HVW-Radio 15/10/2012 WF ‘Bronzen Uil’ / Festival van de Vrijheid Uitz. : Opname : Samenst. : Muziek : 30” 1’50 25”
15/10/2012 11/10/2012 KVD
Thalassa Me Myself and I Keepin’ the faith
S.Soanoudakis S.Spanoudakis 471349 2 De la Soul De la Soul 8122736652 De la Soul De la Soul 8122736652
Goedenavond en u bent wel degelijk bij HVW. Met hiphopmuziek van De la Soul en dus een ietwat ongewone opener. Want De la Soul wordt misschien wel de topact op het Brusselse Festival van de Vrijheid. Straks meer tekst en uitleg daarover met Jan Van den Brande en Didier De Swert van HuisvandeMens Brussel. Want we beginnen met een ander festival : Het Betere Boek van het WF en de uitreiking van De Bronzen uil. Wij woonden die uitreiking bij, hadden een gesprek met de laureaat, maar polsten ook her en der naar reacties op de vermeende malaise in de boekenmarkt. Want er zouden teveel boeken uitgegeven worden. Op 6 oktober was er in Gent de tweede editie van het Betere Boek, het boekenfestival van het WF. Met zowat 30 Nederlandstalige auteurs van uiteenlopende pluimage die hun recente werk uitvoerig kwamen voorstellen. Maar ook met de uitreiking van de Bronzen Uil voor het beste romandebuut van 2012. En die klonk in een overvolle zaal ongeveer zo : ‘De jury is unaniem tot een besluit gekomen. Alleszins een pluspunt. Het gaat niet om een autobiografische publicatie, wél om een totaal onwaarschijnlijk verhaal, maar vooral het uitwerken van de opgevoerde karakters, en de wisselwerking ertussen blijft boeien. De sfeerschepping in het verhaal is stevig en valt nooit in elkaar. De jury vond daarom dat niet in extremis, maar in ultra de Bronzen Uil 2012 diende te worden toegekend aan ‘Vloed’ van Roderick Six.’ (Applaus) ‘Vloed’ van Roderick Six, de winnaar van de Bronzen Uil 2012. Een onwaarschijnlijk verhaal volgens de jury, maar beklijvend en karaktervol. De roman knipoogt naar de Bijbelse Zondvloed en het Vlot van de Medusa, maar ook naar ‘The Road’ van Cormac McCarthy en zelfs ‘La Peste’ van Albert Camus. Heel wat gelaagdheid, dus. Wij hadden na de uitreiking een gesprek met Roderick Six. Maar we beginnen met zijn lectuur van de eerste bladzijde uit ‘Vloed’. ‘Nina en ik zitten in doorweekte strandstoelen Ultra te roken, op het dak van Torres, vier verdiepingen hoog op een berg die uitziet over het ondergelopen dal waar ooit de stadskern lag. Het motregent. Natuurlijk. Het regent altijd. Alleen de manier waarop het water uit de hemel valt, varieert. Vandaag motregent het. Misschien miezert het morgen. Wie weet. Beneden in de kom steken gotische kerkspitsen en puntdaken als bizarre eilanden boven de glinsterende waterspiegel uit. In het begin - hoe lang is dat geleden? - was nog de top van een prestigieus bankgebouw te zien, de enige moderne constructie die in het historische centrum toegelaten werd, ondanks fel protest. Betogingen, vlammende krantenartikels, geruchten over omkoopschandalen ... De gebruikelijke ongein. Het hielp voor geen meter. Een academiejaar lang was het marktplein herschapen in een modderig slagveld waar bulldozers en kranen en betonmolens een verwoed gevecht tegen de tijd voerden. Op een mooie lentedag was het klaar. De burgemeester kwam een lintje doorknippen, omringd door glunderende geldschieters. Ik ben niet gaan kijken. Ze toonden het live op de regionale zender. Iedereen zag er belachelijk uit met die knalgele veiligheidshelmen op. En toen begon het te regenen.’
