Het Economisch Belang van de Antwerpse Diamantsector Prof. Dr. Joep Konings1 & Drs. Stijn Vanormelingen Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen K.U.Leuven Oktober 2008
1
Prof. Konings is gewoon hoogleraar economie aan de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen van de KU Leuven. Drs. Stijn Vanormelingen is wetenschappelijk medewerker.
1
Inhoud Executive Summary .....................................................................................................5 Aanbevelingen ..............................................................................................................7 Document de synthèse..................................................................................................9 Recommandations......................................................................................................11 1.
Inleiding ..............................................................................................................13
2.
Het belang van de diamantsector voor de internationale handel in België ..16
3. Economische Kernindicatoren voor de Diamantsector: Evolutie en Vergelijking met andere sectoren.............................................................................27 3.1.
Evolutie van economische kernindicatoren in de diamantsector. .......................................27
3.2. Benchmarking economische kernindicatoren van de diamantsector met andere sectoren in België.....................................................................................................................................................33
4.
Internationale Benchmarking...........................................................................46
5. De impact van de diamantsector op de economie en haar expansiemogelijkheden: Een econometrische benadering .....................................51 6.
Conclusies en Aanbevelingen ............................................................................56
Appendix A Figuren en Tabellen in US Dollar .......................................................59
2
Lijst met Tabellen Tabel 1: Aantal Bedrijven en Tewerkstelling in Diamant Industrie. ...........................14 Tabel 2 : In -en Uitvoer Opgesplitst binnen de Diamantsector ...................................19 Tabel 3: Invoer en Uitvoer van diamant als Percentage van Intra en Extra EU Totaal ......................................................................................................................................20 Tabel 4: Uitvoer in Vergelijking met andere Sectoren (2007) ....................................21 Tabel 5: Invoer in Vergelijking met andere Sectoren (2007) ......................................21 Tabel 6 Rang Diamant in Invoer en Uitvoer België. ...................................................22 Tabel 7: Overzicht Geselecteerde Sectoren voor Benchmarking ................................33 Tabel 8 Spillovers van diamant naar andere sectoren.................................................53 Tabel 9: Geschatte indirecte tewerkstelling.................................................................54 Tabel A 1 In-en Uitvoer opgesplitsit binnen de diamantsector, miljoenen US dollar.59
3
Lijst met Figuren Figuur 1 Waarde Totale Invoer en Uitvoer Diamant ...................................................17 Figuur 2 Evolutie Handelsbalans België......................................................................18 Figuur 3 Evolutie Aandeel Diamant in Totale Invoer en Uitvoer ...............................20 Figuur 4 : Aandeel diamant in de totale uitvoer vanuit België naar dat land in 2007 .23 Figuur 5: Aandeel diamant in totale invoer vanuit dat land in 2007 ...........................24 Figuur 6: Top 10 belangrijkste partners uitvoer diamant in 2007 ...............................25 Figuur 7: Top 10 belangrijkste partners invoer diamant in 2007.................................25 Figuur 8: Totale Omzet en Toegevoegde Waarde Belgische Diamantsector ..............27 Figuur 9: Evolutie Totale Tewerkstelling Belgische Diamantsector ...........................29 Figuur 10: Evolutie Gemiddelde Loonkost Bewerking en Groothandel Diamant ......30 Figuur 11: Evolutie Gemiddelde Arbeidsproductiviteit Bewerking en Groothandel Diamant........................................................................................................................31 Figuur 12: Vergelijking Toegevoegde Waarde en Omzet Diamantsector met andere Sectoren in België. .......................................................................................................34 Figuur 13: Vergelijking Toegevoegde Waarde en Omzet Diamantsector met andere Sectoren in de Provincie Antwerpen............................................................................35 Figuur 14: Vergelijking Toegevoegde Waarde en Omzet Diamantsector met andere Sectoren in het Arrondissement Antwerpen ................................................................36 Figuur 15: Loonkost Diamantsector vergeleken met andere Belgische sectoren. .......37 Figuur 16: Evolutie loonkost in enkele geselecteerde industrieën...............................38 Figuur 17: Arbeidsproductiviteit Diamantsector vergeleken met andere Belgische sectoren. .......................................................................................................................39 Figuur 18: Gemiddelde Competitiviteitsindex vergeleken met andere Belgische sectoren. .......................................................................................................................40 Figuur 19: Gemiddelde Belastingsvoet voor de Diamant en andere Belgische Sectoren in 1997 .........................................................................................................................42 Figuur 20: Gemiddelde Belastingsvoet voor de Diamant en andere Belgische Sectoren in 2006 .........................................................................................................................42 Figuur 21: Evolutie Effectieve Belastingsvoet voor Diamantsector en andere Belgische Sectoren.......................................................................................................43 Figuur 22: Winst en Belastingen in de Diamantsector ................................................44 Figuur 23: Totale Vennootschapsbelasting in Antwerpen...........................................44 Figuur 24 Loonkost en Arbeidsproductiviteit Internationaal Vergeleken. ..................47 Figuur 25 Internationale Vergelijking Competitiviteitsindex......................................48 Figuur 26 Effectieve Belastingsvoet Vennootschapsbelasting Internationaal Vergeleken ...................................................................................................................49
Figuur A 1 Evolutie Invoer en Uitvoer Diamant uitgedrukt in US Dollar ..................60 Figuur A 2 Top 10 belangrijkste partners uitvoer diamant in 2007; US dollar ...........60 Figuur A 3 Top 10 belangrijkste partners invoer diamant in 2007; US dollar ............61 Figuur A 4 Totale Omzet en Toegevoegde Waarde in de Diamantsector uitgedrukt in US dollar. .....................................................................................................................61
4
Executive Summary Decennia lang is België zowel in binnen- als buitenland gekend voor haar Antwerpse diamant. Net zoals in andere sectoren heeft ook de Antwerpse diamantsector een transformatie ondergaan, mede ten gevolge van de toenemende globalisering van de jongste jaren. Deze toenemende globalisering verhoogt de druk op de bedrijven en het economisch beleid om een stevige concurrentiepositie te handhaven en verder uit te bouwen. Voorliggende studie onderzoekt daarom het relatieve belang van de Antwerpse diamantsector in België en meer in het bijzonder in Vlaanderen en de regio Antwerpen.
De voornaamste bevindingen kunnen als volgt worden samengevat. 1.
Voor de totale Belgische internationale handel staat de diamant op de 4e plaats van belangrijkste handelsgoederen. Dit wordt de eerste plaats wanneer enkel de handel buiten de EU wordt beschouwd. De diamantsector is goed voor een positief handelssaldo ten belope van 1,6 Miljard Euro in 2007 (of 13,4 Miljard uitvoer en 11,8 Miljard invoer). Gegeven dat het globale handelsoverschot in België 2,3 Miljard Euro bedroeg, is het duidelijk dat de internationale handel in de Belgische diamantsector een belangrijke constante bijdrage hieraan levert.
2.
Voor een aantal landen is diamant het nummer 1 exportproduct vanuit België, met name voor ondermeer India, Israël, Hong Kong, de Verenigde Arabisch Emiraten, Singapore en Thailand. Maar ook voor China (exclusief Hong Kong) is de diamantsector de belangrijkste sector met een exportaandeel van 20%. Voor enkele andere landen zoals Japan, Canada en de Verenigde Staten van Amerika staat de diamant in de top drie van belangrijkste Belgische exportproducten.
3.
De diamantsector is in 2006 goed voor een totale omzet van 17 miljard euro en een toegevoegde waarde van bijna 500 miljoen euro. Hoewel de totale omzet de jongste 10 jaar sterk gestegen is, is de tewerkstelling sterk gedaald in deze periode. Dit is vooral het gevolg van een sterke vermindering van arbeidskrachten in de bewerking van diamant, terwijl de tewerkstelling in de groothandel van diamant licht is toegenomen. De loonkosten zijn in deze
5
periode toegenomen met 3% per jaar, vergelijkbaar met de algemene evolutie van de loonkosten in België. 4.
De diamantsector realiseert een omzet die vergelijkbaar is met het gemiddelde van andere sectoren in België. In de provincie en het arrondissement Antwerpen realiseert ze zelfs de hoogste omzet van alle sectoren, op de voet gevolgd door de chemie. In termen van toegevoegde waarde is dit uiteraard een stuk lager omwille van de hoge prijs van ruwe diamant, de basisgrondstof.
5.
De gemiddelde loonkost in de diamantsector ligt meer dan 30% lager dan in de chemie, maar de arbeidsproductiviteit – een maatstaf voor efficiëntie – is het hoogst van alle sectoren. Hierdoor scoort de diamantsector goed op het gebied van haar competitiviteit in vergelijking met andere Belgische sectoren.
6.
De gemiddelde aanslagvoet van de vennootschapsbelasting in de diamantsector behoort tot de hogere in België. Vergeleken met andere belangrijke handelscentra in de diamantindustrie zoals China, India en Rusland, is de effectieve vennootschapsbelasting in België bijna dubbel zo hoog.
7.
In vergelijking met opkomende economieën zoals China en India heeft de diamantsector in België de hoogste loonkost, maar ook de hoogste toegevoegde waarde per werknemer. Voor India domineren echter de loonkostverschillen met als gevolg dat het land in termen van competitiviteit beter scoort dan België. China scoort het slechtst in termen van competitiviteit.
8.
Op basis van een econometrisch model, wordt een schatting gemaakt van de indirecte tewerkstellingscreatie door de diamantsector. Hieruit blijkt dat de diamantsector goed is voor ongeveer 34000 jobs aan directe en indirecte tewerkstelling samen in de provincie Antwerpen.
6
Aanbevelingen Uit de analyse volgen een aantal belangrijke aanbevelingen: 1.
Indien de Belgische economie voordeel wenst te halen uit de sterke expansie van de opkomende landen zoals India en China is het wenselijk dat het buitenlands beleid voldoende initiatieven kan opstarten om betere handel met deze regio’s tot stand te brengen. Vermits de diamantsector zo goed is vertegenwoordigd in deze opkomende landen, kan de sector een belangrijke sleutelrol spelen in het verder uitwerken van een algemeen strategisch handelsbeleid dat ook ten goede komt van de andere Belgische sectoren. Meer bepaald kunnen andere sectoren gebruik maken van de expertise en netwerken van de Belgische diamantsector.
2.
Er is uiteraard een belangrijke keerzijde van deze medaille. Wellicht omwille van de mobiliteit en de grote internationale handelsstromen die de diamantsector karakteriseren is deze ook kwetsbaar voor delocalisatie. De loonkosten zijn net zoals de loonkosten in andere sectoren sterk gestegen de laatste 10 jaar (met 30%).
Naar de toekomst toe zal het bijgevolg
belangrijk blijven de loonkosten in de diamantsector te beheersen en inspanningen te blijven doen om de kwaliteit van werk en productiviteit op een hoog niveau te blijven handhaven. 3.
Maar niet alleen loonkosten spelen hierbij een belangrijke rol, ook de hoogte van de vennootschapsbelasting is een belangrijke factor die ondernemingen in overweging nemen wanneer ze zich in een bepaald land wensen te vestigen. En deze factor wordt de jongste jaren belangrijker omwille van de toenemende belastingdruk binnen en buiten Europa, waarbij de nominale belastingvoet van 33,99% in België tot de hogere van Europa behoort. Maar ook wanneer een vergelijking van de effectieve belastingvoet wordt uitgevoerd, behoort de gemiddelde aanslagvoet voor de Diamantsector tot de hogere binnen België (om en bij de 24% in 2006) en in vergelijking
met India, China en Rusland is de effectieve
vennootschapsbelasting bijna dubbel zo hoog. Dit zorgt voor een vorm van oneerlijke concurrentie met het buitenland, ten nadele van de Belgische diamantsector.
7
4.
