Projectplan Proeftuin Fysieke Digitale Delta ten behoeve van EFRO/Economische Agenda Zuidvleugel aanvraag Kansen voor West 29-03-2013 Hoogheemraadschap Delfland J.A.de Haan
INHOUDSOPGAVE
1
2
3
4
5
Inleiding ...................................................................................................................................... 3 1.1
Aanleiding ............................................................................................................................ 3
1.2
Doel ..................................................................................................................................... 3
1.3
Aanpak en positionering ...................................................................................................... 4
1.4
Proeftuin regionaal waterbeheer ......................................................................................... 5
1.5
Fasering ............................................................................................................................... 5
1.6
Versterking door aansluiting bij regionale en nationale initiatieven ..................................... 6
Beleidscontext ........................................................................................................................... 8 2.1
Internationaal: ICT-Waterhub .............................................................................................. 8
2.2
Nationaal: aansluiting bij de topsector water ....................................................................... 8
2.3
Regionaal: aansluiting bij de Economische Agenda Zuidvleugel (EAZ2020) ..................... 9
2.4
Regionaal: aansluiting bij Kansen voor West .................................................................... 10
Proeftuin Fysieke Digitale Delta ............................................................................................. 11 3.1
Inleiding ............................................................................................................................. 11
3.2
Output/outcome proeftuin .................................................................................................. 11
3.3
Economische effecten ....................................................................................................... 13
Programma van aanpak .......................................................................................................... 16 4.1
Scope ................................................................................................................................. 16
4.2
Kernactiviteiten .................................................................................................................. 16
4.3
Samenhang activiteiten ..................................................................................................... 17
4.3
Subsidiabele activiteiten .................................................................................................... 18
4.4
Niet-subsidiabele activiteiten ............................................................................................. 23
Resultaten ................................................................................................................................ 27 5.1
Impact ................................................................................................................................ 27
5.2
Indicatoren ......................................................................................................................... 28
6
7
8
9
Planning en organisatie .......................................................................................................... 29 6.1
Organisatorische positionering .......................................................................................... 29
6.2
Projectorganisatie .............................................................................................................. 29
6.3
Planning en fasering .......................................................................................................... 30
Financiën .................................................................................................................................. 32 7.1
Kosten- en financieringsbegroting ..................................................................................... 32
7.2
Toelichting op de begroting ............................................................................................... 33
7.3
Interventiepercentage ........................................................................................................ 34
7.4
Financiële planning/financieringsplan ............................................................................... 34
7.5
Additionaliteit/noodzaak EFRO .......................................................................................... 35
Wet- en Regelgeving ............................................................................................................... 36 8.1
Staatssteun ........................................................................................................................ 36
8.2
Aanbesteding ..................................................................................................................... 37
8.3
Artikel 55 /inkomsten genererende projecten .................................................................... 37
Duurzaamheidstoets ............................................................................................................... 38
1
Inleiding
1.1
Aanleiding
Slimme ICT-toepassingen in de watersector zijn gewenst. De waterbeheerders in Nederland investeren jaarlijks vele miljoenen euro‘s op basis van gegevens, data en voortgebrachte informatie. Voor alle te verzamelen data geldt dat het betrouwbare en relevante informatie betreft, waarmee goede integrale besluiten moeten kunnen worden genomen. Daarin valt nog een hele slag te maken. Vandaag de dag zijn daar— soms ingewikkelde — ICT aanpassingen voor nodig, inclusief bijkomende transactiekosten. Ook kan er ten aanzien van de gebruiksvriendelijkheid voor de eindgebruiker en de snelheid waarin gegevens beschikbaar komen nog veel verbeteren. Om dit te bereiken wordt er gewerkt aan een nieuwe oplossing: de Digitale Delta. De Digitale Delta is een ICT-oplossing voor het op uniforme en laagdrempelige wijze ontsluiten en ter beschikking stellen van data en kennis ten behoeve van gebruikers in de watersector. De Digitale Delta moet door betere ontsluiting en uitwisseling van "water"-data, kennis en door betere applicaties, leiden tot efficiency- en kwaliteitsvoordelen voor de overheid. Die voordelen blijken in het bijzonder in omstandigheden met een grote en urgente informatiebehoefte, zoals bij calamiteiten en in grote complexe projecten. Ook kan meer worden geoptimaliseerd in termen van asset management en total cost of ownership van infrastructurele werken. De Digitale Delta biedt het platform voor de ontwikkeling van nieuwe applicaties, voor overheden en andere belanghebbenden en tot meer exportmogelijkheden voor het bedrijfsleven. De bindende factor is de rol die betrokken organisaties hebben bij de informatievoorziening in de ―watersector‖. Het samenwerkingsverband richt zich op meer publiek private samenwerking in de werkprocessen en koppeling van ICT-systemen, infrastructuren, afspraken en standaarden.
1.2
Doel
De Digitale Delta heeft als ambitie om een initiële versie van een open platform, gebaseerd op open standaarden, te realiseren voor de informatievoorziening en het ontsluiten van data, modellen, algoritmen, tools en toepassingen, relevant voor het waterbeheer in Nederland voor zowel publieke, private als kennisorganisaties. Betere en bredere ontsluiting zal leiden tot efficiency- en kwaliteitsvoordelen voor de waterbeheerders en de drempel verlagen voor onderzoekers en bedrijfsleven om nieuwe kennis en toepassingen sneller te ontwikkelen. Dit biedt dan tevens een springplank naar een snel groeiende internationale markt voor waterinformatietechnologie. Hoofddoel van het initiatief is om het huidige en toekomstige waterbeheer (droge voeten, voldoende zoet water en bereikbaarheid over de vaarwegen) efficiënter en effectiever te maken en in te spelen op een internationale groeimarkt. Binnen de publiek private samenwerking wordt bestaande en nieuwe (open) data eenvoudiger en breder ontsloten en het hergebruik van toepassingen, tools, modellen en algoritmen mogelijk gemaakt. In de operationele en groeifase ontstaan de voordelen. Het programma kent een open aanpak: de watersector kan in use-cases participeren, hun producten en diensten in een proeftuin demonstreren en via een landelijke klankbordgroep meedenken over het programma. De watersector kent een onderverdeling in waterkwantiteit (waaronder watermanagement voor voldoende water en de gewenste waterveiligheid), waterkwaliteit (schoon en voldoende water voor mens, dier en gewas) en verkeer over water. Binnen deze onderverdelingen worden kosten 3
gemaakt voor aanleg, beheer en onderhoud. Evenzeer wordt er geïnvesteerd in kennis en nieuwe ontwikkelingen op dit gebied. De regio Zuidvleugel is vervlochten met water en daarbinnen met alle drie de onderverdelingen: er leven ruim 1,2 miljoen mensen binnen dijkring 16 (veiligheid!), er is voldoende vers water nodig voor mens en landbouw in dit economische gebied en de logistiek over water is buitengewoon intensief in de regio Rijnmond eo. Vanuit dit perspectief is investeren in de watersector een harde economische aangelegenheid die enerzijds kansen biedt voor efficiëntie en kostenbeheersing, maar bovendien goede perspectieven biedt voor economische groei voor bedrijven en instellingen in de regio, met exportmogelijkheden over de hele wereld! De samenwerking met de TUD op watergebied en de internationale allure van bijvoorbeeld Deltares helpt om de ontwikkelingen op watergebied internationaal op de kaart te zetten. Het project kent een hoog ambitieniveau en is een belangrijk project van de Strategische Agenda Zuidvleugel. Het project kent momenteel nog een tekort op de begroting. Om de ambitie te kunnen realiseren en de eerste wezenlijke stap te kunnen zetten in het proces, wordt een bijdrage gevraagd uit het Kansen voor West-programma.
1.3
Aanpak en positionering
Er is sprake van een nationaal project Digitale Delta en van een proeftuin met de naam Fysieke Digitale Delta. Het nationale project de Digitale Delta is een initiatief van TU Delft, Rijkswaterstaat, het Hoogheemraadschap van Delfland, IBM en Deltares en wordt gezien als een kansrijke business case in de Topsector Water. Het doorbraakkarakter van het initiatief vraagt in eerste instantie om een innovatieve programmatische aanpak. Het project bouwt voort op het advies ´Water verdient het´ van de Topsector Water van 14 juni jl. waarin op innovatiegebied de uitwerking en uitvoering van zeventig business cases wordt bepleit, waarvan 13 'showcases' direct. De Digitale Delta is zo‘n showcase. Deze showcase staat centraal in het speerpunt Water en ICT, die samen met zes andere speerpunten op de langere termijn bijzondere kansen bieden bij het uitbouwen van de Nederlandse concurrentiepositie. Om de showcase te realiseren is (functionele) betrokkenheid vanuit diverse functionele gebieden voorwaardelijk. Om tot een gedragen instrument te komen is ervoor gekozen om deze te ontwikkelen in praktische situaties, in proeftuinen, waarin de functionele gebieden leidend zijn. Deze proeftuinen zijn zodoende voedend voor een instrument dat uiteindelijk de hele watersector bedient. Dit project, de Proeftuin Fysieke Digitale Delta , realiseert de proeftuin waarin de voeding vanuit het regionale waterbeheer tot stand komt. Uitrol in proeftuinen:
4
1.4
Proeftuin regionaal waterbeheer
Het in Zuid-Holland gelegen beheergebied van het waterschap Delfland is bij uitstek geschikt voor de realisatie van de proeftuin. Het gebied heeft hiertoe de volgende kenmerken: Er is een ICT-infrastructuur - het TA-systeem (Technische Automatisering) voor automatisering in het watersysteem van Delfland. De investeringen in dit systeem zijn eerder gedaan, zijn omvangrijk en worden met dit project verder benut. Door gebruik te maken van dit systeem behoeven kleine ondernemers en kennisinstituten zelf geen aanlegkosten c.q. realisatiekosten te maken. Het waterschap heeft de infrastructuur aangeboden om het project mee te versnellen. Hiertoe wordt een testomgeving ingericht. Het waterschap kent specifieke praktijksituaties rondom regionaal waterbeheer die zich lenen om de producten integraal in de praktijk te brengen en welke ook landelijk in diverse andere beheergebieden in enigerlei mate actueel zijn (om oplossingen vragen). Denk aan droogteproblematiek in veendijken- en kades, zwemwaterkwaliteit, voldoende schoon zoet water, handhaving, riolering en overstorten alsook crisismanagement bij overstromingen (wateroverlast); Het beheergebied van Delfland kent complexe combinaties van geografische en functionele gebieden waarin de integrale toepassingen kunnen worden beproefd. Hierdoor behoren ook cross sectorale toepassingen met de glastuinbouw tot en met sturing in het dicht stedelijk gebied. Het waterschap is reeds actief in diverse innovatieve en kennisgremia in de water- en deltatechnologie. Samen met de gemeente Delft en de Delftse waterkennis instituten heeft zij de basis gelegd en is zij actief in samenwerking in het Valoristatieprogramma Deltatechnologie en Water, Clean Tech Delta en Delft Blue Technology. In het innovatiebeleid van het waterschap wordt haar beheergebied aan partijen ter beschikking gesteld voor het beproeven van nieuwe innovatieve oplossingen in het waterbeheer.
1.5
Fasering
Bij de ontwikkeling en uitrol van de Digitale Delta wordt de volgende fasering gevolgd. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen een ontwikkelfase en een operationele fase.