Roderick Six. ‘Vloed’. Toch eens eventjes uitleggen : die titel waar slaat die op ? Die slaat natuurlijk op het wassende water en de eindeloze stortvloed aan regen die in de ganse roman teistert. Je hebt vier studenten en die zitten op het dak van een peda, kijken uit over een dal dat gaandeweg overstroomt. En als dat water alleen maar dichter komt, wat gebeurt dan met die vier ? Is het een apocalyptisch boek ? Ja, het is wel apocalyptisch. Niet postapocalyptisch. De ramp is nog bezig aan het gebeuren. Dus eigenlijk is het wel al wel : het einde der tijden is wel nabij in dit boek. Sommige mensen refereren misschien al naar het boek als zijnde toch wel een dubbeltje van andere boeken die misschien ook zoiets als apocalyptisch hebben. Ik denk bvb. aan ‘La Peste’ van Camus. Is die vergelijking terecht ? Ik heb niet aan ‘De Pest’ gedacht eigenlijk. Natuurlijk, ja, het is zo oud als de Bijbel. Een van de eerste verhalen gaat al over een zondvloed. Dus, origineel kan je het nauwelijks noemen. Maar ik heb in de tegenwoordige tijd op Cormac McCarthy na niks gelijkaardigs tegengekomen. Camus was tegelijkertijd filosoof en schrijver. Is dat een goede combinatie ? Voor hem wel, ja. Ik denk dat ik de denkkracht ontbeer om een goede filosoof te zijn. Hopelijk een even goed schrijver. Dat zou al heel veel zijn… Is het dan meteen ook gezegd dat het geen filosofisch boek is geworden ? Dat zou ik niet zeggen. Ik denk dat ik wel iets wil vertellen over de mensheid op dit moment. Er komen een paar filosofische referenties in voor, bedoken, ook niet overdreven, maar ik zie de huidige toestand niet zo rooskleurig in. Ik wou daar wel iets over vertellen. Het is natuurlijk iets dat mensen zal aangrijpen, uiteraard, hé. En dat zich toch wel plaatst in een bepaalde traditie van schrijven ? Het heeft blijkbaar wel een snaar geraakt. Dat heb ik wel ondertussen door. Het speelt wel in de ‘Zeitgeist’. Er zijn er veel die af en toe over het ecologische aspect beginnen. Dus, de poolkappen die smelten en zeker in Nederland is dat een potentieel probleem. In Vlaanderen als je, tenzij dat je gehecht bent aan Brugge is dat een minder probleem, maar ik wou het wel hebben over het narcisme, de decadentie van deze maatschappij. Zonder die te veroordelen dan, want ik neem daar met veel plezier aan deel. Is het dan ook een stukje een politiek boek geworden ? Nee, totaal niet. Nee, het is een fabel. Ik zou het niet weten wie dat politiek kan plaatsen. Ik wou wel vermijden de term ‘ecoroman’. Daar heb ik een embargo op gesteld voor de pr-dienst. Ik wil het niet hebben over de potentiële ondergang van de aarde. Ja, jonge auteur. Je bent bij de laatste 10 genomineerden voor deze prijs. Je haalt die prijs. Is dat een verrassing ?
