HET VAKBLAD VOOR
DE BLOEMBOLLEN EN VASTEPLANTENSECTOR
27 DECEMBER 2013
287
12
ERIK HOGERVORST: ‘GOEDE BEURS GEEFT VISIE’ 14
BLOEMBOLLEN PROMOTEN BIJ HOVENIERS
16
CISKA SMAKMAN SLUIT SERIE VAKVROUWEN AF
22
38
TREURNIS EN BEGRIP VEEL ANIMO VOOR EINDE CNB 64STE MECHANISA MIDWINTERFLORA TIESHOW
78
GERMACO VIERT 25JARIG JUBILEUM
E X T
• SPUITLICENTIE E DINSDAG 7 JAN. - WOENSDAG 8 JAN. 10.30-13.00 UUR - INCLUSIEF LUNCH TEL. 0223-690111- E-MAIL:
[email protected] MAX. 60 PERS. PER DAG - VOL = VOL BIJEENKOMST VEILIGHEID EN TECHNIEK • VAKAVONDEN N DINSDAG 7 JAN.: “BEN JE FLEXIBEL GENOEG IN EEN VERANDERDE MARKT?” (I.S.M. RABOBANK BOLLENSTREEK) DONDERDAG 9 JAN.: “HET VRAAGSTUK TVX IN TULP” INFO: WWW.HOBAHO.NL
R
• REGIONALE TULPENKEURING VOOR INFORMATIE: WWW.NKTULPENKEUREN.NL
A
• MARKTBROEISHOW DE 1E MARKTBROEISHOW 2014 DE VROEGSTE RASSEN ZOALS IN DE PRAKTIJK GEBROEID BIJ PROEFTUIN ZWAAGDIJK.
OPENINGSTIJDEN: DINSDAG 7 JANUARI 10.00 - 21.30 WOENSDAG 8 JANUARI 10.00 - 21.30 DONDERDAG 9 JANUARI 10.00 - 21.30 WWW.SMTB.NL -
[email protected]
Stelling 1 2141 SB Vijfhuizen
UUR UUR UUR
VWH
flora
&1%0,':,17(5
:HSDNNHQQRJppQNHHUJURRWVXLW TOEGANG GRATIS
PROGRAMMA
CNB Midwinterflora van 7 t/m 10 januari 2014
• Woensdag 8 januari: Vanaf 14.00 uur: haringkar.
• • • •
Dinsdag 7 januari Woensdag 8 januari Donderdag 9 januari Vrijdag 10 januari -
11.00 - 19.00 uur 08.30 - 19.00 uur 08.30 - 21.30 uur 08.30 - 17.00 uur
CNB Handelscentrum, Heereweg 347, Lisse Meer informatie: CNB Lisse Tel: +31 (0)252 43 13 16 E-mail:
[email protected] www.midwinterflora.nl
• Donderdag 9 januari: Vandaag kunnen alle gasten een foto van zichzelf laten maken, die geplaatst wordt op de cover van BloembollenVisie. Deze cover kan iedereen meenemen als aandenken aan de CNB Midwinterflora. • Vrijdag 10 januari: Vanaf 10 uur: overheerlijke stroopwafels, vers gebakken. We zien u graag op de CNB Midwinterflora!
INHOUD
Het vakblad voor de bloembollen- en vasteplantensectortEFDFNCFS/VNNFS
Nieuws
6
Korte nieuwsberichten
Onder handen
10
CNB Actueel
11
Opnieuw online inbrengveiling
Visie
12
Fedecom-voorzitter over nut beurzen en trends in de mechanisatie
Hoveniers
14
Focus op vakinhoud en plantenkennis bij hoveniers
Vakvrouwen
16
Taakverdeling man en vrouw verschilt
Terugblik
18
Goede resultaten na twee jaar iBulb Openbaar groen en welbevinden centraal voor iVerde
Actueel
20
Afscheidssymposium Henk Hoogervorst
Bloem in beeld
22
Inzenders betreuren einde MWF
Branchenieuws
24
Kennis nodig om drift te beperken
Toeleveranciers
26
Automated4u kijkt in de praktijk
Kennis
28
Met interesse leert het makkelijk
Waterkwaliteit
29
Samen strijden tegen emissie
Voorlichting
30
Energiebesparing bij leliebewaring
Vakvenster
32
Mechanisatiebeurs
38
Nieuwtjes inzenders Mechanisatietentoonstelling
CNB Actueel
46
Pluspunten groen veilen bij CNB IPM is de beurs der beurzen
Plant in beeld
48
CNB New Plants introduceert Brunnera macrophylla Starry Eyes
Bolbloemennieuws
49
Aan alles komt een eind
Service 4 VISIE27 december 2013
50
52
Grondbank
53
Vraag en aanbod
58
Actueel
58
66
Drukke eindejaarsbijeenkomst Anthos
60
Anthos Anthos/iBulb verkennen Chinese markt
62
Laatste nieuws
66
Mechanisatiebeurs
72
Vervolg nieuwtjes inzenders
72
Boomkwekerij Carya levert noten en mooie herfstkleur
73
Tien vragen aan Theo van der Heijden
78
Jubileum
73
78
Open middag 25-jarig Germaco BV
80
Branchenieuws Verslechterde energie-efficiëntie glastuinbouw in 2012
81
Markt en Afzet
82
Branchenieuws
80
81
82
83
Marktplaats
83
Wereldbol Crocosmia en Montbretia
88
Advies Bloembollentelers geven 2013 een 7
89
Vasteplantenvaria
90
Teeltadvies
94
Agenda
95
Service Enthousiasme spat er van af Glad ijs
96
88
Hobaho Optimisme in 2014 verder uitbouwen
KAVB Nieuws Nieuwtjes van en voor de KAVB-kringen
Nieuws CNB Algemeen 10 vragen aan... Anthos Teeltadvies Hobaho KAVB
96
Fotografie omslag: René Faas
100
27 december 2013VISIE 5
NIEUWS
Samenstelling: Redactie BloembollenVisie
Foto: PR
Colland Zorgarrangement vernieuwd
Grensverleggend ondernemen thema nieuwjaarsbijeenkomst Tuinbouw LISSE - Ook dit jaar organiseert Stichting Tuinbouw Ondernemersprijs de nieuwjaarsbijeenkomst voor ondernemers in de tuinbouwsector. Het thema ‘Grensverleggend ondernemen’ staat centaal tijdens deze middag, 8 januari op Keukenhof in Lisse. Wat is de positie van de Nederlandse tuinbouw in Europa? Welke cross-overs kunnen gemaakt worden om wereldvraagstukken als voedselzekerheid te beantwoorden? Inspirerende sprekers als Esther de Lange (vertegenwoordiger van de tuinbouw in het Europarlement), Peter Swinkels van Bavaria en Eric Moor van Sion (winnaar Tuinbouw Ondernemersprijs 2013) geven hun visie op grensverleggend ondernemen. Tevens wordt de Tuinbouw Ondernemersprijs 2014 uitgereikt. De bijeenkomst start om 13.00 uur. Deelname is gratis, aanmelden kan via www.tuinbouwondernemersprijs.nl. De bijeenkomst wordt mede mogelijk gemaakt door de sponsors DLV Plant, Plantion, Keukenhof, Anthos, CNB, MPS en Naktuinbouw. Op de foto de genomineerden.
GRONINGEN - Colland Zorg heeft voor 2014 een nieuw Zorgarrangement ontwikkeld. Dit arrangement biedt werkgevers en werknemers in de agrarische en groene sector de mogelijkheid om te kiezen uit een aantrekkelijk zorgaanbod van verzekeraars Zilveren Kruis Achmea en VGZ. Tot 1 januari 2014 kan de huidige zorgverzekering worden opgezegd. Aanmelden bij een nieuwe zorgverzekeraar kan tot 1 februari 2014. Naast de deelnemende zorgverzekeraars, is ook Stigas een belangrijke partner binnen Colland Zorg. Stigas adviseert werkgevers en werknemers in de agrarische en groene sectoren over gezond en veilig werken en verzuimpreventie. In het Colland Zorgarrangement wordt het zorgaanbod van de deelnemende zorgverzekeraars gebundeld en verder doorontwikkeld. Hierdoor profiteren werkgevers en werknemers in de agrarische en groene sector van een zorgaanbod dat beter aansluit op de zorgbehoefte binnen de sector. Op www.collandzorg. nl vindt men alle informatie over premies, overstappen en voorwaarden.
BOVENKARSPEL - Ruim een maand geleden werd bekend gemaakt dat er nog eenmaal een Westfriese Flora zal worden georganiseerd, en wel van 27 februari tot 2 maart 2014 in het Verenigingsgebouw te Bovenkarspel. De contouren van die tentoonstelling zijn inmiddels duidelijk. Aanleiding is dat de LTO-afdeling Stede Broec en de gemeente Stede Broec respectievelijk 100 en 650 jaar bestaan. Met een grote groep vrijwilligers wordt gewerkt aan het neerzetten van een leuke en sfeervolle Westfriese Flora. De tekening laat die sfeer al voelen. Het wordt geen grote Flora, maar de organisatie hoopt wel op de gezelligste editie ooit. Een aantal bedrijven heeft zich reeds aangemeld om tulpen tentoon te stellen. Andere tulpen komen via de marktbroeishow naar de Flora. Vele verenigingen en scholen gaan helpen. Ook het Vereenigingsgebouw is bezig om een programma te maken voor het weekeinde van 1 en 2 maart. Donderdag en vrijdag wil de organisatie de zorginstellingen uitnodigen en op donderdagavond is er Florabal.
Koninklijk tintje nationale Zomerbloemententoonstelling NAALDWIJK - De organisatie van de Nationale Zomerbloemententoonstelling heeft na rijp beraad het thema voor de volgende editie bepaald. Met ‘Kroonjuwelen’ hoopt zij een instrument in handen te hebben om de zomerbloem van 28 tot en met 31 augustus 2014 op koninklijke wijze in beeld te brengen. Zomerbloemen zijn volgens de organisatie de kroonjuwelen van het Nederlandse bloemenassortiment. Niet alleen door hun prachtige diversiteit, maar ook door hun verschijningsvormen en uitbundige kleuren onderscheiden zij zich elke zomer weer. Het gekozen thema past uitstekend bij de viering van 200 jaar Koninkrijk, dat tussen nu en oktober 2015 volop aandacht krijgt. Als themaproduct is gekozen voor leden van de familie der composieten: de Compositae of wel Asteracea. Voorbeelden zijn: asters, zonnebloem, kamille en zonnehoed. De organisatie zal een aantal leden uit deze familie tijdens de tentoonstelling extra onder de aandacht brengen. De NZBT-keuring vormt ook dit jaar weer de basis van het evenement in de Oude Kerk in Naaldwijk. Meer info op www.nzbt.nl. 6 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
Foto: PR
Contouren eenmalige Westfriese Flora helder
Leden tonen begrip voor maatregelen FloraHolland NAALDWIJK - De leden van FloraHolland zijn akkoord met de voorgestelde contributie, provisie en heffingen voor 2014. Zij stemden hiermee in tijdens de algemene ledenvergadering op 12 december in Naaldwijk. Ook de voorgedragen kandidaten voor de raad van commissarissen en de ALV-commissie kregen het vertrouwen van de leden. De markt waarin de leden van FloraHolland opereren, verandert en staat onder druk. Daardoor is er veel beweging bij de bedrijven van de leden en in de rest van de keten. Rens Buchwaldt, algemeen directeur waarnemend: “Het is aan FloraHolland die beweging te ondersteunen en richting te geven. Bovenal om het collectieve belang te dienen. Met zoveel individuele beweging en belangen is dat geen eenvoudige opgave. We gaan te rade bij de FPC’s, onze adviesraden, maar ook bij werkgroepen. En we overleggen met ketenpartners.” FloraHolland neemt initiatieven om haar leden te ondersteunen bij de groeiende directe afzet en om de klok meer op maat te maken.
Veredelaars verwelkomen aanpassing Rijksoctrooiwet GOUDA - Na jarenlang discussie is een verandering van de Nederlandse Rijksoctrooiwet tot stand gekomen die tot doel heeft plantenveredeling te beschermen tegen octrooihouders. De zogenaamde ‘beperkte kwekersvrijstelling’ is een goede eerste stap om veredelaars de noodzakelijke ruimte te geven om nieuwe plantenrassen te ontwikkelen. Staatssecretaris Dijksma heeft al vervolgstappen aangekondigd. De aanpassing aan de Nederlandse Rijksoctrooiwet introduceert een beperkte kwekersvrijstelling die veredelaars de mogelijkheid geeft om ook planten die beschermd zijn door een octrooi te gebruiken voor verdere veredeling. Echter, wanneer de geoctrooieerde eigenschap ook in het nieuwe ras tot uiting komt, zal de veredelaar alsnog een licentie moeten verkrijgen van de octrooihouder om dit ras te mogen verhandelen. In een dergelijke onderhandeling staat de veredelaar heel zwak ten opzichte van de octrooihouder. Dat is de belangrijkste reden dat staatssecretaris Dijksma aangegeven heeft door te willen pakken en haar collega’s in Europa wil aansporen om op Europees niveau een volledige kwekersvrijstelling door te voeren.
Bloembollenseminar Polen WARSCHAU – De Nederlandse ambassade in Polen organiseert in samenwerking met de hogeschool van Amsterdam en de Kozminski universiteit op 21 februari 2014 een bloemen- en bloembollenseminar in het ambassadegebouw in Warschau. Een selecte groep Poolse en Nederlandse inleiders zal in het kader van het zakendoen tussen beide landen de mogelijkheden op de verschillende deelgebieden belichten en ook is er volop gelegenheid om te netwerken. Het handelsseminar start om 11.00 uur en duurt tot 16.00 uur. Het aantal deelnemers is beperkt. Belangstellenden dienen zich voor 11 februari aangemeld te hebben op http://www.eventbrite.com/event/9276575487. Meer informatie is verkrijgbaar op fl
[email protected].
Vervallen toelating Actellic in bloembollenteelt WAGENINGEN - Actellic 50 is momenteel toegelaten in gesloten bewaarplaatsen van bloembollen en voor de behandeling van granen. Voor wat betreft de toepassing in bloembollen heeft het Ctgb laten weten dat de toelating per 1 januari 2014 komt te vervallen. Er is een respijttermijn vastgesteld die eindigt op 1 april 2014. Een en ander betekent dat de periode tussen 1 januari en 1 april 2014 nog gebruikt mag worden om bestaande voorraden van Actellic 50 te verkopen en op te gebruiken. Na 1 april 2014 is gebruik in bloembollen niet meer toegestaan en mogen de bloembollentelers het product ook niet meer op voorraad hebben staan. Op dit moment is er voor de sector geen goed alternatief voor Actellic 50. Hoewel er druk gezocht wordt naar alternatieven zal dat op korte termijn waarschijnlijk niet tot concrete oplossingen leiden.
Ex-personeel Antha maakt doorstart in Julianadorp JULIANADORP - Vier ex-werknemers van het failliete mechanisatiebedrijf Antha van Hienen bv in Breezand beginnen per 1 januari voor zichzelf, meldt het Noordhollands Dagblad. Ze hebben een nieuw bedrijf opgericht onder de naam Bimetec bv dat aan de slag gaat met nieuwbouw van, onderhoud en reparatie aan landbouw- en industriële machines, ontwikkeling van software en besturingstechnieken. De kersverse bv heeft zich gevestigd in Julianadorp. Na een zoektocht langs meerdere panden wordt tot 2017 een werkplaats met kantoorruimte gehuurd aan de Langevliet 48, waar voorheen las- en constructiebedrijf Korevaar zat. Er treden twee lassers, een houtbewerker en vertegenwoordiger van het vroegere Antha van Hienen in dienst.
Boek ‘De teelt van de leliebol’ beschikbaar HOORN - Het boek ‘De teelt van de leliebol’ dat geschreven is door Theo de Geus van het Clusius College ten behoeve van de MBO-opleiding bollenteelt is nu ook beschikbaar voor de losse verkoop. Het boek is daartoe bewerkt van lesboek naar leesboek en Hans Kok van DLV Plant heeft gezorgd dat de meest recente teelttechnische informatie is opgenomen. Vanuit de sector was er ook belangstelling voor genoemd lesboek, daarom is via de Bollenacademie besloten ervoor te zorgen dat dit boek ook voor telers verkrijgbaar is. Het boek is up-to-date en omvat 73 pagina’s A4 met veel illustraties. Naast deze uitgave is ook het boek ‘Broeien van lelies’ nog verkrijgbaar dat in juni 2013 een update heeft gehad. Inlichtingen en bestellingen via tel. 072-5673191 of www.onderwijsgroepnwh.nl.