5
De ontwikkel fase 2013-2014 is bedoeld om (1) bij wijze van onderzoek en ontwikkeling (pilots/proeftuinen) te komen tot een optimale ontwikkeling van de scope en de specificaties die ten grondslag liggen aan een latere competitieve uitvraag door publieke partijen, (2) vast te stellen wat de beste wijze, en beste standaarden, zijn om de uit verschillende bronnen en providers afkomstige data te kunnen dissemineren ten behoeve van het beoogde gebruik en (3) de resultaten van het onderzoek in het publieke domein te brengen. In de uitrol/operationele fase 2015-2016 wordt een operationeel platform gerealiseerd met vastgestelde basisservice niveaus. Doelstelling van deze fase is om het datagebruik jaarlijks te verdubbelen, het hergebruik van eerder ontwikkelde functionaliteit aan te tonen bij de waterbeheerders en een internationale marktplaats te creëren voor professionele IT-gebaseerde water- en klimaatdiensten. Voor ontwikkelaars is de Digitale Delta een open marktplaats waar iedereen zijn data, informatie, software en data verwerkingsfaciliteiten zowel commercieel als gratis kan aanbieden, binnen een open of beveiligde omgeving. Voor gebruikers is het een open marktplaats van gecertificeerde applicaties en IT-gebaseerde diensten voor water- en klimaatbeheer, die transparant, eenvoudig en kosteneffectief is. Voor de overheid betekent het dat de door haar geproduceerde gegevens en kennis zo productief mogelijk wordt ingezet en hergebruikt. Tevens helpt het de overheden om meer te presteren met minder middelen. In de groeifase 2016-2017 groeit de waterkennis en worden exportkansen gecreëerd. Met name de synergie en partnership tussen kleinere op hoogwaardige waterkennis gerichte bedrijven en grotere internationaal georiënteerde IT-bedrijven creëert nieuwe kansen. De regionale watersystemen zijn via de Proeftuin Fysieke Digitale Delta gekoppeld aan het landelijke en internationale watersysteem. In deze fase wordt zichtbaar dat het platform eenvoudig toegang biedt tot de wereldmarkt en een groter aantal potentiële klanten. Daarbij wordt de innovatie versneld waardoor een kortere time-to-market kan worden bereikt. Onderzoekers en bedrijven hebben een beter uitgangspunt voor innovatie in het waterdomein en daardoor concurrentievoordelen in het internationale speelveld. Het digitale platform en de architectuur blijven na afronding van project beschikbaar en toegankelijk voor iedereen (publiek/ algemeen gebruik). 1.6
Versterking door aansluiting bij regionale en nationale initiatieven
Directe verbinding tussen business en kennisvragen De watersector is in ontwikkeling naar optimalisatie van het proces van kennis, kunde naar kassa. Door het innovatiecontract is deze verbinding nu gelegd. Om de betrokkenheid van bedrijfsleven en kennisinstituten in de competitieve fase te vergroten wordt actief samengewerkt met het Valorisatieprogramma Deltatechnologie. Voor de versterking en versnelling van investeringen en innovaties in deze sector is het van belang (zeker voor het onderdeel Delta) om de opgebouwde samenwerking met partners in het Valorisatieprogramma Deltatechnologie en Clean Tech Delta te faciliteren. Hierdoor kunnen business cases, toegepast onderzoek en achterliggende kennisvragen in samenhang en onder een regie worden uitgewerkt. Daardoor is er optimale wisselwerking vanuit de praktijk met de kenniswereld en sluiten vraag en aanbod aan bij de behoeften van bedrijven. Zo is de valorisatie van kennis meer verzekerd en is er daadwerkelijk privaat publieke samenwerking. Regionale samenwerking Daarnaast is er in de bestuurlijke samenwerking in de regio‘s Rotterdam/Delft/Drechtsteden gewerkt aan het samenwerkingsverband rondom de Nucleus van het economisch topgebied 6
water. In dit deel van de Zuidvleugel wordt de nadruk gelegd op het economisch belang van de Provincie Zuid-Holland als dé deltatechnologie-hotspot van Nederland. Deze regio kent wereldspelers als Van Oord, Boskalis, kennisinstellingen als Deltares, TU Delft en UNESCO-IHE, maar ook kleine nieuwe bedrijven – het mkb en het mkb+ - die zeer innovatieve producten op de markt brengen. De regio kent een uniek cluster dat een belangrijke bijdrage levert aan het BRP en het BNP. De boodschap is dan ook dat de regio dé deltatechnologie-hotspot van Europa is en dat de innovaties die hier worden ontwikkeld kunnen bijdragen aan maatschappelijke oplossingen voor delta‘s over de hele wereld. Gebruik maken van bestaande netwerken en samenwerkingsverbanden in deze regio verhoogt de slagkracht bij het bevorderen van de regionale economische groei en bij het versterken van de internationale concurrentiepositie van de Water- en Deltatechnologie sector van de regio. Belangrijk hierin is het actief betrekken van de bestaande onderwijsinstellingen (kennisontwikkeling en onderwijs) en het bedrijfsleven (stimulering van de concurrentiekracht). Activiteiten in aanpalende beleidsterreinen Tenslotte wordt ook actief gebruik gemaakt van activiteiten die in aanpalende beleidsterreinen worden ontwikkeld. Zo wordt er in nauwe samenwerking met het Netherlands Water Partnership (NWP) in 2013 nog vorm gegeven aan een Open Data Estafette voor de watersector. Tijdens deze bijeenkomsten staat de ‗gouden driehoek‘ (bedrijven, overheden en kennis/onderwijsinstellingen) centraal. Op een interactieve manier worden vraag en aanbod met elkaar verbonden. Doel van de bijeenkomsten is tweeledig. Aan de ene kant worden mensen van Joost de Haan (Digitale Delta) nam namens de sector water het open-data estafettestokje over buiten het klassieke geo-domein meegenomen in van Geert Hermans (ZLTO). de mogelijkheden van die open data bieden. Aan de andere kant krijgen ondernemers, ideeënleveranciers en probleemhouders een podium en wordt er gekeken naar mogelijke oplossingen. De eerste estafettebijeenkomst was bij ZLTO in Den Bosch. Een vertegenwoordiger van de Proeftuin Fysieke Digitale Delta nam namens de Topsector water het stokje over van de topsector AGRO-FOOD. Hier komen concrete cross sectorale kansen uit voort.
7
2
Beleidscontext
2.1
Internationaal: ICT-Waterhub
De internationale markt voor water en informatietechnologie (zowel bij waterbeheer als technologie) groeit snel en biedt veel potentieel. De wereldwijde water & ICT markt was in 2009 407 miljoen euro en zal dat exponentieel groeien tot 12,5 miljard euro in 2020 (water mapping, infrastructuur, irrigatie, kwaliteitsmonitoring en slimme meters). Nederland heeft een unieke positie door haar sterke kennis over watertechnologie- en beheer. Het is een domein waarin Nederland zich onderscheidend kan ontwikkelen. De internationale concurrentiepositie van de Nederlandse kennis en expertise is sterk. Nederland kan zich in de snel groeiende (prognose: 30%) internationale Water en ICT markt onderscheiden en kan in potentie wereldwijd marktleider op Water- en ICT-toepassingen worden. Het predikaat ‘Nederland Water-ICT-land‘, een internationale ICT-waterhub in de wereld, lonkt. Maar Nederland is niet de enige speler. In Canada wordt gewerkt aan een soortgelijk initiatief. Niet handelen van Nederland leidt onherroepelijk tot het verlies van het initiatief in marktpenetratie en daarmee verminderen de aanwezige marktkansen. Realisatie van tastbare producten in de eigen thuismarkt is cruciaal voor succes. Als Nederland kunnen wij een significant markaandeel innemen. De Digitale Delta kan als internationaal al drager van Nederlandse producten dienen van de verwachte groei profiteren. Hiertoe is nodig dat het platform naast schaalbaar is ook door gebruikers en aanbieders gebruikt wordt. Aangezien gewenste functionaliteit maar eenmaal hoeft te worden ontwikkeld zal naarmate er meer deelnemers zijn en meer functionaliteit en data wordt toegevoegd de waarde van het platform toenemen en moeilijker te kopiëren door eventuele concurrentie uit het buitenland. Analoog is dat de aanleg van een haven in West Europa geen grote gevolgen heeft voor de concurrentiepositie van Rotterdam omdat de achterliggende infrastructuur van vaar-, spoor- en autowegen óók gekopieerd moet worden (Metcalfe‘s wet: de waarde van het netwerk neemt toe met het aantal gebruikers. In combinatie met Reed‘s wet: de waarde neemt exponentieel toe als deelnemers in staat worden gesteld onderlinge combinaties te maken).
2.2
Nationaal: aansluiting bij de topsector water
Het Kabinet heeft 9 topsectoren aangewezen. Dit zijn sectoren waarin Nederland wereldwijd sterk is. De Watersector is daar een van. De topsector Water omvat de drie clusters Watertechnologie, Deltatechnologie en Maritiem. Nederlandse kennis en kunde op het gebied van deze drie clusters behoort tot de beste ter wereld. Het project Digitale Delta sluit aan bij de topsector water. De Digitale Delta voorziet ook in systeemintegratie en opschaling van water- en ICT-toepassingen. Ook voorziet het in een instrument waardoor uiteenlopende ‗open‘ databronnen doelgericht kunnen worden ingezet voor specifieke doeleinden en voor ondernemerschap in de watersector. Door verbetering van de onderlinge verbinding van veel verschillende individuele Water- en ICTtoepassingen en producten versnelt de kennis- en productontwikkeling en worden de marktkansen hiervan aanzienlijk vergoot. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan de doelen van het Topsectorenbeleid van het Rijk. Dit vertaalt zich door naar de Zuidvleugel door economische spinoffs van de Proeftuin Fysieke Digitale Delta .
8
2.3
Regionaal: aansluiting bij de Economische Agenda Zuidvleugel (EAZ2020)
Het Samenwerkingsverband Zuidvleugel wil bijdragen aan de ontwikkeling van de Zuidvleugel tot een op de wereld georiënteerde economische top regio in Europa. Om deze ambitie te realiseren werken de bestuurlijke partners in de Zuidvleugel samen aan de realisering van vijf hoofdopgaven: Naar een schone economie Een bereikbare Zuidvleugel StedenbaanPlus Comfortabel wonen in de stad Landschap dichterbij huis De opgaven vormen samen de agenda van de Zuidvleugel, concreet uitgewerkt in de programma‘s: Economische agenda Zuidvleugel (EAZ2020), Bereikbaarheidspakket, StedenbaanPlus, Verstedelijkingsprogramma en Metropolitaan landschap. De Economische Agenda Zuidvleugel 2020 (EAZ2020) omvat een investeringsbudget van 72 miljoen euro, die door overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen de komende jaren geïnvesteerd wordt. Het geld komt terecht in een twintigtal programma's en projecten die de traditioneel sterke sectoren van de economie in de Zuidvleugel (met name haven-industrieel complex, greenports, campusontwikkeling) moeten versterken en vernieuwen. De projecten en programma's leveren daarnaast een belangrijke bijdrage aan de transitie naar een schone, op duurzame energie en biobrandstoffen draaiende, economie in de Zuidvleugel. Eén van die twintig projecten van de Economische Agenda Zuidvleugel is de proeftuin Fysieke Digitale Delta. De proeftuin Fysieke Digitale Delta biedt het platform voor de ontwikkeling van nieuwe applicaties, voor waterbeheerders en andere belanghebbenden en tot meer exportmogelijkheden voor het bedrijfsleven. Het is een open platform dat zoveel mogelijk gegevens ten aanzien van waterbeheer (in de ruimste zin van het woord) bevat en ontsluit ten behoeve van professionele en niet-professionele gebruikers. De Digitale Delta stelt waterbeheerders in staat efficiënter te werken bij het uitoefenen van hun primaire waterbeheertaken. Betere en bredere ontsluiting zal leiden tot efficiency- en kwaliteitsvoordelen voor de waterbeheerders en de drempel verlagen voor onderzoekers en bedrijfsleven om nieuwe kennis en toepassingen sneller te ontwikkelen. Belangrijker is dat het project nieuwe innovatieve toepassingen voor informatievoorziening in de watersector mogelijk maakt waar professionals nu alleen nog maar van kunnen dromen. Dit biedt dan tevens een springplank naar een snel groeiende internationale markt voor waterinformatietechnologie. Het Uitvoeringsprogramma Zuidvleugel benoemt het project binnen het domein van cluster Deltatechnologie/ Water (Topsector Water projecten). Het Uitvoeringsprogramma stimuleert de economie van de Zuidvleugel en levert een belangrijke bijdrage aan de vernieuwing van de nationale topsectoren en daarmee aan een concurrerende en toekomstbestendige economie van Nederland. Een belangrijke toepassing is het project Digitale Delta, een wereldwijd IT-platform voor (Nederlandse) water- en klimaatdiensten, dat onder meer wordt gerealiseerd in de proeftuin Fysieke Digitale Delta.
9
2.4
Regionaal: aansluiting bij Kansen voor West
Het versterken van de kenniseconomie en innovatiekracht staan centraal binnen het Kansen voor West-programma. Dit vereist samenwerking met strategische partners zoals kennis, onderzoek en onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven. De proeftuin Fysieke Digitale Delta wordt uitgevoerd door een consortium van bedrijven en kennisinstellingen. Het project is inpasbaar binnen prioriteit 1 van het Kansen voor West-programma. Met prioriteit 1 wordt ingezet op een betere benutting van het kennispotentieel van Landsdeel West. Prioriteit 1 wordt uitgewerkt in de volgende drie doelstellingen: Doelstelling 1.1: Versterken kansrijke clusters door kennisontwikkeling, -overdracht en –toepassing; Doelstelling 1.2: Stimuleren van ondernemerschap en innovatie in kleine bedrijven; Doelstelling 1.3: Stimuleren van technologische milieu-innovaties. De proeftuin Fysieke Digitale Delta sluit aan bij doelstelling 1.1. Het gaat om het kansrijke cluster maritieme sector en deltatechnologie. Bovendien is er sprake om kennisinstellingen en bedrijven bij elkaar te brengen om overdracht van informatie over technologische ontwikkelingen te bevorderen, om innovaties te delen en om de mogelijkheden van toepassing daarvan te vergroten. Zo wordt economische meerwaarde ook in dit project gecreëerd. Het project scoort op een aantal indicatoren behorende bij prioriteit 1 van het Kansen voor Westprogramma. Er is sprake van een R&D-project. Het project is een tripartite samenwerking, waarbij de volgende (semi-) overheid, onderwijs en mkb-bedrijven met elkaar samenwerken: (Semi-)overheid: Rijkswaterstaat, Hoogheemraadschap van Delfland; Kennis- en onderwijsinstellingen: Technische Universiteit Delft; mkb-bedrijven: Bronteq, HydroLogic, Disdrometrics, NEO. Daarnaast zijn in het nationale project nog meer publieke en private partijen actief, waardoor een extra versterkend effect plaatsvindt voor het cluster.
