HUUR- EN SERVICEOVEREENKOMST - Overige bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a van het Burgerlijk Wetboek -

HUUR- EN SERVICEOVEREENKOMST - Overige bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a van het Burgerlijk Wetboek -

Partijen: de publiekrechtelijke rechtspersoon Gemeente Venray, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Afdelingsmanager Openbare Ruimte, mevrouw Caroline Maria Bruggeman, handelend ter uitvoering van het besluit van het college, d.d. 9 april 2013 en gevolmachtigd door de burgemeester, d.d. 9 april 2013, hierna te noemen ‘ de gemeente’ ; en de gemeente Venlo, gevestigd aan de Prinsessesingel 30, 5911 HT Venlo, ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 14131668, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, de heer Antoin S. Scholten, hierna te noemen ‘ huurder’ ; hierna gezamenlijk te noemen ‘ partijen’ ; In aanmerking nemende: a.

partijen overleg hebben gevoerd over het verhuren van een gedeelte van het gemeentehuis in Venray ten behoeve van de werkzaamheden van het Werkplein;

b.

partijen hierbij in principe uitgaan van een huurperiode van drie jaar;

c.

dat het wenselijk is om een eenduidige overeenkomst op te stellen waarin de huur en de serviceverlening wordt geregeld;

d.

dat onderhavige overeenkomst hierin voorziet;

e.

dat de gemeente als eigenaresse van het gemeentehuis en de erom liggende gronden haar verantwoordelijkheden behoudt die overeenkomstig de wet behoren bij eigendom mits in deze overeenkomst niet anders is overeengekomen;

komen als volgt overeen: Artikel 1: Het gehuurde, staat van ontvangst 1. De gemeente verklaart te hebben verhuurd aan huurder, die verklaart te hebben gehuurd van de gemeente, de kantoorruimte, bestaande uit Vleugel F, de scanruimte, de spreekkamer, de toiletruimte (50%), de pantry (50%), de loopruimte/gang/hal (50%), kadastraal bekend gemeente Venray, sectie C, nr. 10552 (gedeeltelijk), gelegen aan het adres Raadhuisstraat 1 te

Huurovereenkomst Gemeente Venlo – Gemeente Venray – Definitief

Venray, ter grootte van ca. 289,15 m2, hierna te noemen ‘ het huurobject’ . 2.

Het huurobject is nader aangeduid op een aan deze huurovereenkomst gehechte en door partijen geparafeerde tekening, d.d. 05-08-2013, met tekeningnummer 201308301 (Bijlage 1a en 1b) en op een aan deze huurovereenkomst gehechte of nog te hechten en door partijen getekende beschrijving van de staat van aanvaarding van het huurobject door huurder met vermelding van eventueel daarbij geconstateerde gebreken, eventueel aangevuld met fotomateriaal en/of videomateriaal (Bijlage 2).

3.

Huurder aanvaardt het gehuurde in de staat waarin het zich bevindt op het moment van ondertekening van de overeenkomst. Bij eerdere ingebruikneming wordt het aanvaard in de toestand waarin het zich bevond op de datum van ingebruikneming. Huurder verklaart van de gemeente de sleutels, dan wel toegangspasjes, van het huurobject, met inbegrip van de sleutels, dan wel toegangspasjes, van eventuele binnendeuren e.d., ontvangen te hebben.

4.

Huurder is verplicht het huurobject te gebruiken als kantoorruimte voor de uitoefening van

de werkzaamheden in het kader van het Werkplein, waarbij huurder zich verplicht het ‘ Handboek gemeentehuis Raadhuisstraat 1 Venray’ (Bijlage 3) na te leven. 5.

Het is huurder niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente een andere bestemming aan het huurobject te geven, repectievelijk anders in gebruik te nemen of houden dan omschreven in lid 4.

Artikel 2: Duur, verlenging en opzegging 1.

Deze overeenkomst wordt voor bepaalde tijd aangegaan.

2.

De overeenkomst wordt aangegaan voor de duur van drie jaar, ingaande op 1 januari 2013 en derhalve eindigende op 31 december 2015.

3.

Bij het verstrijken van de in lid 2 bedoelde termijn wordt de huurovereenkomst verlengd voor een periode van telkens één jaar, tenzij de huurovereenkomst door één der partijen bij aangetekende brief of exploot met inachtneming van een termijn van ten minste drie maanden voor dit verstrijken is opgezegd.

4.

Wordt de huurovereenkomst verder verlengd overeenkomstig het in lid 3 bepaalde, dan kan zij te allen tijde door één der partijen bij aangetekende brief of exploot met inachtneming van een termijn van ten minste drie maanden worden opgezegd.