Toolbox emissiebeperking Nefyto DEN HAAG - Tijdens de jaarvergadering van Nefyto heeft Klaas Jilderda de Toolbox Emissiebeperking aan de bestuurders van Unie van Waterschappen, Agrodis, LTO Nederland en Nefyto uitgereikt. Doel van deze gezamenlijke Toolbox is om de emissie van Gewasbeschermingsmiddelen naar het oppervlaktewater te verminderen. Een van de doelstellingen in de tweede Nota Duurzame Gewasbescherming is een reductie van normoverschrijdingen met vijftig procent in 2018 en negentig procent in 2023. Om deze doelstelling te kunnen halen en een effectief middelenpakket te behouden is actie nodig. Daarom hebben Nefyto, Unie van Waterschappen, Agrodis en LTO Nederland de handen ineen geslagen. Zij hebben CLM Onderzoek en Advies gevraagd een Toolbox Emissiebeperking te ontwikkelen. Per januari zijn de toolboxkaarten voor iedereen beschikbaar. Mochten de kaarten eerder gewenst zijn kunnen deze worden opgevraagd worden bij Klaas Jilderda via de e-mail:
[email protected].
Aaltjescursussen in 2014 WAGENINGEN - NemaDecide organiseert een nieuwe cyclus de aaltjescursus in februari en maart 2014. De cursus bestaat uit drie modules; ‘Diagnostiek en Bemonstering’, ‘Aaltjesschade en Populatieontwikkeling’ en ‘Beheersing en Bestrijding’. Alle modules worden gegeven in Wageningen door opleiders van Wageningen UR. De cursussen zijn gericht op adviseurs. Na afloop van het volgen van één of meerdere modules ontvangt de cursist een certificaat waarop staat welke modules zijn gevolgd. De verschillende modules sluiten op elkaar aan. Het is daarom sterk aan te bevelen de drie modules na elkaar te volgen. Voor module 3 is de kennis uit module 2 onontbeerlijk. Cursusdata: Diagnostiek en bemonstering op 14 februari, schade en populatieontwikkeling op 7 maart, beheersing en bestrijding op21 maart. Meer informatie is te vinden op www.nemadecide.com. Hier is tevens het programma van de drie verschillende modules gepubliceerd. Aanmelden is mogelijk via het aanmeldformulier op de website. 27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 7
NIEUWS
Samenstelling: Redactie BloembollenVisie
Jonge deelnemers gezocht voor cursus ondernemerschap
Foto: René Faas
LISSE - In januari 2014 start in de Regio Greenport Duin- en Bollenstreek de masterclass EVTO, dit staat voor Economische Vorming Toekomstige Ondernemers. De cursus wordt georganiseerd door Agravisi op initiatief van het IDC Bollen & Vaste planten. Naast onderwerpen als Ondernemerskenmerken, lezen boekhoudrapport, risicobeheer, ondernemingsvormen, financieringsmogelijkheden, etc. komen ook aan bod: de E scan (toetsing op motivatie, persoonlijkheidskenmerken, kwaliteiten en kennis van de deelnemer + begeleiding hierin), het maken van een businessplan van het eigen bedrijf en Dragons Den, waarbij de deelnemer zijn businessplan presenteert aan een externe jury. Kijk voor het totale programma inclusief data, cursusleiders (afkomstig uit bedrijfsleven) en prijs in de flyer die staat op BloembollenWEB.nl: http://bloembollenweb. nl/nieuws/masterclass-evto-tuinbouw . Werknemers vallende onder de volgende CAO’s kunnen Colland subsidie aanvragen.
Subsidie brede weersverzekering blijft DEN HAAG - De subsidieregeling voor de brede weersverzekering wordt gecontinueerd. Dit concludeert het Verbond van Verzekeraars naar aanleiding van de brief van EZ-staatssecretaris Sharon Dijksma over de nationale implementatie van het Gemeenschappelijke LandbouwBeleid (GLB). Het Verbond van Verzekeraars spreekt van een belangrijke eerste stap voor het behoud van de subsidieregeling voor de brede weersverzekering. Doel is uiteindelijk te komen tot een instrument dat in de markt functioneert en boeren helpt zich financieel te beschermen tegen extreme weersomstandigheden. De agrarisch ondernemer neemt zelf verantwoordelijkheid door al dan niet te kiezen voor een brede weersverzekering. Het Verbond pleitte in de voorbije maanden voor behoud van deze regeling en is dus verheugd met deze steun. Uiteindelijk moet een brede weersverzekering ook zonder subsidie kunnen bestaan, vindt ook het Verbond, maar op dit moment is deze markt nog in ontwikkeling. Tot enkele jaren terug sprong de overheid incidenteel bij, bijvoorbeeld na extreme neerslag of onverwachte vorst.
FloraHolland stopt collectief keuren AALSMEER - Het kwaliteitsbeleid van FloraHolland voor afzet via de exportklokken en de bloemistenklok krijgt haar definitieve vorm. Een van de speerpunten is dat de bloemenveiling stopt met keuren als collectieve dienstverlening en zich primair gaat richten op de klachtafhandeling. Hiermee speelt de veiling in op de wens van telers om meer eigen regie te hebben en zelf volledig verantwoordelijk te zijn voor hun eigen aanvoerinformatie. Voor kopers is het noodzakelijk dat die aanvoerinformatie direct vanaf de teler betrouwbaar wordt meegegeven. In het kwaliteitsbeleid wordt het zelfkeurprincipe stapsgewijs per productgroep volledig doorgevoerd. Het kwaliteitsbeleid is eind 2014 uitgerold over alle productgroepen.
Maatregelen nodig voor waarborgen kwaliteit bomenbestand HOUTEN - Er moeten dringend maatregelen worden getroffen die ervoor zorgen dat de kwaliteit van het bomenbestand niet verder achteruitgaat door prijsdruk en beperkte (gemeentelijke) budgetten. Dat blijkt uit een onderzoek dat studenten Tuin- en landschapsmanagement aan de HAS Hogeschool uitvoerden in opdracht van Vakgroep Boomspecialisten van Branchevereniging VHG. De studenten hebben voor de vakgroep interviews afgenomen en knelpunten en oplossingsrichtingen op een rij gezet. Zowel van opdrachtgevers als opdrachtnemers (boomverzorgende bedrijven) kregen de onderzoekers te horen dat de kwaliteit van het bomenbestand afneemt. Er wordt momenteel al regelmatig voor gekozen om het onderhoudsniveau naar beneden bij te stellen. Ook besluiten veel gemeenten om geen nieuwe bomen aan te planten als er bomen worden gekapt. Gemeentelijke opdrachtgevers kampen met te krappe budgetten en verlagen daarom de onderhoudsfrequentie van hun bomenbestand. De lagere budgetten leiden tot stevige concurrentie. Dit heeft tot gevolg dat er wordt ingeboet op kwaliteit en veiligheid.
Stem nu op VWS ! BROEK OP LANGEDIJK - De wedstrijd is begonnen. 32 landen, die meer dan 500 bedrijven vertegenwoordigen, strijden om de European Business Awards 2013/14, welke met 17.000 genomineerden startte. Al deze concurrenten hebben een bedrijfspresentatie ingezonden. In de presentatie van VWS, de enige deelnemende bloembollenexporteur, vertelt directeur Piet Sijm van alles over het bedrijf, van de start begin jaren zeventig tot de nieuwste innovaties en ontwikkelingen van nu en het belangrijkste, hoe we de toekomst op positieve wijze tegemoet zien. Help VWS de publieksprijs te winnen en misschien zelfs de European Business Award in de categorie Export & Import, door op het bedrijf te stemmen. Via de diverse (social) media is VWS al druk bezig stemmen te vergaren, maar men is er nog lang niet. Aan vakgenoten dan ook de vraag om via de verschillende media zoveel mogelijk deze berichtgeving te delen. En vooral natuurlijk de directe link naar de stemmogelijkheid: http://bit.ly/EBAs2013.
LTO Vastgoed failliet ZWOLLE - Eerder deze maand is het faillissement van agrarisch makelaar LTO Vastgoed uitgesproken. Aanleiding zijn de aanhoudende tegenvallende resultaten door de sterk krimpende markt voor agrarisch vastgoed sinds 2011. Er wordt nog onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor een doorstart. LTO Vastgoed, dochterbedrijf van LTO Noord, was al zestig jaar actief in de bemiddeling van agrarisch vastgoed. De organisatie werkte vanuit acht regio’s met vier regiokantoren en ruim 25 medewerkers. De afhandeling van het faillissement is in handen van curator mr. D. Meulenberg advocaat bij Benthem & Gratama te Zwolle. 8 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
SMTB schenkt voedselbank pakketten VIJFHUIZEN - Van 7 tot en met 9 januari vindt bij Expo Haarlemmermeer de SMTB-vakbeurs plaats. Tijdens de officiële opening op 7 januari schenkt SMTB 150 pakketten aan de voedselbank met een amaryllis, pot hyacinten en een pot narcissen. Een fleurig begin van het nieuwe jaar! Door deze schenking willen zowel SMTB, de voedselbank en Expo Haarlemmermeer mensen die het moeilijk hebben in de regio Haarlemmermeer een mooie en vooral fleurige start van het nieuwe jaar geven. De pakketten worden aan de Voedselbank overhandigd tijdens de officiële opening op dinsdag 7 januari om 9.45 uur.
Aanbevelingszin ter voorkoming van erfemissie op etiketten Bayer
Foto: PR
MIJDRECHT - Terugdringen van emissie van gewasbeschermingsmiddelen naar het milieu staat al jaren volop in de schijnwerpers. Om gebruikers bewust te maken van erfemissie zal er vanaf nu op alle etiketten van producten van Bayer CropScience een aanbevelingszin geplaatst worden. Op de producten wordt de volgende aanbeveling geplaatst: Om emissie naar grond- en oppervlaktewater te voorkomen, adviseert Bayer CropScience om machines waarmee gewasbeschermingsmiddelen worden toegepast overdekt te stallen en te reinigen op een was- en spoelplaats met een opvangmogelijkheid voor verontreinigde vloeistoffen. Verwerk was- en spoelwater en eventuele restvloeistoffen die niet over het laatst bespoten perceel kunnen worden uitgereden in een PhytoBac® (of gelijkwaardige methode) om onnodige milieubelasting te voorkomen.
Samenwerking leliepromotie
Foto: PR
HILLEGOM - Het bestuur van de Stichting Leliepromotie en de Handelsgroep van de zomerbloeiers van iBulb hebben eerder deze maand overeenstemming bereikt om zich gezamenlijk in te zetten voor de promotie van de lelie. Door de samenwerking komt meer budget beschikbaar voor activiteiten en wordt er meer kennis en efficiëntie bereikt bij de uitvoering van het programma. Het programma zal gaan lopen onder de campagne naam Your Lily! Het zal inhaken op de belangrijke thema’s voor de leliehandel; rouw, trouw, vrouwelijkheid en zuiverheid. De creatieve invulling zal gedaan worden door 2Dezign en de persvoorlichting door iBulb. Alle informatie die aan de pers uitgestuurd wordt, inclusief de beelden, is beschikbaar voor alle aangesloten partijen.
Omzet Plantion blijft fors achter EDE - Bloemenveiling Plantion heeft een moeilijk jaar achter de rug. In 2013 liep de omzet maar liefst 11 procent terug. Vooral de ingezette daling van de bemiddeling - deels het gevolg van het omleggen van productstromen- liet zich opnieuw voelen (-17 procent). De klokomzet bleef redelijk overeind (-5 procent). Voor 2014 wordt een lichte groei verwacht. Na de omzetdaling in 2012 heeft Plantion in 2013 het tij niet kunnen keren. Naast de kredietcrisis speelden de wispelturige weersomstandigheden in alle seizoenen een rol. Groencentrum Plantion ondervond de gevolgen van de crisis onder hoveniers (-17 procent). Naar verwachting komt de totale omzet van Plantion uit op ruim 89 miljoen euro. Voor 2014 verwacht de veiling licht herstel. De omzetdaling van bemiddeling vlakt dan verder af en klok en groencentrum zullen groei realiseren. Plantion heeft de intentie om vanaf 1 januari 2014 in het project landelijke stapelwagen te participeren, zo maakte algemeen directeur Peter Bakker bekend tijdens de algemene ledenvergadering op 11 december.
Gevaren fijnstof blijkt groter 100ste ABC klimaatcomputer BREEZAND -Bij de introductie van de ABC-klimaatcomputer voor de bloembollen in 2009 kon Agratechniek niet vermoeden binnen 5 jaar de 100ste installatie te mogen plaatsen. Toch werd onlangs door A.J. Clemens Bloembollen in Julianadorp de 100ste ABC-klimaatcomputer in gebruik genomen. Rene Clemens verklaart de keuze voor de ABC vanwege de 30-jarige band van zijn bedrijf als klant bij Agratechniek en het ervaren als een vooruitstrevend bedrijf met korte lijnen. Begin jaren negentig koos Clemens ook al voor de regeltechniek van Agratechniek. Toen Clemens dit jaar een grote cel voor de lelies wilde bouwen, werd in overleg met Nico van den Berg gekozen voor een overgang op de nieuwe ABC-klimaatcomputer. Het grote bedieningsgemak en de overzichtelijke weergave op het touchscreen zijn belangrijke redenen voor deze keuze geweest. Het is Clemens enorm goed bevallen. Het bedrijf is nu nog beter in staat om producten in een perfecte conditie te bewaren. Ook de modulaire opbouw van het systeem is een belangrijk punt. Meer info op de mechanisatietentoonstelling in Vijfhuizen.
HOUTEN - Bomen en planten kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het verminderen van de hoeveelheid fijnstof waaraan burgers worden blootgesteld. Luchtvervuiling door fijnstof – deeltjes kleiner dan 10 micrometer leidt tot veel grotere gezondheidsrisico’s dan tot op heden werd aangenomen. Dit blijkt uit een grootschalig onderzoek onder leiding van de Universiteit Utrecht naar de effecten van blootstelling aan fijnstof. De analyse van meer dan 20 meerjarige studies onder 367.000 Europeanen wijst uit dat de huidige Europese norm van maximaal 25 microgram per m3 niet volstaat. De gezondheidsrisico’s zijn bij langdurige blootstelling aan fijnstof aanmerkelijk veel groter dan gedacht. Bij iedere stijging met 5 microgram neemt het risico dat iemand overlijdt met 7% toe. De stichting iVerde heeft met zorg kennis genomen van de uitkomsten van deze studie, aangezien in veel gemeenten wordt bezuinigd op de aanleg en het onderhoud van openbaar groen. Bomen worden wel gerooid, maar niet in dezelfde aantallen teruggeplant. 27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 9
ONDER HANDEN
CNB ziet de toekomst met vertrouwen tegemoet Een periodiek verschijnende CNB-rubriek die bedoeld is als communicatiekanaal tussen het bestuur van de coöperatie en de leden c.q. relaties. Een platform voor nieuwtjes dat wat meer inzicht geeft in het reilen en zeilen van de coöperatie, maar waar ook standpunten van CNB ten aanzien van vakaangelegenheden te vinden zijn. Tekst: Wim Ciggaar Fotografie René Faas
biedt ook zeker kansen om CNB naar een hoger plan te tillen”. Daarnaast heeft de rvc aan financieel directeur en vicevoorzitter Leo van Leeuwen gevraagd de rol van algemeen directeur en bestuursvoorzitter voorlopig waar te nemen.
