DE DESKUNDIGEN
DOSSIER
Yvonne van Sark is auteur van het boek Puberbrein binnenstebuiten en is mede-eigenaar van jongerencommunicatiebureau YoungWorks.
De wereld van een puber zit vol verleidingen. Hoe ga je daar als ouder mee om? Stel je grenzen of laat je ze vrij? En hoe wérken die puberhersenen eigenlijk?
Ninette van Hasselt werkt bij het Trimbos-instituut en is auteur van Pubers en uitgaan.
Sabine Peters is hersenonderzoeker bij Universiteit Leiden en richt zich op de hersenwerking in de puberteit.
Drank , drugs, games... en het puberbrein 08 | 16
119
DRUGS, ALCOHOL EN PUBERS: NIET HANDIG Puberorganen zijn nog in ontwikkeling. Hersenen bijvoorbeeld tot het 24ste jaar. Drinken pubers alcohol of gebruiken ze drugs, dan heeft dat een negatieve invloed op die ontwikkeling. Daarnaast: hoe jonger iemand begint met alcohol en drugs, hoe groter de kans op verslaving.
Sneller (en langer) dronken Pubers krijgen bij dezelfde hoeveelheid alcohol een hoger promillage alcohol in hun bloed dan volwassenen. Ze zijn ook sneller dronken (zelfs al drinken ze hetzelfde), doordat ze minder wegen. De dronkenschap duurt daarnaast langer, een puberlever heeft namelijk meer tijd nodig om alcohol af te breken.
‘Houd je puber geen doemscenario’s voor, maar blijf bij de feiten’ Yvonne van Sark schreef een boek over het puberbrein en is mede-eigenaar van jongerencommunicatiebureau YoungWorks. Waarom zijn drugs, drank en gamen zo verleidelijk voor pubers?
tegenwoordig steeds minder voorkomt bij pubers.”
“Pubers ontdekken de wereld nog, willen zichzelf een houding geven, zijn gevoelig voor groepsdruk én proberen hun positie ten opzichte van ouders te bepalen. Dat maakt hen extra vatbaar voor verleidingen. Bovendien denken ze vaak: ‘Is dit nú leuk? Dan doe ik het!’ Ze kijken eerder naar het nu dan naar de gevolgen.”
“Het blijkt dat pubers er baat bij hebben als ze weten wat de kaders zijn. Regels stellen is ook een uiting van liefde en betrokkenheid.”
Welke boodschap komt wel binnen en welke niet? “Het beste werkt het als je niet gaat verwijten, niet meteen dramascenario’s voorhoudt zoals ‘straks ga je nog aan de heroïne’ en het feitelijk houdt. Daarnaast blijkt verder actief ontmoedigingsbeleid ook succesvol. Blaastesten voor schoolfeesten, horecacontroles, alcoholleeftijdwetgeving, het heeft er allemaal voor gezorgd dat drank- en drugsmisbruik 120
08 | 16
Regels stellen dus? Maar dan wordt het toch juist aantrekkelijk die te overtreden?
Rond welke leeftijd ga je het gesprek aan? “Vóór ze ermee in aanraking komen, maar als het al wel in hun belevingswereld past. Ergens aan het begin van de middelbare school.”
Wat werkt beter bij pubers? Straffen of belonen? “Uit onderzoek blijkt dat straffen werkt, maar belonen werkt veel beter. De ‘als je achttien bent en dit-en-ditniet-doet, betalen we je rijbewijs’ is nog steeds een goed werkende methode.” Puberbrein binnenstebuiten, Huub Nelis en Yvonne van Sark, € 15 (Kosmos).
DOSSIER
Dáárom is gamen zo verslavend
BINGEDRINKEN
Problematisch gamegedrag is best nieuw (‘gameverslaving’ is nog niet opgenomen in de DSM, het handboek met alle psychiatrische aandoeningen, zie kader ‘Wanneer is het mis’). Nederland heeft 12.000 jongeren tussen de 13 en 16 jaar (voornamelijk jongens) die problematisch gamegedrag vertonen. Risicolopers: jongeren die zich eenzaam voelen, weinig zelfvertrouwen hebben en niet goed zijn in sociale contacten. Waarom games zo verslavend zijn? Ze zijn ingericht op ‘doorgaan’. Zo heeft het spel World of Warcraft wel zeventig levels. Ook dat er met anderen (via online platforms) wordt samengewerkt en dat pubers zo erkenning, status en sociaal contact krijgen, maakt het aantrekkelijk. Extra verslavingstrigger: games kun je tegenwoordig op je telefoon spelen; altijd en overal. Over telefoongebruik gesproken: volgens het laatste CBS-onderzoek is 1 op de 6 jongeren naar eigen zeggen verslaafd aan social media. Ook iets wat zich vooral mobiel afspeelt.