Een handhaving en verdere groei van de diamanthandel in Antwerpen kan niet alleen de directe, maar vooral de indirecte tewerkstelling van ongeveer 26000 jobs, veiligstellen of verder doen uitbreiden. Een strategie gericht op het realiseren van verdere groei zal eveneens in overweging moeten nemen in welke mate synergieën kunnen ontwikkeld worden met verwante sectoren zoals de juwelensector.
8
Document de synthèse Depuis des décennies le diamant anversois est réputé tant en Belgique qu’à l’étranger. Tout comme d’autres secteurs, le secteur diamantaire anversois a aussi subi une transformation, suite entre autres à la globalisation croissante des dernières années. Cette globalisation accrue augmente la pression sur les entreprises et la politique économique pour maintenir et développer une position concurrentielle solide. La présente étude analyse l’importance relative du secteur diamantaire anversois en Belgique et plus particulièrement en Flandre et dans la région anversoise.
Les principales constatations peuvent être résumées comme suit. 1.
Dans la totalité du commerce extérieur belge le diamant occupe la quatrième place des biens commerciaux les plus importants. Et même la première place si l’on ne tient compte que du commerce hors UE. Le secteur diamantaire dégage un solde commercial positif à hauteur de 1,6 milliards d’euros en 2007 (ou 13,4 milliards en exportations et 11,8 milliards en importations). Etant donné que l’excédent commercial global de la Belgique s’élevait à 2,3 milliards d’euros, il est clair que le commerce international dans le secteur diamantaire belge y contribue de façon importante et constante.
2.
Pour un certain nombre de pays le diamant est le produit numéro 1 importé en provenance de la Belgique, en particulier pour l’Inde, Israël, Hong Kong, les Emirats arabes unis, Singapore et la Thaïlande. Pour la Chine aussi (Hong Kong non compris), le secteur diamantaire est le secteur le plus important avec pour la Belgique une part de marché à l’exportation de 20%. Pour quelques autres pays tels que le Japon, le Canada et les Etats-Unis d’Amérique, le diamant figure dans le top trois des principaux produits importés de Belgique.
3.
En 2006, le secteur diamantaire représente un chiffre d’affaires total de 17 milliards d’euros et une plus-value de presque 500 millions d’euros. Bien que le chiffre d’affaires total ait presque doublé les 10 dernières années, l’emploi a fortement régressé pendant cette période. C’est avant tout la conséquence de la forte diminution de la main-d’oeuvre dans le traitement
9
du diamant. L’emploi dans le commerce de gros du diamant a, lui, légèrement progressé. Les coûts salariaux ont augmenté pendant cette même période de 3% par an, ce qui est comparable à l’évolution générale des coûts salariaux en Belgique. 4.
Le secteur diamantaire réalise un chiffre d’affaires qui est comparable à la moyenne des autres secteurs en Belgique. Dans la province et l’arrondissement d’Anvers, il réalise même le chiffre d’affaires le plus élevé de tous les secteurs, suivi de près par le secteur chimique. En termes de valeur ajoutée celui-ci est évidemment nettement moins important à cause du prix élevé du diamant brut, la matière première de base.
5.
Le coût salarial moyen dans le secteur diamantaire est de plus de 30% inférieur à celui du secteur chimique, et la productivité du travail – un critère pour l’efficacité – est la plus élevée de tous les secteurs. De cette façon, le secteur diamantaire maintient une meilleure compétitivité que d’autres secteurs belges.
6.
Par rapport aux économies émergentes comme la Chine et l’Inde, le secteur diamantaire belge a les coûts salariaux les plus élevés, mais aussi la valeur ajoutée la plus élevée par salarié. Les différences salariales sont cependant tellement importantes qu’en termes de compétitivité l’Inde devance la Belgique. La Chine reste à la traîne en termes de compétitivité.
7.
Sur la base d’un modèle économétrique, une estimation a été faite de la création d’emplois indirects par le secteur diamantaire. De cette étude, il ressort que le secteur diamantaire génère environ 34.000 emplois directs et indirects dans la seule province d’Anvers.
10
Recommandations Cette analyse a donné lieu à un certain nombre de recommandations importantes: 1.
Si l’économie belge veut tirer profit de la forte expansion des pays émergents tels que l’Inde et la Chine, il est souhaitable que la politique étrangère puisse lancer suffisamment d’initiatives pour améliorer les relations commerciales avec ces régions. Etant donné que le secteur diamantaire est aussi bien représenté dans ces pays émergents, ce secteur pourrait jouer un rôle clé important dans l’élaboration d’une stratégie commerciale globale dont pourraient également bénéficier les autres secteurs belges. Ceux-ci pourraient plus précisément bénéficier de l’expertise et des réseaux du secteur diamantaire belge.
2.
Il y a toutefois un revers à la médaille. En raison de la mobilité et des grands courants commerciaux internationaux qui caractérisent le secteur diamantaire, celui-ci n’est pas à l’abri de délocalisations. Les coûts salariaux ont, tout comme dans d’autres secteurs, fortement augmenté les 10 dernières années (de 30%). Dans le futur il importe par conséquent de veiller à maîtriser les coûts salariaux dans le secteur diamantaire et de poursuivre les efforts pour maintenir la qualité du travail et la productivité à un niveau élevé.
3.
Mais il n’y a pas que les coûts salariaux que les entreprises prennent en considération lorsqu’elles veulent s’établir dans un pays déterminé ; le poids de l’impôt des sociétés est également un facteur non négligeable. Ce facteur gagne en importance ces dernières années à cause de la pression fiscale accrue en Europe et en dehors de l’Europe. Le taux d’imposition nominal de 33,99% pratiqué en Belgique est un des plus élevés en Europe. Même lorsqu’on compare les taux d’imposition effectifs, le taux d’imposition moyen pour le secteur diamantaire reste en Belgique parmi les plus élevés (près de 24% en 2006). Comparé à l’Inde, la Chine et la Russie, le taux d’imposition effectif est presque deux fois aussi important. Cela crée une forme de concurrence déloyale avec l’étranger, au détriment du secteur diamantaire belge.
11
4.
Le maintien et le développement du commerce diamantaire à Anvers peuvent garantir non seulement les emplois directs, mais aussi les emplois indirects d’à peu près 26.000 personnes et créer davantage d’emplois.
12
1. Inleiding
Decennia lang is België zowel in binnen- als buitenland gekend voor haar Antwerpse diamant. Net zoals andere sectoren, heeft ook de Antwerpse diamantsector een transformatie ondergaan, mede ten gevolge van de toenemende globalisering van de jongste jaren. Deze toenemende globalisering verhoogt de druk op de bedrijven en het economisch beleid om een stevige concurrentiepositie te handhaven en verder uit te bouwen. Voor bedrijven actief in een kleine open economie - zoals België - is het van belang om marktaandeel in de internationale markten te verzekeren, voor het economisch beleid is het van belang het juiste institutionele kader te scheppen waarin bedrijven op een optimale manier kunnen functioneren en waarbij de comparatieve en strategische voordelen die kenmerkend zijn voor de Belgische economie ten volle worden uitgespeeld. De toegevoegde waarde die onze bedrijven creëren vormt immers de basis van de economische groei en dus onze welvaart. Dit rapport onderzoekt daarom het relatieve belang van de Antwerpse diamantsector in België en meer in het bijzonder in Vlaanderen en de regio Antwerpen.
We hanteren hierbij een micro-economische benadering, waarbij we op basis van gedetailleerde gegevens van ondernemingen in de diamantsector inzichten verwerven met betrekking tot de economische prestaties van deze bedrijven in vergelijking met ondernemingen in andere sectoren, zoals onder meer de Textiel, Voeding, Landbouw, Chemie, etc… Deze gegevens worden gehaald uit de jaarrekeningen van ondernemingen in België voor de periode 1997-2006. Vermits alle vennootschappen wettelijk verplicht zijn een jaarrekening in te dienen bij de Nationale Bank van België beschikken we over nagenoeg alle bedrijven die actief zijn in de diamantsector. Eenmanszaken, VZWs en banken zitten echter niet in de gegevensbank omdat ze onderworpen zijn aan een andere financiële rapportering.
13
Zoals weergegeven in Tabel 1, bevat de dataset voor
de periode die we
analyseren, van 1997 tot en met 2006, meer dan 2000 bedrijven uit de diamantsector2 Dit zijn de ondernemingen die als voornaamste activiteit “Bewerking van Diamant (NACEBEL code 36221)" of “Groothandel in Diamant (NACEBEL code 51561)” rapporteren of beide. Merk op dat de juwelensector een aparte sector is (NACEBEL codes 3212 (excl. 32121), 51474 en 52484) en niet in voorliggende analyse werd opgenomen. Een goede driehonderd bedrijven is actief in de subsector “Bewerking van Diamant” en 1800 in de “Groothandel in Diamant”. Gedurende de periode van de analyse (10 jaar) waren deze bedrijven gemiddeld goed voor 7133 jobs (voltijds equivalenten), waarvan het merendeel in de subsector “Groothandel in Diamant”. Dit is een ondergrens voor de totale directe tewerkstelling in de diamantsector vermits de tewerkstelling in eenmanszaken en VZWs niet is opgenomen in deze cijfers. De private stichting Antwerp World Diamond Centre en haar dochteronderneming HRD Antwerpen stellen 340 personeelsleden te werk en er zijn naar schatting een 350-tal eenmanszaken actief in de diamant. Wanneer we ook de werknemers van de diamantafdeling van ABN-AMRO en de Antwerpse Diamantbank (beiden een 100-tal werknemers) komen we aan een totale directe tewerkstelling in de diamantsector van ongeveer 8000 werknemers.
Tabel 1: Aantal Bedrijven en Tewerkstelling in Diamant Industrie. Gemiddelde Aantal Totale Sector tewerkstelling per bedrijven tewerkstelling bedrijf 3,50 (7,1) 7.133 2.022 Diamant 2.165 7,29 (15) 297 Bewerking (Nace: 36221) 4.968 2,88 (4,2) 1.725 Groothandel (Nace: 51561) Nota: Standaarddeviatie tussen haakjes in de laatste kolom
Uit de laatste kolommen van Tabel 1 blijkt ook dat de gemiddelde grootte van bedrijven actief in de diamantsector relatief klein is. De tewerkstelling is opnieuw gemeten in voltijdse equivalenten. Vooral de Groothandel in Diamant bestaat uit een groot aantal kleine bedrijven. De gemiddelde tewerkstelling bedraagt nog geen 3 werknemers per bedrijf. Ondernemingen in de Bewerking van Diamant zijn wat groter 2 Afhankelijk van toe-en uittreding van ondernemingen kan dit cijfer fluctueren, momenteel beschouwen we alle ondernemingen die informatie hebben gerapporteerd in de periode 1997-2006 in de jaarrekening.
14
met gemiddeld ongeveer 7 werknemers, maar er bestaan grote verschillen tussen bedrijven zoals aangegeven door de grote standaarddeviatie. De geografische spreiding van de Belgische diamantsector is beperkt en concentreert zich voornamelijk in de provincie Antwerpen. Bijgevolg is het bij de analyse van de diamantsector belangrijk niet enkel een vergelijking te maken met sectoren gevestigd in België maar ook en vooral met bedrijven gevestigd in de provincie/arrondissement Antwerpen om een inzicht te krijgen over de impact op de regionale economie. In onze analyse onderzoeken we onder meer de grootte en de groei van de omzet, de toegevoegde waarde, de productiviteit, de effectieve vennootschapsbelasting, de competitiviteit (loonkost ten opzichte van toegevoegde waarde) in de typische onderneming in de diamantsector (verwerking enerzijds en handel anderzijds). Daarnaast gaan we eveneens na hoe belangrijk de diamantsector is in de internationale handel van België, in het bijzonder het relatieve aandeel van de uitvoer in totale uitvoer naar bepaalde regio’s, zoals onder meer India en China twee opkomende wereldeconomieën. Ten slotte, ontwikkelen we een econometrisch model om het multiplicator effect van de Antwerpse diamant in te schatten. Dit laat ons toe een inschatting te maken van de indirecte tewerkstelling die wordt gecreëerd door de Antwerpse diamantsector. Dit rapport is als volgt gestructureerd. In de volgende paragraaf vangen we aan met een beschrijving van de handelsstromen in de diamantsector. In paragraaf 3.1 zoemen we in op de economische kernindicatoren om vervolgens in paragraaf 3.2 een vergelijking te maken met bedrijven in andere sectoren. Dit laat ons toe een inschatting te maken van het relatieve belang van de diamantsector in vergelijking met andere sectoren. Paragraaf 4 vergelijkt de positie van de Diamantsector in een internationaal perspectief. In paragraaf 5 rapporteren we ten slotte de resultaten van een econometrisch model en geven we een schatting over de indirecte tewerkstelling die door de diamantsector wordt gerealiseerd. De laatste paragraaf geeft de voornaamste conclusies en aanbevelingen weer.
