Groen varen in de Biesbosch “Een stille vaart door de Biesbosch”
datum uitgave:
21 oktober 2011
Samenstellers:
de heer ing. H. Zwart mevrouw ir. S. Muilwijk
de heer H.Voorhans
Project, versie:
BWZ 11-039, versie 02
Datum uitgave:
21 oktober 2011
Titel:
Inventarisatie voor uitvoeringsprogramma
Aantal pagina’s inclusief bijlage:
68
Naam en adres aanvrager:
Parkschap Nationaal Park de Biesbosch T.a.v. de heer J. Thiebou Postbus 8 3300 AA Dordrecht
Akkoord voor uitgave: Paraaf:
© BWZ Ingenieurs bv Niets uit deze offerte mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden d.m.v. druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van BWZ Ingenieurs bv, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enige andere werk dan waarvoor het is vervaardigd. Ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel te Tiel onder nr. 30232690
Varkensmarkt 9 Postbus 183 4100 AD Culemborg T: 0345 523 130 www.bwz-ingenieurs.nl
Inhoudsopgave
Inleiding
6
1.1 1.2 1.3
7 8 9
Beschrijving van de opdracht Opzet van dit rapport Begrippenlijst
Inventarisatiefase
10
2.1 2.2 2.3 2.4
14 18 33 36
Huidige situatie Huidige gebruik vaarwegen Huidige oplaadpunten Toekomstige ontwikkelingen
Verkenningen
38
3.1 3.2 3.3 3.4
38 43 45 48
Andere gebieden Subsidiemogelijkheden en andere bevorderende maatregelen Organisatie en communicatie Oplaadstations, locaties en vaarwegen
Conclusies en aanbevelingen
56
Bijlagen
62
1
Inleiding
De Biesbosch is de benaming voor een aantal riviereilanden en zand- en slikplaten in de provincies Noord-Brabant en Zuid-Holland. Hieruit blijkt dat het een zeer waterrijk gebied is. In de loop der jaren is de waterrecreatie enorm gegroeid en zijn er vele voorzieningen aangelegd in de vorm van aanlegplaatsen en strandjes. Het is gebleken dat de laatste jaren sprake is van een toename van bezoekers. Dit is mede te danken aan een aantal nieuwe natuurontwikkelingen in het gebied, waaronder de ontpoldering van de Noordspieringpolder en een deel van de Noordwaard. In de toekomst zal de gehele Noordwaard ook ontpolderd gaan worden, waardoor de natuurlijke waarden van de Biesbosch nog groter wordt. Het Parkschap heeft besloten zich in te zetten om de Biesbosch op de kaart te zetten als duurzaam gebied, waarbij de beleving van het gebied voorop staat, zonder dat er sprake is van verstoring. In 2008 is namens het Nationaal Park Overlegorgaan De Biesbosch het beleidsplan “Ondergedompeld in de Biesbosch - beleidsplan Recreatie en Toerisme voor de Biesbosch Regio” opgesteld. In dit beleidsplan is een uitvoeringsprogramma opgenomen wat voorziet in het uitvoeren van een aantal deelprojecten. Eén van deze deelprojecten bestaat uit het project “Groen Varen in de Biesbosch”, ofwel “Elektrisch varen in de Biesbosch”. Dit project richt zich onder andere op het bevorderen van elektrisch varen in het gebied door onder andere voorzieningen aan te gaan
6
bieden, zoals oplaadstations en het bekijken naar subsidiemogelijkheden. Het uiteindelijke doel is om uiteindelijk de waterrecreanten op een “groene” en “stille” manier de Biesbosch te laten beleven. In dit rapport worden een aantal mogelijkheden beschreven om dit Groene varen te bevorderen. Het zal in hoofdzaak gericht zijn op Elektrisch varen, maar aangezien meerdere manieren bestaan om milieuvriendelijk(er) te kunnen varen, wordt hier verder gesproken over Groen Varen.
1.1
Beschrijving van de opdracht
In het beleidsplan “Ondergedompeld in de Biesbosch” uit worden deelprojecten beschreven die uiteindelijk moeten leiden tot een betere zonering in het gebied, waarbij de natuurkern rustiger moet worden. In de beoogde resultaten van dit beleidsplan wordt gesproken over het afsluiten van deze natuurkerngebieden voor gemotoriseerd vaarverkeer. Dit biedt grote mogelijkheden voor het elektrisch varen. De opdracht bestaat dan ook uit het opstellen van een plan voor het elektrisch varen in de Biesbosch, gekeken naar de (nieuwe) zonering (komst Nieuwe Noordwaard). Daarbij is het van belang het huidige gebruik te meten en welke vaarroutes nog wenselijk zouden zijn onder de gebruikers.
7
Om het elektrisch varen verder te bevorderen in de Biesbosch-regio moet ook gekeken worden naar de benodigde voorzieningen zoals oplaadstations al dan niet op zonneenergie. Niet alleen de locatie van deze oplaadpunten zijn belangrijk, maar ook de technische eisen waaraan de oplaadstations moeten voldoen. Een kostenindicatie zal hieraan niet ontbreken. Het doel is om aan het einde van 2011 een aantal oplaadpunten in het gebied te realiseren. Om zowel particuliere booteigenaren als ondernemers met eigen schepen voor een deel financieel te ondersteunen bij de overgang van een conventionele aandrijving (diesel, benzine) naar een milieu-vriendelijke aandrijving (elektrisch, hybride), wordt uitgezocht in hoeverre het mogelijk is subsidie te verkrijgen. In de provincie Fryslân wordt al een paar jaar subsidie verleend op het ombouwen van de conventionele aandrijving naar een milieuvriendelijke aandrijving. Het is gebleken dat reeds veel booteigenaren in Friesland “om” zijn. De locale economie heeft hiermee ook een duw in de rug gekregen door een vergroting van de werkgelegenheid. Tot slot moet vermeld worden dat het slagen van dit project mede afhankelijk is van de medewerking van de booteigenaren, zowel particulieren als ondernemers. Daarom is communicatie in deze zeer belangrijk. Uitgezocht moet worden hoe deze communicatie het beste kan verlopen en hoe de booteigenaren het best kunnen worden geïnformeerd.
1.2
Opzet van dit rapport
Het eerste deel van dit rapport bestaat uit de inventarisatiefase, waarbinnen een deskresearch heeft plaatsgevonden in de vorm van een scan van relevante rapporten en websites. Daarnaast is een field-research gedaan middels een schriftelijke enquête onder de ondernemers. In beide gevallen is gekeken naar de huidige zonering, de huidige vaarroutes en het gebruik hiervan door particuliere booteigenaren en bedrijven die eigen schepen in beheer of eigendom hebben voor commerciële doeleinden. De uitkomsten hiervan worden beschreven in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 zijn een aantal verkenningen gedaan. Zo is in hoofdstuk 3.1 gekeken naar andere gebieden, waar het elektrisch varen al een tijd in ontwikkeling is. Daarna zijn de mogelijkheden onderzocht voor het verkrijgen van subsidies voor de overschakeling van conventioneel varen naar duurzaam varen.
Fig. 1: Opening laadpunt Friesland Bron: website SEFF
8
In hoofdstuk 3.3. is gekeken naar diverse oplaadstations en waar deze gerealiseerd zouden kunnen worden in het gebied. Gelijk hieraan vast zijn vaarroutes verkend die op termijn afgesloten zouden kunnen worden voor conventioneel aangedreven vaartuigen. In hoofdstuk 4 worden de conclusies beschreven en aanbevelingen gedaan. Deze zijn vooral belangrijk voor het tweede deel van dit onderzoek, de Planfase.
1.3
Begrippenlijst
In dit rapport komt een aantal termen terug. Om onduidelijkheden te voorkomen wordt hier een begrippenlijst weergegeven. Ampèrage
Sterkte elektrische stroom
Voltage
Elektrische spanning (veelal 230 V en 380 V)
Loodaccu
Oplaadbare galvanische cel dat bestaat uit water, zwavelzuur en lood. Deze accu’s zijn oplaadbaar, maar erg zwaar.
Lithiumaccu
Accu met hoge energiedichtheid. Er dient een regelsysteem aanwezig te zijn ter voorkoming dat de accu volledig ontlaad en er schade kan komen in de batterij. Voordeel is dat er minder accu’s nodig zijn om een bepaalde prestatie te leveren dan bij gebruik van loodaccu’s. Een ander nadeel is dat lithiumaccu’s nog niet volledig te recyclen zijn.
Conventioneel varen
Varend met een verbrandingsmotor (benzine, gas, diesel)
Elektrisch varen
Varend met enkel een elektromotor, met elektrische energie uit een accupakket
Hybride varen
Varend met conventionele aandrijving, waarbij het mogelijk is de verbrandings motor uit te schakelen en verder te varen door middel van een elektro-motor.
Varen op zonne-energie
In feite behoort dit ook toe tot elektrisch varen, daar de opslag van de zonneenergie plaatsvindt in de accu’s. In dit rapport wordt echter wel een scheiding gemaakt tussen elektrisch zonder zonne-energie en elektrisch met zonneenergie. Dit gezien het feit dat het varen op zonne-energie net even duurzamer is.
Biobrandstof
Algemene verzamelnaam voor brandstof, gemaakt uit biomassa. Het dient als alternatief voor fossiele brandstoffen
Elektrificeren
Het ombouwen van een conventionele naar een elektrische aandrijving. De con ventionele aandrijving wordt hierbij verwijderd.
Hybridiseren
Het ombouwen van een conventionele aandrijving naar een elektrische zonder de conventionele aandrijving te verwijderen.
9
2
Inventarisatiefase
Dit project zal bestaan uit drie fases. Er wordt begonnen met de Inventarisatiefase, waarin alle benodigde informatie wordt verzameld ten behoeve van het elektrische varen. Binnen deze fase wordt onder andere gekeken naar het huidige gebruik van de vaarwegen en de huidige zonering middels een enquête onder de ondernemers van de Biesbosch. Een verkenning van andere gebieden, waar het elektrisch varen veelvuldig voorkomt behoort ook toe tot deze fase. Zodra alle informatie verzameld is zal dit in de vorm van een tussenrapportage worden voorgelegd tijdens een werkgroepbijeenkomst. Deze werkgroep zal bestaan uit ondernemers en andere belanghebbenden binnen de Biesbosch-regio. In de bijlage staat de lijst van genodigden en wie aanwezig waren tijdens deze bijeenkomst. Het doel van deze bijeenkomst is om een gezamenlijk gedragen plan op te zetten voor wat betreft de vaarroutes (zonering), locaties, aantal oplaadpunten en verdere actieplannen om het duurzame varen te bevorderen. De tweede fase zal bestaan uit de planfase, waarin de uitkomsten uit de inventarisatiefase verder (definitief ) worden uitgewerkt. Tevens wordt er een klicmelding gedaan in deze fase en worden de eventuele vergunningen aangevraagd voor het plaatsen van de oplaadzuilen. Het project wordt beëindigd met de uitvoeringsfase. In deze fase zullen de oplaadzuilen daadwerkelijk geplaatst gaan worden.
10
Fig. 2: De Biesbosch zoals het is: natuurlijk en heel groen De inventarisatiefase bestaat uit twee soorten onderzoek, te weten: • Deskresearch, scannen van bestaande rapporten en websites; • Fieldresearch, enquête ondernemers Biesbosch.
11
Deskresearch, scannen van bestaande rapporten en websites Er is reeds een scala aan rapporten geschreven over de Biesbosch. In voorbereiding op dit project is een scan van alle relevante rapporten en websites uitgevoerd om de benodigde gegevens te inventariseren. De informatie uit deze scan is gebruikt bij de verdere uitwerking van dit rapport. De volgende rapporten en websites zijn gescand en geïnventariseerd: Rapporten • NL RNT (2008), Ondergedompeld in de Biesbosch; Beleidsplan Recreatie en Toerisme voor de Biesbosch Regio; definitief concept. • Leisuresult (2007), De Biesbosch; Evenwicht tussen natuur en recreatie . • Communicatieburo de Lynx/Buro Hemmen (2004), Beheer- en Inrichtingsplan; Koersend naar een verenigde Biesbosch. • NRIT Onderzoek (2009), Verslag van het recreatieonderzoek in de Biesbosch; Eindrapport. • Projectbureau Vrolijks (2009), Sessieverslag discussiebijeenkomsten vaarzone ring en alternatieven Biesbosch. • Projectbureau Vrolijks (2009), Gebruikersonderzoek watersport in De Bies bosch (2009); Advies vaarzonering en aanleggebieden; Eindconcept. • Gemeente Drimmelen (2008), Drimmelen aan de Biesbosch; Beleidsnota en Actieplan Recreatie & Toerisme. • NL RNT, Marketing Actieplan; Regio Brabantse Biesbosch. • Werkgroep Zonering (2005), Natuur- en recreatiezonering NP De Biesbosch 2005; Uitwerking van de in het BIP 20040 opgenomen (indicatieve) kaders voor zonering. • SES West-Brabant (2009), Bidbook, Brabant aan Zee. • The Broads Authority and Broads Tourism (2011), The Green Boat Mark Crite ria. • Bureau Noordwaard Rotterdam (2006), Ontwerpvisie ontpoldering Noord waard.