Een groot deel van de jongeren heeft ervaring met bingedrinken: meer dan vijf glazen alcohol drinken per gelegenheid. Ruim 40% van de jongeren vanaf 15 jaar doet het elke maand wel minstens één keer. Rond de 18 jaar is dit zelfs ruim 60%. 1 op de 20 jongens van 16 jaar blowt meer dan tien keer per maand 1 op de 100 meisjes van 16 jaar blowt meer dan tien keer per maand
WANNEER IS HET MIS? Heeft je puber echt een probleem? De DSM (een handboek waarin alle psychiatrische aandoeningen staan) heeft elf criteria waardoor je weet dat er sprake is van een substance abuse disorder (‘middelenmisbruik’, de DSM spreekt niet van ‘verslavingen’).
JE PUBER…
gebruikt vaker en meer dan hij of zij van plan is (kan ook gelden voor gamen) stopt veel tijd in gebruiken én herstellen probeert te stoppen/minderen, maar dit lukt niet verlangt erg naar het middel heeft door het gebruik problemen op school, werk of thuis blíjft gebruiken, ook al gaat het niet goed geeft hobby’s, sociale activiteiten of werk op maakt het niet uit dat hij of zij misschien gevaar loopt, gebruiken is belangrijker weet dat gebruik lichamelijke of psychische gevolgen heeft, maar gaat toch door heeft steeds meer nodig krijgt ‘zonder’, onthoudingsverschijnselen
‘Puberhersenen zijn meer bezig met ‘is dit leuk?’ dan met ‘is dit verstandig?’’ Hersenonderzoeker Sabine Peters van Universiteit Leiden weet veel van de hersenwerking in de puberteit. “Puberhersenen werken anders dan hersenen van volwassenen. De hersenen hebben twee belangrijke systemen: het emotionele systeem en het rationele systeem. Bij pubers is het rationele systeem nog in ontwikkeling, maar draait het emotionele systeem juist extreem hard. Harder dan in de vroege jeugd of in volwassenheid. Kort samengevat: ze zijn meer bezig met ‘Is dit leuk?’ dan met ‘Is dit verstandig?’. Het beloningssysteem is
in de puberteit extra gevoelig. Pubers zullen daardoor sneller dan normaal vallen voor verleidingen zoals drugs of drank, omdat díe het beloningssysteem een kick geven. En doordat het rationele deel er nauwelijks een rem op zet, zijn pubers vaak ook niet bezig met de gevolgen van hun acties. Als iemand 23 is, is het rationele systeem volgroeid en denkt hij meer na over wat voor consequenties beslissingen kunnen hebben. Tot die tijd zul je als ouders een beetje ‘voor rationeel systeem moeten spelen’ door bijvoorbeeld duidelijk gevolgen te benoemen.” ▶
08 | 16
121
Subtiele signalen Sommige signalen die kunnen duiden op een verslaving, zijn moeilijk te onderscheiden van de puberteit an sich. Toch is het handig bij de volgende dingen ‘je voelsprieten goed uit te steken’: 1. Je puber verandert van gedrag. Wordt bijvoorbeeld opeens veel prateriger (dat kan een bijwerking zijn van xtc of speed), slomer (wiet) of durft opeens meer (alcohol). 2. Er zijn duidelijke stemmingswisselingen. 3. Er wordt vaker en sneller gedronken (als het om problemen met alcohol gaat). 4. De sociale kring verandert, maar vrienden of vriendinnen worden nauwelijks mee naar huis genomen, vaak weet je niet waar je kind is. 5. Terwijl je vroeger nog wist wat je kind bezighield, zondert hij of zij zich nu helemaal af. 6. Je betrapt je kind steeds vaker op leugens. 7. Opeens is je puber buitengewoon moe en opvallend bleek. 8. Eetgedrag verandert: de kast met koekjes is constant leeg of opeens heeft je puber juist geen honger meer. 9. Er zijn áltijd geldproblemen. 10. Je komt vreemde dingen tegen, bijvoorbeeld folie, rietjes (voor sommige soorten drugs heb je bepaald materiaal nodig). 11. Je hebt het gevoel dat je puber je actief ontloopt. 12. Je kind heeft iets rusteloos over zich, vertoont vluchtgedrag (wil bijvoorbeeld niet meer aan het gezinsleven deelnemen) en maakt een afwezige indruk. 13. Als je er iets over zegt, wordt je kind boos.
Help!
Het aantal jongeren dat h voor problemen ulp zoekt m drugs of gamenet drank, afgelopen jare , is de n licht toegenomen.