15
2. Het belang van de diamantsector voor de internationale handel in België Antwerpen is nog steeds het belangrijkste handelscentrum in de wereld voor diamant. Ongeveer 80% van de totale wereldproductie van ruwe diamant wordt in Antwerpen verhandeld3. Andere belangrijke handelscentra zijn India, Dubai in De Verenigde Arabische Emiraten en Tel Aviv in Israël. Door het grote belang van Antwerpen in de wereldwijde diamantsector is de Belgische diamant één van de belangrijkste sectoren in de internationale handel van België. Zonder de diamant zouden niet alleen de Belgische handelsstromen aanzienlijk lager liggen, maar zou ook de Belgische handelsbalans er substantieel anders uitzien. Voor een kleine open economie zoals België is het van groot belang om een sterke aanwezigheid te hebben op internationale markten via de uitvoer van goederen en diensten. Een toename in de uitvoer vergroot het bruto nationaal product en bijgevolg de algemene welvaart. In deze paragraaf gaan we na hoe belangrijk de internationale handelsstromen, zowel invoer als uitvoer, zijn voor de diamantsector en vergelijken deze met de totale Belgische internationale handel in goederen en diensten. Hiervoor maken we gebruik van gedetailleerde cijfers van invoer en uitvoer van producten, gedefinieerd volgens een 8-digit classificatie, het zogenaamde Harmonized System (HS) van productcategorieën, gebruikt door EUROSTAT. Volgens de HS classificatie kunnen we een onderscheid maken tussen verwerkte en niet verwerkte‘industriële diamant’, ‘niet-industriële diamant’ en ‘andere diamant’. In Figuur 1 wordt de evolutie weergegeven van de totale invoer en de totale uitvoer van diamant (de som van de verschillende types diamant)4. In 2007 was de totale uitvoer van diamant goed voor een 13,4 miljard Euro , een stijging met 28% ten opzichte van 20035. Hierbij moet opgemerkt worden dat de wereldwijde diamanthandel in US dollar wordt gevoerd. De getoonde evolutie wordt dus ook 3
Cijfers voor het jaar 2007, op basis van Kimberley Process Certification Scheme (KPCS) cijfers en Belgische handelsstatistieken. 4 Vanaf januari 2003 worden de zichtzendingen (in consignatie) van diamant die niet gevolgd worden door een effectieve verkoop of aankoop niet meer opgenomen in de statistieken van de buitenlandse handel. Hierdoor doet er zich een trendbreuk voor in het jaar 2003. Deze zichtzendingen maakten ongeveer 20% uit van de totale invoer en uitvoer in 2002. (cf. Statistieken van de buitenlandse handel – Maandbericht 2003-01, Nationale Bank van België).
16
beïnvloedt door de wisselkoers tussen de euro en de US dollar. De euro/ECU kende een continue depreciatie ten opzichte van de dollar tussen 1995 en 2002, gevolgd door een sterke appreciatie van de euro. Ten gevolge hiervan is de stijging in de invoer en uitvoer van diamant tussen 1995 en 2002 uitgedrukt in euro een overschatting van de werkelijke evolutie van de handelsactiviteit in de Belgische diamantsector. De toename in de diamanthandel tussen 2003 en 2007 uitgedrukt in euro is dan weer een onderschatting van de werkelijke verandering. De evolutie van de handel in diamant in US dollar wordt in appendix A gerapporteerd. Uit Figuur A 1 blijkt dat de uitvoer van diamant uitgedrukt in dollar met 26% is toegenomen tussen 1995 en 2002 en met 55% tussen 2003 en 2007.
Figuur 1 Waarde Totale Invoer en Uitvoer Diamant
9000 0
3000
6000
Miljoen €
12000
15000
18000
Totale Invoer en Uitvoer Diamant
1995
1997
1999
2001
2003
2005
2007
Jaar Invoer
Uitvoer
5 Door de overgang van brutocijfers (met zichtzendingen) naar nettocijfers (zonder zichtzendingen) is het weinig zinvol de stijging over de hele periode te rapporteren. Tussen 1995 en 2002 is de uitvoer in diamant met 74% gestegen.
17
Het totale handelsoverschot in België bedroeg in 2007 2,3 miljard Euro. Het handelsoverschot in de diamantsector alleen in 2007 bedroeg 1,6 miljard Euro. Dit betekent dat de diamantsector in sterke mate het negatief handelsbalanssaldo in andere sectoren compenseert6. De evolutie over de tijd van de handelsbalans voor zowel alle goederen als de diamant afzonderlijk wordt getoond in Figuur 2. Daar waar het overschot op de handelsbalans voor alle goederen daalt van 9 miljard euro in 1999 tot 2,3 miljard euro in 2007, vertoont het overschot op de handelsbalans voor diamantsector een stijgende trend. Het overschot bedraagt in 2007 1,6 miljard euro in vergelijking met 0,8 miljard euro in 1999. Vanuit een globaal macro-economisch perspectief is bijgevolg de bijdrage van de diamantsector aan de uitvoer van groot belang. Figuur 2 Evolutie Handelsbalans België
0
2000
Miljoen € 4000 6000
8000
10000
Evolutie Handelsbalans België
1999
2000
2001
2002
2003
Handelsbalans Alle Goederen
2004
2005
2006
2007
Handelsbalans Diamant
6
De data over de handel in diamant hier gerapporteerd, betreft de internationale handel berekend volgens het communautair concept terwijl het totale handelsoverschot berekend is volgens het nationale concept. We hebben geen handelsdata volgens het nationaal concept ter beschikking op 8 of 4 digit product niveau. Wanneer we echter kijken op 2 digit niveau, zien we dat de subcategorie 71 – “Echte en gekweekte parels, edelstenen en halfedelstenen, edele metalen” waarin de diamant een aandeel heeft van 80 tot 90%, een handelsoverschot realiseert van 1,1 miljard euro volgens het nationaal concept. Dit betekent dat ook volgens deze berekeningswijze de diamant een substantieel aandeel heeft in het handelsoverschot van België.
18
In Tabel 2 geven we een overzicht van de intra EU en de extra EU handel7 in diamant, volgens de verschillende categorieën in 2007. We merken op dat Belgische diamant voornamelijk naar buiten de Europese Unie wordt geëxporteerd en dat het voornamelijk gaat om niet-industriële diamant. In Tabel A 1 wordt opnieuw de invoer en uitvoer van diamant gerapporteerd, maar dan nu in US dollar. Uitgedrukt in dollar bedroeg de totale uitvoer 18,307 miljard dollar in 2007. De invoer was goed voor 16,153 miljard dollar.
Tabel 2 : In -en Uitvoer Opgesplitst binnen de Diamantsector Invoer Product Code Beschrijving (In miljoenen Euros) Intra EU15 Extra EU15 Totaal
7102 21 00 7102 29 00
Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 31 00 7102 39 00
Niet-Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 10 00
Diamant, andere
7102
Totaal
Product Code
Beschrijving
7102 21 00 7102 29 00
Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 31 00 7102 39 00
Niet-Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 10 00
Diamant, andere
7102
Totaal
5,54 0,12
45,53 0,06
51,07 0,18
2.190,79 66,82
5.011,17 4.418,62
7.201,96 4.485,44
0,01
47,48
47,49
2.263,29
9.522,87
11.786,16
Uitvoer (In miljoenen Euros) Intra EU15 Extra EU15 Totaal
6,42 0,55
18,50 0,25
24,92 0,80
7,84 903,46
7.805,21 4.613,84
7.813,04 5.517,30
1,81
0,00
1,81
920,07
12.437,79
13.357,86
7
Met intra EU 15 wordt de handel bedoeld tussen België en de andere landen die voor 1 mei 2004 lid waren van de Europese Unie, met name Nederland, Luxemburg, Duitsland, Frankrijk, Italië, GrootBrittannië, Ierland, Denemarken, Griekenland, Portugal, Spanje, Zweden, Finland en Oostenrijk. Met Extra EU 15 handel worden de handelsstromen tussen België en andere landen dan deze 14 bedoeld.
19
Wanneer we het relatief belang van de uitvoer en invoer van diamant uitdrukken in termen van de totale invoer en uitvoer in België, afzonderlijk voor intra EU en extra EU blijkt dat 14,30% van alle uitvoer die naar buiten de EU gaat toe te schrijven is aan diamant. Voor de invoer van buiten de EU bedraagt dit 9,89%. Tezamen maakt dit dat de diamant 3,91% en 4,24% van respectievelijk de totale Belgische invoer en uitvoer. Dit wordt nog eens samengevat in Tabel 3. De evolutie over de tijd tussen 1995 en 2007 is weergegeven in Figuur 3. Doordat de totale internationale handel sterker gestegen is dan de handel in diamant, is het aandeel van de diamant hierin gedaald8. De daling van het diamantaandeel in de totale handel sinds 2003 kan deels verklaard worden door de appreciatie van de euro ten opzichte van de dollar.
Tabel 3: Invoer en Uitvoer van diamant als Percentage van Intra en Extra EU Totaal Invoer Uitvoer Intra EU15 1,10% 0,40% Extra EU15 9,89% 14,30% Totaal 3,91% 4,24% Figuur 3 Evolutie Aandeel Diamant in Totale Invoer en Uitvoer
Aandeel Diamant in Totale Invoer en Uitvoer
.01 0
.1 1995
1998
2001
2004
2007
1995
1998
2001
2004
2007
.07
Totaal
.06
Aandeel in Totaal
.15
.2
.02
.03
Intra EU 15
.25
Extra EU 15
.04
.05
Aandeel Diamant in Invoer Aandeel Diamant in Uitvoer
1995
8
1998
2001
2004
2007
Bemerk opnieuw de trendbreuk in 2003.
20
In Tabel 4 en Tabel 5 geven we een overzicht van de belangrijkste uitvoerproducten van en de belangrijkste invoerproducten in België voor het jaar 2007 per HS 4 digit code. Diamant is het belangrijkste handelsproduct van België voor handel buiten de EU 15. Dit voor zowel uit- als invoer. Voor de totale handel staat de diamant op de 4e plaats van belangrijkste handelsgoederen.
