Human Capital Agenda Greenport Horti Campus Westland-Oostland-Barendrecht Eindrapport
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
1
2
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Human Capital Agenda Greenport Horti Campus Westland-Oostland-Barendrecht
Kennisinnovatie en waardecreatie voor de Groene Economie Businessplan Greenport Horti Campus 2012-2015 Eindrapport
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
3
4
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Inhoudsopgave
Voorwoord
7
Managementsamenvatting
9
0.1
Een Human Capital Agenda (HCA) voor Greenport Westland-Oostland-Barendrecht.
0.2
Doelstellingen van deze Human Capital Agenda (HCA) en acties
….. Versterking van het onderwijs, Leven Lang Leren en innovatief omgaan met kennis
….. Een scherpe internationale aanpak
….. Sterke lokale agenda’s en inspirerende faciliteiten
….. Een inhoudelijke aanpak van het imagoprobleem
0.3
Waardepropositie en gemeenschappelijke aanpak via de Greenport Horti Campus
12
0.4
Wat doen we anders?
13
1.
De uitdaging
14
1.1
De economische waarde van Greenport Westland-Oostland-Barendrecht
14
1.2
Relevante trends en hun impact
15
1.3
Huidig onderwijs- en onderzoeksaanbod
16
1.4
Leren van andere campussen
17
1.5
De uitdaging
18
2.
Visie, missie en doelen van de Greenport Horti Campus
19
2.1
De visie, missie en doelstellingen van de Greenport Horti Campus
19
2.2
Uitwerking van deze doelstellingen
20
2.3
De hoofdstructuur van de Greenport Horti Campus en implementatieaanpak
20
2.4
De klanten van de Greenport Horti Campus
22
2.5
De partners in de Greenport Horti Campus
23
2.6
Het businessmodel van de Greenport Horti Campus
24
3.
Hoofdlijnen van implementatie
25
3.1
Beter initieel onderwijs
25
3.2
Een Leven Lang leren
26
3.3
Kennis dicht(er) bij de ondernemers
27
3.4
Kennis en onderwijs internationaal
28
3.5
Passende faciliteiten fysiek en digitaal
29
4.
De lokale agenda’s
31
4.1
Agenda Westland
31
4.2
Agenda Oostland
32
4.3
Agenda Barendrecht
33
5.
Imago Greenport en merkstrategie Greenport Horti Campus
35
5.1
Verbetering imago bij (potentiële) leerlingen en studenten
35
5.2
De merkstrategie van Greenport Horti Campus
36
6.
Slim organiseren
37
6.1
Proces, programma’s en projecten
37
6.2
De aansturing van de Greenport Horti Campus
37
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
9 11
5
6
7.
Fasering en actieprogramma mei-december 2012
38
7.1
Fasering 2012 - 2015
38
7.2
De eerste resultaten in 2012
38
8.
Financiën
41
8.1
Benodigde investering
41
8.2
Uitgangspunten bij de financiering
44
8.3
Voor de korte termijn
44
9.
Bijdrage aan de HCA-agenda
45
9.1
De kracht van de regio
45
9.2
Wat doet het bedrijfsleven?
45
9.3
Wat doet het onderwijs/onderzoek?
46
9.4
Wat doet de overheid?
46
9.5
Tot slot
47
Bijlage 1: Greenport Westland-Oostland-Barendrecht in cijfers
49
Bijlage 2: De bevolking van Westland-Oostland-Barendrecht
51
Bijlage 3: Vraag naar arbeid en het aanbod
54
Bijlage 4: Het huidig onderwijs in Westland-Oostland-Barendrecht
56
Bijlage 5: Leren van andere campussen
58
Bijlage 6: Overzicht uitkomsten interviews
62
Bijlage 7: Uitkomsten Dag van de Doorbraak
65
Bijlage 8: Korte verklarende woordenlijst ….
67
Bijlage 9: Met dank aan ….
68
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Voorwoord Het Greenport-cluster is een krachtige economische motor voor Nederland met een belangrijke concentratie van de economische activiteiten in Westland, Oostland en Barendrecht. Verdere groei van deze Greenport is alleen mogelijk met voldoende innovatieve ondernemers en voldoende gekwalificeerd personeel. Daarbij gaat het om veredelaars en teeltspecialisten maar ook om professionals op het terrein van bedrijfskunde, marketing, handel, finance, logistiek, informatica, zakelijke dienstverlening etc. Daarbij gaat het om net afgestudeerden, zij-instromers en het permanent opleiden van de huidige medewerkers. Om dit mogelijk te maken is een gestructureerde aanpak nodig. Nodig is een Human Capital Agenda voor deze Greenport. Een dergelijke agenda kan alleen vorm krijgen wanneer de behoeften van bedrijven aan voldoende gekwalificeerd personeel structureel worden gekoppeld aan de behoefte van jongeren om inspirerend onderwijs te krijgen dicht bij de beroepspraktijk. Ook is nodig de koppeling aan de behoefte van zittend personeel om zich permanent te laten scholen. Op deze manier kan blijvend voldoende innovatieve ondernemers en voldoende gekwalificeerd personeel worden gegarandeerd en een bijdrage worden geleverd aan een positief imago van de sector en versterking van de internationale concurrentiekracht. Bij het maken van dit businessplan ontrolde zich een fascinerend proces. Ruim 70 personen zijn geïnterviewd. Er vond een succesvolle Dag van de Doorbraak plaats op 19 april 2012 waar ruim 70 personen zochten naar nieuwe oplossingen en aanscherpen van bestaande samenwerkingen. Andere personen deden mee in de lokale discussies om te komen tot sterke lokale agenda’s in Westland, Oostland en Barendrecht. In totaal hebben ruim 150 personen input geleverd waarvan ruim de helft afkomstig vanuit het bedrijfsleven. Dit traject werd daarbij mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van de Kamer van Koophandel, Lentiz onderwijsgroep en de gemeenten Westland en Barendrecht. Het inhoudelijk resultaat is te vinden in dit business plan Greenport Horti Campus 2012 -2015. Het beschrijft de missie van de Greenport Horti Campus, de belangrijkste doelen en de verschillende programma’s om deze doelen te bereiken. Het geeft weer de lokale agenda’s in Westland, Oostland en Barendrecht. Het geeft aan wie welk programma voor zijn verantwoording neemt, wie welke besluiten moet nemen en toont de samenhang tussen al deze activiteiten. Het geeft ook weer de samenhang met een aantal landelijke discussies rondom de Topteams en rondom de verbetering van het MBO, HBO en WO en de daarin benodigde samenwerking tussen bedrijven, overheden, onderwijs- en kennisinstellingen. Het is een directe bijdrage aan de Metropool-discussie en de EU-strategie 2020. Minstens zo belangrijk is de steun van velen in Westland, Oostland en Barendrecht om de krachten te bundelen ten einde de verdere groei van de Greenport in deze regio mogelijk te maken door de innovatiekracht te versterken en inspirerend onderwijs te bieden, een leven lang. Alleen met deze steun is het mogelijk om als partners in de Greenport Horti Campus de gestelde ambitie de komende jaren waar te maken. Laten we aan de slag gaan!
De opdrachtgeversgroep: - Dick Hylkema (LTO Glaskracht), - Frank van Kleef (Royal Pride), - Gijs Kok (FloraHolland en Kamer van Koophandel), - Gert Kant (Lentiz onderwijsgroep), - Peter Scheerder (Hogeschool Inholland), - Theo Duijvestijn (wethouder Gemeente Westland), - José van Egmond (wethouder Pijnacker Nootdorp en voorzitter Greenport Westland Oostland) en 14 juni 2012
- Jeroen Gebben (wethouder Barendrecht).
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
7
Opdrachtgeversgroep Greenport Horti Campus:
Greenport
H olland
Westland-Oostland
8
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Managementsamenvatting 0.1
Een Human Capital Agenda (HCA) voor Greenport Westland-Oostland-Barendrecht
De Nederlandse sector Tuinbouw en Uitgangsmaterialen behoort internationaal tot de absolute wereldtop. Of het nu gaat om vakmanschap, ondernemerschap, innovatiekracht of kennisniveau, de Nederlandse tuinbouw staat wereldwijd hoog aangeschreven. Vanwege deze speciale positie maakt deze sector terecht deel uit van het landelijke Topsectorenbeleid. Uitvoering van dit beleid wordt via de Human Capital Agenda geregeld met ondermeer als doelstelling het verder versterken van deze voor de Nederlandse economie belangrijke sector met uitstekende onderwijs- en kennisstructuur van internationale allure. Een belangrijk deel van de Nederlandse tuinbouw is geconcentreerd in de regio Westland, Oostland en Barendrecht en omvat de totale keten van veredeling, toelevering, teelt, handel, logistiek, zakelijke dienstverlening en techniek. In deze regio zijn meerdere bedrijven gevestigd die op hun terrein wereldmarktleider zijn met hoog gekwalificeerd personeel en uitstekende high-tech voorzieningen. Het is van het grootste belang deze bedrijven zo goed mogelijk te blijven accommoderen op gebied van onderwijsen kennis. De regio vraagt om meer teeltspecialisten en afgestudeerde professionals rondom bedrijfskunde, marketing, handel, finance, logistiek, informatica, zakelijke dienstverlening etc. Er is daarbij sprake van een toenemende kloof tussen de hoeveelheid gediplomeerde schoolverlaters en de verwachte vraag/behoefte aan MBO- en HBO-opgeleide personen. Dit betekent dat de huidige opleidingen niet voldoende gediplomeerden afleveren om de toekomst van de Greenport in Westland-Oostland-Barendrecht te garanderen. Tenslotte vraagt de regio om meer mogelijkheden om in praktijkbedrijven te kunnen werken. Om de economische positie van de Greenport in Westland, Oostland en Barendrecht te kunnen garanderen voor langere termijn als ook nieuwe kansen (nationaal en internationaal) te kunnen oppakken, is een stevig actieprogramma nodig waarbij partijen werken aan: - verbetering van de instroom van nieuwe studenten in Greenport-gerelateerde opleidingen; - vergroting van de mogelijkheden om ook via andere opleidingen aan goede afgestudeerden te komen; - het blijvend opleiden en inspireren van zittend personeel en werven van nieuw personeel; - een doelgerichte samenwerkingsstructuur tussen overheid, onderwijsinstellingen en bedrijven. Nodig is een Human Capital Agenda voor Westland, Oostland en Barendrecht! Een dergelijke agenda kan in de visie van de partners in de Greenport Horti Campus alleen vorm krijgen wanneer de behoeften van bedrijven aan voldoende gekwalificeerd personeel structureel wordt gekoppeld aan de behoeften van jongeren om inspirerend onderwijs te krijgen dicht bij de beroepspraktijk. Het CBS verwacht een bevolkingsgroei in de regio; op basis van ervaringen in de afgelopen jaren neemt het aantal studenten dat kiest voor werken in de groene sector en kiest voor deze opleidingen af. Een doordachte aanpak is noodzakelijk om deze trend te keren. Daarnaast neemt de behoefte van zittend personeel om zich permanent te laten scholen toe. Alleen zo kan blijvend instroom van voldoende innovatieve ondernemers en voldoende gekwalificeerd personeel worden gegarandeerd en een bijdrage worden geleverd aan een positief imago van de sector en versterking van de internationale concurrentiekracht. De partners in de Greenport Horti Campus formuleren hun missie dan ook als volgt: Het garanderen van voldoende innovatieve ondernemers als ook voldoende goed gekwalificeerd personeel voor de sector door het bieden van inspirerende opleidingen en cursussen met directe toegang tot kennis, ook als directe bijdrage aan een positief imago van de sector en versterking van de internationale concurrentiekracht.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
9
Om dit waar te kunnen maken is het realiseren van drie doelstellingen van wezenlijk belang.
1
2
Garanderen van voldoende
Bewerkstelligen van inspirerend
innovatieve ondernemers en
onderwijs en kennis als directe
voldoende gekwalificeerd personeel
bijdrage aan een beter imago
3
Creëren van een internationaal kennis- en opleidingscentrum voor de Greenport
Deze doelstellingen betreffen het brede Greenport-cluster in Westland, Oostland en Barendrecht zoals opgenomen in figuur 1. Belangrijke kenniscentra zijn daarbij Delft en Rotterdam.
West land
9el:
Oost land
;o<er dam
Baren-‐ drecht
Veel am3i5e Veel kansen Veel uitdagingen Figuur 1 - Het brede Greenport-cluster in Westland-Oostland-Barendrecht
10
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
0.2
Doelstellingen van deze Human Capital Agenda (HCA) en acties
... Versterking van het onderwijs, Leven Lang Leren en innovatief omgaan met kennis Nodig zijn de volgende acties: - Versterking van het MBO en van de samenwerking tussen Lentiz onderwijsgroep, Edudelta onderwijsgroep en ROC’s in de Federaties MBO Westland en MBO Barendrecht-Ridderkerk. Hierbij wordt aangesloten bij de landelijke aanpak rondom het Centrum voor Innovatief Vakmanschap. - Versterking van het HBO als ook het versterken van de samenwerking met de Haagse Hogeschool (sector Techniek) en de Hogeschool Rotterdam. Hierbij wordt aangesloten bij de landelijke aanpak rondom het Center of Expertise. - Verdere uitbouw van het praktijkleren via praktijkbedrijven voor teelt, energie/aardwarmte en voedingsmiddelentechnologie. - Meer samenhang en kwaliteit in cursussen en trainingen. Voor de primaire sector wordt aangesloten bij de landelijke aanpak rondom het AgroOpleidingshuis en Horti Bedrijfs School. Voor de handel wordt aangesloten bij het aanbod van FrugiVenta (groenten) en VGB (sierteelt). - Oprichten van een regionaal innovatiesteunpunt voor ondernemers, valorisatiecentra voor teelt en techniek, en kenniscentra rondom Energie/water, Logistiek en Plantenstoffen (reeds gestart). ... Een scherpe internationale aanpak Nodig is een consortium van kassenbouwers, technische toeleveranciers, WUR, GreenQ, Demokwekerij, Lentiz onderwijsgroep en Edudelta onderwijsgroep om bij turn key-projecten en andere investeringen internationale medewerkers op te leiden en eigen studenten een inspirerende studie te geven. Teelt- en ketenkennis als geïntegreerde dienst. Dit zal de basis vormen voor een internationale leer- en kenniscommunity ten dienste van bedrijven en (internationale) studenten. ... Sterke lokale agenda’s en inspirerende faciliteiten Nodig zijn sterke lokale agenda’s in Westland, Oostland en Barendrecht en inspirerende faciliteiten: - Voor het Westland betekent dit een nieuwe locatie voor het MBO Westland dicht bij de Demokwekerij, met ruimte voor nieuwe aanvullende voorzieningen. Hier wordt het bestaande palet aan opleidingen voortdurend aangescherpt aan de wisselende vraag uit de Greenport. De Demokwekerij breidt uit. De inhoudelijke focus rondom kennisontwikkeling en innovatie komt te liggen op techniek in de kas, marketing, handel en logistiek. - Voor het Oostland betekent dat de locatie van WUR (Wageningen University & Research centre) en GreenQ/ Horticultural Experience Centre de plek wordt voor kennisvalorisatie rondom teelt en energie/water inclusief een incubator. Er start een aanbod Greenport MBO-3 en -4. De locatie van LTO Groeiservice komt meer centraal te staan in het kader van het cursorisch onderwijs voor de primaire sector. - Voor Barendrecht staat centraal de (V)MBO-boulevard aan de Dierensteinweg met de Federatie MBO, Edudelta en de Focus Beroepsacademie als ook een MBO-aanbod in de Rijnstraat. De uitbreiding via Nieuw Reijerwaard vormt de basis voor het in te richten kenniscentrum Logistiek & Handel. Dit zal ook de inhoudelijke focus zijn van Barendrecht. - Overkoepelend een sterk digitaal platform om samen te werken en te communiceren als ook een bus die regelmatig zal rijden tussen de verschillende locaties en daarbij ook de TU Campus en de Erasmus Campus zal aandoen. ... Een inhoudelijke versterking van het imago Er moet veel gebeuren om het imago van de Greenport beter vorm te geven aangezien de Greenport structurele oplossingen heeft voor vraagstukken rondom voedsel(veiligheid), gezondheid als ook duurzaam gebruik van energie en water. Gekozen is om de focus te leggen bij leerlingen en studenten vanaf 4 jaar tot en met 23 jaar.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
11
Deze leerlingen en studenten krijgen inspirerende lesmodules, stages en afstudeeropdrachten. In dat aanbod worden ook de ouders en verzorgers betrokken. Ook wordt het niveau van het vakantiewerk verbeterd. De tevredenheid over lesmodules, stages etc. wordt structureel gemeten. De lead ligt bij bedrijven in nauwe samenwerking met de betrokken kennis- en onderwijsinstellingen. 0.3
Waardepropositie en gemeenschappelijke aanpak via de Greenport Horti Campus
De Greenport Horti Campus kent drie soorten klanten: de bedrijven en hun ondernemers, jongeren en zittend personeel. De waardepropositie voor deze drie klantgroepen staat uitgewerkt in de onderstaande tabel.
Waardepropositie
1. Inspirerende en actuele opleidingen in de context van
Klant
Ondernemers en hun bedrijven
Verbeterpunt t.o.v. huidige situatie
- Meer samenhang, hogere kwaliteit en dichter bij de
Leerlingen en studenten
de Greenport met doorlopende
internationale beroepscontext van de Greenport - Meer inspirerende opleidingen
leerlijn VMBO-MBO-HBO-WO 2. Opleidingen en cursussen dicht bij de praktijk met actuele kennis
Ondernemers en hun bedrijven
- Meer samenhang in het huidige aanbod en garantie op
Studenten en cursisten
in het kader van een Leven Lang
kwaliteit - Meer inspirerende cursussen
Leren 3. Kennis dicht(er) bij ondernemers
Ondernemers en hun bedrijven
- Regionaal steunpunt Kennisvalorisatie - Valorisatiecentrum bij HEC/WUR - Focus op drie innovatiethema’s: Duurzame Energie, Logistiek en Plantenstoffen
4. Leveren van kennis en
(internationaal opererende)
- Beter imago Nederlandse kassenbouwers en technische
opleidingen als onderdeel
ondernemers en hun bedrijven
leveranciers vanwege hoge productiviteit van geleverde
van business- propositie van
(Internationale) studenten en cursisten
kassen - Ontwikkeling Nederland als internationale kennishub voor
internationaal opererende
kas- en teelttechniek.
bedrijven 5. Herkenbare locaties, goed (digitaal) bereikbaar
Ondernemers en hun bedrijven
- Nieuwe locatie MBO-Westland met extra voorzieningen
Leerlingen, studenten en cursisten,
- Locatieontwikkeling rondom HEC en WUR aan Violierenweg
ook internationaal
in Bleiswijk - (V)MBO-boulevard in Barendrecht aan Dierensteinweg met de MBO-federatie, Edudelta en Focus Beroepsacademie, als ook een MBO-aanbod in de Rijnstraat. - Gemeenschappelijk digitaal platform - Busverbinding tussen locaties inclusief Delft en Rotterdam
6. Verbetering van imago bij leerlingen en studenten
Ondernemers en hun bedrijven
- Groter besef van belang goede voeding - Meer positieve associatie van Greenport bij leerlingen en studenten - Hogere instroom in het bestaande onderwijs VMBO-MBOHBO-WO
Tabel 1 – Waardepropositie Greenport Horti Campus
12
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Om tot de benodigde samenhang te komen werken bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen als ook de overheden samen in de Greenport Horti Campus. Partijen zullen onder hun eigen merknaam toevoegen ‘partner van de Greenport Horti Campus’. Partners in dit samenwerkingsverband tonen hun commitment vooral door de inzet van mensen (expertise) en middelen (cash/funding). 0.4
Wat doen we anders?
Bij het opstellen van dit businessplan zijn met meer dan 70 personen interviews en gesprekken geweest . Ook waren er meer dan 70 personen aanwezig bij de Dag van de Doorbraak op 19 april 2012. Samen met een aantal andere bijeenkomsten hebben meer dan 150 personen input geleverd voor dit traject waarvan meer dan de helft uit het bedrijfleven. Een rode draad in al deze gesprekken is geweest de vraag: ‘En wat doen we nu anders dan de afgelopen jaren?’. De antwoorden op deze vraag uit dit business plan laten zich als volgt samenvatten: - De krachten bundelen in Westland, Oostland en Barendrecht om met bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen tot een gestructureerde aanpak te komen. Met sterke lokale agenda’s, focus in duurzame innovatie, inspirerende (digitale en fysieke) faciliteiten en ruimte voor innovatief (beroeps)onderwijs. Door deze verbeterde samenwerking gericht op de hele Greenport-keten, worden innovatieve processen beter ondersteund hetgeen leidt tot waardecreatie. - Opzetten van nieuwe leer/werkbedrijven als ook uitbreiding van bestaande praktijkbedrijven met de meest moderne technieken en faciliteiten. - Stimuleren van de realisatie van expositie centers, zodat consumenten, studenten, potentiële medewerkers op een eigentijdse wijze kunnen kennismaken met de sector. - Focus daarbij op het in lijn brengen van behoeften van bedrijven in de Greenport met behoeften van studenten en (potentiële) medewerkers. Directe aandacht daarbij voor: • aantrekkelijk werkgeverschap en het imago van de sector • een beroepsgericht opleidingsaanbod met goede kennisclusters en flexibele opleidingsstructuur. Hiervoor is versoepeling van bestaande regelgeving nodig. • een goed en samenhangend aanbod voor een Leven Lang Leren zowel voor het zittend personeel als potentiële zij-instromers. - Sturen op samenhang tussen landelijk beleid en regionale daadkracht door afstemming via de Centra voor Innovatief Vakmanschap, Centre of Expertise, AgroOpleidingshuis/Horti Bedrijf School, Greenport Campus en Greenport Holland International. Aansluiting ook bij de Metropool-discussie in Zuid-Holland en de strategie van de Europese Unie 2020 ook op het punt van duurzame energie. - Versterking van de onderlinge bereikbaarheid door de Greenport Horti Campus-bus en een goed gemeenschappelijk digitaal. - Het vormen van het internationale consortium zoals aangegeven in paragraaf 1.2 en 3.5.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
13
1 De uitdaging 1.1
De economische waarde van Greenport Westland-Oostland-Barendrecht
De Greenport Westland-Oostland bestaat uit onder meer uit de gemeenten Westland, Lansingerland, PijnackerNootdorp en Barendrecht. In deze Greenport vindt meer dan de helft van de Nederlandse tuinbouwproductie plaats (zie bijlage 1). Ook een belangrijk deel van de daaraan verbonden handel en dienstverlening is in de Greenport gevestigd. Vandaar uit zijn er belangrijke connecties met Schiphol en Rotterdam voor de export en de import. De waarde en omvang van deze Greenport staat weergegeven in de onderstaande tabel en is verder uitgewerkt in bijlage 1: Kengetallen tuinbouwcluster
Nederland *)
W-O-B
Exportwaarde
15,6 miljard
5,4 miljard
Productiewaarde
7,9 miljard
2,7 miljard
Overschot op betalingsbalans
24%
13%
Areaal in ha.