Ja. Uiteindelijk wel. Omdat je… Ik heb zelf in een jury gezeten van de Gouden Boekenuil. En dan zie je hoe moeilijk het soms is om de buitenwereld te overtuigen van één roman. Ik weet, dat, dat is een soort loterij, uiteindelijk. Als je binnen de genomineerden zit dan heb je eigenlijk al gewonnen en dan moeten ze nog een iemand uitkiezen. En als je bij die laatste vijf, tien bent dan heb je gewoon een heel goed boek geschreven. De rest hangt dan af van die vijf die in die kamer gaan zitten en proberen een consensus te bereiken. Was het gemakkelijk om een uitgever te vinden om het boek uit te geven ? Want dan had je nog geen prijs gewonnen uiteraard, hé ? Goh, ik heb daar een beetje geluk mee gehad. Maar talent is natuurlijk, ja, om te beginnen nogal een noodzaak. Ik had al gepubliceerd in literaire tijdschriften en een collega auteur van Arbeiderspers had mij opgemerkt en tegen zijn redacteur gezegd van : ‘Lees dat toch eens, want die man heeft talent. Als jullie op zoek zijn naar een nieuwe auteur, lijkt mij dat een aangewezen man.’ Ondertussen was ik bezig met ‘Vloed’. Ik had er dan 50 pagina’s van. Dat opgestuurd op vraag van die redacteur. En dan nog hangt het helemaal af van jouw verhalen. Ondanks alle aanbevelingen die zij krijgen, kijken zij van : ‘Is dit een gedegen verhaal ? Kunnen wij daar iets mee ? Schrijft die jongen goed ?’ Dat zijn de voorwaarden. Uiteindelijk moet je een goed boek afleveren. Een goed boek afleveren, maar uiteindelijk heb je toch wel een sterke indruk achtergelaten bij de jury. Een prijs winnen, de Bronzen Uil is toch niet niks. Er zijn nog andere prijzen, natuurlijk in het Nederlandstalige taalgebied. Misschien komen die er ook wel aan. Maar maakt het dit nu ook een beetje gemakkelijker om een volgend boek te schrijven of het te maken als auteur ? Goh, het maken als auteur… Je hebt dat eigenlijk nooit onder controle. Uiteindelijk beslissen de lezers daar over. En zo een prijs dat, dat geeft voldoening. En dat is een grote eer om dat te krijgen. Dat helpt natuurlijk ook in de promotie, maar uiteindelijk een boek wordt gemaakt door zijn lezers. En uiteraard ook door de schrijver, hé. Want, ja, wat, wat drijft de schrijver in jou om te zeggen : ‘Ik wil een boek schrijven. Ik wil nòg een boek schrijven.’ Het gaat zelfs niet over willen, hé, als iets dat je niet moet doen. Als ik dit niet doe dan word ik gek. Ik kan daar niets aan doen. Die, die personages komen aankloppen in mijn bewustzijn en er moet geschreven worden of het, het gaat mij niet af. Je wil mij niet kennen als ik niet schrijf… Roderick Six, met ‘Vloed’ de Winnaar van de Bronzen Uil. Een geldprijs van 5000 Euro. En die is misschien welkom, want een boek op de markt brengen is niet evident. Onlangs stelden Peter Quaghebeur en Erwin Provoost van uitgeversgroep WPG dat men teveel boeken uitgeeft. Want met 20.000 titels per jaar is de markt meer dan verzadigd. Maar, vroegen wij ons af, wat is dan de zin van boekenprijzen allerlei ? We vroegen het in de coulissen van Het Betere Boek aan enkele betrokkenen. Geven we teveel boeken uit ? * *
*
‘Ik ben Joël De Ceulaer. Journalist bij De Standaard. Ik vind de oproep van Erwin Provoost een beetje merkwaardig. Voor mij hoeven er helemaal niet minder boeken te verschijnen. Als uitgevers vinden dat ze teveel boeken uitgeven dan zullen ze daar wel iets aan doen. Maar als je de oproep zou herformuleren dat uitgevers misschien wat meer zorg moeten besteden aan de boeken die ze uitgeven, dan, dan ga ik wel akkoord. Er wordt nogal, er wordt vaak nogal snel uitgegeven. Er wordt niet altijd even hard gewerkt op redactie van boeken. Ik heb de indruk, maar dat is, ja, ik kan dat natuurlijk niet echt ondersteunen met cijfers of gegevens, maar er wordt wat slordiger en wat sneller
