Het kapitaal staat weer op de agenda PETER DE WAARD 05-11-14, De Morgen
©ANP Vandaag spreekt de ster-econoom Thomas Piketty de Nederlandse Tweede Kamer toe. Gaat hij politici inspireren tot een hernieuwde strijd tegen ongelijkheid? Geen econoom heeft bij zijn komst naar Nederland op voorhand zoveel belangstelling gekregen of zoveel controverse opgewekt als de Fransman Thomas Piketty De rondvaart door Amsterdam met gillende groupies ontbreekt voor de rockster-econoom. Maar zijn komeetachtige opkomst wordt al vergeleken met die van The Beatles, waarmee in de jaren zestig een nieuw tijd werd ingeluid. Alleen is er dit keer geen gekte vanwege een aanstekelijk wijsje dat iedereen pakt, maar vanwege een economische pil met een saaie omslag. Geen econoom heeft bij zijn komst naar Nederland op voorhand zoveel belangstelling gekregen of zoveel controverse opgewekt als de Fransman Thomas Piketty. In Den Haag zullen de politieke partijen vandaag lijnrecht tegenover elkaar staan als Piketty het gevaar van ongelijkheid toelicht. Daarna zal hij een optreden verzorgen in een uitpuilend Paradiso in Amsterdam. Acht maanden geleden kende niemand hem. Nu geniet hij heldenstatus. Hij is echter niet de nieuwe Che Guevara die de maatschappij wil veranderen of een nieuwe ideologie wil lanceren. 'Ik ben niet geniaal. Ik heb alleen gedaan wat gek genoeg niemand anders eerder had gedaan: laten zien hoe de financiële ongelijkheid zich over heel lange termijn ontwikkelt.' Of het resultaat van zijn monnikenwerk blijvende invloed zal hebben, weet hij zelf niet. Hij hoopt het wel, want 'extreme ongelijkheid is zeer gevaarlijk'. Dat Piketty's boodschap de politiek en de maatschappij nu zo bezighoudt, verbaast ook hoogleraar sociologie Herman van de Werfhorst, die veel over ongelijkheid schreef. 'Zijn verdienste is dat hij het over een zo lange periode heeft uitgezocht en toegankelijk heeft opgeschreven. Maar het heeft blijkbaar zijn eigen dynamiek gekregen.' Voor 2007 zou zijn boek zijn weggedrukt op de onderste plank van de universiteitsbibliotheek. Nu, ruim zes jaar na het begin van de crisis, is er precies de goede voedingsbodem voor. 'Het gevoel dat het wel goed komt na de crisis is aan het wegvallen', ziet Van de Werfhorst. De
verkrampte pogingen van rechtse politici en economen om zijn conclusies met andere statistieken onderuit te halen, werken niet.
©REUTERS Grootverdieners Van alle kanten verschijnen pleidooien voor een rijkenheffing, een jaloeziebelasting of een Dagobert Ducktaks, waarmee de kloof tussen arm en rijk weer iets moet worden gedicht. De partij die niet kiest, de PvdA, heeft het moeilijk. Of dit duidt op een nieuwe periode van meer polarisatie in de politiek durft de socioloog Herman Vuijsje niet te voorspellen. 'Het gevoel dat het niet zo snel meer goed komt met de economie wordt inderdaad breder gedragen. Banken en andere grootverdieners hebben ons een loer gedraaid die structureel is, die misschien wel een hele generatie gaat duren.' De econoom Arnoud Boot noemt dat ook de reden voor het succes: 'De onderliggende maalstroom is bepalend voor de vraag of de boodschap wordt opgepakt. In 2012 publiceerde de econoom Joseph Stiglitz zijn prachtboek Price of inequality. Dat kwam op een verkeerd moment en was dus geen hype.' Opvallend: de komst van de Nobelprijswinnaar Stiglitz naar Nederland, donderdag, krijgt nauwelijks belangstelling. Sinds de kredietcrisis van 2007 is geregeld gespeculeerd over een comeback van de na-oorlogse beweging die de macht van de factor arbeid vergrootte ten koste van de factor kapitaal. Toen de wederopbouw in de jaren tachtig verzandde en de industriële afbraak inzette, sloeg onder invloed van de politici Margaret Thatcher en Ronald Reagan de stemming om. Hun goeroe was Milton Friedman, een Amerikaanse econoom die verklaarde dat mensen het best af waren als de markt zijn werk deed. In combinatie met de val van de Muur leidde dit tot een neoliberale storm die zelfs de sociaal-democraten van hun geloof deed vallen. De factor kapitaal kon de factor arbeid weer helemaal naar de hand zetten. Bedrijven potten de winsten op en probeerden die uit het zicht van de fiscus te houden. Occupy leek in 2011 het tij te keren, maar de protesten tegen het grootkapitaal op Wall Street, in de City en aan het Damrak bloedden dood. Occupy miste bevlogen leiders en wetenschappelijke onderbouwing. De invloed bleef beperkt. Of Piketty een omslag zal bewerkstelligen, is niet te voorspellen. 'Er is niet die
groepsbinding als onder de generatie studenten van toen', aldus Vuijsje. Er is evenmin een arbeidersklasse, zoals tijdens de opkomst van The Beatles. WAT PIKETTY IN ZIJN BOEK BETOOGT Kapitaal in de 21ste eeuw, zoals de titel van het boek van Thomas Piketty luidt, gaat over het probleem van de kapitaalverdeling. Piketty maakt een vergelijking van de vermogensontwikkeling in twintig landen in de wereld over de laatste twee eeuwen. Daaruit blijkt dat, een kleine periode na de Tweede Wereldoorlog uitgezonderd, de ongelijkheid nog steeds toeneemt, doordat de opbrengsten van kapitaal hoger zijn dan die van arbeid. Mensen die geld hebben worden sneller rijk dan mensen die het niet hebben. Dit wakkert onvrede aan en ondermijnt democratische verworvenheden. Piketty ziet het als een belangrijke taak voor de politiek om dat te corrigeren. Nederland behoort niet tot de landen die Piketty heeft onderzocht.