10.037
4.023
Aantal bedrijven
7.126
1.690
*) Onder Nederland wordt in dit verband verstaan de kengetallen van het gehele Nederlands glastuinbouwcluster (veredeling, primaire productie, handel en distributie etc.). Tabel 2 – Kengetallen tuinbouwcluster, bronnen: Evaluatie Greenportvisie Westland 2020, 2010; www.bedrijventerrein.biz, 2006
De mainports Rotterdam, Schiphol en Amsterdam leveren samen een toegevoegde waarde van ruim € 10 mld. De Greenports genereren een toegevoegde waarde van ruim € 5 mld. Qua werkgelegenheid zijn de mainports (circa 165.000 arbeidsjaren) en de vijf Greenports (130.000) aan elkaar gewaagd.
Figuur 2 – Toegevoegde waarde en werkgelegenheid, bron: WUR-LEI, 2008
14
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
1.2
Relevante trends en hun impact
Duidelijk is dat de Greenports een economische motor van formaat zijn. Een belangrijk zwaartepunt binnen Nederland ligt bij de Greenport in Westland, Oostland en Barendrecht. Op basis van de uitgevoerde analyses (zie bijlage 1, 2 en 3) en de gevoerde interviews (zie bijlage 6) is duidelijk dat het aantal bedrijven afneemt. Aangezien het areaal nagenoeg gelijk blijft, is er sprake van een doorgaande schaalvergroting. Dat geldt zowel voor de primaire sector als ook voor de handel en de logistiek. Naast deze schaalvergroting opereren veredelaars, kwekers, handel en logistiek ook steeds meer internationaal. Dat geldt ook de bedrijven die kassen bouwen dan wel de techniek leveren in en om de kas. Voor veel van deze bedrijven geldt dat zij in de afgelopen drie jaar hun omzet internationaal zeer sterk hebben zien groeien. Nederland is een knooppunt in de internationale handel. Dit geldt met name voor de sierteelt en in mindere mate voor de groenteteelt. De werkgelegenheid in de handel, logistiek en dienstverlening zal naar verwachting sterker groeien dan in de primaire sector. Zo wordt in Barendrecht, Ridderkerk en Rotterdam gewerkt aan de ontwikkeling van het bedrijventerrein Nieuw Reijerwaard, dat gericht zal zijn op handel en logistiek. Op termijn biedt dit werk aan circa 5.500 arbeidskrachten. Door de genoemde schaalvergroting, internationalisering en focus op handel en logistiek, verandert de vraag naar personeel. Dit wordt versterkt door nieuwe technieken en manieren van werken rondom de biobased-economy. Er komt een toenemende vraag naar hoger opgeleid personeel voor het leiding geven binnen de kassen, voor marketing, HR, logistiek en IT als ook voor de introductie en implementatie van technische innovaties. Voor Nederland is de prognose dat in 2020 50% van het vaste personeel een HBO-opleiding zal moeten hebben tegen 21% in 2010. De behoefte aan middelbaar opgeleid personeel blijft. Om deze veranderende vraag naar personeel goed op te kunnen vangen is het van belang om te kijken naar demografische trends en opleidingsniveau als ook de geprognotiseerde vraag naar personeel en de huidige en geprognotiseerde uitstroom van MBO- en HBO-studenten voor de Greenport.
Onderwerp
Trends
Impact voor Greenport Westland-Oostland-Barendrecht
Bevolkingsprognose
Het CBS verwacht een bevolkingsgroei voor Westland,
De MBO- en HBO-opleidingen kunnen een
Oostland en Barendrecht. Dit gaat gepaard met een sterke
hogere instroom verwachten in de komende
vergrijzing van de bevolking. Dit leidt tot een relatieve
jaren.
daling van het aantal jongeren maar een stijging van het absolute aantal jongeren in deze gemeenten. Opleidingsniveau
Vergeleken met het landelijk gemiddelde is het opleiding-
Kijkend naar het hoge aantal MBO-opge-
bevolking
sniveau van de betrokken gemeenten overwegend meer
leiden liggen er goede mogelijkheden om
MBO dan WO. Het percentage HBO-opgeleid is vergelijk-
in het kader van een Leven Lang Leren te
baar met het landelijk gemiddelde.
komen tot meer HBO-gediplomeerden
Zowel in de primaire sector als de handel, logistiek en
Het aantal afgestudeerden met een oriën-
dienstverlening is sprake van groeiende werkgelegen-
tatie op de Greenport ligt ruim achter op
heid. Deze verschuift meer naar HBO-niveau. In 2020 is
de geprognotiseerde vraag. Het betreft hier
behoefte aan 900 MBO- en HBO-gediplomeerden in teelt,
voor specialisten op het terrein van teelt,
handel en logistiek.
marketing, handel en logistiek.
Vraag naar arbeid
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
>> 15
Aanbod afgestudeerden
Aanbod aan afgestudeerden blijft achter ten opzichte van
Het aantal afgestudeerden met een
de vraag naar arbeid. Op dit moment leveren de HBO- en
oriëntatie op de Greenport ligt ruim achter
MBO-opleidingen van Inholland Delft, Lentiz onderwijs-
op de geprognotiseerde vraag. Het betreft
groep en Edudelta onderwijsgroep 235 gediplomeerden.
hier voor specialisten op het terrein van
De betrokken onderwijsinstellingen geven aan een lichte
teelt, marketing, handel en logistiek.
stijging te verwachten.
Tabel 3 – Trends en hun impact, bron: zie bijlage 2, 3 en 4
1.3
Huidig onderwijs- en onderzoeksaanbod
Het huidig aanbod aan onderwijs gerelateerd aan de Greenport vindt met name plaats via Lentiz onderwijsgroep, Edudelta onderwijsgroep (beide MBO) en Inholland Delft (HBO). De aantallen afgestudeerden per jaar is beperkt. In totaal zijn er in 2011/2012 173 MBO’ers afgestudeerd in Greenport-gerelateerde opleidingen en 62 HBO’ers (zie de vorige paragraaf en bijlage 3). De betrokken onderwijsinstellingen prognosticeren een stijging van dit aantal maar niet voldoende om aan de vraag uit de arbeidsmarkt te voldoen (zie bijlage 4). Op het terrein van techniek is er een directe link te leggen vanuit de Greenport naar de sector techniek van de Haagse Hogeschool. Regelmatig is er sprake van stages en afstudeeropdrachten. De sector techniek van de Haagse Hogeschool stelt eisen aan de kwaliteit van de stages en afstudeeropdrachten. Uitgangspunt is open innovatie en het delen van de resultaten van uitgevoerd onderzoek. Dit weerhoudt een aantal bedrijven om zaken te doen met de Haagse Hogeschool. Deze sector van de Haagse Hogeschool kent geen aanbod in de vorm van cursussen en trainingen in het kader van een Leven Lang Leren. Een aantal ondernemers in de Greenport Westland-Oostland-Barendrecht maakt gebruik van de kennis van de TU Delft rondom aardwarmte. De TU Delft is verder actief in de Greenport via afstudeeropdrachten en in het kader van de Greenport Campus. Greenport Campus is het platform waarmee de Nederlandse topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen de sprong willen maken naar een hoger niveau van kennis en innovatie. Hierin werken TU Delft, TNO, WUR en een aantal hogescholen samen. De Greenport Campus heeft een loket en geeft innovatieondersteuning aan ondernemers. Belangrijke speler in deze samenwerking is de Demokwekerij, het innovatiecentrum op het gebied van techniek in de glastuinbouw. De contacten tussen de Greenport en de Hogeschool Rotterdam is beperkt/incidenteel. Wel heeft het contractonderwijs van de Hogeschool Rotterdam een aantal jaren geleden een cursus van enkele avonden, aangeboden op maat van de Greenport. Er liggen goede mogelijkheden om de samenwerking met de Hogeschool Rotterdam te versterken met name op het punt van cases en games in jaar 1 en 2 van de bachelorsopleidingen en rondom innovatieve stages en afstudeeropdrachten. Samenwerking door een gerichte inzet van een Greenport-lector is niet uitgesloten. Belangrijk in het kennisaanbod in Westland-Oostland-Barendrecht is de aanwezigheid van de Wageningen UR Glastuinbouw in Bleiswijk. Dit is een onderdeel van de WUR en een onafhankelijke, internationale onderzoeksorganisatie die staat voor kwaliteit, betrouwbaarheid, duurzame oplossingen en een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding. Naast deze vestiging van de WUR is GreenQ gevestigd dat zich richt op de tuinbouwsector met specifieke kennis van het teeltproces, waardoor de productiviteit en kwaliteit van teelten onder glas verbeterd wordt, resulterend in een hoger rendement. Er is een samenwerkingsverband tussen onder meer GreenQ, Inholland Delft, Lentiz onderwijsgroep en Edudelta onderwijsgroep onder de naam Horticultural Experience Center (HEC) waar studenten in studiekassen de teeltprocessen in de praktijk kunnen ervaren. Een andere belangrijke speler in de regio is de Erasmus Universiteit met diverse opleidingen rondom economie en rechten. Onderdeel van deze universiteit is de Rotterdam School of Management met een breed aanbod aan strategie, bedrijfskunde, marketing , supply chain, informatica etc.
16
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
1.4
Leren van andere campussen
In het kader van dit businessplan is via literatuurstudie en interviews gekeken naar wat de Greenport in Westland, Oostland en Barendrecht kan leren van andere campussen. Dit heeft geleid tot de selectie van 12 kritische succesfactoren waaraan een goede campus moet voldoen: zie tabel 4 en bijlage 5.
1.
Nabijheid grote stad
2.
Ondersteunende universiteit
3.
Ondersteunende overheid
4.
Goede infrastructuur
5.
Centrale locatie
6. Aantrekkelijk voor investeerders
7.
Kritische succesfactor
Aantrekkelijk voor oprichting nieuwe bedrijven
Aanwezig in Greenport Ja, steden als Den Haag, Rotterdam en Delft zijn dichtbij. Ja, twee universiteiten aanwezig. Soms nauw samenwerkend met bedrijven, soms is er meer sprake van loosely coupled networks. Ja, de verschillende overheden steunen de benodigde kennisinnovatie De bereikbaarheid tussen de verschillende locaties is sterk voor verbetering vatbaar. Er is geen centrale locatie. De belangrijkste voorzieningen liggen allen in een straal van 40 km. De mentale afstand is soms groter. Zowel voor de primaire sector als de handel en logistiek wordt groei voorspeld. In de afgelopen decennia zijn nieuwe bedrijven vooral gestart binnen het bestaande familiebedrijf.
8.
Kennisdelen
9.
De gouden driehoek
10.
Ondernemerschap
11.
Dezelfde sector
Ja, het hele Greenport cluster is vertegenwoordigd in de Greenport Horti Campus
12.
De hele keten
Ja, zowel veredeling, teelt, handel, logistiek, techniek als zakelijke dienstverlening
Universiteiten en hogescholen delen hun kennis met bedrijven bijv. via de Greenport Campus. Ondernemers (veelal met een MKB-achtergrond) delen kennis en leren veel meer ad hoc en informeel. Bij kennis- en leerprocessen ligt de focus binnen het bedrijf. Er is sprake van veel overleg tussen overheid, onderwijs, ondernemers en onderzoek. Dit leidt o.a. tot dit businessplan voor de Greenport Horti Campus. Nodig is de verdere ontwikkeling van Westland-Oostland-Barendrecht tot een Smart Business Network. Er is een groep van ondernemers die duidelijk optreden als innovators. Andere groepen volgen dan wel wachten af. In het onderwijs begint ondernemerschap een belangrijke rol te vervullen.
Tabel 4 – Leren van andere campussen
Op basis van deze kritische succesfactoren zijn in ieder geval de volgende leerpunten te formuleren: - Zorg voor duidelijke connecties met de aanwezige grote steden als Den Haag, Rotterdam en Delft en dan meer specifiek de universiteiten en hogescholen daarin zoals de TU Delft, Erasmus Universiteit, Rotterdam School of Management, de Haagse Hogeschool, Inholland en de Hogeschool Rotterdam. Betrek daarbij ook TNO en de WUR, in Bleiswijk. Kijk daarbij expliciet naar mogelijkheden om lopende onderzoeksprogramma’s meer af te stemmen op de R&D-programma’s van de grotere bedrijven in de Greenport. (KSF 1 en 2). - Bereikbaarheid is essentieel zowel in als tussen Westland, Oostland en Barendrecht (KSF 4 en 5). De grootste afstand tussen deze drie locaties is 40 km maar de gevoelde afstand is groter. Van belang is het creëren van fysieke en digitale ontmoetingsplaatsen als ook een fysieke busverbinding tussen de drie locaties. Op termijn is het sluiten van de Randstadrail de meest structurele oplossing. - Kijk naar mogelijkheden om nieuwe bedrijven (te leren) op te starten (KSF6 en 7). Dit heeft de laatste decennia in de Greenport vooral plaats gevonden in bestaande familiebedrijven. Met alle schaalvergrotingen is het zaak naar alternatieven te kijken waarbij het opstarten van een incubator een goede oplossing kan zijn. - Kijk naar mogelijkheden om kennis meer informeel te leren en te gebruiken. Juist hier zit een belangrijk
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
17
verschilpunt met andere campussen die veeleer uitgaan van een wetenschappelijke innovatie al dan niet in combinatie met een patent. Deze ‘traditionele’ kennisvalorisatie werkt in de Greenport alleen op het punt van de veredeling. In de andere delen van het Greenport-cluster is veel meer sprake van innovatie vanaf de werkvloer. Een ondernemer of zijn medewerker wordt geconfronteerd met een probleem of een idee en gaat daarmee aan de slag. De focus ligt op het eigen bedrijf. Loketten (hoe goed georganiseerd ook) werken daarbij maar beperkt. Nodig zijn in deze ‘uit de kluiten gewassen’ MKB-branche andere en meer informele vormen van kennis delen als basis voor innovatie. Deze modellen zijn niet of maar beperkt aanwezig. (KSF 8). - Om van een netwerk een Smart Business Network te maken zijn drie zaken nodig: het hebben van een gemeenschappelijk doel (i.c. het garanderen van de toekomst van de Greenport in deze regio), flexibele samenwerkingsverbanden van bedrijven, overheden, onderwijs- en kennisinstellingen als ook een ondersteunend digitaal platform dat het mogelijk maakt om samenwerking snel vorm te geven. Hierbij is het van belang dat er duidelijkheid is over de capaciteiten en toegevoegde waarde van iedere deelnemende partij. Door het gebruiken van deze flexibele netwerkstructuur kan de Greenport Westland-Oostland-Barendrecht kennis en ervaring van verschillende partijen gebruiken om snel en accuraat te anticiperen/reageren op nieuwe situaties (KSF 9). - Handhaaf de aanpak om uit te gaan van de hele sector (KSF 11 en 12). 1.5
De uitdaging
Uit de bovenstaande analyses blijkt dat de veranderende vraag aan personeel leidt tot een tekort op het punt van teeltspecialisten en afgestudeerde professionals rondom marketing, handel, logistiek, informatica etc. Er is sprake van een toenemende kloof tussen de hoeveelheid gediplomeerde schoolverlaters en de verwachte vraag/behoefte aan MBO- en HBO-opgeleide personen. Nodig zijn teelt- en bedrijfskunde-specialisten. Eerste voorwaarde voor deze ontwikkeling is een goed gebruik van bestaande kennis bij en ontwikkeling van kennis met belangrijke partners als WUR, TU Delft, TNO, Haagse Hogeschool, Hogeschool Rotterdam en Hogeschool Inholland. Tweede voorwaarde is een goed werkgeverschap en aansprekend imago. Om op deze manier de economische positie van de Greenport in Westland, Oostland en Barendrecht te kunnen garanderen voor langere termijn als ook nieuwe kansen (nationaal en internationaal) te kunnen oppakken, is dan ook een stevig actieprogramma nodig waarbij gewerkt wordt aan: - Een beter gebruik van aanwezige kennis en het gericht ontwikkelen van nieuwe kennis dicht bij de dagelijkse praktijk van de Greenport Westland-Oostland-Barendrecht. - Het daarmee versterken van de innovatiekracht van de ondernemers in deze sector. - Verbetering van de instroom van nieuwe studenten in Greenport-gerelateerde opleidingen, - Het vergroten van de mogelijkheden om ook via andere opleidingen goede instromers en zij-instromers te krijgen. - Te komen tot het blijvend opleiden en inspireren van zittend personeel. - Het versterken van de internationale concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven door het opzetten van een internationale campus. - Het creëren van aantrekkelijk werkgeverschap als directe bijdrage aan een goed imago van de sector. Dit zal ook moeten plaats vinden binnen de culturele context van de Greenport (een vanouds MKB-branche) waarbij onderwijs en kennis/innovatie dicht bij de ondernemer en zijn bedrijf, vorm gegeven moet worden. Nodig is een Human Capital Agenda voor Westland, Oostland en Barendrecht met het in lijn brengen van behoeften van bedrijven in de Greenport met behoeften van studenten en (potentiële) medewerkers. Directe aandacht daarbij voor: - aantrekkelijk werkgeverschap en het imago van de sector - een beroepsgericht opleidingsaanbod met goede kennisclusters en flexibele opleidingsstructuur. - een goed en samenhangend aanbod voor een Leven Lang Leren zowel voor het zittend personeel als potentiële zij-instromers.
18
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
2 Visie, missie en doelen van de Greenport Horti Campus 2.1
De visie, missie en doelstellingen van de Greenport Horti Campus
De uitdaging zoals aangegeven in paragraaf 1.5 kan in de visie van de partners in de Greenport Horti Campus alleen worden opgepakt wanneer de behoeften van bedrijven aan voldoende gekwalificeerd personeel structureel wordt gekoppeld aan de behoeften van jongeren om inspirerend onderwijs te krijgen dicht bij de beroepspraktijk en aan de behoefte van zittend personeel om zich permanent te laten scholen. Alleen zo kan ook blijvend een bijdrage worden geleverd aan een positief imago van de sector en versterking van de internationale concurrentiekracht. De missie van de Greenport Horti Campus is dan ook: Het garanderen van voldoende innovatieve ondernemers als ook voldoende goed gekwalificeerd personeel voor de sector door het bieden van inspirerende opleidingen en cursussen met directe toegang tot kennis, ook als directe bijdrage aan een positief imago van de sector en versterking van de internationale concurrentiekracht. De doelstellingen van de Greenport Horti Campus laten zich in lijn met de missie als volgt samenvatten: 1. Garanderen dat er in de komende jaren voldoende innovatieve ondernemers zijn en blijven als ook voldoende goed gekwalificeerd personeel beschikbaar is en blijft voor de sector. Dit vraagt om verregaande vormen van samenwerking tussen bedrijven, brancheorganisaties, onderwijs- en kennisinstellingen, en overheden. 2. Bewerkstellingen van inspirerend onderwijs dicht bij de beroepspraktijk voor leerlingen en studenten, voor zittend personeel als ook nieuwe medewerkers van buiten de sector. Te vaak en te veel laat de sector aan anderen niet zien wat ze in huis heeft ook aan (potentiële) leerlingen en studenten. Laten zien wat er aan innovatieve en inspirerende zaken gebeurt binnen de sector is een permanente taak voor de Greenport Horti Campus, juist wanneer het betreft stages, afstudeeropdrachten en andere belangrijke aspecten om tot inspirerend onderwijs en kennis te komen. 3. Versterken van de nationale en internationale concurrentiekracht van het Greenport-cluster in Westland-Oostland-Barendrecht. De Greenport Horti Campus wordt voor ondernemers de plek waar zij hun klanten kunnen opleiden en trainen, (online) kunnen coachen, van de juiste kennis kunnen voorzien etc. Voor studenten leidt dit tot inspirerende en internationaal georiënteerde opleidingen. Daarmee kan de Greenport Horti Campus zich ontwikkelen tot een internationaal kennis- en onderwijscentrum. Zie ook de onderstaande figuur:
1
2
Garanderen van voldoende
Bewerkstelligen van inspirerend
innovatieve ondernemers en
onderwijs en kennis als directe
voldoende gekwalificeerd personeel
bijdrage aan een beter imago
3
Creëren van een internationaal kennis- en opleidingscentrum voor de Greenport
Figuur 3 – Doelstellingen Greenport Hort Campus
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
19
2.2
Uitwerking van deze doelstellingen
Nodig is een samenhangende kennis- en onderwijsinfrastructuur onder gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen, en overheden. Een dergelijke kennis- en onderwijsinfrastructuur bouwt voort op hetgeen er nu is met waar nodig aanvullingen op maat van de regio als geheel en specifieke omstandigheden in Westland, Oostland en Barendrecht. Dit alles wordt vormgegeven zo dicht mogelijk bij de dagelijkse realiteit van de ondernemers in de sector. Dit leidt tot vier operationele doelstellingen: 1. Het permanent opleiden van (nieuwe) medewerkers voor de Greenport in Westland, Oostland en Barendrecht. Dit betreft veredeling, primaire productie, toelevering, handel, logistiek, kassenbouw, technische leveranciers en zakelijke dienstverlening. Nodig hiervoor is dagonderwijs (VMBO-MBO-HBO) dat up to date en uitdagend is, dat leerlingen en studenten inspireert en dicht bij de beroepspraktijk is vormgegeven. Verder is nodig een programma van een Leven Lang Leren dat up to date is en op maat van bedrijven en medewerkers is vormgegeven. 2. Het ondersteunen van innovatieve ondernemers bij vraagstukken als bedrijfsmatige aspecten van schaalvergroting en het versterken van hun business positie. Nodig is dat kennis van universiteiten en hogescholen snel en op maat voor ondernemers beschikbaar is. 3. Het bewerkstelligen en borgen van een positief imago van de sector bij grote groepen van de samenleving. Nodig hiervoor is een permanent actieprogramma. 4. Het versterken van de internationale concurrentiekracht van het Greenport-cluster door het structureel bundelen van praktijk, kennis en kunde. Nodig zijn opleidingen en trainingen die in ieder geval Engelstalig zijn als ook een set van voorzieningen en faciliteiten in Westland, Oostland en Barendrecht die het bedrijven mogelijk maakt kennis en onderwijs moeiteloos mee te verkopen in hun internationale (turn-key) projecten. 2.3
De hoofdstructuur van de Greenport Horti Campus en implementatieaanpak
De doelstellingen zoals hierboven aangegeven vragen om een integrale aanpak in Westland, Oostland en Barendrecht van het dagonderwijs, de cursussen en trainingen, het vermogen om kennis dicht bij ondernemers te brengen en passende faciliteiten zowel op locatie als virtueel. De Greenport Horti Campus kent dan ook verschillende onderdelen zoals aangegeven in de onderstaande tabel:
Onderdeel Beschrijving Greenport Horti Campus
Initieel onderwijs
Financiering
Het bestaande onderwijs in MBO en HBO zowel bij Lentiz onderwijsgroep,
Financiering vindt plaats via de
Edudelta onderwijsgroep, Inholland Delft als ook bij het ROC Mondriaan,
reguliere bekostiging van de
Albeda College, Da Vinci College, Hogeschool Rotterdam, Haagse
betrokken opleidingen.