‘Leg ze het waaróm uit, dat werkt vaak het best’ Ninette van Hasselt van het Trimbos-instituut en auteur van Pubers en uitgaan reageert op vier stellingen. Het is beter dat ze het in huis doen, onder onze ogen
122
Alles is tegenwoordig veel makkelijker te krijgen
“Nee. Daarmee geef je namelijk het signaal af dat het dus oké is. Ouders denken dat ze daarmee erger voorkomen, maar eigenlijk faciliteer je het op deze manier.”
“Wat altijd zo is geweest: als jongeren iets willen proberen, lukt het ze tóch wel. Drugs zijn tegenwoordig wel veel goedkoper. Vooral xtc. Was dat 25 jaar geleden nog 25 gulden per pil, nu is het ongeveer € 3,50. Dat maakt de drempel natuurlijk wel lager.”
Drugsgebruik onder jongeren neemt toe
Drugs zijn gevaarlijker dan twintig jaar geleden
“Vooral onder jongvolwassenen neemt het gebruik van drugs zoals ecstasy (xtc) toe, zeker bij diegenen die vaak uitgaan. Onder middelbare scholieren zien we dat - nog – niet, maar we hebben geen recente cijfers. Het aantal drugsincidenten onder jongeren is in elk geval niet gestegen.”
“Dat kun je niet zo zeggen, het verschilt per drug. De markt is behoorlijk veranderd: xtc is populairder dan ooit. Bij dat middel gaat het vooral om acute risico’s zoals oververhitting en watervergiftiging. De dosis werkzame stoffen in xtc is wel hoger dan vroeger, net als in wiet.”
08 | 16
DOSSIER
‘Ze zelf de verantwoordelijkheid geven, dat werkt bij die van ons’ Rianne (47) is moeder van Elle (18) en Luc (16). “Mijn eigen ouders zeiden altijd: je moet alles vooral proberen, dan weet je tenminste wat het inhoudt. Ik was een verantwoordelijke puber, doordat ik het vertrouwen van mijn ouders kreeg, ging ik nooit een grens over. Datzelfde zie ik bij mijn kinderen, vooral bij Elle. Ik heb bij beiden aangegeven dat ze best dingen mogen proberen als ze dat per se willen, maar dat wíj het absoluut níét verstandig vinden. Al op de lagere school kregen ze voorlichting, daar hebben we toen thuis ook een gesprek aan gewijd. Elle heeft één keer een joint gerookt en drinkt weleens, maar ze is erg consciëntieus en vertelt me er ook altijd
meteen over. Luc is een gesloten, nuchter type, met weinig vrienden. Hij drinkt weleens wat, maar dan thuis, tijdens een feestje. Dat mag van ons. We weten niet echt wat zich buiten ons huishouden afspeelt, maar eerlijk gezegd denk ik niet dat Luc geïnteresseerd is in drugs. Hij hangt erg aan regels. Ik zou het ook aan hem merken, hij is namelijk heel voorspelbaar in zijn gedrag. Ik denk dat we geluk hebben met onze kinderen, maar ik denk ook dat het bij hen goed werkt dat we hen zelf aan het roer laten, maar ze wél laten weten dat we van ze verwachten dat ze verstandig zijn. Dat geeft in ieder geval bij deze twee denk ik een grotere druk dan ze iets te gaan verbieden.”
vooral voor hun cannabis- en drankgebruik zoeken jongeren vaker hulp NEE, DANK JE ACH, WIJ ZIJN OOK JONG GEWEEST, TOCH? EH… NEE Niet slim: je kinderen vertellen over je eigen ervaringen met drugs. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die horen over de drugservaringen van hun ouders (hoe negatief ook), positiever tegenover drugs staan dan kinderen die er niks van afweten.
Hoe help je je puber nee te zeggen tegen dat pilletje, die joint of dat alcoholische drankje? Probeer ervoor te zorgen dat je kind zelfvertrouwen en eigenwaarde heeft. Dat maakt het gemakkelijker om verleidingen te weerstaan en om niet te bezwijken onder (groeps)druk. Leer je kind nee zeggen, op verschillende vlakken. Nee zeggen is een vaardigheid, oefening maakt meester.
HET GESPREK: DO’S EN DON’TS Hoe ga je met je puber een gesprek aan over drank, drugs en gamen? Wat doe je wel en wat niet? De do’s en don’ts van Het Gesprek.