BLIK OP TOEKOMST
Leo van Leeuwen
H
et besluit van de raad van commissarissen (rvc) en bestuursvoorzitter Wouter Willems om wegens een ‘gebrek aan draagvlak’ in goed overleg uit elkaar te gaan is een ingrijpende gebeurtenis. Los van dit besluit werd vrijwel gelijktijdig bekend dat Erik Lamers, manager koel- en preparatiebedrijf, en Peter Laan, manager bemiddeling, CNB gaan verlaten. Erik Lamers, die al geruime tijd afwezig is in verband met ziekte, kiest ervoor zijn re-integratietraject buiten CNB te voltooien. Peter Laan heeft besloten een uitdaging buiten CNB te zoeken. Dat stelde het bestuur en de rvc voor de vraag of de organisatie met het huidige team van medewerkers goed kan blijven functioneren zonder de dienstverlening aan de klanten/leden in gevaar te brengen. “Het is ambitieus, maar we gaan met elkaar die uitdaging aan.” aldus Leo van Leeuwen, financieel directeur en vicevoorzitter. “Het zal extra inspanning vergen van ons allemaal, maar het 10 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
Bij een groot bedrijf als CNB kunnen dit soort zaken gebeuren en dat vraagt naast bezinning vooral om slagvaardig optreden. CNB wil alert blijven op veranderingen in de markt en veranderingen bij haar klanten/leden. Uiteraard gaan veel zaken goed, maar er zijn ook zaken die beter kunnen en moeten. Draagvlak en betrokkenheid richting klanten/leden zullen de komende tijd extra aandacht krijgen. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan maar CNB gaat daar haar uiterste best voor doen. Medewerkers zullen meer dan ooit betrokken worden bij beleidszaken en de voorbereiding van besluitvorming. Uiteindelijk worden de besluiten genomen door het management en deze besluiten zullen door alle medewerkers met overtuiging in praktijk moeten worden gebracht. Belangrijke uitgangspunten hierbij zijn de behoeften van klanten en het betrekken van medewerkers en dat alles gericht op de kerntaak van CNB, bemiddeling. En daar-
Wim Langelaan naast Lean & Mean waar het kan en uiteraard ook met een gezond financieel resultaat als uitkomst. CNB is een financieel gezond bedrijf en moet dat ook in de toekomst blijven.
VERANDERINGEN Terugblikkend op de afgelopen weken, blijkt dat iedereen er van doordrongen is dat hier met elkaar aan gewerkt moet worden en zichtbaar is dat iedereen daar ook zin in heeft. Grote veranderingen in de organisatiestructuur zullen vooralsnog niet plaatsvinden. Salesmanagers Paul Peters en Marcel Nijssen zorgen samen met alle vertegenwoordigers voor de kerntaak bemiddeling en Jos Duin zal de operationele leiding van het koel- en preparatiebedrijf in Bovenkarspel op zich nemen. Verder wordt voorlopig volstaan met de huidige bezetting en wordt er een periode van rust in acht genomen zodat bestuur en RvC zich kunnen bezinnen over de structuur in de toekomst.
Algemeen directeur Wouter Willems van CNB heeft per direct zijn functie neergelegd Hij heeft daartoe besloten na overleg met de raad van commissarissen. Willems ervaart volgens CNB een ‘gebrek aan draagvlak’ om de toekomst tegemoet te treden. De raad van commissarissen en Wouter Willems hebben in goed overleg besloten uit elkaar te gaan. De voorzitter van de raad van commissarissen, Wim Langelaan, betreurt dit ten zeerste en geeft aan dat dit voor alle partijen een moeilijk besluit is geweest. “Nadat Wouter 14 jaar met enthousiasme en bevlogenheid deze functie heeft bekleed, komt dit voor ons allemaal hard aan.” Voorlopig wordt de rol van algemeen directeur waargenomen door Leo van Leeuwen, vicevoorzitter en financieel directeur van CNB. De raad van commissarissen en Van Leeuwen zullen zich de komende tijd beraden over de te nemen stappen. Uiteraard zullen de leden van CNB hier te zijner tijd over worden geïnformeerd.
CNB ACTUEEL
VAN DE REDACTIE
Foto: CNB
Positief beeld schetsen
CNB organiseert opnieuw online inbrengveiling
COLOFON
Op dinsdag 25 en woensdag 26 maart 2014 organiseert CNB weer een online inbrengveiling. Op deze veiling zullen uitsluitend deugdelijke machines en materialen aan bod komen en evenmin is er ruimte voor het veilen van klein materiaal. Inbreng- en kijkadres is het CNB koel- en preparatiebedrijf in Bovenkarspel. Met deze online inbrengveiling komt CNB opnieuw tegemoet aan de regelmatig geuite wens om een dergelijke veiling te houden. Groot verschil met de inbrengveilingen die in het verleden werden gehouden is dat de veiling online plaatsvindt en dat niet alles ingebracht kan worden, maar louter machines en materialen voor zowel binnen als buiten. Aanvoer die bovendien van een hoog gehalte dient te zijn. Geïnteresseerden moeten hun aanvoer van te voren per e-mail aanmelden, zodat het CNB-veilingteam bij de aanname de vastgestelde selectie kan toepassen. Die selectie vindt niet alleen plaats om de niet gewenste aanvoer te kunnen scheiden, maar daarmee wordt tevens voorkomen dat men met onnodige transportkosten wordt geconfronteerd voor eventueel geweigerd materiaal. Ter onderstreping van het laagdrempelige karakter is besloten de veilingprovisie gelijk te houden aan het bemiddelingstarief van 2,5 procent. Volgens veilingmeester Jan Meijer blijken online veilingen door een breed publiek gevolgd worden en is het aantal bieders online grroter dan op een locatieveiling. Dat komt mede doordat aspirant-kopers thuis vanuit hun eigen stoel de veiling kunnen volgen dan wel bieden op de kavels die aangeboden worden. De inbrengdagen zijn van 3 tot en met 6 maart van 8.00 tot 17.00 uur en op 7 maart van 8.00 tot 15.00 uur.
BloembollenVisie is het toonaangevende, 14-daagse vakblad voor de bloembollen- en vasteplantensector. REDACTIE: Wim Ciggaar (hoofdredacteur), Arie Dwarswaard, Monique Ooms, Jeannet Pennings, Gerrit Wildenbeest en Lilian Braakman (vakredacteuren). FOTOGRAFIE: René Faas.VORMGEVING: Prepress BloembollenVisie. UITGEVERS: KAVB en CNB (U.A.). REDACTIEADRES: Heereweg 347, 2161 CA Lisse, Postbus 31, 2160 AA Lisse, tel. 0252-431130, fax 0252-431127, e-mail:
[email protected]. Internet: www.bloembollenvisie.nl. Tel. kantoor A. Dwarswaard: 0252-536 966. ABONNEMEN TEN: (excl. 6% BTW ): Nederland € 255,-- per jaar, Europa € 275,-- per jaar, buiten Europa € 305,-- per jaar. Aanmelden bij John Meijer, tel. 0252-431173, fax 0252-431126. Meer info over abonnementen op www.bloembollenvisie.nl. ADVERTENTIES: Bureau Van Vliet BV, Postbus 20, 2040 AA Zandvoort, tel. 023-5714745, e-mail:
[email protected]. VERANTWOORDELIJK HEID: De redactie werkt op basis van een redactiestatuut. Aan alle artikelen en rubrieken wordt de meest mogelijke zorg besteed. Uitgevers, redactie en medewerkers aanvaarden echter geen enkele aansprakelijkheid voor mogelijke gevolgen die direct en/of indirect kunnen voortvloeien uit de inhoud van artikelen en/of advertenties. De redactie houdt zich het recht voor om ingezonden brieven en mededelingen niet te plaatsen dan wel te wijzigen of in te korten. Overname van artikelen is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de uitgever. NIEUWSBRIEF: BloembollenVisie verzorgt ook een dagelijkse nieuwsrubriek op internet (www.bloembollenvisie.nl).
‘Taal is mijn goeiste vak’, een flauwe grap die in mijn middelbareschoolperiode vaak gemaakt werd na de lessen Nederlands. Toen een dolletje, maar vandaag de dag is communicatie steeds belangrijker. De wereld is een glazen bol waar iedereen in kan kijken en informatie kan vinden. Internet is in deze transparante wereld een belangrijke bron naast andere media zoals televisie. Genoeg pluspunten te bedenken bij deze media, zoals communiceren met vrienden via sociale media, het laatste nieuws direct lezen op de mobiel, en informatie die thuis niet in de boekenkast te vinden is, is via internet toch binnen handbereik. Naast deze positieve punten, kleven er ook zeker minpunten aan communicatie. Zo was er 21 november de aflevering van Zembla: ‘Lelies met een luchtje’. Een veel besproken onderwerp aan de keukentafel, dat nog steeds ter sprake komt. De meningen zijn verdeeld, maar velen geven aan dat ze wel dachten dat en een gekleurd beeld werd neergezet. Juist communiceren is niet zo gemakkelijk. Dat kon je zeker zien in deze aflevering waar zelf een luchtje aan zat. Tijdens het praten hoorde je de schaar zelfs knippen. Vooral in programma’s zoals deze, is het bijna niet te doen om een goed beeld van de sector neer te zetten. Ook als je er niet aan meewerkt word je in een kwaad daglicht gezet. Het probleem aan zo’n televisie-uitzending is dat de kijkers thuis het beeld zo voorgeschoteld krijgen. Met alleen deze informatie wordt het beeld over lelies niet beter. Als sector moeten we de omgeving de informatie geven die de mensen nodig hebben om een positief beeld te krijgen van de bollensector. Samen sta je sterk en communicatie naar buiten toe is ook een van de dingen die eigenlijk gezamenlijk opgepakt moeten worden. Sommige bedrijven of organisaties zijn al goed bezig op hun manier. Zoals open dagen en initiatieven zoals Nationale Tulpendag, Kom in de Kas, maar ook tuincentra die veel informatie geven over het planten en verzorgen. Er worden duidelijk stappen gezet in de juiste richting, maar kennelijk komt dit nog niet goed over bij de grote massa. Om dit te veranderen moet er blijkbaar meer gedaan worden om de informatie gericht bij de mensen thuis te krijgen. Misschien een goed idee om daar in het nieuwe jaar met zijn allen aan te werken. Lilian Braakman 27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 11 11
VISIE
‘Beurzen moeten b Moderne communicatiemiddelen maken de rol van beurzen in de informatievoorzienig minder belangrijk, stelt Fedecom-voorzitter Erik Hogervorst aan de vooravond van de Mechanisatietentoonstelling 2014. ‘Beurzen blijven wel belangrijk om je klanten te zien.’ Een andere functie van beurzen is bezoekers te wijzen op wat er in de toekomst mogelijk is. Dat onderscheidt een volwaardige vakbeurs van de her en der opbloeiende regionale relatiedagen.
ERIK HOGERVORST, VOORZITTER FEDECOM
Tekst: Gerrit Wildenbeest Fotografie: René Faas
12 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
E
en Mechanisatietentoonstelling zonder een ruime stand van Wout Hogervorst vof is haast ondenkbaar. Ook dit jaar zal het Noordwijkerhoutse mechanisatiebedrijf weer uitpakken met een ruim sortiment Fendttractoren, Mazotti – en Kverneland/Rau veldspuiten, Nissan heftrucks en andere gerenommeerde merken. Directeur Erik Hogervorst noemt de verhuizing van de Bakkerhallen naar de Expohal in Vijfhuizen - waar de beurs nu voor het tweede jaar wordt gehouden - ‘ wel even wennen ‘, maar het licht en de ruimte in Vijfhuizen komt de beurs zeker ten goede. De Mechanisatietentoonstelling is een van de beurzen die door Fedecom, de nog jonge brancheorganisatie van dealers, mechanisatiebedrijven en importeurs in de mechanisatiesector (zie kader) ondersteund wordt. Als voorzitter van Fedecom vindt Hogervorst dat een beurs méér moet zijn dan alleen maar een informatie- of relatie-evenement. Kun je dat toelichten? “Het beurzenbeleid is een van de moeilijker onderwerpen op de agenda van Fedecom. Iedereen is vrij om een beurs te organiseren, al is versnippering nooit goed
voor de levensvatbaarheid. Je moet onderscheid maken tussen relatiedagen en echte beurzen. Veel kleinere tentoonstellingen zijn in feite niet meer dan opgetuigde relatiedagen, georganiseerd door vaak regionale spelers. Als Fedecom vinden wij dat beurzen meer moeten zijn. Door de moderne communicatiemiddelen zijn ze in de informatievoorziening minder actueel geworden. Het blijft echter belangrijk om bijvoorbeeld een keer per jaar je klanten op een centraal punt te ontmoeten. Het echte belang van beurzen ligt vooral in het feit dat ze de sector een visie proberen te geven op ontwikkelingen. Waar gaan we met de mechanisatie naar toe? Dat is de reden dat Fedecom de Mechanisatietentoonstelling ondersteunt, zoals we ook de komende tuinbouwtechniekbeurs GreenTech in RAI-Amsterdam - samen met onder andere RAI en de AVAG - ondersteunen. Voor geen enkel bedrijf is beursdeelname nog vanzelfsprekend. Je kijkt als standhouder toch naar het aantal klanten dat komt, de opdrachten die daar uit voortkomen en ook naar de vierkante meterprijs. De Mechanisatietentoonstelling is in vergelijking met het eerdere onderkomen in de Hobahohallen en de Bakkerhallen
lik op de toekomst geven’ behoorlijk duurder geworden. Met nu 27 euro per vierkante meter moeten we goed op de prijs letten.” De bloembollenmechanisatie staat niet los van ontwikkelingen in de rest van de land- en tuinbouw. Wat waren bijvoorbeeld de trends op de laatste Agritechnica in Hannover? “Vanuit de akkerbouw stimuleren de grootschalige arealen in Oost-Europa nog steeds de trend naar grotere machines. Hier zijn we gewoon netjes te werken, daar niet. Er is maar een manier om dat te evenaren en dat is door alles te automatiseren. Je ziet dan ook dat men heel snel de overstap maakt van oude Belarus-achtige apparatuur naar machines met alles er op en er aan. GPS was er al, maar er worden nu grote sprongen gemaakt in de verfijning richting de software er achter. Softwarepakketten nemen de registratie van pen en papier over, de dosering van middelen en bemesting wordt geautomatiseerd.” Blijft de bloembollensector bij deze ontwikkelingen in de pas? “In de bollensector wordt vooral aan de combinatie van GPS met registratie een grote toegevoegde waarde gezien. Dat zal steeds harder gaan, ook door de vergrijzing. De oudere generatie werkte nog veel op gevoel, de nieuwe generatie is veel meer gewend om uit te gaan van informatie die men krijgt van internet, men bestuurt bij wijze van spreken een auto makkelijker via een beeldscherm, dan achter het stuur. De technieken zijn allemaal beschikbaar: bodemsensoren, we kunnen al ziekzoeken en het onkruid doodspuiten met cameradetectiesystemen. Het gaat nu om de consequenties die je aan bepaalde metingen kunt verbinden en het samenbrengen van die losse elementen in een systeem. Dat is de taak van het
onderzoek en daar moet nog wel wat gebeuren. De tijd moet er ook rijp voor zijn. Trekkers en machines die zonder fysieke bestuurder over het land rijden, het is er al lang. Maar de huidige generatie wil toch nog graag zelf achter het stuur zitten, in plaats van bijvoorbeeld een master-slave systeem (grote trekker met een zelfsturende kleine er achteraan - g.w). En een investering in een grote, glimmende machine is veel tastbaarder dan 30.000 euro uitgeven voor een vrijwel onzichtbaar softwarepakket, hoewel je dat laatste misschien meer oplevert.” De niet-kerende grondbewerking is een andere onderwerp dat in de akkerbouw spraakmakend is.. “Men wil de grondbewerking graag in hokjes stoppen, maar je moet je keuze laten afhangen van factoren als grondsoort, het jaar en het gewas. Ik geloof niet dat je zeggen kunt dat ploegen, spitten of oppervlakkige grondbewerkingen met bijvoorbeeld de cultivator beter is. Sommige telers stappen toch weer van de niet kerende grondbewerking - als het zogenaamde grote succesverhaal - over naar ploegen. Wij zien wel veel klanten die naar een spitmachine overstappen. De capaciteit van de moderne spitmachines neemt toe. Je haalt voldoende verse grond naar boven voor een goed vochtig zaaibed , terwijl stro en gewasresten zodanig ondergewerkt worden dat de plantmachine goed uit de voeten kan.” Met alle variaties in doptechniek en luchtondersteuning is de spuittechniek toch wel zo ongeveer uitontwikkeld? “Nee, nog lang niet. Jarenlang lag de focus op milieu, tegenwoordig wordt het argument van kostenbesparing op de dure middelen steeds belangrijker. De aanschafkosten van de spuitmachine wor-
den relatief van ondergeschikt belang. Er is steeds meer aandacht voor aspecten als spuiten op het juiste tijdstip. Soms moet je elke dag spuiten, maar het is niet elke dag alle uren goed spuitweer, dat kan knellen bij de toenemende schaalvergroting. Sommige middelen kun je ook niet bij zonlicht spuiten, je ziet daarom aandacht voor verlichting in verband met het ’s nachts spuiten. Automatische boomhoogteregeling via ultra -soonsensoren krijgt ook steeds meer aandacht. Nu drift niet zo’n belangrijke emissieroute meer is, verlegt de aandacht op dit punt zich naar het automatisch schoonspoelen van de spuit. Met een druk op de knop is je machine voor 99 procent schoon met veel
minder water dan voorheen, terwijl er niets meer in de sloot loopt. En je kunt heel gemakkelijk van het ene middel wisselen naar het andere.” Hoe staat het met het rendement van landbouwmechanisatiebedrijven in het algemeen en specifiek in de bollensector? “In 2009 klapte het behoorlijk in elkaar. Veel Europese fabrikanten schroefden hun productie toen met wel 50 procent terug. Op dit moment is dat achter de rug, de landbouwmechanisatie beleeft weer hoogtijdagen. De bollensector loopt daar wel wat bij achter, men aarzelt nog met investeringen in echte veranderingen”.
