Pedagogisch Beleidsplan Stichting Kinderopvang Berlicum / ’t Beertjeshuis BSO De Berenburcht
November 2012
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
2
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
INHOUDSOPGAVE VOORWOORD .............................................................................. 5 1.
INLEIDING ......................................................................... 6
2. 2.1. 2.2.
PEDAGOGISCHE VISIE............................................................ 7 ONZE VISIE OP KINDEROPVANG IN HET KORT .......................................................................... 7 WAAROM LEGGEN WIJ DE NADRUK OP HET VOORGAANDE? ................................................... 7
3.
DE FUNCTIE VAN BUITENSCHOOLSE OPVANG ............................... 8
4.
OMGANG TUSSEN PEDAGOGISCH MEDEWERKERS EN KINDEREN ........ 10
5.
WENNEN........................................................................... 10
6. 6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7. 6.8.
OMGAAN MET ... ................................................................ 11 VOEDING / DIEET ......................................................................................................................... 11 HYGIËNE......................................................................................................................................... 11 TRAKTEREN .................................................................................................................................... 11 CORRIGEREN EN BELONEN ...........................................................................................................12 ZIEKTE VAN HET KIND .................................................................................................................12 ANDERE CULTUREN .......................................................................................................................13 KINDERMISHANDELING ...............................................................................................................13 CENTRUM JEUGD EN GEZIN ........................................................................................................13
7. 7.1. 7.2. 7.3. 7.4.
VEILIGHEID EN HYGIËNE ...................................................... 14 DE BRANDVEILIGHEID..................................................................................................................14 PREVENTIE EN E.H.B.O ...............................................................................................................15 HYGIËNE. .......................................................................................................................................14 HOOFDLUIS. ..................................................................................................................................14
8.
BASISSCHOLEN .................................................................. 15
9. 9.1. 9.2.
VERVOER ........................................................................... 15 PROTOCOL ......................................................................................................................................16 VERZEKERINGEN BETREFFENDE VERVOER .................................................................................17
10.
DE OUDERCOMMISSIE .......................................................... 17
11.
KLACHTENBEHANDELING ....................................................... 18
3
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
12. 12.1. 12.2.
ORGANISATIEBELEID ........................................................... 20 AANMELDING, RESERVERING, PLAATSING, OPZEGGING ........................................................ 20 WACHTLIJST.................................................................................................................................21
13.
SLOTWOORD ...................................................................... 21
4
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
VOORWOORD Voor u ligt het pedagogisch beleidsplan van buitenschoolse opvang De Berenburcht, locatie Berenburcht van Stichting Kinderopvang Berlicum, ‘t Beertjeshuis. In eerste instantie is een raamwerk opgesteld dat samen met de pedagogisch medewerkers is uitgewerkt. In de conceptfase is de oudercommissie en de raad van toezicht erbij betrokken. Doel is het plan regelmatig te actualiseren. Een pedagogisch beleidsplan biedt duidelijkheid naar alle geledingen: het management, medewerkers, de raad van toezicht, oudercommissie, ouders van kinderen en verdere geïnteresseerden. Tevens is het een controle- en evaluatiemiddel voor BSO De Berenburcht.
Berlicum, november 2012 Loes Schouten Directeur-bestuurder
5
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
1. INLEIDING De Stichting Kinderopvang Berlicum is een professionele organisatie voor kinderopvang in de gemeente Sint-Michielsgestel. In 1991 is het kinderdagverblijf ‘t Beertjeshuis in Berlicum geopend. Het kinderdagverblijf bood plaats voor 12 kindplaatsen, voor kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. In 1994 is het kinderdagverblijf gegroeid van 12 naar 24 kindplaatsen. In 2001 zijn we met de derde groep voor 10 kindplaatsen per dag gestart in Middelrode. In juli 2003 zijn we verhuisd naar de huidige locatie. Een nieuw pand dat geheel voldoet aan de eisen van deze tijd. Het kinderdagverblijf is toen uitgebreid met een vierde groep en met buitenschoolse opvang: BSO De Berenburcht. Door de grote groei was er snel ruimtetekort. Na een aantal tussenoplossingen hebben we in maart 2009 een nieuw pand betrokken dat speciaal voor BSO De Berenburcht ontworpen is. Nu in 2012 heeft ’t Beertjeshuis zeven verticale groepen dagopvang, waarbij iedere groep bestaat uit kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Op de hoofdvestiging aan het Schuurkerkpad zijn 6 groepen gevestigd. Daarnaast is 1 groep ondergebracht bij KDV De Diamant, welke gevestigd is in het nieuwe Kindcentrum de Schatkist. Stichting Kinderopvang Berlicum heeft acht groepen BSO. Er zijn vier BSO groepen gehuisvest in de nieuwe locatie naast ’t Beertjeshuis: BSO De Berenburcht. Daarnaast zijn er twee groepen gehuisvest in BSO locatie Theresiaschool, welke grenst aan BSO locatie De Berenburcht. De groepen op BSO De Berenburcht en locatie Theresiaschool zijn naar leeftijd ingedeeld. Sinds maart 2011 is er ook een groep gevestigd in BSO locatie Herman Jozefschool in Middelrode en sinds maart 2012 geeft BSO locatie Norbertusschool onderdak aan de nieuwste groep. Laatstgenoemde locatie heet sinds de opening van het nieuwe kindcentrum in oktober 2012 “BSO locatie De Schatkist”. Voor de dagelijkse gang van zaken is het team verantwoordelijk, waarbij de directeurbestuurder de eindverantwoording heeft. De algehele verantwoording ligt bij de Raad van Toezicht van de Stichting Kinderopvang Berlicum. In dit pedagogisch beleids- en werkplan beschrijven wij onze pedagogische visie, doelstellingen, ontwikkeling en werkwijze. Daarnaast beschrijven wij de randvoorwaarden van andere relevante beleidsgebieden. Het doel van BSO De Berenburcht is het bieden van kwalitatief verantwoorde kinderopvang. Hieraan zijn een aantal noodzakelijke voorwaarden te stellen. Deze voorwaarden worden in dit plan behandeld. Met de aanduiding ouders bedoelen wij ook verzorgers.