DO’S
Bedenk dat jij een voorbeeld voor je puber bent. In het geval van gamen: hoe vaak zit jij eigenlijk achter je mobiel? Qua alcohol: drink jij regelmatig een glas wijn in het bijzijn van je kind? Houd het gesprek open; wat zijn zijn of haar ervaringen? Wat vindt hij of zij van bepaalde drugs? Hoe leeft het bij vrienden? Bespreek redenen: waarom doet je puber dit graag? Bij gamen bijvoorbeeld, kan er sprake zijn van vluchten voor de dagelijkse realiteit. Is er iets wat hem of haar dwarszit? Wees nieuwsgierig: wat is er zo lekker aan blowen of drinken? Zorg dat je zelf genoeg weet over het onderwerp, dat maakt je een geloofwaardige gesprekspartner. Kom niet met je eigen ervaringen, dat was een andere tijd. Zorg dat je kind ook genoeg weet. Test zijn of haar kennis, laat weten waar betrouwbare informatie te vinden is (bijvoorbeeld op unity.nl en drugsenuitgaan.nl). Laat je kind weten hoe jij erin staat. Maak afspraken. Stel consequenties aan het overtreden van de afspraken. Op jellinek.nl vind je ‘afsprakenlijsten’. Daarmee maak je het wat minder ‘persoonlijk’.
DON’TS
Veroordelen: dit zorgt ervoor dat je puber dichtslaat en in z’n schulp kruipt. Je stem verheffen: daarmee wordt het een conflict, het moet juist een gesprek zijn. Je kind om de oren slaan met vreselijke verhalen. Dat heeft geen enkele zin. Wat wél goed is; vragen of hij of zij op de hoogte is van de risico’s en samen bespreken hoe jullie die kunnen beperken. ▶
08 | 16
123
KAART HET AAN
tekst: maaike helmer. fotografie: andrebakker.com (portret yvonne van sark), getty. illustratie: kristel steenbergen. bronnen: ad, scientias, jellinek.nl, trimbos instituut, nu.nl, volkskrant, metro, nix18, nos.
Veel ouders vinden het lastig om onderwerpen als drankgebruik te bespreken met hun pubers. NIX18, een campagne van de overheid, heeft daar iets op gevonden, je kunt het nu letterlijk aankaarten tijdens een spelletje Kolonisten van Catan, 30 seconds, Party & Co, Pim Pam Pet en Weerwolven. Er zijn namelijk bij Intertoys en Bart Smit extra kaartjes van deze spellen te koop, waarop dit soort thema’s worden aangekaart. Vooralsnog zijn er 160.000 van de setjes kaarten geproduceerd.
Drank en drugs: nu extra cool?
Han dige s ites
• hoepakjijdataan.n • uwkindenblowen.n l l • drugsinfo.nl • alcoholinfo.nl • gameninfo.nl
Niet al te lang geleden scoorde het duo Lil’ Kleine en Ronnie Flex de hit Drank & Drugs. Veel ouders maakten zich zorgen. Ninette van Hasselt van het Trimbos-instituut: “Toen ik jong was, was er een hit Cocaine, running around my brain en dat lied zorgde ook niet opeens voor een toename van cocaïnegebruik.” Wel kunnen dit soort songs een afspiegeling zijn van wat er leeft in de maatschappij. Ninette: “Dan weten we dat de sociale norm aan het veranderen is en de drempel om (bepaalde) drugs te proberen wellicht lager wordt.”
‘Drugs komen er bij ons niet in, dat weten ze ook’ Ingrid (48) heeft twee zoons van 19 en 16 jaar, Joey en David. “Toen mijn zoons naar de middelbare school gingen, hebben we besproken hoe wij tegenover alcohol en drugs staan. Volgens de wet mogen ze alcohol drinken als ze achttien zijn, dus daarna kunnen we ze dat niet meer verbieden, maar drugs komen er bij ons niet in. In geen enkele vorm. Dat weten ze ook. Mijn zoons zijn gelukkig allebei niet gevoelig voor groepsdruk. De oudste heeft bijvoorbeeld afstand genomen van een vriendengroep toen hij merkte dat die jongens veel gingen blowen in een park. Hij merkt wel dat 124
08 | 16
vrienden soms wat gebruiken, maar vindt dat eigenlijk vooral suf. Hij heeft ook met vrienden drugsincidenten meegemaakt. Dat werkte afschrikwekkend en sluit aan bij ons uitgangspunt: drugs is een néé. Ik vertrouw mijn zoons. En dat wij duidelijk zijn in onze regels, geeft volgens mij ook kaders. Ik kan niet zeker weten dat mijn jongens niets doen, en ik weet eigenlijk niet wat ik zou doen als ik erachter kwam dat ze wél blowen, of een pilletje of snuif nemen. Daar hebben we geen afspraken over gemaakt. Ik denk dat je zoiets pas kunt zeggen als het echt aan de hand is.” ■