Fedecom is de branchevereniging voor bedrijven in de Landbouwtechniek, Veehouderijtechniek, Groentechniek, Tuinbouwtechniek en Industrie & Intern transport. De branchevereniging is in juni officieel van start gegaan als fusieorganisatie van Centraal Orgaan Mechanisatiebedrijven (COM) en Federatie Agrotechniek. Opvallend is dat in Fedecom fabrikanten, importeurs en dealers gezamenlijk aan één tafel zitten. “We hebben de bloedgroependiscussie achter ons gelaten vanuit de gedachte dat we uiteindelijk een sector zijn met een dienstverlenende rol”, zegt Erik Hogervorst. Een van de speerpunten van Fedecom is scholing van personeel. “Aan een monteur in onze sector worden hogere eisen gesteld dan aan een monteur in de autotechniek waar de werkzaamheden meer gestandaardiseerd zijn. Dat vraagt een steeds hoger opleidingsniveau. Via overleg met de ROC ’s en bijscholingscursussen trachten we dat te bewerkstelligen. We proberen ook jongeren te interesseren voor een baan in ons boeiende vak. ” Fedecom hecht groot belang aan het trekkerrijbewijs (waarschijnlijk verplicht vanaf 2015) en kentekening. Vooral LTO verzet zich al jaren tegen verplichte kentekening, maar Hogervorst vindt dat zonder kentekening de maatschappelijke weerstand tegen landbouwvoertuigen op de openbare weg steeds groter zal worden. Uiteindelijk kan dat leiden tot het weren van landbouwverkeer om redenen van verkeersveiligheid met alle gevolgen van dien. Dat LTO zo’n punt maakt van de kosten van kentekening vindt de Fedecom-voorzitter onzin. Veel agrariërs in de grensstreek hebben in verband met grensoverschrijdend verkeer al een kenteken en dat kost maximaal 45 euro. “Waar hebben we het dan over.”
27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 13
HOVENIERS
In de serie interviews met hoveniers en tuinarchitecten kwamen allerlei onderwerpen voorbij, waaronder de visie van deze beroepsgroep op het gebruik van bloembollen in tuinen en parken. Voor het afsluitende interview in deze serie, ging BloembollenVisie in gesprek met Rien van der Spek, voorzitter van de VHG, de vereniging voor hoveniers, groenvoorzieners, boomspecialisten, dak- en gevelbegroeners en interieurbeplanters.
Tekst: Monique Ooms Fotografie: René Faas
D
e VHG ‘behartigt de belangen van ondernemers in het groen’, vat Van der Spek de doelstelling van de branchevereniging samen. “Daarbij gaat het om zowel collectieve als individuele belangen op sociaal economisch en bedrijfsmatig gebied.” De branchevereniging heeft 1100 leden en is georganiseerd in verschillende vakgroepen en regionale afdelingen. “Namens onze leden voeren wij onder meer cao-onderhandelingen, daarnaast bieden wij bedrijfsmatige oplossingen via de helpdesk en ondersteunen wij ondernemers bijvoorbeeld bij het op orde krijgen van hun bedrijfsvoering. Ook geven wij trainingen over beplanting, inrichting en ontwerp. Een breed pakket van taken dus.” De collectiviteit biedt leden veel voordelen. “Als individuele ondernemer kun je nooit bereiken wat je als collectief wel kunt.” Zo heeft de VHG samen met de bonden een sectorplan voor de training van medewerkers in de winterperiode.
EEN GELUID Groen begint een steeds belangrijker thema te worden, zeker naarmate de relatie tussen groen en het welzijn van mensen duidelijker wordt. “De waarde van groen wordt steeds meer aanvaard, maar de politiek blijft daarin nog achter. Daar werken we dus hard aan; zowel op nationaal als op Europees niveau zijn we hiervoor aan het lobbyen.” Mede om die reden heeft de VHG zich aangesloten bij promotieorganisatie iVerde (zie artikel elders in dit blad, red.). “Als individuele organisaties krijgen wij in Den Haag minder voor elkaar dan wanneer we onze krachten bundelen. Samen brengen we een geluid naar buiten, dat is krachtiger en biedt meer kansen en mogelijkheden. De nadruk in de communicatie ligt op de relatie tussen groen en gezondheid, maar uiteindelijk gaat het er natuurlijk om dat de omzet in de groene sector een impuls krijgt.” Na het doorlezen van een aantal eerder gepubliceerde interviews met hoveniers en tuinar14 VISIE27 december 2013
chitecten in BloembollenVisie valt het Van der Spek op dat er grote verschillen zijn tussen de ondernemers. “Verschil in visie en aanpak, maar ook in de omvang van de bedrijven. Dat zie je ook terug in ons ledenbestand: dat varieert van eenvoudig aanlegwerk tot creatief ontwerp.” Wat hem ook opvalt: “De bloembol is bij veel vakgenoten in de vergetelheid geraakt.
‘Deze nieuwe tijd vraagt om een nieuwe manier van ondernemen. Als je op de oude manier doorgaat, krijg je het heel moeilijk’ Rien van der Spek: “Hoveniers en het bollenvak moeten De verkoop is voor een belangrijk deel bij de tuincentra terechtgekomen, net als de verkoop van kerstbomen. En dan geldt: onbekend maakt onbemind. Daar ligt een taak voor de sector om voorlichting te geven aan hoveniers. Zoek verbinding met elkaar, bedenk mooie concepten, laat leuke voorbeelden zien. Zo kun je ook nog eens betere marges realiseren.” Een andere oorzaak voor het ‘wegzakken van de bloembol’ moeten we zoeken in de opleidingen, denkt de voorzitter. “De bloembol komt nauwelijks aan bod tijdens de hoveniersopleiding, daar zou de bollensector in moeten investeren. Promoot de bloembol, laat zien wat je er allemaal mee kunt doen in tuinen en parken, nodig studenten uit voor leuke projecten. Dan gaat het meer leven.” Overigens doet de branchevereniging zelf ook een duit in het zakje. “Wij zijn bezig een kopopleiding te ontwikkelen voor hoveniers die is gericht op vakinhoud en plantenkennis, want daar ontbreekt het nu nog aan.”
LEVENDE TUINEN De laatste jaren zijn particuliere tuinen steeds meer versteend, dat is ook de branchevereniging opgevallen. “Dat is nadelig voor onze
‘Sector moet leden. Daarom hebben wij samen met NL Greenlabel en de ministeries van EZ en Infrastructuur & Milieu de Green Deal Levende Duurzame Buitenruimtes gesloten. Dit project richt zich op particuliere tuinen en de openbare buitenruimte en moet bijdragen aan verduurzaming en bevordering van de biodiversiteit. In dat kader hebben wij het Handboek Levende Tuinen ontwikkeld dat groenondernemers moet inspireren om de natuur terug te brengen in de tuin en het accent minder te leggen op verharding. Daarin komen verschillende thema’s aan bod, variërend van de eetbare tuin en de leefbare tuin tot de groene tuin en de bloeiende tuin, inclusief beplantingsadviezen. Dit handboek kunnen hoveniers en tuinarchitecten gebruiken in hun gesprekken met klanten. We willen onze leden zoveel kennis meegeven dat zij zich daarmee kunnen onderscheiden bij hun klanten.” De campagne
verbinding zoeken’
zichzelf meer op de kaart zetten’ rond de ‘Levende tuin’ wordt de komende tijd verder uitgerold, naar hoveniers en tuinarchitecten, maar ook richting gemeentes en consumenten.” Een ander onderwerp dat VHG in concept onder handen heeft, is ‘de klimaatbestendige stad’. “In zo’n stad speelt groen een belangrijke rol voor het afvangen van fijnstof, maar ook onderwerpen als waterberging en temperatuur komen aan de orde. Daarbij kan groen op allerlei manieren worden toegepast. Zo zie je steeds meer groene daken en wanden, op die manier maak je maximaal gebruik van de ruimte.”
wij daarvan meeprofiteren. Verder hebben gemeentes allemaal een bezuinigingsopdracht en dat treft ook het openbaar groen. Dat is jammer, want met groen kun je juist veel winst behalen. Zo toont onderzoek aan dat het winkelcentrum in Almere 1,5 miljoen euro meer omzet maakt doordat er meer groen is aangebracht: het publiek blijft langer en besteedt meer. Huizen zijn meer waard als ze zijn omgeven door groen, dat levert meer OZB-inkomsten op, en het is bewezen dat door groen de criminaliteit daalt.”
Kijkend naar de toekomst, verwacht Van der Spek dat het nog wel even duurt voordat de markt voor de groensector aantrekt. “Wij zitten aan het einde van de bouwkolom, pas nadat de nieuwbouw is afgeleverd, komen wij in beeld. Eerst moet de bouw aantrekken, dan kunnen
De sector kan er zelf wel wat aan doen om het vak op de kaart te zetten, vindt Van der Spek. “We zijn te bescheiden en dat begrijp ik ook wel. Dit is vooral een vak van doeners, niet zozeer een vak van strategen of verkopers. Bovendien hebben we een aantal rijke jaren
DOENERS
gekend en dat maakt lui. We zitten nu in een markt waarin het allemaal niet vanzelf gaat. Dus moeten we leren onszelf meer te profileren. Te beginnen door op scholen te vertellen over ons vak, te laten zien wat we allemaal voor moois maken en hoe dat bijdraagt aan onze samenleving.” Ook is het belangrijk om verbinding te zoeken met andere partijen, vindt Van der Spek. “iVerde is daarvan een mooi voorbeeld.” Overigens boekt zijn eigen hoveniersbedrijf - tegen de crisis in - goede resultaten. Zijn verklaring: “Je moet proberen de ontwikkelingen voor te zijn. Wij denken met onze klanten mee hoe zij op het beheer en onderhoud van hun groen kunnen bezuinigen, we zorgen dat ons bedrijf strak is georganiseerd en letten erg op de kosten. Deze nieuwe tijd vraagt om een nieuwe manier van ondernemen. Als je op de oude manier doorgaat, krijg je het heel moeilijk.” 27 december 2013VISIE 15
VAKVROUWEN
‘Je moet als vrouw niet alles Met deze laatste BloembollenVisie van 2013 loopt de serie vakvrouwen ten einde. De meest uiteenlopende types passeerden afgelopen jaar de revue, maar allemaal met één overeenkomst: enthousiast, ondernemend en niet uit het veld te slaan in de door mannen gedomineerde agrarische sector. In dat opzicht is de 54-jarige Ciska Smakman, bloembollenkweekster uit Creil, een waardige afsluiter. Tekst: Jeannet Pennings Fotografie: René Faas
H
et is hoogseizoen bij Smakman Bloembollen in Creil als we eind november de schuur binnen stappen. De lelieverwerkingslijn draait op volle toeren en Ciska Smakman houdt alles nauwlettend in de gaten. Maar niet zonder zelf ook de handen uit de mouwen te steken, want stil zitten is aan deze vakvrouw niet besteed. De schuur is haar domein. “De verwerking is echt mijn ding”, zegt Ciska, terwijl ze de gesorteerde leliebollen door haar handen laat gaan. “Daar ga ik dan ook helemaal voor. Ik ben iemand van alles of niks. Af en toe een rondje lopen om te kijken of het goed gaat, dat werkt bij mij niet. Ik wil zeker weten dat het goed gebeurt, dus zit ik er bovenop en werk volop mee. Natuurlijk gaat alles ook gewoon door als ik ziek ben, maar voor mijn gevoel moet ik er bij zijn. Ik ben een controlfreak in de goede zin van het woord”, lacht de onderneemster.
LEVENSVATBAAR Dankzij haar organisatietalent kan Ciska er zonder al te veel problemen even tussenuit piepen. “De medewerkers zijn op de hoogte”, laat zij weten. In de kantine vertelt de vakvrouw even later uitgebreid over haar rol binnen Smakman Bloembollen, het bedrijf dat ze samen met haar man Hans runt. “Mijn schoonouders zijn in 1956 van Lisse naar Ens verhuisd en teelden destijds 4 hectare bloembollen en groenten. Veertien jaar later volgde de verhuizing naar onze huidige locatie in Creil met 10 hectare grond. Inmiddels telen wij 25 hectare lelies (voornamelijk soorten uit het Bloems-assortiment), 30 hectare tulpen en 12 hectare plantuien.” In 1980 zijn Ciska en Hans getrouwd en bij het bedrijf gaan wonen. “Wij stonden voor de overname, maar volgens de boekhouder was het bedrijf niet levensvatbaar. Dat was zo’n domper, dat ging er bij ons niet in. De huidige kwekerij is daar het bewijs van. Het kan dus wel.” 16 VISIE27 december 2013
Ciska komt zelf van een veebedrijf in de Noordoostpolder, maar had weinig op met de koeien. Na de middelbare school had zij geen idee wat te gaan studeren. “Ik vond Frans een mooie taal, dus ben ik als au pair aan de slag gegaan in Frankrijk. Eenmaal terug in Nederland vond ik een baan bij het VVV in Amsterdam en twee jaar later ontmoette ik Hans tijdens de carnaval.”
‘De handel is echt een mannenbolwerk, dus dat doet Hans’ De kweker uit Creil wist Ciska te enthousiasmeren voor het bollenvak, maar van een directe ommezwaai was geen sprake. “Hans had een relatief klein bedrijf en ik werkte nog bij een verzekeringskantoor. Op een gegeven moment ben ik het een en ander gaan combineren, maar toen het op het bedrijf steeds drukker werd, moest ik een keuze maken. Samen met Hans de schouders eronder zetten, dat leek mij de mooiste uitdaging. Het is wel hard werken, maar je hebt het nooit het hele jaar druk. Na een piek komt altijd een rustigere periode, dat maakt het leuk en afwisselend.”
BETROKKENHEID Terug naar de Noordoostpolder voelde als thuiskomen. “Ik vond Amsterdam heel leuk, maar de rust en ruimte hier is heerlijk.” In de loop der jaren heeft de vakvrouw alles wel gedaan op de kwekerij. Ook trekker rijden, al heeft ze dat naar eigen zeggen nooit écht geleerd. “Dat is niet aan mij besteed”, zegt Ciska, die in de schuur meer in haar element is. “In het begin heb ik het spoelen en pellen aangestuurd. Hans zorgde toen voor het rooien. Na
een aantal jaren groeide de kwekerij en werd het rooien uitbesteed aan een loonbedrijf. De verwerking ben ik altijd blijven doen.” In de hoogseizoenen heeft de onderneemster naast de vier vaste medewerkers - een groep Polen onder haar hoede. “Ik ben altijd blij als zij er weer zijn, en andersom geldt hetzelfde. Die betrokkenheid is fijn, want alleen red je het niet. Behalve de verwerking is ook de administratie Ciska’s ding. “Ik ben wel iemand van de cijfertjes en de dingen uitzoeken. Verder ben ik vliegende keep, overal inzetbaar.” Van alle werkzaamheden staat het tulpen selecteren met stip op nummer een. “In het voorjaar is het vaak mooi weer en met een leuke club mensen is dat prachtig om te doen.” Met de huidige kraam heeft Smakman Bloembollen een mooie jaarrond werkverdeling. Tot tien jaar geleden waren het echter gladiolen die de winterperiode domineerden. “Daar hadden we echter steeds minder gevoel bij. De teelt werd steeds akkerbouwmatiger en het gewas stond vanwege een tekort aan verse grond steeds verder weg.” De overgang naar de lelies was volgens Ciska een grote stap. “Er moesten allemaal nieuwe machines komen, dus dat betekende een enorme investering. Toch zijn we nog steeds heel blij dat we het gedaan hebben. We zijn allebei op cursus lelieteelt geweest en hebben veel steun gehad van collega-kwekers, echt hartverwarmend. Lelies telen is een vak, het is een kwetsbaar product, daar ligt voor ons de uitdaging. Het moet niet al te makkelijk zijn.”