Artikel 3: Huurprijs, servicekosten heffingen en belastingen 1.

De huurprijs bedraagt bij de aanvang van de huurtijd €

41.926,75 (zegge:

eenenveertigduizendnegenhonderdzesentwintig euro en vijfenzeventig eurocent) per jaar exclusief omzetbelasting. 2.

De servicekosten bedragen bij aanvang van de huurtijd €

13.685,47 (zegge:

dertienduizendzeshonderdvijfentachtig euro en zevenenveertig eurocent) per jaar exclusief omzetbelasting. 3.

De in lid 1 bedoelde huurprijs en de in lid 2 bedoelde servicekosten zullen (beide verder hierna aan te duiden als ‘ huurprijs’ ) automatisch en derhalve zonder dat daarvoor enige aanzegging


-2-

nodig is jaarlijks per 1 januari, voor het eerst per 1 januari 2014, worden aangepast aan de hand van de Consumentenprijsindexcijfers (CPI), Alle Huishoudens, op basis van 2006 = 100, als gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), en wel door telkens de tot de datum van aanpassing geldende huurprijs te vermenigvuldigen met een breukgetal, waarvan de teller is het jaarprijsindexcijfer, geldende voor het laatst verstreken kalenderjaar voor de datum van ingang van de aangepaste huurprijs, en de noemer is het jaarprijsindexcijfer, geldende voor het aan dat laatst verstreken kalenderjaar voorafgegane kalenderjaar. 4.

Aanpassing van de huurprijs als bedoeld in lid 3 vindt echter niet plaats, indien zij zou leiden tot verlaging van de geldende huurprijs.

5.

De huurprijs en de servicekosten worden door de gemeente per kalenderjaar gefactureerd aan de huurder. Dit gebeurt in de maand december van het kalenderjaar waarop de factuur betrekking heeft.

6.

Partijen maken gebruik van de mogelijkheid om op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel b, ten vijfde van de Wet op de omzetbelasting 1968 jo. artikel 6a van de Uitvoeringsbeschikking omzetbelasting 1968 te opteren voor een met omzetbelasting belaste verhuur. Huurder verklaart door ondertekening van de huurovereenkomst, mede ten behoeve van de rechtsopvolger(s)van de gemeente, dat hij het gehuurde blijvend gebruikt of blijvend laat gebruiken voor doeleinden waarvoor een volledig of nagenoeg volledig recht op aftrek van omzetbelasting op de voet van artikel 15 van de wet op de omzetbelasting 1968 bestaat.

7.

Het boekjaar van huurder loopt van 1 januari tot en met 31 december.

8.

Huurder is geen omzetbelasting meer over de huurprijs verschuldigd indien et h gehuurde niet langer met omzetbelasting mag worden verhuurd, terwijl partijen dat wel waren overeengekomen. Als dat het geval is, komen de in artikel 19.3.avan de algemene bepalingen bedoelde vergoedingen voor de omzetbelasting in de plaats en wordt de inartikel 19.3.a , sub I, van de algemene bepalingen bedoelde vergoeding bij voorbaat vastgesteld op21%. Met de in dit lid bedoelde algemene bepalingen worden de in artikel 13 bedoelde Algemene voorwaarden bedoeld.

9.

De volgende leveringen en diensten zijn ten behoeve van huurder van toepassing: a) Energie en waterverbruik; b) Schoonmaak van de ruimtes zoals genoemd in art 1 lid 1; c) Restaurant; d) Koffievoorziening; e) Toiletvoorzieningen en -benodigdheden; f) Alarmopvolging en sleutelbeheer; g) Bedrijfshulpverlening; h) Afvoer van afval.

10.

De fysieke beveiliging op de werkplek/het domein in het huurobject maakt geen onderdeel uit van deze overeenkomst.

11.

Voor rekening van de gemeente zijn de lasten van:


-3-

a) onroerende-zaakbelasting terzake van het eigenaarsdeel alsmede van het feitelijk gebruik van het huurobject, alsmede milieuheffingen waaronder de verontreinigingsheffing oppervlaktewateren, de bijdrage zuiveringskosten afvalwater en iedere andere bijdrage uit hoofde van milieubescherming; b) baatbelasting of daarmee verwante belastingen of heffingen; c) rioolrecht; d) afvalstoffenheffing; e) overige bestaande of toekomstige belastingen, retributies of heffingen; f) brand- en opstalverzekering van het gebouw. Artikel 4: Gebruik en bestemming 1.

Het huurobject is uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als kantoorruimte.

2.

