JAARVERSLAG 2011
Expeditie naar het CSM terrein ter voorbereiding van het Niemandsland LAB Breda
GEBOUW F
JAARVERSLAG 2011
Inhoudsopgave Inleiding p.
7
Beleid p.
8
Jaarthematiek p. 11 Verslag jaarprogramma p. 13 Financiële verantwoording p. 64 Over Gebouw F p. 66 Dankwoord p. 68
4
5
Inleiding Voor u ligt het jaarverslag van 2011 van Stichting Gebouw F, het centrum voor architectuur, stedenbouw en landschap in Breda. In deze brochure zal verslag worden gedaan van de activiteiten van het jaarprogramma en de financiële verantwoording daarvan. Tevens zal hierin in het kort de beleidsvoornemens van Gebouw F voor het jaar 2011 weergegeven worden en de resultaten die er zijn geboekt. Voor het jaar 2011 heeft Gebouw F een thema als leidraad voor het jaarprogramma genomen: De stad als proeftuin en het programma ook naar thematiek ingedeeld. Het jaarverslag is ook naar deze thematiek ingedeeld. Voor het volledige overzicht is ook een chronologische jaarplanning opgenomen. Breda, 30 september 2012
6
7
Beleid Ambities voor 2011 Inleiding Gebouw F is goed ingebed in het culturele, maatschappelijke en politieke netwerk in Breda. De banden met de gemeente Breda, BNA, NHTV, stedenbouwkundigen, woningcorporaties en culturele instellingen in Breda zijn in 2011 weer bestendigd, wat zich geuit heeft in verschillende samenwerkingen en activiteiten. In het beleidsplan 2010-2012 zijn de ambities van Gebouw F uitgebreider behandeld. Hieronder wordt een verkorte weerlsag daarvan gegeven. A. Vergroten publieksparticipatie Gebouw F streeft naar het vergroten van de publieksparticipatie van Bredanaars in het kritisch en enthousiast denken over en het werken aan de omgeving waarin zij wonen en werken. Gebouw F wil dit doel bereiken door middel van verschillende activiteiten, waarbij gestreefd wordt naar het creëren van een cultuur van interesse en betrokkenheid bij een breed publiek en soms juist bij bepaalde doelgroepen, zoals jongeren, ouderen en de allochtone bevolking. Gebouw F heeft ook in 2011 een aantal publieksevenementen op het programma gezet, zoals de Cultuurnacht, De Dag van de Architectuur waar een breed publiek op afkomt. Maar met name de kindertentoonstelling Bouwstad, naar een concept van Villa Zebra, en aangepast aan de Bredase situatie, was een groot succes bij jong en oud. Daarmee heeft Gebouw F zich meermalen in de media kunnen profileren en zich bij een breed publiek bekend gemaakt. B. Ideeënontwikkeling en debat stimuleren onder vakgenoten Op de tweede plaats wil Gebouw F de ideeënontwikkeling stimuleren en het debat prikkelen onder vakgenoten door: - de discussie boven het regionale niveau uit te laten stijgen; - samenwerkingsverbanden aan te gaan met andere (culturele) instellingen zodat gebruik gemaakt kan worden van elkaars expertise en netwerk; - een goed netwerk tot stand te brengen van professionals en andere geïnteres-seerden die nauw betrokken zijn bij de ontwikkelingen van de stad. Gebouw F heeft in 2011 deze doelstellingen kunnen realiseren in de programme–ring van activiteiten zoals
In dit gebouw zijn alle faciliteiten aanwezig om de activiteiten van het jaarprogramma te kunnen ondernemen. Gebouw F maakt in het pand gebruik van een kantoor op een van de bovengelegen verdiepingen. Op de begane grond is er een grote zaal waar exposities en symposia georganiseerd kunnen worden en er is een kleinere zaal waar meer intieme bijeenkomsten plaats kunnen vinden. Deze ruimtes worden door alle organisaties gebruikt die in het Huis voor Beeldcultuur aanwezig zijn. Communicatiebeleid Het communicatiebeleid van Gebouw F is afhankelijk van het evenement, gericht op een select publiek of op een breder publiek. Een groot gedeelte van de professionals in het vakgebied (1200) is geabonneerd op de nieuwsbrief van Gebouw F. Deze doelgroep wordt altijd aangeschreven en uitgenodigd voor evenementen. Daarnaast worden er ook per evenement gericht uitgenodigd; bij een onderwerp zoals bijvoorbeeld Natuurlijke Wijkontwikkeling (over beheer openbare ruimte door wijkbewoners) worden uitnodigingen gestuurd naar alle wijkraden en buurt– verenigingen in Breda. Qua middelen worden alle mogelijkheden ingezet om publiek te bereiken: persberichten naar kranten, lokale tv en radio, tijdschriften, uitgaanswebsites en websites van instituten in Breda en externe weblogs. Gebouw F is in 2011 begonnen met Twitter, de overige sociale media Facebook en Linkedin die Gebouw F wil inzetten, zijn in 2011 nog niet breed ingezet. Het Twitter-platform wordt breed ingezet, zowel voor aankondiging van evenementen als mededelingen en oproepen voor specifieke onderwerpen. Zo is Gebouw F een twitter-account SpoorzoneBreda begonnen om de actualiteiten rondom de spoorzone te volgen. Gebouw F heeft een communicatieplan, waarbij per doelgroep is uitgewerkt welke communicatiemiddelen ingezet worden. Voor een meer uitgebreide behandeling van dit onderwerp wordt daarnaar verwezen.
C. Kennis en informatie toegankelijk maken Alle informatie en verslagen over de evenementen zijn op de website van Gebouw F terug te vinden. Op het gebied van educatie heeft Gebouw F in 2011 nauw samengewerkt met ‘De Ontdekking’, het instituut voor culturele educatie voor scholen in Breda. Dat heeft geresulteerd in de kindertentoonstelling Bouwstad die door veel scholieren bezocht is.
Organisatie Huisvesting Gebouw F heeft domicilie in het pand aan de Reigerstraat waar het Huis voor Beeldcultuur is gevestigd en waar ook andere culturele organisaties zijn gevestigd. Dit pand ligt midden in het centrum van de stad en is daardoor zeer toegankelijk voor publiek.
8
9
Jaarthematiek Grensverleggend 1. INLEIDING: DE THEMATIEK Het jaarthema en het jaarprogramma van Gebouw F houden altijd verband met de actuele ontwikkelingen in Breda. Voor 2010 was de thematiek Beeldvorming en Verbeelding. Voor 2011 nam Gebouw F het thema GRENSVERLEGGEND als leidraad voor het jaarprogramma. De reden waarom de keuze op dit thema is gevallen, is dat in deze tijden van economische crisis, de noodzaak om het stedelijk beleid op een andere manier aan te pakken, groot is. Grenzen verleggen en over de eigen grenzen heen kijken is dan juist belangrijk, nu een periode was aangebroken waarin geen grootse visies meer uiteengezet worden maar noodreparaties aan de orde van de dag zijn. Door grenzen te verleggen, kan er toch een nieuw elan ontstaan en maatregelen genomen worden die de tijd kunnen weerstaan en de stad klaarmaken voor de toekomst. De term ‘grensverleggend’ is in het jaarprogramma als vier verschillende betekenissen opgevat: onorthodox, grenzeloos, innoverend en experimenteel. In de samenstelling van het jaarprogramma zijn deze terminologieën gebruikt om aan het programma vorm te geven.
programmakrant
bredase architectuur maand 30.10 — 30.11.2011
Niet alleen de gemeente Breda moet grenzen verleggen, ook Gebouw F wilde veranderingen doorvoeren in het beleid: gekozen is voor een experiment wat betreft het format van het jaarprogramma. In plaats van de verspreiding van alle activiteiten over het hele jaar, heeft Gebouw F het programma gecomprimeerd in 4 weken in november 2011, dus in de vorm van een festival, de Bredase Architectuurmaand (BAM!). Voor een andere vorm van jaarprogramma is gekozen om de kans te hebben het programma te verdiepen, meer verbanden tussen de verschillende programma-onderdelen te leggen en een coherenter geheel naar het (vak)publiek te kunnen overbrengen. Ook wilde Gebouw F op die manier meer aandacht en publiciteit voor de activiteiten genereren en meer sponsors aantrekken. Gedurende het jaar werden er eveneens een aantal activiteiten georganiseerd zoals bijvoorbeeld het architectuurcafé, de kindertentoonstelling Bouwstad, lezingen, Masterclass Interior Design. De rest van het jaar werd voornamelijk gebruikt om het festival voor te bereiden Zo werd er bijvoorbeeld gedurende een aantal maanden in een lab onderzoek gedaan naar transitiescenario’s waarvan de resultaten op het festival getoond worden.
gebouw f centrum voor architectuur, stedenbouw en landschap
huis voor beeldcultuur
BREDASE ARCHITECTUUR MAAND 30.10 — 30.11.2011
In het programma komen de volgende subthema’s aan bod: I Onorthodox Breda: transformatie- of transitiestad II Grenzeloos Breda: de regio III Innoverend Breda: duurzaamheid IV Experimenteel Breda: het publieke domein in een digitaal tijdperk
10
De omslag en vanflyer de festivalkrant voorArchitectuur de Bredase Architectuur Maand laat al Festivalkrant voor de Bredase Maand zien dat leegstand een van de belangrijkere onderwerpen is deze maand.