VOLWAARDIG De bollensector is volgens Ciska absoluut een mannenwereld, maar dat vindt zij juist wel prettig. “Mannen zijn over het algemeen lekker overzichtelijk, je weet wat je aan ze hebt. En ik heb het idee dat mannen het ook wel leuk vinden als ze eens met een vrouw te maken hebben. Ik ben een volwaardige partner en de meeste vakgenoten zien dat ook zo. Uiteindelijk is Hans wel degene die de beslissingen neemt, maar altijd in overleg. Iemand moet de supervisie hebben en Hans weet vaak veel meer dan ik. Als het om machines gaat, maar bijvoorbeeld ook van de handel. Dat is echt een mannenbolwerk, dus dat doet Hans.” Qua taakverdeling is er wel degelijk verschil tussen man en vrouw. “Maar dat is niet gek”, merkt Ciska op. “Vaak zorgen vrouwen ook voor het huishouden en het sociale leven. Ik heb het idee dat mannen meer in het vak op gaan. Het bedrijf is voor mij belangrijk, maar ik heb ook veel dingen er omheen. Je moet als vrouw ook niet alles willen. Overigens zijn wij wel zo geëmancipeerd dat Hans ook de aardappels schilt”, lacht Ciska.
willen’
Ciska Smakman: ‘De verwerking en administratie zijn helemaal mijn ding’ Het is tevens de reden dat Ciska na een korte periode uit het kringbestuur van de KAVB is gestapt en haar man heeft voorgedragen. “Ik kon te weinig toevoegen naar mijn idee. Hans weet veel meer van teelttechnische zaken.” Het verandert volgens de onderneemster niets aan de situatie thuis. “Wij vormen een verrekte goed team. Je werkt veel samen, maar hebt tegelijkertijd eigen verantwoordelijkheden. Het
is fijn om te weten van elkaar waar je mee bezig bent en waar je tegenaan loopt. Deze taakverdeling maakt het mogelijk om te allen tijde een kwalitatief goed product af te leveren.” Hoewel Hans en Ciska drie zoons hebben - Bart (28), Tom (25) en Koen (20) - lijkt bedrijfsopvolging uitgesloten. “Het is fijn dat de jongens daar zo stellig in zijn. Het verandert verder niets aan onze bedrijfsvoering. We investeren
wel bewuster en hebben minder behoefte om te groeien, maar het motiveert ons niet minder. De uitstraling van ons bedrijf vinden we heel belangrijk en de machines moeten up-to-date zijn. We willen een goed bedrijf neer blijven zetten, zodat we op termijn iets moois kunnen verkopen. Maar dat mag van ons nog wel een tijdje duren.”
27 december 2013VISIE 17
TERUGBLIK
‘Twee jaar na de start staat iBulb’ Nadat duidelijk was dat het PT zou wegvallen, nam Anthos twee jaar geleden het initiatief om te starten met iBulb waarbij bloembollenhandelsbedrijven zich op vrijwillige basis kunnen aansluiten. De stichting besteedt haar budget aan promotie, technisch onderzoek en markttoegang en beschikt over een budget van zo’n 2,2 miljoen euro. Aan het einde van 2013 praat BloembollenVisie met Anne Verdoes over de klus waarvoor zij verantwoordelijk is: de promotieactiviteiten. Tekst: Monique Ooms Fotografie: René Faas
i
Bulb verdeelt haar budget van 2,2 miljoen euro – dat bijeen wordt gebracht door de aangesloten handelsbedrijven – over drie takken van sport: 280.000 euro voor vraagstukken rond markttoegang, zo’n zelfde bedrag is bestemd voor technisch onderzoek en voor promotieactiviteiten is 1,6 miljoen euro beschikbaar. Daarnaast dragen exporteurs nog bij aan landenprojecten, zoals promotieactiviteiten in Scandinavië (0,5 miljoen), een promotiecampagne voor de droogverkoop in de VS (0,8 miljoen), leliepromotie Japan (75.000 euro), het keuringsysteem (0,2 miljoen) in Japan en het preclearanceprogramma USA (800.000 euro). We blikken met Anne Verdoes terug op de promotieactiviteiten in 2013.
EIGEN NETWERK Anne erkent dat het promotiebudget van iBulb met 1,6 miljoen lager is dan dat van IBC dat zo’n 4,7 miljoen besloeg. “Er is dan ook wel het nodige veranderd, je moet nu eenmaal keuzes 18 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
Anne Verdoes: ‘We zitten nu zelf dichter op de markt’
maken. Zo is het team kleiner en werken we niet samen met een netwerk van buitenlandse PR-bureaus zoals het IBC, maar bouwen we ons eigen netwerk op met binnen- en buitenlandse media. We zijn actief in het maken van persberichten en goede fotografie – die de media ook via onze site kunnen binnenhalen – waarmee we PR bedrijven. Wat ons daarbij in de kaart speelt, is het digitale tijdperk en de groei van social media. Daarmee kun je op een goedkope manier veel mensen bereiken.” De resultaten van de PR-inspanningen stemmen Anne tevreden. “We hebben vrij snel een groot netwerk kunnen opbouwen en we zien honderden publicaties in vervolg op onze persberichten en foto’s.” iBulb richt zich met promotieactiviteiten op het bedrijfsleven – groothandelaren, bloemisten, tuincentra – en op de consument. In het afgelopen jaar organiseerde iBulb onder andere een campagne rond voorjaarsbloeiers voor de Europese en de Scandinavische markt. “In Europa richten we ons daarbij op PR en social media, in Scandinavië werkten we daarnaast ook met advertenties, point of sale materiaal, een website en was er een tulpendag als aftrap van het seizoen.” Ook in Japan was aandacht voor de voorjaarsbloeiers. “We hebben een selectie tulpen onder de aandacht
gebracht bij de zakelijke markt, waaronder veilingen, groothandels en bloemisten. Daarbij ging het specifiek om snijtulpen en bol-op-pot. In nieuwsbrieven met als thema ‘home sweet tulp’ hebben we informatie gegeven over het gebruik en de vermarkting van deze producten.”
GROEIMARKTEN In 2013 is iBulb in Australië van start gegaan met promotieactiviteiten. “Via een van de aangesloten exporteurs hebben we daar contact kunnen leggen.” Ook in Mexico is een start gemaakt met promotieactiviteiten. Het is helaas niet gelukt om het geplande programma rond zomerbloeiers van de grond te krijgen in China. “Dat schuift door naar 2014. Dan gaan we ons ook richten op de groeimarkten India, Taiwan en Vietnam. Hier willen we een leliecampagne lanceren.” Ondertussen gaat de uitbreiding van het netwerk door. “We zitten al op 1500 adressen van journalisten in Nederland, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Rusland en Polen, nu willen we Italië en Spanje toevoegen. De programma’s die we al hadden ingezet – in Scandinavië, Japan en de VS – lopen gewoon door.” We kunnen wel zeggen dat iBulb twee jaar na de start echt staat. “Het moet zich allemaal opnieuw zetten, maar we zijn zeker op de goede weg.”
Kansen in openbaar groen Als de collectieve gelden voor promotie wegvallen, hoe zet je jezelf dan op de kaart als sector? Door de krachten te bundelen. Dat was de insteek van Anthos die – na het wegvallen van de collectieve financiering vanuit het PT – contact zocht met de LTO Vakgroep Bomen en Vaste Planten en met de Branchevereniging VHG. Zo kwam de stichting iVerde tot stand, op 1 januari 2013. Tekst: Monique Ooms Fotografie: René Faas
markt, weten wat ondernemers belangrijk vinden en daar op inspelen.”
e stichting iVerde is ‘lean and mean’ georganiseerd. “Vanuit Anthos, LTO en VHG hebben elk twee afgevaardigden zitting in het bestuur. Verder heeft iVerde geen personeel, de betrokken organisaties leveren zelf het personeel dat nodig is voor de uitvoering”, vertelt Anthos-voorman Henk Westerhof. “In ons geval is dat Leon Smet, vanuit VHG is dat Egbert Roozen en namens LTO John Jansen.” Hoewel iVerde zich ook bezighoudt met de promotie van vaste planten en boomkwekerijproducten, is er toch een verschil met PPH. “iVerde moet haar inkomsten uit de markt halen. Dus moet je voeling houden met de
De focus ligt nu op de institutionele markt, vertelt Leon. “De sector ziet daar veel kansen liggen. Groen is belangrijk voor het welzijn van de mens, en toch zie je dat drie van de vier gemeenten bezuinigen op de aanleg en het onderhoud van groen. We zijn dan ook een campagne gestart – via mailings, persberichten, een website en social media – waarbij we het belang van groen benadrukken. Door te mikken op de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014 proberen we groen op z’n minst op de gemeentelijke agenda te krijgen.” In de campagne ligt de nadruk op het belang van groen voor het welzijn van de mens. “We gebruiken de wetenschappelijke onderzoeken die dit onderbouwen in onze communicatie.”
D
BEZUINIGEN
‘Als er geen draagvlak is, houdt het op voor iVerde’
Henk Westerhof
Een ander belangrijk thema is De Groene Stad in combinatie met het welbevinden van de mens. “Dit project liep via PPH, gefinancierd door het PT”, vertelt Henk. “Wij hebben er in het kader van de belangstellingsregistratie van het PT op ingeschreven met FloraHolland en we gaan dit samen oppakken. Vanuit het PT krijgen we daarvoor nog een budget van 750.000 euro voor drie jaar. Na de gemeenteraadsverkiezingen willen we dit project verder uitrollen.” Deze campagne zal bestaan uit promotieactiviteiten, onderzoek – bijvoorbeeld naar de functie van groen in de bestrijding van fijnstof –, de gebruiksmogelijkheden, educatie en communicatie. “We proberen hiervoor extra
Leon Smet
geld uit de markt te halen, bijvoorbeeld via het Topsectorenbeleid, en we kijken over de landsgrenzen heen. Uiteindelijk willen we The Green City ook internationaal neerzetten. Ook gaan we in gesprek met de organisatie van de Floriade 2022 over de profilering van de Groene Stad in aanloop naar die tentoonstelling.” Volgend jaar willen we met een seminar tijdens een tentoonstelling in China de meerwaarde van de Green City presenteren.”
VERBINDING iVerde zal – waar dat kan – aansluiting zoeken bij de promotieactiviteiten van iBulb. Leon: “Bomen, vaste planten en bollen kennen een gezamenlijk plantmoment in het najaar. Door verbindingen te leggen, kun je elkaar versterken en meer bereiken.” Overigens valt er in de boomkwekerij- en vasteplantensector nog wel het nodige te winnen qua promotie, stelt Henk. “Die sector kent niet dezelfde promotietraditie als de bollensector. Met het enthousiasme en de inzet waarmee wij binnen iVerde aan het werk zijn, heb ik er vertrouwen in dat dit gaat lukken.” Overigens is het iVerde al aardig gelukt zichzelf op de kaart te zetten. “We krijgen goede respons op mailings, worden benaderd met allerlei vragen en ondernemers melden zich om te participeren. We zijn hard op weg om onszelf te bewijzen.” Henk en Leon benadrukken dat iVerde zich niet alleen richt op de institutionele mark. “We zijn ook in gesprek met marktpartijen over een consumentenprogramma.” 27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 19
ACTUEEL
Wereldmarktleiderschap vr Wil de Nederlandse bollensector zijn wereldmarktleiderschap behouden, dan is achteroverleunen geen optie. De sector bevindt zich in een turbulente omgeving. Bedrijven moeten flexibeler zijn om kansen te kunnen pakken, zo bleek dinsdag 10 december tijdens een speciaal symposium in het AZ-stadion. Het middelpunt van belangstelling deze middag was de scheidend directeur van Hobaho Henk Hoogervorst.
Tekst: Jeannet Pennings Fotografie: René Faas
A
an ruim vijftig jaar carrière in de sierteelt, waarvan de laatste vijf jaar als algemeen directeur verbonden aan Hobaho, komt deze maand een einde. Henk Hoogervorst mag gaan genieten van zijn pensioen. Een ding is duidelijk na het afscheidssymposium: dat pensioen heeft hij ruimschoots verdiend. Zo’n 500 vakgenoten reisden dinsdag 10 december af naar het voetbalstadion van de Alkmaarse club AZ. ‘Ze komen allemaal om er zeker van te zijn dat ik vertrek’, zou Henk Hoogervorst gezegd hebben. Maar niets blijkt minder waar als burgemeester van Castricum Toon Mans het podium betreedt. Dat kan maar een ding betekenen: een lintje. “Bij de uitnodiging die bij mij op de mat viel, zat een lange lijst met verdiensten”, vertelt Mans. “Verdiensten van een man die zich meer dan alleen maar op kantoor meldde om zijn werk te doen.”
HART EN ZIEL Hoogervorst was onder meer voorzitter van stichting Liliade uit Akersloot, bestuurslid van de Hortus Bulborum in Limmen, bestuurs20 VISIE27 december 2013
Henk Hoogervorst: ‘Glans van je werk is voor 60 procent afkomstig van je vrouw’ lid van de Federatie van Taxateurs, Makelaars en Veilinghouders, lid van de sectorcommissie bloembollen van het PT, voorzitter van drie kwekersverenigingen (en nog steeds), voorzitter van basketballclub Axion en lid van de Bond van Bloembollenbemiddelinsgbureaus. Hij leverde diverse bijzondere inspanningen voor de sector en de samenleving en is daarom benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Mans: “Het is niet moeilijk een antwoord te verzinnen op de centrale vraag van vandaag: Hoe behoudt de Nederlandse bloembollensector zijn wereldmarktleiderschap? Mensen aannemen, betrekken en behouden voor de sector. Mensen met hart en ziel voor dit prachtige vak. Mensen die initiatief durven te nemen en vooruit willen. Mensen zoals u!”
kunt veranderen, ga je dood.” Ruud Huirne, directeur Food & Agri van de Rabobank, ging daar verder op in. “Is de bollensector wereldmarktleider? Tot en met gisteren zeker, maar richting de toekomst moeten we de puntjes op de i zetten.” Er is volgens Huirne voldoende
‘Handel is een vraag- en aanbodspel dat wij als sector beter kunnen spelen’ Dagvoorzitter Tom van ’t Hek beaamde dat. “De sector heeft mensen met passie en toewijding nodig. Maar dat alleen is niet genoeg. Inspiratie is mooi, maar er is ook transpiratie nodig. De sector moet innoverend blijven en durven vooruit te kijken, want als je niet meer
Tom van ’t Hek: ‘Als je niet meer kunt veranderen, ga je dood’
aagt om visie en flexibiliteit perspectief voor de sector, gezien de groeiende wereldbevolking en welvaart, duurzaamheid, de biobased economy, en de hybride consument. “Kansen te over, maar het stelt wel eisen aan het ondernemerschap.”
REGIE HOUDEN De Rabobank-man constateert dat financiële prestaties achterblijven in de bollensector, de bedrijfscultuur conservatief is en de tuinbouwomgeving hypercompetitief. “Uit de Flexibiliteitscan van de Rabobank blijkt dat men het moeilijk vindt om de toekomst te voorspellen”, zegt Huirne. “De meeste ondernemers hebben hun bedrijf dan ook nog niet afgestemd op de omgeving. En dat terwijl het buitenland niet stil zit. Nederland is de grootste producent van bloembollen, maar wij staan nu op een T-kruising: houden we de regie of niet?” Bepaalde zaken moeten anders worden georganiseerd. Als voorbeeld noemde Huirne teelt in het buitenland onder Nederlandse aansturing en het beheren van de keten. “We moeten kwaliteitsgaranties kunnen geven.” Huirne benadrukte vervolgens dat de ontwikkeling van het ondernemerschap essentieel is. “Ondernemers moeten actief achter het stuur zitten. Daarnaast moeten we ons blijven focussen op de fytosanitaire kwaliteit om op grote schaal te kunnen leveren. Ook de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen vraagt de aandacht. Kunnen we resistentie realiseren, zodat we met minder toe kunnen? Ik zeg niet dat het makkelijk is, maar we moeten het wel onderzoeken. Tot slot moeten we richting vraaggestuurde ketens en verdienmodellen.” Volgens Huirne zijn er goede kansen op marktgroei, maar moeten ondernemers flexibeler zijn om die kansen te kunnen pakken. “De antennefunctie is nu vaak onderontwikkeld en als je niet in staat bent ontwikkelingen te signaleren, kun je er ook niet op inspelen. Betrek personeel bij het ontwikkelen van ideeen en start co-creaties met klanten, leveranciers en andere ketenpartijen. Tot slot: bouw reserves op, zodat je tegenvallers kunt opvangen en kansen kunt pakken.” Uit de zaal kwam de terechte vraag of de sector niet wordt opgevreten door de grote concerns. Huirne: “Handel is een vraag- en aanbodspel. Ik denk dat wij dat als sector beter kunnen spelen door de grote afnemers als partner te zien en niet als concurrent. Uiteindelijk verdient een supermarkt ook meer aan hogere prijzen.”