Huurder is verplicht het huurobject in overeenstemming met de bestemming ervan krachtens deze huurovereenkomst daadwerkelijk, behoorlijk en zelf te gebruiken.

3.

Het is huurder niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente een andere bestemming aan het huurobject te geven.

4.

Het is aan huurder verboden de inrichting of de gedaante van het huurobject geheel of gedeeltelijk te veranderen of daaraan iets toe te voegen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente, tenzij het gaat om veranderingen of toevoegingen die bij het einde van de huurovereenkomst zonder noemenswaardige kosten kunnen worden ongedaan gemaakt of verwijderd. Met betrekking hiertoe, en met betrekking tot eventueel door huurder overgenomen veranderingen van het huurobject en toevoegingen aan het huurobject, geldt verder het bepaalde in de volgende leden.

5.

Tot veranderingen van of toevoegingen aan het huurobject worden voor de toepassing van het in lid 3 en de leden 6 tot en met 11 bepaalde in elk geval mede gerekend: a) het aanbrengen van naamsaanduidingen, reclames, borden, gebouwdelen/aanbouwsels, verlichting, zonweringen, rolluiken, antennes c.a. en vlagvoorzieningen in, aan of op het huurobject; b) het maken van gaten in muren, wanden, vloeren, plafonds, gevels en daken van het huurobject; c) het op enige andere wijze veranderen van het beeld dat het huurobject voor het publiek oplevert.

6.

Huurder is verplicht de gemeente steeds vooraf en tijdig te informeren over elke door huurder gewenste verandering of toevoeging van of aan het huurobject en om schriftelijke toestemming van de gemeente daartoe te vragen. De gemeente zal zijn beslissing daarop aan huurder schriftelijk geven binnen een onder de gegeven omstandigheden naar het oordeel van de gemeente redelijke termijn, die in elk geval acht weken zal mogen bedragen. Huurder zal de door hem gewenste veranderingen en toevoegingen niet ter hand mogen nemen, dan na schriftelijke toestemming van de gemeente of vervangende machtiging door de rechter.

7.

De gemeente verleent slechts de in lid 5 bedoelde voorafgaande schriftelijke toestemming,


-4-

indien de door huurder gewenste veranderingen en toevoegingen noodzakelijk zijn voor een doelmatig gebruik van het huurobject door huurder en zich bovendien geen zwaarwichtige bezwaren aan de zijde van de gemeente tegen het aanbrengen daarvan verzetten. Van een dergelijk zwaarwichtig bezwaar wordt onder meer geacht sprake te zijn, indien de door huurder gewenste veranderingen en toevoegingen bij het einde van de huurovereenkomst niet ongedaan gemaakt of verwijderd kunnen worden zonder schade aan het huurobject en zonder noemenswaardige kosten. 8.

De gemeente heeft het recht om aan de verlening van schriftelijke toestemming voorwaarden te verbinden of daarbij een last op te leggen, daaronder begrepen een verhoging van de huurprijs indien de veranderingen en toevoegingen daartoe een redelijke aanleiding mochten geven.

9.

De gemeente heeft ook het recht om aan de verlening van schriftelijke toestemming voorschriften of aanwijzingen te verbinden met betrekking tot de wijze en de kwaliteit van uitvoering van de door huurder gewenste veranderingen en toevoegingen, zoals met betrekking tot kleur, afmetingen en materiaalkeuze.

10.

Door huurder aangebrachte of overgenomen veranderingen en toevoegingen maken geen deel uit van het huurobject en moeten voor of bij het einde van de huurovereenkomst door huurder ongedaan gemaakt of verwijderd zijn, tenzij bij of na het geven van schriftelijke toestemming door de gemeente tot het aanbrengen van die veranderingen en toevoegingen respectievelijk in het kader van de overneming door huurder van die veranderingen en toevoegingen schriftelijk anders door partijen mocht zijn overeengekomen.

11.

Gebreken aan door huurder aangebrachte of overgenomen veranderingen en toevoegingen en uit die veranderingen of toevoegingen voortvloeiende gebreken van het huurobject en schadelijke gevolgen voor het huurobject, de gemeente of derden worden onder deze huurovereenkomst niet als gebreken van het huurobject als bedoeld in artikel 7:204 Burgerlijk Wetboek aangemerkt en geven huurder geen enkele aanspraak jegens de gemeente. Voor uit die veranderingen of toevoegingen voortvloeiende gebreken van het huurobject en schadelijke gevolgen voor het huurobject, de gemeente of derden is huurder aansprakelijk. Huurder zal de gemeente voor eventuele aanspraken van derden jegens de gemeente in verband daarmee vrijwaren. Op de gemeente rust ook geen enkele verplichting tot onderhoud of herstel of instandhouding van door huurder aangebrachte of overgenomen veranderingen en toevoegingen.