11
Verslag jaarprogramma I DOORLOPEND PROGRAMMA 11 jan:
LEZING i.s.m. NHTV: Bloemkoolwijken
21 jan:
MANIFESTATIE CULTUURNACHT
25 jan:
ARCHITECTUURCAFÉ: Marcel Snellenberg
3 feb
EXPOSITIE EN MANIFESTATIE Urban Design NHTV
8 feb:
LEZING i.s.m. NHTV: Verzamelgebouwen creatieve bedrijven
1-3 mrt:
MASTERCLASS St. Joost Hedonistic Interiors
3 mrt:
PECHA KUCHA
15 apr:
SPREEKUUR Nationale Tuinontwerpdag
14 mei:
KINDERTENTOONSTELLING Bouwstad Breda
25 jun:
DAG VAN DE ARCHITECTUUR: Zelf verzonnen
II FESTIVAL BREDASE ARCHITECTUURMAAND 30 okt: FOTO-EXPOSITIE over Niemandsland Breda 3 nov: FILMAVOND thema Grenzeloos 11 nov: EINDEXAMENMANIFESTATIE en EXPOSITIE NHTV 12 nov: WORKSHOP URBAN SENSING 15 nov: DEBAT BREDA, MEEST DUURZAME STAD VAN NEDERLAND 16 nov: DEBAT SLOW CITY: particulier opdrachtgeverschap 17 nov: ARCHITECTUURCAFÉ Lode Havermans 19 nov: WORKSHOP URBAN SENSING 23 nov: RONDWANDELING/DEBAT DUURZAME WIJKONTWIKKELING 24 nov: MINOR/DEBAT NIEMANDSLAND LAB BREDA 30 nov DEBAT HET SCHADUWCOLLEGE
III OVERIGE ACTIVITEITEN
12
De Raad van Toezicht van Gebouw F bezoekt De Gruyter Fabriek en BAI in ‘s Hertogenbosch
VIA TWITTER
13
LEZING
door Martijn Ubink i.s.m. Urban Design NHTV
Bloemkoolwijken Gebouw F heeft een tweetal lezingen in samenwerking met Urban Design van NHTV georganiseerd. In een flink gevulde zaal met studenten en andere geïnteresseerden in het onderwerp, hield Martijn Ubink zijn lezing over Bloemkoolwijken. Martijn Ubink (Bureau Middelkoop, Haarlem) is stadsocioloog en geograaf en deed jarenlang onderzoek naar Bloemkoolwijken. Twee maanden na deze lezig is het boek uitgekomen dat hij samen met Thijs van der Steeg heeft geschreven: Bloemkoolwijken: analyses en perspectief, met onder andere een gereedschapskist voor vernieuwing. Wat moeten stedenbouwkundigen en architecten weten van deze wijken, voordat zij er aan de slag gaan? Twintig procent van de Nederlandse woningen bevindt zich in de woonerfwijken, die tussen 1970 en 1985 in heel Nederland werden gebouwd. De wijken zijn gebouwd als nadrukkelijk alternatief voor de megalomane modernistische wijken van de wederopbouwperiode. Hier heerst herbergzaamheid, gemeenschapszin, de menselijke maat. De kronkelige wegenstructuur doet denken aan bloemkoolroosjes. Een wijk als de Haagse Beemden is exemplarisch. Inmiddels zijn de wijken toe aan groot onderhoud en is het tijd voor bezinning op de toekomst. Ubink laat zien dat het door de flexibiliteit van de bouwsector mogelijk was om de nieuwbouwwijken enige afwisseling te geven - je hoefde je als aannemer vanwege de kosten niet meer tot het standaardontwerp van één architect te beperken, maar kon variëren en combineren. Toch zijn de bloemkoolwijken bij uitstek de vestigingsplekken geweest van jonge gezinnen met kinderen, vaak starters op de woningmarkt. Wat de onderzoekers hebben gedaan, is een soort atlas samenstellen van met name de fysieke kenmerken van bloemkoolwijken - woningvoorraad, ruimtelijke structuur, groen, water, openbare ruimte, woningblok, woningtype en dergelijke. De bewoners van het eerste uur zijn inmiddels gepensioneerd en hun kinderen hebben de wijk verlaten. Langzaam maar zeker zijn de bloemkoolwijken in verval geraakt, hier wat eerder en drastischer dan daar. Wie het kan betalen is opgeschoven naar een Vinexwijk, waar grotere en gevarieerdere huizen aanwezig zijn en meer plaats is voor de auto. De lege plekken worden ingenomen door huurders of noodkopers die weinig op hebben met de buurt, soms door opwaarts mobiele allochtonen. De bloemkoolwijken zijn meer ‘stedelijk geworden’. Ubink bedoelt daarmee: heterogener van samenstelling, de oude omgangsvormen voldoen niet meer. De bloemkoolwijken worden inmiddels geteisterd door het soort grotestads-problematiek dat je aan het woonerf nou juist dacht achter je te hebben gelaten. Na afloop van de lezing werd er een discussie gehouden onder leiding van moderator Bart Cosijn van Urban Dialogue. In deze discussie werd een parallel getrokken naar de mogelijk zorgelijke toekomst van de Vinex wijken. Veel van de jonge stedenbouwkundigen zagen daar hun toekomstige werkterrein liggen.
14
Nog voordat het boek van Martijn Ubink uit was besprak hij de inhoud met studenten van NHTV en het publiek met opmerkelijk veel stedenbouwkundigen
datum 11 januari 2011/locatie Electron/aantal bezoekers 82
15
CULTUURNACHT Thema Geheim Het thema van de Cultuurnacht is GEHEIM: geheimen die gedeeld worden of pas tijdens de Cultuurnacht onthuld worden, fluisterende vertellingen en het geheim van grote kunstenaars. Kunstenaarscollectief Subuk heeft i.s.m. Gebouw F, Colin, Internationaal Film Festival Breda, Graphic Design Festival Breda, het Centrum voor Beeldcultuur en BredaPhoto zijn eigen interpretatie gegeven aan het thema van dit jaar. Beeldcultuur heeft te maken met je zintuigen. Wat voel je terwijl je naar iets kijkt? Wat voor mensen staan er om je heen? Hoe ruikt de omgeving? Ervaar hoeveel invloed zin-tuigen op je waarneming hebben en wat er gebeurt als deze zich met elkaar gaan vermengen. Kun je echt kleuren proeven en geluiden zien? Speciaal voor Gebouw F ging kunstenaar Marijke Hooghwinkel op pad met recorder en microfoon om een aantal bekende Bredanaars te interviewen in de vorm van een luisterrondleiding. De fluisterende vertellingen van deze Bredanaars, die Marijke Hooghwinkel in het geheim hebben rondgeleid door de stad, waren op deze avond te horen in een geluidssculptuur gemaakt door kunstenaarscollectief Subuk.
16
installatie van kunstenaarscollectief Subuk met luisterwandelingen foto: van Marijke Hooghwinkel
datum 21 januari 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 950
17
ARCHITECTUURCAFÉ Marcel Snellenberg van Rienks architecten Op dinsdag 25 januari heeft Marcel Snellenberg , architect-directeur van Rienks Architecten, een lezing gegeven over het werk van het bureau, de fascinaties en drijfveren van hem persoonlijk en de veranderende rol van de architect in tijden van crisis en politieke verandering. Snellenberg ziet de architectuur als een vorm van taal , waarmee je van alles kunt uitdrukken mits de taal maar wordt beheerst. De details van het materiaal is de grammatica waarmee de taal wordt gebruikt, het concept is het plot van het verhaal. Aan de hand van deze thematiek ontstaan gebouwen die elk hun eigen verhaal vertellen. Het handschrift van het bureau is dan ook divers. Reagerend op context en programma wordt maatwerk geleverd. Dit is aan de hand van een aantal projecten geïllustreerd. Wat opvalt bij de werkwijze van Rienks Architecten is de open dialoog met de opdrachtgever. Ontwerpen worden niet gemaakt met een vooringenomen idee, maar samen met de opdrachtgever bepaald. Uiteraard is de architect hierin leidend en wil hij de opdrachtgever verrassen. Rienks Architecten werkt sterk vanuit het idee dat architectuur meerwaarde moet opleveren voor de omgeving. Er moet niet alleen een antwoord worden gegeven op de huisvestingsvraag van de opdrachtgever, maar vooral ook moet er een antwoord worden geformuleerd op welke wijze het gebouw past in de omgeving en welke positieve invloed op de stad er van een gebouw kan uitgaan. In het tweede deel van de lezing is Snellenberg ingegaan op de veranderende beroepspraktijk. De economische crisis heeft in de architectenwereld flink huisgehouden en ook Rienks Architecten heeft hier last van gehad. Snellenberg laat zien op welke manier de omzetten van het bureau zijn ontwikkeld en hoe het bureau op deze nieuwe werkelijkheid heeft gereageerd. Belangrijk hierin is dat de belangrijkste onderscheidende kwaliteit van het bureau, namelijk de denkkracht, niet is aangetast. Door analytisch te denken en de visie van het bureau scherp neer te zetten is het bureau de afgelopen jaren in staat gebleken een aantal opdrachten uit Europese selecties te verwerven. Dit ondanks de concurrentie van veel grote en meer bekende architectenbureaus. Het fenomeen Europese Aanbestedingen staat behoorlijk in de schijnwerpers en is aan felle kritiek onderhevig. Vooral omdat de selectie-eisen vaak het deelnemen van kleinere bureaus onmogelijk maken. Dat kleine en jonge architectenbureaus toch positief zijn over de toekomst bleek uit de discussie na afloop van de lezing. Daar waar meer ervaren architecten een redelijk somber beeld schetsten over de toekomst van het kleine bureau zagen anderen hierin juist een kans. Van belang is wel dat kleine en jonge bureaus zich organiseren in een kennisnetwerk om zodoende toch de complexiteit van het vak aan te kunnen. Hoe dat moet en wat hierbij de kritische succesfactoren zijn is een leuk onderwerp voor een volgende keer als Gebouw F het Tweede Architectuurcafé van 2011 organiseert.