10
3
Proeftuin Fysieke Digitale Delta
3.1
Inleiding
Samenwerking in de gouden driehoek die zowel maatschappelijke als economische doelen moet dienen, vraagt om nieuwe vormen van samenwerking. De overheid is niet alleen afnemer, maar zit ook als mede-ontwikkelaar aan tafel vanuit de eigen behoefte aan kennis en toepassing. In de watersector krijgt dit onder meer vorm via concrete uitvoeringsprojecten op het gebied van slimme waterveiligheid en bouwen met de natuur. De partijen uit de ‗Gouden Driehoek‘ selecteren gezamenlijk uitvoeringsprojecten die zowel passen binnen de individuele randvoorwaarden van de overheden als van de kennisinstellingen en het bedrijfsleven. Door bijvoorbeeld toepassing van sensortechnologie in dijken kunnen Rijksoverheid en waterschappen kosten besparen doordat dijken slimmer ontworpen kunnen worden. Tegelijk kunnen de bedrijven hun sensortechnologie verbeteren en daardoor hun internationale marktpositie versterken, terwijl de kennisinstellingen meer te weten komen over het fysieke gedrag van dijken. Het Hoogheemraadschap Delfland heeft samen met een aantal publiek-private partners een consortium opgericht voor de ontwikkeling van de proeftuin Fysieke Digitale Delta. Het gaat om de ontwikkeling van een proeftuin als onderdeel van het nationale programma Digitale Delta binnen de topsector water. Zo kan worden aangetoond welke toegevoegde waarde bestaande producten en systemen de waterbeheerder(s) bieden (etalage), hoe deze met elkaar kunnen worden verbonden en gebruikt, en wat er van een platform gevraagd wordt om de gewenste waarde daadwerkelijk te kunnen toevoegen aan de partijen uit de gouden driehoek (Digitale Delta). Om de projectresultaten te bereiken wordt gebruik gemaakt van bestaande infrastructuur en van (de effecten van) eerder uitgevoerde projecten. In hoofdstuk 4 komen de resultaten en economische effecten per deelproject aan de orde.
3.2
Output/outcome proeftuin
De Digitale Delta staat zowel binnen Nederland (Topsectorenbeleid), maar ook daarbuiten in de belangstelling. Reeds in de ontwikkelfase zorgt de Proeftuin Fysieke Digitale Delta voor economische impulsen, zowel voor de bedrijven en de (kennis-) instituten die er aan mee werken, maar ook voor de regio waarin de concepten ontwikkeld en getest worden. Met het doel om het gedachtengoed van de Digitale Delta zowel in concrete use-cases, maar ook in een tastbare technische en ict-infrastructuur te kunnen toepassen en ontwikkelen, is het Hoogheemraadschap van Delfland voornemens om haar ICT-Infrastructuur als proeftuin ter beschikking te stellen. Daarnaast wil het Hoogheemraadschap actief participeren als partner en mede-initiator om voor het Hoogheemraadschap en voor de gehele regio (Zuidvleugel, TUD enz.) een vooraanstaande rol te kunnen vervullen en de economische, wetenschappelijke en publicitaire spin-off ten gunste van deze regio te laten komen. Verwachte output/outcome van de Proeftuin Digitale Delta: A.
Realisatie van een aantal ICT toepassingen voor waterbeheer op basis van 1 gezamenlijk open, schaalbare en beheersbaar IT oplossing. Daarnaast de selectie van een aantal datastandaarden tot de meest gebruikelijke set standaarden;
11
B.
Reduceren van de doorlooptijd voor nieuwe kennis en toepassingen van gemiddeld 2 jaar tot 6 maanden en bijbehorende kostenreductie van 30 – 50% door hergebruik van ontsloten data, modellen, algoritmen en IT functionaliteit;
C.
Exportpotentieel: eenmaal ontwikkelde toepassingen en diensten op basis van de door het platform ondersteunde open standaarden zijn direct herbruikbaar op andere locaties in de wereld en hoeft alleen nog een inspanning te worden verricht om lokale databronnen te ontsluiten. Dit geeft een concurrentievoordeel zowel qua doorlooptijd als kosten waarop kan worden aangeboden;
Vraagsturing (Rijst)boeren in Azië zijn voor de inzet van het schaarse zoete water steeds meer afhankelijk van informatie uit diverse datastromen. In deze tijd van toenemende radicale regenval en droogte is het zaak om de gewassen op het juiste moment van de juiste hoeveelheid water te voorzien. Hiertoe is kennis nodig over de locatie, samenstelling en hoeveelheid beschikbaar water, de weersverwachting en over de condities van de gewassen. Op afstand kunnen sturen van elektrische pompen en andere kunstwerken maakt het mogelijk om meer ‘crop for drop’ te kunnen produceren.
D.
Er is sprake van economische output voor andere bedrijven omdat het mogelijk wordt om in onderlinge samenwerking of alleen (bedrijven en kennisinstellingen en anderen) op basis van nieuwe gecombineerde data gegevens nieuwe innovatieve producten / processen te ontwikkelen;
E.
Aangezien eenmaal ontwikkelde toepassingen en diensten als een software dienst worden aangeboden (Software as a Service) blijft het intellectueel eigendom achter de toepassing of dienst in handen van de ondernemer of wetenschapper en voorkomt dit dat kennis eenvoudig wordt gekopieerd door andere landen;
F.
Deelnemende partijen kunnen eenvoudiger op elkaars toepassingen en diensten aansluiten en sneller end-2-end oplossingen aanbieden in plaats van het huidige zeer gefragmenteerde landschap van ‗point solutions‘. Daarmee komt ook de markt binnen bereik van complexere totaaloplossingen waar de omvang en de marges van de projecten groter zijn (bv niet alleen een dijk monitoren of modeleren, maar een 20% kostenreductie op het onderhoud kunnen beloven door combinatie van 4 aanbieders van deeloplossingen);
G.
Aangezien gewenste functionaliteit maar eenmaal hoeft te worden ontwikkeld zal naarmate er meer deelnemers zijn en meer functionaliteit en data wordt toegevoegd de waarde van het platform toenemen en moeilijker te kopiëren door eventuele concurrentie uit het buitenland;
H.
Een app-store, bredere toegang tot potentiële klanten. Door realisatie van een app store zijn ondernemers uit het bedrijfsleven beter in staat om nieuwe klanten aan te trekken voor hun oplossingen. in het streven naar deelname op de internationale markt worstelen op dit moment veel kleine bedrijven met minder dan 50 werknemers met het opschalen van hun verkoopkanaal. Menig potentiële klant geeft aan dat ze worden overladen met verzoeken van leveranciers die hun oplossingen te verkopen. Het leveren van app store wordt beschouwd als een bewezen manier te schalen bedrijf direct zonder een zeer grote verkopers. Het aanbieden van wateroplossingen en toepassingen door middel van een marktplaats concept (app store) zal ten goede komen en het aantrekken van (inter) nationale klanten;
I.
Etalage van de Water en ICT toepassingen: Het realiseren van het project stelt concurrerende organisaties in staat om gelijksoortige producten naast elkaar (in één systeem) in de praktijk te brengen of in samenhang met elkaar verder te brengen. De 12
effectiviteit en doelmatigheid van de oplossingen in het systeem en de zichtbaarheid creëert de ultieme etalage van de Water en ICT- kunde in de BV Nederland. Hiermee krijgt de marketing van Nederlandse ‗state of the art‘-producten in de eigen ‗achtertuin‘ concreet vorm en betekenis; J.
Bewijs effectiviteit Water en ICT toepassingen. In de proeftuin wordt aangetoond dat de geïmplementeerde water en ICT producten inderdaad de beoogde toegevoegde waarde voor de waterbeheerder leveren. Hiermee worden de exportkansen van zowel de producten als van de sector als geheel vergroot;
K.
Bewijs dat een dergelijk platform kennis- en toepassingsontwikkelingen aanzienlijk versnelt en mogelijk maakt tegen lagere kosten;
L.
Identificatie van de benodigde IT functionaliteit, standaarden voor het beheer van een dergelijke oplossing, voedend aan het landelijke onderzoek.
3.3
Economische effecten
De internationale markt voor ICT groeit snel en biedt zeer veel potentie. Het is een domein waarin Nederland zich onderscheidend kan ontwikkelen. Wanneer we kijken naar de internationale watermarkt trends van de samengestelde jaarlijkse groei (CAGR) is de verwachte groei van de traditionele markt voor water gemiddeld 6%, terwijl de CAGR voor water informatietechnologie markt meer is dan 30%. Oprichting van een substantieel marktaandeel in het begin van deze relatief jonge markt kan leiden tot lange termijn duurzame economische groei voor een land als geheel. Op dit moment is Nederland gedaald van de 5e plaats naar de 10e op de mondiale ITconcurrentiekracht-index 2011, voornamelijk als gevolg van de score op de IT-infrastructuur, R&D en de steun van de overheid voor de IT-ontwikkelingen. De internationale concurrentiepositie van de Nederlandse kennis en expertise is echter sterk. Vooral op het gebied van overstromingstoepassingen en slim meten en monitoren heeft Nederland een voorsprong in de mondiale markt. Om de internationale marktkansen te benutten bestaat er een sterke behoefte aan systeemintegratie en opschaling van kleine initiatieven. ‗Digitale Delta‘ is een technologische vernieuwing en voorziet in een ‗open source watersysteem‘: een distributiekanaal waar organisaties op aan kunnen haken om waarde toe te voegen aan de kennisketen. Om deze reden heeft het topteam water in haar advies geadviseerd om rondom de Digitale Delta een team in te stellen dat samen met de overheid een concrete business case uitwerkt en uitvoert.
3.3.1
Potentiële voordelen (benefits)
De ontwikkeling van de proeftuin Fysieke Digitale Delta biedt kansen voor zowel de huidige participanten als voor toekomstige partijen. Voorbeelden hiervan zijn het bevorderen van excellente wetenschap, exportmogelijkheden van nieuwe toepassingen, beter crisismanagement, toepassingen voor primaire processen van waterbeheerders en toepassing 3D modelinstrumentarium. De toekomstige revenuen zijn te vinden voor alle omschreven klantsegmenten. In dit project ligt een belangrijke focus op de realisatie van inverdieneffecten in de publieke sector. Veel economische effecten kunnen op dit moment niet ‗hard kwantitatief‘ onderbouwd worden, maar vormen daarom juist specifiek onderwerp van onderzoek in dit project. De vooruitzichten zijn veelbelovend. Dit geldt ook voor de nieuwe mogelijkheden die vanuit de proeftuin Fysieke Digitale Delta ontstaan. 13
3.3.2
Klantsegmenten
De proeftuin Fysieke Digitale Delta creëert waarde voor verschillende doelgroepen: overheden, burgers, bedrijfsleven en kennisinstellingen. Onderstaand wordt per doelgroep toegelicht welke waarde dat specifiek is: Hoogheemraadschap en gemeente(n) kunnen met de data en informatie effectievere besluiten nemen rondom het voorkomen van wateroverlast. Daarnaast vergroot het beschikbaar stellen van informatie over het functioneren van het watersysteem de zichtbaarheid van hoogheemraadschap en gemeente als betrouwbare overheid. De overheden kunnen zo proactief gaan communiceren met burgers en bedrijven over wateroverlast; Bedrijven kunnen op basis van Open Data nieuwe producten of diensten ontwikkelen. De producten van de bedrijven worden door inzet van de beoogde digitale platform(s) in staat gesteld om tegen minimale inspanning hun producten bij mogelijke afnemers in de praktijk te brengen (snelle distributie); Kennisinstellingen kunnen voor onderzoek putten uit de meet data en informatie die via het integratieplatform beschikbaar gesteld wordt. 3.3.3
Focus op kennisontwikkeling, - overdracht en- toepassing
Het project investeert in het versterken van kansrijke clusters door kennisontwikkeling, - overdracht en- toepassing. De volgende effecten worden voorzien: Door specifieke inzet van deelprojecten in proeftuinverband ontstaat een omgeving waarin kennisontwikkeling, - overdracht en- toepassing in en rondom het waterdomein plaats heeft. Dit leidt tot versterking van het cluster; Versterking van de kennisinfrastructuur in en rond de kansrijke clusters door bevordering samenwerking universiteiten, hogescholen en kennisinstellingen, en participatie in internationale kennisnetwerken. Deltares, TUD (en later andere kennisinstituten) en IBM Research gaan samenwerken in het onderzoek naar de benodigde IT om de Nederlandse water kennis excellent te maken. Die nieuwe technologieën worden experimenteel aangeboden via de Digitale Delta omgeving (science cases); Door het opzetten van proeftuin(en) met toegang tot faciliteiten en (indirecte) fysieke investeringen (infrastructuur) wordt het midden- en kleinbedrijf aangemoedigd om bruikbare en opschaalbare use-cases in uitvoering te brengen; Na realisatie creëert de proeftuin Fysieke Digitale Delta marktwerking en daardoor groter aanbod van innovatieve toepassingen, waardoor meer partijen sneller en tegen lagere kosten toepassingen kunnen ontwikkelen. Dit leidt direct tot meer lokale investeringen en spin-off;
14
Hiermee wordt eveneens de ontwikkeling bevorderd van projecten gericht op het vergroten van het aantal water en ICT gerelateerde diensten en het ontwikkelen van nieuwe concepten op het gebied van ICT en water; Er is een brede bewustwording en acceptatie dat met het oog op meer kosteneffectieve en efficiënte in het beheer van het Nederlandse watersysteem, de gegevens, modellen en instrumenten moeten toegankelijk zijn voor meer stakeholders. De relevante gegevens en tools over meerdere kennis en de administratieve domeinen en verder gaan dan de traditionele water-gegevens, zoals energie, biodiversiteit, lucht, gezondheid, ruimtelijke ordening. Ze hebben ook variëren van real-time gegevens om veranderingen geregistreerd over jaren of zelfs decennia; De verwachte efficiëntiewinst is zeer aanzienlijk. Onder meer in het beheer. Van tientallen miljoenen jaarlijkse besparing op de energiekosten, onderhoud en inspecties aan het uitstellen of minder behoefte aan grootschalige infrastructuurprojecten vervangingen die vaak miljarden euro's investeringen over langere tijdschalen; Een ander gebied van potentieel kostenbesparing en kwaliteitsverhoging, is in minder duplicatie van data verzameling bij verschillende organisaties; Ontwikkelingstijd van nieuwe oplossingen en diensten voor bijzondere uitdagingen kan aanzienlijk worden verminderd met gemiddeld 2 jaar tot 3-6 maanden. Door middel van een betere toegang tot gegevens en betere of goedkopere instrumenten en door middel van een hoger percentage van de te besteden tijd en middelen op hun kernactiviteiten; Een marktplaats waar de gegevens, instrumenten en diensten te vinden zijn en terug aangeboden worden aan geïnteresseerde gebruikers kunnen ook geïnteresseerde klanten. Het is tegelijk een booster voor de follow-up business. Door aankoop van een software gebaseerde oplossing ontstaat snel de noodzaak of het verzoek om hardware of consultancy of adviesverlening. Kort samengevat komen de resultaten van de Proeftuin Fysieke Digitale Delta vrij voor de markt en het nationale project Digitale Delta. De technische projectresultaten vormen de basis voor verdere ontwikkeling en opschaling van de techniek. De voordelen die door partijen, van (mkb) ondernemingen tot overheid, worden genoten zijn voor iedereen vrij toegankelijk. Op deze wijze genereert het consortium geen directe omzet/gelden uit het de proeftuin maar fungeert het projectresultaat als enabler voor de markt.