6
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
2. PEDAGOGISCHE VISIE BSO De Berenburcht van Stichting Kinderopvang Berlicum ’t Beertjeshuis heeft als doel om kinderen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar, in een voor hen veilige, vertrouwde omgeving op te vangen. Een belangrijk doel van BSO De Berenburcht is dan ook het bieden van kwalitatief goede kinderopvang op het gebied van accommodatie, beroepskrachten, materiaal, pedagogische uitgangspunten, werkwijze en de samenwerking met de ouders.
2.1. Onze visie op kinderopvang in het kort
• • • • •
kinderen volgen in hun ontwikkeling; kinderopvang die voldoet aan de geldende kwaliteitsnormen; een goed functionerende medezeggenschapstructuur voor de ouders; optimale dienstverlening; kinderopvang voor iedereen toegankelijk.
Dit alles kunt u dagelijks terugvinden bij BSO De Berenburcht; de kinderen worden opgevangen in een kwalitatief verantwoorde, veilige en betrouwbare omgeving. BSO De Berenburcht onderscheidt zich op het gebied van opvoedkundige aspecten: •
Veiligheid: BSO De Berenburcht is een veilige basis waar kinderen zich kunnen ontspannen en zichzelf kunnen zijn. Hierbij gaat het om zowel fysieke als sociale veiligheid.
•
Persoonlijke competentie: Het ontwikkelen van persoonskenmerken zoals zelfvertrouwen, zelfstandigheid en de veerkracht waarmee een persoon met problemen kan omgaan en deze weet aan te pakken.
•
Sociale competentie: Het ontwikkelen van vaardigheden met betrekking tot de omgang met andere mensen.
•
Waarden, normen en cultuur: Het zich eigen maken van de Nederlandse cultuur, de waarden en normen van de maatschappij waarin het kind leeft, waarbij ook de andere culturen die in dit land voorkomen niet uit het oog worden verloren.
2.2. Waarom leggen wij de nadruk op het voorgaande? BSO De Berenburcht van Stichting Kinderopvang Berlicum ’t Beertjeshuis heeft een eigen pedagogische visie ontwikkeld over de omgang met kinderen. Hierbij is rekening gehouden met de natuurlijke ontwikkeling van het kind. Verder wil BSO De Berenburcht de omgang en verzorging van kinderen zoveel mogelijk toespitsen op het individuele kind 7
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
binnen een groep. Het is de visie van BSO De Berenburcht dat een kind zich alleen als een zelfstandig individu kan ontplooien wanneer de persoonlijke stadia van ontwikkeling terdege worden gevolgd en hier ook door de pedagogisch medewerkers goed op wordt ingespeeld. Bij BSO De Berenburcht vinden wij het samen zijn, ondernemen, spelen, oplossen en zorgen erg belangrijk. Wij houden bij het verzorgen van activiteiten rekening met het individu en de groep. Wij willen de kinderen niet constant verplichten rekening te houden met de groep (dat moeten ze immers al de hele dag op school). Zo kunnen de kinderen zelf kiezen waar ze willen spelen en wat ze willen doen. Op deze manier worden de drukke en rustige kinderen ook min of meer van elkaar gescheiden, zodat beiden geen last van elkaar ondervinden in hun spel. Als de pedagogisch medewerkers merken dat een aantal kinderen onrustig zijn en graag hun energie kwijt willen, dan wordt een activiteit gedaan waarbij de kinderen stoom kunnen afblazen. De drukke kinderen gaan dan bijvoorbeeld met een aantal pedagogisch medewerkers sporten, tikkertje spelen etc. De rustige kinderen gaan dan bijvoorbeeld knutselen, koekjes bakken of naar een spannend verhaal luisteren uit een boek. Zo wordt er voor gezorgd dat er aan alle behoeftes wordt voldaan.
