Energiepremies – evaluatie stelsel 2013 en2014 Inleiding Deze nota wil statistische elementen en vaststellingen aanreiken over de uitvoering van het premiestelsel dat van kracht was in 2013-2014, met de bedoeling er lessen uit te trekken bij de uitwerking van het premiestelsel voor 2016. Voor de context is het belangrijk om nog eens aan te halen dat het premiestelsel 2014 ten opzichte van het vorige stelsel aanzienlijk was herzien. Met name het bedrag van de toegekende premies was flink teruggeschroefd omdat de begroting voor de energiepremies na de aanzienlijke budgetoverschrijding in 2013 weer onder controle moest geraken. In 2015 werd het stelsel van in 2014 gewoon verlengd. De nota frist eerst nog eens de basisprincipes van het energiepremiestelsel op. Dan volgt een stand van zaken in verband met de begrotingsuitvoering van de premies in 2014 en de eerste maanden van 2015. Hier wordt bevestigd dat het systeem sinds 2014 in vlotte budgettaire banen verloopt. Een aantal cijfergegevens met betrekking tot de uitvoering van het premiestelsel in 2013-2014 en enkele belangrijke vastgestelde punten komen ook aan bod. Tot slot geeft de nota in de vorm van een tabel het resultaat mee van de raadplegingen in juni 2015 bij de partijen die in het bijzonder bij de energiepremies betrokken zijn.
Basisprincipes van het huidige energiepremiestelsel Het in 2014 opgezette energiepremiestelsel is een centraal apparaat binnen het energiebeleid en is erop gericht de energieprestatie van de gebouwen structureel te verbeteren. Het spitst zich in de eerste plaats toe op de ondersteuning van een krachtigere energie-efficiëntie van de Brusselse gebouwen en is een van de doeltreffendste middelen om het verbruik te doen verminderen, getuige de projecties die werden gerealiseerd voor de uitwerking van het geïntegreerde Lucht-, Klimaat-, Energieplan. De energiepremies zorgen ook voor ondersteuning in de ontplooiing van hernieuwbare energiebronnen. Er kwamen eveneens premies om de keuze voor het aanschaffen van energiezuinige huishoudtoestellen aan te moedigen. Tot slot kwam er een bonussysteem tot stand dat de keuze van duurzame materialen bij het implementeren van energie-efficiënte oplossingen moet aanmoedigen. Momenteel bieden de EPB-eisen voor nieuwbouw en renovaties waarvoor een stedenbouwkundige vergunning vereist is voldoende garantie op hoge energieprestaties voor de gebouwen die hieraan gehouden zijn. De EPB-eisen zijn daarentegen niet van toepassing op talrijke renovaties waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is. Het energiepremiestelsel heeft dan ook als roeping de bouwheren aan te moedigen zodat de energieambitie bij renovatiewerkzaamheden waarvoor geen EPB-eisen gelden er geleidelijk aan voor zorgt dat de desbetreffende gebouwen tot prestaties komen die vergelijkbaar zijn met de prestaties van gebouwen die vallen onder de EPB-eisen. Het stelsel richt zich tot alle consumenten: huisgezinnen, overheidssector, privésector (al dan niet handelssector). Nochtans is het niet de hoofdbedoeling van het energiepremiestelsel een basisinstrument bij investeringen te zijn, wat budgettaire middelen zou vergen die momenteel buiten het bereik van het energiebeleid liggen. Het betreft een financiële steun die de bouwheer bij werkzaamheden een op energievlak ambitieuzere keuze laat dan mogelijk was als hij niet over de premie beschikte. Door de eigenlijke opzet komt het premiemechanisme ten goede aan hen die reeds van plan waren investeringen in hun gebouw te doen, namelijk de eigenaars-bewoners en de eigenaars-verhuurders, de investeerders. Pagina 1
Het aandeel premies dat deze doelgroepen ten goede komt, wordt eveneens beïnvloed door de omvang van de werkzaamheden die ze bereid zijn te laten uitvoeren en de energieambities die ze ten aanzien hiervan koesteren, die dan weer worden beïnvloed door het inkomensniveau van de verbruikers of de budgetten die tot hun beschikking staan (overheden, bedrijven, ...). Vanuit sociaal oogpunt werden er corrigerende mechanismes ingesteld om te zorgen voor een krachtigere financiële stimulans voor mensen met een lager inkomen of voor instanties waarvan de energie-investeringen voornamelijk ten goede zullen komen van bevolkingsgroepen met een laag inkomen (OVM, SVK), met name door een onderscheid in het premiebedrag volgens het inkomensniveau van de huisgezinnen of het type van betrokken orgaan en een systeem van groene lening aan 0 %, bovenop de premies om de desbetreffende investeringen te financieren.
