-mag juni-juli 2010
technologie
De Belgica in betere tijden.
Ing. Willy Versluys wil gezonken Belgica lichten “Adrien de Gerlaches schip hoe sneller, hoe liever permanent terug naar België” OOSTENDE. Als men u vraagt welk het belangrijkste schip is in de maritieme geschiedenis van België, dan denkt u wellicht direct aan de Mercator. Kent u nog een ander schip? De Belgica van Adrien de Gerlache was in zijn tijd het summum van de Belgische maritieme avonturiers. Ing. Willy Versluys uit Oostende
wil
met
zijn
Belgica-
Genootschap de geschiedenis van dat schip naar buiten brengen en denkt daarrond een educatief, cultureel, maritiem weefsel te kunnen uitbouwen. Hij droomt luidop van schoolbezoeken, merchandising, nieuw wetenschapswerk. Eerste stap: het gezonken wrak van de Belgica lichten uit een baai in het hoge noorden van Noorwegen. Het wrak op de Noorse zeebodem. I-mag juni-juli 2010
6
TECHNOLOGIE
De Belgica? Later werd de Belgica ingezet voor walvisvaart, steenkooltransport en visindustrie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog hadden de Engelsen het schip als munitiedepot aangemeerd in een baai bij het Noorse stadje Harstad, meer dan 1.500 kilometer ten noorden van Oslo. Tijdens een Duits bombardement zonk het schip. Het is niet helemaal duidelijk welke precies de oorzaak was van het zinken. Werd de Belgica getroffen door het bombardement, zonk het schip door de schokgolven of lieten de geallieerden het opzettelijk zinken om de munitie niet prijs te geven aan de Duitsers? In 1990 ontdekten duikers het wrak in de baai op nauwelijks twintig meter diepte, maar pas in 2006 werd duidelijk dat het om het wrak van de Belgica ging. DVE
De Belgica is de driemaster waarmee de Hasseltse marineofficier Adrien de Gerlache in 1897 de Belgische Antarctische Expeditie ondernam. Het was het eerste schip dat overwinterde op de Zuidpool. Het was in 1884 gebouwd als de walvisvaarder ‘Patria’. De Gerlache kocht het voor 70.000 oude Belgische franken en herdoopte het tot ‘Belgica’. Eind juni 1897 vertrok de Belgica-expeditie. Het vaartuig geraakte in februari 1898 gevangen in het zuidpoolijs en kwam pas weer los in februari-maart 1899. Eind van dat jaar meerde de Belgica weer aan in Antwerpen. Bij zijn bemanning bevond zich ook de Noor Roald Amundsen, die op 14 december 1891 als eerste de Zuidpool bereikte.
“Nadat hij het wrak had geïdentificeerd als de Belgica, legde de Noorse duikerarcheoloog Kjell-G. Kjaer via via het eerste contact in juni 2006”, zegt Ing. Willy Versluys. “Ik zag er meteen een geweldige uitdaging in en vormde direct een ploeg rond mij, die uiteindelijk de vzw BelgicaGenootschap werd. Ons oorspronkelijk doel was drieërlei: we zouden het wrak lichten, naar hier brengen, conserveren en in een museum plaatsen. Daarnaast zouden we de volledige geschiedenis van het schip ontrafelen, niet alleen als Belgica, maar ook wat ervoor en erna gebeurde, ook wie de bemanning was en zo. En tot slot zouden we een ‘floating’ replica bouwen.”
Voorbereidingen “We hebben al meermaals gedoken op het wrak met duikers, bergers en experts om de haalbaarheid van de berging te kunnen beoordelen. Alle metingen zijn gebeurd, alle mogelijke foto’s en filmopnamen zijn afgewerkt, we hebben een (dure) multibe-
am met sitescan laten maken van de hele omgeving; de houtstalen zijn onderzocht, enz. We hebben zo goed als alle gegevens en zijn eigenlijk klaar om te lichten. We weten ook al hoe we het schip kunnen lichten: het is technisch gezien geen grote uitdaging. Het is ‘maar’ een wrak van 35 meter lang en 6,5 meter breed dat in een beschutte baai op een diepte van nauwelijks 20 meter rust op een rotsige ondergrond en niet eens verzonken ligt in de ondergrond.”
“ Het is een historisch monument en bovendien is het een houten schip. Je kunt dus niet zomaar banden bevestigen aan de wrakstukken en beginnen te trekken. Dat houdt risico’s in. De berging moet historisch verantwoord zijn.” “Maar het is een historisch monument en bovendien is het een houten schip. Je kunt dus niet zomaar banden bevestigen aan de wrakstukken en beginnen te trekken.
Dat houdt risico’s in. De berging moet historisch verantwoord zijn. Dat is een eis van de Noorse regering. Het wrak is meer dan honderd jaar oud en wordt internationaal als een historisch monument beschouwd. Daarom moeten we voldoen aan vijf voorwaarden: we moeten bewijzen dat we alle voorzorgsmaatregelen nemen, dat we het op een verantwoorde wijze lichten zonder dat het in elkaar valt, dat we het op een correcte manier transporteren, dat we het een goed onderkomen geven en dat we de financiën kunnen garanderen.” “Eén van de hoofdexperts van de Nederlandse bergingsfirma Smit Salvage zou naar de baai in Harstad gaan om te oordelen hoe we die berging kunnen aanpakken zonder schade toe te brengen aan het wrak. Zij zouden het meteen op een vaarponton kunnen zetten om het naar België te slepen. De Belgica moet bewaard blijven in zijn natuurlijke omgeving - in containers met zout water dus om het langzaam te laten ontlogen.” “Er zal waarschijnlijk een metalen frame op maat gebouwd moeten worden waarin
Duikers bemonsteren het wrak van de Belgica om na te gaan hoe het schip het best kan worden gelicht. 7
I-mag juni-juli 2010
“ Er is ook een zekere haast bij: elk moment kan het schip uit elkaar geperst worden en dan moeten we het als het ware stuk per stuk opduiken en reconstrueren. In dat geval moeten we ons afvragen of dat nog wel de moeite is.” het wrak geplaatst kan worden. Het zal met frame en al naar boven getrokken worden en het geheel zal op het ponton gezet worden voor transport.”
Haast “De cruciale vraag blijft hoe het schip zal reageren. Het is nu al een beetje ‘opengekomen’, beseft Versluys. “De spanten zijn er nog, maar het bovendek is ingevallen. De spanten zetten zich dus een beetje open en hoe meer druk erop komt, hoe meer die spanten zich openzetten, met alle risico’s van dien. Daarom is er ook een zekere haast bij: elk moment kan het schip uit elkaar geperst worden en dan moeten we het als het ware stuk per stuk opduiken en reconstrueren. In dat geval moeten we ons afvragen of dat nog wel de moeite is. Dat is ons plan B: als het wrak uit elkaar valt voor we het kunnen bergen, dan duiken we de mooiste stukken op: het roer, de kaapstander (de lier), een stuk van de kiel, van de voorpiek, enzovoort.”
Duikers hebben zo goed als alle gegevens verzameld. Het genootschap is eigenlijk klaar om te lichten.
Het Belgica-Genootschap vzw Ing. Willy Versluys is lang geleden afgestudeerd als industrieel ingenieur bouwkunde, maar heeft in Oostende een leven uitgebouwd als reder ter zeevisserij. Naast zijn professionele activiteiten heeft hij een passie voor het maritiem erfgoed. Zo redde hij de laatste ijslandvaarder Amandine van de sloop en schonk het schip aan de stad Oostende. Versluys is ook de man achter de lancering van de Belgica-mossel. Als voorzitter van het Belgica-genootschap trekt hij het project rond de lichting en berging van het wrak van de Belgica. Het is de bedoeling om het wrak te bergen, het naar België te brengen, het te conserveren (niet te restaureren!) en het te exposeren in het kader van een maritiem-educatief en cultuurhistorisch project. Versluys heeft zich omringd met wetenschappelijke en andere experts, zoals de Noorse duikerarcheoloog Kjell-G. Kjaer, die het wrak identificeerde als de Belgica. Ook Jean-Louis de Gerlache, kleinzoon van, is lid van de vzw.
I-mag juni-juli 2010
Ing. Willy Versluys MSc
Het Genootschap is eigenaar van het wrak van de Belgica sinds de kleinzoon van de laatste eigenaar de eigendom overdroeg. De vzw is nog niet sterk uitgebouwd, maar geniet al de sympathie van een vijftigtal ‘vrienden van’: allemaal wetenschappers, duikers, archeologen, … die geïnteresseerd zijn in het project. Meer info: www.belgica-genootschap.be. DVE
8
“Het belangrijkste momentum bij de lichting van een houten schip is het moment waarop je het wrak begint op te trekken. Hoe zal het houtwerk reageren? Ook het moment waarop het boven water komt, houdt gevaar in. We zullen wellicht een combinatiepomp moeten gebruiken die water wegpompt en tegelijk steengruis wegzuigt.”
“ We willen duidelijke grenzen stellen voor dit project: we willen het wrak conserveren, maar zeker niet restaureren.” “Volgens experts kan het hout van het schip gerust een dag of tien tegen de lucht en de zon. Het houtwerk zal niet uitgedroogd zijn in die tijdsspanne. Natuurlijk moeten we het wrak op het sleepponton beschermen tegen de volle zon tijdens het transport en zodra het hier is, moet het wrak in water bewaard worden, zodat het hout niet binnenin begint te barsten. De holtes moeten worden opgevuld met een hars. Een derde van het hout is verweerd, tweederde is nog in goede staat. Dat heb je wel vaker met ijslandschepen, die gemaakt waren om door het ijs te beuken en altijd bijzonder sterke constructies zijn. Het schip was trouwens gemaakt uit een combinatie van drie houtsoorten die tegenwoordig niet meer te vinden zijn.”
Eyjafjallajökull Voor ze kunnen lichten, staan Versluys en co nog voor een ander probleem. “Er is nog munitie aan boord die er eerst uit moet. Het zijn TNT-blokken, die geen direct ontploffingsgevaar zouden inhouden. We hebben de goedkeuring van het ministerie van Defensie dat ontmijnersduikers van Dovo een inventaris van de munitie zouden maken. Welke munitie is dat, welk gevaar is er nog, hoe kunnen we die munitie verwijderen, waar kunnen we ermee naartoe? We moeten ook nog afspraken maken met de Noorse marine en berekenen wat het wegnemen van die munitie ons gaat kosten.” “Maar de hele expeditie van het Belgisch leger is verkeerd gelopen door de aswolk van de IJslandse vulkaan Eyjafjallajökull. Het hele weefsel in elkaar krijgen, heeft bijna een jaar geduurd en ik vrees dat we nu van voren af aan moeten herbeginnen en zo kostbare tijd verliezen.” “De ideale conserveringstechniek moet nog in detail beoordeeld worden. Moet het wrak in zout water blijven, moet het houtwerk beschermd worden met plexiglas, moet het in een reusachtig aquarium
gezet worden? Al die vragen zullen pas na de lichting een antwoord krijgen. We willen duidelijke grenzen stellen voor dit project: we willen het wrak conserveren, maar zeker niet restaureren. Het schip heeft zijn historische waarde, maar is en blijft een walvisvaarder. Het moet niet geïmpregneerd en verwarmd worden gedurende 20 jaar om gerestaureerd te worden, want dat is niet te betalen en zou overdaad zijn voor dit schip.”
“ In grootteorde spreken we van anderhalf miljoen euro voor het volledige project, zonder uiteraard de voorstudie die het Genootschap erin gestoken heeft.”
Anderhalf miljoen “De financiering is nog niet rond”, zegt Versluys. “We stappen pas naar onze potentiële sponsors als ons budgetplan helemaal afgewerkt is en er ook duidelijkheid is over de munitie en als de laatste open vragen beantwoord zijn.” “We hopen dat enkele deelnemende firma’s een inspanning zullen doen. Zodra we met de lichting beginnen, zullen wij natuurlijk proberen de hele wereld in te lichten en zullen ook de meewerkende bedrijven publicitair in het oog springen. Bovendien hopen wij dat we via de overheid wat kunnen netwerken en zo ook in Noorwegen fondsen vast krijgen. We moeten overheid, sponsors en publiek bespelen om het budget rond te krijgen. Wellicht zullen we iemand in de arm nemen die zich daar specifiek op zal toeleggen.”
In welke staat krijgen we de Belgica terug te zien?
“In grootteorde spreken we van anderhalf miljoen euro voor het volledige project, zonder uiteraard de voorstudie die het Genootschap erin gestoken heeft. Al die voorbereidingen hebben we zelf bekostigd. Voor de werkelijke lichting telt iedere euro mee. Maar al bij al is anderhalf miljoen niet onoverkomelijk.” “Binnen de twee jaar moet de berging van het wrak rond zijn. Liever in 2011 dan in 2012. Ik vrees dat het anders te laat is voor de structuur van het wrak. Bovendien zijn we al drie jaar bezig en dit soort projecten mag niet te lang aanslepen. Alles moet op een gegeven moment concreet worden. Maar de politieke impasse van de voorbije jaren heeft er ook geen goed aan gedaan.” Tekst: Dirk VANDER ELST Foto’s: BELGICA-GENOOTSCHAP VZW
‘New Belgicaproject’ in Boom Het project van Willy Versluys en co rond de lichting en berging van de Belgica mag niet verward worden met het ‘New Belgicaproject’ aan de Rupel in Noeveren, bij Boom. Daar wordt met zowat 500 werklozen een ‘sailing replica’ gebouwd, een exacte kopie van de Belgica die over vijf of zeven jaar te water gelaten zal worden en wereldwijd rondvarend de aandacht zal vestigen op het klimaatprobleem en uitleggen wat België eraan doet. “Zij gaan een stap verder”, beseft Versluys. “Hun replica moet kunnen varen. Het is heel moeilijk om een authentieke kopie van een oud zeilschip te bouwen die tegelijk aangepast is aan de moderne technieken. Wij wilden nooit zo ver gaan. Ons project staat zo goed als los van het ‘New Belgicaproject’, hoewel er natuurlijk een evidente link is en we heel goed samenwerken. Zo bestaan de oorspronkelijke plannen van het schip niet meer, maar als wij het wrak kunnen bergen, dan zou dat voor de New Belgica een grote stap voorwaarts betekenen. Bovendien lijkt de kans groot dat het wrak van de Belgica geconserveerd en tentoongesteld wordt op de bouwwerf van de New Belgica.” Meer info: www.newbelgica.org. DVE
9
technologie
“Ik volg mijn buikgevoel, maar dan wel op een geordende manier” Ing. Jan Smet MSc is voorzitter van Benvitec nv STEENDORP. Als Johan Smet in 1986 afstudeert als industrieel ingenieur elektromechanica, is het niet meer dan logisch dat hij aan de slag gaat bij Smet Boring, het befaamde boorbedrijf van zijn vader. Na een periode van vijftien jaar gaat hij door met Benvitec, wat staat voor Belgian Environmental Technics. Vandaag bestaat Benvitec uit zeven subbedrijven en stelt het meer dan 160 mensen tewerk. Johan Smet heeft zo zijn eigen ideeën om zijn bedrijven draaiende te houden: “Nee, we hebben geen personeelsdirecteur nodig”, stelt hij onomwonden. Of nog: “De meeste bedrijven beginnen met een businessplan en zoeken dan mensen, wij doen het omgekeerd.” Een portret van de 48-jarige voorzitter van de Group Benvitec.
Johan Smet: “Bij ons familiebedrijf Smet Boring waren we met drie patrons. We hielden er alle drie een andere mening op na en dus ben ik voor mezelf begonnen. Ik zie mijn broers nog met Kerstmis en op familiefeesten (lacht), maar Benvitec staat volledig los van Smet Boring. Hoe ik eraan begonnen ben? Bij Smet Boring had ik al ervaring opgedaan met het beheer van operationele eenheden, zoals de afdeling ‘grondwatertechnieken’, het atelier, de administratie, enzovoort. Smet was bezig met de inrichting van stortterreinen, voornamelijk door polyethyleenfolie te gebruiken om te verhinderen dat vervuild water in de bodem zou dringen. En wat bleek? Ook de Kempische Steenkoolmijnen (KS) waren daarmee bezig. Dan kun je twee dingen doen: concurreren of samenwerken. We hebben voor het tweede gekozen. Maar dan zijn rond 1993 de
Ing. Johan Smet MSc I-mag juni-juli 2010
perikelen bij de KS begonnen, de schandalen raakten bekend, stakingen braken uit. Ik herinner me nog dat we op een bepaald moment moeite hadden om de boel open te houden.” “We hebben ons losgekocht van KS, waardoor Smet Boring 100% aandeelhouder werd. En sinds 2004 ben ik volledig aandeelhouder van Benvitec. In 2005 heb ik dan mijn directeur tot partner gemaakt, zodat ik nu in een luxepositie zit: mijn belangen lopen gelijk met die van mijn directeur.” Intussen hebt u ook al een flink aantal bedrijven overgenomen? “De inrichting van die stortterreinen met polyethyleenfolie is afgelopen in Vlaanderen. In Wallonië is het ook stilaan gedaan. In Frankrijk plaatsen we er nog af
Benvitec nv heeft onder ander profielwikkelbuizen in zijn gamma. 10
TECHNOLOGIE
en toe. Ook al heb je een goede techniek in huis: je weet dat het een aflopende zaak is. Dan probeer je andere technieken te vinden. Zo zijn we bij linings terechtgekomen. We brengen die aan op betonnen kuipen, waardoor die chemisch resistent worden. We hebben er dan de polyurea hotspray bijgenomen, een ter plaatse gevormde zelfhechtende folie die dient als afdichting of bescherming van beton, metselwerk, en zo meer. Door de overname van PCT nv werden we actief in waterbeheersing met bijvoorbeeld terugslagkleppen en kanaalafsluiters. Met PCT bouwen we ook opslagstanks en constructies in kunststof.” Rolt u automatsich van de ene activiteit in de andere of staat u ’s morgens op en zegt u: We gaan tanks bouwen?
groot bedrijf als BASF: die zitten echt niet op onze tanks te wachten, want die hebben al talloze leveranciers. Welnu, we hebben iemand in dienst die die bedrijven toch in ons geïnteresseerd krijgt.” Recent hebt u ook Metis, Kimre en Soval aan Group Benvitec toegevoegd? “Het is in feite altijd hetzelfde verhaal. We stootten op Metis in Beringen, actief in de water- en luchtzuivering. Dat paste toen in ons plaatje. Kimre is een zogenaamd demisterbedrijf, het haalt vocht – water of chemicaliën – uit de lucht met een speciaal soort filter van Amerikaanse makelij, waarvoor wij de Europese licentie hebben. Dat is dan meteen onze enige Europese activiteit, want al de rest concentreert zich in feite op de havenas AntwerpenGent-Luik.”
“We krijgen vragen van klanten en dan bedenk je daar een oplossing voor. Of we lopen tegen een interessant bedrijf aan. We zijn altijd passief op zoek naar opportuniteiten. Zo hebben we vorig jaar nog B.a.g. gekocht, een kunststofverwerkend bedrijf uit Beringen. Ook de overname van B.a.g. paste in onze strategie: een mooi bedrijf, dat heel veel kleine opdrachten krijgt, met een continu goed bedrijfsresultaat. Uiteraard hanteren we enkele vaste principes. Toen bodembescherming nog onze kernactiviteit was, waren we enorm weersafhankelijk. Eén week slecht weer, dus geen werk? Geen probleem. Maar na twee maanden slecht weer, geef je je winst van een heel jaar weg. Daarom hebben we onze weersafhankelijke activiteiten systematisch tot een minimum beperkt. Vijf, zes jaar geleden stapten we ook bewust af van openbare aanbestedingen en kozen we resoluut voor de industrie. We wierven speciaal iemand aan die erop kickt, als de deur van een bepaald bedrijf voor hem opengaat. Geen verkoper, maar iemand die de bedrijven geïnteresseerd krijgt in onze activiteiten. Neem een
“In 2005 kwamen we bij Soval uit. Via PTC legden we al leidingen in kunststof. We wilden dat ook in metaal kunnen realiseren. Soval is een pijpfitterij met acht mensen in dienst, een beperkt clubje van twee ploegen van vier mensen die onder gasbescherming allerlei soorten metaal ter plekke aan elkaar lassen. Interessant in de petrochemie. En wat bleek bij de onderhandelingen met Soval? ‘We doen ook in sprinklers’, zei de verkoper. ‘Ok, dan nemen we dat er wel bij’, was ons antwoord. Inmiddels hebben we meer dan veertig man in dienst en Soval geeft ons de mogelijkheid om qua omzet goed te maken wat we door onze activiteiten in de stortterreinen aan het verliezen zijn. Ook interessant aan die overname is dat het bedrijf, naast de ISO/VCA-norm, ook de
Piping en constructie
Waterzuiveringstechnieken
“ We krijgen vragen van klanten en dan bedenk je daar een oplossing voor. Of we lopen tegen een interessant bedrijf aan. We zijn altijd passief op zoek naar opportuniteiten.”