Hogeschool, TU Delft, Erasmus Universiteit en Rotterdam School of Management. Leven Lang Leren
Het bestaande palet aan cursussen en trainingen is in de primaire sector
Financiering van cursussen
onoverzichtelijk en heeft een onduidelijke kwaliteit. Nodig is defragmentatie
vindt privaat plaats via
en het kunnen garanderen van kwaliteit. Binnen de handel is dat beter
bedrijven dan wel de cursist
geregeld; bij techniek en logistiek beperkt. Focus is het bewerkstellingen van zelf met uitzondering van een aanbod voor zittend personeel en nieuwe medewerkers dat inspireert
specifieke trajecten zoals BBL
tot een Leven Lang Leren.
en eventuele opstartsubsidies
>>
20
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Onderdeel Beschrijving Greenport Horti Campus Greenport kennis
Financiering
In de Greenport Campus stellen universiteiten, TNO en hogescholen
Financiering hiervan vindt deels
hun kennis beschikbaar aan ondernemers. Naast deze manier van
plaats door de bedrijven zelf en
kennisvalorisatie is bij ondernemers ook behoefte aan directe
deels via gerichte subsidies van
ondersteuning bij innovaties binnen het eigen bedrijf. Hiervoor zijn nog
overheden
geen gestandaardiseerde manieren van werken ontwikkeld. Greenport internationaal
Belangrijke uitdaging voor bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen is om
Financiering hiervan vindt
kennis en opleidingen te integreren in de producten dienstverlening van
in principe plaats door de
Nederlandse bedrijven in het buitenland.
bedrijven zelf dan wel hun klanten. Financiering is mogelijk via revolving funds en/of via gerichte subsidies van overheden
Passende faciliteiten
De Greenport Horti Campus heeft aansprekende en inspirerende locaties
Financiering van faciliteiten
nodig in Westland, Oostland en Barendrecht. Daarbij is verder nodig om een
voor onderwijs vindt plaats
fysieke busverbinding als ook een digitaal platform voor samenwerking en
via de reguliere bekostiging.
kennisdeling.
Aanvullende financiering vindt plaats door de bedrijven zelf en deels via gerichte subsidies van overheden
Centrum voor Innovatief
In het kader van landelijk beleid is er via het Topteam Tuinbouw &
50% overheid, 25% bedrijven en
Vakmanschap en Center of
Uitgangsmaterialen geld beschikbaar zowel voor het verbeteren van het
25% onderwijsinstellingen
Expertise
MBO (Centrum voor Innovatief Vakmanschap) als voor het HBO/WO (Centre of Expertise).
Tabel 5 – Hoofdstructuur Greenport Horti Campus en wijze van financiering
Deze hoofdstructuur is samengevat in de onderstaande figuur.
Bedrijven Ervaringen
Onderwijs
Leren
kennis
Onderzoek
Initieel
Leven
Greenport
Greenport
onderwijs
Lang
Kennis
Internationaal
(V)MBO
Leren
Facilteiten
en HBO
Reguliere
Private
Private/reguliere
Private/reguliere
Private
financiering
financiering
financiering
financiering
financiering
Centrum voor Innovatief Vakmanschap Center of Expertise
Figuur 2 – Hoofdstructuur Greenport Horti Campus
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
21
2.4
De klanten van de Greenport Horti Campus
De Greenport Horti Campus kent meerdere klanten. Dat zijn in de eerste plaats de bedrijven in de Greenport. Zij hebben behoefte aan: - Meer studenten in het MBO, HBO en WO met teeltkennis en –ervaring als ook studenten in andere opleidingen die de Greenport (leren) kennen als een innovatieve en uitdagende sector. Dit vraagt om een branche die zich bij voortduring positief positioneert naar deze doelgroepen. - Permanente scholing van zittende medewerkers. - Meer instroom van medewerkers ook op latere leeftijden (zij-instromers). Veelal gaat het hier om staf- en middenkaderfuncties. Hiervoor zijn passende opleidingen en trainingen nodig op maat van deze doelgroep om hen snel de specifieke aspecten van de Greenport bij te brengen. Ook is nodig dat mensen vooral een positieve associatie hebben bij de Greenport. - Toegang tot relevante kennis als basis voor verdere innovatie ook ter versterking van de eigen business propositie. Een tweede groep van klanten betreft de studenten die op zoek zijn naar inspirerende opleidingen die uitzicht bieden op een goede positie op de arbeidsmarkt dan wel die een goede basis zijn voor succesvol ondernemerschap. De Greenport biedt deze uitdagende posities in een steeds meer internationaal wordende sector. Het onderwijs kan wat meer inspireren naarmate er meer gebruik kan worden gemaakt van de (internationale en regionale) context van de Greenport. Op die manier wordt het onderwijs dichter bij de beroepspraktijk vormgegeven en dus aantrekkelijker. De derde groep van klanten betreft de medewerkers van bedrijven in het kader van een Leven Lang Leren. Hierbij spelen onderwijsinstellingen als Lentiz onderwijsgroep, Edudelta onderwijsgroep, Inholland en de Hogeschool Rotterdam een belangrijke rol. Daarnaast zijn er commerciële aanbieders dan wel verzorgen bedrijven zelf hun opleidingen en trainingen zoals bij de Dutch Flower Group. O.a. de Rabobank en LTO Groeiservice geven regelmatig masterclasses. Nodig is een inhoudelijke afstemming in dit diverse aanbod en vooral meer duidelijkheid over de kwaliteit die wordt geboden. Voor deze klantgroepen levert de Greenport Horti Campus de volgende toegevoegde waarde: Waardepropositie
Klant
Verbeterpunt t.o.v. huidige situatie
1. Inspirerende en actuele
Ondernemers en hun bedrijven
- Meer samenhang, hogere kwaliteit en dichter bij de
opleidingen in de context van
Leerlingen en studenten
de Greenport met doorlopende
internationale beroepscontext van de Greenport - Meer inspirerende opleidingen
leerlijn VMBO-MBO-HBO-WO 2. Opleidingen en cursussen dicht bij de praktijk met actuele kennis
Ondernemers en hun bedrijven Studenten en cursisten
in het kader van een Leven Lang
- Meer samenhang in het huidige aanbod en garantie op kwaliteit - Meer inspirerende cursussen
Leren 3. Kennis dicht(er) bij ondernemers
Ondernemers en hun bedrijven
- Regionaal steunpunt Kennisvalorisatie - Valorisatiecentrum bij HEC/WUR - Focus op drie innovatiethema’s: Duurzame Energie, Logistiek en Plantenstoffen
22
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
>>
Waardepropositie
Klant
Verbeterpunt t.o.v. huidige situatie
4. Leveren van kennis en
(internationaal opererende)
opleidingen als onderdeel
ondernemers en hun bedrijven
van business- propositie van
(Internationale) studenten en cursisten
- Beter imago Nederlandse kassenbouwers en technische leveranciers vanwege hoge productiviteit van geleverde kassen - Ontwikkeling Nederland als internationale kennishub voor
internationaal opererende
kas- en teelttechniek.
bedrijven 5. Herkenbare locaties, goed (digitaal) bereikbaar
Ondernemers en hun bedrijven
- Nieuwe locatie MBO-Westland met extra voorzieningen
Leerlingen, studenten en cursisten,
- Locatieontwikkeling rondom HEC en WUR aan Violierenweg
ook internationaal
in Bleiswijk - (V)MBO-boulevard in Barendrecht aan Dierensteinweg met de MBO-federatie, Edudelta en Focus Beroepsacademie, als ook een MBO-aanbod in de Rijnstraat. - Gemeenschappelijk digitaal platform - Busverbinding tussen locaties inclusief Delft en Rotterdam
6. Verbetering van imago bij
Ondernemers en hun bedrijven
- Groter besef van belang goede voeding - Meer positieve associatie van Greenport bij leerlingen en
leerlingen en studenten
studenten - Hogere instroom in het bestaande onderwijs VMBO-MBOHBO-WO Tabel 6 – Waardepropositie Greenport Horti Campus
2.5
De partners in de Greenport Horti Campus
De Greenport Horti Campus wordt gevormd door partijen uit het bedrijfsleven, branche organisaties, onderwijs, onderzoek en gemeenten. Daarbij gaat het om bedrijven uit de hele Greenport sector in Westland-OostlandBarendrecht variërend van veredeling, teelt, handel, logistiek, kassenbouw, technische leveranciers en zakelijke dienstverlening. Meer specifiek gaat het om de volgende organisaties zoals opgesomd in de tabel hieronder.
Bedrijven en branche organisaties
Onderwijs en onderzoek
Overheden
LTO Noord/Glaskracht
WUR
Gemeente Westland
Kamer van Koophandel
TU Delft
Gemeente Pijnacker-Nootdorp
VNO-NCW
TNO
Gemeente Lansingerland
Frugi Venta
Hogeschool Inholland
Gemeente Barendrecht
LTO Groeiservice
Haagse Hogeschool
Provincie Zuid Holland
FloraHolland
Hogeschool Rotterdam
Productschap Tuinbouw
Rabobank
Lentiz Onderwijsgroep
Ministerie van EL&I
Royal Pride
Edudelta Onderwijsgroep
GreenQ
Federatie MBO Westland
Demokwekerij
Federatie MBO Barendrecht/Ridderkerk
Syntens Andere potentiële partners …. ….
Tabel 7 – Partners in de Greenport Horti Campus
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
23
2.6
Het businessmodel van de Greenport Horti Campus
Om tot de benodigde samenhang te komen werken bedrijven, onderwijs- en kennisinstellingen als ook de overheden samen in de Greenport Horti Campus. Partijen zullen onder hun eigen merknaam toevoegen ‘partner van de Greenport Horti Campus’. Partners in dit samenwerkingsverband tonen hun commitment vooral door de inzet van mensen (expertise) en middelen (cash/funding). Het businessmodel van de Greenport Horti Campus ziet er daarbij als volgt uit:
Kernpartners
Kernactiviteiten
Waardenpropositie
Relatie
Klanten
• Bedrijven
• Uitbouw netwerk
1 Opleidingen in
• Netwerkontwikkeling
a. Ondernemers en
• Onderwijs
& community
• Onderzoek
• Verbetering aanbod
• Overheden
• Promotie/branding
Greenport-context
• Persoonlijk
hun mensen, deels internationaal
2 Leven Lang Leren op maat/up-to-date
b. Leerlingen en studenten
3 Kennis dicht(er) bij ondernemers Kernelementen • Het (online) netwerk • Centre of Expertise • Centrum Innovatief
c. (Internationale) Kanalen
4 Exportversterking
studenten/cursisten
• Bedrijven
5 Herkenbare locaties +
• Docenten • Intermediairs
digitaal platform
Vakmanschap • Inspirerende locaties
6 Imagoverbetering
Kosten
Inkomsten
• Investering en exploitatie fysieke locaties
• Betalingen vanuit het onderwijs via bekostiging, inkomsten contractonderwijs, huur etc
• Investering en uitbouw online presence • Kosten voor opzet en uitbouw kenniscyclus
• Investeringen door bedrijven o.a. in Praktijkbedrijven
• Kosten uitbouw netwerk
• Subsidies voor investeringen en exploitatie
• Kosten voor promotie en branding
• Betalingen voor (valoriasatie)onderzoek
• Inzet personeel
• Kwalitatief beter personeel • Sponsoring Figuur 5 – Businessmodel Greenport Horti Campus
24
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
3 Hoofdlijnen van implementatie 3.1
Beter initieel onderwijs
3.1.1.
Analyse
Uit de gevoerde gesprekken en geraadpleegde bronnen blijkt dat het MBO in het Westland de afgelopen jaren goede stappen vooruit heeft gezet. In de Federatie MBO Westland werken Mondriaan, Albeda College en Lentiz onderwijsgroep gezamenlijk aan een MBO aanbod in het Westland. De Lentiz onderwijsgroep verzorgt de MBO Greenport opleidingen binnen de Federatie. Zowel de samenwerking tussen deze regionale MBO-aanbieders als de verbetering van de Horti-bedrijfskunde en Horti-technic opleidingen worden positief beoordeeld. Datzelfde geldt voor het initiatief van Lentiz onderwijsgroep om te komen tot het Groene Lyceum (VMBO-MBO) en de BizNiz-klas (VMBO) die beide werken vanuit de internationale context van de Greenport. In Barendrecht wordt gewerkt aan samenwerking tussen Edudelta onderwijsgroep, Albeda College en Da Vinci College. Een MBO niveau 3 en 4 toegespitst op de Greenport start daar in september 2013. Lentiz en Edudelta zijn in samenwerking met GreenQ en Inholland Delft het Horticultural Experience Center gestart in Bleiswijk. Nodig is in lijn met de landelijke discussie over een Centrum voor Innovatief Vakmanschap, verbreding en verzwaring van de betrokken MBO-opleidingen. Ook is daarbij aandacht nodig voor praktische techniek, ketenkennis, informatica en veredeling. Inholland Delft is bezig met een heroriëntatie op de Greenport. Verder is er een start met een nieuw lectoraat gericht op de Greenport. Ondernemers vragen om een aanpak a la de HAS Den Bosch. Verdere versterking van het HBO-onderwijs is nodig in nauw samenspraak met bedrijven en brancheorganisaties. Nauwere samenwerking is ook nodig met de afdeling Techniek van de Haagse Hogeschool als ook met de Hogeschool Rotterdam en de Erasmus Universiteit/Rotterdam School of Management, rondom marketing, logistiek, handel, economie en informatica. Daarnaast bestaat behoefte aan aanbod op het snijvlak van MBO en HBO (Associate Degreeniveau). 3.1.2.
Te bereiken resultaat in 2015
De volgende resultaten dienen gerealiseerd te zijn in 2015: - Upgrading van het MBO-onderwijs in lijn met de landelijke discussie over het Centrum voor Innovatief Vakmanschap en met versterking rondom techniek, informatica en veredeling. - Upgrading van het HBO-onderwijs in lijn met de landelijke discussie over het Center of Expertise. - Stevige samenwerking tussen de Greenport Horti Campus met de Hogeschool Rotterdam en de Haagse Hogeschool blijkend uit meerdere stage- en afstudeeropdrachten en cases, mogelijk ondersteund door een lectoraat Greenport binnen de Hogeschool Rotterdam. - Ontwikkeling en start van een Associate Degree binnen de Greenport. 3.1.3.
Uit te zetten programmalijnen
Om tot verbeteringen te komen in het initiële onderwijs (MBO-HBO) zet de Greenport Horti Campus de volgende programmalijnen uit. Voor de inzet van het programmabureau, zie paragraaf 6.1.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
25
Nr
Omschrijving
Te bereiken resultaat
Planning
Trekker
1
Upgrade MBO-Groen in het kader van
Inspirerend en up to date MBO met
2013-2016
Lentiz, Edudelta en
Centrum voor Innovatief Vakmanschap en in
aansprekende stages ook gericht
samenwerking met ROC’s.
op veredeling en MBO-toegepaste
Programmabureau
biologie 2
3
Upgrade HBO in het kader van Center of
Inspirerend en up to date HBO
Expertise
inclusief HBO toegepaste biologie
Versterking relatie andere hogescholen,
Betere samenwerking en
universiteiten en TNO in de regio
onderwijsaanbod voor Greenport
2013-2016
Inholland Delft
2012-2014
Programmabureau
Start AD in 2014
Programmabureau
rondom techniek, logistiek, marketing etc. 4
Ontwikkeling Associate Degree-traject
Verkenning van de stappen om te komen tot een AD-traject voor de Greenport
3.2
Een Leven Lang leren
3.2.1.
Analyse
Het huidige aanbod aan cursussen en trainingen is zeer divers van aard zowel wat betreft aanbieders, kwaliteit, samenhang etc. In de primaire sector wordt een slag gemaakt door het formuleren van eenduidige functies (met name op MBO-niveau), een eenduidige ontwikkelscan en een eerste ordening van cursussen en trainingen op basis van kwaliteit. Dit betekent een afname van het aantal cursussen. Dit gebeurt in het kader van het AgroOpleidingshuis en de Horti BedrijfsSchool voor de hele primaire sector waarbij ook Lentiz onderwijsgroep en Inholland Delft zijn betrokken. De Horti Bedrijfsschool wordt voor de kwekers het centrale loket van waaruit scholingsconsultenten kwekers ondersteunen bij het vormgeven van een Leven Lang leren binnen deze bedrijven. In de handel bestaat een dergelijke manier van werken al enige tijd onder verantwoordelijkheid van Frugi Venta. In de andere onderdelen van het Greenport-cluster is nog geen sprake van het bewerkstelligen van meer samenhang in het aanbod. Hier is actie nodig. Parallel aan de genoemde ontwikkelingen rondom het cursorisch onderwijs richten bedrijven eigen Academies op of hebben dat gedaan zoals Priva en Dutch Flower Groep. In het geval van Prominent vindt de oprichting van de Prominent-Academy in nauw samenspraak plaats met Lentiz Cursus&Consult. Daarnaast zijn er de nodige masterclasses van bijvoorbeeld de Rabobank en LTO Groeiservice met name gericht op de DGA’s en andere ondernemers. Belangrijk is dat er sprake is van een inhoudelijke afstemming tussen wat zij leren tijdens deze sessies en wat andere aanbieders doen met bijvoorbeeld het trainen van het middenkader. Denkbaar is ook dat content uit de Academies van de afzonderlijke bedrijven ten goede komt aan het initieel onderwijs. 3.2.2.
Te bereiken resultaat in 2015
De volgende resultaten dienen gerealiseerd te zijn in 2015: - Doorontwikkeling van het AgroOpleidingshuis in het kader van de Horti BedrijfsSchool - Doorontwikkeling van het cursusaanbod van Frugi Venta - Meer samenhang in het cursorisch aanbod ook in de andere onderdelen van het Greenport-cluster zoals logistiek en techniek. - Inhoudelijke afstemming in het cursusaanbod in Westland-Oostland-Barendrecht. 3.2.3.
Uit te zetten programmalijnen
Om tot verbeteringen te komen in het cursorisch onderwijs zet de Greenport Horti Campus de volgende programmalijnen uit:
26
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Nr
Omschrijving
Te bereiken resultaat
Planning
Trekker
5
Verbetering cursorisch onderwijs in de
Voor de primaire sector bewerkstelligen
2012-2014
LTO Groeiservice
primaire sector/opzetten Horti Bedrijf
van een samenhangend en kwalitatief
School
hoogstaand aanbod aan cursussen en
Gestart
Frugi Venta (groente) en
trainingen in lijn met de aanpak rondom het Agro Opleidingshuis 6
Verbetering cursorisch onderwijs in de
Voor de handel verder uitbouwen van een
handel.
samenhangend en kwalitatief hoogstaand
VGB (sierteelt)
aanbod aan cursussen en trainingen 7
Verbetering cursorisch onderwijs in de
Nader onderzoek is nodig
2012
Programmabureau
Inhoudelijke afstemming in het cursusaanbod
Half jaarlijks overleg van de meest
2012-2014
Programmabureau
in Westland-Oostland-Barendrecht
betrokken partijen
andere delen van het Greenport-cluster 8
3.3
Kennis dicht(er) bij de ondernemers
3.3.1.
Analyse
De afgelopen 6 jaren is energie gestoken in het beter toegankelijk maken van kennis van de WUR, TU Delft, TNO en hogescholen voor bedrijven. Via de Greenport Campus zijn Arena-sessies gehouden en krijgen de bedrijven actief support bij het vinden van oplossingen voor hun vragen. De afgelopen jaren zijn zo vele bedrijven bediend met dit loket. Lerend van deze 6 jaar zal de Greenport Campus zich meer ontwikkelen tot een landelijke voorziening met regionale steunpunten. In dat kader wordt gewerkt aan een valorisatiecentrum voor de teelttechniek op de grens van het Horticultural Experience Centre en de WUR als ook het verder inzetten van de Demokwekerij rondom de techniek in de kas. Naast deze structurele vormen van omgaan met kennis zijn er in Westland en Oostland meer laagdrempelige manieren om kennis naar ondernemers te brengen. Te denken valt aan het Greenport Kenniscafé en de Businessclub ABC-Westland, als ook het Tuinderscafé in het Oostland. Uit de campus-analyse en de gevoerde interviews (zie de bijlagen 2 en 3) blijkt dat in een MKB-branche als de Greenport innovatie veeleer op de werkvloer tot stand komt en niet via de meer traditionele wijze van kennisvalorisatie. Hier werken loketten maar beperkt. Tegelijkertijd blijkt dat er geen gestandaardiseerde manieren zijn om kennis en innovatie te verbinden met ondernemerschap. Om dit mogelijk te maken zijn andere manieren nodig van kennisvalorisatie. Deze worden uitgewerkt in het kader van de regionalisatie van de Greenport Campus. Hierbij zal Syntens actief worden betrokken. 3.3.2.
Te bereiken resultaat in 2015
De volgende resultaten dienen gerealiseerd te zijn in 2015: - Transitie van de huidige Greenport Campus naar een regionaal steunpunt voor ondernemers rondom innovatie, inclusief nieuwe en uitgeteste manieren om kennis en bedrijven dichter bij elkaar te brengen. - Meer focus in innovatiethema’s binnen de sector in Kenniscentra zoals teelt, energie/water, logistiek en plantenstoffen/gezondheid. Voor dit laatste bestaat al een ingericht kenniscentrum. - Een werkend valorisatiecentrum op de grens van het Horticultural Experience Center en de WUR gericht op teelt, en gericht op kastechniek in de Demokwekerij. - Nauwe afstemming daarbij met bestaande en nieuwe leer/werkbedrijven (zie hoofdstuk 4). - Voortzetting van de Kenniscafés en Tuindercafés met een scherpere inhoudelijke profilering op basis van de Kenniscentra en Innovationlabs. Minimaal één gemeenschappelijke bijeenkomst. Start van een Kenniscafé in Barendrecht. 3.3.3.
Uit te zetten programmalijnen
Om kennis dicht(er) bij ondernemers te brengen zet de Greenport Horti Campus de volgende programmalijnen uit:
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
27
Nr
Omschrijving
Te bereiken resultaat
9
Transitie Greenport Campus naar een
Kennissteunpunt nieuwe stijl
Planning 2012-2014
11
Greenport Campus + Programmabureau
regionaal steunpunt 10
Trekker
Opzetten valorisatiecentra teelt en
Valorisatiecentrum teelt en energie/water
energie/water
op de grens van HEC en WUR
Uitbreiding Demokwekerij
Verdere uitbouw expertise techniek in de
2013-2015
HEC en WUR
2012-2014
Demokwekerij
2012-2014
Programmabureau in
kas 12
Opzet kenniscentrum Logistiek met een
Werkend kenniscentrum Logistiek
eerste aanleg
hecht netwerk van bedrijven, MBO, HBO, EUR/RSM en overheden 13
Uitbouw kenniscentrum Plantenstoffen
Uitbouw van dit kenniscentrum in lijn met
2012-2014
Plantenstoffen
het bestaande business plan 14
Kenniscafés en tuinderscafés
Voortzetting huidige activiteiten met
Kenniscentrum
2012-2014
Lokale teams
scherpere programmering en opstart Kenniscafé in Barendrecht
3.4
Kennis en onderwijs internationaal
3.4.1.