12.

Huurder heeft geen aanspraak op enige vergoeding wegens ongerechtvaardigde verrijking van de gemeente of enige derde ter zake van door huurder aangebrachte of overgenomen veranderingen van het huurobject en toevoegingen aan het huurobject die bij of na het einde van de huurovereenkomst om welke reden dan ook niet ongedaan gemaakt of verwijderd zijn, tenzij hierover door partijen schriftelijk anders mocht zijn overeengekomen.

13.

Huurder moet zich vóór de totstandkoming van deze huurovereenkomst behoorlijk georiënteerd hebben op de vraag of voor het gebruik van het huurobject voor de overeengekomen bestemming vergunningen en/of ontheffingen benodigd zijn en, zo ja, welke.


-5-

Huurder dient in elk geval ook zelf ervoor zorg te dragen dat hij beschikt of komt te beschikken en vervolgens blijft beschikken over de vergunningen en/of ontheffingen, die in verband met het gebruik van het huurobject in overeenstemming met die bestemming benodigd mochten zijn of worden. Een niet of niet meer beschikken over of een intrekking van dergelijke vergunningen en/of ontheffingen wordt onder deze huurovereenkomst niet als een gebrek van het huurobject als bedoeld in artikel 7:204 Burgerlijk Wetboek aangemerkt, komtvoor rekening en risico van huurder en geeft geen grond voor huurder om deze huurovereenkomst te (doen) ontbinden of nietig te (doen) verklaren of enige andere aanspraak of actie tegen de gemeente, in of buiten rechte, te richten. 14.

Huurder is verplicht het huurobject zodanig te gebruiken, dat niet in strijd wordt gehandeld met enige wet, enige plaatselijke verordening of enig ander overheidsvoorschrift en dat ook niet het gevaar ontstaat dat enige overheidsvergunning of overheidsontheffing zal of kan worden ingetrokken. Huurder zal zich ook houden aan de eisen of voorschriften, gesteld of te stellen door of vanwege nutsbedrijven en eventuele andere bedrijven die belast zijn of worden met de levering van gas, water en elektriciteit e.d. en/of het transport daarvan en/of de meting daarvan.

15.

Huurder is verplicht het huurobject zodanig te gebruiken, dat door of vanwege huurder, door of vanwege met toestemming van huurder in of op het huurobject aanwezige derden en door (het gebruik van) het huurobject geen hinder of overlast in welke vorm dan ook wordt aangedaan aan de gemeente, de buren en de verdere omgeving van het huurobject.

16.

Huurder is verplicht voorschriften van de overheid en van de met de inzameling en afvoer belaste instanties voor het al dan niet gescheiden aanbieden van afvalstoffen behoorlijk en tijdig na te leven. Voor handelen of nalaten in strijd hiermee is huurder in alle opzichten aansprakelijk.

17.

Huurder conformeert zich aan de openingstijden van het gemeentehuis, zoals deze door de gemeente zijn of worden vastgesteld.

Artikel 5: Voorinspectie, eindinspectie, staat van oplevering 1.

Door of vanwege partijen moet tijdig voor het einde van de huurovereenkomst een gezamenlijke voorinspectie van de staat van het huurobject worden uitgevoerd. Van de bevindingen daarbij, en in het bijzonder ook van de eventueel daarbij aangetroffen gebreken in de staat van het huurobject die voor rekening van huurder komen, moet dan door of vanwege partijen gezamenlijk een rapport van voorinspectie worden opgemaakt, dat door partijen of door hen daarvoor aangewezen bevoegde vertegenwoordigers moet worden getekend. In dat rapport van voorinspectie moeten tevens de eventueel door of vanwege huurder nog uit te voeren verrichtingen om het huurobject in de in lid 5 bedoelde staat te brengen worden opgenomen, eventueel met nadere aanwijzingen over de wijze van uitvoering daarvan. Door of vanwege huurder moeten die verrichtingen behoorlijk en ten genoegen van de gemeente worden uitgevoerd en voltooid binnen de eveneens bij dat rapport van voorinspectie aan te geven redelijke termijn, maar uiterlijk op de dag vóór die van de hierna in


-6-

deze bepaling bedoelde eindinspectie. 2.