18
Marcel Snellenberg
datum 25 januari 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 53
19
EXPOSITIE/MANIFESTATIE Urban Design Pioniers van de stedenbouw Gebouw F organiseerde samen met NHTV op donderdag 3 februari een manifestatie en eindexamenexpositie van de eerste lichting studenten van Urban Design in het Huis voor Beeldcultuur. De nog jonge stedenbouwkundige opleiding Urban Design van NHTV heeft dit jaar haar eerste lichting studenten afgeleverd. Een aantal studenten presenteerde deze avond hun werk in pecha kucha-achtige stijl. Daarna was er gelegenheid om het werk van de studenten te bekijken in de eindexamenexpositie. Een voorbeeld van één van de presentaties: Gefocust op de Iris, een stedenbouwkundige visie op de Irisbuurt in Eindhoven van Gerrie Smets (gepubliceerd in Blauwe Kamer augustus 2010 onder ‘Beste Afstudeerplannen’). Deze visie van Gerrie Smets is een integrale visie die initiatiefnemers moet sturen, inspireren en motiveren tijdens het ontwerpproces. In het plangebied is veel industrie gevestigd; door transformaties is er een harde confrontatie ontstaan tussen wonen en werken. In de visie wordt de transformatie een slag teruggedraaid; door de economische oriëntatie zijn er nu wederom gunstige factoren aanwezig die voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat zorgen voor bedrijvigheid. De Irisbuurt kan voorzien in de vraag naar nieuwe woon-werkvormen die ontstaat door de komst van de 24-uurseconomie en de dienstensector. Het bedrijventerrrein groeit uit tot een meerwaarde voor de buurt in plaats van een overlastgevende factor te zijn. Wonen en werken worden meer verweven met elkaar.
20
poster van manifestatie/expositie Pioniers de Stedenbouw manifestatie/expositie Pioniers van de van Stedenbouw
datum 3 februari 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 811
21
LEZINGEN
i.s.m. Urban Design NHTV
Verzamelgebouwen creatieve bedrijven In het kader van de lezingenreeks in samenwerking met NHTV opleiding Urban Design werd deze lezing over de rol en de betekenis van de creatieve industrie in Breda georganiseerd. Hoe functioneren verzamelgebouwen voor creatieve bedrijven zoals het Blushuis, op de Triple O Campus, daarbij? Drie sprekers belichten verschillende perspectieven: Joep van Os, architect en gebruiker van het Blushuis; Kees Kerstens, accountmanager Triple O Campus bij de gemeente Breda; Wim Kloosterboer, architect, stedenbouwkundige en medeoprichter van creatief verzamelgebouw Marconistraat in Rotterdam. Onder leiding van Bart Cosijn van Urban Dialogue werd daarna een discussie gevoerd over het onderwerp met het aanwezige publiek. Vragen die aan de orde gekomen zijn onder andere: Waarom zoeken creatieve bedrijven elkaar op in een verzamelgebouw? Wat is het beleid van de gemeente met betrekking tot de huisvesting van de creatieve industrie? Wat voor effecten heeft de locatiekeus op de ontwikkeling van de stad? Welke verschillen zijn er tussen verzamelgebouwen die top-down worden gepland en gebouwen die bottom-up ontstaan?
22
Van links naar rechts op de bank: Kees Kerstens, Joep van Os, Wim Kloosterboer
datum 8 februari 2011/locatie Electron/aantal bezoekers 78
23
MASTERCLASS Avans St.Joost Hedonistic Interiors:space is fun Deze driedaagse masterclass is georganiseerd door de masteropleiding Interieurarchitectuur van AKV St Joost in samenwerking met Gebouw F. De Masterclass Interieurarchitectuur is bedoeld voor aankomende studenten van de masteropleiding Interieurarchitectuur aan AKV| St.Joost, maar ook voor alumni en docenten van master- en bacheloropleidingen in Nederland en België, en voor (jonge) professionals die na een gedegen opleiding in interieurarchitectuur onder leiding van topontwerpers op het gebied van interieurarchitectuur hun kennis, vaardigheden en ontwerpinzichten willen vergroten. Inhoud van de Masterclass Vandaag de dag zijn (publieke) interieurs meer en meer de plek voor verwondering en vermaak. Een goed interieur is altijd een dialoog of confrontatie tussen de beoogde uitstraling en artistieke uitgangspunten enerzijds, en haalbaarheids- en/of duurzaamheidseisen en veiligheid anderzijds. Deze dialoog is het uitgangspunt van de cross-over masterstudio Hedonistic interiors. De masterclass geeft inzicht in manieren om de omgeving, het landschap, eerlijke materialen en natuurlijke elementen te vertalen in een commercieel en duurzaam verantwoord concept. Doelstellingen van de Masterclass waren: • Bewustwording en inzicht verschaffen in de denkwijze en het proces van ‘space is fun’ binnen de interieurarchitectuur en architectuur • Een concept ontwikkelen waarbij gebruik wordt gemaakt van een toekomstvisie op een ‘work is fun’ werkomgeving. • Het laten vertalen van omgeving/landschap, bestaande elementen, eerlijke materialen, natuur, wind – water – licht in een commercieel en duurzaam verantwoord concept. Om over deze vraagstukken te kunnen debatteren zijn drie sprekers gevraagd een korte inleiding te verzorgen en hebben de deelnemers aan een ontwerp gewerkt. Via deze geïntegreerde projecten ging men op zoek gaan naar het spanningsveld tussen vrijheid (van ontwerpen) versus duurzaamheid in de interieurarchitectuur van vandaag. Sprekers waren Frazer Hay, directeur van het CRRB (Center for the Recycling en Reuse of Buildings), Eline Strijkers, directeur eigenaar/interieurarchitect van Doepel Strijkers Architects en Maurice Mentjes, ontwerper van de verbeelding. Werkwijze In de studio gingen de deelnemers via ontwerpend onderzoek antwoorden op de vragen formuleren. De specifieke opzet van de ontwerpstudio is het ontwerpen van een tijdelijke ingreep in de publieke ruimte, als antwoord op de geschetste complexe problematiek. Belangrijk was dat de tijdelijke ingreep inspeelt op de eigenheid van de plek en een uitspraak doet over het karakter van deze plek. Het actieterrein was Breda. Drie groepen presenteerden hun ontwerp: 1. Open the gates 2. De Olyton 3. Het Postkantoor
24
datum 3-5 maart 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal deelnemers worskhops 24/aantal bezoekers eindpresentatie 33
25
PECHAKUCHA NIGHT 20 slides en per slide 20 seconden PechaKucha Night is in 2003 in Tokyo bedacht door Klein Dytham architecture en betekent zoiets als “prietpraat”. Maar prietpraat is niet wat je kunt verwachten tijdens een PechaKucha Night georganiseerd door het Huis voor Beeldcultuur! PechaKucha Night geeft iedereen de kans om, aan de hand van beelden, zijn of haar verhaal te vertellen. Of dat nu gaat over een nieuw ontworpen huisstijl, een evenement wat iedereen moet leren kennen, een inspirerende reis, een apart bedrijf, of de verzameling gekke bloempotten die je in je huis hebt staan; het mag allemaal. Zolang het maar interessant en de moeite van het vertellen waard is. Ook deze editie krijgen vooraf geselecteerde sprekers 20 slides en per slide 20 seconden de tijd om hun verhaal te vertellen. Geen saaie, lange presentaties dus, want na 6 minuten en 40 seconden is de volgende spreker alweer aan de beurt. Een unieke kans om in een korte tijd veel creatieve, nieuwe, inspirerende ideeën en verhalen te horen en zien. Sprekers tijdens de PechaKucha Night op 3 maart zijn o.a.: Charlotte Apers, Father Futureback, Baris Azman, Yurr en Hans Thoolen. Hans Thoolen, coördinator stedelijke kwaliteit van de gemeente Breda, is door Gebouw F uitgenodigd om te vertellen over de samenwerking tussen Breda en Ekurhuleni in Zuid Afrika. De gemeente Breda heeft sinds 2008 een samenwerkingsverband met de 2,5 miljoen inwoners tellende stad. Deze inspanningen volgen uit het mondiale beleid van de gemeente. Samen met het bestuur van deze stad probeert Breda zaken als economie, woningbouw, cultuur en veiligheid beter vorm te geven. Dit jaar gaat het met name om advisering op het gebied van sociale huisvesting, stadsvernieuwing en uitwisseling tussen raadsleden. Andere speerpunten zijn onder meer lokale ontwikkeling van de economie en verder datum 3-5 professionaliseren maart 2011/ van de plaatselijke woningcorporatie. Ook de woningcorporaties WonenBreburg SingelvesteAlleeWonen zijn hier onder meer bij locatie Huis voorenBeeldbetrokken. cultuur/aantal deelnemers 30?? Uit de samenwerking tot dusver zijn diverse plannen gekomen. Eerder heeft dat geleid tot het maken van opzetten voor stadsvernieuwing voor stadsdeel Germiston en voor sociale huisvesting. De politiek van de Zuid-Afrikaanse stad is hier al mee akkoord gegaan. Daarnaast heeft Frazer Macdonald Hay op uitnodiging van Gebouw F op deze avond een presentatie gehouden over het belang van (oude) gebouwen voor de herinneringen van stadsbewoners. Hij ziet dat als een reden voor hergebruik van bestaande gebouwen die nooit over het hoofd gezien mag worden.
22 26
Illustratie Charlotte Apers
datum 3 maart 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 100+
27
NATIONALE TUINONTWERPDAG Ontwerpadvies door Mariëlle Kok De Nederlandse Vereniging Tuin en Landschapsarchitectuur (NVTL) organiseerde voor de 12e keer de Nationale Tuinontwerpdag. Tijdens deze dag kunnen bezoekers terecht voor een vrijblijvend adviesgesprek met een tuinarchitect over de inrichting van de eigen tuin. Dit jaar was Gebouw F geselecteerd als deelnemende locatie en gaf Mariëlle Kok, eigenaresse van Mariëlle Kok landschapsarchitectuur, gratis advies in het Huis voor Beeldcultuur. Mariëlle Kok is opgeleid aan Landbouwuniversiteit Wageningen, Studierichting Landschapsarchitectuur. Na jaren ervaring bij diverse bureaus heeft zij in 2009 bureau “Mariëlle Kok Landschapsarchitect BNT” te Eindhoven opgericht. Ontwerpen van het bureau gaan uit van een historische continuiteit, worden gemaakt met zorg voor het verleden en met een blik op de toekomst. Het bureau werkt op diverse schaalniveaus, van concept en structuur tot de essentiële details. Tijdens de adviesgesprekken, heeft Mariëlle gratis en vrijblijvend haar kennis toegepast op het gebied van tuinarchitectuur. Ze is ingaan op de ruimtelijke aspecten van de tuin, de beplanting en ze heeft haar bezoekers geïnformeerd over specifieke werkwijze en aanpak. Het leverde geen kant en klaar ontwerp op, maar een eerste schets voor verdere uitwerking. De dag werd afgesloten met een lezing door Mariëlle Kok. Aan de hand van een historische tijdslijn in de landschapsarchitectuur, gaf zij haar visie op een aantal Brabantse landgoederen, buitenplaatsen en tuinen.