Uitvoering van de begroting 2013, 2014 en eerste maanden 2015 Aanvankelijke begroting Gerealiseerd vastleggingen vereffeningen vastleggingen vereffeningen 2013 € 21.524.000 € 19.135.000 € 22.390.915 € 20.162.819 2014 € 21.600.000 € 19.633.000 € 23.519.531 € 20.599.852 € 7.555.466 2015 € 21.600.000 € 21.377.0001
(op 20/07/2015)
€ 6.545.172
€ 7.089.673 Totaalbedrag van de aanvaarde dossiers in afwachting van € 3.250.564 betaling
In 2013 bereikte het voor de premies vastgelegde budget, na transfers van niet-gebruikte begrotingsallocaties, nagenoeg 22,5 miljoen euro. Het jaar erna werd, om de schuld van de vorige stelsels aan te zuiveren, een deel van het budget dat was voorbestemd voor de projectoproep Voorbeeldgebouwen uitzonderlijk gebruikt voor de vastlegging en de uitbetaling van de energiepremies. Het verschil tussen het aanvankelijke budget en het daadwerkelijk vastgelegde budget werd ingevuld door interne herverdelingen die de situatie van 2013 moesten rechttrekken. Het dient benadrukt te worden dat de vastleggingscijfers voor 2014, die de goedgekeurde kredieten voor het aanvankelijke budget overschrijden, sterk getekend zijn door de overgeërfde schuld uit het stelsel van 2013. Op de 23,519 euro die werd vastgelegd, kwam 15,163 euro immers van een overdracht van het stelsel van de jaren ervoor, waarvan 13,391 euro van het stelsel 2013. Een overdracht van het ene jaar naar het andere is natuurlijk, maar hier is de orde van grootte uitzonderlijk. Door de hervorming van het eind 2013 opgestarte en sinds begin 2014 geldende premiesysteem - verlenging voor 2015 - konden de vanaf 2014 aangevraagde bedragen worden gereduceerd. We verwachten dan ook dat het in 2015 vastgelegde budget binnen de perken van de aanvankelijk goedgekeurde begroting blijft.
Vaststellingen in verband met het gebruik van de premies in 2013 en 2014 Samenvatting begrotingsjaar 2014
1
= € 19.633.000 (opdracht 15) + € 1.744.000 (opdracht 22) Pagina 2
Grafiek 1 - % van de geboekte bedragen per premiegroep premiegroep
Grafiek 2 - % van het aantal premies per
Grafiek 3 - % van de bedragen van de B-premies (Isolatie en Ventilatie)
Bemerkingen:
94 % van het bedrag van de in 2014 toegekende premies spitst zich rechtstreeks toe op een sterkere energie-efficiëntie van de gebouwen (isolatie, ventilatie, verwarming, energiezuinige investeringen). Binnen deze posten halen de prioritaire investeringen ook het leeuwenaandeel naar zich toe (isolatie daken en muren, verwarming met goede prestaties, isolerende beglazing). 2 % betreft de hernieuwbare energiebronnen; 98 % van de premiedossiers voor werkzaamheden (95 % van de bedragen) betreffen renovaties; Hoewel het slechts over 49 % van de aanvragen gaat, verbruiken de isolatie- en ventilatiepremies 78 % van het budget. De premies voor energiezuinige huishoudtoestellen zijn goed voor 20 % van de premieaanvragen, maar voor een totaalbudget van 3 %.
Pagina 3
Spreiding per premietype over "stelseljaren"2 2013 - 2014 2013
A1 A2 A4 A5 B1 B10 B2 B3 B4 B5 B7 B8 C1 C1-B C2 C3 C4 D1 D2 D3 E1 E2 E4 E5 F
Premietype Aantal Energieaudit 75 Haalbaarheidsstudie 15 Energieboekhouding 1 Blowerdoortest 31 Dakisolatie 1.253 Passief- / laagenergetisch gebouw 59 Isolatie van de muren 822 Vloerisolatie 149 Plaatsing van isolerende beglazing 4.332 Groendak 16 Buitenzonnewering 185 Gecontroleerde mechanische ventilatie 220 Condensatieketel 2.163 Renovatie van de stookplaats 1 Doorstroomgasboiler 385 Thermische regeling 1.419 Warmtepomp 39 Zonneboiler 61 Fotovoltaïsche zonnepanelen 4 Hernieuwbare energiebronnen 1 Warmtenet 3 Installatie voor warmtekrachtkoppeling 12 Verlichtingsinstallaties 20 Frequentieregelaar 57 Energiezuinige huishoudtoestellen 2.209 13.532
2014
Gemidde Gemidde Bedrag ld bedrag Aantal Bedrag ld bedrag € 94.006 € 1.253 55 € 90.512 € 1.646 € 48.337 € 3.222 7 € 22.980 € 3.283 € 108.815 € 108.815 7 € 41.157 € 5.880 € 17.512 € 565 28 € 19.562 € 699 € 2.606.318 € 2.080 2.072 € 4.083.507 € 1.971 € 1.955.785 € 33.149 40 € 1.410.871 € 35.272 € 6.063.581 € 7.377 1.065 € 3.281.891 € 3.082 € 234.030 € 1.571 364 € 515.427 € 1.416 € 6.668.923 € 1.539 3.106 € 1.660.528 € 535 € 22.054 € 1.378 59 € 81.485 € 1.381 € 59.744 € 323 250 € 100.250 € 401 € 521.722 € 2.371 252 € 529.971 € 2.103 € 3.623.906 € 1.675 2.506 € 1.719.939 € 686 € 8.193 € 8.193 4 € 20.820 € 5.205 € 167.826 € 436 1.000 € 357.084 € 357 € 331.739 € 234 1.912 € 430.891 € 225 € 157.228 € 4.031 33 € 127.863 € 3.875 € 304.888 € 4.998 39 € 148.619 € 3.811 € 3.956 € 989 7 € 36.240 € 5.177 € 69.404 € 69.404 1 € 2.060 € 2.060 € 409.006 € 136.335 14 € 473.046 € 33.789 € 492.212 € 41.018 15 € 139.816 € 9.321 € 61.058 € 3.053 92 € 30.187 € 328 € 12.316 € 216 6 € 217.576 € 36.263 € 411.938 € 186 3.842 € 835.326 € 217 € 24.454.496 16.776 € 16.377.607
Tabel 1 – Aantal; totaal- en gemiddelde bedragen per premietype over de stelseljaren 2013 en 2014
Opmerkingen: de cijfers zijn een momentopname van 15/07/2015.