Fig. 3: Scan bestaande rapporten 12
Websites gerelateerd aan het elektrisch varen: • www.bootjegezond.nl • www.seff.nu • www.elektrischvaren.info • www.destilleboot.nl • www.broads-authority.gov.uk • www.np-debiesbosch.nl • www.seswestbrabant.nl • cms.dordrecht.nl • www.vareninbrabant.nl • www.brabantaanzee.nl
Fig. 4: Homepage Platform voor Elektrisch en Hybride Varen Fieldresearch, enquête ondernemers Biesbosch Omdat er niet veel bekend is over het gebruik van de Biesbosch door ondernemers van rondvaart- en bootverhuurbedrijven is begin juli 2011 ook een enquête gehouden onder een exploitanten van bootverhuur en rondvaartbedrijven die gebruik maken van het water van de Biesbosch. Deze enquête had meerdere doelen, te weten: • Vaargedrag (gebruik van de vaarroutes) achterhalen; • Aantal boten en soort boten inventariseren alsmede meten in hoeverre men op dit moment al duurzaam vaart; • In hoeverre men bereidheid is om te investeren in een duurzame aandrijving. De bedrijven kregen een eigen vraagformulier over de post gestuurd met daarbij twee kaarten van de Biesbosch. De eerste kaart betrof een kaart met ingetekende knooppunten. Hiertussen konden de respondenten aangeven welke vaarroutes altijd, meest, minst of soms worden bevaren door de bedrijven. Kortom, de huidige vaarroutes. De tweede kaart was vrij in te tekenen en betrof de “gewenste” vaarroutes. Routes die om wat voor reden ook niet te gebruiken zijn, maar waarvan men wel graag gebruik van zou willen maken. De ingevulde formulieren kon men via een gefrankeerde envelop terugsturen voor de verwerking. De resultaten zijn gebruikt en verwerkt in dit rapport. De totale gegevens verkregen uit het deskresearch en de enquête vormt een basis voor dit onderzoek.
13
2.1
Huidige situatie
In de volgende hoofdstukken word een beschrijving gegeven van de huidige situatie rond de vaarwegen in de Biesbosch, waarbij gekeken is naar de volgende onderwerpen: • Zonering en vaarroutes; • Huidig gebruik vaarwegen; • Huidige oplaadpunten; • Toekomstige ontwikkelingen.
2.1.1 Zonering en vaarroutes De Biesbosch kenmerkt zich door de veel bevaarbare watergangen en kreken. Een unieke eigenschap van dit gebeid is dat het een zoetwatergetijdengebied is waarbij het grootste verval is te vinden in en rond de Hollandse Biesbosch (tussen de 60 en 70 cm). Het minste verval is te vinden bij de Brabantse Biesbosch van rond de 20 cm. Dit verval is voor sommige vaarroutes bepalend of er wel of niet gevaren kan worden bij laagwater. Zoals eerder aangegeven zijn de grootste delen in het gebied bevaarbaar, maar is het vanuit de zoneringgedachte niet altijd wenselijk. In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op deze zonering en op het huidige (vaar) gebruik van het gebied.
Zonering In september 2004 is er een Beheer en Inrichtingsplan (BIP) opgesteld die een beschrijving geeft van de wijze waarop de zonering zou moeten plaatsvinden. Het doel van dit zoneringplan is ondermeer om de natuurwaarden te verbeteren en het duurzame toerisme te bevorderen. In maart 2005 heeft de “Werkgroep Zonering” hierop een aanvullend rapport geschreven. In deze plannen wordt rekening gehouden met natuurwaarden en recreatie in het gebied. Om dit te kunnen bereiken wordt er onderscheid gemaakt tussen drie soorten gebieden, te weten: • • •
Natuurkerngebieden (Zuiderklip, Tongplaat, Zuidplaatje, Hilpolders, Sliedrechtse polders, waarbij Stededijk toebehoort aan het overig natuurge bied); Overig natuurgebieden (overige gebieden binnen het Nationaal Park, veelal de randen van het gebied, incl. stedelijk gebied); Overig gebieden (gebieden die niet bestemd zijn als specifieke natuurgebied- en, bijvoorbeeld de toegangspoorten en stedelijke gebieden).
De natuurkerngebieden moeten het meest met rust worden gelaten. De overige twee gebieden zijn tevens bedoeld voor wat intensievere vormen van recreatie. De natuurkerngebieden bestaat uit de kern van de Brabantse Biesbosch, het oostelijke deel van de Sliedrechtse Biesbosch en de Dordtse Biesbosch. De reden waarom hiervoor gekozen is, ligt in het feit dat de Biesbosch zo meer een eenheid vormt. In onderstaande afbeelding wordt de zonering in kaart gebracht.
14
Kaart 3: Plan zonering (indicatief)
Zonering
Recreatietoervaart Kernzone
Verbindingswater (BRN)
Extensieve zone
Ontsluitingswater (BRN)
Kernencluster
Ontsluitingswater (aanvulling)
Ontoegankelijk (spaarbekkens)
Recreatieve concentraties (oa jachthavens) Bezoekerscentra/Biesboschmuseum
Beheer- en Inrichtingsplan Nationaal Park de Biesbosch - oktober 2004
Fig. 5: Zonering in de Biesbosch
15
Vaarroutes Zoals te zien op bovenstaande kaart wordt het natuurkerngebied verdeeld in het Brabantse deel en het Zuid-Hollandse deel door de Nieuwe Merwede, een druk bevaren traject door de beroepsvaart. Deze route is opgenomen in het BIP, evenals de hoofdontsluitingswateren op basis van de Beleidsvisie recreatietoervaart Nederland (zie onderstaand kaartfragment). Deze routes lopen door en langs het natuurkerngebied (Wantij, Steurgat, Reugt, gat van de Noorderklip etc.). Ter voorkoming van verstoringen in het gebied worden mogelijkheden om voorzieningen te treffen langs deze oevers op de kades niet geboden. Verder is een vaarverordening van toepassing voor Brabantse-, Sliedrechtse- en Dordtse Biesbosch. Deze vaarverordeningen zijn per gebied verschillend, maar komen in de praktijk vrijwel overeen. Onderstaand overzicht geeft aan wat waar bepaalde “vaargedragingen” wel of niet zijn toegestaan.
Fig. 6: Beleidskaart BRTN 2008
Fig. 7: De Amer als doorgaande route binnen het BRTN 16
Op de vaarkaart van de Biesbosch worden een aantal regels die voor bepaalde vaarwegen gelden aangegeven. Deze regels worden in de onderstaande tabel met codes weergegeven. • • • •
ABNO (Alle typen boten, niet overnachten): alle soorten schepen zijn toegestaan, maar mogen niet overnachten. Er geldt hier een stopverbod. NG (Niet gemotoriseerd): gemotoriseerde schepen zijn hier niet toegestaan. VAS (verbod voor alle schepen): verbod om te varen, dan wel aan te leggen voor alle type schepen. TMO (Toegankelijk met ontheffing): Water is enkel toegankelijk met een ontheffing. Veelal zijn dit slecht bevaarbare delen.
Naam water of water in een bepaalde polder of gebied
ABNO
NG
VAS
TMO
Sliedrechtse Biesbosch Gat van den Hengst
X
Sneepkil
X
Houweningswater
X
Wateren in de Kikvors- en Otterpolder
X
Brabantse Biesbosch Gat van Lijnoorden Sloot beneden Petrus
X X
Tussen de Boerenplaat en Zuider Jonge Deen Frans Gat
X X
Gat van de Bakens
X
Zuiden van Catharina plaatjes
X
Zuiden van Ganze- en Noorderplaat
X
Bevert
X
Gat van de Slek
X
Wateren in De Dood
X
Wateren van de Noordplaat en Wei Biezengors Beoosten Honderd en
X
Dertig Verbindend water tussen Keesje Killeke en Middelste Gat van het Zand Sloot van St. Jan
X X
Zuidergat van de Plomp Wateren van Middelveld
X X
Tabel 1: Regelingen met betrekking tot vaargedragingen In de Dordtse Biesbosch is het vrijwel overal verboden om te varen voor alle schepen, op het Zuid Maartensgat na. De rest van al het vaarwater in en rond de Biesbosch is vrij toegankelijk voor alle schepen. In 2005 is door de Werkgroep Zonering gewerkt aan een gedetailleerd overzicht van alle vaarwegen en kreken en voor welke typen boot deze geschikt zijn om te bevaren. Daarnaast is uit het oogpunt van de zonering bekeken welk toekomstig gebruik gewenst is. Daaraan is de mate van onderhoud gekoppeld. Voor vaarroutes voor alle typen schepen is regelmatig onderhoud van de diepte noodzakelijk, terwijl sommige kreken, enkel geschikt voor bijvoorbeeld kano’s, nauwelijks tot niet wordt onderhouden, waardoor een natuurlijke zonering optreedt. Dit schema is als bijlage toegevoegd. In het schema worden overigens geen elektrisch aangedreven schepen genoemd, maar het kan als leidraad fungeren om de zonering verder te actualiseren met het elektrisch varen. Gedacht kan worden om onder bepaalde voorwaarden kreken open te stellen voor elektrisch aangedreven boten. Deze voorwaarden zouden kunnen bestaan uit een stopverbod of een maximum toe te laten lengte. Dit gezien het feit dat de elektrisch aangedreven schepen steeds groter worden. Door deze grootschaligheid zouden andere soorten verstoringen kunnen optreden.
17
2.2
Huidige gebruik vaarwegen
Om het huidige gebruik in kaart te kunnen brengen is onder andere gebruik gemaakt van het rapport “Gebruikersonderzoek watersport in de Biesbosch” van het projectbureau Vrolijks uit 2009 en het “Verslag van het recreatieonderzoek in de Biesbosch” van het NRIT onderzoek uit 2009. Daarnaast is begin juli 2011 een schriftelijke enquête verstuurd naar een aantal ondernemers in de Biesbosch om onder andere het huidige gebruik te kunnen meten van rondvaartbedrijven en verhuurders van boten voorzien van een mechanische aandrijving. De belangrijkste groep gebruikers van de Biesbosch zijn de particuliere booteigenaren met (kajuit)motorboot of een (kajuit)zeilboot. Daarnaast zijn ongeveer acht bootverhuurders actief in het gebied en varen zeven rondvaartbedrijven rond in de Biesbosch. De beroepsvaart maakt ook gebruik van de Biesbosch om te verblijven tijdens rustperiodes.
Fig. 8: Beroepsvaart ten ruste in het gebied Deze liggen vooral gedurende de zomermaanden voor anker om hun vakantie hier door te brengen. Op de beroepsvaart na worden deze groepen nader toegelicht als het gaat om hun gebruik van het water.
2.2.1 Gebruik water van de Biesbosch door particuliere booteigenaren De grootste groep waterrecreanten die de Biesbosch bezoekt bestaat uit particuliere booteigenaren. Volgens het “Gebruikersonderzoek watersport in de Biesbosch” van projectbureau Vrolijks en het “Verslag van het recreatieonderzoek in de Biesbosch” van het NRIT onderzoek wordt het gebied het meest (tussen de 51% en 70%) aangedaan met een kajuitmotorboot, meestal langer dan 8 meter. De overige gebruikers hebben een zeilboot met of zonder kajuit of komen met een speedboot. Zonder meer zijn het voornamelijk gemotoriseerde vaartuigen. Uit dit onderzoek is tevens gebleken dat de meeste booteigenaren een ligplaats hebben in Dordrecht (46%) en Drimmelen (24%). Dan ligt nog 5% in Oosterhout. De rest ligt elders. Geconcludeerd mag worden dat het grootste deel afkomstig is uit Dordrecht. De bezoekers van de Biesbosch varen veel. Zodra men aan boord stapt gaat men ook daadwerkelijk weg. In het gebruikersonderzoek is gebleken dat meer dan de helft van het aantal respondenten meer dan 20 dagen vaart.