3. DE FUNCTIE VAN BUITENSCHOOLSE OPVANG Naschoolse opvang is opvang buiten de schooluren voor kinderen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar (tot het verlaten van de basisschool). Hierbij is meestal sprake van een opvangaanbod van elke middag na schooltijd, op roostervrije dagen en gedurende de schoolvakanties. Naschoolse opvang heeft in eerste instantie een opvangfunctie en een zorgfunctie. Het is van groot belang dat de ouders een vertrouwde plek hebben waar hun kind wordt opgevangen. De ouders worden in de gelegenheid gesteld om te kunnen werken, studeren of andere activiteiten te doen. De contacten met alle basisscholen in de kern Berlicum-Middelrode vinden wij erg belangrijk, omdat wij gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de opvang van de kinderen. Kinderen kunnen ook gebruik maken van de voorschoolse opvang tussen 07.30 uur en 08.30 uur. De kinderen hebben thuis al ontbeten en kunnen hier nog lekker even spelen met vriendjes/vriendinnetjes. Rond 08.20 uur worden alle kinderen naar school gebracht door een pedagogisch medewerker. Daarnaast kunnen kinderen gebruik maken van vakantieopvang en van opvang tijdens studie- of roostervrije dagen/continurooster. Kinderen kunnen dan de hele dag naar BSO De Berenburcht komen mits er tenminste vijf kinderen gebruik van maken. Er worden verschillende activiteiten georganiseerd, er wordt met thema’s gewerkt of er worden uitstapjes gemaakt. Jaarlijks wordt er voor alle kinderen een gezamenlijke activiteit georganiseerd. Zo is er in het verleden bijvoorbeeld een Slaapfeest, een Glitterfeest en een Sterrenfeest georganiseerd. 8
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
Het uitsluitend vervullen van de opvangfunctie is naar de visie van BSO De Berenburcht niet voldoende, de kinderen moeten er ook graag komen (recreatie functie). Het moet een plek zijn waar kinderen met plezier een deel van hun vrije tijd doorbrengen. Kinderen kunnen zich bij BSO De Berenburcht ontspannen, dingen doen die ze leuk vinden en vooral zelf kiezen welke activiteiten ze willen doen. De educatieve functie wordt bij BSO De Berenburcht ook niet vergeten. BSO De Berenburcht vindt het belangrijk om kinderen op speelse wijze ook enkele vaardigheden op onder andere sportief of creatief gebied bij te brengen (zoals hockey, schilderen enz.). De cognitieve ontwikkeling van het kind wordt gestimuleerd door bijvoorbeeld rollenspellen. Kinderen en pedagogisch medewerkers kiezen een onderwerp en beelden dit uit: hoe kom ik voor mezelf op? Wat is verlegen zijn en hoe gedraag jij je dan? Hoe kijk je als je boos, verdrietig, blij of bang bent? BSO De Berenburcht hanteert de volgende uitgangspunten: •
Opvang: BSO De Berenburcht biedt onderdak, zorg, bescherming, gezelligheid, persoonlijke aandacht voor ieder kind.
•
Vrije tijd: In de vrije tijd van een kind staat spelen centraal. Hierbij is evenwicht tussen vrij spelen (naar eigen keuze en inzicht zonder sturing van een volwassene) en georganiseerde (groeps-)activiteiten noodzakelijk.
•
Mede opvoeden: Begeleiden van en zorgen voor kinderen gedurende een aantal dagdelen per week betekent ook opvoeden: regels stellen, begeleiden naar zelfstandigheid en motiveren. In samenspraak met ouders neemt BSO De Berenburcht ook een stukje van de opvoedtaak van de ouders over.
•
Inspraak: Ouders en kinderen moeten medeverantwoordelijk kunnen zijn voor regels, de ruimte en het programma van de naschoolse opvang.
•
Voor jong en oud, voor jongens en meisjes: BSO De Berenburcht streeft ernaar de kinderen zoveel mogelijk in te delen in groepen per leeftijdscategorie. Oudere kinderen met andere interesses en een ander kennisniveau dan de kleinere kinderen komen ook in een aparte groep. BSO De Berenburcht streeft ernaar speciale aandacht te geven aan het voor zowel jongens als meisjes aantrekkelijk maken van de opvang, zodat iedereen zich op zijn of haar gemak voelt.
•
Toegankelijk voor iedereen: BSO De Berenburcht is in principe toegankelijk voor alle kinderen binnen het gebied Berlicum en Middelrode (zie plaatsingsbeleid).
•
Continuïteit: Ouders en hun kinderen moeten op de voorziening kunnen rekenen als een tweede thuis. En dit totdat het kind de basisschool verlaat. BSO De Berenburcht is dan ook elke dag door de weeks na schooltijd geopend en de gehele
9
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
dag op roostervrije dagen en gedurende de vakanties. Alleen de week tussen Kerst en Nieuwjaar en de dag na Hemelvaart is BSO De Berenburcht gesloten. •
Geschoold personeel als basis: Het personeel moet minimaal een opleiding hebben voltooid op MBO-niveau gericht op sociaal-pedagogisch, cultureel-pedagogisch of anders gerichte pedagogische opleiding(en). Tevens moet ieder personeelslid in het bezit zijn van een Verklaring Omtrent Gedrag. Het is een verklaring, uitgegeven door het Ministerie van Justitie, waaruit blijkt dat het gedrag van de medewerker geen bezwaar oplevert voor een baan in de kinderopvang.
4. OMGANG TUSSEN PEDAGOGISCH MEDEWERKERS EN KINDEREN Binnen het pedagogisch plan dienen ook de omgangsvormen tussen de pedagogisch medewerkers en de kinderen nadrukkelijk te zijn vastgelegd. BSO De Berenburcht vindt dat de omgang tussen pedagogisch medewerkers en de kinderen gebaseerd is op wederzijds respect. Er wordt naar de kinderen geluisterd. Pedagogisch medewerkers doen actief mee met de verschillende activiteiten en er wordt de kinderen vermaak of rust geboden na een lange schooldag. Wij willen dat de kinderen zich veilig en geborgen voelen zodat zij zich optimaal kunnen ontplooien. BSO De Berenburcht heeft in haar aannamebeleid dan ook de stelregel: het moet duidelijk zijn dat de pedagogisch medewerkers geïnteresseerd zijn in kinderen en het vermogen hebben om liefdevol en met respect met de kinderen om te gaan. De kinderen krijgen uitgelegd waarom bepaalde dingen wel mogen en welke niet. Deze duidelijkheid omtrent de regels blijkt voor kinderen noodzakelijk om helderheid te krijgen. Dit bepaalt mede de sfeer in de groep. De pedagogisch medewerkers stellen regels en grenzen, waarbinnen het kind zich kan bewegen en ontwikkelen. Kinderen weten op die manier precies wat ze aan een pedagogisch medewerker hebben en waar ze aan toe zijn. Dit draagt bij aan het algehele gevoel van veiligheid, vertrouwen en geborgenheid voor de kinderen. De pedagogisch medewerkers trachten de kinderen te begeleiden in de ontwikkeling van het kind op het lichamelijke, verstandelijke, sociaal-emotionele en creatieve vlak door de kinderen te stimuleren en te sturen. Kinderen dienen geprikkeld te worden om hun kennis te verbreden c.q. te verdiepen en hun grenzen steeds te kunnen verleggen. Het aanbieden van verschillende activiteiten en verschillende ruimten waarin deze activiteiten worden uitgevoerd speelt een belangrijke rol. Een uitdagende en overzichtelijke groepsruimte stimuleert de kinderen om dingen te gaan ondernemen. 5. WENNEN Voorafgaand aan de plaatsing nemen de pedagogisch medewerkers contact op met de ouders voor een kennismakingsgesprek. Ouders en kinderen kunnen dan kennis komen maken met de groep. De leiding doet er alles aan om de kinderen op hun gemak te stellen in ongedwongen huiselijke sfeer.