Ruud Huirne: ‘Houden we de regie of niet?’ leven. ‘De maakbaarheid van succes’, luidde zijn presentatie. “Maar wanneer is er eigenlijk sprake van succes”, vroeg hij de zaal. “Achteraf is dat makkelijk te bepalen, maar je moet vooraf weten waar je heen wilt. Voor AZ is succes duidelijk: het halen van Europees voetbal.
SUCCES BEPALEN Ter inspiratie deelde Toon Gerbrands, directeur van AZ, zijn ervaringen uit de sportwereld die eenvoudig te vertalen zijn naar het bedrijfs-
‘Visie, actie en passie bepalen succes’, aldus Toon Gerbrands
Daar zoeken we vervolgens talenten bij.” Succes is volgens Gerbrands voor negentig procent maakbaar. “Er zijn slechts een aantal factoren waar we geen vat op hebben, zoals het weer, de concurrentie en de crisis. We moeten ervoor zorgen dat we de rest wel onder controle hebben.” Drie zaken zijn essentieel om als coach, maar ook als ondernemer, een topprestatie te kunnen leveren: visie, actie en passie. “De meeste mensen blinken maar uit in twee van deze zaken.” Agrarische ondernemers zijn vaak gedreven en harde werkers, maar hebben geen einddoel en dat is nodig om de juiste keuzes te kunnen maken. Gerbrands voegde nog een laatste punt toe: samenwerken. “Daarvoor is vertrouwen nodig, een gezamenlijke, positieve intentie en vanaf dag één duidelijkheid.” Volgens Rens Buchwaldt, waarnemend directeur van FloraHolland, bezit Henk Hoogervorst zowel visie, actie als passie. “Je kunt terugkijken op ruim vijftig jaar sierteeltsector. Het lijkt net een film met allemaal plotwendingen, maar wel een Oscarwinnende film.” Namens het bestuur van FloraHolland bedankte Buchwaldt Hoogervorst voor zijn bijdrage, waarna hij hem de FloraHolland Diamant opspelde. De scheidend directeur reageerde overdonderd. “Ik heb altijd mijn werk gedaan en ben daar gewoon voor betaald”, klonk het nuchter. Toch noemde hij het een eer om de onderscheidingen te krijgen. “Sierteelt Nederland bedankt voor de 55 prachtige jaren.” 27 december 2013VISIE 21
BLOEM IN BEELD
Inzenders betreuren einde Van 7 tot en met 10 januari aanstaande vindt de laatste CNB Midwinterflora plaats. Ter gelegenheid daarvan willen de organisatoren nog één keer flink uitpakken. Of dat zal lukken is de vraag. Het broeiseizoen is bijzonder laat en met name de tulpen zullen het moeilijk hebben. Tekst: Wim Ciggaar Fotografie: René Faas
D
e oorzaken zijn bekend. Het groeiseizoen betekende voor de tulpen een jaar van extremen. De eerste helft van 2013 was veel te koud. Het gewas kwam zeer laat boven de grond met als gevolg dat er in veel gevallen pas halverwege mei gekopt kon worden. De verwachting is dan ook dat het broeiseizoen bij de tulpen zo’n drie weken later zal zijn en dat alleen het echt vroege broeisortiment de Midwinterflora zal halen. Dat neemt niet weg, dat de inzenders hun uiterste best doen om zo goed mogelijk voor de dag te komen.
KLEINERE INZENDING Deelnemer van het eerste uur aan de Midwinterflora is Proeftuin Zwaagdijk, ofwel de vroegere Stichting Van den Hoek’s Broeiproevenbedrijf. Volgens bedrijfsleider Pieter Duin is het gewoon een laat broeiseizoen en moet rekening gehouden worden met een 20 procent kleinere inzending. “Wij verzorgen daarnaast ook de deelname van de KAVB-kring
22 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
Flevoland. Die hebben altijd een hele mooie inzending, maar niet uit te sluiten valt dat we dit jaar een aantal soorten niet neer kunnen zetten, ook al hebben we de preparatie erop afgestemd. Aan de ene kant zie je dat een aantal soorten die het normaal net aan halen dat nu niet zullen doen, aan de andere kant moet je constateren dat inzenders soorten thuis gelaten hebben in de wetenschap, dat ze het toch niet zullen redden en inzenden dus geen zin heeft.” Volgens Pieter Duin is deze Midwinterflora wel meer dan in andere jaren een testcase voor het vroege assortiment. Normaal gesproken zijn de kersttulpen dat, maar in een laat jaar als dit is de Midwinterflora maatgevend voor het vroege sortiment. Normaliter heb je zo’n 10 à 20 procent die het niet redt, nu is dat 40 procent. Te constateren valt dat de beworteling heel goed is en dat ook de spruitgroei prima verloopt, maar het is allemaal nog nooit zo laat geweest.” Dat de Midwinterflora verdwijnt is volgens Pieter Duin bijzonder jammer. In een normaal jaar was het een mooi ijkpunt voor het vroege assortiment. Op de Midwinterflora waren de soorten te zien die echt vroeg gebroeid konden worden. Enerzijds heb ik begrip voor de overwegingen die geleid heb-
ben tot het besluit om te stoppen, anderzijds is het zeer de vraag of er een alternatief voor komt. Natuurlijk kun je ook een marktbroeishow vroeg houden, maar die combinatie van mechanisatie en bloemen leverde juist die zo gewenste synergie op.”
SYLVESTRIS IJsbrand de Jong van Sylvestris bv denkt dat het bij hem allemaal wel mee gaat vallen wat zijn inzending voor de Midwinterflora betreft. “We hebben de bollen op 3 december ingehaald, zitten nu (16 december) op bijna twee weken en de eerste pootjes zijn zichtbaar. Dat valt me alles mee. We broeien al onze zaailingen in herhaling, dan heb je al een keuze kunnen maken wat geschikt is voor vroeg en daar zit weinig uitval bij tot nu toe. In totaal hebben ze 12,5 week kou gehad, waarvan 8,5 week 9°C en 4 weken 5°C. Zouden ze heel vlot zijn dan zouden ze dus met drie weken in bloei kunnen staan, maar dat zit er niet in. De Midwinterflora moet echter haalbaar zijn. In onze kruisingen zit namelijk een achtergrond aan wilde tulpen en die hebben per definitie een lagere koudebehoefte en kortere trekduur, zodat alles vroeger is. De belangrijkste reden van het inkruisen van die wilde soorten is overigens de mogelijkheid om virusresistentie te krijgen tegen met name mozaïekvirus.” Volgens IJsbrand de Jong neemt één en ander niet weg, dat we met een laat seizoen te maken hebben. Bij zaailingen verloopt het bepalen van de noodzakelijke behandelingen echter anders dan normaal gebruikelijk en redeneer je eigenlijk andersom. “Je bepaalt namelijk niet eerst het stadium G. Uitgangspunt bij zaailingen is allereerst het aantal kasdagen en koudeweken wat je denkt
CNB Midwinterflora nodig te hebben. Indien nodig beknibbel je op het aantal weken tussentemperatuur en dan gok je erop dat ze in G waren. Dat gokje pakt dit seizoen goed uit. Daar komt bij dat we ze vrij laat gerooid hebben en ze misschien wat langer kou in de grond hebben meegekregen. In elk geval zal op deze Midwinterflora nog duidelijker zichtbaar zijn welke veredelaar soorten heeft voor de vroegbroei. Wat dat betreft is het hartstikke jammer dat de Midwinterflora ophoudt te bestaan. Zeker voor het vroegbloeisortiment is deze show de testcase bij uitstek om te laten zien welke soorten er zijn voor de vroegbroei. Als veredelaar heb ik half januari toch wel de behoefte om te kijken hoe ik kan showen. Er gaan geluiden van een show bij de mechanisatietentoonstelling in Vijfhuizen of in het nieuwe kantoor van IGH in Schagen. Het boulevardidee waarbij alle concurrenten en collega’s bij elkaar gaan zitten is heel belangrijk en dan bij voorkeur de eerste twee weken van januari. Tijdens de Midwinterflora deden wij als Sylvestris altijd de volle week contacten op bij CNB en het zou bijzonder jammer zijn als dat verdwijnt.”
C.S. WEIJERS & ZN BV De Hillegomse specialisten in bijzondere bolgewassen behoren eveneens tot de Midwinterflora-inzenders van het eerste uur. Ook op deze laatste editie zet deze bijgoedspecialist hoofdzakelijk in op producten die zijzelf in het assortiment hebben of verhandelen en dan met name het steekwerk met snijbloemen. Kees van Roon: “Wij hebben echter geen producten laten broeien, daar komt de Midwinterflora te vroeg voor. Onze producten lenen zich nu eenmaal niet om die op een goede manier begin januari te laten showen. Dat hebben we in het verleden meermalen geprobeerd met sneeuwklokjes, muscari’s en krokussen, maar ’t was het net niet.” Veel last van het late seizoen heeft men bij Weijers overigens niet gehad. “Toen het leveringsseizoen begon kregen we al redelijk veel bijzondere bolgewassen binnen voor de tulpen kwamen. Dankzij dat rare jaar hadden wij dus redelijk op tijd al heel wat bollen binnen. Een testcase is deze show voor ons niet. Voor tulpen en hyacinten is het uiteraard wel interessant of die er inderdaad op tijd zullen zijn.” Dat de Midwinterflora verdwijnt is volgens Kees van Roon een gemis. Aan de andere kant heeft hij er wel begrip voor. “Je moet ook aan de kosten denken, alsmede het gebrek aan tijd, en de desinteresse in het vak niet te vergeten. Je zag het vanmorgen aan de kerstkeuring die maar 3,5 pot omvatte. De mensen hebben gewoon geen tijd meer of kunnen die er niet voor vrij maken. Dit soort zaken is toch onderhevig aan de vergrijzing. Bij ons
bedrijf zie je gelukkig dat John Boot en Jos van Beek het stokje goed overnemen. Zij besteden ook veel aandacht aan het showelement en dat is toch de nieuwe generatie waar we het van moeten hebben. Hopelijk komt er wel wat terug voor de Midwinterflora. Misschien gaat de meeste belangstelling nog wel uit naar productweken voor een gericht publiek. Aan lelies, tulpen, hyacinten en narcissen zou je best een productweek kunnen wijden. Voor het komend seizoen is het te laat. Eventuele inzenders moeten daar goed op in kunnen spelen en het signaal dat dit soort zaken zinvol zijn voor het bloembollenvak zal eerst bij de volgende generatie moeten landen. Datzelfde geldt voor de export die zich tegenwoordig vrijwel uitsluitend met de droge bol bezighoudt en niet de combinatie met bloemen.”
TULIKO Voor Marchel Snoek van J.&.P. Snoek & Zn bv is de Midwinterflora een gepasseerd station. “We staan er dit jaar niet meer zelf, maar doen wel met negen bakken mee onder de vlag van Tuliko. Daar hebben we onze veredeling ondergebracht en Tuliko is degene die namens ons de handel gaat doen en waar geïnteresseerden in het vervolg moeten zijn.” Veel last van het late groeiseizoen heeft Snoek niet gehad. “We hadden nog een paar proeven voor de Kerst staan, maar die haalden het –van normaal Nederlands geteelde bollen- net niet. Het betekent echter wel, dat het met die snelle vroegbroeisoorten voor de Midwinterflora moet lukken. En daar zijn we blij mee, want de Midwinterflora is een heel mooi tijdstip om
soorten die dat vroege in zich hebben te laten zien. Dat levert een goede schifting op en we hebben daar altijd stevig op ingezet. Wat ons betreft was het een heel mooi podium om ons te onderscheiden. Dit jaar is het helemaal extra spannend om te zien wat er komt. Dat de Midwinterflora stopt is in principe wel jammer. Over hoe, wat en waar kun je discussie hebben, maar niet over het moment in het jaar. Begin januari kunnen we best over een aardig tulpenassortiment beschikken, maar zeker niet alles kan op dat tijdstip. Markttechnisch gezien viel de Midwinterflora op een mooi tijdstip en was het een duidelijk ijkpunt.” Begrip heeft Marchel wel voor het besluit om met de show te stoppen. “Kijk maar wat er hier met de Creiler Flora gebeurd is. Daar hebben ze met de Bloembollen Vakdagen de juiste keuze gemaakt door het showmodel aan te passen aan de tijd. Dat het anders moet is wel duidelijk. In de organisatie van een show gaat veel tijd en energie zitten en dat wordt weleens onderschat. En voor de rest: zeg nooit nooit. Je ziet nu ook in Schagen weer een showtje ontstaan, dus dat weet je niet. Kijk je naar het tijdstip van het jaar, dan zou het mooi zijn als er iemand in het gat van de Midwinterflora zou stappen. Punt is, dat eerst een aantal mensen elkaar weer moeten zien te vinden. Daar moeten we ’t van hebben en dat is wat er moet gebeuren. En als er nieuwe initiatieven komen, dan zal het vak moeten reageren en het ondersteunen. Heel belangrijk is namelijk dat je daarbij niet zonder vrijwilligers kan. Probleem is vandaag de dag dat iedereen handen en voeten nodig heeft om het eigen bedrijf in de benen te houden en dat valt niet mee.” 27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 23
BRANCHENIEUWS
Kennis nodig om drift te be De veldspuit is veel meer dan een tank met aan weerszijden een spuitboom en doppen. De techniek is de afgelopen decennia sterk verfijnd. Onderzoek heeft geleid tot meer inzicht in optimalisatie van het resultaat. Onderzoeker Jan van de Zande gaf onlangs les aan zo’n zeventig telers. Tekst: Arie Dwarswaard Fotografie: DLV, Arie Dwarswaard, WUR
W
indstil weer, een beetje zon en een temperatuur tussen de tien en twintig graden. Dat zijn de ideale omstandigheden om een gewasbespuiting uit te voeren. Dan is de kans op drift klein, en is meestal het spuiteffect groot. Maar in Nederland is het weer niet voor niets het meest besproken onderwerp. Elke dag is het weer anders, en dat betekent dat het uitvoeren van een bespuiting een handeling is die om veel kennis vraagt. Niet voor niets dient degene die de bespuitingen uitvoert over een spuitlicentie te beschikken. En niet voor niets heeft degene die de bespuitingen uitvoert de plicht om regelmatig kennisbijeenkomsten te volgen die met gewasbescherming te maken hebben. Voor Alb. Groot in De Stolpen en de KAVB reden om afgelopen najaar drie bijeenkomsten te beleggen rondom spuittechniek in relatie tot drift. In totaal ruim zeventig deelnemers kwamen naar De Stolpen om door de Wageningse onderzoeker Jan van de Zande te worden bijgepraat over de technische kant van het spuiten.
De afgelopen 25 jaar heeft Van de Zande heel veel onderzoek gedaan naar vooral drift. Daaronder verstaat hij alle druppels die het veld benedenwinds via de wind verlaten. De mate van drift is te beïnvloeden door onder meer de hoogte van de spuitboom, het doptype, de mate van beweging van de spuitboom en de spuittechniek.
‘Hoe vaker het spuitpad werd bereden, hoe groter de afwijkingen in het spuitbeeld’
De lijst van driftarme doppen is voor het eerst in 2001 gepubliceerd in de Staatscourant. De actuele stand van zaken staat op de website www.helpdeskwater.nl. Hoewel er vier verschillende driftreductieklassen zijn (50%, 75%, 90% en 95%), geeft de doppenlijst vooral informatie over de laatste twee reductieklassen. Met de huidige stand van zaken is het zelfs mogelijk om de klasse van 95% driftreductie verder te verdelen in 97,5% en 99% driftreductie. De referentiedop bij driftmetingen met veldspuiten in het veld was destijds de XR 110.04 van Teejet, die werd getest bij een spuitdruk van drie bar.