18
Gezien de landelijke trend van het dalende aantal vaardagen is dit opmerkelijk te noemen. In die vaardagen verkiest ruim 60% de Biesbosch als vaarbestemming. Eenmaal in de Biesbosch aangekomen, blijft men liggen en wordt er minder gevaren in het gebied. De vaarduur is ook een interessant gegeven met betrekking tot elektrisch varen (actieradius). Uit het recreatieonderzoek van het NRIT (2009) blijkt dat de respondenten van dit onderzoek aangeeft gemiddeld drie uur te varen. 80% daarvan legt in het gebied aan of gaat voor anker. Deze vaarduur is verklaarbaar, omdat rondom de Biesbosch veel vaste ligplaatsen te vinden zijn bij de diverse jachthavens. Dit maakt het tevens aantrekkelijk dagtochten te maken, maar het merendeel van de respondenten uit het “Gebruikersonderzoek” verblijven 2 tot 3 dagen in het gebied, waarbij men vaak op dezelfde plaats blijft liggen. Daardoor vindt er weinig roulatie plaats tussen de aanlegplaatsen.
Fig. 9: Plezierjachten aan de kade nabij de Rietplaat In onderstaande tabel is een aantal gegevens opgenomen die van belang kan zijn voor het elektrisch varen. De gegevens zijn afkomstig van het NRIT onderzoek en Projectbureau Vrolijks. Onderzoek item
Mogelijkheid
Vrolijks
NRIT
Boottype
Kajuitmotor
70%
51%
Open motor
Overig
13%
Overig
Overig
36%
Dordrecht
46%
36%
Sliedrecht
-
15%
Werkendam
-
13%
Drimmelen
24%
7%
Thuishaven
Verblijf
Aantal nachten
2-3
2
Vaaruren
Gemiddeld aantal
2-4
-
Overnachten
Rietplaat
Zie kaart
23%
Gat van de Kerksloot
Zie kaart
18%
Jachthaven
Zie kaart
14%
Moldiep
Zie kaart
11%
Paardenwei
Zie kaart
9%
Gat van de Steiger
Zie kaart
7%
Merwedelanden
Zie kaart
5%
Gat van Paulus
Zie kaart
5%
Gat van de Plomp
Zie kaart
5%
Vogelhut
Zie kaart
2%
Steur
Zie kaart
2%
Tabel 2: Gegevens Vrolijks en NRIT 19
Beide onderzoeken zijn op verschillende wijzen uitgevoerd waardoor de resultaten van elkaar kunnen verschillen. Kijkend naar de “rode draad” in het geheel, kan gesteld worden dat deze gegevens redelijk met elkaar overeenkomen. Zo blijkt dat het overgrote deel van de bezoekende schepen bestaat uit kajuitmotorboten. Dit kan een belangrijke doelgroep zijn voor de promotie om over te stappen naar een duurzame aandrijving. Qua thuishaven is een groot verschil te zien tussen beide onderzoeken als het gaat om Drimmelen. Het NRIT geeft maar 7% aan dat afkomstig is uit Drimmelen, terwijl Vrolijks 24% aangeeft. Gezien de ligging van Drimmelen ten opzichte van de Biesbosch en het groot aantal bezette ligplaatsen in deze stad, mag veronderstelt worden dat de 24% meer realistisch is dan de 7% uit het rapport van NRIT. Uit de resultaten van beide onderzoeken blijkt dat de meeste schepen die de Biesbosch aandoen uit Dordrecht afkomstig zijn (36% - 46%). Dordrecht zou samen met Drimmelen de grootste potentiëlen zijn voor het elektrisch varen, puur kijkend naar aantallen. Het aantal nachten dat men gemiddeld in het gebied verblijft ligt rond de drie. Daarbij vaart men gemiddeld 3 tot 4 uur. Dit zijn belangrijke gegevens voor het bepalen van wat voor soort accupakket moet worden gebruikt zodra men over zou stappen op een elektrische aandrijving. Tevens zijn deze gegevens belangrijk voor het bepalen van de locaties voor de oplaadpunten.
Fig 10: Mate van gebruik van aanlegplaatsen. Hoe roder, hoe drukker. Bron:gebruikersonderzoek Watersport Bureau Vrolijks
Voor wat betreft de locaties van overnachten blijkt dat de Rietplaat het meest wordt bezocht. Opvallend is dat maar 14% gebruik maakt van een jachthaven als overnachtingsmogelijkheid. Dit zijn ook weer belangrijke gegevens om in een later stadium mee te nemen bij het bepalen van de locaties voor de oplaadpunten. 20
Het vaargedrag van de particuliere booteigenaren laat zien dat de routes van en naar Dordrecht en Drimmelen het gebied in en uit het drukst wordt bevaren. Op zich logisch gezien het groot aantal waterrecreanten dat afkomstig is uit deze steden. Aan de randen van de Biesbosch wordt het meest gevaren. Dit is te zien op het onderstaande kaartje, afkomstig uit het “Gebruikersonderzoek Watersport” van Bureau Vrolijks.
Fig. 11: Vaargedrag particulieren ron: Gebruikersonderzoek Watersport (Vrolijks). De gekleurde lijnen geven de vaarintensiteit aan. De rode dikke lijn geeft de grootste intensiteit aan, vervolgens oranje. Minder wordt gevaren op de groene routes en het minst op de blauwe routes. Geconcludeerd kan worden dat in de kern het minst gevaren wordt. Dit komt ondermeer doordat de kern wordt gezien als een bestemming en niet als een doorgaande route.
2.2.2 Gebruik water van de Biesbosch door ondernemers Begin juli 2011 is een enquête verstuurd naar een aantal ondernemers in de Biesbosch. Twee groepen exploitanten zijn benaderd die gebruik maken van de wateren in de Biesbosch-regio. De exploitanten van rondvaartbedrijven en bootverhuurbedrijven hebben een vraagformulier ontvangen. Doel van deze enquête is om het huidige gebruik van het water te meten en om erachter te komen in hoeverre men al duurzaam vaart. De volledige uitwerking van de resultaten is te vinden in de bijlage. In dit hoofdstuk worden alleen de resultaten beschreven over het huidige gebruik van de vaarwegen. In totaal zijn acht verhuurbedrijven en negen rondvaartrederijen ondervraagd. Uit deze groep bleek dat één bedrijf niet in de doelgroep thuis hoorde, daar deze organisatie zich met andere activiteiten bezig houdt en zelf geen schepen in bezit heeft. Ook bleek een bedrijf niet meer te bestaan en één bedrijf had de rondvaartactiviteiten afgeschaft en is verder gegaan met de verkoop en verhuur van boten. Twee rondvaartbedrijven hebben ondanks een mailing ter herinnering aan de enquête en nabellen niet gereageerd. De verhuurbedrijven hebben allemaal een vraaglijst teruggestuurd. In onderstaande tabel zijn de resultaten weergegeven. Soort bedrijf
Aantal verstuurd
Opgeheven
Non-response
Respons
Rondvaart
9
2
2
78%
Verhuur
8
2
0
100%
Totaal
17
4
2
85%
Tabel 3: Respons enquête
21
In het navolgende deel worden de resultaten van deze enquête per ondernemersgroep toegelicht als het gaat om het huidige gebruik van het vaarwater in de Biesbosch (De “N” bij elk onderdeel geeft de respons aan). Tevens is een inventarisatie gemaakt van het aantal schepen dat gemotoriseerd (al dan niet duurzaam) wordt voortbewogen. Deze gegevens kunnen in een later stadium van pas komen bij de promotie (ombouw en/of nieuwbouw) voor het duurzaam varen.
De Rondvaartbedrijven In totaal zijn er zeven rederijen actief in de Biesbosch met in totaal 17 schepen variërend van 12 tot 38 meter. In totaal kunnen deze schepen tot ca. 2000 passagiers vervoeren. Van twee rederijen zijn geen gegevens bekend, omdat ze niet gereageerd hebben op deze enquête.
Fig. 12: Rondvaartboot Zilvermeeuw
Fig. 13: Afvaart Zilvermeeuw
22
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van alle schepen. Voor alle duidelijkheid: boten op zonne-energie varen uiteraard ook elektrisch. Er is wel een scheiding aangehouden voor deze inventarisatie om de mate van duurzaamheid in beeld te krijgen. De vloot N=5 Rederij
Lengte
Breedte
Diepgang
Max. Pass. C
E
Z
VOF Peeters
12,00
3,50
0,35
40
B
H
X
X
12,00
3,50
0,35
40
X
X X
14,80
3,60
0,35
60
X
BB Fluistertours
14,95
3,45
0,60
60
X
14,95
3,45
0,60
60
X
BB Centrum
11,50
3,25
0,50
40
X
26,10
5,70
1,05
180
X
Altena
20,30
4,20
1,70
50
X
RVB Zilvermeeuw
38,00
7,00
1,20
400
X
RVB Eendenkooi Rederij Altena
Totaal
35,00
7,50
1,20
300
X
30,00
6,50
1,20
300
X
26,00
6,00
1,20
200
X
23,00
6,00
1,20
150
X
18,00
5,00
1,20
24
X
?
?
?
28
?
?
?
50
?
?
?
?
1982
7
0
1
6
3
Aandrijving: C: Conventioneel B: Biobrandstof H: Hybride E: Elektrisch Z: Zonne-energie
Tabel 4: Inventarisatie varende rondvaartvloot in de Biesbosch Uit bovenstaande tabel blijkt dat de rederijen al redelijk ver zijn als het gaat om duurzaam varen, de helft van alle rondvaartboten van de respondenten (5) in de Biesbosch vaart reeds duurzaam. Kijkend naar het aantal passagiers, kunnen zeven schepen met in totaal 480 passagiers elektrisch al dan niet voorzien van zonne-energie varen. Eén boot hiervan vaart hybride. Uit de enquête blijkt dat twee elektrisch voortbewogen schepen een actieradius hebben van respectievelijk 20 en 40 kilometer. Deze schepen zijn voorzien van extra accu’s en hebben een eigen oplaadpunt. 1424 passagiers kunnen op zeven boten conventioneel varen. Van de overige twee zijn geen gegevens bekend, maar verondersteld wordt dat deze drie schepen ook conventioneel varen. Deze schepen zijn veelal groter en varen meer op het grotere water, waardoor de motoren genoeg kracht moeten kunnen leveren.
Fig. 14: Zonnepontje Biesbosch centrum
23
Thuishaven N=5 De thuishaven werd ook gevraagd in het vraagformulier. 5 respondenten hebben dit ingevuld. In het overzicht zijn echter alle rederijen opgenomen, om een volledig beeld te kunnen geven van de locaties waarvandaan de schepen varen. De ontbrekende gegevens zijn via het internet opgezocht. Het aantal in de tabel geeft het aantal bedrijven weer en niet het aantal schepen. De meeste schepen varen vanuit Drimmelen. Dit komt doordat rederij “De Zilvermeeuw” vanuit Drimmelen vaart met zes schepen en VOF de Eendenkooi met twee schepen. Havenplaats
Aantal
Drimmelen
2
Werkendam BB Museum
1
Dordrecht BB Centrum
1
Woudrichem
1
Hank
1
Geertruidenberg
1
Tabel 5: Thuishavens
Fig. 15: haven van Drimmelen
24
Doelgroepen N=6 In het vraagformulier was gevraagd aan te geven op welke doelgroepen de rederijen zich het meest, minder en minst richten. Hierin is onderscheid gemaakt tussen een aantal soorten gebruikers. Deze gebruikers zijn geformuleerd vanuit de motiefgroepen uit het BIP.
Doelgroepen
Meest
%
Minder
%
Minst
%
Groepen
4
16%
0
0%
1
4%
Dagrecreant
4
16%
0
0%
1
4%
Gebiedsgerichte recreant
3
12%
1
4%
1
4%
Natuurzoekers
1
4%
3
12%
1
4%
Actief/sportief
0
0%
3
12%
2
8%
Tabel 6: Doelgroepen Om de verdeling van de doelgroepen inzichtelijker te maken, is ervoor gekozen om de keuzemogelijkheid van meest tot en met minst per doelgroep met een wegingsfactor te vermenigvuldigen en op te tellen (Meest: x 3/ Minder: x 2/ Minst x 1). Hierdoor ontstaat de taartdiagram hiernaast. Hieruit blijkt dat de verschillen niet zo heel erg ver uit elkaar liggen. Belangrijkste doelgroepen zijn de Groepen (24%), Dagrecreanten (23%) en de Gebiedsgerichte recreant (21%). De gebiedsgerichte recreanten kunnen belangrijk zijn voor het elektrisch varen in de Biesbosch, omdat de beleving een belangrijke rol speelt. Het “stille” varen kan deze beleving meer vergroten.