Analyse
Een belangrijk vraag uit de HCA-agenda voor het bedrijfsleven betreft het integreren van kennis en opleidingen in de businesspropositie van bedrijven in het kader van de export. Hier ligt een belangrijke mogelijkheid in de wereld van kassenbouw en techniek. Dit deel van de Greenport heeft de afgelopen jaren een gigantische buitenlandse groei doorgemaakt. Veel bedrijven bouwen internationaal kassen en/of leveren de bijbehorende technologie rondom klimaat, belichting, interne logistiek etc. In toenemende mate is er sprake dat de uiteindelijke kas technisch goed in elkaar zit maar dat de geplande productie per m2 achterblijft t.o.v. de verwachtingen. Dit komt vooral omdat de benodigde teeltkennis en kennis/ervaring in het samenspel tussen klimaat, kastechniek en teelttechniek niet dan wel beperkt is meegenomen in het aanbod. Het resultaat (ROI voor de investeerder) valt dan tegen hetgeen leidt tot minder herhalingsverkopen voor de Nederlandse kassenbouwer. Uit de interviewronde komt naar voren dat de belangrijkste voorzieningen om aan dit probleem een einde te maken, reeds aanwezig zijn in het Westland en Oostland. Het gaat hier om praktijkkassen zoals bij het HEC en Demokwekerij, opleidingen op MBO-en HBO-niveau, kennis rondom teeltstrategie bij GreenQ, specifieke teeltkennis vanuit de WUR in combinatie met veel ervaring bij de tuinders zelf. Een eerste groep van buitenlandse MBO-studenten is, onder verantwoordelijkheid van Lentiz onderwijsgroep, inmiddels voor een training van 3 maanden begonnen bij de Demokwekerij. Ook zijn er gesprekken van technische bedrijven met GreenQ om hier in Nederland het toekomstige personeel van deze nieuwe kassen te trainen. Nodig is het in detail in kaart brengen van een pakket aan diensten die in ieder geval het MBO-onderwijs, WUR en GreenQ kunnen leveren inclusief prijsstelling, als ook concrete afspraken met een aantal kassenbouwers en andere technische toeleveranciers. Het gaat hier om de combinatie van een basisopleiding alhier, begeleiding online en tussentijdse supervisie op locatie, online ondersteuning vanuit de WUR voor teeltproblemen en ziektes, vervolgtrainingen etc. Daarbij eventueel ook de Nederlandse kennis en ervaring in het organiseren van ketens, logistiek etc. Een dergelijke aanpak kan de basis worden van de Greenport Horti Campus als het internationale kennis- en opleidingscentrum voor de Greenport. Er is dan sprake van een internationale leercommunity met WestlandOostland-Barendrecht als kennis-hub waardoor de Nederlandse kennisvoorsprong blijft bestaan. Dit is essentieel voor het handhaven van de concurrentiepositie van de Nederlandse telers maar ook een bron van inspirerende opleidingen, stages, afstudeeropdrachten etc. Nodig daarvoor zijn heldere afspraken met bedrijven
28
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
over inhoud en prijs, goede Engelstalige opleidingen, uitbreiding van de bestaande voorzieningen onder meer met een praktijkkas die grotere experimentele teelt aan kan (zie ook paragraaf 4.1 inzake de Westland-agenda). Als eerste stap is nodig een pilot met daarin het versneld opzetten van Engelstalige programma’s voor MBO- en HBO-niveau voortbouwend op bestaande modules die op dit moment aan internationale studenten wordt aangeboden. Deze pilot zal nadrukkelijk worden geëvalueerd alvorens verdere stappen te zetten. 3.4.2.
Te bereiken resultaat in 2015
De eerste stap is voor de zomer van 2012 dit initiatief uitwerken tot een aanvullend businessplan inclusief groeipad voor de verdere activiteiten. Bij een positief besluit daarover is in 2015 sprake van een internationaal kennis- en opleidingscentrum in wording. 3.4.3.
Uit te zetten programmalijnen
Om kennis dicht(er) bij ondernemers te brengen zet de Greenport Horti Campus de volgende programmalijnen uit:
Nr
Omschrijving
Te bereiken resultaat
Planning
15
Opzetten Engelstalige opleiding MBO-HBO
Aansprekend internationaal opleiding
2013 gereed
Programmabureau
met doorstroom naar WO
ook modulair aan te bieden
Opzetten en uitbouwen consortium van
Greenport Horti Campus als
2012-2015
Programmabureau
bedrijven, kennis- en onderwijsinstellingen.
internationaal kennis- en
16
Trekker
opleidingscentrum
3.5
Passende faciliteiten fysiek en digitaal
3.5.1.
Analyse
Uit de analyses van andere campussen blijkt dat herkenbaarheid en bereikbaarheid essentieel zijn. Op het punt van herkenbaarheid zijn acties in gang gezet om te komen tot drie fysieke plekken in Westland, Oostland en Barendrecht (zie hoofdstuk 4). Dit moeten aansprekende locaties worden die direct bijdragen aan het imago van de sector. Zij zijn inhoudelijk verbonden op basis van de programmalijnen zoals uitgezet in de paragrafen 3.1 t/m 3.4 als ook de acties in het kader van de versterking van het imago (zie hoofdstuk 5). Het punt van fysieke bereikbaarheid is een verbeterpunt dat direct opgepakt moet worden. Nodig is in ieder geval op korte termijn een regelmatige busverbinding tussen Westland, TU-campus, HEC/WUR, Rotterdam, Den Haag en Barendrecht. Op het punt van de virtuele bereikbaarheid zijn nieuwe vormen van (online) samenwerken nodig. Dit betekent een aansprekende website en veel informatie maar ook een digitaal samenwerkingsplatform waarin helder wordt ‘wie is wie?’’, ’wie weet wat?’, ‘wie moet ik hebben voor ….?’ Inclusief ruimte voor discussie, meningen etc. Te denken valt aan de website in combinatie met een digitaal platform als www.buddypress.org. Verder is het nodig dat er een goed glasvezelnetwerk ligt in en tussen de gemeenten. 3.5.2.
Te bereiken resultaat in 2015
De volgende resultaten dienen gerealiseerd te zijn in 2015: - Drie inspirerende locaties van de Greenport Horti Campus met goed ontwikkelde gemeenschappelijke inhoud. - Een Greenport Horti Campus-bus. - Een werkend digitaal platform voor samenwerking en kennisuitwisseling. 3.5.3.
Uit te zetten programmalijnen
Om kennis dicht(er) bij ondernemers te brengen zet de Greenport Horti Campus de volgende programmalijnen uit:
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
29
Nr
17
Omschrijving
Te bereiken resultaat
Planning
Trekker
Drie aansprekende locaties
Zie hoofdstuk 4
2012-2014
Locale teams
De Greenport Horti Campus-bus
Betere bereikbaarheid tussen de drie loca-
2012
Programmabureau
2012-2013
Programmabureau
ties, de TU-Campus en Rotterdam 18
30
Het bewerkstelligen van een ondersteund
Digitaal platform dat de benodigde samen-
digitaal platform voor samenwerking en
werking en kennisuitwisseling ondersteunt
kennisuitwisseling
en activeert.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
4 Krachtige lokale agenda’s 4.1
Agenda Westland
Er heeft in het kader van dit businessplan een overleg plaats gevonden met vertegenwoordigers uit het Westland vanuit de gemeente, plaatselijke onderwijsinstellingen en bedrijfsleven om te komen tot de Westlandse agenda voor kennis en onderwijs. Dit heeft geleid tot de onderstaande agenda:
Welke trends zijn relevant voor de Greenport in het Westland?
- Focus van de primaire sector is veelal nog gericht op productie en minder op waarde creatie en het stimuleren van een goede onderlinge samenwerking. - Economische ontwikkeling in zowel sierteelt als groenteteelt heeft de innovatie binnen bedrijven doen verminderen. Hierdoor is er meer dan ooit behoefte aan kennis (teelt, techniek, marketing etc.) om deze trend te keren. - Schaalvergroting in de primaire sector en andere delen van de keten gaat door en doet de vraag naar beter opgeleid personeel (alle niveaus en leeftijden) stijgen. - Imago is niet positief waardoor (te) weinig medewerkers kiezen voor de tuinbouw. Marketing is al langer prioriteit bij de gemeente bijv. via Inspiring Marketing Center. Initiatieven van Demokas, Tomatoworld, Consortium F. van Kleef alsmede initiatieven om leerlingen, scholieren en studenten met de tuinbouw kennis te laten maken zijn noodzakelijk. Voorts is het Greenport Flower & Food Xperience (J. van Duijn) een manier om consumenten en (potentiële) werknemers met tuinbouw te verbinden. - Internationalisatie wordt steeds belangrijker. Sommige deelsectoren kunnen vanwege de crisis slechts overleven door export. - Tomatoworld bezint zich op haar toekomst en dit biedt kansen en bedreigingen. - Nieuwbouw van Westlandse Campus biedt de gelegenheid om kennisintensieve bedrijven te binden. Mogelijk geïnteresseerde partijen voor vestiging op de Campus zijn het Kenniscentrum Plantenstoffen en het Bloemenbureau Holland. - Onderzoek mogelijkheden voor een biovergistingsinstallatie (restmaterialen) om te komen tot een bio based park.
Welke behoeften zijn te onderkennen in dit gebied?
- Samenwerking tussen Overheid, bedrijfsleven en onderwijs beter borgen door structurele overlegstructuren per onderdeel van de keten (veredeling, primaire teelt, handel/commercie en techniek splitsen). - Goed opgeleide instroom van MBO-ers en HBO-ers gericht op veredeling en teelt maar ook voor marketing, handel en logistiek. - Mogelijkheden om eigen medewerkers en zij-instromers goed op te leiden en hun kennis up-to-date te houden. - Betere contacten met in ieder geval de Hogeschool Rotterdam rondom marketing, handel en logistiek. - Beter gebruik van beschikbare kennis als ook ontwikkeling daarvan rondom teelt en duurzame energie. - Andere opzet van het Kenniscafé waardoor dit interessanter wordt voor kwekers - Vestiging van een nieuw lectoraat Groene Biotechnologie door Hogechool Inholland.
Wat zijn de voorzieningen
- Verbetering Techniekonderwijs (Vakcollege ISW)in samenwerking met MBO Westland.
rondom (V)MBO, HBO, WO
- Het Groene Lyceum en de BizNiz-klas.
en cursorisch onderwijs in Westland gericht op de Greenport?
- Het MBO-aanbod doorlopend afstemmen op de (regionale en internationale) Greenport ontwikkelingen. - Verbetering praktijkonderwijs voor teelt als techniek (Demokwekerij / F. van Kleef). - Vanwege de internationalisering dient het greenport onderwijs tweetalig te zijn. - Samenwerking met HBO (Delft en Rotterdam) dient verbeterd te worden. - Ook taalcursussen aanbieden in meerdere talen.
>>
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
31
Wat zijn de fysieke locaties - Behoefte aan een centrale campus voor de onderwijsvormen VMBO, MBO en, HBO met goede aansluiting op waar deze activiteiten plaats
het WO, zodat door onderlinge contacten de doorlopende leerlijn gemakkelijker te realiseren zijn. Momenteel
vinden?
vindt onderzoek plaats naar de mogelijkheid om MBO Westland te verhuizen naar de nieuwe campus locatie. Bereikbaarheid voor scholieren en studenten van de nieuwe campus is essentieel.
Inhoudelijke focus van de Inhoudelijke focus in de Westlandse agenda komt, naast het bestaande palet aan opleidingen die voortdurend Westlandse agenda aangescherpt worden aan de vraag uit de Greenport, met name te liggen rondom techniek, marketing en nieuwe mogelijkheden met plantenstoffen
Wat zijn onderdelen van
Programmalijn
Trekker
de Westlandse agenda, inclusief trekker?
19. Verhuizing MBO Westland
Lentiz Onderwijsgroep
20. Praktijkkas Consortium F. van Kleef
Consortium F. van Kleef
21. Tomatoworld
Tomatoworld
22. Overlegstructuren intensiveren (SOB Westland)
Gemeente Westland
23. Lectoraat Groene Biotechnologie
Inholland
24. Westland Biobase – biovergisting
Gem. Westland, Rabobank, LTO Groeiserv. + 2 private part.
25. Opzettten Greenport House
Lokaal team
Zie verder de programmalijnen 1, 2, 3, 4, 11, 12 en 13.
4.2
Agenda Oostland
Er heeft in het kader van dit businessplan een overleg plaats gevonden met vertegenwoordigers uit het Oostland vanuit de gemeente, plaatselijke onderwijs- en kennisinstellingen en bedrijfsleven om te komen tot de Oostlandse agenda voor kennis en onderwijs. Dit heeft geleid tot de onderstaande agenda:
Welke trends zijn relevant voor - Verder gaande schaalvergroting binnen de primaire sector maar ook in de handel en logistiek. de Greenport in het Oostland? - Ontwikkeling van Bleizo en daaraan gekoppelde mogelijkheden voor OV-aansluitingen. - Ontwikkeling binnen het AgroOpleidingshuis om te komen tot meer samenhang in het cursorisch onderwijs voor de primaire sector. - De ligging nabij Zoetermeer en Rotterdam biedt mogelijkheden om via kleinschalige initiatieven als stadslandbouw en in de toekomst mogelijk de Floriade het imago van de sector te verbeteren. - Er is een goede relatie met TU Delft en WUR waardoor er een natuurlijke drang tot innovatie waarneembaar is. Welke behoeften zijn te De volgende behoeften zijn te onderkennen: onderkennen in dit gebied? - Goed opgeleide instroom van MBO-ers en HBO-ers gericht op veredeling en teelt maar ook voor markering, handel en logistiek. - Mogelijkheden om eigen medewerkers en zij-instromers goed op te leiden en hun kennis up-to-date te houden. - Betere contacten met in ieder geval de Hogeschool Rotterdam rondom marketing, handel en logistiek. - Beter gebruik van beschikbare kennis als ook ontwikkeling daarvan rondom teelt en duurzame energie. - Ontwikkeling van een Vakcollege in Pijnacker-Nootdorp. -
32
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
>>
Wat zijn de voorzieningen - Stichting Onderwijs Bedrijfsleven Oostland. rondom (V)MBO, HBO, WO - MBO-aanbod Edudelta ism Melanchton. en cursorisch onderwijs - Horticultural Experience Center als samenwerking tussen oa GreenQ, Lentiz, Edudelta en Inholland. in Oostland gericht op de - Cursorisch onderwijs bij GreenQ ism met Lentiz Cursus & Consult. Greenport? - WUR. - Greenport Campus om te vormen tot een regionaal steunpunt (gepland, toelichting ter vergadering). - Vorming valorisatiecentrum Teelt. Wat zijn de fysieke locaties - Violierenweg 1 en 3 met WUR, GreenQ en HEC. waar deze activiteiten plaats - LTO Groeiservice. vinden? - Melanchton. - Aandacht voor (internationale) studentenhuisvesting. Inhoudelijke focus van de Inhoudelijke focus in de Oostlandse agenda komt met name te liggen rondom teelt als ook energie en water Oostlandse agenda
Wat zijn onderdelen van de
Programmalijn
Trekker
Oostlandse agenda? 26. Praktijkbedrijven energie/aardwarmte en
Gebroeders Duijvestijn
voedingsmiddelentechnologie 27. Start specifieke Greenport-opleiding MBO-3 en -4
Lentiz/Edudelta
28. Verdere acties SOB Oostland
Lokale team Oostland
Zie verder de programmalijnen 1, 2, 3, 5, 9 en 10
4.3
Agenda Barendrecht
Er heeft in het kader van dit businessplan een overleg plaats gevonden met vertegenwoordigers uit Barendrecht vanuit de gemeente, plaatselijke onderwijsinstellingen en bedrijfsleven om te komen tot de Barendrechtse agenda voor kennis en onderwijs. Dit heeft geleid tot de onderstaande agenda:
Welke trends zijn relevant voor De volgende trends zijn relevant: de Greenport in Barendrecht? - De ontwikkeling van Nieuw Reijerwaard als nieuw bedrijventerrein gericht op Food & Greenport, met name handel en logistiek. Het gaat hier om een terrein van 90 hectare waardoor de agro-logistieke functie van dit gebied versterkt wordt. - Concentratie van ontwikkelingen in Rotterdam, Ridderkerk en Barendrecht rondom Food en Fresh. In dit kader wordt gedacht aan een Food Experience Centre waarin waarschijnlijk een belangrijke component aan educatie, opleidingen en trainingen in zal komen. - Nieuwe havenvisie waarin ambitieus wordt verder gewerkt aan de status van Rotterdam als wereldhaven. Dit heeft directe impact ook voor de omgeving van Rotterdam onder meer via Nieuw Reijerwaard. - Toenemende groei van de bevolking in Barendrecht de komende jaren.
>>
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
33
- Vorming van een Federatie MBO gericht op niveau 1 en 2. Deze federatie is een samenwerkingsverband van het Albeda College, Da Vinci College en Edudelta Onderwijsgroep (MBO-deel). Dit gebeurt in nauw samenspraak met de Focus Beroepsacademie en het VMBO-deel van Edudelta Onderwijsgroep. Welke behoeften zijn te De volgende behoeften zijn te onderkennen: onderkennen in dit gebied? - Goed opgeleide instroom van MBO-ers en HBO-ers gericht handel en logistiek met bij voorkeur kennis en ervaring van de Greenport en Food. - Mogelijkheden om eigen medewerkers en zij-instromers goed op te leiden en hun kennis up-to-date te houden. - Betere contacten met in ieder geval de Hogeschool Rotterdam rondom handel en logistiek. - Een ‘landkaart’ met ‘wie doet wat?’ in het onderwijs. - Opleidingen en cursussen waarin het basisgevoel rondom het telen, verhandelen en vervoeren van planten (food, sierteelt) weer centraal staat. - Meer gastdocenten vanuit het bedrijfsleven voor de klas en docenten vanuit het onderwijs vaker op stage. Wat zijn de voorzieningen De volgende voorzieningen zijn aanwezig binnen Barendrecht gericht op Greenport: rondom (V)MBO, HBO, WO - Bovengenoemde Federatie MBO, niveau 1 en 2. In deze samenwerking wordt Greenport (Edudelta) verbonden en cursorisch onderwijs in
onder meer met handel, techniek en economie.
Barendrecht gericht op de - Edudelta Onderwijsgroep MBO inclusief specialisatie richting Greenport. Greenport? - VMBO-aanbod via Edudelta Onderwijsgroep en Focus Beroepsacademie - Commerciële aanbieders van trainingen voor bedrijven uit de Greenport. - Incidenteel stagiairs van Hogeschool Rotterdam en Inholland Rotterdam. Wat zijn de fysieke locaties De volgende locaties zijn relevant: waar deze activiteiten plaats - Locatie Dierensteinweg voor de bovengenoemde Federatie MBO zowel in het bestaande pand van Edudelta vinden?
Onderwijsgroep (VMBO-deel) als het geplande nieuwe gebouw van de Focus Beroepsacademie. Verder een MBO-aanbod in de RIjnstraat. - Locatie van Edudelta Onderwijsgroep (MBO-deel) aan de Rijnstraat - Aanbod van commerciële aanbieders bij de bedrijven zelf. - Inzet stagiairs bij de bedrijven zelf.
Inhoudelijke focus van de Inhoudelijke focus in de Barendrechtse agenda komt met name te liggen rondom logistiek en handel Barendrechtse agenda Programmalijn
Wat zijn onderdelen van de
Trekker
Barendrechtse agenda inclusief trekker?
29. Vorming van SOB Barendrecht
Gemeente Barendrecht
30. Doorontwikkeling Federatie MBO en vorming
Edudelta/Federatie MBO
Greenport-board
31. Samenwerking Greenport Horti Campus en Food
Programmabureau
Experience Center 32. Uitbouw (V)MBO-boulevard aan de Dierensteinweg
Gemeente Barendrecht, Focus
inclusief plus programma waarin het bedrijfsleven actief
Beroepsacademie, Edudelta onderwijsgroep en
participeert als ook versterking MBO-aanbod in de
Federatie MBO
Rijnstraat 33. Start Greenport-opleiding MBO-3 en -4 Zie ook de programma’s 1, 3 en 12.
34
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Edudelta onderwijsgroep
5 Imago Greenport en merkstrategie Greenport Horti Campus 5.1
Verbetering imago bij (potentiële) leerlingen en studenten
De Greenport is nog steeds het best bewaarde geheim van Nederland ondanks alle investeringen die de afgelopen jaren zijn gedaan om de sector te promoten. Slechts een paar campagnes hebben tot duidelijke resultaten geleid zoals It’s Alive. En dat terwijl de sector nationaal en internationaal unieke oplossingen heeft voor grote vragen rondom voeding en voedselveiligheid, gezondheid, duurzame energie en watergebruik. De Greenport Horti Campus kiest er voor om structureel te werken aan het verbeteren van stages, afstudeeropdrachten en de kwaliteit van het vakantiewerk. Nodig is ook een intelligente campagne om permanent leerlingen, studenten en hun ouders/verzorgers te informeren en te inspireren over de mogelijkheden die de Greenport heeft. Vertrekpunt daarbij is dat inspirerend onderwijs en voorlichting direct meewerkt aan het verbeteren van het imago van de sector en op termijn tot een hogere instroom van nieuw personeel en mogelijk nieuwe studenten. Hier ligt bij uitstek de eerste verantwoordelijkheid bij individuele ondernemers zelf als ook bij de organisaties waarin zij zijn vertegenwoordigd. Toegespitst op de verschillende leeftijdscategorieën leidt dit tot de onderstaande aanzet voor een actieplan:
Leeftijdscategorie
Doelstelling
Huidig aanbod
Te ontwikkelen
Basisschool: 4 – 12 jaar
Met gericht onderwijsmateriaal en
Aanbod via SOB Westland, SOB
- Nieuwsbrief voor kinderen
voorlichting kinderen en hun ouders
Oostland en Stichting Youth2Grow
- Nieuwsbrief voor ouders
een positieve associatie geven bij food, bloemen en planten. Indirect een
- Ontwikkelen aanvullende Smaaklessen
bijdrage aan het Greenport-imago. In
content iom SOB’s en St. Y2G - Bedrijven adopteren 1 of
samenwerking met het basisonder-
meerdere scholen
wijs. Voorgezet onderwijs algemeen:
Met gericht onderwijsmateriaal en
12 – 18 jaar
voorlichting voor kinderen In samen-
Idem
Idem
Greenport game Hillenraad
- Meer inzetten Greenport game
werking met het voortgezet onderwijs. Creëren van inspirerende plekken bij bedrijven voor vakantiewerk, stages, werkstukken etc. Studenten MBO/HBO/WO:
Met gericht onderwijsmateriaal in de
16 – 23 jaar
vorm van inspirerende cases, stageen afstudeeropdrachten studenten in contact brengen met de unieke aspecten van de Greenport
in MBO en HBO - Ontwikkelen cases direct in te zetten in MBO- en HBO-onderwijs - Gestructureerd aanbieden van
Gerichte voorlichting over de mogelijkheden die Beide in samenwerking met MBO-, HBO- en WO-instellingen
stageplekken en afstudeeropdrachten - Uitbouw programmalijn 3 inclusief lectoraat bij HR
Tabel 8 – Aanzet actieplan imago en communicatie
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
35
Bij de uitwerking hiervan zal ook expliciet gekeken worden naar mogelijkheden rondom sociale innovatie. Op basis daarvan zijn de volgende drie programmalijnen gekozen:
Nr
Omschrijving
34
Aanpak stages, afstudeeropdrachten en
Inspirerende stages, afstudeeropdrachten
vakantiewerk
etc. en monitoring geleverde kwaliteit
Intelligente imagocampagne voor het
Permanente campagne om leerlingen en
onderwijs
studenten via gerichte inhoud en stages te
35
Te bereiken resultaat
Planning
Trekker
2012-2013
Bedrijven ism Programmabureau
2012-2015
Bedrijven ism Programmabureau
informeren over de mogelijkheden van de Greenport en te inspireren 36
Bewerkstellingen van sociale innovatie in
Bewerkstellingen van meer aandacht voor
de Greenport Westland-Oostland-Barend-
duurzaamheid, energie/water, voedsel en
recht
voedselveiligheid.