SPUITBOOMHOOGTE De afgelopen decennia is aan al die facetten in het onderzoek veel aandacht geschonken. Zo veel dat volgens Van de Zande er veel kennis nodig is die in de praktijk gebruikt kan worden om de kans op drift tot een minimum te beperken. Dat is ook nodig omdat het soms toch mis gaat.
Met de juiste apparatuur en afstelling is een goed spuitresultaat te behalen 24 VISIE27 december 2013
De keuze aan doppen is enorm. Het is aan degene die gaat spuiten om te bepalen wat hij nodig heeft. De keuze is altijd een combinatie van druk, afgifte en doptype en kleur. Wie bijvoorbeeld 200 l/ha wil spuiten bij een rijsnelheid tussen de vier en acht km/u en een spuitdruk van een tot zeven bar heeft keuze uit een breed scala aan doppen. Door het meten van druppelgrootte is onderscheid gemaakt in driftarme en niet-driftarme doppen. Van de Zande merkt op dat driftarme doppen op zich niet bestaan. “Het is altijd een combinatie van doptype, dopkleur, druk, rijsnelheid en spuitboomhoogte die bepaalt of er sprake is van driftreductie.”
Een eerste stap die werd gezet om de drift te beperken, was het verlagen van de spuitboomhoogte. Tot begin jaren negentig was het heel gebruikelijk om de spuitboom op zeventig centimeter boven het maaiveld te hangen. Door dat terug te brengen naar vijftig cm nam de afstand waarop er nog sprake was van een procent driftdepositie af van negen meter naar 5,5 meter. Door ook nog eens met luchtondersteuning te gaan werken kon een driftreductie van 96% worden bereikt. Een andere mogelijkheid is om de afstand tussen de doppen te halveren van vijftig naar 25 cm. Van der Zande: “Als je de combinatie van doptype, dopafstand, spuitboomhoogte, tophoek (van 110° naar 80°) en luchtondersteuning bij elkaar optelt kom je tot een driftreductie van 97% en ook nog eens een betere verdeling van de spuitvloeistof over het gewas. En door te gaan werken met het zogenoemde sleepdoeksysteem kon een vergelijkbaar resultaat worden behaald.” Een andere mogelijkheid om de hoeveelheid drift vanaf het perceel te verlagen is door het aanbrengen van een vanggewas rondom het perceel. Als het vanggewas een meter hoger is dan het veldgewas en er wordt gewerkt met luchtondersteuning, dan is een driftreductie van 99% mogelijk, aldus Van de Zande.
perken percentage aantasting op de bovenste bladeren toe van nul naar zeven en in de middelste bladlaag van zeven naar twintig. De beweging van de spuitboom blijkt ook veel invloed te hebben op het resultaat. Dit betreft de beweging in horizontale en verticale richting. Vooral als ondernemers gebruik maken van vaste spuitpaden neemt die beweging door het seizoen heen sterk toe. Hoe vaker het spuitpad werd bereden, hoe groter de afwijkingen in het spuitbeeld. De variatie in bedekking met middel varieerde van 75 tot tweehonderd procent. “En dat terwijl je honderd procent wilt. Zo krijg je gewoon gaten in je bespuiting”, aldus Van de Zande. Zijn advies was om de rijrichting in de spuitpaden een of meer keren in het seizoen af te wisselen.
NIEUWE TECHNIEKEN Bij PPO in Lisse is onderzoek gedaan naar het gebruik van nieuwe technieken, zoals de Greenseeker en de Weed-it
RIJSNELHEID Al het onderzoek dat aan spuitdoppen in relatie tot driftbeperking is uitgevoerd vond plaats bij een vaste rijsnelheid van zes km/h. “We hebben ook gekeken naar de driftbeperking bij twaalf km/h. In alle gevallen nam de drift toe en dus de driftreductie sterk af als de rijsnelheid werd verdubbeld. In een geval daalde de driftreductie zelfs van 73 naar 14 procent. De oorzaak is helder: de driftsluier wordt langer, waardoor die gemakkelijker is te verplaatsen door de wind.” Van de Zande wijst de telers er op dat uit de drifttabellen niet altijd blijkt dat die alleen gelden voor een rijsnelheid van zes km/h. “Het zou goed zijn als die rijsnelheid duidelijker gedefinieerd zou worden.”
ondernemers binnen nu en een jaar zelf een quick scan kunnen uitvoeren om de mate van drift te bepalen.
BEWEGING Behalve drift is er nog een aspect dat Van de Zande deze avond graag onder de aandacht brengt: de verdeling van de spuitvloeistof over het gewas. Ook hier speelt de rijsnelheid een rol. Werd bijvoorbeeld bij een bespuiting tegen Phytophthora in aardappelen de rijsnelheid verdubbeld van 7 naar 14 km/h, dan nam het
Om de kans op drift verder te beperken zijn de afgelopen jaren verschillende nieuwe technieken door PPO en PRI ontwikkeld en getest om met minimale inzet van gewasbeschermingsmiddelen een goede effectiviteit en minimale emissie te realiseren. Dit betreft onder meer de Weed-it en de Greenseeker, meestal in combinatie met GPS. Bij beide systemen reageert een sensor op de aanwezigheid van een plant, waarna er pas wordt gespoten. Beide technieken zijn onderzocht bij toepassing van fungiciden in de bloembollen, en bleken een flinke reductie in middelengebruik te kunnen opleveren. Nog niet alles is inmiddels praktijkrijp, maar duidelijk werd dat techniek veel kan doen als het gaat om driftreductie, effectiviteit en middelengebruik.
OMWONENDEN Onrust onder omwonenden gaat in veel gevallen over gewasbespuitingen in combinatie met drift en het effect daarvan op de gezondheid. Onderzoek laat volgens Van de Zande echter zien dat bij een combinatie van bijvoorbeeld een DG-dop en luchtondersteuning de drift naar de lucht met 93% kan reduceren. Driftreductie naar het wateroppervlak geef ook driftreductie naar de lucht en daardoor minder blootstellingsrisico voor omstanders en omwonenden. Omdat er naar verwachting meer inzicht in dit aspect gevraagd zal worden is door Wageningen UR de zogenoemde Drift Calculator ontwikkeld. Deze wordt gebruikt om de risicoanalyse in het toelatingsbeleid mede te onderbouwen. Van de Zande verwacht dat
Deelnemers aan de cursus mogen hun doppen laten testen door Jan van de Zande 27 december 2013VISIE 25
TOELEVERANCIERS
“Wij kijken in de praktijk of Toen Edwin Hauwert zijn eerste schreden als zelfstandig ondernemer zette, mikte hij op het hele midden- en kleinbedrijf. Inmiddels is zijn automatiseringsbedrijf Automated4u uitgebreid met partner Bart Glim en is de focus steeds meer gericht op het succesvolle track and trace programma Bulbstoremanager voor de bloembollensector. Tekst: Gerrit Wildenbeest Fotografie: Gerrit Wildenbeest, PR
D
e nog jonge historie van het West-Friese automatiseringsbedrijf Automated4u begon in de ambtelijke sector. Tijdens en na zijn opleiding technische bedrijfskunde op HTS-niveau, ging Edwin Hauwert (37) via een uitzendbureau aan de slag met diverse automatiseringsprojecten, onder andere bij het Ministerie van Financiën. Dat
Bart Glim en Edwin Hauwert (vlnr): ‘In ons pakket zitten tal van handigheidjes’
leidde in 2000 tot een fulltime baan als ambtenaar bij de in Amsterdam gevestigde afdeling Dutch State Treasure Agency van dit ministerie. Prima te bereizen vanuit zijn geliefde West-Friese woonomgeving. In 2007 werd echter van hogerhand besloten dat Edwin’s afdeling op termijn diende te verhuizen naar Den Haag. Toen dat in 2009 zijn beslag kreeg, leid-
de dat bij Edwin tot de nodige denkrimpels. “Ik zag mezelf niet iedere dag uren in de trein zitten naar Den Haag”, vertelt hij op het bij Haakman Flowerbulbs (Wervershoof ) inpandige kantoor van Automated4u. Reden om met zijn werkgever een deeltijdcontract af te spreken. In combinatie met opgespaarde vrije dagen, betekende dit dat hij twee dagen per week kon gebruiken voor een opstart als zzp’er. Dat ging zo voorspoedig dat in 2010 zijn contract verder werd afgebouwd tot twee dagen per week. In augustus 2011 waagde hij de stap naar volledig zelfstandigheid, met dank aan zijn voormalige werkgever voor de mooie afbouwregeling.
EERSTE OPDRACHT
Droogwandgoten ( bij Boltha BV) gekoppeld aan de Bulbstoremanager (archieffoto) 26 • BLOEMBOLLENVISIE • 27 december 2013
In de eerste jaren zocht Edwin zijn markt vooral bij mkb-klanten die hij nog kende vanuit zijn uitzendkrachtperiode. Nog steeds doet Automated4u werkzaamheden voor deze relaties - zoals het schrijven van modules voor orderen voorraadbeheer, facturering, websitebouw, et cetera - maar momenteel ligt het zwaartepunt in de bloembollensector. De eerste grote opdracht vanuit de bollensector kwam binnen via Haakman Flowerbulbs. Het bedrijf was op zoek naar uitbreidingen op het bestaande automatiseringspakket en verzocht Edwin daar eens naar te kijken. “Mijn eerste opdracht was om de urenregistratie te automatiseren mid-
het werkt’ dels een prikkloksysteem.” Van het een kwam het ander: Haakman verzocht Edwin het hele logistieke pakket op de schop te nemen, wat uitliep op een compleet nieuw logistiek pakket voor de vestiging in Nieuw-Zeeland. Dat legde de basis voor het anno 2013 al bij een twaalftal bloembolbedrijven uitgerolde track and trace programma onder de naam Bulstoremanager (zie ook BBV 261).
verkoop. Dat geldt bijvoorbeeld voor Bolwerk, het bekende pakket van Agrovision, dat volgens hen zaken als voorraadbeheer en logistiek links laat liggen. Automated4u doet niet geheimzinnig over zijn prijzen. De teeltmodule kost 5.000 euro, de broeierijmodule kost 2.500 euro extra terwijl je voor 10.000 euro teelt, broeierij en export hebt (alles exclusief de hardware). Geen wereldprijzen, maar Automated4u vindt dat ondernemers niet voor de prijs, maar voor de toegevoegde waarde van het pakket moeten gaan. “Als je vindt dat whiteboards en een paar excelvellen toereikend zijn, prima. Maar je ziet dat vooral de nieuwe generatie ondernemers meer informatiegestuurde beslissingen wil nemen. Zo kun je met ons pakket moeiteloos historische gegevens van een partij of cultivar opvragen en analyseren. Jongeren zien sneller de voordelen van de objectieve managementinformatie die je via ons systeem binnenkrijgt.”
Op dit moment besteedt Automated4u zeker 85 procent van de tijd aan dit programma. Te veel werk voor een persoon, daarom is per 1 december Bart Glim (ook 37) als partner aangetrokken. Bart is eveneens gepokt en gemazeld in de automatisering. Na zijn HBO-opleiding bedrijfskundige informatica werkte hij onder meer bij Interxion (Schiphol Rijk), het UWV en als laatste bij ABN-AMRO.
MENTALITEIT Nu de toekomst van hun jonge bedrijf vooral in de bloembollenwereld lijkt te liggen, is het een groot voordeel dat beiden de taal en de mentaliteit van het vak delen. Edwins vader had een bloembollenbedrijf, als zoveel scholieren in West-Friesland verdiende hij in de vakantie graag een centje bij met het rapen en vooral het pellen - ‘dat verdiende meer’ - van bollen. Ook Bart heeft als rasechte Andijker de nodige uurtjes achter de pelband gemaakt. “We weten dat je in de bloembollensector soms 7 keer 24 uur aan de bak moet. Omdat ons pakket ook draait bij Haakman New Zealand Bulbs, met z’n omgekeerde seizoen en tijden, hoort ’s avonds en ‘s nachts werken er ook bij.”
dat is lang niet overal aanwezig in een bollenschuur, vandaar dat wij een offline module hebben ontwikkeld.”
PRIJZEN Edwin en Bart stellen dat de meeste pakketten in de bollensector zich beperken tot de in- en
Met nu een twaalftal bedrijven die werken met verschillende modules van de Bulb Store Manager valt er nog een hele markt in de bloembollensector te veroveren. Een nieuwe uitdaging ligt in de ontwikkeling van een geautomatiseerd systeem voor een startend bemiddelingsbureau (vanuit kwekersvereniging Bloems). “Laat ons eerst maar op kleinere schaal in nauw overleg met de praktijk aan de gang gaan.“
Hoewel Haakman aan de basis van hun pakket lag, is de Bulbstoremanager inmiddels zo ver doorontwikkeld, dat het voor elk bedrijf op maat kan worden gemaakt. Bart concentreert zich daarbij op alle mogelijke koppelingen, zoals Edibulb, GPS-toepassingen , koppeling met bosmachine en de veiling, enzovoort. Een paradepaardje is de koppeling met de klimaatcomputers van ABC (Agratechniek), Sercom en Dijksma, met mogelijkheden tot regeling van de luchtcirculatie op basis van diverse parameters. Hoewel onder hun pakket wel bepaalde algemene programmeertalen liggen, is het niet gebaseerd op grootschalige standaardpakketten als bijvoorbeeld SAP/mySap ERP. “SAP is heel duur om te implementeren, er moet nog zoveel aan modules geschreven worden, in ons pakket zitten al tal van handigheidjes. Daarnaast komen SAP-programmeurs zelden in de bollenschuur. Wij schrijven iets en kijken in de praktijk of het werkt. Zo hebben standaardpakketten vaak wifi nodig, maar 27 december 2013 • BLOEMBOLLENVISIE • 27
KENNIS
ERIC BREED:
‘Met interesse leert het makkelijk’ Wat is nodig om te doen wat je doet? Geld, mensen, maar vooral kennis. Welke kennis is belangrijk, hoe sla je kennis op, wat deel je er van met anderen? Vragen en antwoorden in de serie Kennis. In deze negende aflevering Eric Breed.
geen er al is, en wat is het verhaal? Dat vraagt veel kennis en goed kunnen kijken.” De nadruk ligt voor hem bij tulp, narcis en bijzondere bolgewassen, allemaal voorjaarsbloeiers. Maar ook lelie, dahlia en Zantedeschia hebben zijn interesse, maar dan wel vanuit het gebruik in de tuin. “De nieuwe groep OT-hybriden van lelies is een prima aanvulling voor de tuin. Ik heb er zelf eentje in mijn tuin al zes jaar vast staan. Dit jaar had ik 24 bloemen. Dat is toch prachtig?”
COMBINEREN De schoonheid van bloembollen in de tuin schuilt bij Eric Breed vooral in de combinaties en de opvolging in het seizoen. “Overal waar ik kom zie ik combinaties, en wat mooi is onthoud ik. Neem bijvoorbeeld de tulp ‘Mistress’ met Pulmonaria. Doet het altijd goed. Veel is ook een kwestie van uitzoeken. Thuis zet ik van alles op glas, en bij Fluwel hebben we ook een proeftuin waar we combinaties maken en beoordelen.” Foto’s maken is een groeiend onderdeel van dit werk geworden. Via zijn eigen website www.tulippictures.eu laat hij zien hoe mooi al die bolgewassen, vaste planten en hun combinaties zijn. Zonder opsmuk, zo schrijft hij er bij. Reizen en lezen voeden zijn kennis ook. “In het boek Bulbs van Martin Ryx stonden foto’s van tulpen in het wild. Telkens zag ik die foto’s weer. En nu heb ik ze al meermalen zelf in hun oorspronkelijke groeigebied gezien.”
KANSEN Tekst: Arie Dwarswaard Fotografie: René Faas
P
assie en kennis gaan naadloos in elkaar over in het gesprek met Eric Breed. Sinds zeven jaar is hij Client Service Director bij Fluwel in Burgerbrug. De functie houdt vooral in het leveren van informatie aan klanten. Die klanten zijn vooral afnemers van Fluwel die zich richten op de droogverkoop aan particulieren. Een markt die meer respect verdient, zo maakt hij tijdens het gesprek meermalen duidelijk. “Als mensen zeggen dat het altijd nog wel in een zakje kan, dan begrijp ik dat niet. De koper moet het beste krijgen wat er is. Dan vertelt hij het ook weer verder.”