Grafiek 1: Verdeling doelgroepen
25
Vaarroutes N=5 Om het huidige vaargedrag nader te onderzoeken is gevraagd de meest en de minst bevaren vaarroutes in te tekenen. Om de intensiviteit beeldend te kunnen maken in de vorm van een waterkaart, is gebruik gemaakt van knooppunten. Deze punten zijn ingetekend op plaatsen waar vaarwegen zich splitsen. De routes tussen deze knooppunten zijn genummerd. Vervolgens zijn deze ingetekende vaarroutes geteld. Hier valt uit op te leiden in welke mate een bepaald vaartraject wordt gebruikt om te varen. Deze wijze van onderzoek zorgt ervoor dat een inzichtelijk beeld ontstaat van het huidige gebruik door de rondvaart- en verhuurbedrijven. Daarnaast is in het vraagformulier gevraagd of de rederijen gebruik maken van vaste routes, “routes op maat (arrangementen)” of van beide. Hieruit is gebleken dat één rederij alleen vaste routes vaart en de rest vaart verschillende trajecten in de Biesbosch-regio. Bij het intekenen van de huidige vaarroutes konden de respondenten aangeven in welke mate men gebruik maakt van een bepaalde route (altijd, vaak, soms of zelden). Het respons op deze zogenaamde “intensiviteiten” is met een bepaalde factor vermenigvuldigd (Altijd: 2,5/ Vaak: 2/ Soms: 1,5/ Zelden: 1). De hoogte van het respons bepaald ten slotte de lijndikte (en kleur) op de waterkaart. Helaas is gebleken dat de respondenten hier nauwelijks gebruik van hebben gemaakt. Men heeft de route wel ingetekend, echter zonder een intensiviteit erbij aan te geven. Om toch helder te krijgen welke vaarwegen druk worden bevaren en welke niet, is de volgende wijze van verwerking gebruikt: De route van en naar de thuishaven zijn gecodeerd met “Altijd”. Dit geldt ook voor dubbele vaarroutes, waar men gedwongen wordt twee keer erdoorheen te varen (heen en terug). De doorgaande routes zijn gecodeerd met “Vaak”. Er mag namelijk vanuit worden gegaan dat men die routes aangeeft waar men vaak vaart. Omdat “Soms” en “Zelden” volledig onduidelijk zijn, zijn deze intensiviteiten niet meegomen in de tellingen.
Fig. 16: Rondvaartboot (elektrisch) Biesbosch
26
27
In de onderstaande afbeelding zijn de vaarwegen ingetekend die de rondvaartboten gebruiken. De trajecten bevinden zich tussen de knooppunten. De kleur en lijndikte geeft de intensiteit aan, waarbij de dikke rode lijn staat voor meest intensief en de groene lijnen voor meest extensief.
Fig. 17: Intensiteit vaarroutes Rondvaartbedrijven Uit de bovenstaande kaart valt op te maken dat twee trajecten in het gebied “druk” wordt bevaren. De Noorderklip en het Gat van Kampen is een belangrijke vaarroute voor de rondvaartboten. Het woord “druk” staat tussen aanhalingstekens, omdat uiteindelijk vijf bedrijven een route hebben ingetekend. Het is daarom verkeerd om te stellen dat het hier een komen en gaan is van rondvaartboten. De kern zelf wordt weinig gebruikt, terwijl de grotere vaarwegen intensiever worden gebruikt. Op zich ook logisch, gezien de afmetingen van de schepen en daarmee ook hun diepgang. Een kanttekening moet worden gemaakt bij de aan en afvaart van schepen bij de havens van Drimmelen. Op de kaart is te zien dat deze extensief wordt gebruikt. In werkelijkheid is dit vrij intensief, doordat de Zilvermeeuw hier vaart met maar liefst 6 schepen. Ook VOF de Eendenkooi vaart vanuit Drimmelen met twee boten. Doordat de Eendenkooi de enquête niet heeft ingevuld, is de score in de berekening niet hoog, waardoor een beeld ontstaat dat niet geheel klopt. In werkelijkheid worden deze vaarroutes intensiever gebruikt. Rondvaartbedrijven hebben een ontheffing nodig van de provincie Noord-Brabant voor hun boten om te mogen varen in de Biesbosch. Deze ontheffingen worden per boot afgegeven onder bepaalde voorwaarden waaronder de rederijen moeten voldoen. Tevens wordt het vaargebied, dan wel de vaarroutes in deze ontheffing vastgelegd. Op dit moment staan deze ontheffingen ter discussie en zal in de toekomst gaan veranderen met het oog op de zonering. 28
De Verhuurbedrijven Verhuurders van boten in de Biesbosch-regio hebben allemaal hun enquête ingevuld retour gezonden. Deze zijn vrijwel op dezelfde manier verwerkt als de vraaglijsten van de rondvaartbedrijven. De vraagstelling verschilde wel iets van de invulformulieren van de rederijen. Hieronder worden de resultaten nader toegelicht. De Vloot N=6 Boottype
Aantal
Lengte Breedte
Diepgang
Open
?
4.00 –
1,50 –
< 0,40
5,00
2,00
4.00 –
1,50 –
0,40 –
5,00
2,00
0,60
4,00 –
1,50 –
0,60 –
6,00
2,00
0,80
5,00 –
1,50 –
< 0,40
19
6,00
2,00
5,00 –
2,50 –
< 0,40
6
6,00
3,00
6,00 –
1,50 –
0,40 –
6
7,00
2,00
0,60
7,00 –
1,50 –
0,60 –
8,00
2,00
0,80
7,00 –
2,00 –
0,40 –
8,00
2,50
0,60
4,00 –
2,00 –
0,80 -
6,00
2,50
1,00
5,00 –
2,00 –
0,60 –
6,00
2,50
0,80
5,00 –
1,50 –
0,60 –
6,00
2,00
0,80
6,00 –
2,00 -
0,60 –
7,00
2,50
0,80
5,00 –
2,00 –
0,40 –
6,00
2,50
0,60
5,00 –
2,50 –
0,40 –
6,00
3,00
0,60
Motor
26 12 19 6 6 4 1
Totalen
74
Open
4
zeil
BM
C
B
H
19
E
Z
7
12
4 1 62
0
5
0
7
0
0
0
0
0
0
4
Kajuit zeil Totalen
4
Kajuit
1
motor
? 19 ? 6
4 1
17
2
6
Totalen
26
24
2
0
0
0
0
Totaal
104
90
2
5
0
7
0
Aandrijving: BM: Buitenboordmotor C: Conventioneel B: Biobrandstof H: Hybride E: Elektrisch Z: Zonne-energie
Tabel 7: Inventarisatie varende verhuurvloot in de Biesbosch 29
De verhuurbedrijven in de Biesbosch hebben geen kajuitzeilboten in de vloot. Op zich niet vreemd gezien het karakter van het gebied. Daarentegen zijn open motorboten ruim vertegenwoordigd. 7 boten zijn uitgerust met een elektromotor. Daartegenover vaart maar liefst 87% van alle verhuurboten met een buitenboordmotor. De vraag of de verhuurbedrijven met een tweetact of met een viertact motor varen is niet gesteld. Tegenwoordig zijn de huidige viertact motoren stiller, zuiniger en schoner dan de verouderde tweetact modellen. De boten zijn vooral bedoeld voor dagtochten. De lengte van de meeste boten ligt tussen de 4 en 7 meter.
Fig. 18: Verhuurboot van Van Diepstraten Thuishaven N=6 Drimmelen neemt een belangrijke rol in als thuishaven voor zowel de rondvaart- als de verhuurbedrijven. 4 verhuurbedrijven zijn hier gehuisvest met ca. 60 boten. Tevens blijkt dat de spreiding in het gebied beperkter is dan de spreiding van de rederijen. Thuishaven
Aantal
Drimmelen
4
Spieringsluis
1
Dordrecht
1
Tabel 8: Thuishavens
Fig. 19: Spieringsluis
30
Doelgroepen N=6 Bij de verhuurbedrijven is ook gevraagd naar de doelgroepen waar men zich het meest op richt. De verwerking van de gegevens zijn precies hetzelfde als de verwerking bij de rondvaartbedrijven. De resultaten staan hieronder beschreven. Doelgroepen
Meest
%
Minder
%
Minst
%
Groepen
1
4%
0
0%
2
9%
Dagrecreant
6
26%
0
0%
0
0%
Gebiedsgerichte
2
9%
2
9%
0
0%
Natuurzoekers
1
4%
3
13%
1
4%
Actief/sportief
1
4%
3
13%
1
4%
recreant
Tabel 9: Doelgroepen Om de verdeling van de doelgroepen inzichtelijker te maken, is ervoor gekozen om de keuzemogelijkheid van meest tot en met minst per doelgroep met een wegingsfactor te vermenigvuldigen en op te tellen (Meest: x 3/ Minder: x 2/ Minst x 1). Hierdoor ontstaat de taartdiagram hiernaast. Opvallend is dat de verhuurvloot zich voornamelijk richt op dagrecreanten (34%). De rest ligt met 19% gelijk. Het minst richt men zich op groepen.
Grafiek 2: Verdeling doelgroepen Om de verdeling van de doelgroepen inzichtelijker te maken, is ervoor gekozen om de keuzemogelijkheid van meest tot en met minst per doelgroep met een wegingsfactor te vermenigvuldigen en op te tellen (Meest: x 3/ Minder: x 2/ Minst x 1). Hierdoor ontstaat de taartdiagram hiernaast. Opvallend is dat de verhuurvloot zich voornamelijk richt op dagrecreanten (34%). De rest ligt met 19% gelijk. Het minst richt men zich op groepen.
31
Vaarroutes N=6 Om een beeld te krijgen waar de meeste verhuurboten varen is, net als bij de rondvaartbedrijven, gevraagd de meest bevaren routes in te tekenen in een kaart. Omdat de ondernemers van huurboten moeilijk kunnen traceren hoe en waar hun klanten varen, is ook gevraagd of ze een route meegeven. Het blijkt dat alle ondernemers dit doen. Aan de hand daarvan hebben de ondernemers de kaartjes met de knooppunten ingevuld. De verwerking is op dezelfde manier gedaan als bij de rondvaartbedrijven. In onderstaande kaart zijn de resultaten te zien. De rode dikke lijnen geven wederom de intensief bevaren routes aan en de groene lijnen de meest extensieve vaarroutes. Doordat Drimmelen de meeste huurboten heeft is de lijn van en naar Drimmelen rood gekleurd. Dit betekend dat er veel gevaren wordt de Biesbosch in en uit. In tegenstelling tot de rondvaartboten is te zien dat er in de kern intensiever gevaren wordt. De verhuurboten (voornamelijk motorboten) zijn klein en hebben een geringe diepgang, waardoor ze vrijwel overal kunnen komen.
Fig. 20: Intensiteit vaarroutes Rondvaartbedrijven Eerder is al vastgesteld dat de meeste boten voortgedreven worden door een buitenboordmotor. Gezien het feit dat deze boten veel in de kern varen, biedt dit grote kansen voor elektrisch varen. De verhuurvloot komt, gezien de grootte van de boten, nauwelijks op het grotere water. De kern van de Biesbosch is een echte vaarbestemming, waarbinnen men ook daadwerkelijk vaart. Dit in tegenstelling tot de particuliere booteigenaren die de kern zien als bestemming om daar vervolgens aan te leggen en te verblijven.
32
2.3
Huidige oplaadpunten
De Biesbosch heeft op dit moment geen specifieke oplaadpunten voor passanten van elektrisch aangedreven vaartuigen. Wel kan gebruik worden gemaakt van de stroomvoorzieningen op de steigers en aan de kades in de jachthavens.