5.2
2012-2015
Programmabureau
De merkstrategie van Greenport Horti Campus
De Greenport Horti Campus is een samenwerkingsverband van bedrijven, onderwijs- en onderzoeksinstellingen als ook de overheden. Het brengt samenhang in de lopende activiteiten van de verschillende partijen. Dit betekent dat Greenport Horti Campus als merknaam vooral een ondersteunende functie heeft. Dit betekent dat de deelnemende partijen (bedrijven, onderwijs, kennis en overheid) in hun optreden binnen de Greenport aan hun eigen merknaam toevoegen ‘Partner van de Greenport Horti Campus’. Een passend ondersteunend logo zal in de komende maanden worden ontworpen. Buiten Nederland is het mogelijk de merknaam Greenport Horti Campus veel explicieter te laden. In dat verband staat het merk ‘Greenport Horti Campus’ voor een samenhangend aanbod van kwalitatief goed onderwijs, coaching, kas- en teelexpertise. De associatie is daar veel meer dat medewerkers hun basisopleiding in Nederland hebben gevolgd, deel uitmaken van een internationale leercommunity en daar ook met hun aanvullende kennisen opleidingsvragen terecht kunnen. Een vergelijkbare benadering is mogelijk bijvoorbeeld in het kader van het Food Experience Center waarin expliciet een Educatie- en trainingscentrum is opgenomen (zie de Barendrechtse agenda in paragraaf 4.3). De mogelijkheid bestaat in dit geval dat de partners uit de Greenport Horti Campus gezamenlijk een belangrijk deel van het aanbod in het kader van dat Educatie- en trainingscentrum leveren.
36
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
6 Slim organiseren 6.1
Proces, programma’s en projecten
Om een divers samenstel van programma’s als die van de Greenport Horti Campus goed te kunnen uitvoeren is het zaak slim te organiseren. Uitgangspunt voor de ordening uit hoofdstuk 3, 4 en 5 is het onderscheid tussen proces, programma en projecten. Hierbij heeft ieder programma een eigen budget, heldere doelstelling, trekker/ penvoerder en serie van samenhangende projecten. In veel gevallen is ook sprake van lopende of net in gang gezette programma’s. Naast een aantal eigen acties is de toegevoegde waarde van de Greenport Horti Campus met name gelegen in het bewerkstellingen dat deze afzonderlijke programma’s met elkaar meer zijn dan de som der delen. Ieder programma neemt een deel voor zijn rekening gericht op het realiseren van de missie van de Greenport Horti Campus zoals aangegeven in paragraaf 2.1: Het garanderen van voldoende innovatieve ondernemers als ook voldoende goed gekwalificeerd personeel voor de sector door het bieden van inspirerende opleidingen en cursussen met directe toegang tot kennis, ook als directe bijdrage aan een positief imago van de sector en versterking van de internationale concurrentiekracht.
Uit de gevoerde gesprekken is duidelijk geworden dat er binnen de drie samenwerkingspartners veel partijen zijn die met enthousiasme en daadkracht willen werken aan het verbeteren van kennisniveau in onze regio. Vooral de regievoering en coördinatie tussen de binnen de samenwerkingspartners (het proces) is voor verbetering vatbaar. Nodig is dan ook een klein programmabureau met de volgende hoofddoelstellingen voor de periode tot eind 2015: - Coördinatie van de uitvoering van de programmalijnen van het business plan (let op: het betreft hier de coördinatie en niet de uitvoering zelf die natuurlijk door de partners moet plaatsvinden); - Faciliteren van overleg tussen de drie samenwerkingspartners op overkoepelend niveau maar ook op lokaal niveau; - Initiëren van enkele programmalijnen ten behoeve van de samenwerkingspartners. Na initiatie vindt overdracht plaats. - Voortgangsrapportage naar de samenwerkingspartners en subsidiegevers. Ten aanzien van een vaste omvang van het programmabureau wordt gedacht aan totaal 2,5 FTE exclusief inzet voor zaken als Europese aanbestedingen. Dit Programmabureau kan beperkt worden uitgebreid met medewerkers die betrokken zijn bij de programma’s waarvoor het programmabureau verantwoordelijk is. De Kamer van Koophandel heeft toegezegd voor 2012/2013 capaciteit te leveren bij de uitvoering van verschillende programma’s.
Nr
Omschrijving
Te bereiken resultaat
37
Procesmanagent tbv Greenport Horti
Synergie tussen de programma’s. Kritische
Campus
aanjager
Planning
Trekker
2012-2015
Programmabureau onder aansturing van Opdrachtgeversgroep
6.2
De aansturing van de Greenport Horti Campus
De aansturing van de Greenport Horti Campus vindt plaats via de bestaande Opdrachtgeversgroep. Deze wordt uitgebreid met bedrijven en een universiteit. Nauwe afstemming zal daarbij zijn met de lopende activiteiten van het Topteam Tuinbouw & Uitgangsmaterialen als ook het Topteam Agro & Food. Belangrijk is verder dat in de Opdrachtgeversgroep vooral die bedrijven en organisaties betrokken zijn die hun commitment onder meer tonen door inzet van mensen en middelen. Om nog meer aansluiting te krijgen bij de bedrijven in de Greenport Westland en Oostland wordt aangesloten bij het overleg van de Greenport Westland-Oostland als klankbordgroep van bedrijven in deze regio.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
37
7 Fasering en actieprogramma mei-december 2012 7.1
Fasering 2012 - 2015
Er is sprake van de volgende fasering in de ontwikkeling van de Greenport Horti Campus: - 2012: het jaar van het inrichten van de Greenport Horti Campus als ook het bewerkstellingen van eerste resultaten. Zie daarvoor paragraaf 7.2. - 2013: het jaar van de bouw zowel inhoudelijk (valorisatiecentra, Centrum voor Innovatief Vakmanschap etc) als ook fysiek op de verschillende locaties binnen de Greenport Horti Campus. Start ook van het Associate Degree-traject (zie paragraaf 3.1.1). Belangrijk jaar ook voor het uitbouwen van de contacten met de andere hogescholen en universiteiten. - 2014: het jaar van inhoudelijke resultaten via de valorisatie centra en het Centrum voor Innovatief Vakmanschap. Het jaar ook van openingen van nieuwe locaties. - 2015: er begint duidelijk zicht te komen op realisatie van de doelstellingen zoals geformuleerd in paragraaf 2.1. 7.2
De eerste resultaten in 2012
De aanpak resulteert in een aantal duidelijke resultaten nog in 2012: Nr
Omschrijving programma
Eerste resultaten 2012
Upgrade MBO-Groen in het kader van Centrum voor Inno-
Het business plan voor het Centrum voor Innovatief Vakmanschap Tuin-
vatief Vakmanschap en in samenwerking met ROC’s.
bouw & Uitgangsmaterialen is gereed medio oktober.
2
Upgrade HBO in het kader van Center of Expertise
Business plan is gereed en in uitvoering
3
Versterking relatie Hogeschool Rotterdam, Haagse Hoge-
Er ligt in afstemming met beide hogescholen, business school en beide
school, TU Delft, Erasmus Universiteit en Rotterdam School
universiteiten een uitgewerkt actieplan. De Greenport-game (Hillenraad)
of Management
wordt gespeeld bij de HR.
Ontwikkeling AD-traject
Besluiten zijn genomen door partijen die deze AD vorm zullen geven zoda-
1
4
nig dat gestart kan worden in september 2013. 5
Verbetering cursorisch onderwijs in de primaire sector/op-
De Horti Bedrijf School is van start en meerjaren financiering is geregeld.
zetten Horti Bedrijf School
Het jaarprogramma 2013 is gereed. Ook is er een organisatiescan operationeel.
6
Verbetering cursorisch onderwijs in de handel.
Het jaarprogramma 2013 is gereed.
7
Verbetering cursorisch onderwijs in de andere delen van
Met de AVAG is verkend de mogelijkheid van het maken van afspraken
het Greenport-cluster
over een gestructureerde aanpak van technische cursussen en trainingen. Gekeken is naar de mogelijkheden rondom logistiek. Met de RABObank is afstemming over een mogelijk MBA-traject
8
9
Inhoudelijke afstemming in het cursusaanbod in Westland-
In juni en november 2012 zijn met de belangrijkste aanbieders van cursus-
Oostland-Barendrecht
sen en masterclasses
Transitie Greenport Campus naar een regionaal steunpunt
Per 1/1/2013 wordt een regionaal steunpunt rondom kennisvalorisatie gevormd als doorstart van de huidige Greenport Campus. Er heeft een onderzoek plaats gevonden naar laagdrempelige manieren om kennis(instellingen) en ondernemers met elkaar in contact te brengen.
10
38
Opzetten valorisatiecentra teelt en energie/water
Het businessplan is gereed en financiering is geregeld.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
>>
Nr
Omschrijving programma
Eerste resultaten 2012
11
Uitbreiding Demokwekerij
Het businessplan is gereed en financiering is geregeld.
12
Opzet kenniscentrum Logistiek
Het businessplan is gereed en financiering is geregeld.
13
Uitbouw kenniscentrum Plantenstoffen
Het huidige businessplan wordt uitgevoerd.
14
Kenniscafés en tuinderscafés
Er zijn meerdere kennis- en tuinderscafés geweest
15
Internationaal aanbod MBO-HBO met doorstroom WO, voor
Financiering geregeld en eerste content ontwikkeld.
als nog Engelstalig. Opbouwen internationaal dienstverleningsaanbod als ook
Najaar 2012 zijn met meerdere bedrijven afspraken gemaakt over offertes
de vorming van een consortium
en uit te voeren opdrachten.
Drie aansprekende locaties
Zie programma’s 10, 11, 19, 20, 21, 25 en 32
17
De Greenport Horti Campus-bus
Helderheid wanneer deze gaat rijden
18
Het bewerkstelligen van een ondersteund digitaal platform
Deze is actief vanaf 1 september 2012
16
voor samenwerking en kennisuitwisseling 19
Verhuizing MBO Westland
Besluitvorming is gereed in de zomer van 2012. De ontwerpfase is dan in volle gang inclusief betrekken van aanpalende voorzieningen.
20
Praktijkkas Consortium F. van Kleef
Besluitvorming is gereed in de zomer van 2012. De ontwerpfase is in volle gang.
21
Tomatoworld
Er zijn duidelijke afspraken over de verdere doorstart van Tomatoworld.
22
SOB Westland
Nadere samenwerking tussen SOB Westland en Oostland, mogelijk met Barendrecht.
23
Lectoraat Groene Biotechnologie
Het businessplan is gereed en financiering is geregeld.
24
Westland Biobase - biovergisting
Vooronderzoek heeft plaatsgevonden, intentieverklaring is getekend en plan van aanpak in voorbereiding
25
Vormgeven Greenport House
Plan van aanpak is gereed
26
Praktijkbedrijven energie/aardwarmte en voedings-
Het businessplan is gereed en financiering is geregeld.
middelentechnologie 27
SOB Oostland
Nadere samenwerking tussen SOB Westland en Oostland, mogelijk met Barendrecht.
28
Start Greenport MBO-3 en 4 in Oostland
Keuze voor specifieke niche is gemaakt. Opzet opleiding gereed en werving gestart
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
>> 39
Nr
Omschrijving programma
29
SOB Barendrecht
Eerste resultaten 2012 Nadere samenwerking tussen SOB Westland en Oostland, mogelijk met Barendrecht.
30
Doorontwikkeling Federatie MBO in Barendrecht en
De Greenport-board is gevormd.
vorming Greenport-board 31
Opleidingscomponent Food Experience Center
Het businessplan is gereed en financiering is geregeld.
32
(V)MBO-boulevard aan de Dierensteinweg met plus pro-
Nieuwbouw Focus Beroepsacademie is gestart.
gramma waarin bedrijfsleven participeert als ook versterking MBO-aanbod in de Rijnstraat 33
Greenport MBO-3 en -4 in Barendrecht
Opzet opleiding gereed en werving gestart
34
Aanpak stages, afstudeeropdrachten en vakantiewerk
De benodigde analyses zijn afgerond en het verbeterplan is opgesteld. Daar waar nodig zijn met OC&W sluitende afspraken gemaakt in nauw overleg met de Topteams T&U en A&F.
35
Intelligente imagocampagne voor het onderwijs
Meerdere bedrijven hebben scholen geadopteerd. Er is een actieprogramma om in 2013 en 2014 gericht content te ontwikkelen. Voor samenwerking met hogescholen en universiteiten, zie programmalijn 34.
36
Versterken van de sociale innovatie binnen de Greenport
Plan van aanpak is gereed
Westland-Oostland-Barendrecht 37
Procesmanagement tbv Greenport Horti Campus
De oprichtingsvergadering van de Greenport Horti Campus is geweest. Funding voor de nog niet gefinancierde onderdelen (zie hoofdstuk 8) is geregeld. De Opdrachtgeversgroep is driemaal bijeen geweest. De vergadering van partners is tweemaal in het najaar bijeen geweest. De lokale teams werken aan de uitwerking van hun lokale agenda’s. Het programmabureau is actief, leidend tot synergie in de hierboven genoemde activiteiten.
40
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
8 Financiën 8.1
Benodigde investering
De totale investering om de HCA Westland-Oostland-Barendrecht in de periode 2012-2015 tot resultaat te brengen bedraagt een bedrag van bijna € 23.3 mln + pm. Hierbij is onderscheid gemaakt in de programmakosten van programma´s die onder verantwoordelijkheid van de Greenport Horti Campus vallen (€ 6,6 mln) en van andere programma’s zoals het Centrum voor Innovatief Vakmanschap, Center of Expertise, Valorisatiecentrum etc. (in totaal € 16,7 mln). Het betreft hier investeringen in een gericht programma om te komen tot aantrekkelijk werkgeverschap en imago van de sector in deze regio als ook een betere beroepsgericht opleidingsaanbod met heldere kennisclusters en –thema’s als ook een beter traject van een Leven Lang Leren. Dit is toegespitst op de missie van de Greenport Horti Campus om voldoende innovatieve ondernemers en voldoende gekwalificeerd personeel te garanderen met sterke uitvoeringsagenda’s in Westland, Oostland en Barendrecht. Gelet op de omvang van de totale investering van € 23,3 mln + pm, het aantal betrokken partijen uit het onderwijs, overheid en bedrijfsleven en de variëteit in de projecten is coördinatie en regie op de diverse programma´s noodzakelijk om tot een doelmatige besteding van middelen te komen.
Samenvatting programmalijnen in € 1.000
Programmakosten GHC 2012 2013 2014 2015
Totaal
Verbetering initieel onderwijs Leven Lang Leren Kennis dicht bij ondernemingen Internationaal Passende faciliteiten Agenda Westland Agenda Oostland Agenda Barendrecht Overig (comm. en progr. bureau)
100 500 450 450 25 63 545 645 200 125 850 750 400 100 150 150 150
1.500 25 1.453 2.125 550
150
Totaal
300
300
300
1.050
563 2.345 2.295 1.500
6.703
Programma’s van derden 2012 2013 2014 2015 Totaal
Totaal
100 600 600 600 330 333 3.602 2.540 1.890 1.575
1.900 663 9.607
50 25 35
4.100 125 215
3.400 688 11.060 2.125 550 4.100 125 215 1.050
3.350 50 60
4.142 6.933
350 350 50 60 60
2.950 2.585 16.610
23.313
Tabel 8 – Samenvatting investeringen
De kosten per programmalijn kunnen als volgt samengevat worden: - In het initieel onderwijs wordt geïnvesteerd in het actualiseren / upgraden van het onderwijs- aanbod alsmede het verbeteren van de onderlinge samenhang en relatie tussen onderwijsvormen, met name bij techniek, veredeling, logistiek en vermarkting. Uit het overzicht blijkt dat dit resulteert in een significante meerjarige inspanning. Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000 2012 2013 2014 2015 Totaal
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
Status aanvraag
2012 2013 2014 2015 Totaal
Verbetering initieel onderwijs 1. Upgrade MBO incl veredeling 2. Upgrade HBO-Groen
30
300
300
300
930
Centrum Innov. Vakmanschap
Aanvraag is in voorbereiding
70
300
300
300
970
Center of Expertise via HAS Den Bosch
Aanvraag is in voorbereiding
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
3A. Relatie HR en HHS (incl. Lectoraat)
25
50
50
50
175
3B. Lectoraat HHS
25
350
350
350
1.075
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
4. Ontwikkeling AD
50
100
50
50
250
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
Subtotaal
100
500
450
450 1.500
100
600
600
600 1.900
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
41
- Het bij Leven lang leren opgenomen bedrag heeft betrekking op een benodigde werkzaamheden voor een betere afstemming / vermindering van aanbod bij het cursorisch onderwijs. Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000 2012 2013 2014 2015 Totaal
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
Status aanvraag
2012 2013 2014 2015 Totaal
Leven Lang Leren
5. Verbetering cursorisch primaire sector/Horti Bedrijf School
6. Verbetering cursorisch handel
7. Verbetering cursorisch overig
25
25
25
25
333
663
Ministerie van EL&I / Lentiz ieder 50%
Aanvraag is ingediend
Frugi Venta (reguliere financiering)
0
8. inhoudelijke afstemming Subtotaal
330
0
0
0
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
Reguliere financ. deelnemers + progr. 36
330
330
0
0
663
- Rondom kennisvalorisatie zijn substantiële investeringen gepland voor de vorming van valorisatiecentra’s teelt en energie/water, uitbreiding van de Demokwekerij en het kenniscentrum Logistiek. Aanvragen worden ingediend bij de Provincie Zuid-Holland. Ten aanzien van het Kenniscentrum Plantenstoffen wordt eveneens door diverse partijen geïnvesteerd in de verdere uitbouw. Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
2012 2013 2014 2015 Totaal
2012 2013 2014 2015 Totaal
Status aanvraag
Kennis dicht(er) bij ondernemers 9. Transitie Greenport Campus
38
445
445
0
928
10. Valorisatiecentrum teelt
2.727 1.140 1.015
700
5.582
525
525
11. Uitbreiding Demokwekerij
12. Opzet Kenniscentrum Logistiek
13. Kenniscentrum Plantenstoffen
850
850
850
850
14. Kennis- en tuindercafé’s
25
25
25
25
Subtotaal
3.602 2.540 1.890 1.575 9.607
25
63
100
545
200
645
200
525
200 1.453
3.400
PHZ gevraagd € 758 k
Aanvraag is in voorbereiding
Bedr.leven Greenport/PHZ/Onderwijs
Aanvraag is in voorbereiding
Demokwekerij € 50 k / PHZ € 475 k
Aanvraag is in voorbereiding
PZH
Aanvraag is in voorbereiding
Rabo/EL&I/PZH/EFRO/PT
Is gefinancierd
100 PZH
Aanvraag is in voorbereiding
- Bij Internationaal zijn investeringen opgenomen voor de vorming van het internationale onderwijs- en kenniscentrum (opzetten Engelstalige opleidingen). Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
2012 2013 2014 2015 Totaal
2012 2013 2014 2015 Totaal
100
750
16. Opstart Internationaal kenniscentrum
25
100
125
850
Status aanvraag
Internationaal 15. Opzetten MBO-HBO-WO-Engelstalig
Subtotaal
42
750
750
400
2.000
400 2.000
0
0
0
0
0
0
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
PZH Kennisexport
Opnemen in aanvraag GHC
- Onder passende faciliteiten zijn de kosten voor een busverbinding en een digitaal platform opgenomen. Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
Status aanvraag
2012 2013 2014 2015 Totaal
2012 2013 2014 2015 Totaal
50
100
100
100
350
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
50
50
50
50
200
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
100
150
150
150
550
Internationaal 17. Greenport Horti Campus-bus 18. Digitaal platform (techniek/content mgt) Subtotaal
- De kosten voor de lokale agenda’s betreffen met name de kosten voor gestructureerd overleg tussen Gemeenten, onderwijs en bedrijfsleven (SOB), de praktijkkas van het Consortium F. van Kleef en Lectoraat Groene BioTechnologie dat door Inholland opgezet zal gaan worden. Tenslotte zijn er onderwijsverbeteringen MBO 3 en 4 opgenomen welke vanuit het CIV gefinancierd zullen worden.
Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000 2012 2013 2014 2015 Totaal
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
Status aanvraag
2012 2013 2014 2015 Totaal
19. Verhuizing MBO Westland
20. Praktijkkas Consortium F. van Kleef
3.000
3.000
PM - Gem. Westland / Lentiz onderw.