Vervolgens moet door of vanwege partijen een gezamenlijke eindinspectie van de staat van het huurobject worden uitgevoerd. Die eindinspectie moet plaatsvinden vóór of uiterlijk op de laatste werkdag van de duur van de huurovereenkomst of de laatste werkdag voor de dag van ontruiming van het huurobject door huurder, indien deze eerder mocht vallen, en kan bij het rapport van voorinspectie zijn vastgesteld. Van de bevindingen daarbij, en in het bijzonder ook van de eventueel daarbij aangetroffen gebreken in de staat van het huurobject die voor rekening van huurder komen respectievelijk van eventuele tekortkomingen in de volgens het rapport van voorinspectie door of vanwege huurder uit te voeren verrichtingen om het huurobject in de in lid 5 bedoelde staat te brengen, moet dan door of vanwege partijen gezamenlijk een rapport van eindinspectie worden opgemaakt, dat door partijen of door hen daarvoor aangewezen bevoegde vertegenwoordigers moet worden getekend.

3.

Werkt huurder na daartoe behoorlijk in de gelegenheid te zijn gesteld niet of niet tijdig of niet behoorlijk mee aan de voorinspectie respectievelijk de totstandkoming en ondertekening van het rapport van voorinspectie respectievelijk de eindinspectie respectievelijk de totstandkoming en ondertekening van het rapport van eindinspectie, dan heeft de gemeente het recht om de voorinspectie buiten aanwezigheid van huurder uit te (laten) voeren respectievelijk het rapport van voorinspectie zelf en alleen op te (laten) stellen, bindend voor huurder, respectievelijk de eindinspectie buiten aanwezigheid van huurder uit te (laten) voeren respectievelijk het rapport van eindinspectie zelf en alleen op te (laten) stellen, bindend voor huurder. Van dat eenzijdig opgestelde rapport van voorinspectie respectievelijk eindinspectie zal de gemeente dan op korte termijn een kopie-exemplaar aan huurder doen geworden.

4.

Indien en voor zover huurder tekort mocht blijken te schieten in de tijdige, volledige en behoorlijke nakoming van zijn verplichting om de in het rapport van voorinspectie opgenomen verrichtingen uit te (laten) voeren binnen de bij dat rapport van voorinspectie aangegeven redelijke termijn, maar uiterlijk op de dag vóór die van de eindinspectie, is huurder deswege in verzuim en is de gemeente zonder meer gerechtigd om desgewenst die verrichtingen zelf en op kosten van huurder uit te (laten) voeren. De gemeente is ook zonder meer gerechtigd om desgewenst de eventueel in het rapport van eindinspectie opgenomen gebreken in de staat van het huurobject die voor rekening van huurder komen zelf en op kosten van huurder te (laten) verhelpen respectievelijk de eventueel in het rapport van eindinspectie opgenomen tekortkomingen in de volgens het rapport van voorinspectie door of vanwege huurder uit te voeren verrichtingen om het huurobject in de in lid 5 bedoelde staat te brengen zelf en op kosten van huurder te (laten) verhelpen. In deze gevallen is huurder jegens de gemeente ook tot schadevergoeding gehouden, bijv. wegens eventuele latere bruikbaarheid c.q. verhuurbaarheid van het huurobject in verband daarmee.

5.

Huurder verbindt zich, behoudens een eventuele andersluidende schriftelijke overeenkomst tussen partijen, om het huurobject in de in lid 1 bedoelde staat te zullen houden en bij het einde van deze huurovereenkomst weer aan de gemeente ter beschikking te zullen stellen in


-7-

de oorspronkelijke staat, als aangeduid in de in lid 1 bedoelde en als Bijlage 4 aan deze huurovereenkomst gehechte of nog te hechten beschrijving, goed onderhouden, met uitzondering echter van geoorloofde veranderingen en toevoegingen, voor zover met betrekking daartoe schriftelijk tussen partijen overeengekomen mocht zijn dat deze bij het einde van deze huurovereenkomst niet ongedaan gemaakt of verwijderd moeten worden, en hetgeen door ouderdom is tenietgegaan of beschadigd, voor zover met betrekking daartoe krachtens deze huurovereenkomst geen verplichting tot onderhoud en/of herstel op huurder mocht rusten. 6.

Huurder verbindt zich voorts om bij het einde van deze huurovereenkomst het huurobject, geheel en behoorlijk ontruimd, verlaten en schoongemaakt, met de sleutels dan wel toegangspasjes ervan, weer in vrije staat aan verhuurder ter beschikking te zullen stellen.

7.