28
Mariëlle Kok geeft advies aan tuinbezitters rechts Garden Lawnge van Tim van den Burg
datum 15 april 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 24
29
KINDERTENTOONSTELLING Bouwstad Breda Op 14 mei werd de kindertentoonstelling Bouwstad Breda geopend door burgemeester Van der Velde. Deze kindertentoonstelling is een concept van Villa Zebra uit Rotterdam en naar Breda gehaald door Gebouw F in samenwerking met Electron. Het jonge publiek deed tijdens de opening zeer enthousiast mee aan de openingsact, en door hulp van vele handen had de burgemeester niet veel werk aan het bouwen van een hoge toren. Binnen seconden na de openingshandeling waren alle bouwplaatsen druk bezet met bouwende kinderen en binnen minuten verschenen er bouwwerken, hutten, kunstwerken en een stad aan de rivier. In BOUWSTAD BREDA konden kinderen, samen met hun ouders of begeleiders, aan de slag in zes bouwplaatsen. De zes bouwplaatsen in ‘Bouwstad’ hadden verschillende bouwmaterialen. In iedere bouwplaats kregen de kinderen een spannende opdracht: ‘Hoe maak je een zo open en doorzichtig mogelijke constructie van Lego?’ en ‘Kan je van blokken een enorme toren bouwen die zo mooi mogelijk instort?’‘ of Hoe maak je een stad die er van bovenaf gezien superspannend uitziet? In de tentoonstelling gaat het niet alleen om het maken van aparte bouwwerken. Wat ook belangrijk is, is hoe deze constructies met elkaar een stad kunnen vormen. Kinderen worden in de tentoonstelling geïnspireerd door werken van beeldend kunstenaars zoals Chris Mudde en Antoon Versteegde en door gebouwen van bekende architecten. Villa Zebra wil met deze tentoonstelling kinderen kennis laten maken met de veelzijdigheid van architectuur en beeldende kunst met een bouwkundige invalshoek. Gebouw F voegt een aantal voorbeelden van hoogwaardige architectuur in Breda toe zodat kinderen een connectie met de eigen omgeving kunnen maken. Kinderen kunnen op deze manier een relatie leggen tussen het ontwerp, de omgeving (schaal) en de functie, waardoor ze mogelijk met andere ogen naar de wereld kijken. In het bijzonder als het gaat om beeldende kunst en architectuur.
30
foto’s: de heer Leen/Frans Parthesius
datum 14 mei-7 juli/november 2011/locatie Electron/aantal bezoekers 2341
31
DAG VAN DE ARCHITECTUUR Zelfverzonnen Met gratis stadsritten in open bussen kon het publiek op zaterdag 25 juni 2011 kennis maken met het architectuurthema van de Dag van de Architectuur: ‘Zelfverzonnen’. ‘Zelfverzonnen’ ging in Breda over wonen in je eigen idee, over (collectief) particulier opdrachtgeverschap, over wat niet-institutionele ontwikkelaars tot stand kunnen brengen, over bottom-up initiatieven. Architectuur bedacht ‘voor de lol van het maken’, uit gedrevenheid, betrokkenheid, engagement en waaraan de authenticiteit van de makers is af te lezen. Ook stelden die dag twee architectenbureaus hun kantoorpand open voor publiek. De dag werd in Electron afgesloten met een openbaar debat over collectief opdrachtgeverschap met diverse sprekers. Het programma voor de dag bestond uit een bustour langs verschillende locaties in en rondom Breda. Raadsleden, ambtenaren en architecten gaven het publiek op de bussen een toelichting. De bus stopte op de volgende haltes: Station Breda Bij dit startpunt kon het publiek kennis nemen van de stand van zaken bij de grootschalige ontwikkelingen rond de Spoorzone en Via Breda. WesterWetering (Argusvlinder e.o) Deze woonbuurt in de wijk Westerpark ontstond in 1998 op basis van een eigen initiatief van een bewonersgroep van ca 10 bewoners in Princenhage die een duurzame woonbuurt wilde realiseren in Breda. In een breed project dat tussen 1994 en 1998 vorm kreeg werkte de tot ca 40 leden uitgegroeide bewonersvereniging samen met hun architecten aan een geheel eigen wijk met uiteenlopende woningen voor ieders beurs. In samenwerking met toenmalige woningstichting St. Joseph (nu Singelveste), projectfinanciers en de Gemeente Breda ontstond er een duurzame woonbuurt met 101 woningen die kort na de gereedkoming de Bredase Milieuprijs won. Haven Breda Bij deze halte kon het meerjarenproject van architect Eloi Koreman bezichtigd worden. Deze buitengewone woning heeft de uitstraling van een toren en is geheel low-budget uitgevoerd. Een bijzonder detail is de koepel boven op de woning die nog ontbreekt. Electron Op deze stop konden kinderen in zes verschillende bouwplaatsen aan de slag in de kindertentoonstelling “Bouwstad Breda”. Teteringen Om de Haenen Bij dit project zijn vijftien woningen aan het Zuringveld in Teteringen ontworpen door evenveel opdrachtgevers, in samenspraak met 6 door de BNA geselecteerde architecten. De opdracht lag in het kader van de prijsvraag particulier opdrachtgeverschap Om de Haenen, uitgeschreven in 2003 door de gemeente Breda, gebouw F en de BNA. De inspraak van toekomstige bewoners heeft geleid tot individuele architectuur in een totaalplan: een gezamenlijk vormgegeven publiek gebied en een individueel gerealiseerde eigen droom.
32
datum 25 juni Electron/aantal bezoekers 100??? datum 252011/locatie juni 2011/locatie verschillende+Electron/aantal bezoekers 102
33
Ontwerpproces van een door architect Eloi Koreman ontworpen en in eigen beheer gebouwd huis. Ook het echte huis was op de Dag van de Architectuur te bezichtigen.
DAG VAN DE ARCHITECTUUR
Einddebat in Electron De dag werd bij Electron afgesloten met een debat over (Collectief) Particulier Opdrachtgeverschap ((C)PO) in Breda, onder leiding van Marcl Snellenberg van Rienks Architecten. Twee sprekers hielden een voordracht over het onderwerp: Lieke Bijlsma van Planbureau voor de Leefomgeving, die een onderzoek naar de struikelblokken bij gemeentes deed voor realisatie van CPO’s en Andre Peters, één van de initiatiefnemers van het zelfbouwproject Westerpark in Breda. In het debat kwam de vragen aan de orde hoe de toekomst van CPO er in Breda uitziet, wat de meerwaarde voor stad en bewoners is en waarom er momenteel nog steeds zo weinig met dit idee lijkt te gebeuren.
36
37
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Foto-expositie Niemandsland Lab Breda BAM! werd geopend met deze expositie door wethouder Arbouw: een foto-expositie met aansprekende subtitel ‘While they are hunting for big fish, we are emptying our bladder’ over het Niemandsland van Breda. Twee fotografen, Sjoerd Knibbeler en Jaap Scheeren, hebben van Gebouw F de opdracht gekregen om foto’s te maken van drie lege plekken in Breda, namelijk het CSM-terrein, het Havenkwartier en het Hero-terrein. De fotografen hebben deze opdracht op voor hen typerende eigen wijze vorm gegeven. Het heeft intrigrerende beelden opgeleverd die de achtergrond vormden voor bijna alle debatten tijdens BAM! Sjoerd Knibbeler (Weert, 1981) is een jonge fotograaf die in zijn series met nieuwsgierigheid de ontwerp- en maakbaarheidsdrift van de hedendaagse homo faber (scheppende mens) benadert. Dit doet hij vanuit een individueel perspectief waarbij hij het voorstellingsvermogen van de toeschouwer prikkelt met illusies. Hij zoekt de potentie op van een moment of situatie en laat daar zijn eigen verwondering op los. Hierdoor ontstaan suggestieve beelden die uitnodigen tot een heroverweging van de werkelijkheid. Jaap Scheeren (Nijmegen, 1979) woont naast Sjoerd en werkt als fotograaf vanuit Amsterdam. Zowel in zijn eigen projecten als bij werk in opdracht, begeeft hij zich op het wankele vlak van geloofwaardigheid en realiteit. Hierin richt hij zich op de vervreemding en schoonheid van een omgeving en de inwoners. Een quote van zijn website: “De wereld wordt niet geregeerd door orde, noch door logica. Ik toon de slapende onderwereld onder de lak van de alledaagse realiteit. Ik doorloop de stad, de kranten van de dag, maak notities van ongebruikelijke feiten, belachelijke, vreemde prestaties en onthutsende ontdekkingen die zich (schijnbaar onopgemerkt) in de gedrukte kolommen bevinden. Vervolgens bouw ik vanuit deze achtergrond een, meestal fotografisch, beeld op. Maar soms loop ik tegen deze eigenaardigheden aan en kan ik het gewoon meteen fotograferen. Ik vertel verschillende verhalen tegelijk, maar elk verhaal is gerelateerd aan de ander, omdat het gerelateerd is aan mij. In mijn werk onderzoek ik de link tussen realiteit en betrouwbaarheid in de fotografie, vaak met een focus op de vreemde relatie tussen mooie omgevingen en hun bewoners. Ik zoek naar een waarschijnlijk gemaakte wereld, een wereld die ik aan kan passen naar mijn eigen voorstelling ervan.”