Tabel 4: Uitvoer in Vergelijking met andere Sectoren (2007)
UITVOER
Rang
Waarde (miljoen €)
1 2 3 4 5
28.223 23.580 14.621 13.357 8.670
1 2 35
19.688 16.721 920
Totaal 3004 8703 2710 7102 2933
Geneesmiddelen, verpakt Motorvoertuigen voor personenvervoer Petroleum, ander dan ruwe olie Diamant Heterocyclic compounds with nitrogen atoms
8703 3004 7102
Motorvoertuigen voor personenvervoer Geneesmiddelen, verpakt Diamant
Intra EU 15
Extra EU 15 7102 3004 2710
Diamant Geneesmiddelen, verpakt Petroleum, ander dan ruwe olie
1 2 3
12.437 11.501 5.684
Tabel 5: Invoer in Vergelijking met andere Sectoren (2007)
INVOER
Rang
Waarde (miljoen €)
Totaal 3004 8703 2709 7102 2710
Geneesmiddelen, verpakt Motorvoertuigen voor personenvervoer Ruwe Petroleum Diamant Petroleum, ander dan ruwe olie
3004 8703 7102
Geneesmiddelen, verpakt Motorvoertuigen voor personenvervoer Diamant
1 2 3 4 5
25.715 19.691 13.105 11.786 11.482
Intra EU 15 1 2 10
23.900 14.636 2.263
1 2 3
9.522 5.055 3.217
Extra EU 15 7102 8703 2710
Diamant Motorvoertuigen voor personenvervoer Petroleum, ander dan ruwe olie
21
Tabel 6 toont de rangschikking van de diamant voor zowel de invoer en uitvoer tussen 1995 en 2007. Voor de handel met landen buiten de EU 15, was in elk jaar de diamant het belangrijkste handelsproduct en dit zowel voor de invoer als de uitvoer. Daar waar in de jaren ’90 diamant nog het belangrijkste invoerproduct was van België, is de diamant enkele plaatsen gezakt op de ranglijst sinds 2000. Ook voor de uitvoer is de diamant gezakt van plaats 2 in 1995 naar plaats 4 in 2007. Een deel van deze evolutie wordt verklaard door verwijdering van zichtzendingen in 2003 uit de statistieken. Daarenboven speelt ook de appreciatie van de euro ten opzichte van de dollar sinds 2002 ook een belangrijke rol. Tabel 6 Rang Diamant in Invoer en Uitvoer België.
1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007
Intra EU15 4 4 4 3 4 5 6 5 6 7 8 9 10
Invoer Extra EU 15 Totaal 1 1 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 2 1 3 1 3 1 3 1 3 1 6 1 4
Uitvoer Intra EU 15 Extra EU 15 Totaal 8 1 2 5 1 2 7 1 2 10 1 2 7 1 2 9 1 2 8 1 2 10 1 3 33 1 3 28 1 3 28 1 3 29 1 4 35 1 4
In Figuur 4 en Figuur 5 geven we een overzicht van het aandeel van de diamanthandel in totale Belgische uitvoer/invoer met een bepaald land, waarbij we de landen rapporteren in volgorde van belang9. Het is duidelijk dat voor een aantal landen diamant het belangrijkste exportproduct is van België: de belangrijkste zijn Sri Lanka en India, met respectievelijk een aandeel van 86 en 80% in de totale uitvoer, gevolgd door Israël met 75%, verder is Hong Kong goed voor 55% en heeft de Verenigde Arabische Emiraten een aandeel van 44%. De Verenigde Staten is goed 9
De gerapporteerde landen zijn de landen met het hoogste aandeel van de uitvoer van diamant in de totale uitvoer naar hetzelfde land vanuit België. Daarenboven leggen we het criterium op dat de totale uitvoer vanuit België naar het betreffende land minstens 150 miljoen euro moet bedragen. Dezelfde criteria gelden voor Figuur 5 waar het aandeel van de invoer van diamant in de totale invoer van België wordt gerapporteerd.
22
voor 8,3%, waarmee de diamant het derde belangrijkste product is van België voor de uitvoer naar de Verenigde Staten. Hiertegenover staat dat het ook hoofdzakelijk dezelfde landen zijn die doorwegen in de invoer van diamant, waarbij vooral enkele Afrikaanse landen waar diamant ontgonnen wordt zoals Angola en Congo met respectievelijk een aandeel van 87 en 78% en de Verenigde Arabische Emiraten met een aandeel van 84% domineren.
Figuur 4 : Aandeel diamant in de totale uitvoer vanuit België naar dat land in 2007
Aandeel Diamant in Totale Uitvoer Sri Lanka India Israel Hong Kong VAE Thailand Libanon China Zwitserland Vietnam United States Canada Japan Singapore Zuid-Afrika
.86 .8 .75 .55 .44 .36 .3 .18 .12 .11 .083 .073 .066 .063 .059
0
.1
.2
.3
.4
.5
.6
.7
.8
.9
23
Figuur 5: Aandeel diamant in totale invoer vanuit dat land in 2007
Aandeel Diamant in Totale Invoer Angola VAE Congo Hong Kong Israel Sri Lanka India Zuid-Afrika Rusland Zwitserland Canada Thailand Verenigd Koninkrijk China Vietnam
.87 .84 .78 .66 .64 .58 .43 .3 .22 .19 .17 .14 .12 .048 .044
0
.1
.2
.3
.4
.5
.6
.7
.8
.9
In Figuur 6 en Figuur 7 drukken we het relatieve belang van de handelspartners voor de Belgische diamant niet uit als het aandeel (%) in de totale handel, maar in termen van de totale waarde (Euro’s) van de uitvoer en invoer. We merken dat in de top 10 nu ook een aantal Europese landen verschijnen, zoals het Verenigd Koninkrijk en Italië. De appendix rapporteert dezelfde figuren met de handelscijfers uitgedrukt in dollar.
24
Figuur 6: Top 10 belangrijkste partners uitvoer diamant in 2007
Top 10 Belangrijkste Partners Uitvoer Diamant India
4338
Israel
2204
United States
1489
Hong Kong
1131
VAE
754
Zwitserland
641
China
615
Verenigd Koninkrijk
289
Italie
271
Thailand
235
0
1000
2000
3000 Miljoen €
4000
5000
Figuur 7: Top 10 belangrijkste partners invoer diamant in 2007
Top 10 Belangrijkste Partners Invoer Diamant Verenigd Koninkrijk
2232
Israel
1710
India
1438
VAE
1187
Rusland
1066
China
597
Zuid-Afrika
584
Zwitserland
453
Hong Kong
440
United States
367
0
500
1000
1500 Miljoen €
2000
2500
25
Samenvatting: Met een exportcijfer van 13,4 Miljard Euro in 2007 vertegenwoordigt de diamantsector 4,2% van de Belgische uitvoer. Wanneer enkel de uitvoer buiten de Europese Unie wordt gerekend stijgt het belang van de diamantexport naar 14,3% in de totale extra EU export van België. De diamantimport bedroeg 11,8 Miljard Euro in 2007 en bijgevolg draagt de diamantsector in sterke mate bij tot de globale handelsbalans, waarbij diamant goed is voor een overschot van 1,6 Miljard Euro. Het grote belang hiervan voor de Belgische economie wordt zeer duidelijk wanneer we opmerken dat het totale handelsoverschot voor de Belgische economie in 2007 slechts 2,3 Miljard Euro bedroeg. Voor een aantal landen is diamant het nummer 1 exportproduct voor België, met name India, Israel, Hong Kong, de Verenigde Arabisch Emiraten, Singapore en Thailand. Maar ook naar China (exclusief Hong Kong) is de diamantsector de belangrijkste handelspartner met een exportaandeel van 20%. Voor de totale handel staat de diamant op de 4e plaats van belangrijkste handelsgoederen. Voor de extra EU handel is de diamant zelfs het belangrijkste handelsproduct en dit zowel voor de invoer als uitvoer.
26
3. Economische Kernindicatoren voor de Diamantsector: Evolutie en Vergelijking met andere sectoren 3.1.
Evolutie van economische kernindicatoren in de diamantsector.
Figuur 8 toont de evolutie van de totale omzet en toegevoegde waarde in de Belgische diamantsector, berekend op basis van de informatie in de jaarrekeningen. Vermits de jaarrekeningen worden gerapporteerd in euro rapporteren we de economische kernindicatoren van de ondernemingen eveneens in euro, maar waar gepast zullen we eveneens de equivalente waarden in US dollar weergeven. De omzet vertoont een sterk stijgende trend over de beschouwde periode. Daar waar de totale verkopen in 1997 nog een waarde hadden van 10 miljard €, bedroegen deze in 2006 niet minder dan 17 miljard €.
Figuur 8: Totale Omzet en Toegevoegde Waarde Belgische Diamantsector
14000
0
10000
100
12000
200
Omzet Miljoen €
300
16000
Toegevoegde Waarde Miljoen €
400
500
18000
Totale Omzet en Toegevoegde Waarde in Diamantsector
1996
1998
2000
2002
2004
2006
year Toegevoegde Waarde
Omzet
27
De diamantsector genereerde de laatste jaren een toegevoegde waarde van bijna 500 miljoen €. Deze maatstaf vertoont echter sterke schommelingen van jaar tot jaar zoals blijkt uit Figuur 8. In de volgende sectie worden deze cijfers vergeleken met de kerncijfers van enkele andere geselecteerde sectoren.
Zoals eerder vermeld wordt de omzet van diamantbedrijven voornamelijk gerealiseerd in US dollar. Hierdoor is de omzetstijging sinds 2002 een onderschatting van de werkelijke activiteitstoename in de diamantsector door de sterke appreciatie van de euro tegenover de dollar sinds 2002. De evolutie van de omzet en toegevoegde waarde in de diamantsector uitgedrukt in US dollar wordt gerapporteerd in Figuur A 4. In 2006 realiseerde de diamant in België een omzet van 21,5 miljard US dollar. Dit is een stijging van ongeveer 30% sinds 2003. De cijfers hier weergegeven zijn zelfs nog een onderschatting vermits kleine ondernemingen niet verplicht zijn om hun omzet te rapporten in de jaarrekening. De zeer hoge omzetcijfers kunnen deels worden verklaard door de grote eenheidswaarde van de intermediaire producten (grondstoffen).
28
Hoewel de totale omzet een sterk stijgende trend vertoont in de beschouwde periode, is de tewerkstelling systematisch gedaald in de diamantsector. Figuur 9 geeft de evolutie weer voor de tewerkstelling, voorgesteld als een indexcijfer gelijk aan 1 in 1997 en opgesplitst naar de deelsectoren.
Figuur 9: Evolutie Totale Tewerkstelling Belgische Diamantsector
.6 0
.2
.4
1997 = 1
.8
1
1.2
Evolutie Tewerkstelling Diamant
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
Jaar Totale Tewerkstelling
Groothandel
Bewerking
De totale tewerkstelling in de diamantsector daalde op een periode van 10 jaar met ongeveer 25%. De daling werd vooral gedreven door de tewerkstellingsevolutie in de bewerking van diamant, met name een daling van 60% in een periode van 10 jaar. Dit verlies wordt, weliswaar ten dele, gecompenseerd door de toename in tewerkstelling in de groothandel van diamant, 5% in de laatste 10 jaar. Niettegenstaande er in de bewerking van diamant gemiddeld in totaal minder mensen werken dan in de groothandel van diamant zoals aangegeven in Tabel 1, compenseert de toename in de groothandel niet het verlies aan jobs in de bewerking zodat globaal genomen er een achteruitgang is in tewerkstelling in de diamantsector. De achteruitgang van de bewerking van diamant is niet verwonderlijk en kan men ook vinden in andere industriële sectoren in België waar de tewerkstelling de jongste 10
29
jaar eveneens sterk is teruggelopen ten voordele van een groeiend aantal jobs in de dienstensectoren en de groot-en kleinhandel. Een belangrijke oorzaak van de achteruitgang in de industriële tewerkstelling in België die vaak wordt aangehaald is de hoge loonkost. Vooral wanneer het gaat om laaggeschoolde arbeiders overwegen bedrijven vaak om een deel van de productie uit te besteden aan de lage-loonlanden. In het geval van de bewerking van diamant heeft dit ongetwijfeld meegespeeld en is een groot deel van deze industrie naar ondermeer India uitgeweken.