10
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
6. OMGAAN MET ...
6.1. Voeding / dieet De kinderen krijgen tijdens de naschoolse opvang regelmatig te drinken. Ook krijgen zij fruit, rauwkost en een crackertje aangeboden. Tijdens de vakantieopvang en opvang tijdens studie- of roostervrije dagen/continurooster krijgen de kinderen bij de broodmaaltijd hartig en zoet beleg waarvan de eerste boterham altijd met hartig beleg is. Bij de broodmaaltijd drinken we melk. ’s Morgens eten de kinderen fruit en 's middags yoghurt/vla. Tussendoor krijgen kinderen regelmatig te drinken. Indien een kind een dieet moet volgen, zorgt de ouder hier zelf voor. De pedagogisch medewerkers streven ernaar om het kind met een dieet zoveel mogelijk mee te laten genieten met aangepaste traktaties (ouders nemen dit zelf mee.) Fit en Vitaal In 2010 zijn wij gestart met het project Fit en Vitaal, waarbij wij gebruik maken van programma’s om de leefstijl van kinderen te bevorderen. Gezonde voeding en beweging zijn belangrijk voor de goede ontwikkeling van een kind. Ondanks de aandacht daarvoor vanuit zorginstellingen en de media, is er sprake van een toenemend aantal kinderen dat onvoldoende beweging heeft, te zwaar wordt en mogelijk zelfs overgewicht ontwikkelt. De verantwoordelijkheid voor gezonde leefstijl ligt uiteraard primair bij de ouders. Maar ook degenen aan wie delen van de dagelijkse zorg is toevertrouwd, spelen een rol in het voedings- en bewegingspatroon van de kinderen. BSO de Berenburcht wil daarom graag een bijdrage leveren aan de gezonde leefstijl van de kinderen met behulp van het project Fit en Vitaal. De kinderen spelen dagelijks buiten en wij organiseren regelmatig sportweken, waarbij de kinderen onder begeleiding deelnemen aan verschillende sportclinics en beweegactiviteiten. Dit alles ingedeeld naar leeftijd. Dagelijks wordt er seizoensfruit en rauwkost aangeboden . Ook zijn er groentetuintjes die de kinderen zelf mogen onderhouden. Verder wordt er geregeld samen gekookt, waarbij de kinderen bijvoorbeeld soep, fruitspiesjes of andere gezonde hapjes maken. Dit wordt dan als activiteit aangeboden waarbij de nadruk ligt op het samen koken. Het is niet onze bedoeling om dit als maaltijdvervanger aan te bieden.
6.2. Hygiëne Voor en na het eten wassen de kinderen hun handen. Na het toiletbezoek wassen de kinderen hun handen en drogen deze af met papieren handdoekjes.
6.3. Trakteren Op alle groepen is een trommeltje aanwezig waaruit de kinderen bij verjaardagen kunnen trakteren. Ouders hoeven zelf niet voor een traktatie te zorgen. 11
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
6.4. Corrigeren en belonen Voor een kind is het belangrijk om te weten wat de grenzen zijn. Dat kan het kind leren door een vriendelijke, duidelijke en positieve benadering van de pedagogisch medewerkers. Wij spreken liever over corrigeren dan over straffen. Corrigeren kan op verschillende manieren gebeuren, bijvoorbeeld door het afleiden van het kind of het geven van een waarschuwing. De mimiek van ons gezicht is een hulpmiddel bij het overbrengen van de boodschap. De pedagogisch medewerkers zijn terughoudend bij het ingrijpen zolang kinderen elkaar geen pijn doen of er onveilige situaties ontstaan. Wanneer een probleempje zich niet oplost zal de pedagogisch medewerker een handje helpen. Dit kan door afspraken te maken met de kinderen opgelost worden. Bijvoorbeeld: "eerst mag jij op de schommel en dan mag jij". De pedagogisch medewerkers houden rekening met karakterverschillen van de kinderen.
6.5. Ziekte van het kind Een ziek kind voelt zich in de thuissituatie het prettigst. Daarnaast dienen de pedagogisch medewerkers ervoor te waken dat andere kinderen besmet raken in geval van een besmettelijke ziekte. BSO De Berenburcht zal de richtlijnen van de G.G.D. mede laten bepalen of het kind bij ziekte thuis zal moeten blijven. Bij twijfel vragen we advies aan onze huisarts (Hoedpraktijk). Wanneer een kind gedurende de dag op BSO De Berenburcht verhoging krijgt dan brengen we één van de ouders telefonisch op de hoogte. Is een kind ziek dan vragen we de ouders om het kind te komen ophalen. Wanneer ouders de pedagogisch medewerkers verzoeken om bepaalde medicijnen aan het kind toe te dienen, dan is dat mogelijk wanneer dit medisch verantwoord is en ouders hiervoor getekend hebben. Infectieziekten Als een kind een besmettelijke ziekte heeft of hiermee in aanraking is geweest, verwachten wij van de ouders dat zij ons hiervan op de hoogte brengen. Bovendien verlangen wij een bewijs van de huisarts. Bepaalde besmettelijke ziektes (vijfde ziekte, rode hond) zijn gevaarlijk voor zwangere vrouwen en/of hun ongeboren kind(eren). Als de ouders een bewijs kunnen overleggen, hoeven zwangere leidsters en moeders niet onnodig thuis te blijven en worden andere ouders hier niet onnodig mee belast. Indien een pedagogisch medewerker een infectieziekte heeft is de afspraak dat hij/zij contact met de coördinator opneemt. Wij staan in nauw contact met de GGD. Wanneer er bij kinderen of bij een pedagogisch medewerker een infectieziekte geconstateerd wordt winnen wij, indien nodig, advies in bij de afdeling Infectieziektebestrijding (IZB). Ouders zullen hier altijd over geïnformeerd worden.