While they are hunting for big fish, we are emptying our bladder
38
foto’s gemaakt op de braakliggende terreinen door Sjoerd Knibbeler en Jaap Scheeren
datum 30 okt t/m 30 nov oktober 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 412
39
foto:foto’s: Sjoerd Sjoerd Knibbeler en JaapenScheeren Knibbeler Jaap Scheeren
BREDASE ARCHITECTUURMAAND
Filmavond:grenzeloos Op deze filmavond met het thema Grenzeloos werden drie films vertoond. Deze films waren allemaal ook al op het Architectuur Film Festival van Rotterdam (AFFR) te zien geweest. Mission Statements was de favoriet onder het publiek van het AFFR en is dan ook een niet te missen film voor iedere architectuur- of filmliefhebber. De uitvoerend producent, Joep Mol, heeft een inleiding gehouden bij deze film en daarna een Q&A verzorgd. Ook de andere twee intrigerende films, Utopia London en Der Traum vom Baumhaus, sloten naadloos aan bij de thematiek van de Bredase Architectuur Maand. In 1991 besloot het Ministerie van Buitenlandse Zaken dat Nederlandse architectuur in het buitenland gepromoot moest worden. Over de hele wereld werden nieuwe ambassades gerealiseerd door Nederlandse architecten. Deze missie voor de Nederlandse architectuur werd in de internationale kritiek zeer goed ontvangen en veel van de ontwerpen werden bekroond met prijzen. Na 20 jaren stopte de Nederlandse overheid met het project vanwege economische en politieke redenen. In de film Mission Statements (Jord den Hollander) worden vier van deze ambassades getoond: die in Paramaribo (Suriname) door Lafour & Wijk architecten, de Berlijnse ambassade door Rem Koolhaas, die een hot spot voor toeristen werd; de ambassade in Maputo (Mozambique) door Claus and Kaan architecten, en de ambassade in Addis Ababa (Ethiopia) door Bjarne Mastenbroek and Dick van Gameren. Is de culturele missie na twintig jaar geslaagd? Mission Statements vertelt het verhaal over de totstandkoming van de gebouwen en toont het dagelijks leven in de ambassades. Het is een onthullend relaas over het culturele aspect in de diplomatie en toont de soms hilarische misverstanden die daar uit voort komen. Utopia London (Tom Cordell) verhaalt over de methode en de praktijk van de Moderne architecten die Londen wederopbouwden na de Tweede Wereldoorlog. Het laat zien wat een revolutie zij teweeg brachten in het stadsleven; een stad die nog maar net bekomen was van de destructie van de oorlog en van de armoedige levensomstandigheden, nog overgeërfd van de Industriële revolutie. Utopia London onderzoekt de sociale en politieke agenda’s van de tijd waarin de stad was gebouwd. De film gaat op verder onderzoek om te ontdekken dat de betekenis van deze transformatieve gebouwen radicaal veranderd is in de daaropvolgende jaren. En geïnspireerd door het optimisme van het verleden, stelt Utopia London de vraag: waar gaan we heen vanuit hier en nu? Architect Frei Otto is het meest bekend van zijn Olympisch Stadion in München maar hij was ook verantwoordelijk voor het veel minder bekende 987 IBA Berlijn project: de Ecohuizen. Dit speciale project was ontworpen in samenwerking met 18 huishoudens die niet wisten hoe het gebouw eruit zou komen te zien of hoe veel het zou gaan kosten. Iedereen bouwde zijn droomhuis binnen het gehele complex. Daaruit kwamen fascinerende gebouwen voort. In de film Der Traum vom Bauhaus (Beate Lendt) komen interviews met Frei Otto voor, Christine Kanstinger-Ott, Yona Friedman, Hermann Kendel en meer architecten, planners en betrokken bewoners.
36 42
foto:Der DerTraum Traumvom vomBauhaus, BaumhausBeate Lendt
datum 3 november 2010/locatie Huis voor bezoekers 57 datum 3 november 2010/locatie HuisBeeldcultuur/aantal voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 57
43
BREDASE ARCHITECTUURMAAND
Urban Design Eindexamenexpositie Gebouw F organiseerde samen met NHTV op vrijdag 11 november een manifestatie en eindexamenexpositie van de tweede lichting studenten van Urban Design in het Huis voor Beeldcultuur. De nog jonge stedenbouwkundige opleiding Urban Design van NHTV heeft dit jaar haar tweede lichting studenten afgeleverd. Een achttal studenten presenteerde deze avond hun werk voor publiek als overtuigende professionals. In de voorruimte van het Huis voor Beeldcultuur was het werk het hele weekeinde tentoongesteld. De tentoonstelling werd geopend door wethouder Willems en de presentaties werden door hem ingeleid.
44
Wethouder Willems spreekt de studenten van Urban Design toe
datum 11 november 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal bezoekers 48
45
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Workshop Urban Sensing “ Bedenk een digitale stadsroute voor Breda”, de opdracht waarmee de workshopdeelnemers van Urban Sensing, aan de slag zijn gegaan. De deelnemers werden gestimuleerd grensverleggend te denken om zo nieuwe mogelijkheden van de applicatie 7scenes te ontdekken die hiervoor gebruikt werd. De stad zit vol verhalen, ervaringen en herinneringen. Er zijn actuele gebeurtenissen, vergeten buurten, en verstilde plekjes, toeristische routes en geheime locaties. Maar hoe breng je deze in beeld? En wat wil je laten zien in een digitale stadroute? Urban Sensing begint met een lezing over de applicatie 7scenes waarmee de digitale stadsroutes gemaakt worden. Deze te downloaden applicatie maakt het mogelijk om locaties in de stad te koppelen aan foto’s videobeelden, geluiden en teksten. Door het toevoegen en publiceren van opdrachten ontstaan er routes die gespeeld kunnen worden door anderen. Na het lopen van een bestaande 7scenes-route worden de deelnemers opgedeeld in vier groepen met ieder een eigen thema. Onderwerpen lopen uiteen van De onzichtbare stad,De Stad als tijdmachine (over erfgoed), De tijdelijke Stad naar Kunst in de openbare ruimte. Met behulp van post-its komen de brainstormsessies op gang. De verschillende achtergronden van de deelnemers zorgen voor meerdere invalshoeken. Na een goede brainstorm met een tafel vol post-its als resultaat werd het tijd om de ideeën te ordenen. Gezamenlijk probeerde de groep antwoord te geven op de vragen: Wat is het verhaal? Wie wil je betrekken? Wat voor interactie wil je bereiken? Na een korte discussie werden beslissingen genomen en een presentatie voorbereid met de volgende, soms verrassende, resultaten: Onzichtbare stad Bij de onzichtbare stad werd meteen gedacht aan de sociale kant van de stad. Mensen maken een stad en iedere stad heeft typerende individuen. De man met de fietskachel, of die bijzondere scoot-mobiel met zijn eigen route. Laten we deze individuen zichtbaar maken, zei men in de groep. Niet door ze direct te benaderen of weer te geven in beeld, maar door hun karakteristieke plekken weer te geven op een route. Iedereen heeft een eigen beeld, een associatie bij deze individuen; door deze weer te geven in een app komt er een gesprek op gang. Mensen kunnen op elkaars verhaal reageren. Op deze wijze worden de mysterieuze individuen besproken net zoals een roddel of gerucht op gang komt. Het gesprek zal zichzelf voortplanten. Met deze app kunnen we sociale betrokkenheid vergroten en een andere blik op de stad werpen. Zal iemand ooit het echte verhaal vertellen? Na de presentaties wordt samen met het publiek spontaan een nieuwe route bedacht. Namelijk een route waarbij iedereen zijn eigen herinnering of roddel bij plekken in de stad achterlaat. Zo worden onzichtbare nietsbetekenende plekken ineens interessant. Herinneringen zijn een onderdeel van de onzichtbare stad, ze zijn persoonlijk maar veel mensen zullen bij bepaalde plaatsen dezelfde herinnering hebben. Dit wordt via deze app in beeld gebracht. Erfgoed, de stad als tijdmachine In de brainstorm is de groep gekomen op het thema merken. Merken vertellen een verhaal van een stad, Breda is een echte stad van de merken. Voorbeelden als Hero en NK. Iedereen heeft iets met merken, de een heeft er gewerkt de ander heeft het bedacht en weer een andere fietste iedere dag langs de fabriek. Merken verbinden mensen met elkaar en met de stad. Veel merken
40 46
eerste dag: brainstorm, idee uitwerken en aan elkaar presenteren
datum 12+19 november/locatie Huis voor Beeldcultuur/aantal deelnemers 17
47
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Workshop Urban Sensing in Breda zijn niet meer zichtbaar. Deze nieuwe technologie maakt het mogelijk om deze merken weer zichtbaar te maken. De oorspronkelijke gebouwen en bijvoorbeeld het promotiemateriaal kan via de app bekeken worden. Deze merken zijn ook erfgoed, maar bespreekbaar voor iedereen. Mensen kunnen zelf verhalen toevoegen, niet alleen mensen met kennis van het onderwerp. Voor deze workshop worden de merken in beeld gebracht en een merk tot in detail uitgewerkt. Tijdelijke stad Er zijn in Breda veel lege plekken te vinden waar op dit moment niks gebeurt en vanwege de crisis de komende tijd ook niet veel zal gebeuren. Deze plekken verdwijnen langzaam uit het geheugen van de stadsbewoners en dat is spijtig. Om in de tussentijd iets te toen met deze plekken wordt er een app ontwikkeld waarbij mensen kunnen stemmen op een aantal mogelijkheden voor die plekken. Naast het stemmen kunnen ze zelf ideeën toevoegen maar ook verwijderen. Activiteiten moeten per locatie weergegeven worden en de gebruikers krijgen de mogelijkheid om beeldmateriaal toe te voegen. Aan het eind van het traject ontvangt het beste idee een beloning. Kunst in de openbare ruimte Het startpunt voor de route is een picknickmand met verschillende objecten. De app stuurt de gebruiker naar locaties waar je een opdracht moet uitvoeren. De deelnemers laten objecten achter, ruilen, of nemen objecten mee op de locaties. Op deze manier wordt er kunst gecreëerd. Het groeiende proces op de locaties kan via de app worden weergegeven. De deelnemers creëren de kunst, de toevallige voorbijganger zal de kunst waarnemen. Er ontstaat een dynamisch kunstwerk. Ongemerkt komen de deelnemers langs de hotspots van Breda. Deelnemers kregen na de eerste middag huiswerk mee om materiaal te verzamelen voor de inhoud van hun route. Op de tweede dag werd er een route gemaakt per groep. Na 2,5 uur hard werken presenteerden de groepen de applicaties aan elkaar. De concepten zijn vrijwel gelijk gebleven als bij de eerste dag. De route van de werkgroep “onzichtbare stad” is uitgewerkt in de vorm van een quiz waarbij de deelnemers aan de hand van foto’s vragen moeten beantwoorden. De groep “ erfgoed” heeft in een korte tijd 19 locaties van verschillende merken in de applicatie verwerkt. Later worden er nog filmpjes, foto’s en audio fragmenten toegevoegd. “ Tijdelijke stad” koppelt de route direct aan een bestaande website over braakliggende terreinen, www.braak.nl. De website is nog niet interactief genoeg, via de app kunnen bezoekers eigen ideeën uploaden en commentaar geven op andere ideeën. Bij de werkgroep “ kunst in openbare ruimte” start de route met een lijst met spullen die de deelnemers mee moeten nemen. Elke locatie heeft een eigen opdracht waarmee kunst gecreëerd kan worden. Door een kunstenaar om advies te vragen kan de route meer diepgang krijgen