uitgegeven en minder zorg besteed aan redactie en eindredactie. En misschien als uitgevers dat weer wat strenger gaan doen dat er automatisch minder verschijnt. Dat weet ik niet. Maar goed, nogmaals, dat is niet, dat lijkt mij niet een streefdoel dat wij moeten hebben, minder boeken. Waarom ? Ik zou niet weten waarom.’ * *
*
‘Ik ben Rudy Schellaert genomineerd voor De Bronzen Uil. Ik ben natuurlijk als debutant blij dat er veel boeken worden uitgegeven, want dan kan ik ook uitgeven. Dus, ‘minder boeken’, het is een beetje te vergelijken met een numerus clausus aan de universiteit of de hogeschool. Waar je heel veel mensen op voorhand tegenhoudt En wat gaan dan de criteria zijn om ze tegen te houden ? Het is misschien beter om ze aan de studie toe te laten om ze te laten publiceren. En dan aan, ja, de lezers te kijken van : ‘Zijn dat goeie boeken of niet ?’ Dus ik ben blij met dat ik kan debuteren met veel boeken. Anderzijds vind ik ook wel dat er meer met die boeken zou moeten gebeuren. Er is weinig of te weinig pers, te weinig media, te weinig aandacht voor boeken. En ik denk dat men daar veel meer zou kunnen doen. Die boeken inbedden in andere media zoals televisie, film e.d.m. Maar ik ben wel blij dat er veel boeken zijn.’ * *
*
‘Ik ben Gerard Toffelinck. Elke keer als een van mijn kinders of als mijn vrouw verjaarde dan verwachtten ze zo een klein stukje en dus, ik dat schrijf. En dan op 70 jaar ben ik daar plots aan begonnen. Ik dacht : ‘Ik ga een boekske schrijven.’ Een 100 bladzijden. Dat gaat gemakkelijk van de hand gaan. Maar als ik aan die 100 bladzijden was had ik zodanig de schwung en de goesting om verder te doen dat het uiteindelijk een roman geworden is van ongeveer 450 bladzijden. Maar ik krijg hem niet uitgegeven. Maar ik krijg hem altijd wel uitgegeven, wel als ik hem wil verkopen geraak ik dat nooit niet kwijt. Aan de prijs dat ik moet betalen. Dus aan de drukker. Dat is ook de reden waarom dat ik hier naartoe gekomen ben. Om eens met mensen te spreken die hun eerste boek of ook in het beginstadium zijn. En hoe dat zij dat voor elkaar gekregen hebben’ * *
*
‘Sylvain Peeters, kan er nog een boekje bij ?’ ‘Absoluut. Ik vind trouwens dat de wijze waarop men over het gesproken en vooral het geschreven woord nu meningen aan het verkondigen is dat dat een puur economische manier van benaderingen is. Het lijkt nogal logisch natuurlijk dat uitgeverijen niet zomaar voor de goede gemeenten allerlei uitgaven moeten doen en daar geen return voor krijgen, maar ik denk niet dat men eigenlijk het aantal boeken moet beperken. Men zou het misschien wel in de grote hoeveelheid de kwaliteit wat mogen opdrijven.’ * *
*
‘We moeten minder boeken uitgeven.’ En dat is een quote van Erwin Provoost en Peter Quaghebeur. Eens even kijken Fried’l hoe kijk jij daar tegenaan ? ‘Ja, ik denk dat daar wel een grond van waarheid in zit. In die zin dat ik de uitgeverijen, ja, goede redacteurs en goeie medewerkers toewens om kritisch te zijn op alles wat binnen komt. En meer tijd