Figuur 10: Evolutie Gemiddelde Loonkost Bewerking en Groothandel Diamant
30 25 20
Gemiddelde Loonkost X1000€
35
Gemiddelde Loonkost voor Groothandel en Bewerking van Diamant
1997
1999
2001
2003
2005
Jaar Bewerking Diamant
Groothandel Diamant
Figuur 10 geeft de evolutie van de gemiddelde loonkost per werknemer in de Belgische diamantsector weer. Deze kosten bevatten zowel de conventionele lonen als sociale zekerheidsbijdragen van werkgevers en werknemers. Ook bonussen en monetaire compensaties die als loon beschouw worden zijn meegeteld. Uit Figuur 10 blijkt dat de loonkost per werknemer hoger ligt in de groothandel in diamant dan in de bewerking van diamant. Dit is wellicht een weerspiegeling van de gemiddelde scholingsgraad. In 2006 bedroeg de loonkost per werknemer in de groothandel 35.000 € per jaar in vergelijking met ongeveer 32.000 € voor de bewerking van diamant. De evolutie van de loonkost vertoont voor beide sectoren een sterke stijging van om en bij de 3% per jaar. Hier zal verder op ingegaan worden in de volgende sectie.
30
Figuur 11 toont de evolutie van de gemiddelde arbeidsproductiviteit per bedrijf weer in zowel de groothandel in diamant als de bewerking van diamant. De arbeidsproductiviteit van een onderneming is gedefinieerd als de verhouding van de toegevoegde waarde over het aantal werknemers in deze onderneming in voltijds equivalenten10. Ze ligt hoger in de groothandel dan in de bewerking van diamant. Beide sectoren vertonen wel ongeveer dezelfde tijdstrend, met name een daling van de productiviteit in de jaren 2002 en 2003 met daarna een sterk herstel. Deze volatiliteit van de arbeidsproductiviteit reflecteert de evolutie van de toegevoegde waarde hierboven besproken.
Figuur 11: Evolutie Gemiddelde Arbeidsproductiviteit Bewerking en Groothandel Diamant
100 50
Gemiddelde Arbeidsproductiviteit
150
Gemiddelde Arbeidsproductiviteit voor Groothandel en Bewerking van Diamant
1997
1999
2001
2003
2005
Jaar Bewerking Diamant
Groothandel Diamant
10
Het nadeel van een simpele maatstaf als toegevoegde waarde per werknemer, is dat het geen rekening houdt met de gebruikte kapitaalgoederen of zaken als onderzoek en ontwikkeling. Hiervoor zou een maatstaf als totale factor productiviteit nodig zijn. Verscheidene studies hebben echter aangetoond dat arbeidsproductiviteit en totale factor productiviteit hoog gecorreleerd zijn. Daarenboven speelt onderzoek en ontwikkeling en kapitaalintensiteit waarschijnlijk een minder bepalende rol in de diamantsector.
31
Samenvatting: De diamantsector is goed voor een totale omzet van 17 miljard Euro en een toegevoegde waarde van 500 miljoen Euro. Hoewel de totale omzet de jongste 10 jaar sterk gestegen is, is de tewerkstelling sterk gedaald in deze periode. Dit is vooral het gevolg van een sterke vermindering van het aantal arbeidskrachten in de bewerking van diamant, terwijl de tewerkstelling in de groothandel van diamant licht is toegenomen. De loonkosten zijn in deze periode toegenomen met 3% per jaar, vergelijkbaar met de algemene evolutie van de loonkosten in België.
32
3.2.
Benchmarking economische kernindicatoren van de diamantsector met andere sectoren in België.
In deze subsectie vergelijken we de diamantsector met enkele andere sectoren in België, wat ons toelaat het relatieve economische belang van de diamantsector ten opzichte van andere sectoren te duiden. Zoals beschreven in de inleiding, is de diamantsector voornamelijk geconcentreerd in Antwerpen. De vergelijking zal dan ook gemaakt worden met zowel bedrijven actief in heel België als in de provincie en het arrondissement Antwerpen. We zullen een vergelijking maken van de omzet, de toegevoegde waarde, de arbeidsproductiviteit, de concurrentiepositie door middel van een competitiviteitsindex en de effectieve vennootschapsbelasting. De sectoren die geselecteerd werden voor deze benchmarking zijn weergegeven in Tabel 7. Naast enkele industriële sectoren zoals de vervaardiging van voedingsmiddelen,
textiel11,
kleding,
papierwaren,
chemische
producten,
metaalproducten en telecommunicatie, werden ook de landbouw en visserij sectoren weerhouden voor de analyse. Tevens werden 2 sectoren uit de groothandel geselecteerd, met name de groothandel in voedingsmiddelen en de groothandel in machines, apparaten en toebehoren.
Tabel 7: Overzicht Geselecteerde Sectoren voor Benchmarking Code Beschrijving 01 05 15 17 18 21 24 28 32 513 518
Landbouw Visserij en Visteelt Vervaardiging van Voedingsmiddelen en Dranken Vervaardiging van Textiel Vervaardiging van Kleding Vervaardiging van Papierwaren Vervaardiging van Chemische Producten Vervaardiging van Producten van Metaal Vervaardiging van Audio-, Video- en Telecommunicatieapparatuur Groothandel in Voedingsmiddelen en Dranken Groothandel in Machines, Apparaten en Toebehoren
11 Textiel verschilt van kleding in die zin dat textiel producten omvat de vervaardiging van allerlei stoffen zoals katoen, linnen en de vervaardiging van onder meer tapijten, terwijl kleding verwijst naar het vervaardigen van confectie en andere kledij.
33
De sectoren betrokken in de analyse zijn zeer divers, gaande van industriële sectoren die behoren tot de grootste van België in termen van tewerkstelling, zoals de chemiesector, tot relatief kleine sectoren die regelmatig het nieuws halen, zoals de landbouw en visserij. Verder hebben we twee groothandel subsectoren geselecteerd vermits het merendeel van de bedrijven in de diamant actief is in de groothandel. Figuur 12 geeft de omzet en de toegevoegde waarde weer in de diamantsector en andere sectoren voor gans België voor 2006. In termen van omzet behoort de diamantsector tot de middenmoot en is vergelijkbaar met de omzet in de groothandel van voeding, maar groter dan de omzet in de textielsector. De omzet in de Landbouw, Kleding en Visserij behoren tot de laagste in België. Voor de totale toegevoegde waarde echter behoort de diamantsector tot de kleinere sectoren wanneer we dit vergelijken met de andere geselecteerde sectoren in België12.
Figuur 12: Vergelijking Toegevoegde Waarde en Omzet Diamantsector met andere Sectoren in België.
Indicators voor België 2006
Omzet
Toegevoegde Waarde
Chemie
Chemie
Voeding
Voeding
Machines Grooth.
Machines Grooth.
Voeding Grooth.
Metaalproducten
Diamant
Voeding Grooth.
Metaalproducten
Textiel
Textiel
Papierwaren
Papierwaren
Landbouw
Telecom. Appar.
Telecom. Appar.
Landbouw
Diamant
Kleding
Kleding
Visserij
Visserij 0
10000 20000 30000 40000
0
5000
10000
Toegevoegde Waarde en Omzet in Milj. €
12
Noteer dat de diamantsector voornamelijk wordt vergeleken met NACE 2 digit sectoren, hoewel de diamant geclassificeerd wordt als twee NACE 5 digit subsectoren. We opteren voor deze strategie omdat het meestal deze sectoren zijn die de media halen. Daarenboven, is de omzet in de diamant een veelvoud van de andere 5 digit sectoren.
34
Wanneer we dezelfde indicatoren analyseren voor de provincie Antwerpen, zien we dat de diamantsector aan relatief belang wint. Het realiseert zelfs de hoogste omzet van alle beschouwde sectoren in de provincie. Voor wat betreft de toegevoegde waarde is de diamantsector vergelijkbaar met andere sectoren in het Antwerpse, zoals de groothandel in voeding of de vervaardiging van metaalproducten. Het is duidelijk dat de chemiesector alle andere sectoren domineert in Antwerpen in termen van toegevoegde waarde. Het feit dat de toegevoegde waarde in de diamant slechts een fractie is van deze in de chemische sector niettegenstaande ze een hogere omzet realiseert, kan verklaard worden door de hoge waarde van de gebruikte intermediaire inputs in de diamantsector. Een andere reden waarom de chemiesector een hoge toegevoegde waarde genereert, wordt verklaard door de schaalgrootte van een typisch bedrijf actief in de chemie. De minimum efficiënte schaalgrootte van een bedrijf in de chemiesector is relatief groot en vergt een grote investering voor het opstarten van een fabriek. Om dergelijke investeringen of ‘gezonken kosten’ te recupereren dient de toegevoegde waarde per definitie groot te zijn.
Figuur 13: Vergelijking Toegevoegde Waarde en Omzet Diamantsector met andere Sectoren in de Provincie Antwerpen
Indicators voor de Provincie Antwerpen 2006
Omzet
Toegevoegde Waarde
Diamant
Chemie
Chemie
Voeding
Voeding
Machines Grooth.
Voeding Grooth.
Metaalproducten
Machines Grooth.
Diamant
Metaalproducten
Voeding Grooth.
Papierwaren
Landbouw
Landbouw
Papierwaren
Textiel
Textiel
Kleding
Kleding
Telecom. Appar.
Telecom. Appar.
Visserij
Visserij 0
5000
10000 15000 20000
0
2000
4000
6000
Toegevoegde Waarde en Omzet in Milj. €
35
Hetzelfde beeld verschijnt wanneer we de vergelijking maken voor het arrondissement Antwerpen, dat een kleinere regio omvat dan de provincie Antwerpen, waarbij opnieuw de diamantsector bij de grotere sectoren kan worden gerangschikt voor zowel toegevoegde waarde als omzet. Uit Figuur 14 blijkt dat omzet in de diamantsector veruit de grootste is van alle onderzochte industrieën. De totale waarde van de verkopen in de chemische sector bedragen zelfs maar bijna de helft van die in de diamant. Wanneer we naar de toegevoegde waarde kijken, schuift de diamantsector op naar de derde belangrijkste sector in het arrondissement Antwerpen.
Figuur 14: Vergelijking Toegevoegde Waarde en Omzet Diamantsector met andere Sectoren in het Arrondissement Antwerpen
Indicators voor het Arrondissement Antwerpen 2006
Omzet
Toegevoegde Waarde
Diamant
Chemie
Chemie
Machines Grooth.
Voeding Grooth.
Diamant
Voeding
Voeding
Machines Grooth.
Metaalproducten
Papierwaren
Voeding Grooth.
Metaalproducten
Papierwaren
Landbouw
Landbouw
Kleding
Kleding
Telecom. Appar.
Textiel
Textiel
Telecom. Appar.
Visserij
Visserij 0
5000
10000 15000 20000
0
1000
2000
3000
4000
Toegevoegde Waarde en Omzet in Milj. €
Bovenstaande verschillen kunnen uiteraard makkelijk verklaard worden aan de hand van een aantal typische kenmerken eigen aan bepaalde sectoren. Zo is het typische bedrijf in de chemiesector met een gemiddelde tewerkstelling van 60 veel groter dan het typische bedrijf in de diamantsector, met een gemiddelde tewerkstelling van nog geen 4 personen. Zoals eerder aangehaald hebben dergelijke verschillen onder meer te maken met de relatief zware technologie en noodzakelijke schaal nodig in de chemie in vergelijking met de diamantsector. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de totale toegevoegde waarde die wordt gerealiseerd in de chemiesector groter 36
moet zijn dan in de diamantsector omdat de grotere gemiddelde schaal waarop een onderneming dient te opereren groter is. Het is daarom nuttig om rekening te houden met dergelijke verschillen bij een vergelijking tussen sectoren. Een goede maatstaf hiervoor is de gemiddelde toegevoegde waarde per werknemer, ook wel arbeidsproductiviteit genoemd of de efficiëntie van een onderneming. Deze wordt dan vaak vergeleken met de gemiddelde loonkost per werknemer.
Figuur 15 toont de gemiddelde loonkost in de geselecteerde sectoren. In vergelijking met andere Belgische sectoren, hebben de ondernemingen in de diamantsector een relatief lage loonkost. Enkel in de kleding en landbouwsector ligt de loonkost per werknemer nog lager. De hoogste lonen worden uitbetaald in de visserij en chemische industrie, waar de loonkost tussen de 30 en 40% hoger ligt dan in de diamantsector.