2
Het "stelseljaar" dat overeenkomt met de investeringsdatum (datum van de saldofactuur) wordt gebruikt om het premiebedrag, alsook de technische en de administratieve toekenningsvoorwaarden te bepalen. Als we de weerslag van de verandering van een premiestelsel op een ander willen vergelijken, bijvoorbeeld de verlaging van een bedrag, dan is het "stelseljaar" het referentiejaar. Omwille van de termijnen tussen de datum van de saldofactuur, de indieningsdatum en de behandelingstermijn volgens de complexiteit of de volledigheid van de aanvraag, evolueren het aantal premies en de totaalbedragen van een stelseljaar en komen ze slechts na een volledig jaar vast te staan. Het gemiddelde premiebedrag is daarentegen vanaf het einde van het stelseljaar nagenoeg stabiel. Pagina 4
Verschil tussen de premiestelsels 2013 en 2014:
De sterke verlagingen van bepaalde premiebedragen hebben het gemiddelde bedrag van de ontvangen premies sterk doen inkrimpen (B2 – isolatie van de muren, B4 – isolerend glas en C1 – condensatieketel). Daardoor kon het budget van het stelsel van 2014 na de moeilijkheden met de stelsels in 2012 en 2013 binnen zijn enveloppe blijven; Ondanks de sterke daling van het bedrag van premie C1 (condensatieverwarming) ging het aantal aanvragen niet naar omlaag. Het aantal premies voor beglazing met goede prestaties liep daarentegen sterk terug. Het aantal aanvragen voor dakisolatie nam met meer dan 50 % toe. Deze premie gebruikt haast 20 % van het budget. In 2014 steeg het aantal aanvragen voor huishoudtoestellen sterk. Het budget is meer dan verdubbeld.
Spreiding per premietype over begrotingsjaren 2013 - 2014 2013
Premietype A1 A2 A4 A5 B1 B10 B2 B3 B4 B5 B7 B8 C1 C1-B C2 C3 C4 D1 D2 D3 E1 E2 E4 E5 E6 F G
Energieaudit Haalbaarheidsstudie Energieboekhouding Blowerdoortest Dakisolatie Passief- / laagenergetisch gebouw Muurisolatie Vloerisolatie Plaatsing van isolerende beglazing Groendak Buitenzonnewering Gecontroleerde mechanische ventilatie Condensatieketel Renovatie van de stookplaats Doorstroomgasboiler Thermische regeling Warmtepomp Zonneboiler Fotovoltaïsche zonnepanelen Hernieuwbare energiebronnen Warmtenet Installatie voor warmtekrachtkoppeling Verlichtingsinstallaties Frequentieregelaar Verbetering van de energie-efficiëntie Energiezuinige huishoudtoestellen Premie Federatie
Aantal 83 4 1 27 1.456 28 845 193 4.575 35 240 200 2.652 235 1.476 31 66 9 1 1 8 18 71 1 2.911 1 15168
Gemidd eld Bedrag bedrag Aantal € 91.709 € 1.105 56 € 6.713 € 1.678 17 € 71.963 € 71.963 5 € 15.599 € 578 23 € 2.596.962 € 1.784 1.760 € 1.538.901 € 54.961 59 € 5.466.786 € 6.470 1.124 € 238.875 € 1.238 316 € 5.725.241 € 1.251 3.779 € 96.725 € 2.764 47 € 138.823 € 578 225 € 457.750 € 2.289 237 € 4.041.129 € 1.524 2.375 €0 €0 2 € 87.841 € 374 686 € 293.155 € 199 1.691 € 112.073 € 3.615 44 € 358.995 € 5.439 63 € 9.357 € 1.040 6 € 69.404 € 69.404 € 9.006 € 9.006 2 € 248.449 € 31.056 16 € 45.193 € 2.511 19 € 23.592 € 332 70 € 34.518 € 34.518 € 523.381 € 180 2.906 € 66.660 € 66.660 € 22.368.800 15528