wens ik hen ook om te kunnen lezen, na te lezen, te corrigeren voor iets echt gedrukt wordt en verdeeld wordt. Want je merkt wel dat, ja, sommige publicaties, ja, meer aandacht en meer zorg verdienen voor ze in de boekenwinkel belanden. Als ze al in de boekenwinkel belanden. Zelfs daar strenger zou mee omgegaan worden, dan kom je inderdaad tot het eindresultaat : geef iets minder boeken uit, wees iets kritischer, maar zorg dat het aanbod beter is.’ Enkele reacties op de vraag of er inderdaad teveel boeken worden uitgegeven. Toch wel een relevante aangelegenheid op een boekenfestival. En uw bedenkingen kan u kwijt bij het WF zelf. En dat vindt u via www.willemsfonds.be . Zo meteen het Festival van de Vrijheid. En daar nemen we u mee naartoe met muziek van De la Soul. ‘Me Myself and I’ van De la Soul. En die brengen ons naar, het Festival van de Vrijheid. Dat Brusselse vrijzinnige festival loopt van donderdag 18 tot 27 oktober. Met een rijke waaier aan theater, tentoonstellingen, debatten, documentaires en concerten. We praten erover met Jan Van den Brande en Didier De Swert van HuisvandeMens Brussel, maar kijken toch al uit naar donderdag 25 oktober en de hiphop van De la Soul. Misschien wel dé topact op het festival. Zij komen uit de VS en voor de eerste keer gaan ze nu hun nieuwe project, hun nieuwe muzikale project hier voorstellen ‘First Serve’. Voilà. En wij zijn heel verheugd dat de groep heeft toegezegd om op ons festival te komen spelen. Didier, die De la Soul, daar ga je zeker naartoe ? Ja, uiteraard. Het is voornamelijk te doen om de teksten. Ze brengen de teksten die voornamelijk gebaseerd zijn ten voordele van de Mensenrechten. Dus tegen het verbale geweld, zij schetsen eigenlijk een situatie waarin dat zij zich bevinden. Wat dat ook zo speciaal is aan ‘First Serve’ op deze moment, dat eigenlijk een Amerikaanse groep die trouwens zal spelen in de KVS, daar zullen we het later nog over hebben, die trouwens samenwerkt voor de eerste maal met twee Franse producers. Dus de Amerikaanse die samenwerkt met de Franse. Dit is toch iets speciaal. Dus een goede keuze als topact eigenlijk van dat festival van de Vrijheid. Nu, als ik hoor Festival van de Vrijheid, Jan, dan zeg ik : ‘Daar moet ik naartoe.’ Het unieke eigenlijk aan het Festival van de Vrijheid is dat dit eigenlijk is uitgegroeid tot een zeer groot multimediaal evenement. Ondertussen zijn wij aan onze 11de editie toe. Wat gebeurt daar allemaal ? Wij hebben concerten. Wij hebben theaterstukken, wij organiseren debatten. Er zijn ook expo’s gepland. De bedoeling van het festival is feitelijk ook vanuit de achterliggende vrijzinnig humanistische inspiratie een aantal waarden eigenlijk naar voor te schuiven zoals solidariteit, tussen de verschillende gemeenschappen. Ik val eigenlijk ook over het thema : Crisis als Kans. En dat is misschien wel een belangrijk thema. Dit jaar hebben wij eigenlijk gekozen voor het thema Crisis als Kans. Nu, zoals u weet, spreekt men sinds enkele jaren over een wereldwijde crisis, een crisis die zich niet enkel voordoet op economisch vlak, maar ook op politiek vlak, zelfs op cultureel vlak. Nu, ‘Crisis als Kans’ wil zeggen dat wij eigenlijk ons niet willen laten meeslepen in een soort van veiligheidsretoriek die de maatschappij terug gaat dualiseren. Armen en rijken, migranten en niet-migranten, enz. enz. Maar wij denken dat een crisis ook niet per definitie in een negatieve spiraal moet terecht komen, maar dat we die ook als kans moeten aangrijpen, als kans eigenlijk om ook alternatieve oplossingen te zoeken om die crisis te lijf te gaan. Ja, dan eens eventjes, Didier, terug naar de programmatie zelf. Ja, ‘Crisis als Kans’, merk je dat eigenlijk ook aan de programmatie ?