48
tweede dag: bouwen en in de realiteit testen
49
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Breda, meest duurzame stad van Nederland Duurzame stedenbouw is geen utopie. Concepten als ‘CO2-neutraal’, ‘klimaatbestendig’ en ‘cradle to cradle’ zijn inmiddels vanzelfsprekend in de dagelijkse bouwpraktijk. Duurzame stedenbouw wordt steeds meer de drager van duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Ook in Breda is duurzame stedenbouw onderdeel geworden van het gewone stedelijk ontwikkelingsbeleid, zoals ook blijkt uit Breda, The making of the sustainable city, een publicatie over het duurzaamheidsbeleid van Breda. Zo is Breda bezig met het creëren van een autovrije wijk in Teteringen en de ontwikkeling van nieuwe duurzame woonmilieus. Ook onderzoekt Breda de mogelijkheid van warmtevoorzie– ning via een biomassacentrale aan nieuwbouwwoningen in Teteringen, Breda-Noord en de wijk Driesprong. Ruim 130 gemeenten hebben meegedaan aan de Lokale Duurzaamheidsmeter 2009. Deze meter laat zien welke ambities en initiatieven gemeenten hebben op het gebied van duurzame ontwikkeling. Breda heeft een gedeelde eerste plaats met Alkmaar gekregen. Video-skype presentatie In Europees verband gezien is Breda geen koploper. Kopenhagen staat in de Green European city Index van Siemens op nummer 1. Omdat er waarschijnlijk nog heel wat te leren valt van Kopenhagen, werd het Danish Centre for Architecture (DAC) in Kopenhagen uitgenodigd een video skype-presentatie te houden over het duurzaamheidsbeleid van Kopenhagen. Gustavo Ribeiro, hoofd van de afdeling debat en presentatie van het DAC, vertelde ons per skype over de strategieën die Kopenhagen, een stad met een 0.5 miljoen inwoners, toepast. In de laatste 10 jaren is Kopenhagen bezig met de vraag What makes a liveable city? Het beleid van Kopenhagen houdt o.a. in: - vermindering van C02-uitstoot in 2015 - C02-neutraal in 2020/2025 - verschuiving van fossiele energie naar biomassa-energie, windenergie samen met bedrijven - lifestyle-veranderingen doorvoeren in transport - uitbreiding en verbetering infrastructuur voor fietsen - investeren in openbaar vervoer: meer dan 85% van openbaar vervoer haltes is binnen een radius van 600 meter bereikbaar - uitgangspunt is een ecometropolis met groene en blauwe ruimtes - hoe creëer je publieke ruimte die toegankelijke parken zijn? - er zijn 3 zwembaden die vrij toegankelijk zijn voor het publiek die met havenwater gevuld zijn - er is een park gemaakt met een kunstmatig aangelegde strand - een hoogtepunt voor Kopenhagen is de North Harbor, een multifunctionele wijk waar gewoond en gewerkt wordt, dat zeer goede openbare verbindingen heeft en gelegen is aan het water. Voorbeeld voor de compacte stad. - Kopenhagen is zeer actief betrokken in partnerships, bedrijfsontwikkeling en bij energiebedrijven om een smart grid-system te ontwikkelen. Marc Okhuijsen, coördinator Duurzaamheidsbeleid bij Breda, lichtte het beleid van de gemeente Breda toe. De reden waarom de bewoners niet het idee hebben dat ze in de meest duurzame stad van Nederland wonen, is omdat het duurzaamheidsbeleid van Breda niet in specifieke projecten zit, maar verspreid over de stad in niet-opvallende maatregelen. Daarna werd er in de zaal, onder leiding van moderator Martin Dubbeling, een debat gehouden over het duurzaamheidsbeleid van Breda. Martin Dubbeling is senior stedenbouwkundige bij SAB in Arnhem en mede auteur van het boek Duurzame stedenbouw, perspectieven en voorbeelden.
44 50
Gustavo Ribeiro spreekt vanuit Kopenhagen met Martin Dubbeling en met het Bredase publiek
datum 15 november 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 31
51
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Slow City Egbert Kalle van SOAB (adviseurs voor wonen en leefomgeving) in Breda heeft als gastprogrammeur het debat geleid over de langzaam groeiende stad en de kansen die particuliere initiatieven (o.a. bouwen in eigen beheer) daarbij bieden. Slow Urbanism laat ons op een andere manier naar gebiedsontwikkeling kijken. Het werpt nieuw licht op het belang van gebiedsontwikkeling op lange en korte termijn, van het grote raamwerk en het kleine project. Daarnaast laat het zien welke kansen er voor gebiedsontwikkeling liggen wanneer we de individuele wensen van bewoners begeleiden naar een organische wijkontwikkeling. Slow Urbanism is een nieuwe strategie (deels naar eeuwenoude voorbeelden) om consumenten te faciliteren bij het realiseren van woonwensen op verschillende schaalniveaus. Centraal in de strategie staan: - de nieuwe keuzevrijheid van de consument om je eigen woning en woonomgeving te kiezen. Een slimme organisatie en verkavelingsprincipe op wijkniveau biedt ruimte voor generieke en specifieke wensen. - een nieuwe investeringsstrategie, waarbij je moet durven om klein te beginnen en groot te denken. Professionals, overheid en consumenten krijgen hierdoor andere rollen, en deelprojecten worden substantieel versneld. Dirk Bergvelt, senior projectleider bij Architectuur Lokaal en CPO-specialist leidt de avond in met verschillende voorbeelden van zelfbouw over het hele land verspreid. Hij stelt dat bij gemeenten en ontwerpers de belangstelling voor zelfbouw gegroeid is sinds de credietcrisis omdat het zelfbouwen doorgaat. Wethouder Bergkamp, die deze avond ook uitgenodigd was, vertelt dat Breda het zelf bouwen hoog in het vaandel wil hebben vanwege - de maximale wijze waarop eindgebruikers bij het bouwproces betrokken zijn; - het vergroten van de leefbaarheid van een buurt door mensen van verschillende achtergronden te mengen; - de mogelijkheid om daarmee de kwakkelende fase in de bouwsector te bestrijden. Egbert Kalle brengt naar voren dat het probleem in Breda is dat er geen programmatische ruimte is omdat de 7340 woningen die er gebouwd mogen worden, al in de portefeuille van verschillende ontwikkelaars zit. Het aanwezige publiek wordt vervolgens opgedeeld in 3 werkgroepen die ieder voor een probleemstelling oplossingen moesten proberen te zoeken. Conclusies die er uit de werkgroepen kwamen: - in beeld brengen welke ontwikkelaars programmatische ruimte hebben - het verleiden van deze ontwikkelaars met initiatieven - bij de provincie vragen om meer programmatische ruimte - om te kunnen financieren, zouden percelen die op de markt komen ‘opgeknipt’ kunnen worden - men zou kunnen proberen om geen grond af te nemen van een ontwikkelaar maar erfpacht te betalen - men kan zelfbouwen op plekken waar sprake is van ‘scheefhuur’ - men kan bestaande woningen samenvoegen voor zelfbouw - er moet minder regelgeving komen - er moeten meer Belgische toestanden komen - er is behoefte aan meer kwaliteit van woningen en omgeving waar CPO voor kan zorgen.
46 52
boven: wethouder Bergkamp en Dirk Bergvelt luisteren naar Egbert Kalle onder: aan 3 tafels worden specifieke probleemstellingen besproken
datum 16 november 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 48?
53
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Architectuurcafé Lode Havermans Havermans:Hielkema architecten (voorheen LodeHavermans Architecten) is sinds 1993 gevestigd in Breda en werkt aan een verscheidenheid van projecten, zoals grootschalige woningbouwprojecten, projecten voor de zorg, stedenbouwkundige ontwerpen binnen voornamelijk herstructurerings opgaven, specifieke utilitaire projecten en infrastructurele werken, waaronder diverse bruggen. Met liefde voor het vak geloven zij in een solide koppeling tussen programma, beeld en kosten voor iedere afzonderlijke opgave, beheerst door een heldere en open procesgang. Met deze werkwijze streven zij een hoog kwaliteitsniveau na. Lode Havermans vertelt dat het concept of thematiek in de methodiek het bureau van groot belang en in die zin ‘heilig’ te noemen, omdat het helderheid schept in alle fasen van het ontwerp- en bouw-traject. Het functioneert, aldus Lode, als toetssteen bij in- en externe communicatie tussen alle betrokkenen van het project. Tijdens de avond, met gastheer Marcel Snellenberg van Rienks Architecten, vertelt Lode Havermans over een groot aantal projecten waar zijn bureau aan werkt en gewerkt heeft, oa het Rioolgemaal. Binnen de herontwikkeling van de rivier de Mark ontving Havermans:Hielkema architecten de opdracht voor het ontwerpen van drie bruggen en de ontwerpopgave voor de renovatie en nieuwbouw van het bestaande rioolgemaal. Het project omvatte de revisie van de onderbouw en een nieuw ontwerp voor de te slopen bovenbouw. Naast grondige renovatie van technische onderdelen, werd met de nieuwe bovenbouw ook een sterke kwaliteitsimpuls van het exterieur beoogd. Een belangrijke ambitie in de opgave betreft het doorbreken van de anonimiteit van het gemaal. Door een strategische positionering van gevelopeningen in de vijzel- en motorenruimte krijgt het bouwwerk het karakter van een ‘kijkdoos’. De techniek van het vijzelgemaal wordt zichtbaar gemaakt. Middels het plaatsen van spiegels op de achterwand van de vijzelruimte krijgt de toeschouwer een beter beeld van het verloop van het rioolwater. Om de thematiek van het water te versterken stroomt er een permanente waterfilm over de prefab betonnen gevelelementen. Deze waterfilm wordt vanuit een rondom gelegen lijngoot aangelicht. Op de vraag van Marcel Snellenberg aan het einde van de avond, wat Lode nog altijd wil ontwerpen, is het antwoord: “een museum”.