Overleg loopt
Consortium F. van Kleef
Aanvraag is in voorbereiding
21. Tomatoworld 22. SOB Westland
Gemeente Westland
23. Lectoraat Groene Bio Technologie
24. Westland Biobase (vergisting)
50
350
350
350
1.100
Inholland - regulier bekostiging
In opstartfase
Gem. Westland, Rabo, LTO Groeiserv. en
Onderzoeksfase
2 priv. partijen 25. Greenport House Subtotaal
50 3.350
350
Gemeente Westland en andere partijen
Onderzoeksfase
PM - Consortium van Gebr. Duijvestijn
Onderzoeksfase
Centrum Innov. Vakmanschap
Aanvraag is in voorbereiding
350 4.100
Agenda Oostland 26. Praktijkbedrijven aardwarmte en energie 27. Start specifieke Greenport-opleiding
25
50
50
125
25
50
50
125
MBO-3 en -4 28. SOB Oostland Subtotaal
Gemeente Lansingerland 0
Agenda Barendrecht 29. SOB Barendrecht
30. Greenport-Board voor Federatie
MBO
10
10
10
Gemeente Barendrecht 10
40
Reguliere financiering onderwijs
31. Opleidingscomponent Food
PM
Experience Center
FEC loopt
32. Uitbouw (V)MBO boulevard 33. Start Greenport-opleiding
Gesprek over businessplan
25
50
50
50
175
35
60
60
60
215
PM
Besluit Raad Barendrecht
Centrum Innov. Vakmanschap
Aanvraag is in voorbereiding
MBO-3 en-4 Subtotaal
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
43
- Onder overig zijn de kosten van een verbeterde stage-aanpak, het programmabureau (communicatie, coördinatie) opgenomen. Programmalijnen
Programmakosten GHC * € 1.000 2012 2013 2014 2015 Totaal
Programma’s door trekkers * € 1.000 Financiering
Status aanvraag
2012 2013 2014 2015 Totaal
Overig
50
100
100
100
350
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
35. Communicatie
50
100
100
100
350
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
36. Stimuleren sociale innovatie
50
100
100
100
350
150
300
300
300 1.050
34. Aanpak stages, afstudeeropdrachten en vakantiewerk
37. Progr. bureau (sturing en voortgang) Subtotaal
PM
8.2
Partijen in de Greenport Horti Campus
Opnemen in aanvraag GHC
Uitgangspunten bij de financiering
Om het bedrag van € 23,3 mln € te financieren hanteren de partners in de Greenport Horti Campus de volgende vertrekpunten: - Combineren van middelen door regionale behoeften te koppelen aan landelijk beleid en beschikbare middelen. Dit betekent dat belangrijke onderdelen van de onderdelen A. en B. als ook G. en H. gerealiseerd kunnen worden door gerichte samenwerking in het kader van het Centra voor Innovatief Vakmanschap Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en Agro & Food, Centre of Expertise Greenport en De Horti Bedrijfschool. De hier genoemde bedragen betekenen dan ook geen financiële claim richting deze landelijke initiatieven maar het vertrekpunt dat belangrijke delen van de in deze regio benodigde kosten kunnen worden voorkomen door landelijk de samenwerking te zoeken met andere partners. In het verlengde van dit uitgangspunt geldt ook de afspraak dat uitkomsten van de Greenport Horti Campus ook beschikbaar zijn voor andere Greenports, Greenport Holland en Greenport Holland International. - Financiering van de verschillende programma’s vanuit onderwijs- en kennisinstellingen en overheden zowel gemeentelijk, provinciaal als landelijk. In dit kader zal ook aansluiting worden gezocht bij het worden gezocht bij de Europa-strategie 2020 met name op het onderdeel internationalisering. - Het bedrijfsleven kent vele – relatief kleine – spelers die er in gezamenlijkheid in slagen de sector sterk en innovatief te houden. Bijdragen van deze groepen van bedrijven zullen via de sectorale opleidingsfondsen dienen plaats te vinden. Daarnaast kunnen bijdragen ‘in kind’ bijvoorbeeld in de vorm van werkzaamheden plaatsvinden. - Aanvragen voor de Greenport Horti Campus zullen zo veel mogelijk op totaalniveau (en niet op programmaniveau) ingediend worden teneinde versnippering en uitvoeringskosten te beperken. 8.3
Voor de korte termijn
Als gevolg van het maken van dit businessplan voor de Greenport Horti Campus zijn nieuwe initiatieven ontstaan en/of samenwerkingsverbanden en lopende initiateven aan elkaar gekoppeld. Het is zaak om deze coördinatie- en communicatierol zoals voorgesteld in hoofdstuk 6 te beleggen bij het Programmabureau. Het verdient niet de aanbeveling dit Programmabureau op korte termijn te installeren en zo gericht te kunnen werken aan de gestelde doelen voor 2012 (zie hoofdstuk 7). Aanvullende financiering is daarbij mogelijk niet alleen vanuit de partners van de Greenport Horti Campus maar ook vanuit landelijke en provinciale programma’s, EU, gemeentelijke overheden, individuele ondernemers en brancheorganisaties, sectorale opleidingsfondsen etc.
44
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
9 Bijdrage aan de HCA-agenda 9.1
De kracht van de regio
De uitdagingen zoals aangegeven in de Human Capital Agenda voor bedrijven, voor onderwijs- en kennisinstellingen en voor de overheid, zijn uitgangspunt geweest voor dit businessplan Greenport Horti Campus. Het vertrekpunt daarbij is dat met het bundelen van de krachten in Westland, Oostland en Barendrecht op het terrein van kennis en onderwijs, partijen een belangrijke slag maken niet alleen bij het bereiken van regionale doelstellingen maar ook bij het realiseren van de landelijke doelstellingen. Van belang daarbij is dat zowel de primaire sector als de andere onderdelen van het Greenport cluster voor meer dan 50% van de economische waarde juist actief is in deze regio. Bij het tot stand komen van dit regionale business plan is daarbij voor vijf landelijke discussies samenhang gezocht en gevonden. Het gaat hier om het Centrum voor Innovatief Vakmanschap, Center of Expertise, het AgroOpleidingshuis met de Horti Bedrijfschool, de landelijke doorstart van de Greenport Campus als ook Greenport Holland Internationaal waar het betreft de internationale activiteiten. 9.2
Wat doet het bedrijfsleven?
In de onderstaande tabel staan opgenomen de antwoorden die de bedrijven in Westland, Oostland en Barendrecht geven op de vragen die aan hen gesteld worden in de Human Capital Agenda:
Vragen Human Capital Agenda voor bedrijven
Antwoorden vanuit Westland-Oostland-Barendrecht
Maken bedrijven zich collectief sterk voor aantrekkelijk werk-
De bedrijven betrokken in de Greenport Horti Campus maken zich sterk voor
geverschap waarmee zij jongeren en zij-instromers boeien en
een aantrekkelijk werkgeverschap. Zie daarvoor de programma’s 3, 33 en 34.
binden aan de sector?
Dit krijgt ook vorm in aansprekende locaties waarbij het bedrijfsleven nauw betrokken is. Zie de programma’s 10, 11 20, 21, 22 en 32.
Nemen bedrijven (mede) verantwoordelijkheid voor (een deel
Bedrijven als ook LTO Groeiservice en Kamer van Koophandel zijn betrokken in
van) het opleidingstraject van jongeren door de inzet van vak-
de Greenport Horti Campus en nemen deze verantwoordelijkheid. Zie daarvoor
experts uit de authentieke beroepspraktijk?
de programma’s 1, 4, 21 en 26. Dit krijgt ook vorm in aansprekende locaties en onderlinge bereikbaarheid waarbij het bedrijfsleven nauw betrokken is.
Komen bedrijven tot meer uniforme sectorbrede afspraken over
De afspraken over cao’s etc. zijn vooral landelijke afspraken. Bedrijven betrok-
Leven Lang Leren op cao niveau en een effectieve inzet van de
ken in de Greenport Horti Campus werken aan een Leven Lang Leren voor de
O&O fondsen?
primaire sector, handel, logistiek en techniek. Zie de programma’s 5, 6, 7 en 8.
Gaan bedrijven kennis als belangrijk exportproduct inzetten in
De bedrijven betrokken in de Greenport Horti Campus gaan waar mogelijk
samenwerking met het onderwijs?
kennis en onderwijs integreren in hun export. Zie daarvoor de programma’s 15 en 16. Belangrijk daarbij is dat niet alleen gekeken wordt naar de kennis en onderwijs anno 2012 maar ook naar mogelijkheden om tot innovatie en nieuwe kennis te komen. Zie daarvoor de programma’s 9, 10, 11, 12, 13, 14 en 26.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
45
9.3
Wat doet het onderwijs/onderzoek?
In de onderstaande tabel staan opgenomen de antwoorden die onderwijs- en kennisinstellingen in Westland, Oostland en Barendrecht geven op de vragen die aan hen gesteld worden in de Human Capital Agenda:
Vragen Human Capital Agenda voor onderwijs/kennis
Antwoorden vanuit Westland-Oostland-Barendrecht
Werken onderwijsinstellingen vraaggericht (van buiten naar bin-
Deze ontwikkeling is in het MBO ingezet en zal worden versterkt door het wer-
nen denkend) en vertalen zij de actuele vraag van de bedrijven/
ken aan het Centrum voor Innovatief Vakmanschap en als ook het cursorisch
ondernemers in het economisch cluster én de jongeren en
aanbod. Zie de programma’s 1, 4, 5, 6, 7 en 8.
werknemers zichtbaar naar hun opleidingsaanbod? Organiseren onderwijsinstellingen in samenwerking met de
Deze ontwikkeling is voor het MBO en HBO ingezet. Dit zal worden versterkt
bedrijven authentieke praktijkgerichte leertrajecten en praktijk-
door de programma’s 1, 4, 5, 6, 7 en 8. Voor nieuwe vormen van praktijklocaties
projecten voor jongeren en docenten?
zie de programma’s 21 en 26 die op initiatief van bedrijven en in nauw samenspraak met onderwijs- en kennisinstellingen tot stand zullen komen.
Organiseren onderwijsinstellingen in samenwerking met en op
De verbetering van het MBO in Westland, Oostland en Barendrecht is direct
basis van de behoeften van bedrijven Centra voor Innovatief
gekoppeld aan de activiteiten rondom het opzetten van het Centrum voor
Vakmanschap (MBO) en Centres of Expertise (HBO-WO)?
Innovatief Vakmanschap. Zie programma 1.
Voeren onderwijsinstellingen een flexibilisering van de oplei-
Onderwijsinstellingen voeren deze vorm van flexibilisering door.
dingsstructuur door op basis van een herziene vereenvoudigde
Zie programma 1.
kwalificatiestructuur (MBO)? Werken onderstellingen aan een optimale inhoudelijke samen-
In het MBO wordt al nauw samengewerkt met ROC’s. Dit zal in het kader van
werking op de zgn. ‘cros-overs’ (groen- niet groen)?
programma 1 worden voorgezet. Voor het HBO zal deze cross-over verder worden vormgegeven via programmalijn 3.
9.4
Wat doet de overheid?
In de onderstaande tabel staan opgenomen de antwoorden die de gemeentelijke overheden in Westland, Oostland en Barendrecht geven op de eisen die aan hen gesteld worden in de Human Capital Agenda:
Eisen vanuit Human Capital Agenda voor overheden
Antwoorden vanuit Westland-Oostland-Barendrecht
Stimuleert de vorming van een dekkend netwerk
De overheden betrokken in de Greenport Horti Campus stimuleren een dekkend netwerk. Zie daarvoor de programma’s 1, 3, 8, 14, 22, 27 en 29. Dit krijgt ook vorm in aansprekende locaties waarbij de overheden nauw betrokken zijn. Zie de programma’s 10, 11 19, 20, 21 en 32.
Maakt vorming van Centra voor Innovatief Vakmanschap en
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De betrokken regionale
Centres of Expertise financieel langjarig mogelijk
gemeenten onderschrijven de noodzaak om tot deze Centra te komen en zullen deze inhoudelijk en waar nodig financieel ondersteunen.
Stimuleert ‘cross-overs’ (groen – niet groen)
De overheden betrokken in de Greenport Horti Campus stimuleren deze cross-overs. Zie programma 3.
>> 46
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Vermindert regelgeving voor internationale studenten
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De gemeenten betrokken in de Greenport Horti Campus zullen waar mogelijk de internationalisering van het onderwijs in de regio stimuleren. Zie programma’s 15 en 16. Dit krijgt vorm in aansprekende locaties (zie eerder)
Erkent het belang van vakmanschap en AVO voor doorstroom
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De gemeenten betrokken bij
MBO-HBO
de Greenport Horti Campus benadrukken de noodzaak van dit onderwerp.
Maakt flexibilisering van opleidingsstructuur mogelijk
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De gemeenten betrokken bij de Greenport Horti Campus benadrukken de noodzaak van dit onderwerp.
Herdefinieert de bevoegdhedenregeling gericht op het
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De betrokken regionale
vereenvoudigen van de inzet van experts vanuit het bedrijfsleven
gemeenten onderschrijven de noodzaak om tot deze flexibilisering te komen.
uitgaande van de waardering van vakbekwaamheid (naast bevoegdheid). Herdefinieert de regelgeving rond de toerekening van
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De betrokken regionale
onderwijstijd waarmee leren binnen de authentieke praktijk en
gemeenten onderschrijven de noodzaak om tot deze herdefiniëring te komen.
‘buiten het klaslokaal’meer mogelijk wordt, Stimuleert de realisatie van langlopende financierings-
Waar mogelijk zullen de gemeenten betrokken bij de Greenport Horti Campus
mogelijkheden om Leven Lang Leren mogelijk te maken,
de programma’s 5, 6, 7 en 8 ondersteunen.
ook voor docenten. Zet in op verbreding van de functie van bestaande educatieve
De gemeenten betrokken in de Greenport Horti Campus ondersteunen
programma’s naar imagoversterking
de noodzaak om tot imagoverbetering te komen. Dit gebeurt in meerdere gemeentelijke activiteiten.
Garandeert het behoud van opleidingen voor specialistische
Dit is vooral een landelijke verantwoordelijkheid. De betrokken regionale
beroepen
gemeenten onderschrijven de noodzaak om tot dit behoud te komen. Waar mogelijk zullen de gemeenten dit behoud ondersteunen bijvoorbeeld bij programma 1 en 2.
Garandeert het behoud van de ‘gouden driehoek’
Dit krijgt vooral vorm in de Greenport Horti Campus en de wijze van aansturing daarvan.
Laat standaard in onderzoeksprogramma’s een paragraaf
Dit zal in het kader van de programma’s 9, 10, 11,12 en 13 plaats vinden.
opnemen voor kennisdoorstroming richting onderwijs
9.5
Tot slot
In paragraaf 1.5 is geconstateerd dat er in de regio Westland, Oostland en Barendrecht behoefte is aan een Human Capital Agenda waarbij de behoeften van bedrijven in de Greenport en die van studenten en (potentiële) medewerkers met elkaar in lijn worden gebracht. Directe aandacht daarbij voor: - aantrekkelijk werkgeverschap en het imago van de sector. Zie daarvoor de programma’s 14, 15, 16, 19, 20, 21, 22, 25, 26, 27, 29, 32, 34 en 35. - een beroepsgericht opleidingsaanbod met goede kennisclusters en flexibele opleidingsstructuur. Zie daarvoor de programma’s 1, 2, 3, 4, 9, 10, 11, 12, 13, 17, 18, 23, 24, 28, 30 en 33. - een goed en samenhangend aanbod voor een Leven Lang Leren zowel voor het zittend personeel als potentiële zij-instromers. Zie daarvoor de programma’s 5, 6, 7, 8, en 31.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
47
48
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Bijlage 1
Greenport Westland-Oostland- Barendrecht in cijfers De Greenport Westland-Oostland bestaat uit de gemeenten Westland, Lansingerland, Pijnacker-Nootdorp en Barendrecht. In deze Greenport vindt bijna de helft van de Nederlandse tuinbouw productie plaats. Ook een belangrijk deel van de daaraan verbonden handel en dienstverlening is in de Greenport gevestigd. Van daar uit zijn belangrijke connecties met Schiphol en Rotterdam voor de export en de import. De waarde en omvang van deze Greenport staat weergegeven in de onderstaande tabel en figuur: Kengetallen tuinbouwcluster
Nederland
W-O-B
Exportwaarde
15,6 miljard
5,4 miljard
Productiewaarde
7,9 miljard
2,7 miljard
Overschot op betalingsbalans
24%
13%
Areaal in ha.
10.037
4.023
Aantal bedrijven
7.126
1.690
Tabel 10 – Kengetallen tuinbouwcluster, bronnen: Evaluatie Greenportvisie Westland 2020, 2010;
www.bedrijventerrein.biz, 2006
Figuur 6 – Bijdrage tuinbouwcluster aan overschot
De teelt van tuinbouwproducten is overwegend geconcentreerd in Westland-Oostland en deze teelt heeft dan ook de grootste bijdrage in de import/export van Nederland. Het werkgelegenheidseffect van de teelt is in deze regio veel groter dan elders in Nederland. In het Westland is 18% van de werkgelegenheid gerelateerd aan de tuinbouw.
Figuur 7 – Toegevoegde waarde en werkgelegenheid, bron: WUR-LEI, 2008
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
49
Zoals te zien is in figuur op de vorige bladzijde, is de tuinbouw nog steeds een arbeidsintensieve sector. Ten opzichte van de toegevoegde waarde van de sector is de benodigde hoeveelheid arbeid hoog. De hoeveelheid arbeid is zelfs groter dan de werkgelegenheid in de Rotterdamse haven. De keerzijde is dat de toegevoegde waarde per arbeidsjaar relatief gering is, en lager dan bij de havenactiviteiten. De omvang van de toegevoegde waarde is uiteraard een prijsgevoelig onderwerp. De ontwikkeling van toegevoegde waarde zoals weergegeven is onderstaande grafiek is dan ook een samengesteld effect van hoeveelheid en prijs.
Figuur 8 – Toegevoegde waarde binnenlandse glastuinbouwcomplex, bron: LEI, 2012
Figuur 9 – Werkgelegenheid glastuinbouwcomplex, bron: LEI, 2012
Het Nederlandse areaal aan glastuinbouw neemt langzaam af. Met name in het Westland staat het areaal onder druk van de oprukkende verstedelijking. De groei van Den Haag is ten koste gegaan van glastuinbouwgebied.
Figuur 10 – Ontwikkeling glastuinbouw
50
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Bijlage 2
De bevolking van Westland-Oostland-Barendrecht De samenstelling van de bevolking is te zien in de figuur 6. Er is geen sprake van een bevolkingspiramide, maar van een dubbele bevolkingspiramide. Het onvermijdelijk effect is een sterke vergrijzing in de jaren die voor ons liggen. Voor de scholen in de Greenport treedt een verkleining van de doelgroep op, maar vervolgens weer een groei.
Gemeente Westland Aantal inwoners 2010
99.824
Aantal inwoners 2040
129.862
Percentage
2010
2020
2030
2040
0- tot 20-jarigen
26,4
27,8
28,3
28,9
20- tot 65-jarigen
58,4
53,2
49,7
48,4
65-plussers
15,2
19,0
21,9
22,6
0- tot 20-jarigen
26.346
30.792
34.085
37.590
20- tot 65-jarigen
58.318
58.843
59.852
62.895
prognose Westland,
65-plussers
15.160
20.989
26.388
29.377
bron: CBS en PBL, 2010
Aantal
Tabel 11 – Bevolkings-
Gemeente Pijnacker-Nootdorp Aantal inwoners 2010
47.512
Aantal inwoners 2040
55.248
Percentage
2010
2020
2030
2040
0- tot 20-jarigen
28,7
24,0
22,3
22,2
20- tot 65-jarigen
59,7
59,6
55,3
50,5
65-plussers
11,6
16,4
22,4
27,3
0- tot 20-jarigen
13.625
12.476
12.258
12.244
20- tot 65-jarigen
28.379
30.946
30.462
27.902
prognose Pijnacker-Nootdorp,
5.508
8.519
12.362
15.102
bron: CBS en PBL, 2010
Aantal
65-plussers
Tabel 12 - Bevolkings-
Gemeente Lansingerland Aantal inwoners 2010
51.246
Aantal inwoners 2040
65.157
Percentage
2010
2020
2030
2040
0- tot 20-jarigen
29,1
27,9
26,4
24,9
20- tot 65-jarigen
58,7
55,5
52,5
49,7
65-plussers
12,2
16,6
21,0
25,4
0- tot 20-jarigen
14.899
17.363
18.118
16.232
20- tot 65-jarigen
30.104
34.499
35.987
32.362
6.243
10.288
14.418
16.563
Aantal
65-plussers
Tabel 13 - Bevolkingsprognose Lansingerland, bron: CBS en PBL, 2010
Gemeente Barendrecht Aantal inwoners 2010
46.707
Aantal inwoners 2040
47.406
Percentage
2010
2020
2030
2040
0- tot 20-jarigen
28,0
26,8
25,4
25,3
20- tot 65-jarigen
59,8
56,3
52,6
48,8
65-plussers
12,2
16,9
22,0
26,0
0- tot 20-jarigen
13.072
12.963
12.246
11.974
20- tot 65-jarigen
27.925
27.266
25.332
23.126
5.710
8.186
10.623
12.306
Aantal
65-plussers
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Tabel 14 - Bevolkingsprognose Barendrecht, bron: CBS en PBL, 2010
51
Uit de tabellen valt af te leiden, dat het CBS voor de kernen van de Greenport een groei in de bevolking verwacht. Onduidelijk is waarop de bevolkingsgroei is gebaseerd. Diverse studies laten zien dat er sprake is van de groei van de stedelijke bevolking, met name rond regio-overstijgende voorzieningen in het onderwijs, maar door sommige instanties wordt verwacht dat de Nederlandse bevolking in de bovenstaande prognoseperiode zal gaan krimpen. Dat effect is nu al te zien in de perifere provincies in Nederland (Groningen, Zeeland en Limburg). Voor de Randstadprovincies verwacht het CBS echter nog een bevolkingsgroei van 700.000 mensen tot 2025. Uit de bovenstaande tabellen blijkt dat verwacht wordt dat de bevolking toeneemt en dat in die toenemende bevolking een sterke vergrijzing plaats vindt (aantal bejaarden van 1 op 9 naar 1 op 4). In de meeste kernen van de W-O-B kernen zal hierdoor een relatieve daling van het aantal jongeren plaats vinden, zoals blijkt uit de onderstaande figuur.
Pijnacker
Figuur 11 – Bevolkingsopbouw, bron:CBS per 1-1-2009
Het opleidingsniveau in Westland, Oostland en Barendrecht is vergeleken met het landelijk gemiddeld meer MBO-georiënteerd en minder WO. Het percentage HBO-opgeleiden is vergelijkbaar met het landelijk gemiddelde. Zie ook de tabel op de volgende bladzijde.
52
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Barendrecht Lansingerland Pijnacker-
Westland
Landelijk
Nootdorp
2010-2011 MBO
50.6%
43.3%
42.3%
53.5%
45%
HBO
36.5%
39.5%
34.6%
36.3%
35%
WO
12.9%
17.2%
23.1%
10.2%
20%
100.0%
100.0%
100.0%
100.0%
100%
Totaal
2009-2010 MBO
51.2%
45.6%
43.9%
54.4%
45%
HBO
35.4%
37.4%
33.5%
35.5%
35%
WO
13.4%
17.0%
22.6%
10.1%
20%
100.0%
100.0%
100.0%
100.0%
100%
Totaal
2008-2009 MBO
51.1%
44.8%
44.1%
56.1%
46%
HBO
35.6%
37.2%
33.8%
33.9%
34%
WO
13.3%
18.0%
22.0%
9.9%
19%
100.0%
100.0%
100.0%
100.0%
100%
Totaal
Tabel 15 – Opleidingsniveau in percentages, bron: cbs.nl
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
53
Bijlage 3
Vraag naar arbeid en het aanbod In de Arbeidsmarktmonitor tuinbouw 2010 is de vraag naar arbeid in kaart gebracht zowel in de primaire sector (zie tabel 7) als in de handel en logistiek (tabel 8). Voor de primaire sector wordt in deze prognose uitgegaan van een groei van de werkgelegenheid. Deze vergroting doet zich vooral voor in het tijdelijk werk. De vaste kern wordt kleiner. In de vaste kern is sprake van een verschuiving in het gewenste opleidingsniveau van de medewerkers. Er is een toenemende behoefte aan hoger opgeleide medewerkers, vooral teelt- en bedrijfsspecialisten. De behoefte aan laag opgeleide medewerkers komt zelfs te vervallen. Uitgegaan wordt van een arbeidsmobiliteit van 10%. In totaal is 20% van de vacatures beschikbaar voor schoolverlaters (2% van het vaste bestand).