15
4
Programma van aanpak
4.1
Scope
In de proeftuin komt een aantal projecten en instrumenten bij elkaar. Zo kan worden aangetoond welke toegevoegde waarde bestaande producten en systemen de waterbeheerder(s) bieden (etalage), hoe deze met elkaar kunnen worden verbonden en gebruikt, en wat er van een platform gevraagd wordt om de gewenste waarde daadwerkelijk te kunnen toevoegen aan de partijen uit de gouden driehoek (digitale delta) om zo een ‘waardevolle bijdrage leveren aan het uniforme en laagdrempelige wijze ontsluiten van data en kennis ten behoeve van gebruikers in de watersector’. Om de projectresultaten te bereiken wordt gebruik gemaakt van bestaande infrastructuur en van (de effecten van) eerder uitgevoerde projecten.
4.2
Kernactiviteiten
In het project kan onderscheid gemaakt worden tussen drie soorten kernactiviteiten: Showcases Het realiseren van een praktijksituatie (use-case) waarin aangetoond wordt dat een product in een praktijksituatie werkt als deze met andere producten integraal op één infrastructuur wordt ingezet. Levert het product de beloofde toegevoegde waarde? Integrale Use Cases Het realiseren van een praktijksituatie (use-case) waarin aangetoond wordt dat het combineren van datastromen uit verschillende op één platform aangesloten product en databronnen waarde toevoegd aan de gebruikers van dat platform (gouden driehoek). Levert het platform de beloofde toegevoegde waarde? Eigenschappen digitaal platform Het in beeld brengen van de eigenschappen van het platform en de voorwaarden die nodig zijn om het platform schaalbaar in te zetten zodat deze de benodigde value propositions kan realiseren. Deze kernactiviteiten worden in het project door de volgende concrete activiteiten vormgegeven. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen subsidiabele en niet-subsidiabele activiteiten. De subsidiabele activiteiten bestaan uit zowel inhoudelijke activiteiten als faciliterende activiteiten.
16
SUBSIDIABELE ACTIVITEITEN INHOUDELIJKE ACTIVITEITEN A1 Werken in ‘t veld A7 Praktijkpilot SSK A9 Hydrocity FACILITERENDE ACTIVITTEITEN B1 Projectmanagement B2A Integrale ICT: Inzet digitaal platform B2B Integrale ICT architectuur
SOORT
NIET-SUBSIDIABELE ACTIVITEITEN A2 Digitaal Delfland A2A Droogtevoorspelling en publieksobservatorium A2B Digitale Polder A3 Publieksobservatorium A6 Dynamische sturing in het operationeel waterbeheer A8 3Di in de stad
SOORT Showcase Integrale Use Case Integrale use Case Showcase, integraliteit Integrale Use Case Showcase
4.3
Integrale Use Case Showcase Showcase annex integraal Integrale activiteit Onderzoek, pilot en integraliteit Showcase, integraliteit
Samenhang activiteiten
Uitschrijven, ook naar gebruik digitaal platform in de scope. Wie maakt wel wie geen gebruik.
17
4.3
Subsidiabele activiteiten
A1.
Werken in ’t Veld
Delfland heeft meerdere applicaties waarbij een mobiele app toegevoegde waarde heeft. De toekomst biedt veel kansen met mobiele telefonie en app‘s. Met name omdat data uit verschillende bronnen voedend is voor de eigen databronnen en de toepassingen die het waterschap gebruikt. Door Crowd Sourcing en Data Mining voortgebrachte informatie met statische en real time informatie en data te koppelen met de eigen statische informatie. In het project wordt data opgevraagd die gebruikt wordt in de andere deelprojecten in de proeftuin. Zo ontstaat een duidelijk beeld van de interoperabiliteit (de werkzaamheid in onderling verband) en kan worden aangetoond welke waarde wordt gecreëerd indien datastromen aan elkaar kunnen worden verbonden en op nieuwe toepassingsgebieden worden ingezet. Het Hoogheemraadschap van Delfland (overheid) ontwikkelt met deze activiteit een systeem waarmee app‘s van andere partijen direct worden verbonden met data (gegevens) uit de praktijk van het waterschap, de primaire processen. Hiermee wordt het mogelijk om eigen app‘s en app‘s van externe partijen in te zetten voor gebruik in de reguliere taken van het waterschap.
Aard project
Integrale Use Case
Partners
Delfland
Activiteit
Realisatie app voor inrichten tablets om in het veld op locatie lokale informatie te kunnen uitlezen, interpreteren en in modelinstrumentarium te kunnen uitvoeren
Resultaat
Ontwikkelde app voor op geselecteerde platforms om tablets mee in te richten en tweerichting communicatie mogelijk te maken
Economisch effect
1. Efficiëntie in asset management, handhaving, informatievoorziening 2. Ontwikkeling van ‗lichte‘ apps die geschikt zijn voor toepassing op tablets 3. Impuls voor ontwikkelen mobiele apparatuur en accessoires 4. Ontwikkeling van modelinstrumentarium voor lokaal gebruik in het veld
Exportwaarde
In deze fase nog niet te kwantificeren
Toepassingsgebied
Gehele beheersgebied; regionale schaal
Integratie
Digitaal Delfland, 3Di, Lizard, Hydronet, Hydrocity, Disdromatics, Tunnel Flood
Kosten
€ 90.200
18
A7.
PraktijkPilot SmartSensorKit
Aard project
Showcase
Partners
HHD, RWS, Bronteq
Activiteit
Aankoop, plaatsen en onderhouden slimme kastjes, uitvoeren betrouwbaarheidstests, implementeren in landelijk netwerk, geschikt maken voor Rijksmeetnet Infrastructuur, conceptontwikkeling, valideren en distribueren
Resultaat
Een nieuw concept om data op locatie te verrijken tot informatie, waardoor zowel een snelheidsslag wordt gemaakt, maar waardoor ook de kwetsbaarheid van de traditionele meetnetten drastisch afneemt en de faalkans drastisch verbetert. In deze showcase wordt het concept in de praktijkomgeving (buiten, weersinvloeden, etc) daadwerkelijk getest.
Economisch effect
1. spectaculaire kostenbesparingen bij de bouw van nieuwe meetnetten en/ of meetopstellingen 2. kostenreductie in asset management van bestaande meetnetten, na geleidelijke vervanging door SSk 3. ontwikkeling van SSK-componenten door mkb-ondernemingen 4. Exportmogelijkheden te over (oa concrete gesprekken met Cormagdalena/ Colombia)
Exportwaarde
De opbouw van een nieuw meetnet als exportproduct betekent voor miljoenen aan omzet voor mkb uit NL
Toepassingsgebied
grotere stedelijke gebieden in het Delflandse beheersgebied: Den Haag, Rotterdam en Delft
Integratie
3Di, HydroCity, Werken in ‘t veld, Slim Meten en Monitoren, Delft City Apps
Kosten
€ 202.007,50
19
A9.
HydroCity
Ontwikkelen en in de praktijk demonstreren van een digitale hydrologische toolbox voor de ondersteuning van efficiënt en transparant stedelijk waterbeheer, met nadruk op de analyse van maatregelen aan het stedelijke oppervlak. Met de te ontwikkelen Digitale Delta tools kan integrale waterinformatie eenvoudig beschikbaar worden gemaakt voor operationeel beheer, assetmanagement en publiekscommunicatie. Ter toetsing en demonstratie worden er diverse informatiebronnen uit het gebied en van externe leveranciers op de toolbox aangesloten: telemetrische informatie en geo-informatie. De toolbox helpt bij het vinden van kostenbesparende maatregelen in de openbare ruimte ter voorkoming van wateroverlast en droogteproblemen die samenhangen met klimaatverandering en intensivering van het grondgebruik. Aard project
Showcase
Partners
HydroLogic Research, Disdrometrics, NEO, Delfland
Activiteit
Ontwikkelen en in de praktijk demonstreren van een digitale hydrologische toolbox voor de ondersteuning van efficiënt en transparant stedelijk waterbeheer, met nadruk op de analyse van maatregelen aan het stedelijke oppervlak. Met de te ontwikkelen Digitale Delta tools kan integrale waterinformatie eenvoudig beschikbaar worden gemaakt voor operationeel beheer, asset-management en publiekscommunicatie. Ter toetsing en demonstratie worden er diverse informatiebronnen uit het gebied en van externe leveranciers op de toolbox aangesloten: telemetrische informatie en geo-informatie..
Resultaat
Web-tools en applicaties voor analyse van stedelijk waterbeheer en van het slim gebruik van het stedelijke oppervlak.
Economisch effect
Deze use case is erop gericht de innovatiekracht en groei van het mkb in de regio te vergroten door het beschikbaar krijgen van praktijkklare tools waarmee het stedelijke waterbeheer inzichtelijk wordt gemaakt en slimme maatregelen in de openbare ruimte kunnen worden getoetst op effectiviteit. Dit wordt gedaan door het koppelen van bestaande en nieuwe meetinstrumenten, meetnetwerken en online tools die door de betreffende bedrijven worden ontwikkeld en landelijk en internationaal kunnen worden ingezet.
Toepassingsgebied
Grootstedelijke gebieden in het Delflandse beheersgebied
Kosten
€ 298.036,80
20
B1.
Projectmanagement
De inrichting, opstart, realisatie, voortgang en uiteindelijk ook de beëindiging met bijbehorende rapportages van een dergelijk project met een veelvoud aan partijen en belanghebbenden is geen sinecure. Het projectmanagement gerelateerd aan de subsidiabele activiteiten is onder te verdelen in: A. B. C. D.
Projectontwikkeling Programmamanagement Projectuitvoering Promotie en publiciteit
Ad A. Projectontwikkeling Voor de realisatie van de proeftuin wordt een projectplan opgesteld die dient voor de uitvoering van het project en ter onderbouwing van de additionele benodigde financiering vanuit Kansen voor West. Het adequaat beschrijven en inrichten van de benodigde projecten alsook de aanvraag van de subsidie vraagt om specialistische kennis en vaardigheden die niet in een van deelnemende organisaties voor handen is. Voor het beheer van de subsidie wordt een adequate projectadministratie ingericht. (Zie: projectorganisatie). Ad B. Programmamanagement Delfland zet een senior programmamanager in (externe inhuur op basis van 1,5 dgn per week)) die supervisie houdt op het totaal verloop van de proeftuin, met daarbinnen aandacht voor afstemming tussen alle projectpartners, aandacht voor finance en project-control. Daarnaast onderhoudt deze programmamanager externe contacten voor wat betreft afstemming en voortgang met onder andere de nationale Digitale Delta, met belangengroeperingen en met externe stakeholders. Ad C. Projectmanager De dagelijkse projectleiding wordt belegd bij een senior projectmanager (externe inhuur, op basis van 2 dagen per week) die behalve een ruime ervaring in projectmanagement tevens wordt geselecteerd op ‗soft skills‘. De uitvoering van het project ‗Proeftuin Digitale Delta‘ kent vele facetten die ‗regulier‘ projectmanagement kunnen verstoren. Vandaar dat de te selecteren projectmanager voor een groot deel wordt geselecteerd op basis van persoonlijkheid, flexibiliteit, tact en doorzettingsvermogen. De projectmanager dient er op voorbereid te zijn dat in dit project regelmatig sprake kan zijn van (min of meer) conflicterende belangen tussen projectpartners onderling, of tussen projectpartners en interne of externe partijen. De activiteiten en de kosten zijn direct gekoppeld aan ondergebracht bij de subsidiabele activiteiten. Ad D. Marketing en communicatie Gedurende de looptijd van het project worden uiteenlopende partijen op de hoogte gehouden van de voortgang. Daarnaast wordt het project proactief uitgedragen. Bij de communicatieuitingen wordt rekening gehouden met de vigerende Europese wet- en regelgeving. Het project voorziet in: Een web site; Ieder kwartaal een digitale nieuwsbrief (3 stuks totaal); Presentaties op tenminste 2 conferenties of beurzen; Optioneel: bijdrage aan handels- en verkenningsmissies.
21
B2A.