Fig. 21: spreiding huidige elektrapunten De meeste jachthavens bieden stroompunten al dan niet voorzien van een betaalsysteem. Hierdoor wordt het opladen van accu’s mogelijk gemaakt. Specifieke laadpunten voor passanten zijn niet aanwezig. In de passantenhaven van Geertruidenberg zijn wel vijf oplaadpunten die gebruikt worden voor “Bootje Gezond” en In Hank zijn oplaadpunten gerealiseerd voor het opladen van de accu’s van de fluisterboot. In onderstaande tabel zijn de elektravoorzieningen opgenomen. Locatie
Plaats
Ampèrage
Aantal aansluitingen
WSV Werkendam
Werkendam
10 en 16
Stroom op steigers, niet specifiek
Jachthaven De Steur
Werkendam
10 en 16
Stroom op steigers, niet specifiek
Jachthaven Van Oversteeg
Werkendam
10
Stroom op steigers, niet specifiek
Jachthaven Vissershang
Hank
10
Stroom op steigers, niet specifiek
WSV De Amer
Drimmelen
16
Stroom op steigers, niet specifiek
Jachthaven Crezée
Lage Zwaluwe
10 en 16
Stroom op steigers, niet specifiek
Passantenhaven Geertruidenberg
Geertruidenberg
10
Stroom op steigers, niet specifiek
Tabel 10: Huidige elektrapunten Om het elektrisch varen in de Biesbosch meer te bevorderen kan gesteld worden dat er meer specifieke oplaadpunten gewenst zijn speciaal voor passanten.
33
De vraag of er meer oplaadpunten nodig zijn in de Biesbosch is ook gesteld in de enquête onder de ondernemers. Hieronder staan de uitkomsten van zowel de verhuurals ook de rondvaartbedrijven.
Genoeg punten?
Aantal
Ja
4
Nee
2
Weet niet
2
Tabel 11: Oplaadpunten Vier respondenten geven aan dat er genoeg oplaadpunten zijn. Twee geven aan dat dit niet zo is. Mogelijkerwijs is gekeken naar de huidige vraag naar oplaadpunten. Dit is op dit moment nog minimaal. Ook is het goed mogelijk dat men uit is gegaan van het huidige aanbod van elektrapunten in de jachthavens. Resumé Gesteld kan worden dat de rondvaartvloot goed op weg is richting het duurzaam varen. De helft van de schepen vaart reeds elektrisch al dan niet voorzien van zonneenergie. De verhuurbedrijven varen voornamelijk met een conventionele aandrijving. Hierbinnen zou nog een slag te behalen zijn.
Fig. 22: Lithium accupakket
34
Fig. 23: De prestatie!
In onderstaand schema staan de plannen van bereidheid om over te stappen naar een duurzame aandrijving per ondernemersgroep.
Rondvaartbedrijven
Verhuurbedrijven
Plannen
Aantal
Plannen
Aantal
Heeft plannen
3
Heeft plannen
4
Geen plannen
2
Geen plannen
1
Tot. aantal boten
1
Tot. aantal boten
50
Ja, indien subsidie
3
Ja, indien subsidie
5
Kiest voor
Kiest voor
Ombouw
0
Ombouw
1
Nieuwbouw
1
Nieuwbouw
3
Soort aandrijving bio
Soort aandrijving 0
bio
2
Hybride
1
Hybride
2
Elektrisch
1
Elektrisch
4
zonne-energie
2
Zonne-energie
1
Tabel 12: Plannen naar duurzame aandrijving rondvaartbedrijven en verhuurbedrijven. Er bestaan plannen om over te stappen naar een duurzame aandrijving van de boten. Een subsidie zou de twijfelaars over de drempel kunnen helpen. Indien overgestapt zou worden naar een andere vorm van aandrijven, zal het meest gekozen gaan worden voor elektrisch. Hybride wordt ook een aantal malen genoemd. Het lijkt erop dat de ondernemers graag willen meedenken aan het verduurzamen van de vloot in het algemeen. Ook zijn er plannen over te stappen naar een duurzamere aandrijving. Echter, spelen de hoge aanschafkosten en investeringen een belangrijke rol bij de keuze dit wel of niet te doen.
35
2.4
Toekomstige ontwikkelingen
Een heel belangrijke regionale ontwikkeling die van grote invloed is op het vaarwater is de ontpoldering van de “Nieuwe Noordwaard”. Hierdoor ontstaan nieuwe vaarwegen voor zowel kleine- als de wat grotere vaartuigen. Hier zouden kansen kunnen ontstaan voor het elektrisch varen.
2.4.1 Beschrijving van het project Hieronder volgt het doel en een korte beschrijving van dit omvangrijke project. In de vaarwegenkaart zijn de nieuwe vaarwegen met de vaarzoneringen aangegeven.
Doel Het omvangrijke project Noordwaard is in het leven geroepen in het kader voor het landelijke veiligheidsproject “Ruimte voor de Rivier”. De hoofddoelstelling is veiligheid. Eén van de harde voorwaarden van de ontpolderde Noordwaard, is dat het ervoor moet zorgen dat het water bij Gorinchem met minimaal 30 cm daalt. Om deze doelstelling te kunnen bereiken worden de dijken van Werkendam tot nabij Spieringsluis verlaagd, waardoor er instroomopeningen ontstaan. Via nieuw af te graven kreken kan het overtollige water richting zee stromen. Het project moet in 2015 zijn afgerond.
Fig. 20: Intensiteit vaarroutes Rondvaartbedrijven
36
Gevolgen Na de realisatie van het gehele project, ontstaat het oude beeld van de Biesbosch zoals het ooit was: een doolhof van kreken en stromen. Het gevolg hiervan is dat ondermeer kansen ontstaan voor de ontwikkeling van natuur en recreatie. Met name de waterrecreatie krijgt hierdoor een impuls.
Beschrijving Langs de Bandijk komen waterinlaten het gebied in. Deze dienen straks om het surplus aan water snel te kunnen afvoeren richting de zee. Een aantal bestaande kreken (waar nu niet kan of mag worden gevaren) wordt verbreed en aangetakt via nieuw te graven doorgangen aan andere bestaande watergangen. Zo zal het Boomgat en Gat van den Zalm worden verbonden met een kreek naar Werkendam. De Bevert zal ook op deze route worden aangesloten. Door middel van verschillende hoogten in bruggen wordt er een zonering toegepast. Zie de onderstaande waterkaart van de Nieuwe Noordwaard. Het Projectburau maakt onderscheidt tussen: • In oranje aangegeven: Kano’s, roeiboten en fluisterboten (kans elektrisch varen); • In geel aangegeven: Kleine motorboten geschikt tot een hoogte tot 1,75 meter doorvaart vanaf de waterlijn. (kans elektrisch varen); • In groen aangegeven: Grotere motorboten geschikt tot een hoogte tot 2,75 meter doorvaart vanaf de waterlijn (kans elektrisch varen); • In lichtblauw aangegeven: Staande mastroute. (kans elektrisch varen, maar is reeds aanwezig). • In rood aangegeven: Verboden toegang.
Polder Jantjesplaat en Catharinapolder Deze twee polders staan ook voor een belangrijke verandering. Hier is tevens sprake van een toekomstige ontpoldering. Het Projectbureau Noordwaard heeft deze twee locaties tot nu toe bestempeld als zoekgebied voor kano’s. Wellicht zou hieraan elektrisch varen kunnen worden toegevoegd. Reden te meer om op termijn passanten op te kunnen vangen vanuit Dordrecht (zie ook rapport: “Aanlegregeling in de Biesbosch (2010): BWZ Ingenieurs/Dynautique). Een definitief ontwerp voor deze gebieden is nog niet voorhanden.
37
3
Verkenningen
Fig. 25: Logo Seff In dit hoofdstuk zijn een aantal verkenningen gedaan ten behoeve van het elektrisch varen. Om lering te trekken vanuit andere gebieden, is contact gezocht met de beheerders om erachter te komen hoe men het elektrisch varen heeft geïntroduceerd en hoe deze gebieden het elektrisch varen bevorderen. Ook is een verkenning uitgevoerd naar subsidiemogelijkheden. Tenslotte is gekeken naar de mogelijkheden op de markt voor wat betreft de oplaadpunten. Ook is gekeken naar de mogelijke locaties voor deze oplaadpunten gerealiseerd zouden moeten worden. Gelijk hiermee is ook bekeken welke huidige vaarroutes in het gebied mogelijkerwijs kan worden afgesloten voor vaartuigen met een verbrandingsmotor.
3.1
Andere gebieden
Een aantal gebieden in Nederland zijn al heel ver als het gaat om elektrisch varen. Friesland mag gezien worden als koploper op dit gebied. Maar ook Overijssel (Weerribben) is in een ver gevorderd stadium als het gaat om elektrisch varen. In dit hoofdstuk wordt onderzocht hoe deze gebieden in de afgelopen jaren het elektrisch varen verder bevorderd hebben en welke projecten nog lopen. De volgende gebieden zijn verkend: • Friesland; • Overijssel; • Nieuwkoopse plassen.
38
Fig. 26: Voorbeeld van Goede PR Bron: website SEFF Friesland Provincie Fryslân is erg ver als het om duurzaam varen gaat. Hun ambitieniveau om de vaargebieden “schoon” te maken ligt erg hoog. De provincie heeft zich tot doel gesteld om in 2015 3.000 schepen duurzaam te laten varen door middel van subsidies te verstrekken bij aankoop of ombouw van een conventioneel aangedreven vaartuig naar een elektrisch of hybride aangedreven vaartuig. Inmiddels zijn ca. 100 schepen van particulieren en ondernemers elektrisch aangekocht of omgebouwd. Organisatie De provincie heeft via het projectbureau “Friese Merenproject” op 4 november 2008 de Stifting Elektrysk Farre Fryslân (SEFF) opgericht. Deze stichting moet gezien worden als “uitvoerder” ten behoeve van het bevorderen van het elektrisch varen binnen de provincie. Deze stichting zet zich in voor PR en voorlichting, treedt op als lobbyist tussen overheden, brancheverenigingen en andere belanghebbenden. Een andere taak is het toezien op de subsidieverstrekking. SEFF controleert of de subsidie-aanvrager voldoet aan vooraf vastgestelde criteria. Op het moment is SEFF bezig om samen met HISWA-vereniging een Europese normering vast te leggen die voorschrijft op welke wijze een boot moet worden “geëlektrificeerd” of worden gehybridiseerd. Subsidie kan dan alleen nog maar worden verleend aan gecertificeerd bedirjven. Aankomende winter starten in alle de eerste cursusdagen.
39
Subsidie Vanaf 2009 konden particuliere booteigenaren subsidie krijgen voor het ombouwen van een conventionele aandrijving naar een duurzame. De hoogte van de subsidie was onder andere afhankelijk van de keuze van de aandrijving. Het hoogste bedrag dat verleend werd was op een elektrische aandrijving en het minst kreeg men wanneer men ging overstappen op biobrandstof. De subsidies zijn alleen verkrijgbaar bij een bepaalde normeringen die gesteld zijn voor het ombouwen naar een duurzame aandrijving. Deze subsidie heeft echter haar plafond bereikt en kan niet meer worden aangevraagd. Vanaf 20 april 2011 verstrekt provincie Fryslân wederom een subsidie als stimulans schoner te gaan varen en het aantal oplaadpunten te vergroten (gestreefd wordt 200 oplaadpunten in de provincie extra aan te leggen) . Deze subsidie is gericht op: • Elektrificeren/hybridiseren boten van verhuurbedrijven (looptijd tot en met 30 juni 2013, plafond: € 90.000,-); • Verbeteren van de oplaadinfrastructuur door middel van subsidieverstrek king aan jachthavens, liggend aan Fries water, die investeren in oplaadpun ten. Deze oplaadpunten moeten minimaal drie aansluitpunten hebben van 230V/16 amp. en minimaal één krachtstroompunt van 400V/25 amp. (looptijd tot en met 30 juni 2013, plafond: € 90.000,-). Overige info • Provincie Fryslân heeft ingezien dat de stimulering van het elektrische varen niet alleen goed is voor de omgeving en voor het milieu, maar ook dat het de werkgelegenheid heeft bevorderd. Kortom: naast een milieuvriendelijke sprong is gebleken dat de locale economie er ook heeft meegeprofiteerd. Ecorys is op dit moment in opdracht van de provincie aan het onderzoeken in hoeverre het de regionale economie heeft versterkt; • Exacte gegevens van het aantal duurzaam aangedreven boten ontbreken nog. Op dit moment worden metingen gedaan om meer informatie te verkrij gen over aantallen; • Er is een samenwerkingsverband in het leven geroepen onder de naam “Drive 4 Electric (www.drive4electric.nl)”. Het is een samenwerkingsverband tussen o Alliander; o Energy Valley; o Essent; o Gemeente Leeuwarden; o Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (NHL); o Noordelijke Ontwikkelings Maatschappij (NOM); o Provincie Fryslân; o Stifting Elektrysk Farre Fryslân (SEFF). Drive 4 Electric is een projectbureau van de provincie en stelt zich tot doel al het vervoer meer te verduurzamen. Hierbij valt te denken aan meer spreiding en uitbreiding van oplaadpunten voor fietsers, scooters, boten en auto’s. Het blijkt in een praktische samenwerking te zijn, waarin veel doelstellingen worden bereikt.