2014 Gemidde Bedrag ld bedrag € 93.591 € 1.671 € 54.269 € 3.192 € 124.116 € 24.823 € 13.240 € 576 € 3.480.114 € 1.977 € 2.670.489 € 45.263 € 5.768.233 € 5.132 € 446.817 € 1.414 € 4.453.868 € 1.179 € 66.701 € 1.419 € 80.820 € 359 € 496.776 € 2.096 € 2.609.040 € 1.099 € 14.515 € 7.257 € 272.139 € 397 € 427.266 € 253 € 189.651 € 4.310 € 429.384 € 6.816 € 6.589 € 1.098 €0 €0 € 400.000 € 200.000 € 706.324 € 44.145 € 142.427 € 7.496 € 18.286 € 261 €0 €0 € 623.617 € 215 0 0 € 23.588.272
Tabel 2 – Aantal; totaal- en gemiddelde bedragen per premietype over de stelseljaren 2013 en 2014
Bemerkingen:
Bij premies B10 (passief- / laagenergetisch) – premies voor voorbeeldfunctie - gaat het over een totaalbedrag van iets meer dan 10 % van het totaalbudget. Pagina 5
Spreiding per type en inkomenscategorie3 van de rechthebbenden Cat. A - Basisinkomen Cat. B - Gemiddeld inkomen Cat. C - Laag inkomen Aantal Bedrag Aantal Bedrag Aantal Bedrag Huisgezin 5.101 € 5.001.540 2.757 € 2.733.441 6.126 € 6.094.033 Privé 1.024 € 6.231.299 Doelpubliek 150 € 2.903.926 370 € 624.033 € 14.136.765 € 2.733.441 € 6.718.066 Tabel 3 – Spreiding van het budget 2014 in functie van de inkomenscategorie.
Eigenaar Beheerder Huurder
Premies werkzaamheden Premies huishoudtoestellen Bewoner Niet-bewoner Aantal Bedrag Aantal Bedrag Aantal Bedrag 7.560 € 9.362.466 4.349 € 10.034.356 1.998 € 416.204 77 € 691.514 400 € 2.260.652 99 € 198.459 36 € 131.991 908 € 207.413 € 10.252.440 € 12.426.999 € 623.617
Tabel 4 – Spreiding van het budget 2014 in functie van de aard van de premies en die van de aanvrager
Bemerkingen:
3
Vooral huisgezinnen kunnen van de energiepremies profiteren, met een bedrag van 13,8 miljoen euro in 2014, tegen 6,23 miljoen euro in de privésector buiten de huisgezinnen en 3,5 miljoen euro in de overheidssector; We stellen vast dat de huisgezinnen met een laag inkomen (categorie C) zowel het grootste deel van de premies als het hoogste bedrag krijgen;
Herinnering - DE INKOMENSCATEGORIEËN
Standaard behoort elke aanvrager tot de basiscategorie. Om tot een andere categorie te behoren bezorgt de aanvrager alle documenten die noodzakelijk zijn om de inkomsten van het huisgezin te bepalen.
Basiscategorie (standaard voor iedereen) Gemiddeldeinkomenscategorie Lage-inkomenscategorie
alleenstaande persoon
samenwonenden of (echt)paar
Meer dan € 60.000
Meer dan € 75.000
Tussen € 30.000 en € 60.000
Tussen € 45.000 en € 75.000
Minder dan € 30.000
Minder dan € 45.000
Deze inkomensplafonds worden: -
vermeerderd met € 5.000 als de aanvrager en de eventueel andere personen in de gezinssamenstelling op de datum van de aanvraag minder dan 35 jaar oud is/zijn. vermeerderd met € 5.000 per persoon fiscaal ten laste zoals vermeld op het aanslagbiljet "Personenbelasting en aanvullende belastingen" van de dienst Belastingen.