Integrale ICT: Inzet digitale platforms
Elke toepassing gerealiseerd binnen de proeftuin Digitale Delta zal op zichzelf een slag moeten maken in het efficiënter worden van het totale waterbeheer. De kracht van het hele programma zit echter in het ontwikkelen van functionaliteit die hergebruik en innovatie stimuleert, zodat additionele toepassingen en use cases makkelijker en sneller te realiseren zijn dan voorheen. Dit maakt het Digitaal Platform als geheel steeds waardevoller. Hiertoe wordt een Digitale Delta ontwikkel- en test-platform ingekocht. Dit IT-platform wordt door Rijkswaterstaat gebruikt voor andere use-cases en het aansluiten van een variëteit aan databronnen en informatiesystemen. Het bestaat uit de volgende componenten: Inrichting Digitale Delta platform, die in een ontwikkel- en testomgeving in de cloud wordt aangeboden volgens het Software As a Service principe. Hierop worden de koppelingen, functionaliteit en use cases gerealiseerd ten behoeve van het onderzoek. Het platform wordt ingekocht voor een basistermijn van 12 maanden. Het platform is schaalbaar waardoor ook onderlinge data-uitwisseling mogelijk moet zijn tussen de proeftuin van Delfland en de landelijke use cases met onder meer Rijkswaterstaat; Modulair en schaalbaar: Gedurende de 18 maanden wordt begonnen met het realiseren van de basisinfrastructuur (data distributielaag) en worden meer en meer use cases en koppelingen gerealiseerd. Ook kan er worden opgeschaald in de te ontsluiten functionaliteit en kan de aandacht worden verlegd na aantonen van de voordelen voor de primaire processen; Openheid en toegankelijkheid Digitaal Platform. De aanpak maakt het mogelijk voor de Use Cases om snel en aan het Digitaal Platform waardoor direct toegevoegde waarde ontstaat door de mogelijkheid van uitwisseling en integratie van data en informatie (o.a. applicaties, sensoren, modellen, meetnetten, databases, datadistributie services etc.); Het Digitaal Platform levert ontwikkelfunctionaliteit voor de use cases met een aantal waardevolle kenmerken, zoals een Catalogus registry, search engine, Security backup en recovery performance monitoring. B2B.
ICT Architectuur
Deze activiteit is gericht op (1) het ontwikkelen van de architectuur voor testomgeving(en) en (2) het voeden van de architectuur van de Nationale Digitale Delta. Om de proeftuin een samenhangend en succesvol resultaat op te laten leveren is het essentieel dat bij aanvang van de proeftuinen een aantal architectuur maatregelen worden genomen (―architectuur-principes worden vastgesteld‖). Versnellen van implementaties en opschaalbaarheid staan hierbij centraal. Tevens biedt het de mogelijkheid om lering te trekken uit het toepassen van architectuurprincipes in de diverse deelprojecten.
22
4.4
Niet-subsidiabele activiteiten
Onderstaande deelprojecten worden uitgevoerd binnen de proeftuin en dragen bij aan het nationale project, maar maken geen deel uit van de subsidieaanvraag. Voor de volledigheid worden de inhoud, de toegevoegde waarde voor de regio en de resultaten hieronder beschreven. A2.
Digitaal Delfland
Onderzocht wordt in hoeverre wateroverlast en droogte kunnen worden voorspeld door online analyse van de hydrologie van de polders en het boezemland. Door het realiseren van een gebied dekkende waterbalans op polderniveau kunnen situaties van wateroverlast beter worden voorspeld. De te ontwikkelen tools bieden de beheerder een nieuw instrument waarmee inzichtelijk kan worden gemaakt wanneer er een verhoogd risico op wateroverlast ontstaat. De waterbalans wordt niet alleen uit metingen opgebouwd, maar ook aangevuld met weerkundige verwachtingen, waardoor tot 10 dagen vooruit een beeld ontstaat van het wateroverlastrisico. Het geheel wordt via configureerbare Geo-tools van HydroNET beschikbaar gemaakt, die zijn gebaseerd op de resultaten van het HydroCity project. Gedurende het project zal worden bekeken in hoeverre de data uit de waterbalans als input voor het BOS Delfland kan dienen. Use cases ‗Droogtevoorspelling en Publieksobservatorium‘, en ‗Digitale Polder‘, maken gebruik van zijn van ‗Digitaal Delfland‘. De deelprojecten zijn onderdeel van het Europese WeSenseIt project. A2A.
Droogtevoorspelling en publieksobservatorium
Het doel is om de jaarlijkse controle van dijken te ondersteunen met invoer van gegevens via smartphone en tablet, waarbij gebruik wordt gemaakt van GPS voor lokalisering van de observatie en interactie met een centrale GIS applicatie die observaties direct zichtbaar maakt en combineert met informatie uit satellieten, radars en in-situ metingen. Deze worden aangevuld met observaties van professionals en burgers. Op basis van de door STOWA ontwikkelde SPI technologie wordt dan een schatting gemaakt van de vernatting en verdroging in de dijken. Dit zal met name voor de veendijken in het gebied worden gedaan. Deze informatie zal, net als de overige informatie beschikbaar worden gemaakt via de HydroNET portal die is gebaseerd op de HydroCity technologie. Hierin kan mogelijk worden aangesloten bij de initiatieven van het DDSC. Door de combinatie van real-time meting en observatie kan op een nieuwe manier een risicoprofiel van een dijk worden gemaakt die sneller leidt tot detailinspecties. Daarnaast wordt informatie onttrokken uit sociale media zoals Twitter en Facebook. Hiervoor worden op crisisbestrijding gespecialiseerde tools ingezet van WeSenseIt partner K-Now. Zo ontstaat een publieksobservatorium dat een schat aan nieuwe informatie oplevert, de burgerbetrokkenheid vergroot, ondersteunt bij een grotere daadkracht van het waterschap en risico‘s en schade verlaagt.
23
Aard project
Onderzoek
Partners
HydroLogic, Disdrometrics en IHE (vanuit WeSenseIt), RWS en Delfland.
Activiteit
Aanvullen van statische data en gegevens met dynamische data voortkomend uit crowd souding en social media.
Resultaat
een publieksobservatorium die burgerbetrokkenheid vergroot, ondersteunt bij een grotere daadkracht van het waterschap in crisissituaties en risico‘s en schade verlaagt.
Toepassingsgebied
Beheergebeid Delfland
A2B.
Digitale Polder
Rondom Delft en de TU wijk wordt monitoring data en sensorinformatie via de Digitale Delta ontsloten. Met behulp van al deze metingen in de TU Wijk, de binnenstad en het Delftse Hout wordt een real-time observatorium gemaakt waarvan de data direct beschikbaar is voor alle gebruikers in de TU Wijk: bewoners, werkenden en studenten. Alle data wordt ontsloten via mobiele apps op de smartphone (Delft City Apps). Onderzocht wordt of het mogelijk is om augmented reality in te zetten: het door de smartphone kijken naar hoogwaterstanden als resultaat van een scenarioberekening en daarop reageren door deelnemers aan de oefening. Met behulp van een real-time model wordt berekend wat de waterstromen in de TU wijk zijn en wanneer er kans op hoogwater is. Bewoners kunnen feedback geven op de berekende informatie. Voor het model kan gebruik worden gemaakt van de Tygron simulatie, van CityFlood dat in HydroCity is ontwikkeld en van het instrumentarium waarover Delfland beschikt. Deel van de monitoring informatie kan worden verkregen uit het project Slim Meten en Monitoren dat wordt uitgevoerd onder leiding van Witteveen + Bos.
Aard project
Showcase Hydronet
Partners
Gemeente Delft, Gemeente Den Haag, Delfland, HydroLogic, Disdrometrics, Advanticsys, K-Now, (Witteveen + Bos)
Activiteit
Ontsluiten data en gegevens wijk
Resultaat
Een real-time observatorium
Toepassingsgebied
TU-wijk, Delft
24
A6.
Dynamische sturing
Het project richt zich het combineren van databronnen van bedrijven(tuinders)/waterschap/ gemeenten en rijkswaterstaat voor een integrale en dynamische real time sturing van bergingsbassins, stuwen en gemalen voor een optimaal waterbeheer. Door een optimale sturing is er (veel) minder ruimte nodig voor waterberging en is dus meer ruimte beschikbaar voor economische activiteiten. Centraal staat het bij elkaar brengen van de organisaties: tuinders, Land en tuinbouw organisatie (LTO), gemeente en Hoogheemraadschap. Doel is om gezamenlijk te zoeken naar alternatieve oplossingen voor waterberging. De real time sturing van bassins, stedelijke en landelijk watersysteem is een haalbaar en betaalbaar alternatief, maar vereist wel een aantal technologische innovaties. De innovaties hebben betrekking op sensoren, data ontsluiting/telemetrie en modellen (3Di). Binnen het project zal in diverse casestudies sturingsalternatieven worden onderzocht.
Aard project
Showcase
Partners
HHD, Deltares, Nelen & Schuurmans
Activiteit
Projectontwikkeling, opzetten database, interviews, workshops, aanschaf hardware en software, aanschaf, plaatsen en beheer sensors
Resultaat
Online sturingssysteem
Economisch effect
Nog niet bekend
Exportwaarde
Nog niet bekend
Toepassingsgebied
Glastuinbouwgebied Westland
A8.
3Di in de stad: besparen en effectief investeren
3Di-rolering in de stad. Doel van het project is om sneller en gedetailleerder te rekenen en de uitkomsten beter (w.o. 3 dimensionaal) te visualiseren. Hierdoor verbetert de communicatie met belanghebbenden zowel bij dagelijks beheer als tijdens calamiteiten. Daarnaast kunnen gemeente en waterschap nut en noodzaak van investeringen in de waterketen beter onderbouwen en afwegen alsook de raakvlakken met de openbare ruimte en het watersysteem meer accuraat besturen. Met het nieuwe concept van 3D visualisatie met een zeer snel rekenhart wordt het mogelijk om wateroverlastvraagstukken anders te gaan benaderen. Investeringen van de omvang die gemeenten en waterschappen doen, rechtvaardigen het gebruik van het best beschikbare instrumentarium. 3D visualisatie is daarbij bovendien een prachtig communicatiemiddel.
25
Aard project
Showcase
Partners
HHD, Deltares, Nelen & Schuurmans
Activiteit
Dataverzameling, workshops, ondersteuning en toetsing 3Di-modellen, ontwikkeling platform en GIS-tools, aanschaf en beheer servers, inzet specifieke expertise rekenkern
Resultaat
3d-visualisaties op basis van een veelheid aan databronnen. GIS-kaarten en eindrapportages
Economisch effect
Problemen op het grensvlak van openbare ruimte, riolering en watersysteem vinden in elke Nederlandse stad plaats. De potentiële besparingen voor de beheerders die zij door gebruik van deze tool kunnen ondervinden zijn omvangrijk. De vraag naar een dergelijke toepassing, indien succesvol uitgevoerd, is navenant. Enkele miljoenen.
Exportwaarde
Problemen op het grensvlak van openbare ruimte, riolering en watersysteem vinden wereldwijd plaats. Dit is vaak lastig omdat data en gegevens van openbare ruimte, riolering en watersysteem niet eenduidig bij dezelfde organisaties te vinden is. Een systeem dat inzicht creëert door vele databronnen te koppelen heeft grote export potentie. (vele miljoenen)
Toepassingsgebied
lokale schaal
Integratie
3Di, Werken in ‘t Veld, showcase Lizard, Nationale Regenradar
26
5
Resultaten
5.1
Impact
Het beschrijven van het belang en de impact van het totale project in meer algemene termen (in hoofdstuk 3 zijn de effecten per project benoemd). 1. Directe economische effecten zijn bij het betrokken bedrijfsleven: effecten als directe werkgelegenheid, kostenreductie, exportproduct, uitrol internationaal en omzetgroei. 2. Indirecte economische effecten bij toeleveranciers en dienstverleners: Het project creëert eenvoud in het integreren van diensten en deelverbeteringen of nieuwe toepassingen te gelde te maken. Het platform biedt een centraal overzicht van alle beschikbare waterdiensten en waterdata Eenmaal de convergentie (afspraken) regelen en daarna kijkt men niet meer om naar het inpassen in allerlei systemen; Kwantitatieve bezuinigingen in het primaire proces van de waterbeheersers door slimme toepassingen. Bijvoorbeeld: bezuinigingen op fysiek dijkonderhoud door betere informatievoorziening en minder rioolonderhoud door betere (knelpunt-) informatie. De Apple App Store en varianten daarvan hebben aangetoond dat informatie technologie uitermate geschikt is om crowdsourcing te faciliteren wat tot snellere ontwikkeling van toepassingen leidt tegen lagere kosten; Optimaliseren van rendement halen uit eerder gedane investeringen, bijvoorbeeld in de bestaande ICT-infrastructuur. (Optimale (her)gebruik van bestaande data en diensten.); Kostenreducties en efficiency in de diverse processen en (ICT-) bedrijfsvoering. Bijvoorbeeld door standaardisatie en samenvoeging naar gemeenschappelijke ICTsystemen; Reductie van het aantal standaarden levert grote efficiëntie besparingen op. Realiseren kostenreducties doelmatigheidswinst op onderhoud door betere informatievoorziening. Bijvoorbeeld ten aanzien van (knelpunt-) informatie. 3. Afgeleide economische kennisontwikkeling:
effecten
zoals
bijdrage
aan
de
kenniseconomie,
Dankzij de App Store wordt het duidelijk wat er in de markt is en kan de beste oplossing worden ontwikkeld en aangeschaft. Het beschikbaar stellen van kennis en informatie over het functioneren van het watersysteem vergroot de zichtbaarheid van waterschap en gemeente als betrouwbare overheid. Omdat burgers en ondernemers zelf kunnen kiezen welke toepassingen (app‘s) zij inzetten voor contacten met de overheid verbetert de dienstverlening aan diezelfde burger. Zij krijgen betere informatie en kunnen zich gemakkelijker organiseren (kennis) wanneer dit in hun voordeel is; De Digitale Delta maakt netcentrisch werken op grote schaal mogelijk en stelt zo waterbeheerders (Rijkswaterstaat, waterschappen) drinkwaterbedrijven en gemeente(n) in staat om met beschikbare data en informatie effectievere (beleids)beslissingen nemen, onder meer rondom wateroverlast.