Thomas Piketty: 'Ongelijkheid is gevaarlijk' Krijgt het kapitaal (weer) de schuld? In zijn boek Capital in the twenty-first century over de toenemende financiële ongelijkheid, voorspelt de Franse econoom Thomas Piketty dat de gevolgen daarvan desastreus zijn, vooral voor arme landen. Maar in somberheid vervallen hoeft niet. 'Mijn data laten juist zien dat ongelijkheid geen natuurwet van het kapitalisme is.' EVERT NIEUWENHUIS . 26 APRIL 2014
'Mijn data laten zien dat ongelijkheid geen natuurwet van het kapitalisme is.' © Reuters/Charles Platiau En ineens heeft iedereen het over Thomas Piketty. Zijn vuistdikke Capital in the Twenty-First Century werd al ruim voor publicatie – vorige maand verscheen de Engelse vertaling – met lof overladen.
Nobelprijswinnaar Paul Krugman noemde het 'misschien wel het belangrijkste economische boek van dit decennium', deWashington Post vond het 'een intellectuele tour de force', de Volkskrant beschrijft het als 'baanbrekend', de liberale, invloedrijke columnist Martin Wolf van de Financial Times heeft het over een 'buitengewoon belangrijk boek' en Branko Milanovic, voormalig topeconoom bij de Wereldbank, bestempelde het tot 'een mijlpaal in het economisch denken'. Tijdens de recente jaarvergadering van het Internationaal Monetair Fonds sprak volgens een verslag in NRC Handelsblad 'iederéén in Washington' over die tot voor kort vrijwel onbekende Franse econoom. Niet lang daarna is Capital het best verkochte boek via Amazon.com.
Op z’n minst opmerkelijk voor een boek dat in 685 bladzijden en 97 grafieken een op het eerste oog sombere conclusie trekt: ongelijkheid neemt wereldwijd explosief toe en zal dat blijven doen als wij niet ingrijpen. De gevolgen kunnen desastreus zijn. In zijn bedompte kantoortje in een versleten universiteitsgebouw van de Ecole d'Economie de Paris reageert Thomas Piketty (42) gelaten op zijn succes. 'Ach, het is leuk maar ook een hype. Het kost tijd voordat je kunt zeggen wat de impact van een boek is, en ik vraag me af of al die mensen mijn boek ook echt gelezen hebben. Ik heb niets geniaals bedacht, ik heb gedaan wat gek genoeg niemand eerder deed: op grote schaal data verzamelen en over een lange periode kijken hoe financiële ongelijkheid zich ontwikkelt.' Evengoed hoopt Piketty dat zijn boek invloed zal hebben, want extreme ongelijkheid is zeer gevaarlijk, zegt hij. 'Ik geloof in boeken. Het zijn politieke wapens.' Vijftien jaar lang verzamelde Piketty in 22 landen bergen data over inkomen en vermogens. Capital – de verwijzing naar Marx’ Das Kapital moge duidelijk zijn – levert meer dan genoeg munitie voor een discussie die sinds het luwen van de kredietcrisis in het brandpunt van de maatschappelijke aandacht staat. President Barack Obama sprak zelfs over 'the defining issue of our time'. Bijvoorbeeld: sinds 2009 – het dieptepunt van de kredietcrisis – ging 95 procent van de inkomensgroei in de Verenigde Staten naar de rijkste 1 procent. De afgelopen dertig jaar steeg het aandeel dat het rijkste procent van totale Amerikaanse welvaart bezit van 10 naar 30 procent. Het ongelijkheidsniveau in Amerika is min of meer gelijk aan het niveau van begin vorige eeuw en groter dan dat van Zuid-Afrika tijdens de apartheid. In de jaren vijftig van de vorige eeuw verdiende een Amerikaanse ceo ongeveer twintig keer meer dan zijn gemiddelde werknemer, nu is dat meer dan tweehonderd keer. Wie denkt dat Europeanen de vruchten van hun economie eerlijker verdelen, heeft het mis: de Europese ongelijkheid is bijna even groot als aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog. Ongelijkheid is een mondiale ontwikkeling. Ook in opkomende landen als China, Brazilië en India neemt ongelijkheid hand over hand toe. Onlangs berekende Oxfam International dat de 85 rijkste miljonairs meer bezitten dan de armste 3,5 miljard