De OVM's, het Woningfonds, de SVK's of de personen die met deze instellingen een huurcontract afsloten, hebben recht op de "lage-inkomenscategorie", net zoals wie een "Brusselse groene lening" krijgt. Pagina 6
De overheidssector krijgt het hoogste gemiddelde bedrag per premie: 6.785 euro/premie. Dit bedrag loopt op tot 6.085 euro/premie voor de privésector buiten de huisgezinnen en tot 988 euro/premie voor de huisgezinnen. Dit laatste cijfer wordt op natuurlijke wijze verklaard doordat huisgezinnen voornamelijk op de schaal van een individuele woning investeren en, in de tweede plaats, doordat een groot aantal "huisgezinpremies" huishoudtoestellen betreffen, wat het gemiddelde premie/huisgezin doet dalen; De eigenaars ontvangen meer dan 85 % van de bedragen. Hieronder krijgen eerst en vooral eigenaars-bewoners premies voor werkzaamheden (7.560 tegen 4.349 niet-bewonende eigenaars), maar deze laatsten - wiens werken ten goede komen van de huurders – mogen rekenen op hogere gemiddelde bedragen per premie (2.307 euro/premie tegen 1.238 euro/premie voor de eigenaars-bewoners). De verklaring is er waarschijnlijk in gelegen dat, in het bijzonder voor wat de huisvesting aangaat, de niet-bewonende eigenaars werkzaamheden voor verscheidene woningen (collectieve woningen) en niet-individuele eenheden doen; Rechtstreeks krijgen huurders - logischerwijze - eerder weinig premies, maar ze profiteren er uiteraard wel van via de investeringen van de niet-bewonende eigenaars. Het aantal "onrechtstreekse rechthebbende huurders" kunnen we jammer genoeg niet becijferen; Verwachte uitzondering: huurders zijn goed voor een derde van de premies voor huishoudtoestellen (in aantal en bedragen).
Spreiding per gemeente Totaalbedrag Premiebedrag met RVOHR-bonus Anderlecht € 1.495.657 € 548.604 37% Oudergem € 789.141 € 18.099 2% Sint-Agatha-Berchem € 268.353 € 3.410 1% Brussel € 4.214.020 € 1.418.271 34% Etterbeek € 1.017.665 € 315.565 31% Evere € 468.880 € 27.225 6% Vorst € 1.507.877 € 409.692 27% Ganshoren € 235.131 € 3.347 1% Elsene € 2.027.630 € 442.547 22% Jette € 822.272 € 138.738 17% Koekelberg € 147.885 € 44.403 30% Sint-Jans-Molenbeek € 970.036 € 329.223 34% Sint-Gillis € 985.504 € 561.044 57% Sint-Joost-ten-Noode € 157.865 € 154.012 98% Schaarbeek € 2.525.917 € 884.392 35% Ukkel € 2.503.904 € 3.162 0% Watermaal-Bosvoorde € 906.576 0% Sint-Lambrechts-Woluwe € 1.323.431 0% Sint-Pieters-Woluwe € 1.220.527 € 1.359 0% € 23.588.272 € 5.303.093 Gemeente
Bedrag RVOHR-bonus:
€ 482.099
Tabel 5 – Spreiding van het budget 2014 per gemeente en percentage RVOHR-bonus
Bemerkingen: De RVOHR-bonus waarbij de inwoners van een dergelijk gebied 10 % extra krijgen, is van toepassing op meer dan 20 % van de aanvragen. De bonus verbruikt daarentegen slechts 2 % van de bedragen.
Pagina 7
Resultaat van de raadpleging van de belanghebbende partijen De bij de energiepremies betrokken actoren werden geraadpleegd met het oog op de uitwerking van het premieprogramma 2016. Om hun op- en bemerkingen over het huidige energiepremiestelsel, alsook hun verwachtingen en voorstellen voor het stelsel dat eraan komt te kunnen geven, werden ze uitgenodigd voor een overlegvergadering of mochten ze een nota indienen. Hieronder de lijst met de geraadpleegde actoren: Feedback
Actor
Datum
Beschrijving
Vergadering
CBBH
15/06/2015
Raadplegingsvergadering op het kabinet met Hughes Kempeneers van de CBBH.
Vergadering
FBMD
15/06/2015
Raadplegingsvergadering op het kabinet met François Grévisse van de FBMD.
Vergadering
ICEDD
15/06/2015
Raadplegingsvergadering op het kabinet met Julien Simon en Gauthier Keutgen van het ICEDD.
Vergadering
SNP
15/06/2015
Raadplegingsvergadering op het kabinet met Olivier Hamal van het "syndicat national des propriétaires".
Vergadering
PHP
19/06/2015
Raadplegingsvergadering op het kabinet met Marny Di Pietrantonio en Vincent Szpirer van het PassiefhuisPlatform.
Vergadering
FEDSVK
22/06/2015
Raadplegingsvergadering op het kabinet met FEDSVK.
Nota
Netwerk Wonen
12/06/2015
Voorstel van Netwerk Wonen over de evolutie van de energie- en de renovatiepremies
Nota
MEH
15/06/2015
Na het verzoek hieromtrent van Jean-Bernard Cuvelier stuurden de Energiehuizen hun evaluatie van de energiepremies door.
Nota
CGEW
30/06/2015
Na het verzoek hieromtrent van Florence Debrouwer heeft de Coördinatie Gas-Elektriciteit-Water Brussel haar overwegingen meegedeeld.