27
Ontwikkeling nieuwe producten voor de thuismarkt en de export. Eenmaal ontwikkeld heeft de dienst direct een wereldwijde afzetmarkt. Via de App Store zijn alle diensten beschikbaar in Nederland en daarbuiten. Realisatie van een etalage van Water- en ICT-producten in de BV NL: door diverse Water- en ICTtoepassingen in één systeem te realiseren kan worden gezien hoe effectief de diverse Water- en ICT-toepassingen in de praktijk functioneren.
5.2
Indicatoren
Voor het bepalen van de economische impact op de regio en de bijdrage aan het regionale programma zijn de economische effecten gekwantificeerd middels onderstaande indicatoren. Het gaat hier slechts om de gekwantificeerde resultaten van de subsidiabele activiteiten. De output van het totale project is vele malen groter.
1. Aantal R&D projecten dat wordt ondersteund. 2. Aantal ondersteunde mkb bedrijven. 3. Aantal ondersteunde startende bedrijven en kleine bedrijven jonger dan 5 jaar. 4. Uitgelokte private vervolginvestering. Investering die plaatsvindt doordat het project is voltooid. 5. Aantal samenwerkingsverbanden tussen bedrijven en kennis- onderzoeksen onderwijsinstellingen. 6. Aantal bruto gecreëerde arbeidsplaatsen: Werkgelegenheid die ontstaat als rechtstreeks gevolg van de realisatie van het project (FTE).
Aantal 1 4 2 0 1 5
Indicator 1 en 5 Er is sprake van een R&D project met een samenwerking tussen bedrijven, publieke organisaties en een kennisinstelling Indicator 2 en 3 Aan het project nemen een viertal mkb-ondernemingen deel waarvan twee ondernemingen vallen onder de categorie ― startende bedrijven jonger dan 5 jaar‖ Indicator 4 Het eindresultaat van het project leidt tot vervolginvesteringen in zowel de publieke (verder ontwikkeling technologie) en de private sector (technologieontwikkeling, benutten platform voor commerciële activiteiten). Omdat de private investeringen geen directe activiteit van projectpartners betreft is de hoogte ervan niet realistisch in te schatten in deze fase. Derhalve is de indicator op 0 gesteld. Indicator 6 De resultaten van het project de Proeftuin Fysieke Digitale Delta zullen worden voortgezet in o.a. het nationale project de Proeftuin Fysieke Digitale Delta . De publieke vervolginvestering van dit project wordt geschat op € 500.000. Uitgaande van één gecreëerde bruto fte per € 100.000 aan vervolginvestering komt het aantal gecreëerde arbeidsplaatsen op 5.
28
6
Planning en organisatie
6.1
Organisatorische positionering
6.2
Projectorganisatie
Het Hoogheemraadschap Delfland treedt op als leadpartner binnen dit project en is eindbegunstigde. Voor de uitvoering en coördinatie van het project wordt een externe programmamanager ingehuurd. Voor de uitvoering van de inhoudelijke projecten wordt een externe projectmanager ingehuurd. Voor de uitvoering van het project en het beheer van de subsidie wordt een adequate projectadministratie ingericht die bestaat uit de volgende onderdelen: Een digitaal beheersysteem; Een algemeen projectdossier waarin alle correspondentie over het project wordt vastgelegd en de (vestigings-) adresgegevens van alle betrokken partijen (waaronder de gegevens van de aanvrager en begunstigde); Een financieel projectdossier waarin alle facturen worden opgeborgen en waarbij deze gerubriceerd worden volgens de kostensoorten die zijn vastgelegd in de EFRO bijdragetoekenning. Van elke factuur dient de betaaldatum (dit is de datum waarop de bank het gefactureerde bedrag overmaakt aan de crediteur) vastgelegd te worden. De projectorganisatie wordt belegd bij de afdeling Financiële Administratie van het Hoogheemraadschap van Delfland. Het Hoogheemraadschap heeft ervaring met de uitvoering van EFRO-projecten. De administratie wordt conform de in deze projecten opgedane ervaring ingericht.
29
6.3
Planning en fasering
Het onderzoek zal gedurende een periode van 2 jaar worden uitgevoerd op een aantal specifieke locaties in het beheergebied van het Hoogheemraadschap van Delfland. Door deze periode van onderzoek kunnen verschillende configuraties worden uitgevoerd en getoetst. Hierdoor worden niet alleen effecten op de kleine schaal van de deelprojecten worden onderzocht, maar zal er ook inzicht worden verkregen in de effecten over de drie deelprojecten heen. De periode is verdeeld in verschillende fasen met hun eigen planning en onderzoekspunten. Fase 1: Karakterisering van de deelprojecten (Definitie deelprojecten) De karakterisering van de werkpakketten zal gebeuren tijdens de beginfase van het onderzoek in samenwerking met de betrokken partijen. Deze karakterisering moet een inzicht geven in de (technische) mogelijkheden om de projectdoelen te verwezenlijken en een indicatie van de verwachte effecten. De resultaten van de karakterisering kunnen ook het ontwerp van het te realiseren systeem ondersteunen. Vanwege verschillende ontwikkelfasen en –snelheid vindt de opstart van de deelprojecten niet in één keer plaats maar stapsgewijs. Fase 2: Realisatie (Ontwikkelen) Nadat in de eerste fase de projecten zijn opgestart zal in deze fase de testomgeving operationeel zijn. Ten eerste zal de referentielijn worden geoptimaliseerd zodat daadwerkelijk gedurende het hele onderzoek een vaste referentie wordt verkregen. Daarnaast zal de eerste mogelijke innovatie lijn worden onderzocht. De eerst mogelijke combinatie die wordt onderzocht zal later worden vastgesteld. Fase 3: Optimaliseren en uittesten van verschillende innovatieve deelprojecten (Testen en valideren) In de derde fase zullen alle mogelijke ICT-opties en samenstellingen in de proeftuin worden uitgetest. Doel van het onderzoek is de verschillende mogelijkheden te onderzoeken op prestatie en economische potentie in vergelijking tot de huidige situatie. Deze periode is voldoende om de prestatie van een gekozen technische verandering te kunnen beoordelen. Fase 4: Verder ontwikkelen van één of meerdere innovatieve lijnen (Voorbereiden uitrol) In de laatste fase zal de beste optie van het voorafgaande onderzoek verder worden onderzocht en geoptimaliseerd. Door de gekozen combinatie langer te onderzoeken gaan er extra informatie worden verkregen die van belang is voor het ontwerp van een full scale toepassing. Daarnaast kunnen vragen die zijn blijven liggen in de voorgaande fasen beter en dieper worden onderzocht. In het onderstaande overzicht is de planning van het project in de tijd weergegeven.
30
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 A Inhoudelijke activiteiten A1 Werken in 't veld Karakterisering Realisatie Testen en valideren A2 Praktijkpilot SKK Karakterisering Realisatie Testen en valideren A1 Hydrociy Karakterisering Realisatie Testen en valideren
D1
D2
D3
B Faciliterende activiteiten B1 Project management Project management Rapportages Communicatie B2A ICT Platform Requirements en voorwaarden Testen B2B ICT Architectuur Requirements en voorwaarden Testen
D4
D5
D6
D7 D8
De met rood gemarkeerde planningsvelden zijn deliverables, deze zijn in onderstaande tabel weergegeven:
Deliverables D1
Validatierapport
D2
Validatierapport
D3
Validatierapport
D4
Tussenrapportage
D5
Tussenrapportage
D6
Tussenrapportage
D7
Eindrapportage
D8
Promotie event
31
7
Financiën
7.1
Kosten- en financieringsbegroting
De subsidiabele activiteiten zijn opgenomen in de kostenbegroting. De kosten zijn ingedeeld op basis kostencategorieën. De financieringsbegroting is opgesteld op basis van de bijdrage van de projectpartners en de gevraagde EFRO-bijdrage. Daarnaast is een kostenbegroting op partnerniveau opgesteld. In een detailbegroting zijn de kosten per deelactiviteit opgebouwd en inzichtelijk gemaakt (zie bijlage).
32
7.2
Toelichting op de begroting
Het project bestaat uit loonkosten, promotiekosten en kosten derden. Loonkosten Aan de loonkosten inschatting per partner ligt een urenschatting en tariefschatting ter grondslag. In onderstaande tabel is het totaal aantal uren en het gemiddeld uurtarief per partner opgenomen. Partner
Aantal uren
Tarief
Loonkosten
Type
Hoogheemraadschap
1.774,00
88,00
Bronteq
1.000,00
35,00
35.000,00 Vast tarief
Hydrologic
1.400,00
70,00
98.000,00 IKT
Disdrometics
600,00
70,00
42.000,00 IKT
NEO
600,00
70,00
42.000,00 IKT
TU Delft
576,00
90,00
51.840,00 IKT
5.950,00
156.112,00 IKT
424.952,00
Promotie en publiciteit Voor de kosten voor promotie en publiciteit is een totaalschatting gemaakt voor de onderstaande kostenposten: Website Filmmateriaal Overige promotiekosten (drukwerk et cetera) Totaal: € 20.000 Overige kosten derden De overige kosten derden zijn als volgt begroot (exclusief btw):
33
Niet-verrekenbare btw De penvoerder Hoogheemraadschap van Delfland betaalt alle overige kosten derden en promotiekosten. Deze kosten zijn met btw belast. De penvoerder is niet btw-plichtig en kan derhalve de btw niet verrekenen. Om deze reden is btw (21% over alle verwachte promotiekosten en overige kosten derden) opgevoerd als subsidiabele kostenpost.
7.3
Interventiepercentage
De maximale absolute bijdrage vanuit Kansen voor West bedraagt € 700.000,- De maximale bijdrage vanuit EFRO bedraagt 50%. Het interventiepercentage op basis van deze begroting bedraagt 52,90%. Conform afspraak met het steunpunt Europa van de provincie Zuid Holland wordt een bijdrage van 27,90% gevraagd vanuit EFRO en 25% vanuit Rijkscofinanciering.
7.4
Financiële planning/financieringsplan
Het project kent een looptijd van 24 maanden- en start op 1 februari 2013. De kosten worden gefaseerd gerealiseerd, met het zwaartepunt in de realisatiefase. Periode
Verwachte kosten
2013 2014 2015
600.000 700.000 23.159,20
34
7.5
Additionaliteit/noodzaak EFRO
De uit te voeren activiteiten worden uitgevoerd met het oog op een systeeminnovatie. Door het maken van deze stap is een groot aantal organisaties in staat om in het vervolg laagdrempelig, op een eenduidige wijze toegang te krijgen tot betrouwbare data- en gegevensbronnen binnen de watersector en deze te combineren. Onder systeeminnovatie wordt in dit geval verstaan die bedrijfs- en organisatie overstijgende vernieuwing die door uiteenlopende belanghebbenden binnen de gouden driehoek gezamenlijk gerealiseerd worden, die de inbreng van uiteenlopende soorten kennis en vaardigheden vergen, en die de verhoudingen tussen belanghebbende spelers ingrijpend veranderen. Voor wat betreft de randvoorwaarden waarbinnen het ontwikkelen en uitvoeren van de systeeminnovatie moet hebben staat vast dat een actieve betrokkenheid van het bedrijfsleven (en andere relevante partijen) een absolute vereiste is. Het genereren van zo'n betrokkenheid is daarom kerntaak van het project. Omdat daarvoor de in bovenstaand programma genoemde activiteiten benodigd zijn en op geen enkele andere wijze voorzien in de financiering wordt de inzet van Europese middelen gevraagd. Het uitblijven van deze middelen leidt tot een situatie waarin het project anders niet of in kleinere, niet adequate noch effectieve vorm wordt uitgevoerd.