Indien huurder bij het einde van de huurovereenkomst door hem aangebrachte of overgenomen veranderingen van het huurobject en/of toevoegingen aan het huurobject niet mocht hebben ongedaan gemaakt of verwijderd, in strijd met de op hem rustende verplichtingen krachtens het bepaalde in artikel 4, lid 9, alsmede lid 5 van dit artikel, of zaken in of aan of op het huurobject mocht hebben achtergelaten, in strijd met de op hem rustende verplichtingen krachtens het bepaalde in lid 6, wordt huurder geacht van die veranderingen en/of toevoegingen respectievelijk van die achtergelaten zaken afstand te hebben gedaan. Onverminderd het recht van de gemeente om desgewenst van huurder het ongedaan maken of verwijderen van die veranderingen en/of toevoegingen respectievelijk de verwijdering van die achtergelaten zaken op kosten van huurder te vorderen of om desgewenst een rechterlijke machtiging op de voet van artikel 3:299 Burgerlijk Wetboek tot het op kosten van huurder ongedaan maken of verwijderen van die veranderingen en/of toevoegingen respectievelijk het op kosten van huurder verwijderen van die achtergelaten zaken door of vanwege de gemeente zelf te vorderen, en onverminderd het recht van de gemeente om schadevergoeding van huurder te vorderen wegens het tekortschieten van huurder in de nakoming van deze op hem rustende verplichtingen, heeft de gemeente dan het recht om desgewenst, naar eigen vrije keuze, die veranderingen en/of toevoegingen respectievelijk die achtergelaten zaken in of aan of op het huurobject te laten zitten en zich toe te eigenen dan wel op kosten van huurder zelf te (laten) vernietigen dan wel zelf te (laten) verwijderen en te verkopen en de opbrengst daarvan voor zich te behouden. In geen van deze gevallen komt aan huurder enige aanspraak op een vergoeding wegens ongerechtvaardigde verrijking van de gemeente of enige derde of enige andere aanspraak in verband hiermee toe.

Artikel 6: Schade en aansprakelijkheid 1.

Huurder is aansprakelijk voor alle schade als gevolg van activiteiten die al dan niet door derden in het huurobjecdt worden verricht of ten gevolge van het gebruiken of doen gebruiken van het huurobject.

2.

Huurder vrijwaart de gemeente tegen alle financiële gevolgen van aanspraken van derden in enig verband staande met de uitvoering van zijn verplichtingen uit de overeenkomst.


-8-

3.

De gemeente is niet aansprakelijk voor de gevolgen van gebreken, die zij niet kende of niet behoorde te kennen bij het aangaan van deze overeenkomst.

Artikel 7: Tekortschieten, ontbinding 1.

Indien huurder in de nakoming van enige verplichting uit deze huurovereenkomst tekortschiet, verbeurt hij bij een tekortschieten in de nakoming van een voortdurende verplichting, zoals bijvoorbeeld een periodieke betalingsverplichting als die van de huurprijs, dan wel een niet voortdurende verplichting, zonder dat daarvoor een ingebrekestelling of aanmaning nodig is, aan de gemeente een onmiddellijk opeisbare boete van €

500,00 per

geval van tekortschieten voor elke dag dat het geval van tekortschieten duurt, onverminderd het recht van de gemeente om nakoming van de betrokken verplichting, alsnog, te verlangen en om vervangende schadevergoeding te verlangen. 2.

In geval van verzuim van volledige voldoening door huurder aan een betalingsverplichting als bedoeld in artikel 3 lid 1 en 2 vóór of op de vervaldag, geldt het in lid 1 bedoelde boetebeding bij een tekortschieten in de nakoming van een voortdurende verplichting en wordt elk tekortschieten in de tijdige en volledige betaling van enige betalingstermijn als een zelfstandig geval van tekortschieten aangemerkt. Ook zal de gemeente in dat geval aan huurder in rekening mogen brengen zijn buitengerechtelijke incassokosten, die ten minste 10% van het onbetaalde bedrag zullen belopen, alsmede in het geval van een procedure (mede) met betrekking daartoe alle door hem gemaakte proceskosten, ook voor zover deze een proceskostenveroordeling volgens de daarbij gebruikelijke tarieven overtreffen.

3.