12
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
6.6. Andere culturen De pedagogisch medewerkers staan open voor andere culturen en milieus en zijn niet bevooroordeeld. Hierdoor is het mogelijk een dusdanige sfeer te creëren die voor alle culturen toegankelijk is. Voor alle kinderen is het goed als zij met kinderen van andere culturen, een andere huidskleur en andere gewoontes leren omgaan. Indien er kinderen met een andere geloofsovertuiging zijn, zal dit worden gerespecteerd. BSO De Berenburcht stelt zich in principe neutraal op ten opzichte van geloofsovertuiging, onze eerste primaire taak is ‘kinderopvang’.
6.7. Kindermishandeling Kindermishandeling is elke vorm van lichamelijke of geestelijke geweldpleging die kinderen wordt aangedaan. Men spreekt in ieder geval van kindermishandeling als er regelmatig, opzettelijk en voortdurend sprake is van lichamelijke, geestelijke of seksuele geweldpleging. Kindermishandeling is leed dat kinderen wordt aangedaan. Het ontneemt het kind de basis voor de ontwikkeling van identiteitsgevoel, zekerheid en vertrouwen; daardoor ontstaan meestal ernstige afwijkingen bij het kind. Kindermishandeling kent verschillende gedaantes. Het kan bestaan uit geweld of verwaarlozing. De verschillende vormen van mishandeling lopen vaak door elkaar. ’t Beertjeshuis heeft een protocol opgesteld voor de pedagogisch medewerkers hoe te handelen bij vermoedens van kindermishandeling. Wanneer de pedagogisch medewerkers op BSO De Berenburcht duidelijke of specifieke signalen constateren, hebben zij hierin een verantwoording. Zorgvuldigheid is een eerste vereiste. De pedagogisch medewerkers melden dit bij de leidinggevende. De directeur kan vervolgens contact opnemen met het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) . De directeur maakt melding van het vermoeden. Het AMK is daarna verantwoordelijk voor onderzoek en hulpverlening.
6.8. Centrum Jeugd en Gezin BSO De Berenburcht staat in nauw contact met het Centrum Jeugd en Gezin SintMichielsgestel. Het CJG Sint-Michielsgestel is een plek waar ouders, kinderen en jongeren terecht kunnen met vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG SintMichielsgestel werkt samen met instellingen voor (jeugd)gezondheidszorg, (jeugd)welzijn, onderwijs, geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg en maatschappelijk werk.
13
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
7. VEILIGHEID EN HYGIËNE De gemeentelijke verordening stelt eveneens eisen die betrekking hebben op hygiëne en veiligheid van het kinderdagverblijf. De G.G.D. houdt jaarlijks een controle. Ook wordt er jaarlijks een RI&E (Risico Inventarisatie en Evaluatie) uitgevoerd m.b.t. de veiligheid en gezondheid. Naar aanleiding van beide controles volgen rapportages en brengen we indien nodig veranderingen aan. De veiligheidsmaatregelen betreffen zowel de binnenen buitenruimte als het speelgoed. Veiligheid staat voorop, maar moet niet leiden tot een overheersend criterium waarbij kinderen nergens even ongestoord hun gang kunnen gaan. Er is voortdurend toezicht en de kinderen leren we geen onveilige dingen te doen. BSO De Berenburcht is WA verzekerd. Wij nemen echter geen verantwoordelijkheid voor schade ontstaan aan apparatuur die ouders of kinderen van thuis meenemen, zoals een foto- of videocamera, of een portable spelcomputer zoals een Nintendo DS of PSP.
7.1. De brandveiligheid BSO De Berenburcht voldoet aan de brandveiligheidseisen zoals die vermeld staan in de gemeentelijke verordening. Aanvullend op deze eisen is er een calamiteiten- en ontruimingsplan. Jaarlijks wordt het calamiteiten- en ontruimingsplan besproken en indien nodig wordt het plan bijgestuurd. Ook wordt er jaarlijks een ontruimingsoefening gehouden. Een groot aantal medewerkers heeft een BHV-training gevolgd.
7.2. Preventie en E.H.B.O. De inhoud van de E.H.B.O.-trommel staat vermeld op een lijst. Een van de pedagogisch medewerkers is verantwoordelijk voor de compleetheid van de inhoud. Alle pedagogisch medewerkers hebben kinder-E.H.B.O. gevolgd. Op elke groep hangt een gifwijzer, het alarmnummer en nummer van spoedeisende hulp. Krijgt het kind een ongelukje op BSO De Berenburcht dan nemen we meteen contact op met de ouders en/of zoeken we meteen hulp bij huisarts of eerste hulp van het ziekenhuis. De ‘G.G.D.-wijzer’, een map met instructies en informatie over kinderziektes is op de groepen aanwezig en ligt ter inzage.