11
Bosec-norm moet halen. Dat is een zeer strenge norm, opgelegd door de verzekeraars. Wie een goede brandverzekering wil krijgen, moet een installateur inhuren die werkt volgens die procedures: niet alleen het ontwerp moet worden goedgekeurd, maar ook de oplevering én het onderhoud. Alles gebeurt met door Bosec gecertificeerde installateurs.” U hebt 160 mensen in dienst, verspreid over verschillende bedrijven en vestigingen. Bij elke overname krijgt u te maken met nieuwe technieken, maar ook met een eigen bedrijfscultuur. Hoe beheersbaar is dat allemaal? “De sleutel is: mensen vertrouwen geven. Ik ben nogal een fan van de businessplantheorie van het pakket ‘Business Plan’ van Luc Lammens. Hij stelt zich vier vragen: wat heb ik, wat wil ik, hoe ga ik dat doen en hoe volg ik dat op? Met mijn zes divisiedirecteurs en projectleiders of projectleiders-in-wording gaan we daar elk jaar eens door. Van het eerste deel, de geschiedenis van het bedrijf, waarop de meesten zich nogal eens concentreren, zeg ik: sla dat maar over. Interessanter is: wat kan ik als bedrijf, wat kan de concurrent, wat willen we? Een organische groei van vijf tot zeven procent. Ok. Een aangename werkomgeving voor iedereen? Ok. Dat levert een interessante SWOT-analyse op. Dan komt het derde deel: hoe ga ik dat doen? Mijn mensen gaan erover nadenken en leren zo hun eigen werk en hun eigen opdracht kennen. Want laat mij duidelijk zijn: de oefening doen is belangrijker dan de presentatie achteraf. Ik zal dan ook nooit veel commentaar geven op
“ De sleutel is: mensen vertrouwen geven. Ik ben nogal een fan van de businessplantheorie van het pakket ‘Business Plan’ van Luc Lammens.”
Bodembescherming en vloeistofopslag I-mag juni-juli 2010
hun presentatie. Tenslotte kom ik één keer luisteren, maar zij leren wel naar zichzelf te luisteren. Ik ben ook een fan van ‘Good to great – Why some companies make the leap and others don’t’ van Jim Collins. Hij legt uit waarom sommige Amerikaanse bedrijven er bovenuit steken. Hij doet het tegenovergestelde van sommige Vlerickboys: maak een goed businessplan en dan zoeken we mensen. Maar de vraag is natuurlijk: gaan die mensen daarmee akkoord? Collins zegt: zoek eerst goed volk, maak dan een plan. Ik ben het daar helemaal mee eens.” Soms wekt u de indruk: ik laat alles op me afkomen en we zien dan wel. Andere bedrijfsleiders zweren bij de ene marktstudie na de andere? “Ik volg eerder mijn buikgevoel, dat klopt, maar dan wel op een geordende manier. Je weet de bedreigingen zitten als je je SWOT-analyse hebt gemaakt. We weten dat het verhaal van de bodembescherming geschreven is.” Staat er nog iets op korte termijn op uw verlanglijstje? “Er ontbreekt nog een bedrijf in de elektromechanische sector. We hebben met Soval sprinklers in huis, maar onze concurrenten bieden meestal ook HVAC-activiteiten (Heating, ventilation, airco and cooling) aan. In september 2008 stonden we, midden de losgebarsten crisis, kort bij een overname. Maar wij wilden de correcte prijzen van 2008 geven, uiteindelijk was
Opslagtanks in kunststof
er een overnemer die nog tegen de prijzen van 2007 bood. Sorry, maar we kunnen het ons niet permitteren een bedrijf over te nemen dat pas over tien jaar zichzelf terugverdient. Vijf jaar is daarbij onze norm.” Maar u blijft actief op zoek naar mogelijke opportuniteiten? “Uiteraard, maar ik probeer ook iets anders in mijn bedrijven te krijgen. Ik vind me terug in de theorieën van Stephen R. Covey, in zijn ‘De zeven eigenschappen van effectief leiderschap’. Het nadeel van een ingenieur is dat hij denkt in technie-
“ Wij denken in technieken, wij ingenieurs willen problemen oplossen met onze technische kaart. Bij Benvitec hebben we zonder meer genoeg techniek in huis. Maar ik werk er hard aan om ook andere disciplines in de tent te krijgen, zonder dat dat extra geld kost.”
Group Benvitec in een notendop Ing. Johan Smet MSc studeert in 1986 af als industrieel ingenieur elektromechanica aan het toenmalige KIHA Don Bosco in Hoboken, nu de Karel De Grote-hogeschool. Hij loopt stage bij Dredging International, meer bepaald bij SDI (Société de Dragage International), waar hij betrokken is bij projecten in Parijs, Le Havre en Brindisi. Vanaf 1989 doet hij calculatie bij Smet Tunnelling, beheer van Smet Groundwater Technics, de administratieve afdeling van Smet Boring, het onderhoudsatelier van Smet Boring, de opvolging Benvitec bij Smet Boring, enzovoort. In 2004 verlaat hij Smet Boring en koopt hij Benvitec uit de groep. Benvitec nv, in 1991 opgericht door Smet Boring, is een bedrijf dat zich voornamelijk op bodem- en betonbescherming richt. Nadien neemt Benvitec nog verschillende andere bedrijven over: PCT nv, Metis nv, Kimre nv, Soval nv en recent B.a.g. nv. Group Benvitec telt meer dan 160 werknemers, verspreid over de vestigingen in Beringen, Fleurus en Steendorp. WVB
I-mag juni-juli 2010
12
ken. Covey stelt dat iedereen van thuis uit een kaart meekrijgt, waarmee hij zijn weg in het leven bewandelt. Wij denken in technieken, wij ingenieurs willen problemen oplossen met onze technische kaart. Bij Benvitec hebben we zonder meer genoeg techniek in huis. Maar ik werk er hard aan om ook andere disciplines in de tent te krijgen, zonder dat dat extra geld kost. Ik denk daarbij aan marketing, maar ook aan vorming van talent. Zo zullen we geen personeelsdirecteur aanwerven. Hij komt als vreemde het bedrijf binnen. Hij heeft er geen gelijke en is moeilijk aan te sturen door de patron. Hij is veroordeeld tot vastroesten, want hij heeft nooit een klankbord in mijn bedrijf. Dus neen, geen personeelsdienst, wat niet wil zeggen dat we geen mensen aanwerven. We nemen interims in dienst en wie goed is, mag blijven. En ik heb ook een bedrijfje opgericht, Beel & co, dat als titel voert: ‘Actief met talent’. Welnu, van zaakvoerder Marijke Beel staat op de website dat ze de rol vervult van de stafmedewerker op inhuurbasis. Dus moet zij op de markt gevraagd worden en zelfbedruipend zijn. Tegelijk staat zij ter beschikking van Benvitec. Zij moet zich zien waar te maken binnen Benvitec waar ze zal bewijzen dat talent, inderdaad, geen toeval is en er allicht voor kan zorgen dat talent blijft. Voor Benvitec is het kostenplaatje interessant. Een personeelsdirecteur zou veel duurder uitkomen.” Tot slot: lonkt Benvitec ook naar het buitenland? “Ik heb al gezegd dat we vooral actief zijn op de as van de Belgische havens en hun hinterland. Laat ik het zo zeggen: ten noorden en ten zuiden daarvan zijn er nog twee landen waar we wat kunnen realiseren: Frankrijk en Nederland dus.” www.group-benvitec.be Tekst: Wilfried VANDEN BOSSCHE Foto’s: BENVITEC en Wilfried VANDEN BOSSCHE
technologie TECHNOLOGIE
Een tredradkraan op de Werf in Antwerpen Middeleeuws houten hijstoestel produceerde grote krachten
WOMMELGEM. De tredradkraan: niet te vinden in Van Dale en dus wellicht niet uit te leggen voor welke leek ook. Maar al in de vroege middeleeuwen stond er een tredradkraan op de Werf in Antwerpen.
Meer bepaald in 1263 vinden we een eerste vermelding van een kraan op de Werf in Antwerpen. Het ging om een groot houten hijstoestel, dat er vermoedelijk al een tijdje stond. Mannen - zogenaamde kraankinderen - die in een tredrad liepen, dreven het aan. Hoe de kraan er toen uitzag, is niet met zekerheid geweten, want de allereerste afbeeldingen van zo’n kraan dateren uit de tweede helft van de 15de eeuw. Het tredrad is geen uitvinding van de middeleeuwen. Wie naar de vroegste sporen van zo’n toestel zoekt, komt uit bij de Griekse tijd. Volgens F.M. Feldhaus heeft Philon van Byzantium (260-180 v.C.) het tredrad bedacht en beschreven, maar in de praktijk heeft het niet gediend. Uit de reconstructie die Feldhaus naar die beschrijving maakte, blijkt dat het tredrad al dezelfde algemene vorm had die we nadien altijd terugvinden.
Aan de Romeinen komt de verdienste toe dat zij dit merkwaardig hijstoestel voort hebben ontwikkeld en het hebben ingezet bij grote bouwwerken. Wanneer aan een ‘polypastos’ een tredrad wordt gekoppeld, wordt het hijsvermogen opgedreven tot 6.000 kg met slechts twee personen in het rad. De Romeinse ingenieur Vitruvius (80-15 v.C.) heeft het erover in zijn ‘De re architectura’ (37 v.C.). Opvallend is het gebruik van het Griekse woord ‘tympanum’ in die Latijnse tekst. Inzake energieoverdracht hebben een tredrad en een watermolen een vergelijkbare werking. De watermolen verspreidde zich vanaf de eerste eeuwen van onze tijd-
rekening over heel Europa. Na de val van het West-Romeinse rijk geraakte de tredmolenkraan evenwel buiten gebruik. De terugkeer van de tredkraan op de middeleeuwse bouwplaatsen moet zonder twijfel in nauwe samenhang met de komst van de gotiek worden gezien. De tredkraan kon een verdere ontwikkeling van de windas zijn of van de Romeinse kraan, zoals die door Vitruvius in ‘De re architectura’ werd beschreven. Maar ze kon ook van het waterrad afgeleid zijn, waarmee de vroegste tredradconstructies veel gelijkenis vertoonden. In tegenstelling tot de moderne kranen bewogen de middeleeuwse kranen op precies dezelfde wijze als hun antieke voorgangers.
13
I-mag juni-juli 2010
Zwenkkranen, die een rotatie van de lading mogelijk maakten, werden slechts later afgebeeld op miniaturen. Dat systeem leende zich veel beter voor het lossen en laden op een havenkade. Door de toenemende handel verschenen vanaf de 13de eeuw havenen scheepskranen, die niet zelden met tredraderen uitgerust waren. Het waren de grootste machines van hun tijd! Omdat de constructie zeer zwaar was, moest de kade ook sterk genoeg zijn. Vanaf 1200 sprak men van stenen kademuren en kon de verspreiding van de tredmolenkranen beginnen. De vroegste vermelding vinden we in Utrecht in 1244. Daarna volgen Antwerpen (1263), Damme (1269), Brugge (1288) en Hamburg (1291). De stationaire havenkraan, die in de middeleeuwen werd uitgevonden, was in de oudheid onbekend! Die ingenieuze mechanische constructies speelden een belangrijke rol in de economische en sociale ontwikkeling van de middeleeuwse steden. Kranen werden dikwijls afgebeeld in etsen en schilderijen, in manuscripten en stadsplannen. Stadsplan Antwerpen uit ‘Descrittione di tutti i Paese Bassi’, L. Guicciardini, 1567. Er worden 2 types havenkranen onderscheiden met verschillende geografische zwaartepunten: • een bokkraan, waarbij de hele constructie om een verticale, centrale as kon draaien en die voornamelijk bij de Vlaamse en
I-mag juni-juli 2010
14
TECHNOLOGIE
Naast de stationaire kranen kwamen er in de 14de eeuw ook drijvende kranen (kraanschepen) voor, die in het hele havengebied flexibel konden worden ingezet.
lading naar beneden viel. Waarschijnlijk was dat ook niet nodig, doordat het rad een grote wrijvingsweerstand had en de bedieners ervan in het rad een tegengewicht konden leveren.
Interessante lectuur: • Frieda van Tyghem: ‘Op en om de middeleeuwse bouwwerf’, Brussel, Paleis der Academiën, 1966; • R. Degryse: ‘De oudste houten kranen in de Vlaamse en andere havens (13de -16de eeuw)’, Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis, 1991; • Karel Broes: ‘De tredmolen. De onderbelichte molensoort’, Molenecho’s, themanummer 10, 2002. Tekst: Dirk ANTHIERENS
Nederlandse kusten te vinden was (vanaf de 13de eeuw); • een torenkraan, waarbij de lier en de tredraderen in een vaste toren zitten en alleen de giek en het dak konden draaien en die in de Duitse zee- en binnenhavens aangetroffen werd (vanaf de 14de eeuw). In tegenstelling tot de bouwkranen, waarbij de hijssnelheid bepaald werd door het arbeidsritme van de metselaars, hadden de havenkranen gewoonlijk twee tredraderen om het laden en lossen sneller te laten verlopen. De twee tredraderen, waarvan de diameter op vier meter of meer werd geschat, zaten aan beide zijden van de kraanas en draaiden in dezelfde richting. Het is noemenswaardig dat de middeleeuwse kraan zelden een teruglooppal of een rem had om te voorkomen dat de
Bachelorproef Kevin Van Hees maakte in 2008 aan de Artesis Hogeschool een bachelorproef over ‘De tredmolenkraan’. Opdrachtgever was Dirk Anthierens, in samenwerking met Gustaaf Asaert, historicus, ir. Karel Broes en Jef Vrelust (MAS). In de bachelorproef wordt een 3D-CAD model uitgewerkt, gebaseerd op enkele afbeeldingen van de Antwerpse tredmolenkraan uit de 15de en 16de eeuw die het meest realistisch leken. De bedoeling is om ons een beeld te kunnen vormen hoe de tredmolenkraan er uitzag. Er is ook een studie gemaakt van de volledige constructie met als resultaat een gedetailleerd plan met afmetingen en materiaalkeuze. DA
15
I-mag juni-juli 2010
technologie
Energiebesparing met beter licht Perfecte symbiose tussen Laboratorium voor Lichttechnologie en Groen Licht Vlaanderen GENT. Groen Licht Vlaanderen (GLV) en het Laboratorium voor Licht technologie vormen zowat een perfecte symbiose. Beide ressorteren onder het Departement Industrieel Ingenieur van de Katholieke Hogeschool SintLieven in Gent. Simpel gezegd: het lab doet aan toegepast onderzoek en zonder commercieel te zijn brengt GLV de verworven kennis van het lab over naar zijn doelgroep: gemeenten, architecten, lichtinstallateurs, en zo meer. Leuk surplus: studenten industrieel ingenieur elektrotechniek en bouwkunde kunnen het vak ‘verlichting’ tijdens hun opleiding volgen. Catherine Lootens (GLV) en Wouter Ryckaert (Laboratorium voor Lichttechnologie) geven tekst en uitleg.
Hoe verhouden het Laboratorium voor Lichttechnologie en Groen Licht Vlaanderen zich tot elkaar? Wouter Ryckaert: “KaHo Sint-Lieven heeft binnen het Departement Industrieel Ingenieur verschillende onderzoeksgroepen. Een van die groepen is het Laboratorium voor Lichttechnologie, waar we onderzoek en dienstverlening verrichten rond verlichting, uitzicht van materialen en fotovoltaïsche energie. Een van de lopende projecten daarbij is Groen Licht Vlaanderen.” Catherine Lootens: “In 1997 is Peter Hanselaer, zelf fysicus van opleiding met een voorliefde voor alles wat te maken
heeft met zonnecellen, hier met zijn eigen onderzoek in het huidige Laboratorium begonnen.”
“ De aanvraag is in 2003 ingediend door toedoen van het Passiefhuisplatform, dat de noodzaak inzag om meer kennis te verspreiden over energie-efficiënte verlichting.” Ryckaert: “Peter ging meteen in op de eerste oproep – toen nog van het HOBU, het hoger onderwijs buiten de universi-
Catherine Lootens, Groen Licht Vlaanderen
I-mag juni-juli 2010
16
teit, nu Tetra-fonds – om toegepast onderzoek ook aan de hogescholen te initiëren. Zo heeft hij een aantal projecten binnengehaald. Het laboratorium heeft er steeds meer projecten bij gekregen, met telkens een uitbreiding van onze meetinfrastructuur, zodat we nu over een heel assortiment meetfaciliteiten beschikken. Tegelijk werd de dienstverlening aan de verlichtingssector steeds verder uitgebouwd. Groen Licht Vlaanderen kadert in dat soort projecten.” Lootens: “Eigenlijk is de aanvraag in 2003 ingediend door toedoen van het Passiefhuisplatform, dat de noodzaak inzag om meer kennis te verspreiden over energieefficiënte verlichting. Het verhaal van passief bouwen was toen nog beperkt tot woningen. Maar elektrische installaties kunnen als zodanig veel meer bijdragen tot het efficiënt energiegebruik van alle soorten gebouwen. Het Platform is toen naar het Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie (IWT) gestapt en het IWT heeft doorverwezen naar het Laboratorium voor Lichttechnologie. Nadat het project werd goedgekeurd, ben ik dan half december 2004 aangeworven. Dit type IWT-projecten loopt over een periode van vier jaar. Het thema bij Groen Licht Vlaanderen is ‘Energiebesparing met beter licht’. IWT eist daarbij dat er een samenwerkingsverband wordt opgericht, waarbij er partners binnen en buiten de bedrijfswereld moeten worden gezocht die het project voor twintig procent financieel mee dragen. Ondertussen is het aantal partners opgelopen tot meer dan dertig: grote fabrikanten en distributeurs van lampen en armaturen, zowel op residentieel als architecturaal en functioneel vlak, studiebureaus, federaties en kenniscentra.”
“ We zijn ‘energiezuinige verlichting’ meer holistisch gaan bekijken, waarbij naast kunstlicht ook automatisatie en daglicht de nodige aandacht krijgen.”
TECHNOLOGIE
“Vanuit het onderzoeksgebied van het laboratorium hebben we vooral op binnenverlichting gefocust. Ons project is inmiddels met vier jaar verlengd. We zijn ‘energiezuinige verlichting’ meer holistisch gaan bekijken, waarbij naast kunstlicht ook automatisatie en daglicht de nodige aandacht krijgen. Het IWT verkiest bovendien bij een verlenging, naast differentiatie van het onderwerp, ook een samenwerking met andere kenniscentra. Vandaar dat we nu een partnership hebben met het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB), dat heel wat kennis heeft over automatisatie en daglicht. Onze kennis met betrekking tot lampen en armaturen is dus erg complementair.”