Onderstaande tabel geeft een samenvatting van hun vaststellingen en voorstellen voor de toekomst. Ze worden voorgesteld in functie van de doelstellingen van de energiepremies:
Pagina 8
Doelstelling kabinet 1 Energieefficiëntie
Actor
Vaststelling Zich vergewissen dat het geld van de premies wordt gebruikt voor het meeste CO2-winst
1 Energieefficiëntie
MEH Noord MEH Centrum Instabiliteit van het stelsel zet MEH niet aan tot het ondernemen Montgomery van werkzaamheden
1 Energieefficiëntie
CGEW
Voorstelling van de actoren Meer premies toekennen aan eenvoudigere technieken (bijvoorbeeld dakisolatie in plaats van thermische zonnepanelen) Voorstel: - MEH Centrum - Zorgen voor een premiestelsel over meerdere jaren (3) - MEH Montgomery: 2 jaar Prioriteit moet gaan naar een verminderd energieverbruik door de renovatie van de bestaande gebouwen (isolatie van de huizen en prestaties van de ketels) met een erg slechte energieprestatie.
2 Doelgroep
FBMD, SNP
2 Doelgroep
SNP
De verschillende medebewoners van een mede-eigendom moeten worden bewust Premies toekennen voor de installatie van gemaakt omtrent hun reële individuele meters in een mede-eigendom waar verbruik. er geen zijn. De BGL toegankelijk maken voor verenigingen van mede-eigenaars.
2 Doelgroep
MEH Noord
Bepaalde bevolkingsgroepen wensen geen lening.
2 Doelgroep
MEH Zuid
2 Doelgroep
ICEDD
2 Doelgroep
ICEDD
2 Doelgroep
Netwerk Wonen
2 Doelgroep
Levensnoodzakelijk om een voorschot te krijgen om de werkzaamheden te betalen
Prefinanciering mogelijk maken (zonder een lening te hoeven aangaan - zoals de BGL) Het de VME's vergemakkelijken de nodige stappen te ondernemen Derde-partij-investering in de hand werken Uitbreiden van de rechthebbenden op leningen aan een preferentiële rentevoet Uitbreiden van de werkzaamheden die in aanmerking komen voor leningen aan een preferentiële rentevoet
2 Doelgroep
FEDSVK FBMD Netwerk Wonen FEDSVK
2 Doelgroep
SNP
2 Doelgroep
MEH Noord
2 Doelgroep
MEH Noord
2 Doelgroep
FEDSVK
2 Doelgroep
FBMD
Het risico geen premie te krijgen remt de kandidaten af om te Voorzien in de premiebelofte voor bedragen lager investeren dan € 30k. Voorzien in energiepremies die slechts in aanmerking zouden komen als het huurbedrag onder een bepaalde drempel ligt (huurprijsrooster). De eigenaars mogen de premies niet aanwenden om de waarde Bij een eigenaar-verhuurder een huurcontract als van hun goed en hun huur te voorwaarde stellen voor de toekenning van de verhogen. premie, zonder verhoging van de huur. De eigenaars mogen de premies niet aanwenden om de waarde Zich ervan vergewissen dat er voor de eigenaarsvan hun goed en hun huur te verhuurders een huurcontract met een voldoende verhogen. lange duur bestaat De verplichte duur voor het verhuren van De overeenkomsten met de gerenoveerde gebouwen aan SVK's optrekken tot SVK's duren niet lang genoeg. 9 jaar (zoals renovatiepremie) In bepaalde gevallen is centrale verwarming geen oplossing. Bovendien kan een huurder een Voorzien in een premie voor energiezuinige convector kopen. convectors.
FBMD
Categorie C (die volgens een snelle berekening van MEH Het bedrag van de premies in de C-categorieën Noord 80 % van de huisgezinnen (voor de huisgezinnen) verhogen.
2 Doelgroep
De leenbare sommen verhogen
Pagina 9
vertegenwoordigt) krijgt geen 80 % van het bedrag van de premies.
2 Doelgroep
2 Doelgroep
2 Doelgroep 2 Doelgroep
2 Doelgroep
MEH Noord
Categorie C (die volgens een snelle berekening van MEH Noord 80 % van de huisgezinnen vertegenwoordigt) krijgt geen 80 % van het bedrag van de premies.
FBMD MEH Zuid
De bestaansonzekere bevolkingsgroepen hebben niet de mogelijkheid om te investeren; hier en daar is men evenwel bereid om de werken zelf te doen.
MEH Noord MEH Centrum
2 Doelgroep
FEDSVK MEH Centrum Netwerk Wonen
3 Vereenvoudigi ng
MEH West
2 Doelgroep
3 Vereenvoudigi ng 3 Vereenvoudigi ng 3 Vereenvoudigi ng 3 Vereenvoudigi ng 3 Vereenvoudigi ng 3 Vereenvoudigi ng
MEH West MEH Centrum FEDSVK MEH Centrum MEH Montgomery
MEH Zuid Netwerk Wonen
Lage inkomens profiteren onvoldoende van de premies Lage inkomens profiteren onvoldoende van de premies Categorie C (die volgens een snelle berekening van MEH Noord 80 % van de huisgezinnen vertegenwoordigt) krijgt geen 80 % van het bedrag van de premies. Lage inkomens profiteren onvoldoende van de premies Lage inkomens profiteren onvoldoende van de premies
De huisgezinnen evolueren al eens sneller dan het aanslagbiljet.