Figuur 15: Loonkost Diamantsector vergeleken met andere Belgische sectoren.
Loonkost Visserij Chemie Telecom. Appar. Machines Grooth. Papierwaren Metaalproducten Voeding Grooth. Voeding Textiel Diamant Landbouw Kleding 0
10
20 30 40 Gemiddelde Loonkost X 1000 €
50
37
Figuur 16: Evolutie loonkost in enkele geselecteerde industrieën
Index Gemiddelde Loonkost
1
1.1
1997 = 1 1.2
1.3
1.4
Voor Diamantsector en enkele andere geselecteerde sectoren
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
Jaar Diamant
Chemie
Machines Grooth.
Textiel
Voeding Grooth.
De evolutie van de gemiddelde loonkost is weergegeven in Figuur 16. De loonkost in iedere sector is herschaald zodat we een index bekomen die de waarde 1 aanneemt in het begin van de periode. Uit de figuur blijkt dat de loonkosten in de diamant sinds 1997 met ongeveer 30% zijn toegenomen. Dit komt overeen met een gemiddelde jaarlijkse stijging van bijna 3%. De stijging in loonkosten in de diamantsector is (licht) hoger dan die in de andere geselecteerde sectoren, met uitzondering van de chemische sector. De arbeidsproductiviteit of toegevoegde waarde per werknemer in de diamantsector, weergegeven in Figuur 17, is in tegenstelling tot de loonkost per werknemer de hoogste van alle sectoren opgenomen in de analyse. De gemiddelde werknemer in de diamantsector produceert een toegevoegde waarde van om en bij de 70.000 € per jaar. Dit is vergelijkbaar met de arbeidsproductiviteit in de relatief kleine visserij branche en de grote chemiesector. De laagste toegevoegde waarde per werknemer wordt gerealiseerd in de kleding, landbouw en voedingsindustrieën. De arbeidsproductiviteit in deze sectoren bedraagt minder dan de helft van de productiviteit in de diamant.
38
Figuur 17: Arbeidsproductiviteit Diamantsector vergeleken met andere Belgische sectoren.
Arbeidsproductiviteit Diamant Visserij Chemie Papierwaren Telecom. Appar. Machines Grooth. Textiel Metaalproducten Voeding Grooth. Voeding Landbouw Kleding 0
20 40 60 Gemiddelde Arbeidsproductiviteit X 1000 €
80
Hierboven werden de loonkost per werknemer en de arbeidsproductiviteit voor de diamantsector en enkele andere sectoren gerapporteerd. Wanneer de loonkosten te sterk stijgen in vergelijking tot de toegevoegde waarde per werknemer kan men spreken van een ontsporing van de loonkosten met als gevolg een potentieel verlies aan concurrentiepositie. Immers wanneer een onderneming dezelfde toegevoegde waarde kan realiseren tegen een lagere loonkost elders, zal relocatie van activiteiten of outsourcing een aantrekkelijkere optie worden. Dit is vooral relevant voor de verwerkende nijverheid, in het geval van de diamantsector is dit dan vooral van toepassing op de bewerking van diamant. Daarom definiëren we een maatstaf voor de competitiviteit van een onderneming die met zowel de loonkost als de arbeidsproductiviteit rekening houdt. Meer bepaald zullen we de verhouding van arbeidskosten in de totale toegevoegde waarde gebruiken. Wanneer de loonkost van een werknemer sterker stijgt dan de toegevoegde waarde die hij creëert in een onderneming, verslechtert de concurrentiekracht van deze onderneming, wat weerspiegeld zal worden in deze competitiviteitsindex. Een stijging in deze index betekent een verslechtering van de competitiviteit van een onderneming en vice versa. De gemiddelde competitiviteitsindex per bedrijf voor de periode 1997-2006 voor de
39
diamant en andere sectoren is gerapporteerd in Figuur 18. Het is duidelijk dat de diamantsector het beste scoort van alle sectoren onder beschouwing. Dit kon al afgeleid worden uit de voorgaande discussie waaruit bleek dat de diamant de hoogste toegevoegde waarde per werknemer realiseert, terwijl de loonkosten bij de laagste van België behoren. De sectoren met de laagste competitiviteit zijn de visserij (niettegenstaande de hoge arbeidsproductiviteit) en de kledingsindustrie.
Figuur 18: Gemiddelde Competitiviteitsindex vergeleken met andere Belgische sectoren.
Competitiviteitsindex Diamant Landbouw Voeding Grooth. Chemie Voeding Machines Grooth. Textiel Papierwaren Metaalproducten Telecom. Appar. Visserij Kleding 0
.2 .4 .6 Gemiddelde Competitiviteitsindex
.8
De verhouding tussen loonkost en toegevoegde waarde is uiteraard een belangrijke maar niet de enige factor die de concurrentiepositie van een sector bepaalt. Een belangrijke andere maatstaf die in rekening gehouden wordt door ondernemingen om activiteiten te ontplooien is de vennootschapsbelasting. Vooral de jongste jaren is er heel wat internationale belastingconcurrentie ontstaan, waarbij de vennootschapsbelasting in verschillende landen sterk is gedaald. Hoewel er in België een algemene statutaire belastingsvoet bestaat die geldt voor alle sectoren van 33,99% (behoudens uitzonderingen), verschilt de effectieve belastingsvoet, d.i. de verhouding van de belastingen die effectief betaald worden en de winst voor belastingen, van sector
tot
sector.
Er
zijn
verschillende
redenen
waarom
de
effectieve
40
vennootschapsbelasting
kan
verschillen
van
de
statutaire
nominale
vennootschapsbelasting van 33,99% . Zo kunnen verliezen worden overgedragen van het ene naar het andere boekjaar met als gevolg dat de belastbare basis wijzigt. Verder zijn er verschillende uitgaven die in mindering van de belastbare winst kunnen worden gebracht, maar die door de fiscus al dan niet worden aanvaard of verworpen, met als gevolg dat de belastbare basis opnieuw kan wijzigen.
Figuur 19 en Figuur 20 tonen de gemiddelde belastingsvoet voor de sectoren onder beschouwing voor het jaar 1997 en het jaar 2006. Enkel observaties waarvoor de winst voor belastingen positief was zijn weerhouden. We merken dat ten opzichte van 1997 de gemiddelde effectieve belastingvoet in de diamantsector is afgenomen, nl van 25% tot 23%. Echter de relatieve positie ten opzichte van de andere sectoren is verslechterd. In 1997 behoorde de diamantsector tot de middenmoot voor wat betreft de hoogte van de effectieve belastingsvoet, tegen 2006 behoort de diamantsector tot de sectoren met de hoogste effectieve belastingvoet. De effectieve vennootschapsbelasting in de diamantsector in 2006 is vergelijkbaar met die van de Groothandel in Machines en licht hoger dan die in de chemiesector, maar duidelijk hoger dan de kleding, textiel, landbouw en visserij, deze laatste sectoren worden wel eens bestempeld als sectoren die onderhevig zijn aan negatieve economische schokken.
41
Figuur 19: Gemiddelde Belastingsvoet voor de Diamant en andere Belgische Sectoren in 1997
Effectieve Vennootschapsbelastingsvoet 1997 Machines Grooth.
0.29
Chemie
0.28
Metaalproducten
0.27
Telecom. Appar.
0.27
Papierwaren
0.26
Diamant
0.25
Voeding Grooth.
0.25
Voeding
0.23
Textiel
0.23
Kleding
0.22
Landbouw
0.19
Visserij
0.15
0
.1 .2 Fractie van Winst voor Belastingen
.3
Figuur 20: Gemiddelde Belastingsvoet voor de Diamant en andere Belgische Sectoren in 2006
Effectieve Vennootschapsbelastingsvoet 2006 Machines Grooth.
0.23
Diamant
0.23
Papierwaren
0.22
Metaalproducten
0.21
Chemie
0.21
Telecom. Appar.
0.20
Voeding Grooth.
0.20
Kleding
0.17
Voeding
0.17
Textiel
0.15
Landbouw
0.15
Visserij
0.08
0
.05
.1 .15 .2 Fractie van Winst voor Belastingen
.25
42
De evolutie van de effectieve belastingsvoet is gerapporteerd in Figuur 21. De belastingsvoet vertoonde een sterke stijging tussen 1997 en 2001, gevolgd door een sterke daling. In 2003 daalde de effectieve belastingsvoet in alle sectoren. Deze werd veroorzaakt door de verandering in de statutaire belastingsvoet van 40.17% naar 33.99%.
Figuur 21: Evolutie Effectieve Belastingsvoet voor Diamantsector en andere Belgische Sectoren Vennootschapsbelasting
.15
Gemiddelde Belastingsvoet .2 .25 .3
.35
Voor Diamantsector en enkele andere geselecteerde sectoren
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
Jaar Diamant
Chemie
Machines Grooth.
Textiel
Voeding Grooth.
Ten slotte rapporteren we in Figuur 22 de effectieve belastingen die werden betaald in vergelijking met de winst voor belastingen in de diamantsector. In 2005 bedroeg de totale vennootschapsbelasting meer dan 20 miljoen Euro13. Vergeleken met de andere sectoren in het arrondissement Antwerpen, behoort de diamant tot de sectoren
die
het
meeste
bijdragen
in
de
totale
ontvangsten
van
de
vennootschapsbelasting. Enkel de Chemie betaalt substantieel meer belastingen zoals wordt getoond in Figuur 23.
13
Dit bedrag is een onderschatting van de totale vennootschapsbelasting betaald door ondernemingen actief in de diamantsector vermits éénmanszaken en VZW’s niet opgenomen zijn in de analyse.
43
Figuur 22: Winst en Belastingen in de Diamantsector
40000 0
20000
X 1000 €
60000
80000
Winst en Belastingen Diamantsector
1997
1999
2001
2003
2005
Jaar Winst voor Belastingen
Vennootschapsbelasting
Figuur 23: Totale Vennootschapsbelasting in Antwerpen
Totale Vennootschapsbelasting Antwerpen 2005 Chemie Machines Grooth. Papierwaren Diamant Voeding Grooth. Metaalproducten Voeding Landbouw Kleding Telecom. Appar. Textiel Visserij 0
50
100 150 Miljoen €
200
250
44
Samenvatting: De diamantsector realiseert een omzet die vergelijkbaar is met het gemiddelde van andere sectoren in België en in de provincie en het arrondissement Antwerpen realiseert ze zelfs de hoogste omzet van alle sectoren, op de voet gevolgd door de chemie. In termen van toegevoegde waarde draagt de diamantsector vooral bij tot de regionale Antwerpse economie, waarbij de diamantsector vergelijkbaar is met andere sectoren, op de chemiesector na, die de hoogste toegevoegde waarde genereert zowel voor gans België als in de provincie Antwerpen. De gemiddelde loonkost in de diamantsector ligt meer dan 30% lager dan in de chemie, maar de arbeidsproductiviteit – een maatstaf voor efficiëntie – is het hoogst van alle sectoren. Hierdoor scoort de diamantsector goed op het gebied van haar competitiviteit in vergelijking met andere Belgische sectoren. De effectieve vennootschapsbelastingsvoet in 2006 bedraagt gemiddeld om en bij de 23%, een percentage dat vergelijkbaar is met de Groothandel in Machines en de Chemiesector, maar duidelijk hoger dan de textiel, landbouw en visserij, deze laatste worden wel eens bestempeld als sectoren in ‘moeilijkheden’.