‘Crisis als Kans’, uiteraard, euh, dus de thematiek ook wordt elk jaar vastgelegd. De programmatie is daar volledig afhankelijk van. Dus, we zien de groepen die uiteindelijk zich uiten tegen de crisis, we hebben de expo die gaat ook een gedeelte over de crisis, maar ook een deel over de Kongo, waar dat we natuurlijk een beetje ook bijgedragen hebben. Dat mogen we wel zeggen. Anderzijds is het ook heel belangrijk dat, want het is trouwens ook een internationaal filmdocumentaire festival. Er zijn een 300, tussen de 300 en 400tal inzendingen van documentaires van filmmakers over de gehele wereld. Die het beste van zichzelf hebben gegeven rond deze thematiek. Die hebben dat opgestuurd. En daaruit zijn 30 documentaires geselecteerd uit alle windstreken van, van de wereld. Wat is er nu speciaal aan het Festival van de Vrijheid ? Er is natuurlijk geen enkele wedstrijd zonder een winnaar. En bij ons zijn er vijf winnaars. Wij geven deze de kans om enerzijds hun documentaire te promoten, maar anderzijds ook om een netwerk te kunnen opbouwen, maar anderzijds geven we ze ook de prime time TV bij Lichtpunt, onze vrijzinnige TV. Dat maakt het zeer speciaal omdat de thematiek loopt doorheen de gehele tien dagen van het festival. Ja, Jan, eventjes terug bij jou. Wie zijn de organisatoren ? De twee belangrijkste organisatoren zijn dus Bruxelles Laïque, dat is onze Franstalige zusterorganisatie en deMens.nu en meer specifiek dan het HuisvandeMens in Brussel. Die dat jaarlijks organiseren. Nu, wij hebben ook inmiddels ook al een aantal partners. Nu wij zijn ook zeer trots en tevreden dat we dat festival nog altijd tweetalig kunnen uitvoeren, vandaar ook dat we voor twee locaties hebben gekozen. Enerzijds dus het Théâtre National en anderzijds de KVS te Brussel. Dan ook eventjes zeggen, ja, heel wat op het programma. We kunnen het niet allemaal uitleggen van ‘Crisis als kans’, maar ook dat Festival van de Vrijheid. Toch eens even zeggen waar mensen meer informatie kunnen vinden… Mensen kunnen meer informatie www.festivalvandevrijheid.be.
vinden
op,
natuurlijk
op
onze
website
Daarmee is het uiteraard weer niet gedaan. Er zijn nog andere plannen die in het Brusselse aan de orde zijn. Ik denk aan het Rainbowfestival. Didier toch eens even uitleggen Rainbow, dan denk ik aan een toch wel breder project dan alleen Brussel, hé , Inderdaad, wanneer dat we denken aan rainbow dan is de link met de holebigemeenschap snel gemaakt. En inderdaad,we zijn ook trots dat we dit jaar tijdens het festival dit project kunnen lanceren voor de leerkrachten. Rainbow, holebi, .. Het zegt het zelf. Het is eigenlijk een Europees project in samenwerking met alle Europese landen en de leden van de LBGT. Zodoende dat wij een educatief programma hebben kunnen maken voor de leerkrachten en de leerlingen, uiteraard. Op een zeer aangename, multimediale wijze. Het is eigenlijk ontsproten uit het idee dat we heden ten dage toch merken dat het geweld en de agressie tegen de holebigemeenschap steeds erger wordt. Dus dat wil zeggen dat we daar moeten inspringen. En zodoende dat wij een heel totaal pakket hebben samengesteld, zowel een dvd met de bijhorende filmpjes per leeftijdscategorie als een pedagogische manier, of een pedagogisch instrument om te kunnen werken met die materie. Rainbow, uiteraard, het is een Europees project, maar het is ook interlevensbeschouwelijk dacht ik, hé ? Ja, inderdaad. Het is zeker interlevensbeschouwelijk. Als we kijken op, op welke manier dat andere levensbeschouwingen omgaan met deze materie, zien we dat er toch duidelijke verschillen bestaan binnen de levensovertuiging. Nu hebben we gemerkt bij de verspreiding van dit project dat het ook
binnen andere levensbeschouwingen toch wel iets wat dat leeft. En wat er ook interesse uit bestaat om daar toch te kunnen mee omgaan ongeacht hun eigen levensovertuiging. Didier De Swert en Jan Van den Brande over het Festival van de Vrijheid. Niet te missen en voor elk wat wils. Van 18 tot 27 oktober. En het volledige dag aan dag programma vind je op de website : www.festivalvandevrijheid.be. En surf ook even door naar de website van de HVV : www.h-vv.be. Volgende week praten we met Gustaaf Cornelis over de filosofie van de kosmologie. En we hebben ook het VF te gast. Viona Westra heeft dan aandacht voor Pascal Verbeken en zijn boek ‘Grand Central Belge’. Graag tot volgende week.