Teeltsectoren Aantal bedrijven
NL
NL
NL
2000
2010 *
2020
2020
4.000
1.520
19.000
11.500
Westland-Oostland-Barendrecht
Werkgelegenheid Vast Tijdelijk Totaal
105.000
70.000
40.000
15.200
62.000
141.000
210.000
79.800
167.000
211.000
250.000
95.000
Niveau werkgelegenheid (vast) Laag
29%
Midden
50%
50%
Hoog
21%
50%
Baanmutaties 2020 (10% vast) MBO3+
4.000
1.520
Schoolverlaters
800
304
*“Tuinbouwcijfers 2010” (Productschap Tuinbouw): vast 77.200 en tijdelijk 130.700 (ruim 60% uitzendkracht) Tabel 16 – Prognose aantal bedrijven teeltsectoren, bron: Arbeidsmarktmonitor tuinbouw, 2010
In de handel en dienstverlening van de Greenport is de groei aanzienlijk maar met minder verloop (<6% vaste personeel) met een lichte verschuiving naar hoger opgeleid personeel. Verondersteld wordt dat 20% van de vacatures beschikbaar is voor schoolverlaters (1,18% vaste bestand). Handel en dienstverlening Aantal bedrijven
NL
NL
NL
2000
2010
2020
Westland-Oostland-Barendrecht 2020
18.500
18.500
18.500
7.000
Werkgelegenheid Vast Tijdelijk Totaal
127.000
130.000
136.000
51.880
47.000
67.000
104.000
39.520
174.000
197.000
240.000
91.400
Niveau werkgelegenheid Laag
43%
41%
Midden
48%
48%
Hoog
9%
11%
Baanmutaties 2020 (6%) MBO3+
8.000
3.040
Schoolverlaters
1.600
608
Tabel 17 – Prognose aantal bedrijven handel- en dienstverlening, bron: Arbeidsmarktmonitor tuinbouw, 2010
54
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
De vraag naar personeel staat verder gespecificeerd in tabel 9. In totaal gaat het in 2020 om 900 MBO- en HBOstudenten in Westland-Oostland-Barendrecht waarvan 1/3 in de teelt en 2/3 in de handel en logistiek. Duidelijk is dat het huidige aanbod op dit moment niet kan voldoen aan deze vraag (zie tabel 10, figuur 7 en bijlage 4). VRAAG Schoolverlaters Greenport West
Behoefte Gediplomeerden Agrostudies en Handel/logistiek
Behoefte aan Schoolverlaters Westland-Oostland 2020 Teelt
300
Handel/Logistiek
600
Totaal
900
MBO
655
HBO
245
Totaal
900
Tabel 18 – Schoolverlaters Greenport West, bron: Arbeidsmarktmonitor tuinbouw, 2010 (Bron: Productschap tuinbouw, 2011)
AANBOD Schoolverlaters Greenport West
Gediplomeerden Agrostudies
Westland (MBO)
131
2011/2012
Lansingerland/Bleiswijk (MBO)
18
2010/2011
Barendrecht(MBO)
24
2010/2011
Delft InHolland (HBO) Totaal
173 62
2011/2012
235
Tabel 19 - Aanbod van gediplomeerde schoolverlaters. bron: Arbeidsmarktmonitor tuinbouw, 2010
Figuur 12 – Aantal schoolverlaters, vraag en aanbod, bron: Arbeidsmarktmonitor tuinbouw, 2010
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
55
Bijlage 4
Het huidig onderwijs in Westland-Oostland-Barendrecht In de onderstaande tabellen wordt inzicht gegeven in de samenstelling van het opleidingsniveau van het schoolgaande gedeelte van de bevolking in Westland, Oostland en Barendrecht.
Barendrecht VMBO T 3&4
2007-2008 298
2008-2009
2009-2010
2010-2011
319
306
289
MBO
1269
1283
1346
1347
HBO
886
894
929
970
WO
314
335
352
344
2009-2010
2010-2011
Tabel 20 – Onderwijs Barendrecht, bron: CBS, 2012
Oostland VMBO T 3&4
2007-2008
2008-2009
644
679
672
705
MBO
2123
2202
2421
2462
HBO
1698
1759
1915
2128
WO
892
990
1074
1166
2008-2009
2009-2010
2010-2011
Tabel 21 – Onderwijs Oostland, bron: CBS, 2012
Westland VMBO T 3&4
2007-2008 969
1002
985
975
MBO
3252
3343
3368
3371
HBO
1976
2020
2200
2285
WO
580
592
627
642
2008-2009 398
2009-2010 359
2010-2011 345
Tabel 22 – Onderwijs Westland, bron: CBS, 2012
Delft VMBO T 3&4
2007-2008 425
MBO
2275
2262
2259
2247
HBO
2295
2319
2264
2396
WO
8655
9297
9766
10545
2008-2009
2009-2010
Tabel 23 – Onderwijs Delft, bron: CBS, 2012
Rotterdam VMBO T 3&4
2007-2008 3239
3161
3257
3244
MBO
22308
22026
21969
22359
HBO
15429
16333
16999
17426
WO
11641
12476
13175
13846
Tabel 24 – Onderwijs Rotterdam, bron: CBS, 2012
56
2010-2011
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
De grotere kernen in de Greenport hebben een bevolking die gemiddeld genomen lager is opgeleid dan het gemiddelde in Nederland. In de universiteitsteden Delft en Rotterdam ligt dit uiteraard omgekeerd. Het aantal huidige Greenport-studenten in MBO en HBO staan aangegeven in de tabel hieronder inclusief het contractonderwijs als ook de prognose tot aan studiejaar 2015/2016. Dit is gebaseerd op informatie verkregen van de betrokken scholen.
2011 2012
Westland
Inholland
Greenport- Int. HBO
Mondriaan
Techniek
MBO
Mondriaan Albeda
2012 2013
2013 2014
2014 2015
2015 2016
0
45
60
75
25
50
Zorg en Welzijn MBO
354
415
405
375
380
Economie
303
303
303
303
303
MBO
75
Lentiz
Greenport
MBO
420
472
416
438
458
Lentiz
Flora College
VMBO
757
799
807
846
845
Lentiz
Groen lyceum
VO
0
25
50
75
100
Bleiswijk
Edudelta
Plantenteelt
Melanchton
Groen
MBO
VMBO
30
24
28
29
35
305
327
350
426
500
Barendrecht
Edudelta
Plantenteelt
Edudelta
Ondernemersklas
MBO
36
38
44
51
60
-
14
28
34
45
Contractonderwijs Lentiz
Cursus & Consult
800
800
850
890
935
Edudelta
Contractonderwijs
0
0
50
100
150
Tabel 25 – Onderwijsaanbod Greenport West, bron: genoemde scholen, 2012 (exclusief effecten Federatie MBO
Barendrecht/Ridderkerk)
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
57
Bijlage 5
Leren van andere campussen Op basis van voorbeelden van andere campussen zal in deze bijlage worden gekeken welke succesfactoren van belang zijn voor de Greenport Horti Campus. In de vorige bijlagen is er getoond hoe de Greenport demografisch, sociaal en economisch in elkaar zit. Aan het eind van deze bijlage zal er worden bekeken aan welke van de succesfactoren er op dit moment al voldaan wordt in de Greenport Westland-Oostland-Barendrecht. Technopolis, een organisatie die zich focust op wetenschap, technologie en innovatie, heeft in 2009 een campus als volgt gedefinieerd: - Een fysieke locatie met hoogwaardig onroerend goed en gemeenschappelijke faciliteiten; - Die als doel heeft het bevorderen van de oprichting, groei en acquisitie van kennisintensieve bedrijven en kennisintensieve organisaties en hun onderlinge samenwerking; - Met een actief beleid gericht op het faciliteren van R&D en de transfer van kennis, mensen en kapitaal naar en tussen de organisaties op de campus en op het aantrekken van kennisintensieve locaties. Succesfactoren 1 tot en met 7 zijn succesfactoren welke voortkomen uit de omgeving, terwijl de succesfactoren 8 tot en met 12 voortkomen uit de bedrijven in de cluster zelf. Succesfactor 1 – Nabijheid van een grote stad Volgens Buck Consultants International (2009) vergroot de nabijheid van een grote stad de “aanwezigheid van een manifeste kennisdrager zoals universiteit, publiek toponderzoeksinstituut, R&D-centrum van (internationaal) bedrijf, hogeschool”. Dit is een van de voorwaarden om open innovatie mogelijk te maken op een campus. Succesfactor 2 – Universiteit als ondersteunende lokale omgeving Zoals vermeld bij succesfactor 1 is een nabijheid van een universiteit gewenst. Oh (2000) heeft onderzocht dat de innovatie binnen een cluster stevig afhangt van de bronnen van onderzoek van universiteiten en onderzoeksinstituten in de buurt. Regelmatige vergaderingen met de universiteiten en bijbehorende onderzoekers kan het voor de bedrijven gemakkelijker maken om de resultaten van onderzoek te vertalen naar implementeerbare oplossingen en innovaties. Succesfactor 3 – Ondersteunende overheid De overheid kan de markt helpen door financiering en/of subsidies. De markt bepaalt de richting, de overheid stimuleert (Porter, 2000). Succesfactor 4 – Goede infrastructuur/transport Garnsey en Smith (1998) beweren date en goede infrastructuur en transport een voorwaarde is om nieuwe ondernemingen in het gebied te laten vestigen. Ook zullen nieuwe en bestaande ondernemingen een grotere kans op succes hebben wanneer de benodigde infrastructuur aanwezig is. Buck Consultants International (2009) geven aan dat een goede infrastructuur een “onderscheidende factor is voor clusters”. Niet alleen internationale bereikbaarheid, bijvoorbeeld Schiphol en Rotterdam – Den Haag Airport, maar ook bereikbaarheid op lokaal niveau zijn hierbij belangrijk. Dit betekent dus ook dat er goed openbaar vervoer moet zijn binnen en naar de campus. Succesfactor 5 – Centrale locatie Wanneer de bedrijven in een cluster dichter op elkaar zitten constateren Garnsey en Smith (1998) dat de mogelijkheden tot informele kennisdeling groter zijn. Een centrale locatie verbetert het (high-tech)- imago en geeft sneller een bepaalde identiteit aan een cluster.
58
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Succesfactor 6 – Aantrekkelijk voor investeerders “Investeringen realiseren of versnellen die – tegen de achtergrond van de internationale concurrentie om R&Dactiviteiten en onderzoekers - op lokaal niveau de kwaliteit en duurzaamheid van de campus verhogen” (Buck, 2009). Succesfactor 7 – Aantrekkelijk voor oprichting nieuwe bedrijven In het rapport van de Chemelot Campus staat beschreven dat naast autonome groei het belangrijkste deel van de groei van de Chemelot Campus moet komen uit het genereren en aantrekken van nieuwe bedrijven en kennisinstellingen. Dankzij de inbreng van deze drie partijen, in aanvulling op de bestaande partijen en de reeds aanwezige competenties, wint een campus aan de daarvoor benodigde acquisitiekracht. Succesfactor 8 – Kennisdeling Door deze bedrijven en instellingen bijeen te brengen op één locatie in een regio, wordt kennis gebundeld. Deze kennisverzameling moet leiden tot synergie tussen de bedrijven en instellingen. Wanneer binnen het ene bedrijf productinnovatie plaatsvindt, kan deze ook worden gebruikt – of tot inspiratie leiden – in de verwante bedrijven. Er ontstaat ‘nieuwe’ kennis of een innovatie. Hiermee verhoogt een kenniscluster zijn concurrentiekracht en wordt het competitiever binnen de Europese of wereldeconomie” (Van der Velden en in ’t Ven, 2007). Succesfactor 9 – Samenwerking tussen overheid, bedrijven en academici Oh (2000) zegt dat een goede verstandhouding met onderzoeksinstituten, academici en de industrie door middel van een effectief geplaatste onderzoeksinstituten van de overheid, universiteiten en privé onderzoeksinstituten bijdragen aan een succesvolle campus. Onder meer bij de Rotterdam School of Management is in meerdere publicaties het concept ontwikkeld van het Smart Business Network. Dit is een netwerk gericht op het verbeteren van business dat een gemeenschap doel heeft hetgeen het mogelijk maakt om in wisselende en flexibele samenstellingen een bijdrage te leveren aan de doelstellingen van dat netwerk (van Heck, Vervest, 2007). Een digitaal platform ondersteunt deze samenwerking en het werken aan de gemeenschappelijke doelstellingen. Succesfactor 10 – Ondernemerschap Door het stimuleren van ondernemerschap (onder net afgestudeerden) komen er bedrijven in de cluster welke het gat zullen dichten tussen kennis en wat er gevraagd wordt in de markt. Silicon Valley is hier een goed voorbeeld van (Oh, 2000). Succesfactor 11 – Producten / diensten aanbieden in dezelfde sector Hoe meer de bedrijven in de cluster zich een eenheid voelen, hoe duidelijker de kansen voor innovatie zijn. Wanneer er wordt samengewerkt aan dezelfde producten / diensten is het duidelijker welke bronnen er nodig zijn voor innovatie en kan de gehele cluster hieraan meewerken (Hu, 2005). Succesfactor 12 – Bedrijven van de gehele keten aanwezig De manier waarop de keten is samengesteld is een succesfactor voor de cluster. Wanneer er slechts enkele leveranciers aanwezig zijn is er minder keus in basismateriaal, wat kan leiden tot dure of slechte producten / diensten. Hetzelfde geldt voor de verwerkingsbedrijven en transport (Hendry, 2000).
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
59
Vergelijking succesfactoren en Greenport Westland-Oostland-Barendrecht In onderstaande tabel wordt er een vergelijking gegeven met behulp van de demografische, sociale en economische gegevens die in de eerdere bijlagen zijn gegeven.
Kritische succesfactor
1.
Nabijheid grote stad
2.
Ondersteunende universiteit
Aanwezig in Greenport Ja, steden als Den Haag, Rotterdam en Delft zijn dichtbij. Ja, twee universiteiten aanwezig. Soms nauw samenwerkend met bedrijven, soms is er meer sprake van loosely coupled networks.
3.
Ondersteunende overheid
4.
Goede infrastructuur
5.
Centrale locatie
Ja, de verschillende overheden steunen de benodigde kennisinnovatie De bereikbaarheid tussen de verschillende locaties is sterk voor verbetering vatbaar. Er is geen centrale locatie. De belangrijkste voorzieningen liggen allen in een straal van 40 km. De mentale afstand is soms groter.
6. Aantrekkelijk voor investeerders
Zowel voor de primaire sector als de handel en logistiek wordt groei voorspeld.
7.
In de afgelopen decennia zijn nieuwe bedrijven vooral gestart binnen het bestaande familie-
8.
Aantrekkelijk voor oprichting nieuwe bedrijven Kennisdelen
bedrijf. Universiteiten en hogescholen delen hun kennis met bedrijven bijv. via de Greenport Campus. Ondernemers (veelal met een MKB-achtergrond) delen kennis en leren veel meer ad hoc en informeel. Bij kennis- en leerprocessen ligt de focus binnen het bedrijf.
9.
De gouden driehoek
Er is sprake van veel overleg tussen overheid, onderwijs, ondernemers en onderzoek. Dit leidt o.a. tot dit businessplan voor de Greenport Horti Campus. Nodig is de verdere ontwikkeling van Westland-Oostland-Barendrecht tot een Smart Business Network.
10.
Ondernemerschap
Er is een groep van ondernemers die duidelijk optreden als innovators. Andere groepen volgen dan wel wachten af. In het onderwijs begint ondernemerschap een belangrijke rol te vervullen.
11.
Dezelfde sector
Ja, het hele Greenport cluster is vertegenwoordigd in de Greenport Horti Campus
12.
De hele keten
Ja, zowel veredeling, teelt, handel, logistiek, techniek als zakelijke dienstverlening
Tabel 26 – Vergelijking succesfactoren en Greenport Horti Campus
60
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Referenties Buck Consultants International, Fysieke investeringsopgaven voor campussen van nationaal belang, 2009. Consortium Chemelot Campus, Masterplan 2010-2020, 2011. Garnsey en Smith (1998), Proximity and complexity in the emergence of high technology industry: the Oxbridge comparison, Geoforum volume 29, nummer 4. Hendry, Brown en Defillippi (2000), Regional clustering of high technology-based firms: opto-electronics in three countries, Regional Studies, volume 34, nummer 2. Hu, Lin en Chang (2005), Technology-based regional development strategies and the emergence of technological communities: a case study of HSIP, Taiwan, Technovation, volume 25. Oh (2000), Technology-based regional development policy: case study of Taedok Science Town, Taejon Metropolitan City, Korea, Habitat International, volume 26. Porter (2000), Location, competition, and economic development: local clusters in a global economy, Economic Development Quarterly, volume 14, nummer 1. Van der Velde en In ‘t Ven, Clustering op bedrijventerreinen: kennisclustering, 2007. Vervest & van Heck, “How the networks wins”, 2007
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
61
Bijlage 6
Overzicht uitkomsten interviews 1. Inleiding Bij het maken van dit business plan zijn in twee maanden tijd 65 interviews afgenomen. In een aantal gevallen ging het om meerdere gesprekken soms ook met meerdere personen. In totaal is er met 39 vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven gesproken (60%), met 15 vertegenwoordigers van kennis- en onderwijsorganisaties (23%) en 11 vertegenwoordigers van overheden zowel landelijk, provinciaal als gemeentelijk (17%). De betrokken personen kwamen overwegend uit Westland, Oostland en Barendrecht. Een aantal ook uit Delft, Rotterdam, Zoetermeer en Wageningen. Vooraf was er een vragenlijst gemaakt met vragen gericht op het huidige onderwijs (MBO-HBO), de cursussen en trainingen voor medewerkers (Leven Lang Leren zowel MBO, HBO- als WO-niveau), de manier waarop ondernemers kennis van universiteiten en hogescholen gebruiken (kennisvalorisatie), kennis als internationaal exportartikel en de faciliteiten in Westland, Oostland en Barendrecht. Met de geïnterviewden is in 83% van de gevallen gesproken over het huidige onderwijs, met 49% over een Leven Lang Leren, met 42% over kennisvalorisatie, met 37% over internationale aspecten en met 26% over de faciliteiten. Met 73% is gesproken over imago, samenwerking en andere onderwerpen. 2. Initieel onderwijs De belangrijkste rode draden uit de gesprekken rondom initieel onderwijs zijn: - Met name het MBO in Westland heeft een belangrijke stap voorwaarts gemaakt in de afgelopen jaren. Tegelijkertijd geldt dat er nog steeds grote stappen gezet moeten worden om de content van de MBOopleidingen goed en up to date te krijgen. - Zaken als het Horticultural Experience Center en de Demokwekerij zijn belangrijke zaken om praktijk en theorie dichter bij elkaar te brengen. Het is nodig om hierin blijvend te investeren en dit verder uit te breiden. - Het HBO is onzichtbaar. Meerderen verwezen naar de manier waarop de HAS Den Bosch zich heeft gepositioneerd in Brabant. Connecties met andere hogescholen rondom techniek, bedrijfskunde, marketing, logistiek, informatica etc. is nodig. - Nodig is meer instroom. Een permanente imagocampagne naar leerlingen, studenten en scholen is dan ook nodig. - Onderwijs is vaak de grote onbekende. Men weet niet wie nog waar zit en wat doet! - Docenten moeten inspireren. - De meningen over stages varieerden van ‘loopt goed’, via ‘dat moet veel beter’ tot aan ‘ik heb er geen tijd voor’. - Start met opleidingen toegepast biologie (MBO en HBO). Andere relevante opmerkingen uit de interviews: - Meerdere verwezen naar het standpunt van LTO Noord/Glaskracht inzake het onderwijs. - Er zijn niet alleen managers nodig maar ook (vooral) specialisten, zeker rondom veredeling en techniek. - In Venlo en omgeving is meer aandacht voor zaken als retail en supply chain - Kijk naar mogelijkheden om MBO-studenten te laten sponsoren door bedrijven (voorbeeld STC Brielle mbt Procestechnologie). - De verbetering van het MBO moet in lijn liggen met de vorming van een landelijk Centrum voor Innovatief Vakmanschap. 3. Een Leven Lang Leren De belangrijkste rode draden uit de gesprekken rondom een Leven Lang Leren zijn: - Nodig is meer afstemming tussen de verschillende spelers die zich bezig houden met cursorisch onderwijs in de primaire sector. Er zijn nu te veel cursussen waarvan de kwaliteit onhelder is. In de handel is dit geregeld via FrugiVenta.