Bij niet-prompte of niet-volledige voldoening door huurder aan een betalingsverplichting als bedoeld in artikel 3 lid 1 en 2 vóór of op de vervaldag, bij niet-nakoming of niet-behoorlijke nakoming van een of meer der overige voor huurder uit deze huurovereenkomst of de wet voortvloeiende verplichtingen en bij een geheel of grotendeels daadwerkelijk niet (meer) gebruiken van het huurobject door huurder zelf in overeenstemming met de bestemming daarvan bij deze huurovereenkomst, zal de gemeente, onverminderd het in lid 1 en lid 2 van dit artikel bepaalde, gerechtigd zijn om de ontbinding van de huurovereenkomst door een rechterlijke uitspraak te vorderen wanneer de gemeente aan huurder schriftelijk te kennen zal hebben gegeven dat hij de ontbinding wenst te doen intreden, in welk geval, alsmede wanneer de gemeente in plaats van de ontbinding de nakoming van de huurovereenkomst wenst, huurder verplicht zal zijn tot schadevergoeding. Huurder zal in verzuim zijn door het enkele verloop van de bepaalde termijn of het enkele feit van de overtreding, niet-nakoming of niet behoorlijke nakoming.

4.

In elk van de in ld 1 en lid 3 van dit atikel bedoelde gevallen zal de gemeente, zoals ook in het in lid 2 van dit artikel bedoelde geval, aan huurder tevens in rekening mogen brengen zijn buitengerechtelijke kosten. Verder zal huurder in geval van een procedure tussen partijen in verband met deze huurovereenkomst, indien hij daarbij geheel of in hoofdzaak in het ongelijk


-9-

wordt gesteld, alle door de gemeente gemaakte proceskosten dienen te betalen, ook voor zover deze een proceskostenveroordeling volgens de daarbij gebruikelijke tarieven overtreffen. 5.

Indien en voor zover huurder een natuurlijk persoon, dan wel een rechtspersoon naar privaatrecht betreft, heeft de gemeente het recht de huurovereenkomst in geval van faillissement of (voorlopige) surseance van betaling van huurder, zonder ingebrekestelling, met onmiddellijke ingang tussentijds door een buitengerechtelijke verklaring te ontbinden. In geval van deze ontbinding heeft de gemeente in ieder geval, onverminderd de aanspraken van de gemeente op dan al verschenen maar onbetaald gebleven betalingsverplichtingen van huurder, aanspraak op een schadevergoeding ter grootte van het bedrag van alle resterende betalingstermijnen (van de huurprijs en alle verdere periodieke betalingsverplichtingen) die bij normale uitvoering van de huurovereenkomst zouden zijn verschenen. Het in lid 4 van dit artikel bepaalde vindt voorts hierbij overeenkomstige toepassing.

6.

Onverminderd het vorenstaande heeft de gemeente het recht om deze overeenkomst zonder ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst eenzijdig geheel of gedeeltelijk te ontbinden indien het algemeen belang zulks vordert, doch in dat geval op voorwaarde dat de gemeente een deugdelijk alternatief biedt en waarbij mogelijke schade voor huurder, nader vast te stellen door een door partijen aan te wijzen extern expert, wordt vergoed.

7.

Buitengerechtelijke ontbinding geschiedt door middel van een aangetekende brief of deurwaardersexploot aan huurder.

8.

De beëindiging of ontbinding van deze overeenkomst ontslaat partijen niet van hun lopende verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst.

Artikel 8: Verplichtingen huurder 1.

Huurder is gehouden zich als een goed huurder te gedragen.

2.

Huurder dient in bezit te zijn van de voor de uitoefening van het beheer, dan wel exploitatie vereiste vergunning(en) en ontheffing(en). Het niet (meer) bezitten of (kunnen) verkrijgen van deze vergunning(en) en ontheffing(en) is geen grond voor ontbinding of nietigverklaring van de huurovereenkomst. De gemeente is niet aansprakelijk voor de gevolgen van het weigeren of intrekken van dan wel het verbinden van voorwaarden aan de benodigde vergunning(en) of ontheffing(en).

3.

Het is huurder niet toegestaan de uit de huurovereenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen aan een ander af te staan en/of over te dragen, dan met voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente.

Artikel 9: Gebruik door derden 1.

Het is huurder niet zonder schriftelijke toestemming van de gemeente en onder door deze te stellen voorwaarden, bedingen en bepalingen, verboden het huurobject geheel of gedeeltelijk aan derden te verhuren of in gebruik te geven, in welke vorm dan ook.

2.

Aan de toestemming als bedoeld in het eerste lid kunnen voorwaarden worden gesteld.

3.

De toestemming als bedoeld in het eerste lid, wordt geacht te zijn verleend voor het in


- 10 -

gebruik geven, dan wel verhuren aan Randstad Uitzendbureau B.V., ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 33154723. 4.

Huurder blijft bij verhuur, onderverhuur of gebruik door derden verantwoordelijk voor de naleving van deze overeenkomst. In de overeenkomst tot verhuur, onderverhuur of bruikleen moeten de relevante bepalingen uit deze overeenkomst van toepassing worden verklaard.