Overijssel Het elektrisch varen is in de jaren 80 al ontstaan om precies te zijn in Giethoorn. De verhuurvloot van toen voer door de smalle kanaaltjes met een buitenboordmotor. Omdat de vloot steeds groter werd, ontstond hiermee meer overlast. De gemeente heeft toen samen met de ondernemers de schouders eronder gezet om de vloot te voorzien van een elektrische buitenboordmotor. De afgelopen jaren wordt het elektrisch varen steeds meer een begrip in dit gebied.
40
Fig. 27: Rondvaart in Overijssel Bron: www.fluisterbootje-huren.nl Organisatie Het duurzaam varen wordt in Overijssel “aangejaagd” door de “Stuurgroep Steenwijkerland”. In deze werkgroep zit onder andere de provincie, staatsbosbeheer, Nationaal Park, Wieden Weerribben en gemeenten. De Stuurgroep houdt zich onder andere bezig met het verkrijgen van mogelijke subsidies en het verbeteren van de recreatieve infrastructuur. Zo wil men een elektrische watertaxi in gaan zetten om een fietsverbinding mogelijk te maken. De boot wordt ontworpen door “Van Vossen Engineering” uit Giethoorn. De investering hiervoor komt voor rekening van de provincie. Op dit moment wordt ingezet op het ombouwen van de rondvaartboten die nu nog worden aangedreven met een verbrandingsmotor. Het blijkt dat de passagiers een elektrische rondvaartboot prefereren boven een rondvaartboot, aangedreven op fossiele brandstof. Het mes lijkt zich dus te snijden aan beide kanten. Subsidie Vanaf 2010 is subsidie vrijgegeven van ca. 8,7 miljoen. Indien een rondvaartondernemer investeert in een elektrische aandrijving kan hij of zij rekenen op een subsidie van rond 80% van de investering. Overige info • Het bevorderen van elektrisch varen in deze regio gebeurd met name door privaatpubliekelijke initiatieven. Dit blijkt vruchtbare resultaten op te leveren. • Op dit moment is men bezig met een uniek concept: de “Bootlodge”. Dit is een varende woonark voorzien van alle comfort en uiteraard elektrisch aangedreven. Straks wordt het mogelijk om alleen met een Bootlodge gebieden te betreden waar andere schepen niet mogen komen. De beleving van het gebied speelt hier de belangrijkste rol.
41
Nieuwkoopse plassen Sinds 1997 is Nieuwkoop bezig met elektrisch varen. Om te mogen varen op de Nieuwkoopse plassen is een vergunning nodig. Na zonsondergang mag er niet meer gevaren worden om verstoring te voorkomen. Sommige delen zijn nog opengesteld voor gemotoriseerd vaarverkeer, echter met vergunning. Het grootste deel is enkel bevaarbaar met kano, roeiboot of fluisterboot.
Fig. 28: Elektrische rondvaartboot Nieuwkoopse plassen Bron: www.gebroederstatje.nl Organisatie De Nieuwkoopse plassen is grotendeels in het beheer van Natuurmonumenten. Subsidie Er is geen subsidie beschikbaar Overige info • Door zonering en het simpelweg afsluiten van bepaalde gebieden is het elektrisch varen meer een “must” geworden om hier te mogen varen. Gemotoriseerde vaartuigen hebben daardoor zeer beperkte vaarmogelijkheden. Resumé Over het algemeen kan gesteld worden dat elektrisch varen “hot” aan het worden is. Brandstof wordt steeds duurder en het blijkt dat veel booteigenaren die zijn overgestapt naar een hybride/elektrische aandrijving niet anders meer willen. De beleving van het varen wordt groter en men kan meer genieten van de rust om zich heen. Door verbetering van de installaties, het krachtiger worden van de motoren en het vergroten van de actieradius ziet men voordelen en stapt men steeds meer over op elektrisch/hybride varen. Navraag bij een aantal leveranciers van hybride motoren bevestigde deze toename. Het aandeel van elektrisch varen op sommige botenbeurzen wordt steeds groter. De markt komt met prachtige sloepen en hybride boten. Naast het “genot” van elektrisch varen voor de gebruikers, blijkt dat door de toename van het aantal booteigenaren dat overstapt op duurzaam varen de regionale werkgelegenheid te bevorderen. Vooral in Friesland en Overijssel merkt men een versterking van de regionale economie. Het lijkt erop dat het mes aan alle kanten snijdt: kwaliteit van het milieu wordt beter, beleving wordt groter en er worden arbeidsplaatsen gecreëerd. Wonen aan het water met een sloep of hybride boot is hot. Ook speelt de vergrijzing een rol in de omschakeling van bijvoorbeeld het hebben van een zeilboot naar een hybride boot vanwege de rust tijdens het varen. De Greenline Hybrid is hier een mooi voorbeeld van.
42
Om dit allemaal te kunnen bereiken is samenwerking, een grote lobby met overheden, goede communicatie en promotie zeer belangrijk voor het behalen van doelstellingen als het gaat om het bevorderen van elektrisch varen.
3.2
Subsidiemogelijkheden en andere bevorderende maatregelen
Subsidies kunnen helpen bij het bevorderen van duurzaam varen. Hierbij kan gedacht worden aan een subsidie voor het ombouwen van een conventionele aandrijving naar Hybride of de nieuwbouw/aanschaf van een elektrische aandrijving al dan niet voorzien van zonnepannelen. De investeringen zijn vaak aan de hoge kant, onder andere door de kostbare accupakketten. Er is navraag gedaan bij de provincies ZuidHolland en Noord-Brabant om te kijken naar subsidiemogelijkheden omtrent het bevorderen van duurzaam varen. Een speciale subsidiepot is hiervoor niet beschikbaar.
Fig. 29: Elektrische aandrijving van Mastervolt Bron: www.mastervolt.nl
Tevens is contact gezocht met Stichting Elektrisch Varen (SEV), Stifting Elektrysk Farre Fryslân (SEFF) en HISWA-vereniging. In 2010 hebben deze partijen een convenant getekend om het elektrisch varen verder te professionaliseren. Enerzijds wordt er gewerkt aan een Europese normering voor het ombouwen van een conventionele aandrijving naar een duurzame. Bedrijven kunnen op deze wijze gecertificeerd worden. Anderzijds wordt gewerkt aan een landelijke subsidie om het elektrisch varen te bevorderen. Het mag duidelijk zijn, dat de eerdergenoemde certificering nodig is voor het verkrijgen van subsidies.
43
De opleidingen voor de normering starten deze winter al. HISWA-vereniging is bezig met een lobby voor het verkrijgen van subsidies. De status hiervan is op dit moment nog onbekend. Ook kunnen andere maatregelen worden genomen ter bevordering van het duurzaam varen. Hierbij valt te denken aan de volgende mogelijke maatregelen: • Verlaging van liggelden: Indien men duurzaam in de haven ligt of verblijft, zou de haven een korting kunnen verlenen op het liggeld of het passanten geld. Om dit te organiseren dient er wel een overleg plaats te vinden met de havens in de Biesbosch-regio. Indien in de toekomst geld wordt gevraagd om in de Biesbosch te verblijven (thans gratis), kan dit ook als “tool’ gebruikt worden in de vorm van een korting om het duurzaam varen te bevorderen; • “VIP-gevoel” creëren: Door bepaalde kreken alleen toegankelijk te maken voor met spierkracht voortbewogen vaartuigen en vaartuigen met een elek trische voortstuwing kan een “VIP-gevoel” ontstaan bij de booteigenaar (of huurder): alleen zij mogen gebruik maken van die desbetreffende kreek doordat ze beschikken over een elektrisch voortbewogen aandrijving. Dit bevordert tevens de beleving van het gebied en past goed in de zoneringge dachte; • In het verlengde van het “VIP-gevoel” zou het ook goed mogelijk kunnen zijn aanlegplaatsen meer in het gebied speciaal te reserveren voor elektrisch aangedreven boten. Dit zou heel goed kunnen in combinatie met een oplaadpunt. Het is zeer waarschijnlijk dat het invoeren en bevorderen van elektrisch varen een domino-effect teweeg kan brengen. Als een bepaalde groep elektrisch gaat varen, kan dat “aanstekelijk” gaan werken op anderen. Dit zelfde geval is gebleken bij de verkenningen in andere gebieden. Daarom zou het verstandig zijn eerst te richten op de ondernemers van de verhuurbedrijven en de rederijen van rondvaarten. Zodra deze groep grotendeels duurzaam vaart, zouden de pijlen meer gericht kunnen worden op de particuliere booteigenaren. Hierbij valt te denken aan bijvoorbeeld demodagen, waarbij proefvaarten worden gemaakt met hybride en elektrisch aangedreven vaartuigen.
44
3.3
Organisatie en communicatie
Om het duurzaam varen in de Biesbosch verder te ontwikkelen zal er een commissie moeten komen om de bevordering van het duurzaam varen als het ware gaat “aanjagen”. Keyword hierbij is communicatie. Deze communicatie zal moeten gaan plaatsvinden op verschillende niveaus. In de eerste plaats zal een lobby nodig zijn richting en tussen overheden. Daarnaast zal de communicatie met diverse instanties, zoals SEFF, Platform Elektrisch Varen en HISWA, noodzakelijk zijn. In tweede plaats is de communicatie richting de eindgebruikers en aanbieders in de watersportsector zeer belangrijk. Deze kunnen bestaan uit: • Particuliere booteigenaren; • Boot verhuurbedrijven; • Rondvaartbedrijven; • Jachthavens; • Jachtwerven. In de verkende gebieden is gebleken dat het initiatief voor de bevordering van het duurzaam (stil) varen voornamelijk is gekomen vanuit de provincie van het desbetreffende vaarwater. Dit verschilt in deze voor de Biesbosch omdat de Biesbosch onder twee verschillende provincies valt. Dit zou in een later stadium problemen kunnen opleveren voor bijvoorbeeld het verstrekken van eventuele subsidies. Het is daarom belangrijk om te kijken naar een samenwerkingsverband tussen de provincie Noord-Brabant en Zuid-Holland met het oog op het duurzaam varen. Om dit te kunnen stroomlijnen wordt gedacht een gedegen organisatiestructuur op te zetten met een werkgroep dat fungeert als “aanjager” voor het bevorderen van duurzaam varen in beide provincies met de Biesbosch als proeftuin. In overleg met het bedrijf “IJprom”, dat gespecialiseerd is in PR en marketingcommunicatie is een organisatiestructuur met opgezet. Dit schema volgt hierna. Opzet Er dient een stuurgroep te worden opgezet dat bestaat uit een gedeputeerde van provincie Zuid-Holland en Noord-Brabant. Daarnaast een vertegenwoordiging van de diverse gemeenten in de regio. Wenselijk hierbij is dat deze vertegenwoordiging bestaat uit een wethouder of een burgemeester. Het mag uiteraard bestaan uit meer, maar voorkomen moet worden dat deze groep te groot gaat worden en daardoor slagvaardigheid verliest. De Stuurgroep wordt ook vertegenwoordigd door deelname van het Waterschap, Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en niet te vergeten het Parkschap Nationaal Park de Biesbosch. De kerntaken van deze groep is het samenstellen en formuleren van duidelijke doelstellingen met een planning. Wat moet er bereikt worden binnen welke periode. Daarnaast bewaakt de Stuurgroep de financiële gang van zaken. De stuurgroep stuurt de “Werkgroep” aan. Deze werkgroep moet dè aanjager van het geheel worden. Is een uitvoerende instantie en kan bestaan uit de volgende leden: • Ambtenaren van deelnemende gemeenten of een vertegenwoordiging van deze gemeenten (dat laatste verdiend de aanbeveling); • Netwerkbeheerder; • Vertegenwoordiging van de Watersportfederatie; • Vertegenwoordiging vanuit andere belangengroepen; • Een externe partij.