14
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
7.3. Hygiëne Onder hygiëne verstaan we: de zorg voor het in stand houden van de gezondheid. Vaak wordt over het voorkomen van infectieziekten gesproken, maar hygiëne gaat verder. Te denken valt aan een goede voeding, geregelde lichamelijk verzorging, gezonde beweging, ontspanning en rust. Goede hygiëne op BSO De Berenburcht voorkomt dat zich bacteriën verspreiden of dat daar groei van bacteriën plaatsvindt. De persoonlijke hygiëne van de pedagogisch medewerker is dan ook erg belangrijk, vandaar onze eigen kledingcode; goede uiterlijke verzorging, handen wassen voor en na het eten. Gebruik van plastic handschoenen bij diarree en bloed. Persoonlijke hygiëne moet bij kinderen aangeleerd worden. De pedagogisch medewerkers hebben daarin een belangrijke taak. BSO De Berenburcht hanteert diverse reinigingsschema’s.
7.4. Hoofdluis Alle kinderen hebben een eigen luizenzak. Deze beschermen de gehele jas zodat de hoofdluis geen kans heeft zich verder te verspreiden. Indien er bij een kind hoofdluis is geconstateerd, vragen wij de ouders dit direct te melden op de groep en met de behandeling te starten. Op de groep zal worden aangeplakt dat er hoofdluis is geconstateerd, zodat de ouders van de andere kinderen hier ook alert op kunnen zijn.
8. BASISSCHOLEN BSO De Berenburcht biedt op dit moment opvang voor alle basisscholen in Berlicum en Middelrode.
9. VERVOER Afhankelijk van de afstand worden de kinderen lopend of met een taxibusje opgehaald van school. De pedagogisch medewerkers zijn herkenbaar aan een badge (met naam en logo). Bij gebruik van het taxibusje zullen de kinderen worden begeleid bij het instappen. Alle voorzorgmaatregelen worden in acht genomen om het vervoer zo veilig mogelijk te laten plaatsvinden. De kinderen worden vervoerd door een erkend taxivervoerbedrijf. In enkele gevallen, wanneer het maximaal 3 kinderen betreft, worden de kinderen met de eigen auto van de pedagogisch medewerkster vervoerd. Kinderen kleiner dan 135 cm worden altijd vervoerd in een goedgekeurd autostoeltje of zittingverhoger. Er worden nooit meer kinderen vervoerd dan er gordels in de auto aanwezig zijn. BSO De Berenburcht heeft hiervoor een inzittendenverzekering afgesloten. 15
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
In Nederland gelden wetten bij het vervoer van personen. De kinderopvangorganisatie moet toezien op het veilige vervoer van de kinderen. Hierbij houdt BSO De Berenburcht zich aan de wegenverkeerswet (1994). Deze wet regelt het vervoer in een gewone personenauto en de taxibusjes die door BSO De Berenburcht worden ingezet. De wet bepaalt onder andere ook dat de busjes moeten zijn voorzien van autogordels, en alle zitplaatsen moeten naar voren gericht zijn.
9.1. Protocol Voor het vervoer heeft BSO De Berenburcht nog een speciaal protocol opgesteld conform de geldende kwaliteits- en veiligheidseisen. • • • •
• • • •
• •
•
De taxibus dient te allen tijde met de instapzijde aan de trottoirband geparkeerd te worden. Zo kunnen de kinderen altijd op een veilige plaats in- en uitstappen. Kinderen mogen onder geen beding een straat oversteken bij het in- en uitstappen. De kinderen dienen bij het vervoer altijd de gordels om te hebben. De pedagogisch medewerker stapt altijd als eerste uit, waarna de kinderen onder begeleiding de bus kunnen verlaten. Omgekeerd: de kinderen stappen als eerste in, waarna de pedagogisch medewerker volgt en vervolgens de gordels van de kinderen vastmaakt. De pedagogisch medewerker maakt te allen tijde de gordels bij de kinderen los en vast. Dit om ook daadwerkelijk te controleren of de kinderen veilig in de bus zitten. De kinderen worden verzocht rustig te blijven tijdens het vervoer in de taxibus zodat we rustig en veilig op de plaats van bestemming arriveren. Gestreefd wordt om zoveel mogelijk de kortste route te rijden zodat onnodig rondrijden wordt voorkomen. Dit bevordert de veiligheid. Omdat de taxibus bij verschillende scholen komt, is het onvermijdelijk dat de kinderen af en toe moeten wachten in de taxibus. Uit de praktijk blijkt dat dit kan oplopen tot 5 minuten, hetgeen tevens de maximale wachttijd is. Tijdens het wachten is er altijd een pedagogisch medewerker aanwezig. BSO De Berenburcht regelt de busritten zodanig dat de taxibus altijd tegelijkertijd met het uitgaan van de school ter plaatse is. In de vakantieperiodes worden de kinderen vanaf BSO De Berenburcht naar diverse activiteiten gereden. Hierbij is het streven dat de tijd die nodig is om een bepaalde locatie te bereiken maximaal 40 minuten is. In de bus is buiten de chauffeur altijd minimaal 1 pedagogisch medewerker aanwezig.