Innovatie Welke zijn de doelstellingen van GLV? Lootens: “We zijn er om kennis bij te brengen en innovatie binnen de bedrijven te stimuleren. Binnen ons lab hebben we heel wat onderzoek lopen. Het is dan ook de bedoeling dat we met de resultaten naar buiten komen bij de verlichtingswereld zelf, want die moet gaan innoveren. Verder willen we alle eindgebruikers en voorschrijvers die met verlichting te maken krijgen, bereiken. Niet zozeer particulieren, maar de tertiaire sector: gemeentes en hun technische diensten, architecten, installateurs, gebouwenbeheerders, studiebureaus, facility managers, noem maar op. Al die mensen zijn dikwijls industrieel ingenieur van opleiding en hen trachten we bij te brengen wat energiezuinige verlichting precies inhoudt, wat het opbrengt, waarop je moet
letten en ook dat we steeds rekening moeten houden met het visueel comfort van de gebruikers. Voorts geven we zelf veel infosessies en opleidingen. We staan op beurzen en in april hebben we voor de vierde keer onze studiedag georganiseerd: de promotiedag duurzame verlichting 2010. Die studiedag, in samenwerking met Energik vzw, had dit jaar opnieuw een goedgevuld programma met eenentwintig lezingen in drie zalen en een minibeurs met vierentwintig standhouders. Er waren meer dan tweehonderd aanwezigen.” GVL is geen commerciële onderneming? Lootens: “Wij maken zelf geen verlichtingsontwerpen, lees lichtstudies, we willen geen competitie met studie- en relightingbureaus of fabrikanten, kortom met niemand die iets met het verkopen van verlichting te maken heeft. We geven wel advies. Zo hebben we in het verleden alle Vlaamse gemeenten aangeschreven met de mededeling dat ze, als ze offertes binnenkrijgen, ons om advies kunnen vragen. Dat is voor ons een manier om onze kennis over te dragen.” Ryckaert: “Voor activiteiten als cursussen of lezingen krijgen we wel extra middelen binnen, waarmee we dan weer andere projecten kunnen initiëren bij het IWT.” Kunt u een concreet voorbeeld geven van wat jullie al verwezenlijkt hebben? Ryckaert: “Dankzij onze activiteiten binnen GLV heeft het Laboratorium voor Lichttechnologie, in samenwerking met het WTCB, enkele opdrachten gekregen van het Vlaams Energieagentschap (VEA). We hebben voor hen het aspect
Wouter Ryckaert, Laboratorium voor Lichttechnologie
17
I-mag juni-juli 2010
TECHNOLOGIE
verlichting voor de website www.energiesparen.be uitgewerkt. We publiceren brochures voor particulieren over verlichting, en zo meer. Ook vanuit het VEA kwam de vraag om de subsidieregeling rond verlichting te herbekijken. De vroegere regeling was zeer eenvoudig, maar had als nadeel dat het nagenoeg onmogelijk was om subsidie te krijgen voor bepaalde toepassingen, zoals opslagruimtes en winkels. Uit de contacten met onze GLV-partners was immers gebleken dat daar in de sector nogal wat onvrede over bestond. Uit nieuwsgierigheid en ook uit interesse hebben we ons de vraag gesteld: kunnen we niet op zoek gaan naar een betere formule die algemeen geldig is en van toepassing kan zijn voor elk type ruimte? Na enig onderzoek en talrijke publicaties vonden we dat we iets hadden dat in onze ogen werkte. We hebben onze oplossing aan het VEA voorgelegd en sinds januari van dit jaar is de subsidieregeling voor relighting en newlighting van kracht in het Vlaams gewest. Dat is dan ook meteen leerstof voor mijn studenten die het vak ‘verlichting 1’ volgen. En zo is de cirkel onderzoek – onderwijs – industrieel ingenieur – dienstverlening mooi rond. GLV heeft als opdracht kennis te verspreiden en innovatie te stimuleren. Het project is ingebed in ons Laboratorium voor Licht technologie. Je kan weliswaar kennis over lichttechnologie ‘googelen’, maar het is veel geloofwaardiger, als je uit eigen onderzoek kunt putten.”
Keuzevakken Hoe groot is het aandeel van het vak ‘verlichting’ in de ingenieursopleiding? Ryckaert: “Bij ons zit het zo: als student elektrotechniek ben je verplicht om het vak ‘verlichting 1’ te kiezen en heb je de mogelijkheid om het vak ‘verlichting 2’ te volgen als keuzevak. En de studenten bouwkunde kunnen ‘verlichting 1’ volgen als keuzevak. Bij die twee vakken maken ze kennis met het laboratorium, volgen ze practica en leren ze onze meetinfrastructuur kennen. Eindwerkstudenten krijgen hier begeleiding van doctoraatsstudenten en docenten en zijn aanwezig tijdens de promotiedag. Ik vraag ook altijd minstens één gastdocent industrieel ingenieur uit een verlichtingsbedrijf. Zo hebben we twee vliegen in één klap: ons onderzoek zit in onze lessen verweven én de studenten maken kennis met de praktijk. Over hoeveel studenten het hier gaat? Zo’n vijftien studenten volgen de twee vakken in het derde en vierde jaar.” Tot slot: eind 2012 loopt de tweede termijn van het IWT-project af. Komt er iets in de plaats? Lootens: “Een automatische verlenging van TIS-projecten is niet direct mogelijk. Bovendien gaat het IWT enkele hervormingen doorvoeren. Wat dat betreft wordt het nog even afwachten en is het niet duidelijk wat er met GLV gaat gebeuren. Niet dat ik me zorgen maak over de toekomst. We zullen alle mogelijkheden bekijken. Het Laboratorium voor Lichttechnologie is volop aan het verbouwen. Via de steun van de Herculesstichting en de Associatie Leuven hebben we nieuwe meetapparatuur aangekocht die momenteel wordt opgebouwd en uitgetest. Naar meetcapaciteit van licht zullen we ons enorm verbeteren.” Ryckaert: “We zitten op een trein die maar blijft lopen, het einde is nog lang niet in zicht (lacht).”
Liefde voor het licht: wie is wie? Catherine Lootens (46) studeerde chemie (UGent, 1987) en is sinds 2004 projectuitvoerder van Groen Licht Vlaanderen. Voordien was ze werkzaam bij Thermo Electron. GLV heeft anderhalve fulltimer in dienst. Wouter Ryckaert (33) studeerde in 1998 af als industrieel ingenieur elektrotechniek aan KaHo Sint-Lieven. In 2001 werd hij burgerlijk ingenieur en in 2006 behaalde hij zijn doctoraat in de elektrische energietechniek (UGent). “Toen ik op de banken van KaHo Sint-Lieven zat, heb ik mezelf altijd ingepraat: hier wil ik terugkomen om les te geven”, zegt Ryckaert. “Het was toen al duidelijk dat je daarvoor een doctoraat moest hebben. Welnu, drie maanden nadat ik mijn doctoraat had behaald, kreeg ik de gelegenheid om docent te worden aan KaHo Sint-Lieven.” Ryckaert is medeverantwoordelijk voor het aspect binnenverlichting van het Laboratorium voor Lichttechnologie en doceert de vakken statistiek, elektrische meet- en installatietechniek en verlichting 1 aan KaHo Sint-Lieven. Het Laboratorium voor Lichttechnologie telt 7 industrieel ingenieurs, van wie er twee burgerlijk ingenieur werden, 7 masters in de fysica, 1 bachelor in de elektronica-ICT en 1 licentiate chemie (Catherine Lootens). WVB
www.groenlichtvlaanderen.be www.lichttechnologie.be
“ Een aparte opleiding ‘verlichtingstechnologie’ bestaat in Vlaanderen niet.”
Tekst: Wilfried VANDEN BOSSCHE Foto’s: GROEN LICHT VLAANDEREN en Wilfried VANDEN BOSSCHE
I-mag juni-juli 2010
18
technologie MODERN TIMES
MODERN TIMES MODERN TIMES Courier is dood, lang leve de WeTab Zowat op het moment dat uw vorige I-mag in de bus moet zijn gevallen, meldden de media dat Microsoft de ontwikkeling van zijn computertablet Courier zou stopzetten. En dat terwijl wij het nog glorieus aankondigden in de vorige Modern Times. Schrappen dus van die lijst met mogelijke cadeautjes. En we zullen ook nooit weten wat het hebbedingetje zou gaan gekost hebben. Maar we hebben al een alternatief voor uw verlanglijstje, want met de Duitse WePad lijkt het wel de goede kant op te gaan. WePad? WeTab, zullen we bedoelen, want Neofonie, een kleine Duitse fabrikant, heeft het toestel inmiddels al omgedoopt om alle gelijkenissen met andere spelers op de markt te voorkomen. Of de naamsverandering al te nadrukkelijk werd ‘gestimuleerd’ door Apple zelf, konden we niet achterhalen, maar feit is dat de WeTab in principe in juni op de markt komt in twee modellen. Eentje van 16 gigabyte en eentje van 32 gigabyte. De eerste moet 449 euro gaan kosten, de tweede 569 euro. Daarvoor krijgt u een groter scherm dan dat van de iPad, een webcam en 2 usb-poorten om het ding te verbinden met bijvoorbeeld externe toetsenborden of andere apparaten. De duurdere versie heeft naast een wifi-verbinding ook een 3G-verbinding. De prijs voor de WeTab ligt hoger, maar dat zou liggen aan de ‘technologische superioriteit’ en de open software van Linux. De batterij zingt het wel maar zes uur uit en bij iTunes hebt u er uiteraard niets mee te zoeken. Op de WeTab vindt u ergens in een klein hoekje een etiketje waarop staat: ‘made in China’, maar laat dat vooral niet aan uw hart komen. www.neofonie.de
Blind oog ziet opnieuw dankzij stamcellen Britse wetenschappers van de universiteit van Newcastle forceerden mogelijk een doorbraak met stamceltherapie. Zij herstelden het zicht van een 38-jarige man die in 1995 bij een straatgevecht het zicht uit één oog verloor, toen hij ammoniak in het aangezicht kreeg. Vandaag kan Russell Turnbull uit dat oog opnieuw zien. Hij beweert dat het zicht in zijn beschadigde oog is verbeterd van 10 naar 90%. Door de behandeling zijn ook de pijn en de voortdurende lichtirritatie verdwenen. Uit het goede oog van de patiënt haalt men een kleine hoeveelheid stamcellen. Die worden in een labo-omgeving ontwikkeld en daarna ingeplant in het beschadigde hoornvlies van het andere oog. Het North East England Stem Cell Institute behandelde totnogtoe acht patiënten met succes dankzij deze techniek. www.express.co.uk
Tekst: Luc VANDER ELST
19
Bioplastic uit planten en bomen Wetenschappers van de UGent zijn erin geslaagd om plastic te produceren uit planten en bomen. Het gebruik van niet-eetbare planten en bomen breidt het aantal inzetbare grondstoffen gevoelig uit. Biopolymeren in het algemeen en polymelkzuur- en zetmeelgebaseerde biopolymeren in het bijzonder bieden veel technologische, ecologische en economische voordelen. Natuurlijke biopolymeren, zoals cellulose of zetmeel, zijn al langer op de markt. Zetmeelgebaseerde bioplastics hebben een veelbelovende toekomst, want ze zijn makkelijk beschikbaar en kosten relatief weinig. Planten zijn per definitie leveranciers van hernieuwbare bouwstenen en geschikt om traditionele materialen, vervaardigd met petrochemische bestanddelen, te vervangen. De omzetting van die bouwstenen tot plastic gebeurt door micro-organismen. Het gevolg is een lagere ecologische voetafdruk, want de productie ervan vergt minder energie en het afvalprobleem is kleiner. De wetenschappers van de UGent ontdekten dat ook bomen plastic kunnen leveren, als ze gemakkelijk afbreekbaar worden gemaakt. De lignine in de bomen bemoeilijkt het om cellulose uit het hout te winnen, maar genetische manipulatie kan nu de hoeveelheid lignine doen verminderen. Dat aspect werkte de UGent uit in samenwerking met het Vlaams Instituut voor Biotechnologie en ze zorgden er meteen ook voor dat de bomen snel groeien. Bomen die vorig jaar werden geplant, zijn nu al meer dan drie meter hoog. Om de twee jaar worden er takken afgesneden. Er moet dus niet worden heraangeplant en de opbrengst per hectare is dubbel zo groot als bij bijvoorbeeld mais. Daarom is het alternatief ook minder duur dan plastic producten uit aardolie. Bioplastics openen heel wat perspectieven voor bedrijfstakken zoals de verpakkingsindustrie, de medische sector, de meubelindustrie, de bouwsector, de automobielsector, de landbouw, ... Rond deze tijd wil de UGent met een proefinstallatie in de Gentse havenzone bewijzen dat productie van bioplastic ook op grote schaal mogelijk is. www.ugent.be
I-mag juni-juli 2010
samenleving
Vlaanderen kan zijn fietspaden verbeteren Ing. Paul Meugens ontwikkelde toestel om kwaliteit fietspaden te meten
LEUVEN. Een ludieke jaarlijkse actie van de Fietsersbond lag aan de basis van een project om de kwaliteit van fietspaden te meten in Vlaanderen. Ing. Paul Meugens van de Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen van de K.U.Leuven, legde zich toe op de ontwikkeling van een fiets waarmee je vrij nauwkeurig kunt meten hoe effen of oneffen een fietspad wel is. We zochten hem op in zijn ‘biotoop’, diep verscholen in het Leuvense ‘sportkot’.
De Fietsersbond brengt jaarlijks slechte fietspaden in de aandacht op een ludieke manier. Iemand verkleedt zich als paashaas en fietst met een karton eieren op de bagagedrager een traject op een slecht fietspad. Hoe meer eieren er van het karton vallen, hoe slechter het fietspad. Ing. Paul Meugens: “Dat aantal eieren is natuurlijk geen echte maat voor de kwaliteit van fietspaden, want de eieren aan de zijkant en in de hoeken van het karton vallen uiteraard makkelijker en sneller dan die in het midden. Er is dus geen lineair verband tussen de oneffenheid van een fietspad en het aantal eieren dat er af valt. Maar de actie is in de eerste plaats ludiek bedoeld en spreekt tot de verbeelding. Het bracht onze faculteit wel op het idee om een betere meetmethode te ontwikkelen.”
Comfortmeter Professor Jan Pauwels staat aan de Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen in voor het verkeersonderzoek in verband met veiligheid. In het kader van dat project ontwikkelde Ing. Paul Meugens een toestel om het rijcomfort te meten op fietspaden met verschillende wegbedekkingen. “Ik ging eerst eens rondkijken op internet en vond wel wat onderzoeksinstituten die zich daarop toeleggen. Zo bestaat er een fietscomfortmeter: een kleine auto trekt twee fietswielen voort en simuleert zo twee naast elkaar rijdende fietsers. Op die wielen staat een accelerometer en de computers in het autootje registreren tegen 25 metingen per seconde de versnellingscomponent. Het was een vrij
I-mag juni-juli 2010
dure oplossing, die bovendien niet bruikbaar was voor elk fietspad. Daarom heb ik een eigen versie ontwikkeld.” Met een microcontroller en een microchip met een accelerometer haalde Ing. Meugens honderd metingen per seconde om de verticale versnellingscomponent op te meten. Hij maakt daarbij gebruik van een tweeassige versnellingsmeter die van +18 tot -18 keer de aardversnelling gaat.
“ Als je hetzelfde fietspad twee keer opmeet, kun je twee verschillende metingen krijgen, maar je krijgt wel een vrij constante waarde, als je dat over een kilometer berekent.” “Dat ligt al goed in de range van de trillingen die je kunt verwachten op de voorvork van een fiets, maar het is een moeilijke meting. Een hard opgepompte of een platte band zullen andere resultaten opleveren. Je moet dus standaardiseren. Het gewicht van de fiets is ongeveer 80 kilogram, het aantal bar op de voorband moet op drie bar worden gehouden en je moet met een constante snelheid van 20 kilometer per uur fietsen. Alleen dan kun je de metingen herhalen. De DIN ISO 2631norm heeft betrekking op het trillingseffect op de mens. Die norm berekent of de mens tegen die trillingen kan. Zo ver gaan wij niet. Wij hebben alleen belangstelling voor de kwaliteit van de fietspaden. De DIN-norm slaat bijvoorbeeld ook op het comfort dat de mens ervaart met een slechte weg. Wij meten tegen honderd metingen per seconde de verticale ver-
20
snellingscomponent van de fiets. De standaardafwijking levert een getal op tussen 0 en 10 en zo kun je een uitspraak doen over de kwaliteit van de fietspaden voor een bepaald traject.” De meting registreert alleen wat er onder de fietswielen komt, niet het volledige fietspad. “Dat is een van de problemen. Als je hetzelfde fietspad twee keer opmeet, kun je twee verschillende metingen krijgen, maar je krijgt wel een vrij constante waarde, als je dat over een kilometer berekent. Het is een poging tot numerisatie van de kwaliteit van een fietspad.” De Fietsersbond was zo tevreden over het meettoestel dat ze minister Crevits er hebben kunnen van overtuigen om per provincie één fiets te laten uitrusten met het toestel. “Toen heb ik de elektronica volledig opnieuw ontwikkeld. Bij de eerste versie trilde de elektronica, omdat ze volledig op de vooras zat. Nu zit de accelerometer in een klein doosje op de vooras en de elektronica is volledig opnieuw ontwikkeld met twee snelle 16-bit-microcontrollers van de Amerikaanse fabrikant Microchip en een gps-ontvangertje. Je kunt de gegevens nu ook wegschrijven op een SDkaartje en je kunt de vertrek- en gps-positie opslaan.”
Geluidssignalen Wie te traag fietst voor een correcte meting, krijgt een lage toon te horen. Wie te snel fietst, een hoge toon. Tussen beide is een marge ingebouwd van vier kilometer per uur. Als je tegen de juiste snelheid fietst, hoor je geen toon. “Je krijgt dus auditieve feedback zonder voortdurend de display in het oog te moeten houden. Door de speciale vorm van het gps-antennetje achteraan bereik je meer satellieten. Ik heb er ook nog wat spielerei in gestopt. Als je het toestel aanzet, krijg je de tune van Star Wars te
SAMENLEVING
Radioamateur Ing. Paul Meugens studeerde af als industrieel ingenieur elektronica, optie telecom, aan wat nu de Xios-hogeschool in Hasselt is. Al sinds zijn jeugd is hij ook een fervent radioamateur. “Daarom heb ik gekozen voor studies elektronica. Ik werk nu al zowat dertig jaar voor de K.U.Leuven, altijd in de onderzoekssfeer: doctoraten begeleiden, vooral elektronische meettoestellen ontwerpen, maar ook andere dingen. Alles wat je niet kunt kopen, maken we hier zelf.”
LVE horen. Ik vond dat de fiets er zo gek uitzag dat ik daar iets wou mee doen. Bij wijze van grap genereert een kleine microcontroller dat muziekje. Wie dat niet apprecieert, kan dat gewoon afzetten, natuurlijk. De software ontwikkelen heeft ongeveer acht maanden tijd gevraagd.” Op dit ogenblik is het nog niet duidelijk wie de meetfietsen effectief gaat gebruiken, er zou een proefproject moeten beginnen te lopen in zowat twintig gemeenten.
‘zelfbedruipend’. De naafdynamo van drie volt kun je gebruiken om de accu opnieuw op te laden. Als de batterij leeg is, laad je die makkelijk terug op door een kwartiertje te fietsen.” Als we voor de foto’s buiten het gebouw De Naeyer van de Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen komen, kijken
sommige studenten al snel raar op. Paul Meugens denkt dat het zijn witte jas is die de aandacht trekt, maar ik dacht eerder aan de rare toestelletjes op de fiets…
Tekst en foto’s: Luc VANDER ELST
Ing. Paul Meugens met zijn ‘gekke’ maar erg nuttige fiets.
“ Dit geeft ook wel wat voldoening, want meestal verlaten de toestellen die wij ontwikkelen onze labo-omgeving niet.” “Uiteindelijk is het de bedoeling dat een informaticus bij de Fietsersbond alle gegevens centraliseert en ze op een fietskaart van Vlaanderen in beeld brengt. Als je dan op een bepaald fietspad klikt, dan krijg je op een schaal van 0 tot 10 aangegeven of het fietspad in goede of in slechte staat is. Het is de bedoeling dat in heel Vlaanderen de fietspaden wordt geïnventariseerd met behulp van dit toestel.”