SPELENDERWIJS Bloembollen omgeven hem al zijn hele leven. Vader Kees Breed had vele jaren een kweke28 VISIE27 december 2013
rij met een mooi sortiment bloembollen, sterk gericht op gebruik in de tuin. Het interesseerde Eric. De keuze voor de Rijks Middelbare Tuinbouwschool in Lisse was niet meer dan logisch. Werkervaring deed hij op heel uiteenlopende bedrijven op. Al op jonge leeftijd ging hij naar de wekelijkse bloemenkeuring van de KAVB. In de winter maakte hij steevast met zijn vader een ritje naar ’t Veld om nieuwe tulpen te kijken bij Van den Hoek. Telkens zag hij nieuw sortiment. En onthield het. Voor hem is dat geen prestatie van formaat. “Het begint met interesse. Als je dat hebt, dan leert het gemakkelijk.” Die ruime interesse helpt hem enorm in zijn werk. “Wat ik onder meer doe is het opzoeken van nieuw sortiment. Ik ga kijken bij telers, maar ook in de Poldertuin en de Floratuin, op Keukenhof en bij botanische tuinen. Er zijn altijd twee uitgangspunten: is het beter dan het-
In een sector waar al zo veel is, kan gemakzucht zo maar de overhand krijgen. Zo niet bij Eric Breed. Juist de consument die bloembollen wil kopen voor de tuin verdient alle respect. “Er liggen nog zo veel kansen. Juist deze groep kopers moet het beste van het beste krijgen. Je moet nooit je koper minachten. Daarbij is het concurreren op prijs niet aan de orde. De consument weet niet wat bloembollen moeten kosten. Zoek het in vernieuwing en toegevoegde waarde. Daar gaat mijn werk over, daar gaan de vragen over die ik van klanten krijg. Via informeren kun je vraag creëren.” Alle kennis voor jezelf houden is daarbij niet aan de orde. “Ik kwam vroeger veel bij Karel van der Veek. Die vertelde heel veel over de narcissen die hij op zijn showtuin had. Kennis delen geeft je zo veel terug. En ze worden ook nog steeds geboren, de nieuwe generatie die een brede interesse heeft. Ik ken er genoeg, waaronder zoon Bastiaan. Door kennis te delen kan ik hen weer op weg helpen.”
WATERKWALITEIT
Bewustwording sleutel tot succes Als bedenker van het idee, werkt de 48-jarige Jan-Willem van der Meer ook mee aan het project ‘Schoon erf, schone sloot.’ Naast zijn werkzaamheden als adviseur van gewasbeschermingsmiddelen, maakt hij zich hard voor dit project en gaat mee op de bedrijfsbezoeken voor advies. Bewustwording is waar het om draait. ‘Al lijken het soms maar kleine dingen, juist die zijn belangrijk’, aldus Van der Meer. Jan-Willem van der Meer bij de Phytobac op de Innoventis-proeftuin Tekst: Lilian Braakman Fotografie: René Faas
N
a het eerste project werkt Jan-Willem van der Meer ook graag mee aan het vervolg dat meer landelijk gericht is. Van der Meer is zeker een man die zich inzet voor de vermindering van emissie en er bewust mee bezig is. Tijdens zijn werkzaamheden voor Van Gent Van der Meer Nuyens (GMN) geeft hij namelijk advies. “Omdat we al bij het eerste project betrokken waren, konden we ook probleemgebieden bespreken met onze afnemers. Als er dan iets gezien werd dat beter kon, gaven we dat aan. Zoals de plaats van de spuit in verband met lekken, of dat net gedompelde kisten niet naast een put gezet moeten worden die overloopt naar het riool of de sloot, maar richting land waardoor het lekwater natuurlijk gefilterd kan worden.”
geen straf maar een goed middel om milieubewuster te werken.” Voor klanten die niet aan het project meedoen, wordt een mailing verstuurd waarin zij geattendeerd worden op de mogelijke emissieroutes op het bedrijf. “Net welke tijd het is welk advies we mee geven. Zoals in de dompeltijd: let op het uitdruipen en zorg dat de vervoerskar in orde is. Tijdens de planttijd: let op de teeltvrije zones. Zulke informatie sturen we automatisch mee.”
SPANNINGSVELD Wat Van der Meer in de toekomst graag ziet is een beloning voor kwekers die middelen juist gebruiken en emissie zoveel mogelijk beperken. “Dit zou bijvoorbeeld met het MPS-systeem kunnen, waardoor kwekers minder gecontroleerd worden. Maar blijven controleren zal altijd noodzakelijk blijven.” Het spanningsveld tussen kwekers die veel inzet tonen en anderen die er
ADVIES Een groot voordeel vindt Van der Meer de bedrijfsbezoeken, waar hij deels zijn adviezen uithaalt. “Je denkt mee met een kweker en zoekt gericht naar oplossingen. De handhavers zijn ook gericht op oplossingen en dat maakt het met zijn allen bespreekbaar. Door die manier van benaderen is het meedoen
Het project ‘Schoon erf, schone sloot’ onderzoekt emissie op bedrijven. Het doel van dit project is om de emissie te verminderen door kwekers bewust te maken van het probleem en zo het water schoner te krijgen en te houden.
minder om geven blijft lastig. Als Van der Meer verbeterpunten ziet, geeft hij deze altijd onderbouwd maar vooral vrijblijvend aan. “Je bent toch ook het aanspreekpunt als het gaat om middelen. Adviezen worden gegeven maar de kweker bepaalt zelf wat hij ermee doet.”
MEEWERKEN Een normoverschrijding kan al zitten in slechts een druppel. Om die reden is een nultolerantie haast niet mogelijk. “Wat zeker helpt is dat de fabrikanten, wij als leveranciers en de kwekers samen werken aan een oplossing en de middelen juist gebruiken zodat er een goed middelenpakket nu en in de toekomst beschikbaar blijft. Bewustwording is het belangrijkste. Op de Innoventis-proeftuin testen we vooraf middelen voor juist gebruik. Daar zijn we ook bezig met onderzoek hoe middelen afgebroken worden. Bijvoorbeeld in een Phytobac. Emissie op het erf blijft een lastig probleem, geeft Van der Meer aan. “Een kweker kan soms pas op het laatste moment bepalen wat hij gaat doen, bijvoorbeeld in het plantseizoen. Als een kweker dan beslist dat hij toch wil gaan planten, dan moet er ontsmet worden. In zo’n geval is de uitdruiptijd natuurlijk te kort. Als er dan toch geprobeerd wordt om emissie te voorkomen, is de kweker goed bezig.” 27 december 2013VISIE 29
VOORLICHTING
Enorme energiebesparing Het bewaren van lelies vraagt veel energie. Een van de drie deelnemers in het project ‘Houdt de bo(e)l koel’ investeerde in een nieuw bewaarsysteem. Diverse aanpassingen gaven een substantiële daling van de energiekosten.
Tekst: Rob de Groot, Bob Bisschops en Theo van der Gulik Fotografie: DLV
D
oor slim te koelen is het bij de leliebewaring goed mogelijk om flink op de energie(kosten) te besparen. Het project ‘Houd de bo(e)l koel’ is er op gericht om energiebesparende technieken en maatregelen te demonstreren en te communiceren die leiden tot energiebesparing tijdens het koelen van bollen. Door het combineren van technieken en maatregelen is het mogelijk om maximaal te besparen op energie(kosten). Op drie demonstratiebedrijven zijn verschillende technieken en maatregelen geïntegreerd toegepast.
PRODUCTKWALITEIT Op een van de drie demonstratiebedrijven is de teelt van lelie een belangrijke activiteit. Het bewaren van lelieplantgoed vraagt veel energie. Bij de recent gerealiseerde nieuwbouw is veel aandacht besteed aan energiebesparende technieken. Installateur Olof Schuur heeft hierin een belangrijke bijdrage geleverd. In samenwerking met het bedrijf en Olof Schuur is een combinatie van technieken en maatregelen onderzocht om maximaal te besparen op energie(kosten). Productkwaliteit stond daarbij voorop. Door het in kaart brengen van temperatuur, vocht en CO2-gehalte in de cellucht kan de ventilatie worden geoptimaliseerd. Als het CO2-gehalte in de cellucht het toelaat kan de ventilatie worden verminderd door het knijpen van de luchtklep en/of het terugtoeren van de gelijkstroomventilatoren in de verdamper. Als de buitentemperatuur laag genoeg is wordt de ventilatie juist weer vergroot, zodat de koeling minder hoeft te draaien en dus elektra wordt bespaard. 30 VISIE27 december 2013
De aangepaste systeemwand
Kort na de oogst zijn leliebollen erg actief. Daarbij gebruiken de bollen zuurstof en geven CO 2-warmte en vocht af aan de lucht. In de praktijk wordt veel geventileerd en gecirculeerd om onder meer de CO2-concentratie in de cel laag te houden. In de buitenlucht is de CO2-concentratie gemiddeld 500 ppm. Praktijksituaties tonen aan dat concentraties van meer dan 5.000 ppm tussen de bollen geen schade geven. Alleen bij extreem hoge concentraties kunnen zwarte spruiten ontstaan. We hebben dit wel waargenomen na twee weken 20.000 ppm. Door te sturen op een CO2-concentratie van bijvoorbeeld 5.000 ppm, wordt overmatig ventileren voorkomen. De warmte in het heetgas, dat afkomstig is van
de verdamper, kan door een warmtewisselaar worden overgedragen aan het retourwater van de vloerwarming. Dit retourwater wordt opgewarmd tot ongeveer 40°C en is prima geschikt om de vloer van een broeikas of werkruimte op temperatuur te houden. Dit bespaart gas.
GELIJKSTROOMVENTILATOR Gelijkstroomventilatoren met toerenregeling en tijdklok (aan/uit regeling) zorgen op het demonstratiebedrijf voor de circulatie. In eerder onderzoek is een circulatienorm van 300 m3 vastgesteld en voor later in de tijd 100 m3 lucht per uur per m 3. Ook 50 m3 is wel eens getest en gaf toen geen schade, maar hier is nog te weinig ervaring mee. Door het meten
mogelijk bij leliebewaring van temperatuur en CO 2 in de palletkist is gezocht naar een goede balans tussen het toerental en de tijdklok. Het bleek dat veranderingen in het toerental en de tijdklok geen noemenswaardige invloed hadden op de temperatuur en CO2-gehalte in de kist. Er is echter nooit minder dan 100 m3 lucht per uur per m3 bollen gegeven. Terugtoeren zorgt direct voor energiebesparing. Teruggetoerde ventilatoren produceren minder warmte, waardoor de koeling minder hoeft te draaien. Dit geeft een extra besparing op elektra. Door te weinig circulatie loopt de RV in de kist op en kan spruitvorming ontstaan. Dit is een belangrijk aandachtspunt. Ook is er bij een hogere RV meer kans op een Penicilliumaantasting. Streef naar continu circuleren bij een laag toerental zodat de luchtconditie in de kist gelijk blijft aan de cellucht.
AANPASSING SYSTEEMWAND Als er minder gecirculeerd wordt, zou de kist waar de lucht het moeilijkst doorheen gaat te weinig lucht kunnen krijgen. De kist met de minste circulatie is de bepalende factor. Om dit te voorkomen zijn de systeemwanden doorgemeten en aangepast. De systeemwand was bij de installatie al wat aangepast om een gelijkere luchtverdeling over de vijf lagen te krijgen. Er was een balkje geplaatst in de onderste uitblaasopening, zodat deze laag niet automatisch de meeste lucht zou krijgen. Ook was er een luchtschep in de tweede uitblaasopening geplaatst. Deze zou voor meer lucht in laag twee moeten zorgen. Verder waren alle uitblaasopeningen afgerond (zie figuur 1).
Toen de wand vol met palletkisten met leliebollen stond, is er weer gemeten. In de oorspronkelijke situatie kreeg de onderste laag toch nog de meeste lucht, de derde laag kreeg de minste lucht. Verschillende aanpassingen zijn uitgeprobeerd om de luchtverdeling nog gelijkmatiger te krijgen. Eerst is een schans geplaatst om de luchtstroom door de onderste uitblaasopeningen te verminderen. Vooral de luchtstroom door de tweede en door de vijfde uitblaasopeningen werd hierdoor bevorderd. Om de lucht nog beter te verdelen is nog een aantal maatregelen getroffen: de schep boven de tweede uitblaasopening werd weggehaald, de vijfde uitblaasopening met twee driehoekige latten werd versmald en de balk voor de eerste uitblaasopening werd weggehaald. Deze maatregelen verminderden de luchthoeveelheid in laag twee en vijf en verhoogden de luchthoeveelheid in laag een en vier. Door het versmallen van uitblaasopening twee werd de luchtstroom nog beter verdeeld (zie figuur 2). De spreiding in de luchtverdeling is teruggebracht van oorspronkelijk 25% naar nu 9%. De luchtverdeling over de verschillende lagen is nu beter.
Aangepaste systeemwand Figuur 2: De systeemwand met extra aanpassingen Ook andere zaken kunnen een goede luchtverdeling overigens verslechteren, zoals halfvolle kisten, verschillende bolmaten door elkaar op een rij, en lekkage. Als er verschillende maten op een rij komen te staan, zet dan de fijnste maten het verst van de wand af. Oorspronkelijke systeemwand Figuur 1: Oorspronkelijk systeemwand met kleine aanpassingen
BESPARING In het algemeen kan flink teruggetoerd worden na het optimaliseren van de systeemwand. Bij het koel bewaren van bloembollen
kan de gelijkstroomventilator nog minder toeren draaien als de bollen in rust zijn. Minder circuleren heeft nauwelijks effect op de luchtverdeling. Bij lelies lijkt de minimale circulatie bepaald te worden door de RV en bij tulpen bijvoorbeeld de ethyleenconcentratie.
‘Bij het koel bewaren van bloembollen kan de gelijkstroomventilator nog minder toeren draaien als de bollen in rust zijn’ Om alle verschillende processen aan te sturen, wordt op het demonstratiebedrijf gebruik gemaakt van een klimaatcomputer. Kennis van de werking van de computer en het stuurprogramma is belangrijk om een hoge besparing te halen, zonder kwaliteitsproblemen te krijgen. Afhankelijk van de buitentemperatuur bespaart het nieuwe bewaarregime tussen de 49 en 57% op de energiekosten.
Het demonstratieproject ‘Houd de bo(e)l koel’ wordt uitgevoerd door PPO en DLV Plant in samenwerking met drie demonstratiebedrijven. De betrok ken installateurs zijn Olof Schuur, Polytechniek en Eval. Het doel van het project is een bijdrage leveren aan energiebesparing in de bloembollensector door het demonstreren en communiceren van energiebesparende technieken en maatregelen tijdens het koelen van bloembollen. De kennis wordt verspreid op georganiseerde demonstratiebijeenkomsten, reguliere bijeenkomsten van studiegroepen, in vakbladartikelen, een flyer en leaflet. De looptijd is drie jaar en vindt plaats in het kader van de demonstratieregeling Schoon en Zuinig. Het ministerie van EZ financiert het project, aangevuld met een bijdrage van de demonstratiebedrijven en betrokken installateurs.
27 december 2013VISIE 31
VAKVENSTER
Stilleven Fotografie: René Faas Tekst: Lilian Braakman Soms zijn woorden overbodig, zoals bij dit wonderschone sfeerbeeld. In de vroege ochtend gefotografeerd op de Oude Herenweg te Voorhout. Het beeld straalt uit waar het om draait in deze periode van het jaar: rust. Werknemers zijn naar huis en het is tijd voor familie, vrienden en gezelligheid. Tussen Kerstmis en oud en nieuw is het licht op de meeste bedrijven uit. Vol goede moed 2014 beginnen, daar draait het om. Voor nu is het nog even genieten van de rust en dan vol energie het nieuwe jaar in. Een prettige jaarwisseling gewenst.
Bezoek ons op de Mechanisatie 2014 STANDNUMMER 3B03 - WWW.SMTB.NL
Meer grip, minder bodemdruk, onder alle omstandigheden
stand nr 1A03
www.hansvanderpoel.com Mechanisatie en machinebouw voor land- en tuinbouw Veenderveld 51, 2371 TT Roelofarendsveen, The Netherlands Telefoon +31 (0)71 3315278 E-mail
[email protected]
www.zuidbergtracks.com
Graafstra Mechanisatie & Staalconstructie
H. VAN GERVEN MECHANISATIE BV
6ENEKOTERWEG s (' /OSTERWOLDE &R 4ELEFOON s &AX % MAIL INFO GRAAFSTRANL s 7EBSITE WWWGRAAFSTRANL 6ERTEGENWOORDIGER &RANS