Een nieuwe categorie in het leven roepen (zeer zwak - D) voor inkomens (bijv.:< € 15.000). De bedragen van de premies zouden dan indicatief worden en er niet alleen zijn om de meerkosten te dekken. Voorstel: - FBMD: begeleide zelfrenovatie - Een sociaaleconomiebedrijf helpt de aanvrager met het installeren van het isolerende materiaal en staat garant voor de goede uitvoering - MEH Zuid: ondersteuning bij zelf-bouwen (voorwaarde hierbij is een controle door een begeleider - MEH, Stadswinkel, NW, …) Voorstel: - elektropremie voor een nieuwe categorie D (zeer laag inkomen) - RVOHR-bonus vervangen door bonus voor categorie D. - Geld vastzetten per inkomenscategorie. => geen stopzetting voor het einde van het jaar. Een maximale-inkomensgrens vastleggen op het verkrijgen van premies
Categorie A afschaffen De bonus RVOHR-bonus verhogen Geen RVOHR-bonus aan aanvragers in categorie A geven De gezinssamenstelling en het aanslagbiljet niet meer aan de aanvrager vragen, maar LB de mogelijkheid geven er automatisch toegang toe te krijgen. Een beter systeem dan het aanslagbiljet vinden om de juiste gezinssamenstelling en de inkomsten van het gezin op het ogenblik van de indiening van het dossier te krijgen.
Administratieve last verminderen: geen foto meer Administratieve last verminderen: geen formulier meer laten invullen door de aannemer
De aanvragers een ontvangstbewijs toesturen. De formulieren veranderen en ze naar de aard van de aanvrager opmaken (huurder, eigenaarverhuurder / bewoner, mede-eigenaar, …) Een dossier per bouwplaats en niet per premie indienen. Of toch minstens slechts een keer de bijlagen bij de formulieren indienen. Pagina 10
3 Vereenvoudigi ng
Netwerk Wonen
3 Vereenvoudigi ng
Netwerk Wonen FEDSVK
3 Vereenvoudigi ng 3 Vereenvoudigi ng
3 Vereenvoudigi ng
4 Leesbaarheid
FEDSVK
Momenteel hoort een gebouw van meer dan 10 jaar oud tot de categorie "Renovatie" Om de uitgevoerde werkzaamheden te kunnen bepalen moet de factuur gedetailleerd zijn. Als bij de indiening van een aanvraag per e-mail het bijgevoegde document te zwaar is, gaan de bijlagen verloren
FEDSVK
De goede uitvoering van de werkzaamheden nagaan
FBMD SNP
4 Leesbaarheid
MEH Noord MEH Centrum
4 Leesbaarheid
CGEW
4 Leesbaarheid
MEH Zuid MEH Montgomery Onbegrip inzake de verschillen in Netwerk toegangsniveaus tussen 5 Harmonisatie Wonen renovatie- en energiepremies Bij de energiepremies is er een vermeerdering als het huisgezin Netwerk een (echt)paar is. Niet bij 5 Harmonisatie Wonen energiepremies De doelgroepen van de FBMD hebben nood aan een nagenoeg volledige financiering van hun 5 Harmonisatie FBMD REG-investering. Enkel eigenaars-bewoners Netwerk hebben toegang tot de 5 Harmonisatie Wonen renovatiepremie. MEH 5 Harmonisatie Centrum
5 Harmonisatie CGEW
5 Harmonisatie MEH Zuid
5 Harmonisatie MEH Zuid
De huisgezinnen hebben nood aan gedecentraliseerde structuren dichtbij huis
De termijn herzien en gelijkschakelen met de termijn van de renovatiepremie: 15 jaar.
Gebruik van een gedetailleerd prijsbestek dat als referentie voor de facturen kan dienen
Erin voorzien om dossiers online te kunnen bijvoegen
Voorzien in controlebezoeken Voorzien in een globaal programma (zoals in Vlaanderen) met middellangetermijnverplichtingen (alle daken geïsoleerd tegen 2020) en stimuli, premies om dit te bereiken. Een specifieke begeleiding voor kwetsbare bevolkingsgroepen op poten zetten om ze tot investeringen aan te zetten: bepaalde REGinvesteringen (dakisolatie, ...) zijn rendabel, maar gebeuren door gebrek aan kennis niet door kwetsbare bevolkingsgroepen. Specifieke diensten voor de vulgarisatie, typeprijsbestekken, aannemerslijsten, ... Specifieke begeleiding voor huisgezinnen behouden (OCMW, sociale werkers) en de opleiding van sociale werkers door FBMD. Gebrek aan hulpmiddelen/tabel met alle premies samen
Uniformiteit inkomenscategorie met renovatieen energiepremies
De vermeerdering voor (echt)paren weglaten De energiepremies volstaan niet en moeten worden aangevuld door andere mechanismes (bijv. renovatiepremie). Toegang geven tot de renovatiepremie aan iedere aanvrager, van welke aard ook. Opdracht gewestelijk MEH: toegangspoort tot energiepremies en een bevoorrechte band tussen deze entiteit en LB creëren. Betreurt het verdwijnen van de bijkantoren van het MEH. Band tussen cumuleerbare premies (energie renovatie): automatische koppeling van de cumuleerbare premies Harmonisatie van de technische premiecriteria (tussen energie- en renovatiepremie - voorbeeld isolatie van de muren)
Pagina 11
Harmonisatie van de indieningswijzen + invoeren van andere, modernere mogelijkheden (online). Het premiebeheer centraliseren bij een enkele gewestelijke administratie. Voor bepaalde types van gebouwen de twee stelsels laten samensmelten.