Nichemarkt Met het eerste toestel heeft de Fietsersbond al meer dan 10.000 kilometer gefietst. Zo hebben ze het prototype wat uitgetest. Commercialisatie van het toestel zit er niet echt in, omdat de markt te klein is. Ing. Paul Meugens: “Maar ik wil mijn toestel wel nog verfijnen. Nu zit versie 1.0 op de fietsen, maar in de kerstvakantie, als het wat slechter weer is en als de fietsen terug binnenkomen, schrijf ik een andere versie met wat meer functionaliteiten. Dit geeft ook wel wat voldoening, want meestal verlaten de toestellen die wij ontwikkelen onze labo-omgeving niet. Dit is toch een ‘specialleke’. En de fietsen zijn ook
21
I-mag juni-juli 2010
afdelingen ACTIVITEIT IN DE KIJKER
>
LIMBURG
20STE FIETS- EN WANDELDAG zondag 27 juni 2010 Een deel van de opbrengst wordt geschonken aan 'Een hart voor Limburg', een organisatie die een grote waaier aan initiatieven geldelijk steunt, o.a. ten voordele van minderbedeelden in Limburg.
Al voor de twintigste keer organiseert de VIK-afdeling Limburg haar jaarlijkse actie: 'Fietsen en wandelen tegen kanker'. Dat benefietevenement wil organisaties geldelijk steunen, die mensen helpen, die met kanker geconfronteerd worden. De vorige negentien edities van ons evenement brachten samen zo maar eventjes 376.143 euro op!
Zoals steeds, zijn er twee vertrekplaatsen: een op de universitaire campus van Diepenbeek, KHLim en een aan de parochiezaal van Rijkel (Borgloon).
De vzw Kleine Prins (kinderkankerfonds) kreeg vorige jaren het grootse deel van de opbrengst. Ook in 2010 zal de vzw Kleine Prins het hoofddoel van de actie zijn, omdat die organisatie hulp biedt aan (meestal jonge) gezinnen die geconfronteerd worden met zowat het ergste dat je als ouder kan overkomen, namelijk het bericht dat je kind kanker heeft.
I-mag juni-juli 2010
De organisatie rekent op uw steun en aanwezigheid.
• PRAKTISCH Plaats: Katholieke Hogeschool Limburg, universitaire campus Diepenbeek en Parochiezaal Rijkel (Borgloon), Dionysius Van Leeuwenstraat Datum: zondag 27 juni 2010. Vertrek vanaf 07.30 uur tot 16 uur. Aankomst tot 19 uur. Wat: fietsen Diepenbeek: 25 - 50 - 65 en 100 km; Rijkel: 35 - 65 en 100 km. Wandelen: Diepenbeek: 5, 9 en 13 km; Rijkel: 6 km. Kostprijs: tot 7 jaar gratis; van 7 tot 18 jaar: 2 euro; vanaf 18 jaar: 4 euro. Ter plaatse te betalen. Tombola: 1 euro per lotje, 5 euro voor 7 lotjes. Prijzen: 2 fietsen, talrijke andere prijzen, … Allerlei: bewegwijzerde routes; controleposten. Werken mee: de gemeente Diepenbeek, Concentra Media nv, KHLim, Bloso, WTC de Tuiltertrappers, DVV Verzekeringen. Inschrijving: ter plaatse (geen voorinschrijvingen). Referte: SALBG10610.
22
afdelingen ACTIVITEITEN
ANTWERPEN 11-jun-10
rige bestaan ontving het bedrijf in 2004 het predicaat ‘Koninklijk’. Royal Agio Cigars heeft naast het hoofdkantoor in het Nederlandse Duizel en haar grootste fabriek in Westerlo, vestigingen in de Dominicaanse Republiek en Sri Lanka. In Nederland vindt de afwerking en de wereldwijde distributie van sigaren plaats. De tabaksvoorbereiding geschiedt vanwege het arbeidsintensieve karakter in Sri Lanka. Op de Dominicaanse Republiek vindt de deels handmatige productie van Balmoral-sigaren plaats. Agio Cigars is momenteel in Nederland nog het enige zelfstandige en wereldwijd opererende familiebedrijf dat sigaren produceert. Naast eigen verkooporganisaties in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Singapore en Italië heeft Royal Agio Cigars intensieve handelsrelaties in zo’n honderd landen over de hele wereld. Wereldwijd bezet Royal Agio Cigars een vierde plaats.
Regionale ledenvergadering
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
KEMPEN 16-jun-10
Bezoek renovatie en nieuwbouw St.Elisabethziekenhuis, Turnhout, 14 uur
20-okt-10
Regionale ledenvergadering + bezoek Royal Agio Cigars, Westerlo, 14 uur
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
Werken Sint-Elisabethziekenhuis woensdag 16 juni 2010 De VIK-afdeling Kempen brengt een bezoek aan de vernieuwingswerken aan het Sint-Elisabethziekenhuis in Turnhout.
In 2002 werd in het Belgische Westerlo een nieuwe binnengoedfabriek geopend, een zeer moderne en voor de sigarenindustrie unieke fabriek. Op het onbebouwde deel van het bedrijfsterrein werd in 2008 een uitbreiding gerealiseerd van ruim 18.000 m². Met een oppervlakte van 30.000 m² is zo de grootste sigarenfabriek van Europa ontstaan. De fabriek biedt werkgelegenheid aan 275 werknemers. De toepassing van de nieuwste technieken zorgt ervoor dat er geproduceerd wordt op een milieu- en energievriendelijke manier.
Het Sint-Elisabethziekenhuis dateert al van midden de jaren vijftig en wordt grondig gerenoveerd en uitgebreid om als een hypermodern ziekenhuis met tal van nieuwe ‘snufjes’ te kunnen functioneren als vol en hoogwaardig academisch ziekenhuis, de Kempen waardig! De firma Vanhout uit Geel biedt ons de gelegenheid om de verschillende fasen van de modernisering te bezoeken: van ruwbouw tot de diverse afwerkingfasen.
Uniek aan de fabriek is de aanwezigheid van de ‘Agio Experience’: een interactieve en boeiende rondleiding door de wereld van sigaren. De Agio Experience laat niet alleen de nieuwe fabriek en haar productieprocessen op een heldere en educatieve manier zien, ook de geschiedenis van Royal Agio Cigars en de herkomst van haar tabaksoorten komen aan bod.
• PROGRAMMA • Voorstelling Vanhout nv. • Voorstelling project Sint-Elisabethziekenhuis: renovatie en uitbreiding.
• Bezoek diverse fasen – ruwbouw t/m afwerking. • Afsluiting met nabespreking met een natje en een
• PROGRAMMA
droogje.
14.00 uur: Ontvangst met koffie; bedrijfsfilm en korte bedrijfsinformatie. 14.30 uur: Rondleiding in 2 of maximum 3 groepen. 16.00 uur: Afronding rondleiding in de ontvangstruimte. 17.00 uur: Regionale ledenvergadering VIK: - welkomstwoord door de voorzitter - verslag van de penningmeester - overzicht van de activiteiten door de secretaris - verkiezing voorzitter - verkiezing penningmeester - aanduiding van de stemgerechtigde leden - voorstelling van het jaarprogramma 2010-2011
• PRAKTISCH Plaats: Sint-Elisabethziekenhuis, normaal Rubensstraat 166, Turnhout, maar nu de pijlen volgen naar werf Vanhout. Datum: woensdag 16 juni 2010 om 14 uur. Kostprijs: gratis voor VIK-leden en partner; niet-leden betalen 5 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: BBKPN10610.
Royal Agio Cigars
Kandidaturen voor een van de functies kunnen worden ingediend bij Ing. Guido Hendrikx MSc, voorzitter van de VIKafdeling Kempen,
[email protected] 17.30 à 17.45 uur: Einde.
woensdag 20 oktober 2010 Royal Agio Cigars is een van de toonaangevende sigarenproducenten in Europa met bekende merken als Mehari’s, Panter, Balmoral en De Huifkar. De Nederlandse onderneming staat al meer dan honderd jaar garant voor bijzondere introducties van nieuwe smaken en innovaties. Circa 2.400 medewerkers produceren jaarlijks op ambachtelijke wijze ruim 800 miljoen sigaren. Ter gelegenheid van het honderdja-
• PRAKTISCH Plaats: Royal Agio Cigars, Bell Telephonelaan 29, Westerlo. Datum: woensdag 20 oktober 2010 om 14 uur (rondleiding); 17 uur regionale ledenvergadering.
23
I-mag juni-juli 2010
Kostprijs: gratis voor VIK-leden en partner; niet-leden betalen 5 euro op rekeningnr. 418-9082131-70 van de VIK-afdeling Kempen. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: LEKPN11010. Maximum 60 deelnemers.
• PROGRAMMA 14.30 uur: Samenkomst aan het Kolonel Dusartplein. 15.00 uur: Virga Jesseommegang op voorbehouden tribuneplaatsen op het Kolonel Dusartplein. 16.30 uur: Limburgse vlaai met koffie. 17.30 uur: Stadswandeling onder begeleiding van een gediplomeerde gids. 19.00 uur: Einde van het namiddagprogramma. Facultatief avondprogramma: 19.15 uur: Licht avondmaal. 20.30 uur: Bijwonen van het Virga-Jessespel in het Cultureel Centrum.
LIMBURG 27-jun-10 22-aug-10
20° editie fiets- en wandeldag, Diepenbeek, 7 uur Zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten, Hasselt, 14.30 uur
15-sep-10
3-daagse uitstap naar Nederland en Duitsland (tot en met 17 september) Whiskyproefavond VIK-Space, Hangar 58, Domein Bokrijk, Genk, 19 uur
23-sep-10 21-okt-10
Meer info: www.virgajessefeesten.be of het secretariaat Virga Jessefeesten 2010, e-mail:
[email protected], tel. 011 23 37 62.
• PRAKTISCH Plaats: Kolonel Dusartplein, Hasselt. Datum: zondag 22 augustus 2010 om 14.30 uur. Kostprijs: 20 euro per persoon voor het namiddagprogramma (tribuneplaats, koffietafel en begeleide wandeling); 35 euro per persoon extra voor het facultatief avondprogramma (avondmaal + 1 consumptie en het bijwonen van het Virga Jessespel). Inschrijving vereist: VIK-secretariaat vóór 1 juli 2010 en tegelijkertijd het desbetreffende bedrag betalen op rekeningnummer 451-8527851-34 van de VIK-Afdeling Limburg in Hasselt met vermelding ‘Virga Jessefeesten - ... personen + gekozen formule’. Referte: CALBG10810.
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
Zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten 2010 zondag 22 augustus 2010 In augustus 2010 viert Hasselt weer de zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten met als thema ‘Tijd ons gegeven’. De Virga Jessefeesten bestaan al sedert 1682 en elk ‘zevende jaar’ – zo noemt de Hasselaar zijn feesten – is een jaar van dankbaarheid, inzet, vernieuwd geloof en vertrouwen in de toekomst. Ook dit ‘zevende jaar’ wordt het stadscentrum van Hasselt weer omgetoverd in een sprookjesachtig decor, waarin de ommegang – het hoofdgebeuren van de feesten – in volle luister kan uittrekken op zondagen 15, 22 en 29 augustus. Maar niet enkel de ommegang is een must. Gedurende de hele feestperiode, van 13 tot 29 augustus, is het vooral ’s avonds goed toeven in de Limburgse hoofdstad. De straten zijn dan feestelijk bebloemd, bevlagd en versierd. Talloze taferelen beelden het leven van Maria of de wonderen van de Virga Jesse uit. De avondverlichting tovert alles om tot een feest voor het oog.
VIK Space 2010 onderdag 21 oktober 2010 Na de successen van VIK Space 2008 en 2009 organiseert de VIK-afdeling Limburg voor de 3de keer haar ingenieu(r)s concept: VIK Space, dóór en vóór ingenieurs. VIK Space is ‘the space to be’ voor economisch, academisch en politiek Limburg en Vlaanderen. VIK Space wil ‘ruimte’ creëren voor: • een bredere kijk op de ingenieur: “Wat is zijn/haar plaats in onze globaliserende wereld?” • een creatieve kijk op de ingenieur: “Enkel de ingenieur die naar de ruimte wil vliegen, krijgt het idee om een raket te ontwerpen.” • een toekomstgerichte kijk op de ingenieur: “The sky is not the limit!” • een realistische kijk op de ingenieur: “Welke verantwoordelijkheden moet zij/hij in tijden van economische crisis opnemen?”
In die periode is Hasselt ook het centrum van cultureel leven. Heel wat tentoonstellingen, een beiaard- en orgelfestival, optredens van heel wat muziekensembles in straten en pleinen en de prachtig bebloemde kerken en monumenten maken Hasselt in augustus tot een trekpleister.
• PROGRAMMA 18.30 uur: Ontvangst genodigden met korte receptie. 19.00 uur: Openingswoord door Ing. Hans Claes MSc, voorzitter VIK-afdeling Limburg. 19.10 uur: Countdown met voorstelling van sponsors VIK Space - Gastspreker
De VIK-Afdeling Limburg nodigt de VIK-leden, samen met hun familieleden en vrienden, uit tot het bijwonen van de grote Mariale ommegang vanaf de tribune en een geleid bezoek aan de feestelijk versierde stad Hasselt op zondag 22 augustus 2010.
I-mag juni-juli 2010
24
ACTIVITEITEN
- Toelichting van het bekroonde eindwerk en uitreiking van de ‘Paul Donners-prijs’ aan de laureaat van 2010, door de eventsponsor van VIK Space. 20.30 uur: Uitgebreid buffet Netwerking: de Vlaamse (student-) ingenieurs ontmoeten de bedrijfswereld, de politieke en de academische wereld. 23.30 uur: Landing.
Kostprijs: 5 euro ‘inschrijvingswaarborg’ voor VIK en KVIM-leden. Voor de aanwezige VIK- en KVIM-leden wordt de 5 euro terugbetaald; 5 euro voor niet-leden; 2,50 euro voor VAM-leden. Bedrag te betalen op rekening 405-0106331-50 van de VIK-afdeling Mechelen met vermelding van de referte. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VOMLN11010.
• PRAKTISCH
NOORD-WEST-VLAANDEREN
Plaats: Hangar58, Domein Bokrijk, Genk. Datum: donderdag 21 oktober 2010 om 19 uur. Kostprijs: 25 euro per persoon; ingenieursstudenten betalen 5 euro. Eerst inschrijven op het secretariaat, daarna betalen op rekeningnummer 451-8527851-34 van de VIK-afdeling Limburg, met de vermelding: ‘VIK Space 21/10/2010’. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: FELBG11010.
23-sep-10 14-okt-10
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
I.R.S. donderdag 23 september 2010 I.R.S. nv is de grootste verkoopsorganisatie in de Europese dakwereld, die al jaren succesvol in de zonne-energiesector actief is. Het 100% Belgisch verankerde bedrijf, met hoofdzetel in Deinze (Oost-Vlaanderen) en serviceteams over het hele land, zorgt voor de hoogst denkbare garantiefactor inzake kwaliteit en garantie (25 jaar). De sterkte van de I.R.S-groep is uniek en betekent ook voor u een belangrijk baken van vertrouwen voor alle zonne-energieprojecten. Info: www.waterdicht.be
MECHELEN 11-okt-10
Bezoek I.R.S., Deinze, 18.30 uur Bezoek Green Bridge, Oostende
Lezing:fotovoltaïsche zonnepanelen, St.Katelijne-Waver, 18.30 uur
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
Fotovoltaïsche zonnepanelen maandag 11 oktober 2010
• PROGRAMMA Fotovoltaïsche zonnecellen zetten licht rechtstreeks om in elektriciteit. Zowel voor particulieren als bedrijven behoren zonnepanelen tot de beste investeringen van vandaag. Je kunt je woning of gebouw zelf voorzien van elektriciteit en je bent niet langer afhankelijk van de fluctuerende energieprijzen.
18.30 uur: ontvangst. 18.45 uur: EPDM/TPO - technische eigenschappen - voordelen - toepassingsgebied - referentiewerven 19.00 uur: fotovoltaïsche cellen - basisbegrippen - verschillende soorten fotovoltaïsche cellen - kristallijn - amorf - CIGS - referentiewerven 19.45 uur: rondleiding 20.00 uur: receptie
Futech is een spin-off van het Solar Team (www.solarteam.be). Op basis van de kennis en ervaring die men met dat project opdeed, besloten enkele teamleden Futech (www.futech.be) op te richten: een team gespecialiseerde ingenieurs die iedere situatie afzonderlijk beoordelen, waardoor het rendement van je zonnepanelen maximaal is. Ze staan ook in voor alle formaliteiten om subsidies te krijgen van de provincie en voor het groenestroomcertificaat van de Vlaamse overheid. Sommige gemeenten en netbeheerders doen daar nog een premie bovenop. De federale overheid zorgt voor een belastingvermindering.
• PRAKTISCH Plaats: I.R.S., Europalaan 73, Deinze. Datum: donderdag 23 september 2010 om 18.30 uur. Kostprijs: gratis voor VIK-leden en partner; niet-leden betalen 5 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: BBNWV10910.
De lezing is een must voor wie interesse heeft om zonnepanelen te plaatsen of zich daarover wil informeren.
• PRAKTISCH Plaats: Lessius Hogeschool, lokaal A014, Campus De Nayer, Sint-Katelijne-Waver Datum: maandag 11 oktober 2010 om 18.30 uur. Spreker:Thomas Teirlinck, Solar Team en Pieter Van Geel, Futech.
25
I-mag juni-juli 2010
OOST-VLAANDEREN 7-jun-10 17-jun-10 25-jun-10 4-sep-10 16-okt-10 26-nov-10 16-jan-11
• PRAKTISCH Plaats: Huis van de Bouw, Tramstraat 59, Zwijnaarde. Datum: maandag 7 juni 2010 om 20 uur. Spreker: Catherine Lootens, projectmedewerker ‘Groen licht Vlaanderen’. Kostprijs: gratis voor VIK-leden en partner; niet-leden betalen 5 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VEOVL10610.
Bestuursvergadering + voordracht energie deel 2, Gent, 20 uur Jongereninformatieavond, Huis van de Bouw, Zwijnaarde Regionale ledenvergadering, Gent, 19 uur Familiedag, Beervelde, 13 uur Dinerparty, Zwijnaarde, 19 uur Bedrijfsbezoek EPC Nieuwjaarsconcert en -aperitief, Gent, 9.30 uur
Regionale ledenvergadering met diner
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
vrijdag 25 juni 2010
Energiezuinige verlichting
Naar jaarlijkse gewoonte sluiten we het werkjaar af met onze ledenvergadering, gevolgd door een diner en een gezellig samenzijn.
maandag 7 juni 2010 Of het nu om kantoren, klaslokalen, magazijnen, ziekenhuizen of winkels gaat: verlichting vertegenwoordigt op zijn minst 40% van het totale verbruik van elektriciteit. De eigenaar van een gebouw kan inzake verlichting nochtans tot de helft van zijn verbruik effectief besparen. Die besparing kan hij zowel op verbruik als op onderhoud realiseren. Voor dergelijke besparingen moeten studiebureaus, technische diensten en elektro-installateurs voldoende kennis verwerven in technologieën die kunnen leiden tot een energie-efficiënte verlichtingsinstallatie.
• PROGRAMMA 19.00 uur: ontvangst 19.30 uur: statutair gedeelte voor leden: - jaarverslag 2009-2010 door Ing. Ludo Verhegghe MSc, secretaris. - financieel verslag 2009-2010 en budget 2010-2011 door Ing. Didier Francq MSc, penningmeester. - verkiezing van een secretaris voor een periode van twee jaar; uittredend en herkiesbaar is Ing. Ludo Verhegghe. MSc. - verkiezing van een jongerenvoorzitter voor een periode van twee jaar; uittredend is Ing. Geneviève De Bruyn MSc. - verkiezing van effectieve leden VIK voor het werkjaar 2010-2011. - voorstel agenda 2010-2011. - varia.