45
4. Internationale Benchmarking
In deze paragraaf wordt een vergelijking gemaakt van de economische kernindicatoren in de Belgische diamantsector met haar buitenlandse tegenhangers. Meer bepaald worden de loonkosten, arbeidsproductiviteit en competitiviteit van de Belgische diamantsector vergeleken met deze in India en China. Deze internationale vergelijking
laat
ons
toe
een
inschatting
te
maken
over
de
relatieve
concurrentiepositie van de Belgische diamantsector ten opzichte van belangrijke opkomende economieën. Verder wordt ook de gemiddelde belastingsvoet van de vennootschapsbelasting in deze landen vergeleken met de Belgische. Dit niet alleen voor India en China maar ook voor Rusland. Een vergelijking met Israël is niet mogelijk vermits we niet over vergelijkbare ondernemingsgegevens beschikken. Verder is in tegenstelling tot BELFIRST waarin Belgische ondernemingen worden gerapporteerd voor 5-digit sectoren (bijv. 36221), een dergelijk gedetailleerde sectorbeschrijving niet voorhanden in de gegevensdatabank van ondernemingen actief in Rusland, China en India. Wel is het mogelijk bedrijfsgegevens te analyseren van ondernemingen actief in de sector met NACE code 3622, die staat voor de verwerking en vervaardiging van juwelen en gerelateerde artikelen. In deze sectie selecteren we Belgische bedrijven actief in deze sector en vergelijken ze met hun buitenlandse tegenhangers. De Belgische ondernemingen actief in de diamant groothandel zijn dus niet opgenomen in de internationale benchmarking. Tenslotte dient opgemerkt te worden dat deze internationale analyse enkel kan worden gemaakt op basis van een steekproef van een beperkt aantal (weliswaar grote) ondernemingen. Dit is het gevolg van beperkt beschikbare bedrijfsinformatie voor India, Rusland en China. Omdat we met een kleine steekproef werken rapporteren we de mediaan eerder dan het gemiddelde van de loonkost en arbeidsproductiviteit. Hierdoor vermijden we een potentiële vertekening door de dominantie van één firma wanneer we gemiddelden zouden rapporteren.
46
De mediaan van de loonkost en arbeidsproductiviteit voor België, China en India is gerapporteerd in Figuur 24. De mediaan loonkost in België bedraagt 27.500 € per werknemer en de arbeidsproductiviteit is 75.200 €. Loonkosten in India en China zijn maar een kleine fractie van de Belgische loonkost, met name respectievelijk 3.210 € en 1.060 €. De arbeidsproductiviteit ligt in deze landen echter ook een stuk lager dan in België. Zo genereert een Indische arbeider maar 15% van de toegevoegde waarde van zijn Belgische tegenhanger. Voor een Chinese werknemer is het verschil nog groter, de arbeidsproductiviteit bedraagt hier slechts 2% van die van een Belgische arbeider.
Figuur 24 Loonkost en Arbeidsproductiviteit Internationaal Vergeleken.
40 20 0
X 1000€
60
80
Arbeidsproductiviteit en Loonkost Internationaal Vergeleken
België
India Arbeidsproductiviteit
China Loonkost
Gerapporteerde waarde is de mediaan
47
Figuur 25 geeft een vergelijking van de competitiviteitsindex tussen België, China en India. De competitiviteitsindex is opnieuw gedefinieerd als het aandeel loonkosten in de toegevoegde waarde. Bemerk dat een hogere score op de competitiviteitsindex een lagere concurrentiekracht betekent en vice versa. Op deze index scoort België beter dan China ondanks de hoge loonkosten. Dit is te danken aan de zeer hoge arbeidsproductiviteit in vergelijking met China. In vergelijking met India, scoort België echter slechter inzake competitiviteit. De productiviteit in Belgische ondernemingen is weliswaar groter dan in Indische ondernemingen, maar niet in die mate dat ze de hogere loonkost volledig compenseert.
Figuur 25 Internationale Vergelijking Competitiviteitsindex
.6 .4 .2 0
Aandeel loonkost in toegevoegde waarde
.8
Competitiviteitsindex Internationaal Vergeleken
China
België
India
Gerapporteerde waarde is de mediaan
48
Ten laatste wordt de effectieve belastingsvoet van de vennootschapsbelasting in België vergeleken met deze in India, China en Rusland. Figuur 26 rapporteert de mediaan van de effectieve belastingsvoet voor alle ondernemingen die een positieve winst rapporteerden. De effectieve belastingsvoet is veruit de grootste in België. De belastingsvoet in India, Rusland en China ligt respectievelijk 38%, 45% en 50% lager.
Figuur 26 Effectieve Belastingsvoet Vennootschapsbelasting Internationaal Vergeleken
.2 .1 0
Effectieve Belastingsvoet
.3
Effectieve Belastingsvoet Vennootschapsbelasting Internationaal Vergeleken
België
India
Rusland
China
Gerapporteerde waarde is de mediaan
49
Samenvatting In vergelijking met opkomende economieën zoals China en India heeft de diamantsector in België de hoogste loonkost, maar ook de hoogste toegevoegde waarde per werknemer. Echter de loonkostverschillen domineren voor India met als gevolg dat in termen van competitiviteit India beter scoort dan België. China scoort het slechtst in termen van competitiviteit De effectieve belastingsvoet in China, India en Rusland bedraagt nauwelijks meer dan de helft van deze in België.
50
5. De impact van de diamantsector op de economie en haar expansiemogelijkheden: Een econometrische benadering In deze paragraaf introduceren we een eenvoudig econometrisch model om de impact van de diamantsector op andere sectoren te schatten. Meer bepaald gaan we na wat de externaliteiten of ‘spillover’ effecten van de diamantindustrie zijn op de andere ondernemingen actief in andere sectoren in de provincie Antwerpen. We beperken ons tot de provincie Antwerpen omdat de potentiële positieve externaliteiten in termen van bijvoorbeeld indirecte tewerkstelling wellicht het grootst zijn in de regio waar ook de diamantsector actief is. Intuïtief ontstaan dergelijke spillovers op verschillende manieren. Bijvoorbeeld, een hoge omzet in de diamantsector impliceert dat hierdoor vervoersmaatschappijen, hotels en restaurants ook een hoger zakencijfer zullen maken. Dit impliceert dan opnieuw dat hierdoor mensen tewerkgesteld worden, die een loon ontvangen en dat ook zullen gebruiken voor verdere consumptie, waardoor er opnieuw positieve externaliteiten ontstaan naar andere ondernemingen. We maken gebruik van gedetailleerde gegevens over de toegevoegde waarde van bedrijven in deze sectoren in de verschillende gemeentes. Deze data laat ons toe een idee te vormen over wat de gevolgen zijn van een stijging in de economische activiteit in de diamantsector op de economische prestaties van de andere bedrijven in dezelfde gemeente. Hierbij controleren we voor alle factoren die tijdsinvariant zijn zowel op gemeentelijk als op bedrijfsniveau. Dit doen we door de introductie van zogenoemde bedrijfsspecifieke vaste effecten (fixed effects). Zo controleren we bijvoorbeeld voor de grootte van de gemeente, infrastructuur, enz.. Ook zaken op bedrijfsniveau zoals de kwaliteit van het management of de aard van de technologie worden op die manier in rekening gebracht. De econometrische/wiskundige vergelijking die we gebruiken om de spillovers te schatten tracht een verband te vinden tussen enerzijds de toegevoegde waarde in een onderneming gevestigd in een bepaalde gemeente en anderzijds de omzet die gerealiseerd wordt door de diamantsector. Hierdoor gaan we na of er een statistisch verband is tussen een stijging van de omzet in de diamantsector en de performantie van een bedrijf dat actief is in een andere sector. Zo zullen dergelijke spillovers bijvoorbeeld hoger zijn voor bedrijven in de horeca die actief zijn in de nabijheid van diamantbedrijven dan voor andere bedrijven. Maar er zijn ook verdere indirecte 51
effecten die we hiermee meten. Als het bijvoorbeeld goed gaat in de horeca ten gevolge van de diamanthandel, zal ook de activiteit van de horeca een impact hebben op andere ondernemingen die handel drijven met de horeca of door het personeel dat hierdoor tewerkgesteld is en bijgevolg kan consumeren. Om dergelijk verband te schatten specificeren we een wiskundige vergelijking als volgt:
ln(av)ilt = β ln(omzet _ diamant )lt + γ ln(industrie _ av) jt + ηi + ηt + εit In bovenstaande vergelijking staat ln(av)ilt voor het natuurlijk logaritme van de toegevoegde waarde in periode t van bedrijf i gevestigd in gemeente l , ln(omzet _ diam)lt is het logaritme van de omzet van de diamantsector in gemeente l
gedurende periode t . We hebben ook experimenten uitgevoerd waarbij we in plaats van de omzet de toegevoegde waarde van de diamantsector in gemeente l gedurende periode t hebben gebruikt als maatstaf om spillovers te schatten. De resultaten waren sterk vergelijkbaar, wat niet verwonderlijk is vermits de omzet en de toegevoegde waarde sterk gecorreleerd zijn. Echter, we verkiezen om de aanwezigheid van de diamantsector te duiden aan de hand van de totale omzet van de diamantsector in een bepaalde gemeente omdat de fluctuaties in de omzet over de tijd beperkter zijn dan die in de toegevoegde waarde, wat onder meer kan worden verklaard door verschillen in de tijd in de invoerprijzen van diamant. Verder controleren we voor sectorspecifieke vraag –en aanbodschokken door de totale toegevoegde waarde waartoe een sector behoort op te nemen in de regressie, dit is ln(industrie _ av) jt . De bedrijf/locatie specifieke factoren ηi worden opgepikt door de vaste effecten. Verder controleren we voor algemene conjunctuurschommelingen ηt door middel van jaar effecten (jaardummies). De spillovers van de diamantsector naar andere sectoren worden weerspiegeld in de coëfficiënt β .Een geschatte waarde groter dan 0 betekent dat de toegevoegde waarde in andere sectoren hoger ligt wanneer de omzet in de diamantsector hoger is en er dus positieve spillover effecten zijn. De resultaten zijn gerapporteerd in Tabel 8. De eerste rij geeft de spillover coëfficiënt weer. In de drie kolommen rapporteren we lichtjes verschillende specificaties om na te gaan of de geschatte coëfficiënt robuust is ten aanzien van de methode die wordt gehanteerd. In de eerste kolom veronderstellen we vaste firma effecten en jaareffecten, in de tweede kolom veronderstellen we enkel specifieke
52
sectoreffecten en jaareffecten, maar geen vaste firma effecten. Hierbij gaan we er dus van uit dat ondernemingen die opereren in dezelfde sector gelijkaardige karakteristieken hebben met betrekking tot bv. de technologie die ze hanteren. In de derde kolom veronderstellen we vaste firma effecten en jaareffecten, daarenboven gaan we ervan uit dat ondernemingen een aanpassingstijd nodig hebben zodanig dat de effecten van een verhoging van de omzet in de diamantsector wat tijd nodig hebben vooraleer ze voelbaar zijn in de andere ondernemingen. Dit is realistisch omdat ondernemingen niet altijd onmiddellijk van strategie veranderen omwille van allerlei aanpassingskosten. We modelleren dit door te veronderstellen dat de storingsterm een autoregressieve component bevat. Dit komt erop neer dat we aannemen dat een onderneming die een hoge toegevoegde waarde genereert dit jaar wellicht ook volgend jaar een hoge toegevoegde waarde zal genereren. We noemen dit persistentie.
Tabel 8 Spillovers van diamant naar andere sectoren.