16
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
9.2. Verzekeringen betreffende vervoer Elke automobilist is volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorvoertuigen (WAM) verplicht zich te verzekeren tegen schade aangebracht aan derden. Derden zijn in dit geval ook de inzittenden van de auto. Kinderen die met instemming van de leiding van BSO De Berenburcht in een auto vervoerd worden, ook al is het een ouder die rijdt, zijn verzekerd onder de WAM verzekering van de organisatie. De wegenverkeerswet (1994) hanteert geen getalsmatige norm ten aanzien van het aantal te vervoeren kinderen. De basisregel is dat de verkeersveiligheid niet in gevaar mag worden gebracht. Belangrijk is natuurlijk wel het aantal personen dat verzekerd is volgens de polisvoorwaarden. BSO De Berenburcht richt zich geheel naar de wet en de verzekeringsvoorschriften bij het vervoeren van kinderen. Verder geldt dat: • BSO De Berenburcht zich aan de wet houdt; • op iedere zitplaats autogordels aanwezig moeten zijn en dienen te worden gebruikt; • er maar één kind per gordel/zitplaats mag plaatsnemen. • er niet meer personen vervoerd mogen worden dan er zitplaatsen zijn; • de kinderen bij voorkeur achterin dienen te zitten.
10. DE OUDERCOMMISSIE De oudercommissie bestaat sinds augustus 1997. Nu, in 2012, zijn er aparte oudercommissies voor de dagopvang en voor de BSO (locaties Berenburcht, Theresiaschool, Norbertusschool en Herman Jozefschool). De Wet Kinderopvang vereist dat de oudercommissie per locatie uit minimaal drie en maximaal zeven leden bestaat, mits het een kleine locatie betreft, dan kan volstaan worden met 2 leden. De oudercommissie vergadert samen met de directeur-bestuurder. In principe zijn de vergaderingen open voor ouders De oudercommissie heeft een signalerende en stimulerende functie met betrekking tot de dagelijkse gang van zaken op BSO De Berenburcht. Zij houdt zich bezig met de volgende hoofdtaken: 1. Zorgen dat BSO De Berenburcht ook in de toekomst een goede dienstverlening levert. 2. Nieuwe maatregelen kritisch bekijken en hierover advies uitbrengen. 3. Contact houden met de achterban om voortdurend op de hoogte te zijn van wat er leeft. 4. Aanspreekpunt zijn voor ouders.
17
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
Met de oudercommissie wordt over allerlei zaken gesproken waarover de oudercommissie volgens de Wet Kinderopvang adviesrecht heeft. De oudercommissie heeft adviesrecht op de volgende punten: • de uitvoering van het kwaliteitsbeleid met betrekking tot: - aantal kinderen per pedagogisch medewerkster; - groepsgrootte; - opleidingseisen beroepskrachten; - inzetbaarheid beroepskrachten in opleiding. • het pedagogisch beleidsplan; • voedingsaangelegenheden; • risico inventarisatie veiligheid en gezondheid; • de openingstijden; • het beleid met betrekking tot spel- en ontwikkelingsactiviteiten ten behoeve van kinderen; • de vaststelling of wijziging van een klachtenregeling en het aanwijzen van de leden van de klachtencommissie; • wijziging van de prijs van de kinderopvang. Zie ook het reglement van de oudercommissie van ’Stichting Kinderopvang Berlicum’, opgesteld op 18 mei 2005. Daarnaast organiseert de oudercommissie jaarlijks een ouderavond en/of een themaavond.
11. KLACHTENBEHANDELING Kinderopvang is mensenwerk. Een buitenschoolse opvang staat bol van menselijke activiteiten. Het kan gebeuren dat er eens iets mis gaat in de communicatie tussen pedagogisch medewerkers en ouders. Of dat bijvoorbeeld een ouder niet tevreden is over de opvang van het kind om wat voor reden dan ook. Er van uitgaande dat de pedagogisch medewerkers sociaalvaardig zijn, zullen zij voldoende tact en invoelingsvermogen bezitten om de emoties (want het gaat om kinderen) niet onnodig te doen oplopen. Een klacht ontstaat meestal wanneer communicatie moeizaam verloopt, zelfs helemaal stopt of omdat iemand te laat, niet of onjuist geïnformeerd is. Het behoort tot de taak van de organisatie om in een dergelijke situatie de communicatie weer op gang te brengen. Uitgangspunten hierbij zijn dat de klacht serieus genomen wordt en dat het probleem zo snel mogelijk verholpen wordt, het liefst door degene die in eerste instantie bij de klacht betrokken is.
18
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
De interne procedure is als volgt: wanneer ouders een klacht hebben over de wijze waarop een pedagogisch medewerker het kind bejegent of verzorgt dienen de ouders deze klacht in eerste instantie bij de pedagogisch medewerker neer te leggen omdat zij degene is die bij machte zou moeten zijn om een oplossing aan te dragen. Wanneer de betrokken partijen samen niet tot overeenstemming kunnen komen, dan kunnen de pedagogisch medewerker en/of de ouders zich wenden tot de coördinator van BSO De Berenburcht omdat zij verantwoordelijk is voor de kwaliteit van de kinderopvang. Over het algemeen is interventie van de coördinator voldoende om de communicatie weer op gang te brengen en wordt het probleem naar tevredenheid van betrokken partijen opgelost. Indien dit niet voldoende is kan de directeur ingeschakeld worden. Zij is uiteindelijk verantwoordelijk voor de kwaliteit van de geboden kinderopvang. Als het overleg hierover geen resultaat oplevert in de zin dat het voor beide partijen niet aanvaardbaar is, of als van de ouder in redelijkheid niet mag worden verwacht dat hij/zij een overleg met de direct betrokken partij aangaat, kan de ouder de klacht schriftelijk voorleggen aan de externe klachtencommissie. De externe klachten procedure is als volgt: Wilt u een klacht liever aan een onafhankelijke commissie voorleggen, of heeft de interne klachtenprocedure u geen oplossing geboden, dan heeft u het recht om u tot de Stichting Klachtencommissie Kinderopvang te wenden. Klachten over de uitvoering van de opvang kunnen volledig en duidelijk omschreven worden ingediend bij: Stichting Klachtencommissie Kinderopvang Postbus 398 3740 AJ BAARN Website: www.klachtkinderopvang.nl Klachtenkamer oudercommissie: Volgens de Wet Kinderopvang hebben alle kinderopvangcentra een oudercommissie. Ouders hebben hiermee invloed op de kwaliteit en organisatie van de kinderopvang. Maar er kan ook een spanningveld ontstaan tussen de belangen van ouders en de verantwoordelijkheid van de ondernemer. Daarvoor is Stichting Kinderopvang Berlicum aangesloten bij de landelijke Klachtenkamer voor oudercommissies. De klachtenkamer is voor alle vragen tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900-0400034 en via email
[email protected] Website: www.klachtenkamer.nl
19
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
12. ORGANISATIEBELEID
12.1. Aanmelding, reservering, plaatsing, opzegging BSO De Berenburcht bestaat uit 4 groepen, welke naar leeftijd zijn ingedeeld. • • • •
Troetelberen (20 kinderen / 2 pedagogisch medewerksters); Zonneberen (20 kinderen / 2 pedagogisch medewerksters); IJsberen (20 kinderen / 2 pedagogisch medewerksters): IJsberenbende (20 kinderen / 2 pedagogisch medewerksters).