54
datum 17 november 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 27
55
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Duurzame wijkontwikkeling Natuurlijke wijkvernieuwing is een nieuwe, meer geleidelijke vorm van stedelijke vernieuwing. In verschillende gemeenten wordt de discussie gevoerd hoe het beheer van de openbare ruimte verbeterd zou kunnen worden op een wijze waarbij de natuurlijke wijkontwikkeling voorop staat. In alle gemeentes wordt er echter juist bezuinigd op de kosten van het beheer van de openbare ruimte. Hoe kan de stad Breda desondanks het kwaliteitsniveau hoog houden? En biedt deze bezuiniging wellicht ook kansen om het beheer van onze leefomgeving over een hele andere boeg te gooien? Processen van ontwikkeling en beheer van de openbare ruimte zijn vaak ondergebracht bij onafhankelijk opererende diensten, bedrijven of bedrijfsonderdelen. Afstemming tussen ontwikkelaars en beheerders vindt wel plaats, maar krijgt niet altijd de prioriteit die het verdient. Deze scheiding tussen ontwikkeling en beheer kan leiden tot onnodig hoge kosten bij het realiseren en in stand houden van een openbare ruimte van goede kwaliteit. Om het beheer en de ontwikkeling van de openbare ruimte duurzaam te maken is ‘Ontwikkelend Beheer’ wellicht een methode. Bij deze methode worden bedrijven, bewoners en instellingen betrokken bij het beheer van onze openbare ruimte. In Nederland zijn voorbeelden te vinden van private partijen die bijdragen aan of zelfs volledig verantwoordelijk zijn voor het beheer van een bepaald deel van de openbare ruimte. Dit kunnen zowel bedrijven als bewoners zijn. Beheer en ontwikkeling van de openbare ruimte hoeft geen exclusief gemeentelijke verantwoordelijkheid te zijn. Gebouw F hield een rondwandeling door de wijk Boeimeer met een groep genodigden, waaronder wethouder Wonen en Leven, de heer Bergkamp, politici, woningcorporaties, wijkbewoners en andere professionals met aansluitend een diner in een buurthuis in de wijk. Bewust is deze wijk uitgekozen en geen ‘achterstandswijk’, omdat de kans van slagen voor zelfbeheer van de openbare ruimte groter wordt geacht in een wijk als Boeimeer, waar weinig problematiek is. Daarna werd er ‘s avonds een debat georganiseerd onder leiding van moderator Peter Beijer, stadsocioloog en docent aan de NHTV, over de vraag of ‘ontwikkelend beheer van de openbare ruimte’ in een wijk zoals Boeimeer een kans van slagen heeft en onder welke voorwaarden. Daartoe werd de zaal onderverdeeld in twee groepen: degenen die vóór en degenen die tegen beheer van de openbare ruimte door wijkbewoners is. Daarvóór lichtte Anne Jelle Lycklama het onlangs ontwikkelde beleid van de gemeente toe over “Opgeruimd Breda” een methode van ‘beloning’ om de burgers te betrekken bij het onderhoud van hun leefomgeving. Conclusies die er aan het einde van de avond getrokken werden om de wijkraad verder te helpen met het ontwikkelen van projecten in de openbare ruimte voor wijkbewoners: - het toeëigenen van plekken door bewoners, kan aanknopingspunten geven om verdere projecten te ontwikkelen; - NIMBY kan ook een aanleiding zijn om een project tot ontwikkeling te brengen - sleutelfiguren in de wijk spelen een belangrijke rol - maatschappelijke organisaties/professionele middenveld erbij betrekken - scholen, ondernemers en zzp-ers in de wijk erbij betrekken - ontmoetingen tussen wijkbewoners stimuleren door leuke evenementen te organiseren - reclassering inzetten: van bedreiging een kans maken - een fun-element erin brengen - beheersbaar houden qua schaalniveau - actuele zaken inbrengen voor meer betrokkenheid van bewoners - samenwerken met andere wijkraden is belangrijk.
56
57
datum 23 november 2011/rondwandeling,diner locatie gemeenschapshuis De Blaker/ aantal deelnemers 16/debat locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 47
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Niemandsland Lab Breda Gaat er ooit nog wat gebeuren op het CSM-terrein, het Hero-terrein en welke bedrijven zijn nog actief in het Havenkwartier? En gaan deze overbodig geworden ‘no go areas’ ooit nog deel van de stad uitmaken? Gebouw F deed met RDH Architecten en B-inmotion een onderzoek naar deze plekken. Meer dan 70 studenten Ruimtelijke Ordening van de NHTV zetten op basis van dat onderzoek hun creativiteit in om strategische en originele scenario’s voor deze niemandslanden te ontwikkelen. Breda kent net als een aantal steden in Nederland het probleem van de snel wegtrekkende industrie die in de binnenstad grote lege plekken achterlaat waar op dit moment geen of te weinig programma voor is. In Breda is de schaal van dit probleem in verhouding tot de schaal van de binnenstad letterlijk groot te noemen. De Spoorzone van Breda is een voor de stad belangrijk ontwikkelingsgebied en juist langs het spoor vallen de grote gaten door verdwijnende industrie. Bij elkaar gaat het om een oppervlak dat meer dan drie keer zo groot is als de historische binnenstad. De drie grootste gebieden in deze zone zijn het Havenkwartier, het CSM-terrein en het Hero-Terrein. Het Havenkwartier, rondom de Belcrumhaven, is gedeeltelijk nog in gebruik als industrieterrein. Versnipperde eigendom en strategische gebiedsverwerving door enkele ontwikkelaars speelt een belangrijke rol in de herbestemming van dit gebied. Het grote CSM terrein, waar voorheen de suikerfabriek gevestigd was, is volledig leeggeveegd. Het braakliggende terrein kan moeilijk over het hoofd gezien worden, het beslaat ongeveer 20 hectare. Het terrein is in bezit van een groep aandeelhouders, wat een obstakel zou kunnen zijn voor tijdelijke ingebruikname en ook voor gefaseerde ontwikkeling. De derde locatie is het Hero-terrein, van de voormalige conservenfabriek. Daar was woningbouw gepland door de gemeente, maar deze plannen zijn voorlopig stilgelegd. De mogelijke toekomstige economische belangen, het gebrek aan een financieel te verantwoorden programma en de slechte economische positie van het grondbedrijf maken het zeer waarschijnlijk dat deze gebieden voorlopig ongebruikt blijven liggen achter hoge hekken, als ‘no-go areas’ voor de Bredanaars. Gebouw F initieert een breed stadsdebat over deze problematiek. Als startpunt voor dat debat organiseert Gebouw F een ontwerp- en ideeënlab, opgezet als Minor in het vierde jaar van de Ruimtelijke Ordening opleiding van de NHTV. Zo’n 75 studenten van de afdelingen Planologie, Verkeerskunde en Urban Design werkten, samen met hun docenten en mentoren en met experts die Gebouw F uitnodigde, aan scenario’s voor de toekomst van de drie bovengenoemde ‘niemandslanden’. Op 24 november hielden 4 groepen voor een flink gevulde zaal een presentatie over hun projecten Poldermodel, het Lint, Stadslab CSM en Flavorland. Over deze projecten is een publicatie gemaakt, evenals over het vooronderzoek. Naar aanleiding van deze presentaties kwam er in de zaal een debat op gang over de ontwerpvisies en over de braakliggende terreinen in het algemeen. Het debat werd gehouden onder leiding van Lucas Verweij, voormalig directeur van de Acadmie voor Bouwkunst in Rotterdam.
58
de kick-off bijeenkomst en het einddebat van het Niemandsland Lab Breda
datum 24 november/locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 103
59
BREDASE ARCHITECTUURMAAND Het Schaduwcollege Breda maakt zich op om de Structuurvisie 2020 te herzien. In de aanloop daartoe is de nota Stedelijke Programmering 2020 Koers gezet opgesteld, waarin Breda, genoodzaakt door de economische crisis, nieuwe prioriteiten moet stellen. Gebouw F heeft architecten, stedenbouwkundigen, projectontwikkelaars, wetenschappers en anderen uit Breda gevraagd om hun visie te geven in de vorm van een essay op het stedelijk beleid van Breda. Als zij de Structuurvisie zouden moeten herzien, welke keuzes zouden zij maken, welke prioriteiten zouden zij leggen in het beleid? Welke kwaliteiten heeft een stedelijk ontwikkelingsplan van de volgende generatie nodig? De essayisten is gevraagd hun blik te werpen op een aantal onderwerpen die in de huidige structuurvisie zijn opgenomen en die al dan niet hun plek op de prioriteitenlijst van de Stedelijke herprogrammering uit 2010 hebben gekregen en daar een kritisch doch opbouwende essay over te schrijven. Een aantal stellingen van deze essayisten vormen de leidraad voor een debatavond, waarbij moderator Bart Cosijn, van Urban Dialogue, de regie voerde. Een greep uit de stellingen: 1 Elke ontwikkeling die de stad beoogt dient voort te komen uit een legitimatie. De nieuwe structuurvisie moet gebaseerd zijn op empirisch onderzoek dat een beeld schetst van het sociaal-economisch DNA van Breda in 2011. 2 Gebruik de structuurvisie ook om te inspireren en te enthousiasmeren, niet alleen om in te kaderen en te reguleren. Maak de structuurvisie samen met partners, deel gezamenlijke ambities, kennis en kunde. 3 Breda heeft voldoende fysieke en professionele ruimte om een innovatiecentrum te (kunnen) worden in de stedelijke ontwikkeling: laat zien dat ontwikkelen in Breda wel kan. Werp niet te veel obstakels op voor realisatie van eigen initiatieven en werk met diegenen mee die proberen wél iets voor elkaar te krijgen. 4 Breda moet ruimte geven aan spontane stadsontwikkeling; de stedenbouwer moet durven alleen een kader aan te geven dat door de bewoners zelf kan worden ingevuld. Breda heeft geen serieus beleid ter stimulering van particulier opdrachtgeverschap. Particulier en collectief opdrachtgeverschap moet worden gezien als volwaardig en waardevol instrument in de stedelijke ontwikkeling. 5 De structuurvisie moet een toekomstbeeld geven van een duurzaam breda en een aantal daaruit te herleiden kernprincipes voor een duurzame toekomst. Breda moet zich ontwikkelen naar een samenleving met de volgende kenmerken: ecologisch duurzaam, sociaal rechtvaardig, veerkrachtig en economisch stabiel. 6 Breda moet niet alleen zijn monumenten willen behouden, maar ook bereid zijn om de monumenten te blijven gebruiken en vernieuwende initiatieven op dit gebied te faciliteren. Daardoor kunnen deze monumenten de uitstraling blijven behouden die de stad haar bijzondere en aantrekkelijke uiterlijk geeft.