62
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
- Een samenhangende structuur is nodig om te komen tot een traject van een Leven Lang Leren voor de medewerkers uit het Greenport-cluster. Dat systeem moet het ook mogelijk maken beter zij-instromers op te nemen. - Meerdere bedrijven hebben een eigen Academy om het eigen personeel op te leiden. Meerdere organisaties geven masterclasses. - Een deel van de opleidingsbehoefte van bedrijven en hun medewerkers wordt vervuld door commerciële aanbieders van buiten de branche. - Blijf leren! De suggestie werd gedaan om te komen tot een high potential-programma voor de Greenport. Een aantal bedrijven vond dit een goed idee. Een aantal gaf aan dat voor hun bedrijf niet relevant te vinden. De Rotterdam School of Management gaf de mogelijkheid aan om te komen tot een maatprogramma op MBA-niveau voor de Greenport bij een jaarlijkse instroom van 20 studenten. 4. Kennisvalorisatie De belangrijkste rode draden uit de gesprekken rondom kennisvalorisatie zijn: - Het is belangrijk om kennis dichter bij de ondernemer te brengen. Er is veel kennis maar die wordt te weinig gebruikt. De vraag is of de huidige manier van loketten etc. afdoende werkt. Nodig zijn manieren om kennis veel laagdrempeliger naar ondernemers te brengen. - Rondom energie is er veel ervaring en kennis in de sector. Een aantal personen kent elkaar. Sprake is van een ‘loosely coupled network’ met mogelijkheden om grote hoeveelheden schone elektra te leveren aan woonwijken. - Een aantal ondernemers geeft aan veel eigen onderzoek te doen. Een aantal geeft aan dat WUR en TNO nodig zijn voor het uitwerken van hun ideeën. Een aantal geeft aan bij problemen en innovatie in het bedrijf vooral intern en naar collega’s te kijken. Opvallend is dat de respondenten meerdere meningen geven over de manier waarop de ondersteuning van ondernemers vanuit kennisinstellingen verloopt bij innovatieprocessen: - Meerdere personen geven aan dat de afstemming met de TU Delft niet goed loopt terwijl tegelijkertijd een aantal aangeeft de TU Delft goed te kunnen vinden en dat hun kennis wordt gebruikt. - Rondom de Greenport Campus een vergelijkbaar beeld: een aantal geeft aan gebruik te maken van Arenasessies etc. Anderen geven aan de Greenport Campus niet te kennen of niet te gebruiken. Andere gemaakte opmerkingen: - er is een Kenniscentrum voor Plantenstoffen die goed past binnen de Greenport Horti Campus. - Denk rondom de veredeling aan de relatie met de Seed Valley in Noord Holland - Kennisvalorisatie wordt vaak neergezet als een lineair proces. De Greenport Horti Campus moet een broedplaats zijn! - Denk aan de mogelijkheden van een incubator. 5. Internationaal De belangrijkste rode draden uit de gesprekken rondom internationaal zijn: - Steeds vaker komt het voor dat een kas die in opdracht van een buitenlandse investeerder in het buitenland is neergezet ‘het niet doet’, niet de productie per m2 geeft die was verwacht. Dit voorkomt regelmatig dat er herhalingsverkopen plaats vinden. Het probleem is dat de kennis over de teelt niet wordt mee verkocht met de verkoop van de kas. - Meerdere respondenten geeft aan de kennis en onderwijsmogelijkheden in Westland, Oostland en Barendrecht er in principe zijn om medewerkers van nieuwe buitenlandse locaties op te leiden tot een
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
63
professioneel teelt- en managementniveau. Het gaat dan om een aanbod bestaande uit het opstellen van een strategisch teeltplan, de basisopleiding hier, begeleiding online en op locatie, en ondersteuning in geval van lastige situaties in de kas (ziekten etc.). Nodig zijn goede afspraken met bedrijven ten einde ook bijtijds te kunnen opschalen, - Er beginnen eerste afspraken te ontstaan rondom het geven van basistrainingen in Nederland en begeleiding in latere fasen. - Meerdere bedrijven hebben aangegeven interesse te hebben in een gezamenlijk aanbod van bedrijven, kennis- en onderwijsinstellingen om kennis en trainingen mee te verkopen met de verkoop van de kas dan wel bij verkoop van aan de kas gelieerde technieken. 6. Faciliteiten De belangrijkste rode draden uit de gesprekken rondom faciliteiten zijn: - De Greenport Horti Campus moet niet over bakstenen gaan. Het gaat om onderwijs en kennis dicht bij bedrijven. - Maak meer gebruik van het Horticultural Experience Center en de Demokwekerij. - Zorg voor meer mogelijkheden van praktijkleren die complementair zijn aan elkaar. - Zorg voor samenhang tussen de locaties bijvoorbeeld met een bus. - Kijk naar inspirerende voorbeelden zoals in Eindhoven. - Zorg voor een goed online platform die over de locaties en organisaties heen gaat. - Zorg voor mogelijkheden voor starters en plekken waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. 7. Imago en andere zaken De belangrijkste rode draden uit de gesprekken rondom imago zijn: - Het huidige imago is in het meest positieve geval, neutraal. Nodig is een gerichte aanpak om dit te veranderen. - Er zijn al veel campagnes geweest die meestal niet het juiste resultaat hadden. It’s alive is een positieve uitzondering daarop. Nodig is geen ‘buitenkant’-campagne maar een benadering van binnen uit, vanuit trots. - Ga uit van de hele keten en de oplossingen die de Greenport kan leveren aan de vraagstukken in de wereld rondom veilig voedsel, gezondheid, duurzame energie en water!! - Zorg voor aansprekende personen en een slimme inzet van bijvoorbeeld You Tube. Andere relevante opmerkingen uit de interviews zijn: - Het is niet alleen een kwestie van technologie maar ook van sociale innovatie. - Maak bij het aansturen van de Greenport Campus ook gebruik van bestaande gremia. - Nodig is ook de wil om samen te werken. Profileringsdrang van gemeenten wekt soms irritatie.
64
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Bijlage 7
Uitkomsten Dag van de Doorbraak Op 19 april 2012 is de Dag van de Doorbraak gehouden om te kijken naar nieuwe oplossingen rondom imago, internationalisering, energie & water, praktijkleren, stages, meer instroom voor veredeling en techniek en de structurering van de Greenport Horti Campus. In totaal hebben meer dan 70 personen deelgenomen aan deze sessie. Daarvan was meer dan de helft vanuit het bedrijfsleven. Hieronder zijn de belangrijkste opmerkingen uit de discussies samengevat. Imago Ondanks het vele werk en de vele investeringen die al gedaan zijn op het gebied van imago is de het beeld van de tuinbouw nog niet positief. Dit heeft een negatieve impact op het aantal medewerkers dat kiest voor werk in de sector. Suggesties (in willekeurige volgorde): - Sector is innovatief en gericht op duurzaamheid maar vertelt dit onvoldoende; - Doelgroepenbeleid communicatie opzetten; - Gebruik social media meer; - Er is behoefte aan permanente showcases om consumenten / buitenlandse gasten te verleiden; - Er is behoefte aan meer centrale regie en een centraal informatiepunt; - De sector straalt onvoldoende trots uit – zorg dat we ambassadeurs krijgen (eigen bewoners); - Benadruk de positieve zaken (bijvoorbeeld baangarantie na opleiding veredeling, internationale karakter ea); - Verbeter de bereikbaarheid van de gebieden; - Werkgevers doen te weinig voor potentiële werknemers (stagiairs / zaterdagkrachten); - Flyeren voor Kom in de kas, Floriade etc. Internationalisering Bij internationalisering moet het vooral gaan om het opbouwen en uitbouwen van (bestaande) netwerken. Zorg voor samenwerking tussen de verschillende sectoren (de hele keten) en zorg voor consortia met nieuwe verdienmodellen. Daarbij moet kennis niet beschermd worden maar moet aan de andere kant ook niet te vrijelijk worden weggegeven. Balans daartussen is essentieel. Nodig is een incubator waar nieuwe ideeën voor de nationale en internationale markten kunnen worden uitgewerkt en uitgetest. Nederland is als geen ander land een land van export en import. Dat moet ook steeds meer betrekking krijgen op kennis en onderwijs. Verplicht ook bij verkoop van bijv. een kas het ‘meeleveren’ van een projectmanagement om de kans op succes voor de buitenlandse investeerder te vergroten. Vraag is wel: leveren de scholen het juiste niveau? Brengen ze hun studenten voldoende kennis bij over buitenlandse culturen? Daarbij: onderwijs is soms zo onzichtbaar. Energie & water Dit zijn probleemgebieden die een daardoor een negatieve lading ontwikkelen. Verbeteren door glastuinbouw (groenfabriek) naar de stad te brengen. Directe afzet in de stad om meer zichtbaar te zijn. NL heeft een sterke positie met betrekking tot energie en water in de tuinbouw. Hier ligt een exportkans naar “droge” landen; dit koppelen aan het Nederlandse Waterimago. Probleemstelling: grote bevolkingsgroei, 70% van de mensen in de steden: “hungry cities”; krappe resources, gevolg schade aan de planeet. Oplossing: technische ontwikkelingen en ontwikkeling van kennis en vaardigheden. Het samenbrengen van middelen voor het ontwikkelen en bundelen van kennis en vaardigheden. Dit leidt tot het beschikbaar komen van “handjes” die de kennis en vaardigheden in de praktijk kunnen uitwerken. Ondernemers moeten milieuwinst als winst zien. Overtuiging bij de ondernemers is er nog niet.
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
65
Praktijkleren Het is belangrijk voor de leerlingen om te oefenen in een praktische omgeving, zodat ze interesse krijgen voor de greenport en de praktijk ervaren. Vaardigheden zijn erg belangrijk. De personeelstekorten zullen zo ook gemakkelijker op te lossen worden. Van veel opleidingen komen studenten in andere sectoren terecht, waarom niet in tuinbouw? Opleiding is niet het belangrijkste, beroepshouding is belangrijker. Als ze zich interesseren voor de tuinbouw zal er meer van komen dan iemand met een opleiding maar geen interesse. Geef praktijklessen op school of bij een bedrijf. De docenten zijn hiervoor verantwoordelijk. Je leert het meest van de professionals. Onderwijs alleen redt het niet, het bedrijfsleven zal zelf een hand in eigen boezem moeten steken en dus ook een deel financieren. Bedrijven en het onderwijs hebben een andere manier van praten. Laat ze samen ontwikkelen. Het bedrijfsleven wil competenties en vaardigheden. Als leerlingen dit hebben, leren de bedrijven ze het vak wel. Stages Een periode voor stages wordt opgelegd maar daar blijft het bij vanuit het onderwijs. Er wordt geen interesse opgewekt voor de tuinbouw en stage opdrachten zijn niet duidelijk opgegeven (jongeren krijgen daar niet duidelijk mee dat er een stage-opdracht moet zijn). Er is nu weinig contact tussen MBO instelling en student. Niet alle bedrijven hebben alle werkprocessen. Dit zou opgelost kunnen worden door roulatie tussen bedrijven zodat alle werkprocessen ter sprake komen. Hoe geef je meer kwaliteit? Meer uren vanuit het onderwijs voor begeleiding. Het werkt alleen als er goede afspraken zijn tussen onderwijs en bedrijfsleven. Het werkt alleen als je binnen het bedrijf een project meegeeft aan de stagiair en ze worden ondersteund door een begeleider binnen het bedrijf. Student verdwaalt momenteel binnen het bedrijf. Meer instroom voor veredeling en techniek Gedurende de workshop werd benadrukt dat de verbetering tussen onderwijs en bedrijfsleven nog hechter dient te worden. Versterk de verbindingen door interessante stages met afwisseling. Vergeet hierbij de zaterdag / vakantiekrachten niet. Gebruik crisis in de bouw om technici aan te trekken en maak hiervoor een aantrekkelijk zij-instroom programma. Benadruk in de communicatie-uitingen meer dat de sector voldoende werkgelegenheid biedt. Hierbij moet de kwaliteit van de docenten niet vergeten worden. Op een aantal plaatsen is de docentkennis verouderd en komen docenten te weinig in aanraking met de praktijk en het bedrijfsleven. Studiekassen en in het geval van Aalsmeer: innovatieklassen. Werkgevers moeten meer betrokken worden bij het onderwijs (les / college geven vanuit de praktijk). Het is een gezamenlijke verantwoordelijkheid ! Om instroom te bevorderen is een positiever imago van doorslaggevend belang (trots op de sector, betere communicatie van positieve zaken, baangarantie, internationaal werken). Structuur Greenport Horti Campus De volgende suggesties werden meegegeven: - Zorg voor een aansprekend boegbeeld dat de topsector nationaal en internationaal kan vertegenwoordigen; - Zorg voor een heldere regie over de verschillende activiteiten in de regio. Maak gebruik van bestaande structureren daarbij; - Laat het bedrijfsleven mee investeren in het onderwijs vooral vakinhoudelijk; - Zorg voor een heldere arbeidsmarktstrategie; - Zorg voor een aanpak waarin we leidend zijn en blijven ook over 5 tot 10 jaar!
66
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Bijlage 8
Korte verklarende woordenlijst Begrip Korte omschrijving Associate Degree
Om het aanbod te verbreden van het HBO en het gat te dichten tussen HBO en MBO is in september 2006 gestart met tweejarige opleidingen aan hogescholen. Het is vooral bedoeld voor mbo-ers die na hun opleiding nog door willen studeren, maar geen 4-jarige hbobacheloropleiding willen volgen. Afronding hiervan wordt afgesloten met een (nieuwe) wettelijke graad, de “Associate Degree” (AD) geheten.
Centrum voor Innovatief Vakmanschap Centrum waar structureel gewerkt wordt aan het verbeteren van het innovatief vakmanschap op MBO-niveau Centre of Expertise
Centrum waar structureel gewerkt wordt aan het verbeteren van de expertise op HBO- en WO-niveau
EU strategie 2020
Ambities voor 2020 van de Europese Unie
Greenport-cluster
De samenwerkende ketenactiviteiten rondom veredeling, teelt, logistiek, handel, toelevering, techniek en zakelijke dienstverlening.
Greenport Campus
Greenport Campus is het platform waarmee de Nederlandse topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen de sprong willen maken naar een hoger niveau van kennis en innovatie.
HBO
Hoger Beroeps Onderwijs
Kennisvalorisatie
Kennisvalorisatie is het creëren van maatschappelijke en economische waarde op basis van wetenschappelijke kennis en vaardigheden
Leer/werkbedrijf
Een leerwerkbedrijf is een bedrijf met als primair doel het opleiden van mensen door werk aan te bieden in de praktijk
Leven Lang Leren
Algemeen educatief principe dat stelt dat een mens gedurende het gehele leven in staat en gemotiveerd is tot studeren en leren en dat de maatschappij daartoe de mogelijkheden moet bieden
MBO
Middelbaar Beroepsonderwijs
Metropoolregio Rotterdam Den haag
Samenwerkingsverband van 24 gemeenten met bedrijven en maatschappelijke organisaties in de regio Rotterdam/Den Haag
Oostland
Samenwerkingsverband in de regio Lansingerland en Pijnacker-
Nootdorp
Topteam
Het kabinet wil topsectoren waarin Nederland wereldwijd uitblinkt, nog sterker maken. Om dat te bereiken, gaan overheid, bedrijfsleven, universiteiten en onderzoekscentra samen werken aan kennis en innovatie. Iedere topsector wordt aangestuurd door een Topteam.
Valorisatiecentrum
Centrum waar kennisvalorisatie plaats vindt
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
67
Bijlage 9
68
Met dank aan…
Bedrijf
heer/mevrouw
Voornaam
Achternaam
1.
ZLTO
de heer
Tiny
Aerts
2.
TU Delft
de heer
Paul
Althuis
3.
Plantenkwekerijk Ammerlaan
mevrouw
Ilone
Ammerlaan
4.
Productschap Tuinbouw
mevrouw
Agnes
Ardenne
5.
Greenport Holland International
mevrouw
Lisette
Bakker
6.
WUR
de heer
Sjaak
Bakker
7.
Edudelta Onderwijsgroep
de heer
Niek
Barendregt
8.
GreenQ
mevrouw
Irma
Bennekom
9.
Koppert Biological Systems
de heer
Bossinga
10.
Clusios AOC
mevrouw
Boterblom
11.
ROC Mondriaan
de heer
Hans
Camps
12.
ROC Mondriaan
de heer
Harry
de Bruijne
13.
Provincie Zuid Holland
de heer
Mark
de Bruijne
14.
Gemeente Westland
mevrouw
Marga
de Goeij
Martin
15.
Lentiz onderwijsgroep
de heer
16.
Productschap Tuinbouw
de heer
de Jongh
de Groot
17.
WUR
de heer
Wim
de Jongh
18.
Wageningen UR
de heer
Jan Willem
Donkers
19.
Koppert Biological Systems
mevrouw
Douma
20.
Gemeente Westland
de heer
Theo
Duijvestijn
21.
Gebroeders Duijvestijn
de heer
Ted
Duijvestijn
22.
VNO NCW Westland
de heer
Pieter
Eenhoorn
23.
Bakker Barendrecht
mevrouw
Karin
Faase
24.
Bunnik Plants
de heer
Danny
Fiere
25.
FloraHolland
de heer
pieter
foekens
26.
Gemeente Barendrecht
de heer
Jeroen
Gebben
27.
GreenQ
de heer
Jilles
Goedknegt
28.
Provincie Zuid-Holland
de heer
Hans
Goossensens
29.
WUR
de heer
Ab
Groen
30.
Grow Groep
de heer
Hans
Grootscholten
31.
EL&I
de heer
Jan
Guerand
32.
Gemeente Delft
de heer
Pieter
Guldemond
33.
Hogeschool Rotterdam
mevrouw
José
Heinerman-Leijdekker
34.
Agro Advies Buro
de heer
Bram
Hanemaaijer
Jolanda
35.
Stichting CropEye
mevrouw
36.
Lentiz onderwijsgroep
de heer
Hof
37.
STC Brielle
mevrouw
Hollander
38.
PTC+ Praktijkleren
de heer
Laurian
Heistek
Hooijdonk
39.
Lentiz onderwijsgroep
de heer
Arnold
Hordijk
40.
Edudelta Onderwijsgroep
de heer
Adrie
Huijser
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
41.
Koppert Biological Systems
de heer
Huurmans
42.
LTO Noord Glaskracht
de heer
Dick
Hylkema
43.
Lentiz Onderwijsgroep
de heer
Gert
Kant
Marcel
44.
VNO NCW Westland
de heer
45.
Koppert Biological Systems
de heer
Klapwijk
46.
GreenQ
de heer
Klapwijk
47.
Hoogendoorn Growth Management
de heer
Peter
Kester
Kodde
48.
Melanchthon Business School
de heer
Koelinga
49.
LTO
de heer
Piet
Koene
50.
FloraHolland
de heer
Gijs
Kok
51.
Syntens
de heer
Erik
Kolderwey
52.
Topteam Tuinbouw & Uitgangsmaterialen mevrouw
Tara
Kolk
53.
KvK Amsterdam
de heer
Gerard
Kooiman
54.
Gemeente Westland
mevrouw
Angelique
Koolschijn
55.
BVMT
de heer
Folkert
Kouwenhoven
Bas
56.
Berg Hortimotive BV
de heer
57.
Hillenraad
de heer
Lamot
Lagerwerf
58.
Inholland
de heer
Hans
Ligtenberg
59.
Berg Hortimotive BV
de heer
Sjef
Loomans
60.
Wageningen UR Glastuinbouw
de heer
Barry
Looman
61.
Kamer van Koophandel Den Haag
de heer
Peter
Luijkx
62.
Hogeschool Inholland Delft
de heer
Woody
Maijers
63.
AVAG
de heer
Harm
Maters
Irenka
64.
Bakker Barendrecht
mevrouw
65.
Melanchthon Business School
de heer
Molenaar
Meekma
66.
RDM Campus
mevrouw
Gabrielle
Muris
67.
Hillenraad
de heer
Martien
Pennings
68.
Gemeente Barendrecht
mevrouw
Bregje
Poelman
69.
Wageningen UR Glastuinbouw
de heer
Eric
Poot
70.
Hogeschool Rotterdam
mevrouw
Femke
Posthumus
71.
Gemeente Pijnacker-Nootdorp
de heer
Dennis
Potter
72.
Priva BV
mevrouw
Meiny
Prins
73.
Albeda College
de heer
Jan
Riemens
74.
Kennisalliantie
de heer
Peter
Reffeltrath
75.
TTI Groene Genetica
de heer
Roelse
76.
LTO Noord Glaskracht
de heer
Ruhé
77.
Dutch Flower Group
de heer
Henk
Salomon
78.
KP Holland
de heer
Peter
Samwel
79.
Hogeschool Inholland
de heer
Peter
Scheerder
80.
van Jole advies
de heer
Rene
Scholte
81.
Koppert
de heer
Ruud
Schoonebeek
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
69
70
82.
Priva BV
de heer
Maren
83.
Flynth
mevrouw
Schumacher
84.
Kamer van Koophandel Den Haag
de heer
Schuttebeld
Ben
Schoormans
85.
Gemeente Westland
de heer
Smit
86.
Arend-Sosef
de heer
Bart
Sosef
87.
Bedrijfsgericht vakopleiding Glastuinbouw de heer
Ad
Sosef
88.
LTO Noord Glaskracht
Paul
Steijn
de heer
89.
Rabobank
de heer
Jaap
Stolze
90.
Greenport Campus
mevrouw
Mirjam
Strous
91.
Westland-Oostland
de heer
Jacques
Teelen
92.
Rijk Zwaan
mevrouw
Emily
ten Bokkel Huinink
93.
Gemeente Lansingerland
de heer
Werner
ten Kate
94.
Kubo
de heer
Ron
Threels
95.
Dutch Produce Association
de heer
Theo
Tijssen
96.
Albeda College
de heer
Andre
Vader
97.
Best Fresh Groep
de heer
Mart
Valstar
98.
Prominent
de heer
Arne
van AaLST
99.
Demokwekerij Westland
de heer
Peet
van Adrichem
100.
PVA Financieel
de heer
John
van Adrichem
101.
Gemeente Lansingerland
de heer
Harald
van Antwerpen
102.
ISW
de heer
Cor
van Dalen
103.
Lentiz Onderwijsgroep
de heer
Rick
van Dam
104.
Flynth
mevrouw
van de Drift
105.
VNO NCW West
de heer
Paul
van Delft
106.
Lentiz onderwijsgroep
de heer
Ben
van den Akker
107.
GreenQ
de heer
Aad
van den Berg
108.
Hollander
de heer
John
van den Berg
109.
TU Delft
de heer
Gert Jan
van den Berg
110.
Tomatoworld
mevrouw
Miranda
van den Ende
111.
Van der helm bedrijven
de heer
Kees
van der Helm
112.
Olympic fruit
de heer
Thijs
van der Heuvel
113.
LTO Noord Glaskracht
de heer
Jos
van der Knaap
114.
Anthura
de heer
Nic
van der Knaap
115.
Certhon
de heer
Hein
van der Sande
116.
Lentiz onderwijsgroep
de heer
Henk
van der Sar
117.
Syntens
de heer
Peter
van der Sar
118.
Gemeente Westland
de heer
Sjaak
van der Tak
119.
VNO NCW Oostland
de heer
Cor
van der Wel
120.
Greenery
de heer
Wim
van de Wiel
121.
MZ Organisatie/Secretarieel Management mevrouw
van der Zijp
122.
JP Ten Have/Decorum
van Deventer
de heer
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
Gerard
123.
Rabobank Westland
de heer
van Dijk
124.
Hogeschool Rotterdam
de heer
Gerard
van Drielen
125.
Gemeente Pijnacker-Nootdorp
mevrouw
Jose
van Egmond
126.
Rotterdam School of Management
de heer
Eric
van Heck
127.
Rabobank Westland
de heer
Fred
van Heijningen
128.
Strategy on Demand
de heer
Nico
van Hemert
129.
Lentiz Cursus & Consult
de heer
Lourens
van Herk
130.
De Haagse Hogeschool
de heer
Sander
van Ipenburg
131.
Royal Pride
de heer
Frank
van Kleef
132.
Hogeschool Inholland Delft
de heer
Olaf
van Kooten
133.
Prominent
de heer
Marco
van Noord
134.
Kamer van Koophandel Den Haag
de heer
Mark
van Oosten
135.
SOB Oostland
mevrouw
Carla
van Oosten
136.
LTO Groeiservice
de heer
Geert
van Oosterhout
137.
de heer
van Oppenraaij
138.
Lentiz onderwijsgroep
de heer
van Paasse
139.
Provincie Zuid-Holland
mevrouw
van Raalte
140.
Centrhon
mevrouw
Lotte
van Rijn
141.
GreenQ
de heer
Wijnand
van Rossum
142
LTO Noord Glaskracht
de heer
Nico
van Ruiten
143.
Ministerie EL&I
de heer
Rene
van Schie
144.
Lentiz MBO Westland
de heer
Hugo
van Tienhoven
145.
Verbakel-Bomkas
de heer
Edward
Verbakel
146.
LTO
de heer
Wim
Verbraken
147.
Edudelta College Barendrecht
de heer
Arno
Versteeg
148.
van jole advies
de heer
Jeroen
Verweij
149.
Gemeente Westland
mevrouw
Marga
Vintges
150.
Fresq
de heer
Vooijs
151.
Frugiventa
de heer
Welschen
152.
Provincie Limburg
de heer
Widdershoven
153.
TTI Groene Genetica
mevrouw
Wijkamp
Leo
154.
Groene kennis Coöperatie
de heer
Vinus
Zachariasse
155.
Priva BV
de heer
Ronald
Zeelen
156.
LTO jongeren
de heer
Tom
Zwinkels
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015
71
72
Greenport Horti Campus - Businessplan 2012-2015