De synergie tussen daglicht en energiezuinig kunstlicht leidt dankzij de nieuwste automatiseringstechnieken tot nog grotere besparingen. Premies en de wil om tot een lager e-peil te komen zijn daarbij de drijvende krachten. Lokale besturen en overheden kunnen het voorbeeld geven en zodoende een katalysator zijn om bedrijven en particulieren aan te zetten tot ‘energiebesparingen met beter licht’ in alle gebouwen in Vlaanderen. Dat Europees Green Light Program hen erkent als partner kan voor overheden en bedrijven een beloning voor de inspanningen die ze leveren om energiezuinig te verlichten. Groen Licht Vlaanderen neemt daarbij zelf de rol op van Green Light Endorser.
Op het ogenblik van het statutaire gedeelte voor de leden voorzien we ook in een partnerprogramma. Om 19.30 uur kunnen de partners van onze leden deelnemen aan een stadswandeling onder deskundige leiding. We opteren voor een rondleiding met als thema ‘Kuip van Gent’.
De VIK- ingenieur die er meer wil van weten en de moderne trends inzake verlichting wil kennen, is op post bij deze interessante spreekavond met Catherine Lootens, projectmedewerker ‘Groen Licht Vlaanderen’ en actief in het laboratorium voor lichttechnologie van het KaHo SintLieven. De besparingsmogelijkheden inzake verlichting zijn ook erg interessant in het kader van de EPB-regelgeving. Tijdens de pauze voorzien we in een broodje en een drankje en uiteraard is er de mogelijkheid tot netwerking met uw collega's in de ViKaFee.
21.00 uur: Gezellig samenzijn met diner: aperitief, voorgerecht, hoofdgerecht, dessert, koffie. Wijnen en dranken zijn inbegrepen.
I-mag juni-juli 2010
• PRAKTISCH Plaats: Samenkomst in café De Zoo, naast De Acht Zaligheden, Oudburg 2, Gent. Datum: vrijdag 25 juni 2010 om 19 uur. Kostprijs: regionale ledenvergadering of alternatief programma: gratis; diner: 25 euro voor leden en partner, 40 euro voor niet-leden (all-in) te betalen op rekening 443-0628601-50 met vermelding SLV. Uw keuze van voorgerecht en hoofdgerecht maakt u de dag zelf kenbaar om 19 uur. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: LEOVL10610.
26
ACTIVITEITEN
WAASLAND 30-sep-10
oriëntatie zijn optimaal. Ondanks die minder gunstige uitgangspositie is een passiefhuis toch mogelijk, al lijkt het huis uitwendig in zeer weinig op het beeld dat leeft van een passiefhuis.
Bezoek aan een passiefhuis in aanbouw, Sint-Pauwels, 19 uur
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
De voornaamste maatregelen die genomen worden om de energieprestatie te verbeteren zijn in een notendop: • een ononderbroken isolatieschil van voornamelijk 2X10 cm PUR en andere isolatiematerialen; • een zeer goede luchtdichtheid van het gebouw o.a. door afkleven van isolatiepanelen, luchtdichte aansluitingen tussen verschillende bouwmaterialen zoals tussen vloerplaat en opgaand metselwerk, rond de ramen, enz.; • driedubbele glasramen, U-waarde voor kader = 0,68 en U-waarde glas = 0,6 (op noordwesten U-waarde glas = 0,5); kunststofspacers tussen de glasbladen; • ventilatietype D (balansventilatie).
Kajaktocht op Moervaart en Zuidlede zondag 6 juni 2010 De VIK-afdeling Waasland organiseert een kajaktocht van maximum 2 uur over een afstand van 8,5 km. Onze kajaktocht begint aan het ‘Kano- & kajakcenter’ aan de Kalvebrug in Wachtebeke en we varen op de Moervaart langs het poldergebied tot in Mendonk. Gedurende de tocht varen we door een prachtige groene omgeving met op de rechteroever het natuurreservaat ‘De Reepkens’.
Men kan de vorderingen van het bouwproject volgen op http://passiefhuissintpauwels.wordpress.com. Op het ogenblik van het bezoek zal de afwerking goed gevorderd zijn. Er zal ingegaan worden op de bouwdetails en op de technieken.
Volledige tekst in I-mag maart en op www.vik.be.
• PRAKTISCH Plaats: Sint-Pauwels (exact adres na inschrijven). Datum: donderdag 30 september 2010 om 19.00 uur. Kostprijs: gratis voor leden en partner, niet-leden betalen 5 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Maximum 12 deelnemers. Referte: BBWLD10910.
• PRAKTISCH Plaats: Verhuurpunt kano & kajakcenter, Kalvebrug 1, Wachtebeke. Datum: zondag 6 juni 2010 van 14 tot 17 uur. Kostprijs: 10 euro voor leden, niet-leden betalen 15 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. De deelnemers moeten ouder zijn dan 15 jaar en kunnen zwemmen. Inschrijven is mogelijk tot uiterlijk 28 mei 2010. Uw inschrijving is pas geldig, als het verschuldigde bedrag gestort is op rekeningnummer 401-2538961-04 van de VIKafdeling Waasland met vermelding van het aantal personen. Maximum aantal deelnemers: 24. Referte: SAWLD10610.
ZUID-WEST-VLAANDEREN 19-jun-10
Stadsbezoek Diksmuide en omstreken met de fiets 'Het Waterfront', Diksmuide, 14 uur Barbecue, Hooglede, 18.30 uur Lezing mindfulness, Kortrijk, 19.30 uur 10de Ingenieurshappening met 'De nieuwe snaar', Wevelgem, 19.30 uur
30 september 2010
10-jul-10 16-sep-10 12-dec-10
Op 30 september geeft een collega ons de gelegenheid om zijn passiefhuis in aanbouw te bezoeken.
Inschrijven voor alle activiteiten: www.vik.be/activiteiten
Passiefhuis in aanbouw
Diksmuide en omstreken met de fiets
De bedoeling van het bouwproject is om een woning op te trekken die voldoet aan de passiefhuisstandaard. Dat betekent een energieverbruik voor verwarming (en koeling) van minder dan 15 Kwh/m²/jaar. De warmteverliezen zijn zo beperkt dat slechts een kleine naverwarming van de ventilatielucht nodig is. Met het vermogen van een strijkijzer blijft een passiefhuis in de winter op 20°C. Het berekend te installeren verwarmingsvermogen bedraagt voor deze woning 1.756 watt.
zaterdag 19 juni 2010 De jongeren van Zuid-West-Vlaanderen kiezen dit jaar voor de thematische fietstocht ‘Het Waterfront’ in Diksmuide. We vertrekken op de Markt van Diksmuide voor een fietstocht van 25 km langs het IJzerfront (ongeveer 3 uur fietsen). Vier jaar lang werd tijdens de Eerste Wereldoorlog langs de oevers van de IJzer keihard gevochten voor elke meter. Onder begeleiding van een gids ontdekken we enkele van de voornaamste plaatsen langs dit front, maar er wordt ook af en toe stilgestaan bij minder bekende, maar daarom niet minder indrukwekkende plaatsjes. Tijdens de fietstocht bezoeken we zowel de Belgische als de Duitse kant van het front. Onderweg komen we dan ook af en toe een Belgische en een
De woning is opgevat als een traditioneel gemetselde woning. Het bouwperceel is niet zuidgericht. De inplanting van de garage verstoort de compactheid van het gebouw, maar is onvermijdelijk gelet op de stedenbouwkundige regels en het smalle perceel. Kortom, noch de compactheid, noch de
27
I-mag juni-juli 2010
ontvangst van de storting is je inschrijving geldig!! Referte: FEZWV10710.
Duitse soldaat tegen die ons vertelt over zijn belevenissen aan het front. Krijgt u uw fiets niet ter plaatse? Geen nood, u kunt een fiets huren bij: • Fietsen Catrysse, Kaaskerkestraat 56a, Diksmuide, tel. 051 50 46 70. • ’t Buitenbeentje, Vaarstraat 1, Diksmuide, tel. 051 50 46 27 – 0495 57 62 47. • Fietsen Versyck (mountainbikes), Kon. Albertstraat 46, Diksmuide, tel. 051 50 20 16.
Introductie in mindfulness donderdag 16 september 2010 In ons drukke, haastige leven waar we op welk moment ook moeten presteren, moeten we leren omgaan met stress en hebben we meer dan ooit nood aan onthaasting. In dat opzicht organiseert de jongerenwerking Zuid-WestVlaanderen een introductie tot mindfulness.
• PRAKTISCH Plaats: Dienst Toerisme, Markt, Diksmuide Datum: zaterdag 19 juni 2010 om 13.45 uur. Fietstocht start om 14 uur. Kostprijs: 4 euro voor VIK-leden; niet-leden betalen 6 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat uiterlijk tot woensdag 16 juni met het engagement zeker aanwezig te zijn en bij afwezigheid zeker tijdig telefonisch te verwittigen 0472 24 58 81 (Frederik Delobelle). Na inschrijven sturen we per kerende het rekeningnummer waarop je zo snel mogelijk het juiste bedrag stort met als mededeling ‘Fietstocht + naam + aantal personen’. Referte: SAZWV10610.
Mindfulness helpt ons ieder moment van ons leven volledig te leven, ook de meest moeilijke. De basis is heel eenvoudig: aandacht geven. Er is dus niets mystiek of geheim aan. We geven aandacht aan het enige moment dat we hebben, het huidige moment. De introductie is een workshop, bestaande uit een combinatie van theorie en praktijk, waarbij op een zeer ervaringsgerichte wijze de basisprincipes van mindfulness worden aangereikt. Na een korte theoretische inleiding wordt via eenvoudige oefeningen dieper ingegaan op: • de kracht van verhoogde aandacht; • wat is stress en hoe wordt stress door de dag opgebouwd? • optimisme, zelfvertrouwen en emotionele veerkracht; • sleutelelementen voor een kwaliteitsvol leven.
Barbecue zaterdag 10 juli 2010 Het geluid van ronkende grasmachines, fluitende vogeltjes en in de verte spelende kinderen onder een stralend blauwe hemel en bij een warm briesje… Op zulke momenten beseft een mens maar al te goed: ’t is weer tijd om de beentjes onder tafel te schuiven, het maagje te vullen en te genieten van onze jaarlijkse barbecue.
De trainster voor deze avond is Hannelore Helmich. Zij is klinisch psychologe, heeft een zelfstandige praktijk en werkt ook in een ziekenhuis. Door haar wetenschappelijk onderzoek rond mindfulness kwam ze in contact met dr. Dewulf en volgde ze bij hem de opleiding tot mindfulnesstrainer. Naast gesprekstherapie geeft ze zowel individueel als in groep mindfulness- en assertiviteitstraining.
Na 2 jaar in Waregem trekken we naar een nieuwe locatie: de Zilveren Lepel in Hooglede. Iedereen is welkom op zaterdag 10 juli om 18.30 uur om mee te smullen. Het ‘menu’ ziet er als volgt uit: ribbetjes of varkenshaasje gebakken op houtskool, geserveerd met groentjes, aardappel in de schil, sausjes en brood. In de prijs zijn 2 consumpties en een aperitief inbegrepen.
"Mindfulness beoogt een innerlijke balans te vormen, die je helpt het leven te benaderen met een grotere stabiliteit, begrip en wijsheid." (Jon Kabat Zinn)
• PRAKTISCH Plaats: Hogeschool West-Vlaanderen, dept. PIH, Graaf Karel de Goedelaan 5, Kortrijk. Datum: donderdag 16 september 2010 om 19.30 uur. Kostprijs: 5 euro voor VIK-leden en partner, niet-leden betalen 10 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat uiterlijk tot maandag 13 september met het engagement zeker aanwezig te zijn en bij afwezigheid zeker tijdig telefonisch te verwittigen: 0472 24 58 81 (Frederik Delobelle). Referte: VOZWV10910.
Wees welkom en schuif mee aan tafel met vrienden en familie! Geef bij je inschrijving je keuze al door: ribbetjes of varkenshaasje.
• PRAKTISCH Plaats: Zilveren Lepel, Lepelstraat 84, Hooglede. Datum: zaterdag 10 juli 2010 om 18.30 uur. Kostprijs: 18 euro voor VIK-leden; niet-leden betalen 20 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat uiterlijk tegen maandag 5 juli met het engagement zeker aanwezig te zijn en bij afwezigheid zeker tijdig telefonisch te verwittigen: 0472 24 58 81 (Frederik Delobelle). Na inschrijven sturen we per kerende het rekeningnummer waarop je binnen de 3 dagen het juiste bedrag stort met als mededeling “BBQ + naam + aantal personen”. Pas na
I-mag juni-juli 2010
Tiende ingenieurshappening zondag 12 december 2010 Op zondagavond 12 december 2010 organiseren de regionale West-Vlaamse afdelingen van de Vlaamse Ingenieurskamer
28
ACTIVITEITEN
en de Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging, K VIV, samen de tiende Ingenieurshappening. Die vindt zoals elk jaar plaats in het Cultureel Centrum ‘De Guldenberg’ in Wevelgem. Beide verenigingen nodigen de sponsors en alle aanwezigen na de voorstelling uit voor een champagnereceptie met hapjes.
• PRAKTISCH Plaats: Cultureel Centrum Guldenberg, Acacialaan 1, Wevelgem. Datum: zondag 12 december 2010 om 19.30 uur. Kostprijs: 15 euro per persoon voor VIK-leden en partner; niet-leden betalen 20 euro. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Uw bestelling van kaarten beschouwen wij als definitief na ontvangst van het verschuldigde bedrag op het rekeningnummer 743-028488409 of 466-5561799-24 van de VIK-afdeling Zuid-WestVlaanderen. Referte: CAZWV11210.
Voor deze jubileumhappening staat niemand minder dan De Nieuwe Snaar op het programma met de voorstelling Foor 11. Sinds 1982 exploreert De Nieuwe Snaar via ongeziene muziektheatrale wegen en een hoogstpersoonlijke poëtische benadering de gelaagdheid van de veelzijdige realiteit. De achterzijde daarvan bleef tot op heden echter braakliggend terrein. In de voorstelling Foor 11 verschijnen er vier eigenzinnige figuren die elk op hun manier de marge van het bestaan – hun bestaan, ons bestaan – zullen bezingen, bevragen en misschien zelfs verfoeien. Een kleurrijk instrumentarium, confronterende beelden, straffe verhalen, krachtige liederen, onverwachte situaties en statements en zoveel meer zot geweld om het publiek via humor en ontroering, via slapstick en melancholie nog eens stevig onder handen te nemen! Weerom een nieuwe stap in het verrassende universum van De Nieuwe Snaar. “Wie nie waagt, nie wint!” www.denieuwesnaar.be
Uw advertentie op deze pagina? • We ruimen plaats in voor de publiciteit van uw bedrijf. • Verspreid uw boodschap bij 1.000 decision makers in bedrijven en 10.000 ingenieursgezinnen! Meer weten? Neem gerust en vrijblijvend contact op met de Vlaamse Ingenieurskamer: Francine Demaret - 03 259 11 09
[email protected]
• Bereik uw consumenten, maar verzorg ook uw business-to-business.
29
I-mag juni-juli 2010
centra
Zorgen voor proper water geeft voldoening Ing. Dirk De Waele leidt de directie infrastructuur bij Aquafin
Ing. Dirk De Waele
AARTSELAAR. Met personeelsnummer 36 behoort Ing. Dirk De Waele tot de pioniers bij Aquafin, de waterzuiverings-nv van Vlaanderen. Aquafin bestaat dit jaar twintig jaar en Dirk De Waele werkt er nu negentien jaar. Hij klom er op van teamleider tot directeur infrastructuur en van de zowat 950 personeelsleden bij Aquafin stuurt hij er in zijn directie infrastructuur 150 aan. Bijna twee op de drie van hen beschikken over een ingenieursdiploma. Dirk De Waele voelt zich in zijn schik als manager, maar soms knaagt ook wat heimwee naar het echte ingenieurswerk. I-mag juni-juli 2010
30
Afvalwater moet worden ingezameld, getransporteerd en gezuiverd. Voor de inzameling staan in principe de gemeenten en de intercommunales in, voor het transport en de zuivering is Aquafin bevoegd. Maar Aquafin heeft met een aantal gemeenten ook overeenkomsten lopen voor de inzameling van het afvalwater. Het bedrijf werkt dus op beide ‘fronten’ en het steekt ook veel energie in het
OPENBARE DIENSTEN
bepalen van de knelpunten en de ondersteuning van het beleid daarrond. Aquafin telt nu vier directies. Een daarvan is de directie ‘infrastructuur’ die in 2002 werd opgericht. Daarin werd toen het planningsgedeelte – het ontstaan van het project, de analyses, de hydraulische studies, enz. – samengebracht met het ontwerp- en uitvoeringsgedeelte. Dirk De Waele leidt die directie.
krijgen en dan de zaak coördineren tussen de verschillende spelers: medebouwheren, gemeenten, verschillende Vlaamse overheidsdiensten, een provinciebestuur, enz. Daar komt heel wat bij kijken. Denk maar aan vergunningen, veiligheidsaspecten, heel de techniek, de keuzes die je moet maken, de samenwerking met studiebureaus, enz.”
Begeleiding 200 miljoen “Hier doen wij honderden projectvoorstellen voor onze klanten: knelpunten die moeten worden opgelost, lozingen die moeten worden aangepakt, voorstellen van projecten met een summiere kostenraming. Die worden door onze klanten geëvalueerd en aangevuld met eigen voorstellen en dan krijgen we jaarlijks een programma opgedragen. Zo weten we dat we volgend jaar, in 2011, 200 miljoen euro kunnen investeren in de zuivering van ons afvalwater. Dat ligt nu al vast in het “optimalisatieprogramma” 2011. Maar naast de nieuwbouw behoren ook vervanging en renovatie van bestaande installaties tot de directie ‘infrastructuur’. Je vindt hier onder andere automatisatie, werftoezicht, administratie, een juridische afdeling, een grondverwervings- en het vergunningsgedeelte.” Voor het verloop van de projecten wordt er met flowcharts gewerkt: hoe verloopt een project, waar zitten de knelpunten, welke acties moeten worden ondernomen? “Maar we stellen ons vooral doelen. Onze mensen moeten zelf bepalen hoe ze die doelstellingen het best kunnen halen. Infrastructuur heeft een erg coördinerende taak. Wij moeten het project verkocht
“Als directeur wil ik mijn mensen vooral begeleiden en ondersteunen. Wie een probleem heeft, mag dat komen bespreken. Ik zal dan een richting aangeven, maar mijn mensen dragen zelf de verantwoordelijkheid over hoe ze het precies oplossen. Zeker voor ingenieurs vind ik dat heel belangrijk. Zij hebben vier, vijf jaar gestudeerd, zijn allemaal hoog opgeleid en hebben allemaal wel hun eigen ideeën. Dan moet je vooral sturen, niet betuttelen of het handje vasthouden. Let op: los van die aanpak zijn we wel heel gestructureerd bezig met richtlijnen en procedures.”
“ Als directeur wil ik mijn mensen vooral begeleiden en ondersteunen. Wie een probleem heeft, mag dat komen bespreken. Ik zal dan een richting aangeven, maar mijn mensen dragen zelf de verantwoordelijkheid over hoe ze het precies oplossen.” Bij Aquafin werkt – naast andere profielen – een mix van industrieel ingenieurs, burgerlijke ingenieurs en bio-ingenieurs. “Industrieel ingenieurs vind je voornamelijk bij het ontwerp- en het uitvoeringsgedeelte. Maar iedereen kan doorschuiven binnen de directie of zelfs binnen de organisatie. In feite maken wij bijna geen onderscheid tussen de verschillende soorten ingenieurs. Niet het diploma telt, dat is het visitekaartje, maar wel de manier waarop je je taken invult. Het zijn de competenties die tellen en niet het diploma of de leeftijd. Los van het diploma kan iedereen even sterk doorgroeien. De ene opleiding is wat praktischer, de
De pioniers van Aquafin Dirk De Waele studeerde af in Gent in 1979 als industrieel ingenieur bouwkunde. “Ik maakte de overgang van technisch naar industrieel ingenieur mee. Na twee jaar studeren stonden wij voor de keuze: doorgaan als technisch ingenieur of overstappen naar industrieel ingenieur. Ik koos voor dat laatste: discipline bouwkunde, een van de mooiste. Want je ziet iets groeien, als je in de bouw zit. Dat is prachtig.” Voor zijn legerdienst werkte Ing. Dirk De Waele zes maanden bij Segers Industriebouw in Gent, waar hij onder meer mee instond voor de bouw van een sporthal. “Na mijn legerdienst begon ik bij studiebureau SWK. Daar werkte ik gedurende elf jaar voornamelijk aan collectoren, hydraulische studies en ook een stuk wegenis, maar dat laatste in het buitenland.” Binnen Aquafin behoort Ing. Dirk De Waele tot de pioniers. Hij begon op 2 mei 1991 als projectingenieur ‘engineering’: ontwerpen en uitvoeringen opvolgen. Later werd hij teamleider en stuurde hij een groepje van vijf, zes mensen aan. “Enkele jaren later werd ik afdelingshoofd. In 2002 ben ik dan directeur van de directie infrastructuur geworden.” In die functie stuurt Ing. Dirk De Waele zowat 150 personeelsleden aan. LVE
andere wat theoretischer, maar het is net de mix van die opleidingen die een organisatie het sterkst maakt. Het werkt bovendien en motiverend. Hier komen jonge mensen binnen, van wie je ziet dat er potentieel in zit en die je ziet groeien. Die zijn heel leergierig en inventief. Ik werk heel graag samen met jonge mensen: hun gedrevenheid compenseert vaak het gebrek aan ervaring.”