60
Onder toeziend oog van wethouders Arbouw en Willems legt Hans Thoolen (projectleider Breda 2030) uit waarom de structuurvisie uit 2007 herzien moet worden
datum 30 november 2011/locatie Huis voor Beeldcultuur/ aantal bezoekers 61
61
EXTRA PROJECTEN Via Twitter Twitter wordt ingezet om informanten aan te trekken die kunnen rapporteren over Breda. De stad met dorpen, omgeving en infrastructuur beslaat letterlijk en figuurlijk een groot en complex gebied waardoor het lastig is alle ontwikkelingen te volgen. Voor dorpen, wijken en bedrijventerreinen waar ontwikkelingen plaatsvinden of op til zijn, nodigt Gebouw F een bewoner of actief betrokkene uit om over een langere termijn met een regelmaat te rapporteren over ontwikkelingen en de stemming ter plekke. Gebouw F heeft de bij wijze van experiment naast het Twitter account van de directeur ook een twitteraccount speciaal voor (en vooral over) de spoorzone aangemaakt. Het idee dat anderen voor Gebouw F gaan twitteren is nog niet voldoende aangeslagen, maar er is via beide twitteraccounts al wel veel informatie gedeeld en vergaard. Vooral als gereedschap om de vinger aan de pols te houden over de ontwikkelingen in en buiten Breda blijkt Twitter zeer nuttig te zijn en te zien aan de re-tweets worden de berichten die Gebouw F twittert ook vaak als interessant of relevant ervaren. Hoewel het veel aandacht vraagt wil Gebouw F zeker doorgaan met het inzetten van sociale media. Het is een ‘hands-on’ leerproces en er is tijd nodig om een interessant netwerk te laten ontstaan. Dat laatste is nu langzaam aan het groeien.
62
twitter.com/GebouwF@SpoorzoneBreda van 0 tot ongeveer 170 volgers twitter.com/FransParthesius@GebouwF van 0 tot ongeveer 270 volgers
63
Financiële verantwoording
Financiële verantwoording
Overzicht van baten en lasten jaarprogramma 2011
Overzicht van baten en lasten jaarprogramma 2011
Lasten Baten
2011 2011 1a. Personele kosten - overige algemene projectkosten 439 439
Bijdrage Stimuleringsfonds jaarprogramma Verstrekking jaar 2011 (w.v. 80% reeds ontvangen) Hiervan uitgevoerd in 2012: EUR 7500
35.259
1b. Afschrijvingskosten toegerekende afschr.kosten aan activiteiten - Bijdrage Gemeente Breda Projectbijdragen 16.000 Bekostiging activiteiten uit algemene subsidies 1.445 –––––– 17.445 2. UITVOERING VAN PROJECTEN JAARPROGRAMMA 2011 Bijdragen derden Bijdrage Phosfor/creditering van kosten 11.834 1. Architectuurcafé 825 ______ toegerekende afschr.kosten algemeen - 11.834 toegerekende kn.activiteiten algemeen - 825 2. Pecha Kucha 455 toegerekende afschr.kosten algemeen - toegerekende kn.activiteiten algemeen 455 3. Via Twitter 1.250 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen 1.250 4. Urban Design lezingen 2.331 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen - 5. Masterclass Hedonistic Interiors (ipv column) 1.791 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen
Lasten Baten 2011 2011 Transport 40.924
Transport
40.924
10 . Slow City 3.730 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen 3.730 11. Debatavond Structuurvisie (ipv De Bundels (deel)uitvoering in boekjaar 2012 3.500 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen 3.500 12. Breda, meest duurzame stad 5.183 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen 5.183 13. Natuurlijke wijkontwikkeling 5.607 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen 5.607 14. Urban Sensing 5.595 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen 5.595 23.615
2.331 TOTAAL LASTEN
64.538
TOTAAL BATEN
64.538
1.791
6. Schaduwcollege 6.583 deeluitvoering in het boekjaar 2012 1.500 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen - 8.083 7. Filmavond 3.430 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen - 3.430 8. Lab Niemandsland 9.958 deeluitvoering in het boekjaar 2012 2.500 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen - 12.458 9. LAB Niemandsland foto-project 9.861 toegerekende afschr.kosten algemeen toegerekende kn.activiteiten algemeen -
9.861
Transport
40.924 Transport 40.924
64
65
OVER GEBOUW F
OVER GEBOUW F
De mensen achter Gebouw F
De mensen achter Gebouw F
Bestuur De directeur van Gebouw F is tevens het éénkoppige bestuur van de Stichting. De directeur is niet in dienst van de Stichting maar werkt op free-lance basis voor gemiddeld 20 uren per week.
Vrijwilligers en stagiaires Gebouw F heeft een tweetal vrijwilligers, Mara Verleijsdonk en Josje Leen, die dit jaar op regelmatige basis vooral organisatorische werkzaamheden op het gebied van de jaarprogrammering en de educatieve activiteiten verricht hebben. Daarnaast kon Gebouw F ook rekenen op een groot aantal vrijwilligers voor o.a. de kindertentoonstelling Bouwstad en de foto-expositie Niemandsland Breda.
Personeel Daarnaast is een projectleider, Monica Hübner, werkzaam op freelance basis voor ongeveer 24 uren per week. Voor projecten worden waar nodig, extra freelancers ingezet. Raad van Toezicht De Raad van Toezicht adviseert en ondersteunt de directeur over het programma, de begroting, de jaarrekening en het jaarverslag. De Raad van Toezicht bestaat uit zes leden: Joost Gielen, algemeen directeur van Princess Household Appliances bv Stan Gielen, fiscalist en als partner verbonden aan DRV Accountants en Belastingadviseurs Breda Harry Reininga, directeur Singelveste AlleeWonen Christel Smeets, voorzitter regio Zuid-West BNA en architect directeur Christel Smeets Architect Kees Sol (voorzitter), financieel directeur Oogziekenhuis Rotterdam Geert Van Wirken, directeur Valkrust Consultancy BV.
Daarnaast hebben er drie stagiaires, twee van Urban Design NHTV en één van Avans, Communicatie en Design een aantal maanden stage gelopen bij Gebouw F en gewerkt aan een paar projecten.
Cees Langeveld, directeur van het Chassétheater is als adviseur aan de Raad van Toezicht verbonden. Programmacommissie De programmacommissie adviseert over de jaarprogrammering en helpt mee bij de uitvoering van de activiteiten. De leden van deze programmacommissie zijn: - Arjan Eland: architect directeur Arjan Eland architecten & ingenieurs - Manon Grond stedenbouwkundig ontwerper at LOS Stad om Land, Den Bosch, tot augustus 2010 Stedenbouwkundig ontwerper, bureau Ruimtelijke Plannen bij Gemeente Breda - Marc Holvoet architect/stedenbouwkundige Atelier Bruut Amsterdam en coördinator NHTV - Marty vd Klundert stedenbouwkundige directeur Space Value en associate lector Delta Management aan de Hogeschool Zeeland - Jaap Korteweg directeur ontwikkelaar Jaapkorteweg planontwikkeling bv - Marcel Snellenberg architect directeur Rienks Architecten - Chanan Hornstra architect bij BO2 in Tilburg
66
Na een lange dag cultuur... vrijwilligersuitje in Rotterdam
67
Dankwoord Gebouw F wordt bij haar werkzaamheden ondersteund door verschillende organisaties, fondsen en personen zonder wie de uitvoering van het jaarprogramma niet mogelijk is. Gebouw F spreekt haar specale dank uit voor:
Subsidiënten - Gemeente Breda (jaarlijkse subsidiebijdrage) - het Stimuleringsfonds voor Architectuur (jaarlijkse subsidiebijdrage) - het VSBfonds (Bouwstad Breda) - het Prins Bernard Cultuurfonds (Bouwstad Breda) - het cultuurfonds van de gemeente Breda (Bouwstad Breda)
Partners - Huis voor Beeldcultuur - Electron
Sponsoren - RDH architecten (vooronderzoek Niemandsland Breda) - Nexus accountants - Rob van Hoesel - Imabo (Bouwstad Breda) - Tapijt Tegelcentrale (Bouwstad Breda) - Fremat (Bouwstad Breda)
Vrijwilligers Alle vrijwilligers waartoe ook de leden van de Raad van Toezicht en de programmacommissie behoren, die in 2011 geholpen hebben om de verschillende evenementen tot stand te brengen en de organisatie en het beleid van Gebouw F in goede banen te leiden.
Sprekers en andere deelnemers Alle sprekers en deelnemers die belangeloos hebben deelgenomen aan de verschillende debatten en andere evenementen in 2011.
68