Minimaal twee keer per jaar wordt bekeken welke kinderen kunnen doorstromen naar de volgende leeftijdsgroep. Hierbij wordt gekeken naar leeftijd en speelkameraadjes. Belangrijkste uitgangspunt is dat het kind zich prettig voelt in de groep. Het doorstromen gebeurt altijd in overleg met de pedagogisch medewerksters. Ouders en kinderen worden hier voorafgaand persoonlijk door de pedagogisch medewerkster over geïnformeerd. Tenslotte wordt het vooraf aangekondigd in onze nieuwsbrief. Op minder drukke dagen, zoals woensdag en vrijdag, en tijdens vakantieperiodes, worden de groepen samengevoegd. Activiteiten worden wel op leeftijdsniveau aangeboden. De kinderen hebben hun eigen stamgroep, maar zijn wel vrij om op andere groepen te gaan spelen bij vriendjes of broertjes/zusjes. Wij houden leidster-kind ratio 1 op 10 aan; het aantal in te zetten pedagogisch medewerksters is afhankelijk van het werkelijke aantal op te vangen kinderen. Indien er meer kinderen aanwezig zijn, wordt er gebruik gemaakt van vaste invalkrachten. Ook als de kinderen buiten spelen houden wij dit leidster-kind ratio aan. Het toezicht buiten is dan ook 1 pedagogisch medewerkster op maximaal 10 kinderen. Na 18.00 uur worden de groepen eveneens samengevoegd. Ook de groepen van locatie Theresiaschool worden na deze tijd opgevangen op locatie Berenburcht. Na 18.00 uur zijn er altijd medewerkers van de huishoudelijke dienst aanwezig zodat de achterwacht ook is geregeld. Pedagogisch medewerkers zijn nooit helemaal alleen in het pand. Vooraf kunnen ouders schriftelijke informatie aanvragen en/of een afspraak maken voor een intakegesprek met de coördinator. Via het aanmeldingsformulier wordt het kind ingeschreven en op de wachtlijst geplaatst. BSO De Berenburcht hanteert een plaatsingsbeleid. Aanmelding van een kind met een handicap wordt bij voorbaat niet uitgesloten. Aanname is afhankelijk van de handicap. In overleg met de ouders, en indien nodig met een deskundige, zal onder bepaalde voorwaarden toelating plaatsvinden. Voorwaarde kan onder andere een tijdelijke plaatsing zijn.
20
Pedagogisch Beleidsplan BSO De Berenburcht november 2012
Uiterlijk drie maanden voorafgaande aan de gevraagde plaatsingsdatum ontvangen de ouders bericht of er daadwerkelijk plaats is. Indien de ouders de plaats accepteren, worden vanaf dat moment via een plaatsingsformulier de dagen vastgelegd. Kinderen plaatsen we per gewenste dag. Tijdelijke opvang is helaas niet mogelijk. Plaatsing is minimaal voor de duur van drie maanden. Indien de groep niet maximaal bezet is, kunnen kinderen extra dagen komen. Ruilen van een dagdeel is mogelijk, indien de groep het toelaat. Opzegging per dagdeel of gehele plaatsing kan alleen schriftelijk op de 1e of 16e van de maand met in achtneming van een opzegtermijn van tenminste twee maanden. Vervolgens worden dezelfde regels toegepast als bij nieuwe aanmeldingen. Het contract voor kinderen van de BSO stopt automatisch wanneer zij de basisschool verlaten. BSO De Berenburcht is 51 weken per jaar open. Tussen Kerstmis en Nieuwjaar, de dag na Hemelvaart en de extra feestdagen is BSO De Berenburcht, volgens CAOKinderopvang, gesloten. Indien 24 december op een doordeweekse dag valt, zijn wij vanaf 16.00 uur gesloten. Ouders kunnen gebruik maken van 3 opvangmogelijkheden, nl.: • 40 schoolweken • 40 schoolweken + 6 vakantieweken • 51 weken BSO incl. vakantieweken
12.2. Wachtlijst
Bij het ontstaan van een wachtlijst melden we dit de ouders schriftelijk. We bieden dan een tijdelijk alternatief aan. BSO De Berenburcht hanteert een plaatsingsbeleid.
13. SLOTWOORD BSO De Berenburcht hanteert dit pedagogisch beleidsplan. In grote lijnen worden dezelfde zaken gehanteerd als beschreven in het pedagogisch beleidsplan van de dagopvang. Zie het pedagogisch beleidsplan van de dagopvang april 2012. Voor actuele informatie verwijzen wij u naar onze website: www.beertjeshuis.nl.
21