Bij Aquafin werken heel wat jonge mensen. 31
I-mag juni-juli 2010
Water zuiveren… Het Vlaams Gewest richtte Aquafin als nv in 1990 op om versneld werk te maken van de bovengemeentelijke rioleringsinfrastructuur. Met het oog daarop legt Vlaanderen jaarlijks de opdrachten van Aquafin vast. De Vlaamse Milieumaatschappij ziet toe op de economische en de ecologische resultaten. Aquafin verzamelt het afvalwater van de Vlaamse gezinnen in hoofdriolen en voert het naar zuiveringsinstallaties. Het bouwt daarvoor de noodzakelijke infrastructuur uit, zoals collectoren, pompstations en rioolwaterzuiveringsinstallaties. Aquafin betaalt de werken eerst zelf, via de drinkwaterfactuur worden die investeringen terugbetaald.
Aquafin-werf in Zwijndrecht.
Werven en houden Aquafin heeft een vrij jong personeelsprofiel en werft ook regelmatig nieuwe mensen aan. Maar ingenieurs aanwerven en bij het bedrijf houden is niet altijd evident. “Wij werven regelmatig mensen aan en ik denk dat 70 tot 80% van de nieuwe ingenieurs hier hun eerste werkervaring beleven. We geraken ook mensen kwijt, maar op bedrijfsniveau kennen we een verloop van ongeveer twee procent. Bij de ingenieurs ligt dat rond de vijf, zes procent. Bij grote studiebureaus bijvoorbeeld spreken we over een verloop van tien procent en meer. Vijf jaar in dienst is doorgaans een kritische periode. Na vijf jaar ervaring gaan er vaak nieuwe verwachtingen leven.” Een hoofdzetel in Aartselaar voor heel Vlaanderen bemoeilijkte in het verleden al eens de aanwerving of het behoud van bekwame mensen. Daarom richtte Aquafin twee satellietkantoren op: in Drongen en in Herentals. “We kozen voor satellietkantoren om geen baronieën te creëren. De mensen moeten één dag per week naar Aartselaar komen. Meestal combineren ze dat met een opleiding, een aanbesteding waarvoor ze verantwoordelijk zijn of een vergadering. Die satellietkantoren zijn een pluspunt voor de aanwervingen en het behoud
I-mag juni-juli 2010
Een hoofdzetel in Aartselaar voor heel Vlaanderen bemoeilijkte in het verleden al eens de aanwerving of het behoud van bekwame mensen. Daarom richtte Aquafin twee satellietkantoren op: in Drongen en in Herentals.
van onze mensen. Zo geraken we nu eenvoudiger aan nieuwe mensen. Maar ook om jongeren aan te werven moet je zelf initiatieven nemen: jobdagen, een bezoek voor laatstejaarsstudenten en andere incentives. Alleen een advertentie volstaat allang niet meer.” Aquafin zoekt ook ervaren profielen, maar die zijn niet makkelijk te vinden op de markt. “Het laatste jaar hebben we twee tot drie ervaren mensen kunnen aantrekken. Die stappen over naar Aquafin, omdat wij meer flexibiliteit bieden en een betere combinatie werk-gezin kunnen garanderen. Je moet hier ook hard werken, maar we hebben bijvoorbeeld veel formules voor deeltijds werken en andere wettelijke initiatieven. Onze werkomstandigheden laten dat ook toe, daar waar dat bij een aannemer bijvoorbeeld veel minder gemakkelijk is. Voor velen is het een uitdaging om het juiste evenwicht te vinden tussen werk en privé. Jonge mensen blij-
32
Door haar jarenlange ervaring werd Aquafin een echt kennis- en onderzoekscentrum inzake waterzuivering en rioolbeheer. Aquafin is ook verantwoordelijk voor het onderhoud en de exploitatie van het bovengemeentelijk rioleringsstelsel en de waterzuiveringsinstallaties. Het gezuiverde afvalwater moet aan Vlaamse en Europese normen voldoen. Afvalwater wordt in die mate gezuiverd dat het geen schade meer aanricht aan onze waterlopen. LVE
ven ook vandaag bereid om veel en hard te werken, maar ze willen ook bijvoorbeeld eens hun kind kunnen afhalen aan de schoolpoort. Wellicht ook daarom is de verhouding man-vrouw hier bij Aquafin ongeveer fiftyfifty. We hebben ongeveer evenveel mannelijke als vrouwelijke ingenieurs. Die flexibiliteit speelt daarin mee, maar ook het gegeven dat wij een maatschappelijk belangrijke taak op ons nemen: zorgen voor zuiver water.” “Ongeveer om de vijf jaar evalueren we ook de marktsituatie om te kijken waar we staan. We overschouwen dan het hele pakket aan arbeidsvoorwaarden: financieel, maaltijdcheques, groepsverzekeringen, enz. We vergelijken dat pakket om na te gaan of we nog altijd voldoende concurrentieel zijn op de arbeidsmarkt. En zo slagen we erin om mensen te blijven aantrekken en ze ook bij Aquafin te houden.”
OPENBARE DIENSTEN
Opleiding Met een vrij jong personeelspubliek investeert Aquafin ook relatief veel in opleiding en vorming. Gemiddeld worden er jaarlijks vier tot vijf dagen opleiding ingepland. “Wij willen onze mensen op korte termijn brengen waar ze moeten staan. Daarom zijn opleidingen zo belangrijk. Voor elke medewerker wordt een traject uitgetekend. Behalve opleiding is het ook heel belangrijk dat de aanwezige kennis wordt beheerd en beschikbaar gesteld. Ook communicatie en procesbegeleiding zijn erg belangrijk. Ingenieurs denken vaak nogal technisch en een project aan het publiek ‘verkocht krijgen’ is niet het eerste waar men mee bezig is. We hebben daar toch veel in opleiding geïnvesteerd. Vroeger werden er tegen onze projecten heel vaak actiecomités opgericht. Dat maakte ons het werken bijna onmogelijk en daarom zijn we gaan investeren in die communicatie. We moeten onze projecten echt van in het begin ‘aan de man brengen’. We moeten durven naar de burgers stappen en zeggen: we gaan hier een
Kennis valoriseren
De knowhow die Aquafin in de loop van de voorbije twee decennia heeft opgebouwd, probeert het bedrijf ook buiten onze grenzen te valoriseren via een dochtermaatschappij: Aquaplus. Industriële activiteiten in Vlaanderen of werken en projecten buiten Vlaanderen voert Aquaplus uit. Zo lopen er momenteel projecten in China, de Europese Unie, Kazachstan, enz. Dirk De Waele: “Het is een sterkte van Aquafin dat we de volledige cirkel doen: plannen, ontwerp en uitvoering begeleiden en het operationeel gedeelte volgen. Dat is een verschil met een studiebureau, want je blijft zelf verantwoordelijk voor eventuele ontwerpfouten. Dat laat je niet los en het motiveert om het ontwerp voortdurend te verbeteren. We diversifiëren onze activiteiten op die manier, maar we valoriseren zo ook onze kennis en knowhow.” LVE
waterzuiveringsinstallatie bouwen om die en die reden en je zult daar een tijdje hinder door ondervinden. Correcte informatie geven is de belangrijkste factor tot succes. En communiceren is nu een rode draad doorheen elk project. En zelfs als je goed communiceert, kan het nog mislopen. Maar we begeleiden onze mensen daarbij: spreken in het openbaar bijvoorbeeld is niet voor iedereen weggelegd. We investeren op dat vlak heel veel in oplei-
ding. Het geeft ook aan hoe professioneel je met die dingen omgaat. En tegelijk creëren we voor onszelf een forum om Aquafin voor te stellen, want tijdens elke infovergadering vertellen we wat Aquafin doet, waar het project in past en welke de doelstellingen zijn.”
Technische achtergrond Ing. Dirk De Waele is na negentien jaar Aquafin uiteraard zelf ook geëvolueerd in zijn job: van meer technisch vroeger naar meer manager nu. Maar het technische aspect blijft hem toch bekoren.
“ Ingenieurs denken vaak nogal technisch en een project aan het publiek ‘verkocht krijgen’ is niet het eerste waar men mee bezig is. We hebben daar toch veel opleiding in gestopt.” De Aquafin-directie bezoekt de werf in Zwijndrecht.
“Het is nog altijd een uitdaging om in discussie te gaan met een jonge leeuw. Bij projectmatig overleg geef ik graag nog een bepaalde visie mee. Onlangs volgde ik een cursus ‘Onzichtbaar leiderschap’ en een van de sprekers stelde daar dat de visie dat men voor een managementjob geen inhoudelijke kennis moet hebben, terrein aan het verliezen is. Daar kan ik wel een beetje inkomen. Als chef hoef je niet de beste van de hoop te zijn op technisch vlak, maar als je er echt niks van kent, dan heeft dat toch zijn implicaties inzake waardering door je personeel. De mensen durven je ook wel eens uitdagen of testen. Als dan blijkt dat je er toch nog iets van kent, dan levert dat je toch een stuk aanzien en waardering op. Waardering opbrengen voor de mensen met wie je werkt, is ook voor een stuk begrijpen wat ze doen.” Tekst: Luc VANDER ELST Foto’s: AQUAFIN
“ Waardering opbrengen voor de mensen met wie je werkt, is ook voor een stuk begrijpen wat ze doen.” Bouw overstort aan een rioolwaterzuiveringsinstallatie in Lokeren. 33
I-mag juni-juli 2010
centra OPENBARE DIENSTEN
Ingenieurs: overheid versus privé? Ing. Dirk De Waele over de verschillen AARTSELAAR. We legden Ing. Dirk De Waele ook enkele vragen voor over ingenieurs bij de overheid en in de privésector. Welke verschillen hij daarin ziet?
Maakt Aquafin een onderscheid tussen de verschillende soorten ingenieurs? “Wij hebben geen niveauverschil tussen industrieel en burgerlijke ingenieurs, zoals bij de overheid. Wij werken met een competentiemodel en we hebben één functiebeschrijving, die van toepassing is op alle ingenieurs. Wat telt, is de manier waarop je de functie invult, de competenties. Dat zal het verschil maken. Als je je functie goed invult, kun je snel doorgroeien. Burgerlijke en bio-ingenieurs stappen wel iets hoger in.” Stappen zij iets hoger in, omdat ze een vijfjarige opleiding hebben gekregen? “We moeten toegeven dat zij een iets sterkere theoretische bagage hebben. Als zij iets hoger op de ladder instappen, dan heeft dat inderdaad voor een stuk met opleiding te maken, maar dat kan op vrij korte termijn – vier, vijf jaar – geëgaliseerd worden, ook inzake loon. Men heeft hier ook geen aparte titels. Het zijn allemaal projectleiders.”
De overheid heeft een vast systeem van weddeschalen. Is dat nefast om ingenieurs aan te werven? “Ik denk het niet. De startvoorwaarden bij de overheid zijn zelfs beter. De overheid betaalt starters beter, maar heeft een veel vlakkere loopbaan. Bij een aannemer begin je met een lagere wedde, maar de extralegale voordelen zijn vaak iets uitgebreider. Het groeigedeelte is daar iets hoger. Bij een studiebureau of een bouwheer zoals Aquafin heb je vlakke structuren, maar een belangrijke horizontale mogelijkheid.” Betalen jullie beter dan de overheid om ingenieurs aan te werven? Zijn de barema’s verschillend? Wij noemen het geen barema’s. Binnen onze functiebeschrijvingen heb je verschillende competentieniveaus: starter, bevestigd, ervaren, specialist of rolmodel. We willen onze mensen minstens tot het niveau ‘ervaren’ brengen. Voor verdere doorgroei is eigen initiatief heel belang-
“ Sommigen zetten nog altijd Ing. of ir. voor hun naam, maar dat is zeker geen richtlijn. Dat is eigen keuze. Ik hou niet vast aan titels. Het doen, de prestaties, de jobinvulling: dat is belangrijk.”
rijk. Rolmodellen zijn mannen en vrouwen die je naar de oorlog kunt sturen, mensen die het merk Aquafin overal uitdragen. Een specialist is ervaren, kan zelfstandig volledig zijn job doen en creëert meerwaarde voor zijn collega’s. Een ervaren iemand doet zijn job zelfstandig, informeert, rapporteert aan zijn chef en zoekt zelf oplossingen. Aan de verschillende niveaus zijn verschillende weddecurves verbonden, waarvan wij garanderen dat iedereen een minimum krijgt. Goed presteren brengt je dan boven een bepaalde lijn of niet. Een beginnend iemand is een starter. Iemand met veel jaren relevante ervaring kan als ervaren binnenkomen. Dat evalueren we: waar sta je, wat zijn de verwachtingen, wat moet je bijsturen? Om de twee jaar evalueren we om te kijken of je gegroeid bent of welke elementen je nog moet bijwerken.” Zijn er diplomavereisten verbonden aan bepaalde functies?
Twee stellingen We legden Ing. Dirk De Waele twee stellingen voor. 1. Studiebureaus die voor de overheid werken, bestaan voor 90% uit industrieel ingenieurs, maar voor dezelfde taken werft de overheid burgerlijke ingenieurs aan. “Daar heb ik een vrij goed zicht op. Volgens mij zit er bij de studiebureaus een vrij goede mix van ingenieurs. Ook daar werkt men meestal met competenties en niet met diploma’s. Soms is dat misschien nog zo, maar ik heb toch een meer genuanceerd beeld van studiebureaus.”
2. Bij de overheid werken alleen jonge ingenieurs die niet in de privé terechtkunnen? “Aquafin verliest mensen aan de overheid, aan aannemers en aan studiebureaus. We komen veel met de overheid in contact. We voelen ons niet minder of niet meer. Het is een andere manier van omgaan met personeel, ook met aanwervingen bijvoorbeeld. Ik zie bij de overheid nu toch ook veel jonge, capabele mensen die bewust voor de overheid kiezen. Ik vind dat niet zo zwart-wit.”
“Nee, bij de overheid bestaat dat nog wel: voor een bepaalde functie moet het een bepaald opleidingsniveau zijn. Bij onze projectleiders zitten ook niet-ingenieurs, zelfs mensen zonder universitair diploma en we zijn daar heel tevreden over. Precies daarom hebben we de vroegere functiebenaming ‘projectingenieur’ veranderd in ‘projectleider’. Vooral het coördinerende aspect van de functie is heel belangrijk. Sommigen zetten nog altijd Ing. of ir. voor hun naam, maar dat is zeker geen richtlijn. Dat is eigen keuze. Ik hou niet vast aan titels. Het doen, de prestaties, de jobinvulling: dat is belangrijk. Dat is wel een verschil met de overheid.”