35
8
Wet- en Regelgeving
8.1
Staatssteun
Het project kent twee ―type‖ partners: mkb-ondernemingen en publieke partners. De projectbegroting en subsidietoewijzing zijn als volgt verdeeld over de type partners:
Deze mkb-partners (Bronteq, HydroLogic Research, Disdrometrics en NEO) ontvangen subsidie op basis van de gemaakte projectkosten. De subsidiebedragen (kosten minus eigen bijdrage) per mkb-onderneming variëren € 35.000 tot € 135.000. Omdat de mkb-partners geen andere staatssteun ontvangen vallen de genoemde bedragen binnen de de-minimis grens van € 200.000 steun per drie jaar. De partners zullen hiertoe een de-minimis verklaring ondertekenen. Hierdoor kan het subsidiedeel aan de mkb-partners (€ 250.400) geoormerkt worden als geoorloofde steun. Het overige deel van de gevraagde subsidie (€ 449.600) wordt verstrekt aan de overige partners: Hoogheemraadschap van Delfland, TU Delft en Rijkswaterstaat. De subsidie wordt verstrekt aan publieke entiteiten. De subsidie wordt verstrekt voor de volgende projectonderdelen: A1 A7 A9 B1 B2A B2B
Werken in t veld Praktijkpilot SSK HydroCity Projectmanagement Digitaal platform ICT architectuur
De use cases en de IT onderdelen (B2A en B2B) worden in relatie met elkaar uitgevoerd. De cases vormen input en testgelegenheid voor de ontwikkeling van het platform en de architectuur. Na afloop van het subsidieproject wordt de beschikbare kennis en het platform om niet beschikbaar gesteld voor doorontwikkeling (via het nationale project de Digitale Delta). Zowel het bedrijfsleven als de overheid kan dus vrij over de projectoutput beschikken. Op deze wijze borgen de projectpartners dat er geen sprake is van marktverstoring danwel een concurrentievoordeel voor een van de partners. Er is dus geen sprake van ongeoorloofde staatssteun bij de subsidie aan de publieke projectpartners. Eindconclusie is dat er voor de activiteiten van de publieke partners geen sprake is van (ongeoorloofde) staatssteun. De activiteiten en verstrekte subsidie voor de MKB partners vallen binnen de-minimis en zijn derhalve geoorloofd.
36
8.2
Aanbesteding
Het Hoogheemraadschap is een aanbestedingsplichtige dienst met een eigen inkoopbeleid. De inkoop beslisboom met drempelbedragen is opgenomen in de bijlage bij het aanvraagformulier. Daarnaast worden de Europese aanbestedingsdrempels voor het verstrekken van overheidsopdrachten in acht genomen. Uit paragraaf 7.2 is herleidbaar dat alle te gunnen opdrachten beneden de drempel voor Europese aanbesteding vallen (grootste geschatte opdrachtwaarde is € 120.000).
8.3
Artikel 55 /inkomsten genererende projecten
Tijdens het project worden geen inkomsten gegenereerd. De technologie die na afloop van het project beschikbaar komt is publiekelijk beschikbaar, de projectdeelnemers generen geen directe omzet of inkomsten uit het project. Artikel 55 van verordening 1083/2006 is niet van toepassing.
37
9
Duurzaamheidstoets
De proeftuin Fysieke Digitale Delta heeft als ambitie om een open platform te realiseren voor de informatievoorziening en het ontsluiten van informatie relevant voor het waterbeheer in Nederland voor zowel publieke, private als kennisorganisaties. Het resultaat van deze ambitie dient meerdere duurzaamheidsdoelstellingen: Planet Duurzaam watergebruik door het realiseren van efficiënter en effectiever waterbeheer. Door het beschikbaar komen van meer informatie over neerslag, waterstanden etc. en de evaluatie daarvan kunnen verbeteringsmaatregelen geformuleerd worden; Tegengaan verzilting Het zorgen voor een goed waterbeheer draagt bij aan de opgave om de verzilting waar mogelijk tegen te gaan. Profit Efficiency- en kwaliteitsvoordelen voor de waterbeheerders door een betere en bredere ontsluiting en verlaagt de drempel voor onderzoekers en bedrijfsleven om nieuwe kennis en toepassingen sneller te ontwikkelen; Efficiencywinst en kostenreductie door hergebruik van eerder ontwikkelde functionaliteit en kennis, door eenvoudiger toegang tot benodigde data en door marktwerking; Springplank naar de markt Het biedt een springplank naar een snel groeiende internationale markt voor waterinformatietechnologie.
People Veiligheid Een groot deel van ons (dichtbevolkte) land ligt beneden zeeniveau. Door klimaatverandering stijgt de zeespiegel en regent het meer. Daarnaast hebben delen van ons land te maken met bodemdaling. Het project levert een bijdrage aan de opgave om ons land veilig en droog te houden voor onze bewoners. Volksgezondheid Door middel van duurzaam waterbeheer wordt gewerkt aan een betere kwaliteit van water (gezond en schoon drinkwater) en wordt er voor gezorgd dat er voldoende zoet water beschikbaar zal zijn. Dit is van belang omdat de verwachting is dat zoetwatertekorten in de toekomst vaker zullen voorkomen. Door middel van dit schema dient u aan te geven wat de effecten van uw project op het vlak van duurzaamheid zijn. Drie invalshoeken staan centraal: Planet, Profit en People.
38
Bijlage 1:
Activiteitenbeschrijving
39
Activiteitenbeschrijving In deze bijlage zijn de subsidiabele projectactiviteiten van de proeftuin Fysieke Digitale Delta beschreven Subsidiabele projectactiviteiten: A1 A7 A9 B2A B2B B1
Project WERKEN IN ‗T VELD . Praktijkpilot SSK Hydrocity Integrale ICT: Inzet digitaal platform Integrale ICT architectuur Projectmanagement
Activiteit A1: werken in ’t veld (Digitale Schouwmeester 0,1) Omschrijving
Delfland heeft meerdere applicaties waarbij een mobiele app toegevoegde waarde heeft. De toekomst biedt veel kansen met mobiele telefonie en app‘s. Met name omdat data uit verschillende bronnen voedend is voor de eigen databronnen en de toepassingen die het waterschap gebruikt. Door Crowd Sourcing en Data Mining voortgebrachte informatie met statische en real time informatie en data te koppelen met de eigen statische informatie. In het project wordt ook data opgevraagd die gebruikt wordt in de andere deelprojecten in de proeftuin. Zo ontstaat een duidelijk beeld van de interoperabiliteit (de werkzaamheid in onderling verband) en kan worden aangetoond welke waarde wordt gecreëerd indien datastromen aan elkaar kunnen worden verbonden en op nieuwe toepassingsgebieden worden ingezet.
Aard van het project
Project in de proeftuin waar bedrijven de juridische, beleidsmatige en fysieke ruimte en voorzieningen krijgen voor het uittesten/beproeven van toepassingen op het gebied van delta- en watertechnologie.
Projectorganisatie
Projectleiding ligt bij het Hoogheemraadschap van Delfland
Partijen
Hoogheemraadschap van Delfland
Rol in het project:
Het Hoogheemraadschap van Delfland (overheid) ontwikkelt een systeem waarmee app‘s van andere partijen direct worden verbonden met data (gegevens) uit de praktijk. Hiermee wordt het mogelijk om app‘s van externe partijen in te zetten voor gebruik in de reguliere taken van de eigen organisatie.
40
Resultaat
o o o
Economische effecten Direct Indirect Afgeleid
In het project wordt een applicatie ontwikkeld die wordt gebruikt bij vergunningverlening en handhaving. Mensen in het veld komen objecten tegen waarvan zij zich afvragen of er een vergunning voor is verleend, bijvoorbeeld een schuurtje op een dijk. Ter ondersteuning van deze vraag kan de gebruiker een lijst met objecten in de buurt opvragen (een aan te geven straal rond de lokatie van de gebruiker). In de weergave kan worden doorgeklikt voor details van het object. Zo nodig kan de gebruiker een melding maken met een beschrijving, de locatie, datum/tijdstip en een foto. De Digitale schouwmeester 0,1 is een eerste toepassing voor gebruik van Crowd Sourcing in combinatie met Open Data. Het product wordt zoveel mogelijk schaalbaar voor andere waterschappen opgezet. Tegelijk wordt hiermee een toegang geboden voor andere mkb-ers om app‘s voor het waterbeheer in de dagelijkse praktijk toe te passen. Met het product wordt door minimale inzet vanuit het waterschap ingezet op maximale inzet vanuit de samenleving (Crwod sourcing). Hierdoor ontstaan significante besparingsmogelijkheden.
Activiteit A7: Praktijkpilot SSK Omschrijving
De Smart Sensor Kit (SSK) is in samenwerking met commerciële partners ontwikkeld om data-acquisitie, productie en distributie van sensordata te optimaliseren. De kit maakt gebruik van een internationale open standaard (SWE) voor data-acquisitie en datadistributie. Toepassing van de SSK zorgt naast flexibiliteit, eenvoud en hogere kwaliteit ook voor aanzienlijke besparing op beheer en onderhoud en beschikbaarheid van meetnetten en zorgt voor uniforme uitwisselbaarheid van gegevens.
Aard van het project
Project in de proeftuin waar bedrijven de juridische, beleidsmatige en fysieke ruimte en voorzieningen krijgen voor het uittesten/beproeven van toepassingen op het gebied van delta- en watertechnologie. De praktijkpilot omvat een test van de robuustheid en duurzaamheid van de SSK door koppeling aan diverse sensoren, het uitvoeren van diverse site testen en het testen van remote aansturing.
Projectorganisatie
Project in de proeftuin waar bedrijven de juridische, beleidsmatige en fysieke ruimte en voorzieningen krijgen voor het uittesten/beproeven van toepassingen op het gebied van delta- en watertechnologie
Partijen
Rijkswaterstaat, overheid, projectpartner Bronteq (mkb), projectpartner Delfland, overheid, projectpartner
41
o o o
Partijen en fasering
Het testen en valideren van nieuwe methodieken van sensortechnologie a) inventariseren van huidige methodes (in principe bekend) b) selecteren van zinvolle testlocaties (huidige sensormeetpunten of nieuwe meetpunten) c) ontwikkelen van slimme sensoren en slimme verwerking en inwinning component (dit gaat verder dan de Smart Sensor Kit). d) het schrijven of aanpassen van software en het aansluiten hiervan op de infrastructuur van HHD, cq op het ontwikkelplatform van DD e) het uitvoeren van diverse tests vwb datastandaarden, flexibiliteit van de infrastructuur f) vergaren van conclusies, doorvoeren van verbeterplannen
Rol in het project:
Data op open standaard en sensor- en organisatie onafhankelijke wijze te kunnen inwinnen, valideren en distribueren informatie is op locatie reeds beschikbaar, hetgeen een grote verbetering is tov de huidige methodes, waarbij 'slechts' ruwe data op locatie beschikbaar is waardoor optimale flexibiliteit en een verlaging van kosten kan worden gerealiseerd.
Resultaat
Het toepassen van de SSK binnen de proeftuin laat zien wat deze ontwikkeling voor andere partijen binnen de watersector kan betekenen. Met de inzet van de SSK krijgen allerlei partijen laagdrempelig toegang tot sensoren die elders gebruikt worden. De praktijkpilot omvat een test van de robuustheid en duurzaamheid van de SSK door koppeling aan diverse sensoren, het uitvoeren van diverse site testen en het testen van remote aansturing.
Economische effecten Direct Indirect Afgeleid
Door de ontwikkeling van de Smart Sensor Kit krijgen grote groepen nieuwe gebruikers tegen minimale inspanning toegang tot reeds bestaande sensordata. Na de praktijkpilot wordt de SSK over bredere groepen uitgerold. Dit levert werk op voor een aantal toeleveranciers en producenten van hard- en software binnen de Zuidvleugel.
42
Activiteit A9 : HydroCity Omschrijving
Ontwikkelen en in de praktijk demonstreren van een digitale hydrologische toolbox voor de ondersteuning van efficiënt en transparant stedelijk waterbeheer, met nadruk op de analyse van maatregelen aan het stedelijke oppervlak. Met de te ontwikkelen digitale delta tools kan integrale waterinformatie eenvoudig beschikbaar worden gemaakt voor operationeel beheer, asset-management en publiekscommunicatie. Ter toetsing en demonstratie worden er diverse informatiebronnen uit het gebied en van externe leveranciers op de toolbox aangesloten: telemetrische informatie en geo-informatie. De toolbox helpt bij het vinden van kostenbesparende maatregelen in de openbare ruimte ter voorkoming van wateroverlast en droogteproblemen die samenhangen met klimaatverandering en intensivering van het grondgebruik.
Aard van het project
Project in de proeftuin waar bedrijven de juridische, beleidsmatige en fysieke ruimte en voorzieningen krijgen voor het uittesten/beproeven van (precommerciële) toepassingen op het gebied van delta- en watertechnologie.
Fasering
1. Onderzoeken en ontwikkelen koppelvlakken met de Technische Automatisering Delfland, meetdata van Delft, Den Haag en Rotterdam. 2. Verbinden van datastromen via de Digitale Delta. 3. Doorontwikkeling van meetinstrumenten (Disdrometrics) en slimme netwerken (Smart Sensor Kit) en opstelling in stedelijk gebied en rond waterkeringen. 4. Beschikbaar maken van de relevante real-time metingen in de HydroNET portal en dashboards. 5. Toetsing van het oplossen van wateropgaven in de openbare ruimte door slim gebruik van het stedelijke oppervlak.
Partijen
Betrokken organisaties: HydroLogic Research (A. Lobbrecht), Disdrometrics (S. de Jong, N. van de Giesen), NEO (R. Beck), Delfland (D. Daal).
Werkwijze
De diverse componenten van de stedelijke hydrologische kringloop worden inzichtelijk gemaakt, denk aan: neerslaginformatie, waterstanden in het oppervlaktewater, in riolen, riooloverstorten, water-op-straat situaties, wateroverlast, etc. Hiervoor is het nodig om eerst alle relevante beschikbare monitoringgegevens van het stedelijk waterbeheer via web-services te ontsluiten. Deze gegevens staan onder beheer bij verschillende instanties: gemeente, waterschap, provincie en dataleveranciers. De ontsloten gegevens worden inzichtelijk gevisualiseerd met geografisch georiënteerde tools via de HydroNET portal, tablets en mobiele apps (DelftCityApps), waardoor de hydrologie van de stad in alle facetten inzichtelijk wordt. De gegevens worden verrijkt met hydrologische simulatiemodellen voor het oppervlak en rioolmodellen. Het onderzoek wordt uitgevoerd bij de grotere stedelijke gebieden in het Delflandse beheersgebied: Den Haag, Rotterdam en Delft.