Er is gekozen om een externe partij erin te betrekken om een “helicopterview” te houden en ervoor te zorgen dat er een “neutrale partij” aanwezig is. Ook is deze partij “sturend” binnen de werkgroep. De werkgroep gaat zich onder andere bezighouden met het opstellen van een gedegen actieplan met planning, maakt een communicatieplan, verzorgd de PR en promotie (website) en is verantwoordelijk voor de interne communicatie.
45
De externe communicatie zal voornamelijk gedaan worden door de externe partij. Deze externe communicatie is onder andere gericht op: • Overheden o Rijk; o Provincie: o Gemeenten. o Europa (verkrijgen van mogelijke subsidies). • Belanghebbenden o Watersportfederatie; o Watersportondernemers/branche; o Particuliere booteigenaren. • Overige organisaties o SEFF; o SEV; o HISWA- vereniging; o ANWB; o SRN. Het bovenstaande is schematisch weergegeven op de volgende bladzijde. De wijze van communiceren zal afhankelijk zijn de beoogde ontvanger(s). Zo is een website onontbeerlijk en zal er veel gecommuniceerd moeten worden middels (digitale) nieuwsbrieven. Ook “Twitterberichten” zullen verstuurd moeten worden. Voor de promotie van het duurzaam varen moet gedacht worden aan deelname aan botenbeurzen (Hiswa, Hiswa te Water, Boot Düsseldorf, Holland Bootshow). Demonstratiedagen in- en rondom de Biesbosch behoort tot één van de vele mogelijkheden. Belangrijkste boodschappen die overgebracht dienen te worden is dat Evaren tegenwoordig niet saai meer is maar “hot” en dat het positieve bijverschijnselen kent: • Verbetering regionale economie; • Grotere beleving van het gebied, het wordt stiller en schoner; • Door steeds stijgende brandstofprijzen kan elektrisch/hybride varen een goed alternatief bieden.
46
Schema 1: organisatieschema ten behoeve van bevordering duurzaam varen in de Biesbosch
47
3.4
Oplaadstations, locaties en vaarwegen
Om elektrisch varen mogelijk te maken in de Biesbosch, zullen een aantal voorzieningen getroffen moeten worden. Hierbij valt te denken aan oplaadpunten met eventuele (nieuwe) aanlegvoorzieningen. Er is een initiatief uitgesproken vanuit het Parkschap om eind 2011 al een aantal oplaadpunten te plaatsen. In dit hoofdstuk wordt bekeken wat voor soort oplaadpunten dit zouden moeten zijn en waar deze zuilen geplaatst zouden moeten worden. Deze locaties worden bij het werkgroepoverleg gepresenteerd. Het doel is om na afloop van dit overleg definitieve locaties te kiezen.
3.4.1 Verkenning oplaadstations Oplaadstations, veelal in de vorm van een zuil en voorzien van een aantal CEE contactdozen, zijn in vele maten en soorten verkrijgbaar. Ook de ampèrages van de oplaadpunten kunnen verschillen en zijn afhankelijk van het soort gebruik. De keuze voor een bepaald oplaadstation is onder andere sterk afhankelijk van: • Soort gebruikers; • Aanwezigheid nutsvoorzieningen. • Aantal gebruikers; • Gewenste laadsnelheid; • Wijze van betalen; • Mate van “hufterproof”; • Locatie waar het punt staat; • Wijze van beheer.
Fig. 30: Oplaadpunt voor fietsen Bron: www.solarvlinder.nl / www.tilburgers.nl
48
Het elektrisch varen is sterk in opkomst. Niet alleen in Nederland, maar ook in het buitenland. Zo kent Duitsland al een groot aantal vaarwegen waar niet meer gevaren mag worden met een verbrandingsmotor. De techniek wordt steeds beter en daarmee worden de prestaties van de elektromotoren en accu’s steeds beter. Gezien de landelijke trend van steeds groter wordende boten met meer comfort, spelen de werven van elektrische boten hier ook op in: motoren worden sterker, actieradius groter en prestaties beter. Twee mooie voorbeelden van dergelijke schepen zijn de “Greenline 33 Hybrid” (winnaar HISWA motorboot van 2010) en de “Excellent 1200/Hybride” van Excellent Yachts. Deze schepen kunnen zowel op diesel als ook elektrisch varen. Elektrisch behaald de “Excellent 1200/Hybride” met haar 10 ton waterverplaatsing al 8 knopen!
49
De Biesbosch volgt de landelijke trend van steeds groter wordende schepen met meer comfort aan boord. Indien de bezoekers van de Biesbosch gaan overstappen naar een duurzame manier van varen, zullen de voorzieningen hierop moeten worden aangepast. Dit heeft ondermeer tot gevolg dat bijvoorbeeld de oplaadstations met minimaal 16 ampère afgezekerd moeten worden.
Fig. 31: Excellent 1200/Hybrid in actie op zee Bron: website Excellent Yachts
Fig. 32: Elektrisch varen op de HISWA te water 2011
50
Een andere afweging voor de keuze van het soort oplaadpunt is de wijze van betaling voor het gebruik. Tegenwoordig zijn er legio aan mogelijkheden: • Muntsysteem dmv muntproever (gevoelig voor vandalisme/diefstal); • Betaling per mobiele telefoon; • Elektronische betaling op rekening; • Zogenaamde Sep-key betalingen. De keuze voor de wijze van betaling en daarmee de keuze voor het soort oplaadpunt is afhankelijk van de locatie en de wijze van het beheer over de oplaadpunten. Nadat de locaties definitief gekozen zijn en daarmee ook het beheer, zal een definitieve keuze worden gemaakt van het soort oplaadpunt. Deze stap zal worden genomen binnen de Planfase, het tweede deel van dit project. Hieronder staan twee oplaadzuilen van de firma “Seysener”. Beide zijn in aluminium uitgevoerd. De linkerzuil heeft een betalingssysteem, waarbij de gebruiker later een rekening krijgt thuisgestuurd.
Fig. 33: Twee verschillende oplaadzuilen
De rechterzuil heeft een muntbetaalsysteem, voorzien van drie 230V aansluitingen en één krachtsstroom aansluiting (380V). Ze staan beide op een betonnen sokkel in de bodem verankerd.
51
3.4.2 Verkenning Locaties Zoals eerder is vastgesteld zijn er ruime mogelijkheden om accu’s te laden door middel van de elektrapunten in de jachthavens. Echter, gezien de toekomstige ontwikkelingen, zullen deze elektrapunten niet toereikend zijn. Het is daarom wenselijk een aantal specifieke oplaadpunten te realiseren in het gebied. Uit de werkgroepbijeenkomst is gebleken dat de leden het liefst oplaadpunten wil zien meer het gebied in. Het is een meerwaarde als de gebruiker ergens in het gebied kan overnachten en tegelijkertijd kan opladen. Uit het huidige gebruik van de vaarwegen blijkt dat de kern van het gebied het meest gebruikt wordt door particuliere booteigenaren en de verhuurders van boten. De rondvaartbedrijven varen het meest in de randen van het gebied. Hieruit zou geconcludeerd kunnen worden dat er oplaadpunten dienen te komen rond de kern van het gebied in combinatie met een mogelijkheid om aan te kunnen leggen. Om de rondvaartbedrijven te kunnen voorzien, is het raadzaam oplaadpunten (voorzien van krachtstroom) te realiseren bij de thuishavens. Het mag duidelijk zijn, dat dit pas gaat spelen op het moment dat de rederijen over gaan stappen naar elektrisch varen. Met de informatie van de resultaten uit de werkgroepbijeenkomst is samen met Staatsbosbeheer gekeken naar de mogelijke locaties voor oplaadpunten. Tegelijkertijd is onderzocht welke vaarwegen op termijn gesloten zouden moeten worden voor vaartuigen met een verbrandingsmotor. In het onderstaande kaartje zijn de locaties en de vaarwegen grafisch weergegeven
Fig. 20: Intensiteit vaarroutes Rondvaartbedrijven
52
De volgende locaties zouden geschikt kunnen zijn om te voorzien van een oplaadpunt:
Biesbosch centrum Op het moment wordt al elektrisch gevaren vanuit het Biesbosch centrum. De laadpunten die reeds aanwezig zijn, zijn voor “eigen” gebruik en niet toegankelijk voor passanten. Een oplaadpunt zou hier heel goed passen. Voorkeur gaan uit naar de aanlegplaatsen nabij het centrum aan het Moldiep. Nutsvoorzieningen zijn in de buurt aanwezig, vanwege de laadpunten voor de aanwezige rondvaart- en elktroboten
Spieringsluis Deze locatie is als het ware “de ingang” van de Biesbosch vanuit Dordrecht. Hier zijn aanlegplaatsen aanwezig en nutsvoorzieningen. Daarnaast zijn andere faciliteiten aanwezig zoals horeca. Het is daardoor een aantrekkelijke locatie om tijdens het laden te verblijven. De jachthaven heeft hier ook elektra op de steigers tot 10 ampère, maar ter bevordering van het elektrisch varen (en eventuele toekomstige subsidies) is het aan te raden hier een oplaadpunt te realiseren.
Biesbosch museum Het mes zou hier aan beide kanten kunnen snijden: er is een aanlegvoorziening aanwezig voor pleziervaart (max. Drie uur) en een aanlegvoorziening de rondvaartboot. Indien de drie-uursregeling zou worden afgeschaft, ontstaat de mogelijkheid hier te laden, te verblijven en een bezoek te brengen aan het museum. Nutsvoorzieningen zijn hier ruim aanwezig. Tevens is hier een oplaadpunt voor elektrische fietsen.
Polder Visplaat Er zou een mogelijkheid zijn een oplaadpunt te realiseren bij de boerderij van de familie Saarloos op de Polder Visplaat. Hier is het echter wel noodzakelijk aanlegvoorzieningen te realiseren. Nutsvoorzieningen zijn wel aanwezig. Dit is een heel goede locatie met het oog op de zonering en beleving.
Jeppegat Het Jeppegat komt in eigendom van Staatsbosbeheer. Hier worden circa 70 ligplaatsen gerealiseerd. Staatsbosbeheer zoekt een exploitant om deze ligplaatsen te beheren. Nutsvoorzieningen zijn aanwezig en gezien de locatie past het geheel binnen de zoneringgedachte. Deze locatie ligt op het grondgebied van Werkendam.
Moordplaat Op de Moordplaat is een agrariër gevestigd die ook kleinschalig verblijf aanbiedt. Ook zijn hier nutsvoorzieningen aanwezig. Wat hier nog ontbreekt zijn aanmeerfaciliteiten. Deze locatie ligt op het grondgebied van Werkendam.
53
Aakvlaai Tijdens de werkgroepbijeenkomst ontstond een discussie over het plaatsen van een oplaadpunt in de Aakvlaai. Enerzijds is het logisch hier een oplaadpunt te realiseren vanwege het huidige intensieve gebruik. Anderzijds komen hier veel schepen met verbrandingsmotoren, waardoor de beleving van het elektrisch varen hier in het geding is. Omdat hier nog geen overeenstemming over is, is deze locatie niet opgenomen in bovenstaande kaart.
3.4.3 Verkenning vaarroutes elektrisch varen Samen met Staatsbosbeheer is onderzocht welke vaarwegen (kreken) geschikt zijn speciaal voor elektrisch varen (en met spierkracht voortbewogen vaartuigen). Hierbij is rekening gehouden met de zoneringgedachte, beleving en toegankelijkheid. Ook is gekeken naar eventuele aanlegmogelijkheden. De volgende kreken en sloten zijn hieruit gekomen:
Keesje Killeke Deze vaart loopt noordelijk van de Gijster. Het is er vrij smal en bevindt zich in de kern van het gebied. De beleving van de Biesbosch is hier zeer hoog. Gezien de zoneringgedachte zou deze kreek zich perfect lenen om uiteindelijk gemotoriseerde vaartuigen te weren. Een mogelijkheid hier te mogen overnachten met een elektrisch aangedreven vaartuig zou deze beleving een extra dimensie kunnen geven (VIP-gevoel).
Buiten Kooigat Hiervoor geldt in feite hetzelfde als voor het “Keesje Killeke”. Het biedt een mooi gelegenheid om “binnendoor” het gebied te doorkruisen. Het Buiten Kooigat is alleen bevaarbaar bij hoog water. De bevaarbaarheid van deze kreek zou ergens bekend moeten worden gemaakt middels een kaart of getijdentabel.