Tekst: Luc VANDER ELST
I-mag juni-juli 2010
34
netwerk
In memoriam
Ing. Jan Wauters MSc Op 23 april 2010 overleed Ing. Jan Wauters in Hofstade. Met Jan ontvalt ons een vriend en een man die in de wereld van de technisch en industrieel ingenieurs mee geschiedenis heeft geschreven. Na de wetenschappelijke A in het Koninklijk Atheneum Pitzemburg van Mechelen behaalde hij in het SITO Mechelen in juni 1965 het diploma van technisch ingenieur in de mechanica. Rond oktober 1968 ging Jan deel uitmaken van het bestuur van de toenmalige Associatie voor Technisch Ingenieurs van het Stedelijk Onderwijs van Mechelen. Na een paar jaar meegedraaid te hebben in het lokale bestuur van de schoolvereniging werd hij afgevaardigd naar de Nationale Unie voor Technisch Ingenieurs in Brussel. Jan viel toen al op door zijn rustige en krachtdadige stijl. Al snel liet hij zich opmerken door zijn grondige dossierkennis. Het duurde niet lang of hij was een belangrijke medewerker in de Commissie Openbare Diensten. Dat lag in het verlengde van zijn beroepsloopbaan bij de Belgische Regie der Posterijen, ‘de Zegel’ aan het station in Mechelen. De tijd en de energie die Jan in de ingenieursvereniging investeerde, kan moeilijk precies worden ingeschat, maar de resultaten daarvan zijn in elk geval een duidelijke exponent. Naast zijn activiteiten bij de Nationale Unie in Brussel bleef Jan ook heel nauw betrokken bij de plaatselijke werking van de Atisom. In Mechelen trok hij mee aan de kar tijdens de voor de vereniging woelige beginjaren ’80. Als penningmeester maakte hij via een duidelijke budgetopmaak en een werkbare structuur van inkomsten en uitgaven de verenigingskas gezond met een batig saldo. Zijn voorgangers hadden er alleen maar van durven dromen. Jan zorgde er mee voor dat de aanvankelijke groep van individualisten werd omgevormd tot een samenhangend en goed draaiend team, waar kameraadschap en samenhorigheid tot op vandaag de drive uitmaken bij de organisatie van de vele activiteiten. Vanaf 1986 timmerde hij samen met de Mechelse ploeg en met de verenigingen van Antwerpen, Gent, Hasselt, vertegen-
woordigers van de Vlaamse Vereniging voor Technisch en Industrieel Ingenieurs en van het Studiecentrum voor Techniek en Ingenieurswetenschappen aan de weg, die in 1990 is uitgemond in de oprichting van de huidige Vlaamse Ingenieurskamer. In deze nieuwe constructie was hij, tot zijn ziekte het hem eind vorig jaar onmogelijk maakte, een gedreven lid van de Raad van Bestuur en gedurende ruim 10 jaar nam hij het voorzitterschap waar van de commissie Openbare Diensten. Samen met zijn collega’s werkte hij mee aan de erkenning van het diploma van de industrieel ingenieur in de openbare besturen. Ook controleerde hij gedurende vele jaren mee de nationale rekeningen als kascommissaris en was hij lid van de raad van penningmeesters. Sinds 1993 nam Jan het voorzitterschap waar van de Mechelse afdeling van de Vlaamse Ingenieurskamer. Tijdens de daaropvolgende periode zette hij onder meer een samenwerking op met de Vlaamse academici van Mechelen. Tenzij hij voor de Post op een van zijn talrijke missies in het buitenland was, was hij steeds aanwezig bij de activiteiten. Ook leidde hij meerdere keren groepen bezoekers van de Vlaamse Ingenieurskamer rond in ‘zijn postbedrijf’, waar hij niet zonder terechte fierheid de geschiedenis en de vervaardiging van de Belgische postzegel toelichtte. Het jarenlang ijveren om tot een goede samenwerking te komen met het hoger instituut De Nayer en zijn afgestudeerden, kreeg vooral gedurende de laatste twee jaren een positieve respons. Ook daar heeft Jan het pad geëffend voor een verdere hechte samenwerking. Jan is een voorbeeld voor jong en oud. Nooit gebruikte hij hoogdravende taal. Steeds legde hij op een duidelijke en klare wijze zijn standpunten voor aan de vergadering; vroeg hij het idee van de anderen daaromtrent; nam hij in consensus beslissingen en werkte hij consequent mee aan de uitvoering ervan. Al meerdere jaren had hij gevraagd om afgelost te worden als voorzitter van de
35
Mechelse afdeling van de Vlaamse Ingenieurskamer, maar elke keer speelden we het klaar om onze goede en goedlachse voorzitter er nog een jaartje langer aan te houden. Ook in maart 2009 hebben we hem dat nog gelapt. Toen hij in december van vorig jaar niet meer de kracht had om naar de vergaderingen te komen, was het zijn grote zorg om de opvolging te verzekeren. Begaan met de continuïteit van onze vereniging als geen ander, besprak hij tijdens mijn bezoeken met veel engagement de mogelijkheden en maakten wij afspraken om zijn voornemen ten uitvoer te brengen. Ook daar is hij met glans in geslaagd. Ik geloof niet dat wij hier overdrijven om Jan, die gedurende meer dan 40 jaar veel van zijn tijd en zijn energie heeft gespendeerd in het verenigingsleven en de verdediging van de beroepsbelangen van de Vlaamse technisch en industrieel ingenieurs en die een echte ambassadeur voor ons was buiten de vereniging, de status van monument toe te dichten. In elk geval zullen wij Jan blijven herinneren en waarderen als een prachtige en warme mens, een goede vriend en een ware collega-ingenieur die zeer goed het belang besefte van een team en die bovendien het verstand en de kracht had om het allemaal in goede banen te leiden. Jan, … bedankt dat wij van dit alles de bevoorrechte getuigen mochten zijn! Rust in vrede! Namens de VIK-vrienden van de afdeling Mechelen. Ing. Fred DE HAES MSc
I-mag juni-juli 2010
netwerk
Ingenieursopleiding met twee snelheden Eerste Franstalige ingenieurs afgestudeerd na vijfjarige opleiding BRUSSEL. De term ‘technowetenschappen’ werd geïntroduceerd in de jaren ’70 van de vorige eeuw. De term moest de kloof dichten tussen wetenschap en techniek. Wetenschappelijke ontdekkingen en technische uitvindingen hebben immers de evolutie van de mensheid getekend
De geschiedenis van de ingenieur en de ingenieurswetenschappen wordt vaak opgehangen aan enkele markante figuren die zich in de loop der eeuwen profileerden als ‘ingenieurs avant la lettre’. De Italiaan Leonardo da Vinci wordt wel vaker beschreven als het prototype van de ingenieur en de uitvinder. De Vlaming Simon Stevin was een van de eerste ingenieurs op het vlak van versterkingen en kanalen. In 1600 richt hij in Leiden de eerste school op voor militaire ingenieurs. De modernere versie van de ingenieur ontstaat in het midden van de 18de eeuw met de eerste industriële revolutie. De voortrekkers bevinden zich in GrootBrittannië, België en Noord-Frankrijk. Duitsland en de Verenigde Staten volgen zowat een eeuw later. De titel ‘burgerlijk ingenieur’ danken we aan John Smeaton (1724-1792), een Engelse ingenieur, die in 1771 de ‘Society of civil engineers’ opricht. In België zijn het vooral William Cockerill en Lieven Bauwens die instaan voor de technologische en industriële vernieuwing. In 1817 zien de rijksuniversiteiten van Luik en Gent het levenslicht. Privé-initiatief ligt aan de basis van de Vrije Universiteit Brussel in 1834. Even later - in 1837 en 1838 - ontstaan de eerste ingenieursscholen in het zog van de universiteiten van Luik en Gent. De studies duren drie jaar en de afgestudeerden dragen de titel ‘civil ingenieur’. Daarnaast zijn er ook opleidingen die twee jaar duren en leiden tot de titel ‘industrieel ingenieur’, in geen enkel opzicht te verwarren met de huidige titel, zoals die werd vastgelegd in 1977. In de daaropvolgende periode ontstaan er in Wallonië scholen die nauw aanleunen bij de opleiding van industrieel ingenieurs. I-mag juni-juli 2010
Vlaanderen volgt pas in 1922 met de eerste school voor technisch ingenieurs in Mechelen. Oostende volgt in 1928. Vanaf 1919 bedraagt de studieduur drie jaar en de graad van ‘technisch ingenieur’ wordt gangbaar, maar die nieuwigheden worden pas geofficialiseerd in 1933, wanneer ook de titel van ‘technisch ingenieur’ wordt beschermd. In de jaren’60 wordt het industriële landschap vooral onder impuls van Japan en de Verenigde Staten aanzienlijk hertekend. Er zijn nieuwsoortige ingenieurs nodig en de nood aan hoogopgeleide ingenieurs neemt toe. Vanaf de jaren ’80 grijpt de staat meer in het onderwijs in en de hervormingen rijgen zich aaneen. De eerste federalisering van ons staatsbestel krijgt vorm in de jaren ’70 en beïnvloedt de evolutie van het onderwijs boven en onder de taalgrens. De wet van 7 juli 1970 legt de algemene structuur van het onderwijs in België vast. Het hoger onderwijs van het korte en van het lange type ontstaan. Het onderwijs van het lange type is van universitair niveau en beslaat twee keer twee jaar. Dat van het korte type neemt twee tot drie jaar in beslag en is van nietuniversitair niveau. Vanaf 1977 kan men in Wallonië voor technisch ingenieur studeren aan 25 ‘Instituts supérieurs industriels’en in Vlaanderen aan 30 instellingen. Het is een belangrijke wending, want de opleiding is er van het lange 36
type met twee cycli van twee jaar. De titel van industrieel ingenieur wordt officieel beschermd en een ‘assimilatiecommissie’ wordt voor een periode van vijftien jaar geïnstalleerd om de technische ingenieurs de mogelijkheid te bieden hun titel te laten valideren met die van ‘industrieel ingenieur’. In de jaren ’90 lokken de studies duizenden jongeren. Het aantal studenten industrieel ingenieur was over de jaren heen gemiddeld het dubbele van dat voor burgerlijk ingenieur. Eind van de jaren ’90 leidt de toenemende internationalisering van het ingenieursberoep tot een Europese afstemming van de onderwijsmodellen. Bologna legt een opleiding op van drie jaar bachelor, gevolgd door twee jaar masteren minimum drie jaar voor een doctoraat. Vijf jaar geleden paste Wallonië zich in dat schema in en vorig jaar studeerden de eerste masters in de industriële wetenschappen af, na een vijfjarige opleiding. Vlaanderen blijft op dat vlak achterop. Maar de geschiedenis staat niet stil: de universiteiten hergroeperen zich in academies en ‘polen’ in de Franse Gemeenschap en associaties in Vlaanderen Deze tekst is een samenvatting van twee toespraken in december 2009 bij de uitreiking van de eerste diploma’s na een vijfjarige opleiding in Franstalig België. De volledige tekst vindt u terug op de website van de VIK.
studiegroepen ACTIVITEITEN
BEDRIJFSBELEID
PIPING EN LASTECHNIEKEN
Project strategisch innoveren
IWT-Tetra-project ‘microweerstandlassen’
dinsdag 15 juni 2010
dinsdag 5 oktober 2010
Eerst denken, dan doen. De subsidies liggen klaar!
Hoe zeer kleine en fijne objecten en draadjes lassen?
Trok uw kmo de nodige lessen uit de economische crisis? Hebt u een antwoord klaar op nieuwe kansen? Volgt de rest van uw organisatie uw inspanning?
Onze collega's van de De NayerHogeschool in Mechelen hebben de laatste twee jaar baanbrekend onderzoek verricht in samenwerking met Vlaamse kmo's: het IWTTetra-project 070111 Microweerstandlassen.
De crisis zet onze kmo’s op scherp. Verbeterpunten zijn gezocht en gevonden. Enkele voorbeelden: doorloop- en insteltijden inkorten, planningsmodules nauwgezetter naleven, communicatielijnen beter afstemmen, nacalculaties effectief uitvoeren, klanten op hun rendement evalueren. Vlaanderen In Actie roept op tot actie om van Vlaanderen een topregio te maken. De Vlaamse Ingenieurskamer (VIK) vzw en de universiteit van Hasselt bieden u de unieke kans om deel te nemen aan het EFRO-project SI-Vlaanderen in samenwerking met Vlerick Management School en gesteund door Vlaanderen in Actie (VIA2020). Zie ook www.strategischinnoveren.be.
Dr. Tinne Lommelen
Het microlassen is een belangrijk toepassingsdomein van de weerstandlastechniek waarin het laatste decennium weinig tot geen onderzoek verricht is. Dit IWT-Tetra-project omvat zowel de uitwerking van specifieke cases voor bedrijven als algemeen onderzoek in de vorm van literatuurstudies over lastoestellen en materialen. Sprekers: • Ing. Patrick Van Rymenant MSc, EWE/IWE, is projectleider en geeft een korte inleiding over de onderzoeksgroep lastechniek.
Wilt u een van de 250 Vlaamse kmo’s zijn die gesteund worden bij het bepalen en uitvoeren van hun strategie? Dan kunt u tijdens dit evenement kennismaken met de praktische en financiële voordelen. De subsidies liggen klaar!!
• Ing. Steven Severijns MSc, EWE/IWE, is projectingenieur bij de onderzoeksgroep ‘lastechniek’ van de Hogeschool voor Wetenschap & Kunst - campus De Nayer.
• PRAKTISCH
Sprekers: • dr. Tinne Lommelen, projectcoördinator Universiteit Hasselt. Zij gaat dieper in op hoe zo’n project verloopt en ze licht de subsidieregeling voor kmo’s toe.
Plaats: VIK-huis, Herentalsebaan 643, Wommelgem. Datum: dinsdag 5 oktober 2010 om 20 uur. Sprekers: Ing. Patrick Van Rymenant MSc en Ing. Steven Severijns MSc. Kostprijs: 10 euro voor VIK-leden; 15 euro voor medewerkers van bedrijfsleden; 25 euro voor niet-leden. Broodjes en uitgebreid drankenbuffet inbegrepen. U kunt uw inschrijving kosteloos annuleren tot 48 uur voor aanvang van de activiteit. Daarna is de volledige deelnameprijs verschuldigd. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VOPPL11010.
• Erik en Tim Witters, zaakvoerders firma Interboring bvba. Zij namen deel aan het project en vertellen welke verbeteringen ze gerealiseerd hebben. • An Rubens, zaakvoerder The Productivity Factory. Zij is organisatieadviseur en erkend uitvoerder van dit project via het consortium BundelBiz. Zij licht de praktische meerwaarde toe
• PRAKTISCH Plaats: Huis van de Bouw, Tramstraat 59, Zwijnaarde. Datum: dinsdag 15 juni 2010 van 20 tot 22 uur. Kostprijs: 10 euro voor VIK-leden; 15 euro voor medewerkers van bedrijfsleden; 25 euro voor niet-leden. Broodjes en uitgebreid drankenbuffet inbegrepen. U kunt uw inschrijving kosteloos annuleren tot 48 uur voor aanvang van de activiteit. Daarna is de volledige deelnameprijs verschuldigd. Kosten te betalen vóór 10 juni op rek. nr. 406-0098502-57 van VIK Vorming in Wommelgem met de vermelding ‘BED 15.06.2010’. Uw inschrijving is pas definitief na ontvangst betaling. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VOBED10610.
TECHNISCH-COMMERCIEEL Afkicken van e-mail dinsdag 28 september 2010 Hoeveel e-mails belanden er dagelijks in uw ‘postvak in’? Tussen al die elektronische berichten zitten hoogstwaarschijnlijk veel onnodige en slordig geschreven boodschap-
37
I-mag juni-juli 2010
pen. Bovendien forwarden en cc’en we er duchtig op los. Wie vindt nog de tijd om al die ‘lastpost’ grondig en geconcentreerd te verwerken? Wie ergert zich nooit aan de stortvloed van overbodige berichten?
Juist reageren om je doel te bereiken… dinsdag 23 november 2010 Hoe emotionele intelligentie je kan helpen effectief af te stemmen en verbinding te maken met verschillende persoonlijkheden. • Het is voor mij zo helder als pompwater en toch begrijpen ze het niet! • Het is toch de evidentie zelf! Waarom doen ze het dan niet? • Wat ik ook doe, ik krijg niet de gewenste reactie. • Bepaalde mensen slagen er steeds in hun scherpe kantjes te laten zien. • Hoe moet ik hem/haar benaderen, opdat hij/zij doet wat ik verwacht?
Gunnar Michielssen
Afkicken van e-mail is een korte en krachtige sessie, waarmee Gunnar Michielssen u helpt om de e-mailcultuur, waar nodig, bij te sturen. Bij uzelf, maar misschien ook bij uw collega’s en uw hele bedrijf. In nauwelijks twee uur leert u dit communicatiemiddel tactischer in te zetten, zodat de productiviteit op het werk sterk stijgt. Zo ontdekt u onder meer: • hoe u de hoeveelheid verzonden mails in één dag met 20% vermindert; • waarom cc en forward niet altijd goede ideeën zijn en wanneer u die functies absoluut moet vermijden; • hoe uw collega’s psychologisch gedwongen worden om alsmaar meer te mailen en sneller te reageren; • hoe elektronische non-berichten als een boemerang terugkeren; • waarom niemand uw mails leest maar hooguit scant en hoe u daar best rekening mee houdt; • hoe u uw onderwerpregels meer punch geeft met 5 simpele tips.
Gedachten die bij iedereen wel eens door het hoofd flitsen. Zij hebben te maken met hoe we naar dingen kijken, de perceptie, en wat we ermee doen, ons voorkeurgedrag. Inzicht krijgen in de manier van waarnemen en in het voorkeurgedrag van ons en anderen (de persoonlijkheid), helpt om effectief te leren afstemmen en verbinding te maken. Dat doen we om: • met de mensen voor en met wie we werken sneller en betere resultaten bereiken. • de mensen die we leiden en aansturen beter te coachen om het beste van zichzelf te geven. • ons gedrag optimaal bij te sturen tijdens interacties met anderen in situaties van begroeten, communiceren in het algemeen, feedback geven, leiding geven, verkopen, timemanagement, ...
Feiten over afkicken van e-mail: • meer dan 7.500 deelnemers sinds begin 2008; • het meest succesvolle bedrijfsseminar in Vlaanderen en Nederland; • quotering door deelnemers: - inhoud: 88% - overal: 88% - docent: 92 %
Insights discovery is een uiterst pragmatisch typologiemodel, gebaseerd op de theorie van Carl Gustav Jung, de vermaarde psycholoog. Deze in de praktijk makkelijk toepasbare tool kan de basis vormen voor al de trainings- en coachtrajecten. Het model geeft inzicht in je eigen gedragsvoorkeuren en in die van anderen.
Over de trainer Gunnar Michielssen geeft al 10 jaar trainingen over bedrijfscommunicatie. Hij studeerde rechten en economie en adviseert bedrijven over efficiënte communicatiecultuur. Zijn handelsmerk: de inhoud is ernstig, de verpakking fun. Zie ook www.gunnarmichielssen.be
Kristien Rogier
Kristien Rogier is geaccrediteerd licentiehouder en practitioner van Insights Discovery®. In haar dienstverlening streeft zij met inpare | empowering people to success een aantal waarden na.
• PRAKTISCH Plaats: Hotel Ramada Plaza Antwerp, Desguinlei 94, Berchem. Datum: dinsdag 28 september 2010 om 20 uur, verwelkoming vanaf 19.30 uur. Na de lezing receptie en netwerking tot 23 uur. Spreker: Gunnar Michielssen. Kostprijs: 10 euro voor VIK-leden; 15 euro voor medewerkers van bedrijfsleden; 25 euro voor niet-leden. Broodjes en uitgebreid drankenbuffet inbegrepen. Annuleren van een inschrijving kan kosteloos tot 48 uur voor de activiteit. Daarna is de volledige deelnameprijs verschuldigd. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VOTCM10910.
I-mag juni-juli 2010
www.inpare.be
• PRAKTISCH Plaats: Hotel Ramada Plaza Antwerp, Desguinlei 94, Antwerpen. Datum: dinsdag 23 november 2010 om 20 uur, verwelkoming vanaf 19.30 uur. Na de lezing receptie en netwerking tot 23 uur. Spreker: Kristien Rogier, zaakvoerder - consultant – trainer – coach.
38
ACTIVITEITEN
Kostprijs: 10 euro voor VIK-leden; 15 euro voor medewerkers van bedrijfsleden; 25 euro voor niet-leden. Broodjes en uitgebreid drankenbuffet inbegrepen. U kunt een inschrijving kosteloos annuleren tot 48 uur voor aanvang van de activiteit. Daarna is de volledige deelnameprijs verschuldigd. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VOTCM11110.
21.30 uur: Graphical Systems: demo GHS-oplossing (Eric Bonten, general manager) 22.00 uur: vraagstelling, netwerking en drink in de cafetaria.
• PRAKTISCH Plaats: VIK-huis, Herentalsebaan 643, Wommelgem. Datum: donderdag 10 juni 2010 - ontvangst vanaf 19.30 uur. Sprekers: An Van Ginderachter, Paul De Clerck en Eric Bonten. Kostprijs: 10 euro voor VIK-leden; 15 euro voor medewerkers van bedrijfsleden; 25 euro voor niet-leden. Broodjes en uitgebreid drankenbuffet inbegrepen. U kunt uw inschrijving kosteloos annuleren tot 48 uur voor aanvang van de activiteit. Daarna is de volledige deelnameprijs verschuldigd. Inschrijving vereist: VIK-secretariaat. Referte: VOVEM10610.
VEILIGHEID EN MILIEU De nieuwe GHS-norm donderdag 10 juni 2010 Etiketteersysteem chemische industrie verandert. De nieuwe ‘globaal harmonisatiesysteemnorm’ (GHS-norm) is vanaf 1 december 2010 ook van kracht voor de Europese chemie-industrie.
AGENDA BIJEENKOMSTEN
Oude pictogrammen met oranje achtergrond worden pictogrammen in roodomrande ruiten. Momenteel zijn er zeven pictogrammen. Dat worden er binnenkort negen. De nieuwe EU-GHS-norm vervangt de R(isk- en S(afety)-zinnen van de Stoffenrichtlijn door H(azard) en P(recautionary)-zinnen (gevarenaanduiding en voorzorgsmaatregelen). De etiketafmetingen worden vastgelegd naargelang de verpakkingsinhoud.
Studiegroep Bedrijfsbeleid 15-jun-10 Project Strategisch Innoveren Vlaanderen, Zwijnaarde, 20 uur 19-okt-10 Lezing: integrated engineering, VIK-huis, 20 uur 16-nov-10 Lezing: Sprookjes, een scheidslijn trekken tussen goede en kwade sprookjes, VIK-huis, 20 uur Studiegroep Piping, pijpleidingen en lastechnieken 7-sep-10 Stuurgroepvergadering, VIK-huis, 19.30 uur 5-okt-10 IWT-Tetraproject: microweerstandlassen, VIK-huis, 20 uur
Ibeve vzw, expert in veiligheid, informeert en klaart de nieuwe GHS-norm voor u uit! GraphicAll Systems en Toshiba Tec bieden u graag de oplossing aan voor uw etiketteerbehoeften. Via volgende url krijgt u alvast een voorsmaakje: http://www.gramhicall.com/ghs-printing/video.html
Studiegroep Technisch-commercieel 28-sep-10 Afkicken van e-mail: snel naar een nieuwe e-mailcultuur, Antwerpen, 20 uur 23-nov-10 Lezing: Hoe juist reageren om je doel te bereiken, Antwerpen, 20 uur
• PRAKTISCH 19.30 uur: ontvangst deelnemers in de cafetaria. 20.00 uur: Ibeve informeert over GHS (An Van Ginderachter, adviseur chemische agentia) 20.45 uur: Toshiba Tec: toelichting printsystemen onder GHS (Paul De Clerck, channel manager)
Studiegroep Veiligheid en milieu 10-jun-10 Lezing: De nieuwe GHS-norm, VIK-huis, 20 uur
Uw advertentie op deze pagina? • We ruimen plaats in voor de publiciteit van uw bedrijf. • Verspreid uw boodschap bij 1.000 Meer weten? decision makers in bedrijven Neem gerust en vrijblijvend contact op en 10.000 ingenieursgezinnen! met de Vlaamse Ingenieurskamer: • Bereik uw consumenten, maar verzorg Francine Demaret - 03 259 11 09
[email protected] ook uw business-to-business.