43
o o o
Resultaat
Web-tools en applicaties voor analyse van stedelijk waterbeheer en van het slim gebruik van het stedelijke oppervlak.
Economische effecten Direct Indirect Afgeleid
Deze use case is erop gericht de innovatiekracht en groei van het mkb in de regio te vergroten door het beschikbaar krijgen van praktijk-klare tools waarmee het stedelijke waterbeheer inzichtelijk wordt gemaakt en slimme maatregelen in de openbare ruimte kunnen worden getoetst op effectiviteit. Dit wordt gedaan door het koppelen van bestaande en nieuwe meetinstrumenten, meetnetwerken en online tools die door de betreffende bedrijven worden ontwikkeld en landelijk en internationaal kunnen worden ingezet.
SBIR
HydroCity heeft als R&D idee een innovatieprijs gewonnen in 2011, waarmee onderzoeksgelden beschikbaar zijn gekomen om de voor het concept benodigde technologie te ontwerpen en te beproeven. Het project heeft inzichten en prototypen opgeleverd en is eind 2012 succesvol afgesloten. Partijen die deelnamen in deze showcase waren daarbij ook betrokken. HydroCity gaat voort als samenwerkingsverband voor het marktrijp maken van de prototypen. De showcase biedt gelegenheid om deze noodzakelijke stap tot commercialisatie te nemen.
Activiteit B2A : Digitaal Platform Omschrijving
Voorwaardelijk voor het succes van het project is de vraag of het mogelijk is om data en kennis ten behoeve van gebruikers in de watersector op uniforme en laagdrempelige wijze ontsluiten. Om deze vraag te beantwoorden wordt er, gebruik makende van een zogenoemde Service gerichte ICT architectuur, ingezet op de realisatie van een test- en validatie platform. Elke toepassing gerealiseerd binnen de proeftuin Digitale Delta zal op zichzelf een slag moeten maken in het efficiënter worden van het totale waterbeheer. De kracht van het hele programma zit echter in het ontwikkelen van functionaliteit die hergebruik en innovatie stimuleert, zodat additionele toepassingen en use cases makkelijker en sneller te realiseren zijn dan voorheen. Dit maakt het Digitaal Platform als geheel steeds waardevoller. Hiertoe wordt een Digitale Delta ontwikkel- en test-platform ingekocht. Dit ITplatform wordt door Rijkswaterstaat gebruikt voor andere use-cases en het aansluiten van een variëteit aan databronnen en informatiesystemen. Het bestaat uit de volgende componenten: Inrichting Digitale Delta platform, die in een ontwikkel- en testomgeving in de cloud wordt aangeboden volgens het Software As a Service principe. Hierop worden de koppelingen, functionaliteit en use cases gerealiseerd ten behoeve van het onderzoek. Het platform wordt ingekocht voor een basistermijn van 12 maanden. Het platform is schaalbaar waardoor ook onderlinge data-uitwisseling mogelijk moet zijn tussen de proeftuin van Delfland en de landelijke use cases met onder meer Rijkswaterstaat.
44
Modulair en schaalbaar: Gedurende de 18 maanden wordt begonnen met het realiseren van de basisinfrastructuur (data distributielaag) en worden meer en meer use cases en koppelingen gerealiseerd. Ook kan er worden opgeschaald in de te ontsluiten functionaliteit en kan de aandacht worden verlegd na aantonen van de voordelen voor de primaire processen. Openheid en toegankelijkheid Digitaal Platform. De aanpak maakt het mogelijk voor de Use Cases om snel en aan het Digitaal Platform waardoor direct toegevoegde waarde ontstaat door de mogelijkheid van uitwisseling en integratie van data en informatie (o.a. applicaties, sensoren, modellen, meetnetten, databases, datadistributie services etc.). Het Digitaal Platform levert ontwikkelfunctionaliteit voor de use cases met een aantal waardevolle kenmerken, zoals een Catalogus registry, search engine, Security backup en recovery performance monitoring. Onderzoeksopzet proeftuin
In de onderzoeksopzet/proeftuin worden meerdere modellen (alternatieven) onderzocht die het mogelijk moeten maken om data en kennis ten behoeve van gebruikers in de watersector op uniforme en laagdrempelige wijze ontsluiten. Hiertoe worden van verschillende organisaties de software oplossingen c.q. platforms getoetst. Model A Voor model A wordt voor de duur van het project een test en validatieplatform aangeschaft (gehost), een Digitaal Platform. Deze wordt ook in andere use- cases in Nederland gebruikt en levert gedurende de onderzoeksperiode vergelijkbare informatie over de te beantwoorden vragen. Het Digitale Delta platform bestaat uit de benodigde software, die in een ontwikkel en testomgeving in de cloud zal worden aangeboden waarop de koppelingen, functionaliteit en use cases worden gerealiseerd ten behoeve van het onderzoek. Gedurende de beschikbaarheid van het platform (18 maanden) zal begonnen worden met het realiseren van de basis infrastructuur (distributielaag) en zullen er landelijk meer en meer use cases en koppelingen worden gerealiseerd. Dit zorgt ervoor dat er meer databronnen dan die in de proeftuin aanwezig zijn beschikbaar komen zodat kan de aandacht worden verlegd naar aantonen van de voordelen voor de primaire processen.
Model B Model B gaat niet uit van één centrale distributielaag, maar gerbuikt deze
45
slechts als het noodzakelijk is. Het koppelt verschillende software systemen (oa. FEWS, 3Di, Lizard, Hydronet) koppelen en kan zo een waardevolle bijdrage leveren aan het uniforme en laagdrempelige wijze ontsluiten van data en kennis ten behoeve van gebruikers in de watersector. Beide modellen moeten voldoen aan de volgende specificaties: 1. 2. 3. 4.
o o o
Uitwisseling en gebruik openstandaarden; Identificeren van gebruikers en rechten; Register van services om gegevens te vinden; Identificatie van gegevens en objecten.
Aard van het project
Project in de proeftuin waar bedrijven de juridische, beleidsmatige en fysieke ruimte en voorzieningen krijgen voor het uittesten/beproeven van (precommerciële) toepassingen op het gebied van delta- en watertechnologie.
Partijen
Delfland
Resultaat
Inzicht in de wijze waarop bestaande systemen in staat zijn om schaalbaar om data en kennis ten behoeve van gebruikers in de watersector op uniforme en laagdrempelige wijze en ontsluiten.
Economische effecten Direct Indirect Afgeleid
De economische kansen van een integraal platform zijn spectaculair! Voor de Nederlandse watersector betekent dit een innovatieve internationale voorsprong die tot vele spin offs zal leiden. In het kielzog van de grote spelers (IBM, RWS, Deltares) zal hier ook voor mkb specialistische ondernemingen veel omzet, zowel in NL als daarbuiten, te realiseren zijn.
46
Activiteit B2B: Integrale ICT architectuur Omschrijving Aanpak
Op hoofdlijnen zal een inhoudelijke aanpak over een aantal fasen worden gevolgd. Deze aanpak levert een pragmatische start waarmee direct inzicht ontstaat in de problematiek rond het koppelen van systemen en ontsluiten van data over organisatiegrenzen heen. 1.
Analyse use cases Voorafgaand aan de start van het Digitale Delta programma wordt een analyse van de use cases uitgevoerd. De resultaten van deze opdracht zijn het startpunt voor dit project. De volgende twee fasen richten zich met name op de IT aspecten van de Digitale Delta en specifiek het koppelen van systemen en databronnen over organisatiegrenzen heen en deze voor een brede gebruikersgroep toegankelijk maken. De ervaring zal inzichten en antwoorden op de onderzoeksvragen opleveren waar een toekomstige operationele omgeving aan zal moeten voldoen, welke obstakels zullen moeten worden geslecht en op welke gebieden nieuwe (IT) kennis en functionaliteit nodig zal zijn.
2.
Realisatie primaire use cases en data distributielaag In deze fase wordt het basis platform opgezet, de eerste basis functionaliteit ontworpen en ontsloten, zoals een registry (telefoonboek) voor het terugvinden van informatie en de data-distributielaag. Na afloop van deze fase zullen partners van de Digitale Delta in staat zijn toegang te krijgen tot die ontsloten databronnen via de eerste basis implementatie van het registry.
3.
Realisatie additionele databronnen In fase 1 is ervaring opgedaan waardoor het aansluiten en realiseren van meer use cases en databronnen naar verwachting sneller zal gaan. Het is de intentie zo veel mogelijk databronnen aan te sluiten.
4.
Aantonen voordelen en nieuwe mogelijkheden voor eindgebruikers, wetenschappers en ontwikkelaars tbv het Nederlandse Waterbeheer
In deze fase richt het onderzoek zich met name op het aantonen van de doelen van de Digitale Delta. Partijen
Rijkswaterstaat, Delfland/TUD
Rol in het project:
RWS: ontwerp domeinarchitectuur HHD/ RWS: schets integrale systeem architectuur aansluitend op de domeinarchitectuur
47
o o o
Resultaat
Dit project levert een architectuurplaat op die de architectuurprincipes markeert en die aansluit bij de domeinarchitectuur voor de watersector. De systeemarchitectuur is leidend voor het Integrale Platform en ook voor alle aan te haken systemen, voor het modelinstrumentarium en voor de datastandaarden.
Economische effecten Direct Indirect Afgeleid
Dank zij een eenduidige architectuur kunnen systemen met elkaar verbonden worden, kunnen informatiestromen op logische wijze met elkaar in verbinding gebracht worden en worden nodeloze dubbele systemen en handelingen geëlimineerd. De economische waarde ligt met name in het creëren van efficiëntie.
Activiteit B1: Projectmanagement Doelstelling:
De governancestructuur van het project Fysieke Digitale Delta bevat een projectbureau die een aantal taken en rollen uitvoert en zorgt voor coördinatie, voortgang en communicatie.
Meerwaarde:
De meerwaarde van een projectmanagement bureau is dat op een centraal punt kennisborging, coördinatie en communicatie bij elkaar komen voor zowel outbound als inbound activiteiten
Projectactiviteiten
Het projectbureau verzorgt de invulling van de volgende werkzaamheden: 1.
Projectmanagement algemeen & operationele ondersteuning Voortgang bewaking. Optreden bij (sommige) afwijkingen van project uitvoering. Sturen op de realisatie van de integrale, deelproject overstijgende doelen (IT-architectuur, onderzoeksvragen ed.) Beheer programma van eisen / programma van mogelijkheden Beschikbaarheid ICT infrastructuur Sturing op realisatie testomgeving, datacommunicatie, Instellen en leiden AWI (change advisory board) Processen, procedures, contactpersonen Projectmanagement en –financiering Sturing op projectadministratie Regelmatig communiceren (in samenwerking met formele afdelingen) (Dutch Water Management Consulting & Projects)
2.
Integrale projectsturing (opdrachtgeverschap) Coördinatie, planning, allignment etc Proeftuin Fysieke Digitale Delta Uitvoeren van interventies, workshops en sessies. Projectinformatie up-to-date houden, bijeenkomsten Ondersteuning van projectteam
48
(Hoogheemraadschap van Delfland) 3.
Ondersteuning Verzorgen evaluatiemomenten, rapportages en verslaglegging Planning. Risico monitoring Juridische zaken/ aanbesteding Externe betrekkingen Diverse administratieve werkzaamheden (Hoogheemraadschap van Delfland)
4.
Coördinatie fysieke werkzaamheden binnen proeftuin (Hoogheemraadschap van Delfland)
5.
Realisatie projectactiviteiten in projecten (Hoogheemraadschap van Delfland)
6.
Communicatie en promotie De focus van communicatie over Water & ICT en het gedachtegoed van de Proeftuin Fysieke Digitale Delta is essentieel. Nu het programma enige bekendheid heeft gekregen, is het van cruciaal belang om dat momentum vast te houden en verder uit te bouwen. Opschaling naar andere waterschappen en de regionale diensten van Rijkswaterstaat is cruciaal. Naast nationale communicatie is het ook van belang dat de Digitale Delta ook een rol gaat spelen in Europese consortia (in kader van de het European Innovation Partnership en de European Innovation Union 2020) Het project voorziet in: 1. Een website 2. Een digitale nieuwsbrief (3 stuks totaal) 3. Presentaties op tenminste 2 conferenties of beurzen 4. Optioneel: bijdrage aan handels- en verkenningsmissies (Hoogheemraadschap van Delfland)
7.
Administratie De focus van activiteit 6 richt zich op het inrichten van een afzonderlijke projectadministratie die op kasbasis wordt gevoerd, waarin alle noodzakelijke gegevens tijdig, betrouwbaar en volledig zijn vastgelegd en zijn te verifiëren met bewijsstukken, voldoende waarborgen biedt voor correcte en adequate tussentijdse rapportages en eindrapportage. De focus van activiteit 6 richt zich eveneens op het inrichten en inzetten van een adequate administratieve organisatie en interne controle AO/IC.
49
Projectadministratie, tussen- en eind-rapportages, inhoudelijk/financieel De werkzaamheden kunnen volwaardig starten vanaf 1 februari 2013 en lopen door tot uiterlijk 1 januari 2015 (verantwoording). De inzet van mensen is de harde kern van de uitvoering van projecten en programma‘s (Hoogheemraadschap van Delfland) Partijen
Hoogheemraadschap van Delfland
50