Palingsloot Deze sloot is erg smal en loopt vrij dicht langs de kern van het gebied. De beleving van de Biesbosch in van deze vaarweg is groot. Het wordt nu veel bevaren door gemotoriseerd verkeer, hetgeen niet wenselijk is gezien de zonering. Het is raadzaam deze route open te stellen voor alleen elektrisch aangedreven en met spierkracht voortbewogen vaartuigen.
Nauw van Paulus Nu is deze enkel toegankelijk voor kano’s. Elektrisch varen zou hier zeer goed in passen. De kreek is wel smal en ondiep. In de Nauw van Paulus zou ook een aanlegvoorziening met een laadpunt gerealiseerd kunnen worden.
54
55
4
Conclusies en aanbevelingen
In dit laatste hoofdstuk zal naar aanleiding van het voorgaande conclusies worden gemaakt. Uit deze conclusies volgen de aanbevelingen die weer belangrijk zijn voor het vervolgtraject, de planfase. Er is voor gekozen de conclusies en aanbevelingen puntsgewijs, kort en bondig weer te geven.
Conclusies Biesbosch als vaargebied • Gezien het waterrijke karakter van de Biesbosch met vrij rustig water in het gebied, leent de Biesbosch zich uitstekend voor elektrisch varen. • De Biesbosch mag gezien worden als een vaarbestemming. Men verblijft er meestal tussen één dag en drie dagen. • De meeste passanten zijn afkomstig uit Dordrecht en Drimmelen.
Zonering • Het elektrisch varen past zeer goed het zoneringplan: intensief gebruik in de randen en extensief gebruik in de natuurkern. • Mede ter bevordering van het elektrisch varen (VIP-gevoel) en het creëren van rust in de kern bestaat de wens om een aantal kreken alleen toegankelijk te maken voor boten die met spierkracht worden voortbewogen.
56
Huidig gebruik • Merendeel dat er vaart, vaart in een (kajuit)motorboot. • De rondvaartbedrijven varen het meest in de randen van het gebied, terwijl de verhuurbedrijven hun boten meer in de kern hebben varen. • Particuliere booteigenaren komen ook in de kern, maar qua varen zit men meer aan de randen van het gebied. • Momenteel zijn in het gebied zeven rederijen actief met in totaal 17 schepen, variërend van 12 tot 38 meter. In totaal kunnen zo ca. 2.000 passagiers vervoeren. Zeven schepen varen inmiddels duur zaam. • Elke plaats in de Biesbosch heeft een rederij, waarbij Drimmelen het grootste aanbod heeft van in totaal acht schepen. • De rondvaartbedrijven richten zich met name op groepen, dagrecreanten en gebiedsgerichte recreanten (laatste is een belangrijke groep als het om elektrisch varen gaat). • In totaal zijn acht verhuurbedrijven actief die vooral kleinere motorboten in de verhuur hebben. 87% wordt aangedreven met een buitenboordmotor. • Ook heeft Drimmelen het grootste aanbod met vier verhuurbedrijven. • De verhuurbedrijven richten zicht het meeste op de dagrecreant en het minst op groepen.
57
Oplaadpunten • Door ontbreken van gegevens is niet duidelijk hoeveel schepen van parti culieren reeds in de Biesbosch varen. Daardoor is de vraag naar oplaadstati ons nog onbekend. • In de jachthavens zijn overal elektrapunten aanwezig, variërend van 6 tot 16 ampère. Hier heeft men de mogelijkheid om accu’s te laden. Specifieke oplaadpunten kent de Biesbosch-regio niet, op Hank en Geertruidenberg na. Deze oplaadpunten zijn echter in gebruik door een rond vaartrederij en een bedrijf dat elektrische boten verhuurd. Voor passanten zijn er nog geen voorzieningen. • Met de zonering in gedachte en kijkend naar het huidige gebruik van de vaar wegen zijn een zestal locaties geschikt om een oplaadpunt te realiseren. • De Aakvlaai als oplaadlocatie geeft nog discussie: enerzijds wordt de Aakvlaai druk bezocht waardoor het interessant zou zijn dit aan te merken als mogelij ke locatie voor een oplaadpunt. Anderzijds komt juist door die drukte de beleving van het elektrische varen in gevaar. De discussie moet nog verder gevoerd worden voordat er een definitieve keuze kan worden gemaakt. • Door ontbreken van gegevens is niet duidelijk hoeveel schepen van parti culieren reeds in de Biesbosch varen. Daardoor is de vraag naar oplaadstati ons nog onbekend. • De meeste bedrijven zijn van mening dat er genoeg oplaadpunten zijn in het gebied. Waarschijnlijk zit de afweging in het feit dat men heeft gekeken naar de huidige vraag en/of naar het feit dat men de elektravoorziening in de meeste havens gerekend heeft als oplaadpunten.
Subsidies • De Biesbosch valt onder Zuid-Holland en Noord-Brabant. Uit navraag is gebleken dat er geen subsidies bestaan voor het verduurzamen van de recreatievloot. Hiervoor zal flink gelobbyd moeten worden met de overheden. • Het SEFF, SEV en HISWA hebben een convenant getekend om een landelijke normering vast te stellen voor het certificeren van bedrijven die zich bezig houden met het ombouwen van de conventionele naar een duurzame aan drijving. In het verlengde hiervan is men bezig met een lobby voor landelijke subsidies ten einde het duurzaam varen verder te bevorderen. De huidige normering in Friesland zal hoogstwaarschijnlijk gebruikt gaan worden voor de landelijke normering. • Ondanks het feit dat er (nog) geen subsidies bestaan kan de Biesbosch andere maatregelen nemen om het elektrisch varen in het gebied te promoten. Hierbij valt te denken aan kortingen op liggelden en bepaalde vaarroutes alleen open te stellen voor elektrisch aangedreven vaartuigen.
Regionale ontwikkelingen • De ontwikkeling van de Nieuwe Noordwaard biedt kansen voor elektrisch varen. Het plan is om een zonering uit te voeren middels verschillende brug hoogtes. Vaarwegen voor kano’s kunnen ook gebruikt worden door elektrisch aangedreven (kleinere) boten. • De Deeneplaat en Polder Jantjesplaat worden ook opnieuw ontwikkeld. Op het moment is het een zoekgebied voor kano’s. Hiervoor geldt hetzelfde als bovenstaande.
58
Landelijke ontwikkelingen met betrekking tot elektrisch varen • Uit de verkenning van de andere gebieden, blijkt ondermeer dat gevoel voor elektrisch varen aan het veranderen is. Elektrisch varen wordt meer “hot”. Daarbij komt dat de technische mogelijkhe den ook steeds verder ontwikkeld worden: motoren worden sterker en hebben een grotere actieradius. • Gezien de toename van het aantal elektrisch aangedreven boten in Nederland lijkt het erop dat deze markt steeds een belangrijkere rol gaat spelen. Dit blijkt ondermeer uit de toename van ver koop van hybride en elektrische motoren. • Sommige delen in Nederland (o.a. Nieuwkoops Plassen) zijn enkel te bevaren met een elektrisch aangedreven boot. In Duitsland zijn ze hier al een stuk verder mee. Hier zijn complete gebieden verboden voor boten met verbrandingsmotoren. • Uit de verkenning van de andere gebieden is gebleken dat samenwerking, een grote lobby met overheden, goede communicatie en promotie zeer belangrijk voor het behalen van doelstellingen als het gaat om het bevorderen van het elektrische varen; • Door onder andere de vergrijzing stappen zeilers over naar elektrisch/hybride aangedreven boten. Dit vanwege de rust die dit soort varen met zich meebrengt; • Het wonen aan het water in combinatie met het hebben van een elektrische sloep is in meerdere mate een trend aan het worden.
Aanbevelingen Naar aanleiding van het voorgaande worden hieronder een aantal aanbevelingen gedaan om het elektrisch varen te bevorderen. Zoals eerder is vastgesteld is de Biesbosch een perfect gebied om elektrisch te varen. De beleving van het gebied zal alleen maar groter worden als er meer rust komt. Voor elektrisch varen liggen er duidelijke kansen: • Vaargebied is vrij rustig en ingesloten (weinig last van golfslag); • De landelijke markt voor elektrisch varen trekt steeds meer aan; • Duurzaam is “in”; • De ontwikkeling van elektrisch varen is inmiddels zover dat steeds meer mensen elektrisch varen als “hot” gaan beschouwen; • Sommige kreken lenen zich prima om elektrisch te varen; • Beleving wordt steeds belangrijker bij de recreant. Indien men de Biesbosch elektrisch bevaart zal deze beleving alleen maar groter worden; • Elektrisch varen lijkt een aanjager te zijn voor de locale economie; • Hoge brandstofprijzen. Maar tot dusverre mist het gebied toch een aantal belangrijke aspecten ten einde het elektrisch varen te bevorderen: • Missen van specifieke oplaadpunten voor passanten in en/of rondom het gebied; • Missen van een duidelijk actieplan om elektrisch varen te bevorderen; • Nog teveel “herrie” en overlast in de kern van het gebied, waardoor elektrisch varen in de huidige situatie niet als optimaal ervaren kan worden; • Groei van waterplanten. Om het elektrisch varen verder te promoten wordt hieronder de volgende aanbevelingen gedaan:
59
Voorzieningen • Oplaadpunten (minimaal 16 amp) realiseren in en rondom de kern op de eerder beschreven locaties ; • Aanlegmogelijkheden combineren met oplaadpunten op de eerder beschre- ven locaties. Organisatie en communicatie • Samenstellen van stuurgroep (leidend) en werkgroep (uitvoerend) die zich gaat bezighouden met het “aanjagen” van het elektrisch varen. In deze groep een specialistische derde partij opnemen ten behoeve van de externe com municatie; • Breed gedragen actieplan opstellen met goed geformuleerde doelstellingen (“waar willen we zijn over ... jaar?”). Aanbevolen wordt om dit op te nemen als actie in de nieuwe visie van het Parkschap voor 2020. • Promotieplan en communicatieplan: welke promotionele acties gaan er komen (bijvoorbeeld demodagen) en op welke manier wordt gecommuniceerd naar de eindgebruikers (nieuwsbrieven, website)? Welke zonering gaat gehanteerd worden? Naast de bestaande A.B,C en D routes zouden ook E routes kunnen worden opgenomen in de nieuwe vaarkaarten. Wellicht is dit ook landelijk te regelen, gezien al een hoop vaargebieden in Nederland worden “ingericht”, speciaal voor het elektrisch varen; • Plan samenstellen voor wie de subsidie mag ontvangen (particulieren en/of ondernemers);
Handhaving en toezicht • Indien gekozen wordt sommige delen in de Biesbosch voor vaarverkeer met verbrandingsmotoren te sluiten, zal er ook op moeten worden toegezien en op worden gehandhaafd; • Deze handhaving en toezicht dienen verankerd te worden in een sluitende vaarverordening. Huidige gebruikers • Het is gebleken dat de verhuurvloot het meest in de kern vaart met hun schepen. 85% vaart hier met een buitenboordmotor. Aanbevolen wordt deze groep ondernemers als eerste te “stimuleren” over te stappen naar een duurzame aandrijving. Het beste zou zijn middels financiële steun in de vorm van een subsidie. De meeste ondernemers vinden het nu nog te kostbaar om over stappen. Volgens de enquête zou men eerder geneigd zijn over te stappen naar een duurzame wanneer hiervoor een subsidie ver leend zou worden. • De rondvaartbedrijven varen al voor een deel duurzaam. Omdat deze schepen vaker op het grote water varen (met veel beroepsvaart) moet de aan drijving krachtig zijn. Ombouwen naar een hybride aandrijving lijkt hierdoor de beste oplossing. Daarnaast zou overgestapt kunnen worden op biobrand stof; • Particuliere booteigenaren zijn lastiger te bereiken. Aanbevolen wordt om als eerste de havens te benaderen in en direct grenzend aan het gebied (Werkendam, Drimmelen, Hank en Lage Zwaluwe). Via de jachtha vens kunnen de booteigenaren benaderd worden. Ook hier geldt hetzelfde als voor de bovenstaande gebruikers, dat een subsidie een belangrijke “tool” is om over te kunnen overstappen naar een duurzame aandrijving.
60
61
5
62
Bijlagen
63
Bijlage 1: Tabel recreatiezonering (bron: Gebruikersonderzoek watersport in De Biesbosch - Advies vaarzonering en aanleggebieden)
64
65
66
67
68