wereldburgers. U noemt ongelijkheid gevaarlijk. Waarom? Extreme ongelijkheid ondermijnt democratie. Thomas Piketty: 'Extreme ongelijkheid ondermijnt democratie. Als een kleine groep bijna alle economische middelen in handen heeft, bestaat het principe "iedereen is gelijk" niet meer. Op papier mag ieders stem even zwaar tellen, in de praktijk heeft een klein groepje extreem rijken de touwtjes in handen. Daarnaast is ongelijkheid een voedingsbron voor populisme, nationalisme en racisme omdat grote groepen zich buitengesloten voelen en hun onvrede willen uiten. Het is niet toevallig dat aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog de Europese ongelijkheid zeer groot was. 'In arme landen is er een extra probleem: economische ongelijkheid remt ontwikkeling. De rijke elite sluist grote sommen geld naar Zwitserland, Parijs of Londen, terwijl dat gebruikt zou moeten worden om bijvoorbeeld onderwijs en infrastructuur te financieren. Dit is een economisch drama. Economische ontwikkeling vereist sterke instituten en onderling vertrouwen. Het heffen van belasting is cruciaal om ontwikkeling te financieren, maar als de elite hier nauwelijks aan bijdraagt, ondermijnt dat de opbouw van een sterke economie met sterke instituten. De consequenties van ongelijkheid zijn in arme en opkomende landen veel groter en ernstiger dan in Europa of de Verenigde staten.' Als iedereen gelijke kansen heeft om rijk te worden, is er toch geen probleem? De nieuwe superrijken kwamen veelal uit de middenklasse, zoals Bill Gates of de oprichters van WhatsApp. Thomas Piketty: 'Laten we die sociale mobiliteit – iedereen kan rijk worden – vooral in stand houden. Met ongelijkheid is niets mis, wel met extreme ongelijkheid. De welvaart van de rijksten moet in verhouding staan met de omvang van de economie. Als hun vermogen drie of vier keer sneller groeit dan de economie, zoals de
afgelopen decennia, gaat er iets mis. Ongebreidelde, extreme ongelijkheid is niet alleen een moreel, maar ook een praktisch probleem: als je niets doet, heeft op een gegeven moment 1 procent van de bevolking 99 procent van de economie in handen. Hoe moet je zo’n land op democratische wijze besturen? Als de superrijken de koek niet met anderen willen delen, hoe kan iemand uit de middenklasse dan nog rijk worden?' Een Chinees die door hard werken tot de middenklasse is gaan behoren, zal het weinig kunnen schelen dat er ook extreem rijken in zijn land zijn. Op een gegeven moment zullen ook Chinezen, Brazilianen en Indiërs tegen het probleem van extreme ongelijkheid oplopen. Thomas Piketty: 'Dat kan ik me goed voorstellen. Maar op een gegeven moment zullen ook Chinezen, Brazilianen en Indiërs tegen het probleem van extreme ongelijkheid oplopen. Ze zullen dezelfde vraag moeten beantwoorden: wat is op de lange termijn de beste manier om welvaart te verdelen? Uit mijn onderzoek blijkt dat welvaart zich niet vanzelf verdeelt, je moet beleid voeren. Nu groeien hun economieën nog hard en neemt voor veel mensen de welvaart toe – net zoals onze economieën na 1945 – maar op een gegeven moment vlakt die groei af en zullen ze tegen extreme ongelijkheid aanlopen.' Veel economen zeggen dat ongelijkheid nodig is om groei te bevorderen. Als je rijker dan anderen kunt worden, ga je harder werken en groeit de economie sneller. Thomas Piketty: 'Als je naar de feiten kijkt, zie je dat westerse economieën helemaal niet sneller groeien wanneer er meer ongelijkheid is. In de decennia na de Tweede Wereldoorlog groeiden de Amerikaanse en Europese economieën heel sterk terwijl de ongelijkheid veel kleiner was dan nu. Momenteel groeien onze economieën langzaam terwijl de ongelijkheid historisch groot is. Ik zou de bewijslast willen omdraaien: als je voor extreme ongelijkheid pleit, bewijs dan dat het zin heeft.' Hoe komt het dat ongelijkheid