5 Harmonisatie MEH Zuid 5 Harmonisatie MEH Zuid 5 Harmonisatie FEDSVK
6 Opportuniteite n 6 Opportuniteite n
7 Aandachtspunt en LB 7 Aandachtspunt en LB
7 Aandachtspunt en LB
7 Aandachtspunt en LB 7 Aandachtspunt en LB
Netwerk Wonen MEH WEST MEH Centrum MEH Zoniën
CBBH, ICEDD Netwerk Wonen
ICEDD
PHP
Sommige premies worden toegekend terwijl de werkzaamheden stedenbouwkundig in overtreding zijn. Het bedrag van de premie voor superisolerende beglazing ligt te laag ten opzichte van de kostprijs van de beglazing
De voorbeeldgebouwen en de premies zijn een onontbeerlijke stimulans voor de transitie van de Brusselse aannemingen naar duurzaam bouwen De premies zetten niet voldoende aan tot het gebruik van natuurlijke materialen.
Het is belangrijk om globaal na te denken over de renovatie van zijn gebouw. De premies moeten aanzetten tot realisaties die tot voorbeeld strekken, zodat het BHG een voortrekker kan zijn. Dat was het geval met de op de passiefstandaard geïnspireerde EPB-standaard 2015. Nu is het zaak een gelijkaardige benadering voor renovaties voor te stellen.
FEDSVK
8 Overige
CBBH
8 Overige
MEH Noord
Sociale dumping van ondernemingen die sociaal of fiscaal niet in orde zijn.
Een stedenbouwkundige controle van de gemeente gelijkaardig aan die van de renovatiepremies invoeren Voorstel: - MEH West, MEH Centrum: het premiebedrag verhogen Voorstel: - CBBH: absoluut noodzakelijk om de premies te behouden - ICEDD: premies voor voorbeeldfunctie behouden (natuurlijke isolatie, …) - ICEDD: de huidige technische voorwaarden niet vereenvoudigen. - ICEDD: de verspreiding van de technische expertise versterken/bestendigen (opleidingen, begeleiding). De bonus voor natuurlijke bouwmaterialen voor de posten waar het mogelijk is behouden en verhogen Voorstel: - De toekenning van de premies koppelen aan de voorwaarde van een voorafgaande energieaudit van het gebouw - Streven naar gegroepeerde premies om een globale visie op de energierenovatie in de hand te werken. - Idee van investeringsondersteuning gebaseerd op het Duitse model (KfW): subsidie voor de studie; lening aan preferentiële rentevoet; nazicht van de eisen na de werkzaamheden.
Het renovatiepaspoort: geen premies meer voor eenmalige ingrepen, maar wel voor globale renovaties in een of meerdere fasen, op voorwaarde dat een zekere energie-eis wordt gehaald. Behoud van de premies voor de zware (nagenoeg passief-)renovaties. De lage-energiepremie moet aantrekkelijk zijn. Nagaan of de ondernemingen een goed kwaliteitsniveau halen en geen fiscale of sociale schulden hebben. Raadpleging van de energieactoren en rekening houden met hun bijdrage: bijvoorbeeld zorgen voor een sturinggevend orgaan
Pagina 12
8 Overige
ICEDD
8 Overige
ICEDD
8 Overige
ICEDD FEDSVK
8 Overige
FEDSVK
8 Overige
Netwerk Wonen FEDSVK
Het bestaande laten functioneren (bijvoorbeeld de regulering van de bestaande systemen optimaliseren) Voor warmteproducerende hernieuwbareenergiesystemen, zorgen voor een systeem van "groenewarmtecertificaten", net als voor elektriciteit. Daardoor zou men kunnen nagaan of het systeem werkt zoals het hoort. Thermische zonnepanelen: isolatie van de boiler mag er niet toe leiden dat standaardboilers op de markt niet in aanmerking komen. Bijkomende kosten voor ventilatie zijn aanzienlijk Nieuwgebouwde wanden komen niet in aanmerking voor premies want ze zijn onderworpen aan de EPB.
De ventilatiepremie optrekken Het heropbouwen van wanden opnieuw invoeren (zelfs als er een toename van de nuttige oppervlakte is)
Pagina 13