(3), met AR (1) dynamiek Ln(omzetdiamant) 0,003*** 0,006*** 0,0047*** (0,001) (0,001) (0,001) Standaard fout [0,004 – 0,008] [0,0013-0,008] Betrouwbaarheidsinterval [0,0013-0,008] Ln(industrie_av) 0,179*** 0,268*** 0,149*** (0,008) (0,016) (0,009) Standaard fout Vaste firma effecten Ja Nee Ja 5-digit sector effecten Nee Ja Nee Jaareffecten Ja Ja Ja Geschatte AR(1) 0,49 # observaties 159875 159875 126008 Nota: *** betekent statistisch significant verschillend van nul (1)
(2)
De geschatte spillovercoëfficiënt varieert tussen de 0,003 en 0,006 zoals gerapporteerd in Tabel 8. Onder de geschatte coëfficiënten rapporteren we eveneens de standaardfout en het betrouwbaarheidsinterval. Vermits de variabelen in natuurlijke logaritmes zijn gebruikt in de vergelijking, kunnen de geschatte coëfficiënten als elasticiteiten geïnterpreteerd worden. Een elasticiteit geeft aan hoe een procentuele verandering van één variabele een effect heeft op de procentuele verandering van een andere variabele. Zo betekent bij wijze van bijvoorbeeld een elasticiteit van 1 dat een toename van de omzet met 10% de toegevoegde waarde in andere bedrijven ook met 10% zou toenemen. In onze schatting is de elasticiteit lager
53
geschat, tussen de 0,003 en 0,006 of dit betekent dat wanneer de omzet in de diamantsector met 10% toeneemt/afneemt, de toegevoegde waarde in bedrijven, actief in andere sectoren, gemiddeld met 0,03 tot 0,06% zal stijgen/dalen. We rapporteren in Tabel 9 de geschatte indirecte tewerkstelling op basis van de resultaten van Tabel 8, waarbij we voor drie scenario’s die overeenkomen met de drie specificaties de berekening maken. Hierbij veronderstellen we dat de gemiddelde toegevoegde waarde per werknemer in de ondernemingen niet actief in de diamantsector gelijk is aan 75 000 Euro. Met andere woorden voor elke 75 000 Euro aan toegevoegde waarde is er gemiddeld gezien 1 arbeidsplaats. Op basis van bovenstaande vergelijking kunnen we dan berekenen hoeveel de omzet in de diamantsector bijdraagt aan de gemiddelde toegevoegde waarde in een onderneming en dus de totale toegevoegde waarde over alle ondernemingen heen. Vervolgens gebruiken we dan de technische relatie tussen tewerkstelling en toegevoegde waarde om te berekenen wat de bijdrage is tot de totale tewerkstelling. In Tabel 9 wordt de geschatte indirecte tewerkstelling geraamd tussen de 16000 en 32000 afhankelijk van de schattingsmethode die wordt gebruikt. We gaan er echter van uit dat de meest realistische schattingsmethode diegene is die expliciet rekening houdt met de onderliggende dynamiek van ondernemingen en firmaspecifieke effecten. Dat is het scenario waarbij de spillovercoëfficiënt wordt geschat op 0.0047 of dit impliceert een indirecte tewerkstelling van een goede 26 000 jobs. Tabel 9: Geschatte indirecte tewerkstelling
(1)
(2)
(3)
Spillovercoëfficiënt
0,003
0,006
0,0047
Geschatte indirecte tewerkstelling
16 781
32 745
25 925
Bovenstaande analyse laat ons toe om ook een inschatting te maken te maken over het potentiële verlies aan tewerkstelling moest de diamantsector aan belang inbinden ten gevolge van relocatie naar opkomende centra. Een lineaire extrapolatie van bovenstaande berekening aan directe en indirecte tewerkstelling suggereert dat indien de Antwerpse diamantomzet zou afnemen a rato van 10% per jaar er jaarlijks
54
om en bij de 2600 jobs verloren zouden gaan. Het is bijgevolg van belang om een strategie te ontwikkelen van blijvende groei en aanwezigheid in België. Hierbij zal het nuttig zijn om potentiële synergieën met onder meer de juwelensector verder te ontplooien.
Samenvatting: Het is denkbeeldig dat gegeven de omvang van de diamantsector in termen van omzet hierdoor heel wat andere locale bedrijfsactiviteiten worden gestimuleerd, met als gevolg dat de toegevoegde waarde in andere bedrijven hierdoor toeneemt en dus ook de tewerkstelling. Om deze indirecte tewerkstelling te meten wordt een eenvoudig econometrisch model gebruikt, waarbij rekening wordt houden met specifieke kenmerken van ondernemingen, de regio waarin men opereert en de algemene vraag-en aanbodschokken waarmee ondernemingen worden geconfronteerd. Op basis van deze statistische benadering vinden we dat de diamantsector goed is voor een 26000 jobs aan indirecte tewerkstelling in de provincie Antwerpen.
55
6. Conclusies en Aanbevelingen Decennia lang was België zowel in binnen- als buitenland gekend voor haar Antwerpse diamant. Net zoals in andere sectoren, heeft ook de Antwerpse diamantsector een transformatie ondergaan, mede ten gevolge van de toenemende globalisering van de jongste jaren. Deze toenemende globalisering verhoogt de druk op de bedrijven en het economisch beleid om een stevige concurrentiepositie te handhaven en verder uit te bouwen. In deze studie werden daarom een aantal economische karakteristieken van de diamantsector in België, die voornamelijk zich situeert in Antwerpen, onderzocht en vergeleken met andere sectoren. Een vergelijking met andere sectoren is nuttig om het belang van de diamantsector relatief ten opzichte van andere sectoren te duiden. De voornaamste bevindingen zijn: 1.
Op basis van de analyse is het duidelijk dat niettegenstaande de diamantsector in termen van directe tewerkstelling relatief klein is, ze in termen van indirecte tewerkstellingscreatie, omzet, toegevoegde waarde en vooral in de internationale handel een belangrijke sector is.
2.
De diamantsector is de belangrijkste Belgische uitvoerder buiten de Europese Unie en ze draagt substantieel bij tot de Belgische handelsbalans. Vooral voor India is dit het geval, waarvoor de diamantsector 80% van alle Belgische uitvoer naar India voor haar rekening neemt. Het is duidelijk dat voor een kleine open economie zoals België het van essentieel belang is om niet alleen handelsrelaties te ontwikkelen met onze buurlanden, maar vooral een groter marktaandeel te verwerven in de sterk groeiende opkomende economieën zoals India en China. Zo bedraagt het exportaandeel in de totale Belgische export naar China (exclusief Hong Kong) 20% en naar Hong Kong zelfs 55%. Indien de Belgische economie voordeel wenst te halen uit de sterke expansie van deze opkomende landen is het wenselijk dat het buitenlands beleid voldoende initiatieven kan opstarten om betere handel met deze regio’s tot stand te brengen. Vermits de diamantsector zo goed is vertegenwoordigd in deze opkomende landen, kan de sector een belangrijke sleutelrol spelen in het verder uitwerken van een algemeen
56
strategisch handelsbeleid dat ook ten goede komt van de andere Belgische sectoren. 3.
Er is uiteraard een belangrijke keerzijde van deze medaille. Wellicht omwille van de mobiliteit en de grote internationale handelsstromen die de diamantsector karakteristieken is deze ook kwetsbaar voor delocalisatie. De loonkosten zijn net zoals de loonkosten in andere sectoren sterk gestegen de laatste 10 jaar (met 30%). Hierdoor is wellicht heel wat tewerkstelling verloren gegaan, vooral dan in de bewerking van diamant, waarbij de tewerkstelling zeer sterk is gedaald. Dit werd deels gecompenseerd door groeiende tewerkstelling in de groothandel van diamant, maar onvoldoende. Dankzij de zeer hoge productiviteit of efficiëntie in de diamantsector is het mogelijk om een sterke internationale concurrentiepositie te handhaven, echter in vergelijking met India compenseert gemiddeld genomen de hoge productiviteit onvoldoende de hoge loonkosten in België.
4.
Naar de toekomst toe zal het bijgevolg belangrijk blijven de loonkosten in de diamantsector te beheersen en inspanningen te blijven doen om de kwaliteit van werk en productiviteit op een hoog niveau te blijven handhaven. Dit is overigens ook een argument dat zeer vaak wordt aangehaald voor andere sectoren, waarbij de jongste jaren ook meer jobs verhuist werden naar de buurlanden of lage-loonlanden. Maar niet alleen loonkosten spelen hierbij een belangrijke rol, ook de hoogte van de vennootschapsbelasting is een belangrijke factor die ondernemingen overwegen wanneer ze zich in een bepaald land wensen te vestigen. En deze factor wordt de jongste jaren belangrijker omwille van de toenemende belastingdruk binnen en buiten Europa, waarbij de nominale belastingvoet van 33,99% in België tot de hogere van Europa behoort. Maar ook wanneer een vergelijking van de effectieve belastingvoet wordt uitgevoerd, behoort de gemiddelde aanslagvoet voor de Diamantsector tot de hogere binnen België (om en bij de 24% in 2006) en in vergelijking met India, China en Rusland is de effectieve vennootschapsbelasting bijna dubbel zo hoog. Dit zorgt voor een vorm van oneerlijke concurrentie met het buitenland, ten nadele van de Belgische diamantsector.
5.
Ten slotte, de directe en indirecte tewerkstelling die tot stand komt door de diamantsector is aanzienlijk, ongeveer 34000 jobs worden in stand 57
gehouden door de diamantsector. Een handhaving en verdere groei van de diamanthandel in Antwerpen kan deze tewerkstelling veiligstellen of verder doen uitbreiden. Het is bijgevolg belangrijk de nodige bedrijfsinfrastructuur en flexibiliteit te implementeren om internationaal concurrentieel te blijven.
58
Appendix A Figuren en Tabellen in US Dollar Tabel A 1 In-en Uitvoer opgesplitsit binnen de diamantsector, miljoenen US dollar Invoer Product Code Beschrijving (In miljoenen US dollar) Intra EU15 Extra EU15 Totaal
7102 21 00 7102 29 00
Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 31 00 7102 39 00
Niet-Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 10 00
Diamant, andere
7102
Totaal
Product Code
Beschrijving
7102 21 00 7102 29 00
Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 31 00 7102 39 00
Niet-Industriële Diamant Onbewerkt Bewerkt
7102 10 00
Diamant, andere
7102
Totaal
7,59 0,16
62,40 0,08
69,99 0,24
3.002,48 91,58
6.867,81 6.055,72
9.870,29 6.147,30
0,01
65,07
65,08
3.101,82
13.051,08
16.152,90
Uitvoer (In miljoenen US dollar) Intra EU15 Extra EU15
Totaal
8,80 0,75
25,35 0,34
34,15 1,09
10,74 1.238,19
10.697,04 6.323,27
10.707,78 7.561,46
2,48
0,00
2,48
1.260,96
17.046,00
18,306,96
59
Figuur A 1 Evolutie Invoer en Uitvoer Diamant uitgedrukt in US Dollar
3000 6000 9000 12000 15000 18000 21000
Uitgedrukt in US Dollar
0
Miljoen US $
Totale Invoer en Uitvoer Diamant
1995
1997
1999
2001
2003
2005
2007
Jaar Invoer
Uitvoer
Figuur A 2 Top 10 belangrijkste partners uitvoer diamant in 2007; US dollar
Top 10 Belangrijkste Partners Uitvoer Diamant US Dollar
India
5945
Israel
3021
United States
2041
Hong Kong
1551
VAE
1033
Zwitserland
879
China
843
Verenigd Koninkrijk
396
Italie
372
Thailand
323
0
1000
2000
3000 4000 Miljoen $
5000
6000
60
Figuur A 3 Top 10 belangrijkste partners invoer diamant in 2007; US dollar
Top 10 Belangrijkste Partners Invoer Diamant US Dollar
Verenigd Koninkrijk
3059
Israel
2344
India
1970
VAE
1626
Rusland
1461
China
819
Zuid-Afrika
801
Zwitserland
621
Hong Kong
603
United States
503
0
500
1000
1500 2000 Miljoen $
2500
3000
Figuur A 4 Totale Omzet en Toegevoegde Waarde in de Diamantsector uitgedrukt in US dollar.
Totale Omzet en Toegevoegde Waarde in Diamantsector
20000 15000
400 0
10000
200
Omzet Miljoen $
Toegevoegde Waarde Miljoen $
600
25000
Miljoenen US Dollar
1996
1998
2000 Toegevoegde Waarde
2002
2004
2006
Omzet
61