toeneemt? Thomas Piketty: 'Dat is een eenvoudige vraag waar ik dit boek voor nodig had om te beantwoorden. Kort gezegd: rijken worden rijker omdat hun vermogen harder groeit dan de economie. Het rendement op kapitaal – in brede zin, waaronder onroerend goed, aandelen, et cetera – is door de jaren heen gemiddeld vijf procent, terwijl de economische groei substantieel lager is.' Waarom was er juist halverwege de vorige eeuw minder ongelijkheid? Thomas Piketty: 'Die periode, vanaf grofweg 1914 tot 1945, is een uitzondering op de historische ontwikkeling dat kapitaal meer rendeert dan een economie groeit. Hier zijn meerdere redenen voor. 'Ten eerste groeide de economie sterk omdat Europa en andere delen van de wereld heropgebouwd moesten worden. Lonen stegen en de welvaartsstaat deed zijn intrede. Ten tweede waren vele private vermogens verdampt door hyperinflatie en door de oorlog aangevreten. Ten derde voerden Europa en Amerika progressief inkomenstenbelastingen in: wie veel verdiende, betaalde meer belasting. De wederopbouw moest betaald worden en het communisme bestreden, twee dure aangelegenheden. 'In de jaren zeventig veranderde dit beleid. Een belangrijke reden is dat de economische groei afvlakte waardoor het belang van kapitaal toenam. Daarnaast begon er een andere politieke wind te waaien: het neoliberalisme van Thatcher en Reagan. Vrije marktkapitalisme, privatisering en deregulering werden het mantra. Na de val van de Muur in 1989 won deze politiek aan invloed en raakte internationaal verspreid. Kapitaal kreeg meer mogelijkheden om te groeien. In de jaren zeventig van de vorige eeuw was het privé-vermogen twee à drie keer zo groot als de omvang van de economie. Nu is dat vijf tot zes keer zo groot. Het duurde een paar decennia, maar ongelijkheid is weer op het niveau van begin vorige eeuw.' Dat klinkt niet hoopgevend. Mijn data laten juist zien dat ongelijkheid geen natuurwet van het kapitalisme is.
Thomas Piketty: 'Mijn data laten juist zien dat ongelijkheid geen natuurwet van het kapitalisme is! We hebben in de tweede helft van de vorige eeuw een bloeiperiode gekend met veel groei en weinig ongelijkheid, niet in de laatste plaats dankzij politieke keuzes. Als we geen extreme ongelijkheid willen, hoeft die er niet te zijn. Ik vind dat een positieve boodschap.' U pleit voor een mondiale, progressieve belasting op vermogen. Thomas Piketty: 'Inderdaad. De huidige discussie gaat vooral over exorbitante topinkomens, maar we moeten niet vergeten dat juist vermogen een bron van toegenomen, extreme ongelijkheid is. Ik stel voor om netto vermogens vanaf 200.000 euro te belasten met een half procent en dit percentage te laten oplopen als het vermogen toeneemt. 'Internationale samenwerking is belangrijk omdat individuen en bedrijven kunnen dreigen met verhuizingen naar landen met een gunstig belastingklimaat. Door gezamenlijk op te trekken voorkom je dit. De opbrengsten moeten besteed worden aan het aflossen van onze staatsschulden. We moeten voorkomen dat we niet meer rente betalen aan vermogenden die geld aan de schatkist hebben geleend dan we bijvoorbeeld aan onderwijs betalen, zoals Groot-Brittannië in de negentiende eeuw.' Mooi, maar politiek onhaalbaar. In uw boek omschrijft u uw voorstel als een useful utopia. 'Klopt, maar er is een continuüm tussen wat haalbaar en wat het beste is. Landen kunnen nu al vele maatregelen nemen – en dat gebeurt ook. De conservatieve regering in Spanje heeft onlangs een vermogensbelasting ingevoerd. Ook Italië heeft stappen in die richting ondernomen. De Duitse Bundesbank en het IMF hebben voorgesteld om met een vermogensbelasting de staatsschuld af te lossen. Bepaald geen linkse utopisten, lijkt mij.' Bron : http://www.mo.be/interview/thomas-piketty-ongelijkheid-gevaarlijk Dit interview verscheen eerder op oneworld.nl.