Artikel 10: Toestemming gemeente Een door de gemeente gegeven toestemming geldt eerst na schriftelijke bevestiging, is eenmalig en geldt niet voor andere of opvolgende gevallen. De gemeente is gerechtigd om aan haar toestemming voorwaarden te verbinden.

Artikel 11: Orde, veiligheid en milieu 1.

Huurder en zijn werknemers, ondergeschikten, dan wel andere voor hem werkzame personen, evenals de door hen ingeschakelde derden, zijn gehouden alle wettelijke veiligheids-, gezondheids- en milieuvoorschriften in acht te nemen.

2.

Ook de eventueel aanwezige bedrijfsvoorschriften en reglementen op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu van de gemeente moeten worden opgevolgd. Een exemplaar van deze voorschriften en reglementen wordt op aanvraag onverwijld en gratis door de gemeente ter beschikking gesteld.

3.

Partijen zullen zich gedragen naar de bepalingen van de wet en de plaatselijke verordeningen alsmede naar de gebruiken omtrent huur en verhuur, de voorschriften van de overheid, van de nutsbedrijven en de verzekeraars.

Artikel 12: Overige bepalingen Indien en voor zover huurder een natuurlijk persoon, dan wel een rechtspersoon naar privaatrecht betreft, kiest huurder voor alle mededelingen, aanzeggingen en exploten van de kant van de gemeente in verband met deze huurovereenkomst en de nakoming c.q. beëindiging daarvan, en meer in het algemeen voor al hetgeen betrekking heeft op of verband houdt met deze huurovereenkomst en de nakoming c.q. beëindiging daarvan, voor de duur van deze huurovereenkomst, eventuele verlengingen daaronder begrepen, woonplaats in het huurobject. Artikel 13: Algemene voorwaarden 1.

Van deze overeenkomst maken deel uit de ‘ ALGEMENE BEPALINGEN HUUROVEREENKOMST KANTOORRUIMTE' en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230A BW’ , gedeponeerd bij de griffie van de rechtbank te Den Haag op 11 juli 2003 en aldaar ingeschreven onder nummer 72/2003, hierna te noemen 'algemene bepalingen' (Bijlage 5). De inhoud van deze algemene bepalingen is partijen bekend. Huurder en verhuurder hebben een exemplaar van de algemene bepalingen ontvangen. De algemene bepalingen zijn van toepassing behoudens voor zover daarvan in deze overeenkomst uitdrukkelijk is afgeweken of toepassing daarvan ten aanzien van het gehuurde niet mogelijk is.


- 11 -

2.

Van de in lid 1 bedoelde algemene bepalingen blijven buiten toepassing de artikelen 12 en 13.4.

Artikel 14: Goedkeuring college Deze overeenkomst behoeft goedkeuring van het college van Venlo. Derhalve wordt deze overeenkomst gesloten onder voorbehoud van goedkeuring door voornoemd college. Artikel 15: Considerans Het gestelde in de considerans wordt geacht deel uit te maken van de overeenkomst. Artikel 16: Onvoorziene gevallen In gevallen, waarin door de onderhavige overeenkomst niet wordt voorzien, is huurder bevoegd handelend op te treden en dient zonodig het college van burgemeester en wethouders van de gemeente binnen 2 weken hieromtrent te informeren. Artikel 17: Toepasselijk recht en geschillenregeling 1.

Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.

2.

Partijen verbinden zich om in goed onderling overleg al dan niet met behulp van externe adviseurs een oplossing te vinden voor eventuele geschillen die zouden kunnen voortvloeien uit deze overeenkomst. Geschillen die aldus niet kunnen worden opgelost zullen worden voorgelegd aan de rechtbank Limburg in Roermond.

Aldus overeengekomen en in tweevoud getekend te Venray op … . Gemeente,

----------------------------------

Huurder,

----------------------------------

Mevrouw K. Bruggeman

De heer L. Litjens

Bijlagen: 1a.

Algemene situatietekening, d.d. 05-08-2013, met nummer 201308301;


- 12 -

1b.

Situatietekening huurobject, ingezoomd op het huurobject;

2.

Beschrijving van de staat van aanvaarding;

3.

‘ Handboek gemeentehuis Raadhuisstraat 1 Venray’ ;

4.

Rapport van voorinspectie als bedoeld in artikel 5 (wordt nog aangehecht);

5.

Algemene Bepalingen Huurovereenkomst Kantoorruimte en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230A BW.


- 13 -

HUUR- EN SERVICEOVEREENKOMST - Overige bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a van het Burgerlijk Wetboek -

Recommend Documents