39
I-mag juni-juli 2010
VIK V orming VIK V orming
Fellow in gerechtelijke expertise vanaf zaterdag 4 september 2010 Fellow in gerechtelijke expertise: academici die expertiseopdrachten willen uitvoeren.
• De praktijk – expertise afhandeling • Administratief • De rechter • Basisgegevens (keuringsorganismen,
De nood aan competentie neemt iedere dag toe in een steeds complexer wordende maatschappij. De juiste technische expertise vinden is niet eenvoudig, aangezien er in elke regio grote vraag is naar experts die zowel technisch als juridisch onderlegd zijn. Komt daarbij dat de expert meestal niet bekend is en over geen officiële erkenning beschikt.
analysemogelijkheden en laboratoria)
• Praktijkgevallen • Specifieke deskundigen • Schadeberekening • Ondersteunende opleiding • Psychologie • Fiscaliteit en verzekeringen • Eindwerk
Technische expertise kan hulp bieden in tal van gespecialiseerde materies en specifieke situaties. Denk daarbij aan de afhandeling op het vlak van justitie, aan arbitrage of bemiddeling bij betwistingen in industriële of contractuele omstandigheden en ook aan de afhandeling van schadeclaims bij verzekeringen of bij discussie tussen partijen.
De deelnemers worden geëvalueerd aan de hand van de voorstelling van een uitgewerkt (fictief) project dat individueel voor een jury zal verdedigd worden. Tijdens de opleiding krijgt de deelnemer de nodige ondersteuning (o.a. door een rollenspel) om het eindwerk tot een goed einde te brengen. Bij positief resultaat krijgt de deelnemer het certificaat van Fellow in gerechtelijke expertise masterclass VIK-Certified®.
• PROGRAMMA • Basis/procedure • Algemene verklaring van begrippen zoals expertise, expert, expertiseverslag
• Organisatie en structuur van het gerecht, proces en
• PRAKTISCH
procedures, partijen en hun raadsleden, vormvereisten, wraking en tegensprekelijkheid • Nieuwe wetgeving inzake het deskundigenonderzoek • Aanstelling, verslagen, termijnen, besluiten
aanvang van de lessen op zaterdag 4 september 2010. De opleiding loopt tot 18 december 2010. De eindwerkverdediging is gepland in februari 2011. Info: www.vik.be/FGE of
[email protected] of 03 259 11 06.
Medewerkers coachen vanaf dinsdag 28 september 2010 De zekere weg naar zelfstandige en zelfmotiverende mensen.
alle deelnemers worden tips, algemene regels en een theoretisch kader gevonden.
• • • • • • •
In deze als workshop opgevatte cursus ontwikkelen wij samen een nieuwe visie op leidinggeven en werken aan concrete aandachtspunten, zodat u: • Sterkere en slagvaardigere medewerkers krijgt • Over meer tijd beschikt om echte managementstaken te vervullen • Een team heeft dat zich mee verantwoordelijk voelt voor de doelstellingen • Over beter gemotiveerde medewerkers beschikt
PROGRAMMA Is coachen begeleiding of controle? Hoe bepaal ik doelstellingen en hoe motiverend zijn ze? Ben ik nog wel de baas? Iedereen is verschillend, dus ook de wijze van coachen Hoe houd ik mijn medewerkers een spiegel voor? Concrete vaardigheden en te vermijden valkuilen
Docent: Rudi Baert, L&AD.
• PRAKTISCH De cursus verandert de tijd die u investeert in de begeleiding van uw medewerkers, van een vervelende klus in een rendabele activiteit. De actieve inbreng van de deelnemers is het fundament waarop wordt voortgebouwd. Vanuit de concrete ervaringen van
I-mag juni-juli 2010
dinsdagen 28 september; 5, 12, 19 en 26 oktober 2010 telkens van 19 tot 22 uur, VIK-huis, Wommelgem. Info: www.vik.be/node/530 of
[email protected] of 03 259 11 06.
40
VIK V orming VIK V orming
Symposium Betrouwbare machinebesturingen: PL of SIL? donderdag 30 september 2010
• PROGRAMMA 09.00 uur: 09.30 uur: 09.35 uur:
09.45 uur: 10.45 uur: 11.20 uur: Eind 2009 werden een heleboel Europese richtlijnen aangepast. Ook nieuwe normen werden in gebruik genomen, zoals de EN IEC 62061. Vanwaar die nieuwe norm? Wat met de vorige norm: de EN 954-1. Waarom voldeed die niet meer? Voor velen onder ons was hij toch zeer concreet. We wisten hoe we hardwarematig een beveiligingskring Cat2 moesten uitbouwen. De do’s en don’ts werden duidelijk beschreven.
11.50 uur: 13.15 uur:
14.15 uur: 15.00 uur: 15.30 uur:
Hoe zit het dan nu met de EN IEC 62061 en de ISO 13849? Wat zijn nu de nieuwe effecten van die normen? Want de nieuwe ontwikkelingen op elektronica- en softwaregebied in veiligheidskringen hebben ertoe geleid dat de EN 954-1 niet meer voldoet. Met behulp van de ISO 13849-1 en EN IEC 62061 kunnen ontwerpkeuzes worden gemaakt voor een veilige machinebesturing. Daarbij wordt niet alleen rekening gehouden met het systeemgedrag, maar ook met de faalkans van de hardware en de software.
16.15 uur: 16.30 uur:
Ontvangst en registratie. Inleiding, prof. dr. ir. Geert Deconinck, voorzitter BIRA. De relatie tussen de normen ISO14121-1, ISO13849-1 en EN62061, Ing. Franky De Witte, senior consultant Amelior. Functionele veiligheid volgens EN ISO 13849-1, Ing. Dirk Van Mechelen, zaakvoerder Prosave. Pauze. ISO 13849-1 praktische toepassing, Rudi van Beeumen, functional safety, Schmersal. Lunch. Wat is er nu zo anders aan de EN 62061? Kristophe Van Immerseel en Koen Chielens, Aib-Vinçotte. Case volgens de EN 62061, Ing. Jan Franck, safety systems engineer, Pilz Belgium. Pauze. Sensibilisering m.b.t. verantwoordelijkheden en aansprakelijkheden, Ing. Franky De Witte, senior consultant Amelior. Vragenronde. Panel sprekers. Afronding en drink.
• PRAKTISCH De ISO 13849 bepaalt daarvoor een performance level, de EN IEC 62061 een safety integrity level.
Plaats: VIK-huis, Herentalsebaan 643, Wommelgem. Datum: donderdag 30 september 2010 om 9 uur. Organisatie: VIK-studiegroep Regeltechnieken & BIRA. Kostprijs: 225 euro voor VIK-leden; 190 euro voor VIK-leden uit onderwijs en overheid; 270 euro voor niet-leden. Info en inschrijving: www.vik.be of
[email protected]
Deze studiedag biedt u inzichten in het aanvullend karakter van de heersende normen en licht het gebruik toe aan de hand van praktische cases.
I-mag juni-juli 2010
42
VIK V orming VIK V orming
Fellow bouwmanager succesvol afgerond Start 15de promotie op vrijdag 10 september 2010 Begin september start VIK Vorming, in samenwerking met de Vlaamse Confederatie Bouw, met de 15de promotie van de Fellow bouwmanager. Eind april werd de 14de promotie op feestelijke wijze afgesloten.
Na een glaasje gaf de heer Marc Dillen (directeurgeneraal VCB) een uiteenzetting over de uitdagingen voor de bouwmanager. Bouwen is meer en meer een samenspel van bouwproces, energie en ecologie. De nieuwe Europese doelstelling stelt zelfs dat tegen 31 december 2020 alle nieuwe gebouwen ‘nearly zero-energy’ moeten zijn. Na de uiteenzetting kregen alle 14 cursisten die een eindwerk en een case hadden ingediend en slaagden in een mondelinge verdediging, hun certificaat uitgereikt van Ing. Guy Roymans (programmavoorzitter).
Programmavoorzitter Ing. Guy Roymans.
Fellow bouwmanager: de laureaten van promotie 14.
Marc Dillen, directeur-generaal Vlaamse Confederatie voor de Bouw.
Ing. Joris De Kesel krijgt als eerste laureaat een blackberry uit handen van Ing. Carlo Janssen.
Fellow bouwmanager
De drie laureaten werden extra beloond voor hun inspanningen: derde laureaat Ing. Igor Boutorin ontving een kist wijn van Ing. Paul Bertels, gedelegeerd bestuurder VIK, tweede laureaat Griet Provoost een schilderij uit handen van programmadirecteur Ing. Guy Roymans en eerste laureaat Ing. Joris De Kesel kreeg een blackberry overhandigd door Ing. Carlo Jansen en geschonken door het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen.
Een geïntegreerde kijk op de managementfunctie in de bouwsector
Na de proclamatie volgde er een walking dinner en was er mogelijkheid tot netwerking met alle genodigden.
Het programma omvat: algemeen strategisch management in de bouw, financiële aspecten, milieu & duurzaam bouwen, kwaliteitsbeleid in de bouw, veiligheid, aankoopbeleid, commercieel beleid, juridische aspecten, bouwprojecten in internationale context, logistiek, human resources, management van bouwprojecten, informatica, werforganisatie en -beheer.
Hebt u interesse om deel te nemen aan de opleiding Fellow bouwmanager?
• PRAKTISCH
Dat kan! U kunt zich nog inschrijven voor de 15de promotie die op vrijdag 10 september 2010 van start gaat. Kijk op onze website www.vik.be/fbm of neem contact op met VIK Vorming.
start op vrijdag 10 september, 60 sessies, telkens op vrijdagavond (19 tot 22 uur) en zaterdagvoormiddag (9 tot 12 uur) in het VIKhuis, Wommelgem. Info: www.vik.be/fbm of
[email protected] of 03 259 11 06.
43
I-mag juni-juli 2010
VIK V orming VIK V orming
Duurzaam bouwen Energetische optimalisatie van bouwconstructies en installaties NIEUW
wordt nagegaan hoe er energetisch kan geoptimaliseerd worden, wat er precies verbruikt wordt tegen welke kosten en hoeveel de investeringen zullen opbrengen.
Duurzaam bouwen is een actueel thema, dat gezien kan worden als een grote noemer met vele deelcomponenten. De cursus gaat dieper in op de beheersing van de energiebehoeften door de optimalisatie van zowel de bouwkundige constructies als de installaties voor verwarming, koeling en ventilatie.
Om het energiepeil te verlagen wordt vaker gebruikgemaakt van hernieuwbare energiebronnen. Tijdens de laatste dag komen enkele concepten aan bod, bekijken we hoe snel ze zichzelf terugbetalen en welke ontwikkelingen we in de toekomst mogen verwachten.
• PRAKTISCH
Daarbij zal de cursus aantonen dat beide complementair zijn en de beste optimalisatie gerealiseerd wordt, als de koppeling tussen beide maximaal is. De verlaging van de energiefactuur begint immers bij het bouwproces zelf. Hoe gaan we het gebouw ontwerpen of uitvoeren, zodat er van bij de start minder energie verloren gaat? Wat zijn de effecten van nieuwe technieken en materialen? Ook bij de installatietechnische aspecten
Cursus van 6 dagen Startdatum: donderdag 23 september 2010. Meer informatie:
[email protected]
"In het licht van de nieuwe Europese doelstelling voor 'nearly zero energy buildings' tegen 2020 is deze opleiding een must voor iedereen!"
Cursusagenda voorjaar 2010 CURSUS
STARTDATUM
EINDDATUM
UREN
AANTAL LEDENLEDENTARIEF SESSIES* TARIEF ONDERW. & OVERH.
15/06/2010
15/06/2010
A
1
100
100
TECHNOLOGIE Vervolmaking anaerobe vergisting Meet- en regeltechniek in de praktijk
25/08/2010
15/12/2010
N + D!
12
1240
1050
Regeltechnieken
25/08/2010
15/09/2010
N + D!
6
760
650
Contractenbeheer
04/06/2010
04/06/2010
N + A!
2
340
290
IPMA-D-projectmanagementcertificatie: begeleiding en voorbereiding
08/06/2010
15/06/2010
D
2
650
550
Humanresourcesmanagement
11/06/2010
11/06/2010
N + A!
2
340
290
10/06/2010
11/06/2010
D
4
925
925
BEDRIJFSKUNDE
VAARDIGHEDEN Hoe uw cultuur aanpassen en daardoor menselijke fouten vermijden
tarieven geldig tot 31.07.2010 * 1 sessie = 3 uur
I-mag juni-juli 2010
* = Gent D = dagcursus van 9 tot 17 uur V = Voormiddagcursus van 9 tot 12 uur N = namiddagcursus van 14 tot 17 uur
44
A = avondcursus van 19 tot 22 uur ! = aangepaste uren kijk op website NVT = niet van toepassing
VIK V orming VIK V orming
Nieuwe opleidingen najaar 2010 Duurzaam bouwen
Mechatronica in moderne machines
Energetische optimalisatie van bouwconstructies en installaties Mechatronica is bekend in de algemene machinebouw en werd reeds met succes in CNCmachines en industriële robots toegepast. Hoewel enkele machinebouwers de weg van de mechatronica al ingeslagen zijn, blijkt de drempel voor veel bedrijven nog te hoog. Deze cursus wil de drempel verlagen door enerzijds de essentie van de verschillende disciplines samen te brengen, zodat u een overzicht krijgt van de verschillende technologische mogelijkheden. Anderzijds worden enkele onderwerpen uitgediept, zodat u leert hoe u die technologieën kunt gebruiken.
Deze cursus gaat dieper in op het beheersen van de energiebehoeften en dat door de bouwkundige constructies en de installaties voor verwarming, koeling en ventilatie te optimaliseren. Beide zijn complementair en een maximale koppeling tussen beide zorgt voor de grootste optimalisatie. Tijdens de laatste dag komen ook hernieuwbare energiebronnen aan bod. PRAKTISCH: INFO:
donderdag 23, 30 september, 7, 14, 21, 28 oktober 2010 van 14 tot 21 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/duurzaambouwen of
[email protected] of 03 259 11 06.
PRAKTISCH: INFO:
Een ERP-pakket gebruiken in een productieomgeving
Polymeren en hun toepassingsmogelijkheden Een ERP-pakket wordt in allerlei omgevingen gebruikt: personeelsdienst, boekhouding, logistiek, distributie, product i epl anning, ordermanagement en productie. De cursus richt zich eerder tot ingenieurs die in een productie- of in een planningsomgeving werken.
PRAKTISCH: INFO:
maandag 8, 15, 22 en 29 november 2010 telkens van 19 tot 22 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/mechatronica of
[email protected] of 03 259 11 06.
Komt u in contact met rubbers of met plastics? Wat is er speciaal aan elk van die polymeren? Kunt u ze herkennen? Weet u welk type voor welke toepassing te gebruiken? Welke innovaties zijn er op de markt? Hoe gaat u van probleemstelling naar oplossing? Bent u een volleerd polymeeringenieur? Kan men op u rekenen, als er vragen komen over kunststoffen of plastics?
zaterdag 2, 9, 16 en 23 oktober 2010 telkens van 9 tot 12 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/ERPpakket of
[email protected] of 03 259 11 06.
PRAKTISCH: INFO:
45
woensdag 17, 24 november, 1, 8, 15, 22 december 2010 telkens van 19 tot 22 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/polymeren of
[email protected] of 03 259 11 06.
I-mag juni-juli 2010
VIK V orming VIK V orming
Nieuwe opleidingen najaar 2010 Veiligheidskleppen in de procesindustrie
WPS’en, PQR’s en lasserskwalificaties zelf in de praktijk opstellen volgens ASME IX
Deze training, gebaseerd op meer dan 30 jaar praktijkervaring met veiligheidskleppen, behandelt alle aspecten rond dat onderwerp en gaat iets dieper dan de traditionele generische opleidingen rond die vaak vergeten veiligheidscomponent. Na deze cursus kan de cursist verantwoorde en veilige beoordelingen maken omtrent veiligheidskleppen in de procesindustrie, als het aankomt op hun designtoepassingen, wetgeving, dimensionering, onderhoud, installatie en nog veel meer. De cursus baseert zich op praktische tips.
De lasdocumenten die in de cursus behandeld worden, zijn: lasserkwalificaties (WPQ), lasoperatorkwalificaties (WOPQ), lasmethodebeschrijvingen (WPS) en lasprocedurekwalificaties (PQR). De cursus bestaat gedeeltelijk uit theorie, maar het zwaartepunt ligt bij het ’zelf’ onder begeleiding opstellen van die lasdocumenten. Na actief de cursus te hebben gevolgd, kunnen de cursisten zelfstandig en systematisch lasdocumenten opstellen en evalueren volgens ASME IX. PRAKTISCH:
PRAKTISCH: INFO:
woensdag 13, 20, 27 oktober 2010 telkens van 9 tot 17 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/veiligheidskleppen of
[email protected] of 03 259 11 06.
INFO:
woensdag 20, 27 oktober, 10, 17, 24 november, 1 december 2010 telkens van 19 tot 22 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/ASME of
[email protected] of 03 259 11 06.
Projectmatig werken in een architectenkantoor
Evaluatiegesprekken
Workshop
Uw evaluatiegesprekken verlopen niet altijd vlekkeloos? Ontstaan er soms problemen die u kon vermijden? Weet u niet hoe om te gaan met emotionele reacties? Hoewel elk evaluatiegesprek uniek is, kunnen gespreksstrategieën de effectiviteit van elk gesprek aanzienlijk verhogen. Het is niet voldoende om die strategieën te kennen. U kunt ze succesvoller toepassen na oefening in een veilige trainingsomgeving.
Binnen deze workshop benaderen we het management van projecten vanuit het standpunt en de achtergrond van de architect. Die benadering zal vooral praktisch zijn. De theoretische achtergrond is de leidraad op basis waarvan alle cursisten samen een uitgewerkt projectplan opstellen. Met z’n allen zullen ze templates en andere hulpmiddelen opstellen die hen in staat zullen stellen om projecten op te volgen en beter te kunnen sturen. Ze vertrekken daarbij van de levenscyclus van een project en overlopen gaandeweg alle knelpunten om in groep naar oplossingen te zoeken. PRAKTISCH:
INFO:
PRAKTISCH: INFO:
woensdag 17, zaterdag 20 november, woensdag 24 november, zaterdag 4 december, dinsdag 7 december 2010, op woensdag telkens van 19 tot 22 uur, op zaterdag telkens van 9 tot 12 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/ProjArch of
[email protected] of 03 259 11 06.
I-mag juni-juli 2010
46
donderdag 18, 25 november 2010 telkens van 9 tot 17 uur, VIK-huis in Wommelgem. www.vik.be/evaluatie of
[email protected] of 03 259 11 06.
VIK V orming VIK V orming
Fellow
bouwmanager
15de promotie
Bouwmanager bundelt technologie, management en bedrijfseconomische knowhow in een polyvalent programma. Docenten uit de bouwsector analyseren met u de productie (-werf) en andere functies vanuit een managementbenadering. Ze tonen u hoe die bijdragen om de concurrentiekracht van uw bouwonderneming te verbeteren en bespreken de raakvlakken en interacties met andere ondernemingsfuncties. Er wordt ook speciale aandacht besteed aan de aparte aanpak van een PPS-project (publiek-private samenwerking).
prakti jkgeri cht met be drijfsbezoek en Meer informatie?
Dit programma loopt in samenwerking met de Vlaamse Confederatie Bouw en de hogeschool voor Wetenschap en Kunst (De Nayer) en SintLucas.
Praktisch De cursus begint op 10 september 2010. De lessen, 60 sessies, vinden plaats op vrijdag van 19 tot 22 uur en op zaterdag van 9 tot 12 uur in het VIK-huis in Wommelgem.
Kijk op de website
www.vik.be/fbm Of neem contact op met VIK Vorming: 03 259 11 06 of
[email protected]
VIK Vorming - Herentalsebaan 643 - 2160 Wommelgem